* Emeritus professor internationaal insolventierecht Universiteit Leiden; Raadsheer-plaatsvervanger Hof Den Haag

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "* Emeritus professor internationaal insolventierecht Universiteit Leiden; Raadsheer-plaatsvervanger Hof Den Haag"

Transcriptie

1 Bestemd voor FIP voorjaar 2015 HET ONTSLAG VAN DE CURATOR Prof. mr B. Wessels* * Emeritus professor internationaal insolventierecht Universiteit Leiden; Raadsheer-plaatsvervanger Hof Den Haag 1. Inleiding 1. Door de aanstelling van een rechter-commissaris is de bemoeienis door de rechtbank met een faillissementszaak beperkt. Na de aanstelling van de rechter-commissaris richt de rechtbank zich vooral op beslissingen met een sterk(er) rechtsprekend karakter. Na het uitspreken van de faillietverklaring (art. 1 lid 1 jo. art. 2) heeft hij een tiental bevoegdheden.1 Bevoegdheden die direct op het functioneren van de curator betrekkingen hebben zijn uiteraard diens benoeming (art. 14 lid 1), maar ook het uitspreken van de vernietiging van het faillissement, alsmede het dan tevens vaststellen van de faillissementskosten en het salaris van de curator (art. 15 lid 3)2 en het schorsen of ontslaan van de curator (art. 73). Dit laatste thema, het ontslag van de curator, wil ik hier aan de orde stellen. 2. De rechtbank heeft de bevoegdheid de curator te allen tijde, na hem gehoord of behoorlijk opgeroepen te hebben, te ontslaan en in zijn plaats een ander te benoemen. Ook kan zij hem een of meer medecuratoren toevoegen. Dit kan geschieden òf op voordracht van de rechtercommissaris, òf op basis van een met redenen omkleed verzoek van een of meer schuldeisers, de commissie uit hun midden of de gefailleerde. Aldus de tekst van art. 73 lid 1. Art. 73 geeft de rechtbank dus de bevoegdheid de positie van de curator te wijzigen. Deze kan de vorm aannemen van ontslag en vervanging door een ander, dan wel van het aan de curator toevoegen van één of meer andere curatoren. In het laatste geval regelt art. 70 op welke wijze de boedel door de handelwijze van ieder van de curatoren kan worden gebonden. In de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen is ontslag of vervanging van de bewindvoerder op vrijwel gelijke wijze als in art. 73 (jo. art. 313) geregeld. Ontslag is bij deze regeling soms een collectief verschijnsel. Recent is aan een bewindvoerder die in 72 schuldsaneringszaken was benoemd en aan een andere bewindvoerder die 130 schuldsaneringenzaken onder zijn hoede had ontslag verleend.3 Bij de schuldsaneringsregeling voorziet art. 319 lid 1 overigens niet in het doen toevoegen van een andere bewindvoerder. Bij surseance van betaling kan de rechter-commissaris anders dan in faillissement ook ambtshalve het initiatief nemen tot ontslag van de bewindvoerder nemen, terwijl gedurende de surseance de schuldenaar niet de bevoegdheid heeft om ontslag en vervanging respectievelijk toevoeging te vragen, vergelijk art. 224 lid 2. De term ontslag in de aangehaalde bepalingen heeft een neutrale inhoud, te weten het (doen) eindigen van een rechtsbetrekking. 1 Voor een overzicht, zie Wessels Insolventierecht IV 2012/4015 e.v. 2 Vergelijk Rb. s-hertogenbosch 26 april 2011, LJN BQ6195; JOR 2011/308; RI 2011/89. 3 Rb. Oost-Brabant (sector kanton) 23 mei 2013, LJN CA1156, respectievelijk Rb. Alkmaar (sector kanton) 15 november 2012, LJN BY

2 3 Ik behandel achtereenvolgens enkele vraagstukken die verband houden met het doen van een voordracht tot ontslag door de rechter-commissaris (par. 2), het verzoek daartoe door een of meer van de schuldeisers (par. 3), de gefailleerde (par. 4) of hoewel de Faillissementswet daarin niet voorziet de curator zelf (par. 5). Ik werk uit op welke wijze de rechtspraak omgaat met een van de belangrijkste redenen voor ontslag: tegenstrijdige belangen (par. 6). Vervolgens komen enkele meer formele vereisten aan bod inzake de inkleding van het verzoek, de behandeling van de voordracht of het verzoek en de te geven beschikking en haar motivering (par. 7). Tenslotte (par. 8) besteed ik aandacht aan de belangrijkste postcuratorschap verplichting, die tot rekening en verantwoording. 2. Voordracht door de rechter-commissaris 4. De rechter-commissaris (r-c) heeft in faillissementszaken een recht van voordracht ten aanzien van een aantal aantal onderwerpen, zoals: (i) de kosteloze behandeling van het faillissement (art. 16 lid 1), ii) de opheffing van het faillissement (art. 16 lid 1), (iii) de voorziening in een vacature in de voorlopige commissie van schuldeisers (art. 74 lid 2) en (iv) de in verzekerde bewaringstelling van de gefailleerde of de verlenging daarvan (art. 87) dan wel het ontslag daaruit (art. 88). Zoals aangegeven heeft de r-c het recht van voordracht tot ontslag van de curator en diens vervanging door een ander dan wel tot het aan hem toevoegen van één of meer medecurators (art. 73 lid 1). 5. Het recht van voordracht functioneert binnen de algemene taak van de rechter-commissaris. Hij voert geen medebeheer of opperbestuur ten aanzien van het beheer van de boedel en hij kan, behoudens het speciale geval van art. 69 (klachtrecht), omtrent het beheer in dezen of genen zin ook geene bevelen geven; hij houdt uitsluitend toezicht, gaat na, of de curator zich houdt binnen de grenzen der wet, of hij handelt in het belang van den boedel, of hij zijne taak behoorlijk vervult. 4 Het palet aan middelen van de rechter-commissaris ter beïnvloeding van de algemene taak van de curator omvat raadgevingen, opmerkingen, berispingen, des noodig toepassing van art. 73, met het laatste alternatief refererend aan de mogelijkheid van ontslag van de curator.5 Dit was overigens in het oorspronkelijke ontwerp anders. In een ontwerp-art. 64 was naast de toezichthoudende taak ook als taak van de rechter-commissaris aangegeven dat hij beslist alle geschillen ter zake daarvan (het beheer en de vereffening; Wess.) rijzende, voor zoover de kennisneming door de wet niet aan de rechtbank is opgedragen. Deze woorden zijn teruggenomen om te voorkomen dat behalve de speciale beslissingsbevoegdheden die zijn aangegeven in de wet, bijvoorbeeld in art. 70 (meer dan één curator benoemen) en art. 79 (beslissen indien curator zich niet met advies van de commissie uit de schuldeisers verenigt), de rechter-commissaris meer in het algemeen geschillen zou gaan beslechten. Daarmee werd voorkomen (in de woorden van een Kamervraag) dat het toezicht van den rechter-commissaris zóó uitgestrekt is, dat deze in die gevallen, waarin hij met den curator verschilt, gehoorzaamd moet worden.6 4 Zie Regeringsantwoord bij G.W. van der Feltz, Geschiedenis van de Wet op het faillissement en de surséance van betaling, bewerkt door G.W. baron van der Feltz, deel II (1897); Heruitgave bewerkt door S.C.J.J. Kortmann en N.E.D. Faber, Serie Onderneming en Recht, deel 2-II, Zwolle: W.E.J. Tjeenk Willink 1994 (nader: Van der Feltz II (1897)), p Van der Feltz II (1897), p Van der Feltz II (1897), p. 2. 2

3 6. Wat kan een reden zijn voor een voordracht tot ontslag door de rechter-commissaris? Veel rechtspraak is er niet. Niet een reden voor een dergelijke voordracht is bijvoorbeeld een verschil van inzicht tussen de r-c en curatoren over de vraag of de laatsten een overeenkomst dienen na te komen nu de wet niet bepaalt dat het oordeel van de rechter-commissaris in gevallen als deze bindend is voor de van een curator te verlangen handelwijze. Voor ontslag zou niettemin reden kunnen bestaan indien het door appellanten verdedigde standpunt klaarblijkelijk van iedere grond is ontbloot en daardoor op onredelijke grond geweigerd wordt de inzichten van de rechter-commissaris te volgen. 7 Een blijvend verschil van mening met de curator kan voor de r-c echter wel een reden zijn tot het voordragen van de curator voor ontslag. 8 In een vrij recente zaak in het Dordtse geeft de rechter-commissaris in zijn voordracht onder meer aan dat het in het belang van de gezamenlijke schuldeisers en andere belanghebbenden in dit faillissement is dat de curator niet in de positie komt waarbij hij het risico kan lopen dat een schijn van belangenverstrengeling wordt gewekt, als gevolg waarvan de onafhankelijkheid van de curator en de objectiviteit in de afwikkeling van een faillissement door de curator niet langer lijken te zijn gewaarborgd. Niet belangtegenstelling zelf, maar het mogelijk wekken van de schijn van belangentegenstelling vindt de rechtercommissaris voldoende voor een voordracht tot ontslag. In deze zaak is de curator tot omstreeks vier jaar geleden werkzaam geweest bij de ING Bank als rayondirecteur, is hij in die periode meerdere malen betrokken geweest bij de bancaire dienstverlening ten behoeve van (andere) bedrijven van de gefailleerden, alsmede ten behoeve van de persoonlijke financiën van de bestuurder en zijn zoon, en hebben zich in de ING-periode, naast zakelijke contacten ook onplezierige gesprekken voorgedaan, waarbij de emoties soms hoog konden oplopen. De rechtbank zet het kader neer: de r-c houdt toezicht, de curator beheert de boedel, en de statutaire bestuurder van de failliete vennootschap dient in het kader van de afwikkeling van de boedel zich te richten naar de aanwijzingen van de curator. Ook dient de curator te beoordelen of er reden is de statutaire bestuurder persoonlijk aansprakelijk te stellen uit hoofde van bestuurdersaansprakelijkheid of anderszins. De rechtbank: Van belang daarbij is dat de curator in zijn taakuitoefening onafhankelijk en neutraal kan optreden en dat ook de schijn van het tegendeel wordt vermeden, en in het voorliggende geval kan bij gefaillieerde en diens zoon - of bij derden - de gedachte ontstaan dat de curator mogelijk niet volledig objectief en neutraal zal kunnen opereren. Dat geldt temeer als zich binnen de toenmalige contacten bij tijde en wijle conflicten hebben voorgedaan, welke tot hoog oplopende emoties hebben geleid over onderwerpen van financiële aard; privé zowel als zakelijk. Dat de curator oprecht van mening is dat dit verleden niet in de weg staat aan een correcte uitoefening van zijn functie doet er niet aan af dat bij [personen 1 en 2] redelijkerwijs de perceptie heeft kunnen postvatten dat sprake is van een belast gezamenlijk verleden dat aan een objectieve taakuitoefening van de curator jegens hen in de weg staat. De rechtbank acht dit onwenselijk: De objectiviteit van de curator behoort buiten twijfel te staan. Ontslag wordt verleend op voordracht van de r-c.9 Bij verzoeken van schuldeisers wordt ook vaak belangentegenstelling, of het gevaar daarvoor, als reden opgevoerd. Ik kom hieronder op deze gevoelige kwestie terug. 7. Even een zijsprong. Kan worden verzocht om ontslag of vervanging van de rechtercommissaris zelf? Neen, een dergelijk verzoek treft geen doelt. Al in 1983 gaf de Hoge Raad 7 Zie Gem. HvJ van de Ned. Antillen en Aruba 2 juni 2006, JOR 2006/119, die vaststelt dat zich dat in casu niet voordeed. 8 Rb. Dordrecht 17 juni 1992, NJ 1993/92. 9 Zie Rb. Rotterdam 5 juni 2013, LJN CA3245; JOR 2014/179. 3

