Handleiding NX-590. NetworX NX-590. IP communicatie module. Installatie- en programmeerhandleiding. januari 2007

Transcriptie

1 NetworX NX-590 IP communicatie module Installatie- en programmeerhandleiding januari 2007 NP

2 Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt worden door middel van druk, fotokopie, microfilm, geluidsband, elektronisch of op welke andere wijze dan ook en evenmin in een retrieval systeem worden opgeslagen zonder voorafgaand toestemming van de vertaler en samensteller. Aan deze uitgave kunnen geen rechten worden ontleend. Wijzigingen voorbehouden. Lobeco Beveiligingen B.V. NP

3 INHOUDSOPGAVE 1 Algemene beschrijving Installatierichtlijn DE NX-590E BEVESTIGEN AANSLUITSCHEMA Programmeren van NX PROGRAMMERING VIA LCD BEDIENDEEL REGISTRATIE EN BEWAKING VAN MODULES EN BEDIENDELEN PROGRAMMEREN MET DL Specificaties NP

4 1 Algemene beschrijving De NX-590E is een door twee microprocessors gestuurde internet-/ intranet-interface voor het maken van een verbinding tussen een NX-controlepaneel en een Osborn Hofmann (OH) -netwerkontvanger. Deze interface maakt het mogelijk alle signalen van een NX-controlepaneel via het netwerk door te geven. 2 Installatierichtlijn 2.1 De NX-590E bevestigen 1. Steek locatienaaf (4) in opening (2) in de behuizing. 2. Controleer of schroefgat (3) in de kaartgeleider en gat 1 in de behuizing zijn uitgelijnd. 3. Steek een schroef in gat 1 zoals aangegeven in stap Plaats de NX-590E (7) in (een van) beide kaartgeleiderposities (6). 5. Plaats de module zoals aangegeven om moeilijkheden bij het sluiten van de behuizing te vermijden. 2.2 Aansluitschema 1) 10BT Ethernet 2) Verbinding met centrale 3) Led-indicatie 4) NX590 Simm Sluit de drie netwerkaansluitingen van de NX-590E aan de NX-centrale. Sluit de Ethernet-stekker J16 (10BT) aan op een 10BT-Ethernet-hub, router of gateway. Gebruik geen CASCADE of X-poort in cross-overmodus. NP

5 De werking van de LED's De internetmodule is voorzien van vijf rode LED s aan de voorzijde van de kaart en twee op de SIM-module. Deze LED s bieden waardevolle informatie over de status van de internetmodule en het netwerk, zoals te zien is in de volgende tabel. LED DS1 DS3 DS4 DS5 DS6 Beschrijving Knippert telkens wanneer de NX-590 verbinding heeft met de NX-centrale. De LED knippert ongeveer tweemaal per seconde. Knippert tijdens het wachten op signalen van de Ethernet-module Aan tijdens het wachten op antwoord van een NX-centrale Knippert op het moment dat de NX-590 een pakket van de Ethernet-module ontvangt Aan wanneer een bericht over het netwerk wordt verzonden Opmerking : DS3-DS6 zijn uit als het systeem is geinitialiseerd, normaal werkt en wacht op een nieuwe gebeurtenis die gemeld moet worden. L1 (op SIM-module) Knippert bij Ethernet-activiteit L2 (op SIM-module) Aan wanneer een Ethernet-verbinding tot stand is gebracht via de 10Tkabel DS2 De zesde LED bevindt zich aan de achterzijde van de kaart. Deze wordt gebruikt voor de hardware en brandt slechts zwak wanneer de kaart is aangesloten op de NX-centrale. NP

6 3 Programmeren van NX Programmering via LCD bediendeel Opmerking: De programmeermode kan niet geactiveerd worden als het systeem niet volledig (d.w.z. alle partities) uitgeschakeld is. 1. Activeren van de programmeermode 8 + programmeercode (standaard = ) Men kan nu de te programmeren module selecteren. 2. Selectie van te programmeren module Alle modules die op de NX-centrale aangesloten zijn, kunnen via een bediendeel geprogrammeerd worden. Iedere module heeft zijn eigen nummer. De NX-590 heeft nummer 79, dus tik in: 79 [#] Bevestig met [#] de keuze. 3. Programmering van een adreslocatie Elke adreslocatie kan direct geselecteerd worden door het adresnummer in te voeren onmiddellijk gevolgd door [#]. Geef adres, dan # (0) In het display verschijnt dan het volgende: Links het adresnummer en rechts het segmentnummer Op de onderste lijn van het display wordt de actuele data (adresinhoud) getoond Adr # 0, Seg # 1 1 De data dient ingevoerd te worden volgens de te gebruiken datatypes : numeriek, optie-data NUMERIEKE DATA Numerieke data wordt geprogrammeerd door een getal tussen 0 en 255 in te voeren m.b.v. de toetsen van het bediendeel. Het hexadecimaal equivalent van de data wordt tussen haakjes getoond. Data + [ ] : Hiermee wordt de data in het actuele segment gewijzigd en opgeslagen. De data van het volgende segment wordt daarna op het display getoond. Deze procedure kan herhaald worden totdat het laatste segment van de adreslocatie bereikt is. [ ] : Doorlopen van segmenten. Nadat het laatste segment van een bepaalde adreslocatie geprogrammeerd is, zal deze adreslocatie automatisch verlaten worden door het intoetsen van [ ]. Hierop zal het Display vragen om een nieuw adresnummer in te voeren. [#] : Het verlaten van een bepaalde adreslocatie. Hierbij zullen de eventuele wijzigingen in het actuele segment niet bewaard worden. De [Politie] toets is voor het volgende adres. De [Brand] toets is voor het voorgaande adres. De [Medische] toets is voor het teruggaan naar hetzelfde adres. Bij ingaven van ongeldige data in een bepaald segment zal de bediendeelzoemer een foutsignaal (3 pieptoontjes) genereren en in het segment blijven wachten op een geldige data-ingave. NP

