De gestructureerde aanpak van de medicatiebeoordeling
|
|
- Mathilda Wouters
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 De gestructureerde aanpak van de medicatiebeoordeling De hieronder beschreven gestructureerde aanpak van de medicatiebeoordeling komt uit de multidisciplinaire richtlijn Polyfarmacie bij ouderen (2012). De methode heet Systematic Tool to Reduce Inappropriate Prescribing (STRIP). Het is een samenvoeging van 'Gebruik Indicatie Veiligheid Effectiviteit' (GIVE), een hulpmiddel voor een structurele farmacotherapeutische analyse, en de 'Polyfarmacie Optimalisatie Methode' (POM), een praktisch stappenplan, ontworpen als hulpmiddel voor de Nederlandse huisarts. Voorbereiding 1. Selectie patiënten door apotheker en arts. 2. Verzamelen van gegevens: w Medicatieoverzicht van apotheek, inclusief allergieën, overgevoeligheden en reden van start/stop. w Medische voorgeschiedenis/episode of probleemlijst. w Gegevens van lichamelijk onderzoek (bloeddruk, pols, gewicht). w Meetwaarden van het laboratorium van de afgelopen 12 maanden (nierfunctie, leverfunctie, evt. HbA1c, cholesterol, serumconcentraties etc). Stap 1 Farmacotherapeutische Anamnese Doel: verzamelen van informatie over daadwerkelijk gebruik, ervaringen en beleving van de medicatie door de patiënt en het betrekken van de patiënt bij zijn farmacotherapie. De farmacotherapeutische anamnese wordt afgenomen met en in bijzijn van de patiënt. Als de patiënt zijn medicatie niet (volledig) in eigen beheer heeft, dan participeert idealiter ook degene die de patiënt hierbij helpt (de verzorgende of mantelzorger) in het gesprek. Het medicatieoverzicht en de medicijndoosjes van de patiënt vormen de basis voor de farmacotherapeutische anamnese. Gebruik bij voorkeur een gestructureerde vragenlijst. Bespreek in ieder geval: w Wat verwacht de patiënt van zijn of haar medicatie, wat vindt de patiënt van zijn of haar farmacotherapie? w Wat zijn de ervaringen van de patiënt met de huidige medicatie en de eerder gebruikte medicatie? w Heeft de patiënt klachten, is de farmacotherapeutische behandeling effectief? w Ervaart de patiënt bijwerkingen? w Wat gebruikt de patiënt daadwerkelijk aan medicatie? w Gebruikt de patiënt zelfzorg-of kruidengeneesmiddelen? w Hoe volgt de patiënt de gebruiksadviezen op? w Ervaart de patiënt praktische problemen met het gebruik van zijn medicatie?
2 w Wat zijn, indien van toepassing, de redenen van afwijken van het geadviseerd gebruik/geadviseerde dosering? w Vraag toestemming aan de patiënt of je diens medische gegevens bij de arts mag opvragen als dat voor de beoordeling nodig is. Stap 2 Farmacotherapeutische Analyse Doel: identificatie van (potentiële) farmacotherapie-gerelateerde problemen (FTP's). Deze analyse is de voorbereiding op stap 3, overleg tussen arts en apotheker. De geïdentificeerde problemen worden in stap 3 besproken, daar wordt in het overleg tussen arts en apotheker vastgesteld of de problemen klinisch relevant zijn en of er actie aangewezen is. De analyse begint met het ordenen van de gegevens uit de voorbereiding en de farmacotherapeutische anamnese. De actuele aandoeningen en problemen worden gekoppeld aan de voorgeschreven actuele medicatie en indien mogelijk aan meetwaarden. Bij deze aandoeningen en problemen worden behandeldoelen geformuleerd. Deze behandeldoelen kunnen symptomatisch, curatief of palliatief zijn en worden in stap 3 met de betrokken behandelaren en in stap 4 met de patiënt vastgesteld. Controleer met deze geordende informatie op mogelijke FTP's zoals: w Onderbehandeling w Geneesmiddel niet effectief w Overbehandeling w (Potentiële) bijwerking w Klinisch relevante contra-indicatie en interactie w Onjuiste dosering w Probleem bij gebruik Identificeer de problemen met behulp van onderstaande vragen en aandachtspunten, de tabel Start-criteria (zie tabel 1 in bijlage 4B) en de tabel Stop-criteria (zie tabel 2 in bijlage 4C): w Onderbehandeling: Worden alle aandoeningen of klachten behandeld? Worden alle aandoeningen of klachten op een doelmatige manier behandeld (volgens de geldende richtlijnen)? Controleer met behulp van tabel Start-criteria. w Niet effectieve farmacotherapie Hebben alle geneesmiddelen het beoogde effect (worden behandeldoelen behaald)? Zijn er aandoeningen of klachten die onvoldoende effectief behandeld zijn? Controleer of de voorgeschreven dosering effectief is (sterkte, frequentie, duur, lab) Gebruik voor de effectiviteitsbeoordeling de gegevens uit de algemene voorbereiding (metingen, lab) en de farmacotherapeutische anamnese. w Overbehandeling Zijn er geneesmiddelen waarvoor geen indicatie (meer) is?
3 w w w w (Potentiële) bijwerking Controleer of er sprake is van een (potentiële) bijwerking van een geneesmiddel. Controleer met behulp van tabel Stop-criteria. Controleer bij een potentiële bijwerking: B of dit een Bekende bijwerking is, A welke Alternatieve verklaringen er zijn voor de klacht(en), en T hoe de Tijdsrelatie is (is de bijwerking opgetreden na start van het verdachte geneesmiddel). Meld afwijkende (ongebruikelijke) bijwerkingen bij Lareb. Controleer of er bij risico op een bijwerking de benodigde monitoring wordt uitgevoerd (bijvoorbeeld laboratoriummetingen zoals bijvoorbeeld nierfunctie, bloedbeeld, bloeddruk, evaluatie klachten met patiënt). Klinisch relevante contra-indicatie en interactie Controleer of er een mogelijke geneesmiddel-geneesmiddel interactie is, of dat er een geneesmiddel mogelijk gecontra-indiceerd is. Bepaal vervolgens of deze voor deze patiënt mogelijk relevant is en of deze invloed heeft op de behandeling van de patiënt omdat deze mogelijk minder effectief is, minder veilig is of dat de patiënt hier een bijwerking van ervaart. Denk hierbij ook aan interacties met voeding, grapefruitsap, kruiden of zelfzorgmiddelen. Controleer of er geneesmiddelen gecontra-indiceerd zijn bij de nierfunctie van de patiënt. Controleer of er bij een geneesmiddelinteractie of bij een gecontraindiceerd geneesmiddel de benodigde monitoring wordt uitgevoerd. Onjuiste dosering Controleer of de voorgeschreven dosering past bij de indicatie. Controleer of de voorgeschreven dosering veilig is (sterkte, frequentie, duur, lab). Controleer of de voorgeschreven dosering past bij de nierfunctie en leeftijd van de patiënt. Probleem bij gebruik Gebruikt de patiënt zijn geneesmiddelen volgens voorschrift? Is de patiënt gemotiveerd om zijn geneesmiddelen te gebruiken? Is de toedieningsweg het meest gemakkelijk en meest effectief voor de patiënt? Is de toedieningsvorm het meest gemakkelijk en meest effectief voor de patiënt? Kan het geneesmiddelgebruik gemakkelijker voor de patiënt: - Kan de doseerfrequentie omlaag? - Kan de patiënt baat hebben bij een andere formulering? - Zijn er hulpmiddelen waarbij het gebruik gemakkelijker wordt voor deze patiënt?
