Strategische nota: Noodzakelijk bedrag aan bijkomende maatregelen voor de inplanting van een project van nucleaire afvalberging te Dessel-Mol.
|
|
- Irma Peeters
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Strategische nota: Noodzakelijk bedrag aan bijkomende maatregelen voor de inplanting van een project van nucleaire afvalberging te Dessel-Mol. Achtergrond Een studieconsortium bestaande uit de Solvay Business School (VUB) Haskoning en Omgeving heeft een eclectische multicriteria-analyse - EMCA uitgevoerd van een project van berging voor nucleair afval categorie A, mogelijk te implementeren op het grondgebied van de gemeenten Dessel-Mol. De EMCA werd opgedragen door MONA na afwerking van een Voorstudie gemaakt door de Solvay Business School voor dezelfde opdrachtgever. De Voorstudie kwam tot de conclusie dat ten tijde van de initiële Federale Regeringsbeslissing van 23 juni 2006 ten aanzien van dit project onvoldoende rekening werd gehouden met de veelheid aan criteria gehanteerd door onder meer gemeentelijke beleidsvoerders bij keuzes over het al dan niet toestaan van implementatie van projecten van nucleaire afvalberging op hun grondgebied. De EMCA, die rekening houdt met alle criteria belangrijk geacht door relevante stakeholders, was derhalve het logische vervolg van de Voorstudie, en noodzakelijk om: 1) kwalitatieve en niet-monetaire kwantitatieve parameters te kunnen integreren in één enkele analyse; 2) rekening te kunnen houden met de preferenties van alle relevante stakeholders, in het bijzonder met het oog op het eerbiedigen van het willingness to accept WTA principe. Integratie van kwalitatieve en niet-monetaire kwantitatieve parameters is belangrijk omdat technische experten, projectontwikkelaars en economen die conventionele kostenstudies en sociale kosten-batenanalyses uitvoeren, vooral belang hechten aan gemakkelijk monetariseerbare effecten, en als gevolg hiervan typisch de andere effecten verwaarlozen, of deze als pro memorie posten opnemen, zelfs wanneer dergelijke effecten van essentieel belang zijn in het kader van het eerbiedigen van het WTA principe. Door technische experten en ontwikkelaars van complexe, grootschalige projecten wordt vaak de disfunctionaliteit van het not in my backyard NIMBY fenomeen aangehaald als een belangrijke hinderpaal voor de implementatie van maatschappelijk wenselijke projecten, zoals regelmatig geobserveerd bij grote investeringen op het vlak van transport en mobiliteit of industriële ontwikkeling. Echter, bij deze projecten gaat het over het ervaren van gemakkelijk voorspelbaar ongemak en voorspelbare kosten, d.w.z. dat alle risico s en kosten perfect gekend zijn op voorhand, en daarnaast komen grote baten meestal ook toe aan de lokale 1
2 gemeenschap zelf (bijv. lokale werkgelegenheid gecreëerd ingevolge een grootschalig project in de petrochemische industrie). Het gevolg van het NIMBY fenomeen is dan vaak hypothetische compensatie: beleidsvoerders op een hoger niveau (bijv. het niveau van de Federale of Regionale overheid) beslissen toch tot uitvoering van het project op basis van verwachte netto baten voor de gemeenschap. Gebeurlijke compensaties zoals onteigeningpremies zijn veelal onafhankelijk van het effectief ervaren ongemak of feitelijke waardeverlies, maar volgen gestandaardiseerde (d.w.z. projectonafhankelijke) regels. Daarnaast zorgen eveneens gestandaardiseerde milieueffecten rapporten ervoor dat projecten een aantal algemeen aanvaarde inhoudelijke normen en procedurele regels inzake ecologische waarden respecteren. Het onderhavige project voor de berging van nucleair afval is echter zeer verschillend van de hierboven besproken, conventionele, maatschappelijk wenselijke projecten geconfronteerd met het NIMBY fenomeen, en wel om vier redenen: 1) In dit geval bestaan een aantal technisch mogelijke locaties op Belgisch grondgebied, maar slechts één enkele set gemeenten, met name Dessel-Mol werd bereid gevonden om inplanting van dit project ernstig te overwegen. Met andere woorden, hier geldt niet een conventioneel conflict van voorstanders versus lokale tegenstanders ten aanzien van een complex, grootschalig investeringsproject, maar een maatschappelijk wijd verbreide visie doorheen de regio s en subregio s van het hele land dat de lokale inplanting van dit project niet wenselijk is. 2) De hoofdreden voor de veralgemeende maatschappelijke aversie in België ten aanzien van de opslag van nucleair afval is dat de risico s niet volledig bekend of correct inschatbaar zijn (in vergelijking met bijv. grote transportprojecten waar externe effecten op het vlak van congestie, pollutie en veiligheid meestal nauwkeurig voorspelbaar zijn). 3) De hoofdreden voor het bestaan van een set kandidaat-gemeenten voor de opslag op Belgisch grondgebied is de historiek van binding van Dessel-Mol met nucleaire activiteiten sedert vele decennia, waarbij door sommige lokale beleidsvoerders wordt geoordeeld dat dit bergingsproject zich inschrijft in het economisch en sociaal ontwikkelingspad en de ruimere maatschappelijke verantwoordelijkheid van de betrokken gemeenten. 4) Inachtnemend de bereidheid van beleidsvoerders in Dessel-Mol om de uitvoering van het project ernstig in overweging te nemen, stelt zich wel de vraag gegeven de deels onbekende risico s en de realiteit dat de nucleaire elektriciteitsproductie in België ook in de toekomst nood zal hebben aan een locatie voor de opslag van nucleair afval, met inbegrip van afval van andere categorieën dan categorie A welke specifieke compenserende maatregelen moeten getroffen worden om een consensus te bereiken, in de vorm van een WTA vanwege alle betrokken, relevant geachte stakeholders, daarbij ook de basis leggend voor continuïteit in het nucleaire lot van 2