7 OPTIE-DATA: Optie-data geeft de toestand weer (aan of uit) van 8 eigenschappen die in een bepaald segment van een adreslocatie geselecteerd kunnen worden. Een bepaalde eigenschap kan in- of uitgeschakeld worden door de corresponderende cijfertoets in te drukken op het bediendeel. Niet geactiveerde eigenschappen zullen met een plat streepje (-) weergegeven worden. Het invoeren van de segmenten geschiedt verder net zoals bij numerieke data. Bevestig de ingevoerde data met de toets 4. Programmeermode verlaten Tik de [Afwezig] toets in. Men komt nu weer in het te programmeren module niveau terug. Druk nogmaals op de [Afwezig] toets, als er geen bijkomende modules geprogrammeerd dienen te worden, om de programmeermode te verlaten. Als er nog een bijkomende module dient geprogrammeerd te worden, dan kan deze geselecteerd worden door het corresponderende modulenummer in te voeren gevolgd door [#]. De procedure voor het programmeren van bijkomende modules is dezelfde als deze voor het programmeren van de centrale. De adreslocaties zijn nu echter deze van de geselecteerde module. Bij het verlaten van de programmeermode zal de centrale automatisch alle aangesloten modules (inclusief bediendelen) registreren. Dit identificatieproces duurt ongeveer 12 seconden en wordt weergegeven door een Service indicatie. Als een geregistreerde module door de centrale niet meer gedetecteerd wordt, dan zal na een bepaalde tijd een Service indicatie weergegeven worden OPMERKING: als er binnen de 15 minuten geen toets ingedrukt wordt, dan zal de programmeermode automatisch verlaten worden. 3.2 Registratie en bewaking van modules en bediendelen Om de aangesloten modules te kunnen bewaken, detecteert de NX-centrale automatisch de aanwezigheid van alle aangesloten bediendelen, zone uitbreidingen, NX-590 enz. en registreert het adres ervan in het systeem geheugen. Op die manier kunnen alle modules bewaakt worden door de centrale. De modules kunnen geregistreerd worden door de programmeermode van de NXcentrale te activeren of als men bij het programmeren van module 0 het commando 915 # invoert. 3.3 Programmeren met DL900 De NetworX modules en de NX-590 zijn te programmeren d.m.v. het software pakket DL900 via het Ethernet. Bij rechtstreekse progammeren dient een cross-kabel CAT-5 gebruikt te worden. NP

8 Programmeren van de NX-590 Voor het snel programmeren van de NX-590 is het aan te bevelen om het volgende voorbeeld te volgen : Maak de module standaard en wijzig de volgende zaken : IP adres toewijzen Via DHCP ( Hierbij wordt ervan uitgegaan dat de NX-590 via een router (DHCP server) zit aangesloten op een ADSL of kabel aansluiting.) Adres 0 segment 1 optie 2 aanzetten (SIA) Adres 0 segment 2 optie 3 aanzetten (DHCP) Vast IP-adres Adres 0 segment 2 optie 3 (DHCP) uitzetten. Adres 45 (Module) het IP-adres invullen Adres 52 Het IP LAN-adres van de gebruikte router (gateway) invullen Adres 54 Meestal invullen (subnet mask). Doormelden Doormelden naar meldkamer Adres 46 IP-adres van ontvanger meldkamer invullen Adres 60 Klantnummer, 8 karakters lang bijv rapporten verzenden vanuit de NX-590 E (softwareversie 2.09 of hoger) Adres 1 Rapporten voor ontvanger 1 uitzetten Adres 3 Rapporten voor account 1 invullen Adres 13 adres van deze module (moet bestaand provider adres zijn achter Adres 29 adres van de ontvanger Adres 51 IP-adres van de mail server (opvragen via ping commando bv ping smtp.provider.nl) DHCP TOEGEKEND IP-ADRES IS OP ADRES 131 OP TE VRAGEN Nadat de NX-590 is geprogrammeerd moet de centrale opnieuw worden opgestart. NP