4 Stap 3 Overleg arts en apotheker: Opstellen Farmacotherapeutische Behandel Plan (FBP) Doel: arts en apotheker bereiken overeenstemming over de behandeldoelen en hoe deze doelen voor de patiënt bereikt kunnen worden. De arts en apotheker bespreken en stellen vast: w De behandeldoelen voor de patiënt. w De relevante farmacotherapie gerelateerde problemen (FTP's uit stap 1 en 2). w Prioritering van de FTP's. w Interventies met de verantwoordelijke. w Hoe, wanneer en door wie deze geëvalueerd worden. Bespreek de gesignaleerde problemen uit stap 1 en 2. Prioriteer de verschillende interventies en verdeel de verantwoordelijkheid voor de verschillende acties (zoals overleg met de oorspronkelijke voorschrijver bij voorgestelde medicatiewijzigingen, recepten schrijven, gesprek met patiënt, aanpassen Actueel Medicatieoverzicht). Overweeg bij een potentiële bijwerking het geneesmiddel te stoppen en te herstarten. Doe dit alleen in overleg met de patiënt en als de patiënt hier open voor staat. Stel vast of een gesignaleerde interactie of contra-indicatie ook klinisch relevant is bij deze patiënt. Neem bij dit behandelplan de wensen van de patiënt naast specifieke patiëntkenmerken en ervaringen en levensverwachting ('time until benefit') mee. Streef naar zo weinig mogelijk innamemomenten per dag, schrijf zo weinig mogelijk voor, schrijf alleen hele tabletten voor en houd het aantal wijzigingen per keer beperkt. Denk aan de mogelijkheid van weekdoseersystemen zoals 'medicatie op rol'. Stap 4 Overleg patiënt: Vaststellen Farmacotherapeutische Behandel Plan (FBP) Doel: de patiënt participeert in zijn of haar farmacotherapie en hij begrijpt de interventies in het FBP. De participatie is afgestemd op de mogelijkheden van de patiënt. Bespreek met de patiënt (en/of diens verzorgende) de voorgestelde wijzigingen en neem op grond daarvan de definitieve beslissing welke wijzingen worden doorgevoerd. Maak daarbij een tijdpad voor elke verandering. Geef de wijzigingen op schrift mee zodat de patiënt dit desgewenst kan nalezen of kan bespreken met mantelzorg. Geef iedere wijziging ook aan op het Actueel Medicatieoverzicht en communiceer dit met de andere behandelaren.
5 Stap 5: Follow-up en monitoring Doel: uitvoeren en evalueren van de voorgenomen interventies. Documenteer in het FBP welke controles uitgevoerd dienen te worden en op welke termijn. Bespreek met de patiënt hoe hij het geneesmiddel gebruik zelf kan evalueren en wanneer het goed is om contact op te nemen met de behandelend arts of apotheker. Documenteer tevens welke evaluatie afspraken er gemaakt zijn met de patiënt. Leg vast op welke termijn de medicatielijst opnieuw gereviseerd zal worden. Vervolgbeoordelingen Een vervolgbeoordeling dient minimaal 1x per jaar plaats te vinden. Dit is niet relevant voor patiënten die voor een opname in het ziekenhuis zijn maar wel voor patiënten die in een ambulante setting worden behandeld. Samenwerking Spreek de organisatie van het doorlopen van de STRIP-methode lokaal af en besluit als arts en apotheker samen wie wat doet. Het opstellen en evalueren van het behandelplan gebeurt onder gezamenlijke verantwoordelijkheid van de arts en de apotheker. Praktijkondersteuners, verpleegkundigen, farmaceutische consulenten, doktersassistenten, apothekersassistenten en andere hulpverleners kunnen bij de uitvoering behulpzaam zijn.
6 Start-criteria Onderstaande tabel is gebaseerd op de START-criteria (Screening Tool to Alert doctors to Right (ie appropiate, indicated) Treatment) en is afkomstig uit de multidisciplinaire richtlijn Polyfarmacie bij ouderen (2012) en aangepast aan de Nederlandse richtlijnen. Het is een hulpmiddel bij het uitvoeren van de farmacotherapeutische analyse. Raadpleeg voor de indicatiestelling en specifieke geneesmiddelkeuze de vigerende richtlijnen of het Farmacotherapeutisch Kompas. Tabel 1 Start-criteria voor voorschrijven van geneesmiddelen bij veelvoorkomende aandoeningen bij ouderen Geneesmiddel Wanneer toevoegen? Aanvullende informatie Cardiovasculair ACE-remmer (of bij bijwerkingen een angiotensine IIantagonist) w Bij chronisch hartfalen w Bij diabetes mellitus met proteïnurie en levensverwachting vanaf 10 jaar w Na acuut myocardinfarct Statine Bij een VG van coronair, cerebraal of perifeer arteriële symptomen of na acuut myocardinfarct of bij DM en een LDL > 2,5 mmol/l Levensverwachting > 5 jaar Antihypertensiva Indien de systolische bloeddruk > 160 mmhg Diuretica Bij chronisch hartfalen Bètablokker Bij stabiele angina pectoris, na acuut myocardinfarct, bij stabiele patiënt met chronisch hartfalen (lage dosis) Acetylsalicylzuur/ carbasalaatcalcium Bij chronisch atriumfibrilleren indien orale anticoagulantia gecontra-indiceerd zijn, bij chronisch stabiele angina pectoris, na acuut myocardinfarct Acetylsalicylzuur/ carbasalaatcalcium en/of clopidogrel Voorgeschiedenis van coronair, cerebraal of perifeer arteriële symptomen en sinusritme Orale anticoagulantia Respiratoir Inhalatie van kortwerkende bèta2-agonist of anticholinergicum Bij chronisch atriumfibrilleren Bij lichte tot matige astma of COPD Inhalatiecorticosteroïd Bij matige tot ernstige astma of COPD In geval van COPD Gold III-V (en voorspelde FEV1<50%) met frequente exacerbaties (2 of meer per jaar) Zuurstoftherapie Bij chronisch respiratoir falen Arteriële bloedgaswaarde 7,3 kpa
