Gebruiksaanwijzing Multifunctionele Kalibrator PCE-789

Transcriptie

1 PCE Brookhuis Institutenweg PH Enschede Nederland Tel.: +31 (0) Fax: Gebruiksaanwijzing Multifunctionele Kalibrator PCE-789

2 Index EIGENSCHAPPEN... 3 TOEPASSINGEN... 3 I. BESCHRIJVING VAN HET PANEEL... 3 II. WERKING SPANNINGSBRON a. -3V ~ 15V b. Instelling c. Details voor de instelling STROOMBRON a. -4mA ~ 24mA b. Instelling c. Details voor de instelling d. MAPPING functie TEMPERATUURBRON (THERMOKOPPELS, ºC & ºF) 8 3a. Simulatie thermokoppel signaal b. Instelling c. Details voor de instelling FREQUENTIE-UITGANG (Hz) a. 0.1Vpp ~ 20Vpp, 0.3Hz ~ 20KHz, offset: -5V ~ +5V b. Instelling c. Details voor artikelen met fijnafstelling DTMF (Dual Tone Multi-Frequency) a. 5Vpp~20Vpp, 0.3Hz~20KHz, offset: -5V~+5V, %: 0~100%, fase: 0~ b. Instelling INGANGS-SPANNING (Measure) a. -3V ~ 24V INGANGS-STROOM (Measure) a. -4mA ~ 24mA b. Instelling c. Details voor de instelling d. MAPPING functie INGANGSTEMPERATUUR (Measure) a. TC simulatie Thermokoppel signalen b. Instelling c. Details van de instelling III. SCANNEN VOOR SOURCE VOLTAGE SCAN VOOR SOURCE STROOM SCAN VOOR SOURCE TEMPERATUUR SCAN VOOR SOURCE IV. DATA LOGGING HET DATA LOGGEN SINGLE-POINT DATA LOGGEN MULTI-POINT DATA LOGGEN GEGEVENS WISSEN & GEGEVENS DOWNLOADEN V. REMOTE PC (CONTROLE PCE-789) VI. VERVANGING VAN DE BATTERIJ VII. TECHNISCHE SPECIFICATIES VIII. ALGEMENE SPECIFICATIES

3 Eigenschappen: 1. Unieke mapping functie, om temperatuur (300 C) of voltage (220V) direct (in plaats van indirect van 4 naar 20mA) te kalibreren. 2. De PCE-789 is een multifunctionele kalibrator en een arbitraire functiegenerator. 3. Bron: ma (4 tot 20mA), V (0 tot 15V, 0 tot 70mV), Hz, sinus golf, blok golf, driehoekige golf, afgekapte sinus golf, programmeerbare golfvorm en temperatuur voor 11 soorten thermokoppels. 4. Meting: Stroom (ma), Voltage (V, mv) en temperatuur in ºC of ºF. 5. Programmeerbare Koude Las Compensatie stelt de gebruiker in staat de temperatuuruitgang en de meting fijn af te stellen. 6. Programmeerbare 0% en 100% waarde voor een eenvoudige 25% stapfunctie. 7. Uitfangsfout waarschuwing wanneer de uitgang open is of kortgesloten. 8. Kortsluitings bescherming voor de uitgangsspanning. 9. Duidelijke en gemakkelijke gebruikers interface (Numeriek toetsenbord, schuifregelaar en LCM Dot Matrix met achtergrondverlichting). 10. Voltage, frequentie, PWM bedrijfscyclus (vierkante golf en driehoekige golf), en de offset zijn programmeerbaar in de Hz functie. 11. Frequentiebereik (0.3Hz tot 20KHz) bestrijkt de toepassing van audio band (speakers, MP3, MD enz.) 12. DTMF (Dual Tone Multi-frequency) kan professionele testen voor telefoonlijn en audio-product uitvoeren (MP3 of MD). 13. De Auto-step en auto-ramp functies kunnen snel lineaire tests uitvoeren. 14. PC kan de kalibrator via de USB-poort programmeren. 15. De PCE-789 kan gegevens registreren met een programmeerbare bemonsteringstijd (0-255 seconden) en een geheugen voor 4000 registers. 16. Oplaadbare lithiumbatterij (1600mAH) met ingebouwd laadcircuit. 17. Kalibratie resultaten (bron en meting) kunnen in het geheugen worden opgeslagen (2000 registers). Daarna downloaden de gebruikers ze op de PC ter documentatie. De kalibratiegegevens hoeven niet met de hand overgeschreven te worden. 18. Om de kalibratiegegevens op verschillende locaties te onderscheiden, kunnen de gegevens onder verschillende bestandsnamen worden bewaard. Toepassingen: 1. Kalibratie van 4 tot 20mA zenders en paneel-meters. 2. Temperatuur kalibratie van paneel-meters of instrumenten voor 11 soorten thermokoppels. 3. Kalibratie van klepopening bij verandering van bedrijfscyclus van een PWM signaal. 4. Genereren van geselecteerde testfrequentie en golfvorm voor elektronische apparaten. 5. Vooraf opgeslagen 1/3-octaaf band, witte ruis, en roze ruis voor MP3, MD, speakers en tests van de audio driver. 6. Audio Frequentie synthesizer: Programmeerbare frequentie en fase synthese van een enkele toon, DTMF (Dubbele Toon Multi-Frequentie) voor audio producten zoals MP3, MD en telefoonlijn. 7. Functiegenerator om de transistor DC bias kenmerken te testen, overbelasting van de versterker en tijdelijke kenmerken. 8. Functiegenerator voor trillilngstesten. 9. Kalibratie van een grafiekrecorder met verschillende golfvormen (sinus, vierkante of driehoekige golf). 10. PLC simulatie. 3