3 Dessel-Mol, in de zin van toekomstige aanvaarding van nieuwe bergingsprojecten op of onder gemeentelijke grond. Studieresultaten De Voorstudie toonde aan, op basis van een eenvoudige economische impact benadering, dat de onmiddellijk inschatbare, directe financiële impacts van een alternatieve aanwending der betrokken terreinen, welke verloren gaan bij implementatie van het bergingsproject, meer bepaald in de vorm van additionele gemeentelijke belastinginkomsten, kunnen begroot worden op 30 miljoen Euro. Een studie uitgevoerd door Transport and Mobility Leuven, gebruik makend van conventionele economische analysetechnieken kwam tot een conclusie van 32,1 miljoen Euro aan monetair kwantificeerbare impacts. De relevantie van bovenstaande equivalentie in grootteorde van bedragen is niet dat alternatieve technieken tot hetzelfde resultaat leiden, vermits de twee benaderingen op methodologisch vlak uitgaan van totaal verschillende assumpties inzake zinvolle waarderingprincipes. De relevantie is enkel dat een basisbedrag van ca. 30 miljoen Euro kan beschouwd worden als een getal waarover weinig discussie kan bestaan op politiek vlak, wanneer als opportuniteitskost enkel economisch direct monetair waardeerbare effecten zouden worden in aanmerking genomen, en dit in vergelijking met een optimaal implementeerbaar project van afvalberging vanuit het standpunt van de lokale stakeholders, in het bijzonder Dessel-Mol. De Federale Regering meldde in haar bovengenoemde beslissing van 23 juni 2006 een bedrag voor bijkomende voorwaarden (d.w.z. compenserende maatregelen) van 70 miljoen Euro, d.w.z. een bedrag dat 2,33 maal hoger is dan de direct meetbare, economische opportuniteitkost uit de Voorstudie, maar de vraag stelt zich of dit bedrag voldoende is om een WTA te bereiken in de betrokken gemeenten. Na goedkeuring van de Voorstudie door de opdrachtgever werd als input voor de EMCA een set van 32 experten bevraagd, die de visies uitten van 4 relevant geachte stakeholdergroepen (Federale Overheid/NIRAS; Afvalproducenten; Lokale gemeenschap met inbegrip van Dessel-Mol; Vlaams Gewest). Indien in de EMCA aan elke groep stakeholders éénzelfde gewicht wordt toegekend in de algemene beoordeling, dan geniet volgens deze analysetechniek de Oppervlakteberging de voorkeur boven de vier alternatieven, met name Geen berging in Dessel-Mol, Tijdelijke opslag en Diepteberging in twee varianten. Echter, vanuit het standpunt van twee der vier stakeholdergroepen, met name de Lokale gemeenschap en het Vlaams Gewest blijkt een voorkeur voor Diepteberging eerder dan Oppervlakteberging. Voor de Lokale gemeenschap spelen leefbaarheidelementen, meer bepaald veiligheidsgevoel, een belangrijke rol bij deze voorkeur, alsook de gedachte van economische ontwikkeling gekoppeld aan Diepteberging. 3
4 Significant is dat binnen de stakeholdergroep Lokale gemeenschap, de Gemeenten Dessel-Mol een veel lagere preferentie voor Oppervlakteberging hebben dan het geval is bij de Federale Overheid/NIRAS en de Afvalproducenten zelf. De Gemeenten Dessel-Mol alloceerden een relatieve preferentie van aan Oppervlakteberging (gegeven de mogelijkheid om preferenties te uiten voor de vijf alternatieven, waaronder Oppervlakteberging, en een totale preferentiewaarde van 1 die verdeeld wordt in de vorm van relatieve preferenties over deze vijf alternatieven), terwijl de Federale overheid/niras hier respectievelijk en alloceerden, d.w.z., relatieve preferenties uitten die respectievelijk 1.67 en 2.79 maal (of gemiddeld 2.23 maal) hoger liggen dan die van Dessel-Mol ten gunste van het alternatief Oppervlakteberging. De vraag is nu welke concrete betekenis moet gegeven worden aan deze ratio s, in het bijzonder in de context van de bijkomende voorwaarden die moeten vervuld worden vooraleer tot implementatie van het project van Oppervlakteberging te Dessel-Mol kan worden overgegaan? Hoofdzaak is te begrijpen dat vooral het leefbaarheidelement anders wordt ingeschat in Dessel-Mol, in vergelijking met het gewicht hieraan gegeven door stakeholders die niet in de onmiddellijke nabijheid met het project van oppervlakteberging zullen worden geconfronteerd. Gegeven een initieel bedrag van 70 miljoen Euro, dat tentatief was ingeschreven in de Federale Regeringsbeslissing van 23 juni 2006 is het belangrijk te weten of dit bedrag volstaat om alle stakeholders, in het bijzonder de Gemeenten Dessel-Mol over de streep te trekken voor dit project, in de vorm van een WTA. Indien dit niet het geval is, hoe wordt dan een WTA bereikt? Deze WTA is hier veel belangrijker dan bij conventionele projecten, precies gegeven de idee van continuïteit in de binding van de twee gemeenten met de nucleaire sector, en in het bijzonder de hoge waarschijnlijkheid dat in de toekomst nieuwe projecten van afvalopslag het daglicht zullen zien, met wellicht dezelfde enige haalbare locatie in geheel België. Een eerste, onmiddellijk implementeerbare benadering zou zijn te stellen dat het bedrag voorzien door de Federale Regering in 2006 voor bijkomende voorwaarden, met name 70 miljoen Euro, dient te worden vermenigvuldigd met een ratio van 1.67 (ratio van relatieve preferenties van de Federale Overheid/NIRAS versus de Gemeenten Dessel-Mol ten aanzien van het alternatief Oppervlakteberging), hetgeen een bedrag zou opleveren van miljoen Euro, zijnde 46.9 miljoen Euro hoger dan oorspronkelijk voorzien om de Lokale gemeenschap te compenseren voor het aanvaarden van een intrinsiek nietwenselijk project. Hogere bedragen zijn uiteraard mogelijk indien andere ratio s worden gehanteerd, en in dit kader kunnen ook vorken worden berekend, maar de ratio van 1.67 is bijzonder relevant omdat hier de twee meest belangrijke relatieve preferenties aan elkaar worden gekoppeld: De Federale Overheid/NIRAS lag 4
5 immers aan de basis van de Regeringsbeslissing van 23 juni 2006, met inbegrip van het tentatieve bedrag van 70 miljoen Euro voor bijkomende maatregelen. De Gemeenten Dessel-Mol vertegenwoordigen de essentie van de Lokale gemeenschap, vermits het project op hun gemeentelijke gronden zal worden ontwikkeld, en hun burgers zullen moeten leven met het project in de onmiddellijke nabijheid. Is het echter niet te eenvoudig om de initiële som van 70 miljoen Euro gewoon te vermenigvuldigen met een ratio van 1.67? Het standpunt van de Solvay Business School als opdrachtnemer is als volgt: Indien de hypothese mag worden aangehouden dat de 70 miljoen Euro expliciet gemeld in de Regeringsbeslissing van 26 juni 2006 een valide bedrag was, d.w.z. een bedrag tot stand gekomen op basis van de best beschikbare, aanwezige technische en economische kennis, maar tegelijkertijd ook op basis van de preferenties van specifieke stakeholders die niet het gehele spectrum aan relevante stakeholdergroepen dekken, dan is vermenigvuldiging met 1.67 een aanvaardbare benadering. Echter, zelfs indien deze hypothese niet kan worden aangehouden, en het bedrag van 70 miljoen Euro niet als een technisch en economisch voldoende onderbouwde basis kan worden beschouwd voor de bepaling van de hoogte van bijkomende maatregelen, dan wordt in de EMCA studie alleszins toch een integraal en systematisch overzicht gegeven van de doelstellingen en bekommernissen van het hele spectrum aan stakeholders, en kan dit overzicht als basis fungeren voor verdere besprekingen tussen de betrokken partijen, precies het hele veld van relevante doelstellingen en bekommernissen inachtnemend. Essentieel hierbij is dat het basisbedrag van 70 miljoen Euro ondertussen reeds drie jaar leeft bij de relevante stakeholdergroepen, en dus een referentiepunt met hoge visibiliteit is geworden voor maatschappelijke dialoog, in het bijzonder met het oog op het bereiken van het punt van WTA bij Dessel-Mol. De rationale voor een gebeurlijke, eenvoudige vermenigvuldiging van de 70 miljoen Euro met een ratio hoger dan 1, met name met 1.67, is in feite tweeledig. 