7 Geneesmiddel Wanneer toevoegen? Aanvullende informatie Centraal zenuwstelsel Levodopa Bij ziekte van Parkinson met functionele beperkingen en handicaps Antidepressivum Gastro-intestinaal Protonpompremmer Bij depressie (volgens DSM IV-criteria) w Bij ernstige gastro-oesofageale reflux of peptische strictuur waarvoor dilatatie nodig is w Bij NSAID en: - (complicatie van) peptisch ulcus in anamnese - leeftijd 70 jaar - leeftijd jaar en gelijktijdig gebruik van: orale anticoagulantia, oraal corticosteroïd, SSRI, acetylsalicylzuur/carbasalaatcalcium w Bij lage dosering acetylsalicylzuur of carbasalaatcalcium en: - 60 jaar en peptisch ulcus in anamnese - 70 jaar en gelijktijdig gebruik van: orale anticoagulantia, oraal corticosteroïd, SSRI - 80 jaar Indien psychotherapie niet effectief is of indien de patiënt geen psychotherapie wenst Verhoogd risico op gastro-intestinale bloeding Verhoogd risico op gastro-intestinale bloeding Vezelsupplement Bewegingsapparaat DMARD (disease-modifying antirheumatic drugs) Bij chronische symptomatische diverticulose met obstipatie Bij actieve matige tot ernstige reumatoïde artritis (> 4 weken) Verwijs naar reumatoloog Bisfosfonaten Bij onderhoudstherapie > 3 maanden met corticosteroïden Indien 7,5 mg prednison of meer/dag (of equivalent) Calcium en vitamine D Endocrien Metformine Bij patiënten met (verhoogd risico op) osteoporose Bij diabetes mellitus type 2 Tenzij voldoende inname van calcium en voldoende blootstelling aan zonlicht Start met 2 dd. 500 mg bij egfr ml/min Bij diabetes mellitus en nefropathie Proteïnurie of micro-albuminurie (30 mg/24 uur) evt. gecombineerd met egfr < 50 ml/min; NB pas zo nodig de dosering aan bij verminderde nierfunctie ACE-remmer of angiotensine IIantagonist Trombocytenaggregatieremmer Bij diabetes mellitus en bewezen hart- en vaatziekten Hypertensie, hypercholesterolemie, roken Statine Overig Laxans Bij diabetes mellitus met verhoogd risico op hart- en vaatziekte Bij opiaatgebruik Ook zonder bewezen hart- en vaatziekten
8 Stop-criteria Onderstaande tabel is gebaseerd op de STOPP-criteria (Screening Tool of Older Peoples' Prescriptions) en is afkomstig uit de multidisciplinaire richtlijn Polyfarmacie bij ouderen (2012) en aangepast aan de Nederlandse richtlijnen. Deze criteria vervangen de Beerslijst en vormen geen verbodslijst maar een hulpmiddel bij het uitvoeren van de farmacotherapeutische analyse. Tabel 2 Stop-criteria van potentieel ongeschikte geneesmiddelen bij oudere patiënten Geneesmiddel Wanneer potentieel ongewenst? Waarom potentieel ongewenst? Cardiovasculair Digoxine In dosering > 0,125 mg/dag bij egfr < 50 ml/min Verhoogd risico op toxiciteit Lisdiuretica w Bij enkeloedeem zonder klinische tekenen van hartfalen w Als eerstelijns behandeling hypertensie Niet bewezen effectief Onvoldoende effectief Thiazidediuretica Bij jicht in de voorgeschiedenis Verhoogd risico op jichtaanval Niet-selectieve bètablokker (propranolol, carvedilol, oxprenolol, pindolol, labetalol, sotalol) Bij COPD Verhoogd risico op bronchospasmen Bètablokker In combinatie met verapamil Verhoogd risico op symptomatische hartblokkade Diltiazem of verapamil Bij hartfalen NYHA klasse III-IV Negatief inotroop, kan hartfalen verergeren Calciumantagonisten Bij chronische obstipatie Kan verergering obstipatie geven Salicylaten (acetylsalicylzuur, carbasalaatcalcium) w Dosering > 160 mg/dag w Indien geen voorgeschiedenis van coronair, cerebraal of perifeer arteriële symptomen w Bij duizeligheid niet gerelateerd aan cerebrovasculaire ziekte w Niet bewezen effectief w Niet bewezen effectief w Niet bewezen effectief Dipyridamol Als monotherapie voor cardiovasculaire secundaire preventie Niet bewezen effectief Orale anticoagulantia w Bij gebruik > 6 maanden bij een eerste ongecompliceerde DVT w Bij gebruik > 12 maanden bij een eerste ongecompliceerde longembolie Geen bewijs voor aanvullende effectiviteit Trombocytenaggregatieremmers/ orale anticoagulantia Bij stollingsstoornis Verhoogd risico op bloeding
9 Geneesmiddel Wanneer potentieel ongewenst? Waarom potentieel ongewenst? Centraal zenuwstelsel en psychofarmaca Tricyclische antidepressiva (Anticholinerge effecten zijn het sterkst bij amitriptyline en het minst sterk bij nortriptyline) w Bij dementie w Bij glaucoom w Bij cardiale geleidingsstoornissen w Bij obstipatie w Bij prostatisme of voorgeschiedenis van urineretentie w In combinatie met opiaten en/of calciumantagonisten w Kan verslechtering cognitie geven w Kan verergering glaucoom geven w Vanwege pro-aritmische werking w Kan verergering obstipatie geven w Verhoogd risico op urineretentie w Verhoogd risico op obstipatie Langwerkende benzodiazepinen (zoals nitrazepam, diazepam) Bij gebruik > 1 maand Verhoogd risico op verlengde sedatie, verwardheid, balansverslechtering, vallen Antipsychotica w Bij parkinsonisme w Bij gebruik > 1 maand w Verergering extrapiramidale bijwerkingen (clozapine en quetiapine uitgezonderd) w Risico op verwardheid, hypotensie, extrapiramidale bijwerkingen en vallen Fenothiazine antipsychotica (chloorpromazine, periciazine, flufenazine en perfenazine) Bij epilepsie Kan convulsiedrempel verlagen Parasympaticolytische antiparkinsonmiddelen (biperideen, trihexyfenidyl) Bij behandeling extrapiramidale bijwerkingen van antipsychotica Verhoogd risico op anticholinerge toxiciteit SSRI's Bij niet-iatrogene hyponatriëmie (Na < 130 mmol/l in laatste 2 mnd) Verhoogd risico op recidief hyponatriëmie Klassieke antihistaminica Gastro-intestinaal Bij gebruik > 1 week Verhoogd risico op sedatie en anticholinerge bijwerkingen Loperamide of codeïne w Bij diarree e.c.i. w Bij ernstige infectieuze gastro-enteritis (bloederige diarree, hoge koorts of ernstige systemische toxiciteit) w Verhoogd risico op: - vertraagde diagnose - vertraagd herstel niet herkende gastroenteritis - verergering obstipatie met overloop diarree - ontstaan toxische megacolon bij IBD w Verhoogd risico op exacerbatie of verlenging infectie Metoclopramide Bij parkinsonisme Verhoogd risico op verergering parkinsonisme door centrale dopamineblokkade. Alternatief: domperidon Protonpompremmer Bij maximale therapeutische dosis > 8 weken bij ulcuslijden Ontbreken bewijs voor extra effectiviteit Butylscopolamine Bij chronische obstipatie Door anticholinerge werking verhoogd risico op verergering obstipatie en cognitieve achteruitgang