4 I. BESCHRIJVING VAN HET PANEEL 1. LCM display. 2. ON/OFF toets. 3. SELECT toets om golfvormen te selecteren (in de Hz functie). 4. SETUP toets. 5. Cijfertoetsen; of toetsen voor speciale functies (bijvoorbeeld REC, 0%, 100%). 6. Uitgangsaansluiting (SOURCE). 7. Ingangsaansluiting (MEASURE). 8. Schuifregelaar (voor verschillende functies). 9. Temperatuur ingangs/uitgangsaansluiting. 10.SHIFT toets om secundaire functies op de cijfertoetsen te gebruiken: DTMF en frequentieomschakeling. 11.S/M toets (om SOURCE of MEASURE te selecteren). II. WERKING 1. Spanningsbron 1a. -3V ~ 15V (1) Zet het apparaat aan en verplaats de schuifregelaar naar V. (2) Druk op de S/M toets en kies de SOURCE (uitgang) modus. (Druk één maal op om het als standaard modus op te slaan wanneer het apparaat aanstaat). (3) Schrijf een spanningswaarde (inclusief het decimaalteken); druk daarna op ENTER. (4) Sluit de meetkabels of krokodillenklemmen aan op de uitgangsaansluiting (rood op rood en zwart op zwart). (5) Sluit daarna de meetkabels of krokodillenklemmen aan op het te kalibreren voorwerp. (6) Om de spanning te scannen, raadpleeg het hoofdstuk Scannen (7) Om de data logging functie te activeren, raadpleeg het hoofdstuk Data logging. 4

5 Opmerking: 1. De gebruikers kunnen maximaal 5 cijfers intypen. 2. Schrijf een waarde voor de spanning (inclusief decimaalteken), druk op ENTER, dan zal de PCE-789 deze spaningswaarde tonen. 3. Wanneer de uitgangswaarde <0 is, eerst een min teken schrijven. 4. Wanneer de uitgangswaarde <1 en >0, eerst een 0. Schrijven. Waarschuwing: 1. Pas geen hoge voltage toe en sluit geen geladen circuit aan op de ingangsaansluitingen (terminals) om schade aan de PCE-789 te voorkomen. 2. In geval van een kortsluiting of overbelasting in de uitgangsaansluitingen, kan de PCE-789 niet de juiste spanning afgeven. Verwijder aangesloten kabels en controleer wanneer er een OUTPUT ERROR symbool is. 3. Voer één functie per keer uit en maak alleen verbinding met de specifieke terminals. Verwijder alle andere aansluitingen naar de ongebruikte terminals. Maak altijd één enkele aansluiting, of SOURCE, MEASURE, of alleen TC. 1b. Instelling (1) Druk op om bij de SETUP functie te komen. (2) V 0%: stelt de start spanning in voor het scannen (zie het hoofdstuk SCANNEN). (3) V 100%: stelt de eind spanning in voor het scannen (zie het hoofdstuk SCANNEN). (4) SAMPLE: stelt de bemonsteringstijd in voor de data logging (zie hoofdstuk DATA LOGGING). (5) FILE NAME: de gegevens kunnen onder verschillende bestandsnamen worden bewaard. Hier kunnen de gebruikers een bestandsnaam maken (zie hoofdstuk DATA LOGGING). 1c. Details voor de instelling (1) Druk op de toets om het item dat u wilt configureren te selecteren. (2) Wanneer het geselecteerde object in een zwart vakje verschijnt, typt u een waarde. (3) FILE NAME: Type een naam volgens de ASCII codes (zie Annex 1). Bijvoorbeeld, voor de letter A moeten de gebruikers 65 typen (4) De gegevens onder dezelfde bestandsnaam worden nu samengesteld. 5

6 2. Stroombron 2a. -4mA ~ 24mA (1) Zet het apparaat aan. Verplaats de schuifregelaar naar ma. (2) Druk op de S/M toets om de SOURCE (uitgang) modus te selecteren. (Druk een keer op om het als standaard modus op te slaan wanneer het apparaat aan staat). (3) Schrijf een stroomwaarde (inclusief het decimaalteken), druk daarna op ENTER. (4) Sluit de meetkabels of krokodillenklemmen aan op de uitgangsaansluiting (rood op rood en zwart op zwart). (5) Sluit daarna de meetkabels of krokodillenklemmen aan op het te kalibreren voorwerp. (6 Om de stroom te scannen, raadpleeg het hoofdstuk Scannen (7) Om de data logging functie te activeren, raadpleeg het hoofdstuk Data logging. Opmerking: 1. De gebruikers kunnen maximaal 5 cijfers schrijven. 2. Schrijf een waarde voor de stroom (inclusief decimaalteken), druk op ENTER, dan zal de PCE-789 deze stroom produceren. 3. Wanneer de uitgangswaarde <0 is, eerst een min teken schrijven. 4. Wanneer de uitgangswaarde <1 en >0, eerst een 0. Schrijven. Waarschuwing: 1. Pas geen hoge voltage toe en sluit geen geladen circuit aan op de ingangsaansluitingen (terminals) om schade aan de PCE-789 te voorkomen. 2. In geval van een kortsluiting of overbelasting in de uitgangsaansluitingen, kan de PCE-789 niet de juiste stroom afgeven. Verwijder aangesloten kabels en controleer wanneer er een OUTPUT ERROR symbool is. 3. Voer één functie per keer uit en maak alleen verbinding met de specifieke terminals. Verwijder alle andere aansluitingen naar de ongebruikte terminals. Maak altijd één enkele aansluiting, of SOURCE, MEASURE, of alleen TC. 2b. Instelling (1) Druk op om bij de SETUP functie te komen. (2) ma 0%: stelt de start stroom in voor het scannen (zie het hoofdstuk (SCANNEN). (3) ma 100%: stelt de eind stroom in voor het scannen (zie het hoofdstuk SCANNEN). (4) 4mA : stelt de voor 4mA toegewezen eenheid vast. (5) 20mA : stelt de voor 20mA toegewezen eenheid vast. (6) MAPPING: hier kunnen de gebruikers beslissen of ze de MAPPING functie willen. 6

