Ondergrens van de zorg in verpleeghuizen beter bewaakt

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Ondergrens van de zorg in verpleeghuizen beter bewaakt"

Transcriptie

1 Ondergrens van de zorg in verpleeghuizen beter bewaakt Den Haag, maart 2005

2

3 Aan de bewindslieden van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Hierbij bied ik u het rapport Ondergrens van zorg in verpleeghuizen beter bewaakt aan. Dit rapport is een vervolg op het in september 2004 verschenen rapport Verpleeghuizen garanderen minimale zorg niet. Begin 2005 heeft de inspectie de 47 verpleeghuizen die vorig jaar niet voldeden aan de tien indicatoren voor de minimaal noodzakelijke zorg, opnieuw bezocht. De belangrijkste conclusie uit het voorliggende rapport is dat inmiddels 38 van de eerder bezochte verpleeghuizen voldoen aan de normen voor de ondergrens van de zorg. In de overige negen bezochte verpleeghuizen is op een beperkt aantal normen de ondergrens van de zorg nog niet gegarandeerd. In deze verpleeghuizen zijn wel verbeteringen geconstateerd. De conclusie is dat met gerichte aandacht van de inspectie verbeteringen mogelijk zijn. Net als vorig jaar blijken voldoende hulp bij de maaltijden en het voorzien in permanent toezicht op psychogeriatrische bewoners in de huiskamers de grootste knelpunten. Het laten doorgaan van multidisciplinaire bewonersbesprekingen blijkt ook in drie verpleeghuizen nog steeds een structureel knelpunt te zijn. Bij negen verpleeghuizen heeft de inspectie inmiddels verscherpt toezicht ingesteld. De inspectie heeft de Raden van Bestuur van deze verpleeghuizen verzocht (direct) maatregelen te treffen. Op zijn de namen van deze instellingen gepubliceerd. Nadat de inspectie heeft vastgesteld dat het verscherpt toezicht kan worden opgeheven, wordt de naam van het verpleeghuis uit het bestand verwijderd. Als de noodzakelijke verbeteringen uitblijven, zal de inspectie een advies geven aan de Minister tot het geven van een aanwijzing in het kader van de Kwaliteitswet zorginstellingen. Gezien de grote overeenkomsten in de bevindingen van de inspectie uit 2004, het rapport van de Algemene Vereniging Verpleegkundigen en Verzorgenden (AVVV), uitkomsten van onderzoek onder cliënten van de Stichting Cliënt en Kwaliteit en aanhoudende signalen over misstanden in de media blijft gerichte aandacht van de inspectie noodzakelijk. Er moet antwoord komen op de vraag wat de reden is dat het sommige verpleeghuizen niet lukt de minimaal noodzakelijk zorg te leveren. Ik dring er bij u op aan in de taak van de aangekondigde gezant en/of het consultatieteam op te nemen met voorrang onderzoek te (laten) doen naar de succes- en faalfactoren in die verpleeghuizen, die ondanks zichtbare inspanningen de minimaal noodzakelijke zorg op onderdelen nog steeds niet kunnen garanderen. Hoogachtend, Prof. dr. J.H. Kingma Den Haag, maart 2005

4

5 5 RAPPORT Samenvatting Bij de presentatie van het rapport Verpleeghuizen garanderen minimaal noodzakelijke zorg niet in september 2004 gaf de inspectie verpleeghuizen de opdracht om eind 2004 tenminste de minimaal noodzakelijke zorg te garanderen. Begin 2005 bezocht de inspectie de verpleeghuizen die in 2004 tekortschoten opnieuw. De bezochte verpleeghuizen hebben een groot aantal verbeteringen gerealiseerd om de minimaal noodzakelijke zorg aan de bewoners te kunnen garanderen. Om de minimale zorg te meten zijn de tien indicatoren, ook wel aangeduid als alarmbellen of de ondergrens van de zorg, gebruikt. Deze indicatoren zijn in 2001 door de branche-, beroeps- en cliëntenorganisaties in de verpleeghuissector (Arcares, LOC, AVVV en NVVA) samen met de inspectie vastgesteld. De inspectie beschouwt, evenals de partijen destijds, de indicatoren als de ondergrens van de zorg. Bij het niet meer voldoen aan een indicator bevindt het kwaliteitsniveau van de zorgverlening zich in het gebied van onverantwoorde zorg en dit is onaanvaardbaar. Voor de uitwerking van het toezichtinstrument zijn de tien indicatoren uitgewerkt in meetbare normen (bijlage 3). De inspectie heeft 47 van de 60 verpleeghuizen die in 2004 geïnspecteerd zijn, begin 2005 opnieuw bezocht. Deze verpleeghuizen hebben in 2004 de opdracht gekregen om op basis van de inspectiebevindingen een plan van aanpak op te stellen ter verbetering. De inspectie toetste tijdens de follow-up bezoeken uitsluitend de normen voor de ondergrens van de zorg waaraan het verpleeghuis eerder niet voldeed. Beoordeling vond plaats aan de hand van schriftelijk materiaal, een rondgang door het verpleeghuis, gesprekken met zorgverleners van verpleegafdelingen en het locatiemanagement. De normen voor minimaal noodzakelijke zorg zijn inmiddels in ruim driekwart van de verpleeghuizen operationeel. Nagenoeg alle bezochte verpleeghuizen hebben alle tien indicatoren vastgelegd in interne richtlijnen of normen en geïmplementeerd in intern beleid. Daardoor is op die onderdelen de minimaal noodzakelijke zorg gegarandeerd en de kritische ondergrens bewaakt. Negen bezochte verpleeghuizen schieten nog tekort op een beperkt aantal normen, omdat normen of richtlijnen nog afwezig zijn, onvoldoende bekend zijn bij medewerkers of de uitvoering tekortschiet. Drie normen geven de meeste knelpunten. In drie verpleeghuizen vindt de multidisciplinaire bewonersbespreking niet regelmatig plaats of gaat vaak niet door. In vijf verpleeghuizen is er, volgens verzorgenden, onvoldoende hulp voor bewoners bij de maaltijden en ontbreken hierover richtlijnen. Het permanente toezicht op psychogeriatrische bewoners in de huiskamers schiet in zes bezochte verpleeghuizen nog altijd tekort. Structurele knelpunten in het toezicht doen zich voor in de ochtend als bewoners geholpen worden met opstaan en in de avond als bewoners naar bed gebracht worden. Op die momenten zijn er geen medewerkers of geïnstrueerde personen in de huiskamers. Dit leidt er toe, volgens verzorgenden, dat drie bezochte verpleeghuizen soms bewoners in de huiskamer fixeren. De 24-uurs bereikbaarheid van de verpleeghuisarts, het aanbieden van tenminste één recreatieve activiteit per week en de aanwezigheid van minimaal een verzorgende individuele gezondheidszorg (VIG er) per verpleegafdeling gedurende 7x24 uur, is inmiddels in alle bezochte verpleeghuizen goed geregeld. De negen bezochte verpleeghuizen die nog steeds niet voldoen aan de eisen voor minimaal noodzakelijke zorg, zijn door de inspectie aangesproken op hun verantwoordelijkheid om tenminste de minimaal noodzakelijke zorg te garanderen. De inspectie heeft verscherpt toezicht ingesteld en de Raden van Bestuur schriftelijk verzocht direct maatregelen te treffen. Als

6 6 INSPECTIE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG verbetering op korte termijn uitblijft, treedt de inspectie in contact met de Raden van Toezicht en de aangewezen Zorgkantoren. De gestelde termijnen voor de te nemen maatregelen zijn afhankelijk van de geconstateerde tekortkomingen. Als Raden van Besturen/directies van verpleeghuizen in gebreke blijven, zal de inspectie de Minister adviseren de zorgaanbieder een aanwijzing te geven op basis van de Kwaliteitswet zorginstellingen. De gepresenteerde resultaten in dit rapport zijn niet representatief voor de verpleeghuizen in Nederland, omdat een beperkt aantal onderdelen van de zorgverlening is getoetst en de bezochte verpleeghuizen geselecteerd zijn op basis van de inspectiebevindingen uit De inspectie valt - net als andere overheidsinstellingen - onder de Wet Openbaarheid van Bestuur. In de afgelopen periode is, ondermeer in de Tweede Kamer, gesproken over het actief openbaar maken van rapporten over inspecties bij individuele instellingen. Besloten is de lijst met namen van de instellingen die onder verscherpt toezicht zijn geplaatst te publiceren op Zodra de inspectie heeft vastgesteld dat het verscherpt toezicht kan worden opgeheven, wordt de naam van de instelling van de lijst verwijderd. Alle rapporten van dit vervolgonderzoek zijn tevens te vinden op De Raden van Bestuur van de bezochte verpleeghuizen zijn hierover op voorhand geïnformeerd.

7 7 RAPPORT Inhoudsopgave 1 Inleiding Aanleiding Doelstelling follow-up inspectiebezoeken Methode Instrument: gebaseerd op indicatoren minimaal noodzakelijke zorg 11 2 Conclusies Meer garanties voor de minimaal noodzakelijke zorg Permanent toezicht voor de psychogeriatrische bewoners en voldoende hulp en tijd voor de maaltijden blijven de grootste knelpunten Afspraken met de bewoner over de zorgverlening beter nagekomen Multidisciplinaire bewonersbesprekingen moeten plaatsvinden Normen voor de ondergrens nu vastgelegd en aandacht voor systematisch meten Blijvende aandacht voor de ondergrens nodig 14 3 Maatregelen om de minimaal noodzakelijke zorg aan bewoners in verpleeghuizen te garanderen Maatregelen voor management van verpleeghuizen Maatregelen voor de veldpartijen Aanbevelingen voor cliëntenraden Tot slot 16 4 Bevindingen De ondergrens wordt beter bewaakt Meer bewonergerichte zorg als uitgangspunt Naar 100 procent garanties voor minimaal noodzakelijke zorg 22 5 Summary 23 Bijlagen 1 Wat is verantwoorde zorg? 25 2 Overzicht 10 indicatoren 26 3 Toelichting scorekwalificaties 27 4 Maatregelen uit rapport Verpleeghuizen garanderen minimaal noodzakelijke zorg niet 30

