BURGERLIJK RECHT AAK Algemeen. Contractenrecht. Instituut voor Privaatrecht, Afdeling Civiel recht, Universiteit Leiden. Mr. E.-J.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "BURGERLIJK RECHT AAK20096323. Algemeen. Contractenrecht. Instituut voor Privaatrecht, Afdeling Civiel recht, Universiteit Leiden. Mr. E.-J."

Transcriptie

1 privaatrecht Katern BURGERLIJK RECHT AAK Instituut voor Privaatrecht, Afdeling Civiel recht, Universiteit Leiden Algemeen A.G. Castermans, De burger in het burgerlijk recht, Den Haag: Boom Juridische uitgevers 2009; G.T.J.M. Jurgens & F.J. van Ommeren, De opmars van het onderscheid tussen publiekrecht en privaatrecht in het Engelse recht, Den Haag: Boom Juridische uitgevers 2009; J.H. Nieuwenhuis, Brief aan een jonge academisch gevormde vrouw, Zutphen: Paris F. Verstijlen, De directe actie in het vermogensrecht, NJB 2009, p ; E.-J. Zippro, Privaatrechtelijke handhaving van mededingingsrecht (diss. Leiden), Deventer: Kluwer Contractenrecht Mr. E.-J. Zippro In deze verslagperiode zijn op het gebied van het contractenrecht drie interessante arresten gewezen. In HR 10 juli 2009, RvdW 2009, 844 (Consumenten/Keukenleveranciers) gaat het om de vraag of de kopers van een keuken recht hebben op terugbetaling van de koopprijs door de verkopers van de keuken, die aan de kopers een cashback bonuscheque hebben gegeven die de kopers onder bepaalde voorwaarden na verloop van vijf jaren recht gaf op (terug)betaling van het bedrag van de koopsom door de in de bonuscheque genoemde borg. In HR 10 juli 2009, RvdW 2009, 847 (Vos/Trailer Service Nederland) gaat het om schadevergoeding wegens wanprestatie waarbij de maatstaf voor de berekening van de omvang van de schade en de maatstaf voor voordeelstoerekening centraal staan. In HR 26 juni 2009, RvdW 2009, 796 (Wiggers/Makelaardij Sneek) gaat het om mogelijke schadeplichtigheid van een makelaar op grond van artikel 3:70 BW. Op deze laatste zaak ga ik nu nader in. HR 26 juni 2009, RvdW 2009, 796 (Wiggers/Makelaardij Sneek) De makelaar van twee broers heeft opdracht gekregen tot het verlenen van diensten bij de verkoop van een hun in gemeenschappelijke eigendom toebehorend pand. Wiggers heeft het pand bezichtigd en een bod op het pand uitgebracht. De makelaar heeft het bod aan de vrouw van een van de broers doorgegeven en geen contact over het bod met de andere broer opgenomen. Nadat de vrouw dezelfde dag nog aan de makelaar heeft doorgegeven dat werd ingestemd met het bod, heeft de makelaar Wiggers teruggebeld en aan deze meegedeeld dat met het bod werd ingestemd. Met Wiggers is voorts afgesproken dat de koopovereenkomst bij de makelaar zou worden getekend. Wiggers is op de afgesproken datum op het kantoor van de makelaar verschenen, maar de broers zijn niet komen opdagen, omdat zij niet bereid waren de koopakte te ondertekenen. Wiggers vordert schadevergoeding van de makelaar op basis van artikel 3:70 BW. De makelaar verweert zich met het argument dat hij niet als gevolmachtigde heeft gehandeld, maar slechts als bode/ doorgeefluik. De rechtbank oordeelt dat de makelaar toen hij Wiggers telefonisch meedeelde dat met het tweede bod werd ingestemd handelde als gevolmachtigde terwijl de makelaar daartoe geen toereikende volmacht had. De rechtbank veroordeelde de makelaar daarom tot schadevergoeding. Het hof vernietigde deze vonnissen en wees de vordering alsnog af. De Hoge Raad overweegt (r.o ): Het antwoord op de vraag of met elkaar onderhandelende partijen een overeenkomst hebben gesloten, is ervan afhankelijk wat zij jegens elkaar hebben verklaard, en over en weer uit elkaars verklaringen en gedragingen hebben afgeleid en mochten afleiden. Tot de omstandigheden die in dit verband in aanmerking moeten worden genomen behoort de voor de wederpartij kenbare hoedanigheid en de context waarin partijen optraden. De opdracht aan een makelaar tot bemiddeling bij de verkoop van een onroerende zaak houdt geen volmacht in aan die makelaar tot het sluiten van een koopovereenkomst; daarmee wordt evenmin de schijn van bevoegdheid van de makelaar gewekt (HR 9 augustus 2002, nr. C00/283, NJ 2002, 543). Met het voorgaande strookt dat de enkele omstandigheid dat een makelaar die is ingeschakeld bij de verkoop van een onroerende zaak, aan een gegadigde die een bod op die zaak heeft gedaan, meedeelt dat de opdrachtgever instemt met het bod, niet meebrengt dat de wederpartij (bieder) daaruit mag afleiden dat de makelaar als gevolmachtigde van die opdrachtgever handelt. Als uitgangspunt moet worden aanvaard dat de wederpartij in een zodanig geval dient aan te nemen dat de makelaar optreedt als bode van zijn opdrachtgever. Hij vervolgt (r.o ): Wanneer de makelaar, hoewel daartoe niet bevoegd, zich zodanig gedraagt dat de wederpartij (bieder) daaruit mag afleiden dat de makelaar als gevolmachtigde van de opdrachtgever handelt, bindt hij zijn opdrachtgever in beginsel niet en wordt hij tegenover de wederpartij schadeplichtig op de voet van art. 3:70 BW. In het handelsverkeer moet men immers erop kunnen rekenen dat iemand die een kwaliteit opgeeft, deze bezit ( ). Gelet op het hiervoor in vermelde uitgangspunt is er in beginsel echter geen grond voor toepasselijkheid van art. 3:70 BW in het onderhavige geval. Dat zou slechts anders zijn in het geval van bijzondere, door Wiggers te stellen en zo nodig te bewijzen, omstandigheden op grond waarvan deze heeft aangenomen, en mocht aannemen, dat Makelaardij Sneek niet als bode, maar als gevolmachtigde handelde. De Hoge Raad verwerpt het beroep en veroordeelt Wiggers in de kosten van het geding in cassatie. C. Cauffman, M.G. Faure & T. Hartlief, Harmonisatie van het consumentencontractenrecht in Europa, Den Haag: Boom Juridische uitgevers 2009; M.W. Hesselink & M.B.M. Loos (red.), Het voorstel voor een Europese richtlijn consumentenrechten, Den Haag: Boom Juridische uitgevers 2009; Jac. Hijma, Sales Principles, Tijdschrift voor Consumentenrecht & handelspraktijken 2009, p ; A.L.M. Keirse, De boot gemist. Aanspraak op vergoeding van tevergeefs gemaakte kosten, Contracteren 2009, p ;