10 Geneesmiddel Wanneer potentieel ongewenst? Waarom potentieel ongewenst? Respiratoir Theofylline Als monotherapie bij COPD Veiligere en effectievere alternatieven beschikbaar Systemische corticosteroïden I.p.v. inhalatiecorticosteroïden als onderhoudstherapie van matige-ernstige COPD Onnodige blootstelling aan lange termijn bijwerkingen van systemische corticosteroïden Ipratropium of tiotropium Bewegingsapparaat NSAID's Bij glaucoom w Bij matige tot ernstige hypertensie w Bij hartfalen w Bij chronische nierinsufficiëntie (egfr < 50 ml/min) w Bij gebruik > 3 maanden voor symptoombestrijding van milde osteoartritis w Bij gebruik > 3 maanden als onderhoudsbehandeling bij jicht zonder contra-indicatie of bewezen ineffectiviteit voor allopurinol Kan verergering glaucoom geven w Kan verergering hypertensie geven w Kan verergering hartfalen geven w Kan nierfunctie verder doen verslechteren w Niet bewezen effectiever dan paracetamol w Verhoogd risico op gastro-intestinale bloedingen en andere bijwerkingen Corticosteroïden Bij gebruik > 3 maanden als monotherapie bij reumatische artritis of osteoartritis Onnodige blootstelling aan lange termijn bijwerkingen van systemische corticosteroïden Colchicine Urogenitaal Urogenitale parasympaticolytica (anticholinergica): (oxybutynine solifenacine, tolterodine, darifenacine, fesoterodine) Bij gebruik > 3 maanden als onderhoudsbehandeling jicht zonder contra-indicatie of bewezen ineffectiviteit voor allopurinol w Bij dementie w Bij chronisch glaucoom w Bij chronisch obstipatie w Bij chronische mictieklachten Alleen geïndiceerd bij acute jichtaanvallen en ter voorkoming van een jichtaanval bij het begin van een urinezuurverlagende therapie w Verhoogd risico op verwardheid en agitatie w Kan verergering glaucoom geven w Kan verergering obstipatie geven w Verhoogd risico op urineretentie Selectieve alfa1- receptorblokkers Endocrien Glibenclamide w Bij mannen met dagelijkse incontinentie w Bij urinekatheter in situ > 2 maanden Bij diabetes mellitus type 2 w Kan toename urinefrequentie en incontinentie geven w Niet bewezen effectief Kan hypoglykemieperiode verlengen Niet-selectieve bètablokker (propranolol, carvedilol, oxprenolol, pindolol, labetalol, sotalol) Bij patiënten met diabetes mellitus en regelmatige hypoglycaemie en (> 1 maand) Kan hypoglycaemie maskeren Oestrogenen w Bij voorgeschiedenis van borstkanker w Bij voorgeschiedenis van veneuze trombo-embolie w Zonder progestagenen bij patiënten met intacte uterus w Verhoogd risico op recidief w Verhoogd risico op recidief w Verhoogd risico op endometriumcarcinoom
11 Geneesmiddel Wanneer potentieel ongewenst? Waarom potentieel ongewenst? Mobiliteit Benzodiazepinen Antipsychotica Klassieke antihistaminica Bij voorgeschiedenis van val of valneiging Verhoogd risico op vallen vanwege o.a. sedatie, parkinsonisme, orthostatische hypotensie, duizeligheid (afhankelijk van medicament) Langwerkende opiaten Vaatverwijders Pijn Opiaten Overig Dubbelmedicatie (verschillende geneesmiddelen uit dezelfde geneesmiddelgroep) Bij voorgeschiedenis van orthostatische hypotensie w Bij langdurig gebruik als eerstelijns therapie bij lichte of matige pijn w Bij langdurig gebruik bij dementie Bij elk duplicaat voorschrift Verhoogd risico op vallen w Niet volgens WHO pijnladder w Kan verergering cognitief functioneren geven Cave: wel verantwoord indien palliatieve zorg of matige tot ernstige chronische pijn Streven naar optimalisatie monotherapie
Geneesmiddelgebuik bij ouderen: START- EN STOPCRITERIA
Geneesmiddelgebuik bij ouderen: START- EN STOPCRITERIA De START-criteria uit de MDR zijn gebaseerd op de in Ierland opgestelde STARTcriteria (Screening Tool to Alert doctors to Right Treatment). 1 Het
Nadere informatieSTRIP SYSTEMATIC TOOL TO REDUCE INAPPROPRIATE PRESCRIBING. Voorbereiding: 1. selectie patiënten door arts en apotheker 2. verzamelen gegevens:
SYSTEMATIC TOOL TO REDUCE INAPPROPRIATE PRESCRIBING Ten tijde van het opstellen van de richtlijn Polyfarmacie bij ouderen werden in Nederland vooral de GIVE en de POM als impliciete criteria gebruikt tijdens
Nadere informatieVerouderingsproces. -Voldoende functie -Voldoende reserve. Normale veroudering. Kwetsbaarheid. Geriatrische problematiek
Kwetsbaarheid Verouderingsproces Normale veroudering -Voldoende functie -Voldoende reserve Kwetsbaarheid -Afname functies -Verminderde reserve Geriatrische problematiek -Tekortschieten functies -Onvoldoende
Nadere informatieTabel 1 STOPP-criteria van potentieel ongeschikte medicijnen voor oudere patiënten. Elk medicijn zonder een op bewijs gebaseerde klinische indicatie
Tabel 1 STOPP-criteria van potentieel ongeschikte medicijnen voor oudere patiënten Medicijn algemeen STOPP A1 STOPP A2 Elk medicijn zonder een op bewijs gebaseerde klinische indicatie Elk medicijn dat
Nadere informatieTabel 1 STOPP-criteria van potentieel ongeschikte medicijnen voor oudere patiënten
Tabel 1 STOPP-criteria van potentieel ongeschikte medicijnen voor oudere patiënten Geneesmiddelgroep en criterium (argument) algemeen STOPP A1 STOPP A2 STOPP A3 elk medicijn zonder een op bewijs gebaseerde
Nadere informatiePolyfarmacie bij Ouderen STRIP:Less is or more? Thijs Vinks, apotheker Ralf Vingerhoets, geriater
Polyfarmacie bij Ouderen STRIP:Less is or more? Thijs Vinks, apotheker Ralf Vingerhoets, geriater Arts, Apotheker, praktijkassistent of? Symp Kwetsbare Ouderen 29-10-13 1 Wie optimaliseert reeds polyfarmacie?
Nadere informatieverapamil of diltiazem bij hartfalen NYHA klasse III of IV STOPP B3 bètablokker in combinatie met verapamil of diltiazem risico op een hartblok
Tabel 1 STOPP-criteria van potentieel ongeschikte medicijnen voor oudere patiënten groep en algemeen STOPP A1 STOPP A2 STOPP A3 elk medicijn zonder een op bewijs gebaseerde klinische indicatie elk medicijn
Nadere informatie27-11-14. Polyfarmacie KENNISMAKING POLYFARMACIE. Programma. Doel. Casus 1. Kennismaking. Doel. Polyfarmacie. Moderne Dementiezorg.
Programma Polyfarmacie Kennismaking Doel Polyfarmacie Moderne Dementiezorg Wilma Knol Marjorie Nelissen-Vrancken Dementie Voorkomen en aanpak problemen Aan de slag in de praktijk 25 november 2014 Doel
Nadere informatiePolyfarmacie bij ouderen. Renate Schoemakers AIOS Ziekenhuisfarmacie 12 november 2015
Polyfarmacie bij ouderen Renate Schoemakers AIOS Ziekenhuisfarmacie 12 november 2015 Inhoud Inleiding Farmacokinetiek Farmacodynamiek Problemen bij polyfarmacie Medicatiebeoordeling Take home messages
Nadere informatieDetectie van ongeschikt medicatiegebruik bij ouderen
Stand van zaken Detectie van ongeschikt medicatiegebruik bij ouderen Worden de STOPP- en START-criteria de nieuwe standaard? Annemieke M.A. Vermeulen Windsant-van den Tweel, Monique M. Verduijn, H.J. (Jeroen)
Nadere informatieDe gestructureerde aanpak van de medicatiebeoordeling
De gestructureerde aanpak van de medicatiebeoordeling De hieronder beschreven gestructureerde aanpak van de medicatiebeoordeling komt uit de multidisciplinaire richtlijn Polyfarmacie bij ouderen (202).