1) De Federale Overheid/NIRAS had in 2006 nog geen volledig zicht op de waarden en preferenties die leefden (en nog steeds leven) in Dessel-Mol, en derhalve alloceerde de Federale Regering tentatief een bedrag van 70 miljoen Euro, gegeven haar eigen, legitieme visie en criteria (bijdragen tot het industrieel beheer, kostenbeheersing, instandhouding van het lokaal draagvlak, ethische verantwoordelijkheid, en concentratie nucleaire sites). De instandhouding van het lokaal draagvlak had in 2009 zo bleek uit de inputs geleverd voor de EMCA een gewicht van 20% in de set van criteria aangehouden door deze stakeholder. De relevante informatie over wat echt leeft in Dessel-Mol ten aanzien van het afvalbergingsproject is inmiddels geëxpliciteerd dankzij de EMCA. Interessant is hier het gewicht van 50% gegeven aan de leefbaarheidscriteria door de Gemeenten Dessel-Mol. Indien de Federale Overheid/NIRAS correct zou hebben ingeschat dat de Gemeenten Dessel-Mol een gewicht geven van 50% aan de som van financiële en socio-economische criteria en 50% aan leefbaarheidcriteria, dan zou bij de Federale Overheid/NIRAS in feite slechts de helft van 20%, 5
6 met name 10% van het gewicht in haar keuzevorming bepaald worden door de leefbaarheidcriteria hoog in het vaandel gedragen door de Lokale gemeenschap. Indien vanuit de Federale Overheid/NIRAS daarentegen werd verondersteld dat leefbaarheidcriteria de essentie uitmaken van wat belangrijk wordt geacht in Dessel-Mol, dan zou het leefbaarheidcriterium dus een gewicht van 20% uitmaken in de keuzevorming door de Federale Overheid/NIRAS. De Gemeenten Dessel-Mol vertegenwoordigen echter de kern van de stakeholdergroep Lokale gemeenschap, en geven in hun beoordeling een gewicht van 50% aan het leefbaarheidcriterium. Voor Dessel-Mol is het lokale leefbaarheidcriterium, los van de beoordeling van specifieke projecten, dus minstens 2.5 maal belangrijker dan voor de Federale Overheid/NIRAS. Het hoeft dan ook niet te verbazen dat in Dessel- Mol zelf het alternatief Oppervlakteberging een veel lagere relatieve voorkeur geniet dan het geval is bij de Federale Overheid/NIRAS. Dit verschil in voorkeur wordt niet gevat door de initieel voorgestelde 70 miljoen Euro aan bijkomende maatregelen, maar uit zich precies in de ratio der relatieve preferenties voor Oppervlakteberging door de twee sets stakeholders van ) Het is in positieve zin ook duidelijk dat volgens de EMCA de meer-allocatie van 46,9 miljoen Euro voldoende is om tegemoet te komen aan de bekommernissen die leven in Dessel-Mol op het vlak van reductie aan leefbaarheid en economisch waardeverlies, en derhalve zal leiden tot een quasi-automatische WTA ten gunste van de Oppervlakteberging, daarbij ook de deur openhoudend voor toekomstige projecten van nucleaire berging, en dus tot de verdere clustering van nucleaire sites. Een tweede benadering die wel additioneel studiewerk zou vergen is het vergelijken van de meerkost verbonden aan het door Dessel-Mol geprefereerde alternatief met name Diepteberging met Oppervlakteberging. Een aantal kostencalculaties werden in dit kader verricht ten tijde van de Federale Regeringsbeslissing in 2006, maar zijn volgens NIRAS thans voorbijgestreefd, en zouden derhalve opnieuw moeten gemaakt worden, uiteraard door een gespecialiseerd studiebureau onafhankelijk van NIRAS. Hier dient te worden opgemerkt dat het berekenen van de kostenverschillen tussen alternatieven, en de monetaire waardering van externe effecten op basis van deze kostenverschillen, een methodologisch algemeen aanvaard principe is bij uitvoering van conventionele sociale kosten-batenanalyses. Met andere woorden, indien door een set stakeholders een bepaald alternatief verkozen wordt in vergelijking met een ander alternatief, ingevolge een aantal externaliteiten (in dit geval verband houdend met bijv. leefbaarheid/onveiligheidsgevoel) dan kan de meerkost verbonden aan het gunstiger beoordeelde alternatief als proxy worden beschouwd voor de waardering van de betrokken externaliteiten. Het nadeel van deze benadering is dat het kostenverschil tussen alternatieven een zuiver technisch gegeven is, dat voorbijgaat aan het minimumbedrag nodig om de WTA te bereiken vanwege de Gemeenten Dessel-Mol voor het project Oppervlakteberging. 6
7 Een derde benadering, eveneens in lijn met de technieken van conventionele sociale kosten-batenanalyses, maar die ook enig bijkomend studiewerk zou vergen, gaat uit van het bedrag dat andere Belgische gemeenten dan Dessel-Mol zouden vragen om terreinen op gemeentelijk grondgebied ter beschikking te stellen voor de berging van nucleair afval. Gegeven het bedrag van 70 miljoen Euro gemeld in de Regeringsbeslissing van 23 juni 2006, meldde zich geen enkele kandidaat, buiten Dessel-Mol. Aan een aantal technisch mogelijke kandidaatgemeenten in België zou thans, in lijn met de reeds uitgevoerde EMCA, een survey kunnen worden voorgelegd met diverse alternatieven zoals het geval was bij het project van afvalberging te Dessel-Mol. Twee interessante vragen stellen zich dan: 1) Wat is het gewicht gegeven aan financiële en socio-economische criteria versus leefbaarheidcriteria door elke hypothetische kandidaatgemeente voor dit nietwenselijke project; 2) Welke is de relatieve preferentie gegeven aan diverse bergingsalternatieven binnen de kandidaatgemeente versus de optie van nietberging op gemeentelijk grondgebied. De hieruit voortvloeiende ratio s bij vergelijking van de relatieve preferenties vanwege de Federale Overheid/NIRAS versus de kandidaatgemeenten, kunnen beschouwd worden als een robustness check voor de ratio van 