2 6324 Katern 113 privaatrecht H. Schulte-Nölke, The transposition of European consumer directives into the national laws of the EU-Member States, Tijdschrift voor Consumentenrecht & handelspraktijken 2009, p ; A.T.G.M. Venrooy & P.S. Bakker, Effecten van de kredietcrisis op (rechtsgevolgen van) financieringsovereenkomsten, Onderneming en Financiering 2009, p ; T. de Mönnink, Een distributeur is in de regel beter af dan een handelsagent, NJB 2009, p Onrechtmatige daad en overige verbintenissen uit de wet Mr. K.J.O. Jansen Jurisprudentie HR 11 september 2009, RvdW 2009, 995, LJN: BH4033 (Comsys Holding c.s./van den End qq): concernaansprakelijkheid; benadeling van schuldeisers dochtervennootschap; doorbraak van aansprakelijkheid De curator van Comsys Services (hierna: Services), een inmiddels gefailleerde vennootschap die zich bezighield met de verkoop en installatie van voice response systemen, vordert schadevergoeding van Comsys Holding (hierna: Holding), de moedermaatschappij, bestuurder en enig aandeelhouder van Services. Grondslag van deze vordering is een uit onrechtmatig handelen voortvloeiende doorbraak van aansprakelijkheid. Met het begrip doorbraak van aansprakelijkheid wordt in het ondernemingsrecht gedoeld op de situatie dat een moedermaatschappij jegens schuldeisers van haar dochtervennootschap aansprakelijk wordt gehouden, hetzij op grond van vereenzelviging van moeder en dochter, hetzij op grond van een eigen onrechtmatige daad van de moeder jegens die schuldeisers. Zie bijvoorbeeld S.M. Bartman & A.F.M. Dorresteijn, Van het concern, Deventer: Kluwer 2006, p In de onderhavige zaak kwamen de door het hof vastgestelde feiten er naar de kern genomen op neer, aldus de Hoge Raad in r.o , dat sinds 1999 Holding haar concern aldus had opgezet dat Services tezamen met een zustervennootschap, Comsys, in wezen één onderneming voerde, waarbij de kostenkant bij Services lag en de inkomstenkant bij Comsys, terwijl de door Services ten behoeve van Holding en Comsys gemaakte kosten niet volledig werden doorbelast. Als gevolg hiervan was Services sinds 1999 verliesgevend en kon zij haar schuldeisers slechts volledig voldoen doordat Holding en Comsys de verliezen aanvulden door financiering in rekening-courant. Holding heeft de potentiële schuldeisers van Services niet gewaarschuwd voor de aan deze structuur inherente risico s, die nog werden vergroot doordat alle activa van Services aan de Rabobank waren verpand. Tot eind 2001 heeft Services haar opeisbare schulden steeds voldaan, daartoe in staat gesteld door de bovenbedoelde financiering door Holding en Comsys. Ultimo 2001 heeft Holding (met Comsys) ervoor gekozen om de activiteiten van Services, ondanks de geleden verliezen, te laten doorgaan als going concern, hetgeen betekent dat het bedrijf wordt geacht normaal te functioneren, zonder dreiging van liquidatie binnen afzienbare tijd. Desondanks werd Services in mei 2003, op verzoek van Holding, failliet verklaard. In de onderhavige procedure vordert de faillissementscurator van Services niet alleen schadevergoeding (ter zake van het faillissementstekort) van moedermaatschappij Holding, maar ook van zustermaatschappij Comsys. Het hof wees deze beide vorderingen toe. In cassatie houdt alleen de aansprakelijkheid van moedermaatschappij Holding stand. Met betrekking tot de aansprakelijkheid van zustermaatschappij Comsys volgt vernietiging. In r.o overweegt de Hoge Raad dat Holding volgens het kennelijke oordeel van het hof een bijzondere zorgplicht had jegens de crediteuren van Services, welke zorgplicht berustte op de door Holding opgezette structuur met inherente risico s voor crediteuren van Services, in samenhang met haar keuze ultimo 2001 om de activiteiten van Services going concern voort te zetten hoewel zij wist dat door de gevolgde wijze van handelen binnen de Comsys Groep de crediteuren van Services zouden worden benadeeld zodra de financiering in rekening-courant door Holding en Comsys zou worden beëindigd. Dit oordeel geeft, aldus de Hoge Raad in r.o , niet blijk van een onjuiste rechtsopvatting en is ook niet onbegrijpelijk of onvoldoende gemotiveerd. Datzelfde geldt voor s hofs oordeel dat onder de gegeven omstandigheden het gehele tekort in het faillissement van Services moest worden aangemerkt als schade die door de onrechtmatige daad van Holding was veroorzaakt (r.o ). A-G Timmerman toonde zich in zijn conclusie voor het arrest ter zake van deze doorbraak van aansprakelijkheid terughoudender dan de Hoge Raad. Volgens Timmerman had het hof in casu niet zonder meer aansprakelijkheid van moedermaatschappij Holding jegens de crediteuren van Services mogen aannemen. Weliswaar zag Timmerman aanwijzingen voor een onrechtmatige daad van Holding, gelegen in de schending van een bijzondere zorgplicht jegens de crediteuren van Services, maar ter onderbouwing daarvan had het hof zijns inziens een duidelijke peildatum moeten formuleren, waarop de schending van die bijzondere zorgplicht in casu een aanvang had genomen. Zover wil de Hoge Raad kennelijk niet gaan. Wat betreft de door het hof aangenomen aansprakelijkheid van Comsys, de zustervennootschap van Services, volgt vernietiging. Het hof had die aansprakelijkheid min of meer in één moeite door vastgesteld, omdat Comsys als dochter van Holding in eerste aanleg en in appel geen afzonderlijk verweer had gevoerd. Aldus had het hof echter miskend, zo overweegt de Hoge Raad in r.o. 5.5, dat voor aansprake lijkheid van Comsys jegens de schuldeisers van Services een eigen handelen van Comsys is vereist of een nalaten waar handelen met het oog op de belangen van die schuldeisers van haar verlangd mocht worden. Nu van de zijde van de curator slechts een beroep was gedaan op de medewerking die Comsys had verleend aan de onderhavige concernstructuur, was een dergelijke eigen onrechtmatige daad van Comsys onvoldoende onderbouwd gebleven. Voor de duidelijkheid voegt de Hoge Raad nog toe dat