8 8 INSPECTIE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG

9 9 RAPPORT 1 Inleiding 1.1 Aanleiding In het eerste kwartaal van 2004 is een onderzoek uitgevoerd naar de minimaal noodzakelijke zorg in een steekproef van zestig verpleeghuizen. De resultaten zijn gepresenteerd in het rapport Verpleeghuizen garanderen minimaal noodzakelijke zorg niet. Bij het onderzoek is gebruikgemaakt van de tien indicatoren van de minimaal noodzakelijke zorgverlening, ook wel aangeduid als alarmbellen of de ondergrens van de zorg. De indicatoren zijn in 2001 door de branche-, beroeps- en cliëntenorganisaties in de verpleeghuissector (Arcares, LOC, AVVV en NVVA) samen met de inspectie vastgesteld. De conclusie van het onderzoek was dat de minimaal noodzakelijke zorg op één of meer onderdelen in 78 procent van de bezochte verpleeghuizen niet was gegarandeerd. Naar aanleiding van de bevindingen heeft de inspectie een handhavings plan opgesteld. Een onderdeel betrof het scherp toezien op verbeteringen in de eerder bezochte verpleeghuizen. De verpleeghuizen die op één of meer onderdelen niet voldeden aan de eisen voor minimaal noodzakelijke zorg, is verzocht een plan van aanpak ter verbetering op te stellen. Begin 2005 heeft de inspectie deze verpleeghuizen opnieuw bezocht en is beoordeeld of inmiddels de ondergrens van de zorg zoals vastgesteld in de tien indicatoren, is gegarandeerd. De Kwaliteitswet zorginstellingen stelt dat de zorginstellingen verantwoorde zorg moeten bieden. Bij verantwoorde zorg wordt zorg geleverd die afgestemd is op de reële behoefte van de bewoner, voldoet aan veld- en beroepsnormen en gewaarborgd is door een kwaliteitssysteem. De praktijk is dat het kwaliteitsniveau van de zorgverlening zich ergens op een continuüm bevindt van onverantwoorde zorg via een kritische fase naar verantwoorde zorg (zie bijlage 1). De tien indicatoren geven de grens aan van de minimaal noodzakelijke zorg. Bij het niet voldoen aan een indicator bevindt het kwaliteitsniveau van de zorgverlening zich binnen het gebied van onverantwoorde zorg en dit wordt als onaanvaardbaar beschouwd. Na de publicatie van het rapport Verpleeghuizen garanderen minimaal noodzakelijke zorg niet is discussie ontstaan over een noodzakelijke bijstelling van de indicatoren. De brancheorganisatie Arcares heeft in november concept-normen verantwoorde zorg gepresenteerd. Inmiddels zijn alle betrokken veldpartijen op uitnodiging van de inspectie in gesprek over een bijgestelde set van toets- en meetbare (minimum-)normen voor verpleeghuiszorg. In afwachting van de resultaten beschouwt de inspectie de destijds door de betrokken organisaties breed gedragen tien indicatoren als veldnormen voor de minimale kwaliteit van zorg. Zodra nieuwe toets- en meetbare veldnormen zijn vastgesteld, zullen deze de basis vormen voor het opnemen van indicatoren op het inspectieformulier als onderdeel van het gelaagd en gefaseerd toezicht. Een peiling onder de leden van het Panel Verpleegkundigen en Verzorgenden van de AVVV, LEVV en Nivel in 2004, de resultaten van onderzoek in 2003 onder cliënten van de stichting Cliënt en Kwaliteit, reacties en commentaren in de media en de inspectiebevindingen uit 2004 maken duidelijk dat er ruime aandacht nodig blijft voor de ondergrens van de kwaliteit van zorg in de verpleeghuizen. Bewoners [1] van verpleeghuizen mogen verwachten dat zij de zorg krijgen die nodig is en dat de inspectie hierop zal toezien. [1] In dit rapport wordt gesproken over (verpleeghuis-)bewoners in plaats van cliënten of patiënten. Hiermee is aangesloten bij de terminologie van de gehanteerde veldnormen. Met bewoner wordt zowel de vrouwelijke als mannelijke vorm bedoeld.

10 10 INSPECTIE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG 1.2 Doelstelling follow-up inspectiebezoeken Het doel van dit onderzoek is inzicht te krijgen in de verbeteringen in het kwaliteitsniveau van de zorgverlening van de verpleeghuizen, waar bij een eerder bezoek was gebleken dat zij niet voldeden aan de tien indicatoren voor de minimaal noodzakelijke zorg. Naar aanleiding van de bevindingen worden maatregelen en aanbevelingen geformuleerd en waar nodig wordt corrigerend opgetreden. De resultaten van alle bezoeken zijn niet representatief voor de verpleeghuizen in Nederland, omdat de getoetste onderdelen van de zorgverlening beperkt waren en de bezochte verpleeghuizen geselecteerd zijn op basis van eerdere inspectiebevindingen 1.3 Methode In 2004 is in 47 van 60 bezochte verpleeghuizen vastgesteld dat zij aan één of meer indicatoren niet voldeden omdat de bijbehorende norm in het verpleeghuis niet werd gebruikt, de norm niet bekend was bij medewerkers of de uitvoering van de norm structureel tekortschoot. Voor de uitwerking van het toezichtinstrument zijn de tien indicatoren uitgewerkt in tien meetbare normen. Naar aanleiding van de eerdere bevindingen zijn de verpleeghuizen in 2004 verzocht om plannen van aanpak ter verbetering op te stellen. Om te toetsen of de plannen van aanpak ook hebben geleid tot normen die tenminste operationeel zijn, hebben de inspecteurs 47 verpleeghuizen opnieuw bezocht. Tijdens het bezoek zijn uitsluitend de normen getoetst waaraan eerder door het verpleeghuis niet werd voldaan, omdat normen en richtlijnen ontbraken, onbekend waren bij medewerkers of er structureel tekort geschoten werd in de uitvoering. Per verpleeghuis zijn tenminste twee verpleegafdelingen, meestal psychogeriatrische, bezocht. Ter plaatse heeft de inspecteur bepaald welke verpleegafdelingen werden bezocht. Aan de hand van semi-gestructureerde vragenlijsten is schriftelijke informatie ingezien en is gesproken met aanwezige zorgverleners. Zonodig vond een toetsing van de uitvoering van de norm plaats, zoals de bereikbaarheid van de verpleeghuisarts, of de aanwezigheid van een medewerker of geïnstrueerde persoon in een huiskamer. Bij het vorig onderzoek is gebleken dat de beoordeling van het kwaliteitsniveau door zorgverleners en bewoners grote overeenkomsten vertoonde. Gezien de beperkte opzet is er voor gekozen om tijdens deze follow-up bezoeken geen aparte gesprekken te hebben met bewoners of familieleden, zo mogelijk is wel op afdelingen gesproken met aanwezige bewoners of familie. Afsluitend is gesproken met het locatiemanagement. De directie/raad van Bestuur van het verpleeghuis ontving na afloop van het inspectiebezoek een rapport waarin de zorgverlening op de getoetste onderdelen is beoordeeld. Indien de bevindingen daartoe aanleiding gaven, namelijk indien de zorgverlening nog steeds op één of meer normen niet op operationeel niveau werd beoordeeld, is verzocht direct maatregelen te treffen en de inspectie hierover op korte termijn te informeren. Voor zover nog noodzakelijk zijn de overige verpleeghuizen verzocht om aandacht voor de borging van het minimaal kwaliteitsniveau van de zorgverlening.

11 11 RAPPORT 1.4 Instrument: gebaseerd op indicatoren minimaal noodzakelijke zorg Voor de uitwerking van het toezichtinstrument is iedere indicator uitgewerkt in een meetbare norm. Voor normen die meer onderdelen van de zorgverlening betreffen, zijn de afzonderlijke onderdelen beschreven. In tegenstelling tot het onderzoek in 2004 zijn geen andere veldnormen toegevoegd en er is geen onderverdeling gemaakt in verschillende aandachtsgebieden. Per norm zijn bijbehorende vragen en beoordelings - en beslisregels opgesteld. Voor de antwoordcategorieën is de volgende verdeling aangehouden: Altijd: 100 procent. Meestal: procent. Soms: procent. Zelden: 0-10 procent. Nooit: 0 procent. De inspecteur heeft op basis van de bevindingen een oordeel gegeven over de getoetste norm op vier niveaus: Afwezig Aanwezig Operationeel Geborgd De norm is niet aanwezig. Norm is aantoonbaar aanwezig, maar wordt niet consequent nageleefd; schriftelijke procedures zijn niet algemeen bekend. Norm wordt consequent nageleefd; schriftelijke procedures zijn algemeen bekend. Norm wordt consequent nageleefd en schriftelijke procedures zijn algemeen bekend. Bovendien is er sprake van regelmatige evaluatie en zonodig bijstelling. In bijlage 2 zijn de indicatoren opgenomen zoals ze in 2002 zijn opgesteld. In bijlage 3 zijn de indicatoren uitgewerkt naar normen voor de bovenstaande beoordelingsniveaus. De op de afdeling gehanteerde vragenlijst met een gedetailleerder uitwerking van de beoordelingsniveaus is te downloaden van

12 12 INSPECTIE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG 2 Conclusies De belangrijkste conclusie is dat een ruime meerderheid van de 47 bezochte verpleeghuizen inmiddels wel voldoet aan de tien indicatoren die door de branche-, beroeps- en cliëntenorganisaties in 2001 zijn vastgesteld om de ondergrens van de zorg te bewaken. Ook de 13 verpleeghuizen die niet opnieuw bezocht zijn, hebben de inspectiebevindingen aangevat om verbeteringen te realiseren, zoals een toetsing van de zorgdossiers en de uitvoering van de met de bewoner gemaakte afspraken door een extern bureau. De 47 bezochte verpleeghuizen hebben op basis van een plan van aanpak in een betrekkelijk korte periode verbeteringen aangebracht, waardoor de ondergrenzen van de zorg beter bewaakt zijn. In 9 van de 47 verpleeghuizen zijn wel verbeteringen geconstateerd, maar ontbreekt op één of meer onderdelen nog de garantie dat de minimaal noodzakelijke zorg aan de verpleeghuis - bewoner geleverd wordt. 2.1 Meer garanties voor de minimaal noodzakelijke zorg In alle 47 bezochte verpleeghuizen is in vergelijking met 2004 een aanzienlijke verbetering te constateren, omdat er gericht aandacht is en wordt besteed aan het bewaken van de ondergrens van de zorg. In 38 bezochte verpleeghuizen wordt inmiddels wel voldaan aan de normen gebaseerd op de indicatoren waaraan eerder niet werd voldaan. Begin 2004 voldeden nog 26 van 60 verpleeghuizen aan maximaal 4 van de 10 indicatoren. Onder voldoen aan een indicator wordt verstaan dat de bijbehorende norm operationeel is. Dit houdt in dat de norm consequent wordt nageleefd en bijbehorende schriftelijke procedures algemeen bekend zijn. Grafiek 1 Aantal verpleeghuizen dat niet voldoet aan de norm in 2004 en Aantal verpleeghuizen (N= 47) norm1 norm2 norm3 norm4 norm5 norm6 norm7 norm8 norm9 norm10 Normen (indicatoren) voor minimaal noodzakelijke zorg In alle bezochte verpleeghuizen zijn er verbeteringen. Vier normen zijn in alle bezochte verpleeghuizen inmiddels operationeel. Dit betreft de oproepbaarheid en bereikbaarheid van de verpleeghuisarts (norm 6 en 7), de aanwezigheid van een verzorgende met tenminste kwalificatieniveau VIG er op de verpleegafdeling (norm 3) en een aanbod van tenminste één keer per week een recreatieve activiteit aan bewoners (norm 9). Het structureel nakomen van de

13 13 RAPPORT afspraken met de bewoner (norm 1) en geen concessies doen aan de uitvoering van het zorgplan met betrekking tot risicovolle of gezondheidsbedreigende situaties (norm 2) is in bijna alle bezochte verpleeghuizen een operationele norm. In vergelijking met het eerdere bezoek in 2004 is dat een grote verbetering, toen was in ruim 25 verpleeghuizen één of beide normen niet operationeel. 2.2 Permanent toezicht voor de psychogeriatrische bewoners en voldoende hulp en tijd voor de maaltijden blijven de grootste knelpunten In 2004 waren het garanderen van toezicht op de psychogeriatrische bewoners in de huiskamers en voldoende hulp voor bewoners bij de maaltijden de grootste knelpunten. Ondanks verbeteringen in de meeste verpleeghuizen blijken dit ook nu de onderdelen van de zorgverlening waar het minst aan kan worden voldaan. In 6 van de 47 bezochte verpleeghuizen ontbreekt nog altijd permanent toezicht op psychogeriatrische bewoners in de huiskamers. Afwezigheid van toezicht in de huiskamers doet zich vooral voor in de ochtend als bewoners geholpen worden met opstaan en in de avond als bewoners naar bed gebracht worden. Op die momenten zijn er geen medewerkers of geïnstrueerde personen in de huiskamers. Dit leidt er toe dat in drie bezochte verpleeghuizen, volgens de verzorgenden, bewoners in de huiskamers soms toch nog op oneigenlijke gronden gefixeerd worden. De meerderheid van de bezochte verpleeghuizen heeft inmiddels wel voorzien in structureel toezicht op de bewoners. Dit is gerealiseerd door het opstellen van duidelijke richtlijnen voor verzorgenden, een andere spreiding van inzet van medewerkers, uitbreiding van personeel, door specifieke huiskamerdiensten te benoemen of activiteiten naar de huiskamers te verplaatsen. In vijf van de bezochte verpleeghuizen is vastgesteld dat nog niet voldaan wordt aan de norm dat er voldoende medewerkers en/of geïnstrueerde familieleden/vrijwilligers aanwezig zijn voor hulp bij de maaltijden. Op de bezochte afdelingen ontbreken richtlijnen en er is volgens de verzorgenden structureel onvoldoende hulp voor de bewoners bij de maaltijden. Dit probleem doet zich voor op afdelingen waar veel bewoners hulp bij de maaltijden nodig hebben. 2.3 Afspraken met de bewoner over de zorgverlening beter nagekomen Door het vaststellen van interne normen en richtlijnen worden nu in alle onderzochte verpleeghuizen zorgplannen opgesteld en worden gemaakte afspraken met bewoners ten aanzien van dagindeling, persoonlijke hygiëne, vocht en voeding, therapieën en activiteiten meestal of altijd nagekomen. In één verpleeghuis wordt hiervan nog structureel afgeweken. Er zijn in de bezochte verpleeghuizen ook richtlijnen opgesteld ten aanzien van het uitvoeren van het zorgplan met betrekking tot risicovolle en/gezondheidsbedreigende situaties. Met uitzondering van één verpleeghuis wordt de richtlijn ook uitgevoerd. Er is in bijna alle verpleeghuizen beleid ontwikkeld hoe te handelen als de uitvoering van het zorgplan met betrekking tot risicovolle situaties in het gedrang komt.

