Fysiotherapie bij dwarslaesierevalidanten

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Fysiotherapie bij dwarslaesierevalidanten"

Transcriptie

1 Fysiotherapie bij dwarslaesierevalidanten De fysiotherapie tijdens uw opname in het revalidatiecentrum bestaat uit 3 fasen: 1. de bedfase of immobilisatiefase; de duur van deze fase is m.n. afhankelijk van eventuele fractuurbehandeling 2. de verticalisatiefase; deze fase bestaat uit het rolstoelbelastbaar maken en uit de statafel/sta-unit training 3. de actieve trainingsfase; in deze fase oefent u op een zo groot mogelijke zelfstandigheid en onafhankelijkheid van hulppersonen en hulpmiddelen Bij deze indeling wordt uitgegaan van een motorisch/sensibel en vegetatief complete dwarslaesie, d.w.z. dat de spierkracht en het gevoel onder de laesie volledig zijn uitgevallen. I De bedfase Aandachtspunten tijdens de bedfase zijn: a. houding in bed b. doorbewegen c. ademhalingstraining d. voorbereiding op de actieve trainingsfase door middel van spierversterken Ad a) De houding in bed De bedligging is in principe een taak van de verpleging. Kort na uw opname in het revalidatiecentrum neemt uw behandelend fysiotherapeut met de verpleging door of er afgeweken moet worden van de standaard bedliggingen (bijvoorbeeld bij ernstige spasme). Een juiste bedligging is al direct van belang na het ontstaan van de dwarslaesie, en zal - ook na de revalidatie - altijd een belangrijk aandachtspunt zijn. Misschien is het beter om te zeggen: juist na de revalidatie, omdat de huidcontrole dan niet meer als vanzelfsprekend door een verpleegkundige wordt gedaan. Tijdens de revalidatie wordt de bedligging afgewisseld in een 3-uurs ritme, waarbij rugligging, buikligging en zijligging mogelijk zijn. Na verloop van tijd wordt gestreefd naar een houding voor de hele nacht om een goede nachtrust te bevorderen en de omgeving te ontlasten. Soms is er - in meer of mindere mate - namelijk hulp nodig bij het installeren in bed. In het revalidatiecentrum wordt gestreefd naar het liggen op een normaal bed. In principe wordt alleen de buik- en rugligging toegepast. De zijligging wordt zoveel mogelijk vermeden in verband met de flexie houding (de gebogen houding; dezelfde houding als in de rolstoel) en het decubitusgevaar. Pas als de buikligging niet mogelijk is, komt de zijligging als alternatief in aanmerking. In principe zijn er voor de bedliggingen een aantal standaardregels. Een goede bedligging: voorkomt bewegingen van de wervelfractuur Dit geldt alleen als er niet is geopereerd en geen korset wordt gedragen. In voorkomende gevallen wordt soms een speciaal bed gebruikt zoals het kantelbed voorkomt bewegingsbeperking van gewrichten en verkorting van spieren voorkomt decubitus (doorligplekken) traint de ademhaling (zoals bij de buikligging) remt spasme maakt passieve blaaslediging mogelijk (zoals bij de buikligging) voorkomt onnodige pijn

2 De buikligging Deze ligging is een prima vorm van ademhalingstraining en een goede spasmeremmende houding. Het liggen op de buik helpt ook om decubitus en bewegingsbeperkingen te voorkomen. Daarnaast hoeft 's nachts niet meer aan blaastraining worden gedaan (een gatmatras is dan wel noodzakelijk). De ervaring leert dat de buikligging aanvankelijk als zeer benauwend wordt ervaren, omdat het ademhalen meer moeite kost. Daarom wordt het oefenen van de buikligging langzaam opgebouwd, totdat de ligging de hele nacht wordt volgehouden. Zie ook de gele invulbladen van verschillende lighoudingen verderop in dit hoofdstuk. Ad b) Het doorbewegen Tijdens de bedfase komt de fysiotherapeut dagelijks langs voor het doorbewegen van de aangedane en/of deels aangedane ledematen. Het doorbewegen is belangrijk omdat: het bewegingsbeperkingen voorkomt of verminderd Doordat het spierevenwicht verstoord is bestaat er een grotere kans op verkortingen van spieren en bewegingsbeperkingen van gewrichten het de bloedsomloop stimuleert Door het wegvallen van het spierpompmechanisme, stroomt het bloed minder snel. Doorbewegen ondersteunt de bloedcirculatie, en voorkomt (deels) het ontstaan van trombose het voorkomt of verminderd de kans op spasme (vaak in een later stadium) Bij een paraplegie worden alleen de benen en de romp doorbewogen. Bij een tetraplegie worden naast de benen en de romp ook de armen doorbewogen. Het doorbewegen van de armen in de bedfase is zeer essentieel voor de latere trainingsfase. De drie onderstaande voorbeelden maken dit duidelijk:

3 Bewegingsbeperkingen van de schoudergordel kunnen problemen geven bij onder andere het aan- en uitkleden, maar ook bij bijvoorbeeld het omrollen in bed Bij een laesie boven C7 is het overstrekken van de ellebogen noodzakelijk om te kunnen steunen op de armen, om rolstoel te rijden, voor het maken van transfers etc. De fysiotherapeut zal daarom veel aandacht besteden aan het overstrekken van de ellebogen. Door het ontbreken van kracht in de musculus triceps (de belangrijkste strekspier van de elleboog) en het vaak qua kracht volledig aanwezig zijn van de musculus biceps (buigspier van de arm), is het spierevenwicht rond de elleboog verstoord. Het is dan wel mogelijk om de arm te buigen, maar vervolgens niet meer om hem te strekken. Door langdurig met gebogen armen te liggen, kunnen er verkortingen ontstaan van de buigspieren. Daarom is het belangrijk dat mensen met een laesie boven C7 zelf attent moeten zijn op de houding van hun armen in bed. Mochten bij u de armen gebogen liggen en lukt het u nog niet om zelf de armen recht te leggen, vraag dit dan aan de verpleging. Doorbewegen is noodzakelijk om de gewrichten van de functiehand soepel te houden. Een functiehand is een hand waarvan de buigspieren zijn verkort. Dit gebeurt door het dragen van functiehandschoenen in een 3-uurs ritme. De verkorting van de buigspieren zorgt ervoor dat bij het strekken van de pols de vingers verder buigen, terwijl u met de duim in een lateraalgreep. Dit is een greep waarbij de duim tegen de wijsvinger aankomt. Zo kan de hand toch nog iets oppakken. Bij het buigen van de pols gaat de duim van de wijsvinger af en strekken de overige vingers een beetje. Zo kan de hand weer iets los laten. De ergotherapeut komt nog uitgebreid terug op het onderwerp functiehand. Zoals eerder aangegeven is het doorbewegen in de bedfase belangrijk voor de latere fases van uw revalidatie. Het doorbewegen keert terug gedurende de gehele revalidatieperiode. Ook thuis is doorbewegen noodzakelijk. De frequentie kan dan vaak afgebouwd worden naar 1 tot 3 maal in de week. Tijdens de revalidatie wordt ernaar gestreefd dat u zichzelf kunt doorbewegen, of anders uw partner of andere huisgenoten, zodat u minder afhankelijk bent van derden (in alle andere gevallen is dat een fysiotherapeut bij u in de buurt. Zelfstandig doorbewegen is haalbaar vanaf niveau Thl, waarbij vooral de mate van spasme en de tijd een belangrijke rol spelen. Zie ook het boekje 'Doorbewegen' (verkrijgbaar bij de afdeling Fysiotherapie). Ad c) De ademhalingstraining Bij een laesie boven Th6 is het ademhalen en ophoesten vaak moeilijk doordat een gedeelte van de (hulp)ademhalingsspieren niet meer werkt. Vaak moet iemand anders dan bij het ophoesten helpen. De ademhalingstraining richt zich op: 1. Training van het middenrif en daarmee het vergroten van de longinhoud 2. Behouden en zonodig vergroten van de elasticiteit van de borstkas 3. Benadrukken van de uitademing om de longen schoon te houden 4. Trainen van de resterende hulpademhalingsspieren 5. Ondersteunen bij het ophoesten 6. Drainagehoudingen; specifieke bedliggingen ter verwijdering van slijm uit de longen. Na de bedfase krijgen revalidanten met een tetraplegie zonodig een buikband ter ondersteuning van de ademhaling. De buikband dient ter compensatie van de buikspieren die geen tegendruk meer geven aan de buikinhoud. Hierdoor komt het middenrif in een betere positie om te functioneren.