4 aan10 dat een verzoek om vervanging van de r-c geen grondslag in de wet kent. Een dergelijk verzoek is in deze opvatting derhalve niet-ontvankelijk. In gelijke zin met betrekking tot een verzoek tot ontslag het Hof in Den Haag in Het is wel mogelijk dat een verzoek om vervanging van de rechter-commissaris wordt opgevat als een verzoek om wraking.12 Een rechter en dus ook de r-c, die lid is van de rechtbank (art. 14 lid 1) kan immers gewraakt worden, zie art. 36 e.v. Rv 13, en wraking in insolventiezaken komt wel voor. 14 Een algemene mogelijkheid om misnoegen te uiten en tegen een niet-aanvaardbare gedraging van een rechter-commissaris bezwaar te maken is het indienen van een klacht, die zich niet tegen een rechterlijke beslissing richt Verzoek van de schuldeiser(s) 8. Het verzoek tot ontslag van de curator kan ook door een of meer schuldeisers worden ingediend. Verzoeker moet in dat geval dus schuldeiser zijn. Volgens de lagere rechtspraak valt daaronder ook de schuldeiser die een vordering ter verificatie heeft ingediend, ook indien deze door de curator wordt betwist.16 Indien er tussen schuldeiser en curator een geschil is dat in een bodemprocedure wordt uitgevochten, staat dat enkele feit aan zijn hoedanigheid als schuldeiser op de voet van art. 73 uiteraard niet in de weg, omdat hij in die hoedanigheid belang houdt bij een adequaat beheer van de boedel en het toezicht daarop De vraag rijst of ook een boedelschuldeiser een verzoek ex art. 73 kan indienen. Omdat in de lagere rechtspraak de meerderheidsopvatting is dat het klachtrecht van art. 69 niet aan boedelschuldeisers toekomt, maar alleen aan de schuldeisers bestaande op het tijdstip van de faillietverklaring, wordt het niet mogelijk geacht dat een boedelschuldeiser het ontslag van de curator kan verzoeken.18 Ik ben een andere mening toegedaan. Voorop staat dat de gewone verbintenisrechtelijke betrekking tussen de boedel en de boedelschuldeiser de doorslag geeft. Een op de aanvullende werking van redelijkheid en billijkheid (art. 6:248 lid 1 BW) steunende verplichting jegens een (boedel)schuldeiser zorgvuldigheid te betrachten betekent dat ook een boedelschuldeiser belang heeft bij een zorgvuldig beheer van de boedel. Hij heeft dan ook belang bij een eenvoudige mogelijkheid om voorgenomen beheersdaden te laten toetsen, temeer daar hij de mogelijkheid van beslag mist. Met de enigszins anders gemotiveerde redenering laat rechtbank Alkmaar de boedelschuldeiser toe tot het klachtrecht op de voet van art. 69: De positie van een boedelschuldeiser is wat dat betreft vergelijkbaar met die van een pré-faillissementschuldeiser. De rechtbank ziet hierin, uit het oogpunt van rechtsgelijkheid, 10 HR 23 september 1983, NJ 1984/202, nt. G. In gelijke zin Rb. Dordrecht 18 februari 2004, LJN AO Hof s-gravenhage 24 januari 1985, NJ 1985/614; idem ten aanzien van ontslag en vervanging Rb. Zutphen 27 november 2003, LJN AN Zie bijvoorbeeld Rb. Rotterdam 21 augustus 2009, LJN BJ8450; JOR 2010/80, 13 Zie nader Verburgt, FIP 2013, p. 258 e.v. 14 Zie onder meer Rb. s-gravenhage 12 april 2010, LJN BM4016; Rb. Arnhem 26 april 2011, LJN BQ3370; Rb. s-gravenhage 8 augustus 2011, LJN BR De basis is het Landelijk model klachtenregeling, in werking sedert 2002 (zie onder Procedures ), ter vervanging van art. 14a e.v. Wet RO (oud), waarover HR 23 mei 1991, NJ 1991/ Zie Rb. Rotterdam 21 juni 2007, LJN BA7841, en in gelijke zin Rb. s-hertogenbosch 7 mei 2013, LJN CA Aldus terecht Rb. Rotterdam 6 januari 2010, LJN BL Zie bijvoorbeeld Rb. Amsterdam 19 april 2013, ECLI:NL:RBAMS:2013:6266; RI 2013/93. Zie Wessels Insolventierecht IV 2012/4230, met verwijzingen. 4

5 aanleiding om af te wijken van de bestendige lijn in de jurisprudentie op dit punt en om verzoekster ontvankelijk te achten in haar verzoek. 19 Deze zienswijze kan ook bij de toepassing van art. 73 opgeld doen Verzoek van de schuldenaar 10. De Faillissementswet kent enkele handelingen die door (het bestuur van) de gefailleerde zelf moeten worden verricht. Te denken valt aan: (i) het instellen van hoger beroep tegen de faillissementsuitspraak (art. 8), (ii) het richten van een verzoek aan de r-c om een afkoelingsperiode in te stellen (art. 63a lid 1), (iii) het instellen van hoger beroep tegen een beschikking van de r-c (art. 67 lid 1), (iv) het opkomen tegen handelingen van de curator of het nalaten van een voorgenomen handeling respectievelijk het verkrijgen van een bevel (art. 69 lid 1), (v) het aansprakelijk stellen van de curator (art. 72), (vi) het betwisten van een vordering (art. 126), of (vii) het aanbieden van een akkoord (art. 138). De failliet heeft daarnaast ook de bevoegdheid ex art. 73 om het ontslag van de curator te verzoeken. 11. Het enkele missen van een vertrouwensband met de curator is geen rechtsgeldige reden, of zoals Advocaat-Generaal Timmerman21 het uitdrukt: De eis van het bestaan van een zekere vertrouwensrelatie tussen curator en failliet vindt geen steun in het recht. Weliswaar dient de curator bij de uitoefening van zijn taak met de gerechtvaardigde belangen van de gefailleerde rekening te houden, maar bij botsende belangen tussen de gefailleerde en de schuldeisers heeft de wetgever het belang van de gezamenlijke schuldeisers in de Faillissementswet laten prevaleren. Ook de omstandigheid dat verzoeker een aantal beweringen van de curator heeft kunnen weerleggen betekent niet dat de curator niet in staat zou zijn zijn taak naar behoren uit te voeren.22 De Haagse rechtbank zet zijn motivering ruimer op.23 De rechtbank hanteert twee uitgangspunten: (1) dat gelet op de gebruikelijke kwaliteitscontrole ten aanzien van faillissementscuratoren van een curator verondersteld mag worden dat hij tegen de eisen die zijn taak hem stelt is opgewassen, behoudens sterke aanwijzingen voor het tegendeel, en (2) dat de taak van de curator het inherente risico in zich draagt dat zijn optreden aanleiding geeft tot een zeker antagonisme tussen hem en de (bestuurder van de) failliet. Tegen deze achtergrond, meent de rechtbank, kunnen slechts zwaarwegende omstandigheden aanleiding geven tot toewijzing van het ontslagverzoek: Dergelijke omstandigheden zijn bijvoorbeeld ernstige fouten bij het beheer van de boedel, misdragingen jegens de persoon van de gefailleerde en/of bestuurder of frauduleuze handelingen De statutair bestuurder van een gefailleerde BV zelf is geen schuldeiser als bedoeld in art. 73. Wat nu indien deze bestuurder lasthebber is van een voorlopig erkend schuldeiser? Is hij dan bevoegd? Indien vaststaat dat een schuldeiser niet heeft aangetoond dat zij een eigen belang heeft bij het verzoek en dat de verzoeker (lasthebber, de bedoelde bestuurder) 19 Rb. Alkmaar 23 oktober 2009, LJN BK1060; RI 2010/4. 20 In overeenstemmende zin A-G Wuisman, conclusie vóór HR 16 oktober 2009, LJN BJ7318; NJ 2009/517; RI 2010/ Conclusie vóór HR 22 september 2006, LJN AY Rb. Arnhem 16 oktober 2006, LJN AZ2614, die het verzoek tot ontslag van de curator afwijst. 23 Rb. s-gravenhage 25 augustus 2005, JOR 2005/ In de aangehaalde zaak was van dergelijke ernstige verzuimen geen sprake (de rechtbank had veeleer de indruk gekregen dat er sprake is geweest van niet meer dan persoonlijke wrijvingen tussen verzoekers enerzijds en de curator en zijn kantoorgenoot anderzijds ). 5