7 2c. Details voor de instelling 1) Druk op de toets om het item dat u wilt configureren te selecteren. (2) Wanneer het geselecteerde object in een zwart vakje verschijnt, typt u een waarde. (3) Wanneer u de aan 4mA of 20mA toegewezen eenheid configureert, schrijf de eenheid die overeenkomt met de ASCII codes (zie Annex 1). Bij voorbeeld, voor KW moet de gebruiker 75 en 87 schrijven. (4) MAPPING: YES betekent dat de functie geactiveerd is, NO betekent dat de functie gedesactiveerd is. 2d. MAPPING functie (1) In het SETUP scherm, wanneer de gebruiker YES kiest voor MAPPING, staat deze funtie aan.. (2) De display unit zal dezelfde zijn als die de gebruiker heeft ingesteld. Bijvoorbeeld, voor de eenheid KW moet de gebruiker 75 en 87 intypen. (3) (Als de gebruiker in het SETUP scherm 0 KW voor 4mA en 100 KW voor 20mA instelt). Als de gebruiker 100 intypt en daarna op ENTER drukt, toont het scherm: 100.0KW (het hoofdscherm) en mA (hetgeen betekent dat het oorspronkelijke uitgangssignaal ven de PCE mA is). (4) Wanneer de gebruiker de scanfunctie uitvoert, toont de display 0~100KW in plaats van 4mA ~20mA 7

8 3. TEMPERATUURBRON (THERMOKOPPELS, ºC & ºF) 3a. Simulatie thermokoppel signaal. (voor type K, J, E, T, R, S, N, L, U, B, C, en mv uitgang) (1) Zet het apparaat aan. Verplaats de schuifregelaar naar mv. (2) Kies een type thermokoppel in het SETUP scherm. (3) Type een temperatuurwaarde in (inclusief decimaal teken); druk daarna op ENTER. (4) Sluit het thermokoppel aan op de TC/mV terminalen. (5) Sluit daarna het andere uiteinde van de thermokoppel aan op het te kalibreren voorwerp. Opmerking: 1. De gebruikers kunnen maximaal 5 cijfers schrijven. 2. Schrijf een waarde voor de temperatuur (inclusief decimaalteken), druk op ENTER, daarna zal de PCE-789 deze temperatuurwaarde geven. 3. Wanneer de uitgangswaarde <0 is, eerst een min teken schrijven.. 4. Wanneer de uitgangswaarde <1 en >0, eerst een 0 schrijven. Waarschuwing: 1. Pas geen hoge voltage toe en sluit geen geladen circuit aan op de TC terminals om schade aan de PCE-789 te voorkomen. 2. In geval van een kortsluiting of overbelasting, produceert de PCE-789 misschien niet de juiste temperatuur.. Verwijder aangesloten kabels en controleer wanneer er een OUTPUT ERROR symbool is. 3. Voer één functie per keer uit en maak alleen verbinding met de specifieke terminals. Verwijder alle andere aansluitingen naar de ongebruikte terminals. Maak altijd één enkele aansluiting, of SOURCE, MEASURE, of alleen TC. 8

9 3b. Instelling (1) Druk op om bij de SETUP functie te komen. (2) TC 0%: stelt de start temperatuur in voor het scannen ((zie het hoofdstuk SCANNEN).). (3) TC 100%: stelt de eind temperatuur in voor het scannen (zie het hoofdstuk SCANNEN).. (4) C. J. COMP.: stelt de Koude Las Compensatie in. (5) TC TYPE: stelt het soort thermokoppel in. (6) UNIT: hier kan de gebruiker ºC of ºF kiezen. 3c. Details voor de instelling (1) Druk op de toets om het item dat u wilt configureren te selecteren. (2) Wanneer het geselecteerde object in zwart staat, typt u een waarde. (3) C. J. COMP.: De gebruiker kan de temperatuur voor de Koude Las Compensatie intypen. (Standaard is 0.0ºC, de gebruiker kan van -5ºC tot +5ºC compenseren, in overeenstemming met de ideale uitgangswaarden). (4) Wanneer de TC TYPE in een zwart vakje staat, kan de gebruiker op drukken om de gewenste thermokoppel te kiezen (5) Wanneer UNIT in een zwart vakje staat, kan de gebruiker op drukken om ºC of ºF te kiezen. 4. Frequentie-uitgang (Hz) 4a. 0.1Vpp ~ 20Vpp, 0.3Hz ~ 20KHz, offset: -5V ~ +5V (1) Zet het apparaat aan. Verplaats de regelaar naar Hz. (Druk eenmaal op om het als standaard modus op te slaan). (2) Druk op om de type golfvorm te kiezen (Sinus golf, Vierkante golf, Driehoekige golf, Afgekapte sinus, en de door de gebruiker programmeerbare golfvorm). (3) Druk op de toets om te kiezen tussen piek tot piek spanning (Vpp), OFFSET, DUTY en Hz. (4) Type daarna een waarde in (inclusief decimaalteken) en druk op ENTER. (5) Sluit de testkabels of krokodillentangen aan op de ingangsaansluitingen (rood op rood en zwart op zwart). 9