14 14 INSPECTIE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG 2.4 Multidisciplinaire bewonersbesprekingen moeten plaatsvinden In drie verpleeghuizen vinden op één of meer afdelingen geen regelmatige multidisciplinaire bewonersbesprekingen plaats. Multidisciplinaire bewonersbesprekingen zijn van belang voor het opstellen van individuele zorgplannen. Gezien alle verbeteringen op andere terreinen is het zorgelijk dat op dit punt de verbeteringen verhoudingsgewijs minder zijn. 2.5 Normen voor de ondergrens nu vastgelegd en aandacht voor systematisch meten Met uitzondering van twee verpleeghuizen hebben de bezochte verpleeghuizen de tien indicatoren voor het bewaken van de ondergrens van de zorg schriftelijk vastgelegd in interne normen of richtlijnen. Er is aandacht voor de toetsing en evaluatie van de normen. Gezien het betrekkelijk korte tijdsverloop tussen de twee inspectiebezoeken heeft borging, door periodieke toetsing, evaluatie en bijstelling van de normen veelal nog niet plaatsgevonden. Ook de negen verpleeghuizen die op één tot maximaal vier normen nog steeds niet voldoen aan het operationeel niveau van de norm hebben verbeteringen gerealiseerd. Er zal actief op worden toegezien dat op korte termijn alle bezochte verpleeghuizen tenmins te voldoen aan de tien normen voor minimale zorg. 2.6 Blijvende aandacht voor de ondergrens nodig De veldpartijen hebben de uitnodiging van de inspectie aangenomen om tot een bijgestelde set veldnormen voor verantwoorde zorg te komen, waaronder toets- en meetbare normen voor de ondergrens van de zorg. Nadrukkelijker zal hierin het cliëntenperspectief naar voren komen. De staatssecretaris heeft aan de Tweede Kamer toegezegd dat uiterlijk 1 juni 2005 de geactualiseerde normen gereed zijn. Gezien de grote overeenkomsten in de bevindingen van de inspectie in 2004, een peiling onder de leden van het Panel Verpleegkundigen en Verzorgenden van de AVVV, LEVV en Nivel in 2004, de resultaten van onderzoek in 2003 onder cliënten door de stichting Cliënt en Kwaliteit en reacties en commentaren in de media zal gerichte aandacht van de inspectie voor het kunnen garanderen van de minimaal noodzakelijke zorg aan verpleeghuisbewoners noodzakelijk blijven. Het toezicht op de verpleeghuiszorg zal de komende periode geïntensiveerd worden. De staatssecretaris heeft in haar brief van 10 februari 2005 aan de Tweede Kamer de afspraken met de inspectie vastgelegd. Voor eind 2006 zullen alle verpleeghuizen en verzorgingshuizen met een verpleeghuisunit door de inspectie bezocht worden op basis van gelaagd en gefaseerd toezicht. De instellingen die op basis van de eerste fase van het gelaagd en gefaseerd toezicht geprioriteerd worden, zullen als eerste bezocht worden. De geactualiseerde toets- en meetbare veldnormen van verantwoorde zorg en de ondergrens van de kwaliteit van zorg zullen als toetsingskader voor het toezicht worden gebruikt.

15 15 RAPPORT 3 Maatregelen om de minimaal noodzakelijke zorg aan bewoners in verpleeghuizen te garanderen Dit hoofdstuk beschrijft de te nemen maatregelen om de verpleeghuisbewoner tenmins te de minimaal noodzakelijke zorg te garanderen. Vastgesteld is dat er verbeteringen zijn, maar ook dat de zorgverlening in een deel van de verpleeghuizen nog tekortschiet. Aangezien de te nemen maatregelen uit het rapport Verpleeghuizen garanderen minimale zorg niet nog steeds actueel zijn, zijn deze opgenomen in bijlage 4. De inspectie beveelt - gezien het structurele karakter van de tekortkomingen op enkele getoetste onderdelen van de zorgverlening - de noodzaak van gerichte aandacht voor achterliggende oorzaken (organisatorisch, beroepsinhoudelijk, financieel etc.) aan. De door de staatssecretaris aangekondigde gezant kan hieraan mogelijk een bijdrage leveren door nader onderzoek naar succes- en faalfactoren bij het verbeteren van de organisatie van de verpleeghuiszorg. De inspectie wijst alle partijen op het grote belang om de situatie op korte termijn te verbeteren. 3.1 Maatregelen voor management van verpleeghuizen Zorgaanbieders van verpleeghuiszorg zijn verantwoordelijk voor het bieden van verantwoorde zorg. Zij moeten tenminste minimaal noodzakelijke zorg kunnen garanderen aan hun bewoners. Op basis van de bevindingen van de bezoeken is gebleken dat met gerichte aandacht verbeteringen mogelijk zijn. Het is noodzakelijk dat het kwaliteitsniveau van de zorgverlening vastgelegd wordt op basis van de nieuw vast te stellen veldnormen voor verantwoorde zorg met een onderdeel normen voor de ondergrens van verantwoorde zorg. De uitwerking van normen voor minimaal noodzakelijke zorg in interne normen en richtlijnen in de verpleeghuizen zelf moet concreet en meetbaar zijn, zodat dit een onderdeel kan zijn van een cyclisch proces van meten, weten en verbeteren. Het management moet regelmatig toetsen of voldaan wordt aan het minimale niveau van de noodzakelijke zorg en zonodig maatregelen treffen ter verbetering. De inspectie verwacht dat zodra de kritische ondergrens wordt bereikt, dit per ommegaande wordt gemeld aan de inspectie. 3.2 Maatregelen voor de koepels van veldpartijen De branche-, beroeps- en cliëntenganisaties van verpleeghuizen en Zorgverzekeraars Nederland hebben zich bereid verklaard om op korte termijn een bruikbare set nieuwe normen op te stellen waarmee de kwaliteit van zorg kan worden getoetst. De staatssecretaris heeft 1 juni 2005 als uiterste datum gesteld. Het is van belang dat de nieuwe normen nadrukkelijk onder de aandacht worden gebracht van de leden. Er zal ruime aandacht van de branche-, beroeps- en cliëntenorganisaties nodig zijn voor de implementatie. Er zullen afspraken nodig zijn tussen de branche-, beroeps- en cliëntenorganisaties om de nieuwe normen te evalueren en waar nodig aan te scherpen op basis van bevindingen binnen de organisaties en van de inspectie. De inspectie beveelt nogmaals dringend aan om ook meetbare minimumnormen voor de kwalitatieve en kwantitatieve personeelsbezetting vast te stellen. Voor de beroepsbeoefenaar moeten de wensen van de bewoner uitgangspunt zijn voor de individuele zorgverlening. Zij leggen verantwoording af aan de bewoner over de geleverde zorg en het nakomen van de afspraken die zijn overeengekomen in het individuele zorgplan. Iedere beroepsbeoefenaar heeft een eigen verantwoordelijkheid aan het management en de eigen beroepsorganisatie te melden als de zorg door de bodem zakt, bijvoorbeeld aan de hand van het signaleringsinstrument dat in 2003 is ontwikkeld door de AVVV. In situaties waarin dit

16 16 INSPECTIE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG onmogelijk is, kan gebruikgemaakt worden van het per 1 maart 2005 ingestelde telefonische meldpunt van de inspectie. 3.3 Aanbevelingen voor cliëntenraden De cliëntenraad is bij uitstek een orgaan binnen het verpleeghuis die een te minimaal niveau van zorg kan signaleren en bij het management van de instelling aan de orde kan stellen. Het rapport Verantwoorde Zorg van de overkoepelende cliëntenorganisatie LOC biedt handvatten om in gesprek te gaan met het management. Ook de resultaten van de onderzoeken van Cliënt en Kwaliteit leveren hieraan een bijdrage. 3.4 Tot slot De inspectie heeft de bevindingen van het onderzoek naar de minimale zorg met betrokken veldpartijen besproken. Hierbij zijn afspraken gemaakt over het nakomen van de maatregelen. De inspectie zal er op blijven toezien dat de minimaal noodzakelijke zorg geleverd wordt aan de verpleeghuisbewoner. De nieuw vast te stellen normen voor de ondergrens van de zorg zullen onderdeel uitmaken van het gelaagd en gefaseerd toezicht. Zonodig zal de inspectie handhavend optreden, een bevel geven of de minister adviseren om aan een zorgaanbieder een aanwijzing te geven op basis van de Kwaliteitswet zorginstellingen.

17 17 RAPPORT 4 Bevindingen Onderstaand worden de bevindingen van 47 follow-up inspectiebezoeken aan verpleeghuizen weergegeven. Uitsluitend de indicatoren waaraan het verpleeghuis tijdens het inspectiebezoek begin 2004 niet voldeed, zijn opnieuw getoetst. Voor het toezichtinstrument zijn de tien indicatoren uitgewerkt in meetbare norm en (bijlage 3). Voor alle duidelijkheid wordt bij alle normen verwezen naar de indicator (bijlage 1) die de basis is voor de norm. De bevindingen zijn gebaseerd op de beoordelingen van de plannen van aanpak ter verbetering, bezoeken aan tenminste twee verpleegafdelingen, korte gesprekken met de zorgverleners, inzien van schriftelijke informatie, rondgang door het verpleeghuis en een gesprek met het (locatie-) management. Indien in de tekst wordt gesproken over meestal nakomen van een afspraak wordt hiermee bedoeld dat hiervan niet vaker dan in 10 procent van de situaties wordt afgeweken. 4.1 De ondergrens wordt beter bewaakt Begin 2004 voldeden 47 van 60 verpleeghuizen niet aan 1 tot 10 indicatoren die beschouwd worden als de ondergrens van de zorg. In 28 procent van deze verpleeghuizen waren minder dan 5 normen gebaseerd op de indicatoren operationeel. Inmiddels zijn de verpleeghuizen die niet voldeden aan de ondergrens van de zorg, opnieuw bezocht en is er een totaal ander beeld ontstaan. Onderstaand worden de resultaten per getoetste norm weergegeven. Grafiek 2 Verdeling beoordeling 10 normen norm10 norm9 norm8 getoetste normen norm7 norm6 norm5 norm4 norm3 norm2 norm1 afwezig aanwezig operationeel geborgd 0% 20% 40% 60% 80% 100% percentage Aan vier normen (4, 6, 7 en 9) wordt inmiddels door alle verpleeghuizen voldaan. Aan twee normen (1 en 2) wordt nog slechts door één verpleeghuis niet voldaan. Van de bezochte verpleeghuizen voldoen 38 verpleeghuizen (80 procent) aan alle normen, gebaseerd op de 10 indicatoren, waaraan eerder niet werd voldaan. De overige verpleeghuizen voldoen op 1 tot maximaal 4 normen nog niet aan het operationeel niveau. De borging van de minimaal noodzakelijke zorg door regelmatige toetsing, evaluatie en bijstelling als onderdeel van het interne kwaliteitssysteem moet in een grote meerderheid van de verpleeghuizen nog tot-

