Ontwerp en beheer MS-net met Vision

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Ontwerp en beheer MS-net met Vision"

Transcriptie

1 Ontwerp en beheer S-net met Vision Beveiligingen pmo Arnhem, 21 januari 2009 Auteurs: P.. van Oirsouw, A.D. Proem

2 pmo Phase to Phase BV, Arnhem, Nederland. Alle rechten voorbehouden. Dit document bevat vertrouwelijke informatie. Overdracht van de informatie aan derden zonder schriftelijke toestemming van of namens Phase to Phase BV is verboden. Hetzelfde geldt voor het kopiëren van het document of een gedeelte daarvan. Phase to Phase BV is niet aansprakelijk voor enige directe, indirecte, bijkomstige of gevolgschade ontstaan door of bij het gebruik van de informatie of gegevens uit dit document, of door de onmogelijkheid die informatie of gegevens te gebruiken.

3 pmo INHOUD 1 Beveiligingstoestellen Het doel van beveiligen Beveiligingsrelais Algemeen Elektromechanische relais Statische relais Stroomtransformatoren voor beveiliging Beveiligingsprincipes aximum stroom-tijd beveiliging Onafhankelijk maximum stroom-tijd beveiliging Afhankelijk maximum stroom-tijdbeveiliging aximum stroom-tijd richtingrelais Smeltveiligheden voor middenspanning Functies en soorten smeltveiligheid Toepassingen van smeltveiligheden in de middenspanning Selectiviteit De begrippen stroomselectief en tijdselectief Selectiviteit bij S-smeltveiligheden Onderhoud en beproeving van beveiligingstoestellen Controleren van smeltveiligheden Het uitlezen van een storing Niet-zelfherstellende agnefix storingsverklikker Beveiligingen met Vision Typen relais aximaal stroom/tijd Kortsluitrichting Aardfout Over-/onderspanning Distantie: impedantierelais Distantierelais: diagrammen Distantierelais: aardfouten ho-relais Polygoon-relais Differentiaalbeveiliging eeneemschakeling Berekeningen Overzicht Simulatie Simulatie - Resultaten Selectiviteit Selectiviteit - Resultaten Voorbeeld selectiviteit in een distributienet... 37

4 pmo 4 Voorbeeld selectiviteit in een industrienet Loadflow Toevoegen schakelaars Testen selectiviteit Analyse met behulp van simulatie Samenvatting... 57

5 pmo 1 BEVEILIGINGSTOESTELLEN 1.1 Het doel van beveiligen Een beveiligingstoestel is in staat is om een abnormale bedrijfssituatie te onderscheiden van een normale bedrijfssituatie en deze zonodig opheft. Relais bepalen aan de hand van de signalen die zij ontvangen van de stroom- en spannings-transformatoren of er sprake is van een abnormale bedrijfsituatie. Is dat het geval dan geven zij een uitschakelcommando aan de schakelaar, waarna deze voor de onderbreking van de stroom zorgt. Een abnormale bedrijfssituatie is niet alleen een toestand waarbij sprake is van een kortsluiting maar ook één met overbelasting (van een kabel, transformator, motor enz.), verkeerde energierichting (sluiting in een parallelkabel), te lage netspanning (motoren stoppen dan of willen niet aanlopen), te hoge netspanning (aangesloten apparatuur kan daardoor isolatiedefecten gaan vertónen), te lage of te hoge frequentie (transformatoren geven dan aan secundaire zijde niet meer de juiste spanning). Overbelastingsbeveiliging, energierichtingbeveiliging, minimum spanningsbeveiliging e.d. zijn in principe bedoeld om het aangesloten elektrisch materieel te beschermen. Het elektriciteitsnet dat deze apparatuur voedt, zal er in het algemeen geen probleem mee hebben om een overbelaste transformator of motor al dan niet bij een te lage spanning te voeden. Laat men deze abnormale bedrijfssituaties voortbestaan, dan zullen deze uiteindelijk ontaarden in een kortsluiting. Het aangesloten apparaat is dan defect; er gaan grote stromen lopen in het elektriciteitsnet die uiteindelijk tot oververhitting van kabels, transformator en schakelaars kunnen leiden, waardoor ook deze defect raken. Er wordt dus beveiligd om schade aan elektrisch materieel te voorkomen en om de schade op de foutplaats zelf te beperken en schade aan andere netdelen te voorkomen. Beveiligingssystemen worden ook toegepast in verband met de veiligheid van personen. Ze dienen gevaarlijke situaties zoals hoge aanraakspanningen en lichtbogen zoveel mogelijk te voorkomen danwel de tijdsduur ervan te beperken. In een elektriciteitsdistributienet kan niet worden volstaan met één beveiligingstoestel. In de praktijk komen er in de keten van centrale naar gebruiker tientallen beveiligingstoestellen voor. Door het toepassen van meerdere beveiligingstoestellen in serie is wordt het aantal verbruikers dat door een storing spanningsloos beperkt. Sommige redenen om te beveiligen zijn strijdig: persoonlijke veiligheid vraagt om snelle afschakeling van de fout, het voorkomen van onderbreking in de elektriciteitslevering vraagt om selectieve afschakeling. Selectiviteit wordt veelal bereikt door tijdvertraging bij afschakelen. Kortsluiting kan ontstaan ten gevolge van overbelasting. Andere oorzaken zijn elektrische doorslag of overslag, veroudering of vervuiling van isolatie, mechanische beschadiging, werking van de bodem en atmosferische omstandigheden. De instelling van de beveiliging wordt bepaald door de eigenschappen van de netcomponenten met betrekking tot overbelasting en kortsluiting. Voor GPLK- en XLPE-kabels zijn in hoofdstuk 1 van de cursus tabellen opgenomen met de in te stellen waarden voor overbelasting.

6 pmo 1.2 Beveiligingsrelais ALGEEEN Beveiligingssystemen kunnen verschillende elektrische grootheden bewaken. Dit kan een enkele grootheid zijn, zoals spanning, stroom en frequentie.. Combinaties komen echter ook veelvuldig voor, zoals: De som of het verschil (asymmetriebeveiliging of differentiaalbeveiliging) Het product (vermogensbeveiliging of energierichtingsbeveiliging). Het quotiënt (impedantiemeting bij distantiebeveiliging). Afhankelijk van de grootheid die gemeten moet worden zijn verschillende soorten beveiligingsrelais nodig. Zo'n beveiligingsrelais is opgebouwd uit drie basiselementen. Een element om te meten Een element om te vergelijken Een element om een uitschakelcommando te verzorgen. Het meetelement zorgt voor een omzetting van de primair gemeten grootheid in een signaalsoort en een signaalwaarde, die in het vergelijkingselement van het beveiligingscircuit vergeleken worden. In het vergelijkingselement worden de gemeten waarden vergeleken met de ingestelde waarde(-n). Bij overschrijding van één waarde, of een combinatie van ingestelde waarden, wordt door het uitschakelelement een uitschakelcommando gegeven. Beveiligingsrelais worden - los van hun meetfunctie - in twee hoofdsoorten ingedeeld. Elektromechanische relais (primaire en secundaire relais) ; Statische relais (analoge relais en microprocessor-gestuurde relais) ELEKTROECHANISCHE RELAIS Elektromechanische relais zijn meestal robuust uitgevoerd. Ze bevatten een aantal onderdelen - zoals ankers, ferrarisschijven, kleine synchroonmotoren of draaispoelrelais - die bewegen door de invloed van magnetische velden. Elektromechanische relais worden gebruikt in het primaire en secundaire circuit. Primair beveiligingsrelais Het primair beveiligingsrelais is een relais dat eenvoudige beveiligingstaken verricht, zoals bijvoorbeeld het bewaken van de maximumstroomtijd, al dan niet gecombineerd met een thermische functie. Het relais is opgenomen primaire circuit bij de hoogspanningsschakelaar. De energie voor het functioneren van het relais wordt rechtstreeks betrokken uit de hoogspanning. Secundair beveiligingsrelais Een veelvuldig toegepast relais is het secundair beveiligingsrelais. Dit relais wordt in de meeste gevallen aangesloten op meettransformatoren (stroom en/of spanningstransformatoren). Deze meettransformatoren zorgen voor een reductie van hoge spanningen en grote stromen naar standaardwaarden, die gebruikt kunnen worden als ingangsignaal voor de verschillende beveiligingssystemen. De meettransformatoren zorgen tevens voor een scheiding tussen de primaire installatie met hoge spanning en de op laagspanningsniveau werkende, secundaire beveiligingscircuits.

7 pmo eettransformatoren moeten voldoen aan specifieke eisen, bijvoorbeeld ten aanzien van isolatieniveau en verzadiging. De nauwkeurigheidseisen zijn daarbij relatief hoog. Het secundaire relais heeft voor zijn functioneren hulpenergie nodig STATISCHE RELAIS Statische relais zijn elektronische beveiligingsrelais; de meetgrootheden worden omgezet in een signaal van een zodanige soort en grootte, dat het verwerkbaar is door het elektronische deel van het relais. Statisch analoog relais In dit relais worden de grootheden stroom en/of spanning omgezet in een analoog mv-signaal en daarna (meestal) gelijkgericht. Het zo verkregen signaal wordt door een elektronische schakeling verwerkt en vervolgens aan het vergelijkingsorgaan of de detectieschakeling toegevoerd, waarna het zo nodig een uitschakelcommando verzorgt. Dit type relais heeft eveneens hulpenergie nodig. icroprocessorrelais Het microprocessorrelais verschilt met de andere relais doordat de ingangsgegevens, zoals stroom en spanning, worden omgezet in digitale grootheden. De processor berekent vervolgens of er een overschrijding plaatsvindt van de maximale of minimale grenswaarde, waarna eventueel een uitschakelcommando volgt STROOTRANSFORATOREN VOOR BEVEILIGING Stroomtransformatoren voor de beveiliging kan men herkennen aan de aanduiding P (protection), bijvoorbeeld 5P20. Dit betekent een de totale nauwkeurigheid van 5% is en een overstroomfactor 20. De overstroomfactor is de verhouding van de primaire kortsluitstroom en de primaire nominale stroom van de stroomtransformator. De overstroomfactor geldt bij nominale vermogen van de stroomtransformator. De belasting (Diuts: Bürde) van een stroomtransformator wordt gevormd door het beveiligingstoestel en het verlies in de meetleidingen (2 x I2 RL). Doorgaans bedraagt het nominale vermogen van een stroomtransformator 15 à 20 VA. Is de belasting lager dan nominaal dan neemt de overstroomfactor toe. Dit is meestal hetgeval bij statische relais. Deze hebben een relatief laag eigen verbruik. Zoals algemeen bekend bij stroomtransformatoren moet men niet aangesloten secundaire klemmen kortsluiten. Dit ter voorkoming van verbranding.

8 pmo 1.3 Beveiligingsprincipes Hierna komen de meest voorkomende beveiligingspricipes aan de orde met hun specifieke eigenschappen, namelijk de maximum stroom-tijd beveiliging (onafhankelijk en afhankelijk), maximum stroom-tijd richting beveiliging en smeltveiligheden AXIU STROO-TIJD BEVEILIGING De maximum stroom-tijd beveiliging, waarvan we in deze paragraaf alleen de functies bespreken, behoort tot de meest gebruikte principes in de beveiligingstechniek. Het bewaakt de maximaal toelaatbare stroom in delen van elektrische energienetten. Bij een overstroom, die de maximaal toelaatbare stroom van het te beveiligen net overschrijdt, zal de beveiliging uitschakelen. Een overstroom kan onder andere veroorzaakt worden door: Overbelasting Kortsluiting Inschakelverschijnsel (een grote overbelasting van zeer korte duur). Het net, kabels, lijnen, transformatoren, enz. kunnen tegen deze verschijnselen beschermd worden door twee soorten maximumstroomtijdbeveiliging: Beveiliging met onafhankelijke maximum stroom-tijd relais, kortweg OTrelais Beveiliging met afhankelijk maximum stroom-tijd relais, oftewel AT-relais ONAFHANKELIJK AXIU STROO-TIJD BEVEILIGING De onafhankelijk maximum stroom-tijd beveiliging geeft een uitschakelcommando aan een vermogenschakelaar van het te beveiligen net wanneer het ingangssignaal van het relais de ingestelde grenswaarde overschrijdt (de gemeten waarde is dus groter dan de ingestelde waarde) én de tijdsduur van de overschrijding groter is dan de op het beveiligingsrelais ingestelde tijd. Zie ook figuur 18. Daalt het ingangssignaal onder de ingestelde grenswaarde voordat de ingestelde tijd is verlopen, dan valt het relais terug in zijn normaalpositie en volgt er geen uitschakelcommando. Het relais geeft wel een indicatie dat het is aangesproken.