1.67 hierboven gemeld bij vergelijking van de relatieve preferenties van de Federale Overheid/NIRAS met die van Dessel-Mol (zie eerste benadering ). Visie van de Solvay Business School (opdrachtnemer) Lange en moeizame onderhandelingen met een onzeker resultaat kunnen gemakkelijk vermeden worden indien alle betrokken partijen het er over eens zijn dat 1.67 een zinvolle ratio is met dewelke het initieel voorziene bedrag van 70 miljoen Euro moet vermenigvuldigd worden voor bijkomende maatregelen, daarbij quasi-automatisch een Willingness to Accept bereikend vanwege Dessel-Mol, die tevens de deur openlaat voor toekomstige projecten van afvalberging. Indien een politiek onrealistische houding wordt verwacht vanwege sommige stakeholdergroepen die menen dat 70 miljoen Euro een correct bedrag is, waarbij nog enkele kruimels kunnen gevoegd worden om het lokaal gepeupel tevreden te stellen, dan kan de opdrachtgever van de EMCA (MONA) twee strategieën volgen: 1) In plaats van de zinvolle ratio van 1.67 voorop te stellen, kan dan best gewerkt worden met vorken (de EMCA resultaten toonden immers ook substantieel hogere ratio s dan 1.67 wanneer andere relatieve preferenties werden vergeleken). 2) Er kan aangedrongen worden om ook de twee andere methodologische benaderingen (verschil in kosten tussen Oppervlakteberging en 7
8 Diepteberging, en onderzoek van de WTA bij andere hypothetische kandidaatgemeenten in België) te laten toepassen, uiteraard door onafhankelijke onderzoeksbureaus. Er is een hoge waarschijnlijkheid dat beide alternatieve benaderingen zullen leiden tot bedragen voor bijkomende maatregelen die in zeer ruime mate de 70 miljoen Euro x 1.67 zullen overtreffen. Uiteraard zou de toepassing van dergelijke benaderingen ook leiden tot verder uitstel van implementatie van het bergingsproject. 8
nr. 709 van MARTINE TAELMAN datum: 13 september 2016 aan PHILIPPE MUYTERS Dienstenchequeondernemingen - Opleidingsfonds
SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 709 van MARTINE TAELMAN datum: 13 september 2016 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT Dienstencheque - Opleidingsfonds Een dienstencheque
Nadere informatieDe minister president van de Vlaamse Regering Vlaams minister van Buitenlands Beleid en Onroerend Erfgoed NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING
De minister president van de Vlaamse Regering Vlaams minister van Buitenlands Beleid en Onroerend Erfgoed NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Samenwerkingsakkoord tussen de Vlaamse Gemeenschap, het Vlaamse
Nadere informatieA D V I E S Nr Zitting van dinsdag 14 juli
A D V I E S Nr. 1.954 ------------------------------- Zitting van dinsdag 14 juli 2015 ---------------------------------------- Risicogroepen Wijziging van het koninklijk besluit van 26 november 2013 tot
Nadere informatieWERKGROEP LOKAAL FONDS
WERKGROEP LOKAAL FONDS SYNTHESENOTA JULI 2012 (op basis van de besprekingen op 25/01/2012, 20/02/2012, 19/03/2012, 25/04/2012, 07/06/2012 en 09/07/2012) Goedgekeurd op de Algemene Vergadering van 15/11/2012
Nadere informatieWelkomstwoord en inleiding tot de NIRAS Dialogen. Naar een duurzaam beheer van hoogradioactief en langlevend afval
Welkomstwoord en inleiding tot de NIRAS Dialogen Naar een duurzaam beheer van hoogradioactief en langlevend afval Wie is NIRAS en waarom een Afvalplan? NIRAS is de openbare instelling die wettelijk belast
Nadere informatieAdvies. Tussentijds advies over het begrotingsbeleid van de Vlaamse gemeenschap
Brussel, 16 juni 2009 160609_Begrotingsadvies 2009_ tussentijds Advies Tussentijds advies over het begrotingsbeleid van de Vlaamse gemeenschap 2009 2014 Inleiding Volgens de gebruikelijke procedure brengt
Nadere informatieVR DOC.1379/1BIS
VR 2017 2212 DOC.1379/1BIS DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Standpuntbepaling van de Vlaamse Regering over
Nadere informatieCollege 3. Opgaven. Opgave 2
College 3 Opgaven Opgave 2 Tabel bij opgave 2 Schepen Marg. kosten Totale kosten Tot. opbr. Marg. opbr. Netto opbr. 3 200 600 900 900 300 4 200 800 1600 700 800 5 200 1000 2000 300 1000 6 200 1200 2100
Nadere informatieRise- Innovatieve start-ups
Rise- Innovatieve start-ups Reglement Oproep van mei 2017 A) Ondernemingen die in aanmerking komen Elke onderneming die aan volgende voorwaarden voldoet, kan zich, met oog op de toepassing van een strategisch
Nadere informatieNOTA AAN DE VLAAMSE REGERING
DE VLAAMSE MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Voorontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van
Nadere informatieSteun aan jonge innovatieve ondernemingen
Steun aan jonge innovatieve ondernemingen Reglement Oproep van mei 2013 A) Ondernemingen die in aanmerking komen Elke onderneming die aan volgende voorwaarden voldoet, kan zich, met oog op de toepassing
Nadere informatieNotitie Weerstandsvermogen Veiligheidsregio Amsterdam Amstelland
Notitie Weerstandsvermogen Veiligheidsregio Amsterdam Amstelland 2017-2020 Inhoud 1. Aanleiding en Context... 3 2. Doel... 3 3. Methode... 3 3.1 Inventariseren en beoordelen risico s... 3 3.2 Vaststellen
Nadere informatie5 Opstellen businesscase
5 Opstellen In de voorgaande stappen is een duidelijk beeld verkregen van het beoogde project en de te realiseren baten. De batenboom geeft de beoogde baten in samenhang weer en laat in één oogopslag zien
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1996 1997 25 026 Reductie CO 2 -emissies Nr. 3 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal s-gravenhage,
Nadere informatiePUNCH INTERNATIONAL NAAMLOZE VENNOOTSCHAP 9830 Sint-Martens-Latem, Koperstraat 1A RPR 0448.367.256. (Hierna, de Vennootschap )
PUNCH INTERNATIONAL NAAMLOZE VENNOOTSCHAP 9830 Sint-Martens-Latem, Koperstraat 1A RPR 0448.367.256 (Hierna, de Vennootschap ) BIJZONDER VERSLAG VAN DE RAAD VAN BESTUUR OVEREENKOMSTIG ARTIKEL 582 VAN HET
Nadere informatieNOTA AAN DE VLAAMSE REGERING
DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Definitieve goedkeuring van het ontwerp van decreet houdende instemming met de overeenkomst inzake
Nadere informatieNOTA AAN DE VLAAMSE REGERING
DE VLAAMSE MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 14
Nadere informatieNota risicomanagement 2014
Nota risicomanagement 2014 Opgesteld door: Afdeling concerncontrol D.d.: Februari 2014 2 Inhoud 1 Inleiding... 5 2 Wettelijk kader en doelstellingen... 6 2.1 BBV... 6 2.2 Doelstellingen... 6 3 Risicomanagement...
