UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT POLITIEKE EN SOCIALE WETENSCHAPPEN. Schaalvergroting in land- en tuinbouw. Beleidsrapport. aantal woorden: 18217

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT POLITIEKE EN SOCIALE WETENSCHAPPEN. Schaalvergroting in land- en tuinbouw. Beleidsrapport. aantal woorden: 18217"

Transcriptie

1 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT POLITIEKE EN SOCIALE WETENSCHAPPEN Schaalvergroting in land- en tuinbouw Beleidsrapport aantal woorden: Bo Zenner MASTERPROEF COMMUNICATIEWETENSCHAPPEN afstudeerrichting COMMUNICATIEMANAGEMENT PROMOTOR: PROF. DR. Gino Verleye COMMISSARIS: PROF. DR. Pieter Verdegem COMMISSARIS: PROF. DR. Patrick Vyncke ACADEMIEJAAR

2 1 Empirisch luik 1.1 Doelstelling In de landbouwrapporten en onderzoeken van de Vlaamse overheid is er de laatste jaren meer aandacht voor het begrip schaalvergroting gekomen. Toch ontbreekt een diepere focus in de literatuur. Vanuit het Vlaams infocentrum land-en tuinbouw (VILT) en de Boerenbond ontstond de vraag naar een groot onderzoek over schaalvergroting en de visie van de landbouwer hierop. Er werd voor gekozen om de samenwerking aan te gaan met de Universiteit van Gent en zich toe te spitsen op de Vlaamse land- en tuinbouw. Op die manier is dit niet enkel een onderwerp voor mijn thesis maar zal het bijdragen aan een groter geheel. Aan de hand van de resultaten die uit de enquête komen worden conclusies getrokken en zullen richtinggevende voorstellen naar het ministerie van landbouw en visserij gedaan worden. De uiteindelijke doelstelling is een zicht te krijgen op de huidige situatie in de landen tuinbouwsector in Vlaanderen en op de houding van de land- en tuinbouwer ten aanzien van schaalvergroting. 1.2 Dataverzameling Om zoveel mogelijk Vlaamse land-en tuinbouwers op een efficiënte manier te bereiken is ervoor gekozen om te werken met een online survey. Deze werkwijze heeft een aantal voordelen tegenover een enquête die per post verstuurd wordt. Zo wordt er veel tijd bespaart, kan het doelpubliek sneller bereikt worden en kunnen de ingevoerde gegevens van de respondenten gemakkelijker en efficiënter ingebracht worden in de databasefile. De gegevens werden verzameld via een kwantitatieve vragenlijst. Een kwantitatieve survey is een enquête waarbij het onderzoeksmateriaal bestaat uit cijfermatige gegevens, die statistisch geanalyseerd worden om een antwoord te geven op de onderzoeksvraag. In een survey-onderzoek wordt een overzicht van een verschijnsel gegeven door bij een groot aantal onderzoekseenheden gegevens te verzamelen over een groot aantal kenmerken of variabelen (den Boer, Bouwman, Frissen & Houben, 2005, pag. 8). De onderzoekseensheden in ons onderzoek zijn de Vlaamse land-en tuinbouwers. Het surveyonderzoek bevat meerdere vraagstellingen, maar allen zijn gericht op het fenomeen van de 2

3 schaalvergroting in de land-en tuinbouw. De analyses die op de verzamelde gegevens worden verricht, vloeien hieruit voort. Er is geen gebruik gemaakt van een steekproef maar de enquête is naar alle Vlaamse land-en tuinbouwers verstuurd die online toegankelijk waren. Via het programma qualtrics kon de vragenlijst verstuurd worden naar de Vlaamse land-en tuinbouwers die over een adres beschikken. De survey stond een maand open en werd in volledige anonimiteit afgenomen. De verspreiding van de survey gebeurde via verschillende kanalen. De link van de survey werd verstuurd via de nieuwsbrief van VILT, het ledenblad van de Boerenbond (Boer en Tuinder), de nieuwsbrief van het Beleidsdomein Landbouw en Visserij en werd verder nog verspreid door het Algemeen Boerensyndicaat (ABS). Er werd een inleidend tekstje mee gestuurd met de link: Met de medewerking van het Beleidsdomein Landbouw & Visserij, Boerenbond en VILT doet de Universiteit van Gent een onderzoek naar schaalvergroting in de Vlaamse land-en tuinbouw. Bij deze willen we een warme oproep doen aan alle land-en tuinbouwers in hoofof in bijberoep om de enquête in te vullen. Dit zal zo n 30 minuten in beslag nemen. Wij garanderen een volledige anonieme verwerking van de resultaten. Uiteindelijk werd de survey doorgestuurd naar een tal landbouwers waarvan er 580 bruikbare antwoorden uit de bus kwamen. Dat geeft een responsrate van 2,3%. We moeten bij de analyses dus steeds rekening houden met deze lage responsrate. 3

4 1.3 Vragenlijst De opmaak van de vragenlijst is in verschillende fasen gebeurd en was een proces van lange duur. Een degelijke enquête opstellen is niet vanzelfsprekend. Er moet rekening gehouden worden met de volgorde en de eenduidigheid van de vragen. Daarnaast moet er ook aandacht zijn voor het type vraagstelling, open of gesloten, en het gebruik van schalen. In de meeste gevallen is geopteerd voor een 5-punten likert schaal. In overleg met professor Verleye en de Boerenbond en in samenwerking met Griet Lemaire, directeur van de organisatie VILT, zijn we gekomen tot een vragenlijst waarin verschillende aspecten van de land-en tuinbouw behandeld worden. Voor de structuur van de survey hebben we ons gebaseerd op een reeds bestaande vragenlijst van de Boerenbond. Het onderzoek in verband met de toekomstverwachtingen bij de landbouwers werd gevoerd in 2007 en diende als leidraad voor de opmaak van onze vragenlijst. De volledige vragenlijst is te vinden in de bijlage. De enquête bestaat uit vijf grote delen. Het eerste deel betreft algemene vragen inzake schaalvergroting. Met deze vraag trachten we een beeld te krijgen over de houding van de respondenten ten aanzien van het fenomeen schaalvergroting in de sector. In het tweede deel wordt de focus gelegd op het bedrijf van de landbouwer zoals die vandaag is. Een derde blok vragen en stellingen gaat over het bedrijf van de landbouwer zoals die volgens hem of haar binnen tien jaar zou moeten zijn. Door deel twee en deel drie samen te bekijken kunnen we vaststellen welke transitie de landbouwer wenst te maken de komende jaren. In een vierde deel komt de rol van de overheid aan bod. Het doel van deze vraag is om een zicht te krijgen op de attitude van de landbouwers ten aanzien van de overheid en de taak die de overheid hoort te vervullen in de land- en tuinbouwsector. Als laatste worden de socio-demografische gegevens van de respondenten gevraagd. Op die manier kunnen we het profiel van de landbouwer achterhalen en is het mogelijk om vergelijkende analyses te doen. 4

5 1.4 Verwerking gegevens Na het afsluiten van de enquête, kon de verwerking van de gegevens beginnen. Via het programma qualtrics konden de gegevens gemakkelijk overgezet worden in een spss bestand. Na alle variabelen te benoemen en een label te geven, moest er uiteraard eerst een datacleaning gebeuren. De respondenten die minder dan een kwart van de vragen beantwoord hadden werden meteen uit het bestand gehaald. Verder werd rekening gehouden met onbestaande antwoorden en missings. Nadat de datacleaning gebeurd was, kon worden overgegaan tot de analyses. Gezien de grote hoeveelheid stellingen die in bepaalde vragen aan bod kwamen, werd gebruik gemaakt van een factoranalyse Factoranalyse Factoranalyse is een datareductiemethode waarbij de variabelen worden ingedeeld in onderlinge dimensies of factoren. Het is een statistische techniek om achterliggende of verklarende variabelen te vinden voor een groter aantal gemeten variabelen. Via deze methode proberen we de grote hoeveelheid variabelen te reduceren en te komen tot een aantal hoofdcomponenten. Als techniek wordt de Principale Componentenanalyse (PCA) gebruikt. Dit is de klassieke methode om aan factoranalyse te doen. Via deze methode kunnen we het aantal dimensies in de itemlijst achterhalen en kijken welke items laden op deze dimensies (cursus communicatiewetenschappelijk onderzoek, 2011). De interne consistentie van de factoren wordt gecheckt via Chonbach Alpha. In onze vragenlijst wordt de factoranalyse toegepast op 2 grote vragen die uit meer dan 20 stellingen bestaan. De eerste vraag gaat over algemene zaken in verband met schaalvergroting. Hierbij kreeg de respondent 28 stellingen waarbij hij het op een 5- puntenschaal van helemaal eens tot helemaal oneens kon zijn. Door middel van factoranalyse is er een reductie van 28 items naar 17 items en 2 factoren. De tweede grote vraag bevat 22 stellingen over de rol van de overheid. De respondent kreeg ook hier de keuze om zich op een 5-puntenschaal van helemaal oneens naar helemaal eens te positioneren. Er werd van 22 items naar 15 items en 2 factoren gegaan Indeling in groepen Om vergelijkende analyses te doen werden negen groepen gecreëerd. Aan de hand van de vraag over de omvang van het bedrijf nu en de vraag over het aandeel van de vergoedingen van de verbredingsactiviteiten in de totale omzet, werden de respondenten ingedeeld in één 5

6 van deze groepen. Er werd een onderscheid gemaakt tussen kleine, middelgrote en grote bedrijven enerzijds en gespecialiseerde, gemengde en verbrede bedrijven anderzijds. Aan de hand daarvan werd een nieuwe variabele aangemaakt en elke case werd een cijfer van 1 (gespecialiseerd klein bedrijfd) tot 9 (verbreed groot bedrijf) gegeven. We kunnen op deze manier kijken hoe deze groepen staan tegenover bepaalde zaken en op welke dimensies zij verschillen van mening. Het is evident dat een klein gespecialiseerd bedrijf er niet steeds dezelfde mening op nahoudt als een groot verbreed bedrijf. De negen typen landbouwbedrijven zijn: 1) klein gespecialiseerd bedrijf 2) middelgroot gespecialiseerd bedrijf 3) groot gespecialiseerd bedrijf 4) klein gemengd bedrijf 5) middelgroot gemengd bedrijf 6) groot gemend bedrijf 7) klein verbreed bedrijf 8) middelgroot verbreed bedrijf 9) groot verbreed bedrijf 2 Analyses Allereerst zal een uiteenzetting gebeuren van de stellingen op algemeen niveau. De belangrijkste stellingen die voor alle land- en tuinbouwers gelden zullen worden besproken. Gezien de analyses groot zijn in aantallen worden enkel de belangrijkste conclusies eruit gehaald. In bijlage zijn verdere analyses en grafieken te vinden. Na de uiteenzetting op algemeen niveau zal worden ingegaan op de vergelijking tussen de 9 verschillende typen landbouwbedrijven. Gebruik makend van de algemene en specifieke analyses kunnen dan aanbevelingen geformuleerd worden naar de overheid toe. 6

7 2.1 Analyses algemeen Analyse 1: beschrijving van de steekproef aangaande schaalvergroting 44% van alle landbouwers vindt dat schaalvergroting nodig is om het bedrijf op langere termijn te laten overleven, terwijl 37% dit niet noodzakelijk acht. 97% van de landbouwers ziet de land- en tuinbouw evolueren naar een kapitaalsintensieve sector door de toenemende schaalvergroting. Volgens 48% van de land- en tuinbouwers leidt de schaalvergroting tot meer efficiëntie, 29% is het daarmee oneens. Voor de helft van de landbouwers is schaalvergroting niet de enige manier om meer marktmacht te verwerven. 7 op 10% van de landbouwers vinden dat schaalvergroting in de land- en tuinbouwsector hun dwingt tot het nemen van onverantwoorde risico s. Meer dan de helft van de landbouwers ziet nevenactiviteiten zoals thuisverkoop, eigen verwerking en hoevetoerisme een bijkomend inkomen opleveren voor een stijgend aantal bedrijven. 16% is het daar niet mee eens. 6 op 10 landbouwers vinden dat thuisverwerking inzake hygiëne-eisen op een soepeler wettelijk kader zou moeten kunnen rekenen dan de grote verwerkende industrieën. 4 op 10 landbouwers zijn het er niet mee eens dat de afbakening van ha agrarisch gebied onze landbouwgrond het komende decennium veilig zal stellen. 1 op 4 landbouwers vindt dat de overheid in de toekomst aparte gebieden dient aan te duiden voor nieuwe grondloze veeteeltbedrijven. De helft van de landbouwers is ervan overtuigd dat investeren in nieuwe technologieën en milieuvriendelijke productiesystemen noodzakelijk is om 2020 te halen. 88% van de land- en tuinbouwers zijn van mening dat ze meer managementvaardigheden nodig hebben indien zij hun bedrijf wensen uit te breiden. 77% van de landbouwers geloven enkel in groei als er ook aan de afzetzijde extra mogelijkheden worden gecreëerd. 6 op 10 landbouwers menen dat er vaker machines moeten worden gedeeld om de kosten op hun bedrijf te verlagen. 29% van de landbouwers vindt dat ze dringend nood hebben aan vernieuwing om te overleven gezien hun sector teveel gericht is op de traditionele teelten en rassen. 7

8 37% van de landbouwers is het daar niet mee eens en 34 % heeft een neutrale houding tegenover deze stelling. 40% van de landbouwers ziet contractproductie binnen hun sector steeds belangrijker worden. Voor 77% van de landbouwers versterkt meer samenwerking zowel tussen individuele landen tuinbouwers als binnen de sector de positie van de boer tegenover grootdistributie en multinationals. De helft van de landbouwers heeft er geen moeite mee dat de boeren en tuinders binnen hun sector rechtstreeks contracten afsluiten met grootwarenhuizen en grootdistributie. Toenemende buurtprotesten zetten volgens 64% van de landbouwers een rem op de schaalvergroting in de land- en tuinbouw. 7 op 10 landbouwers zien het gezinsbedrijf nog steeds al de beste garantie voor een toekomstgerichte landbouw. 8