9 pmo Figuur 18 Uitschakelkarakteristiek van het onafhankelijk maximumstroom-tijdrelais De uitschakeltijd is onafhankelijk van de grootte van de stroom. De meeste onafhankelijke maximum stroomtijdrelais hebben de mogelijkheid tot instelling van één of meer stroomgrenzen met bijbehorende kortere uitschakeltijden.veelal hebben de relais ook een instelmogelijkheid voor een stroomgrenswaarde, die tot directe uitschakeling leidt. De uitschakeltijd is dan gelijk aan de traagheid van het relais en vermogenschakelaar. Doel hiervan is het beperken van de schade bij grote kortsluitstromen. Figuur 18 geeft de karakteristiek van het onafhankelijk maximum stroomtijdrelais, waarin de ingestelde stroomwaarde is aangegeven met I S (de letter s komt van setpointwaarde van de stroom) en de uitschakeltijd met t o. Waar verder bij dit type relais nog op gewezen moet worden is de afval/opkomverhouding. Deze verhouding wordt ook wel terugvalverhouding genoemd. Voor elektronische en microprocessor gestuurde relais ligt deze verhouding op een waarde van < 0,95 * I NO. Bij elektromechanische relais vaak pas op een waarde van 0,8 of 0,85 * I NO.

10 pmo AFHANKELIJK AXIU STROO-TIJDBEVEILIGING Bij dit type beveiliging is de uitschakeltijd afhankelijk van de stroomsterkte: hoe groter de stroom, hoe sneller afschakeling volgt. Zie figuur 19. Ook de smeltveiligheid heeft deze eigenschap. Het bij deze beveiliging gebruikte AT-relais heeft ook een afval-opkomverhouding. Het grote voordeel van beveiliging met afhankelijke maximumstroom-tijdrelais is, dat door het snelle afschakelen bij grote stromen de installatie beter beveiligd wordt tegen grote kortsluitstromen. Een nadeel is echter, dat het relais meestal temperatuur afhankelijk is. Bovendien kan de belastingstroom bij lage kortsluitstromen de werking beïnvloeden (voorbelasting). Ook de selectiviteit tussen voor of nageschakelde beveiligingstoestellen is problematischer. Figuur 19 Uitschakelkarakteristiek van een begrensd-afhankelijk relais De instelling van een AT- relais wordt vaak als het volgt opgegeven: 0, 3 s bij 10 * I NO. Het uitschakelkarakter van dit relais maakt het zeer geschikt voor het beschermen van motoren, transformatoren en kabels tegen de schadelijke gevolgen van een te hoge temperatuur.

11 pmo AXIU STROO-TIJD RICHTINGRELAIS In principe bestaat deze beveiliging uit een combinatie van een maximum stroomtijdrelais en een richtingrelais. Het maximum stroomtijdrelais kan onafhankelijk of afhankelijk zijn. Het maximum stroomtijdrelais bepaalt of de stroom boven de ingestelde waarde ligt en bepaalt het moment waarop een eventuele uitschakeling plaatsvindt. Het richtingsrelais bepaalt aan de hand van de stroom en de spanning wat de richting van de stroom is. Als de stroomvector zich in de verboden zone bevindt ( > +120 of >-60, bij U-vector 90), geeft het richtingsrelais het uit-commando van het maximum stroomtijdrelais door en geeft het maximum stroom-tijd relais een uitschakelcommando. Zie figuur 20. Is de stroom in de blokkeerrichting, bijvoorbeeld een doorgaande kortsluitstroom, dan verhindert het richtingsrelais dat het maximum stroomtijdrelais een uitschakelcommando geeft U F I (niet OK) I (OK) links van streeplijn is verboden zone rechts van streeplijn is blokkeerrichting Figuur 20 Verboden zone en blokkeerrichting max. ER-relais

12 pmo 1.4 Smeltveiligheden voor middenspanning Behalve relais wordt bij het beveiligen van elektrische middenspanningsinstallaties of delen daarvan veelvuldig gebruik gemaakt van smeltveiligheden. In deze paragraaf volgt het een en ander over de technische constructie en de eigenschappen van smeltveiligheden, waarbij aandacht wordt besteed aan het gedrag van smeltveiligheden in overbelastings- en kortsluitingssituaties, de verschillende toepassingsgebieden met hun specifieke problemen en de verschillende categorieën van smeltveiligheden, die binnen die toepassingsgebieden bestaan FUNCTIES EN SOORTEN SELTVEILIGHEID Smeltveiligheden zijn in het algemeen zeer geschikt voor het afschakelen van kortsluitstromen. Daarnaast moet een smeltveiligheid de volgende eigenschappen beziten. Continu de nominale stroom kunnen geleiden met minimale energieverliezen Regelmatige en kortstondige overbelastingen ten gevolge van het inschakelen van apparatuur kunnen verdragen. De boogenergie moet verwerkt worden zonder dat daarbij de smeltveiligheid beschadigd. Overbelastingsstromen kunnen onderbreken zonder dat daarbij de smeltveiligheid uitwendig wordt beschadigd; Bij kortsluitingen voldoende stroombegrenzend zijn. Smeltveiligheden in de middenspanning kunnen in drie functionele categorieën worden ingedeeld: Full Range, General Purpose en Back Up. Full Range De Full Range-smeltveiligheid kan - onder gespecificeerde omstandigheden en gebruik - alle stromen onderbreken waarbij doorsmelten plaats vindt. General Purpose De General Purpose-smeltveiligheid kan - onder gespecificeerde omstandig heden en gebruik - alle stromen onderbreken vanaf de nominale kortsluitstroom tot en met de stroom die de smeltveiligheid in één uur doet doorsmelten. Back Up De Back Up-smeltveiligheid kan - onder gespecificeerde omstandigheden en gebruik - alle stromen onderbreken vanaf de nominale kortsluitstroom tot en met de minimum onderbrekingsstroom TOEPASSINGEN VAN SELTVEILIGHEDEN IN DE IDDENSPANNING Smeltveiligheden worden het meest toegepast als kortsluitbeveiliging bij energietransformatoren en soms voor beveiliging van uitlopers in het 10 kv-net. Dit is economisch aantrekkelijker dan de toepassing van vermogenschakelaars. Bovendien vragen smeltveiligheden minder ruimte. Bij het kiezen van de juiste smeltveiligheid moet rekening worden gehouden met de inrush-stroom die optreedt bij het inschakelen van de transformator. In de praktijk zal men daarom de waarde van de smeltveiligheid op 1,5 tot 2,5 maal de nominate waarde van de transformatorstroom kiezen. Smeltveiligheden aan de hoog- en laagspanningszijde dienen selectief te zijn. Bij motoren worden de smeltveiligheden door de aanloopstromen vaak ontoelaatbaar belast. Een ongewenste afschakeling tijdens het aanlopen kan hiervan -het

13 pmo gevolg zijn. Een en ander kan worden voorkomen door een smeltveiligheid te kiezen, waarvan de smeltstroom groter is dan de aanloopstroom. Tevens zijn de factoren aanlooptijd en het aantal inschakelingen per tijdseenheid van belang. Worden smeltveiligheden toepast in een zwevend net, dan zal er in het geval van een aardfout een aardfoutstroom gaan lopen, waarvan de grootte wordt bepaald door de capaciteit van het net. Samen met de belastingstroom kan de stroom door de smeltveiligheid dan een waarde bereiken die ligt tussen de IC en IBC. Stromen tussen deze twee waarden bevinden zich in het gebied waarbinnen de afschakeling onzeker is bij General Purpose en Back-up smeltveiligheden. Is er een gerede kans op het voorkomen van deze omstandigheid, dan zullen Full Range smeltveiligheden moeten worden toegepast of een andere oplossing gezocht worden met bijvoorbeeld een vermogenschakelaar. In het gebied tussen de nominale- en de minimum smeltstroom kunnen de stromen door een smeltveiligheid moeilijk worden geblust, waardoor zich een sterke warmteontwikkeling voordoet. Het gevaar hierbij bestaat, dat zich in de smeltveiligheid te veel warmte ontwikkeld. Hierbij levert de kans op explosie van de smeltveiligheid een reëel gevaar op met betrekking tot zelfontbranding van de installatie, waarin die smeltveiligheid is opgenomen. Dit komt in de praktijk af en toe voor. Behalve de Full-range patronen zijn S-smeltveiligheden in het algemeen minder geschikt als overbelastingsbeveiliging en beter geschikt als kortsluitbeveiliging

14 pmo 1.5 Selectiviteit Wanneer zich in een installatie een storing voordoet, moet een zo klein mogelijk deel van de installatie afgeschakeld worden. Deze eis impliceert, dat beveiligingstoestellen welke in eenzelfde installatiedeel in serie staan, zó moeten zijn gekozen, dat er tussen die beveiligingstoestellen een goede onderlinge selectiviteit bestaat. et andere woorden: alleen het beveiligingstoestel dat zich het dichtst bij de foutplaats bevindt zal de afschakeling moeten verzorgen DE BEGRIPPEN STROOSELECTIEF EN TIJDSELECTIEF Een installatie kan stroomselectief zijn of tijdselectief. De selectiviteit zoals die in huisinstallaties voorkomt, is algemeen bekend. De hoofdsmeltveiligheid of automaat is selectief ten opzichte van de smeltveiligheden of automaten in de eindgroepen. Dit is een voorbeeld van stroomselectiviteit. Om het begrip tijdselectiviteit te verduidelijken stellen we, dat tussen een voedingspunt en een belasting een aantal beveiligingstoestellen zijn opgenomen. Treedt er bij de belasting aan het einde van een richting een overstroom op, dan zal de achterste VS 3 het eerst uitschakelen. Het voorliggende netdeel blijft onder spanning. De vermogenschakelaar met de kortste uitschakeltijd schakelt het eerst af. Er is dan sprake van tijdselectiviteit. Het verschil tussen de uitschakeltijd van twee opeenvolgende beveiligingstoestellen noemt men tijdstaffeling. In dit voorbeeld bedraagt de tijdstaffeling 0,4 s. Bij een te lage waarde is de tijdselectiviteit niet gewaarborgd.