4 Ad d) De voorbereiding op de actieve trainingsfase In de bedfase wordt, als de belastbaarheid van de wervelkolom het toelaat, gestart met spierversterken van de niet aangedane en deels aangedane spieren. In eerste instantie worden hiertoe bewegingen uitgevoerd, samen met de fysiotherapeut, volgens de zogenaamde PNF-methode (het trainen van spiergroepen m.b.v. manuele weerstand. Door deze methode krijgen spieren die - gezien het laesie-niveau - nog onvoldoende werken, een kans om zich aan te spannen. Spieren die al wel werken, kunnen zich verder versterken. Bij revalidanten met een wervelfractuur wordt in de bedfase zoveel mogelijk symmetrisch geoefend, d.w.z. met twee armen tegelijk dezelfde beweging, om geen rotatiekrachten op de wervelkolom te krijgen. Door te starten met spierversterken in de bedfase voorkomt u overbelasting of peesontstekingen in de actieve trainingsfase. Wanneer het mogelijk is een aantal bewegingen te maken, dan mag met behulp van halters en/of dynaband zelfstandig getraind worden. Zodra de fractuur oefenstabiel is (met of zonder kraag/korset) gaat de bedfase over in de verticalisatiefase. II De verticalisatiefase De verticalisatiefase start als de arts heeft bepaald dat de wervelfractuur oefen- dan wel belastingsstabiel is en er medisch gezien geen verdere contra-indicaties z. De verticalisatiefase bestaat uit: a. het rolstoelbelastbaar maken b. de sta-tafel/sta-unit training Ad a) Het rolstoelbelastbaar maken Het rolstoelbelastbaar maken gaat volgens een schema. Gestart wordt met 3 maal daags ± een kwartier in de rolstoel. In ± 10 dagen wordt gestreefd naar volledige rolstoelbelastbaarheid.

5 De rolstoel wordt verstrekt door de ergotherapie. De rol van de fysiotherapeut in deze fase bestaat uit het aanleren van het zogenaamde liften, d.w.z. u leert zichzelf zelfstandig vrij te maken met het zitvlak van de zitting van de rolstoel. Het liften dient regelmatig te gebeuren om decubitus te voorkomen. Indien nodig, voorziet ergotherapie de rolstoel van een anti-decubitus kussen. Wanneer u per dag minimaal 2 uur achtereen in de rolstoel kunt zitten, wordt de therapie verplaatst naar de afdeling fysiotherapie. Wanneer u per dag 3 keer 2 uur achtereen in de rolstoel kunt zitten, bent u al volledig rolstoelbelastbaar. Verder wordt in de verticalisatiefase een voorzichtige start gemaakt met de balanstraining in de rolstoel. In het begin krijgt u een rolstoel met armleuningen, hoge rugleuning, eventuele hoofdsteun en een veiligheidsgordel. Zodra de zitbalans verbeterd is, worden alle overbodige steunpunten geleidelijk weggehaald om u zo actief mogelijk te laten functioneren vanuit de rolstoel. Ad b) De sta-tafel/sta-unit training De sta-tafel/sta-unit training wordt gestart zodra u 2 uur achtereen rolstoelbelastbaar bent. U volgt deze training omdat het regelmatig staan: bewegingsbeperkingen voorkomt de kans op het ontstaan van drukplekken verkleint door het ontlasten van het zitvlak spasmen afremt uw algehele conditie en uw welbevinden verbetert de bloedcirculatie bevordert de blaas/darm functie stimuleert U begint de training met een verstelbare kanteltafel. Uw knieën, heupen en borst worden vastgezet met banden. Uw voeten worden gesteund door een kantelbare voetensteun. De

6 sta-tafel wordt telkens iets meer rechtop gezet, om op die manier weer langzaam te wennen aan de verticale houding. In het begin is vaak sprake van duizeligheid. Zonodig is een verpleegkundige aanwezig om uw bloeddruk te meten. Ook is het mogelijk om struvakousen en/of een buikband te dragen om duizeligheid te voorkomen. Zodra u het volhoudt om 20 tot 30 minuten in een stand van ± 70 graden te staan, start u met nevenactiviteiten op de sta-tafel. Denk hierbij aan balanstraining met behulp van ballen of een ballon, haltertraining, badminton enz. Na de sta-tafel volgt de sta-unit. Dit geldt voor zowel revalidanten met tetraplegie- als met paraplegie. De sta-unit is in principe zelfstandig te gebruiken onder laesieniveau C8. Vanaf laesieniveau C4 is hulp nodig. Sta-units zijn er in elektrische en mechanische uitvoering. De fysiotherapeut traint u in een één-op-één situatie hoe u de sta-unit moet gebruiken. Wanneer dit nodig is wordt bijvoorbeeld ook uw partner geïnstrueerd voor thuisgebruik van de sta-unit. Als u een sta-unit aanvraagt, kunt u bij uw fysiotherapeut terecht voor de juiste specificatie voor wat betreft instellingen en benodigdheden. Het sta-unit-formulier voor het aanvragen van een sta-unit is verkrijgbaar bij de afdeling Fysiotherapie. III De actieve trainingsfase De doelstellingen van de actieve trainingsfase zijn: 1. het bereiken van een zo groot mogelijke zelfstandigheid 2. het bereiken van een zo groot mogelijke onafhankelijkheid van personen en/of hulpmiddelen In principe wordt tijdens de revalidatieperiode gestreefd naar een zo groot mogelijke zelfstandigheid en zelfredzaamheid. Het is de bedoeling dat u, wanneer u weer thuis bent, zelf bepaald wat u van datgene dat u is geleerd gaat gebruiken in de thuissituatie. Aandachtspunten in de actieve trainingsfase zijn: a. doorbewegen b. rolstoeltraining c. bank-/mattraining d. transfertraining e. sta-/looptraining f. kracht-/conditietraining g. sport Ad a) Doorbewegen U bent tijdens het revalidatieproces steeds actiever geworden. Ook biedt u meer hulp bij activiteiten als wassen, aankleden enz. Hierdoor beweegt u uw benen als het ware al gedeeltelijk door. Toch blijft ook in deze fase het bewust doorbewegen van ledematen belangrijk. Het zelfstandig doorbewegen wordt u in de loop van deze fase aangeleerd.

7 Ad b) Rolstoeltraining Fysiotherapeut en ergotherapeut geven beiden de rolstoeltraining. De training is onderverdeeld in: 1. algemene rolstoeltraining 2. specifieke rolstoeltraining 3. conditierolstoeltraining 4. elektrische rolstoeltraining (indien nodig) Algemene rolstoeltraining In de algemene rolstoeltraining gaat de aandacht uit naar: het voorwaarts rijden het achterwaarts rijden het nemen van bochten het nemen van hellingen het achteruit een stoeprand nemen het nemen van drempels het hanteren van rolstoelonderdelen (remmen, armleuningen, beensteunen enz.) Revalidanten met een paraplegie beheersen het hierbovenstaande over het algemeen snel. Zodra zij geen last meer hebben van duizeligheid, hun fractuur genezen is en zij in staat zijn hun romp in balans te houden, gaan ze over op een lichtere en dus meer wenbare rolstoel (actief stoel). Voor revalidanten met een tetraplegie geldt dat zij een lichtgewicht rolstoel nodig hebben die tevens stabiel is. Dit vanwege de vaak geringe spierkracht in de armen en de beperkte rompbalans. Na de algemene rolstoeltraining gaan revalidanten met een paraplegie door met de specifieke rolstoeltraining. Samen met de ergotherapeut bepaalt u wat in uw situatie de beste rolstoel is. Specifieke rolstoeltraining Hierbij wordt aandacht besteedt aan: leren balanceren op de achterwielen het nemen van stoepranden het rijden op ongelijk terrein het nemen van trap m.b.v. een helper (alleen op verzoek) valtraining Het balanceren op de achterwielen is absoluut niet bedoeld als kunstje. Het is nodig om het zelfstandig functioneren te vergroten. Het is namelijk een voorbereiding op het nemen van hogere stoepranden of het afdalen van steile hellingen. Lagere stoepranden kunnen nog achterwaarts genomen worden maar bij hogere randen is dit niet mogelijk. Daarnaast geld het leren balanceren op de achterwielen als een voorbereiding op mogelijke sportactiviteiten. De specifieke rolstoeltraining duurt over het algemeen 6 tot 8 weken, afhankelijk van de hoogte van de laesie, de mate waarin u uw angst beheerst, uw behendigheid, spasmen die optreden enz.