Nadere informatieADVIES VOORKEURSBESLUIT KLEIN RUSLAND
ADVIES VOORKEURSBESLUIT KLEIN RUSLAND Advies 2018-21 / 30.08.2018 www.vlaamsewoonraad.be INHOUD 1 Situering... 3 2 Beknopte inhoud... 3 3 Bespreking... 3 3.1 Algemeen 3 3.2 Leefbare locatie 4 3.3 Alternatief
Nadere informatieAdvies. Over het voorontwerp van decreet tot invoering van een verhoogd abattement bij hypotheekvestiging op de enige woning
Brussel, 9 juli 2008 070908 Advies decreet hypotheekvestiging Advies Over het voorontwerp van decreet tot invoering van een verhoogd abattement bij hypotheekvestiging op de enige woning 1. Toelichting
Nadere informatieA D V I E S Nr Zitting van dinsdag 17 december
A D V I E S Nr. 1.886 ------------------------------ Zitting van dinsdag 17 december 2013 ----------------------------------------------------- Ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk
Nadere informatieStudie Onthaalcapaciteit decentrale productie in Vlaanderen september 2012
Studie Onthaalcapaciteit decentrale productie in Vlaanderen 2011-2020 10 september 2012 Agenda Doelstelling en algemene context Methodologie PV WKK Wind Resultaten Aansluiting Transformatiecapaciteit Capaciteit
Nadere informatieNOTA AAN DE VLAAMSE REGERING. - Ontwerp van decreet houdende het terugkommoment in het kader van de rijopleiding categorie B - Definitieve goedkeuring
DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp van decreet houdende het terugkommoment in het kader van de
Nadere informatieDE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED DE VLAAMSE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT
DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED DE VLAAMSE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT DE VLAAMSE MINISTER VAN OMGEVING, NATUUR EN LANDBOUW NOTA AAN DE LEDEN VAN DE
Nadere informatieVLAAMS PARLEMENT VERSLAG. van het Rekenhof
Stuk 20-A (2003-2004) Nr. 2 VLAAMS PARLEMENT Zitting 2003-2004 30 maart 2004 VERSLAG van het Rekenhof van het onderzoek van het ontwerp van decreet houdende aanpassing van de algemene uitgaven van de Vlaamse
Nadere informatieNOTA AAN DE VLAAMSE REGERING
De Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Inburgering, Wonen, Gelijke Kansen en Armoedebestrijding NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Principiële beslissing tot het afsluiten van een dienstverleningsovereenkomst
Nadere informatieNOTA AAN DE VLAAMSE REGERING
VR 2016 0212 DOC.1302/1BIS DE VLAAMSE MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR, INBURGERING, WONEN, GELIJKE KANSEN EN ARMOEDEBESTRIJDING NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp van besluit van de Vlaamse
Nadere informatieOver Plantinga s argument voor de existentie van een noodzakelijk bestaand individueel ding. G.J.E. Rutten
1 Over Plantinga s argument voor de existentie van een noodzakelijk bestaand individueel ding G.J.E. Rutten Introductie In dit artikel wil ik het argument van de Amerikaanse filosoof Alvin Plantinga voor
Nadere informatieSCSZ/06/083. Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank ontvangen op 27 april 2006; Gelet op het verslag van de heer Michel Parisse.
SCSZ/06/083 1 BERAADSLAGING NR. 06/042 VAN 16 MEI 2006 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR DE RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID EN DE RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID VAN DE PROVINCIALE
Nadere informatieINSCHATTING VAN DE IMPACT VAN DE KILOMETERHEFFING VOOR VRACHTVERVOER OP DE VOEDINGSINDUSTRIE. Studie in opdracht van Fevia
INSCHATTING VAN DE IMPACT VAN DE KILOMETERHEFFING VOOR VRACHTVERVOER OP DE VOEDINGSINDUSTRIE Studie in opdracht van Fevia Inhoudstafel Algemene context transport voeding Enquête voedingsindustrie Directe
Nadere informatieMKBA Windenergie Lage Weide Samenvatting
MKBA Windenergie Lage Weide Delft, april 2013 Opgesteld door: G.E.A. (Geert) Warringa M.J. (Martijn) Blom M.J. (Marnix) Koopman Inleiding Het Utrechtse College en de Gemeenteraad zetten in op de ambitie
Nadere informatieOnderzoek Verplaatsingsgedrag Vlaanderen 4.3 (2010-2011)
Onderzoek Verplaatsingsgedrag Vlaanderen 4.3 (2010-2011) Verkeerskundige interpretatie van de belangrijkste tabellen (Analyserapport) D. Janssens, S. Reumers, K. Declercq, G. Wets Contact: Prof. dr. Davy
Nadere informatieNOTA AAN DE VLAAMSE REGERING
DE MINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft - Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 3 juni 2016 betreffende de tegemoetkoming
Nadere informatieVlaanderen. is samenwerking COMPLEXE PROJECTEN. Een nieuwe procesaanpak. www.complexeprojecten.be
Vlaanderen is samenwerking COMPLEXE PROJECTEN Een nieuwe procesaanpak www.complexeprojecten.be U heeft het als bestuur of als private initiatiefnemer wellicht reeds meegemaakt. De opstart en uitvoering
Nadere informatieInschatting wilsbekwaamheid volgens KNMG richtlijn
Naam patiënt:.. Geboortedatum patiënt:... Naam afnemer: Datum afname: Inschatting wilsbekwaamheid volgens KNMG richtlijn 1. Wilsbekwaamheid wordt altijd beoordeeld ter zake een bepaald onderzoek of bepaalde
Nadere informatieAdaptief beheer van everzwijnen. 11/05/2012 Jim Casaer & Thomas Scheppers
Adaptief beheer van everzwijnen 11/05/2012 Jim Casaer & Thomas Scheppers Adaptief beheer?? Maatwerk Onzekerheden Participatief overleg ~ belanghebbenden Monitoring Doelstellingen, indicatoren Leren door
Nadere informatieVR DOC.0092/1
VR 2018 0202 DOC.0092/1 DE VLAAMSE MINISTER VAN ONDERWIJS NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Voorontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot aanpassing van de vergoeding van de voorzitters van
Nadere informatieEvaluatie National Contact Point-werking van het Vlaams Contactpunt Kaderprogramma
Evaluatie National Contact Point-werking van het Vlaams Contactpunt Kaderprogramma Departement Economie, Wetenschap en Innovatie Afdeling Strategie en Coördinatie Koning Albert II-laan 35 bus 10 1030 Brussel
Nadere informatieVR DOC.0432/1
VR 2018 0405 DOC.0432/1 DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED EN DE VLAAMSE MINISTER VAN CULTUUR, MEDIA, JEUGD EN BRUSSEL NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Definitieve goedkeuring
Nadere informatieVR DOC.0398/1BIS
VR 2018 2704 DOC.0398/1BIS DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Principiële goedkeuring - voorontwerp van decreet
Nadere informatieNOTA AAN DE VLAAMSE REGERING
DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED EN DE VLAAMSE MINISTER VAN BEGROTING, FINANCIËN EN ENERGIE NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Principiële goedkeuring van het voorontwerp
Nadere informatieVlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.8 - Mei 2008-179-
Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.8 - Mei 2008-179- VLAAMS PARLEMENT SCHRIFTELIJKE VRAGEN FRANK VANDENBROUCKE VICEMINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN WERK, ONDERWIJS
Nadere informatieBrussel, 15 december _Aanbeveling Brussels Airport. Aanbeveling. ontwerp actieplan omgevingslawaai voor de luchthaven Brussels Airport
Brussel, 15 december 2009 20091215_Aanbeveling Brussels Airport Aanbeveling ontwerp actieplan omgevingslawaai voor de luchthaven Brussels Airport Inhoud 1. Situering... 3 2. Strategische overwegingen...