15 pmo SELECTIVITEIT BIJ S-SELTVEILIGHEDEN Bij de beoordeling van de selectiviteit van S-patronen moet men de beveiligingstoestellen hoger en lager in het net beschouwen en de inrush-stroom van de te beveiligen transformator. In figuur 26 is een 10 kv-net getekend met daarin een aftakking naar een transformator. De transformator is primair en secundair met smeltpatronen beveiligd. Het laagspanningsnet is eveneens met smeltpatronen beveiligd. De S-ringkabel is beveiligd met vermogenschakelaars, voorzien van onafhankelijk maximaal I-t relais. Uiteraard dient de beveiligingen stroomopwaarts selectief te zijn. In figuur 26 is een netsituatie weergegeven, met daarin de instelling van de S-beveiligingen en de waarden van de zekeringen. Dit is uitgevoerd met het submenu Extra Beveiligingen van Vision. V A-rail Voorbeeld 300 A 360 A 1,2 sec: 360/1, m 3*240 AL GPLK 8/10 Voorbeeld 300 A 360 A 1,2 sec: 360/1, m 3*240 AL GPLK 8/10 VDS Voorbeeld 300 A 300 A 0,9 sec: 300/0, m 3* 95 AL GPLK 8/10 RU Bus.man(10kV) 63 Jean A uller 1000 A gl/gg 118/1000; 1550/0,01968/1000; 26269/0, /420 5j trap: 3 HV Jean uller 315 A gl/gg 635/1000; 7319/0,01 OV 1000 Uitschakelkarakteristieken stroombeveiligingen t (s) 1 0,1 0, I (A) bij 0,4 kv Figuur 26 Selectiviteit beveligingen S-LS-net

16 pmo 1.6 Onderhoud en beproeving van beveiligingstoestellen Door een periodieke controle van de beveiligingstoestellen en hulpapparatuur kan de betrouwbaarheid daarvan aanzienlijk worden verhoogd. De interval waarmee dit moet gebeuren, is sterk afhankelijk van de belangrijkheid van de beveiligingsfunctie, c.q. de plaats in het net. Controle van de beveiligingtoestellen is zo belangrijk, omdat deze in een niet-gestoorde situatie in rust is. Dit houdt in dat problemen met beveiligingstoestellen zich veelal manifesteren op het moment dat de beveiliging moet werken. Dit kan fatale gevolgen hebben. Door periodieke controle blijven met name de mechanische delen gangbaar. Controle van de werking van de verschillende beveiligingsfuncties kan worden gedaan met ijk-apparatuur, waarmee aan relais spanningen en stromen worden toegevoerd. et deze ijk-apparatuur kan nauwkeurig worden vastgesteld of de beveiligingsapparatuur bij de ingestelde grenswaarde aanspreekt en binnen welke tijd de uitschakeling optreedt. Controle kan plaatsvinden middels primaire, of secundaire ijking. Primaire ijking, ook wel primaire beproeving genoemd, vraagt vaak zeer hoge stromen. Deze wijze van beproeving wordt vaak nuttig geacht, omdat men hiermee het gehele circuit integraal test. et ijk-apparatuur voor secundaire ijking worden ook wel primaire ijkingen uitgevoerd, wanneer de stromen beperkt blijven tot enkele honderden ampere. IJken en beproeven wordt in het kader van deze cursus verder niet behandeld CONTROLEREN VAN SELTVEILIGHEDEN Behalve door thermische oorzaken kan een smeltpatroon ook om andere redenen niet goed functioneren. Voorbeelden zijn een mechanische beschadiging van de smeltbanden door trillen- wat overigens veel minder geldt voor smeltbanden, opgedampt op een kwartsglazen buis - of veroudering van het smeltpuntverlagend middel. Beide defecten kunnen door een weerstandsmeting met een laagohmige meetbrug, bijvoorbeeld de Brug van Thomson, worden vastgesteld. Deze metingen moeten worden uitgevoerd overeenkomstig de door de producent opgegeven condities, zodat een betrouwbare vergelijking kan worden gemaakt met de gegeven specificaties. Blijkt één of meer smeltpatronen in een veilighedenveld niet meer te voldoen aan de betreffende norm, dan moeten alle smeltpatronen in dat veld worden vervangen. Dit geldt ook voor die gevallen, waarbij eén der patronen is door gesmolten ten gevolge van een stroomdoorgang. Ook dan moeten alle patronen in een veld worden vervangen.

17 pmo 1.7 Het uitlezen van een storing Om op de juiste wijze een storing af te kunnen handelen, is het belangrijk dat men weet met welke indicatoren men daarbij te maken kunt krijgen. En natuurlijk moet men de aanwijzing van de indicatoren kunnen interpreteren. Twee soorten netcomponenten kunnen zo'n indicatie geven: - Kortsluitstroomindicatoren. Deze worden op 10 kv-lastscheiders (1 per SR) aangebracht. Er zijn twee typen worden onderscheiden: zelfherstellende en niet-zelfherstellende. - Beveiligingsrelais. Een nieuwe ontwikkeling is de remote control, waarbij men via sensoren (SAS-sensor) op de S-installatie en telecommunicatie op een centraal punt in het net direct een overzicht heeft van de netsituatie NIET-ZELFHERSTELLENDE AGNEFIX STORINGSVERKLIKKER Deze storingsverklikkers, ingebouwd in de schakelkap, bestaan uit een permanente magneet met een draaibaar vaantje. Zowel in de paraatstand (witte aanwijzing) als in de aangesproken stand (rode aanwijzing) wordt het vaantje door de magneet vastgehouden. Wanneer een kortsluitstroom door de kap vloeit, veroorzaakt het opgewekte magnetische veld een draaiing van het vaantje. Dit vaantje is met zijn kleuren duidelijk zichtbaar door gaatjes in de schakelkap. Na uitlezing van de storing wordt de verklikker hersteld door een geschikte magneet langs de schakelkap te halen. Het magnetisch veld wordt beinvloed en het vaantje keert terug in de paraatstand. Opmerking Het kan zijn dat het langs de schakelkap halen van de magneet geen resultaat geeft. U dient dan de de magneet om te draaien (polariteitsomkering) en de handeling te herhalen.

18 pmo 2 BEVEILIGINGEN ET VISION Basis voor alle beveiligingsberekeningen: Storing sequentieel Actief netwerkmodel Stromen èn spanningen Belangrijkste schakelende componenten: Smeltveiligheid Vermogenschakelaar met beveiliging Twee stroombeveiligingen met richting en hoek Aardfoutbeveiliging met richting en hoek Spanningsbeveiliging Distantiebeveiliging (cirkel, mho, polygoon) Differentiaalbeveiliging

19 pmo

20 pmo 2.1 Typen relais Al enige tijd is de maximaal stroom-tijdbeveiliging in Vision aanwezig. Deze was geïntegreerd met de vermogenschakelaar in de zogenaamde Automatische Schakelaar. De gewone vermogenschakelaar was niet met een beveiliging uitgerust. In de nieuwe versie is de automatische schakelaar vervallen. Indien nu een vermogenschakelaar wordt ingevoerd, kunnen daar naar believen diverse beveiligingen aan worden toegevoegd. In de nieuwe versie zijn nu ook andere beveiligingen gemodelleerd, zoals de aardfoutbeveiliging, de spanningsbeveiliging en de distantiebeveiliging. Van de distantiebeveiliging is tot nu toe alleen nog het meest voorkomende impedantierelais gemodelleerd. In een volgende versie wordt het wat oudere ho-relais gemodelleerd en het moderne Polygoonrelais. De meeneemschakeling wordt ook in een volgende versie gemodelleerd. De kortsluitrichting is gemodelleerd voor de maximaal stroom/tijdbeveiliging en het distantierelais AXIAAL STROO/TIJD

21 pmo Het maximaal stroom/tijd relais kan gedefinieerd worden met vier verschillende karakteristieken. Curve aximaal 16 instelpunten voor stroom en tijd Vaste tijd aximaal 3 instelpunten voor I>, I>>, I>>> en t>, t>>, t>>>. Inverse Normal inverse, very inverse, extremely inverse, long time inverse Speciaal Volgens formule, zoals aangegeven

22 pmo

23 2.1.2 KORTSLUITRICHTING pmo

24 pmo De richtingsgevoeligheid wordt ingesteld bij de algemene parameters van de vermogenschakelaar. Aldaar kan worden ingesteld of de richtingsgevoeligheid voorwaarts, achterwaarts of niet is. Indien de beveiliging richtingsgevoelig is, kan de hellingshoek ArgDir van de richtingslijn worden gespecificeerd. Deze is gelijk aan RCA-90 en is default gelijk aan -45 graden. I a V a V bc 90 -RCA RCA V bc ArgDir V c V b Bij een relais is de 90 Quadrature Connection de standaard aansluitmethode. Deze aansluitmethode garandeert de maximale gevoeligheid van het relais. In bovenstaand diagram is dit geïllustreerd doordat voor beveiliging van fase a de fasestroom I a en de gekoppelde spanning V bc worden gebruikt. De gekoppelde spanning V bc wordt over een hoek, gelijk aan de karakteristieke hoek RCA (Relay Characteristic Angle) gedraaid, resulterend in de spanning V bc. In bovenstaand voorbeeld is de RCA gelijk aan 45, waardoor de grootste gevoeligheid bereikt wordt indien de stroom 45 achter loopt op de spanning. Deze aansluitwijze geeft een correct richtingsgevoelig gedrag indien de stroom maximaal 45 voorijlt op de spanning of maximaal 135 achterijlt. Aan de hand van de fasespanning U met een hoek phi(u) en fasestroom I met een hoek phi(i) geldt voor de impedantie in de meetrichting: U j( ϕ ϕ U u i ) jϕ Z = e = e I I Dat houdt in dat het relais, indien voorwaarts gericht, afschakelt als de hoek van de impedantie (-phi) zich bevindt tussen ArgDir graden en 180+ArgDir graden. Dat houdt in dat de complexe impedantie Z zich in het R-X vlak rechtsboven een schuine lijn met hellingshoek van ArgDir graden, lopend van het tweede naar het vierde kwadrant, moet bevinden. Dat is geheel overeenkomstig de kortsluitrichting zoals bij het (impedantie)distantierelais.

25 pmo De kortsluitrichting is gemodelleerd voor de maximaal stroom/tijd beveiliging en voor het distantierelais. De werking van de aardfoutbeveiliging is niet van de richting afhankelijk en de werking van de spanningsbeveiliging is niet van een verbinding afhankelijk. Aangezien de invoer bij Vision zodanig is opgezet dat deze niet altijd hoeft overeen te komen met de energierichting in de normale bedrijfstoestand, kunnen we bij de invoerschermen minder gemakkelijk kiezen uit voorwaarts en achterwaarts. Zo is in vermaasde netten en netten met decentrale opwekking de voorwaartse energierichting moeilijk te definiëren. Voorwaarts komt voor een beveiliging dan ook meestal overeen met de richting van de kabel in kijkend. Een beveiligde schakelaar is met bijbehorend knooppunt en verbinding altijd afgebeeld als op bovenstaande afbeelding. Dit geldt dus zowel voor een voedend als voor een ontvangend knooppunt aan het andere eind van de verbinding. Voor de beveiliging is de voorwaartse richting gedefinieerd met het groter dan teken: de kabel in. Achterwaarts en ongericht zijn op overeenkomstige wijze gedefinieerd.

26 pmo AARDFOUT De aardfoutbeveiliging reageert als de som van de drie fasenstromen (I a +I b +I c ) naar of van een verbinding ongelijk aan nul is. Deze beveiliging is niet richtingsafhankelijk. Voor de instelling van de beveiligingskarakteristiek is dit relais gelijk aan het maximaal stroom/tijdrelais OVER-/ONDERSPANNING Het relais reageert indien de spanning op het bijbehorende knooppunt een bepaalde waarde over- of onderschrijdt. Voor het aanspreken van dit relais speelt de stroom door de aangesloten kabelverbinding geen enkele rol. In geval van een trip wordt de aangesloten kabelrichting afgeschakeld. Dit relais is gemodelleerd met een vaste tijd karakteristiek.

27 pmo DISTANTIE: IPEDANTIERELAIS Het distantierelais is gemodelleerd als een impedantierelais. Dat wil zeggen dat de gemeten impedantie bepalend is voor het aanspreken en afschakelen. De richtingsgevoeligheid is zodanig gemodelleerd dat het relais in de meeste gevallen alleen kan aanspreken indien de gemeten impedantie zich in het gearceerde gebied bevindt. In de normale bedrijfssituatie is de stroom kleiner dan de aanspreekwaarde en kan de gemeten impedantie zich in principe overal in het R/X-vlak bevinden. Op het moment dat de stroom groter wordt dan de aanspreekwaarde (I>) wordt uit de spanning en stroom de impedantie bepaald. Indien de impedantie zich in het gearceerde gebied en binnen een van de cirkels Z1, Z2 of Z3 bevindt, zal een afschakeling plaatsvinden na de bijbehorende ingestelde tijden. De cirkels Z1, Z2 en Z3 worden de zones van het relais genoemd. Indien de impedantie zich buiten de grootste zone bevindt, vindt afschakeling plaats door de gerichte eindtrap, met tijdinstelling t4 seconden. Er is met de ongerichte eindtrap een opvangmogelijkheid gemodelleerd voor het geval dat er niet selectief wordt afgeschakeld. In dat geval wordt na t5 seconden afgeschakeld indien de impedantie zich in het niet gearceerde gebied bevindt. De relais kunnen ingesteld worden aan de hand van de werkelijke spanningen en stromen. De instelling van de impedanties vindt dus ook in netwerkgrootheden plaats.