9 Hieronder volgen alle programmeerbare adressen in de NX-590: ADRES 0 NX-590 PRIMAIRE OF BACKUP KIEZER (8 segmenten, data) Segment 1 1 Uit: Kiezer centrale en NX-590 melden door. Aan: Kiezer centrale is backup voor TCP/IP en . Opmerking: Als Adres 0 Segment 1 optie 1 aan staat, fungeert de NX-590E als het primaire doormeldapparaat en de NX-centrale als het backup doomeldapparaat. Alle gebeurtenisen op adres 4 van de NX centrale dienen dan te worden uitgeschakeld behalve de autotestmelding (segment 1 optie 7). Het protocol ingesteld voor de kiezer van het controlepaneel en voor de NX-590E dient gelijk te zijn. NetworX NX-4 en 6 kunnen niet als backup werken, NX-4SE en NX-6SE wel. 2 Uit : Contact-ID Aan: SIA 3 Aan: Ontvanger nr 2 als backup gebruiken. 4 N.v.t. 5 Aan: Automation Protocol actief 6 Aan: Premise Server Segment 2 1 Aan: Downloaden op initiatief van site inschakelen ( *98 vanaf een LED-/LCDbedieningspaneel) 2 Aan: Op afstand downloaden naar het systeem via internet toegestaan. Zet deze instelling uit tenzij u het systeem via internet moet programmeren. Particuliere netwerken die zich achter een firewall bevinden, kunnen deze functie nodig hebben. 3 Uit: Static IP-adres. Programmeer ook adres 45, 52 en 54. Aan: DHCP Opmerking: Bij selectie van DHCP is het aan te raden om de polling bij optie 8 ook in te schakelen. 4 Uit: DNS gebruiken (IP addressen worden gebruikt als dit segment is uit- Aan: geschakeld). Nu werken de adressen 17-24, en DNS uit De adressen 17-24, 37-40, and leeg laten en gebruik de adressen N.v.t. 6 Aan: Maakt terugbellen mogelijk bij autotest. 7 N.v.t. 8 Aan: AA-polling naar ontvanger inschakelen (elke periode van minder dan vijf minuten pollen). Segmenten 3-8 Gereserveerd ADRES 1 MELDING PER PARTITIE NAAR ONTVANGER 1 (16 segmenten met partitieselectiegegevens) In ieder segment is per partitie te bepalen of deze melding verstuurd wordt. 1 = Partitie 1 3 = Partitie 3 5 = Partitie 5 7 = Partitie 7 2 = Partitie 2 4 = Partitie 4 6 = Partitie 6 8 = Partitie 8 Segment 1 Alarm en Herstel Segment 9 Sabotage Segment 2 In-en uitschakeling Segment 10 Kortsluiting en aardfout Segment 3 Blokkeren Segment 11 Ontbreken draadloze detector Segment 4 Zone storing Segment 12 Draadloze detector batterijfout Segment Vac uitval en accu laag Segment 13 Uitbreiding storing Segment 6 Sirene en telefoonlijnfout Segment 14 Communicatiefout Segment 7 Autotest rapport Segment 15 Zone activiteitmonitor Segment 8 Programmering, download, log vol Segment 16 N.v.t. NP

10 ADRES 2 MELDING PER PARTITIE NAAR ONTVANGER 2 (16 segmenten met partitieselectiegegevens) Hetzelfde als adres 1 maar dan zijn de meldingen voor een tweede ontvanger. ADRES 3 MELDING PER PARTITIE NAAR ADRES 1 (16 segmenten met partitieselectiegegevens) Hetzelfde als adres 1 maar dan zijn de meldingen voor adres 1.. ADRES 4 MELDING PER PARTITIE NAAR ADRES 2 (16 segmenten met partitieselectiegegevens) Hetzelfde als adres 1 maar dan zijn de meldingen voor adres 2.. ADRES 5 12 GERESERVEERD ADRES NAAM VAN DE NX-590 (1 segment, numerieke data) Deze adressen zijn voor de naam van de module bijv. gebruiker@domein.com. Dit moet worden geprogrammeerd voor een te verzenden en u moet een domeinnaam kiezen die uw server accepteert. Het moet eruitzien als elke andere gebruiker die een verbinding maakt met het domein. Sommige servers accepteren alleen berichten uit het eigen domein om spam te voorkomen. Bij het programmeren van namen kunt u de tabel gebruiken om de corresponderende tekens snel in te voeren. U hoeft dan niet langs alle tekens te lopen totdat u het goede teken hebt. Cijfer Karakter Cijfer Karakter Cijfer Karakter Cijfer Karakter Cijfer Karakter Leeg(wissen) A B C D E F G H I J K T U V W X Y Z ä b c ç d e é è ê f g h ô ö p q r s t u û ü v w ' ( ) * +, -. / : ; < 12 L i 72 x 92 = 13 M î 73 y 93 > 14 N j 74 z O k 75! P l 76 " Q R S a à æ m n o # $ & Als het bediendeel in de Engelse tekst staat dan kan het ingeveord worden. Het is dan karakter 84. ADRES 13 Tekens 1-16 ADRES 14 Tekens ADRES 15 Tekens ADRES 16 Tekens NP