9 2.1.2 Analyse 2: beschrijving van de steekproef ten aanzien van de rol van de overheid. 43% van de landbouwers ziet de Vlaamse land- en tuinbouw zonder Europese steun verdwijnen. 38% is het daarmee oneens. Volgens 47% van de landbouwers moet de overheid de investeringssteun die enkel gericht is op schaalvergroting afbouwen. Slechts 29% van de landbouwers heeft geen probleem met deze investeringssteun. De steun die door de overheid wordt gegeven, moet volgens 62% van de landbouwers gericht zijn om de landbouwsector duurzamer te maken. 3 op de 10 landbouwers vinden dat er geen overheidssteun mag komen voor nevenactiviteiten zoals hoevetoerisme, thuisverwerking en thuisverkoop. 58% van de landbouwers ziet de onbelemmerde invoer als een gevaar voor de Europese landbouw. 3 op de 10 landbouwers zien minder toekomst voor de Vlaamse landbouw zonder quotumsystemen. De helft van de landbouwers vindt dat de Vlaamse land- en tuinbouw er moet op gericht zijn kost wat kost zoveel mogelijk land- en tuinbouwbedrijven te behouden. 57% van de landbouwers vindt dat bedrijven in bijberoep minder VLIF- steun verdienen als bedrijven in hoofdberoep. 60 % van de landbouwers vindt dat de VLIF- steun moet beperkt worden tot een bepaalde bedrijfsgrootte. Met een goed verzekeringssysteem, dat de risico s voor de land- of tuinbouwer helpt dekken durft 42% van de landbouwers hun bedrijf te laten groeien. Voor 19% van de landbouwers is dit niet het geval en 39% staat hier neutraal tegenover. 65% van de landbouwers vindt dat Vlaanderen de volle bevoegdheid moet krijgen om de dalende Europese steun aan de landbouw te compenseren met eigen subsidies. 24% van de landbouwers vinden dat zij zelf mee moeten investeren in nieuwe buitenlandse afzetmarkten. 31% is het daar niet mee eens en 45% staat neutraal tegenover deze stelling. 6 op de 10 landbouwers vinden het toekennen van premies om te voldoen aan strengere milieueisen een zeer goede zaak. 38% van de landbouwers vindt dat het hoog tijd wordt dat Vlaanderen in zijn milieubeleid maximumnormen voor de bedrijfsgrootte vastlegt. 35 % van de landbouwers acht dit niet noodzakelijk, en 27% stelt zich neutraal op. 2 op de 10 landbouwers vinden dat de overheid oneindige groei moet toelaten. 9

10 1 op 4 landbouwers vindt dat jongeren met startplannen op een bedrijf met onvoldoende toekomstkansen een startverbod moeten krijgen. 64% van de landbouwers vindt dat de overheid een specifiek beleid voor jonge boeren moet voeren. Ruim 7 op de 10 landbouwers (73%) is van mening dat pensioenboeren geen subsidies mogen krijgen. Volgens een grote meerderheid (58%) van de landbouwers is een versoepeling van de pachtwetgeving nodig om grondeigenaars verder te stimuleren hun grond te verpachten. 62% van de landbouwers vindt dat de overheid wel geld mag besteden aan het oplossen van sanitaire crisissen. 14% vindt dit de verantwoordelijkheid van de land- en tuinbouwsector zelf. Ruim de helft van de landbouwers (52%) vindt dat er sneller een leveringsverbod moet worden opgelegd aan producenten die er niet in slagen om de opgelegde kwaliteitsnormen te respecteren. 17% is het daar niet mee eens. 10

11 2.1.3 Analyse 3: beschrijving steekproef, schaalvergroting op eigen bedrijf We zien dat de voorbije 5 jaar vooral is geïnvesteerd in machines, grond en stal- of stalinrichting. Er werd weinig geïnvesteerd in serres en suikerquotum. De investeringen die de landbouwer de komende tien jaar voorziet liggen in dezelfde lijn als de investeringen die de voorbije 5 jaar zijn gedaan. Zo wil de landbouwer de komende tien jaar voornamelijk investeren in grond, machines, een nieuwe stal of stalinrichting en groene energie. De komende tien jaar zijn de investeringen in machines een stuk lager dan de investeringen die de voorbije 5 jaar zijn gedaan. De investeringen in NER s liggen de komende tien jaar ook een stuk lager als de voorbije 5 jaar. 11

12 We zien dat de landbouwer gemiddeld 15 hectare grond in eigendom, 25 hectare in pacht, 17 hectare onder kortlopend contract en 3 hectare gratis in gebruik heeft. 41% van de landbouwers heeft net voldoende gronden. 54% van de landbouwers heeft nood aan bijkomende gronden met een gemiddelde van 25 hectare extra grond. Slechts 5% van de landbouwers geeft aan het te kunnen stellen met minder gronden waarbij men een gemiddelde van 7 hectare grond zou kunnen missen. 43% van de landbouwers overweegt de komende tien jaar geen belangrijke veranderingen en zal de huidige bedrijfsgrootte en bedrijfstakken globaal houden, terwijl 57% van de landbouwers wel veranderingen in hun bedrijf overweegt. 12

13 2.1.4 Analyse 4: beschrijving steekproef, stimulerende en belemmerende factoren voor de groei van het bedrijf De beschikbaarheid van grond wordt volgens 49% van de landbouwers als een zeer grote belemmering aanzien, 29% aanziet dit eerder als een belemmering. Slechts 6% geeft aan dit als een stimulans voor de groei van het bedrijf te ervaren. De grondprijs is voor 87% van de landbouwers een belemmerende factor voor de groei van hun bedrijf. 9% ziet dit als een stimulerende factor. Voldoende bekwaam personeel wordt voor 6 op 10 van de landbouwers noch als een belemmering, noch als een stimulans aanzien voor de groei van het bedrijf. Het verkrijgen van een lening bij de bank is voor 56% van de landbouwers noch een belemmering, noch een stimulans. De nood voor een stedenbouwkundige vergunning wordt voor 52% van de landbouwers als een belemmering ervaren om hun bedrijf verder te laten groeien, 4 % ziet dit als een stimulans. 51% van de landbouwers aanziet het hebben van een milieuvergunning als een belemmerende factor, voor 44% van de landbouwers is dit noch een belemmering, noch een stimulans. De macht die de directe afnemers hebben is voor 53% van de landbouwers een belemmerende factor om hun bedrijf te laten groeien. 18% geeft aan dit als een stimulans te ervaren. De macht van de grootdistributie en afnemers is voor 71% van de landbouwers een belemmerende factor, voor 13% is dit een stimulans. Bedrijfsopvolging is voor de helft van de landbouwers noch een stimulans, noch een belemmering. Een vierde ziet dit wel als een belemmering en een ander vierde als een stimulans. Het Vlaams Landbouwinvesteringsfonds (VLIF) is voor 42% van de landbouwers een stimulans om hun bedrijf te laten groeien. 14% ziet dit als een belemmering voor de groei van hun bedrijf en voor 44% van de landbouwers is dit noch een stimulans, noch een belemmering. Nutriëntenemissierechten (NER s) worden door 53% van de landbouwers als een belemmerende factor beschouwd voor de groei van het bedrijf. 13

14 De stijgende kosten zijn voor 83% van de landbouwers een belemmering als het gaat over de groei van het bedrijf. 4% ziet de kosten als een stimulans om te groeien. De dierenwelzijnsregels zijn voor 46% een belemmerende en voor 11% een stimulerende factor voor de groei van het bedrijf. De landbouwers bekijken het huidige prijsniveau voornamelijk als een belemmering voor de groei van hun bedrijf. 72% zegt dit als een belemmerende factoren te beschouwen en 10% geeft aan dit als een stimulans te ervaren. De evolutie op de wereldmarkt is voor 58% van de landbouwers een belemmering en voor 12% een stimulans om verder te groeien. De beschikbare verwerkingscapaciteit, de beheersovereenkomsten, de gezinssituatie, de quotumregeling, de buurtbewoners en de toeslagrechten worden door het merendeel van de landbouwers noch als belemmering, noch als stimulans beschouwd. 14

15 15

16 2.2 Vergelijkende analyses Met een totaal van 32 vragen in onze enquête hebben we 21 analyses kunnen uitvoeren. Deze analyses zijn voornamelijk van vergelijkende of beschrijvende aard. Hieronder volgt een korte bespreking van de analyses Analyse 1: algemene houding ten aanzien van schaalvergroting Hebben de 9 verschillende typen landbouwbedrijven een significant verschillende houding ten aanzien van schaalvergroting in het algemeen? En zoja, op welke stellingen en tussen welke groepen zijn deze verschillen waar te nemen? Deze vergelijkende analyse wordt gedaan aan de hand van een ANOVA-toets gezien de vraagstelling van metrisch niveau is. Als we kijken naar de output komen we het volgende uit: Tabel 1: De verschillen in de algemene vragen betreffende schaalvergroting tussen de negen type landbouwbedrijven 1. klein 2. Middel- 3. groot 4. klein 5. middel- 6. groot 7. klein 8. middel- 9. groot F (df) gespecia- groot gespe- gespecia- gemengd groot gemengd verbreed groot verbreed liseerd cialiseerd liseerd gemengd verbreed 1. Schaalvergroting is niet 3,37 2,81 2, 56 2, 88 2, 82 2, 88 3, 22 2, 56 3,31 1,681 (8) nodig om mijn bedrijf te laten overleven op lange termijn 2. Door de toenemende schaal 4,56 4,65 4,59 4,64 4,70 4,60 4,61 4,44 4,46 0,380 (8) vergroting wordt de land- en tuinbouw een kapitaalsintensieve sector 3. De afbakening van ha 2,59 2,62 3,06 3,73 3,05 2,86 3,28 2,44 2,62 1, 464 (8) agrarisch gebied zal onze landbouwgrond het komende decennium veilig stellen. 4. Wie niet blijft investeren 3,12 3,27 3,41 3,04 3,21 3,47 2,72 3,56 3,54 2, 058 (8)* in nieuwe technologieën en milieuvriendelijke productie- 16

17 systemen, zal 2020 niet halen. 5. Voor nieuwe grondeloze 2,78 2,62 2,60 2,43 2,73 2,61 2,94 3,33 2,69 0, 885 (8) veeteeltbedrijven dient de overheid in de toekomst aparte gebieden aan te duiden. 6. De afbakening van glastuin- 2,85 2,85 3,12 2,75 3,38 2,97 3,00 3,00 2,69 1, 876 (8) bouwzones is nodig om de glastuinbouwsector op lange termijn te laten overleven in Vlaanderen 7. Land- en tuinbouwers zullen 4,28 3,92 4,20 4,05 4,27 4,25 4,22 4,11 4,92 1, 143 (8) meer managementvaardigheden nodig hebben indien zij hun bedrijf wensen uit te breiden. 8. De versnippering van Vlaanderen 3,46 3,73 3,44 3,50 3,53 3,35 3,50 3,33 3,15 0, 634 (8) maakt in de toekomst een rendabele akkerbouw mogelijk. 9. Groei is enkel mogelijk als er ook 3,89 4,00 3,77 4,07 3,92 3,85 3,94 3,44 3,54 1, 257 (8) aan afzetzijde extra mogelijkheden worden gecreëerd. 10. Nevenberoepers vormen in mijn 2,46 2,96 2,99 2,55 3,12 3,18 2,00 2,44 2,77 4, 449 (8)*** sector een rem op de ontwikkeling 11. Landbouwers moeten vaker 3,73 3,77 3,44 3,64 3,53 3,48 3,94 3,78 3,85 1, 180 (8) machines delen om de kosten op hun bedrijf te verlagen. 12. Thuisverwerking moet inzake 3,41 3,50 3,36 3,84 3,52 3,53 4,44 3,78 3,62 2, 443 (8)* hygiëne-eisen kunnen rekenen op een soepeler wettelijk kader dan de grote verwerkende industrieën. 13. Contraproductie zal binnen mijn 3,12 3,00 3,24 2,95 3,17 3,12 2,50 3,44 2,85 1, 232 (8) sector steeds belangrijker worden. 14. Meer samenwerking zowel tussen 3,83 3,96 3,93 3,79 3,95 3,84 4,11 3,78 4,23 0, 579 (8) individuele land-en tuinbouwers als binnen de keten versterkt de positie van de boer tegenover grootdistributie en multinationals. 15. Ik heb er geen moeite mee dat 3,17 2,92 3,34 2,95 3,13 3,34 3,22 3,50 3,62 1, 084 (8) binnen mijn sector de boeren en tuinders rechtstreeks contracten afsluiten met grootwarenhuizen en grootdistributie. 16. De huidige sanitaire verplichtingen 3,24 3,35 3,06 3,29 3,20 3,45 3,35 2,89 3,85 1, 202 (8) zijn veel te streng en ondermijnen het voortbestaan van de sector. 17

18 17. Toenemende buurtprotesten 3,80 3,54 3,86 3,76 3,93 3,82 3,83 4,00 3,69 0, 461 (8) zetten een rem op de schaalvergroting in de land- en tuinbouw. 18. Schaalvergroting is een 2,39 2,61 3,19 2,30 2,76 3,02 2,27 2,46 2,69 9, 963 (8)*** positieve zaak 19. Focus op diversificatie en 3,13 2,88 2,89 3,19 2,95 2,99 3,75 3,53 3,40 3, 819 (8)** lokale landbouw. *=p<0,05; **=p<0,01; ***=p<0,001 18