3 privaatrecht Katern het enkele feit dat Holding zowel bestuurder van Comsys als van Services was, (...) niet mee[brengt] dat handelingen van Holding, verricht in een andere hoedanigheid dan die van bestuurder van Comsys, aan Comsys kunnen worden toegerekend. A.J. Akkermans, L.G.J. Hendrix & A.J. Van, De vraagstelling voor expertises in medische aansprakelijkheidszaken, TvVP 2009, p ; A.Ch.H. Franken, Kroniek: Actualiteiten Productaansprakelijkheid , AV&S 2009, p ; D.J. van der Kok & T.R. Wachter, Eindelijk schot in het Wetsvoorstel affectieschade?, TvVP 2009, p ; F. Leopold, Aansprakelijkheid bij medebezit: een relatief complex vraagstuk, TvVP 2009, p ; S.D. Lindenbergh & I. van der Zalm, Vergoeding ter zake van verzorging en huishoudelijke hulp bij letsel en overlijden, MvV 2009, p ; T.B.H. Nguyen, Voorwaarden voor smartengeld bij schending fundamentele rechten zonder letsel, NJB 2009, p ; M. Opdam, Schadebeperking en de verplichting om passende arbeid te verrichten, TvVP 2009, p ; R. Rijnhout, Vergoeding voor huishoudelijke hulp door naasten: een overkoepelende analyse van art. 6:107 en 108 BW, AV&S 2009, p ; J. Spier, T. Hartlief, G.E. van Maanen & R.D. Vriesendorp, Verbintenissen uit de wet en schadevergoeding, Deventer: Kluwer 2009; A.J. Van, A.J. Akkermans & A. Wilken, Nieuwe versie IWMD-vraagstelling: causaal verband bij ongeval, TvVP 2009, p ; J.A.I. Wendt, De fixatie van vertragingsschade op wettelijke rente; een kritiek, WPNR 6810 (2009), p Goederenrecht Mr. E.J.M. Cornelissen R.J.A. Arduin, Overzeese wetgeving inzake timesharing, WPNR 6807 (2009), p ; A. Broekers-Knol, De tweetrapsraket van de wetsvoorstellen stille cessie en financiële zekerheidsovereenkomsten. Een bijdrage vanuit de politiek, MvV 2009, p ; J.E. Drinkhill, De verpanding van rekening-courant saldi. De stand van zaken in tijden van recessie, MvV 2009, p ; D.F. Kopalit, De Franse fiducie en de overdracht tot zekerheid, WPNR 6809 (2009), p ; R.M. Wibier & C.H.M.A. Smid, Verpanding van onder eigendomsvoorbehoud geleverde zaken en faillissement beschikken over voorwaardelijke eigendom: een fictie te ver!, WPNR 6811 (2009), p Wetgeving Wetsvoorstel tot wijziging van de Overgangswet nieuw Burgerlijk Wetboek en de Kadasterwet in verband met de inschrijving in de openbare registers van netwerken, Kamerstukken II 2008/09, ; Rijkswet van 12 juni 2009 tot goedkeuring van de op 14 november 1970 te Parijs tot stand gekomen Overeenkomst inzake de middelen om de onrechtmatige invoer, uitvoer en eigendomsoverdracht van culturele goederen te verbieden en te verhinderen (Trb. 1972, 50), Stb. 2009, 254; Wet van 12 juni 2009 tot uitvoering van de op 14 november 1970 te Parijs tot stand gekomen Overeenkomst inzake de middelen om de onrechtmatige invoer, uitvoer en eigendomsoverdracht van culturele goederen te verbieden en te verhinderen (Uitvoeringswet UNESCO-verdrag 1970 inzake onrechtmatige invoer, uitvoer of eigendomsoverdracht van cultuurgoederen), Stb. 2009, 255. Huwelijksvermogensrecht E.J. Bellaart, Verknochtheid en de letselschade-uitkering bij echtscheiding, EB 2009, 49; S. Gangaram Panday, Het overzeese huwelijkspersonenen huwelijksvermogensrecht, WPNR 6807 (2009), p ; A.N. Labohm, Het huwelijk en de kredietcrisis (II), EB 2009, 48; A.G.J. van Lokven, Te veel ontvangen alimentatie: terugbetalen of niet?, EB 2009, 57. Wetgeving Wet van 2 juli 2009 tot wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek en van de Wet Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen in verband met de inning van partneralimentatie, Stb. 2009, 303. Erfrecht Mr. A.F. Mollema Jurisprudentie HR 4 september 2009, RvdW 2009, 907: uitleg van aan legaten verbonden tijdsbepalingen Erflater is op 24 mei 2001 overleden. Hij heeft bij testament van 4 november 1999 als zijn erfgenamen benoemd zijn vrouw, voor 1/100 deel van de nalatenschap, en zijn drie kinderen, ieder voor 33/100 deel. Daarnaast heeft hij twee legaten ten behoeve van zijn vrouw gemaakt. Het ene, het keuzelegaat, is een legaat van alle tot de nalatenschap behorende goederen of de zodanige daarvan als zij zal verkiezen, zulks tegen vergoeding van de waarde aan de nalatenschap. Het andere is een legaat van het vruchtgebruik van

4 6326 Katern 113 privaatrecht alle tot de nalatenschap behorende goederen met uitzondering van de aan haar gelegateerde en door haar verkozen goederen en het deswege door haar aan de nalatenschap te vergoeden bedrag. Met betrekking tot deze legaten is bepaald dat de echtgenote verplicht is binnen acht maanden na het overlijden van de erflater aan de erfgenamen schriftelijk mede te delen welke goederen zij als legaat (in eigendom) wenst te ontvangen, dat de levering van de gelegateerde en verkozen goederen dient te geschieden binnen één jaar na het overlijden en dat de vestiging van het vruchtgebruik dient te geschieden bij notariële akte binnen acht maanden na het overlijden van de erflater. Voorts is bepaald dat erflater deze legaten maakt ter voldoening aan de natuurlijke verbintenis tot verzorging van zijn echtgenote na zijn overlijden, en wordt de echtgenote tot uitvoerder van zijn uiterste wil benoemd. Tenslotte bevat het testament de bepaling dat diegene van de erfgenamen die weigert het testament binnen één maand na overlijden van de erflater te bekrachtigen of gestand te doen dan wel het testament geheel of gedeeltelijk tracht aan te vechten en te vernietigen uitdrukkelijk in de legitieme wordt gesteld, en het vrijgekomen gedeelte van de nalatenschap aan de overige erfgenamen zal toekomen. Eén van de kinderen (verder: de dochter) stelt zich op het standpunt dat de legaten zijn vervallen omdat haar moeder niet binnen de in het testament bepaalde termijn het keuzelegaat heeft aanvaard en evenmin tijdige levering van de gekozen goederen respectievelijk vestiging van het vruchtgebruik heeft plaatsgevonden. Moeder en de overige twee kinderen dagvaarden de dochter voor de Rechtbank Roermond en vorderen een veroordeling tot medewerking van de dochter aan het passeren van de benodigde notariële akten inhoudende afgifte van het keuzelegaat en levering van de gekozen zaken, alsmede afgifte van het legaat van vruchtgebruik en vestiging van de vruchtgebruik op genoemde zaken, alles conform overgelegde conceptakten. Zij vorderen ook te bepalen dat het vonnis in de plaats zal treden van de notariële akten indien en voor zover de dochter niet aan de voormelde veroordelingen zal voldoen. Tenslotte vorderen zij voor recht te verklaren dat de dochter ingevolge het testament slechts aanspraak kan maken op haar wettelijk erfdeel. De vorderingen worden eerst in kort geding toegewezen, waarna aan het kort geding vonnis uitvoering is gegeven, en vervolgens ook in de bodemprocedure. Gedurende de behandeling van de zaak voor de rechtbank komt moeder te overlijden en wordt de procedure in haar plaats voortgezet door de (opvolgend) executeur in de nalatenschap van de erflater, tevens executeur in de nalatenschap van de moeder, en in cassatie uiteindelijk door de overige twee kinderen als opvolgende executeurs in genoemde nalatenschappen. De dochter stelt hoger beroep in bij het Hof Den Bosch. Het hof overweegt voor wat betreft het toepasselijke recht dat de nalatenschap van de erflater weliswaar is opengevallen vóór de inwerkingtreding van het nieuwe erfrecht op 1 januari 2003, maar dat de geschilpunten tussen partijen grotendeels betrekking hebben op de uitleg van het testament en de afgifte van de legaten. Voor deze geschilpunten geldt aldus het hof ingevolge de artikelen 68a en 130 Overgangswet nieuw BW dat het nieuwe erfrecht dient te worden toegepast. Met betrekking tot de in het testament genoemde, aan de legaten verbonden termijnen oordeelt het hof dat van verval van de legaten geen sprake is. De aan die legaten verbonden tijdsbepalingen leveren slechts een nadere omlijning (een aansporingstermijn) op van de ingevolge het legaat bestaande verplichting het gelegateerde aan de legataris af te geven, maar kunnen niet worden aangemerkt als afzonderlijke verplichting, die bestaat naast en moet worden onderscheiden van de uit het legaat voortvloeiende verbintenis en moet leiden tot verval van rechten. De tijdsbepaling is geen last (vergelijk HR 27 mei 1994, NJ 1994, 536 en voor het nieuwe erfrecht 4:125 BW). Dat in het onderhavige geval erflater een andersluidende bedoeling heeft gehad, blijkt niet uit het testament. Integendeel, door erflater is expliciet tot uitdrukking gebracht dat de beschikkingen ten behoeve van zijn vrouw zijn gemaakt ter verzorging van haar na zijn overlijden. Deze bedoeling zou worden doorkruist indien de door de dochter voorgestane uitleg zou worden aanvaard. Moeder heeft in casu tijdig kenbaar gemaakt welke goederen zij als legaat wilde aanvaarden en dit geldt (impliciet) ook voor de levering van de goederen en de vestiging van vruchtgebruik, gelet op de samenhang tussen de verschillende rechtshandelingen. Het hof overweegt voorts wat betreft de verklaring voor recht dat de dochter slechts aanspraak kan maken op haar wettelijk erfdeel dat niet anders kan worden geconcludeerd dan dat de dochter haar medewerking aan de uitvoering van het testament niet heeft verleend, nu een kort geding nodig was om levering van de gelegateerde zaken en vestiging van het vruchtgebruik te bewerkstelligen. Er is geen sprake geweest van feiten en omstandigheden die kunnen rechtvaardigen dat de dochter haar medewerking aan de uitvoering van het testament weigerde. Het cassatiemiddel van de dochter strekt ten betoge dat onjuist dan wel onbegrijpelijk is s hofs op de uitleg van het testament gebaseerde oordeel dat de aan het keuzelegaat verbonden termijn niet een fatale termijn is. Onderdeel van de klacht is dat het hof miskend zou hebben dat, nu erflater is overleden vóór de inwerkingtreding van het huidige recht, de uitleg van het testament wordt beheerst door oud recht en wel door de artikelen 4:932 en 933 oud BW. Het hof zou in het bijzonder hebben miskend dat volgens oud recht de rechter alleen ingeval de bewoordingen van een testament onduidelijk zijn de bedoelingen van de erflater mag en moet opsporen en dat de rechter alleen in dat geval de in artikel 4:46 leden 1 en 2 vastgelegde norm bij de uitleg mag hanteren. Het tegen het arrest van het hof gerichte cassatieberoep wordt door de Hoge Raad zonder nadere motivering verworpen op grond van artikel 81 RO. Uit de conclusie van plaatsvervangend P-G De Vries Lentsch-Kostense (die ook strekt tot verwerping van het beroep) kan echter worden opgemaakt dat op de vragen van uitleg van het testament uit de onderhavige zaak wel degelijk het oude erfrecht had moeten worden toegepast. Het gaat immers om rechten en verplichtingen van de legataris en de erfgenamen die vóór de inwerkingtreding van het