28 pmo DISTANTIERELAIS: DIAGRAEN Naast de invoergegevens van het distantierelais is de uitschakelkarakteristiek afgebeeld. Deze karakteristiek geeft de afschakeltijd aan als functie van de gemeten impedantie. Bij het invullen van de relaisgegevens wordt deze karakteristiek automatisch aangepast. De impedantiekarakteristiek is voor het impedantierelais altijd een of meer (voor meer zones) concentrische cirkels. De markering op de cirkel geeft de complexe waarde van de ingestelde impedantie weer.

29 pmo DISTANTIERELAIS: AARDFOUTEN In het geval van een driefasensluiting is de impedantie van het relais tot aan de foutplaats eenvoudig te bepalen uit het quotiënt van de fasespanning en de fasestroom. In het geval van een éénfasekortsluiting loopt de retourstroom echter via het nul- en aardcircuit, zodat de totale impedantie niet meer rechtstreeks is vast te stellen. De gemeten fasestroom wordt daartoe gecorrigeerd met het product van de homopolaire stroom en de k-factor. De k-factor is een ervaringsgetal, dat sterk afhangt van het te beveiligen net. Deze factor kan uitgedrukt worden in de retourimpedantie Z e en de faseimpedantie Z a of in de homopolaire en de normale impedantie. De waarde van Ze is alleen aan de hand van een meting vast te stellen. Indien geen meetgegevens voorhanden zijn, kan de tweede formule voor k worden gebruikt. De waarde van de homopolaire impedantie kan vaak redelijk geschat worden. Het beste blijft echter een meting. Een algemene formule voor de homopolaire impedantie bestaat niet, vanwege de invloed van de omgeving en de directe en indirecte koppelingen naar de aarde. Een gebruikelijke initiële waarde voor de k-factor is 3.

30 pmo HO-RELAIS Het ho-relais is wat ouder en wordt tegenwoordig minder vaak toegepast. et name in bestaande netten is dit relais nog talrijk aanwezig. De werking is vergelijkbaar met die van het impedantierelais, maar de zones zijn op een andere wijze gemodelleerd. De zones zijn beschreven met cirkels, waarvan de middellijn door de oorsprong en door een punt op het R/X-vlak loopt. Dat punt tegenover de oorsprong is de impedantie-waarde voor de begrenzing van de zone. Voor de eerste zone komt deze waarde doorgaans overeen met ongeveer 90 procent van de impedantie van de eerste kabel in de voorwaartse richting. Deze waarde is in het complexe vlak beschreven met R en X of met de grootte van de impedantie en een argument. Op deze manier is het bewerkstelligd dat de afschakeling altijd in de voorwaartse richting plaatsvindt indien in het geval van een storing de impedantie zich binnen een van de cirkels gaat bevinden.

31 pmo POLYGOON-RELAIS Een modern relais is tegenwoordig een polygoonrelais. Door de toepassing van elektronica in de moderne beveiligingssystemen wordt afgestapt van de traditionele manier van werken met cirkeldiagrammen, die konden worden geconstrueerd door optel- en fasebewerkingen van de oorspronkelijke meetsignalen. De moderne beveiligingssystemen bewerken de gemeten signalen digitaal, waardoor de zones een hoekig verloop krijgen in het R/X-vlak. Hierdoor ontstaan nieuwe mogelijkheden in de beveiligingen DIFFERENTIAALBEVEILIGING De differentiaalbeveiliging beveiligt een component (knooppunt of tak) of een netdeel, waarvoor bekend is dat alle stroom die erin vloeit er ook aan een andere kant uit moet vloeien.

32 pmo eestal zijn transformatoren voorzien van een langsdifferentiaal-beveiliging. aar ook belangrijke verbindingen kunnen op deze manier beveiligd worden voor het geval van een stroomlekkage. Als het te beveiligen object een rail is, spreken we van een raildifferentiaal-beveiliging. Ook voor een rail geldt dat de som van de stromen van alle aangesloten velden normaliter gelijk aan nul is. Behalve in geval van een railsluiting, want dan lekt er een hoeveelheid stroom buiten de velden om weg EENEESCHAKELING De meeneemschakeling is bedoeld om nog sneller en selectiever een kortsluiting in een vermaasd net af te schakelen. Indien een relais een kortsluiting detecteert en daardoor snel afschakelt, zal in een vermaasd net de kortsluiting nog steeds vanaf een andere kant gevoed kunnen worden. Voor het relais in die andere voedende richting gold een lagere stroomsterkte, waardoor pas op een later tijdstip afgeschakeld zou worden. ogelijk zelfs zou niet selectief afgeschakeld kunnen worden door een andere beveiliging. Bij de meeneemschakeling ontvangt een andere beveiliging, bijvoorbeeld het relais aan de andere zijde van de gestoorde verbinding, een signaal, waardoor deze onverwijld afschakelt. 2.2 Berekeningen

33 pmo OVERZICHT V A B C D G

34 2.2.2 SIULATIE pmo

35 pmo SIULATIE - RESULTATEN SELECTIVITEIT

36 pmo A B C V G D SELECTIVITEIT - RESULTATEN

37 E F F 19 F 09 F 05 F 21 SOOR SPOEL 19 SOOR SPOEL 9 SOOR SPOEL 5 SOOR SPOEL 21 TR 3 TR D05 D11 D HS D V D14 D07 D D D D07 D04 D09 D D02 D D D D03 D08 D04 D D04 D03 D08 D05 D D17 D07 D D D10 D D05 D D03 D04 D D01 D D06 D07 TOLWEG pmo 3 VOORBEELD SELECTIVITEIT IN EEN DISTRIBUTIENET groen blauw Als voorbeeld voor de werking van de selectiviteitsberekening tonen we een deel van een fictief 10 kv-distributienet. Alle richtingen zijn beveiligd bij het onderstation. De groene richting in het midden splitst zich rechts in het schema, waarbij in de aftakking naar de blauwe richting onderaan in het schema een beveiliging is opgenomen. In de blauwe richting onderaan het schema is binnen het gestippelde vierkant een splitsing aanwezig en een koppelmogelijkheid met de groene richting. De volgende afbeelding geeft de situatie in detail weer B D D groen blauw A 21 6 De blauwe richting wordt gevoed vanaf de linkerzijde in het schema en loopt rechtdoor tot aan de netopening met de groene richting, die het schema aan de rechterzijde verlaat.

38 pmo Op de splitsing is een subeiland gemodelleerd, beveiligd met een smeltpatroon. Eveneens op de splitsing is een doodlopend stuk gemodelleerd, onderaan het schema, beveiligd met een vermogenschakelaar. De volgende sheets illustreert de selectiviteit in de normale situatie voor het eerste knooppunt van de doodlopende richting (A). Vervolgens wordt de blauwe richting bij de voeding geopend en wordt de netopening naar de groene richting gesloten. De dan volgende sheets presenteren de selectiviteit voor het eerste knooppunt in de doodlopende richting (A) en voor het eerste knooppunt in het subeiland (B). 10 Selectiviteit SOORSPOEL 21/0 21 2/0 1 T (s) Ik" (ka ) 2 In de normale bedrijfssituatie is het eerste knooppunt in de doodlopende richting selectief beveiligd. De eerste beveiliging die aanspreekt is die van de doodlopende richting zelf, op de splitsing (bij knooppunt 21 2). Pas als die beveiliging faalt zal de beveiliging in het onderstation aan het begin van de voedende richting afschakelen.

39 E F F 19 F 09 F 05 F 21 SOOR SPOEL 19 SOOR SPOEL 9 SOOR SPOEL 5 SOOR SPOEL 21 TR 3 TR D05 D11 D HS D V D14 D07 D D D D07 D04 D09 D D02 D D D D03 D08 D13 D04 D04 D03 D08 D05 D D17 D07 D D D10 D D05 D D03 D04 D D01 D D06 D07 TOLWEG pmo groen blauw openen sluiten Vervolgens wordt de vermogenschakelaar van de blauwe richting bij de voeding geopend en wordt de netopening naar de groene richting gesloten. Nu wordt de gehele blauwe richting gevoed vanuit de groene richting in het midden van het schema. 10 Selectiviteit SOORSPOEL 9/0 21 2/0 9 2/0 1 T (s) Ik" (ka ) 2

40 pmo Deze afbeelding presenteert de selectiviteit voor het eerste knooppunt in de doodlopende richting. Duidelijk te zien is dat dit knooppunt niet selectief beveiligd is. In de meeste gevallen zal namelijk tegelijk met de eigen beveiliging op de splitsing (bij knooppunt 21 2) ook de beveiliging op de splitsing van de voedende groene richting (bij knooppunt 9 2) aanspreken. Een oplossing kan gevonden worden door van de doodlopende richting de eigen beveiliging sneller te laten afschakelen. 10 Selectiviteit 21 2/0 SOORSPOEL 9/0 9 2/0 1 T (s) Ik" (ka ) 2 Nog steeds is de blauwe richting bij de voeding geopend en is de netopening naar de groene richting gesloten. Deze sheet toont de selectiviteit voor het eerste knooppunt in het subeiland. Duidelijk te zien is dat ook dit knooppunt niet selectief beveiligd is. Voor kleine kortsluitstromen zal namelijk niet de smeltpatroon (bij knooppunt 21 2) afschakelen, maar de beveiliging op de splitsing van de voedende groene richting (bij knooppunt 9 2). Een oplossing kan gevonden worden door voor het subeiland een snellere patroon te kiezen of door de aanspreekwaarde van de overige beveiligingen te vergroten.

41 pmo 4 VOORBEELD SELECTIVITEIT IN EEN INDUSTRIENET De beveiligingsmodule in Vision biedt de mogelijkheid de goede werking van de beveiligingen te analyseren. et name in vermaasde netten of in netten met veel motoren en generatoren kunnen de gebeurtenissen vrij complex zijn. Vooral door parallelle paden en terugvoeding van machines kunnen onverwachte stromen vloeien. De beveiligingsmodule bevat enkele specifieke functies, zoals de berekening van de selectiviteit aan de hand van kortsluitingen op geselecteerde punten. Deze presentatie gaat in op de grafische presentatiemogelijkheden die Vision biedt als ondersteuning bij het beveiligen van een netwerk. Aan de hand van een eenvoudig model van een industrienet worden de mogelijkheden toegelicht. Inhoud Een bestaand netwerk geschikt maken Toevoegen schakelaars Toevoegen beveiligingsgegevens Testen selectiviteit Analyse met behulp van simulatie Dit voorbeeld gaat uit van een bestaand model van een industrienetwerk, waarin nog geen schakelaars en beveiligingen zijn aangebracht. Deze worden toegevoegd, waarna de selectiviteit wordt beoordeeld. Tenslotte wordt met behulp van de simulatie in detail gekeken naar het gedrag tijdens de sequenties van het afschakelproces. Het demonetwerk is een klein industrienet. Het industrienetwerk bestaat uit een 150 kv koppelpunt, een eigen transformator, een 10 kv verdeelstation (ain Switchboard, SB) en drie lokale 3 kv netten (de fabrieken ): kv Inkooppunt - 10 kv ain Switchboard - 3 maal 3 kv Switchboards - meervoudige kabelverbindingen naar de fabrieken, de "Sites" - op elke site: motorbelasting en eventueel opwekking - ook aanwezig: lokale laagspanningsbelastingen (motoren en belastingen)

42 pmo Toevoegen schakelaars V 1 EC Energy Company HV 2 ain transformer SB A 3 kv Site A V transf 1 2 Dif ain Switchboard V Site C V transf 3 SB C 3 kv 3, 4 SB C 3 kv hulp SB C 3 kv hulp Site C hulp Site A Site C Site C hulp Site C voeding A 4 Site C voeding B Site C voeding C G Site C Local Gen 5 otor A1 otor A2 otor A3 Site A V/LV transf Site A LV Far site Site B V otor C1 otor C2 otor C3 5 6 Dif Site C V/LV transf Site C LV 6 Site A Local loadotor A LV 1 otor A LV 2 otor A LV 3 otor A LV 4 Site C Local load otor C LV 1 otor C LV 2 otor C LV 3Site C Cooling sys Het toevoegen van schakelaars wordt geïllustreerd voor het inkooppunt en het deelnet C. De schakelaars zijn genummerd 1 t/m 6. De plaats voor het toevoegen van een schakelaar wordt aangegeven door in Vision eerst de betreffende verbinding en knooppunt te selecteren. Toevoegen beveiligingsgegevens Een loadflow geeft inzicht in de bedrijfsstromen otorstartberekeningen inzicht in de te verwachten piekstromen Uitgangspunt voor dit net: maximaal één motor tegelijk opstarten Kortsluitstroomberekeningen Driefasenkortsluitstroom volgens IEC 909 Toegevoegde beveiligingen maximaal stroom/tijdbeveiligingen en differentiaalbeveiligingen Alvorens de beveiligingsgegevens toe te voegen moet er eerst inzicht zijn in de te verwachten stromen in het net. De loadflow met en zonder motorstart geeft inzicht in de situaties dat de beveiligingen niet horen aan te spreken. et name in industrienetten kunnen de aanloopstromen aanzienlijk zijn. Bij het instellen van de beveiligingen in dit theoretische model gaan we ervan uit dat maximaal één motor tegelijk wordt opgestart. De kortsluitstroomberekeningen worden volgens IEC 909 uitgevoerd. Er wordt in dit voorbeeld alleen naar de symmetrische driefasenkortsluitstroom gekeken.