19 Bij de algemene vragen over schaalvergroting zien we dat er significante verschillen tussen de groepen onderling zijn bij 3 van de 19 stellingen en onze 2 factoren. Via de post hoc bonferroni toets krijgen we een beter zicht op welke groepen onderling van elkaar verschillen. We zullen de verschillende items hieronder kort bespreken. Factor 1 (stelling 18) : Schaalvergroting is een positieve zaak Als we kijken naar de houding ten aanzien van deze factor zien we dat er significante verschillen zijn tussen: Een klein en groot gespecialiseerde bedrijf een klein gespecialiseerd en een groot gemengd bedrijf een groot gespecialiseerd en een klein gemengd bedrijf een groot gespecialiseerd en een middelgroot gemengd bedrijf een groot gespecialiseerd en een klein verbreed bedrijf een klein gemengd en een middelgroot gemengd bedrijf een klein gemengd en een groot gemengd bedrijf een groot gemengd en een klein verbreed bedrijf We kunnen dus concluderen dat vooral de kleine en grote bedrijven significant van elkaar verschillen. Waar de grote bedrijven schaalvergroting als een positieve zaak zien, zijn de kleine bedrijven het minder eens met deze stelling. Factor 2 (stelling 19) : focus op diversificatie en lokale landbouw Hier zien we dat enkel de grote gemengde en kleine verbrede bedrijven significant van elkaar verschillen. De kleine verbrede bedrijven staan hier positiever ten aanzien van focus op diversificatie en lokale landbouw dan grote gemengde bedrijven. Stelling 4: wie niet blijft investeren in nieuwe technologieën en milieuvriendelijke productiesystemen, zal 2020 niet halen. De kleine en middelgrote gemengde bedrijven verschillen significant. De middelgrote gemengde bedrijven zien investeren als een grotere noodzaak dan de kleinere bedrijven. 19

20 Stelling 10: Nevenberoepers vormen in mijn sector een rem op de verdere ontwikkeling. De significante verschillen bevinden zich bij deze stelling tussen: een groot gespecialiseerd en een klein verbreed bedrijf een klein en groot gemengd bedrijf een groot gemengd en een klein verbreed bedrijf een middelgroot gemengd en een klein verbreed bedrijf We zien hier vooral significante verschillen tussen de verbrede en niet-verbrede landbouwbedrijven. De niet verbrede bedrijven zien nevenberoepers meer als een bedreiging voor de verdere ontwikkeling van hun landbouwbedrijf. Stelling 12: Thuisverwerking moet inzake hygiëne-eisen kunnen rekenen op een soepeler wettelijk kader dan grote verwerkende industrieën. De verschillen ten aanzien van deze stelling bevinden zich tussen: een klein gespecialiseerd en een klein verbreed bedrijf een groot gespecialiseerd en een klein verbreed bedrijf een groot gemengd en een klein verbreed bedrijf Vooral de kleine verbrede bedrijven hebben een meer uitgesproken houding ten aanzien van deze stelling. Uit de kruistabel kunnen we afleiden dat 44 % van de respondenten uit deze groep het eens is met deze stelling en 50% helemaal eens is. 20

21 2.2.2 Analyse 2: nevenactiviteiten land- en tuinbouwbedrijven Om een zicht te krijgen op de verschillende nevenactiviteiten die de landbouwers uitoefenen werd de volgende vraag gesteld: Naast de traditionele teelten, oefenen steeds meer land- en tuinbouwers bepaalde nevenactiviteiten uit. Welke van de onderstaande activiteiten zijn er momenteel op jouw bedrijf aanwezig, voor welke heb je concrete plannen, welke zou je ooit in de toekomst wensen uit te oefenen en welke zal je (wellicht) nooit uitoefenen? Deze vraag is enkel toegepast op de verbrede bedrijven (klein, middelgroot en groot). Om te kijken hoe het zit met de verschillende nevenactiviteiten werd er voor de 14 items gebruik gemaakt van beschrijvende statistiek. 21

22 Tabel 2: Beschrijving van de nevenactiviteiten) van de verbrede bedrijven aanwezig op het concrete plannen wens ooit (%) wellicht nooit (%) bedrijf (%) voor (%) 1. De verkoop van eigen ,5 producten op de hoeve 2. de verwerking van eigen ,5 50 producten tot hoeveproducten 3. De verkoop van hoeveproducten in een eigen winkelruimte of op een markt. 4. Een zaaltje voor vergaderingen en/ 17,5 2,5 22,5 50 of het verbruiken van hoeveproducten 5. Kamers uitbaten voor 7,5 5 17,5 60 hoevetoerisme 6. Het ontvangen van jeugdkampen ,5 7. Het uitbaten van een hoevecamping 2,5 0 22,5 67,5 8. Het ontvangen van scholen en 25 2, ,5 groepen. 9. opvang verzorgen als 20 2,5 7,5 62,5 zorgboerderij 10. Het opnemen van bijzondere 17, teelten. 11. Het (gedeeltelijk) verwerken ,5 52,5 van eigen producten voor handel of industrie 12. Het telen van nieuwe, specifieke 2,5 7, ,5 energiegewassen. 13. Energieproductie met warmte ,5 47,5 17,5 pomp, WKK of zonnepanelen 14. Energieproductie met windmolens, ,5 27,5 mestvergisting of mestverbranding. 22

23 2.2.3 Analyse 3: beheerovereenkomsten landbouwers Vandaag de dag wordt er steeds meer gewerkt met agrarisch natuurbeheer en natuurvriendelijke landbouw. Met het Departement Landbouw en Visserij van de Vlaamse overheid (LV) en de Vlaamse Landmaatschappij (VLM) kunnen vrijwillig verschillende overeenkomsten met bijhorende vergoedingen worden afgesloten. Er werd aan de landbouwer gevraagd om voor 15 beheervormen aan te duiden hoe de situatie op zijn bedrijf is. Zoals te zien is in de tabel op de volgende pagina, willen de meeste landbouwers enkel een beheerovereenkomst aangaan mits een gepaste vergoeding of zullen zij dit nooit doen. 23

24 Tabel 3: Beschrijving van de beheervormen beheerovereenkomst aanwezig zonder concrete plannen mits gepas voor LV/VLM afgesloten % beheerovereenkomst % % vergoeding 1. het telen van plant- 9,3 6,3 3,0 32,9 aardige eiwitbronnen. 2. Mechanische onkruidbestrijding 5,8 8,8 1,6 26,9 en het verminderen of volledig afzien van chemische onkruidbestrijding. 3. Het gebruik van meststoffen en 3,2 17,4 4,4 30,1 gewasbeschermingsmiddelen volledig registreren én verminderen. 4. Het houden van bedreigde 3,7 5,6 0,9 20,6 variëteiten en rassen. 5. Het toepassen van biologische 5,8 2,3 0,9 13,4 productie met specifiek lastenboek 6. Het toepassen van de verwarrings- 2,1 0,2 0,5 4,2 techniek in de pitfruitteelt ter bestrijding van de fruit mot 7. bosaanplanting op 0,5 1,2 1,4 11,1 landbouwgronden 8. Het aanleggen en onderhouden van 11,1 12,0 2,5 26,4 kleine landschapselementen. 9. Erosiebestrijding door grasbuffer- 6,0 7,9 2,5 26,2 stroken, door niet-kerende bodembewerking, door directe inzaai of door een aarden dam. 10. Het toepassen van verminderde 4,2 8,1 2,5 28,5 bemesting op grasland of akkers. 11. het toepassen van vrijwillige 3,2 5,3 0,9 18,3 nul bemesting in natuurgebied. 12. Het beschermen van weide-of 2,3 9,5 3,0 35,0 akkervogels of hamsters. 13. Perceelsrandenbeheer ter 7,4 4,4 3,5 34,7 bescherming van kwetsbare elementen. 14. Botanisch beheer: natuurlijke gras- 3,0 4,4 1,9 28,7 landen of kruidenrijke akkers Analyse 4: focus op omvang bedrijf In de vragenlijst werd aan de respondenten gevraagd hoe groot de omvang van hun bedrijf nu is, hoe groot de omvang minimaal zou moeten zijn om van te leven en hoe groot het bedrijf binnen tien jaar zou moeten zijn. Van de 23 specialisaties die tussen de antwoordmogelijkheden stonden, werd gevraagd deze aan te duiden die op het bedrijf aanwezig zijn. Per specialisatie is een vergelijking gemaakt tussen de mediaan van de 3 vragen. Deze vergelijking is waar te nemen in een histogram. 24

25 Hieronder bespreken we de belangrijkste specialisaties. De anderen zijn terug te vinden in de bijlage Aantal melkkoeien Omvang nu Omvang minimaal Omvang tien jaar We zien dat het aantal melkkoeien dat men nu op het bedrijf heeft een mediaan heeft van 57 terwijl de mediaan bij een minimum aantal om te overleven 80 koeien bevat. Ook bij de gewenste omvang binnen tien jaar is het aantal koeien 80. Er is dus duidelijk een wens naar een groter aantal koeien op het bedrijf. Niet enkel ziet men een stijging op het eigen bedrijf binnen tien jaar, deze stijging wordt ook noodzakelijk geacht om te overleven Aantal liter melkquotum Omvang nu Omvang minimaal Omvang tien jaar Gelijklopend met de koeien is hier duidelijk dat de landbouwers een minimum om te overleven hoger inschatten dan het werkelijke aantal liter dat zij momenteel per jaar produceren. Zo is de mediaan van de omvang nu liter, de minimale omvang liter en de omvang die binnen tien jaar gewenst wordt op het bedrijf liter. 25

26 Vleesvee: aantal runderen Omvang nu Omvang minimaal Omvang tien jaar De mediaan van het aantal runderen op het bedrijf ligt bij de omvang nu op 71,5, waar het bij de minimale omvang en de gewenste omvang binnen tien jaar op 100 ligt. De tendens van een groter aantal gewenste en minimale omvang is ook zichtbaar bij het aantal runderen Vleesvee: aantal kalveren Omvang nu Omvang minimaal Omvang tien jaar Bij het aantal kalveren is dezelfde tendens op te merken als bij het aantal runderen. Hier is de mediaan van de omvang nu 365, de minimale omvang om te overleven 900 en de gewenste omvang binnen 10 jaar 825. Het verschil tussen de omvang nu en de minimale omvang om te overleven is vrij groot, wat kan duiden op onregelmatigheden in de antwoorden of de idee dat er een werkelijk tekort is aan kalveren om momenteel te overleven Akkerbouw: aantal hectare Omvang nu Omvang minimaal Omvang tien jaar 26

27 De mediaan van de omvang nu is 25 hectare, de minimale omvang om te overleven 45 hectare en de gewenste omvang over tien jaar 40 hectare. De minimale omvang om te overleven ligt 20 hectare hoger dan de omvang die nu aanwezig is op de bedrijven Aantal zeugen Omvang nu Omvang minimaal Omvang tien jaar De mediaan van de omvang nu ligt op 250 zeugen, het minimaal aantal zeugen om te overleven op 300 en het gewenste aantal zeugen binnen tien jaar ook op 300. Volgens deze gegevens is er in de meeste bedrijven een tekort aan zeugen om te overleven Aantal vleesvarkens Omvang nu Omvang minimaal Omvang tien jaar De mediaan van de omvang nu ligt op 1500 vleesvarkens, het minimaal aantal vleesvarkens om te overleven op 2000 en het gewenste aantal zeugen binnen tien jaar ook op Volgens deze gegevens is er in de meeste bedrijven een tekort aan vleesvarkens om te overleven. 27

28 Glasgroenten: aantal m2 Omvang nu Omvang minimaal Omvang tien jaar De mediaan van de omvang nu is 8500, de minimale omvang om te overleven 7000 en de gewenste omvang binnen tien jaar Deze gegevens zijn opmerkelijk gezien zij afwijken van de gegevens die wij reeds gezien hebben. Hierbij zien de meeste landbouwers hun productie van glasgroenten verminderen de komende tien jaar en gaan wij meer investeren in andere zaken Pluimvee: aantal Omvang nu Omvang minimaal Omvang tien jaar De mediaan van de omvang nu is 33000, de minimale omvang om te overleven en de gewenste omvang binnen tien jaar Als we kijken naar deze histogram zien we dat het aantal pluimvee dat nu aanwezig is op de bedrijven te weinig is om te overleven, en dat de meeste landbouwers binnen tien jaar een groter aantal wensen dan nu aanwezig op het bedrijf. Uit deze vergelijking kunnen we concluderen dat voor bijna alle specialisaties er een grotere omvang nodig is om van te overleven dan dat momenteel het geval is op de bedrijven. Verder zien we ook dat alle landbouwers wensen hun specialisaties binnen tien jaar uit te breiden. 28

29 2.2.5 Analyse 5: grond landbouwbedrijven Zijn de landbouwbedrijven tevreden over de grond die zij bezitten of wensen zij meer of minder grond? We zouden graag weten of er significante verschillen zijn tussen de kleine, middelgrote en grote bedrijven. Aan de hand van een chi-kwadraattoets zien we dat er geen significante verschillen zijn tussen de verschillende groepen. Tabel 4: Grondevaluatie klein bedrijf middelgroot bedrijf groot bedrijf 1. Mijn bedrijf heeft 40,2 58,9 0,9 net voldoende gronden (%) 2. Mijn bedrijf heeft nood aan bijkomende gronden (%) 46,0 49,4 4,6 3. Mijn bedrijf kan het stellen 38,0 55,4 6,5 met minder gronden (%) chi²(df): 6,410(4) (Niet significant) We kunnen dezelfde analyse ook toepassen op gespecialiseerde, gemengde en verbrede bedrijven. Tabel 5: Grondevaluatie gespecialiseerd gemengd verbreed bedrijf bedrijf bedrijf 1. Mijn bedrijf heeft 45,6 35,3 40,5 net voldoende gronden (%) 2. Mijn bedrijf heeft nood 47,2 62,3 55,0 aan bijkomende gronden (%) 3. Mijn bedrijf kan het stellen 7,2 2,3 4,5 met minder gronden (%) 13,998 (4) chi²(df): (significant) 29