18 18 INSPECTIE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG standkomen. Gezien het beperkte tijdsverloop tussen het constateren dat normen grotendeels afwezig waren en deze nieuwe toetsing is dit niet verwonderlijk. 4.2 Meer bewonergerichte zorg als uitgangspunt Meer aandacht voor het nakomen van individuele afspraken over de dagelijkse zorg Norm (indicator 1) Er wordt niet structureel (dat wil zeggen meer dan 10 procent) afgeweken van de met de bewoner gemaakte afspraken die zijn vastgelegd in het individuele zorgdossier ten aanzien van persoonlijke hygiëne, voeding en vochtvoorziening, toiletgang, dagindeling, therapieën en individuele activiteiten. In 26 verpleeghuizen is op twee verpleegafdelingen aan de hand van zorgdossiers bij de verzorgenden getoetst of er inmiddels conform een richtlijn individuele zorgplannen worden opgesteld. Dit blijkt in alle bezochte verpleeghuizen het geval. Met uitzondering van één verpleeghuis worden zorgplannnen ook besproken met (de vertegenwoordiger van) de bewoner. In twee verpleeghuizen ontbreekt het nog structureel aan het systematisch vastleggen van de gemaakte afspraken in het zorgdossier. Het nakomen van de afspraken met betrekking tot de dagindeling, persoonlijke hygiëne, voeding en vochtvoorziening, therapieën en individuele activiteiten laat zien dat nog slechts in enkele verpleeghuizen structureel, dat wil zeggen in meer dan 10 procent van de situaties, afgeweken wordt van de gemaakte afspraken op één of meer onderdelen. In één verpleeghuis is beoordeeld dat de richtlijn over het opstellen van zorgplannen nog onvoldoende bekend was bij medewerkers en er structureel wordt afgeweken van de afspraken met de (vertegenwoordiger van de) bewoner. In de overige 25 verpleeghuizen is door de inspecteur beoordeeld dat de norm operationeel is, ook al is op één of meer onderdelen nog verbetering mogelijk, bijvoorbeeld het altijd vastleggen van afspraken in het zorgdossier. Grafiek 3 Nakomen afspraken met bewoners therapieën activiteiten vocht en voeding pers. hygiëne nooit zelden soms meestal altijd dagindeling 0% 20% 40% 60% 80% 100% percentage

19 19 RAPPORT Van afspraken rond vocht en voeding en individuele activiteiten wordt het minst vaak afgeweken. Afwijkingen van de afspraken over persoonlijke hygiëne komen het meest voor. In driekwart van de verpleeghuizen is de richtlijn over zorgplannen in 2004 geëvalueerd en is steekproefsgewijs getoetst of de gemaakte afspraken met de cliënten over de dagelijkse zorg ook worden uitgevoerd. In twee verpleeghuizen is door de inspecteur beoordeeld dat er sprake was van borging van de norm. Norm (indicator 2) Er worden geen concessies gedaan aan het uitvoeren van het zorgplan met betrekking tot risicovolle en/of gezondheidsbedreigende situaties (bijvoorbeeld decubitus, incontinentie, mobiliteit). In 26 verpleeghuizen is op twee verpleegafdelingen ondermeer aan de hand van zorgdossiers bij de verzorgenden getoetst of er inmiddels conform een interne richtlijn geen concessies aan het zorgplan worden gedaan ten aanzien van decubitus, continentiezorg en afspraken met betrekking tot paramedische behandeling. Met uitzondering van één verpleeghuis hebben inspecteurs beoordeeld dat de norm operationeel is en dat er geen concessies worden gedaan aan het zorgplan met betrekking tot risicovolle en/of gezondheidsbedreigende situaties in de verpleeghuizen. Dit wil niet zeggen dat altijd alle afgesproken handelingen met betrekking tot decubitus, continentiezorg en mobiliteit worden uitgevoerd. Afspraken over decubitus en incontinentiezorg worden op 18 respectievelijk 23 procent van de bezochte afdelingen niet altijd nagekomen, maar het betreft geen structurele afwijkingen. Bewoners die niet zonder hulp naar toilet kunnen, krijgen op 47 procent van de afdelingen altijd en op 49 procent meestal op elk gewenst moment hulp. Op 4 procent van de afdelingen gebeurt dat in meer dan 10 procent van de situaties niet. Het uitvoeren door verzorgenden van door de arts of paramedici voorgeschreven mobiliserende activiteiten, zoals wandelen of bewegen bij spasmen of bedlegerigheid, laat eenzelfde beeld zien. Het is duidelijk dat op de genoemde punten nog verbeteringen noodzakelijk zijn om te kunnen spreken over verantwoorde zorg. Bijvoorbeeld bewoners die hulp behoeven bij de toiletgang behoren op elk gewenst moment geholpen te worden. Ook is nagegaan of in de afgelopen twee maanden risicovolle of voorbehouden handelingen zijn uitgevoerd door medewerkers met een lager kwalificatieniveau dan afgesproken voor de handeling. Met uitzondering van één afdeling is dit volgens de aanwezige verzorgenden niet voorgekomen. Op nagenoeg alle afdelingen is bekend hoe te handelen als de uitvoering van het zorgplan met betrekking tot risicovolle en/of gezondheidsbedreigende situaties in gevaar komt Multidisciplinaire bewonersbespreking nog niet gegarandeerd Norm (indicator 3) Geplande multidisciplinaire bewonersbesprekingen gaan door. In een meerderheid van de eerder bezochte verpleeghuizen (71 procent) gingen multidisciplinaire bewonersbesprekingen altijd of meestal door. Deze norm behoefde slechts in dertien verpleeghuizen opnieuw getoetst te worden. Het is opmerkelijk dat gezien de verbeteringen met betrekking tot de andere getoetste normen blijkt dat in drie verpleeghuizen deze norm nog steeds niet operationeel is, omdat de multidisciplinaire bewonersbespreking niet plaatsvindt of regelmatig niet doorgaat op één of beide bezochte verpleegafdelingen van het verpleeghuis uurs aanwezigheid VIG er per afdeling en bereikbaarheid verpleegkundige deskundigheid inmiddels beter geregeld

20 20 INSPECTIE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG Norm (indicator 4) Het aanwezig zijn van minimaal één ziekenverzorgende/verzorgende individuele gezondheidszorg (VIG er) per afdeling/unit voor de functie verpleeghuiszorg gedurende 24 uur per dag, 7 dagen per week. In 17 verpleeghuizen is deze norm opnieuw getoetst. Voor de beoordeling van de norm is uitgegaan van een maximaal aantal van 32 bewoners per afdeling. De aanwezigheid van één VIG er/ziekenverzorgende per verpleegafdeling 24 uur per dag, 7 dagen per week is inmiddels in 16 van de 17 verpleeghuizen vastgelegd in een norm en wordt de norm ook nagekomen. In één verpleeghuis wordt in de nachtdienst bewust afgeweken van deze norm. Door de organisatie van het nachttoezicht, de aanwezigheid van een voldoende gekwalificeerde zwerfwacht en een nachthoofd is uiteindelijk beoordeeld dat ook in dit verpleeghuis op operationeel niveau voldaan wordt aan de norm. Bij een evaluatie van de indicatoren zou de omschrijving afdeling/unit in de indicator vervangen dienen te worden door een (minimaal en maximaal) aantal bewoners per ziekenverzorgende/vig er. Norm (indicator 5) De verpleegkundige deskundigheid is bereikbaar en oproepbaar voor de functie verpleeghuiszorg gedurende 24 uur per dag, 7 dagen per week. Een richtlijn over de 24-uurs bereikbaarheid van verpleegkundige deskundigheid bleek in 2004 in veel verpleeghuizen (90 procent) aanwezig, in een minder percentage werd de richtlijn ook uitgevoerd (83 procent). In negen verpleeghuizen is deze norm opnieuw getoetst. In twee verpleeghuizen is vastgesteld dat deze norm nog niet operationeel is omdat de norm afwezig is, respectievelijk de norm wel aanwezig is maar er op een bepaalde tijd op de dag geen verpleegkundige deskundigheid bereikbaar en oproepbaar is Verpleeghuisarts 24 uur bereikbaar en oproepbaar Norm (indicator 6) Een verpleeghuisarts is bereikbaar en oproepbaar voor de functie verpleeghuiszorg gedurende 24 uur per dag, 7 dagen per week. Norm (indicator 7) Een verpleeghuisarts is 24 uur per dag, 7 dagen per week bereikbaar en oproepbaar in acute situaties. In 15 procent van de eerder bezochte verpleeghuizen ontbrak een regeling of kon niet worden voldaan aan het 7 x24 uur oproepbaar en bereikbaar zijn van de verpleeghuisarts voor de functie verpleeghuiszorg en in acute situaties. Inmiddels beschikken deze verpleeghuizen over regelingen over het oproepbaar en bereikbaar zijn van de verpleeghuisarts, is de regeling bekend bij medewerkers en wordt de regeling volgens de inspecteurs consequent nageleefd.

21 21 RAPPORT Op de psychogeriatrische afdelingen zijn er knelpunten met de hulp bij het eten Norm (indicator 8) Er zijn voldoende geïnstrueerde medewerkers/familieleden/vrijwilligers aanwezig voor de hulp bij het eten en drinken van de bewoners. In 35 verpleeghuizen is op 69 afdelingen deze indicator opnieuw getoetst, omdat eerder beoordeeld was dat in de betreffende verpleeghuizen de norm niet operationeel was. Na dit bezoek is nog steeds in 5 verpleeghuizen de norm niet operationeel, omdat een dergelijke norm of richtlijn niet aanwezig of bekend is of structureel niet uitgevoerd kan worden. Op 5 bezochte afdelingen in 3 verpleeghuizen voldoet de personeelsinzet niet aan de interne richtlijn. Vaker, namelijk op 17 afdelingen is men niet bekend met een norm of richtlijn over de inzet van vrijwilligers voor hulp bij eten en drinken. Op 39 procent van de bezochte afdelingen vindt men dat er voor hulp bij iedere maaltijd altijd voldoende personeelsleden en eventueel geïnstrueerde familieleden of vrijwilligers beschikbaar zijn. Op 7 afdelingen vinden de zorgverleners dat er structureel (vaker dan 10 procent) onvoldoende personeelsleden en eventueel geïnstrueerde familieleden of vrijwilligers beschikbaar zijn voor hulp bij de maaltijden. In 2004 bedroeg dit percentage nog ruim een kwart (28 procent) van de bezochte afdelingen. Evenals vorig jaar doen de knelpunten zich voor op de afdelingen waar bewoners (dubbelgehandicapten en psychogeriatrische bewoners ) veel hulp behoeven en spreiding van de maaltijd niet mogelijk is Tenminste één keer per week wordt een recreatieve activiteit aangeboden Norm (indicator) 9 Er wordt tenminste één keer per week een groepsgewijze recreatieve activiteiten aan cliënten aangeboden In zes verpleeghuizen is deze norm opnieuw getoetst. Inmiddels voldoen alle verpleeghuizen aan deze norm omdat ze beschikken over deze vastgestelde richtlijn/afspraak, deze bekend is bij medewerkers en ook wordt uitgevoerd Onvoldoende toezicht op bewoners in huiskamers leidt nog steeds tot onnodige fixatie van bewoners Norm (indicator 10) Er is permanente aanwezigheid van een geïnstrueerde persoon voor het toezicht ten behoeve van psychogeriatrische bewoners in de huiskamer. In 25 verpleeghuizen is op 53 psychogeriatrische afdelingen deze norm getoetst. Beoordeeld is dat in 6 van de bezochte verpleeghuizen geen operationele norm is voor het toezicht. Met uitzondering van 2 verpleeghuizen is de indicator uitgewerkt in een interne norm of richtlijn over het toezicht en is dit bekend bij medewerkers. Op het merendeel van de bezochte afdelingen (62 procent) van de verpleeghuizen wordt inmiddels voorzien in het permanente toezicht op de bewoners in de huiskamers. Op 14 afdelingen is volgens de verzorgenden meestal toezicht (onder meestal wordt verstaan 90 tot 100 procent van de tijd). Verbeteringen in het toezicht op bewoners zijn gerealiseerd door het opstellen van duidelijke richtlijnen voor zorgverleners, een andere spreiding van inzet van medewerkers, uitbreiding van personeel, door huiskamerdiensten te benoemen of activiteiten naar de huiskamers te verplaatsen. Welk effect deze verschuivingen hebben op andere onderdelen van de dagelijkse zorg is niet systematisch onderzocht. Op de overige zes bezochte afdelingen in vier verpleeghuizen ontbreekt regelmatig toezicht op psychogeriatrische bewoners in de huiskamers. Knelpunten in het toezicht doen zich voor in de ochtend als bewoners geholpen worden met opstaan en in de avond als bewoners naar bed