8 Conditie rolstoeltraining Na de algemene rolstoeltraining neemt u deel aan de conditie rolstoeltraining. Hierbij wordt d.m.v. bewegingsactiviteiten vanuit uw rolstoel gewerkt aan het verbeteren van uw conditie. Elektrische rolstoeltraining Revalidanten met een elektrische rolstoel krijgen individuele training van de ergotherapeut. Ad c) De bank-/mattraining De bank-/mattraining is een zeer belangrijk onderdeel van de actieve trainingsfase. Aan de orde komen o.a.: het omrollen de zitbalans het komen tot zit vanuit rugligging het komen tot zit vanuit buikligging het komen tot een halve en hele puppy (positie waarbij in buiklig op de ellebogen of handen gesteund word) verplaatsen in deze houding (tijgeren) komen tot kruiphouding en eventueel het verplaatsen in deze houding het opdrukken/liften Voor het dagelijks leven zijn dit essentiële vaardigheden. U zult merken dat u in het begin veel moeite heeft met uw zitbalans. Vaak voelt u niet dat u op uw zitvlak zit en lijkt het of u zweeft of op onstabiele kussens zit. Het gevoel in en het gebruik van uw benen bent u kwijt. Kortom, u moet uw lichaam en de mogelijkheden ervan dus opnieuw leren kennen. Hoe goed u uw rompbalans ontwikkelt is afhankelijk van onder andere de hoogte van de laesie, spasme, NHO-vorming (botvorming rondom gewrichten) etc.

9 De zit(romp)balans staat centraal in de rest van uw revalidatieperiode. Is er geen rompbalans, dan wil dat zeggen dat u continu steun moet hebben. Bijvoorbeeld bij het wassen in bed of in de rolstoel of het aankleden. Dit kunt u ten dele ondervangen door steun in de rug te houden, maar bijvoorbeeld de voeten blijven dan buiten bereik. Over het algemeen ontwikkelt de rompbalans bij mensen met een paraplegie zich vrij snel. Voor de mensen met een laesie boven C7 wordt het gemis aan rompbalans ten dele opgevangen door te werken met truc bewegingen en door aanhakingsmogelijkheden te zoeken. De activiteiten op de bank-/mat worden in een later stadium verplaatst naar het bed. Dit is moeilijker, want het bed is smaller, staat hoger en is minder stabiel door de zachtere ondergrond. Een bed heeft echter wel meer aanhakingsmogelijkheden. Bij revalidanten met een paraplegie verloopt de bank-/mattraining over het algemeen vrij snel. Het omrollen, het komen tot zit etc. wordt op diverse manieren aangeleerd, zodat u een ruime bewegingservaring opdoet met het doel inzicht te krijgen in uw eigen mogelijkheden. Het is verder de bedoeling dat u deze activiteiten zo snel mogelijk op bed toepast, bij voorkeur zonder gebruik van de papegaai. Dit om asymmetrische belasting van de fractuur te voorkomen en om u niet afhankelijk te maken van de papegaai. Revalidanten met een tetraplegie kunnen - met behulp van een sling - zelfstandig leren omrollen, komen tot zit en gelijke transfers maken (d.w.z. transfers zonder hoogte verschil) mits er geen complicaties zijn. Denk hierbij aan een belemmerend spasme, NHOvorming of zwaarlijvigheid. Ad d) Transfertraining Tot het moment waarop u start met transfertraining wordt u met de tillift in en uit bed gehaald. Is er sprake van enige rompbalans, dan start uw fysiotherapeut met de passieve transfer met transferplank en/of de glijmat en draagt dit zo snel mogelijk over aan de verpleging. Deze transfer vervangt vanaf dit moment het tillen met de tillift. Met de actieve transfer wordt gestart als sprake is van: een stabiele situatie met betrekking tot de wervelfractuur een redelijke rompbalans voldoende armkracht voldoende lengte van de hamstrings (bij transfer in langzit)

10 De fysiotherapeut start de transfertraining op de afdeling Fysiotherapie. zodra een actieve transfer mogelijk is met een kleine handreiking, wordt de transfer overgedragen aan de verpleging. Als de verpleging merkt dat een transfer niet naar behoren verloopt, neemt zij contact op met uw behandelend fysiotherapeut om gezamenlijk te bekijken waar eventuele knelpunten liggen. Zodra de actieve transfer is overgedragen aan de verpleging is het niet meer de bedoeling dat u gebruik maakt van de passieve transfer met tillift of easy-slide. Bij mensen met een tetraplegie wordt uitgegaan van een gelijke transfer met behulp van een glijplank. De hardheid van de onderlaag en het type rolstoel van waaruit de transfer gemaakt wordt, spelen een belangrijke rol bij het al dan niet lukken van de transfer. De transfer is in principe zelfstandig haalbaar, maar vaak is toch een handreiking noodzakelijk. Naast de transfer rolstoel-bed wordt bij revalidanten vanaf een C6 laesie en lager, ook de transfer rolstoel-auto doorgenomen. Hierbij is meestal een helper nodig. De gelijke transfers lukken bij revalidanten met een paraplegie al snel zonder hulpmiddelen als er tenminste geen sprake is van complicaties zoals overgewicht, ernstige spasmes enz. Naarmate de rompbalans en de armkracht toenemen, worden en de transfer rolstoel-grond en vice versa doorgenomen. De transfers rolstoel-toilet of bed-po/douchestoel worden ook geoefend. Het is belangrijk om de transfers niet uitsluitend te oefenen tijdens de fysiotherapie. Zet bijvoorbeeld de rolstoel op ongelijk terrein en probeer van daaruit de transfer maken naar de grond en vice versa. Dit omdat juist op ongelijk terrein de kans bestaat dat u uit de rolstoel valt en dan is de transfer grond-rolstoel noodzakelijk. Ook hier geldt weer, hoe meer variaties u geleerd heeft in het maken van transfers, des te beter het in de thuissituatie is toe te passen. Ad e) De sta- en looptraining Na de sta-tafeltraining wordt al snel overgegaan op de sta-unit-training. Dit geldt voor zowel de revalidanten met een paraplegie (mechanisch/elektrisch) als revalidanten met een tetraplegie (elektrisch). De sta-unit stelt met name meer eisen aan de rompbalans. In principe kunnen revalidanten met een paraplegie zelfstandig en onder begeleiding gebruik maken van de sta-unit. Nadat de sta-training succesvol is afgerond, starten de revalidanten met een paraplegie meestal de looptraining. Revalidanten met een tetraplegie blijven gebruikmaken van een elektrische sta-unit. Naast de eerder genoemde doelen en voordelen bij de sta-tafel/staunit (zie onder Verticalisatiefase, ad b) biedt de looptraining als extra voordelen: een actieve inzet van de spieren het trainen van het uithoudingsvermogen De looptraining wordt onderverdeeld in: a. therapeutisch lopen: lopen als onderdeel van de therapie en/of onder begeleiding. Therapeutisch lopen is in principe mogelijk vanaf Th2. In de praktijk meestal vanaf Th5 of 6 b. functioneel lopen: zelfstandig lopen bij het uitvoeren van verschillende dagelijkse activiteiten. Functioneel lopen is in principe mogelijk vanaf Th De praktijk laat echter zien dat dit zelden haalbaar is Belangrijk is dat uw verwachtingen over het lopen niet te hoog zijn. Een grote groep revalidanten is beperkt tot het therapeutisch lopen.

11 Therapeutisch lopen is van belang in verband met: het remmen van spasme het voorkomen van bewegingsbeperkingen het verbeteren van de algehele conditie en het welbevinden het stimuleren van de blaas-/darmfunctie De looptraining start in overleg met de revalidatiearts, waarbij gelet wordt op contraindicaties. Contra-indicaties zijn bijvoorbeeld: een beperking als gevolg van een N.H.O beperkte heupmobiliteit hevige spasmen pijnklachten van de schouders/armen gebrek aan motivatie De opbouw van de looptraining ziet er als volgt uit: 1. staan/balans in de brug 2. training van loopvormen in de brug 3. training van loopvormen met een stabiel loophulpmiddel (looprekje of rollator) 4. training van loopvormen met een minder stabiel loophulpmiddel (bijv. elleboogstokken)