43 pmo Voor de beveiligingen is keuze uit: aximaal stroom/tijd Aardfout Onder-/overspanning Distantie Differentiaal In dit voorbeeld worden alleen maximaal stroom/tijdbeveiligingen en differentiaalbeveiligingen gedemonstreerd. 4.1 Loadflow Uitgangspunt voor elke studie is de loadflow: V 22 A Energy Company kv HV 22 A ain transformer 321 A ain Switchboard V kv SB A 3 kv kv 739 A Site A V transf 222 A 103 A Site C V transf Dif 342 A SB C 3 kv kv 739 A SB C 3 kv hulp kv 342 A SB C 3 kv hulp kv 185 A185 A185 A185 A 114 A114 A114 A G Site C hulp kv 739 A Site A kv Site C kv Site C hulp kv 342 A 359 A 107 A 102 A otor A1 211 A otor A2 211 A otor A3 211 A Site A Local loadotor A LV A 155 A otor A LV A Site A V/LV transf 727 A otor A LV A otor A LV A Site A LV kv Far site Site B V otor C1 200 A Far site power generated: 0.5 W consumed: W otor C2 200 A Site C Local load 100 A otor C3 200 A otor C LV A otor C LV A Dif Site C V/LV transf 686 A Site C LV kv otor C LV 3Site C Cooling sys 147 A 147 A

44 pmo De situaties bij een motorstart op 3 kv niveau: otor A1 209 A 216 A 211 A SB A 3 kv kv kv kv Site C hulp kv kv kv otor A2 209 A 216 A 211 A 734 A 757 A 739 A 734 A 757 A 739 A 184 A184 A184 A184 A 189 A189 A189 A189 A 185 A185 A185 A185 A otor A3 209 A 216 A 211 A Site A Local loadotor A LV A 154 A 112 A 159 A 108 A 155 A 735 A 757 A 739 A otor A LV A 159 A 155 A Site A V transf 107 A 110 A 107 A Site A V/LV transf 723 A 747 A 727 A SB C 3 kv hulp kv kv kv otor A LV A 159 A 155 A Site A kv kv kv otor A LV A 159 A 155 A Site A LV kv kv kv 221 A 228 A 222 A 18 A 29 A 22 A 261 A 424 A 321 A V 18 A 29 A 22 A ain transformer Far site Site B V 43 A 219 A 103 A Energy Company kv kv kv Site C kv kv kv HV Site C V transf otor C1 0 A 965 A 200 A startend Site C hulp kv kv kv Far site power generated: 0.5 W consumed: W ain Switchboard V kv kv kv Dif otor C2 194 A 229 A 200 A Site C Local load 96 A 122 A 100 A 142 A 731 A 342 A 142 A 731 A 342 A 48 A 48 A 48 A 244 A244 A244 A 114 A114 A114 A 143 A 731 A 342 A otor C3 194 A 229 A 200 A otor C LV A 170 A 147 A SB C 3 kv kv kv kv SB C 3 kv hulp kv kv kv G 344 A 661 A 359 A otor C LV A 170 A 147 A 98 A 118 A 102 A Dif Site C V/LV transf 664 A 802 A 686 A Site C LV kv kv kv otor C LV 3Site C Cooling sys 142 A 142 A 170 A 170 A 147 A 147 A De situaties bij een motorstart op LS-niveau: otor A1 210 A 211 A 211 A SB A 3 kv kv kv kv Site C hulp kv kv kv otor A2 210 A 211 A 211 A 738 A 741 A 739 A 738 A 741 A 739 A 185 A185 A185 A185 A 185 A185 A185 A185 A 185 A185 A185 A185 A otor A3 210 A 211 A 211 A Site A Local loadotor A LV A 155 A 108 A 155 A 108 A 155 A 738 A 741 A 739 A otor A LV A 155 A 155 A Site A V transf 107 A 108 A 107 A Site A V/LV transf 727 A 730 A 727 A SB C 3 kv hulp kv kv kv otor A LV A 155 A 155 A Site A kv kv kv otor A LV A 155 A 155 A Site A LV kv kv kv 222 A 223 A 222 A 21 A 23 A 22 A 314 A 332 A 321 A V 21 A 23 A 22 A ain transformer Far site Site B V 96 A 114 A 103 A Energy Company kv kv kv Site C kv kv kv HV Site C V transf otor C1 199 A 203 A 200 A Site C hulp kv kv kv Far site power generated: 0.5 W consumed: W ain Switchboard V kv kv kv Dif otor C2 199 A 203 A 200 A Site C Local load 98 A 112 A 100 A 319 A 379 A 342 A 319 A 379 A 342 A 106 A106 A106 A 126 A126 A126 A 114 A114 A114 A 319 A 379 A 342 A otor C3 199 A 203 A 200 A otor C LV 1 0 A 800 A 147 A startend SB C 3 kv kv kv kv SB C 3 kv hulp kv kv kv G 357 A 391 A 359 A otor C LV A 159 A 147 A 79 A 183 A 102 A Dif Site C V/LV transf 532 A 1252 A 686 A Site C LV kv kv kv otor C LV 3Site C Cooling sys 145 A 145 A 159 A 159 A 147 A 147 A

Beveiligingen. 02-192 pmo. 11 december 2002

Beveiligingen. 02-192 pmo. 11 december 2002 Beveiligingen 02-192 pmo 11 december 2002 Phase to Phase BV Utrechtseweg 310 Postbus 100 6800 AC Arnhem T: 026 356 38 00 F: 026 356 36 36 www.phasetophase.nl 2 02-192 pmo Phase to Phase BV, Arnhem, Nederland.

Nadere informatie

Mogelijkheden met beveiligingen

Mogelijkheden met beveiligingen ogelijkheden met beveiligingen 0-0 pmo 0 januari 00 Phase to Phase BV Utrechtseweg 30 Postbus 00 800 AC Arnhem T: 0 3 3700 F: 0 3 3709 www.phasetophase.nl 0-0 pmo Phase to Phase BV, Arnhem, Nederland.

Nadere informatie

De netimpedantie nader bekeken

De netimpedantie nader bekeken De netimpedantie nader bekeken 04-124 pmo 22 november 2004 Phase to Phase BV trechtseweg 310 Postbus 100 6800 AC Arnhem T: 026 356 38 00 F: 026 356 36 36 www.phasetophase.nl 2 04-124 pmo Phase to Phase

Nadere informatie

Speciale transformatoren

Speciale transformatoren Speciale transformatoren 6-55 pmo 5 april 26 Phase to Phase BV Utrechtseweg 31 Postbus 1 68 AC Arnhem T: 26 352 37 F: 26 352 379 www.phasetophase.nl 2 6-55 pmo 1 INLEIDING Speciale transformatoren zijn

Nadere informatie

Aanbod van energiedragers Winning en invoer van energiedragers Verbruik van energiedragers Bunkers

Aanbod van energiedragers Winning en invoer van energiedragers Verbruik van energiedragers Bunkers Aanbod van energiedragers Het energieaanbod wordt bepaald door zowel de winning, invoer, uitvoer, bunkers als ook de voorraadmutatie van energiedragers. In het stroomschema wordt de voorraadmutatie verwaarloosd.

Nadere informatie

De werking van de nulpuntstransformator

De werking van de nulpuntstransformator De werking van de nulpuntstransformator 5-5 pmo 17 januari 25 Phase to Phase BV Utrechtseweg 31 Postbus 1 68 AC Arnhem T: 26 356 38 F: 26 356 36 36 www.phasetophase.nl 2 5-5 pmo Phase to Phase BV, Arnhem,

Nadere informatie

ZX ronde van 10 april 2011

ZX ronde van 10 april 2011 ZX ronde van 10 april 2011 Transformatoren Vandaag een verhaaltje over de transformator geen speciale transformator maar gewoon een doorsnee voedingstransformator met een gelamelleerde kern. De werking

Nadere informatie

Fase-aardsluiting in een zwevend MS-net in Gaia

Fase-aardsluiting in een zwevend MS-net in Gaia Fase-aardsluiting in een zwevend MS-net in Gaia 08-239 pmo 21 oktober 2008 Phase to Phase BV Utrechtseweg 310 Postbus 100 6800 AC Arnhem T: 026 352 3700 F: 026 352 3709 www.phasetophase.nl 2 08-239 pmo

Nadere informatie

De betekenis van de verhouding Ik"3/Ik"1 van de netvoeding

De betekenis van de verhouding Ik3/Ik1 van de netvoeding De betekenis van de verhouding Ik"3/Ik" van de netvoeding 0306 pmo/ejm 372003 Phase to Phase BV Utrechtseweg 30 Postbus 00 6800 AC Arnhem T: 026 356 38 00 F: 026 356 36 36 www.phasetophase.nl 2 0306 pmo/ejm

Nadere informatie

Mutuele koppelingen in Vision

Mutuele koppelingen in Vision Mutuele koppelingen in Vision 7-178 pmo 14 december 27 Phase to Phase BV Utrechtseweg 31 Postbus 1 68 AC Arnhem T: 26 352 37 F: 26 352 379 www.phasetophase.nl 2 7-178 pmo Phase to Phase BV, Arnhem, Nederland.

Nadere informatie

Verhaaltje ZX-Ronde 21 september 2008. Zekeringen ( stroom / tijd beveiligen )

Verhaaltje ZX-Ronde 21 september 2008. Zekeringen ( stroom / tijd beveiligen ) Verhaaltje ZX-Ronde 21 september 2008 Zekeringen ( stroom / tijd beveiligen ) Zekeringen is een artikel uit de Electron van september 2008. Het is een artikel wat geschreven is door Hans PA0JBB. Het is

Nadere informatie

2. Beveiliging tegen onrechtstreekse aanraking

2. Beveiliging tegen onrechtstreekse aanraking Beveiligingen in LS-installaties Een elektrische installatie die geen fouten vertoont, zal even goed functioneren zonder beveiligingen. Dit zou de installatie bovendien een stuk goedkoper maken. Enkel

Nadere informatie

Gaia LV network design. Negengeleiderloadflow

Gaia LV network design. Negengeleiderloadflow Gaia LV network design Negengeleiderloadflow 06-161 pmo 7 november 2006 Phase to Phase BV Utrechtseweg 310 Postbus 100 6800 AC Arnhem T: 026 352 3700 F: 026 352 3709 www.phasetophase.nl 2 06-161 pmo Phase

Nadere informatie

Eilandbedrijf. P.M. van Oirsouw 13 december 2005

Eilandbedrijf. P.M. van Oirsouw 13 december 2005 Eilandbedrijf P.. van Oirsouw 13 december 2005 Er bestaat behoefte aan een methode voor loadflowberekeningen voor netten in eilandbedrijf, zoals op schepen en boorplatforms en zoals dat kan voorkomen bij

Nadere informatie

De 3e harmonische. 08-262 pmo. 11 december 2008

De 3e harmonische. 08-262 pmo. 11 december 2008 De 3e harmonische 8- pmo 11 december 8 Phase to Phase BV Utrechtseweg 31 Postbus 1 8 AC Arnhem T: 35 37 F: 35 379 www.phasetophase.nl 8- pmo Phase to Phase BV, Arnhem, Nederland. Alle rechten voorbehouden.