10 (6) Sluit de testkabels of krokodillentangen aan op het te kalibreren voorwerp. Opmerking: 1. De gebruikers kunnen maximaal 5 cijfers schrijven. 2. Schrijf een waarde voor de temperatuur (inclusief decimaalteken), druk op ENTER, daarna zal de PCE-789 de waarden van de parameters geven. 3. Wanneer de uitgangswaarde <0 is, eerst een min teken schrijven.. 4. Wanneer de uitgangswaarde <1 en >0, eerst een 0. Schrijven. Waarschuwing: 1. Pas geen hoge voltage toe en sluit geen geladen circuit aan op de TC terminals om schade aan de PCE-789 te voorkomen. 2. In geval van een kortsluiting of overbelasting, produceert de PCE-789 misschien niet de juiste temperatuur.. Verwijder aangesloten kabels en controleer wanneer er een OUTPUT ERROR symbool is. 3. Voer één functie per keer uit en maak alleen verbinding met de specifieke terminals. Verwijder alle andere aansluitingen naar de ongebruikte terminals. Maak altijd één enkele aansluiting, of SOURCE, MEASURE, of alleen TC. 4b. Instelling (1) Druk op om bij de SETUP functie te komen. (2) Golfvorm index: wijst een nummer toe voor de door de gebruiker programmeerbare golfvorm. (3) Druk nogmaals op om naar het hoofdscherm van het Hz bereik te gaan. (4) Druk op om de door de gebruiker programmeerbare golfvorm te selecteren. Hierna toont de PCE-789 deze geselecteerde door de gebruiker programmeerbare golfvorm. (bijvoorbeeld de golfvorm nummer 7 genaamd SINONE60 Sinusgolf 60Hz). 10

11 4c. Details voor artikelen met fijnafstelling (1) Hz: stelt de uitgangsfrequentie in. (2) OUTPUT: stelt de uitgangsvoltage in (Piek to Piek). (3) OFFSET: stelt de juiste DC bias uitgangspositie in. Door dit fijn af te stellen kan je een TTL of modulerend PWM signaal krijgen. (4) DUTY: voor een vierkante golf, kan de gebruiker de bandbreedte van de positieve golf vaststellen. Voor een driehoekige golf kan de gebruiker de getande vorm instellen. (5) Stel de golfvorm in: de gebruikers kunnen kiezen tussen een sinus golf, vierkante golf, driehoekige golf, afgekapte sinusgolf, en de door de gebruiker programmeerbare golf. (6) De door de gebruiker geprogrammeerbare golf: de gebruiker moet eerst een golfvorm op de PC samenstellen en hem dan naar de PCE-789 sturen (voor meer details, raadpleeg de handleiding van de Software). 5. DTMF (Dual Tone Multi-Frequency) 5a. 5Vpp~20Vpp, 0.3Hz~20KHz, offset: -5V~+5V, %: 0~100%, fase: 0~360 (1) Zet het apparaat aan. Schuif de schakelaar naar Hz. (Druk een maal op om het als standaard modus op te slaan wanneer het apparaat wordt aangezet) (2) Druk op om naar de DTMF modus te gaan. 11

12 (3) Druk op om alle parameters van F1 en F2 in te stellen. (4) Type dan een waarde (inclusief het decimaal teken) en druk op ENTER. (5) Sluit de testkabels of krokodillentangen aan op de ingangsaansluitingen (rood op rood en zwart op zwart) (6) Sluit de testkabels of krokodillentangen aan op het te kalibreren voorwerp. Kommentaar 1. De gebruikers kunnen maximaal 5 cijfers schrijven 2. Type iedere parameter (inclusief het decimaalteken), druk op ENTER, daarna toont de PCE-789 de waarden van de parameters. 3. Wanneer de uitgangswaarde <0 is, eerst een min teken schrijven. 4. Wanneer de uitgangswaarde <1 en >0, eerst een 0 schrijven. Waarschuwing: 1. Pas geen hoge voltage toe en sluit geen geladen circuit aan op de TC terminals om schade aan de PCE-789 te voorkomen 2. In geval van een kortsluiting of overbelasting, produceert de PCE-789 misschien niet de juiste frequentie/ golfvorm. 3. Voer één functie per keer uit en maak alleen verbinding met de specifieke terminals. Verwijder alle andere aansluitingen naar de ongebruikte terminals. Maak altijd één enkele aansluiting, of SOURCE, MEASURE, of alleen TC 5b. Instelling (1) Hz: stelt de uitgangsfrequentie van F1 en F2 in (2) %: stelt het uitgangs % van F1 en F2 in. (3) Fase: stelt de beginfase hoek van F1 en F2 in. 4) Vpp: stelt de piek-tot-piek uitgangsspanning. (5) Offset: stelt de juiste DC bias uitgangspositie in. 12