12 De fysiotherapeut start de looptraining in de oefenzaal met behulp van proefspalken. Naast een goede spierkracht van de armen en een goede algemene conditie is het ook noodzakelijk dat er in de sta-unit een goede rompbalans is bereikt. Als blijkt dat het lopen met proefspalken binnen en buiten de brug goed gaat, wordt u voor het technisch spreekuur uitgenodigd. De revalidatiearts, een vertegenwoordiger van de POM (de Prothese- en Orthese Makerij) en uw fysiotherapeut brengen, na onderlinge afstemming, een advies uit aan u over welke orthese voor u het meest geschikt is. Moet uw rolstoel hiervoor worden aangepast, dan wordt ook uw behandelend ergotherapeut uitgenodigd voor het spreekuur. Vervolgens schrijft de revalidatiearts een behandelvoorschrift uit. Afhankelijk van uw laesiehoogte gaat het hier bijv. om één van de volgende voorzieningen: RGO, Reciprocated Gait Orthoses; voorbeelden: de IRGO, de ARGO, Walkabout (vanaf laesieniveau Th2) Lange beenbeugels met een knieslot, een enkelscharnier met aanslag en kunststof voetplaten (vanaf laesieniveau Th9) Onderbeenbeugel of orthopedisch schoeisel met een hoge opbouw (vanaf laesieniveau L4) Peroneus stimulator; dit is een apparaatje dat d.m.v. elektrische impulsen ervoor zorgt dat de voet optrekt Nadat de orthese is aangemeten en afgeleverd, wordt de looptraining vervolgd en wordt het definitieve loophulpmiddel bepaald. Als het mogelijk is traint u ook op het lopen op ongelijk terrein, het nemen van drempels en stoepranden, lichte hellingen en trapjes. Dit al dan niet met een hulppersoon. Tevens krijgt u valtraining met de orthese. Praktische training zoals keukentraining op de afdeling ergotherapie behoort ook tot de mogelijkheden. Het lopen na een dwarslaesie is niet te vergelijken met het lopen van voor de dwarslaesie. Het vergt bovendien veel energie en tijd en vraagt om motivatie en doorzettingsvermogen. Ad f) Kracht- en conditietraining

13 Tijdens de kracht- en conditietraining wordt gewerkt aan het verbeteren van de spierkracht en de conditie. Dit om alle dagelijkse activiteiten zo goed mogelijk te kunnen uitvoeren. Training vindt plaats in groepsverband onder begeleiding van 1 of 2 fysiotherapeuten. Hierbij maakt u gebruik van diverse kracht- en conditietrainingstoestellen. Na enige weken van training mag u, in overleg met uw behandelend fysiotherapeut, de kracht- en conditietraining ook zelfstandig uitvoeren. ad g) Sport Ook sport is een onderdeel van de actieve trainingsfase en wordt beschreven in de module Sport en Bewegen.

Fysiotherapie bij revalidanten met enige mate van loopfunctie

Fysiotherapie bij revalidanten met enige mate van loopfunctie Fysiotherapie bij revalidanten met enige mate van loopfunctie Om inzicht te krijgen in de fysiotherapie tijdens de revalidatieperiode splitsen we deze periode globaal op in drie fasen: 1 bedfase 2 verticalisatiefase

Nadere informatie

Mogelijke behandelingen

Mogelijke behandelingen 27/01/2019 Mogelijke behandelingen 1 Angst en stemming Leren omgaan met de gevolgen van de lichamelijke beperkingen na een dwarslaesie is voor iedereen moeilijk. Met name de psycholoog en de maatschappelijk

Nadere informatie

Afdeling revalidatie. De wervelfractuur

Afdeling revalidatie. De wervelfractuur Afdeling revalidatie De wervelfractuur Deze folder geeft algemene informatie over de behandeling bij een (in)stabiele wervelfractuur. Deze folder geeft aan hoe de meeste patiënten kunnen worden behandeld,

Nadere informatie

H.253083.0614. Amputatie van een teen, voet of (deel van een) been

H.253083.0614. Amputatie van een teen, voet of (deel van een) been H.253083.0614 Amputatie van een teen, voet of (deel van een) been Inleiding U heeft met uw behandelend arts besloten tot een opname waarbij uw teen, voet of een deel van uw been geamputeerd wordt. Door

Nadere informatie

Libra R&A locatie Blixembosch. Dwarslaesie

Libra R&A locatie Blixembosch. Dwarslaesie Libra R&A locatie Blixembosch Dwarslaesie Deze folder is bedoeld voor mensen met een dwarslaesie die worden behandeld bij Libra Revalidatie & Audiologie locatie Blixembosch. Als u een incomplete dwarslaesie

Nadere informatie

Sophia Kinderziekenhuis. Kinderfysiotherapie na scoliose operatie. Kinderen in een rolstoel

Sophia Kinderziekenhuis. Kinderfysiotherapie na scoliose operatie. Kinderen in een rolstoel Sophia Kinderziekenhuis Kinderfysiotherapie na scoliose operatie Kinderen in een rolstoel Na een scoliose operatie krijgt uw kind tijdens de opname kinderfysiotherapie. Voor de operatie De kinderfysiotherapeut

Nadere informatie

Libra R&A locatie Leijpark. Dwarslaesie. klinische revalidatie

Libra R&A locatie Leijpark. Dwarslaesie. klinische revalidatie Libra R&A locatie Leijpark Dwarslaesie klinische revalidatie Deze folder is bedoeld voor mensen met een dwarslaesie (compleet of incompleet), die worden opgenomen in de kliniek van Libra Revalidatie &

Nadere informatie

Lage Rugpijn, Aspecifieke Lage Rugpijn, Lumbago, Spit,

Lage Rugpijn, Aspecifieke Lage Rugpijn, Lumbago, Spit, Lage Rugpijn, Aspecifieke Lage Rugpijn, Lumbago, Spit, Wat is lage rugpijn? Lage rugpijn zit onderin de rug. Soms straalt de pijn uit naar de billen of naar een of beide bovenbenen. De pijn kan plotseling

Nadere informatie

Fysiotherapie na heupoperatie

Fysiotherapie na heupoperatie Fysiotherapie Fysiotherapie na heupoperatie Het Antonius Ziekenhuis vormt samen met Thuiszorg Zuidwest Friesland de Antonius Zorggroep Welkom Wij heten u, namens de afdeling fysiotherapie, van harte welkom

Nadere informatie

REVALIDATIEBROCHURE TOTALE KNIEPROTHESE SINT-ELISABETH GODVEERDEGEMSTRAAT 69 9620 ZOTTEGEM ALGEMEEN ZIEKENHUIS

REVALIDATIEBROCHURE TOTALE KNIEPROTHESE SINT-ELISABETH GODVEERDEGEMSTRAAT 69 9620 ZOTTEGEM ALGEMEEN ZIEKENHUIS REVALIDATIEBROCHURE TOTALE KNIEPROTHESE ALGEMEEN ZIEKENHUIS SINT-ELISABETH GODVEERDEGEMSTRAAT 69 9620 ZOTTEGEM Beste, De operatie is achter de rug, de revalidatie kan gestart worden. Het doel van de revalidatie

Nadere informatie

Revalideren. op de Patiënteneenheid Dwarslaesie

Revalideren. op de Patiënteneenheid Dwarslaesie Revalideren op de Patiënteneenheid Dwarslaesie Inleiding U revalideert in de Sint Maartenskliniek of u gaat binnenkort revalideren in de Sint Maartenskliniek op de Patiënteneenheid (PE) Dwarslaesie. Tijdens

Nadere informatie

Libra R&A locatie Blixembosch. Beenamputatie. Revalidatietraject

Libra R&A locatie Blixembosch. Beenamputatie. Revalidatietraject Libra R&A locatie Blixembosch Beenamputatie Revalidatietraject Deze folder is bestemd voor mensen in ziekenhuizen die mogelijk een amputatie van onderbeen of bovenbeen moeten ondergaan. Zo n operatie is

Nadere informatie

Doorliggen. Wat kunt u daar aan doen?

Doorliggen. Wat kunt u daar aan doen? Doorliggen Wat kunt u daar aan doen? Waarom dit boekje? Een ziekte of handicap is al vervelend genoeg. Helaas treden vaak ook nog nare bijverschijnselen op. Zo n bijverschijnsel is doorliggen. Het komt

Nadere informatie

Fysiotherapie na een lage rugoperatie

Fysiotherapie na een lage rugoperatie Fysiotherapie na een lage rugoperatie Inleiding U wordt binnenkort geopereerd aan een lage rughernia. In het algemeen wordt de dag na de operatie gestart met fysiotherapie. De behandelend fysiotherapeut

Nadere informatie

Instabiele wervelfractuur

Instabiele wervelfractuur Deze folder geeft algemene informatie over de behandeling bij een instabiele wervelfractuur (=breuk). Hier leest u hoe de meeste patiënten kunnen worden behandeld. In sommige gevallen is het nodig om hiervan

Nadere informatie

Oefeningen na een onderbeenamputatie

Oefeningen na een onderbeenamputatie Oefeningen na een onderbeenamputatie Bij het leren lopen met een prothese zijn mobiliteit, lenigheid en spierkracht belangrijk. Een bewegingsbeperking beïnvloedt de kwaliteit van het staan of lopen negatief.

Nadere informatie

Stenose- en/of herniaoperatie Oefeningen voor herstel

Stenose- en/of herniaoperatie Oefeningen voor herstel Stenose- en/of herniaoperatie Oefeningen voor herstel H15.016-01 Inhoudsopgave Inleiding... 2 Vóór de operatie... 2 Thuis oefenen... 2 Lees deze adviezen vast goed door... 2 De dag van de operatie... 3

Nadere informatie

Artrose knie. Artrose is een aandoening die voor kan komen bij één of meerdere gewrichten.

Artrose knie. Artrose is een aandoening die voor kan komen bij één of meerdere gewrichten. Artrose knie Wat is artrose? Artrose is een aandoening die voor kan komen bij één of meerdere gewrichten. Een gewricht bestaat uit twee botuiteinden, die zijn bekleed met kraakbeen. Het kraakbeen vangt

Nadere informatie

Instabiele wervelfractuur

Instabiele wervelfractuur Instabiele wervelfractuur halswervels borstwervels figuur 2: bovenaanzicht wervel lendewervels staartbeen figuur 1: afbeelding wervelkolom Deze folder geeft algemene informatie over de behandeling bij

Nadere informatie

Kinderfysiotherapie na een scoliose operatie

Kinderfysiotherapie na een scoliose operatie Sophia Kinderziekenhuis Kinderfysiotherapie na een scoliose operatie Na een scoliose operatie krijgt uw kind tijdens de opname kinderfysiotherapie. Voor de operatie De kinderfysiotherapeut houdt zich bezig

Nadere informatie

PERSOONLIJKE EVOLUTIEFICHE

PERSOONLIJKE EVOLUTIEFICHE ALGEMENE TIPS Draag steeds stevige gesloten schoenen Let op met huisdieren en kleine kinderen Laat geen voorwerpen achter op de trap Plaats geen matjes in de living Ga niet buiten bij vriesweer of sneeuw

Nadere informatie

De medische term voor doorliggen is decubitus. Het is een beschadiging van de huid. U kunt het krijgen als u veel in één houding ligt of zit.

De medische term voor doorliggen is decubitus. Het is een beschadiging van de huid. U kunt het krijgen als u veel in één houding ligt of zit. Voorkom doorliggen LIGGEN ZITTEN PRAKTISCHE TIPS Wat is het? De medische term voor doorliggen is decubitus. Het is een beschadiging van de huid. U kunt het krijgen als u veel in één houding ligt of zit.

Nadere informatie

Schouderoperatie. oefeningen en richtlijnen. Paramedische Ziekenhuiszorg. Het schoudergewricht

Schouderoperatie. oefeningen en richtlijnen. Paramedische Ziekenhuiszorg. Het schoudergewricht Paramedische Ziekenhuiszorg Schouderoperatie oefeningen en richtlijnen U heeft met uw behandelend arts besproken dat u een operatie krijgt aan uw schouder. Het doel van de operatie is het wegnemen of het

Nadere informatie

Actief in beweging tijdens uw ziekenhuisopname

Actief in beweging tijdens uw ziekenhuisopname Actief in beweging tijdens uw ziekenhuisopname Inhoudsopgave Klik op het onderwerp om verder te lezen. Liggende oefeningen 2 Oefening 1 2 Oefening 2 2 Oefening 3 3 Oefening 4 3 Oefening 5 4 Oefening 6

Nadere informatie

Zwanger (geweest)? Spieren rondom uw bekken trainen? Klachten voorkomen en/of verminderen? voorkom bekkenpijn FYSIOHOLLAND

Zwanger (geweest)? Spieren rondom uw bekken trainen? Klachten voorkomen en/of verminderen? voorkom bekkenpijn FYSIOHOLLAND FYSIOHOLLAND voorkom bekkenpijn Zwanger (geweest)? Spieren rondom uw bekken trainen? Klachten voorkomen en/of verminderen? De therapeuten van FysioHolland geven tips. Veel vrouwen krijgen tijdens of na

Nadere informatie

H.298554.0715. Het voorkomen van doorliggen (decubitus)

H.298554.0715. Het voorkomen van doorliggen (decubitus) H.298554.0715 Het voorkomen van doorliggen (decubitus) Inleiding Iedereen die vanwege ziekte of ongeval in bed, stoel of rolstoel moet blijven kan last krijgen van doorligplekken (decubitus). Gelukkig

Nadere informatie

Hernia met een radiculair syndroom in de lage rug Adviezen & oefeningen. Afdeling Fysiotherapie IJsselland Ziekenhuis

Hernia met een radiculair syndroom in de lage rug Adviezen & oefeningen. Afdeling Fysiotherapie IJsselland Ziekenhuis Hernia met een radiculair syndroom in de lage rug Adviezen & oefeningen Afdeling Fysiotherapie IJsselland Ziekenhuis Inleiding U bent patiënt op de afdeling neurologie van het IJsselland Ziekenhuis. Er

Nadere informatie

FIT VOOR EEN NIEUWE KNIE

FIT VOOR EEN NIEUWE KNIE FIT VOOR EEN NIEUWE KNIE Para Medisch Centrum Skagerrak Hoofddorp Inleiding U heeft dit boekje gekregen omdat u binnenkort een nieuwe knie krijgt. In dit boekje vindt u trainingsschema s, oefeningen en

Nadere informatie

3 Zorg voor houding, beweging en mobiliteit

3 Zorg voor houding, beweging en mobiliteit 3 Zorg voor houding, beweging en mobiliteit De 80-jarige mevrouw Versluys heeft een week geleden door een val haar heup gebroken. Ze is een dag later geopereerd en heeft een nieuwe heup gekregen. Inmiddels

Nadere informatie

Het doorbewegen bij een dwarslaesie. Tetraplegie

Het doorbewegen bij een dwarslaesie. Tetraplegie Het doorbewegen bij een dwarslaesie Tetraplegie Inhoud Inleiding 3 Algemene opmerkingen 3 Zelfstandig doorbewegen 4 Doorbewegen door een hulppersoon 9 De Sint Maartenskliniek 24 Colofon 24 Inleiding In

Nadere informatie

Samen voorkomen dat u valt

Samen voorkomen dat u valt www.tantelouise-vivensis.nl Valpreventie Samen voorkomen dat u valt Als u ouder wordt, is de kans groter dat u valt. Toch is het niet zo dat vallen nu eenmaal bij het ouder worden hoort. U kunt zelf veel

Nadere informatie

Revalidatie nieuwe heupoperatie. Achterste benadering

Revalidatie nieuwe heupoperatie. Achterste benadering Revalidatie nieuwe heupoperatie Achterste benadering Afdeling fysiotherapie Datum: januari 2014 2 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Revalidatie 4 3 Thuissituatie 5 4 Anatomie 6 5 Operatietechniek 7 6 Leefregels achterste

Nadere informatie

Fysiotherapie. Fysiotherapie na HNP. www.catharinaziekenhuis.nl

Fysiotherapie. Fysiotherapie na HNP. www.catharinaziekenhuis.nl Fysiotherapie Fysiotherapie na HNP www.catharinaziekenhuis.nl Patiëntenvoorlichting: patienten.voorlichting@catharinaziekenhuis.nl FYS005 / Fysiotherapie na HNP / 01-06-2013 2 Fysiotherapie na HNP U wordt

Nadere informatie

Sportprogramma voor stomadragers

Sportprogramma voor stomadragers Patiënteninformatie Sportprogramma voor stomadragers Sporten om te herstellen en fit te blijven U bent geopereerd en er is bij u een stoma aangelegd. Wij begrijpen dat dit een hele verandering voor u is.

Nadere informatie

ADVIEZEN EN OEFENINGEN NA HALSKLIERDISSECTIE (VERWIJDEREN VAN LYMFEKLIEREN UIT DE HALS) Ontwikkeld door de :

ADVIEZEN EN OEFENINGEN NA HALSKLIERDISSECTIE (VERWIJDEREN VAN LYMFEKLIEREN UIT DE HALS) Ontwikkeld door de : ADVIEZEN EN OEFENINGEN NA HALSKLIERDISSECTIE (VERWIJDEREN VAN LYMFEKLIEREN UIT DE HALS) Ontwikkeld door de : Gevolgen van de operatie Door de operatie is de nek en of schouder vaak pijnlijk. Na het verwijderen

Nadere informatie

Doorliggen. (decubitus) Verpleging

Doorliggen. (decubitus) Verpleging Doorliggen (decubitus) Verpleging Inhoudsopgave Inleiding 4 Wat is doorliggen? 4 Waar ontstaan doorligwonden? 5 Hoe ontstaan doorligwonden? 6 Hoe ziet doorliggen eruit? 8 Hoe doorliggen voorkomen? 8 Tot

Nadere informatie

Fysiotherapie na een hernia

Fysiotherapie na een hernia Fysiotherapie na een hernia Oefeningen voor herniapatiënten Algemeen Deze informatie heeft betrekking op de fysiotherapeutische behandeling, die u krijgt na een hernia-operatie in de lage rug. Hoewel deze

Nadere informatie

Oefeningen en adviezen na een schouderoperatie

Oefeningen en adviezen na een schouderoperatie Oefeningen en adviezen na een schouderoperatie FYSIOTHERAPIE Voelt beter U bent recent geopereerd aan uw schouder. Deze folder geeft u informatie over wat u na de operatie kunt doen om uw herstel te bespoedigen

Nadere informatie

Fysiotherapie na hernia

Fysiotherapie na hernia Fysiotherapie na hernia Deze informatie gaat over fysiotherapie na een herniaoperatie in de lage rug. Hoewel deze operaties niet allemaal hetzelfde zijn, kan er toch een aantal oefeningen worden aangegeven

Nadere informatie

Schouderoperatie. oefeningen en richtlijnen. Paramedische afdeling

Schouderoperatie. oefeningen en richtlijnen. Paramedische afdeling Paramedische afdeling Schouderoperatie oefeningen en richtlijnen Inleiding U heeft van uw behandelend arts te horen gekregen dat u een operatie krijgt aan uw schouder. Het doel van de operatie is het wegnemen

Nadere informatie

Fysiotherapie Hernia- en stenoseoperaties Leefregels en oefeningen

Fysiotherapie Hernia- en stenoseoperaties Leefregels en oefeningen Fysiotherapie Hernia- en stenoseoperaties Leefregels en oefeningen Inleiding Deze folder is een aanvulling op de reeds aan u uitgereikte informatie over uw hernia- of stenoseoperatie en bevat een aantal

Nadere informatie

Adviezen en oefeningen na een halsklierdissectie. (verwijderen van de lymfeklieren uit de hals)

Adviezen en oefeningen na een halsklierdissectie. (verwijderen van de lymfeklieren uit de hals) Adviezen en oefeningen na een halsklierdissectie (verwijderen van de lymfeklieren uit de hals) Inhoudsopgave A. Inleiding... 1 B. Verloop van het herstel... 2 C. Adviezen voor het dagelijks leven... 2

Nadere informatie

fysiotherapie na een longoperatie

fysiotherapie na een longoperatie patiënteninformatie fysiotherapie na een longoperatie Binnenkort wordt u geopereerd aan uw long(en) of u heeft onlangs een operatie ondergaan. Waarom is fysiotherapie belangrijk na deze operatie? Hoe kunt

Nadere informatie

Decubitus (drukplekken, doorliggen)

Decubitus (drukplekken, doorliggen) Decubitus (drukplekken, doorliggen) Als u het risico loopt om decubitus te krijgen of het al heeft, dan is de informatie in deze folder belangrijk. U kunt lezen wat decubitus is, wat de oorzaken zijn

Nadere informatie

Van lig naar zit en vise-versa. A1: actief

Van lig naar zit en vise-versa. A1: actief til les, les 3 Inhoudsopgave : Algemene structies blz. 1 Van lig naar zit en vise versa blz. 2 A 1 : actief blz. 2 A 2 : geleid actief blz. 3 A 3 : met papegaai blz. 4 A 4 : passief blz. 4 A 5 : 2 hulpverleners

Nadere informatie

Leerniveau s en Trunk Control Test zie laatste blz.

Leerniveau s en Trunk Control Test zie laatste blz. Longstay N.P.I. Praktijk fotoboek Transfers Hiermee wordt bedoeld de verplaatsingen van de patiënt zowel in bed, rond bed, buiten bed zoals bad en auto. Er wordt steeds uitgegaan van de mate van stabiliteit

Nadere informatie

Peri-operatieve fysiotherapie. ademhalingsoefeningen en bewegingsactiviteiten

Peri-operatieve fysiotherapie. ademhalingsoefeningen en bewegingsactiviteiten Peri-operatieve fysiotherapie ademhalingsoefeningen en bewegingsactiviteiten Inleiding Binnenkort ondergaat u een buik- of longoperatie in Orbis Medisch Centrum. Afhankelijk van de soort operatie verblijft

Nadere informatie

1 Buikplank (2 benen) Oefentherapie bekken en romp Pagina 1 van 5

1 Buikplank (2 benen) Oefentherapie bekken en romp Pagina 1 van 5 Pagina 1 van 5 Welke spieren zijn van belang bij deze oefentherapie? De spieren rondom het bekken en de romp kunnen grofweg worden verdeeld in 2 groepen: de globale en de lokale spieren. De globale spieren

Nadere informatie

Voordat tot een operatie wordt overgegaan bekijkt de arts zorgvuldig wat het optimale amputatieniveau is.

Voordat tot een operatie wordt overgegaan bekijkt de arts zorgvuldig wat het optimale amputatieniveau is. Wat zijn de oorzaken van een beenamputatie? Onder een amputatie wordt verstaan: het afzetten van een deel van het menselijk lichaam, bijvoorbeeld een hele teen, voet, been, vinger, hand etc. of een deel

Nadere informatie

Fysiotherapie na laminectomie

Fysiotherapie na laminectomie Fysiotherapie Fysiotherapie na laminectomie www.catharinaziekenhuis.nl Patiëntenvoorlichting: patienten.voorlichting@catharinaziekenhuis.nl FYS006 / Fysiotherapie na laminectomie / 24-06-2014 2 Fysiotherapie

Nadere informatie

Richtlijnen na een rugoperatie. Paramedische afdeling

Richtlijnen na een rugoperatie. Paramedische afdeling Richtlijnen na een rugoperatie Paramedische afdeling Inleiding U bent in ons ziekenhuis opgenomen voor een rugoperatie. Dit kan bijvoorbeeld een operatie zijn aan een hernia of stenose. Om het herstel

Nadere informatie

Artrose Bewegen bij heup- en knieartrose

Artrose Bewegen bij heup- en knieartrose Artrose Bewegen bij heup- en knieartrose Tips om zelf uw klachten te verminderen en informatie over wat de fysiotherapeut voor u kan betekenen Speciaal voor mensen met artrose is in diverse fysiotherapiepraktijken

Nadere informatie

Sportprogramma voor stomadragers

Sportprogramma voor stomadragers Sportprogramma voor stomadragers Chirurgie Sporten om te herstellen en fit te blijven. U bent geopereerd en er is bij u een stoma aangelegd. Wij begrijpen dat dit een hele verandering voor u is. Gedurende

Nadere informatie

Airstacken en ademhalingsoefeningen

Airstacken en ademhalingsoefeningen Airstacken en ademhalingsoefeningen ademhalingstechnieken en -oefeningen voor mensen met een spierziekte Sterk in beweging Inleiding U bent onder behandeling bij een fysiotherapeut van het Revalidatiecentrum

Nadere informatie

Libra R&A locatie Blixembosch. Dwarslaesie

Libra R&A locatie Blixembosch. Dwarslaesie Libra R&A locatie Blixembosch Dwarslaesie Deze folder is bedoeld voor mensen met een dwarslaesie die worden behandeld bij Libra Revalidatie & Audiologie locatie Blixembosch. Als u een incomplete dwarslaesie

Nadere informatie

Fysiotherapie na een KopHals Prothese (Orthopedie)

Fysiotherapie na een KopHals Prothese (Orthopedie) Fysiotherapie na een KopHals Prothese (Orthopedie) In deze folder vindt u het revalidatieschema, leefregels en oefenschema voor na uw heupoperatie. De foto s in deze folder tonen een patiënt die aan zijn

Nadere informatie

Fysiotherapie na laminectomie

Fysiotherapie na laminectomie Fysiotherapie Behandeling Fysiotherapie na laminectomie 2 Patiëntenvoorlichting patienten.voorlichting@catharinaziekenhuis.nl Fys/ Fysiotherapie na laminectomie/19 12 2012 Behandeling Fysiotherapie na

Nadere informatie

Thuistrainingsprogramma ten behoeve van longtransplantatiepatiënt tijdens wachtlijstfase

Thuistrainingsprogramma ten behoeve van longtransplantatiepatiënt tijdens wachtlijstfase Centrumlocatie Dit trainingsprogramma is bedoeld voor mensen die in aanmerking komen voor een longtransplantatie. De folder bevat informatie over hoe u thuis kunt trainen tijdens de wachtlijstfase, over

Nadere informatie

De drie meest voorkomende amputatieniveaus zijn de onderbeenamputatie, de knieexarticulatie

De drie meest voorkomende amputatieniveaus zijn de onderbeenamputatie, de knieexarticulatie Postoperatieve zorg Postoperatieve zorg is de zorg direct na de amputatie. In deze folder leest u wat er gebeurt in deze periode. In de folder staan misschien wat termen die u niet direct begrijpt. Gebruikt

Nadere informatie

Beenamputatie, Paramedische afdeling

Beenamputatie, Paramedische afdeling Paramedische afdeling Beenamputatie, het einde of een nieuw begin? Waarom amputeren? Met amputeren of amputatie wordt bedoeld: het afzetten ofwel verwijderen van een lichaamsdeel. Zoals een teen, voet

Nadere informatie

Oefenprogramma revalidatie

Oefenprogramma revalidatie Oefenprogramma revalidatie Dit oefenprogramma ontvangt u van uw revalidatiearts. Oefen dit programma bij voorkeur 2x per dag. Oefeningen moet u pijnvrij kunnen doen, en adem door! Schouder en arm oefeningen:

Nadere informatie

Oefeningen ter Verbetering van je Lichaamshouding

Oefeningen ter Verbetering van je Lichaamshouding Oefeningen ter Verbetering van je Lichaamshouding Verkeerde lichaamshoudingen veroorzaken klachten. Eén van de meest voorkomende verkeerde houdingen, wordt veroorzaakt door een naar vorend hangend hoofd,

Nadere informatie

De voorste kruisbandreconstructie

De voorste kruisbandreconstructie Afdeling: Onderwerp: Fysiotherapie De voorste kruisbandreconstructie 1 De voorste kruisbandreconstructie 2 De Voorste Kruisbandreconstructie De knie: De meeste mensen zien een knie als een simpel scharniergewricht

Nadere informatie

Revalidatie nieuwe heupoperatie. Voorste benadering

Revalidatie nieuwe heupoperatie. Voorste benadering Revalidatie nieuwe heupoperatie Voorste benadering Afdeling: fysiotherapie Datum: januari 2014 2 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Revalidatie 4 3 Thuissituatie 5 4 Anatomie 6 5 Operatietechniek 7 6 Leefregels voorwaartse

Nadere informatie

Revalidatie nieuwe knie operatie

Revalidatie nieuwe knie operatie Afdeling: Fysiotherapie Datum: Januari 2014 2 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Revalidatie 4 3 Thuissituatie 5 4 Anatomie 6 5 Operatietechniek 7 6 Leefregels 8 7 Oefeningen 9 3 1 Inleiding Jaarlijks krijgen zo n

Nadere informatie

Ontspannen met progressieve relaxatie

Ontspannen met progressieve relaxatie www.psychfysio.nl Ontspannen met Progressieve Relaxatie 1 Ontspannen met progressieve relaxatie De progressieve relaxatie van Edmund Jacobson is een bekende ontspanningsmethode in het westen. In deze hand-out

Nadere informatie

Blijf in beweging tijdens uw ziekenhuisopname

Blijf in beweging tijdens uw ziekenhuisopname Fysiotherapie Ergotherapie Blijf in beweging tijdens uw ziekenhuisopname i Patiënteninformatie Slingeland Ziekenhuis Algemeen U bent opgenomen in het ziekenhuis. Tijdens uw opname bent u minder actief

Nadere informatie

PECTUS REVALIDATIE. De pectoralisspieren. De rugspieren

PECTUS REVALIDATIE. De pectoralisspieren. De rugspieren PECTUS REVALIDATIE Het doel van de pectus revalidatie (training borst- en rugspieren) is het versterken van de spieren van de borst en de rug en hiermee het verbeteren van je lichaamshouding. De volgende

Nadere informatie

Wat kunt u doen om te voorkomen dat de decubitus verergert?

Wat kunt u doen om te voorkomen dat de decubitus verergert? 04/01/2019 Basisbehandelingen 1 Decubitusbehandeling De eerste actie bij de behandeling van decubitus is het ontlasten van de doorligplek totdat de roodheid helemaal weg is en eventueel ontvelde plekjes

Nadere informatie

Mijn baby heeft een voorkeurshouding... Wat nu?

Mijn baby heeft een voorkeurshouding... Wat nu? Mijn baby heeft een voorkeurshouding... Wat nu? Adviezen voor de hantering van uw baby Als uw baby in de eerste levensmaanden altijd met z n hoofd op dezelfde kant ligt, kan hij een afgeplat hoofd krijgen.

Nadere informatie

Stabiele of instabiele wervelfractuur

Stabiele of instabiele wervelfractuur Stabiele of instabiele wervelfractuur Deze folder geeft algemene informatie over de behandeling bij een stabiele wervelfractuur (= breuk). De folder geeft aan hoe de meeste patiënten kunnen worden behandeld,

Nadere informatie

FIT VOOR EEN NIEUWE HEUP

FIT VOOR EEN NIEUWE HEUP FIT VOOR EEN NIEUWE HEUP Para Medisch Centrum Skagerrak Hoofddorp Inleiding U heeft dit boekje gekregen omdat u binnenkort een nieuwe heup krijgt. In dit boekje vindt u trainingsschema s, oefeningen en

Nadere informatie

Oefenprogramma na een bevalling

Oefenprogramma na een bevalling Fysiotherapie Gynaecologie / Verloskunde Kraamafdeling Verpleegafdeling B2 Oefenprogramma na een bevalling i Patiënteninformatie Slingeland Ziekenhuis Algemeen Om na uw bevalling weer zo snel mogelijk

Nadere informatie

Extra oefeningen. Romp 1. Vooroverbuigen 2 2. Draaien 3. Arm en romp 3. Armen schuiven over tafel 4. Hand en pols 4. Handen vouwen en polsen buigen 5

Extra oefeningen. Romp 1. Vooroverbuigen 2 2. Draaien 3. Arm en romp 3. Armen schuiven over tafel 4. Hand en pols 4. Handen vouwen en polsen buigen 5 Extra oefeningen Deze oefeningen sluiten aan op de Oefengids beroerte (CVA). De Oefengids beroerte (CVA) is te bestellen via www.hersenletsel.nl of te downloaden van www.snelinbeweging.nl. De oefengids

Nadere informatie

Voor de ergotherapie kan de revalidatieperiode opgedeeld worden in de drie fasen die ook bij de fysiotherapie worden gehanteerd, namelijk:

Voor de ergotherapie kan de revalidatieperiode opgedeeld worden in de drie fasen die ook bij de fysiotherapie worden gehanteerd, namelijk: Ergotherapie Voor de ergotherapie kan de revalidatieperiode opgedeeld worden in de drie fasen die ook bij de fysiotherapie worden gehanteerd, namelijk: 1. De bedfase (immobilisatiefase) 2. De verticalisatiefase,

Nadere informatie

Fysiotherapie na een hernia-operatie

Fysiotherapie na een hernia-operatie Fysiotherapie na een hernia-operatie Albert Schweitzer ziekenhuis maart 2015 pavo 0292 Inleiding U bent in het Albert Schweitzer ziekenhuis geopereerd aan een hernia in uw rug. In deze folder willen wij

Nadere informatie

Het doorbewegen bij een dwarslaesie. Paraplegie

Het doorbewegen bij een dwarslaesie. Paraplegie Het doorbewegen bij een dwarslaesie Paraplegie Inhoud Inleiding 3 Algemene opmerkingen 3 Zelfstandig doorbewegen 5 Doorbewegen door een hulppersoon 11 Colofon 20 Inleiding In deze brochure laten we de

Nadere informatie

M_6_002. Toetsingsformulier "Tillen met behulp van een passieve tillift" M.C. de Vries - Hoefakker ROC Utrecht

M_6_002. Toetsingsformulier Tillen met behulp van een passieve tillift M.C. de Vries - Hoefakker ROC Utrecht Toetsingsformulier "Tillen met behulp van een passieve tillift" M.C. de Vries - Hoefakker Inleiding op transfers en zorg voor een juiste lichaamshouding van een zorgvrager. Liggend, zittend of staand stel

Nadere informatie

Adviezen na rugoperatie (rug)hernia / vernauwing van het wervelkanaal

Adviezen na rugoperatie (rug)hernia / vernauwing van het wervelkanaal 00 Adviezen na rugoperatie (rug)hernia / vernauwing van het wervelkanaal Afdeling Fysiotherapie U bent momenteel herstellende van een operatie in verband met een (rug)hernia of vernauwing van het wervelkanaal.

Nadere informatie

Patiënteninformatie. Leefregels en adviezen na een totale heupoperatie via de voorste benadering Leefregels nieuwe heup ventraal.

Patiënteninformatie. Leefregels en adviezen na een totale heupoperatie via de voorste benadering Leefregels nieuwe heup ventraal. Patiënteninformatie Leefregels en adviezen na een totale heupoperatie via de voorste benadering 20190040 Leefregels nieuwe heup ventraal.indd 1 07-05-19 15:27 Leefregels en adviezen na een totale heupoperatie

Nadere informatie

TILLEN EN ZO DEEL 3 & 4

TILLEN EN ZO DEEL 3 & 4 ZORGEND PERSONEEL TILLEN EN ZO DEEL 3 & 4 STICHTING ANTARIS DE DRIE HOVEN, A.H. GERARDHUIS, LEO POLAKHUIS, JOANNES DE DEO, KORTE WATER, instituut Fysiotherapie Amsterdam, juli 2003 Namen: Alvar Stuurman

Nadere informatie

Adviezen na een wervelfractuur

Adviezen na een wervelfractuur Adviezen na een wervelfractuur U bent opgenomen in het Radboudumc voor de behandeling van een wervelfractuur. In deze folder vindt u adviezen en richtlijnen voor het bewegen. Deze gelden in ieder geval

Nadere informatie

REVALIDATIE 8.1 KINESITHERAPIE. 2. Voeten op en neer bewegen:

REVALIDATIE 8.1 KINESITHERAPIE. 2. Voeten op en neer bewegen: 08 REVALIDATIE 8.1 KINESITHERAPIE 2. Voeten op en neer bewegen: Zowel voor als na de operatie is een goede beweeglijkheid van de heup belangrijk. Tijdens het verblijf in het ziekenhuis komt de kinesist

Nadere informatie

Libra R&A locatie Blixembosch. Multiple Sclerose

Libra R&A locatie Blixembosch. Multiple Sclerose Libra R&A locatie Blixembosch MS Multiple Sclerose Deze folder is bedoeld voor mensen met multiple sclerose (MS) die worden behandeld bij Libra Revalidatie & Audiologie locatie Blixembosch. Tijdens uw

Nadere informatie

OEFENSCHEMA HARTREVALIDATIE

OEFENSCHEMA HARTREVALIDATIE OEFENSCHEMA HARTREVALIDATIE 17601 Inleiding In deze folder vindt u een algemeen oefenschema en beweegadvies. Deze kunt u gebruiken ter voorbereiding op de revalidatie, maar ook tijdens en na de revalidatieperiode.

Nadere informatie

Oefeningen bij bekkenklachten

Oefeningen bij bekkenklachten FYSIOTHERAPIE Oefeningen bij bekkenklachten ADVIES Oefeningen bij bekkenklachten De oefeningen die in deze folder beschreven staan, hebben als doel uw bekken beter te stabiliseren, uw spierkracht te vergroten

Nadere informatie

Wat is patello-femoraal pijnsyndroom?

Wat is patello-femoraal pijnsyndroom? Wat is patello-femoraal pijnsyndroom? Patellofemorale pijnklachten zijn klachten die waargenomen worden in en rond de knieschijf. Patella betekent knieschijf. Het komt op alle leeftijden voor, maar vooral

Nadere informatie

Algemene instructies oefeningen

Algemene instructies oefeningen Algemene instructies oefeningen o Lees eerst de disclaimer voordat u deze oefeningen begint. o Indien u pijnklachten vraag dan eerst uw arts of therapeut om advies o Zorg er voor dat de spieren niet koud

Nadere informatie

Behandelingen opname. 1 Airstacken en ademhalingsoefeningen. Longontsteking. Hypoventilatie. Wat is het doel van deze behandeling?

Behandelingen opname. 1 Airstacken en ademhalingsoefeningen. Longontsteking. Hypoventilatie. Wat is het doel van deze behandeling? 11/05/2019 Behandelingen opname 1 Airstacken en ademhalingsoefeningen Door een spierziekte kan de inhoud van uw longen geleidelijk afnemen. Hierdoor heeft u meer kans op een longontsteking en hypoventilatie.

Nadere informatie

BARIATRISCHE CHIRURGIE FYSIOTHERAPIE TIJDENS OPNAME IN HET ZIEKENHUIS

BARIATRISCHE CHIRURGIE FYSIOTHERAPIE TIJDENS OPNAME IN HET ZIEKENHUIS BARIATRISCHE CHIRURGIE FYSIOTHERAPIE TIJDENS OPNAME IN HET ZIEKENHUIS 1082 Inleiding In deze folder staan ademhalingsoefeningen en adviezen, ter voorbereiding op de maagoperatie die u binnenkort ondergaat.

Nadere informatie

Fysio-/manueeltherapie van Gerven

Fysio-/manueeltherapie van Gerven Fysio-/manueeltherapie van Gerven Artrose Artrose is een chronische aandoening waarbij een degeneratie van het gewricht optreedt. Het gewrichtkraakbeen vermindert in kwaliteit; vergelijk het kraakbeen

Nadere informatie

Doorliggen voorkomen. Een handleiding voor cliënten en hun verzorgers

Doorliggen voorkomen. Een handleiding voor cliënten en hun verzorgers Doorliggen voorkomen Een handleiding voor cliënten en hun verzorgers Doorliggen voorkomen Waarom deze folder? Ziek zijn of een handicap hebben is al vervelend genoeg. Helaas treden daarbij ook nog vaak

Nadere informatie

M_6_003. Toetsingsformulier "Vanuit rugligging in bed zijwaarts verplaatsen en op de zij draaien" M.C. de Vries - Hoefakker ROC Utrecht

M_6_003. Toetsingsformulier Vanuit rugligging in bed zijwaarts verplaatsen en op de zij draaien M.C. de Vries - Hoefakker ROC Utrecht Toetsingsformulier "Vanuit rugligging in bed zijwaarts verplaatsen en op de zij draaien" M.C. de Vries - Hoefakker Inleiding op transfers en zorg voor een juiste lichaamshouding van een zorgvrager. Liggend,

Nadere informatie

Radboud Amputatie Team

Radboud Amputatie Team Radboud Amputatie Team In het Radboudumc werkt een multidisciplinair team samen bij beenamputaties. Multidisciplinaire revalidatie betekent dat verschillende paramedische en medische beroepsgroepen samenwerken

Nadere informatie

Beenoperatie bij kinderen met intensieve revalidatie. Verbeteren van zitten, staan en/of lopen door Single Level Surgery (SiLS) en revalidatie

Beenoperatie bij kinderen met intensieve revalidatie. Verbeteren van zitten, staan en/of lopen door Single Level Surgery (SiLS) en revalidatie Beenoperatie bij kinderen met intensieve revalidatie Verbeteren van zitten, staan en/of lopen door Single Level Surgery (SiLS) en revalidatie Inhoudsopgave Inleiding 3 Voor wie? 3 Het besluit tot SiLS

Nadere informatie

Fysiotherapie na een hernia- of stenose operatie

Fysiotherapie na een hernia- of stenose operatie Fysiotherapie na een hernia- of stenose operatie Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op www.asz.nl/brmo. Inleiding U bent in het Albert Schweitzer ziekenhuis aan uw rug geopereerd. In deze folder

Nadere informatie

TIPS EN OEFENINGEN OM UW RUG STERK EN FIT TE MAKEN

TIPS EN OEFENINGEN OM UW RUG STERK EN FIT TE MAKEN TIPS EN OEFENINGEN OM UW RUG STERK EN FIT TE MAKEN Maximale ontspanning voor uw rug De rug is zo maximaal ontspannen. De armen liggen langs het lichaam. De knieën zijn 90 graden gebogen en liggen op een

Nadere informatie

Instabiele wervelfractuur

Instabiele wervelfractuur Afdeling: Onderwerp: Chirurgie Instabiele wervelfractuur Instabiele wervelfractuur De wervelkolom De wervelkolom bestaat uit zeven halswervels, twaalf borstwervels en vijf lendenwervels. De belangrijkste

Nadere informatie

TRAININGSPLAN XCO-TRAINER

TRAININGSPLAN XCO-TRAINER TRAININGSPLAN XCO-TRAINER HET PRINCIPE VAN XCO-TRAINING. Nieuw explosieve training met maximaal resultaat. Door actieve bewegingsvormen kan de mechanische belastbaarheid van spieren, het bindweefsel in

Nadere informatie

Stabiele wervelfractuur

Stabiele wervelfractuur Stabiele wervelfractuur Ziekenhuis Gelderse Vallei Deze folder geeft algemene informatie over een stabiele wervelfractuur (breuk van een wervel). In deze folder wordt beschreven hoe de meeste patiënten

Nadere informatie