Nadere informatie

informeert TAD: Technologische AdviesDienst

informeert TAD: Technologische AdviesDienst informeert TAD: Technologische AdviesDienst Beveiligingen in UPS-installaties Een perfect elektriciteitsnet zou een sinusoïdale spanning leveren die bovendien permanent aanwezig zou moeten zijn. In werkelijkheid

Nadere informatie

DE VEILIGHEID VAN EEN INSTALLATIE BIJ VERVORMDE STROMEN

DE VEILIGHEID VAN EEN INSTALLATIE BIJ VERVORMDE STROMEN DE VEILIGHEID VAN EEN INSTALLATIE BIJ VERVORMDE STROMEN FOCUS Om een elektrisch net veilig uit te baten, is het van belang dat de installatie goed beveiligd is. Elektriciteit kan de oorzaak zijn van brand

Nadere informatie

BEVEILIGING VAN HET STUURSTROOMCIRCUIT

BEVEILIGING VAN HET STUURSTROOMCIRCUIT BEVEILIGING VAN HET STUURSTROOMCIRCUIT Beveiliging van de stuurstroomtransformator: EN60204-1 stelt: Transformatoren moeten beveiligd zijn tegen overbelasting in overeenstemming met de het datasheet van

Nadere informatie

Kortsluitvastheid HS VP. Quercus Technical Services B.V.

Kortsluitvastheid HS VP. Quercus Technical Services B.V. Kortsluitvastheid HS \!P Inhoudsapgave Inleiding Kortsluitvastheid 2.1 Kortsluitstrornen uit het openbare net ( netbijdrage') 2.1.1 Wisselstroomcornponent 2.1.2 Gelijkstroomcomponent 2.1.3 Stootkortsluitstroom

Nadere informatie

Cursus/Handleiding/Naslagwerk. Driefase wisselspanning

Cursus/Handleiding/Naslagwerk. Driefase wisselspanning Cursus/Handleiding/Naslagwerk Driefase wisselspanning INHOUDSTAFEL Inhoudstafel Inleiding 3 Doelstellingen 4 Driefasespanning 5. Opwekken van een driefasespanning 5.. Aanduiding van de fasen 6.. Driefasestroom

Nadere informatie

Sicuro generatoraansluitkasten 1 Productinformatie Sicuro generatoraansluitkasten. Sicuro. generatoraansluitkasten

Sicuro generatoraansluitkasten 1 Productinformatie Sicuro generatoraansluitkasten. Sicuro. generatoraansluitkasten Sicuro generatoraansluitkasten 1 Productinformatie Sicuro generatoraansluitkasten Sicuro generatoraansluitkasten alfen 2 Sicuro generatoraansluitkasten Traditionele aansluitingen van generatoren bezitten

Nadere informatie

Gaia LV network design. Strand-Axelsson

Gaia LV network design. Strand-Axelsson Gaia LV network design Strand-Axelsson 06-163 pmo 10 november 2006 Phase to Phase BV Utrechtseweg 310 Postbus 100 6800 AC Arnhem T: 026 352 3700 F: 026 352 3709 www.phasetophase.nl 2 06-163 pmo Phase to

Nadere informatie

Mode 3 laadpunten voor elektrische voertuigen: keuze van de differentieelschakelaar

Mode 3 laadpunten voor elektrische voertuigen: keuze van de differentieelschakelaar 1 Inleiding Mode 3 laadpunten voor elektrische voertuigen: keuze van de differentieelschakelaar Elk laadpunt voor een elektrisch voertuig (EV) moet o.a. beschermd worden tegen onrechtstreekse aanraking.

Nadere informatie

Berekening veiligheid in Gaia

Berekening veiligheid in Gaia Berekening veiligheid in Gaia 03-153 pmo 23 september 2003 Phase to Phase BV Utrechtseweg 310 Postbus 100 6800 AC Arnhem T: 026 356 38 00 F: 026 356 36 36 www.phasetophase.nl 2 03-153 pmo Inhoud 1 Inleiding...

Nadere informatie

Oefenvragen_Basistoets Stipel

Oefenvragen_Basistoets Stipel 1 In een kabelbed moet een hoogspanningskabel worden gelokaliseerd. De kabel is aan beide zijden afgeschakeld. Hoe kan de kabel worden gelokaliseerd? A Met een kabelseiectieapparaat B Met een capacitieve

Nadere informatie

(On)voldoende spanningskwaliteit kost geld!

(On)voldoende spanningskwaliteit kost geld! (On)voldoende spanningskwaliteit kost geld! De verantwoordelijkheid voor een voldoende kwaliteit van de spanning en de stroom is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van netbeheerders, fabrikanten en

Nadere informatie

PRO-TEC-4000. Instelbaar/Programmeerbaar kabelbeveiligingssystemen voor lange licht belaste bekabeling.

PRO-TEC-4000. Instelbaar/Programmeerbaar kabelbeveiligingssystemen voor lange licht belaste bekabeling. PRO-TEC-4000 Instelbaar/Programmeerbaar kabelbeveiligingssystemen voor lange licht belaste bekabeling. PRO-TEC-4000 Introductie oktober 2005, leverbaar vanaf mei 2006. 2/ Beveiliging voor : Beveiligen

Nadere informatie

Checklist ELEKTRISCHE INSTALLATIE in utiliteitsgebouwen

Checklist ELEKTRISCHE INSTALLATIE in utiliteitsgebouwen Project Projectnr. Opdrachtgever Werkadres Reden van inspectie Oplevering Wijziging Periodieke inspectie Netaansluiting 1-fase 3-fase Stroomstelsel TN-stelsel TT-stelsel IT-stelsel Inspectie uitgevoerd

Nadere informatie

Karakteristieken van automaten

Karakteristieken van automaten Karakteristieken van automaten Vermits de eigenschappen en karakteristieken van elektrisch materieel niet zichtbaar zijn, worden ze in de vorm van cijfers, letters, symbolen, aangebracht op het omhulsel.

Nadere informatie

Kortsluitstromen en. Kabelberekeningen

Kortsluitstromen en. Kabelberekeningen 1 Kortsluitstromen en kabelberekeningen Veel werk? Kennis in Praktijk... Kabelberekeningen Door : Joost de Koning Product manager vermogensschakelaars Lid NEC64 commissie (NEN1010) Lid NEC23E commissie

Nadere informatie

Harmonischen: een virus op het net? FOCUS

Harmonischen: een virus op het net? FOCUS Amplitude Harmonischen: een virus op het net? FOCUS In het kader van rationale energieverbruik (REG) wordt steeds gezocht om verbruikers energie efficiënter te maken. Hierdoor gaan verbruikers steeds meer

Nadere informatie

Stroomcompensatie bij transformatorregelingen

Stroomcompensatie bij transformatorregelingen Stroomcompensatie bij transformatorregelingen 01-154 pmo 5-6-2001 Phase to Phase B Utrechtseweg 310 Postbus 100 6800 AC Arnhem T: 026 356 38 00 F: 026 356 36 36 www.phasetophase.nl 2 01-154 pmo 1 INLEIDING

Nadere informatie

Storing indicatie van LED binnen/buiten en eerste oordeel

Storing indicatie van LED binnen/buiten en eerste oordeel indicatie van binnen/buiten en eerste oordeel Bestemd voor wand model 9K en 12K Indicatie binnendeel (, 0.5s AAN, No. 1 2 3 4 5 6 7 8 9 Hoge druk Invries Systeem geblokkeerd of koelmiddel lekkage Hoge

Nadere informatie

Gaia LV network design. Bedrijfsaarde

Gaia LV network design. Bedrijfsaarde Gaia L network design Bedrijfsaarde 06-164 pmo 10 november 2006 Phase to Phase B Utrechtseweg 310 Postbus 100 6800 AC Arnhem T: 026 352 3700 F: 026 352 3709 www.phasetophase.nl 2 06-164 pmo Phase to Phase

Nadere informatie

Netflicker pmo. 15 september 2005

Netflicker pmo. 15 september 2005 Netflicker 05-097 pmo 15 september 2005 Phase to Phase BV Utrechtseweg 10 Postbus 100 6800 AC Arnhem T: 026 52 7 00 F: 026 52 7 09 www.phasetophase.nl 2 05-097 pmo Phase to Phase BV, Arnhem, Nederland.

Nadere informatie

Harmonischen in Vision

Harmonischen in Vision Harmonischen in Vision 8-65 pmo 5 augustus 8 Phase to Phase BV Utrechtseweg 3 Postbus 68 AC Arnhem T: 6 35 37 F: 6 35 379 www.phasetophase.nl 8-65 pmo Phase to Phase BV, Arnhem, Nederland. Alle rechten

Nadere informatie

Stroomstelsels LS. Quercus Technical Services B.V.

Stroomstelsels LS. Quercus Technical Services B.V. Stroomstelsels ä S lnhoudsepgave Stroomstelsels Geaard sterpunt 2.1 Inleiding 2.2 TT-stelsel \IG\ TN-stelsel 3. 1 TN-S-Stelsel 3 2 TN-C-stelsel 3.3 TN C-Sstelsel Geïsoleerd sterpunt 4.1 Inleiding 4.2 IT

Nadere informatie

THERMISCHE BEVEILIGING

THERMISCHE BEVEILIGING THERMISCHE BEVEILIGING Geblokkeerde machine: Wanneer een machine geblokkeerd wordt en de motor daardoor stil komt te staan is het gewenst dat de motor zo snel mogelijk wordt uitgeschakeld. Niet alleen

Nadere informatie

Mogelijkheden met Profielen. P.M. van Oirsouw 13 december 2005

Mogelijkheden met Profielen. P.M. van Oirsouw 13 december 2005 Mogelijkheden met Profielen P.M. van Oirsouw 13 december 2005 1 Mogelijkheden met profielen Definitie profiel/patroon Koppeling aan belasting en opwekking Koppeling aan een netvoeding Belastingsgedrag

Nadere informatie

INHOUD INLEIDING 19. Metingen en thermografie - 13

INHOUD INLEIDING 19. Metingen en thermografie - 13 INLEIDING 19 1 NEN 1010 ALS ACHTERGROND 21 1.1 VOEDINGSBRONNEN 22 1.1.1 Aansluiting op net: diverse stroomstelsels 22 1.1.2 Voedingsbronnen voor veiligheidsdoeleinden 25 1.2 BESCHERMINGSMAATREGELEN 25

Nadere informatie

Dimensionering van de lijnbeveiliging van een transformator

Dimensionering van de lijnbeveiliging van een transformator Dimensionering van de lijnbeveiliging van een transformator Dimensionering van de lijnbeveiliging van een transformator Verband tussen inschakelstroom en lijnbeveiliging Bij het selecteren van de lijnbeveiliging

Nadere informatie

Kleine generatoren ZX ronde 24 april 2016

Kleine generatoren ZX ronde 24 april 2016 Kleine generatoren ZX ronde 24 april 2016 De tijd van velddagen en festiviteiten breekt weer aan. Voor het aansluiten van elektrische apparatuur wordt vaak een klein aggregaat gebruikt. Maar ook zijn er

Nadere informatie

Vlamboogdetectie ZX ronde 18 juni 2017

Vlamboogdetectie ZX ronde 18 juni 2017 Vlamboogdetectie ZX ronde 18 juni 2017 In de nieuwe NEN1010 staat de aanbeveling om in een elektrische installatie voorzieningen te treffen waarmee vlambogen gedetecteerd kunnen worden. Gebleken is namelijk

Nadere informatie

De huisinstallatie bestaat uit éénfasige kringen die gevoed worden door een driefasig net.

De huisinstallatie bestaat uit éénfasige kringen die gevoed worden door een driefasig net. 10 Veiligheid 10.1 De huisinstallatie De bedoeling van een elektrische huisinstallatie is de elektrische energie op doelmatige en vooral veilige wijze naar de plaats te brengen waar ze nodig is. De huisinstallatie

Nadere informatie

Tent. Elektriciteitsvoorziening I / ET 2105

Tent. Elektriciteitsvoorziening I / ET 2105 Tent. Elektriciteitsvoorziening I / ET 2105 Datum: 24 januari 2011 Tijd: Schrijf op elk blad uw naam en studienummer Begin elke nieuwe opgave op een nieuw blad De uitwerkingen van het tentamen worden na

Nadere informatie

Zelf een hoogspanningsgenerator (9 kv gelijkspanning) bouwen

Zelf een hoogspanningsgenerator (9 kv gelijkspanning) bouwen Zelf een hoogspanningsgenerator (9 kv gelijkspanning) bouwen Inhoud De schakeling Een blokspanning van 15 V opwekken De wisselspanning omhoog transformeren Analyse van de maximale stroom door de primaire

Nadere informatie

HS Smeltpatronen HS. Quercus Technical Services B.V.