Nadere informatieStand van zaken van de Smart City -dynamiek in België: een kwantitatieve barometer
Stand van zaken van de Smart City -dynamiek in België: een kwantitatieve barometer AUTEURS Jonathan Desdemoustier, onderzoeker-doctorandus, Smart City Institute, HEC-Liège, Universiteit van Luik (België)
Nadere informatieGezien de commentaren ontvangen op deze openbare raadpleging;
Ontwerp van norm inzake de toepassing van de nieuwe en herziene Internationale controlestandaarden (ISA s) in België en tot vervanging van de norm van 10 november 2009 inzake de toepassing van de ISA s
Nadere informatieONDERFINANCIERING HOGER ONDERWIJS IN KAART
2016-04-13 ONDERFINANCIERING HOGER ONDERWIJS IN KAART Inleiding In wat volgt wordt een overzicht gegeven van de besparingsmaatregelen tijdens deze legislatuur op de werkingstoelagen en op de sociale toelagen,
Nadere informatieADVIES. Uitgebracht door de Raad van Bestuur van 4 december 2017
ADVIES Een substantiële vermindering van het aantal dierproeven in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest : principenota Uitgebracht door de Raad van Bestuur van 4 december 2017 Economische en Sociale Raad
Nadere informatieOVERLEGCOMITE FEDERALE REGERING GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN. Vergadering van 8 maart Het Comité keurt de hierbij gevoegde tekst goed.
KANSELARIJ VAN DE EERSTE MINISTER 1000 Brussel, 8 maart 2004. RP SECRETARIE VAN HET OVERLEGCOMITE OVERLEGCOMITE FEDERALE REGERING GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN Vergadering van 8 maart 2004 Federale
Nadere informatieCriteria privatisering gemeentelijke gebouwen
Criteria privatisering gemeentelijke gebouwen 1. Inleiding Op basis van de nota Kaderstelling beleid gemeentelijke eigendommen heeft de gemeenteraad in zijn vergadering van 23 september 2008 expliciet
Nadere informatie(Voor de EER relevante tekst)
L 185/6 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2015/1136 VAN DE COMMISSIE van 13 juli 2015 tot wijziging van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 402/2013 betreffende de gemeenschappelijke veiligheidsmethode voor risico-evaluatie
Nadere informatieFaculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam
Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam T 020 535 2637 Advies Luchtaanvallen IS(IS) Datum 24 september 2014 Opgemaakt door Prof. dr. P.A. Nollkaemper
Nadere informatieNIRAS DIALOOG (D.III) 25 april 2009. Verslag
NIRAS DIALOOG (D.III) 25 april 2009 Verslag De Dialogen werden georganiseerd door NIRAS binnen het kader van de Maatschappelijke Consultatie rond het Afvalplan voor het langetermijnbeheer van hoogactief
Nadere informatieNOTA AAN DE VLAAMSE REGERING
DE VLAAMS MINISTER VAN BEGROTING, FINANCIEN EN ENERGIE EN DE VLAAMS MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR, INBURGERING, WONEN, GELIJKE KANSEN EN ARMOEDEBESTRIJDING NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp
Nadere informatieVR DOC.0510/1BIS
VR 2017 1905 DOC.0510/1BIS VR 2017 1905 DOC.0510/1BIS DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Standpuntbepaling
Nadere informatie2. Zal de Vlaamse Gemeenschap hiervoor door de federale overheid gecompenseerd worden?
VLAAMS PARLEMENT SCHRIFTELIJKE VRAGEN FRANK VANDENBROUCKE VICE-MINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN WERK, ONDERWIJS EN VORMING Vraag nr. 260 van 9 september 2005 van KRIS VAN
Nadere informatieRAAD VAN STATE afdeling Wetgeving
RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving advies 60.771/3 van 30 januari 2017 over een ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het Subsidiebesluit van 22 november 2013 en het Subsidiebesluit
Nadere informatieNOTA AAN DE VLAAMSE REGERING
DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot aanpassing van de regelgeving
Nadere informatieMAATSCHAPPIJ VOOR INTERCOMMUNAAL VERVOER TE BRUSSEL
MAATSCHAPPIJ VOOR INTERCOMMUNAAL VERVOER TE BRUSSEL M.I.V.B. Speciale Studiedienst Koningsstraat 76 1000 BRUSSEL 1 Bijzonder Bestek nr. MIVB/SSD/1400 RAAMOVEREENKOMST VOOR VERSTERKING VAN PERRONNEUZEN
Nadere informatieMededeling Vlaamse Regering. Vlaams statistisch programma: samenstelling en goedkeuringsproces
Mededeling Vlaamse Regering Vlaams statistisch programma: samenstelling en goedkeuringsproces 1. Context Na het leggen van de grondvesten van een nieuw systeem van Vlaamse openbare statistieken door de
Nadere informatieNotitie effect- en inzetstudie wijkcoaches Velve Lindenhof
Notitie effect- en inzetstudie wijkcoaches Velve Lindenhof Pieter-Jan Klok Bas Denters Mirjan Oude Vrielink Juni 2012 Inleiding Onderdeel van het onderzoek zou een vergelijkende studie zijn naar de effectiviteit
Nadere informatieNOTA AAN DE VLAAMSE REGERING
DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED EN DE VLAAMSE MINISTER VAN BEGROTING, FINANCIËN EN ENERGIE NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Definitieve goedkeuring van het ontwerp
Nadere informatieToelichting ISO Milieuprestatiemeting versie 15 mei 2018
Toelichting ISO 14001 Milieuprestatiemeting versie 15 mei 2018 SCCM heeft een instrument ontwikkeld waarmee u goed inzicht krijgt in de milieuprestaties van uw organisatie, de ISO 14001 Milieuprestatiemeting.