5 privaatrecht Katern nieuwe erfrecht zijn verkregen. In dat geval maakt artikel 69 Overgangswet een uitzondering op de onmiddellijke werking van artikel 68a Overgangswet. Het middel faalt echter volgens de P-G bij gebrek aan belang, nu het eraan voorbij ziet dat ook naar oud recht reeds de in de artikelen 4:46 lid 1 en 2 BW vastgelegde maatstaf gold. De Hoge Raad had immers al in zijn jurisprudentie (o.a. HR 22 januari 1965, NJ 1966, 177 en HR 9 april 1965, NJ 1966, 178) op deze nieuwe wetgeving geanticipeerd. Met betrekking tot de verwijzing van het hof naar artikel 4:125 BW geldt evenzeer dat het hof zijn daar weergegeven oordeel ook heeft gegrond op hetgeen naar oud recht reeds gold voor een aan een legaat verbonden tijdsbepaling als de onderhavige. P.C. van Es, De actualiteit van een oude controverse rond de boedelafscheding (art (oud) BW), Tijdschrift Erfrecht 2009, p ; J.G. Knot, Europese harmonisatie en aanknopingsovermacht in het internationaal erfrecht, Tijdschrift Erfrecht 2009, p ; J.L.D.J. Maasland, De akte constatering verdeling, Tijdschrift Erfrecht 2009, p ; F.W.J.M. Schols, Ter voorkoming van nadere misverstanden: geen gift, maar ook geen redelijke tegenprestatie, WPNR 6811 (2009), p ; T.A.M. Weijermans, Misbruik van omstandigheden en uiterste wilsbeschikkingen, WPNR 6811 (2009), p

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen The following full text is a publisher's version. For additional information about this publication click this link. http://hdl.handle.net/2066/78162

Nadere informatie

Levering juridische eigendom na economische eigendomsoverdracht en de onherroepelijke volmacht

Levering juridische eigendom na economische eigendomsoverdracht en de onherroepelijke volmacht Levering juridische eigendom na economische eigendomsoverdracht en de onherroepelijke volmacht In deze bijdrage wordt ingegaan op de problematiek van een levering van juridische eigendom van een woning

Nadere informatie

Jurisprudentie Ondernemingsrecht

Jurisprudentie Ondernemingsrecht Jurisprudentie Ondernemingsrecht 3 februari 2015 Mr. P.J. Peters 1 HR 23 mei 2014, JOR 2014, 229 Kok/Maas q.q. Bestuurdersaansprakelijkheid/selectieve betaling Casus P. Kok ( Kok ) 100% bestuurder Kok

Nadere informatie

ECLI:NL:RBHAA:2010:BO2401

ECLI:NL:RBHAA:2010:BO2401 ECLI:NL:RBHAA:2010:BO2401 Instantie Rechtbank Haarlem Datum uitspraak 15-09-2010 Datum publicatie 29-10-2010 Zaaknummer 127472 - HA ZA 06-1116 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

Onder Professoren. Aansprakelijkheid van bestuurders. 14 april 2015 VAAN Utrecht. prof. mr. Claartje Bulten

Onder Professoren. Aansprakelijkheid van bestuurders. 14 april 2015 VAAN Utrecht. prof. mr. Claartje Bulten Onder Professoren Aansprakelijkheid van bestuurders 14 april 2015 VAAN Utrecht prof. mr. Claartje Bulten Aansprakelijkheid van bestuurders Onderwerpen Interne aansprakelijkheid Externe aansprakelijkheid

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2010:BN9752

ECLI:NL:RBARN:2010:BN9752 ECLI:NL:RBARN:2010:BN9752 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 04-10-2010 Datum publicatie 07-10-2010 Zaaknummer 205064 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Eerste aanleg

Nadere informatie

Naar aanleiding van uw brief van 8 februari 2012 heb ik de eer het volgende op te merken.

Naar aanleiding van uw brief van 8 februari 2012 heb ik de eer het volgende op te merken. I f^l öobuicq3~o\ Den Haag, 2 O MRT 2012 Kenmerk: DGB 2012-753 TL Motivering van liet beroepsciirir: in cassatie (rolnummer 12/00641) tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-gravenhage van 21 december

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2007:BA7844 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHLEE:2007:BA7844 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer ECLI:NL:GHLEE:2007:BA7844 Instantie Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak 20-06-2007 Datum publicatie 25-06-2007 Zaaknummer 0600267 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2016:229

ECLI:NL:RBROT:2016:229 ECLI:NL:RBROT:2016:229 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 06-01-2016 Datum publicatie 07-01-2016 Zaaknummer C/10/475943 / HA ZA 15-510 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2011:BP3927

ECLI:NL:RBROT:2011:BP3927 ECLI:NL:RBROT:2011:BP3927 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 05-01-2011 Datum publicatie 10-02-2011 Zaaknummer 332164 / HA ZA 09-1605 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

Raad van Toezicht Amsterdam van de Nederlandse Vereniging van Makelaars en Taxateurs in onroerende goederen NVM DE LOOP VAN DE PROCEDURE

Raad van Toezicht Amsterdam van de Nederlandse Vereniging van Makelaars en Taxateurs in onroerende goederen NVM DE LOOP VAN DE PROCEDURE Voorlichting/belangen niet-opdrachtgever. Ontbreken schriftelijke vastlegging koopovereenkomst. Verkoop aan derde. Bevoegdheid t.a.v. schadevergoeding. Klaagster was geïnteresseerd in een woning die beklaagde

Nadere informatie

De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend. De moeder van belanghebbende (hierna: erflaatster) is op [ ] 2010 overleden.