22 22 INSPECTIE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG gebracht worden. Op die momenten zijn er geen medewerkers of geïnstrueerde personen in de huiskamers. Dit leidt er toe dat in drie bezochte verpleeghuizen, volgens de verzorgenden, bewoners in de huiskamers soms toch nog worden gefixeerd. 4.3 Naar 100 procent garanties voor minimaal noodzakelijke zorg In 9 van de 47 bezochte verpleeghuizen ontbreken nog één of meer operationele normen voor de ondergrens van de zorg. Dit neemt niet weg dat ook in deze verpleeghuizen sprake is van verbeteringen. In grafiek 4 is per verpleeghuis de beoordeling in 2004 en 2005 weergegeven. Grafiek 4 Vergelijking tussen 2004 en 2005 van verpleeghuizen die in 2005 nog onvoldoende scoren I H aantal normen onvoldoende begin 2005 aantal normen onvoldoende voorjaar 2004 verpleeghuizen G F E D C B A aantal normen waaraan niet wordt voldaan De grafiek laat zien dat ook in de verpleeghuizen die nog niet alle normen op operationeel niveau hebben, al veel verbeteringen zijn gerealiseerd. Instelling C voldeed bij het bezoek in het voorjaar 2004 aan geen van de tien indicatoren doordat in het verpleeghuis normen ontbraken of de normen niet nageleefd werden. Nog geen jaar later zijn nog drie normen niet operationeel. De inspectie zal er door verscherpt toezicht actief op toezien dat zo spoedig mogelijk door alle bezochte verpleeghuizen aan de normen voor de ondergrens van de zorg wordt voldaan. Als op één of meer normen blijkt dat er structureel door meer verpleeghuizen niet aan voldaan kan worden, is nader onderzoek nodig. De inschakeling van een door de staatssecretaris te benoemen gezant of het in te stellen consulententeam kan een mogelijkheid zijn.

23 23 RAPPORT 5 Summary When the Health Care Inspectorate published its report Residential care facilities do not guarantee minimum essential care [4] in September 2004, it instructed nursing homes and other long-term residential facilities to resolve the shortcomings noted immediately, whereby all such facilities should all be able to guarantee minimum levels of essential care by the end of In early 2005, the Inspectorate conducted further inspections of those residential care homes which had been found to fall below the required standards in They were found to have implemented many improvements whereby residents are now being assured of essential care. Ten indicators were used to measure the minimum level of essential care. These indicators, also known as the alarm bells or the lower threshold, were established in 2001 by the Inspectorate, working in association with the professional and client organizations in the residential care sector, notably Arcares, LOC, AVVV and NVVA. The Inspectorate interprets these indicators as representing the basic minimum level of care that must be provided, a view to which the other parties subscribe. Where the indicator for a particular aspect is not met, the quality of care must be regarded as falling outside the definition of responsible care. This is unacceptable. For the purposes of creating a workable regulatory instrument, the ten indicators were elaborated to form measurable norms (see Appendix 3). In early 2005, the Inspectorate returned to 47 of the 60 residential care homes inspected in All had been instructed to prepare an Action Plan for improvements, based on the findings of the previous inspections. During the follow-up visits, the Inspectorate assessed only the threshold norms which the institution had previously failed to meet. The assessment relied on written material, an inspection tour of the facility, and interviews with the nursing staff and management. The norms for minimum essential care have now been operationalized in three out of four residential care homes. Almost all institutions which had been subject to re-inspection have established all ten indicators by means of internal guidelines or norms, and have implemented them within their internal strategy. This serves to guarantee the minimum level of essential care in the relevant areas, whereupon the critical lower threshold is safeguarded. Nine of the facilities visited still demonstrated shortcomings in a few areas, because no norms or guidelines had been established, because these norms and guidelines were not known to the staff, or because they were not being implemented properly. The majority of problems relate to just three areas. In three residential care facilities, the required multidisciplinary conference to discuss resident care does not take place regularly, or sometimes not at all. In five facilities, nursing staff report that residents do not receive adequate assistance at meal times, and that no guidelines for this aspect are in place. In six facilities, the permanent supervision of psycho-geriatric residents in the dayrooms was again found to be below the required level. Ongoing problems in this regard are particularly acute in the mornings (when staff must help residents out of bed), and in the evenings (when the residents are put to bed). At these times, no staff or other accountable persons are present in the dayrooms. According to the staff of three of the residential care homes visited, this sometimes results in residents having to be restrained in the dayroom. [4] Verpleeghuizen garanderen minimale zorg niet, IGZ, September 2004.

24 24 INSPECTIE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG All residential homes visited have now met the required standards with regard to the round-theclock availability of a doctor, the provision of at least one recreational activity per week, and the presence of at least one fully qualified nurse staff member in each department at all times. The Inspectorate has reminded the nine facilities which do not yet meet all requirements for the minimum level of essential care of their legal responsibility to do so. The Inspectorate has instituted a higher level of supervision in these instances, and has written to the relevant Boards of Management requesting them to implement immediate measures. If no improvement is seen in the short term, the Inspectorate will contact the Supervisory Boards of the facilities concerned and the relevant area health authorities. The period allowed for the implementation of measures varies according to the nature of the shortcomings noted. If the Boards of Management fail to take the necessary measures, the Inspectorate will advise the Minister of Health to take formal action under the provisions of the Care Institutions (Quality) Act (Kwaliteitswet zorginstellingen). It should be noted that the results presented in this report are not representative of the Dutch residential care sector as a whole, since only a limited number of aspects were assessed. Moreover, the facilities described are those selected further to previous inspections in Like all government organizations in the Netherlands, the Health Care Inspectorate is subject to the provisions of the Government Information (Public Access) Act. Recent discussions in parliament and elsewhere have centred on making public the contents of inspection reports relating to individual care facilities. It has been decided to publish a list of the residential care facilities now subject to increased supervision on the Inspectorate s website ( Once the Inspectorate is of the opinion that that increased supervision is no longer required, the name of the institution in question will be removed from the list. All reports produced during the followup inspections are also to be found at Prior to the inspections, the Boards of Management of the residential care homes visited were informed of the intention to publish these reports.

Verzorgenden over kwaliteit van de zorg in verpleeg- en verzorgingshuizen Factsheet Panel Verpleegkundigen en Verzorgenden, september 2004

Verzorgenden over kwaliteit van de zorg in verpleeg- en verzorgingshuizen Factsheet Panel Verpleegkundigen en Verzorgenden, september 2004 LEVV Landelijk Expertisecentrum Verpleging & Verzorging Verzorgenden over kwaliteit van de zorg in verpleeg- en verzorgings Factsheet Panel Verpleegkundigen en Verzorgenden, september 2004 Tien procent

Nadere informatie

Inspectie beleid GDP Guideline. Ageeth Dekker Senior Inspecteur

Inspectie beleid GDP Guideline. Ageeth Dekker Senior Inspecteur Inspectie beleid GDP Guideline Ageeth Dekker Senior Inspecteur Agenda 1. Inleiding 2. Groothandelsvergunning 3. GDP inspecties, rapportage en certificaat 4. Samenvatting 5. Vragen 2 Inleiding Nieuwe GDP

Nadere informatie

Cambridge Assessment International Education Cambridge International General Certificate of Secondary Education. Published

Cambridge Assessment International Education Cambridge International General Certificate of Secondary Education. Published Cambridge Assessment International Education Cambridge International General Certificate of Secondary Education DUTCH 055/02 Paper 2 Reading MARK SCHEME Maximum Mark: 45 Published This mark scheme is published

Nadere informatie

Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch. en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa. Physical factors as predictors of psychological and

Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch. en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa. Physical factors as predictors of psychological and Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa Physical factors as predictors of psychological and physical recovery of anorexia nervosa Liesbeth Libbers

Nadere informatie

Lijst van vragen - totaal

Lijst van vragen - totaal Lijst van vragen - totaal Kamerstuknummer : 33149-30 Vragen aan Commissie : Regering : Volksgezondheid, Welzijn en Sport 33 149 Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN Vastgesteld------------------

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag www.rijksoverheid.nl Uw

Nadere informatie

De Relatie tussen Werkdruk, Pesten op het Werk, Gezondheidsklachten en Verzuim

De Relatie tussen Werkdruk, Pesten op het Werk, Gezondheidsklachten en Verzuim De Relatie tussen Werkdruk, Pesten op het Werk, Gezondheidsklachten en Verzuim The Relationship between Work Pressure, Mobbing at Work, Health Complaints and Absenteeism Agnes van der Schuur Eerste begeleider:

Nadere informatie

COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS

COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS Gezondheidsgedrag als compensatie voor de schadelijke gevolgen van roken COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS Health behaviour as compensation for the harmful effects of smoking

Nadere informatie

Tactus Verslavingszorg t.a.v. raad van bestuur Postbus AD DEVENTER

Tactus Verslavingszorg t.a.v. raad van bestuur Postbus AD DEVENTER > Retouradres Postbus 2680 3500 GR Utrecht Tactus Verslavingszorg t.a.v. raad van bestuur Postbus 154 7400 AD DEVENTER Stadsplateau 1 3521 AZ Utrecht Postbus 2680 3500 GR Utrecht T 088 120 50 00 F 088

Nadere informatie

De Relatie Tussen de Gehanteerde Copingstijl en Pesten op het Werk. The Relation Between the Used Coping Style and Bullying at Work.

De Relatie Tussen de Gehanteerde Copingstijl en Pesten op het Werk. The Relation Between the Used Coping Style and Bullying at Work. De Relatie Tussen de Gehanteerde Copingstijl en Pesten op het Werk The Relation Between the Used Coping Style and Bullying at Work Merijn Daerden Studentnummer: 850225144 Werkstuk: Empirisch afstudeeronderzoek:

Nadere informatie

Resultaten van 640 toezichtbezoeken aan instellingen voor verpleeghuiszorg

Resultaten van 640 toezichtbezoeken aan instellingen voor verpleeghuiszorg 29 BIJLAGEN RAPPORT VERPLEEGHUISZORG: KWALITEITSSALG IS GAANDE BIJLAGE 1 van 640 toezichtbezoeken aan instellingen voor verpleeghuiszorg 1 Inleiding 31 1.1 Aanleiding 31 1.2 Doelstellingen van het inspectieonderzoek

Nadere informatie

1.1 ORGANIZATION INFORMATION 1.2 CONTACT INFORMATION 2.1 SCOPE OF CERTIFICATION 2.2 AUDITOR INFORMATION 3.1 AUDIT CONCLUSIONS 3.2 MANAGEMENT SYSTEM EFFECTIVENESS 3.3 OBSERVATIONS Organization Address Name

Nadere informatie

Datum 11 augustus 2014 Onderwerp Afsluitbrief van het Circulaire inspectiebezoek op 27 mei 2014.

