Belangrijkste spiergroepen

Transcriptie

1 Welkom

2 2. Anatomie

3 Belangrijkste spiergroepen Als coach: belangrijk om belangrijkste spieren van het lichaam te kennen + ligging en functie van de spieren Ligging: beschreven a.d.h.v. oorsprong en insertie (aanhechting) Latijnse benaming: spier = musculus (M.)

4

5 buikspieren Spier M. Rectus Abdominis Os pubis Processus xyphoideus Ribben 5-7 Functie(s) - Flexie romp - Buikpers Crunch, leg raise

6 Rib 5 tot 12 M. Obliquus Externus Abdominis Onderste vezels: op 2/3 de van de crista iliaca Middenste vezels: op de symphyse Bovenste vezels: op de linea alba Functie(s) - Flexie van de romp (bilaterale contractie) - Rotatie naar andere zijde (unilaterale contractie) - Lateroflexie - Stabilisatie romp (met rugspieren) - Buikpers Laterale crunch, gekruiste leg raise

7 M. Obliquus Internus Abdominis Fascia thoracolumbalis Crista iliaca 3-4 onderste ribben Linea alba Functie(s) - Flexie romp (bilaterale contractie) - Rotatie naar zelfde zijde (unilaterale contractie) - Lateroflexie - Buikpers Laterale reversed crunch, gekruiste leg raise

8 M. Transversus Abdominis 6 onderste ribben Fascia thoracolumbalis Voorkant crista iliaca Rectusschede Linea alba Functie(s) - Buikpers - Stabilisatie romp - Flexie romp - Rotatie - lateroflexie Core stability: navel intrekken Reflexoir patroon

9 M. Quadratus Lumborum Crista iliaca 12 de rib T12-L4 Functie(s) - Stabilisatie wervelkolom (bilaterale contractie) - Lateroflexie (unilaterale contractie) - Fixeert 12 de rib en diafragma Side plank

10 Diafragma 1. Pars sternalis: vanaf processus xyphoideus 2. Pars costalis: vanaf 6 laatste ribkraakbeenderen 3. Pars lumbalis: vanaf lumbale wervels / Functie(s) - Buikpers - Stabilisatie wervelkolom (bij heffen) - Inademingsspier Buikademhaling

11 rugspieren M. Latissimus Dorsi T7 L5 Crista iliaca 3-4 laatste ribben Scapula onderaan Functie(s) - Adductie - Retroflexie - Endorotatie Crista tuberculi minoris (voorzijde humerus) Lat pulldown, pullup

12 M. Rhomboïdeus C6 C7 (minor) T1 T4 (major) Mediaal scapula Functie(s) - Retractie scapula - Lichte rotatie Rope row to neck

13 M. Erector Spinae Crista Iliaca Sacrum T11 L5 Schedel Cervicale & thoracale wervels Ribben Functie(s) - Extensie, rotatie, lateroflexie romp - Stabilisatie wervelkolom Back extension

14 M. Trapezius Os occipitale schedel tot T12 Clavicula Scapula Functie(s) - Pars descendens: elevatie scapula - Pars transversa: retractie scapula - Pars ascendens: rotatie scapula (caudaal/mediaal) Schrugs, rowing

15 borst- en schouderspieren M. Pectoralis major Mediaal clavicula Sternum Ribkraakbeen 2-7 Crista tuberculi majoris (voorzijde humerus) Functie(s) - Adductie - Endorotatie - Anteflexie - Horizontale anteflexie Push up, bench press

16 M. Pectoralis minor Rib 2-5, lateraal van ribkraakbeen Processus coracoideus van scapula Functie(s) - Depressie scapula - Protractie scapula Bench press

17 M. Deltoideus Clavicula lateraal Acromion Spina scapula lateraal Tuberositas deltoidea (+/- helft humerus) Functie(s) - Pars clavicularis: endorotatie, horizontale adductie - Pars acromialis: abductie tot 90 - Pars spinalis: exorotatie, horizontale abductie Shoulder press

18 armspieren M. Biceps Brachii Tuberculum supraglenoidale van scapula (lange kop) Processus coracoideus van scapula (korte kop) Tuberositas radii van radius Functie(s) - Anteflexie - Flexie elleboog - Supinatie bij flexie elleboog - Stabiliteit van de schouder Biceps curl

19 Functie(s) M. Brachialis Distale helft voorzijde humerus Tuberositas en kapsel ulna Flexie elleboog Biceps curl

20 Functie(s) M. Brachioradialis Onderste laterale deel humerus Onderste laterale deel radius - Flexie elleboog Biceps curl

21 M. Triceps Brachii Lange kop: tuberculum infraglenoidale (scapula) Laterale kop: lateraal en proximaal op dorsale zijde humerus Mediale kop: mediaal en distaal op dorsale zijde Olecranon + kapsel ellebooggewricht Functie(s) - Extensie elleboog - Retroflexie schouder (lange kop) Triceps extension

22 beenspieren M. Quadriceps femoris Rectus femoris: SIAI Vastus lateralis: lateraal van linea aspera Vastus medialis: mediaal van linea aspera Vastus intermedius: laterale voorzijde van femur Basis patella Tuberositas tibia Functie(s) - Extensie knie - Stabilisatie kniegewricht Leg extension, squat

23 Functie(s) M. Iliopsoas T12 L5 Fossa iliaca Trochanter minor (femur) - Anteflexie dij - Been heffen (heupflexie) - Wandelen

24 Adductoren: - M. Adductor longus - M. Adductor magnus - M. Adductor brevis - M. Gracilis - M. pectineus Pubis Mediale zijde femur Mediaal tibia (gracilis) Functie(s) - Adductie - Anteflexie - Exorotatie (adductor longus, magnus, brevis) - Endorotatie (gracilis) Adductie cable