De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend. De moeder van belanghebbende (hierna: erflaatster) is op [ ] 2010 overleden. Uitspraak 10 oktober 2014 Nr. 13/04777 Arrest gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 29 augustus 2013, nr. 12/00472,

Nadere informatie

4 Kwartetten met de makelaar

4 Kwartetten met de makelaar 4 Kwartetten met de makelaar Van: Aan: Vorm: K.J.O. Jansen J.F.M. Janssen Kennisnotitie KNB OPDRACHT U wordt benaderd door de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie (KNB) met het verzoek een kennisnotitie

Nadere informatie

Webinar Jurisprudentie P en F uitspraken Hoge Raad 27 oktober uur. Mr A.A.M. Ruys-van Essen

Webinar Jurisprudentie P en F uitspraken Hoge Raad 27 oktober uur. Mr A.A.M. Ruys-van Essen Webinar Jurisprudentie P en F uitspraken Hoge Raad 27 oktober 2015 12.30-13.30 uur Mr A.A.M. Ruys-van Essen Gerechtshof s-hertogenbosch, 24 september 2015, ECLI:NL:GHSHE:2015:3736 EERDERE SCHENKINGEN GEEN

Nadere informatie

ECLI:NL:RBALK:2011:BR4675

ECLI:NL:RBALK:2011:BR4675 ECLI:NL:RBALK:2011:BR4675 Instantie Rechtbank Alkmaar Datum uitspraak 20-07-2011 Datum publicatie 10-08-2011 Zaaknummer 119380 - HA ZA 10-390 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg

Nadere informatie

Echtscheiding, perikelen bij. Onvoldoende overleg opdrachtgever. Ongepast optreden.

Echtscheiding, perikelen bij. Onvoldoende overleg opdrachtgever. Ongepast optreden. 18-24 RvT Amsterdam 200 BELANGENBEHARTIGING OPDRACHTGEVER Echtscheiding, perikelen bij. Onvoldoende overleg opdrachtgever. Ongepast optreden. Klager en zijn ex-partner zijn door de voorzieningenrechter

Nadere informatie

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken:

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken: Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2016-600 (mr. J.S.W. Holtrop, voorzitter, W.H.G.A. Filott mpf. en mr. J.W.M. Lenting, leden en mr. R.P.W. van de Meerakker, secretaris ) Klacht

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2014:3834

ECLI:NL:GHDHA:2014:3834 ECLI:NL:GHDHA:2014:3834 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 28-10-2014 Datum publicatie 27-11-2014 Zaaknummer 200.140.914/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

Onrechtmatige daad. Benadeling van de boedel. Misbruik van rechtspersoonlijkheid.

Onrechtmatige daad. Benadeling van de boedel. Misbruik van rechtspersoonlijkheid. Annotatie bij HR 27-02-2009, C07/168HR, LJN BG6445 Onrechtmatige daad. Benadeling van de boedel. Misbruik van rechtspersoonlijkheid. [BW art. 6:162] Een gefailleerde natuurlijke persoon heeft de eigendom

Nadere informatie

de besloten vennootschap, De Nederlandse Voorschotbank B.V., gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen Aangeslotene.

de besloten vennootschap, De Nederlandse Voorschotbank B.V., gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen Aangeslotene. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2014-148 d.d. 31 maart 2014. (mr. H.J. Schepen, voorzitter, drs. A. Adriaansen en mr. A.M.T. Wigger, leden en mevrouw mr. M.M.C. Oyen, secretaris).

Nadere informatie

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken:

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken: Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2016-601 (J.S.W. Holtrop, voorzitter, W.H.G.A. Filott mpf. en mr. J.W.M. Lenting, leden en mr. R.P.W. van de Meerakker, secretaris) Klacht ontvangen

Nadere informatie

Onafhankelijkheid. Belangenverstrengeling.

Onafhankelijkheid. Belangenverstrengeling. Onafhankelijkheid. Belangenverstrengeling. Klagers hebben een woning gekocht die beklaagde in verkoop had. Voordat de woning aan klagers verkocht werd, was met andere gegadigden ook al een koopovereenkomst

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 27 APRIL 2006 C.04.0591.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.04.0591.N WOLUWE CORNER PROPERTY, naamloze vennootschap, met zetel te 1831 Diegem, Culliganlaan 2, eiseres, vertegenwoordigd door mr.

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Sector privaatrecht Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus

Nadere informatie

Erfrechtjournaal. 16 januari 2015

Erfrechtjournaal. 16 januari 2015 Erfrechtjournaal 16 januari 2015 Items Gewijzigde familieverhoudingen Defiscalisatie in het erfrecht Machtiging kantonrechter voor het doen van schenking? Gewijzigde familieverhoudingen Eindejaarspeiling

Nadere informatie

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen The following full text is a publisher's version. For additional information about this publication click this link. http://hdl.handle.net/2066/77783

Nadere informatie

Echtscheidingsproblematiek. Optreden als makelaar op grond van rechterlijk vonnis. Contact met advocaten van partijen.

Echtscheidingsproblematiek. Optreden als makelaar op grond van rechterlijk vonnis. Contact met advocaten van partijen. Echtscheidingsproblematiek. Optreden als makelaar op grond van rechterlijk vonnis. Contact met advocaten van partijen. Een makelaar is door de rechtbank als deskundige benoemd om te komen tot de verkoop

Nadere informatie

Rechtbank Maastricht 26 oktober 2011, nr. HA RK 11-88, LJN BU7197 (mr. J.F.W. Huinen, mr. T.A.J.M. Provaas en mr. E.J.M. Driessen)

Rechtbank Maastricht 26 oktober 2011, nr. HA RK 11-88, LJN BU7197 (mr. J.F.W. Huinen, mr. T.A.J.M. Provaas en mr. E.J.M. Driessen) Rechtbank Maastricht 26 oktober 2011, nr. HA RK 11-88, LJN BU7197 (mr. J.F.W. Huinen, mr. T.A.J.M. Provaas en mr. E.J.M. Driessen) Noot I. van der Zalm Overlijdensschade. Schadeberekening. Inkomensschade.

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. R.J. Paris, voorzitter en mr. J. Hadziosmanovic, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. R.J. Paris, voorzitter en mr. J. Hadziosmanovic, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2017-787 (mr. R.J. Paris, voorzitter en mr. J. Hadziosmanovic, secretaris) Klacht ontvangen op : 7 mei 2017 Ingediend door : Consument Tegen

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2013:37. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 12/ Conclusie: ECLI:NL:PHR:2013:BZ5416, Gevolgd

ECLI:NL:HR:2013:37. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 12/ Conclusie: ECLI:NL:PHR:2013:BZ5416, Gevolgd ECLI:NL:HR:2013:37 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 28-06-2013 Datum publicatie 04-07-2013 Zaaknummer 12/00171 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2013:BZ5416,

Nadere informatie

WEBINAR Hoge Raad Rechtspraak Personen-, familie- en erfrecht. 11 februari 2015 Prof. Mr. T.J. Mellema-Kranenburg

WEBINAR Hoge Raad Rechtspraak Personen-, familie- en erfrecht. 11 februari 2015 Prof. Mr. T.J. Mellema-Kranenburg WEBINAR Hoge Raad Rechtspraak Personen-, familie- en erfrecht 11 februari 2015 Prof. Mr. T.J. Mellema-Kranenburg Onderwerpen 3 uitspraken: 1. samenwoners en natuurlijke verbintenis, HR 10 oktober 2014,

Nadere informatie

Optie en bod. Onderhandelen met meerdere gegadigden.

Optie en bod. Onderhandelen met meerdere gegadigden. Optie en bod. Onderhandelen met meerdere gegadigden. Klager was geïnteresseerd in een woning. Hij verwijt de verkopend makelaar dat het appartement aan een derde is verkocht terwijl klager het eindbod

Nadere informatie

Artikelen 81 en 82. Ongewijzigd. Artikel 83

Artikelen 81 en 82. Ongewijzigd. Artikel 83 Doorlopende tekst van de gewijzigde artikelen van de titels 1.6, 1.7 en 1.8 BW (nieuw), alsmede van artikel V (overgangsbepaling), zoals deze luidt volgens Kamerstukken I 2008/09, 28 867, A (gewijzigd

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 31 930 Wijziging van de Successiewet 1956 en enige andere belastingwetten (vereenvoudiging bedrijfsopvolgingsregeling en herziening tariefstructuur

Nadere informatie

http://legalintelligence.com/frontend/doc.aspx?docid=8305225& sr...

http://legalintelligence.com/frontend/doc.aspx?docid=8305225& sr... pagina 1 van 5 JOR 2013/87 Gerechtshof Arnhem, 18-12-2012, 200.099.939, LJN BY7149 Processuele gevolgen faillietverklaring voor aanhangige rechtsvorderingen, Schorsing van geding in conventie ex art. 29

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2012:BV6392

ECLI:NL:RBROT:2012:BV6392 ECLI:NL:RBROT:2012:BV6392 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 15-02-2012 Datum publicatie 21-02-2012 Zaaknummer 372890 / HA ZA 11-458 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

Artikel 3:40 Een besluit treedt niet in werking voordat het is bekendgemaakt.