6 uitsluitend zijn eigen belang beoogt te dienen dan misbruikt de schuldeiser haar positie als schuldeiser aangezien zij haar bevoegdheid op de voet van art. 73 slechts uitoefent met het doel door middel van lastgeving aan verzoeker een rechtsingang te creëren, welke hem krachtens de wet niet toekomt. Aldus de rechtbank, en dit oordeel vindt de Hoge Raad is in het licht van de gedingstukken niet onbegrijpelijk en het behoeft geen nadere motivering Verzoek van de curator zelf? 13. Art. 73 vermeldt niet de mogelijkheid dat de curator zelf om ontslag verzoekt.26 Toch wordt algemeen de mogelijkheid aangenomen dat de curator ook op eigen verzoek kan worden ontslagen en door een ander kan worden vervangen, dan wel dat hem op zijn verzoek een medecurator wordt toegevoegd. 27 Redenen voor een dergelijk verzoek kunnen zijn het binnen de (advocaten)praktijk switchen van praktijkgebied (bijvoorbeeld van insolventierecht naar arbeidsrecht ), het staken van de (advocaten)praktijk of verhuizing.28 In 1981 beslist dat Hoge Raad dat het verzoek van een buiten het faillissement staande derde, ertoe strekkende de curator te ontslaan en de verzoeker tot curator te benoemen, geen grond vindt in het recht. Dit is niet anders indien de verzoeker eerder curator in hetzelfde faillissement is geweest en de rechtbank hem als zodanig ontslag heeft verleend.29 De Recofa-richtlijnen 1997 (Hoofdstuk 5) (oud) gaan er bij het vertrek van de curator uit de advocatuur of uit het arrondissement vanuit dat hij de rechter-commissaris daarvan tijdig in kennis stelt en een voorstel doet tot benoeming van een andere curator. Deze Richtlijnen 1997 bevelen aan dat deze zo mogelijk een kantoorgenoot is. Indien de curator het faillissement zelf wil afwikkelen is dat mogelijk. In dat geval verlangen deze Richtlijnen dat aan de rechtercommissaris opgaaf wordt gedaan van de verhuisdatum en het nieuwe kantooradres met telefoonnummer. Het postbedrijf, dat zorgdraagt voor doorzending van de post van de gefailleerde aan de curator, dient eveneens te worden geïnformeerd omtrent het nieuwe adres van de curator. In de Recofa-richtlijnen 2009 komt deze regeling overigens niet meer voor. 6. Tegenstrijdige belangen 14. Een tegenstrijdig belang kan vaak reden zijn voor een voordacht van de rechtercommissaris tot ontslag (zie het in punt 6 aangehaalde geval) of het verzoek tot ontslag ingediend door een schuldeiser of een failliet. Ik geef als (wederom in het Dordtse spelende) voorbeeld dat de failliet aan zijn ontslagverzoek ten grondslag legt dat door de benoeming van de curator in het faillissement conflicterende belangen spelen nu hij enerzijds als curator in het faillissement van de BV en in het faillissement van de gefailleerde in privé (bestuurder) de belangen van de boedel dient te behartigen en hij anderzijds als schuldeiser optreedt in het faillissement van gefailleerde in privé voornoemd. De curator verweert zich. Hij heeft 25 HR 20 februari 2004, LJN AO4149; JOR 2004/122, naar aanleiding van Rb. Breda 4 juli 2003, JOR 2003/217. In gelijke zin ten aanzien van een indirect voormalig bestuurder van een gefailleerde vennootschap: Rb. s- Gravenhage 28 september 2012, JOR 2013/ Bij de schuldsanering kan de bewindvoerder op de voet van art. 319 lid 1 wel de rechtbank om ontslag verzoeken. 27 Zo reeds Procureur-Generaal Berger, conclusie vóór HR 27 november 1981, NJ 1982/68. Vergelijk ook Rb. Overijssel 15 januari 2014, ECLI:NL:RBOVE:2014: Vergelijk Vriesendorp, Insolventierecht. Studiereeks Burgerlijk Recht, Deventer: Kluwer 2013, nr Zie HR 27 november 1981, NJ 1982/68. 6

7 gehandeld conform de wet en is niet persoonlijk betrokken bij het faillissement van gefailleerde privé. Wel heeft de boedel in het faillissement van de BV een hoge vordering op de gefailleerde bestuurder vanwege diens onbehoorlijk bestuur in deze vennootschap: Theoretisch gezien zou er eventueel sprake kunnen zijn van een tegenstrijdig belang, doch in de praktijk is dit niet aan de orde. De curator heeft evenwel meegedeeld zich te refereren aan het oordeel van de rechtbank. De rechtbank stelt vast dat nu de curator zelf heeft verklaard dat er mogelijk sprake is van een tegenstrijdig belang en zich refereert aan het oordeel van de rechtbank, zij voldoende termen aanwezig acht om de curator te vervangen teneinde zelfs maar de schijn van tegenstrijdige belangen te vermijden. 30 Op welke wijze referte aan het oordeel van de rechtbank tot de gegeven beslissing kan bijdragen is onduidelijk. Hoe dit zij, de uitspraak sluit aan op andere lagere rechtspraak, waar een ruime interpretatie van tegenstrijdige belangen wordt gehuldigd. Zo overweegt de Rotterdamse rechtbank in 2007 dat het in het belang van de gezamenlijke schuldeisers, de gefailleerde en andere belanghebbenden is dat de curator zich in geen enkel geval in een positie mag begeven waarbij hij het risico kan lopen dat een schijn van belangenverstrengeling wordt gewekt, als gevolg waarvan de onafhankelijkheid van de curator en de objectiviteit in de afwikkeling van een faillissement door de curator niet langer lijkt gewaarborgd. Een curator behoort te handelen zoals in redelijkheid mag worden verlangd van een over voldoende inzicht en ervaring beschikkende curator die zijn taak met nauwgezetheid en inzet verricht. Door de onderneming waar een bestuurder van een failliet als bestuurder/middellijk aandeelhouder bij is betrokken opdrachten te verstrekken, terwijl er blijkens het faillissementsverslag wordt overwogen om de bestuurder op grond van kennelijk onbehoorlijk bestuur aan te spreken, is de schijn van belangenverstrengeling gegeven en heeft de curator niet in overeenstemming met voornoemde normen gehandeld Het feit dat een curator, tevens advocaat te Dordrecht, beroep doet op een contractueel vastgelegde forumclausule waarin de rechtbank te Dordrecht bevoegd is verklaard, is geen indicatie voor belangenverstrengeling.32 Het gegeven dat er een kantoor-relatie bestaat tussen de (toen nog bestaande procureur, zie thans de advocaat ex art. 5) van een verweerder en de curator is voor Advocaat-Generaal Huydecoper niet zonder meer reden om de curator te vervangen. Hof Arnhem-Leeuwarden vernietigt in een arrest van 17 november 2014 de faillietverklaring die door de rechtbank is uitgesproken.33 De failliet verzoekt het hof om bij vernietiging van de bestreden beschikking richtlijnen mee te geven over de nadere afwikkeling van het faillissement. Het hof laat terecht een ruime beoordelingsmarge aan de curator; hij dient bij zijn benoeming aan te geven of hij vrij staat om het faillissement te behandelen, van hem ook nadien mag worden verwacht dat hij de door hem aanvaarde aanstelling tot curator heroverweegt als het risico, althans de schijn van enige belangenverstrengeling zich alsnog voordoet. Het is aan de curator deze belangenafweging te maken en aldus om te beoordelen of hij nu in een positie komt waarbij een schijn van belangenverstrengeling kan worden gewekt. Hij dient daarbij acht te slaan op zijn relatie tot mr. X, als zijn voormalige advocaat en kantoorgenoot en de beleidsvrijheid die hem toekomt om al dan niet jegens mr. X een vordering in te stellen of de door de failliet (S) gepretendeerde vordering van de boedel op mr. X aan de (voormalig) bestuurder van S over te 30 Zie Rb. Dordrecht 18 februari 2004, LJN AO Rb. Rotterdam 21 juni 2007, LJN BA7841, In vergelijkbare zin Rb. Rotterdam 5 juni 2013, LJN CA3245; JOR 2014/ Zie Rb. Dordrecht 14 november 2007, LJN BB Hof Arnhem-Leeuwarden 17 november 2014, ECLI:NL:GHARL:2014:

8 dragen (zoals de curator ook heeft gedaan ten aanzien van de door S gepretendeerde vordering op DNB). 16. Zie ook de recente zaak (in casu betreffende het faillissement van busbedrijf OAD) beslist door de rechtbank Overijssel, waarin zij oordeelt dat zij geen reden heeft om te twijfelen aan het functioneren van de curator en geen enkele aanwijzing heeft dat er sprake zou zijn van het gunnen van de verkoop aan een bevriende partij. De verkoop heeft op een correcte wijze plaatsgevonden, op basis van taxatierapporten daar waar vereist en mogelijk. De rechtbank kan zich echter verenigen met het standpunt van de curator en de rechter-commissaris dat door de aanhoudende persoonlijke aanvallen op het functioneren van de curator, een volledig objectieve en onafhankelijke afwikkeling van de faillissementen wordt bemoeilijkt. Op grond hiervan besluit de rechtbank tot het ontslag van de curator.34 Het Financieele Dagblad van 18 januari 2014 schrijft onder meer dat de curator zal hebben gedacht Stank voor dank. In dit geval is er geen enkele aanwijzing van het gunnen aan een bekende derde en geeft onbewezen, hardnekkige roddel de doorslag, aldus de krant. 17. Over deze uitkomst kan zeker ook anders worden gedacht. In eerdere publicaties heb ik onafhankelijkheid benaderd vanuit het perspectief van een redelijk denkende derde. Onafhankelijkheid moet bestaan in facts, alsook in appearance. De curator must also be seen or perceived to be independent by a fair minded observer. Mede aan de hand van het in Duitsland in april 2012 opgenomen vereiste van Unabhängigkeit van de Insolvenzverwalter (een geschäftskundige, hetgeen ruimer is dan advocaat ) en de uitgebreide literatuur daarover heb ik getracht onafhankelijk nader te bepalen voor de kandidaat-curator ten opzichte van zijn kantoorgenoten, ten aanzien van de schuldenaar, de schuldeisers en de rechter-commissaris. Deze beschouwing heeft geleid tot een aantal voorstellen tot wets-wijziging.35 Voorop staat dat de curator in zijn beleid een grote mate van discretie heeft bij het uitoefenen van zijn taak en dat spanning met de eigen belangen van de failliet of die van schuldeisers inherent is aan de job. Het Financieele Dagblad nog een keer: Het is moeilijk strijden tegen geklets rond de dorppomp. Is in het OAD-geval sprake van een redelijk denkende derde? Ik heb twijfels. Zou een meer proportionele benadering door de rechter, zoals het doen toevoegen van een tweede curator, een meer probate oplossing zijn geweest? In casu was het ook het standpunt van de curator en de rechter-commissaris dat door de aanhoudende persoonlijke aanvallen op het functioneren van de curator, een volledig objectieve en onafhankelijke afwikkeling van de faillissementen wordt bemoeilijkt. Om deze reden neemt de rechtbank de beslissing tot ontslag, maar mij bekruipt het gevoel dat onbewezen geklets rond de dorpspomp de doorslag heeft gegeven. 7. Verzoek, behandeling en beschikking 18. Het verzoek tot ontslag van de curator, afkomstig van een of meer schuldeisers, de commissie uit hun midden of de gefailleerde dient met redenen omkleed te zijn (art. 73 lid 1; bij de schuldsaneringsregeling art. 319 lid 1). Art. 224 lid 2 kent bij surseance dit vereiste niet, maar materieel zou ik hieraan geen verschil in betekenis willen toekennen. Een niet- 34 Zie ook Rb. Overijssel 15 januari 2014, ECLI:NL:RBOVE:2014: Zie B. Wessels, De onafhankelijkheid van de faillissementscurator, preadvies Christen Juristen Vereniging (CJV) 2013, Uitgeverij Paris, 2013, 111 pp.; B. Wessels, Naar een betere waarborging van de onafhankelijkheid van de faillissementscurator, Maandblad voor Vermogensrecht 2013/10, p

9 gemotiveerd verzoek kan bezwaarlijk worden toegewezen.36 De indiening van een verzoek is vormvrij, maar het verzoek zal meestal schriftelijk zijn. Het behoeft niet door een advocaat te worden ingediend. Art. 5 is op het op de voet van art. 73 ingediende verzoekschrift niet van toepassing. 19. De curator dient gehoord, althans daartoe behoorlijk opgeroepen, te worden, zie art. 73 lid 1. De rechtbank is, alvorens een beslissing te geven, verplicht de r-c te horen, zie art. 65. Ook bij de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen geldt deze verplichting, zie art. 314 lid 2 jo. art. 65. Als de rechter-commissaris niet door de rechtbank is gehoord, kan diens beslissing niet in stand blijven.37 De rechtbank beslist overigens over de voordracht van de rechter commissaris respectievelijk op het verzoek in hoogste ressort, vergelijk art Beroep in cassatie is echter wel mogelijk (art. 426 Rv). 20. Is het door de rechtbank te geven ontslag een rechterlijke beschikking? Dertig jaar geleden was dit een issue. Advocaat-Generaal Moltmaker, in zijn conclusie vóór HR 23 september 1983, NJ 1984/202, nt. G, acht het verdedigbaar dat het benoemen en ontslaan van een curator niet meer is dan een maatregel van administratieve aard. Deze kan door de rechter op basis van zijn discretionaire bevoegdheid worden gegeven en voor een dergelijke beslissing geldt dan geen motiveringseis. Annotator Van Der Grinten is van mening dat een motivering alleen bij de beschikking tot afwijzing van het verzoek achterwege mag blijven. De Hoge Raad eist bij een beschikking tot afwijzing van een verzoek tot ontslag echter wel een motivering, zij het dat zij een sobere motivering kan zijn, bijvoorbeeld in die zin dat de rechtbank aangeeft dat hij de gronden voor toewijzing van het verzoek onvoldoende heeft geoordeeld. De aard van de afwijzende beschikking, hetgeen inhoudt dat de rechter geen gebruik maakt van diens in art. 73 lid 1 toegekende discretionaire bevoegdheid, brengt dit mee.39 In de praktijk komt men overigens wel uitvoerig gemotiveerde afwijzingsbeschikkingen tegen Bij een toewijzende beschikking, in welk geval de rechter een wijziging aanbrengt in een bestaande rechtssituatie, kan niet met een sobere motivering worden volstaan. In redelijkheid kan van de rechter worden gevraagd dat hij een deugdelijk motief geeft waarom naar zijn discretie het ontslag geboden is. Dit is ook de zienswijze van Van Der Grinten. Ik meen dat de Amsterdamse rechtbank hieraan twee jaar geleden voldeed, in een geval waarin ontslag volgde, omdat de curator meerdere fouten op elkaar [heeft] gestapeld, rechtmatige belangen van de failliet en derden heeft miskend en zij zich niet respectvol en professioneel heeft gedragen tegenover sommigen met wie zij in de uitoefening van haar taak in aanraking kwam Rekening en verantwoording 36 Zie Wessels Insolventierecht VIII 2014/ Aldus HR 16 oktober 2009, LJN BJ7318; NJ 2009/517; RI 2010/ Eventuele bezwaren van de voormalige curator ten aanzien van zijn ontslag kunnen niet afdoen aan de geldigheid van de benoeming van de opvolgend curator, aldus Hof s-gravenhage 26 mei 1998, JOR 1999/ Zie HR 28 juni 1985, NJ 1985/870. Zie voorts A-G Verkade, conclusie vóór HR 20 juni 2008, LJN BD1497; RI 2008/62. Over de mate van te betrachten soberheid, zie A-G Timmerman, conclusie vóór HR 21 januari 2011, LJN BO Zie Rb. Rotterdam 6 januari 2010, LJN BL1861 (in een faillissement dat al 18 jaren loopt). Vergelijk ook Rb. Utrecht 31 maart 2011, LJN BQ Rb. Amsterdam 20 februari 2013, JOR 2014/80. 9

10 22. Over zijn beheer legt de curator rekening en verantwoording af (i) na de totstandkoming van een akkoord, aan de schuldenaar (art. 162 lid 1), en na het verbindend worden van de slotuitdelingslijst, aan de rechter-commissaris (art. 193 lid 2). Rekening en verantwoording van zijn beheer ingeval van tussentijds defungeren legt hij af aan de curator die in zijn plaats wordt benoemd, aldus art. 73 lid 2. Eenzelfde verplichting rust op de ontslagen bewindvoerder bij de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen jegens de nieuw benoemde, art. 314 lid Uit de parlementaire geschiedenis is af te leiden waarom het doen van rekening en verantwoording geschiedt aan de opvolgende curator: het (is) in alle administratiën regel, dat de voorganger rekening en verantwoording doet aan zijn opvolger. Deze vertegenwoordigt den belanghebbende, ten wiens behoeve de rekening en verantwoording wordt gedaan.43 Met betrekking tot zijn rekening en verantwoording kan de ontslagen curator de commissie uit de schuldeisers, zo deze is benoemd, niet raadplegen. In dat geval dient rekening en verantwoording van het beheer van de ontslagen curator, bedoeld in art. 73 lid 2, te worden afgelegd door de nieuw benoemde curator. Deze wint het advies van de commissie in, want een ontslagen curator is geen curator meer, hij kan de commissie dus niet meer raadplegen In de rechtspraak wordt de stelling gehuldigd dat voor een zelfstandige verplichting van de curator jegens de gefailleerde geen plaats is.45 Ik zie de rechtvaardiging daarvan niet. Vermogensrechtelijk is en blijft de failliet eigenaar of rechthebbende van alle tot de boedel behorende vermogensbestanddelen. Jegens de opvolgend curator legt de (voormalige) curator verantwoording af over uitvoeringshandelingen met betrekking tot de boedel, die uit beheersen beschikkingsdaden kunnen bestaan. Deze daden worden achteraf beoordeeld vanuit een functioneel kader: droegen zij (uiteindelijk) bij aan het behalen van de hoogste opbrengst voor het geheel aan crediteuren. Dat is een beperkter kader dan de vermogensrechtelijke dimensie van het beheer door de voormalige curator. Ik ben er dus voorstander van dat de curator desgewenst ten overstaan van de rechter-commissaris jegens de schuldenaar rekening en verantwoording aflegt. 42 Over rechtskarakter en inhoud van de reken- en verantwoordingsplicht, zie B. Wessels, De verbintenis tot zorgvuldig vermogensrechtelijk beheer, in: Vermogensrechtelijke Annotaties 2005/3, pp Verslag Eerste Kamer, Van der Feltz II (1897), p. 19. Wie belanghebbende is (het geheel aan crediteuren?; de failliet?) laat ik in het midden. De term vertegenwoordiging in deze passage moet niet letterlijk maar symbolisch worden geïnterpreteerd. 44 Zie het Rapport aan de Koningin-regentes bij Van der Feltz II (1897), p Gem. HvJ Ned. Antillen en Aruba 13 februari 1996, TvI 1996/3, p. 30 e.v. Vergelijk ook Hof Amsterdam 4 augustus 2006, LJN AZ

Jurisprudentie Ondernemingsrecht

Jurisprudentie Ondernemingsrecht Jurisprudentie Ondernemingsrecht 3 februari 2015 Mr. P.J. Peters 1 HR 23 mei 2014, JOR 2014, 229 Kok/Maas q.q. Bestuurdersaansprakelijkheid/selectieve betaling Casus P. Kok ( Kok ) 100% bestuurder Kok

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 34 218 Wijziging van de Faillissementswet in verband met de aanwijzing door de rechtbank van een beoogd curator ter bevordering van de afwikkeling

Nadere informatie

REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE ENERGIELABEL per 7 juli 2015

REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE ENERGIELABEL per 7 juli 2015 REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE ENERGIELABEL per 7 juli 2015 Begripsomschrijving Artikel 1. In dit reglement wordt verstaan onder: stichting : de Stichting Geschillencommissies voor Consumentenzaken; commissie

Nadere informatie

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Wijziging van de Faillissementswet en enige andere wetten in verband met het moderniseren van de faillissementsprocedure (Wet modernisering faillissementsprocedure) Allen, die deze zullen zien of horen

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van de Faillissementswet en enige andere wetten in verband met het moderniseren van de faillissementsprocedure (Wet modernisering faillissementsprocedure) VOORSTEL VAN WET Wij Willem-Alexander,

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van het Burgerlijk Wetboek en de Faillissementswet in verband met het verbeteren van de kwaliteit van bestuur en toezicht bij verenigingen en stichtingen alsmede de uniformering van enkele bepalingen

Nadere informatie

De Commissie heeft vastgesteld dat tussenkomst van de Ombudsman Financiële Dienstverlening niet tot oplossing van het geschil heeft geleid.