30 Door naar de chi-kwadraat te kijken, zien we dat er een significant verschil is. Door de groepen onderling te vergelijken komen we te weten waar de verschillen zitten. Zo is er een significant verschil tussen gespecialiseerde en gemengde bedrijven (chi-kwadraat = 0.007) waarbij gemengde bedrijven aantonen meer nood aan bijkomende gronden te hebben dan gespecialiseerde bedrijven. Daarnaast is er ook een significant verschil tussen gemengde en verbrede bedrijven ( chi-kwadraat = 0.014) waarbij gemengde bedrijven meer nood hebben aan bijkomende gronden dan verbrede bedrijven. 30

31 2.2.6 Analyse 6: voorbije investeringen gekoppeld aan bedrijfsopvolging Om te weten te komen of bedrijven met opvolgers meer of minder investeren dan bedrijven zonder opvolgers vergelijken we het gemiddeld aantal investeringen van bedrijven met en zonder opvolging. Bij de vraag over de bedrijfsopvolging in het bedrijf had de respondent keuze tussen 4 antwoordmogelijkheden. 1) Ja, één van mijn kinderen is bedrijfsopvolger 2) Ja, iemand anders is bedrijfsopvolger 3) Nee, er is niemand voor de bedrijfsopvolging 4) Ik weet het (nog) niet: mijn kinderen zijn nog te klein, Als we het aantal investeringen per groep bekijken en delen door het aantal respondenten in de groep hebben we een overzicht van het gemiddeld aantal investeringen per groep. Gemiddeld investeringen per groep de afgelopen 5 jaar: 1: 3, 74 2: 3, 50 3: 2, 49 4: 3, 76 Als we deze cijfers naast elkaar leggen zien we dat groep 3 gemiddeld minder geïnvesteerd heeft de voorbije 5 jaar. Aangezien deze groep geen bedrijfsopvolging heeft, zijn deze resultaten vrij plausibel. 31

32 2.2.7 Analyse 7: komende investeringen gekoppeld aan bedrijfsopvolging We kunnen dezelfde vergelijking doen als we kijken naar de investeringen die zijn de komende 10 jaar hebben gepland. Gemiddelde investeringen de komende tien jaar: 1: 3,14 2: 2,50 3: 1, 74 4: 2, 97 Wat als eerste opvalt is dat de gemiddelde investeringen die gepland zijn voor de komende tien jaar beduidend lager liggen dan de gemiddelde investeringen die de afgelopen 5 jaar gedaan zijn. Verder zien we ook dat groep 3 opnieuw minder plannen heeft om de komende tien jaar te investeren in nieuwe zaken. 32

33 2.2.8 Analyse 8: veranderingen bedrijfsgrootte en bedrijfsveranderingen Overwegen de landbouwers de komende tien jaar belangrijke veranderingen en zullen zij de huidige bedrijfsgrootte en de huidige bedrijfstakken globaal houden? We zouden graag te weten komen of er significante verschillen zijn tussen kleine, middelgrote en grote bedrijven. Als we een anova-toets uitvoeren op deze stelling, komen we het volgende uit: Tabel 7: controlevraag: ik overweeg de komende tien jaar geen belangrijke veranderingen middelgroot klein bedrijf bedrijf groot bedrijf F (df) 2,51 2,35 2,13 5,839 (2)* *=p<0,05; **=p<0,01; ***=p<0,001 Door middel van de post hoc bonferroni test, zien we dat een klein bedrijf significant verschilt met een groot bedrijf. Door naar de frequentietabel van beide bedrijven te kijken, zien we dat kleine bedrijven het eerder eens zijn met deze stelling, en grote bedrijven het eerder oneens zijn met deze stelling. 33

34 2.2.9 Analyse 9: belemmerende en stimulerende factoren voor groei Als een bedrijf wil groeien, moet het in de mogelijkheid zijn om de gewenste activiteiten daarvoor te ondernemen. Sommige factoren belemmeren dit groeiproces, terwijl andere de groei bevorderen. Om te achterhalen of er een significant verschil is tussen de 9 groepen ten aanzien van de 21 factoren die aanzien worden als belemmering of stimulans voor groei, maken we gebruik van de ANOVA toets. 34

35 35

36 Hieronder volgt een korte bespreking van de vijf verschillende factoren. Factor 1: Beschikbaarheid van grond Er is een significant verschil tussen de groepen maar bij de post hoc test bonferroni kunnen we niet afleiden tussen welke groepen het verschil zit. Factor 2: Grondprijs Bij deze factor zien we een significant verschil tussen: Een groot gespecialiseerd en een groot gemengd bedrijf Een groot verbreed en een groot gemengd bedrijf Een groot verbreed en een klein verbreed bedrijf Factor 9: Bedrijfsopvolging Er is een significant verschil tussen de groepen waar te nemen maar bij de post hoc test bonferroni kunnen we niet afleiden tussen welke groepen het verschil zit. Factor 12: Beheersovereenkomsten Er is een significant verschil tussen: Een middelgroot gespecialiseerd en een middelgroot verbreed bedrijf Een groot gemengd en een klein verbreed bedrijf Een groot gemengd en een middelgroot verbreed bedrijf Factor 20: Huidig prijsniveau Er is een significant verschil tussen de groepen maar bij de post hoc test bonferroni kunnen we niet afleiden tussen welke groepen het verschil zit Analyse 10: houding ten aanzien van de rol van de overheid. Zijn er significante verschillen tussen de 9 groepen in de houding ten aanzien van de rol van de overheid? Om dit te achterhalen voeren we een anova toets uitvoeren op de 17 items en 2 factoren. 36

37 Tabel 9: De verschillen in de houding ten aanzien van de rol van de overheid tussen de negen type landbouwbedrijven 1. klein 2. Middel- 3. groot 4. klein 5. middel- 6. groot 7. klein 8. middel- 9. groot F (df) gespe- groot gespe- gespecia- gemengd groot gemengd verbreed groot verbreed cialiseerd cialiseerd liseerd gemengd verbreed 1. Alle steun die door de overheid 3,67 3,17 3,50 3,83 3,57 3,41 4,19 4,43 4,00 3,107 (8)** wordt gegeven, moet gericht zijn om de landbouwsector duurzamer te maken. 2. Vlaanderen moet de volle bevoegd- 3,31 3,29 3,51 3,88 3,85 3,78 3,93 4,29 3,75 1,971 (8) * heid krijgen om de dalende Europese steun aan de landbouw te compenseren met eigen subsidies. 3. Het toekennen van premies om te 3,19 3,42 3,76 3,79 3,24 3,50 3,93 4,29 4,08 2,231 (8)* voldoen aan strengere milieueisen is een zeer goede zaak. 4. Er mag geen overheidssteun komen 2,89 3,17 3,21 3,64 2,78 3,04 2,57 1,86 2,17 2,572 (8) * voor nevenactiviteiten. 5. De Vlaamse land- en tuinbouw moet 3,29 3,67 3,02 3,96 3,50 3,13 4,00 3,86 3,58 3,722 (8)*** er op gericht zijn zoveel mogelijk landbouwbedrijven te behouden. 6. De overheid moet minder toekomst- 2,86 3,54 3,50 2,33 3,10 3,17 2,53 3,14 2,83 4,371 (8)*** gerichte land- en tuinbouwbedrijven stimuleren uit de sector te stappen. 7. Jongeren met startplannen op 2,50 3,04 2,92 2,67 2,59 2,88 2,50 2,57 2,50 1,137 (8) een bedrijf met onvoldoende toekomstkansen moeten een startverbod krijgen. 8. Bedrijven in bijberoep verdienen 2,94 2,67 2,21 3,10 2,16 2,05 3,69 3,14 3,17 6,961 (8) *** dezelfde VLIF-steun als bedrijven in hoofdberoep. 37

38 9. Een versoepeling van de pachtwet 3,58 3,79 3,65 3,48 3,20 3,68 3,94 3,14 3,25 1,471 (8) geving is nodig om grondeigenaars verder te stimuleren hun grond te verpachten. 10. De overheid mag geen belastingsgeld 2,31 2,50 2,35 2,21 1,98 2,35 2,50 2,57 2,42 0,981 (8) besteden aan het oplossen van sanitaire crisissen. 11. Aan producenten die er niet in slagen 3,50 3,65 3,75 3,21 3,42 3,41 3,40 3,43 3,17 1,188 (8) om de opgelegde kwaliteitsnormen te respecteren, moet snellen een leverings- verbod worden opgelegd. 12. Pensioenboeren mogen geen 3,42 4,00 4,46 4,04 4,22 4,34 3,38 3,43 3,50 4,016 (8) *** subsidies meer krijgen. 13. De overheid moet een specifiek beleid 3,36 3,75 3,81 3,79 3,69 3,90 3,81 3,57 3,67 0,856 (8) voor jonge boeren voeren. 14. De land- en tuinbouwers moeten 2,78 3,08 3,00 2,67 2,66 2,84 3,19 2,71 3,08 1,076 (8) zelf mee investeren in nieuwe buitenlandse afzetmarkten 15. Met een goed verzekeringssysteem 2,91 3,32 3,51 3,06 3,16 3,39 3,00 3,29 2,83 1,784 (8) durf ik mijn bedrijf laten groeien. 16. De overheid moet schaalvergroting 3,73 3,56 2,67 3,92 3,33 2,97 3,68 4,14 3,56 in de landbouw tegengaan. 17. De Vlaamse landbouw moet worden 2,94 3,07 3,17 3,38 3,37 3,15 3,17 3,43 2,91 1,190 (8) beschermd door invoer en quotumsystemen *=p<0,05; **=p<0,01; ***=p<0,001 11,074 (8) *** 38

39 Via de post hoc bonferroni test kunnen we achterhalen tussen welke groepen er significante verschillen zijn op de stellingen. We bespreken hieronder kort de stellingen. Stelling 1: Alle steun die door de overheid wordt gegeven, moet gericht zijn om de landbouwsector duurzamer te maken Er is een significant verschil tussen een middelgroot gespecialiseerd en een klein verbreed bedrijf. Een klein verbreed bedrijf is het doorgaans meer eens met deze stelling dan een middelgroot gespecialiseerd bedrijf. Stelling 2: Vlaanderen moet de volle bevoegdheid krijgen om de dalende Europese steun aan de landbouw te compenseren met eigen subsidies. Er is een significant verschil tussen de groepen (sign.= 0.049) maar we kunnen via de post hoc bonferroni test niet achterhalen tussen welke groepen het verschil zit. Stelling 3: Het toekennen van premies om te voldoen aan strengere milieueisen is een zeer goede zaak Er is een significant verschil tussen de groepen (sign.= 0.025) maar we kunnen via de post hoc bonferroni test niet achterhalen tussen welke groepen het verschil zit. We zien wel dat de verbrede bedrijven het meer eens zijn met deze stelling dan de niet-verbrede bedrijven (via mean in descriptives). Stelling 4: Er mag geen overheidssteun komen voor nevenactiviteiten, zoals hoevetoerisme, thuisverwerking en thuisverkoop. Er is een significant verschil tussen de groepen (sign.= 0.025) maar we kunnen via de post hoc bonferroni test niet achterhalen tussen welke groepen het verschil zit. Stelling 5: De Vlaamse land- en tuinbouw moet erop gericht zijn kost wat kost zoveel mogelijk land- en tuinbouwbedrijven te behouden. Er is een significant verschil tussen: Een groot gespecialiseerd en een klein gemengd bedrijf Een klein gemengd en een groot gemengd bedrijf De grote gespecialiseerde en grote gemengde bedrijven zijn het meer eens met deze stelling dan de kleine gemengde bedrijven. 39

40 Stelling 6: De overheid moet minder toekomstgerichte land- en tuinbouwbedrijven stimuleren uit de sector te stappen om zo meer ruimte te scheppen voor de blijvers. Er is een significant verschil tussen: Een middelgroot gespecialiseerd en een klein gemengd bedrijf Een groot gespecialiseerd en een klein gemengd bedrijf Een groot gemengd en een klein gemengd bedrijf De middelgrote gespecialiseerde, grote gespecialiseerde en grote gemengde bedrijven zijn het meer eens met deze stelling dan de kleine gemengde bedrijven. Stelling 8: Bedrijven in bijberoep verdienen dezelfde VLIF-steun als bedrijven in hoofdberoep. Er is een significant verschil tussen: Een klein gespecialiseerd en een groot gemengd bedrijf Een groot gespecialiseerd en een klein gemengd bedrijf Een groot gespecialiseerd en een klein verbreed bedrijf Een klein gemengd en een middelgroot gemengd bedrijf Een klein gemengd en een groot gemengd bedrijf Een middelgroot gemengd en een klein verbreed bedrijf Een groot gemengd en een klein verbreed bedrijf Als we naar de mean bij descriptives kijken, zien we dat de kleine gespecialiseerde bedrijven het meer eens zijn met deze stelling dan de grote gemengde bedrijven. Ook zijn de kleine gemengde en kleine verbrede bedrijven het meer eens met deze stelling dan de grote gespecialiseerde bedrijven. Daarnaast zijn de kleine gemengde bedrijven het meer eens met deze stelling dan de middelgrote en grote gemengde bedrijven. En tot slot zijn ook de kleine verbrede bedrijven het meer eens met deze stelling dan de middelgrote en grote gemengde bedrijven. Stelling 12: Pensioenboeren mogen geen subsidies meer krijgen. Er is een significant verschil tussen: Een klein gespecialiseerd en een groot gespecialiseerd bedrijf Een klein gespecialiseerd en een groot gemengd bedrijf De grote gemengde en grote gespecialiseerde bedrijven zijn het meer eens met deze stelling dan de kleine gespecialiseerde bedrijven. 40