11 ADRES TCP/IP ONTVANGERNAAM Noot : Als de DSN optie geactiveerd is (adres 0 segment 2) en adres zijn leeg dan wordt adres 46 en 47 gebruikt. Dit adres bevat de naam van de TCP/IP klant waarnaar de data toegezonden wordt. Gebruik de adressen alleen als DSN wordt gebruikt. Voorbeeld : mijncomputer of een volledige naam NAAM VAN DE TCP/IP ONTVANGER 1 ADRES 17 Tekens 1-16 ADRES 18 Tekens ADRES 19 Tekens ADRES 20 Tekens NAAM VAN DE TCP/IP ONTVANGER 2 ADRES 21 Tekens 1-16 ADRES 22 Tekens ADRES 23 Tekens ADRES 24 Tekens ADRES GERESERVEERD ADERS ACCOUNTNAMEN (1 segment, numerieke data) Deze adressen vormen de namen van accounts waar u de gegevens naartoe wilt laten versturen, in de vorm gebruiker@domein.com en anderegebruiker@anderdomein.net. Dit moeten functionele adressen zijn waarvan bekend is dat ze werken. Er kunnen diverse apparaten worden gebruikt, inclusief computers, mobiele telefoons, semafoons en andere apparaten. Een dealer kan bijvoorbeeld Storingen laten sturen naar zijn mobiele telefoon, openingen en sluitingen naar zijn eigen computer en alarmeringen naar een centrale post. Opmerking: Controleer of de account werkt voordat u deze programmeert en houd een goede administratie bij, want adressen veranderen wel eens. NAAM VAN ACCOUNT 1 ADRES 29 Tekens 1-16 ADRES 30 Tekens ADRES 31 Tekens ADRES 32 Tekens NAAM VAN ACCOUNT 2 ADRES 33 Tekens 1-16 ADRES 34 Tekens ADRES 35 Tekens ADRES 36 Tekens ADRES NAAM VAN DE SERVER (1 segment, numerieke data) Deze adressen vormen de naam van de server in de vorm mail.domein.com of smtp.domein.nl. Dit moet worden geprogrammeerd voor . Er moet gecontroleerd worden of deze server berichten accepteert uit het domein dat door de NX-590E wordt gebruikt, aangezien sommige servers alleen berichten uit het eigen domein accepteren om spam te voorkomen. ADRES 37 Tekens 1-16 ADRES 38 Tekens ADRES 39 Tekens ADRES 40 Tekens ADRES GERESERVEERD NP

12 IP-ADRESSEN Als voor adres 0 het gebruik van statische IP-adressen in plaats van dynamische hebt ingesteld, moet in de adressen 45, 52 en 54 de betreffende IP-adressen geprogrammeerd worden. Anders gebruikt de NX-590E de aangewezen DHCP-server. De standaard voor de adressen 45 t/m 48 is Opmerking: U moet de NX-590E-module uitschakelen en weer inschakelen om het nieuwe IP-adres te initialiseren. ADRES 45 IP-ADRES NX-590 De fabrieksinstelling is ADRES 46 IP-ADRES VAN ONTVANGER 1 De fabrieksinstelling is ADRES 47 IP-ADRES VAN ONTVANGER 2 De fabrieksinstelling is ADRES 48 IP-ADRES VAN ON-SITE GEBEURTENISSENREGISTRATIE De fabrieksinstelling is ADRES GERESERVEERD ADRES 51 ADRES 52 ADRES 53 IP-ADRES SERVER De fabrieksinstelling is IP-ADRES VAN GATEWAY De fabrieksinstelling is IP-ADRES VAN DOWNLOADCOMPUTER (1 segmenten, numerieke data) Adres 53 bevat het ip-adres van de downloadcomputer. De fabrieksinstelling is ADRES 54 SUBNETMASKER (1 segmenten, numerieke data) Dit adres bevat het subnetmasker (standaard ). Vraag dit echter na bij de netwerkbeheerder. Dit adres moet zodanig worden geconfigureerd dat alle IP-adressen t/m de lokale gateway zijn toegestaan. Bij gebruik van een DSL-/kabelmodem is dit meestal gelijk aan de computer. Voor het verkrijgen van het IP-adres, gateway en subnetmasker zijn één van de volgende stappen gebruiken: Windows 9X en Windows ME -- Typ op de DOS-opdrachtregel ipconfig Windows 2000 en XP -- Typ op de opdrachtregel ipconfig ADRES 55 POORT ONTVANGER MELDKAMER Programmeer hier de poort die door de PAC meldkamer wordt opgegeven. Standaard ADRES 56 POORT VOOR DL900 SOFTWARE Programmeer hier het poortnummer om de centrale en modules te kunnen up/downloaden met DL900. Standaard ADRES 57 POORT VOOR SMPT Programmeer hier de poort die gebruikt wordt voor de SMPT server. Standaard ADRES GERESERVEERD ADRES 60 KLANTNUMMER (8 segmenten, numerieke data) Opmerking: Het is belangrijk dat er voor het klantnummer nullen toegevoegd worden om een 8-cijferige waarde te verkrijgen. Standaard NP