De Commissie heeft vastgesteld dat tussenkomst van de Ombudsman Financiële Dienstverlening niet tot oplossing van het geschil heeft geleid. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 21 d.d. 2 april 2009 (mr. M.M. Mendel, voorzitter, mr. E.M. Dil - Stork en mr. B. Sluijters) 1. Procedure De Commissie beslist met inachtneming

Nadere informatie

Landelijk Register van Gerechtelijke Deskundigen, LRGD. Raad voor de Tuchtrechtspraak U I T S P R A A K

Landelijk Register van Gerechtelijke Deskundigen, LRGD. Raad voor de Tuchtrechtspraak U I T S P R A A K Landelijk Register van Gerechtelijke Deskundigen, LRGD Raad voor de Tuchtrechtspraak U I T S P R A A K Inzake de klacht van [Klaagster BV], gevestigd te [gemeente] aan de [adres], hierna te noemen klaagster,

Nadere informatie

VOORSTEL VAN WET ARTIKEL I. De Faillissementswet wordt als volgt gewijzigd:

VOORSTEL VAN WET ARTIKEL I. De Faillissementswet wordt als volgt gewijzigd: Wijziging van de Faillissementswet in verband met de invoering van de mogelijkheid van aanwijzing door de rechtbank van een beoogd curator ter bevordering van de doelmatige afwikkeling dan wel toepassing

Nadere informatie

REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE ENERGIELABEL per 1 oktober 2012

REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE ENERGIELABEL per 1 oktober 2012 REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE ENERGIELABEL per 1 oktober 2012 Begripsomschrijving Artikel 1. In dit reglement wordt verstaan onder: stichting : de Stichting Geschillencommissies voor Consumentenzaken;

Nadere informatie

Verzetschriftuur ex artikel 10 Faillissementswet. Rechtbank Rotterdam Sector Civiel Recht te R O T T E R D A M. Geven eerbiedig te kennen:

Verzetschriftuur ex artikel 10 Faillissementswet. Rechtbank Rotterdam Sector Civiel Recht te R O T T E R D A M. Geven eerbiedig te kennen: Verzetschriftuur ex artikel 10 Faillissementswet Rechtbank Rotterdam Sector Civiel Recht te R O T T E R D A M Geven eerbiedig te kennen: 1. mr. Ronald Wilhelmus Franciscus Heijmeriks, wonende te s-gravenhage,

Nadere informatie

faillissement 18 Rechtspraak 28

faillissement 18 Rechtspraak 28 28 - De looptijd van de schuldsaneringsregeling na voorafgaand faillissement Eva Timmermans Rechtbank Den Haag 27 mei 2014, ECLI:NL:RBDHA:2014:7671 1. Inleiding In de wet staat dat de termijn van de schuldsaneringsregeling

Nadere informatie

Reglement van de Commissie van Beroep

Reglement van de Commissie van Beroep Reglement van de Commissie van Beroep 1 januari 2019 Artikel 1 De in dit Reglement van Beroep voorkomende begrippen hebben de betekenis als daaraan toegekend in de Statuten en het Algemeen Reglement en

Nadere informatie

De vaststellingsovereenkomst. Prof. mr dr Edwin van Wechem

De vaststellingsovereenkomst. Prof. mr dr Edwin van Wechem De vaststellingsovereenkomst Prof. mr dr Edwin van Wechem Wat is een vaststellingsovereenkomst? Artikel 7:900 BW Bij een vaststellingsovereenkomst binden partijen, ter beëindiging of ter voorkoming van

Nadere informatie

BIJLAGE 3: GESCHILLENREGLEMENT IKB KIP

BIJLAGE 3: GESCHILLENREGLEMENT IKB KIP BIJLAGE 3: GESCHILLENREGLEMENT IKB KIP Het bestuur van de Stichting PLUIMNED heeft, gelet op artikel 19 van de Algemene Voorwaarden IKB Kip, ter zake van de behandeling van geschillen tussen een deelnemer

Nadere informatie

13 Samenloop faillissement, surseance van betaling en schuldsanering

13 Samenloop faillissement, surseance van betaling en schuldsanering 13 Samenloop faillissement, surseance van betaling en schuldsanering M.B. de Boer 1 INLEIDENDE OPMERKINGEN De schuldenaar die in de toestand verkeert van te hebben opgehouden te betalen, kan, hetzij op

Nadere informatie

REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE POST per 1 april 2016

REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE POST per 1 april 2016 REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE POST per 1 april 2016 Begripsomschrijving Artikel 1. In dit reglement wordt verstaan onder: stichting : de Stichting Geschillencommissies voor Consumentenzaken; commissie

Nadere informatie

: de Stichting Geschillen in de landbouw c.a.;

: de Stichting Geschillen in de landbouw c.a.; Reglement geschillen in de landbouwzorg Begripsomschrijving Artikel 1 In dit Reglement wordt verstaan onder: Stichting : de Stichting Geschillen in de landbouw c.a.; Commissie : de Geschillencommissie

Nadere informatie

Kamer van Toezicht over de Notarissen en Kandidaat-notarissen te Rotterdam

Kamer van Toezicht over de Notarissen en Kandidaat-notarissen te Rotterdam 28/07 ECLI:NL:TNOKROT:2008:YC0459 KAMER VAN TOEZICHT Beslissing in de zaak onder nummer van: 28/07 Kamer van Toezicht over de Notarissen en Kandidaat-notarissen te Rotterdam Reg.nr. 28/07 Beslissing op

Nadere informatie

MEINDERT OOSTERHOF, in zijn hoedanigheid van gerechtsdeurwaarder, kantoorhoudende te Drachten,

MEINDERT OOSTERHOF, in zijn hoedanigheid van gerechtsdeurwaarder, kantoorhoudende te Drachten, Vonnis RECHTBANK LEEUWARDEN Sector kanton Locatie Heerenveen zaak-/rolnummer: 371218 CV EXPL i 1-5231 vonnis van de kantonrechter d.d. 14 maart 2012 inzake X wonende te eiser. procederende met toevoeging.

Nadere informatie

Klachtreglement Geschillencommissie Nationaal Keurmerk Hulpmiddelen. Definities

Klachtreglement Geschillencommissie Nationaal Keurmerk Hulpmiddelen. Definities Klachtreglement Geschillencommissie Nationaal Keurmerk Hulpmiddelen Definities Artikel 1: In dit Reglement wordt verstaan onder: 1.1 Commissie: de Geschillencommissie NKH; 1.2 NKH: het Nationaal Keurmerk

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz. 34 218 Wijziging van de Faillissementswet in verband met de aanwijzing door de rechtbank van een beoogd curator ter bevordering van de afwikkeling van een eventueel faillissement en vergroting van de kansen

Nadere informatie

Artikel 3:40 Een besluit treedt niet in werking voordat het is bekendgemaakt.

Artikel 3:40 Een besluit treedt niet in werking voordat het is bekendgemaakt. Wetgeving Algemene wet bestuursrecht Artikel 1:3 1. Onder besluit wordt verstaan: een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan, inhoudende een publiekrechtelijke rechtshandeling. 2. Onder beschikking

Nadere informatie

OPENBAAR VERSLAG EX ART. 73A FAILLISSEMENTSWET

OPENBAAR VERSLAG EX ART. 73A FAILLISSEMENTSWET OPENBAAR VERSLAG EX ART. 73A FAILLISSEMENTSWET Gegevens onderneming : Kliq Reïntegratie B.V. Faillissementsnummer : 05/61 F - rechtbank Utrecht Datum vonnis : 9 februari 2005 Curator : mr. drs. J.L.M.