25 Hamstrings: - Biceps femoris lange kop - Biceps femoris korte kop - Semimembranosus - Semitendinosus Tuber ischiadicum Onderste 1/3 de van de femur (korte kop) Kop van fibula (lange & korte kop) Mediale condyl tibia (semimembranosus, -tendinosus) Functie(s) - Knieflexie - Extensie heup - Exorotatie onderbeen (lange & korte kop) - Endorotatie onderbeen (semimembransus) Leg-curl

26 M. Gluteus Maximus Ilium tot SIPS Sacrum en os coccygis Lig. sacrotuberale en fascia thoracolumbalis Tuberositas glutealis (achterzijde femur) Tractus iliotibialis Functie(s) - Retroflexie - Exorotatie - Belet vooroverkantelen bekken Squat

27 M. Gluteus medius Dorsaal op ilium Top trochanter major (femur) Functie(s) - Abductie dij - Anteflexie/retroflexie - Endo/ Exo-rotatie - Stabilisatie bekken Lateral step down

28 M. Piriformis Binnenzijde os sacrum + lig. sacrotuberale Mediaal op top trochanter major Functie(s) - Exorotatie - Zwakke abductie dij - Stabilisatie heupgewricht - Endorotatie bij >60 flexie Tube walking

29 M. Triceps Surae gastrocnemius Posterieur op epicondylen van de femur Tuber calcaneum van Achillespees Functie(s) - Flexie knie - Plantaire flexie enkel Standing calf raises

30 M. Triceps Surae soleus Kop en posterieure zijde van fibula Tuber calcaneum van Achillespees Functie(s) - Plantaire flexie enkel Seated calf raises

31 M. Tibialis Anterior Laterale condyl + bovenste 2/3 de van de tibia Os cuneiforme mediale Basis eerste metatarsaal Functie(s) - Dorsaal flexie - Inversie voet Tenen flexen

32 Spierfuncties agonisten/antagonisten Spieren vaak in paren rond een gewricht Prime mover = agonist (initieert de beweging door contractie) Tegengestelde spier = antagonist (verlengt/ontspant zodat agonist kan bewegen, vertraagt/controleert beweging) synergisten Assisteert agonist met het uitvoeren van de beweging Zorgt voor meer stabiliteit en grotere krachtproductie fixators/stabilisatoren spieren die de beweging van de agonist en het gewricht stabiliseren

33 Analyse van de bewegingen Oefening Agonist Antagonist Synergist Stabilisator fixator Biceps curl M. Biceps brachii M. Triceps brachii M. Brachialis, M. brachioradialis M. Pronator teres M. Deltoideus

34 Oefening: Beschrijf voor volgende spieren een mogelijke beweging M. latissimus dorsi M. Pectoralis major M. quadriceps Benoem de andere spieren die betrokken zijn bij deze beweging (antagonisten & synergisten)

35 Oefening 1 Agonist(en) Antagonist(en) Synergist(en) Lat pulldown Oefening 2 Agonist(en) Antagonist(en) Synergist(en) Oefening 3 Agonist(en) Antagonist(en) Synergist(en) Bench press Squat

36 Soorten spiercontracties concentrische contractie Spier verkort Dynamisch excentrische contractie Spier verlengt onder weerstand Meer mechanische schade van structurele elementen (spierpijn) Dynamisch isometrische contractie Geen beweging van gewricht, spier blijft op dezelfde lengte Vaak in revalidatie statisch

37

38 Oefening: bepaal het type contracties bij volgende bewegingen: M. Pectoralis major: beweging tijdens het zakken bij een push up. M. Latissimus dorsi: beweging tijdens het optrekken bij een pull up. M. Gluteus maximus: beweging tijdens het zakken bij een lunge M. Erector spinae: beweging bij het naar boven komen bij een deadlift.. M. Rectus abdominis: beweging bij het naar boven komen van een push up..

39 2.7. Core training Core = volledige romp, incl. organen Bewegingen vertrouwen op de core voor stabilisatie en krachtproductie Functies van de core Bescherming CZS en interne organen - wervelkolom ruggengraat (deel CZS) - ribbenkast en buitenste buikspieren schild voor interne organen Ondersteuning interne organen - beweging core mobiliseert interne organen Ondersteuning circulatie - aorta en vena cava - beweging/druk in de core verbeterde doorbloeding in hart en spieren + betere circulatie van lymfe Basis voor beweging - slechte corefunctie meer kans op pijn en blessures

40 Werking van de core inner/deep core stijfheid van de wervelkolom, ribbenkast en bekkengordel zodat hoofd, armen en benen een stabiele werkbasis hebben Stabilisatie tijdens functionele bewegingen begint in de inner core Spieren van dit systeem hebben een relatief hoge dichtheid aan spierspoeltjes - M. Transversus abdominis - M. Multifidus - M. Abdominis internus obliquus - Bekkenbodemspieren - Diafragma Note: De spieren maken deel uit van een complex netwerk met ook bindweefsel zoals de thoracolombale Fascia voorzijde achterzijde

41 Outer/superficial core Om het lichaam te bewegen Meestal groter dan inner core spieren Lopen meestal over meerdere gewrichten - M. Rectus abdominis - M. Erector spinae - M. Abdominis externus obliquus - M. Latissimus dorsi Note: De spieren maken deel uit van een complex netwerk met ook bindweefsel zoals de thoracolombale Fascia

42 corefunctie tests Prone TVA activation test Forward bend test Lower abdominal coordination test core conditioning oefeningen Geen beweging in de romp Uitlokken antirotatie Vbn. Pallof press, side plank,...

43 Ruglig march Superman/birddog Pallof press Plank Forward ball roll... Praktijk

44 Vragen of opmerkingen