13 ADRES 61 NUMMER ONTVANGER (4 segmenten, numerieke data) Dit adres bevat het lijnnummer van de ontvanger voor dit klantnummer. Standaard ADRES 62 KAARTNUMMER VAN ONTVANGER (4 segmenten, numerieke data) Dit adres bevat het kaartnummer van de ontvanger. Standaard ADRES 63 TIJDEN EN TELLERS (3 segmenten, numerieke data) Op dit adres wordt het aantal pogingen en het aantal seconden om toegang te krijgen tot het netwerk ingesteld. Deze segmenten hoeven niet te worden gewijzigd. De unit doet het aantal pogingen uit segment 1 totdat het aantal seconden uit segment 2 is verstreken. Segment 1 Aantal netwerkpogingen Standaard: 2. Segment 2 Totaal aantal seconden voor netwerkpogingen Opmerking: Minimaal 30 seconden. Standaard: 30. Segment 3 Poltijd in seconden Standaard: 10. KLANTNUMMER PER PARTITIE In de volgende adressen is te programmeren als iedere partitie een ander klantnummer moet hebben. Als hier geen klantnummer wordt ingevuld (maar hier achtmaal de 10 ), dan wordt automatisch het klantnummer van het SIA & Contact ID protocol gebruikt zoals ingevuld bij adres 60. Opmerking: Het is belangrijk dat er voor het klantnummer nullen toegevoegd worden om een 8-cijferige waarde te verkrijgen. ADRES 64 KLANTNUMMER VOOR PARTITIE 1 ADRES 65 KLANTNUMMER VOOR PARTITIE 2 ADRES 66 KLANTNUMMER VOOR PARTITIE 3 ADRES 67 KLANTNUMMER VOOR PARTITIE 4 ADRES 68 KLANTNUMMER VOOR PARTITIE 5 ADRES 69 KLANTNUMMER VOOR PARTITIE 6 ADRES 70 KLANTNUMMER VOOR PARTITIE 7 ADRES 71 KLANTNUMMER VOOR PARTITIE 8 ADRES GERESERVEERD NP

14 AUTOMATION De volgende adressen dienen alleen geprogrammeerd te worden wanneer er een koppeling tussen de NetworX en een automatiseringssoftwarepakket. ADRES 88 AUTOMATION POORT Dit adres is de poort voor automation (bijv. grafisch softwarepakket) De fabrieksinstelling is ADRES 89 ACTIVERING VAN DOORSTUUR MELDINGEN (2 segments, data) De NetworX kan geprogrammeerd worden dat vanuit de NX-590 informatie wordt gestuurd wanneer er een verandering van informatie plaatvindt. Dit wordt genoemd doorsturen op beslissing. Welk informatiepakket gebruk maakt van doorsturen op beslissing is afhankelijk van de applicatie waarvoor dit gebruikt wordt. Segment 1: DATA 1 Gereserveerd 2 Segment 2: ACTIVEER DOORSTUREN Interface instelling bij op spanning en up / einde van download / programeerstand 3-4 Gereserveerd 5 Zone Status meldingen 6 16 Zones Snapshot melding 7 Partitie Status melding 8 8 Partities Snapshot melding DATA ACTIVEER DOORSTUREN 1 Systeem Status meldingen 2 X-10 melding ontvangen 3 Logboek melding 4 Bediendeel melding ontvangen 5-8 Gereserveerd ADRES 90 COMMANDO / VERZOEK ACTIEF (4 segments, data) Een aantal commando kunnen opgevraagd worden via de NX-590. Voorbeeld : Het is mogelijk om de installatie in en uit te schakelen door de NX-590 aan te sturen. Segment 1 : DATA 1 Gereserveerd 2 Interface Configuratie 3 Gereserveerd 4 Zone Naam 5 Zone Status 6 16 Zones Snapshot 7 Partitie Status 8 8 Partities Snapshot VERZOEK / COMMANDO NP

15 Segment 2: DATA VERZOEK / COMMANDO 1 Systeem Status 2 Stuur X-10 boodschap 3 Logboek 4 Zend bediendeel tekst commando 5 Bediendeel bedieningverzoek 6 Bediendeel zoemer 7-8 Gereserveerd Segment 3: DATA VERZOEK / COMMANDO 1 Programmeer Data verzoek 2 Programmeer Data commando 3 Gebruikersinformatie verzoek met PIN 4 Gebruikersinformatie verzoek zonder PIN 5 Stel gebruikerscommando met PIN in 6 Stel gebruikerscommando zonder PIN in 7 Geef gebruikersautorisatie command met PIN in 8 Geef gebruikersautorisatie command zonder PIN Segment 4: DATA VERZOEK / COMMANDO 1 RF transmissie opvragen 2 Klok/datum opvragen 3 Opslaan communicatiegebeurtenis commando 4 Instellen tijd/datum commando 5 Primaire bediendeelfunctie met PIN 6 Primaire bediendeelfunctie zonder PIN 7 Secondaire bediendeelfunctie 8 Zone blokkeer Toggle ADRES 91 PROGRAMMEREN VAN HET LCD BEDIENDEELADRES (1 segment, numerieke data) Voor bepaalde commando's is noodzakelijk dat het adres van tenminste 1 LCD bediendeel bekent (als er 1 is aangesloten). Als het systeem een LCD bediendeel heeft is het aanbevolen om het in partitie 1 bediendeel 1 te programmeren. Als het LCD bediendeel een adres heeft programmeer dat dan in dit adres. Selecteer het adres van de volgende tabel. BEDIEN DEEL PART 1 PART 2 PART 3 PART 4 PART 5 PART 6 PART 7 PART NP