Datum 11 augustus 2014 Onderwerp Afsluitbrief van het Circulaire inspectiebezoek op 27 mei 2014. > Retouradres Postbus 90460 2509 LL Den Haag Apotheek Gelre Ziekenhuizen Albert Schweitzerlaan 31 7334 DZ APELDOORN Datum 11 augustus 2014 Onderwerp Afsluitbrief van het Circulaire inspectiebezoek op 27

Nadere informatie

GOVERNMENT NOTICE. STAATSKOERANT, 18 AUGUSTUS 2017 No NATIONAL TREASURY. National Treasury/ Nasionale Tesourie NO AUGUST

GOVERNMENT NOTICE. STAATSKOERANT, 18 AUGUSTUS 2017 No NATIONAL TREASURY. National Treasury/ Nasionale Tesourie NO AUGUST National Treasury/ Nasionale Tesourie 838 Local Government: Municipal Finance Management Act (56/2003): Draft Amendments to Municipal Regulations on Minimum Competency Levels, 2017 41047 GOVERNMENT NOTICE

Nadere informatie

ANGSTSTOORNISSEN EN HYPOCHONDRIE: DIAGNOSTIEK EN BEHANDELING (DUTCH EDITION) FROM BOHN STAFLEU VAN LOGHUM

ANGSTSTOORNISSEN EN HYPOCHONDRIE: DIAGNOSTIEK EN BEHANDELING (DUTCH EDITION) FROM BOHN STAFLEU VAN LOGHUM Read Online and Download Ebook ANGSTSTOORNISSEN EN HYPOCHONDRIE: DIAGNOSTIEK EN BEHANDELING (DUTCH EDITION) FROM BOHN STAFLEU VAN LOGHUM DOWNLOAD EBOOK : ANGSTSTOORNISSEN EN HYPOCHONDRIE: DIAGNOSTIEK STAFLEU

Nadere informatie

Invloed van het aantal kinderen op de seksdrive en relatievoorkeur

Invloed van het aantal kinderen op de seksdrive en relatievoorkeur Invloed van het aantal kinderen op de seksdrive en relatievoorkeur M. Zander MSc. Eerste begeleider: Tweede begeleider: dr. W. Waterink drs. J. Eshuis Oktober 2014 Faculteit Psychologie en Onderwijswetenschappen

Nadere informatie

Kwaliteitsborging in verpleeghuizen en verzorgingshuizen nader bekeken

Kwaliteitsborging in verpleeghuizen en verzorgingshuizen nader bekeken Kwaliteitsborging in verpleeghuizen en verzorgingshuizen nader bekeken Onderzoek naar de aanwezigheid van integrale kwaliteitszorg in verpleeghuizen en verzorgingshuizen aan de hand van de uitkomsten van

Nadere informatie

0515 DUTCH (FOREIGN LANGUAGE)

0515 DUTCH (FOREIGN LANGUAGE) UNIVERSITY OF CAMBRIDGE INTERNATIONAL EXAMINATIONS International General Certificate of Secondary Education MARK SCHEME for the May/June 2011 question paper for the guidance of teachers 0515 DUTCH (FOREIGN

Nadere informatie

FOR DUTCH STUDENTS! ENGLISH VERSION NEXT PAGE. Toets Inleiding Kansrekening 1 8 februari 2010

FOR DUTCH STUDENTS! ENGLISH VERSION NEXT PAGE. Toets Inleiding Kansrekening 1 8 februari 2010 FOR DUTCH STUDENTS! ENGLISH VERSION NEXT PAGE Toets Inleiding Kansrekening 1 8 februari 2010 Voeg aan het antwoord van een opgave altijd het bewijs, de berekening of de argumentatie toe. Als je een onderdeel

Nadere informatie

Verpleeghuiszorg op de goede weg. Resultaten van vervolgbezoeken aan de 149 meest risicovolle instellingen voor verpleeghuiszorg in 2006/2007

Verpleeghuiszorg op de goede weg. Resultaten van vervolgbezoeken aan de 149 meest risicovolle instellingen voor verpleeghuiszorg in 2006/2007 Verpleeghuiszorg op de goede weg Resultaten van vervolgbezoeken aan de 149 meest risicovolle instellingen voor verpleeghuiszorg in 2006/2007 Den Haag, mei 2008 Aan de minister en staatssecretaris van

Nadere informatie

Impact en disseminatie. Saskia Verhagen Franka vd Wijdeven

Impact en disseminatie. Saskia Verhagen Franka vd Wijdeven Impact en disseminatie Saskia Verhagen Franka vd Wijdeven Wie is wie? Voorstel rondje Wat hoop je te leren? Heb je iets te delen? Wat zegt de Programma Gids? WHAT DO IMPACT AND SUSTAINABILITY MEAN? Impact

Nadere informatie

Nieuwsbrief NRGD. Editie 11 Newsletter NRGD. Edition 11. pagina 1 van 5. http://nieuwsbrieven.nrgd.nl/newsletter/email/47

Nieuwsbrief NRGD. Editie 11 Newsletter NRGD. Edition 11. pagina 1 van 5. http://nieuwsbrieven.nrgd.nl/newsletter/email/47 pagina 1 van 5 Kunt u deze nieuwsbrief niet goed lezen? Bekijk dan de online versie Nieuwsbrief NRGD Editie 11 Newsletter NRGD Edition 11 17 MAART 2010 Het register is nu opengesteld! Het Nederlands Register

Nadere informatie

CSRQ Center Rapport over onderwijsondersteunende organisaties: Samenvatting voor onderwijsgevenden

CSRQ Center Rapport over onderwijsondersteunende organisaties: Samenvatting voor onderwijsgevenden CSRQ Center Rapport over onderwijsondersteunende organisaties: Samenvatting voor onderwijsgevenden Laatst bijgewerkt op 25 november 2008 Nederlandse samenvatting door TIER op 5 juli 2011 Onderwijsondersteunende

Nadere informatie

Besluitenlijst CCvD HACCP/ List of decisions National Board of Experts HACCP

Besluitenlijst CCvD HACCP/ List of decisions National Board of Experts HACCP Besluitenlijst CCvD HACCP/ List of decisions National Board of Experts HACCP Dit is de actuele besluitenlijst van het CCvD HACCP. Op deze besluitenlijst staan alle relevante besluiten van het CCvD HACCP

Nadere informatie

VOORSTEL TOT STATUTENWIJZIGING UNIQURE NV. Voorgesteld wordt om de artikelen 7.7.1, 8.6.1, en te wijzigen als volgt: Toelichting:

VOORSTEL TOT STATUTENWIJZIGING UNIQURE NV. Voorgesteld wordt om de artikelen 7.7.1, 8.6.1, en te wijzigen als volgt: Toelichting: VOORSTEL TOT STATUTENWIJZIGING UNIQURE NV Voorgesteld wordt om de artikelen 7.7.1, 8.6.1, 9.1.2 en 9.1.3 te wijzigen als volgt: Huidige tekst: 7.7.1. Het Bestuur, zomede twee (2) gezamenlijk handelende

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 4 oktober 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 4 oktober 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

Brigitte de Vries Staedion. Kwaliteitsbeheersing De uitdagingen voor een éénpitter

Brigitte de Vries Staedion. Kwaliteitsbeheersing De uitdagingen voor een éénpitter Brigitte de Vries Staedion Kwaliteitsbeheersing De uitdagingen voor een éénpitter Kwaliteitsbeheersing voor de éénpitter Wat kunt u verwachten Wie ben ik en waar werk ik Mijn uitdagingen Ervaring met kwaliteitstoetsing

Nadere informatie

Opleiding PECB ISO 9001 Quality Manager.

Opleiding PECB ISO 9001 Quality Manager. Opleiding PECB ISO 9001 Quality Manager www.bpmo-academy.nl Wat is kwaliteitsmanagement? Kwaliteitsmanagement beoogt aan te sturen op het verbeteren van kwaliteit. Tevens houdt het zich bezig met het verbinden

Nadere informatie

Utrecht, mei Follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Stichting Change Your life te Roermond op 15 december 2016

Utrecht, mei Follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Stichting Change Your life te Roermond op 15 december 2016 Utrecht, mei 2017 Follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Stichting Change Your life te Roermond op 15 december 2016 1 Inleiding Op 15 december 2016 heeft de Inspectie voor de Gezondheidszorg (hierna:

Nadere informatie

Quality requirements concerning the packaging of oak lumber of Houthandel Wijers vof (09.09.14)

Quality requirements concerning the packaging of oak lumber of Houthandel Wijers vof (09.09.14) Quality requirements concerning the packaging of oak lumber of (09.09.14) Content: 1. Requirements on sticks 2. Requirements on placing sticks 3. Requirements on construction pallets 4. Stick length and

Nadere informatie

Melkpoeder, feed or food?

Melkpoeder, feed or food? . Melkpoeder, feed or food? Voedsel en Waren Autoriteit Afdeling Signalering VP Project nr: OT03H035 december 2004 OT03H035 18-1-2004 pagina 1 van 5 INHOUD INHOUD... 2 SAMENVATTING... 3 SUMMARY... 3 1

Nadere informatie

Tandartspraktijk Prinsegracht Prinsegracht GA DEN HAAG

Tandartspraktijk Prinsegracht Prinsegracht GA DEN HAAG < > Retouradres Postbus 2518 6401 DA Heerlen Tandartspraktijk Prinsegracht Prinsegracht 24 2512 GA DEN HAAG Stadsplateau 1 3521 AZ Utrecht Postbus 2518 6401 DA Heerlen T 088 120 5000 www.igj.nl Inlichtingen

Nadere informatie

Global TV Canada s Pulse 2011

Global TV Canada s Pulse 2011 Global TV Canada s Pulse 2011 Winnipeg Nobody s Unpredictable Methodology These are the findings of an Ipsos Reid poll conducted between August 26 to September 1, 2011 on behalf of Global Television. For

Nadere informatie

Datum 17 november 2014 Onderwerp Definitief inspectierapport tevens eindrapport circulaire inspectie

Datum 17 november 2014 Onderwerp Definitief inspectierapport tevens eindrapport circulaire inspectie > Retouradres Postbus 2680 3500 GR Utrecht Apotheek Haagse Ziekenhuizen (AHZ) t.a.v., gevestigd apotheker Escamplaan 900 2547 E DEN HAAG Datum 17 november 2014 Onderwerp Definitief inspectierapport tevens

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 28 augustus 2013 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 28 augustus 2013 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 2008 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Rijnstraat 50 255 XP DEN HAAG T 070 340 79 F 070 340 78 34

Nadere informatie

(1) De hoofdfunctie van ons gezelschap is het aanbieden van onderwijs. (2) Ons gezelschap is er om kunsteducatie te verbeteren

(1) De hoofdfunctie van ons gezelschap is het aanbieden van onderwijs. (2) Ons gezelschap is er om kunsteducatie te verbeteren (1) De hoofdfunctie van ons gezelschap is het aanbieden van onderwijs (2) Ons gezelschap is er om kunsteducatie te verbeteren (3) Ons gezelschap helpt gemeenschappen te vormen en te binden (4) De producties

Nadere informatie

AANGETEKEND. Melius Zorg B.V. T.a.v. Terwestenpad BD S GRAVENHAGE

AANGETEKEND. Melius Zorg B.V. T.a.v. Terwestenpad BD S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 483 3500 AL Utrecht AANGETEKEND Melius Zorg B.V. T.a.v. Terwestenpad 11 2525 BD S GRAVENHAGE Bezoekadres: Stadsplateau 1 3521 AZ Utrecht T 088 370 02 30 www.inspectiejeugdzorg.nl

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 26 januari 2015 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 26 januari 2015 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 2008 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Rijnstraat 50 255 XP DEN HAAG T 070 340 79 F 070 340 78 34

Nadere informatie

Effecten van een op MBSR gebaseerde training van. hospicemedewerkers op burnout, compassionele vermoeidheid en

Effecten van een op MBSR gebaseerde training van. hospicemedewerkers op burnout, compassionele vermoeidheid en Effecten van een op MBSR gebaseerde training van hospicemedewerkers op burnout, compassionele vermoeidheid en compassionele tevredenheid. Een pilot Effects of a MBSR based training program of hospice caregivers

Nadere informatie

Validatie van de Depressie lijst (DL) en de Geriatric Depression Scale (GDS-30) bij Verpleeghuisbewoners

Validatie van de Depressie lijst (DL) en de Geriatric Depression Scale (GDS-30) bij Verpleeghuisbewoners Validatie van de Depressie lijst (DL) en de Geriatric Depression Scale (GDS-30) bij Verpleeghuisbewoners van Somatische en Psychogeriatrische Afdelingen Validation of the Depression List (DL) and the Geriatric

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 23 mei Antwoord op Kamervragen. Geachte voorzitter,

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 23 mei Antwoord op Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EH Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag www.rijksoverheid.nl Uw

Nadere informatie

B1 Woordkennis: Spelling

B1 Woordkennis: Spelling B1 Woordkennis: Spelling Bestuderen Inleiding Op B1 niveau gaan we wat meer aandacht schenken aan spelling. Je mag niet meer zoveel fouten maken als op A1 en A2 niveau. We bespreken een aantal belangrijke

Nadere informatie

Beantwoording vragen Tweede Kamer bij rapport Implementatie kwaliteitswet zorginstellingen (Tweede Kamer, vergaderjaar 2008-2009, 31 961, nrs.