13 6. Ingangs-spanning (Measure) 6a. -3V ~ 24V (1) Zet het apparaat aan. Schuif de schakelaar naar V. (2) Druk op om de MEASURE (ingangs) modus te selecteren. (3) Sluit de meetkabels of krokodillenklemmen aan op de MEASURE terminals (rood op rood en zwart op zwart). (4) Sluit daarna de uiteinden van de testkabels of krokodillenklemmen aan op het te meten object. (5) De display van de PCE-789 toont het meetresultaat. (6) Datalog functie: zie het hoofdstuk Data logging. Kommentaar: 1. Het meetresultaat heeft 5 digits (inclusief het decimaal teken en het min-teken). Waarchuwing: 1. Geen spanningen van meer dan 30V meten voor MEASURE (terminals) om de PCE-789 niet te beschadigen. 2. Voer één functie per keer uit en maak alleen verbinding met de specifieke terminals. Verwijder alle andere aansluitingen naar de ongebruikte terminals. Maak altijd één enkele aansluiting, of SOURCE, MEASURE, of 13

14 alleen TC. 7. Ingangsstroom (Measure) 7a. -4mA ~ 24mA (1) Zet het apparaat aan. Schuif de schakelaar naar ma. (2) Druk op om de (ingangs) MEASURE modus te selecteren.. (3) Sluit de testkabels of krokodillenklemmen aan op de MEASURE terminals (rood op rood en zwart op zwart). (4) Sluit vervolgens het andere uiteinde van de testkabels of krokodillenklemmen aan op het te meten object. (5) Het scherm van de PCE-789 toont het meetresultaat (6) Datalog functie: zie hoofdstuk Data logging. Kommentaar: 1. Het meetresultaat heeft 5 digits (inclusief het decimaal teken en min-teken). Waarschuwing: 1. Voer één functie per keer uit en maak alleen verbinding met de specifieke terminals. Verwijder alle andere aansluitingen naar de ongebruikte terminals. Maak altijd één enkele aansluiting, of SOURCE, MEASURE, of alleen TC. 7b. Instelling (1) Druk op om bij de SETUP functie te komen. (2) 4mA : stelt de mapping eenheid voor 4mA in. (3) 20mA : stelt de mapping eenheid voor 20mA in (4) MAPPING: hier kan de gebruiker beslissen of hij de MAPPING functie wil gebruiken. 14

15 7c. Details voor de instelling (1) Druk op om het object te selecteren dat u wilt configureren. (2) Wanneer het object in zwart is gemarkeerd, een waarde intypen. (3) Voor het instellen van de mapping eenheid voor 4mA of 20mA, type de eenheid met de overeenkomstige ASCII codes (zie Annex 1). Bijvoorbeeld, voor KW moet de gebruiker 75 en 87 intypen. (4) MAPPING: YES betekent dat de mapping functie actief is; NO betekent dat de mapping functie uit staat. 7d. MAPPING functie (1) In de SETUP display, wanneer de gebruiker YES kiest voor MAPPING, is de MAPPING functie actief. (2) De display eenheid zal dezelfde zijn als die de gebruiker heeft ingesteld. Bijvoorbeeld, voor de eenheid KW moet de gebruiker 75 en 87 intypen (3) (Als de gebruiker in de SETUP display, 0KW voor 4mA en 100KW voor 20mA instelt) Wanneer de gebruiker 100 intypt en daarna op ENTER drukt, toont het scherm: 100.0KW (het hoofdscherm) en mA (hetgeen betekent dat de originele uitgang van de PCE mA is). 15

16 8. Ingangstemperatuur (Measure) 8a. TC simulatie Thermokoppel signalen (voor types K, J, E, T, R, S, N, L, U, B, C, en mv ingang) (1) Zet het apparaat aan. Schuif de schakelaar naar mv. (2) Druk op om de MEASURE (ingangs) modus te selecteren. (3) Selecteer een TC TYPE in de SETUP display. (4) Sluit de Thermokoppel aan op de TC/mV terminals. (5) Sluit vervolgens het andere uiteinde van de Thermokoppel aan op het te meten object. (6) De display van de PCE-789 toont de temperatuur van het testobject. Kommentaar: 1. Het meetresultaat heeft 5 digits (inclusief het decimaal teken en het min-teken) Waarschuwing: 1. De TC ingangsterminals zijn om mv te meten, niet meer dan 30 V meten voor de MEASURE functie (terminals) om de PCE-789 niet te beschadigen. 2. Voer één functie per keer uit en maak alleen verbinding met de specifieke terminals. Verwijder alle andere aansluitingen naar de ongebruikte terminals. Maak altijd één enkele aansluiting, of SOURCE, MEASURE, of alleen TC. 8b. Instelling (1) Druk op om bij de SETUP functie te komen. (2) C. J. COMP.: stelt de Koude Las Compensatie in. (3) TC TYPE: stelt het type thermokoppel in. (4) UNIT: hier kan de gebruiker kiezen tussen ºC of ºF. 16