Nadere informatie

Betreft: Klachten over het functioneren van bewindvoerders, curatoren en rechterscommissarissen

Betreft: Klachten over het functioneren van bewindvoerders, curatoren en rechterscommissarissen COMMISSIE INSOLVENTIERECHT Voorzitter: Prof.mr. S.C.J.J. Kortmann Postbus 9049 6500 KK Nijmegen Aan Zijne Excellentie De Minister van Justitie Mr J.P.H. Donner Postbus 20301 2500 EH Den Haag Nijmegen,

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2017:1064. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 16/ Conclusie: ECLI:NL:PHR:2017:410, Gevolgd

ECLI:NL:HR:2017:1064. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 16/ Conclusie: ECLI:NL:PHR:2017:410, Gevolgd ECLI:NL:HR:2017:1064 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 09-06-2017 Datum publicatie 09-06-2017 Zaaknummer 16/04866 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2017:410,

Nadere informatie

REGLEMENT VOOR DE BEHANDELING VAN GESCHILLEN DOOR DE GESCHILLENCOMMISSIE ZAKELIJKE KLANTEN ENERGIEBEDRIJVEN (GESCHILLENCOMMISSIE ZAKELIJKE KLANTEN)

REGLEMENT VOOR DE BEHANDELING VAN GESCHILLEN DOOR DE GESCHILLENCOMMISSIE ZAKELIJKE KLANTEN ENERGIEBEDRIJVEN (GESCHILLENCOMMISSIE ZAKELIJKE KLANTEN) REGLEMENT VOOR DE BEHANDELING VAN GESCHILLEN DOOR DE GESCHILLENCOMMISSIE ZAKELIJKE KLANTEN ENERGIEBEDRIJVEN (GESCHILLENCOMMISSIE ZAKELIJKE KLANTEN) Begripsomschrijvingen Artikel 1 In dit reglement wordt

Nadere informatie

Reglement. KMS Reglementen. Raad van Beroep. Raad van Beroep. Pagina: 1 van 7. Geldig per: Opgesteld: Wiebe Boekema

Reglement. KMS Reglementen. Raad van Beroep. Raad van Beroep. Pagina: 1 van 7. Geldig per: Opgesteld: Wiebe Boekema Pagina: 1 van 7 Reglement Pagina: 2 van 7 Inhoudsopgave 1 Algemeen 3 2 Het aanhangig maken van een beroep 3 3 Samenstelling van een 3 4 Inlichtingen 4 5 Geheimhouding 4 6 Procedure 4 7 Uitspraak 6 8 Overige

Nadere informatie

Begripsomschrijving. Samenstelling en taak GESCHILLENREGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE BEROEPSCODE VOOR ERKEND HYPOTHEEKADVISEURS

Begripsomschrijving. Samenstelling en taak GESCHILLENREGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE BEROEPSCODE VOOR ERKEND HYPOTHEEKADVISEURS GESCHILLENREGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE BEROEPSCODE VOOR ERKEND HYPOTHEEKADVISEURS Begripsomschrijving Artikel 1 Beroepscode Commissie Consument Erkend Hypotheekadviseur Geschillencommissie Hypothecaire

Nadere informatie

Inhoud. Algemeen. De faillietverklaring

Inhoud. Algemeen. De faillietverklaring Inhoud I 1 2 3 4 5 5a II 6 7 8 9 10 12 13 14 15 16 Algemeen Drie procedures Het faillissement De surseance van betaling De schuldsanering natuurlijke personen Commissie Insolventierecht Herijking van het

Nadere informatie

25 - De weg naar de Wsnp na eigen aangifte tot faillietverklaring geblokkeerd?

25 - De weg naar de Wsnp na eigen aangifte tot faillietverklaring geblokkeerd? 25 - De weg naar de Wsnp na eigen aangifte tot faillietverklaring geblokkeerd? Hanneke De Coninck-Smolders* De schuldsaneringsregeling natuurlijke personen ( Wsnp ) is een goed instrument voor natuurlijke

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 34 740 Wijziging van de Faillissementswet en enige andere wetten in verband met het moderniseren van de faillissementsprocedure (Wet modernisering

Nadere informatie

Reglement Geschillencommissie Arbodiensten

Reglement Geschillencommissie Arbodiensten Reglement Geschillencommissie Arbodiensten Definities Artikel 1 In dit Reglement wordt verstaan onder: a. Commissie: de Geschillencommissie Arbodiensten; b. Boaborea: de branchevereniging van dienstverleners

Nadere informatie

Rolnummer 5606. Arrest nr. 43/2014 van 13 maart 2014 A R R E S T

Rolnummer 5606. Arrest nr. 43/2014 van 13 maart 2014 A R R E S T Rolnummer 5606 Arrest nr. 43/2014 van 13 maart 2014 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 1022, eerste lid, van het Gerechtelijk Wetboek (vóór de wijziging ervan bij de wet van

Nadere informatie

De voorlopige crediteurencommissie revisited en artikel 76 Fw re-examined

De voorlopige crediteurencommissie revisited en artikel 76 Fw re-examined S.E. Castaño Ortiz De voorlopige crediteurencommissie revisited en artikel 76 Fw re-examined Inleiding De bevoegdheden die aan de voorlopige crediteurencommissie worden toegekend, door de Faillissementswet,

Nadere informatie

Echtscheidingsproblematiek. Optreden als makelaar op grond van rechterlijk vonnis. Contact met advocaten van partijen.

Echtscheidingsproblematiek. Optreden als makelaar op grond van rechterlijk vonnis. Contact met advocaten van partijen. Echtscheidingsproblematiek. Optreden als makelaar op grond van rechterlijk vonnis. Contact met advocaten van partijen. Een makelaar is door de rechtbank als deskundige benoemd om te komen tot de verkoop

Nadere informatie

REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE TELECOMMUNICATIEDIENSTEN per 2 mei 2016

REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE TELECOMMUNICATIEDIENSTEN per 2 mei 2016 REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE TELECOMMUNICATIEDIENSTEN per 2 mei 2016 Begripsomschrijving Artikel 1. In dit reglement wordt verstaan onder: stichting : de Stichting Geschillencommissies voor Consumentenzaken;

Nadere informatie

Artikel 24. Artikel 24 lid 1 Pandrecht. Verkoop van verpande goederen

Artikel 24. Artikel 24 lid 1 Pandrecht. Verkoop van verpande goederen Artikel 24 Lid 1 Lid 2 Pandrecht Pandrecht Verkoop van verpande goederen Artikel 24 lid 1 Pandrecht Algemeen Het verschil tussen pand en retentie Het pandrecht in de AVC 2002 is nieuw ten opzichte van

Nadere informatie

Turbo-liquidatie en de bestuurder

Turbo-liquidatie en de bestuurder Turbo-liquidatie en de bestuurder Juni 2012 mr J. Brouwer De auteur heeft grote zorgvuldigheid betracht in het weergeven van delen uit het geldende recht. Evenwel is noch de auteur noch Boers Advocaten

Nadere informatie

OPENBAAR VERSLAG EX ART. 73A FAILLISSEMENTSWET

OPENBAAR VERSLAG EX ART. 73A FAILLISSEMENTSWET OPENBAAR VERSLAG EX ART. 73A FAILLISSEMENTSWET Gegevens onderneming : Kliq Reïntegratie B.V. Faillissementsnummer : 05/61 F - Rechtbank Utrecht Datum vonnis : 9 februari 2005 Curator : mr. drs. J.L.M.

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2015 2016 34 218 Wijziging van de Faillissementswet in verband met de aanwijzing door de rechtbank van een beoogd curator ter bevordering van de afwikkeling

Nadere informatie

http://legalintelligence.com/frontend/doc.aspx?docid=8305225& sr...

http://legalintelligence.com/frontend/doc.aspx?docid=8305225& sr... pagina 1 van 5 JOR 2013/87 Gerechtshof Arnhem, 18-12-2012, 200.099.939, LJN BY7149 Processuele gevolgen faillietverklaring voor aanhangige rechtsvorderingen, Schorsing van geding in conventie ex art. 29

Nadere informatie

REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE DEFENSIE GENEESKUNDIGE ZORG Per 1 januari 2016

REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE DEFENSIE GENEESKUNDIGE ZORG Per 1 januari 2016 REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE DEFENSIE GENEESKUNDIGE ZORG Per 1 januari 2016 Begripsomschrijving Artikel 1. In dit reglement wordt verstaan onder: stichting : de Stichting Geschillencommissies voor Consumentenzaken;

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2017:2561

ECLI:NL:RBROT:2017:2561 ECLI:NL:RBROT:2017:2561 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 05-01-2017 Datum publicatie 06-04-2017 Zaaknummer C/10/510679 / FT EA 16/2324 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE STICHTING PAARD 11 december 2013

REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE STICHTING PAARD 11 december 2013 REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE STICHTING PAARD 11 december 2013 Inhoudsopgave Afdeling 1: Algemene Bepalingen Afdeling 2: Geschillenbeslechting Bindend Advies Afdeling 3: Slotbepalingen Reglement geschillencommissie

Nadere informatie

»Samenvatting. Aflevering 2015 afl. 6. Financiering, zekerheden en insolventie. Rechtbank 's-gravenhage. Datum 11 maart 2015. Rolnummer F.

»Samenvatting. Aflevering 2015 afl. 6. Financiering, zekerheden en insolventie. Rechtbank 's-gravenhage. Datum 11 maart 2015. Rolnummer F. Aflevering 2015 afl. 6 Rubriek College Financiering, zekerheden en insolventie Rechtbank 's-gravenhage Datum 11 maart 2015 Rolnummer F.10/15/123 Rechter(s) Partijen Noot mr. Don mr. Cats mr. Smelt Mr.

Nadere informatie

Aan : Consumenten van ShopVIP B.V. Van : mr. D.M. van Geel, curator Datum : 19 september 2014. (1) Faillissement ShopVIP B.V.