HS Smeltpatronen HS. Quercus Technical Services B.V. HS Smeltpatronen HS Inhoudsepgave Inleiding Opbouw en eigenschappen 2.1 Het principe 2.2 Minimum uitschakelstroorn 2.3 Overspanningen 2.4 Stroom-tijd karakteristieken 2.5 Maximale doorlaatstroom 1 2.6

Nadere informatie

SI MODULAIRE AUTOMATEN 10 ka

SI MODULAIRE AUTOMATEN 10 ka W SI AUTOMATEN BMS0 10 ka BMS0 V DE 570... en andere zoals aangegeven op het toestel W SCHRACK-INFO Nominale spanning/frequentie: 230 V/400 V AC, 50 Hz 240 V/415 V AC, 50 Hz bij ijkingstemp. 40 C Nominale

Nadere informatie

Theorie Stroomtransformatoren. Tjepco Vrieswijk Hamermolen Ugchelen, 22 november 2011

Theorie Stroomtransformatoren. Tjepco Vrieswijk Hamermolen Ugchelen, 22 november 2011 Theorie Stroomtransformatoren Tjepco Vrieswijk Hamermolen Ugchelen, 22 november 2011 Theorie Stroomtransformatoren 22 november 2011 Onderwerpen: - Theorie stroomtransformatoren - Vervangingsschema CT -

Nadere informatie

ECR-Nederland B.V. De ECR-Nederland Softstarter ESG-D-27

ECR-Nederland B.V. De ECR-Nederland Softstarter ESG-D-27 ECR-Nederland B.V. De ECR-Nederland Softstarter ESG-D-27 Omschrijving: Compressoren met een draaistroom-asynchroonmotor hebben de karakteristieke eigenschappen dat ze bij het inschakelen het net hoog belasten

Nadere informatie

BEVEILIGING GROTERE ELEKTROMOTOREN

BEVEILIGING GROTERE ELEKTROMOTOREN W & K LEVEL CONTROL SYSTEMS - Elektrotechniek / meet- en regeltechniek L. van Wallenburg - Erkend Elektrotechnisch Installateur Wethouder Van Klinkenstraat 5 4306 CT NIEUWERKERK telefoon / fax : 0111-642039

Nadere informatie

ZX- ronde 28 december 2014

ZX- ronde 28 december 2014 ZX- ronde 28 december 2014 Hoogspanning. Veel radio amateurs hebben nog eindversterkers met buizen of willen die gaan kopen wel of niet tweede hands. Zonder enige vorm van kennis kan het gevaarlijk zijn

Nadere informatie

Pajottenlandse Radio Amateurs. De multimeter

Pajottenlandse Radio Amateurs. De multimeter Pajottenlandse Radio Amateurs De multimeter ON3BL 05/03/2013 Wat is een multimeter of universeelmeter? Elektronisch meetinstrument waar we de grootheden van de wet van ohm kunnen mee meten Spanning (Volt)

Nadere informatie

FACULTEIT DER ELEKTROTECHNIEK. Vakgroep Elektrische Energiesystemen

FACULTEIT DER ELEKTROTECHNIEK. Vakgroep Elektrische Energiesystemen EG/92/604 FACULTEIT DER ELEKTROTECHNIEK Vakgroep Elektrische Energiesystemen Quantitatieve beoordeling van een aantal beveiligingsconcepten voor een industrieel MS-net E. Castelijn EG/92/604 De Faculteit

Nadere informatie

Titel: Aanvullende werkinstructie railsystemen. Procesdeskundige: IV (KEB) Procesbeheerder: Procesbeheerder KEB AM Publicatiedatum:

Titel: Aanvullende werkinstructie railsystemen. Procesdeskundige: IV (KEB) Procesbeheerder: Procesbeheerder KEB AM Publicatiedatum: Omschrijving Titel: Aanvullende werkinstructie railsystemen Proceseigenaar: IV TM (KEB) Procesdeskundige: IV (KEB) Procesbeheerder: Procesbeheerder KEB AM Publicatiedatum: 03-05-2017 Reviewdatum: 03-05-2019

Nadere informatie

Elektriciteit en veiligheid op het podium voedingen, beveiliging, zekeringen en aardlekschakelaars

Elektriciteit en veiligheid op het podium voedingen, beveiliging, zekeringen en aardlekschakelaars Elektriciteit en veiligheid op het podium voedingen, beveiliging, zekeringen en aardlekschakelaars Energievoorziening Van de centrale naar de gebruiker legt de stroom een lange weg af. In de centrale draait

Nadere informatie

SPECIFIEKE TECHNISCHE VOORSCHRIFTEN WAARAAN DE NETTEN VAN DE DISTRIBUTIENETBEHEERDERS MOETEN VOLDOEN INZAKE BESCHERMING TEGEN OVERSTROOM

SPECIFIEKE TECHNISCHE VOORSCHRIFTEN WAARAAN DE NETTEN VAN DE DISTRIBUTIENETBEHEERDERS MOETEN VOLDOEN INZAKE BESCHERMING TEGEN OVERSTROOM C1/111 SPECIFIEKE TECHNISCHE VOORSCHRIFTEN WAARAAN DE NETTEN VAN DE DISTRIBUTIENETBEHEERDERS MOETEN VOLDOEN INZAKE BESCHERMING TEGEN OVERSTROOM ln DE BOVENGRONDSE LIJNEN EN ONDERGRONDSE ENERGIEKABELS Datum

Nadere informatie

Modellering windturbines met Vision

Modellering windturbines met Vision Modellering windturbines met Vision 06-078 pmo 11 mei 2006 Phase to Phase BV Utrechtseweg 310 Postbus 100 6800 AC Arnhem T: 026 352 3700 F: 026 352 3709 www.phasetophase.nl 2 06-078 pmo Phase to Phase

Nadere informatie

Werking isolatiewachters

Werking isolatiewachters Werking isolatiewachters augustus 2013 Inleiding Om de elektrische energie in een installatie te verdelen worden drie of vier actieve geleiders gebruikt. Deze geleiders voeren de stroom van de bron naar

Nadere informatie

L1 L2 L3 N L1 L2 L3 N PE PE. aarde L1 L2 L3 PEN. Figuur 3.6: Verdeelnetten

L1 L2 L3 N L1 L2 L3 N PE PE. aarde L1 L2 L3 PEN. Figuur 3.6: Verdeelnetten TT-net. Het sterpunt van de secundaire transformatorwikkeling in het net wordt met de verbonden. Bij elke verbruiker is er een aarding ( : protective earth), waarmee de metalen onderdelen van de toestellen

Nadere informatie

LABO. Elektriciteit. OPGAVE: Elektrische arbeid bij hoogspanning. Totaal :.../20. .../.../ Datum van afgifte:

LABO. Elektriciteit. OPGAVE: Elektrische arbeid bij hoogspanning. Totaal :.../20. .../.../ Datum van afgifte: LABO Elektriciteit OPGAVE: Elektrische arbeid bij hoogspanning Datum van opgave:.../.../ Datum van afgifte: Verslag nr. : 6 Leerling: Assistenten: Klas: 3.1 EIT.../.../ Evaluatie :.../10 Theorie :.../10

Nadere informatie

TECHNISCH BUREAU VERBRUGGHEN VADEMECUM ELEKTRICITEIT SCHAKELAARS. Artikel. A.R.E.I. 250.01 Algemeen

TECHNISCH BUREAU VERBRUGGHEN VADEMECUM ELEKTRICITEIT SCHAKELAARS. Artikel. A.R.E.I. 250.01 Algemeen SCHAKELAARS 250.01 Algemeen Schakelaars en andere bedieningstoestellen moeten conform de desbetreffende door de Koning zijn, of overeenkomen met bepalingen die een gelijkwaardig veiligheidsniveau bieden.

Nadere informatie

DR-ET1-X. Deelreglement Elektrische schema- en schakeltechniek ET-1

DR-ET1-X. Deelreglement Elektrische schema- en schakeltechniek ET-1 DR-ET1-X Deelreglement Elektrische schema- en schakeltechniek ET-1 Uitgave: januari 2012 DR-ET1-X 2 1 Algemeen Naam : Elsevier Opleidingen Adres : Zwijndrecht Aard : Deeltijd, mondeling onderwijs met praktijkbijeenkomsten

Nadere informatie

MBO Elektrotechniek. NEN 1010 Opdrachtenboek 2 - NEN 1010:2015. Meer ie NEN Opdrachtenboek 2 NEN 1010:2015. verder in technisch vakmanschap

MBO Elektrotechniek. NEN 1010 Opdrachtenboek 2 - NEN 1010:2015. Meer ie NEN Opdrachtenboek 2 NEN 1010:2015. verder in technisch vakmanschap NEN 1010 Opdrachtenboek 2 - NEN 1010:2015 Meer ie t informa 0 44 99 0 l 088-4 kenteq.n @ m a e t e servic nteq.nl www.ke MBO Elektrotechniek NEN 1010 Opdrachtenboek 2 NEN 1010:2015 verder in technisch

Nadere informatie

Inleiding elektronica Presentatie 1

Inleiding elektronica Presentatie 1 Inleiding elektronica Presentatie 1 2 Versie: 18 augustus 2014 Inleiding Elektronica Presentatie 1 16-9-2013 Praktische Elektronica, talk of the day! 2 1 Doel van deze module Herkennen van de algemene

Nadere informatie

Scheidingstransformatoren. ZX ronde 27 september 2015

Scheidingstransformatoren. ZX ronde 27 september 2015 Scheidingstransformatoren. ZX ronde 27 september 2015 Wanneer er een aardfout ontstaat in een geaard net (TN stelsel ) zal er ten gevolge van deze fout direct een hoge stroom via de aardfout naar aarde

Nadere informatie

Driewikkeltransformator Toepassing

Driewikkeltransformator Toepassing Driewikkeltransformator Toepassing 01-15 pmo 4-4-001 Phase to Phase BV Utrechtseweg 310 Postbus 100 6800 AC Arnhem T: 06 356 38 00 F: 06 356 36 36 www.phasetophase.nl 01-15 pmo 1 INLEIDING B de driewikkelingentransformator

Nadere informatie

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement. Bedieningshandleiding

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Lichtmanagement. Bedieningshandleiding Draaidimmer universeel met incrementaalgever Art.-Nr.: 254 UDIE 1 Neventoestel voor draaidimmer universeel met incrementaalgever Art.-Nr.: 254 NIE 1 Bedieningshandleiding 1 Veiligheidsinstructies De inbouw

Nadere informatie

Kortsluitberekeningen met Vision Mogelijkheden en achtergronden

Kortsluitberekeningen met Vision Mogelijkheden en achtergronden Kortsluitberekeningen met Vision Mogelijkheden en achtergronden 01-115 pmo 23-4-2001 Phase to Phase BV Utrechtseweg 310 Postbus 100 6800 AC Arnhem T: 026 356 38 00 F: 026 356 36 36 www.phasetophase.nl

Nadere informatie

NEN 1010 over Photo Voltaïc installaties

NEN 1010 over Photo Voltaïc installaties NEN 1010 over Photo Voltaïc installaties Paul Castenmiller NEN 1010 over PV installaties Ontwikkelingen PV installaties. Normen PV installaties. NPR 5310-blad 65 Eigenschappen en risico s Architectuur

Nadere informatie

PRO-TEC 4000. Instelbaar/programmeerbaar kabelbeveiligings- en managementsysteem voor lange, licht belaste bekabeling.