Artikel 3:40 Een besluit treedt niet in werking voordat het is bekendgemaakt. Wetgeving Algemene wet bestuursrecht Artikel 1:3 1. Onder besluit wordt verstaan: een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan, inhoudende een publiekrechtelijke rechtshandeling. 2. Onder beschikking

Nadere informatie

Turbo-liquidatie en de bestuurder

Turbo-liquidatie en de bestuurder Turbo-liquidatie en de bestuurder Juni 2012 mr J. Brouwer De auteur heeft grote zorgvuldigheid betracht in het weergeven van delen uit het geldende recht. Evenwel is noch de auteur noch Boers Advocaten

Nadere informatie

Honderbezitter aansprakelijk voor schade aangericht door hond aan hondenuitlaatster

Honderbezitter aansprakelijk voor schade aangericht door hond aan hondenuitlaatster Honderbezitter aansprakelijk voor schade aangericht door hond aan hondenuitlaatster LJN: BW9368, Rechtbank Amsterdam, 6 juni 2012 2. De feiten 2.1. [A] en [B] wonen tegenover elkaar in [plaats]. [C] woont

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2009:BH4574, JOR

ECLI:NL:GHLEE:2009:BH4574, JOR Annotatie bij Hof Leeuwarden 10 februari 2009, ECLI:NL:GHLEE:2009:BH4574, JOR 2009/148 (Tepper/Niezink q.q.) Causaal verband beslagleggingen en faillissement. Schade volledig voor rekening van failliet

Nadere informatie

De vaststellingsovereenkomst. Prof. mr dr Edwin van Wechem

De vaststellingsovereenkomst. Prof. mr dr Edwin van Wechem De vaststellingsovereenkomst Prof. mr dr Edwin van Wechem Wat is een vaststellingsovereenkomst? Artikel 7:900 BW Bij een vaststellingsovereenkomst binden partijen, ter beëindiging of ter voorkoming van

Nadere informatie

: Coöperatieve Rabobank U.A., gevestigd te Amsterdam, verder te noemen de Bank

: Coöperatieve Rabobank U.A., gevestigd te Amsterdam, verder te noemen de Bank Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr. 2017-596 (door mr. J.S.W. Holtrop, voorzitter en mr. C.I.S. Dankelman-de Vogel, secretaris) Klacht ontvangen op : 6 maart 2017 Ingediend door

Nadere informatie

ERFRECHT EN SCHENKING

ERFRECHT EN SCHENKING MR. C. ASSER'S HANDLEIDING TOT DE BEOEFENING VAN HET NEDERLANDS BURGERLIJK RECHT ERFRECHT EN SCHENKING BEWERKT DOOR MR. S. PERRICK ADVOCAAT EN NOTARIS TE AMSTERDAM DERTIENDE DRUK KLUWER - DEVENTER - 2002

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2015:5812

ECLI:NL:RBAMS:2015:5812 ECLI:NL:RBAMS:2015:5812 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 23-06-2015 Datum publicatie 04-09-2015 Zaaknummer CV EXPL 14-22777 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. E.LA. van Emden, voorzitter en mr. F. Faes, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. E.LA. van Emden, voorzitter en mr. F. Faes, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2018-723 (mr. E.LA. van Emden, voorzitter en mr. F. Faes, secretaris) Klacht ontvangen op : 27 juni 2017 Ingediend door : Consument Tegen :

Nadere informatie

Belangenbehartiging opdrachtgever. Onvoldoende belangenbehartiging. Tegenstrijdige opdrachten.

Belangenbehartiging opdrachtgever. Onvoldoende belangenbehartiging. Tegenstrijdige opdrachten. Belangenbehartiging opdrachtgever. Onvoldoende belangenbehartiging. Tegenstrijdige opdrachten. Klager heeft een woning gekocht. Beklaagde trad daarbij op als makelaar voor verkoper B. Verkoper B weigerde

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMID:2006:AY5851

ECLI:NL:RBMID:2006:AY5851 ECLI:NL:RBMID:2006:AY5851 Instantie Rechtbank Middelburg Datum uitspraak 19-07-2006 Datum publicatie 11-08-2006 Zaaknummer 47983 HA ZA 2005/256 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg

Nadere informatie

Aansprakelijkheid van rechtspersoon-bestuurders en feitelijk beleidsbepalers

Aansprakelijkheid van rechtspersoon-bestuurders en feitelijk beleidsbepalers Dit artikel is gepubliceerd in het tijdschrift Juridisch up to Date, september 2008 Aansprakelijkheid van rechtspersoon-bestuurders en feitelijk beleidsbepalers Mr. dr. S. Parijs, CMS Derks Star Busmann

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMID:2009:BK9164

ECLI:NL:RBMID:2009:BK9164 ECLI:NL:RBMID:2009:BK9164 Instantie Rechtbank Middelburg Datum uitspraak 09-09-2009 Datum publicatie 14-01-2010 Zaaknummer 64517 / HA ZA 08-433 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Belangenverstrengeling. Aankoop door medewerker van verkopend makelaar. Onvoldoende belangenbehartiging.

Belangenverstrengeling. Aankoop door medewerker van verkopend makelaar. Onvoldoende belangenbehartiging. 18-21 RvT Amsterdam 203 ERECODE Belangenverstrengeling. Aankoop door medewerker van verkopend makelaar. Onvoldoende belangenbehartiging. De verkopers van een woning (klagers) verwijten hun makelaars (beklaagden)

Nadere informatie

ECLI:NL:PHR:2009:BG2238 Parket bij de Hoge Raad Datum uitspraak Datum publicatie

ECLI:NL:PHR:2009:BG2238 Parket bij de Hoge Raad Datum uitspraak Datum publicatie ECLI:NL:PHR:2009:BG2238 Instantie Parket bij de Hoge Raad Datum uitspraak 30-01-2009 Datum publicatie 30-01-2009 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken - Inhoudsindicatie C07/181HR

Nadere informatie

Coöperatieve Rabobank Dommelstreek U.A., gevestigd te Geldrop, hierna te noemen Aangeslotene.

Coöperatieve Rabobank Dommelstreek U.A., gevestigd te Geldrop, hierna te noemen Aangeslotene. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2014-364 d.d. 3 oktober 2014 (mr. R.J. Paris, voorzitter, mr. M.C.M. van Dijk en mr. E.L.A. van Emden, leden en mr. L.T.A. van Eck, secretaris)

Nadere informatie

Raad van Toezicht Amsterdam van de Nederlandse Vereniging van Makelaars en Taxateurs in onroerende goederen NVM

Raad van Toezicht Amsterdam van de Nederlandse Vereniging van Makelaars en Taxateurs in onroerende goederen NVM Optie en bod. Onderhandelen met meerdere gegadigden. Onafhankelijkheid. Belangenverstrengeling. Klagers waren met het makelaarskantoor van de verkoper in onderhandeling over de aankoop van twee percelen

Nadere informatie

201 BIEDEN, ONDERHANDELEN & TOTSTANDKOMING OVEREENKOMST

201 BIEDEN, ONDERHANDELEN & TOTSTANDKOMING OVEREENKOMST 18-53 RvT West 201 BIEDEN, ONDERHANDELEN & TOTSTANDKOMING OVEREENKOMST Bevoegdheid t.a.v. kostenveroordeling. Afdragen overdrachtsbelasting. Onderhandse betaling van gedeelte van de koopsom. Mededelingsplicht.