41 Factor 1 (stelling 16): De overheid moet schaalvergroting in de landbouw tegengaan Er is een significant verschil tussen: Een klein gespecialiseerd en een groot gespecialiseerd bedrijf Een klein gespecialiseerd en een groot gemengd bedrijf Een middelgroot gespecialiseerd en een groot gespecialiseerd bedrijf Een groot gespecialiseerd en een klein gemengd bedrijf Een groot gespecialiseerd en een middelgroot gemengd bedrijf Een groot gespecialiseerd en een klein verbreed bedrijf Een groot gespecialiseerd en een middelgroot verbreed bedrijf Een groot gespecialiseerd en een groot verbreed bedrijf Een klein gemengd en een groot gemengd bedrijf Een groot gemengd en een middelgroot verbreed bedrijf Als we naar de mean bij descriptives kijken, zien we dat alle bedrijven (met uitzondering van de grote gemengde bedrijven) het meer eens zijn met deze stelling dan de grote gespecialiseerde bedrijven. We zien dat de kleine gespecialiseerde bedrijven het meer eens zijn met deze stelling dan de grote gemengde bedrijven. De kleine gemengde bedrijven zijn het meer eens met deze stelling dan de middelgrote en grote gemengde bedrijven. De middelgrote verbrede bedrijven zijn het meer eens met deze stelling dan de grote gemengde bedrijven. 41

42 Analyse 11: algemene houding ten aanzien van schaalvergroting; vergelijking landbouwers in hoofdberoep en landbouwers in bijberoep Staan landbouwers in hoofdberoep anders tegenover schaalvergroting dan landbouwers in bijberoep? Om dit te weten te komen, voeren we een onafhankelijke t-toets uit met de 2 groepen op de 19 stellingen en 2 factoren van de algemene vragen over schaalvergroting. Tabel 10: De verschillen in de algemene vragen betreffende schaalvergroting tussen landbouwers in hoofdberoep en landbouwers in bijberoep landbouwer landbouwer t (df) in hoofdberoep in bijberoep 1. Schaalvergroting is niet 2,92 2,96-0,17 (358) nodig om mijn bedrijf te laten overleven op lange termijn 2. Door de toenemende schaal 4,64 4,55 0,95 (358) vergroting wordt de land- en tuinbouw een kapitaalsintensieve sector 3. De afbakening van ha 2,87 2,70 1,06 (66,23) agrarish gebied zal onze landbouwgrond het komende decenium veilig stellen. 4. Wie niet blijft investeren 3,33 3,26 0,48 (357) in nieuwe technologieën en milieuvriendelijke productiesystemen, zal 2020 niet halen. 5. Voor nieuwe grondloze 2,61 2,89-1,55 (359) veeteeltbedrijven dient de overheid in de toekomst aparte gebieden aan te duiden. 6. De afbakening van glastuin- 2,95 3,21-1,63 (357) bouwzones is nodig om de glastuinbouwsector op lange termijn te laten overleven in Vlaanderen 7. Land- en tuinbouwers zullen 4,18 4,21-0,32 (358) meer managementvaardigheden nodig hebben indien zij hun bedrijf wensen uit te breiden. 8. De versnippering van Vlaanderen 3,43 3,51-0,53 (359) maakt in de toekomst een rendabele akkerbouw mogelijk. 9. Groei is enkel mogelijk als er ook 3,89 3,94-0,31 (358) aan afzetzijde extra mogelijkheden worden gecreëerd. 10. Nevenberoepers vormen in mijn 3,00 2,00 6,42 (64, 81)*** sector een rem op de ontwikkeling 11. Landbouwers moeten vaker 3,51 3,77-1,74 (359) machines delen om de kosten op 42

43 hun bedrijf te verlagen. 12. Thuisverwerking moet inzake 3,50 4,00-2,92 (359) ** hygiëne-eisen kunnen rekenen op een soepeler wettelijk kader dan de grote verwerkende industrieën. 13. Contraproductie zal binnen mijn 3,04 2,96 0,47 (358) sector steeds belangrijker worden. 14. Meer samenwerking zowel tussen 3,90 3,94-0,26 (69,63) individuele land-en tuinbouwers als binnen de keten versterkt de positie van de boer tegenover grootdistributie en multinationals. 15. Ik heb er geen moeite mee dat 3,18 3,50-2,06 (67,38) binnen mijn sector de boeren en tuinders rechtstreeks contracten afsluiten met grootwarenhuizen en grootdistributie. 16. De huidige sanitaire verplichtingen 3,29 3,30-0,02 (357) zijn veel te streng en ondermijnen het voortbestaan van de sector. 17. Toenemende buurtprotesten 3,79 3,79 0,05 (356) zetten een rem op de schaalvergroting in de land- en tuinbouw. 18. Schaalvergroting is een 3,01 3,54-4,78 (358) positieve zaak 19. Focus op diversificatie en 2,79 2,57 1,70 (355)*** lokale landbouw. *=p<0,05; **=p<0,01; ***=p<0,001 De landbouwers in hoofdberoep staan significant anders ten aanzien van 2 van de 19 stellingen en 1 factor dan de landbouwers in bijberoep. We bespreken hieronder kort de stellingen: Stelling 10: Nevenberoepers vormen in mijn sector een rem op de verdere ontwikkeling Landbouwers in hoofdberoep zijn het significant meer eens met deze stelling dan landbouwers in bijberoep. Stelling 12: Thuisverwerking moet inzake hygiëne-eisen kunnen rekenen op een soepeler wettelijk kader dan grote verwerkende industrieën. Landbouwers in bijberoep zijn het significant meer eens met deze stelling dan landbouwers in hoofdberoep. Factor 2 (stelling 19): Focus op diversificatie en lokale landbouw 43

44 Landbouwers in bijberoep zijn het significant meer eens met deze stelling dan landbouwers in hoofdberoep Analyse 12: houding ten aanzien van de rol van de overheid; vergelijking landbouwers in hoofdberoep en landbouwers in bijberoep Staan landbouwers in hoofdberoep significant anders tegenover de rol van de overheid dan landbouwers in bijberoep? Om dit te weten te komen, voeren we een onafhankelijke t-toets uit met de 2 groepen op de 17stellingen en 2 factoren van de vragen over de rol van de overheid. Tabel 11: De verschillen in de houding ten aanzien van de rol van de overheid tussen landbouwers in hoofdberoep en landbouwers in bijberoep landbouwer landbouwer t (df) in hoofdberoep in bijberoep 1. Alle steun die door de overheid 3,57 3,98-2,71 (59,79)** wordt gegeven, moet gericht zijn om de landbouwsector duurzamer te maken. 2. Vlaanderen moet de volle bevoegd- 3,72 3,42 1,72 (348) heid krijgen om de dalende Europese steun aan de landbouw te compenseren met eigen subsidies. 3. Het toekennen van premies om te 3,58 3,38 1,07 (350) voldoen aan strengere milieueisen is een zeer goede zaak. 4. Er mag geen overheidssteun komen 2,93 2,67 1,22 (54,02) voor nevenactiviteiten. 5. De Vlaamse land- en tuinbouw moet 3,37 3,75-1,99 (348) er op gericht zijn zoveel mogelijk landbouwbedrijven te behouden. 6. De overheid moet minder toekomst- 3,08 2,84 1,18 (348) gerichte land- en tuinbouwbedrijven stimuleren uit de sector te stappen. 7. Jongeren met startplannen op 2,78 2,40 2,17 (349)* een bedrijf met onvoldoende toekomst- kansen moeten een startverbod krijgen. 8. Bedrijven in bijberoep verdienen 2,30 4,09-11,17 (65,42)*** dezelfde VLIF-steun als bedrijven in hoofdberoep. 9. Een versoepeling van de pachtwet 3,55 3,67-0,67 (351) geving is nodig om grondeigenaars verder te stimuleren hun grond te verpachten. 10. De overheid mag geen belastingsgeld 2,32 2,60-1,62 (351) besteden aan het oplossen van sanitaire crisissen. 11. Aan producenten die er niet in slagen 3,46 3,31 0,90 (349) om de opgelegde kwaliteitsnormen te respecteren, moet snellen een leveringsverbod worden opgelegd. 44

45 12. Pensioenboeren mogen geen 4,19 3,20 3,86 (50,18)*** subsidies meer krijgen. 13. De overheid moet een specifiek beleid 3,74 3,93-1,12 (350) voor jonge boeren voeren. 14. De land-en tuinbouwers moeten 2,82 2,98-0,99 (351) zelf mee investeren in nieuwe buitenlandse afzetmarkten 15. Met een goed verzekeringssysteem 3,24 3,20 0,26 (344) durf ik mijn bedrijf laten groeien. 16. De overheid moet schaalvergroting 3,27 3,70-2,84 (345)** in de landbouw tegengaan. 17. De Vlaamse landbouw moet worden 3,07 3,33-1,22 (54,02) beschermd door invoer en quotumsystemen *=p<0,05; **=p<0,01; ***=p<0,001 De landbouwers in hoofdberoep staan significant anders ten aanzien van 4 van de 17 stellingen en 1 factor dan de landbouwers in bijberoep. We bespreken hieronder kort de stellingen: Stelling 1: Alle steun die door de overheid wordt gegeven, moet gericht zijn om de landbouwsector duurzamer te maken. Landbouwers in bijberoep zijn het significant meer eens met deze stelling dan landbouwers in hoofdberoep. Stelling 7: Jongeren met startplannen op een bedrijf met onvoldoende toekomstkansen moeten een startverbod krijgen. Landbouwers in hoofdberoep zijn het significant meer eens met deze stelling dan landbouwers in bijberoep. Stelling 8: Bedrijven in bijberoep verdienen dezelfde VLIF-steun als bedrijven in hoofdberoep Landbouwers in bijberoep zijn het significant meer eens met deze stelling dan landbouwers in hoofdberoep. Stelling 12: Pensioenboeren mogen geen subsidies meer krijgen. Landbouwers in hoofdberoep zijn het significant meer eens met deze stelling dan landbouwers in bijberoep. Factor 1 (stelling 16): De overheid moet schaalvergroting in de landbouw tegengaan Landbouwers in bijberoep zijn het significant meer eens met deze stelling dan landbouwers in hoofdberoep. 45

46 Analyse 13: houding ten aanzien van schaalvergroting; effect scholing Heeft het hoogst behaalde diploma van de landbouwer een effect op de houding ten aanzien van schaalvergroting? Om dit te weten te komen, voeren we een ANOVA-toets uit op de eerste vraag (algemene vragen ten aanzien van schaalvergroting) met als afhankelijke variabele vraag 24 Vraag 24: Welke is je hoogst behaalde diploma? Lager onderwijs Lager middelbaar Hoger middelbaar, niet agrarisch Hoger middelbaar, agrarisch Hoger niet-universitair, niet agrarisch Hoger niet-universitair, agrarisch Universitair, niet agrarisch Universitair, agrarisch 46

47 Tabel 12: effect hoogst behaalde diploma landbouwer op de houding van schaalvergroting 1. Lager 2. Lager 3. Hoger 4. Hoger 5.Hoger niet- 6. Hoger niet 7.Universitair, 8.Universitair, F (df) onderwijs middelbaar middelbaar, middelbaar, universitair, universitair, niet agrarisch niet agrarisch agrarisch niet agrarisch agrarisch agrarisch 1. Schaalvergroting is niet 2,75 3,06 2,93 2,99 2,84 2,75 3,41 2,44 0,948 (7) nodig om mijn bedrijf te laten overleven op lange termijn 2. Door de toenemende schaal 4,50 4,64 4,66 4,71 4,49 4,64 4,71 4,25 1,662 (7) vergroting wordt de land- en tuinbouw een kapitaalsintensieve sector 3. De afbakening van ha 3,13 2,94 2,62 2,87 3,00 2,77 2,65 3,19 0,817 (7) agrarish gebied zal onze landbouwgrond het komende decenium veilig stellen. 4. Wie niet blijft investeren 2,86 3,21 3,25 3,32 3,50 3,52 2,88 3,58 1,330 (7) in nieuwe technologieën en milieuvriendelijke productiesystemen, zal 2020 niet halen. 5. Voor nieuwe grondloze 3,38 2,65 2,52 2,55 2,59 2,81 2,53 3,06 1,095 (7) veeteeltbedrijven dient de overheid in de toekomst aparte gebieden aan te duiden. 6. De afbakening van glastuin- 2,88 3,11 2,92 2,81 2,97 3,33 2,94 3,00 1,550 (7) bouwzones is nodig om de glastuinbouwsector op lange termijn te laten overleven in Vlaanderen 7. Land- en tuinbouwers zullen 4,50 3,98 4,17 4,16 4,16 4,36 4,24 4,25 1,244 (7) meer managementvaardigheden nodig hebben indien zij hun bedrijf wensen uit te breiden. 8. De versnippering van Vlaanderen 4,38 3,29 3,54 3,50 3,30 3,47 3,41 2,88 2,147 (7) * maakt in de toekomst een rendabele akkerbouw mogelijk. 9. Groei is enkel mogelijk als er ook 4,13 3,75 4,05 3,86 3,68 4,04 3,82 4,13 1,373 (7) aan afzetzijde extra mogelijkheden worden gecreëerd. 10. Nevenberoepers vormen in mijn 2,88 2,74 2,93 3,12 2,76 2,70 2,29 2,63 1,816 (7) sector een rem op de ontwikkeling 11. Landbouwers moeten vaker 3,38 3,42 3,49 3,43 3,73 3,67 3,94 3,81 1,401 (7) 47