16 ADRES PREMISE SERVER Hier volgen adressen die informatie bevatten van de Premise Server. Een Premise Server kan gebruikt worden om via internet de inbraakinstallatie te beheren. Deze adressen zijn alleen in softwareversie 2.09 en hoger. ADRES 126 ADRES 127 ADRES 128 ADRES 129 ADRES 130 Premise Server ID IP adres Premise Server IP adres Proxy Server IP adres Premise Server router Premise Server Proxy Server poort ADRES 131 DHCP TOEGEKEND IP-ADRES Dit adres is er alleen in softwareversie 2.09 en hoger. In dit adres wordt het toegekende DHCP IP-adres weergegeven. Dit is niet te wijzigen. NP

17 Woordenlijst DHCP Afkorting van Dynamic Host Configuration Protocol, een protocol voor het dynamisch toewijzen van IP-adressen binnen een netwerk. Bij dynamische adressering is het mogelijk dat een apparaat telkens wanneer dit op het netwerk wordt aangemeld een ander IP-adres krijgt. Bij sommige systemen kan het IP-adres zelfs worden gewijzigd terwijl het apparaat met het netwerk is verbonden. DHCP ondersteunt ook het gebruik van statische en dynamische IP-adressen door elkaar. Dynamische adressering maakt het beheren van het netwerk eenvoudiger doordat de software alle IP-adressen bijhoudt. De systeembeheerder hoeft dit dus niet te doen. Dit betekent dat een nieuwe computer aan het netwerk kan worden toegevoegd, zonder dat handmatig een uniek IP-adres hoeft te worden toegewezen. Veel internetproviders gebruiken dynamische IPadressering voor hun inbelgebruikers. FIREWALL Een systeem dat is bedoeld om ongeautoriseerd verkeer van en naar een particulier netwerk te blokkeren. Firewalls kunnen worden geïmplementeerd in de vorm van hardware of software, of een combinatie van beide. Firewalls worden dikwijls toegepast om te voorkomen dat onbevoegde internetgebruikers toegang kunnen krijgen tot particuliere netwerken die zijn aangesloten op internet, met name intranet. Al het verkeer dat het intranet binnenkomt of verlaat, gaat door de firewall en wordt daarbij geïnspecteerd. Berichten die niet voldoen aan de gespecificeerde beveiligingscriteria worden geblokkeerd. Er zijn verschillende firewalltechnieken: Pakketfiltering: Elk pakket dat het netwerk binnenkomt of verlaat wordt bekeken en geaccepteerd of afgewezen op basis van door de gebruiker gedefinieerde regels. Pakketfiltering is redelijk effectief en onzichtbaar voor de gebruikers, maar lastig te configureren. Daarnaast biedt deze methode geen verweer tegen IP-spoofing (het gebruik van vervalste IP-adressen). Toepassingsgateway: Past beveiligingsmechanismen toe op specifieke toepassingen, zoals FTP en Telnet-servers. Dit is uiterst effectief, maar kan de netwerkprestaties negatief beïnvloeden. Gateway op circuitniveau: Past beveiligingsmechanismen toe op het moment dat een TCP- of UDP-verbinding tot stand wordt gebracht. Wanneer de verbinding eenmaal tot stand is gebracht, kunnen pakketten verder zonder controle door de hosts worden uitgewisseld. Proxyserver Onderschept alle verkeer dat het netwerk binnenkomt en verlaat. De proxyserver verbergt de echte netwerkadressen op effectieve wijze. In de praktijk gebruiken veel firewalls twee of meer van deze technieken naast elkaar. Een firewall wordt beschouwd als de eerste verdedigingslinie bij het beschermen van privé-informatie. De beveiliging kan nog worden verscherpt door codering toe te passen. IP Afkorting van Internet Protocol, uitgesproken als twee afzonderlijke letters. In IP worden de indeling van pakketten, ook wel datagrammen genoemd, en de adresseringsmethode beschreven. In de meeste netwerken wordt IP gebruikt in combinatie met een protocol op een hoger niveau, aangeduid als Transport Control Protocol (TCP). Dit protocol brengt een virtuele verbinding tot stand tussen een bron en een bestemming. IP op zich is vergelijkbaar met het postsysteem. U kunt een pakket adresseren en in het systeem deponeren, maar er is geen directe verbinding tussen u en de geadresseerde. Bij TCP/IP wordt echter een verbinding tussen de twee hosts tot stand gebracht, zodat deze voor een tijdje berichten kunnen uitwisselen. De huidige versie van IP is IPv4. Een nieuwe versie van IP, IPv6 of IPng, is in ontwikkeling. IP ADRES Identificatie voor een computer of apparaat binnen een TCP/IP netwerk. Netwerken waarin gebruik wordt gemaakt van TCP/IP bepalen de route van berichten op basis van het IP-adres van de bestemming. Een IP-adres is een 32-bits numeriek adres dat wordt uitgeschreven als vier getallen, gescheiden door punten. Elk getal is een waarde tussen 0 en 255. Zo zou bijvoorbeeld een IP-adres kunnen zijn. Binnen een geïsoleerd netwerk kunt u IP-adressen willekeurig toewijzen, zolang elk IP-adres maar uniek is binnen het netwerk. Wanneer u het particuliere netwerk echter verbindt met internet, is het gebruik van geregistreerde IP-adressen (aangeduid als internetadressen) NP