Beantwoording vragen Tweede Kamer bij rapport Implementatie kwaliteitswet zorginstellingen (Tweede Kamer, vergaderjaar 2008-2009, 31 961, nrs. Algemene Rekenkamer BEZORGEN Lange Voorhout 8 Voorzitter van de commissie voor Postbus 20015 de Rijksuitgaven 2500 EA Den Haag T 070 3424344 Binnenhof 4 070 3424130 DEN HAAG e voorlichting@rekenkamer.nl

Nadere informatie

DEPARTMENT OF ENVIRONMENTAL AFFAIRS NOTICE 245 OF 2017

DEPARTMENT OF ENVIRONMENTAL AFFAIRS NOTICE 245 OF 2017 Environmental Affairs, Department of/ Omgewingsake, Departement van 245 National Environmental Management Laws Amendment Bill, 2017: Explanatory summary of the Act 40733 STAATSKOERANT, 31 MAART 2017 No.

Nadere informatie

Utrecht, februari Follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Medical Zorg te Utrecht op 24 oktober 2016

Utrecht, februari Follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Medical Zorg te Utrecht op 24 oktober 2016 Utrecht, februari 2017 Follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Medical Zorg te Utrecht op 24 oktober 2016 1 Inleiding Op 24 oktober 2016 heeft de Inspectie voor de Gezondheidszorg (hierna: de inspectie)

Nadere informatie

Activant Prophet 21. Prophet 21 Version 12.0 Upgrade Information

Activant Prophet 21. Prophet 21 Version 12.0 Upgrade Information Activant Prophet 21 Prophet 21 Version 12.0 Upgrade Information This class is designed for Customers interested in upgrading to version 12.0 IT staff responsible for the managing of the Prophet 21 system

Nadere informatie

L.Net s88sd16-n aansluitingen en programmering.

L.Net s88sd16-n aansluitingen en programmering. De L.Net s88sd16-n wordt via één van de L.Net aansluitingen aangesloten op de LocoNet aansluiting van de centrale, bij een Intellibox of Twin-Center is dat de LocoNet-T aansluiting. L.Net s88sd16-n aansluitingen

Nadere informatie

Utrecht, Mei Follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Stichting Acare Thuiszorg te Arnhem op 5 december 2016

Utrecht, Mei Follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Stichting Acare Thuiszorg te Arnhem op 5 december 2016 Utrecht, Mei 2017 Follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Stichting Acare Thuiszorg te Arnhem op 5 december 2016 1 Inleiding Op 5 december jl. heeft de Inspectie voor de Gezondheidszorg (hierna:

Nadere informatie

Rapport analyse afschrijvingskosten Gemeente Oostzaan. Oostzaan, 22 april 2013

Rapport analyse afschrijvingskosten Gemeente Oostzaan. Oostzaan, 22 april 2013 Rapport analyse afschrijvingskosten Gemeente Oostzaan Oostzaan, 22 april 2013 1. Situatieschets De gemeente Oostzaan is permanent bezig met het verbeteren en optimaliseren van haar bedrijfsvoering. Het

Nadere informatie

0515 DUTCH (FOREIGN LANGUAGE)

0515 DUTCH (FOREIGN LANGUAGE) CAMBRIDGE INTERNATIONAL EXAMINATIONS International General Certificate of Secondary Education MARK SCHEME for the May/June 2013 series 0515 DUTCH (FOREIGN LANGUAGE) 0515/02 Paper 2 (Reading and Directed

Nadere informatie

Opleiding PECB IT Governance.

Opleiding PECB IT Governance. Opleiding PECB IT Governance www.bpmo-academy.nl Wat is IT Governance? Information Technology (IT) governance, ook wel ICT-besturing genoemd, is een onderdeel van het integrale Corporate governance (ondernemingsbestuur)

Nadere informatie

(Big) Data in het sociaal domein

(Big) Data in het sociaal domein (Big) Data in het sociaal domein Congres Sociaal: sturen op gemeentelijke ambities 03-11-2016 Even voorstellen Laudy Konings Lkonings@deloitte.nl 06 1100 3917 Romain Dohmen rdohmen@deloitte.nl 06 2078

Nadere informatie

Follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Boerderij Ruimzicht te Oldelamer op 10 januari Amsterdam, mei 2013

Follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Boerderij Ruimzicht te Oldelamer op 10 januari Amsterdam, mei 2013 Follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Boerderij Ruimzicht te Oldelamer op 10 nuari 2013 Amsterdam, mei 2013 Inleiding Op 10 nuari 2013 heeft de Inspectie voor de Gezondheidszorg (hierna: de inspectie)

Nadere informatie

BE Nanoregistry Annual Public Report

BE Nanoregistry Annual Public Report 1 BE Nanoregistry Annual Public Report Carine Gorrebeeck FPS Health, Food Chain Safety & Environment 2 WHY? The objectives of the registry (a.o.): - Traceability: allow competent authorities to intervene

Nadere informatie

Rapportage van het inspectiebezoek aan Libra revalidatie en audiologie locatie Blixembosch, Eindhoven op 9 april 2015

Rapportage van het inspectiebezoek aan Libra revalidatie en audiologie locatie Blixembosch, Eindhoven op 9 april 2015 Rapportage van het inspectiebezoek aan Libra revalidatie en audiologie locatie Blixembosch, Eindhoven op 9 april 2015 Utrecht, juli 2015 Inhoud 1 Aanleiding inspectiebezoek... 3 2 Resultaten inspectiebezoek...

Nadere informatie

Vaststellingsovereenkomsten in de zorg. Utrecht, juni 2016

Vaststellingsovereenkomsten in de zorg. Utrecht, juni 2016 Vaststellingsovereenkomsten in de zorg Utrecht, juni 2016 1 Inhoud 1 Inhoud... 3 2 Samenvatting... 5 3 Wanneer belemmeren vaststellingsovereenkomsten transparantie en openheid?... 6 3.1 Wat is een zwijgcontract?...

Nadere informatie

L.Net s88sd16-n aansluitingen en programmering.

L.Net s88sd16-n aansluitingen en programmering. De L.Net s88sd16-n wordt via één van de L.Net aansluitingen aangesloten op de LocoNet aansluiting van de centrale, bij een Intellibox of Twin-Center is dat de LocoNet-T aansluiting. L.Net s88sd16-n aansluitingen

Nadere informatie

Utrecht, februari Follow-up rapport van het inspectiebezoek van 2 juli 2015 aan Stichting Gedi Verpleging in Almere

Utrecht, februari Follow-up rapport van het inspectiebezoek van 2 juli 2015 aan Stichting Gedi Verpleging in Almere Utrecht, februari 2016 Follow-up rapport van het inspectiebezoek van 2 juli 2015 aan Stichting Gedi Verpleging in Almere Inleiding Op 2 juli 2015 heeft de Inspectie voor de Gezondheidszorg (hierna: de

Nadere informatie

Voorzorg is niet onredelijk. WF Passchier Gezondheidsraad en Universiteit Maastricht

Voorzorg is niet onredelijk. WF Passchier Gezondheidsraad en Universiteit Maastricht Voorzorg is niet onredelijk WF Passchier Gezondheidsraad en Universiteit Maastricht Kindermobieltjes en voorzorg Child warning over mobile phones Parents should ensure their children use mobile phones

Nadere informatie

1 RAPPORT. Rapport naar aanleiding van het algemeen toezichtbezoek aan zorgcentrum De Heemhaven te Heemstede op 21 september 2004

1 RAPPORT. Rapport naar aanleiding van het algemeen toezichtbezoek aan zorgcentrum De Heemhaven te Heemstede op 21 september 2004 1 RAPPORT Rapport naar aanleiding van het algemeen toezichtbezoek aan zorgcentrum De Heemhaven te Heemstede op 21 september 2004 Amsterdam, januari 2005 2 INSPECTIE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG Inhoudsopgave

Nadere informatie

Uitnodiging Security Intelligence 2014 Dertiende editie: Corporate IAM

Uitnodiging Security Intelligence 2014 Dertiende editie: Corporate IAM Uitnodiging Security Intelligence 2014 Dertiende editie: Corporate IAM 5 maart 2014 De Beukenhof Terweeweg 2-4 2341 CR Oegstgeest 071-517 31 88 Security Intelligence Bijeenkomst Corporate IAM On the Internet,

Nadere informatie

Mensen met een verstandelijke handicap en sexueel misbruik Kooij, D.G.

Mensen met een verstandelijke handicap en sexueel misbruik Kooij, D.G. Mensen met een verstandelijke handicap en sexueel misbruik Kooij, D.G. IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from it. Please check the

Nadere informatie

Staat van de Gezondheidszorg 2008 Position Paper: Tilliften

Staat van de Gezondheidszorg 2008 Position Paper: Tilliften Staat van de Gezondheidszorg 2008 Position Paper: Tilliften Voor de beantwoording van de SGZ-vragen is uitgegaan van de bevindingen in het inspectierapport uit september 2004 Tilliften: nog steeds niet

Nadere informatie

HANDREIKING VOOR CLIËNTENRADEN behorend bij de Multidisciplinaire richtlijn verantwoorde vochten voedselvoorziening voor verpleeghuisgeïndiceerden 1

HANDREIKING VOOR CLIËNTENRADEN behorend bij de Multidisciplinaire richtlijn verantwoorde vochten voedselvoorziening voor verpleeghuisgeïndiceerden 1 HANDREIKING VOOR CLIËNTENRADEN behorend bij de Multidisciplinaire richtlijn verantwoorde vochten voedselvoorziening voor verpleeghuisgeïndiceerden 1 Voorwoord: Deze handreiking is geschreven als leeswijzer

Nadere informatie

Een evaluatie van zorginhoudelijke indicatoren in de VV&T

Een evaluatie van zorginhoudelijke indicatoren in de VV&T Postprint 1 0 Version Journal website Pubmed link DOI This is a NIVEL certified Post Print, more info at http://www nivel eu. Een evaluatie van zorginhoudelijke indicatoren in de VV&T I. HEESBEEN, S. VAN

Nadere informatie

Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind.

Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind. Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind. Bullying among Students with Autism Spectrum Disorders in Secondary

Nadere informatie

Socio-economic situation of long-term flexworkers

Socio-economic situation of long-term flexworkers Socio-economic situation of long-term flexworkers CBS Microdatagebruikersmiddag The Hague, 16 May 2013 Siemen van der Werff www.seo.nl - secretariaat@seo.nl - +31 20 525 1630 Discussion topics and conclusions

Nadere informatie

Alcohol policy in Belgium: recent developments

Alcohol policy in Belgium: recent developments 1 Alcohol policy in Belgium: recent developments Kurt Doms, Head Drug Unit DG Health Care FPS Health, Food Chain Safety and Environment www.health.belgium.be/drugs Meeting Alcohol Policy Network 26th November

Nadere informatie

Follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Stichting Zorgboerderij De Borkeld te Rijssen op 26 november Utrecht, februari 2017

Follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Stichting Zorgboerderij De Borkeld te Rijssen op 26 november Utrecht, februari 2017 Follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Stichting Zorgboerderij De Borkeld te Rijssen op 26 november 2016 Utrecht, februari 2017 1 Inleiding Op 26 november 2016 heeft de Inspectie voor de Gezondheidszorg

Nadere informatie

A2 Workshops Grammatica Heden

A2 Workshops Grammatica Heden Bestuderen Present Simple Normaal Hoe maak je de Present Simple? Kijk eerst maar even naar het volgende rijtje. I You He She It We You see see sees sees sees see see They see Je ziet dat het heel eenvoudig

Nadere informatie

De Rol van Zelfregulatie, Motivatie en Eigen Effectiviteitsverwachting op het Volhouden

De Rol van Zelfregulatie, Motivatie en Eigen Effectiviteitsverwachting op het Volhouden De Rol van Zelfregulatie, Motivatie en Eigen Effectiviteitsverwachting op het Volhouden van Sporten en de Invloed van Egodepletie, Gewoonte en Geslacht The Role of Selfregulation, Motivation and Self-efficacy

Nadere informatie

Understanding and being understood begins with speaking Dutch

Understanding and being understood begins with speaking Dutch Understanding and being understood begins with speaking Dutch Begrijpen en begrepen worden begint met het spreken van de Nederlandse taal The Dutch language links us all Wat leest u in deze folder? 1.

Nadere informatie

Determinantenonderzoek naar Factoren waarmee een Actief Stoppen-met-Roken Beleid op Cardiologieverpleegafdelingen kan worden bevorderd

Determinantenonderzoek naar Factoren waarmee een Actief Stoppen-met-Roken Beleid op Cardiologieverpleegafdelingen kan worden bevorderd Determinantenonderzoek naar Factoren waarmee een Actief Stoppen-met-Roken Beleid op Cardiologieverpleegafdelingen kan worden bevorderd Determinant Study in to Factors that Facilitate a Active Smoking-cessation

Nadere informatie

De inspectie zal haar toezichtbeleid bij brief communiceren aan VWS en betrokken partijen alsmede aan het zorgveld via de IGZ website.

De inspectie zal haar toezichtbeleid bij brief communiceren aan VWS en betrokken partijen alsmede aan het zorgveld via de IGZ website. > Retouradres Postbus 2680 3500 GR Utrecht Stadsplateau 1 3521 AZ Utrecht Postbus 2680 3500 GR Utrecht T 088 120 50 00 F 088 120 50 01 www.igz.nl Onderwerp Toezichtbeleid IGZ Nadere toelichting richtlijn

Nadere informatie

Indicatoren basisveiligheid voor de verpleeghuiszorg in 2018

Indicatoren basisveiligheid voor de verpleeghuiszorg in 2018 Home no. 2 April 2018 Eerdere edities Verenso.nl Indicatoren basisveiligheid voor de verpleeghuiszorg in 2018 Sandra van Beek, Marie-Julie van Hoof svanbeek@verenso.nl Sandra van Beek, Marie-Julie van

Nadere informatie

Palliatieve zorg en dementie zorg Stellingen

Palliatieve zorg en dementie zorg Stellingen Palliatieve zorg en dementie zorg Stellingen prof.dr. Cees Hertogh en dr.ir. Jenny van der Steen EMGO Instituut voor onderzoek naar gezondheid en zorg afdeling huisartsgeneeskunde & ouderengeneeskunde

Nadere informatie

U treft in deze rapportage de resultaten van dit bezoek aan. Deze hebben dan ook betrekking op de locatie Venlo.

U treft in deze rapportage de resultaten van dit bezoek aan. Deze hebben dan ook betrekking op de locatie Venlo. > Retouradres Postbus 2680 3500 GR Utrecht Vincent van Gogh Verslavingszorg T.a.v. Raad van Bestuur Postbus 5 5800 AA VENRAY Stadsplateau 1 3521 AZ Utrecht Postbus 2680 3500 GR Utrecht T 088 120 50 00

Nadere informatie

Verpleeghuiszorg: kwaliteitsslag is gaande. Resultaat van geïntensiveerd toezicht 2005-2006

Verpleeghuiszorg: kwaliteitsslag is gaande. Resultaat van geïntensiveerd toezicht 2005-2006 Verpleeghuiszorg: kwaliteitsslag is gaande Resultaat van geïntensiveerd toezicht 2005-2006 Den Haag, december 2006 Aan de minister en staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, De inspectie

Nadere informatie

ETIKETTERING EN SAMENSTELLING VAN TEXTIEL

ETIKETTERING EN SAMENSTELLING VAN TEXTIEL ETIKETTERING EN SAMENSTELLING VAN TEXTIEL Stof van de rol nader onderzocht Rapportnummer ND03R015 drs. H.R. Reus G.A. Busser K. Stavenga VWA/Keuringsdienst van Waren Regionale Dienst Noord Postbus 465

Nadere informatie

Nij Smellinghe Ziekenhuisapotheek T.a.v. Compagnonsplein NN DRACHTEN

Nij Smellinghe Ziekenhuisapotheek T.a.v. Compagnonsplein NN DRACHTEN > Retouradres Postbus 2680 3500 GR Utrecht Nij Smellinghe Ziekenhuisapotheek T.a.v. Compagnonsplein 1 9202 NN DRACHTEN Geneesmiddelen En Medische Technologie St. Jacobsstraat 16 3511 BS Utrecht Postbus

Nadere informatie

Installatie van Windows 10 op laptops. Windows 10 installation on laptops

Installatie van Windows 10 op laptops. Windows 10 installation on laptops Installatie van Windows 10 op laptops In mei vindt de migratie naar Windows 10 plaats op de laptops. Per dag worden ongeveer 25 laptops gemigreerd. Elke laptop heeft een ISSC-sticker met een laptop-nummer.

Nadere informatie

Emotionele Arbeid, de Dutch Questionnaire on Emotional Labor en. Bevlogenheid

Emotionele Arbeid, de Dutch Questionnaire on Emotional Labor en. Bevlogenheid Emotionele Arbeid, de Dutch Questionnaire on Emotional Labor en Bevlogenheid Emotional Labor, the Dutch Questionnaire on Emotional Labor and Engagement C.J. Heijkamp mei 2008 1 ste begeleider: dhr. dr.

Nadere informatie

Follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Gezinshuis Ruveyda op 5 november 2015. Utrecht Januari 2016

Follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Gezinshuis Ruveyda op 5 november 2015. Utrecht Januari 2016 Follow-up rapport van het inspectiebezoek aan Gezinshuis Ruveyda op 5 november 2015 Utrecht nuari 2016 Inleiding Op 9 februari 2015 heeft de Inspectie voor de Gezondheidszorg (hierna: de inspectie) een

Nadere informatie

Clinical Microsystem Thinking The Gouda story in perspective

Clinical Microsystem Thinking The Gouda story in perspective Clinical Microsystem Thinking The Gouda story in perspective Lia Donkers, managing director Transmural Network Astrid van der Bas, programme leader Patient as Partner Content Movie 1 The Gouda situation

Nadere informatie

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een. Vaste Relatie

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een. Vaste Relatie De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een Vaste Relatie The Association between Daily Stress, Emotional Intimacy and Affect with Partners in a Commited

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2011. Dienst inburgeren Studiecentrum Talen Eindhoven bv

Tevredenheidsonderzoek 2011. Dienst inburgeren Studiecentrum Talen Eindhoven bv Tevredenheidsonderzoek 2011 Dienst inburgeren Studiecentrum Talen Eindhoven bv Zoetermeer, zaterdag 4 februari 2012 In opdracht van Studiecentrum Talen Eindhoven bv De verantwoordelijkheid voor de inhoud

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 1 7-1 3 8 Rapenburg 70 Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 81 18 van het College van beroep van de Universiteit Leiden inzake het beroep van [naam], appellant tegen het Bestuur van

Nadere informatie

Verklaring van het beweeggedrag van ouderen door determinanten van. The explanation of the physical activity of elderly by determinants of

Verklaring van het beweeggedrag van ouderen door determinanten van. The explanation of the physical activity of elderly by determinants of Verklaring van het beweeggedrag van ouderen door determinanten van het I-change Model The explanation of the physical activity of elderly by determinants of the I-change Model Hilbrand Kuit Eerste begeleider:

Nadere informatie

Optional client logo (Smaller than Deloitte logo) State of the State

Optional client logo (Smaller than Deloitte logo) State of the State Optional client logo (Smaller than Deloitte logo) State of the State Den Haag 28 maart 2017 State of the State - Presentatie Taxlab 1 plancapaciteit hebben dan de veronderstelde huishoudensgroei. State

Nadere informatie

Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive. Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive

Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive. Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive 1 Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive Femke Boom Open Universiteit Naam student: Femke Boom Studentnummer: 850762029 Cursusnaam: Empirisch afstudeeronderzoek:

Nadere informatie

Rapportage van het inspectiebezoek aan De Hoogstraat op 31 maart 2015 te Utrecht

Rapportage van het inspectiebezoek aan De Hoogstraat op 31 maart 2015 te Utrecht Rapportage van het inspectiebezoek aan De Hoogstraat op 31 maart 2015 te Utrecht Utrecht, juli 2015 Inhoudsopgave 1 Aanleiding inspectiebezoek... 3 2 Resultaten inspectiebezoek... 5 2.1 Inleiding... 5

Nadere informatie

Classification of triangles

Classification of triangles Classification of triangles A triangle is a geometrical shape that is formed when 3 non-collinear points are joined. The joining line segments are the sides of the triangle. The angles in between the sides

Nadere informatie

Senioren Respons Insulindeweg 240 2612 EM Delft. Datum Besluit aanwijzing op grond van artikel 8, eerste lid, Kwaliteitswet zorginstellingen

Senioren Respons Insulindeweg 240 2612 EM Delft. Datum Besluit aanwijzing op grond van artikel 8, eerste lid, Kwaliteitswet zorginstellingen > Retouradres Senioren Respons Insulindeweg 240 2612 EM Delft Bezoekadres: Rijnstraat 50 2515 XP Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340 78 34 www.rijksoverheid.nl Inlichtingen bij Datum Betreft Besluit aanwijzing

Nadere informatie

Kennerschap en juridische haken en ogen. Vereniging van Nederlandse Kunsthistorici Amsterdam, 10 juni 2016 R.J.Q. Klomp

Kennerschap en juridische haken en ogen. Vereniging van Nederlandse Kunsthistorici Amsterdam, 10 juni 2016 R.J.Q. Klomp Kennerschap en juridische haken en ogen Vereniging van Nederlandse Kunsthistorici Amsterdam, 10 juni 2016 R.J.Q. Klomp De Emmaüsgangers () Lucas 24, 13-35 Juridische haken en ogen Wat te doen als koper

Nadere informatie

Testplan Module 12: Bachelor assignment ( )

Testplan Module 12: Bachelor assignment ( ) Testplan Module 12: Bachelor assignment (201500466) BSc Chemical Engineering, academic year: 2017-2018 Module information Module examiners Module parts EC Gardeniers, Bouwmeester, Betlem, Huskens, Brilman,

Nadere informatie

Position Paper #Not4Sissies

Position Paper #Not4Sissies huisartsgeneeskunde & ouderengeneeskunde Position Paper #Not4Sissies Lizette Wattel Coördinator UNO-VUmc Coördinator Onderzoekslijn Geriatrische Revalidatie Ewout Smit AIOTO Ouderengeneeskunde Programma

Nadere informatie

Group work to study a new subject.

Group work to study a new subject. CONTEXT SUBJECT AGE LEVEL AND COUNTRY FEATURE OF GROUP STUDENTS NUMBER MATERIALS AND TOOLS KIND OF GAME DURATION Order of operations 12 13 years 1 ste year of secundary school (technical class) Belgium

Nadere informatie