Nadere informatieIn 3, a) worden de woorden "400 F" en "100 F " vervangen door de respectieve woorden"10 euro" en "2,50 euro".
BESLUIT VAN DE VLAAMSE REGERING van 23 NOVEMBER 2001 tot invoering van de euro in de regelgeving betreffende de sociale integratie van personen met een handicap (B.S. 31.I.2002) HOOFDSTUK I. Wijziging
Nadere informatieNOTA AAN DE VLAAMSE REGERING
DE VLAAMSE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE en SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 4 maart 2016 houdende het
Nadere informatieAdvies. Proefproject LZV s. Brussel, 24 juni Mobiliteitsraad
Advies Proefproject LZV s Brussel, 24 juni 2011 Mobiliteitsraad Wetstraat 34-36 1040 Brussel T +32 2 209 01 25 F +32 2 217 70 08 info@mobiliteitsraad.be www.mobiliteitsraad.be Adviesvraag: Proefproject
Nadere informatieBijwerking van het advies van maart 2011 ten gevolge van de gewijzigde economische context
Federale Overheidsdienst Financiën - België Documentatieblad 71e jaargang, nr. 3, 3e kwartaal 2011 Bijwerking van het advies van maart 2011 ten gevolge van de gewijzigde economische context HOGE RAAD VAN
Nadere informatiePERSONTMOETING 24 MAART 2010. Forum Mobiliteit Regio Antwerpen 2020
PERSONTMOETING 24 MAART 2010 Forum Mobiliteit Regio Antwerpen 2020 Een stand van zaken Uitgangspunten & aanpak Memorandum Feedback & vaststellingen Boodschap Openbaar vervoer potenties (Manu Claeys Peter
Nadere informatieALTERNATIEVENONDERZOEKSNOTA KLUISBOS
ALTERNATIEVENONDERZOEKSNOTA KLUISBOS Advies 2019-08 / 28.06.2019 www.vlaamsewoonraad.be INHOUD 1 Situering... 3 2 Opzet project Kluisbos... 3 3 Enkele bedenkingen / aandachtspunten... 4 3.1 Procesaanpak
Nadere informatieComplexe Projecten. Het strategisch niveau van de onderzoeksfase
Complexe Projecten Het strategisch niveau van de onderzoeksfase onderzoeksfase Geïntegreerde weloverwogen afweging alternatieven op strategisch niveau VOORKEURSBESLUIT Vaststelling van op strategisch niveau
Nadere informatieExcellent Opdrachtgeverschap? Ombouw Amstelveenlijn
Excellent Opdrachtgeverschap? Ombouw Amstelveenlijn Karin Sweering Stadsregio Amsterdam k.sweering@stadsregioamsterdam.nl Tatjana Stenfert Kroese ViNU Consult stenfert@vinuconsult.nl Bijdrage aan het Colloquium
Nadere informatieAdvies inzake uitbreiding rechtsmacht Hof
Interdepartementale Commissie Europees Recht (ICER) Advies inzake uitbreiding rechtsmacht Hof Inleiding De Commissie heeft op 28 juli 2006 een voorstel gedaan tot aanpassing van de bijzondere bepalingen
Nadere informatieSTAATSTEUN A350XWB Financieringsscenario s
STAATSTEUN A350XWB Financieringsscenario s De Belgische Regering heeft, na een aantal principiële stellingnames (14.10.2005, 18.03.2007 en 29.02.2008), op 11 juli 2008 de beslissing genomen om de O&O&Iactiviteiten
Nadere informatieIdentificatiegegevens kandidaat. Identificatiegegevens onderneming. Naam* Adres* Telefoon* adres* Naam. Ondernemingsnummer* Datum van onderzoek
Screening van de individuele dienstverlener in de pijler advies / advies Internationaal ondernemen / strategisch advies in het kader van de maatregel kmo-portefeuille Sjabloon van het onderzoeksverslag
Nadere informatieGALAPAGOS. Bijzonder verslag van de Raad van Bestuur overeenkomstig artikel 596 van het Wetboek van Vennootschappen
GALAPAGOS Naamloze Vennootschap Generaal De Wittelaan L11 A3, 2800 Mechelen, België Ondernemingsnummer: 0466.460.429 RPR Antwerpen, afdeling Mechelen (de Vennootschap ) Bijzonder verslag van de Raad van
Nadere informatieGezondheidsenquête, België Inleiding. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu.