Nadere informatieWorkshop MedicatieReview
Workshop MedicatieReview SANDWICH NASCHOLING OUDERENZORG 16 FEBR 2017 Doel workshop Zicht krijgen op proces medicatiereview Rol huisarts (met POH) en apotheker op elkaar afstemmen Hoe te declareren Regiefunctie
Nadere informatiePolyfarmacie bij ouderen
Polyfarmacie bij ouderen FTO maart 2016 WAGRO Polyfarmacie en Medicatiebeoordeling IGZ HARM NTVG Optimale zorg voor ouderen Ephor Start en Stopp criteria Strip methode 1 Opzet FTO Casussen (veel) Interactie
Nadere informatieHoe maken we beter met pillen? dr Anne Leendertse, apotheker
Hoe maken we beter met pillen? dr Anne Leendertse, apotheker Hoe maken we beter met pillen? dr Anne Leendertse HARM-onderzoek fouten kosten risicofactoren frequentie 1 op de 18 Leendertse et al. Arch Intern
Nadere informatiePolyfarmacie (in de laatste levensfase)
Polyfarmacie (in de laatste levensfase) David Jansen Klinisch geriater, klinisch farmacoloog i.o. Verpleegkundig Specialisten Oncologie 4 de Voorjaars Symposium Disclosure belangen spreker (potentiële)
Nadere informatieSTRIP. Gemiddeld geneesmiddelengebruik. Medicatie review: STRIP. Optimaliseren van farmacotherapie Even STRIPPEN
STRIP Optimaliseren van farmacotherapie Even STRIPPEN Dr. Paul Jansen, klinisch geriater klinisch farmacoloog Afdeling Geriatrie en EPHOR UMC Utrecht Medicatie review: STRIP Selectie patiënten voor medicatiebeoordeling:
Nadere informatieOLD ObservatieLijst voor vroege symptomen van Dementie. PRAFAB Protection Amount Frequency Adjustment Body Image
Bijlage 1 Afkortingen CCD-screening Cross-culturele Dementiescreening EDIZ Ervaren Druk Informele Hulpverleners GDS-15 Geriatric Depression Scale GGZ Geestelijke Gezondheidszorg HIS Huisarts Informatie
Nadere informatieCasuïstiek voor workshop SAFE-dag
Casuïstiek voor workshop SAFE-dag CASUS 1 Mevrouw van Breukelen, 70 jaar, heeft onlangs een nieuwe heup gekregen en is sinds kort terug uit het revalidatiecentrum. U vindt dit een mooi moment om haar medicatie
Nadere informatiePolyfarmacie bij ouderen: Wilma Knol Klinisch geriater, klinisch farmacoloog
Polyfarmacie bij ouderen: Wilma Knol Klinisch geriater, klinisch farmacoloog Disclosure Geen belangenverstrengeling Medicatie bij ouderen: is er een probleem? Facts: anno 2016 NL 3 miljoen 65+ 700.000
Nadere informatiePolyfarmacie voor farmaceutisch consulenten
Polyfarmacie 1/11 1/4 Polyfarmacie voor farmaceutisch consulenten Van alle bezoekers aan openbare apotheken gebruikt een op de tien meer dan vijf geneesmiddelen langdurig. Het aantal polyfarmaciepatiënten
Nadere informatieHypertensie. Presentatie door G.J. Knot-Veldhuis, verpleegkundig specialist
Hypertensie Presentatie door G.J. Knot-Veldhuis, verpleegkundig specialist Hypertensie Primaire of essentiële (95%) Secundaire (5%) G.J. Knot-Veldhuis, verpleegkundig specialist, jan. 2012 2 Bloeddruk
Nadere informatieTabel 1 Noodzakelijke gegevens voor een multidisciplinaire medicatiebeoordeling 1
Tabel 1 Noodzakelijke gegevens voor een multidisciplinaire medicatiebeoordeling 1 Behorend bij artikel uit De Eerstelijn 2015 (6):14-6. Wat is nodig in de ICT ondersteuning? Inventarisatie van noodzakelijke
Nadere informatieFTO-module. Polyfarmacie, een oriëntatie. Werkmateriaal voor een FTO-bijeenkomst
FTO-module Polyfarmacie, een oriëntatie Werkmateriaal voor een FTO-bijeenkomst Colofon Auteur dr. Marjorie Nelissen-Vrancken, apotheker Met medeerking van Zamire Damen, niet praktiserend huisarts Paul
Nadere informatieHoewel er in de afgelopen jaren steeds meer belangstelling
Stand van zaken Onjuist geneesmiddelgebruik bij ouderen opsporen De herziene STOPP- en START-criteria Wilma Knol, Monique M. Verduijn, A.C.A.M. (Rian) Lelie-van der Zande, Rob J. van Marum, J.R.B.J. (Koos)
Nadere informatieHoewel er in de afgelopen jaren steeds meer belangstelling
Stand van zaken Onjuist geneesmiddelgebruik bij ouderen opsporen De herziene STOPP- en START-criteria Wilma Knol, Monique M. Verduijn, A.C.A.M. (Rian) Lelie-van der Zande, Rob J. van Marum, J.R.B.J. (Koos)
Nadere informatieMEDICATIEBEOORDELING bij patiënten met een verstandelijke beperking: HOE? drs. Marianne van den Berg Apotheker te Alphen aan den Rijn
MEDICATIEBEOORDELING bij patiënten met een verstandelijke beperking: HOE? drs. Marianne van den Berg Apotheker te Alphen aan den Rijn Disclosure relevante belangen trainer Marianne van den Berg heeft geen
Nadere informatieWorkshop Medicijnen, werkt t of werk t.. tegen? Els Coyajee-Geselschap apotheker
Workshop Medicijnen, werkt t of werk t.. tegen? Els Coyajee-Geselschap apotheker Inhoud workshop Inventarisatie vragen Waar of niet waar Medicatie en hun bijwerkingen Pijnbestrijding Antidepressiva Benzodiazepinen
Nadere informatieDefinitie Onder polyfarmacie wordt in dit document verstaan: het gelijktijdig gebruik van 5 of meer verschillende geneesmiddelen.
Toolkit polyfarmacie en medicatieveiligheid Doel 1. De medicamenteuze behandeling van de patiënt optimaliseren 2. Zoveel mogelijk voorkomen van (vermijdbare) bijwerkingen van medicatie 3. De continuïteit
Nadere informatieToolkit Polyfarmacie en medicatieveiligheid
Toolkit Polyfarmacie en medicatieveiligheid Doel 1. De medicamenteuze behandeling van de patiënt optimaliseren; 2. Zoveel mogelijk voorkomen van (vermijdbare) bijwerkingen van medicatie; 3. De continuïteit
Nadere informatieHartfalen: medicatie in de 1 e lijn en interacties
Hartfalen: medicatie in de 1 e lijn en interacties Disclosure Bart Kremers Werkzaam bij Apotheek Ravenstein en GIC-helpdesk van de KNMP Geen contacten/belangen mbt farmaceutische industrie Hartfalen-medicatie
Nadere informatieWorkshop voor apothekers en huisartsen. (on)juiste behandeling met orale bloedsuikerverlagende middelen bij
Workshop voor apothekers en huisartsen (on)juiste behandeling met orale bloedsuikerverlagende middelen bij Diabetes Mellitus type 2 Voorbeeld Programma Maken van de ingangstoets Bespreking leerdoelen l
Nadere informatieMaagbescherming bij salicylaat-/coxibgebruik 108
Maagbescherming bij salicylaat-/coxibgebruik 108 Deze Medisch Farmaceutische Beslisregel (MFB) is ontwikkeld door de KNMP en Health Base, in samenwerking met de Expertgroep MFB. Datum 04-03-2014 Doel Verlagen
Nadere informatieOpschonen! In 6 stappen schoon! Marieke Zeeman Internist-ouderengeneeskunde/klinisch farmacoloog io
Opschonen! In 6 stappen schoon! Marieke Zeeman Internist-ouderengeneeskunde/klinisch farmacoloog io Medicijnen: jaarlijks 1254 doden Van onze verslaggeefster Margreet Vermeulen AMSTERDAM - Gemiddeld sterven
Nadere informatiePolyfarmacie bij ouderen
Polyfarmacie bij ouderen Bas van de Steeg, apotheker 30 mei 2015 De context Bohemean Polypharmacy: https://www.youtube.com/watch?v=lp3pfjkozl8 Onderwerpen Ouderdom komt met gebreken? Polyfarmacie komt
Nadere informatiePolyfarmacie & claudicatio-patient: Problemen of Profijt?