17 8c. Details voor de instelling (1) Druk op om het object te selecteren dat u wilt instellen. (2) Als het gekozen object in het zwart is gemarkeerd, een waarde intypen. (3) C. J. COMP.: De gebruiker kan de temperatuur intypen voor de Koude Las Compensatie. (Standaard is 0.0, de gebruiker kan tussen de -5 tot +5, overeenkomstig de ideale uitgangswaarden, compenseren). (4) Wanneer de TC TYPE in het zwart staat, kan de gebruiker op drukken om het gewenste type thermokoppel te kiezen. (5) Wanneer UNIT in het zwart staat, kan de gebruiker op drukken om of te kiezen. III. SCANNEN VOOR SOURCE 1. Voltage scan voor Source 1a. Instellen: (1) Druk op om naar de SETUP functie te gaan. (2) V 0%: stel de begin voltage voor het scannen in. (3) V 100%: stel de eind voltage voor het scannen in. Kommentaar: 1. De gebruiker kan max. 5 digits intypen. 2. Type een voltage waarde (inclusief het decimaal teken), druk op ENTER, vervolgens zal de PCE-789 deze spanningswaarde tonen. 3. Wanneer de uitgangswaarde <0 is, eerst een min teken schrijven. 4. Wanneer de uitgangswaarde <1 en >0, eerst een 0 schrijven. 1b. Voltage scannings functies voor BRON Druk op, vervolgens zijn er links onderaan de PCE-789 verschillende functies te zien (zie de volgende beschrijvingen) 17

18 1c. Voorbeeld aansluiting kabels (voor een snelle en multi-step scan) Aansluiting kabels voor snelle ramp 18

19 Aansluiting kabels voor Multi-step scan 2. Stroom scan voor Source 2.a Instelling (1) Druk op om bij de SETUP functie te komen. (2) ma 0% voor het instellen van de start stroom voor het scannen. (3) ma 100% voor de eind stroom voor het scannen. Kommentaar: 1. De gebruiker kan max. 5 digits intypen. 2. Type een spanningswaarde (inclusief het decimaal teken), druk op ENTER, daarna zal de PCE-789 deze waarde tonen.. 3. Wanneer de uitgangswaarde <0 is, eerst een minteken typen. 4. Wanneer de uitgangswaarde <1 en >0, eerst 0. typen. 19

20 2b. Functies stroom scan Druk een maal op beschrijvingen)., links onder toont de PCE-79 verschillende functies (zie de onderstaande SHIFT FUNCTIES Ramp analyse 1% 2%...100% 99%2%1% Manuele multi-step analyse (wordt geleidelijk verhoogd) Druk een maal op deze knop +25% tot het 100% bereikt Snelle ramp analyse 4%8%...100%96%..8%4% Terug naar het beginpunt van de analyse 0% Druk hierop gedurende scan periode om de scan vast te houden (HOLD) Terug naar het eindpunt van de analyse 100% Automatisch multi-step scannen (gaat geleidelijk omhoog en omlaag) 0%25%50%75%100% Manueel multi-step scannen (wordt geleidelijk verlaagd) Druk een maal op deze knop +25% tot het 100% bereikt. 2c. Voorbeeld aansluiting kabels (voor een Snelle en Multi-step Scan) Aansluiting van de kabels voor de snelle ramp (Fast ramp) 20

21 Aansluiting van de kabels voor een Multi-step scan 3. Temperatuur scan voor Source. 3.a Instelling (1) Druk op om bij de SETUP functie te komen. (2) TC 0%: om de begin temperatuur voor de scan in te stellen. (3) TC100%: om de eind temperatuur van de scan in te stellen. 21

22 Kommentaar: 1. De gebruikers kunnen max. 5 digits intypen. 2. Type een temperatuurwaarde (inclusief decimaal teken), druk op ENTER, de PCE-789 zal deze temperatuurwaarde tonen. 3. Wanneer de uitgangswaarde <0 is, met een min teken beginnen. 3b. Functies temperatuur scan voor Source Druk op, de PCE-789 toont links onderaan verschillende functies (zie onderstaande beschrijvingen). 3c. Voorbeeld aansluiting kabels (voor de Ramp en Multi-step analyse) 22

23 Aansluiting kabels voor de snelle Ramp IV. DATA LOGGING 1. Het data loggen Aansluiting kabels voor een Multi-step scan De datalog functie is beschikbaar voor alle bereiken behalve Hz 1a. Instelling (1) Alleen onder het V bereik kan de gebruiker de SAMPLE en FILE NAME aanmaken. En de instellingen onder het V bereik zullen op andere bereiken worden toegepast (ma, ). (2) Druk op om bij de SETUP functie te komen. (3) SAMPLE (Monster): voor het instellen van de bemonsteringstijd voor data logging (4) FILE NAME: de gegevens kunnen onder verschillende namen worden opgeslagen. Hier kan de gebruiker een file name (bestandsnaam) aanmaken. (Maar deze functie is alleen beschikbaar wanneer de SAMPLE is ingesteld op 0 ). 23