48 machines delen om de kosten op hun bedrijf te verlagen. 12. Thuisverwerking moet inzake 3,50 3,48 3,75 3,34 3,86 3,57 3,65 4,06 1,873 (7) hygiëne-eisen kunnen rekenen op een soepeler wettelijk kader dan de grote verwerkende industrieën. 13. Contraproductie zal binnen mijn 2,00 3,08 3,13 2,88 2,84 3,28 3,18 3,50 2, 493 (7) * sector steeds belangrijker worden. 14. Meer samenwerking zowel tussen 4,38 3,85 3,85 3,80 4,16 3,95 4,12 4,00 1,145 (7) individuele land-en tuinbouwers als binnen de keten versterkt de positie van de boer tegenover grootdistributie en multinationals. 15. Ik heb er geen moeite mee dat 2,25 3,13 3,25 3,29 3,27 3,19 3,19 3,27 0,908 (7) binnen mijn sector de boeren en tuinders rechtstreeks contracten afsluiten met grootwarenhuizen en grootdistributie. 16. De huidige sanitaire verplichtingen 3,38 3,31 3,36 3,36 3,33 3,07 2,94 3,50 0,681 (7) zijn veel te streng en ondermijnen het voortbestaan van de sector. 17. Toenemende buurtprotesten 3,75 3,91 3,79 3,70 3,89 3,91 3,71 3,75 0,429 (7) zetten een rem op de schaalvergroting in de land- en tuinbouw. 18. Schaalvergroting is een 2,39 2,77 2,68 2,80 2,68 2,83 2,59 2,96 0,711 (7) positieve zaak 19. Focus op diversificatie en 3,25 2,93 3,02 2,94 3,23 3,19 3,66 3,33 3,303 (7) ** lokale landbouw. *=p<0,05; **=p<0,01; ***=p<0,001 48

49 We zien significante verschillen bij 2 stellingen en 1 factor. Hieronder volgt een korte bespreking van de stellingen: Stelling 8: De versnippering van Vlaanderen maakt in de toekomst een rendabele akkerbouw onmogelijk Er zijn significante verschillen tussen landbouwers met een diploma lager onderwijs en een agrarisch, universitair diploma. De landbouwers met een diploma van lager onderwijs zijn het significant meer eens met deze stelling dan landbouwers met een universitair, agrarisch diploma. Stelling 13: Contraproductie zal binnen mijn sector steeds belangrijker worden Er zijn significante verschillen tussen landbouwers met een diploma lager onderwijs en een agrarisch, universitair diploma. De landbouwers met een universitair, agrarisch diploma zijn het significant meer eens met deze stelling dan landbouwers met een diploma van lager onderwijs. Factor 2 (stelling 19): Focus op diversificatie en lokale landbouw Er zijn significante verschillen tussen landbouwers met een diploma lager middelbaar en niet agrarisch, universitair diploma hoger middelbaar, een niet agrarisch universitair en een niet agrarisch diploma hoger middelbaar, een agrarisch universitair en een niet agrarisch diploma De hoger opgeleide landbouwers zijn het meer eens met deze stelling dan de minder hoog opgeleide landbouwers. 49

50 Analyse 14: houding ten aanzien van de rol van de overheid; effect scholing Heeft het hoogst behaalde diploma van de landbouwer een effect op de houding ten aanzien van de rol van de overheid? Om dit te weten te komen, voeren we een ANOVA-toets uit op de eerste vraag (algemene vragen ten aanzien van schaalvergroting) met als afhankelijke variabele vraag 24 (zie vorige analyse) 50

51 Tabel 13: effect hoogst behaalde diploma landbouwer op de houding ten aanzien van de rol van de overheid 1. Lager 2. Lager 3. Hoger 4. Hoger 5.Hoger niet- 6.Hoger niet- 7.Universitair, 8.Universitair, F (df) onderwijs middelbaar middelbaar, middelbaar universitair, universitair, niet agrarisch agrarisch niet agrarisch agrarisch niet agrarisch agrarisch 1. Alle steun die door de overheid 3,86 3,74 3,69 3,44 3,86 3,49 4,00 3,80 1,596 (7) wordt gegeven, moet gericht zijn om de landbouwsector duurzamer te maken. 2. Vlaanderen moet de volle bevoegd- 4,00 3,76 3,87 3,72 3,73 3,55 3,06 3,40 1,513 (7) heid krijgen om de dalende Europese steun aan de landbouw te compenseren met eigen subsidies. 3. Het toekennen van premies om te 3,57 3,50 3,59 3,50 3,84 3,51 3,41 3,73 0,448 (7) voldoen aan strengere milieueisen is een zeer goede zaak. 4. Er mag geen overheidssteun komen 2,86 3,05 2,92 3,03 2,97 2,58 2,94 2,13 1,780 (7) voor nevenactiviteiten. 5. De Vlaamse land- en tuinbouw moet 3,71 3,82 3,59 3,38 3,51 3,02 3,35 3,13 2,124 (7)* er op gericht zijn zoveel mogelijk landbouwbedrijven te behouden. 6. De overheid moet minder toekomst- 2,57 2,91 3,03 3,14 3,14 3,11 2,65 3,07 0,626 (7) gerichte land- en tuinbouwbedrijven stimuleren uit de sector te stappen. 7. Jongeren met startplannen op 3,00 2,76 2,70 2,80 2,58 2,67 2,76 2,80 0,254 (7) een bedrijf met onvoldoende toekomstkansen moeten een startverbod krijgen. 8. Bedrijven in bijberoep verdienen 2,43 2,54 2,69 2,22 2,89 2,49 3,18 2,87 2,208 (7) * dezelfde VLIF-steun als bedrijven in hoofdberoep. 51

52 9. Een versoepeling van de pachtwet 3,71 3,74 3,28 3,59 3,59 3,68 3,65 3,40 0,861 (7) geving is nodig om grondeigenaars verder te stimuleren hun grond te verpachten. 10. De overheid mag geen belastingsgeld 2,14 2,63 2,62 2,21 2,27 2,07 2,76 2,33 2,254 (7)* besteden aan het oplossen van sanitaire crisissen. 11. Aan producenten die er niet in slagen 3,00 3,58 3,33 3,38 3,46 3,77 3,18 3,07 1,760 (7) om de opgelegde kwaliteitsnormen te respecteren, moet snellen een leveringsverbod worden opgelegd. 12. Pensioenboeren mogen geen 3,14 3,70 4,30 4,33 3,89 4,13 3,00 3,67 4,467 (7) *** subsidies meer krijgen. 13. De overheid moet een specifiek beleid 4,00 3,52 3,68 3,70 3,97 4,04 3,59 3,87 1,255 (7) voor jonge boeren voeren. 14. De land- en tuinbouwers moeten 2,86 2,87 2,62 2,78 2,78 3,07 3,06 2,93 1,049 (7) zelf mee investeren in nieuwe buitenlandse afzetmarkten 15. Met een goed verzekeringssysteem 3,43 3,33 3,10 3,16 3,30 3,43 3,06 3,31 0,722 (7) durf ik mijn bedrijf laten groeien. 16. De overheid moet schaalvergroting 3,46 3,38 3,56 3,28 3,28 3,19 3,78 2,68 2,376 (7)* in de landbouw tegengaan. 17. De Vlaamse landbouw moet worden 3,43 3,36 3,48 3,27 3,06 3,87 2,83 3,02 3,195 (7) ** beschermd door invoer en quotumsystemen *=p<0,05; **=p<0,01; ***=p<0,001 52

53 We zien significante verschillen bij 4 stellingen en de twee factoren. We bespreken hieronder kort de stellingen: Stelling 5: De Vlaamse land- en tuinbouw moet er op gericht zijn kost wat kost zoveel mogelijk land- en tuinbouwbedrijven te behouden. Er zijn significante verschillen tussen landbouwers met een diploma lager middelbaar en hoger agrarisch, niet universitair diploma. De lager opgeleide landbouwers zijn het minder eens met deze stelling dan de landbouwers met een hoger diploma. Stelling 8: Bedrijven in bijberoep verdienen dezelfde VLIF-steun als bedrijven in hoofdberoep. Er zijn significante verschillen waarneembaar maar het is niet duidelijk tussen welke groepen de verschillen zich bevinden. Stelling 10: De overheid mag geen belastingsgeld besteden aan het oplossen van sanitaire crisissen. Dat is een verantwoordelijkheid van de land- en tuinbouwsector zélf. Er zijn significante verschillen waarneembaar maar het is niet duidelijk tussen welke groepen de verschillen zich bevinden. Stelling 12:. Pensioenboeren mogen geen subsidies meer krijgen. Er zijn significante verschillen tussen landbouwers met een diploma: Hoger middelbaar, niet agrarisch en niet agrarisch, universitair diploma Hoger middelbaar, agrarisch en universitair, niet agrarisch diploma Hoger niet-universitair, een agrarisch universitair en een niet agrarisch diploma Factor 1 (stelling 16) : de overheid moet schaalvergroting in de landbouw tegengaan. Er zijn significante verschillen tussen landbouwers met een diploma Hoger middelbaar, een niet agrarisch universitair en een agrarisch diploma Universitair, een niet agrarisch universitair en een agrarisch diploma Factor 2 (stelling 17) : de Vlaamse landbouw moet worden beschermd door invoer en quotumsystemen. Er zijn significante verschillen tussen landbouwers met een diploma middelbaar, een niet agrarisch en hoger niet-universitair een agrarisch diploma. 53

54 Analyse 15: houding ten aanzien van schaalvergroting; vergelijking mannen en vrouwen Hebben mannen een andere mening ten aanzien van schaalvergroting in vergelijking met vrouwen? We voeren een vergelijkende analyse van mannen en vrouwen op de vraag over schaalvergroting in het algemeen. We gebruiken een onafhankelijke t-toets en zien significante verschillen tussen mannen en vrouwen op 2 van de 19 stellingen. Tabel 14: De verschillen in de algemene vragen betreffende schaalvergroting tussen mannen en vrouwen man vrouw t (df) 1. Schaalvergroting is niet 2,95 2,81 0,701 (359) nodig om mijn bedrijf te laten overleven op lange termijn 2. Door de toenemende schaal 4,66 4,49 1,579 (56,39) vergroting wordt de land- en tuinbouw een kapitaalsintensieve sector 3. De afbakening van ha 2,81 3,02-1,128 (358) agrarish gebied zal onze landbouwgrond het komende decenium veilig stellen. 4. Wie niet blijft investeren 3,29 3,52-1,391 (358) in nieuwe technologieën en milieuvriendelijke productiesystemen, zal 2020 niet halen. 5. Voor nieuwe grondloze 2,67 2,49 0,966 (360) veeteeltbedrijven dient de overheid in de toekomst aparte gebieden aan te duiden. 6. De afbakening van glastuin- 3,00 2,83 1,036 (358) bouwzones is nodig om de glastuinbouwsector op lange termijn te laten overleven in Vlaanderen 7. Land- en tuinbouwers zullen 4,16 4,34-1,520 (359) meer managementvaardigheden nodig hebben indien zij hun bedrijf wensen uit te breiden. 8. De versnippering van Vlaanderen 3,43 3,53-0,634 (360) maakt in de toekomst een rendabele akkerbouw mogelijk. 9. Groei is enkel mogelijk als er ook 3,86 4,15-2,759 (75,94)** 54

55 aan afzetzijde extra mogelijkheden worden gecreëerd. 10. Nevenberoepers vormen in mijn 2,88 2,81 0,382 (357) sector een rem op de ontwikkeling 11. Landbouwers moeten vaker 3,53 3,68-1,039 (360) machines delen om de kosten op hun bedrijf te verlagen. 12. Thuisverwerking moet inzake 3,55 3,68-0,755 (360) hygiëne-eisen kunnen rekenen op een soepeler wettelijk kader dan de grote verwerkende industrieën. 13. Contraproductie zal binnen mijn 2,98 3,36-2,197 (359)* sector steeds belangrijker worden. 14. Meer samenwerking zowel tussen 3,92 3,91 0,017 (70,48) individuele land-en tuinbouwers als binnen de keten versterkt de positie van de boer tegenover grootdistributie en multinationals. 15. Ik heb er geen moeite mee dat 3,23 3,11 0,699 (356) binnen mijn sector de boeren en tuinders rechtstreeks contracten afsluiten met grootwarenhuizen en grootdistributie. 16. De huidige sanitaire verplichtingen 3,29 3,28 0,094 (358) zijn veel te streng en ondermijnen het voortbestaan van de sector. 17. Toenemende buurtprotesten 3,79 3,85-0, 492 (71, 59) zetten een rem op de schaalvergroting in de land- en tuinbouw. 18. Schaalvergroting is een 2,75 2,81-0,485 (71,59) positieve zaak 19. Focus op diversificatie en 3,08 3,11-0,294 (359) lokale landbouw. *=p<0,05; **=p<0,01; ***=p<0,001 We bespreken hieronder kort de stellingen: Stelling 9: groei is enkel mogelijk als er ook aan afzetzijde extra mogelijkheden worden gecreëerd. We zien dat de vrouwen het significant meer eens zijn met deze stelling dan de mannen. Stelling 13: Contractproductie zal binnen mijn sector steeds belangrijker worden. 55