Nadere informatie

Samenvatting. 1. Procedure

Samenvatting. 1. Procedure Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2011-355 d.d. 20 december 2011 (mr. H.J. Schepen, voorzitter, mevrouw mr. J.W.M. Lenting en mevrouw mr. A.M.T. Wigger, leden, en mr. K. Schouten,

Nadere informatie

Raad van Toezicht Amsterdam van de Nederlandse Vereniging van Makelaars en Taxateurs in onroerende goederen NVM

Raad van Toezicht Amsterdam van de Nederlandse Vereniging van Makelaars en Taxateurs in onroerende goederen NVM 17-142 RvT Amsterdam 201 BIEDEN, ONDERHANDELEN & TOTSTANDKOMING OVEREENKOMST Optie en bod. Belangenverstrengeling. Aankoop door medewerker van de makelaar. Klagers waren geïnteresseerd in een woning die

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2013:4308

ECLI:NL:GHDHA:2013:4308 ECLI:NL:GHDHA:2013:4308 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 12-11-2013 Datum publicatie 14-11-2013 Zaaknummer 200.092.575 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Hoger

Nadere informatie

De Centrale Raad van Toezicht geeft de volgende uitspraak in de zaak van: B MAKELAARDIJ, lid van de vereniging, gevestigd en kantoorhoudende te M,

De Centrale Raad van Toezicht geeft de volgende uitspraak in de zaak van: B MAKELAARDIJ, lid van de vereniging, gevestigd en kantoorhoudende te M, Controle door de makelaar op storting waarborgsom. Een makelaar verkoopt voor klager diens woning. In de koopakte wordt geen financieringsvoorbehoud gemaakt. Koper verbindt zich om uiterlijk op 12 november

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2014:156. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 13/00392

ECLI:NL:HR:2014:156. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 13/00392 ECLI:NL:HR:2014:156 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 24-01-2014 Datum publicatie 24-01-2014 Zaaknummer 13/00392 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2013:1257,

Nadere informatie

Indien iemand overlijdt heeft een erfgenaam met betrekking tot de erfenis drie mogelijkheden:

Indien iemand overlijdt heeft een erfgenaam met betrekking tot de erfenis drie mogelijkheden: ERFENIS ACCEPTEREN OF NIET? Beneficiaire aanvaarding en wettelijke vereffening Indien iemand overlijdt heeft een erfgenaam met betrekking tot de erfenis drie mogelijkheden: * De erfenis zuiver aanvaarden.

Nadere informatie

I n z a k e: T e g e n:

I n z a k e: T e g e n: HOGE RAAD DER NEDERLANDEN Datum : 1 juni 2018 Zaaknr. : 18/01151 VERWEERSCHRIFT MET VOORWAARDELIJK INCIDENTEEL CASSATIEBEROEP I n z a k e: 1 Stichting SDB Gevestigd te Stichtse Vecht 2 Stichting Euribar

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2016:753 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01

ECLI:NL:GHAMS:2016:753 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01 ECLI:NL:GHAMS:2016:753 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 01-03-2016 Datum publicatie 04-03-2016 Zaaknummer 200.155.292/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

Een pleidooi voor aanpassing van het Besluit Huwelijksgoederenregister 1969 1

Een pleidooi voor aanpassing van het Besluit Huwelijksgoederenregister 1969 1 Een pleidooi voor aanpassing van het Besluit Huwelijksgoederenregister 1969 1 Prof. mr. A.J.M. Nuytinck, hoogleraar privaatrecht, in het bijzonder personen-, familie- en erfrecht, aan de Erasmus Universiteit

Nadere informatie

de naamloze vennootschap F. van Lanschot bankiers N.V., gevestigd te Den Bosch, hierna te noemen Aangeslotene.

de naamloze vennootschap F. van Lanschot bankiers N.V., gevestigd te Den Bosch, hierna te noemen Aangeslotene. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2013-149 d.d. 21 mei 2013 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter, mevrouw mr. E.M. Dil-Stork en mr. J.Th. de Wit, leden en mevrouw mr. M. Nijland,

Nadere informatie

Artikel 24. Artikel 24 lid 1 Pandrecht. Verkoop van verpande goederen

Artikel 24. Artikel 24 lid 1 Pandrecht. Verkoop van verpande goederen Artikel 24 Lid 1 Lid 2 Pandrecht Pandrecht Verkoop van verpande goederen Artikel 24 lid 1 Pandrecht Algemeen Het verschil tussen pand en retentie Het pandrecht in de AVC 2002 is nieuw ten opzichte van

Nadere informatie

http://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ecli:nl:rbove...

http://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ecli:nl:rbove... Rechtspraak.nl Print uitspraak 1 of 5 071215 09:02 Zoekresultaat inzien document ECLI:NL:RBOVE:2013:1448 Permanente link: http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ecl Instantie Rechtbank Overijssel

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2010:BO2558

ECLI:NL:HR:2010:BO2558 ECLI:NL:HR:2010:BO2558 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 02-11-2010 Datum publicatie 03-11-2010 Zaaknummer 09/00354 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2010:BO2558

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2016:1333 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie

ECLI:NL:GHAMS:2016:1333 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie ECLI:NL:GHAMS:2016:1333 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 12-04-2016 Datum publicatie 14-04-2016 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 200.180.180/01

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2011:BU7412

ECLI:NL:HR:2011:BU7412 ECLI:NL:HR:2011:BU7412 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 09-12-2011 Datum publicatie 09-12-2011 Zaaknummer 11/03863 (CW 2629) Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie:

Nadere informatie

ECLI:NL:RBGEL:2016:7158

ECLI:NL:RBGEL:2016:7158 ECLI:NL:RBGEL:2016:7158 Instantie Rechtbank Gelderland Datum uitspraak 02-11-2016 Datum publicatie 14-06-2017 Zaaknummer C/05/300860 / HZ ZA 16-175 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Eerste

Nadere informatie

Civiele Procespraktijk

Civiele Procespraktijk Civiele Procespraktijk Nr. 11 maart 2010 De volgende onderwerpen worden behandeld: Schorsing na faillissement en terugverwijzing naar een lagere rechter Alternatieve causaliteit Lastgeving Tussentijds

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2000 2001 27 554 Wijziging van titel 8 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek (regels verrekenbedingen) Nr. 1 KONINKLIJKE BOODSCHAP Aan de Tweede Kamer der

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling Hof van Cassatie Onderwerp Bedrijfsvoorheffing. Niet-doorstorting. Aansprakelijke bestuurders of zaakvoerders. Onrechtmatige daad. Datum 5 september 2013 Copyright and disclaimer De inhoud van

Nadere informatie

ECLI:NL:PHR:2007:AZ6118 Parket bij de Hoge Raad Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 00636/06

ECLI:NL:PHR:2007:AZ6118 Parket bij de Hoge Raad Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 00636/06 ECLI:NL:PHR:2007:AZ6118 Instantie Parket bij de Hoge Raad Datum uitspraak 06-03-2007 Datum publicatie 06-03-2007 Zaaknummer 00636/06 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken - Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2002 229 Wet van 18 april 2002 tot vaststelling van de Invoeringswet Boek 4 en Titel 3 van Boek 7 van het nieuwe Burgerlijk Wetboek, derde gedeelte

Nadere informatie

JIN 2014/107, Hoge Raad, , ECLI:NL:HR:2014:829, 13/01441, (annotatie)

JIN 2014/107, Hoge Raad, , ECLI:NL:HR:2014:829, 13/01441, (annotatie) JIN 2014/107 JIN 2014/107, Hoge Raad, 04-04-2014, ECLI:NL:HR:2014:829, 13/01441, (annotatie) INHOUDSINDICATIE Bestuurdersaansprakelijkheid, Voldoende ernstig persoonlijk verwijt, Overdracht activa GA DIRECT