24 1b. Data logging voor V, ma, Temperatuur (ºC & ºF) (1) De Data logging kan in beide modi worden uitgevoerd (SOURCE en MEASURE). Maar de gegevens kunnen niet worden geregistreerd in verschillende bereiken of in verschillende modi. (Wanneer de SAMPLE is ingesteld op 0, kunnen veel apart gelogde gegevens onder dezelfde bestandsnaam samengevoegd worden (2) Om de data logging uit te voeren, op drukken, daarna verschijnt SHIFT links onderaan op het scherm. Druk op om met het data loggen te beginnen. (3) Om het data loggen te stoppen, het bovenstaande proces herhalen. Om het data loggen voort te zetten, moet de gebruiker het gewoon weer herhalen. (4) Wanneer de gebruiker gegevens voor een andere modus willen registreren (SOURCE of MEASURE),moeten ze eerst het geheugen wissen (en de gegevens, indien noodzakelijk eerst opslaan, raadpleeg de Handleiding van de Software). 1c. De gegevens opslaan onder BESTANDSNAAM Deze data logging kan in elk bereik worden uitgevoerd (V, ma, & ) en in elke modus (SOURCE en MEASURE). En de geregistreerde gegevens kunnen in de door de gebruiker vastgestelde BESTANDSNAAM opgeslagen worden. (1) SAMPLE (tasa) moet 0 zijn, als de gebruiker de gegevens onder BESTANDSNAMEN op wilt slaan. (2) Om de data logging uit te voeren, op drukken, daarna verschijnt SHIFT links onderaan het scherm. Druk op om met de gegevensregistratie te beginnen (3) De gegevensregistratie voor verschillende gegevens kan in elk bereik en modus worden uitgevoerd. De gebruiker hoeft alleen maar bovenstaande procedure te volgen om met de data logging en opslag van gegevens door te gaan. 2. Single-point Data Loggen 2a. Instelling voor data logging (1) Alleen onder het V bereik kan de gebruiker de SAMPLE en FILE NAME aanmaken. En de instellingen onder het V bereik zullen op andere bereiken worden toegepast (ma, ). (2) Druk op om bij de SETUP functie te komen. (3) SAMPLE: om de sampling time in te stellen op 0. (4) FILE NAME: de gegevens kunnen onder verschillende bestandsnamen worden opgeslagen. Hier kan de gebruiker een bestandsnaam aanmaken (met gebruik van de ASCII codes). 24

25 2b. Met Data loggen beginnen (1) In ieder bereik /modus, behalve het Hz bereik, druk op daarna verschijnt SHIFT links onderaan het scherm. Druk op om met het data loggen van single-point gegevens onder een gespecificeerde bestandsnaam te beginnen. (2) In alle bereiken/modi kunnen de single-point gegevens onder dezelfde bestandsnaam samen worden gelogd. (3) Om verder te gaan met het data loggen in ieder bereik, moet de gebruiker gewoon bovenstaande stap 1) herhalen. 3. Multi-point Data Loggen 3a. Instelling voor data logging (1) Alleen in het V bereik kunnen de gebruikers de SAMPLE en FILE NAME (bestandsnaam) aanmaken. En de instellingen in het V bereik zullen op andere bereiken worden toegepast (ma, ). (2) Druk op om bij de SETUP functie te komen. (3) SAMPLE: om de bemonsteringstijd in te stellen (vanaf 1~255 sec.). (4) FILE NAME: voor multi-point data logging kunnen de gegevens niet onder verschillende bestandsnamen worden opgeslagen. Hier hoeven de gebruikers geen bestandsnaam aan te maken. 25

26 3b. Met Data loggen beginnen (1) In ieder bereik /modus behalve het Hz bereik, druk op, vervolgens verschijnt SHIFT links onderaan het scherm. Druk op om met het data loggen van multi-point gegevens te beginnen met de door de gebruiker ingestelde bemonsteringstijd. (2) Om met het data loggen te stoppen, de bovenstaande procedure herhalen. (3) Alle gegevens kunnen niet in verschillende bereiken of modi worden geregistreerd. Als de gebruiker gegevens voor een ander bereik of andere modus moeten registreren, moet hij eerst de gegevens downloaden of het geheugen wissen. 4. Gegevens wissen & Gegevens downloaden (1) Gegevens wissen: Doe eerst het apparaat uit. Druk tegelijkertijd op en, er klinken twee pieptonen. Dan is het geheugen gewist. (2) Gegevens downloaden: Installeer eerst de software (samen met de PCE-789 geleverd) op de PC, daarna kan de gebruiker de gegevens downloaden (zie handleiding Software). V. REMOTE PC (CONTROLE PCE-789) 1. De transmissiesnelheid tussen de PC en de PCE-789 is bps. 2. Zie onderstaande lijst voor de overeenkomstige toetsen van de PCE-789 met de toetsen van de (remote) PC. 26

27 VI. VERVANGING VAN DE BATTERIJ 1. De PCE-789 heeft een oplaadbare lithiumbatterij 2. Nadat de PCE-789 wordt ingeschakeld, toont de display het resterende vermogenspercentagevan de oplaadbare batterij. 3. Wanneer het resterende vermogenspercentage van de oplaadbare batterij minder is dan 10%, raden wij de gebruiker aan de batterij op te laden door middel van de meegeleverde AC adapter. 4. Om de batterij op te laden hoeft de gebruiker alleen maar: (1) de AC adapter in het stopcontact te stoppen; (2) De AC adapter op de DC terminal van de PCE-789 aan te sluiten; (3) en de PCE-789 aan te zetten. VII. TECHNISCHE SPECIFICATIES (23+/- 5, 10 minuten nadat het apparaat is aangezet) ma (Source) ( Vopen > 15V) Bereik Resolutie Nauwkeurigheid -4mA tot mA 1uA +/-0.03% +/- 5digits 0.005mA tot 4mA 1uA +/-0.03% +/- 5digits 4mA tot 20mA 1uA +/-0.03% +/-3 digits 20mA tot 24mA 1uA +/-0.03% +/-5 digits V (Source) (Max. belasting 1mA, bescherming tegen kortsluiting < 100mA) Bereik Resolutie Nauwkeurigheid -3V tot V /-0.03% +/-5 digits 0.005V tot 10V V +/-0.03% +/-5 digits 10V tot 15V V +/-0.03% +/-5 digits ma (Measure) V Bereik Resolutie Nauwkeurigheid -4mA tot mA 1uA +/-0.03% +/- 5 digits 0.005mA tot 4mA 1uA +/-0.03% +/- 5 digits 4mA tot 20mA 1uA +/-0.03% +/-3 digits 20mA tot 24mA 1uA +/-0.03% +/-5 digits Als de waarde van ma (Measure) minder dan 5 digits heeft, wordt hij als 0 weergegeven V(Measure) Bereik Resolutie Nauwkeurigheid -3V tot V 0.001V +/-0.03% +/-5 digits 0.005V tot 10V 0.001V +/-0.03% +/-5 digits 10V tot 24V 0.001V +/-0.03% +/-5 digits Als de waarde van V (Measure) minder dan 5 digits heeft, wordt hij als 0 weergegeven Frequentie (Source, 10 Vpp, 0V offset, vierkante golf, werkcyclus =50 %) Bereik Resolutie Nauwkeurigheid 0.3 tot Hz 0.002Hz tot Hz 0.02Hz tot Hz 0.2Hz tot Hz 2Hz Temperatuur, Thermokoppels (Source en Measure, 0,1ºC &0,1ºF, 27