56 We zien dat de vrouwen het significant meer eens zijn met deze stelling dan de mannen Analyse 16: houding ten aanzien van de rol van de overheid; vergelijking mannen en vrouwen Hebben mannen een andere mening ten aanzien van de rol van de overheid in vergelijking met vrouwen? We voeren een vergelijkende analyse van mannen en vrouwen op de vraag over schaalvergroting in het algemeen. We gebruiken een onafhankelijke t-toets en zien dat er slechts op 1 stelling een significant verschil is tussen mannen en vrouwen. Tabel 15: De verschillen in de houding ten aanzien van de rol van de overheid tussen mannen en vrouwen man vrouw t (df) 1. Alle steun die door de overheid 3,61 3,74-0,812 (349) wordt gegeven, moet gericht zijn om de landbouwsector duurzamer te maken. 2. Vlaanderen moet de volle bevoegd- 3,66 3,83-1,135 (67) heid krijgen om de dalende Europese steun aan de landbouw te compenseren met eigen subsidies. 3. Het toekennen van premies om te 3,57 3,48 0,472 (351) voldoen aan strengere milieueisen is een zeer goede zaak. 4. Er mag geen overheidssteun komen 2,88 2,87 0,093 (346) voor nevenactiviteiten. 5. De Vlaamse land- en tuinbouw moet 3,38 3,72-2,013 (64,41)* er op gericht zijn zoveel mogelijk landbouwbedrijven te behouden. 6. De overheid moet minder toekomst- 3,08 2,89 0,951 (349) gerichte land- en tuinbouwbedrijven stimuleren uit de sector te stappen. 7. Jongeren met startplannen op 2,71 2,89-0,993 (350) een bedrijf met onvoldoende toekomst- kansen moeten een startverbod krijgen. 8. Bedrijven in bijberoep verdienen 2,52 2,61-0,418 (351) dezelfde VLIF-steun als bedrijven in hoofdberoep. 9. Een versoepeling van de pachtwet 3,56 3,54 O,104 (352) geving is nodig om grondeigenaars verder te stimuleren hun grond te verpachten. 56

57 10. De overheid mag geen belastingsgeld 2,33 2,52-1,123 (352) besteden aan het oplossen van sanitaire crisissen. 11. Aan producenten die er niet in slagen 3,40 3,69-1,776 (349) om de opgelegde kwaliteitsnormen te respecteren, moet snellen een leverings- verbod worden opgelegd. 12. Pensioenboeren mogen geen 4,01 4,33-1,950 (71,47) subsidies meer krijgen. 13. De overheid moet een specifiek beleid 3,76 3,80-0,243 (351) voor jonge boeren voeren. 14. De land-en tuinbouwers moeten 2,83 2,85 -O,105 (352) zelf mee investeren in nieuwe buitenlandse afzetmarkten 15. Met een goed verzekeringssysteem 3,21 3,40-1,173 (345) durf ik mijn bedrijf laten groeien. 16. De overheid moet schaalvergroting 3,33 3,32 0,080 (346) in de landbouw tegengaan. 17. De Vlaamse landbouw moet worden 3,18 3,37-1,367 (345) beschermd door invoer en quotumsystemen *=p<0,05; **=p<0,01; ***=p<0,001 We bespreken hieronder kort de stelling: Stelling 5: De Vlaamse land- en tuinbouw moet er op gericht zijn kost wat kost zoveel mogelijk land- en tuinbouwbedrijven te behouden. We zien dat de vrouwen het significant meer eens zijn met deze stelling dan de mannen. 57

58 Analyse 17: stress landbouwer laatste jaar Is de landbouwer het laatste jaar geconfronteerd geweest met stress ten gevolge van zijn zelfstandige activiteit? En zijn er significante verschillen tussen de 9 groepen? Gezien de afhankelijke variabele van nominaal niveau is, gebruiken we een kruistabel met chikwadraat Analyse 18: stress landbouwer ten gevolge van zelfstandige activiteit Ondervindt de landbouwer op dit moment stress ten gevolge van zijn zelfstandige activiteit? Zijn er significante verschillen tussen de 9 groepen? Gezien de afhankelijke variabele van nominaal niveau is, gebruiken we een kruistabel met chikwadraat. Op de volgende pagina zien we de twee tabellen van analyse 18 en analyse 19. We zien dat de 9 groepen significant een andere mening hebben ten aanzien van deze twee stellingen. Vooral de kleine, middelgrote en grote gemengde en kleine verbrede bedrijven zijn de voorbije jaren met stress geconfronteerd geweest en hebben op dit moment het meeste stress. 58

59 Analyse 17 Tabel 16: verschillen tussen de typen landbouwbedrijven in verband met stress het voorbije jaar. 1. klein 2. Middel- 3. groot 4. klein 5. middel- 6. groot 7. klein 8. middel- 9. groot gespecia- groot gespe- gespecia- gemengd groot gemengd verbreed groot verbreed liseerd cialiseerd liseerd gemengd verbreed 1. Ik ben het voorbije jaar met stress 52,8 52,2 56,0 70,8 68,8 74,3 82,4 37,5 75,0 geconfronteerd geweest 2. Ik ben het voorbije jaar niet met 47,2 47,8 44,0 29,2 31,2 24,7 17,6 62,5 25,0 stress geconfronteerd geweest 16,778 (8) chi²(df): (significant:0,033) Analyse 18 Tabel 17: verschillen tussen de typen landbouwbedrijven in verband met stress momenteel 1. klein 2. Middel- 3. groot 4. klein 5. middel- 6. groot 7. klein 8. middel- 9. groot gespecia- groot gespe- gespecia- gemengd groot gemengd verbreed groot verbreed liseerd cialiseerd liseerd gemengd verbreed 1. Ik ondervind momenteel stress 27,8 52,2 54,0 60,4 68,0 59,8 52,9 37,5 58,3 omwille van mijn werk 2. Ik ondervind momenteel geen stress 72,2 47,8 46,0 39,6 32,0 40,2 47,1 62,5 41,7 omwille van mijn werk chi²(df): 16,853 (8) (significant: 0,032) 59

60 Analyse 19: toekomstplannen bedrijf Naar de toekomst toe plannen sommigen een (gedeeltelijke) afbouw van hun bedrijf, anderen willen groeien of willen zich specialiseren. Om te kijken of er significante verschillen zijn tussen de 9 groepen op de 9 stellingen die bij deze vraag horen, bekijken we per stelling de frequentietabel en gaan we na of er significante verschillen zijn tussen de groepen. Op de volgende drie pagina s zijn de tabellen weergegeven voor die stellingen waarvan er significante verschillen zijn tussen de negen groepen. De andere tabellen zijn te vinden in de bijlage. We zien dat er significante verschillen zijn tussen de 9 groepen voor de volgende stellingen: 1) Specialiseren door meer toe te spitsen op één of een kleiner aantal teelten of bedrijfstakken. 2) Diversifiëren door het opnemen van nieuwe bedrijfstakken of nieuwe teelten. 3) Samenwerken met collega s aan een gezamenlijk machinepark, gemeenschappelijke afzet, gemeenschappelijke aankoop van input of aan gemeenschappelijke energie- en watervoorzieningen. 4) Het bedrijf geleidelijk afbouwen. 5) Overstappen van landbouwer in hoofdberoep naar landbouwer in bijberoep. 6) Overstappen van landbouwer in bijberoep naar landbouwer in hoofdberoep. 60

61 Tabel 6.1: Specialiseren door meer toe te spitsen op één of een kleiner aantal teelten of bedrijfstakken 1. klein 2. middel- 3. groot 4. klein 5. middel- 6. groot 7. klein 8. middel- 9. groot gespecia- groot gespe- gespecia- gemengd groot gemengd verbreed groot verbreed liseerd cialiseerd liseerd gemengd verbreed 1. aanwezig en geen wijziging % 27,8 22,7 45,5 19,1 20,4 21,3 17,6 12,5 8,3 2. aanwezig en wel wijziging % 0,0 4,5 3,6 4,3 8,2 13,8 0,0 0,0 0,0 3. concrete plannen voor % 2,8 9,1 1,8 12,8 10,2 7,4 29,4 25,0 0,0 4. wens ooit % 5,6 9,1 9,1 21,3 10,2 18,1 11,8 0,0 25,0 5. (wellicht) nooit % 63,9 54,5 40,0 42,6 51,0 39,4 41,2 62,5 66,7 chi²(df): 60,238 (32) (p=0,002) Tabel 6.2: Diversifiëren door het opnemen van nieuwe bedrijfstakken of nieuwe teelten. 1. klein 2. middel- 3. groot 4. klein 5. middel- 6. groot 7. klein 8. middel- 9. groot gespecia- groot gespe- gespecia- gemengd groot gemengd verbreed groot verbreed liseerd cialiseerd liseerd gemengd verbreed 1. aanwezig en geen wijziging % 0,0 0,0 1,8 4,1 0,0 3,2 5,9 12,5 16,7 2. aanwezig en wel wijziging % 0,0 0,0 1,8 2,0 8,0 3,2 11,8 0,0 8,3 3. concrete plannen voor % 5,6 4,3 5,4 10,2 2,0 8,4 23,5 25,0 25,0 4. wens ooit % 25,0 17,4 32,1 32,7 28,0 34,7 29,4 37,5 25,0 5. (wellicht) nooit % 69,4 78,3 58,9 51,0 62,0 50,5 29,4 25,0 25,0 chi²(df): 52, 864 (32) (p= 0,012) 61

62 Tabel 6.3: Samenwerken met collega's 1. klein 2. middel- 3. groot 4. klein 5. middel- 6. groot 7. klein 8. middel- 9. groot gespeciagroot gespe- gespecia- gemengd groot gemengd verbreed groot verbreed liseerd cialiseerd liseerd gemengd verbreed 1. aanwezig en geen wijziging % 14,3 26,1 11,1 8,3 12,0 14,4 0,0 25,0 8,3 2. aanwezig en wel wijziging % 0,0 4,3 11,1 2,1 16,0 6,2 0,0 12,5 8,3 3. concrete plannen voor % 0,0 13,0 7,4 4,2 0,0 10,3 11,8 0,0 16,7 4. wens ooit % 28,6 39,1 40,7 60,4 42,0 35,1 52,9 37,5 58,3 5. (wellicht) nooit % 57,1 17,4 29,6 25,0 30,0 34,0 35,3 25,0 8,3 52,931 (32) (p= chi²(df): 0,011) Tabel 6.4: Het bedrijf geleidelijk afbouwen. 1. klein 2. middel- 3. groot 4. klein 5. middel- 6. groot 7. klein 8. middel- 9. groot gespecia- groot gespe- gespeia- gemengd groot gemengd verbreed groot verbreed liseerd cialiseerd liseerd gemengd verbreed 1. aanwezig en geen wijziging % 11,1 8,3 3,7 4,3 0,0 1,0 5,9 0,0 0,0 2. aanwezig en wel wijziging % 5,6 0,0 0,0 0,0 0,0 1,0 5,9 0,0 0,0 3. concrete plannen voor % 11,1 16,7 5,6 10,6 0,0 6,2 0,0 28,6 8,3 4. wens ooit % 8,3 16,7 7,4 14,9 12,0 9,4 23,5 0,0 16,7 5. (wellicht) nooit % 63,9 58,3 83,3 70,2 88,0 82,3 64,7 71,4 75,0 chi²(df): 47,185 (32) (p=0,041) 62

63 Tabel 6.5: Overstappen van landbouwer in hoofdberoep naar landbouwer in bijberoep. 1. klein 2. middel- 3. groot 4. klein 5. middel- 6. groot 7. klein 8. middel- 9. groot gespecia- groot gespe- gespecia- gemengd groot gemengd verbreed groot verbreed liseerd cialiseerd aliseerd gemengd verbreed 1. aanwezig en geen wijziging % 14,3 4,3 0,0 12,8 4,1 2,1 31,2 12,5 10,0 2. aanwezig en wel wijziging % 0,0 4,3 1,8 0,0 2,0 3,1 0,0 0,0 0,0 3. concrete plannen voor % 5,7 8,7 3,6 2,1 2,0 1,0 0,0 25,0 10,0 4. wens ooit % 5,7 0,0 3,6 6,4 6,1 3,1 0,0 12,5 20,0 5. (wellicht) nooit % 74,3 82,6 90,9 78,7 85,7 90,6 68,8 50,0 60,0 chi²(df): 60,818 (32) (p= 0,002) Tabel 6.6: Overstappen van landbouwer in bijberoep naar landbouwer in hoofdberoep. 1. klein 2. middel- 3. groot 4. klein 5. middel- 6. groot 7. klein 8. middel- 9. groot gespecia- groot gespe- gespeia- gemengd groot gemengd verbreed groot verbreed liseerd cialiseerd liseerd gemengd verbreed 1. aanwezig en geen wijziging % 8,8 40,0 13,5 7,1 16,3 13,1 12,5 0,0 0,0 2. aanwezig en wel wijziging % 0,0 0,0 1,9 2,4 0,0 2,4 0,0 0,0 0,0 3. concrete plannen voor % 5,9 5,0 0,0 7,1 0,0 2,4 12,5 25,0 0,0 4. wens ooit % 11,8 0,0 0,0 11,9 4,7 4,8 0,0 0,0 27,3 5. (wellicht) nooit % 73,5 55,0 84,6 71,4 79,1 77,4 75,0 75,0 72,7 58,074 (32) chi²(df): (p=0,003) 63

64 Analyse 20: houding ten aanzien van schaalvergroting; vergelijking landbouwers met bedrijfsopvolging en landbouwers zonder bedrijfsopvolging Hebben landbouwers zonder bedrijfsopvolging een andere houding ten aanzien van schaalvergroting dan landbouwers met bedrijfsopvolging? Om te kijken of er significante verschillen zijn tussen deze twee groepen, maken we gebruik van een anova-toets. Op de tabel in de volgende pagina is te zien dat er significante verschillen zijn tussen de groepen voor 3 van de 19 stellingen. We bespreken hieronder kort de stellingen: Stelling 4: Wie niet blijft investeren in nieuwe technologieën en milieuvriendelijke productiesystemen, zal 2020 niet halen. De significante verschillen bevinden zich tussen landbouwers met als opvolger het kind en iemand anders het kind en niemand De landbouwers waarvan hun kind de opvolger is, zijn het meer eens met deze stelling dan de andere landbouwers. Stelling 15: Ik heb er geen problemen mee dat binnen mijn sector de boeren en tuinders rechtstreeks contracten afsluiten met grootwarenhuizen en grootdistributie. De significante verschillen bevinden zich tussen landbouwers die geen opvolger hebben en landbouwers die hun kind of iemand anders als opvolger hebben of nog geen idee hebben over de opvolging. De landbouwers die geen opvolger hebben, zijn het minder eens met deze stelling dan de andere landbouwers. Factor 1 (stelling 18): Schaalvergroting is een positieve zaak De significante verschillen bevinden zich tussen landbouwers die geen opvolger hebben en landbouwers waarvan het kind de opvolger is. De landbouwers die geen opvolger hebben, zijn het minder eens met deze stelling dan de andere landbouwers. 64