Aan : Consumenten van ShopVIP B.V. Van : mr. D.M. van Geel, curator Datum : 19 september 2014. (1) Faillissement ShopVIP B.V. INFORMATIEMEMORANDUM T EN BEHOEVE VAN CONSUMENTEN Aan : Consumenten van ShopVIP B.V. Van : mr. D.M. van Geel, curator Datum : 19 september 2014 (1) Faillissement ShopVIP B.V. Bij vonnis van de rechtbank

Nadere informatie

HET DAGELJKS BESTUUR VAN DE STICHTING SAMENWERKINGSVERBAND VO/VSO MIDDEN-HOLLAND & RIJNSTREEK, statutair zetel hebbende in de gemeente Gouda;

HET DAGELJKS BESTUUR VAN DE STICHTING SAMENWERKINGSVERBAND VO/VSO MIDDEN-HOLLAND & RIJNSTREEK, statutair zetel hebbende in de gemeente Gouda; REGLEMENT ADVIESCOMMISSIE BEZWAARSCHRIFTEN van het Samenwerkingsverband VO/VSO Midden Holland en Rijnstreek ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2009:BJ1550

ECLI:NL:RBARN:2009:BJ1550 ECLI:NL:RBARN:2009:BJ1550 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 15-06-2009 Datum publicatie 06-07-2009 Zaaknummer AWB 08/5874 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Rapport. Datum: 1 juli 1998 Rapportnummer: 1998/258

Rapport. Datum: 1 juli 1998 Rapportnummer: 1998/258 Rapport Datum: 1 juli 1998 Rapportnummer: 1998/258 2 Klacht Op 10 oktober 1997 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer D. te Heemstede, met een klacht over een gedraging van de Huurcommissie

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2005:AT3000

ECLI:NL:CRVB:2005:AT3000 ECLI:NL:CRVB:2005:AT3000 Instantie Datum uitspraak 21-03-2005 Datum publicatie 01-04-2005 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 05-1503 MAW-VV Bestuursrecht

Nadere informatie

Onder Professoren. Aansprakelijkheid van bestuurders. 14 april 2015 VAAN Utrecht. prof. mr. Claartje Bulten

Onder Professoren. Aansprakelijkheid van bestuurders. 14 april 2015 VAAN Utrecht. prof. mr. Claartje Bulten Onder Professoren Aansprakelijkheid van bestuurders 14 april 2015 VAAN Utrecht prof. mr. Claartje Bulten Aansprakelijkheid van bestuurders Onderwerpen Interne aansprakelijkheid Externe aansprakelijkheid

Nadere informatie

Faillissement, surseance van betaling en schuldsanering

Faillissement, surseance van betaling en schuldsanering Monografieen Privaatrecht Faillissement, surseance van betaling en schuldsanering Mr. A.M.J. van Buchem-Spapens Mr. Th.A. Pouw Achtste druk Kluwer - Deventer - 2008 Inhoud Lijst van afkortingen XI I. INLEIDING

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2017:1290

ECLI:NL:RBDHA:2017:1290 ECLI:NL:RBDHA:2017:1290 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 02-02-2017 Datum publicatie 14-02-2017 Zaaknummer C/09/520447 / FT RK 16/2286 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Insolventierecht

Nadere informatie

betreft: [klager] datum: 8 september 2014

betreft: [klager] datum: 8 september 2014 nummer: 14/794/GA betreft: [klager] datum: 8 september 2014 De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat

Nadere informatie

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN U I T S P R A A K Nr. i n d e k l a c h t nr. 2004.2196 (047.04) ingediend door: hierna te noemen 'klager', tegen: hierna te noemen 'verzekeraar'. De Raad van Toezicht Verzekeringen

Nadere informatie

Reglement Geschillencommissie VEBON-NOVB

Reglement Geschillencommissie VEBON-NOVB VEBON-NOVB Begripsomschrijving Artikel 1 In dit reglement wordt verstaan onder: a. Vereniging: Vereniging van BeveiligingsOndernemingen in Nederland (VEBON-NOVB) b. Commissie: de Geschillencommissie, ingesteld

Nadere informatie

1 Rechtbank Breda, 13 juli 2012

1 Rechtbank Breda, 13 juli 2012 BEDRIJFSOPVOLGINGSFACILITEIT SUCCESSIEWET OOK VOOR PRIVÉVERMOGEN? Op 13 juli 2012 heeft rechtbank Breda uitspraak gedaan in een zaak over de bedrijfsopvolgingsfaciliteit uit de Successiewet 1956 (LJN:

Nadere informatie

Reglement College van Bestuur IJsselgroep

Reglement College van Bestuur IJsselgroep Reglement College van Bestuur IJsselgroep Vastgesteld door de Raad van Toezicht d.d. 12 maart 2014 0. Inleiding In de statuten d.d. 19 december 2009 van de Stichting IJsselgroep Educatieve Dienstverlening

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 6 DECEMBER 2012 C.11.0654.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.11.0654.F A. V., advocaat, handelend in de hoedanigheid van curator van het faillissement van de coöperatieve vennootschap met onbeperkte

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 04/03/2013

Datum van inontvangstneming : 04/03/2013 Datum van inontvangstneming : 04/03/2013 Vertaling C-49/13 1 Zaak C-49/13 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 29 januari 2013 Verwijzende instantie: Úřad průmyslového vlastnictví

Nadere informatie

Reglement Geschillencommissie stichting Deurwaarders Collectief Nederland.

Reglement Geschillencommissie stichting Deurwaarders Collectief Nederland. Reglement Geschillencommissie stichting Deurwaarders Collectief Nederlan Definities Artikel 1 In dit Reglement wordt verstaan onder: Commissie: de Geschillencommissie; Stichting Deurwaarders Collectief

Nadere informatie

Faillissement, surseance van betaling en schuldsanering

Faillissement, surseance van betaling en schuldsanering Monografieén Privaatrecht Faillissement, surseance van betaling en schuldsanering Mr. A.M.J. van Buchem-Spapens Mr. Th.A. Pouw Zevende druk Deventer - 2004 Inhoud Lijst van afkortingen XI I. INLEIDING

Nadere informatie

b) Neen, het zou kunnen dat meneer te veel vermogen heeft om voor een toevoeging in aanmerking te komen (2 punten), artikel 34 lid 2 Wrb (1 punt).

b) Neen, het zou kunnen dat meneer te veel vermogen heeft om voor een toevoeging in aanmerking te komen (2 punten), artikel 34 lid 2 Wrb (1 punt). LEIDRAAD BIJ HET NAKIJKEN VAN DE TOETS GEDRAGSRECHT 17 februari 2010 (Uit het antwoord moet blijken dat de cursist de stof heeft begrepen en juist heeft toegepast; een enkel ja of nee is niet voldoende)

Nadere informatie

REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE AUTEURSRECHTEN per 15 maart 2012

REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE AUTEURSRECHTEN per 15 maart 2012 REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE AUTEURSRECHTEN per 15 maart 2012 Begripsomschrijving Artikel 1. In dit reglement wordt verstaan onder: stichting : de Stichting Geschillencommissies voor Beroep en Bedrijf;

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2018 299 Wet van 27 juni 2018 tot wijziging van de Faillissementswet en enige andere wetten in verband met het moderniseren van de faillissementsprocedure

Nadere informatie

Ontslag na doorstart faillissement

Ontslag na doorstart faillissement Ontslag na doorstart faillissement december 2006 mr De auteur heeft grote zorgvuldigheid betracht in het weergeven van delen uit het geldende recht. Evenwel noch de auteur noch kan aansprakelijk worden

Nadere informatie

HET DAGELJKS BESTUUR VAN DE STICHTING SAMENWERKINGSVERBAND VO/VSO MIDDEN-HOLLAND & RIJNSTREEK, statutair zetel hebbende in de gemeente Gouda;

HET DAGELJKS BESTUUR VAN DE STICHTING SAMENWERKINGSVERBAND VO/VSO MIDDEN-HOLLAND & RIJNSTREEK, statutair zetel hebbende in de gemeente Gouda; REGLEMENT ADVIESCOMMISSIE BEZWAARSCHRIFTEN van het Samenwerkingsverband VO/VSO Midden Holland en Rijnstreek ----------------------------------------------------------------------------------------------

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 059 Wijziging van de Wet op het financieel toezicht en de Faillissementswet, alsmede enige andere wetten in verband met de introductie van aanvullende

Nadere informatie

Reglement Tuchtcommissie

Reglement Tuchtcommissie Reglement Tuchtcommissie 1 mei 2016 Artikel 1 De in dit Reglement Tuchtcommissie voorkomende begrippen hebben de betekenis als daaraan toegekend in de Statuten en het Algemeen Reglement en voorts de navolgende:

Nadere informatie

Leidraad voor het nakijken van de toets BESTUURSPROCESRECHT 19 juni 2009

Leidraad voor het nakijken van de toets BESTUURSPROCESRECHT 19 juni 2009 Leidraad voor het nakijken van de toets BESTUURSPROCESRECHT 19 juni 2009 OPGAVE 1 (34 punten) Vraag 1.1 (5 punten) Er staan geen bestuursrechtelijke rechtsmiddelen open. Het voorbereidingsbesluit van artikel

Nadere informatie

TWEEDE FAILLISSEMENTSVERSLAG IN HET FAILLISSEMENT VAN A. BONS BEHEER B.V. d.d. 18 juli 2013. : de besloten vennootschap A. Bons Beheer B.V.

TWEEDE FAILLISSEMENTSVERSLAG IN HET FAILLISSEMENT VAN A. BONS BEHEER B.V. d.d. 18 juli 2013. : de besloten vennootschap A. Bons Beheer B.V. Dit verslag ziet uitsluitend op hetgeen zich in de afgelopen verslagperiode heeft voorgedaan. Daar waar de nummering ontbreekt, zijn de hoofdstukken reeds afgesloten en wordt voor informatie verwezen naar

Nadere informatie

Openbaar faillissementsverslag rechtspersoon

Openbaar faillissementsverslag rechtspersoon Openbaar faillissementsverslag rechtspersoon ------------------------------------------------------------------------------------------------- Nummer : 3, tevens eindverslag Datum : 21 december 2015 Gegevens

Nadere informatie

OPENBAAR VERSLAG EX ART. 73A FAILLISSEMENTSWET

OPENBAAR VERSLAG EX ART. 73A FAILLISSEMENTSWET OPENBAAR VERSLAG EX ART. 73A FAILLISSEMENTSWET Gegevens onderneming : Kliq Reïntegratie B.V. Faillissementsnummer : 05/61 F - Rechtbank Utrecht Datum vonnis : 9 februari 2005 Curator : mr. drs. J.L.M.

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1998 477 Besluit van 15 juli 1998, houdende regels ter uitvoering van artikel 320, zesde lid, van de Faillissementswet in verband met de vaststelling

Nadere informatie

OPENBAAR VERSLAG EX ART. 73A FAILLISSEMENTSWET

OPENBAAR VERSLAG EX ART. 73A FAILLISSEMENTSWET OPENBAAR VERSLAG EX ART. 73A FAILLISSEMENTSWET Gegevens onderneming : Kliq Reïntegratie B.V. Faillissementsnummer : 05/61 F - Rechtbank Utrecht Datum vonnis : 9 februari 2005 Curator : mr. drs. J.L.M.

Nadere informatie

Samenloop van beschermingsbewind en insolventie. Wat als de gefailleerde of schuldenaar onder beschermingsbewind is of wordt gesteld?