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2002 428 Beschikking van de Minister van Justitie van 16 augustus 2002, houdende plaatsing in het Staatsblad van de vernummerde tekst van de wet van

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 21 DECEMBER 2009 C.08.0499.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.08.0499.F HANCIAUX, nv, Mr. Jacqueline Oosterbosch, advocaat bij het Hof van Cassatie, tegen C. R., I. RECHTSPLEGING VOOR HET HOF

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2017:4885

ECLI:NL:RBDHA:2017:4885 ECLI:NL:RBDHA:2017:4885 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 10052017 Datum publicatie 12052017 Zaaknummer C/09/504538 / HA ZA 16112 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Ondernemingsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLIM:2017:1301

ECLI:NL:RBLIM:2017:1301 ECLI:NL:RBLIM:2017:1301 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 15022017 Datum publicatie 16022017 Zaaknummer 5299499 cv expl 168008 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Burgerlijk

Nadere informatie

1 Het geding in feitelijke instanties

1 Het geding in feitelijke instanties Uitspraak 14 februari 2014 nr. 13/00475 Arrest gewezen op het beroep in cassatie van de Staatssecretaris van Financiën tegen de uitspraak van het Gerechtshof te s-gravenhage van 18 december 2012, nr. 12/00169,

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2002 152 Wet van 14 maart 2002 tot wijziging van titel 8 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek (regels verrekenbedingen) Wij Beatrix, bij de gratie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZWB:2015:5579

ECLI:NL:RBZWB:2015:5579 ECLI:NL:RBZWB:2015:5579 Instantie Datum uitspraak 20-08-2015 Datum publicatie 21-08-2015 Rechtbank Zeeland-West-Brabant Zaaknummer C/02/297897 / HA RK 15-74 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Het finale verrekenbeding in huwelijkse voorwaarden

Het finale verrekenbeding in huwelijkse voorwaarden Rotterdam Institute of Private Law Accepted Paper Series Het finale verrekenbeding in huwelijkse voorwaarden Een aantekening bij HR 1 februari 2008, LJN: BB9781 A.J.M. Nuytinck Published in WPNR, 2008,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 26 822 Invoering Boek 4 en Titel 3 van Boek 7 van het nieuwe Burgerlijk Wetboek, derde gedeelte (Overgangsrecht) Nr. 1 KONINKLIJKE BOODSCHAP Aan

Nadere informatie

Ontvankelijkheid. Klacht over (nog) niet verrichte handeling. Tuchtrechtelijke laakbaarheid van handelwijze in gerechtelijke procedure.

Ontvankelijkheid. Klacht over (nog) niet verrichte handeling. Tuchtrechtelijke laakbaarheid van handelwijze in gerechtelijke procedure. Ontvankelijkheid. Klacht over (nog) niet verrichte handeling. Tuchtrechtelijke laakbaarheid van handelwijze in gerechtelijke procedure. De koper van een woning (klager) verwijt de verkopend makelaar (beklaagde)

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLIM:2016:948

ECLI:NL:RBLIM:2016:948 ECLI:NL:RBLIM:2016:948 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 27-01-2016 Datum publicatie 04-02-2016 Zaaknummer C/03/207133 / HA ZA 15-320 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

Doorlopende tekst van Titel 7 van Boek I per

Doorlopende tekst van Titel 7 van Boek I per Doorlopende tekst van Titel 7 van Boek I per 1-1-2018 Artikel 1:93 BW Bij huwelijkse voorwaarden kan uitdrukkelijk of door de aard der bedingen worden afgeweken van bepalingen van deze titel, behalve voor

Nadere informatie

De Raad van Toezicht Utrecht van de Nederlandse Vereniging van Makelaars in Onroerende Goederen NVM geeft de volgende uitspraak in de zaak van:

De Raad van Toezicht Utrecht van de Nederlandse Vereniging van Makelaars in Onroerende Goederen NVM geeft de volgende uitspraak in de zaak van: Voordeel verminderde overdrachtsbelasting bij opvolgende transacties. Onjuiste informatie aan koper. Wijziging in concept-akte niet aan koper gemeld. Niet passende wijze van communiceren. Klager koopt

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2000 2001 Nr. 297 26 822 Invoering Boek 4 en Titel 3 van Boek 7 van het nieuwe Burgerlijk Wetboek, derde gedeelte (Overgangsrecht) GEWIJZIGD VOORSTEL VAN

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (E.L.A. van Emden, voorzitter, terwijl mr. N. Bouwman als secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (E.L.A. van Emden, voorzitter, terwijl mr. N. Bouwman als secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2016-384 (E.L.A. van Emden, voorzitter, terwijl mr. N. Bouwman als secretaris) Klacht ontvangen op : 18 oktober 2015 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2017:1064. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 16/ Conclusie: ECLI:NL:PHR:2017:410, Gevolgd

ECLI:NL:HR:2017:1064. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 16/ Conclusie: ECLI:NL:PHR:2017:410, Gevolgd ECLI:NL:HR:2017:1064 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 09-06-2017 Datum publicatie 09-06-2017 Zaaknummer 16/04866 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2017:410,

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2017:3619

ECLI:NL:GHSHE:2017:3619 ECLI:NL:GHSHE:2017:3619 Instantie Datum uitspraak 15-08-2017 Datum publicatie 16-08-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-hertogenbosch 200.216.119_01

Nadere informatie

ECLI:NL:RBHAA:2009:BI7758

ECLI:NL:RBHAA:2009:BI7758 ECLI:NL:RBHAA:2009:BI7758 Instantie Rechtbank Haarlem Datum uitspraak 12-05-2009 Datum publicatie 12-06-2009 Zaaknummer 156351 - KG ZA 09-197 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

2. In onderdeel II wordt na onderdeel A een onderdeel ingevoegd, luidende:

2. In onderdeel II wordt na onderdeel A een onderdeel ingevoegd, luidende: 31 930 Wijziging van de Successiewet 1956 en enige andere belastingwetten (vereenvoudiging bedrijfsopvolgingsregeling en herziening tariefstructuur in de Successiewet 1956, alsmede introductie van een

Nadere informatie

Rapport. Rapport over een klacht over het College van procureurs-generaal te Den Haag. Datum: 25 februari 2014. Rapportnummer: 2014/010

Rapport. Rapport over een klacht over het College van procureurs-generaal te Den Haag. Datum: 25 februari 2014. Rapportnummer: 2014/010 Rapport Rapport over een klacht over het College van procureurs-generaal te Den Haag. Datum: 25 februari 2014 Rapportnummer: 2014/010 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat het College van procureurs-generaal

Nadere informatie

Uitspraak van de Commissie van Beroep d.d. 22 november 2010

Uitspraak van de Commissie van Beroep d.d. 22 november 2010 Uitspraak GCHB 397-H90020 Zorgplicht hypotheekadviseur i.v.m. termijn financieringsvoorbehoud. 'eigen schuld' cliënt. Bekijk de uitspraak in eerste aanleg Uitspraak van de Commissie van Beroep d.d. 22

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2013:983. Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 18-10-2013 Datum publicatie

ECLI:NL:HR:2013:983. Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 18-10-2013 Datum publicatie ECLI:NL:HR:2013:983 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 18-10-2013 Datum publicatie 18-10-2013 Zaaknummer 12/03380 Formele relaties Conclusie: ECLI:NL:PHR:2013:52, Gevolgd In cassatie op : ECLI:NL:GHSGR:2012:BW8529,

Nadere informatie

ECLI:NL:RBHAA:2010:BN9920

ECLI:NL:RBHAA:2010:BN9920 ECLI:NL:RBHAA:2010:BN9920 Instantie Rechtbank Haarlem Datum uitspraak 23-09-2010 Datum publicatie 08-10-2010 Zaaknummer 171924 / KG ZA 10-360 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie