Centraal examenreglement MBO Rijn IJssel

Transcriptie

1 Centraal examenreglement MBO Rijn IJssel

2 Dit Centraal examenreglement MBO van Rijn IJssel is een onderdeel van de onderwijs- en examenregeling van alle beroepsopleidingen. In de onderwijs en examenregeling van je opleiding staat informatie over de inhoud, de vorm en de organisatie van de examens. In het handboek Leren & Waarderen kun je meer lezen over de regels en afspraken voor de examinering en hoe alles georganiseerd is bij Rijn IJssel. Dit examenreglement kun je ook vinden op internet. Het staat op de website: info/examenreglement/ Rijn IJssel Regionaal Opleidingencentrum Arnhem Postbus ED Arnhem Tel.: Kvk nr.: College van Bestuur: Dhr. drs. B.G.M. Geerdink, voorzitter Mevr. drs. C.G.W.G. Oirbons, lid Vastgesteld door het College van Bestuur op 6 juni 2011 Ingangsdatum: 1 augustus 2011 Geldend voor alle studenten die een MBO-opleiding volgen, totdat er een nieuwe versie wordt vastgesteld. 1/21

3 Inhoudsopgave Artikel I. Algemene Bepalingen... 3 Artikel II. De examenorganisatie... 4 Artikel III. De regeling van de examens... 6 Artikel IV. Uitslag, herkansing, diplomering en inzage...10 Artikel V. Onregelmatigheden, bezwaar en beroep...13 Artikel VI. Overige bepalingen...16 Bijlage 1 Begrippenlijst...17 Bijlage 2 Adressenlijst /21

4 Artikel I. Algemene Bepalingen Artikel 1.1 Begrippenlijst Bij dit reglement vind je een begrippenlijst. Hierin worden moeilijke woorden en afkortingen die in het reglement staan, uitgelegd. De begrippenlijst staat in bijlage 1. Artikel 1.2 Wet Educatie Beroepsonderwijs Dit examenreglement brengt artikel 7.4.8, leden 1, 2 en 5 van de Wet Educatie Beroepsonderwijs (WEB) in praktijk. Artikel 1.3 Geldigheid Dit examenreglement geldt voor alle examens van de beroepsopleidingen die Rijn IJssel verzorgt. Artikel 1.4 Inhoud examen Het examen van elke opleiding bestaat uit kwalificerende toetsen, die worden afgenomen voor het behalen van het diploma van je opleiding. Artikel 1.5 Onderwijs en examenregeling Het centraal examenreglement MBO is een onderdeel van de onderwijs- en examenregeling. Artikel 1.6 Toezicht door de Inspectie van het Onderwijs Er zijn wettelijke regels waaraan de examens en de organisatie van examens moeten voldoen. Deze wettelijke regels heten standaarden. De inspectie van het onderwijs controleert of de examens en de organisatie van de examens aan deze standaarden voldoen. Dat doet de inspectie van het onderwijs in opdracht van het ministerie van onderwijs. 3/21

5 Artikel II. De examenorganisatie Artikel 2.1 Examencommissie Het College van Bestuur stelt per sector één of meer examencommissies in. De examencommissie regelt de organisatie en afname van examens. Een sectordirecteur of afdelingsmanager is de voorzitter van de examencommissie. De voorzitter van de examencommissie zorgt dat er een secretaris en overige leden van de examencommissie zijn aangesteld. Lid 5 De voorzitter van de examencommissie regelt dat de examencommissie bij elkaar komt om te vergaderen. Lid 6 De examencommissie maakt een verslag van de vergaderingen die zij houdt. In het verslag staat de datum van de vergadering, de aanwezigen, de uit te voeren besluiten/acties met de datum waarop die moeten zijn uitgevoerd en de naam van de persoon die de actie/het besluit moet uitvoeren. Artikel 2.2 Taken van de examencommissie De examencommissie stelt alle examens vast voor de opleidingen waar ze verantwoordelijk voor is. Met vaststellen wordt bedoeld dat de examencommissie vaststelt of de examens in orde zijn volgens de standaarden van de inspectie van het onderwijs. De examencommissie organiseert de examens en zorgt ervoor dat zij op de goede manier worden afgenomen en beoordeeld. De examencommissie let erop dat iedereen die meedoet met de examinering deskundig is. De examencommissie let erop dat de kwaliteit van de examens goed is door de tevredenheid over de examens te meten bij studenten en het werkveld. Lid 5 4/21

6 De examencommissie schrijft jaarlijks een examenverslag over de kwaliteit van de examinering. Artikel 2.3 Beoordelaars De examencommissie wijst de beoordelaars aan. Beoordelaars beoordelen jouw examen volgens de beoordelingsvoorschriften. Dat zijn de regels die voor de beoordeling gelden. Artikel 2.4 Geheimhouding Iedereen die te maken heeft met examinering heeft een geheimhoudingsplicht. Deze personen mogen geen informatie geven over zaken die geheim moeten blijven. 5/21

7 Artikel III. De regeling van de examens Artikel 3.1 Informatie over onderwijs en examens Het College van Bestuur van Rijn IJssel zorgt ervoor dat er op tijd een onderwijs- en examenregeling van een opleiding is. In de onderwijs- en examenregeling staat wat voor examens er zijn, hoe de examens worden afgenomen en wanneer de examens worden afgenomen. Artikel 3.2 Toegang en toelating Als je als student bij een opleiding van Rijn IJssel bent ingeschreven, mag je meedoen aan de examens van die opleiding. Als je alleen maar aan de examens wil meedoen, kun je je als examendeelnemer inschrijven. Een examencommissie stelt hier wel bepaalde voorwaarden aan. Deze voorwaarden staan in de onderwijsen examenregeling van de opleiding. Als je alleen examendeelnemer bent, word je extraneus genoemd. Als je examen doet, moet je je altijd kunnen legitimeren met een geldig legitimatiebewijs (paspoort of identiteitsbewijs). Een rijbewijs wordt niet gezien als geldig legitimatiebewijs. Artikel 3.3 Vrijstelling Een vrijstelling is een onderdeel van je opleiding waarin je geen examen meer hoeft te doen. Je krijgt een vrijstelling omdat je dat onderdeel in een eerdere opleiding al hebt gedaan, of omdat je al voldoende ervaring hebt opgedaan. Je kunt geen vrijstelling krijgen voor de examenonderdelen Nederlands, Moderne Vreemde Talen en Rekenen. Als je denkt dat je een vrijstelling kunt krijgen, dan vul je het hiervoor bedoelde aanvraagformulier in. Op het formulier geef je aan voor welk examenonderdeel je vrijstelling aanvraagt. Ook moet je alle bewijzen meesturen, zoals een diploma of Ervaringscertificaat. Binnen 15 werkdagen hoor je schriftelijk van de examencommissie of je een vrijstelling krijgt. Als je in aanmerking komt voor een vrijstelling krijg je van de examencommissie een bewijs van vrijstelling. De bewijzen waarop de vrijstelling is gebaseerd en het bewijs van vrijstelling zijn een onderdeel van je examendossier. 6/21

8 Artikel 3.4 Erkennen Verworven Competenties Als je een Ervaringscertificaat hebt kun je dit aanbieden aan de examencommissie van de opleiding waar het Ervaringscertificaat bij hoort. Als je je Ervaringscertificaat wilt aanbieden aan de examencommissie, dan schrijf je een brief aan de examencommissie met het verzoek tot verzilvering van het Ervaringscertificaat. Je vraagt daarmee of de commissie je Ervaringscertificaat wil omwisselen voor een of meer vrijstellingen, een diploma of een certificaat. Bij de brief voeg je een kopie van het Ervaringscertificaat. Binnen 15 werkdagen hoor je schriftelijk van de examencommissie of zij de erkenning(en) uit het Ervaringscertificaat overneemt. Als de examencommissie de erkenning overneemt dan krijg je van de examencommissie een diploma, certificaat of vrijstelling voor het betreffende examenonderdeel of de betreffende examenonderdelen. Artikel 3.5 Aangepast examen Als je een goede reden hebt, zoals een bepaalde handicap of leerstoornis, dan kun je mogelijk op een andere manier examen doen. Je hebt dan een verklaring nodig van een bevoegd arts of indicatieinstantie of een andere deskundige dat je die handicap of leerstoornis echt hebt. Als je denkt dat je een aangepast examen kunt krijgen, dan schrijf je een brief met het verzoek om een aangepast examen aan de examencommissie. Bij de brief voeg je de verklaring van de dokter, de deskundige of de indicatie-instantie toe, het bewijs dat je een (tijdelijke) handicap of leerstoornis hebt. Binnen 15 werkdagen hoor je schriftelijk van de examencommissie of je een aangepast examen mag doen. Als je in aanmerking komt voor een aangepast examen krijg je hiervan een schriftelijk bewijs van de examencommissie. Het niveau en het doel van het aangepaste examen mogen niet anders zijn dan het niveau en het doel van het eigenlijke examen. Lid 5 De examencommissie stelt het aangepaste examen vast. 7/21

9 Lid 6 De examencommissie beschrijft in het Jaarverslag Examinering hoe vaak en welke aangepaste examens er hebben plaatsgevonden. Artikel 3.6 Regeling voor nieuwe Nederlanders Als Nederlands niet je moedertaal is, kun je bij examens waarbij Nederlands erg belangrijk is gebruik maken van de Regeling voor nieuwe Nederlanders. Het niveau en het doel van het examen met de Regeling voor nieuwe Nederlanders mogen niet anders zijn dan het niveau en het doel van het eigenlijke examen. Als je denk dat je gebruik mag maken van de regeling voor nieuwe Nederlanders, dan schrijf je een brief aan de examencommissie met het verzoek, reden en bewijs om gebruik te maken van de Regeling voor nieuwe Nederlanders. Binnen 15 werkdagen hoor je schriftelijk van de examencommissie of je gebruik mag maken van de regeling. Als je in aanmerking komt voor de regeling krijg je hiervan een schriftelijk bewijs van de examencommissie. Artikel 3.7 Aanmelden voor een examen In de onderwijs- en examenregeling van je opleiding staat hoe je je moet aanmelden voor een examen. Artikel 3.8 Op tijd aanwezig zijn Als je examen doet, moet je 15 minuten voordat het examen begint aanwezig zijn. Dit geldt niet als er iets anders vermeld staat in de informatie over je examen. Artikel 3.9 De inhoud en organisatie van het examen Informatie over de inhoud en organisatie van het examen staat in de examenregeling van je opleiding. Artikel 3.10 Hulpmiddelen In de examenregeling van je opleiding staat welke hulpmiddelen je bij de examens mag gebruiken. Artikel 3.11 Afwezig tijdens een examen Zodra je weet dat je niet kunt meedoen aan een examen, stuur je de examencommissie een verklaring waarin staat waarom je niet kunt komen. De verklaring moet uiterlijk 10 werkdagen na de geplande 8/21

10 datum van het examen binnen zijn bij de examencommissie. Binnen 15 werkdagen hoor je schriftelijk van de examencommissie of dat een geldige reden was of niet. Als de examencommissie vindt dat je een geldige reden hebt voor je afwezigheid bij het examen, dan mag je aan het eerstvolgende examen meedoen. Als de examencommissie vindt dat je geen geldige reden hebt voor afwezigheid bij het examen, dan vervalt de examenmogelijkheid. Je kunt dan alleen nog meedoen aan een herkansing. 9/21

11 Artikel IV. Uitslag, herkansing, diplomering en inzage Artikel 4.1 Uitslag De uitslag van een examenonderdeel kan zijn: een cijfer, goed, voldoende, onvoldoende, voldaan, niet voldaan, A1, A2, B1, B2, C1, C2, 2F of 3F. De beoordelaar bepaalt de uitslag van een examenonderdeel binnen 10 werkdagen nadat je het examen hebt gedaan. Binnen 10 werkdagen na je examen wordt de voorlopige uitslag van je examen schriftelijk bekend gemaakt. De uitslag van taal- en rekenexamens die door het College voor Examens (CvE) worden afgenomen, krijg je schriftelijk binnen zes weken nadat je examen hebt gedaan. Lid 5 De examencommissie stelt de examenuitslag vast. Dat is het cijfer, goed, voldoende, onvoldoende voldaan, niet voldaan, A1, A2, B1, B2, C1, C2, 2F of 3F. Lid 6 Als de vastgestelde uitslag anders is dan de voorlopige uitslag, krijg je binnen 5 werkdagen na de vergadering van de examencommissie een brief van de examencommissie. Artikel 4.2 Herkansing Je hebt recht op één herkansing per examen. Als je een examen voor de eerste keer wilt herkansen, dan vraag je een herkansingsmogelijkheid aan bij het examenbureau. Het examenbureau meldt aan de examencommissie dat je het examen gaat herkansen. Als je in aanmerking wilt komen voor een extra herkansingsmogelijkheid, dan schrijf je een brief aan de examencommissie met het verzoek om een extra herkansingsmogelijkheid. In de brief schrijf je waarom je de eerste herkansing niet voldoende hebt gemaakt en waarom je verwacht met de extra kans wel een voldoende te halen. De mogelijkheid bestaat dat de examencommissie je uitnodigt voor een mondelinge toelichting. Binnen 15 werkdagen krijg je een schriftelijk bericht van de examencommissie of je het examen nog een keer mag herkansen. Als je vaker dan één keer hetzelfde examen doet, dan geldt de hoogste waardering voor dat examen. 10/21

12 Artikel 4.3 Beroepspraktijkvorming De beroepspraktijkvorming is een onderdeel van het examen. Het eindresultaat van je examen kan pas worden vastgesteld als het resultaat van de beroepspraktijkvorming voldoende is. Artikel 4.4 Diplomering Als je alle examens hebt gedaan, controleert de examencommissie of je geslaagd bent. Binnen 10 werkdagen na de vergadering van de examencommissie krijg je een brief waarin staat of je je diploma hebt gehaald. Je bent geslaagd als je: a. alle onderdelen uit het kwalificatiedossier 1 succesvol hebt afgerond; b. een voldoende hebt gehaald voor de beroepspraktijkvorming; Als je geslaagd bent, krijg je een diploma. Als je examen hebt gedaan, krijg je een beoordelingslijst. Artikel 4.5 Certificering Als je eerder met je opleiding stopt en Rijn IJssel verlaat, kun je een certificaat met beoordelingslijst krijgen. Je krijgt een certificaat als je een voldoende hebt gehaald voor alle examens die nodig zijn om een certificaat te halen. In het kwalificatiedossier van je opleiding staat waarvoor je een certificaat kunt halen. Als je met de opleiding stopt voordat je aan de eisen voor een certificaat of diploma hebt voldaan, kun je geen certificaat of diploma krijgen. Je kunt dan wel een schoolverklaring krijgen waarin staat welke onderdelen of competenties je hebt behaald. Artikel 4.6 Inzage De beoordeling van de taal- en rekenexamens die door het College voor Examens (CvE) worden afgenomen, kun je niet inzien. Overige beoordelingen kun je onder toezicht inzien tot 10 werkdagen na de bekendmaking van de voorlopige uitslag. Artikel 4.7 Bewaartermijn Alle documenten die bij je examen horen worden 12 maanden bewaard. 1 Overal waar kwalificatiedossier staat kan ook eindtermendocument worden gelezen. 11/21

13 De termijn van 12 maanden gaat in op de dag dat de examencommissie vaststelt dat je geslaagd bent. Na afloop van de bewaartermijn worden alle documenten die bij je examen horen vernietigd. 12/21

14 Artikel V. Onregelmatigheden, bezwaar en beroep Artikel 5.1 Onregelmatigheden Als je iets doet wat volgens de regels niet mag, dan kan de examencommissie maatregelen nemen. De maatregelen kunnen zijn: a) een waarschuwing; b) het ongeldig verklaren van de uitslag van de beoordeling van het examen; c) een onvoldoende voor het examen; d) niet of niet verder deelnemen aan het examen. De examencommissie beoordeelt wat een onregelmatigheid is en wat niet, dus of wat je doet wel of niet tegen de regels is. Voordat de examencommissie maatregelen neemt, informeert de examencommissie bij jou naar de situatie. Je kunt je door een meerderjarige persoon laten bijstaan. Je mag zelf kiezen wie dat is. Lid 5 Als de examencommissie een maatregel neemt, krijg je een brief waarin de maatregel staat. Deze brief gaat naar je ouders of wettelijke vertegenwoordiger, behalve als je meerderjarig bent en hebt aangegeven dat je dat niet wilt. Lid 6 Als je het niet eens bent met de beslissing van de examencommissie, kun je binnen 10 werkdagen schriftelijk bezwaar maken bij de examencommissie. Lid 7 Als je onterecht beschuldigd bent van het plegen van een onregelmatigheid, heb je geen recht op een schadevergoeding of smartengeld, wel op een rectificatie. Lid 8 De voorzitter van de examencommissie houdt een register bij van alle gevallen van onregelmatigheid die hij behandeld heeft. Hij bewaart ook alle belangrijke documenten die met de onregelmatigheden te maken hebben. Artikel 5.2 Bezwaar Als je het niet eens bent met een beslissing van een betrokkene bij je examen, schrijf je een brief met jouw bezwaar aan de examencommissie van je sector. Het bezwaar moet binnen 10 werkdagen na het bekendmaken van de beslissing over het examen naar de examencommissie van je sector gestuurd zijn. Het bezwaarschrift is gericht aan de examencommissie van je sector. Het adres staat in bijlage 2. In het bezwaarschrift staat: 13/21

15 je naam, adres, woonplaats en telefoonnummer; je opleiding en onderwijslocatie; de datum waarop je de brief schrijft; een omschrijving van de maatregel of beslissing waar je het niet mee eens bent en waartegen je dus bezwaar maakt ; het besluit dat je van de examencommissie verwacht; je handtekening. Als je een document hebt waarop de maatregel of beslissing staat, stuur je een kopie daarvan mee. Als het bezwaarschrift niet binnen de gestelde termijn wordt ingediend, dus binnen 10 werkdagen na het bekendmaken van de beslissing over het examen, dan wordt dit niet behandeld. Lid 5 Als je bezwaar maakt tegen een beslissing van een betrokkene bij je examen, dan stelt de secretaris van de examencommissie die persoon op de hoogte van het ingestelde bezwaar. Lid 6 De examencommissie beslist binnen 10 werkdagen na het indienen van het bezwaar. Je krijgt een brief waarin de uitspraak van de examencommissie staat. Lid 7 Als je het niet eens bent met de uitspraak van je examencommissie over het ingediende bezwaar, richt je je tot de Commissie van Beroep voor de Examens. Je gaat dan in beroep tegen de uitspraak van de examencommissie. Artikel 5.3 Beroep Het College van Bestuur zorgt voor een Commissie van Beroep voor de Examens en benoemt de leden, plaatsvervangende leden, de voorzitter die ook lid is en de plaatsvervangend voorzitter. De samenstelling van de Commissie van Beroep voor de Examens staat in bijlage 3. Je kan tegen een beslissing van de examencommissie in beroep gaan. Dat doe je door een brief te sturen aan de Commissie van Beroep voor de Examens. Het adres is: Commissie van Beroep voor de Examens Rijn IJssel Postbus ED Arnhem De termijn voor het indienen van een beroep is 10 werkdagen. De termijn gaat in op de eerste dag na het bekendmaken van de maatregel of de beslissing. Het beroepschrift is gericht aan de Commissie van Beroep voor de Examens. In het beroepschrift staat: je naam, adres, woonplaats en telefoonnummer; je opleiding en onderwijslocatie; de datum waarop je de brief schrijft; een omschrijving van de maatregel of beslissing waar je het niet mee eens bent en waartegen je dus in beroep gaat ; het besluit dat je van de Commissie van Beroep van de Examens verwacht. je handtekening 14/21

16 Als je in beroep gaat nadat je bezwaar hebt gemaakt, moet je een kopie van de uitspraak van de examencommissie over het bezwaar meesturen. Lid 5 Als het beroepschrift niet binnen de gestelde termijn wordt ingediend, dus binnen 10 werkdagen na het bekendmaken van de maatregel of beslissing, dan wordt dit niet behandeld. Lid 6 De Commissie van Beroep voor de Examens stelt de examencommissie of de beoordelaar op de hoogte van het ingestelde beroep. Lid 7 Als het beroep in behandeling wordt genomen door de Commissie van Beroep voor de Examens dan handelt de commissie volgens het huishoudelijk reglement voor de Commissie van Beroep. Daarin staan de regels die gelden voor de afhandeling van een beroep. Het huishoudelijk reglement vind je in bijlage 4. Lid 8 De Commissie van Beroep voor de Examens beslist binnen 10 werkdagen na het indienen van het beroep. Lid 9 De Commissie van Beroep voor de Examens kan de termijn één keer verlengen met een maximum van 10 werkdagen. Als de Commissie van Beroep dit doet, dan krijg je hierover een brief waarin de reden staat en het aantal dagen dat de termijn wordt verlengd. 0 Alle betrokkenen krijgen een brief waarin de uitspraak staat. De uitspraak van de Commissie van Beroep wordt door de voorzitter en de secretaris ondertekend. De uitspraak is voor alle partijen bindend. 15/21

17 Artikel VI. Overige bepalingen Artikel 6.1 In de gevallen waarvoor in de examenregeling geen regels, procedures of maatregelen staan, beslist het College van Bestuur. Alle betrokkenen krijgen een brief waarin de beslissing van het College van Bestuur staat. Artikel 6.2 Het kan zijn dat een sector aanvullende examenregels heeft. Deze aanvullingen mogen niet in strijd zijn met het centraal examenreglement en moeten worden goedgekeurd door het College van Bestuur. De aanvullingen zijn voor alle betrokkenen duidelijk. 16/21

18 Bijlage 1 Begrippenlijst Begrip Beoordelaar (assessor) Beoordelen Uitleg De persoon die optreedt als beoordelaar en daarvoor geschoold is. Dit kan een docent van de opleiding zijn, een stagebegeleider of iemand met veel ervaring in de beroepspraktijk. De assessor heeft uitsluitend een beoordelende rol. Zoveel mogelijk wordt voorkomen dat de assessor zich ook bezig houdt met de begeleiding van de student. Waarde toekennen aan de resultaten van het leren. Beoordelingsinstrument Beroepenveld Beroeps(competentie)profiel Instrument dat wordt ingezet om kennis, vaardigheden, houding, oftewel competenties te beoordelen. Bedrijfsleven niet zijnde de onderwijsinstelling Een beschrijving van wat werkgevers, collega's en klanten/cliënten mogen verwachten van een beroepsbeoefenaar. Het geeft onder andere aan welke eisen een branche stelt aan een bepaalde opleiding. De in het beroeps(competentie) profiel opgenomen competenties beschrijven hoe je kennis en vaardigheden toepast in het werk. De beroepsgroep moet zich in het profiel kunnen herkennen. Beroepspraktijkvorming (BPV) Dat deel van de opleiding dat plaats vindt in de beroepspraktijk en waarvoor de rechten en plichten van alle betrokkenen zijn vastgelegd in de BPV-overeenkomst. Bevoegd Gezag Bezwaar- en beroepprocedure Bindend advies/besluit BPV Certficaat (Certificeerbare eenheden) Zo noemt de wet personen die uiteindelijk de taak en het recht hebben om te beslissen hoe het er in de school moet toegaan. Bij Rijn IJssel is dat het College van Bestuur. Instrument waarmee de betrokkenen rondom examinering officieel hun klachten over de examinering kunnen voorleggen. Je kunt bezwaar maken tegen een maatregel of beslissing waar je het niet mee eens bent. De examencommissie doet een uitspraak en als je het daar niet mee eens bent, kun je nog in beroep gaan. Een advies/besluit dat je moet opvolgen. Zie beroepspraktijkvorming Binnen een kwalificatiedossier kan een deel van de werkzaamheden in een bepaald beroep als Certificeerbare Eenheid worden onderscheiden, wanneer dat deel arbeidsmarktrelevantie heeft. Arbeidsmarktrelevantie wil zeggen dat iemand er betaald werk mee kan krijgen. Aan een Certificeerbare Eenheid is een certificaat verbonden. 17/21

19 Commissie van Beroep Competentie Diploma Diplomering EVC (Ervaringscertificaat) Examen Examenbureau Examencommissie Examendeelnemer(extraneus) Examenplan Examenregeling Examenreglement Examinering Een onafhankelijke commissie die het beroep behandelt dat door een examendeelnemer is ingesteld tegen een beslissing over het examen. Competenties zijn ontwikkelbare vermogens van mensen. Competenties die te maken hebben met de onderliggende vaardigheden, kennis en houding krijgen pas betekenis in de reële of gesimuleerde beroepspraktijk. Een diploma is een volgens de wet erkend document waarmee is aangetoond en vastgelegd dat de bezitter een omschreven kwalificatie behaald heeft. Bij diplomering beoordeelt de examencommissie of de bewijsstukken voldoen aan de eisen zoals die zijn gesteld in het examenplan. EVC is de afkorting van Erkennen van Verworven Competenties. EVC beoogt de erkenning, waardering en verdere ontwikkeling van wat een individu heeft geleerd in elke mogelijke leeromgeving: in formele omgevingen zoals op school, maar ook in informele omgevingen zoals werk, hobby of anderszins. Toetsing op de beheersing van kerntaken, werkprocessen en competenties van de student die in aanmerking wil komen voor een mbo-diploma, inclusief de beheersing van rekenen en taal. Organisatorische eenheid binnen de instelling die zich onder verantwoordelijkheid van een examencommissie bezighoudt met het logistieke en administratieve proces van de examinering. Organisatorische eenheid binnen de instelling die verantwoordelijk is voor examinering en diplomering binnen de instelling. Persoon die aan een onderwijsinstelling als deelnemer van een examen is ingeschreven. Het examenplan geeft per kwalificatie een overzicht welke examenproducten en/of combinaties daarvan (praktijk en theorie) ingezet worden voor kwalificerende beoordeling. Daarnaast geeft het examenplan aan binnen welke omgeving (onderwijsinstelling of BPV) de beoordeling moet plaatsvinden. In de examenregeling staat alle informatie die de deelnemer nodig heeft om zich goed voor te bereiden op de examens. De regels en afspraken die binnen de instelling gelden voor examinering en diplomering. Definitie Wet Educatie en Beroepsonderwijs (WEB): "het nemen van beslissingen over inhoud en niveau van examens van een beroepsopleiding in relatie tot de eindtermen [lees: de kwalificatieeisen], procedures en voorwaarden waaronder examens worden afgenomen, alsmede het vaststellen van de uitslag van examens." 18/21

20 Herkansing Indicatie- instantie Kwalificatie Kwalificatiedossier Kwalificerende toetsen MBO Het opnieuw, of alsnog deelnemen aan het examen. Bevoegd orgaan voor het vaststellen van een handicap of leerbeperking. Een kwalificatie is de inhoud van het diploma, vastgelegd in een kwalificatiedossier. De op een gestandaardiseerde wijze beschreven opleiding of groep van opleidingen. Een dossier bestaat uit de volgende onderdelen: Beeld van het beroep (deel A) De kwalificaties (deel B) Uitwerking van de kwalificaties (deel C) Verantwoording (deel D) Het dossier wordt aangevuld met informatie uit: Beroepscompetentieprofielen Brondocument Leren, Loopbaan en Burgerschap Beoordelingen die genoemd worden in het examenplan. Op grond van de resultaten van de kwalificerende beoordelingen (examens) wordt beslist of een student in aanmerking komt voor een diploma of certificeerbare eenheid. Middelbaar Beroepsonderwijs (afkorting) Opleiding Wet Educatie en Beroepsonderwijs (WEB) Onderwijs waarvoor je als deelnemer een diploma of een deel van het diploma (een certificaat of bewijsstuk) kunt behalen. Dit is de belangrijkste wet die voor instellingen in de BVE-sector (beroepsonderwijs en volwasseneneducatie) geldt. 19/21

21 Bijlage 2 Adressenlijst Adressen examencommissies Vakschool Wageningen Marijkeweg PG Wageningen Voorzitter: de heer Carel Rink c.rink@rijnijssel.nl Secretaris: mevr. Elvira Bijster e.bijster@rijnijssel.nl CZW (Zorg en Welzijn) Kronenburgsingel EX Arnhem Voorzitter: mevr. Gertine Fornerod g.fornerod@rijnijssel.nl Secretaris: de heer René Lambregts r.lambregts@rijnijssel.nl CZW (Cios) Beukenlaan MA Arnhem Voorzitter: de heer Jan Steegh j.steegh@rijnijssel.nl Secretaris: de heer Chris Latiers c.latiers@rijnijssel.nl ECUV Middachtensingel HN Arnhem Voorzitter: de heer Jeroen Maree j.maree@rijnijssel.nl Secretaris: de heer Han Verschuur h.verschuur@rijnijssel.nl Techniek Velperweg BG Arnhem Voorzitter: de heer Adri Bressers a.bressers@rijnijssel.nl Secretaris: de heer Frank van Duinhoven f.duinhoven@rijnijssel.nl KCMD Velperweg BG Arnhem Voorzitter: mevrouw Jolanda Buts j.buts@rijnijssel.nl Secretaris: mevrouw Marielle den Hertog m.d.hertog@rijnijssel.nl Pasvorm Alexanderstraat BC Arnhem Voorzitter: de heer Chris Derksen c.derksen@rijnijssel.nl Secretaris: mevrouw Christel Wolterinck c.wolterinck@rijnijssel.nl 20/21