Polyfarmacie & claudicatio-patient: Problemen of Profijt? ClaudicatioNet Jaarcongres 12-03-2015 Dr. Ben Janssen UHD, Farmacoloog b.janssen@maastrichtuniversity.nl We worden in allemaal ouder. In een betere
Nadere informatieCarolien van der Linden Wim van der Minne Sjoukje Troost
Carolien van der Linden Wim van der Minne Sjoukje Troost Opening Casus Theorie: Fouten bij medicatie overdracht Bespreking in groepen Wat draag je over aan collega? Automatisering en overdracht gegevens
Nadere informatieCardiovasculair risicomanagement. Patrick Schrömbges Kaderhuisarts Diabetes Mellitus
Cardiovasculair risicomanagement Patrick Schrömbges Kaderhuisarts Diabetes Mellitus Inhoud eerste uur Risicoprofilering Anamnese Lichamelijk Onderzoek Aanvullende diagnostiek Evaluatie en risicoschatting
Nadere informatieDatum Spreker Linda Schreur. (Poly)farmacie bij ouderen
Datum 28-02-2017 Spreker Linda Schreur (Poly)farmacie bij ouderen Een geriatrische patiënt Pt 82 jaar Voorgeschiedenis oa hartinfarct, boezemfibrilleren Woont zelfstandig alleen Langzaam geheugenproblemen
Nadere informatieCBO RICHTLIJN. Multidisciplinaire richtlijn Hartfalen 2010. Ad Bakx, cardioloog BovenIJ Ziekenhuis Amsterdam SAHO 28 juni 2011
CBO RICHTLIJN HARTFALEN Multidisciplinaire richtlijn Hartfalen 2010 Ad Bakx, cardioloog BovenIJ Ziekenhuis Amsterdam SAHO 28 juni 2011 ESC guidelines Richtlijn is gebaseerd op de ESC Guidelines for the
Nadere informatie1. Patiënt bezoekt apotheek
Praktijkvoorbeeld Zorgpad Infectieziekten: PrEP voor apothekers (finale versie_20180912) Versie voor KNMP site dd 25-1-2019 Auteur: David Burger (david.burger@radboudumc.nl) De NVZA wil de apothekers van
Nadere informatieMaagbescherming bij NSAID-gebruik 107
Maagbescherming bij NSAID-gebruik 107 Deze Medisch Farmaceutische Beslisregel (MFB) is ontwikkeld door de KNMP en Health Base, in samenwerking met de Expertgroep MFB. Datum 29-05-2013 Doel Verlagen van
Nadere informatieFarmacotherapeutische toelichting Pijnbestrijding gaat in het algemeen volgens het WHO-stappenplan.
1 Pijn 1.1 Pijnbehandeling algemeen Pijn vermindert veelal door behandeling van de onderliggende aandoening. Ondersteuning met analgetica zal niettemin vaak nodig zijn. Bij een aantal aandoeningen is symptomatische
Nadere informatieFarmacotherapeutische toelichting Pijnbestrijding gaat in het algemeen volgens het WHO-stappenplan.
1 Pijn 1.1 Pijnbehandeling algemeen Pijn vermindert veelal door behandeling van de onderliggende aandoening. Ondersteuning met analgetica zal niettemin vaak nodig zijn. Bij een aantal aandoeningen is symptomatische
Nadere informatieMedicatie, diabetes en verminderde nierfunctie. Lieke Mitrov-Winkelmolen Ziekenhuisapotheker
Medicatie, diabetes en verminderde nierfunctie Lieke Mitrov-Winkelmolen Ziekenhuisapotheker Diabetes medicatie en verminderde nierfunctie Kort overzicht Verminderde nierfunctie Metabolisme/eliminatie van
Nadere informatieHandleiding SAMRT. Service Apotheek Medicatie Review Tool
Handleiding SAMRT Service Apotheek Medicatie Review Tool Inhoud Inleiding 3 Beschrijving van het proces 7 Algemeen 7 Selectie cliënten 7 Contractafspraken 7 Vrij selectie 8 NControldossier 8 Persoonlijke
Nadere informatieCursusinformatie PIAF opleiding nieuwe stijl 2013/2014
Cursusinformatie PIAF opleiding nieuwe stijl 2013/2014 Medicatiebeoordeling is een systematische beoordeling van het geneesmiddelgebruik van een individuele patiënt door arts, apotheker en patiënt op basis
Nadere informatieBijlage III. Wijzigingen die zijn aangebracht aan relevante delen van de samenvatting van de productkenmerken en de bijsluiter
Bijlage III Wijzigingen die zijn aangebracht aan relevante delen van de samenvatting van de productkenmerken en de bijsluiter Opmerking: Deze wijzigingen aan de relevante delen van de Samenvatting van
Nadere informatieWorkshop voor apothekers en huisartsen. 'Zuinig met maagprotectie bij NSAIDgebruik is zuur voor de maag Voorbeeld
Workshop voor apothekers en huisartsen 'Zuinig met maagprotectie bij NSAIDgebruik is zuur voor de maag Voorbeeld Programma Maken van de ingangstoets Onderzoeken van PHARMO en Vonkeman Presentatie van regionale
Nadere informatieLeidraad voor artsen voor het beoordelen en monitoren van cardiovasculaire risico bij het voorschrijven van atomoxetine
Leidraad voor artsen voor het beoordelen en monitoren van cardiovasculaire risico bij het voorschrijven van atomoxetine Dit materiaal beschrijft aanbevelingen om belangrijke risico s van atomoxetine te
Nadere informatie)3= SULMV,PSOHPHQWHUHQ YDQ PHGLFDWLRQ UHFRQFLOLDWLRQ 6W /XFDV $QGUHDV =LHNHQKXLV
o o Bij opname: allergieën en contactpersoon achterhalen (verpleging en farmaceutisch consulent) De verpleging vult bij opname een formulier in. De farmaceutisch consulent voert de allergie (na verificatie
Nadere informatieRisicominimalisatie-materiaal over de risico s van atomoxetine voor zorgverleners
Risicominimalisatie-materiaal over de risico s van atomoxetine voor zorgverleners Atomoxetine 2/6 RISICOMINIMALISATIE-MATERIAAL OVER DE RISICO S VAN ATOMOXETINE VOOR ZORGVERLENERS Dit materiaal beschrijft
Nadere informatieBetreft: MedicomSmart
1 Overzicht van de kennisregels Overzicht van de kennisregels die door Health Base opgesteld zijn voor MedicomSmart. Elke kennisregel staat voor een beslisboom met 1 of meerdere uitkomsten. Deze uitkomsten
Nadere informatieCVRM kwetsbare ouderen. Rotterdam maart 2015 AJ Arends, klinisch geriater en klinisch farmacoloog io
CVRM kwetsbare ouderen Rotterdam maart 2015 AJ Arends, klinisch geriater en klinisch farmacoloog io Disclosure belangen spreker (potentiële) belangenverstrengeling Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties
Nadere informatieWorkshop chronische nierschade. Adry Bakker Diepenbroek Bettie Hoekstra
Workshop chronische nierschade Adry Bakker Diepenbroek Bettie Hoekstra Mevr. Muis 73 jaar Voorgeschiedenis: diabetes mellitus type 2 hartfalen regelmatig urineweginfecties, 2x pyelonefritis aspecifieke
Nadere informatieChronische nierschade A. van Tellingen. Smeerolie voor de poli 2015
Chronische nierschade A. van Tellingen Smeerolie voor de poli 2015 Wie dient verwezen te worden? 52-jarige vrouw met diabetische nefropathie: MDRD 62 ml/min/1.73m 2 en albuminurie 28 mg/l? 68-jarige man:
Nadere informatieZorgpad Atriumfibrilleren (AF)
Zorgpad Atriumfibrilleren (AF) Highlights Ziekenhuizen 2017 Hans Ros, ziekenhuisapotheker Inhoud Wat is AF? Hoe ontstaat een CVA (beroerte)? Behandeling AF: 4 peilers Orale antistolling 1 2016 ESC Guidelines
Nadere informatieJicht belicht. Laura Kienhorst Arts-onderzoeker
Jicht belicht Laura Kienhorst Arts-onderzoeker Beroemde jichtpatiënten Erasmus Rubens Kant Keizer Karel Kenmerken van jicht Prevalentie 1-2% van volwassenen Incidentie 0,6-2/1000 Man/vrouw = 8:1 Meest
Nadere informatieOndervoeding bij ouderen
Ondervoeding bij ouderen Caroline Boomkamp Klinisch geriater Bernhoven Inhoud Definities Screening en assessment Prevalentie Oorzaken Gevolgen Behandeling van ondervoeding Definitie geriatrische patiënt
Nadere informatieFries Wisselprotocol CVRM
Fries Wisselprotocol CVRM Basis Educatie Leefstijloptimalisatie: o matig alcoholgebruik o bewuste voeding waaronder zoutbeperking (tot 5 gram/dag) o stoppen roken o voldoende lichamelijke activiteiten
Nadere informatieFTO-module. Polyfarmacie, een oriëntatie. Werkmateriaal voor een FTO-bijeenkomst
FTO-module Polyfarmacie, een oriëntatie Werkmateriaal voor een FTO-bijeenkomst Colofon Auteur dr. Marjorie Nelissen-Vrancken, apotheker, Instituut voor Verantoord Medicijngebruik Met medeerking van Paul
Nadere informatieBloeddrukregeling: hoger? lager?