28 Interne Koude Las Compensatie, nauwkeurigheid van de thermokoppel niet inbegrepen, 3 minuten na de thermokoppels aangesloten te hebben). C ºF Bereik Nauwkeurigheid Bereik Nauwkeurigheid K -200 tot tot tot tot tot tot tot tot J -200 tot tot tot tot tot tot E -200 tot tot tot tot tot tot T -200 tot tot tot tot tot tot R 0 tot tot tot tot S 0 tot tot tot tot N -200 tot tot tot tot L -200 tot tot tot tot U -200 tot tot tot tot B 600 tot tot tot tot tot tot C 0 tot tot tot tot mv -10mV tot 70mV 0.05mV -10mV tot 70mV 0.05mV Piek-tot-Piek spanning voor Sinus Golf (Vpp, 0,3~20KHz, 50% werk-cyclus, sinusgolf, 0V offset) Bereik(V) Resolutie Nauwkeurigheid 0.1 tot 20V 0.001V 5% +/- 0.3V Piek-tot-Piek spanning voor non-sinus Golf (Vpp, 0,3~20KHz, 0V offset) Bereik(V) Resolutie Nauwkeurigheid tot tot 20V 20V 0.001V 0.001V 5% 5% +/- +/- 0.3V 0.3V Piek-tot-Piek spanning Vpp, 0.3~20KHz, 50% werkcyclus, vierkante golf, 0V offset) Bereik(V) Resolutie Nauwkeurigheid 1 tot 20V 0.001V 6% +/- 0.4V Offset voltage (Max. Vpp < 20V) 28

29 Bereik Resolutie Nauwkeurigheid -5V tot 5V 0.001V 5% +/-0.5V +/-5%xVpp Werk-cyclus (%, vierkante golf, 10 Vpp, 0.3~20KHz) Bereik Resolutie Stijg-tijd Vpp Daal-tijd Vpp 0 tot 100% 1% 10μS max, 5μS typisch 15μS max, 7.5μS typisch DTMF (Hz) Bereik (Hz) Resolutie Nauwkeurigheid 0.3 tot Hz 0.002Hz tot Hz 0.02Hz tot Hz 0.2Hz tot Hz 2Hz DTMF (%) Bereik (%) Resolutie Nauwkeurigheid 0% ~ 100% 1% 5% DTMF (Fase hoek) Bereik ( ) Resolutie Nauwkeurigheid 0 ~ μS+1 DTMF (Vpp, F1=F2, <1 KHz, %1=%2, Fase1=Fase2) Bereik Resolutie Nauwkeurigheid 5V ~ 20V 0.001V Resolutie 10% +/-0.6V DTMF (Offset, Resolutie Nauwkeurigheid F1=F2, -5V <1 ~ 5V KHz, %1=%2, 0.001V 10% +/-0.6V +/-5%xVpp Phase1=Phase2) DTMF (Offset, F1=F2, <1 KHz, %1=%2, Phase1=Phase2) Range 29

30 VIII. ALGEMENE SPECIFICATIES AC adapter: AC 110V, 60Hz ingang; o AC 220V, 50/60Hz ingang. DC 15V / 0.5A ingang, Afmetingen: 214.0(L) x 98.7(B) x 56.0(H) mm 8.4" (L) x 3.9" (B) x 2.2" (H) Gewicht: Bedrijfsomstandigheden: Opslagomstandigheden: 650g / 22.9oz (met batterijen) 0 ~ 50, 85% RV -20 ~ 60, 75% RV Accessoires: Draagtas x 1 Handleiding x 1 AC adapter x 1 USB kabel x 1 Software CD x 1 Software handleiding x 1 Thermokoppel type K (dubbele stekker) x 1 Krokodillenklem x 2 (zwart en rood) Testkabels x 2 (zwart en rood) Oplaadbare Lihium batterij (11.1V/ 1600mAh) x 1 Op deze link vindt u een overzicht van de meettechniek Op deze link vindt u een lijst met de meters: Op deze link vindt u een lijst met de weegschalen: PAS OP: Dit apparaat heeft geen ATEX bescherming, en mag dus niet in omgevingen met ontploffingsgevaar worden gebruikt (stof, brandbare gassen). 30