Thema: Arbeidsrecht - nu - in de toekomst - in de praktijk

Transcriptie

1 Thema: Arbeidsrecht - nu - in de toekomst - in de praktijk Mr. G.W. (Govert) Brouwer 15 januari

2 Programma: I II III De procesgang in het O.O. De procesgang in het B.O. Wet normalisering rechtspositie ambtenaren IV Normalisering + regeerakkoord V Casuïstiek 15 januari

3 I De procesgang (bij ontslag) in het Openbaar Onderwijs. 15 januari

4 I.1 De procesgang is in O.O. vastgelegd in: q de rechtspositieregelingen (m.n. CAO VO); q de Algemene wet bestuursrecht. 15 januari

5 I.2 Ontslagbesluit moet volgens de voornemenprocedure art. 9.b.8 CAO VO cfr 4:8 AWB 15 januari

6 I.3 Voornemenprocedure q voorgenomen besluit q per aangetekend schrijven q 3 weken voor zienswijze q van mondelinge zienswijze p.v. (voorleggen) q definitief besluit door bevoegd gezag 15 januari

7 I.4 Procesgang: q besluit (ieder) q bezwaar q beroep rechtbank, sector bestuursrecht q hoger beroep (CRvB) * bestuursrechtelijk kort geding bij de voorzieningenrechter 15 januari

8 I.5 In Openbaar Onderwijs wordt: q ontslagbesluit repressief getoetst q via een voorlopige voorziening kan een ontslagbesluit worden geschorst. 15 januari

9 II. Procesgang (bij ontslag) in het bijzonder onderwijs 15 januari

10 II.1 Procesgang is geregeld in: a. Wet V.O. (art. 52), CB b. CAO V.O. (art. 19), CB c. Reglementen van Commissies van Beroep d. Wetboek van Burg. Rv. (civ. rechter) e. BBA niet van toepassing 15 januari

11 II.2 Ook in O.O. bij ontslagbesluit voornemenprocedure (art. 9.a.8 CAO V.O.) maar alleen bij ontslag wegens: q Plichtsverzuim q Ongeschiktheid anders dan q Gewichtige redenen 15 januari

12 II.3 Voornemenprocedure: q niet bij ontslag op staande voet (9.a.1 lid 2 sub a) q wel bij ontslag wegens ongeschiktheid of gewichtige redenen q wel bij een disciplinair ontslag (CB V.O. St. Onderwijsgeschillen nummer ) 15 januari

13 II.4 Verloop voornemenprocedure B.O. identiek aan O.O. 15 januari

14 II.5 Wijzen van eenzijdige beëindiging: a. opzegging met opzegtermijn b. opzegging met onmiddellijke ingang (o.s.v.) c. ontbinding door de kantonrechter (7:685 BW) * Strafontslag (art. 9.a.7 lid 1 sub c CAO V.O.) 15 januari

15 II.6 Rechtsmiddelen werknemer tegen ontslag: q naar CB (bodemprocedure) (volledige toetsing) q naar CB (voorlopige voorziening) q naar civiele rechter (KO / schadevergoeding) q naar voorzieningenrechter 15 januari

16 II.7 Tussenbalans / Verg. O.O. O.B. q O.O. + O.B. toetsing van ontslag achteraf q werkn. O.O.: - volle toets bestuursrechter - volwaardige voorl. voorziening - herstel dienstverband reële optie. q werkn. B.O.: - bij civ. rechter k.o. toets amper kans op herstel - voorzieningenrechter idem - bij CB op papier volwaardige voorziening maar leidt die ook tot herstel? 15 januari

17 II.8 Tot Amghane arrest (1996) was heersende opvatting: Werkgever wordt gebonden door uitspraak CB. Praktijk was: beroep werknemer tegen ontslagbesluit gegrond, werkgever trekt ontslag in. 15 januari

18 II.9 Hoge Raad in Amghane arrest (NJ 1996/ 693): Oordeel CB bindt partijen niet tenzij zij ondubbelzinnig zijn overeengekomen dat dit oordeel als bindend advies heeft te gelden. 15 januari

19 II.10 Bartels arrest (NJ 2010/692); q Bartels mocht direct naar Ktr. wegens k.o., hoefde niet eerst langs CB; q Art. 52 en 53 W.V.O. zijn slechts bekostigingsvoorwaarden en binden werkgever noch werknemer jegens de ander. 15 januari

20 II.11 Art. 19 lid 5 CAO V.O. bepaalt: De uitspraak van de commissie is voor de werkgever bindend. 15 januari

21 II.12 ABN AMRO arrest (NJ 2004/2080) Een arbitraal beding in een doorgecontracteerde CAO bindt de ongebonden werknemer. Annotator: dit geldt ook voor bindend advies. 15 januari