www.hhzhlier.be 1 h.-hartziekenhuis vzw Bloeddrukregeling: hoger? lager? Dr. L. Nestor Geriater www.hhzhlier.be 2 To fall or not to fall HYPERTENSIE BIJ BEJAARDEN: How to treat? That s the question! Bloeddrukregeling
Nadere informatieNSAID s = Non Steroidal Anti Inflammatory Drugs: Diclofenac Indometacine Meloxicam Piroxicam Ibuprofen Naproxen Fenylbutazon Celecoxib Etoricoxib
Ontstekingsremmende pijnstillers NSAID s = Non Steroidal Anti Inflammatory Drugs: Diclofenac Indometacine Meloxicam Piroxicam Ibuprofen Naproxen Fenylbutazon Celecoxib Etoricoxib Inhoud Hoe werkt NSAID?
Nadere informatieDiabetes bij kwetsbare ouderen Dr. ST Houweling, kaderhuisarts. Waar gaat het over? De bejaarde. De ene bejaarde is de andere bejaarde niet...
Diabetes bij kwetsbare ouderen Dr. ST Houweling, kaderhuisarts Waar gaat het over? Kwetsbare bejaarden: zin van goede glucoseregeling, bloeddrukbehandeling lipiden en bijv. funduscontrole 3 De bejaarde
Nadere informatieCardiologie. Verder na het hartinfarct.
Cardiologie Verder na het hartinfarct. Machiel van de Wetering Sylvia de Waal 18-3-2014 presentatie 1 inleiding 2 Richtlijn/protocol aan de hand van voorbeelden 3 samenvatting / discussie inleiding - Informatieoverdracht
Nadere informatieMedicatiebewaking 2.0
Medicatiebewaking 2.0 Personalized medicine op basis van individuele nierfunctiewaarden Frans van de Vaart Marianne van de Berg Brigit van Soest Leonora Grandia Ka-Chun Cheung Programma 13.45 uur Inleiding
Nadere informatiePILLENCOCKTAILS: HARTVEROVEREND. Aspecten van geneesmiddelen bij atriumfibrilleren
PILLENCOCKTAILS: HARTVEROVEREND Aspecten van geneesmiddelen bij atriumfibrilleren INHOUD Presentatie (20-25 minuten) Inleiding Medicamenteuze behandeling atriumfibrilleren Geneesmiddelgroepen Bijwerkingen
Nadere informatieUniversitair Medisch Centrum Groningen
Universitair Medisch Centrum Groningen Beter af met minder Reduction of Inappropriate psychotropic Drug use in nursing home residents with dementia Claudia Groot Kormelinck Prof.dr. Sytse Zuidema Probleemgedrag
Nadere informatieWorkshop voor apothekers en huisartsen. Altijd een statine bij hart- en. t Voorbeeld
Workshop voor apothekers en huisartsen Altijd een statine bij hart- en vaatziekten en type-2-diabetes? t Voorbeeld Programma Maken van de ingangstoets Bespreking leerdoelen en inleiding Presentatie ti
Nadere informatiePolyfarmacie Optimalisatie Methode (POM)
Polyfarmacie Optimalisatie Methode (POM) De Polyfarmacie Optimalisatie Methode (POM) is een stappenplan dat gebruikt kan worden om op een gestructureerde wijze ingewikkelde polyfarmacie te optimaliseren.
Nadere informatieOLD ObservatieLijst voor vroege symptomen van Dementie. PRAFAB Protection Amount Frequency Adjustment Body Image
Bijlage 1 Afkortingen CCD-screening Cross-culturele Dementiescreening EDIZ Ervaren Druk Informele Hulpverleners GDS-15 Geriatric Depression Scale GGZ Geestelijke Gezondheidszorg HIS Huisarts Informatie
Nadere informatieCASE REPORT FORM. (1) Bronovo (2) MCH (3) Haga Ziekenhuis (4) LUMC (5) Maasstad zks (6) Lucas Andreas (7) St. Antonius Nieuwegein.
CASE REPORT FORM Patientgegevens Ziekenhuis (1) Bronovo (2) MCH (3) Haga Ziekenhuis (4) LUMC (5) Maasstad zks (6) Lucas Andreas (7) St. Antonius Nieuwegein Studienummer patient Patientidentificatie in
Nadere informatieCVRM Ketenzorg: secundaire preventie Huisartsenpraktijk Maasoever
CVRM Ketenzorg: secundaire preventie Huisartsenpraktijk Maasoever We hebben reeds een hypertensie protocol, bedoeld voor alle patiënten met hypertensie. Vanaf nu gaan we op de praktijk ook werken via het
Nadere informatieLeidraad voor artsen voor het beoordelen en monitoren van cardiovasculaire risico bij het voorschrijven van Atomoxetine
Leidraad voor artsen voor het beoordelen en monitoren van cardiovasculaire risico bij het voorschrijven van Atomoxetine Atomoxetine is geïndiceerd voor de behandeling van aandachtstekortstoornis met hyperactiviteit
Nadere informatieFlavoxaat G04BD02, december 2018
Flavoxaat G04BD02, december 2018 Indicatie Urine-incontinentie, pollakisurie, nycturie, loze aandrang. Standpunt Ephor In het rapport over de muscarine-antagonisten van november 2016 wordt flavoxaat door
Nadere informatieDe delirante patiënt van vergeetachtig tot verwardheid
De delirante patiënt van vergeetachtig tot verwardheid Marja Jellesma-Eggenkamp Klinische geriatrie Alysis 25 mei 2010 symposium Zevenaar 1 Kwetsbare ouderen inleiding >25% opgenomen patiënten 70+ 10-40%
Nadere informatieNieuwe Richtlijn Herseninfarct en Hersenbloeding: wat verandert er in de zorg vanuit neurologisch perspectief?
Nieuwe Richtlijn Herseninfarct en Hersenbloeding: wat verandert er in de zorg vanuit neurologisch perspectief? Dr. R.M. van den Berg-Vos, neuroloog Vergroot endovasculaire behandeling de kans op een goed
Nadere informatie(On)zin van diabetes behandeling bij ouderen
symposium 11/10/14 (On)zin van diabetes behandeling bij ouderen Dr. K. Mortelmans Endocrinologie RZ HHart Leuven Belang Toenemende prevalentie type 2 diabetes Wijzigende levensgewoonte Vergrijzing Meer
Nadere informatieErvaring Aantal ouderen bestudeerd in Randomized Controlled Trials (RCTs) 196 patiënten, gemiddelde leeftijd 67 jaar.(4)
Fosinopril C09AA09, januari 2018 Indicatie Hypertensie en hartfalen. Standpunt Ephor In het rapport over de ACE-remmers van december 2017 wordt fosinopril door Ephor als behandeling van hypertensie niet
Nadere informatieMenopauze polikliniek. Charlotte Broos, menopauze consulente Ellen Marie Sparidaens, fertiliteitsarts
Menopauze polikliniek Charlotte Broos, menopauze consulente Ellen Marie Sparidaens, fertiliteitsarts Menopauze De menopauze is de laatste menstruatie van een vrouw. Als een vrouw, een jaar lang geen menstruatie
Nadere informatieAntipsychotica en monitoren van bijwerkingen
Antipsychotica en monitoren van bijwerkingen Symptomatische behandeling bij psychosen Effectiviteit: 70 a 90% Indicaties Schizofrenie Manie Depressie met psychot. kenm. Waanstoornis Psychose NAO Psycho-org.