18 noodzakelijk om dubbel voorkomende adressen te vermijden. De vier getallen in een IPadres worden op verschillende manieren gebruikt om een gegeven netwerk en een host binnen dat netwerk aan te duiden. De InterNIC Registration Service wijst internetadressen toe in de volgende drie klassen. Class A 127 netwerken met elk 16 miljoen hosts Class B netwerken met elk hosts Class C 2 miljoen netwerken met elk 254 hosts Het aantal niet-toegewezen internetadressen begint op te raken. Daarom wordt het systeem met de klassen A, B en C geleidelijk vervangen door een systeem zonder klassen, aangeduid als CIDR. Dit systeem houdt ook verband met de implementatie van IPv6. TCP Afkorting van Transmission Control Protocol, uitgesproken als afzonderlijke letters. TCP is een van de belangrijkste protocollen in een TCP/IP-netwerk. Het IP-protocol houdt zich alleen bezig met pakketten. TCP stelt twee hosts in staat een verbinding tot stand te brengen en gegevens uit te wisselen. TCP garandeert dat de gegevens worden bezorgd en ook dat de pakketten worden bezorgd in de volgorde waarin ze werden verzonden. 4 Specificaties Compatibel met : NX-4SE, NX-6SE, NX-8SE, NX-8, NX-8plus Bedrijfsspanning : 10-13,8V Stroomverbruik : in rust 90 ma gedurende communicatie 120 ma Bedrijfstemperatuur : 0-40 C Afmetingen : 84 x 153 x 25 mm (hxbxd) Gewicht : 455 g NP

19 Adres Omschrijving Standaard 0 NX-590 PRIMAIRE OF BACKUP KIEZER Segment 1 1 Uit: Kiezer centrale en NX-590 melden door. Aan: Kiezer is backup voor TCP/IP en . 2 Uit : Contact-ID Aan: SIA 3 Aan: Ontvanger nr 2 als backup gebruiken. 5 Aan: Automation Protocol actief 6 Aan: Premise Server Segment 2 1 Aan: Downloaden op initiatief van site inschakelen Aan: Op afstand downloaden toegestaan. 3 Uit: Static IP-adres. Aan: DHCP 4 Uit: DNS gebruiken Aan: DNS uit 6 Aan: Maakt terugbellen mogelijk bij autotest. 8 Aan: AA-polling naar ontvanger inschakelen 1 2 MELDING PER PARTITIE NAAR ONTVANGER 1 Segment 1 Alarm en Herstel Segment 2 In-en uitschakeling Segment 3 Blokkeren Segment 4 Zone storing Segment Vac uitval en accu laag Segment 6 Sirene en telefoonlijnfout Segment 7 Autotest rapport Segment 8 Programmering, download, log vol Segment 9 Sabotage Segment 10 Kortsluiting en aardfout Segment 11 Ontbreken draadloze detector Segment 12 Draadloze detector batterijfout Segment 13 Uitbreiding storing Segment 14 Communicatiefout Segment 15 Zone activiteitmonitor MELDING PER PARTITIE NAAR ONTVANGER 2 Segment 1 Alarm en Herstel Segment 2 In-en uitschakeling Segment 3 Blokkeren Segment 4 Zone storing Segment Vac uitval en accu laag Segment 6 Sirene en telefoonlijnfout Segment 7 Autotest rapport Segment 8 Programmering, download, log vol Segment 9 Sabotage Segment 10 Kortsluiting en aardfout Segment 11 Ontbreken draadloze detector Segment 12 Draadloze detector batterijfout Segment 13 Uitbreiding storing Segment 14 Communicatiefout Segment 15 Zone activiteitmonitor NP