22 II.13 Jurisprudentie tot nu toe: q CAO bepaalt niet dat uitspraak CB partijen bindt; q Werknemer wordt door CAO niet verplicht naar CB te gaan (kan bepaling); q Werknemer die door CB in het gelijk wordt gesteld vordert: - betaling van loon; - nietig verklaring van het ontslag. q I.p.v. nakoming van de uitspraak van de CB op straffe van dwangsom 15 januari

23 II.14 Na gegrond verklaring CB is juiste vordering bij civiele rechter: q nakoming van uitspraak CB; q veroordeling tot herstel wegens K.O.O. Voorwaarde: CAO bindt werkgever aan uitspraak CB (zie A.G. Vranken onder Amghane + overwegingen rechtbank Zwolle-Lelystad JAR 2006 nr. 275). 15 januari

24 II.15 Casus bezorgde leraar V.O. Commissie verklaart beroep tegen O.S.V. + gewichtige redenen gegrond, en nu? q wat moet leraar doen? q wat moet werkgever doen? 15 januari

25 III. Wet Normalisering Rechtspositie Ambtenaren 15 januari

26 III.1 Kern van de Wet Normalisering is dat met een ambtenaar een arbeidsovereenkomst wordt gesloten. Gevolg: de ambtenaar valt onder het arbeidsrecht van het BW en de burgerlijke rechter wordt bevoegd. 15 januari

27 III.2 Er blijft een Ambtenarenwet. Extra eisen aan bepaalde beroepsgroepen die overheidstaken uitvoeren. Het gaat om: q afleggen eed; q beperking meningsuiting; q integriteitsbeleid; q klokkenluidersregeling q etc. 15 januari

28 III.3 Onderdeel Wetsontwerp Normalisering is schrapping van art. 2 lid 1 sub a BBA. Gevolg: ambtenaren vallen onder BBA preventieve ontslagtoets UWV. 15 januari

29 III.4 Nieuwe situatie voor O.O. zou dan zijn: q O.O. wordt gewoon werknemer BW + Rv. q O.O. valt onder BBA: - preventieve ontslagtoets; - opzegging zonder ontslagvergunning vernietigbaar. 15 januari

30 III.5 Art. 2 lid 1 sub b BBA zou gehandhaafd blijven. De situatie B.O. zou dan zijn: B.O. valt onder BW + Rv. + CB B.O. valt niet onder BBA. q q q geen preventieve ontslagtoets; geen vernietigbare opzegging; herstel dienstverband alleen via K.O.O. of vordering tot nakoming uitspraak CB. 15 januari

31 III.6 2 amendementen: q Personeel O.O. verliest ambtelijke status; q Art. 2 lid 1 sub b wordt geschrapt waardoor ook (onderwijs)personeel B.O. onder BBA valt. 15 januari

32 III.7 Resultaat: Volledige gelijkschakeling van O.O. + B.O. Beide vallen onder BW, BBA en Rv. Preventieve ontslagtoets UWV. Geen rol meer voor CB. 15 januari

33 IV. Normalisering + Regeerakkoord 15 januari

34 IV.1 Beëindiging door: q Wederzijds goedvinden; q Opzegging (preventief advies UWV); q Art. 7:685 BW (vervalt). Behoudens opzegverboden en niet tussentijds opzegbare arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd. 15 januari

35 IV.2 Bij positief ontslagadvies: q Rechter kan opzegging niet ongedaan maken; q Rechter kan alleen een financiële vergoeding toekennen indien ontslag onterecht is of aan werkgever te wijten; q Bij beoordeling moet rechter beleidsregels toepassen + advies UWV zwaar laten wegen. 15 januari

36 IV.3 Bij opzegging ondanks negatief ontslagadvies: q Rechter kan dienstverband herstellen; q Schadevergoeding; q Beleidsregels zijn toetsingskader voor rechter. 15 januari

37 IV.4 Vergoedingen: q Vergoeding door rechter is max. half maandsalaris per dienstjaar. Max ,--. q Daarnaast bij ieder onvrijwillig ontslag transitiebudget van ¼ mnd sal. per dienstjaar. Max. 4 mnd sal. 15 januari

38 IV.5 Alleen nog eerste beoordeling bij rechter: q O.O.S. (vernietigbaar / K.O.O.?); q i.g.v. opzegverboden (ontbinding); q i.g.v. tussentijdse beëindigingen van niet opzegbare arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd (ontbinding). 15 januari

39 IV.6 Betekent dit het einde van de commissies van beroep? Regeerakkoord: De preventieve ontslagtoets vervalt als in CAO is voorzien in een qua inhoud en snelheid vergelijkbare procedure. 15 januari