Inleiding Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. Inleiding 1. Context De vergrijzing van de bevolking in onze samenleving is een heuse uitdaging op het gebied van
Nadere informatieAdvies. Actieplan droogte en overstromingen. Brussel, 18 februari 2019
Advies Brussel, 18 februari 2019 SERV_20190218_actieplan_droogte_overstromingen_ADV.docx Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen Wetstraat 34-36, 1040 Brussel T +32 2 209 01 11 info@serv.be www.serv.be
Nadere informatieNOTA AAN DE VLAAMSE REGERING
DE VLAAMSE MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR, INBURGERING, WONEN, GELIJKE KANSEN EN ARMOEDEBESTRIJDING, NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot instelling
Nadere informatieNT2-docent, man/vrouw met missie
NT2docent, man/vrouw met missie Resultaten van de bevraging bij NT2docenten Door Lies Houben, CTOmedewerker Brede evaluatie, differentiatie, behoeftegericht werken, De NT2docent wordt geconfronteerd met
Nadere informatieMarleen van de Westelaken Vincent Peters Informatie over Participatieve Methoden
HANDOUT SCENARIO-ONTWIKKELING Marleen van de Westelaken Vincent Peters Informatie over Participatieve Methoden SCENARIO-ONTWIKKELING I n h o u d Scenario-ontwikkeling 1 1 Wat zijn scenario s? 1 2 Waarom
Nadere informatieADVIES. 15 september 2016
ADVIES Voorontwerp van besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering dat het gebruik van pesticiden, die fipronil of neonicotinoïden bevatten, verbiedt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 15 september
Nadere informatieSAMENVATTING Invloed van nieuwe weginfrastructuur op de CO2 uitstoot in België
SAMENVATTING Invloed van nieuwe weginfrastructuur op de CO2 uitstoot in België *** door Transport & Mobility Leuven (TML), in opdracht van Greenpeace België en Bond Beter Leefmilieu Vlaanderen *** In Brussel
Nadere informatieDE VLAAMSE RUIMTELIJKE PLANNINGSPRIJS 2014 Een initiatief van de Vlaamse Vereniging voor Ruimte en Planning Met steun van de Vlaamse Regering
DE VLAAMSE RUIMTELIJKE PLANNINGSPRIJS 2014 Een initiatief van de Vlaamse Vereniging voor Ruimte en Planning Met steun van de Vlaamse Regering 1. vooraf In 2014 organiseert de VRP de Vlaamse Ruimtelijke
Nadere informatieTOELICHTING OP HET NIEUWE EXAMEN MAATSCHAPPIJWETENSCHAPPEN HAVO 2019
TOELICHTING OP HET NIEUWE EXAMEN MAATSCHAPPIJWETENSCHAPPEN HAVO 2019 pagina 3 van 12 Inhoud 1 Inleiding 5 2 Opbouw van de syllabus 6 3 Het examen 8 4 De vraagstelling 9 5 Toepassing van het correctievoorschrift
Nadere informatieReview CO 2 -studie ZOAB Rasenberg
Review CO 2 -studie ZOAB Rasenberg Notitie Delft, maart 2011 Opgesteld door: M.N. (Maartje) Sevenster M.E. (Marieke) Head 2 Maart 2011 2.403.1 Review CO 2 -studie ZOAB Rasenberg 1 Inleiding Binnen de prestatieladder
Nadere informatieVR 2016 DOC.0943/1BIS
VR 2016 DOC.0943/1BIS DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Standpuntbepaling Vlaamse Regering over het ontwerp
Nadere informatieNOTA AAN DE VLAAMSE REGERING
DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Goedkeuring en machtiging tot ondertekening van het Wijzigingsprotocol tot modernisering van het Verdrag
Nadere informatieTOELICHTING HOORZITTING VLAAMS PARLEMENT Brussel, 4 maart 2010. Forum Mobiliteit Regio Antwerpen 2020
1 TOELICHTING HOORZITTING VLAAMS PARLEMENT Brussel, 4 maart 2010 Forum Mobiliteit Regio Antwerpen 2020 2 Forum Mobiliteit Regio Antwerpen 2020 Uitgangspunten Methode Hardware en software De scenario s
Nadere informatieNota Risicomanagement en Weerstandsvermogen
Nota Risicomanagement en Weerstandsvermogen September 2015 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Aanleiding... 4 3. Nadere toelichting... 5 4. Doelstellingen en wettelijke kaders... 6 4.1. Doelstellingen...
Nadere informatieMultiplicatoren: handleiding
Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Multiplicatoren: handleiding De multiplicatoren van het finaal gebruik behelzen een klassieke toepassing van het traditionele inputoutputmodel
Nadere informatieBijlage 3: Budget impactanalyse
Bijlage 3: Budget impactanalyse Inleiding Tijdens de ontwikkeling van de generieke module Arbeid als medicijn werd een budget impactanalyse uitgevoerd waarin de impact werd onderzocht van het toepassen
Nadere informatieHerbestemming Onze-Lieve-Vrouw kerk te Kortenberg
Herbestemming Onze-Lieve-Vrouw kerk te 1 Herbestemming Onze-Lieve-Vrouw kerk te 2 Uitgangspunten project Accommodatieplan aangaande het s patrimonium Nood aan bijkomende ruimte voor scholen, administratieve
Nadere informatieADVIES OVER HET VOORONTWERP VAN DECREET TOT WIJZIGING VAN DE BELASTING OP DE INVERKEERSTELLING (BIV)
ADVIES OVER HET VOORONTWERP VAN DECREET TOT WIJZIGING VAN DE BELASTING OP DE INVERKEERSTELLING (BIV) Brussel, 13 maart 2002 BIV-advies_150202 NHOUDSTAFEL 1. TER INLEIDING 1 2. ALGEMENE BESCHOUWINGEN NAAR
Nadere informatieRAAD VAN STATE afdeling Wetgeving
RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving advies 54.936/3 van 5 februari 2014 over een ontwerp van ministerieel besluit houdende vaststelling van de loodscoëfficiënten voor de berekening van de loodstoelage van
Nadere informatieHOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO
HOGE RAAD VOOR DE ZELFSTANDIGEN EN DE KMO N EU - Contractenrecht A03 Brussel, 9 december 2010 MH/SL/AS A D V I E S over DE CONSULTATIE VAN DE EUROPESE COMMISSIE OVER HET EUROPEES CONTRACTENRECHT VOOR CONSUMENTEN
Nadere informatieNAM-multiplicatoren: handleiding
Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten NAM-multiplicatoren: handleiding De multiplicatoren die hier voorgesteld worden, zijn afgeleid van een model gebaseerd op een National Accounting
Nadere informatieDe financiële gevolgen voor de politieke partijen na de hervorming van de Senaat. Jef Smulders & Bart Maddens
De financiële gevolgen voor de politieke partijen na de hervorming van de Senaat Jef Smulders & Bart Maddens KU Leuven Instituut voor de Overheid Faculteit Sociale Wetenschappen Tel: 0032 16 32 32 70 Parkstraat
Nadere informatieHuishoudelijk reglement gemeenteraad/raad voor maatschappelijk welzijn
GR 22/1/2019 Punt 3 & punt 8 amendementen Groen-sp.a Huishoudelijk reglement gemeenteraad/raad voor maatschappelijk welzijn Amendement 1 Artikel Artikel 31, 1 Huidig voorstel 1 De gemeenteraad richt 2
Nadere informatieOlde Bijvank Advies Organisatieontwikkeling & Managementcontrol. Datum: dd-mm-jj
BUSINESS CASE: Versie Naam opdrachtgever Naam opsteller Datum: dd-mm-jj Voor akkoord: Datum: LET OP: De bedragen in deze business case zijn schattingen op grond van de nu beschikbare kennis en feiten.
Nadere informatie1"1\ Betreft Reactie op Business case Historische NAW. Datum Amsterdam, 8 juli 2010. Geachte heel
I Stichting Bits of Freedom Postbus 10746 1001 ES Amsterdam 1"1\ E W www.bof.nl Bankrekening 554706 512 Bits of Freedom, Amsterdam KVK-nr. 34 12 1286 Betreft Reactie op Business case Historische NAW Datum
Nadere informatieNOTA AAN DE VLAAMSE REGERING
DE VLAAMSE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - ontwerp van decreet houdende de wijziging van het decreet van 30 april 2009 betreffende de organisatie
Nadere informatie