Nadere informatieInEen/NHG Indicatoren DM-COPD-CVRM
InEen/NHG Indicatoren DM-COPD-CVRM De zorggroep heeft hard gewerkt om de Indicatoren sets van InEen en NHG gelijk te trekken. Na veel overleg met NHG en InEen is dit gelukt. Hieronder is een artikel te
Nadere informatieMedicatie overdracht, klopt er iets van?
Medicatie overdracht, klopt er iets van? Karen Keijsers, aios geriatrie, klinisch farmacoloog Namens: dr PAF Jansen, klinisch geriater, klinisch farmacoloog Kenmerken van de oudere patiënt Multimorbiditeit
Nadere informatieMedicatie, Consequenties voor dieetadviezen
Cardiovasculair risicomanagement Medicatie, Consequenties voor dieetadviezen Marjon Achterberg en Jan Dirk Banga CVRM in de eerste lijn 19 juni 2014 De Eenhoorn, Amersfoort Uitgangspunt: de richtlijn 2011
Nadere informatieFarmacotherapeutische toelichting Pijnbestrijding gaat in het algemeen volgens het WHO-stappenplan.
1 Pijn 1.1 Pijnbehandeling algemeen Pijn vermindert veelal door behandeling van de onderliggende aandoening. Ondersteuning met analgetica zal niettemin vaak nodig zijn. Bij een aantal aandoeningen is symptomatische
Nadere informatieFries Wisselprotocol CVRM
Fries Wisselprotocol CVRM Basis Educatie Leefstijloptimalisatie: o matig alcoholgebruik o bewuste voeding waaronder zoutbeperking (tot 5 gram/dag) o stoppen roken o voldoende lichamelijke activiteiten
Nadere informatieInhoud. Deel I Basisbegrippen
VI Inhoud Deel I Basisbegrippen 1 Toepassingen van geneesmiddelen.... 3 1.1 Inleiding.... 5 1.2 Behandelmethoden.... 5 1.3 Gebruiksduur van geneesmiddelen.... 8 1.4 Vertrouwen in het geneesmiddel.... 9
Nadere informatieFRID Medicatie Review Protocol
1 FRID Medicatie Review Protocol Valgevaarlijke geneesmiddelen (Fall Risk Increasing Drugs; FRID s) zijn ingedeeld in drie categorieën: cardiovasculaire middelen, middelen met invloed op het centraal zenuwstelsel
Nadere informatieWerkprotocol CVRM praktijkondersteuner en huisarts
Werkprotocol CVRM praktijkondersteuner en huisarts Werkwijze risicoprofiel De huisarts verwijst de patiënt voor een inventarisatieconsult naar de POH (labformulier en evt. urineonderzoek bij antihypertensiva
Nadere informatie25-04-15. Wat doet Ephor. Bij voorschrijven aan ouderen maak ik het meest gebruik van: Preregistratie studies en de gebruikers van geneesmiddelen
Bij voorschrijven aan ouderen maak ik het meest gebruik van: Medicatieadviezen voor kwetsbare ouderen 1. De algemene informatie in het FK 2. De specifieke informatie over ouderen in het FK 3. De SmPC 4.
Nadere informatieMedicatiebeoordeling 2014 IS DE MEDICATIEBEOORDELING NOG WEL NODIG? Farmacotherapeutische zorg. Simpele model. Hypertensie geneesmiddel
Medicatiebeoordeling 2014 Rob van Marum Bijz. hoogleraar Farmacotherapie bij ouderen Farmacotherapeutische zorg IS DE MEDICATIEBEOORDELING NOG WEL NODIG? Rationeel voorschrijven - STOPP/START criteria
Nadere informatieInhoud. 10 Voorwoord 10
Inhoud 10 Voorwoord 10 1 11 Algemene inleiding 11 1.1 11 Inleiding 11 1.2 12 De huisarts in historisch perspectief 12 1.2.1 12 De huisarts 12 1.2.2 15 De doktersassistent 15 1.3 16 NHG-standaarden 16 1.4
Nadere informatieEigen spreekuur en chronische ziekten
M.C.A.P.J. van Abeelen Eigen spreekuur en chronische ziekten Tweede druk Houten 2013 V Voorwoord Het werk van de doktersassistent is de afgelopen jaren uitgebreid. In dit AG-katern komt een aantal chronische
Nadere informatieRegulatie van DM en hypertensie bij ouderen met chronische nierschade
Regulatie van DM en hypertensie bij ouderen met chronische nierschade Symposium Chronische Nierschade, MCHaaglanden, 29-10-2012 Anneke Boon, diabetesverpleegkundige / POH Eduard Scholten, internist-nefroloog
Nadere informatieWorkshop voor apothekers en huisartsen Behandeling van COPD anno 2007
Workshop voor apothekers en huisartsen Behandeling van COPD anno 2007 Voorbeeld Programma Maken van de ingangstoets Bespreking leerdoelen l en inleiding idi Presentatie van regionale voorschrijfcijfers
Nadere informatieMedicatie bij atherosclerose. Yvette Henstra Verpleegkundig Specialist Vasculaire Geneeskunde OLVG
Medicatie bij atherosclerose Yvette Henstra Verpleegkundig Specialist Vasculaire Geneeskunde OLVG Wat heeft de patiënt? Cerebrovasculair lijden Perifeer arterieel vaatlijden Coronairlijden Inhoud Trombocytenaggregatieremmers
Nadere informatieSTAPPENPLAN. Ter implementatie van de Richtlijn Overdracht medicatiegegevens in de keten en de LESA Actueel medicatieoverzicht eerste lijn
STAPPENPLAN Ter implementatie van de Richtlijn Overdracht medicatiegegevens in de keten en de LESA Actueel medicatieoverzicht eerste lijn Waarom een actueel medicatieoverzicht? Tandartsen en hun medewerkers
Nadere informatieAzathioprine Imuran, Azafalk
Azathioprine Imuran, Azafalk Ziekenhuis Gelderse Vallei Het doel van deze folder is u praktische informatie te geven over het nieuwe medicijn dat u gaat gebruiken: azathioprine. Hoe werkt azathioprine?
Nadere informatieTransmurale zorg: Casus geriatrie 1/02/2018. Achtergrond. Thuismedicatie. Casus. Andreas Capiau, ZAIO3 Apotheek UZ Gent
Andreas Capiau, ZAIO3 Apotheek UZ Gent Achtergrond Klinische farmacie op dienst geriatrie: Door ZAIO2, vier maanden dezelfde ZAIO (drie ZAIO s per jaar) Twee halve dagen per week (0,2 FTE) Transmurale
Nadere informatieDosering: geen dosisaanpassing op basis van leeftijd. Een startdosering van 5 mg wordt geadviseerd.
Fosinopril C09AA09, april 2019 Indicatie Behandeling van hypertensie en symptomatisch hartfalen.(1,2) Standpunt Ephor en samenvatting Fosinopril wordt door Ephor niet geadviseerd als behandeling van hypertensie
Nadere informatieleidraad voor artsen voor het beoordelen en monitoren van cardiovasculaire risico bij het voorschrijven van atomoxetine
Atomoxetine HCl Aurobindo 10, 18, 25, 40, 60, 80 en 100 mg, harde capsules RVG 121282, 121287, 121290, 121293, 121294, 121295, 121297 Module 1.8 1.8.2 armm Rev.nr. 1905 Pag. 1 van leidraad voor artsen
Nadere informatie