20 Adres Omschrijving Standaard 3 MELDING PER PARTITIE NAAR ADRES 1 Segment 1 Alarm en Herstel Segment 2 In-en uitschakeling Segment 3 Blokkeren Segment 4 Zone storing Segment Vac uitval en accu laag Segment 6 Sirene en telefoonlijnfout Segment 7 Autotest rapport Segment 8 Programmering, download, log vol Segment 9 Sabotage Segment 10 Kortsluiting en aardfout Segment 11 Ontbreken draadloze detector Segment 12 Draadloze detector batterijfout Segment 13 Uitbreiding storing Segment 14 Communicatiefout Segment 15 Zone activiteitmonitor 4 MELDING PER PARTITIE NAAR ADRES 2 Segment 1 Alarm en Herstel Segment 2 In-en uitschakeling Segment 3 Blokkeren Segment 4 Zone storing Segment Vac uitval en accu laag Segment 6 Sirene en telefoonlijnfout Segment 7 Autotest rapport Segment 8 Programmering, download, log vol Segment 9 Sabotage Segment 10 Kortsluiting en aardfout Segment 11 Ontbreken draadloze detector Segment 12 Draadloze detector batterijfout Segment 13 Uitbreiding storing Segment 14 Communicatiefout Segment 15 Zone activiteitmonitor 5-12 Gereserveerd 13 NAAM VAN DE NX-590 Tekens NAAM VAN DE NX-590 Tekens NAAM VAN DE NX-590 Tekens NAAM VAN DE NX-590 Tekens NAAM VAN DE IP-ontvanger 1 Tekens NAAM VAN DE IP-ontvanger 1 Tekens NAAM VAN DE IP-ontvanger 1 Tekens NAAM VAN DE IP-ontvanger 1 Tekens NAAM VAN DE IP-ontvanger 2 Tekens NAAM VAN DE IP-ontvanger 2 Tekens NAAM VAN DE IP-ontvanger 2 Tekens NAAM VAN DE IP-ontvanger 2 Tekens Gereserveerd NP

21 Adres Omschrijving Standaard 29 ACCOUNTNAAM 1 Tekens ACCOUNTNAAM 1 Tekens ACCOUNTNAAM 1 Tekens ACCOUNTNAAM 1 Tekens ACCOUNTNAAM 2 Tekens ACCOUNTNAAM 2 Tekens ACCOUNTNAAM 2 Tekens ACCOUNTNAAM 2 Tekens NAAM VAN DE SERVER Tekens NAAM VAN DE SERVER Tekens NAAM VAN DE SERVER Tekens NAAM VAN DE SERVER Tekens Gereserveerd 45 IP-ADRES NX IP-ADRES VAN ONTVANGER IP-ADRES VAN ONTVANGER IP-ADRES VAN ON-SITE GEB. REGISTRATIE Gereserveerd 51 IP-ADRES SERVER IP-ADRES VAN GATEWAY IP-ADRES VAN DOWNLOADCOMPUTER SUBNETMASKER POORT ONTVANGER MELDKAMER POORT VOOR DL900 SOFTWARE POORT VOOR SMPT Gereserveerd 60 KLANTNUMMER NUMMER ONTVANGER KAARTNUMMER VAN ONTVANGER TIJDEN EN TELLERS Segment 1 Aantal netwerkpogingen Segment 2 Totaal aantal secoonden netwerkpogingen Segment 3 Poltijd in seconden 64 KLANTNUMMER VOOR PARTITIE KLANTNUMMER VOOR PARTITIE KLANTNUMMER VOOR PARTITIE KLANTNUMMER VOOR PARTITIE KLANTNUMMER VOOR PARTITIE KLANTNUMMER VOOR PARTITIE KLANTNUMMER VOOR PARTITIE KLANTNUMMER VOOR PARTITIE Gereserveerd NP

22 Adres Omschrijving Standaard 88 AUTOMATION POORT ACTIVERING VAN DOORSTUUR MELDINGEN Segment 1: 2 Interface instelling bij op spanning en up / einde van download / programeerstand 5 Zone Status meldingen 6 16 Zones Snapshot melding 7 Partitie Status melding 8 8 Partities Snapshot melding Segment 2: 1 Systeem Status meldingen 2 X-10 melding ontvangen 3 Logboek melding 4 Bediendeel melding ontvangen 90 COMMANDO / VERZOEK ACTIEF Segment 1 : 2 Interface Configuratie 4 Zone Naam 5 Zone Status 6 16 Zones Snapshot 7 Partitie Status 8 8 Partities Snapshot Segment 2: 1 Systeem Status 2 Stuur X-10 boodschap 3 Logboek 4 Zend bediendeel tekst commando 5 Bediendeel bedieningverzoek 6 Bediendeel zoemer Segment 3: 1 Programmeer Data verzoek 2 Programmeer Data commando 3 Gebruikersinformatie verzoek met PIN 4 Gebruikersinformatie verzoek zonder PIN 5 Stel gebruikerscommando met PIN in 6 Stel gebruikerscommando zonder PIN in 7 Geef gebruikersautorisatie command met PIN in 8 Geef gebruikersautorisatie command zonder PIN Segment 4: 1 RF transmissie opvragen 2 Klok/datum opvragen 3 Opslaan communicatiegebeurtenis commando 4 Instellen tijd/datum commando 5 Primaire bediendeelfunctie met PIN 6 Primaire bediendeelfunctie zonder PIN 7 Secondaire bediendeelfunctie 8 Zone blokkeer Toggle 91 PROGRAMMEREN VAN HET LCD BEDIENDEELADRES PREMISE SERVER 131 DHCP TOEGEKEND IP-ADRES NP