Samenloop van beschermingsbewind en insolventie. Wat als de gefailleerde of schuldenaar onder beschermingsbewind is of wordt gesteld? Samenloop van beschermingsbewind en insolventie. Wat als de gefailleerde of schuldenaar onder beschermingsbewind is of wordt gesteld? 1. Inleiding en vraagstelling. Sinds 1 september 1982 bestaat de mogelijkheid

Nadere informatie

Procedureverordening planschade Arnhem 2011

Procedureverordening planschade Arnhem 2011 Artikel 1 Begripsbepalingen Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder: a. aanvraag: aanvraag om een tegemoetkoming in de schade als bedoeld in artikel 6.1 van de Wet ruimtelijke ordening;

Nadere informatie

Rechtbank Midden-Nederland Zitting: 27 september 2013 Kenmerk: C/16/347668/HA RK 13/200 VERWEERSCHRIFT. Inzake:

Rechtbank Midden-Nederland Zitting: 27 september 2013 Kenmerk: C/16/347668/HA RK 13/200 VERWEERSCHRIFT. Inzake: Rechtbank Midden-Nederland Zitting: 27 september 2013 Kenmerk: C/16/347668/HA RK 13/200 VERWEERSCHRIFT Inzake: de heer Joris Demmink, wonende te 's-gravenhage, verweerder, advocaat: Mr H.J.Ä. Knijff tegen:

Nadere informatie

De Commissie heeft partijen opgeroepen voor een mondelinge behandeling op 5 maart 2012.

De Commissie heeft partijen opgeroepen voor een mondelinge behandeling op 5 maart 2012. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2012-122 d.d. 17 april 2012 (mr. A.W.H. Vink, voorzitter, en mr. F.E. Uijleman, secretaris) Samenvatting Reisverzekering, toepasselijkheid verzekeringsvoorwaarden,

Nadere informatie

REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE ALGEMEEN

REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE ALGEMEEN REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE ALGEMEEN per 7 juli 2015 Begripsomschrijving Artikel 1. In dit reglement wordt verstaan onder: stichting : de Stichting Geschillencommissies voor Consumentenzaken; commissie

Nadere informatie

Sl l. Commissie Bevordering Medezeggenschap

Sl l. Commissie Bevordering Medezeggenschap Commissie Bevordering Medezeggenschap Aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Postbus 90801 2509 LV 'S-GRAVENHAGE BETREFT Reactie op uw brief

Nadere informatie

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 79, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 79, eerste lid, van de Mededingingswet. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 3698-22 Betreft zaak: natuurlijke persoon Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 79, eerste

Nadere informatie

Rolnummer 4471. Arrest nr. 46/2009 van 11 maart 2009 A R R E S T

Rolnummer 4471. Arrest nr. 46/2009 van 11 maart 2009 A R R E S T Rolnummer 4471 Arrest nr. 46/2009 van 11 maart 2009 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag over artikel 1022, eerste lid, van het Gerechtelijk Wetboek, zoals vervangen bij artikel 7 van de wet van

Nadere informatie

FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 2 Datum: 19 maart 2015

FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer: 2 Datum: 19 maart 2015 Dit verslag ziet uitsluitend op hetgeen zich in de afgelopen verslagperiode heeft voorgaan. Daar waar de nummering ontbreekt, zijn de betreffende onderwerpen niet (langer) van toepassing en wordt voor

Nadere informatie

Rapport. Datum: 28 juni 2007 Rapportnummer: 2007/136

Rapport. Datum: 28 juni 2007 Rapportnummer: 2007/136 Rapport Datum: 28 juni 2007 Rapportnummer: 2007/136 2 Klacht Verzoekster klaagt erover dat de griffier van de rechtbank te Amsterdam Sector kanton, locatie Hilversum op 3 augustus 2000 heeft nagelaten

Nadere informatie

BEZWARENREGLEMENT ex. artikel 7:13 Awb van de Openbare Rechtspersoon Openbaar Onderwijs Zwolle en Regio te Zwolle

BEZWARENREGLEMENT ex. artikel 7:13 Awb van de Openbare Rechtspersoon Openbaar Onderwijs Zwolle en Regio te Zwolle BEZWARENREGLEMENT ex. artikel 7:13 Awb van de Openbare Rechtspersoon Openbaar Onderwijs Zwolle en Regio te Zwolle Het bevoegd gezag, zijnde het College van Bestuur van de Openbare Rechtspersoon Openbaar

Nadere informatie

de bank ambtshalve onderzoek de bank Definitieve Bevindingen

de bank ambtshalve onderzoek de bank Definitieve Bevindingen POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Prins Clauslaan 20 TEL 070-381 13 00 FAX 070-381 13 01 E-MAIL info@cbpweb.nl INTERNET www.cbpweb.nl AAN de bank DATUM 17 maart 2006 CONTACTPERSOON

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek en enige andere wetten in verband met de introductie van een regeling betreffende de rechten van de werknemer bij overgang van een onderneming in faillissement

Nadere informatie

Openbaar faillissementsverslag rechtspersoon -------------------------------------------------------------------------------------------------

Openbaar faillissementsverslag rechtspersoon ------------------------------------------------------------------------------------------------- Openbaar faillissementsverslag rechtspersoon ------------------------------------------------------------------------------------------------- Nummer : 2 Datum : 21 september 2015 Gegevens onderneming

Nadere informatie

De Minister van Veiligheid en Justitie mr. I.W. Opstelten Postbus 20301 2500 EH Den Haag. Geachte heer Opstelten,

De Minister van Veiligheid en Justitie mr. I.W. Opstelten Postbus 20301 2500 EH Den Haag. Geachte heer Opstelten, De Minister van Veiligheid en Justitie mr. I.W. Opstelten Postbus 20301 2500 EH Den Haag datum 22 september 2011 doorkiesnummer 070-361 9721 e-mail voorlichting@rechtspraak.nl uw kenmerk 5707928/11/6 onderwerp

Nadere informatie

SAMENVATTING Adviesgeschil en interpretatiegeschil PO - artikel 11 onder h WMS (aanstelling of ontslag van de schoolleiding)

SAMENVATTING Adviesgeschil en interpretatiegeschil PO - artikel 11 onder h WMS (aanstelling of ontslag van de schoolleiding) SAMENVATTING 104917 - Adviesgeschil en interpretatiegeschil PO - artikel 11 onder h WMS (aanstelling of ontslag van de schoolleiding) De MR heeft een negatief advies over een voorgenomen besluit tot ontslag

Nadere informatie

Klachtenregeling rechtbanken Amsterdam, Den Haag en Rotterdam

Klachtenregeling rechtbanken Amsterdam, Den Haag en Rotterdam Klachtenregeling rechtbanken Amsterdam, Den Haag en Rotterdam De besturen van de rechtbanken Amsterdam, Den Haag en Rotterdam Artikel 1 Definities In deze regeling wordt verstaan onder: a. een klacht:

Nadere informatie

Het advies van de Commissie Wetenschappelijke Integriteit

Het advies van de Commissie Wetenschappelijke Integriteit LOWI Advies 2015, nr. 10 Advies van het LOWI van 17 september 2015 ten aanzien van een verzoek van, bij het LOWI ingediend op 17 augustus 2015 betreffende het voorlopig besluit van het Bestuur van, inzake

Nadere informatie

REGLEMENT TUCHTCOMMISSIE MAKELAARDIJ

REGLEMENT TUCHTCOMMISSIE MAKELAARDIJ REGLEMENT TUCHTCOMMISSIE MAKELAARDIJ Vastgesteld door de algemene ledenvergadering van VastgoedPRO op 12-11-2013, op grond van het bepaalde in de statuten van VastgoedPRO. Ingaande per 1-1-2014. Begripsomschrijving

Nadere informatie

DERDE OPENBAAR VERSLAG EX ART. 73a FAILLISSEMENTSWET

DERDE OPENBAAR VERSLAG EX ART. 73a FAILLISSEMENTSWET DERDE OPENBAAR VERSLAG EX ART. 73a FAILLISSEMENTSWET Verslag in de faillissementen van : de besloten vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid DE PROM-BAARN HOLDING B.V. en DE PROM-BAARN B.V., beide

Nadere informatie

ACCOUNTANTSKAMER. BESLISSING ex artikel 38 Wet tuchtrechtspraak accountants (Wtra) in de zaak met nummer 15/352 Wtra AK van 20 juli 2015 van

ACCOUNTANTSKAMER. BESLISSING ex artikel 38 Wet tuchtrechtspraak accountants (Wtra) in de zaak met nummer 15/352 Wtra AK van 20 juli 2015 van ACCOUNTANTSKAMER BESLISSING ex artikel 38 Wet tuchtrechtspraak accountants (Wtra) in de zaak met nummer 15/352 Wtra AK van 20 juli 2015 van mr. X, wonende en kantoorhoudende te [plaats1], K L A G E R,

Nadere informatie

REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE VvE MANAGEMENT voor de zakelijke markt per 1 april 2013

REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE VvE MANAGEMENT voor de zakelijke markt per 1 april 2013 REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE VvE MANAGEMENT voor de zakelijke markt per 1 april 2013 Begripsomschrijving Artikel 1. In dit reglement wordt verstaan onder: stichting : de Stichting Geschillencommissies

Nadere informatie

REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE ZORG ALGEMEEN per 1 januari 2017

REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE ZORG ALGEMEEN per 1 januari 2017 REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE ZORG ALGEMEEN per 1 januari 2017 Begripsomschrijving Artikel 1. In dit reglement wordt verstaan onder: stichting : de Stichting Geschillencommissies voor Consumentenzaken;

Nadere informatie

280. De curator en verzet ex artikel 10 Fw: een bruikbaar instrument?

280. De curator en verzet ex artikel 10 Fw: een bruikbaar instrument? JURISPRUDENTIE 280. De curator en verzet ex artikel 10 Fw: een bruikbaar instrument? MR. S. JANSEN EN MR. M.W.M. NIJLAND- VAN OORSOUW In dit artikel wordt de positie van de curator nader in kaart gebracht

Nadere informatie