PRO-TEC 4000. Instelbaar/programmeerbaar kabelbeveiligings- en managementsysteem voor lange, licht belaste bekabeling. PRO-TEC 4000 Instelbaar/programmeerbaar kabelbeveiligings- en managementsysteem voor lange, licht belaste bekabeling. Inhoud - Inleiding; - Eigen netten; - Kabelbeveiligingssysteem; - Praktisch voorbeeld;

Nadere informatie

NEN Werken met de. Pluspakket NEN 1010:2015. MBO Elektrotechniek. Meer ie. verder in technisch vakmanschap

NEN Werken met de. Pluspakket NEN 1010:2015. MBO Elektrotechniek. Meer ie. verder in technisch vakmanschap Werken met de NEN 1010 Pluspakket - NEN 1010:2015 Meer ie t informa 0 44 99 0 l 088-4 kenteq.n @ m a e t e servic nteq.nl www.ke MBO Elektrotechniek Werken met de NEN 1010 Pluspakket NEN 1010:2015 verder

Nadere informatie

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Universeel-dimmer, Basiselement voor parallelaansluiting

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Universeel-dimmer, Basiselement voor parallelaansluiting Universeel-dimmer-basiselement met druk-/draaischakelaar Best.nr. : 1176 00 Basiselement voor parallelaansluiting voor universeel-dimmer-basiselement Best.nr. : 1177 00 Bedieningshandleiding 1 Veiligheidsinstructies

Nadere informatie

KLEINE STROOMTRANSFORMATOREN

KLEINE STROOMTRANSFORMATOREN KLEINE STROOMTRANSFORMATOREN W VOOR KABEL 1 mm Ø - SERIE TCSM1 Past bij andere modulaire toestellen zoals FI-schakelaars etc., 4 mm gleuf Eenvoudig te verbinden Voor grove weergave op het meetwerk Plaatsbesparend

Nadere informatie

Zekeringen. Introductie. Meten is weten. Wie kiest?

Zekeringen. Introductie. Meten is weten. Wie kiest? Zekeringen Introductie. Over de noodzaak tot beveiligen van een PDU (Power Distribution Unit / stekkerblok / energielijst/ contactdoos etc. ) doen veel theorieën de ronde. Een zekering is per definitie

Nadere informatie

09 april 2015 Joulz, Utrecht. Maintenance for Energy

09 april 2015 Joulz, Utrecht. Maintenance for Energy 09 april 2015 Joulz, Utrecht Maintenance for Energy Uitdagingen van de Netbeheerder Verantwoord investeren in onzekerheid. (Th.A.M. de Bruin) CAPEX realisatie programma Voorjaar 2015 Vanzelfsprekend, toch?

Nadere informatie

DEEL 6 Serieschakeling van componenten. 6.1 Doel van de oefening. 6.2 Benodigdheden

DEEL 6 Serieschakeling van componenten. 6.1 Doel van de oefening. 6.2 Benodigdheden Naam: Nr.: Groep: Klas: Datum: DEEL 6 In de vorige oefeningen heb je reeds een A-meter, die een kleine inwendige weerstand bezit, in serie leren schakelen met een gebruiker. Door de schakelstand te veranderen

Nadere informatie

SI MODULAIRE AUTOMATEN 6 ka

SI MODULAIRE AUTOMATEN 6 ka W SI AUTOMATEN BMS6 6 ka BMS V DE 570... en andere zoals aangegeven op het toestel W SCHRACK-INFO Nominale spanning/frequentie: 230 V/0 V AC, Hz Nominale DC spanning per pool: max. 48 V DC Omgevingstemperatuur:

Nadere informatie

DR-HST-X. Deelreglement Opleiding Hoogspanningstechniek (HST)

DR-HST-X. Deelreglement Opleiding Hoogspanningstechniek (HST) DR-HST-X Deelreglement Opleiding Hoogspanningstechniek (HST) Uitgave: november 2011 DR-HST-X 2 1 Algemeen Naam : Reed Business Opleidingen Adres : H.A. Lorentzstraat 1a, Zwijndrecht Aard : deeltijd, mondeling

Nadere informatie

Storing indicatie van LED binnen/buiten en eerste oordeel

Storing indicatie van LED binnen/buiten en eerste oordeel indicatie van binnen/buiten en eerste oordeel Bestemd voor wand model 18K en 24K (, 0.5s No. 1 2 3 4 5 6 7 8 Hoge druk Invries Hoge persgas Overstroom Communicatie Hoge weerstand Interne ventilator motor

Nadere informatie

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Universeel-seriedimmer-basiselement. Universeel-seriedimmer-basiselement. Best.nr.

1 Veiligheidsinstructies. 2 Constructie apparaat. Universeel-seriedimmer-basiselement. Universeel-seriedimmer-basiselement. Best.nr. Universeel-seriedimmer-basiselement Best.nr. : 2263 00 Bedieningshandleiding 1 Veiligheidsinstructies De inbouw en montage van elektrische apparaten mag alleen door een elektromonteur worden uitgevoerd.

Nadere informatie

Temperatuurseffecten op beveiligingscomponenten

Temperatuurseffecten op beveiligingscomponenten Temperatuurseffecten op beveiligingscomponenten Geleiders Wat is een geleider? Een weerstand Spanningsverlies Vermogen = warmte verlies Geleiders De geleider aangesloten op een voeding: >>> Warmte De geleider

Nadere informatie

Magnetische toepassingen in de motorvoertuigentechniek (2)

Magnetische toepassingen in de motorvoertuigentechniek (2) Magnetische toepassingen in de motorvoertuigentechniek () E. Gernaat, ISBN 97-9-97-3- 1 Inductiespanning 1.1 Introductie Eén van de belangrijkste ontdekkingen op het gebied van de elektriciteit was het

Nadere informatie

Het inspecteren van elektrische installaties in ATEX zones

Het inspecteren van elektrische installaties in ATEX zones Het inspecteren van elektrische installaties in ATEX zones EX 006 Testen van elektrische installaties in EX gebieden Ex 007 Visuele en nauwkeurige inspectie van elektrische installaties in EX gebieden

Nadere informatie

INLEIDING. Veel succes

INLEIDING. Veel succes INLEIDING In de eerste hoofdstukken van de cursus meettechnieken verklaren we de oorsprong van elektrische verschijnselen vanuit de bouw van de stof. Zo leer je o.a. wat elektrische stroom en spanning

Nadere informatie

1.3 Transformator Werking van een dynamo

1.3 Transformator Werking van een dynamo zekering. b. Je gaat twee weken met vakantie en laat al die lampen aanstaan. Hoeveel gaat die stommiteit je kosten? 1 kwh kost 0,12. 1.3 Transformator Magnetische flux (f) is een maat voor het aantal magnetische

Nadere informatie

GOEDGEKEURDE LUSGEVOEDE ALARMGEVERKAART MET ISOLATIE-EENHEDEN EN BEWAAKTE EVACUATIE-INGANG

GOEDGEKEURDE LUSGEVOEDE ALARMGEVERKAART MET ISOLATIE-EENHEDEN EN BEWAAKTE EVACUATIE-INGANG Om u vertrouwd te maken met de werking van het systeem, lees deze instructies zorgvuldig. Lusgevoede alarmgeverkaart (BF365SC) met bewaakte evacuatie-ingang en isolatie-eenheden (BF365IM). Productsamenvatting

Nadere informatie

Basiscursus NEN 1010. Veiligheidsbepalingen voor laagspanningsinstallaties NEN 1010:2015

Basiscursus NEN 1010. Veiligheidsbepalingen voor laagspanningsinstallaties NEN 1010:2015 Veiligheidsbepalingen voor laagspanningsinstallaties Basiscursus NEN 1010 NEN 1010:2015 maart 2016 Bestemd voor de cursussen: basiscursus NEN 1010, opfriscursus NEN 1010, inspecties aan elektrische installaties,

Nadere informatie

Trea Winter van Faassen

Trea Winter van Faassen Colofon Auteur: Mark Burger Eindredactie: Waldo Ruiter Trea Winter van Faassen Dit is een uitgave van Brink Technical Solutions BV 2008. Deze uitgave mag vrij worden gekopieerd binnen educatieve instellingen.

Nadere informatie

1 Veiligheidsinstructies

1 Veiligheidsinstructies Universeel-seriedimmer-basiselement Best.nr. : 2263 00 Bedieningshandleiding 1 Veiligheidsinstructies De inbouw en montage van elektrische apparaten mag alleen door een elektromonteur worden uitgevoerd.

Nadere informatie

Opgave 1. Voor de grootte van de magnetische veldsterkte in de spoel geldt: = l

Opgave 1. Voor de grootte van de magnetische veldsterkte in de spoel geldt: = l Opgave 1 Een kompasnaald staat horizontaal opgesteld en geeft de richting aan van de horizontale r component Bh van de magnetische veldsterkte van het aardmagnetische veld. Een spoel wordt r evenwijdig

Nadere informatie

Les 6 : Relais schakelingen

Les 6 : Relais schakelingen Les 6 : Relais schakelingen Voorstellingswijze industriële schema s Enkellijnige weergave Meerlijnige weergave Bedradingsschema Aansluitschema Enkele componenten uit het schema Klemmen Kabels Beveilgingen

Nadere informatie

Veiligheidsaarding HS. Quercus Technical Services B.V.

Veiligheidsaarding HS. Quercus Technical Services B.V. Veiligheidsaarding HË nhoudsspgav& 1. Inleiding 5 2. Aanraakspanning en stroomstelsels 6 2.1 IT Stelsel 6 2.2. TT-stelsel 9 2.3 TN-stelsel 10 3. Aard- en vereffeningsleidingen 12 4. Aardverspreidingsweerstand

Nadere informatie

GRAFIEKEN EN TABELLEN

GRAFIEKEN EN TABELLEN GRAFIEKEN EN TABELLEN modulaire componenten afmetingen Omschrijving A B C D E F G P P+N 2P 3P 4P Installatieautomaten DNX, DX, DX-H t/m 63 A 70 7,7 7,7 35,6 53,4 7,2 60 83 44 76 94 DX-D 5 ka, DX-MA 6,3

Nadere informatie

INSTALLATIEHANDLEIDING. PowerMan 230/40-1 230/80-1 230/40-2 230/80-2

INSTALLATIEHANDLEIDING. PowerMan 230/40-1 230/80-1 230/40-2 230/80-2 INSTALLATIEHANDLEIDING PowerMan 230/40-1 230/80-1 230/40-2 230/80-2 Victron Energy B.V. / De Paal 35 / 1351 JG ALMERE / The Netherlands Phone: (+31) (0)36 535 97 00 / Fax: (+31) (0)36 535 97 40 / www.victronenergy.com

Nadere informatie

DMX en 4000 elektronische beveiligingsunits

DMX en 4000 elektronische beveiligingsunits DMX 3 20 en 00 elektronische beveiligingsunits MP4 LI Ir, Ii, tr instelling aan de voorzijde t(s) Ir tr Ii I(A) Thermische instelling, beveiliging tegen overbelasting Ir instelbaar van 0,4 t/m 1 x In (

Nadere informatie

Leereenheid 8. Diagnostische toets: Driefasenet. Let op!

Leereenheid 8. Diagnostische toets: Driefasenet. Let op! Leereenheid 8 Diagnostische toets: Driefasenet Let op! Bij meerkeuzevragen: Duid met een kringetje rond de letter het juiste antwoord of de juiste antwoorden aan. Vragen gemerkt met: J O. Sommige van die

Nadere informatie

Highlights uit nieuwe HS norm:

Highlights uit nieuwe HS norm: Highlights uit nieuwe HS norm: NEN-EN-IEC 61936-1 en NEN-EN 50522 Nieuw NEN-EN-IEC bepalingen Veiligheidsbepalingen voor hoogspanningsinstallaties: NEN 1041 vervallen sinds: 1 oktober 2012 NEN 61936-1

Nadere informatie

Idee, ontwerp en realisatie : Marc Van den Schoor. PICAXE-18M2+Rotor speed controller V1 Manual.docx pagina 1 van 7

Idee, ontwerp en realisatie : Marc Van den Schoor. PICAXE-18M2+Rotor speed controller V1 Manual.docx pagina 1 van 7 1 Introduction... 2 2 Uitzicht... 2 3 Aansluitingen... 3 3.1 Voeding van de module... 4 3.2 LCD aansluiting... 4 3.3 Voeding remsysteem... 4 3.4 relais of generator GND remsysteem... 4 3.5 RPM sensor...

Nadere informatie