65 Analyse 21: houding ten aanzien van de rol van de overheid; vergelijking landbouwers met bedrijfsopvolging en landbouwers zonder bedrijfsopvolging Hebben landbouwers zonder bedrijfsopvolging een andere houding ten aanzien van de rol van de overheid dan landbouwers met bedrijfsopvolging? Om te kijken of er significante verschillen zijn tussen deze twee groepen, maken we gebruik van een anova-toets. We zien echter dat er geen significante verschillen zijn op onze 17 stellingen in verband met de rol van de overheid. De tabel is te vinden in de bijlage. 65

66 Tabel 18 : verschillen in algemene vragen betreffende schaalvergroting tussen landbouwers met bedrijfsopvolging en landbouwers zonder bedrijfsopvolging 1. kind als opvolger 2. iemand anders 3. geen opvolging 4. geen idee over F (df) als opvolger opvolging 1. Schaalvergroting is niet 3,01 3,25 2,87 2,95 0,258 (3) nodig om mijn bedrijf te laten overleven op lange termijn 2. Door de toenemende schaal 4,65 4,50 4,62 4,59 0,179 (3) vergroting wordt de land- en tuinbouw een kapitaalsintensieve sector 3. De afbakening van ha 2,94 1,75 2,81 2,89 1,417 (3) agrarisch gebied zal onze landbouwgrond het komende decennium veilig stellen. 4. Wie niet blijft investeren 3,58 3,00 3,11 3,27 3,320 (3) * in nieuwe technologieën en milieuvriendelijke productiesystemen, zal 2020 niet halen. 5. Voor nieuwe grondloze 2,86 2,50 2,70 2,45 2,552 (3) veeteeltbedrijven dient de overheid in de toekomst aparte gebieden aan te duiden. 6. De afbakening van glastuin- 2,99 3,25 2,98 2,93 0,187 (3) bouwzones is nodig om de glastuinbouwsector op lange termijn te laten overleven in Vlaanderen 7. Land- en tuinbouwers zullen 4,20 4,00 4,11 4,19 0,360 (3) meer managementvaardigheden nodig hebben indien zij hun bedrijf wensen uit te breiden. 8. De versnippering van Vlaanderen 3,37 3,50 3,50 3,43 0,252 (3) maakt in de toekomst een rendabele akkerbouw mogelijk. 9. Groei is enkel mogelijk als er ook 3,86 3,25 4,07 3,85 2,476 (3) aan afzetzijde extra mogelijkheden worden gecreëerd. 10. Nevenberoepers vormen in mijn 2,97 2,25 2,87 2,90 0,569 (3) sector een rem op de ontwikkeling 66

67 11. Landbouwers moeten vaker 3,57 3,50 3,50 3,56 0,130 (3) machines delen om de kosten op hun bedrijf te verlagen. 12. Thuisverwerking moet inzake 3,63 3,50 3,65 3,55 0,266 (3) hygiëne-eisen kunnen rekenen op een soepeler wettelijk kader dan de grote verwerkende industrieën. 13. Contraproductie zal binnen mijn 2,97 3,00 3,23 2,99 1,178 (3) sector steeds belangrijker worden. 14. Meer samenwerking zowel tussen 3,94 4,50 3,93 3,81 1,138 (3) individuele land- en tuinbouwers als binnen de keten versterkt de positie van de boer tegenover grootdistributie en multinationals. 15. Ik heb er geen moeite mee dat 3,27 4,50 2,97 3,30 3,405 (3) * binnen mijn sector de boeren en tuinders rechtstreeks contracten afsluiten met grootwarenhuizen en grootdistributie. 16. De huidige sanitaire verplichtingen 3,13 3,75 3,50 3,28 1,764 (3) zijn veel te streng en ondermijnen het voortbestaan van de sector. 17. Toenemende buurtprotesten 3,86 4,25 3,97 3,78 0,401 (3) zetten een rem op de schaalvergroting in de land- en tuinbouw. 18. Schaalvergroting is een 2,90 2,71 2,58 2,78 2,650 (3)* positieve zaak 19. Focus op diversificatie en 3,14 2,94 3,07 3,09 0,221 (3) lokale landbouw. *=p<0,05; **=p<0,01; ***=p<0,001 67

68 3 Conclusie Het belang van de landbouw voor een land kan niet ontkend worden. Een goed landbouwbeleid is daarom essentieel. Het beleid zoals we die vandaag kennen, heeft intussen een lange geschiedenis en de Vlaamse land- en tuinbouwers worden gestuurd vanuit verschillende niveaus. Op globaal niveau hebben 157 landen zich verenigd in de Wereldhandelsorganisatie met als doel de internationale handel te stimuleren. Ook op het gebied van landbouw wordt steeds gezocht naar manieren om de handel wereldwijd te optimaliseren. De Europese Unie voorziet op Europees niveau via het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid een algemeen kader voor de verschillende Europese landen. In België is landbouw hoofdzakelijk een aangelegenheid van de gemeenschappen. Zo heeft Vlaanderen sinds 2000 een eigen landbouwbeleid dat volgens Europese richtlijnen is opgesteld. De schaalvergroting heeft in Vlaanderen geleidelijk aan zijn intrede gedaan in de landbouwsector. Vandaag de dag kan niet langer ontkend worden dat bedrijven nood hebben aan een grotere productie en meer landbouwgrond dan voorheen om te overleven. Het proces van schaalvergroting zal zich de komende jaren verder voortzetten. Verder onderzoek naar dit gegeven is bijgevolg vereist. Aan de hand van een online vragenlijst die naar alle Vlaamse geregistreerde land- en tuinbouwers werd verstuurd, wordt gepoogd een zicht te krijgen op de huidige situatie in de landbouwsector en de houding van de landbouwers ten aanzien van de schaalvergroting. Vooral de grote bedrijven zien schaalvergroting als een positieve zaak, terwijl de kleine bedrijven en landbouwers die geen opvolging voor hun bedrijf hebben dit eerder als negatief ervaren. We zien dat voornamelijk de kleine bedrijven en de middelgrote verbrede bedrijven vinden dat de overheid schaalvergroting in de landbouw moet tegengaan. In tegenstelling tot de grote gemengde bedrijven willen de kleine verbrede bedrijven meer focussen op diversificatie en lokale landbouw. Landbouwers in bijberoep en hoger opgeleide landbouwers zijn het ook meer eens met een focus op diversificatie en lokale landbouw dan landbouwers in hoofdberoep en lager opgeleide landbouwers. Niet verbrede bedrijven en landbouwers in hoofdberoep zien nevenberoepers meer als een bedreiging voor de verdere ontwikkeling van hun landbouwbedrijf dan de verbrede bedrijven en landbouwers in bijberoep. Op de verbrede bedrijven is vooral de verkoop van eigen producten op de hoeve populair. 68

69 Als we kijken naar de omvang van het bedrijf van de landbouwer zoals die nu is, zoals die volgens de landbouwer zou moeten zijn om te overleven, en zoals die binnen tien jaar zou moeten zijn, zien we dat de landbouwers voor bijna alle specialisaties van mening zijn dat de omvang van hun bedrijf op dit moment te klein is om van te overleven. De landbouwers willen de productie op hun bedrijf binnen tien jaar zien stijgen tegenover de productie vandaag. Dit is voornamelijk het geval voor melkkoeien, vleesvee, akkerbouw, zeugen, vleesvarkens en pluimvee. Enkel bij glasgroenten willen de meeste landbouwers hun productie afbouwen en investeren in andere zaken. Landbouwers zonder bedrijfsopvolging hebben de voorbije 5 jaar minder geïnvesteerd en zullen ook minder investeren in de toekomst dan landbouwers die wel opvolgers voor hun bedrijf hebben. Grote bedrijven overwegen de komende tien jaar meer belangrijke veranderingen aan te brengen in hun bedrijf dan kleine bedrijven. Gemengde bedrijven hebben volgens onze resultaten meer nood aan bijkomende gronden dan gespecialiseerde bedrijven. Kleine verbrede bedrijven en landbouwers in bijberoep zijn meer gericht op duurzame steun van de overheid dan middelgrote gespecialiseerde bedrijven en landbouwers in hoofdberoep. De middelgrote gespecialiseerde, grote gespecialiseerde en grote gemengde bedrijven zijn, meer dan de kleine gemengde bedrijven, van mening dat de overheid de minder toekomstgerichte land- en tuinbouwers moet stimuleren uit de sector te stappen. Landbouwers in hoofdberoep zijn het meer dan landbouwers in bijberoep eens met de stelling dat jongeren met onvoldoende toekomstkansen een startverbod moeten krijgen. Vooral landbouwers in hoofdberoep vinden dat pensioenboeren geen subsidies meer mogen krijgen. Kleine bedrijven en landbouwers in bijberoep vinden dat landbouwers in bijberoep evenveel VLIF- steun moeten ontvangen als landbouwers in hoofdberoep. Landbouwers met een lager diploma zijn van mening toegedaan dan de versnippering in Vlaanderen een rendabele akkerbouw onmogelijk maakt. Landbouwers met een hoger diploma zien contractproductie in de sector belangrijker worden. Vooral vrouwen vinden dat groei enkel mogelijk is als er aan de afzetzijde extra mogelijkheden worden gecreëerd en zij zien, meer dan mannen, contractproductie binnen de sector belangrijker worden. Vrouwen streven meer dan mannen naar het behoud van zoveel mogelijk land- en tuinbouwbedrijven. Uit de ondervraging blijkt ook dat gemengde bedrijven en kleine verbrede bedrijven meer te maken hebben met stress dan de andere landbouwbedrijven. 69

70 De land- en tuinbouwers zijn zich bewust van de schaalvergroting in de sector. Voornamelijk de kleine en gespecialiseerde bedrijven voelen zich hierdoor bedreigd en wensen meer maatregelen van de overheid voor het behoud van kleine familiebedrijven. De kleine bedrijven beseffen dat uitbreiden nodig is om te overleven, zolang er niet meer steun van de overheid komt. De grote bedrijven zijn van mening dat de overheid geen maatregelen mag treffen om de schaalvergroting tegen te gaan. 70

71 4 Aanbevelingen Op basis van de conclusies van dit onderzoek en de algemene analyses willen we een aantal aanbevelingen formuleren naar het beleid. Enerzijds signaleert deze studie een reeks aandachtspunten op beleidsvlak zelf, anderzijds is er ook nood aan een duidelijke communicatie over dit beleid. A. Beleidsmatige aanbevelingen - Opleiding/bijscholing: Uit dit onderzoek blijkt duidelijk dat de boer van mening is dat door de toenemende grootte van de landbouwbedrijven er steeds meer nood is aan echte managementvaardigheden bij de bedrijfsleider. De kapitaalsintensiviteit en de risico s verbonden aan schaalvergroting worden immers als groot gepercipieerd. De vraag die moet gesteld worden is of het huidige land- en tuinbouwonderwijs voldoende rekening houdt met deze evolutie. Economische en boekhoudkundige kennis zijn naast technische vaardigheden een must voor landbouwers van de toekomst. Maar ook de landbouwers van vandaag moeten de kans krijgen om meer inzicht te krijgen in bedrijfsmanagement, bijvoorbeeld door bijscholing of voorlichtingsvergaderingen. Inzetten op managementvaardigheden en economische en financiële kennis van land- en tuinbouwers is een must. - Steun aan landbouwbedrijven: Overheidssteun blijft volgens een meerderheid van de land- en tuinbouwers nodig om de toekomst van de Vlaamse landbouw veilig te stellen. Toch kan die steun niet zomaar onbeperkt en aan iedereen uitgekeerd worden. Driekwart van de landbouwers vindt subsidies voor pensioenboeren overbodig. Voor landbouwers in bijberoep is de mening iets genuanceerder, maar toch is slechts een minderheid van mening dat zij evenveel steun moeten krijgen als landbouwers in hoofdberoep. Wanneer investeringssteun enkel gericht is op schaalvergroting vindt bijna de helft van de landbouwers dat die door de overheid moet afgebouwd worden. Ook zijn heel wat landbouwers te vinden om die steun te beperken tot een bepaalde bedrijfsgrootte. Over steun voor nevenactiviteiten zoals hoeveverkoop, hoevetoerisme of thuisverwerking zijn de meningen verdeeld, maar toch blijft een kleine meerderheid ervan overtuigd dat dit overheidssteun verdient. Overheidssteun moet er vooral op gericht zijn de sector duurzamer te maken. Waar de Europese steun de laatste jaren steeds afneemt, vindt de Vlaamse landbouwer dat de overheid dit moet kunnen compenseren via eigen Vlaamse subsidies. 71

72 Net zoals de meerderheid het vanzelfsprekend vindt dat bij sanitaire crisissen, zoals onlangs de besmetting met de EHEC-bacterie, de overheid financieel moet tussen komen. Financiële steun van de overheid is nodig, maar die moet gericht ingezet worden. Investeringssteun uitsluitend gericht op schaalvergroting moet in vraag durven gesteld worden. - Beschikbaarheid van grond: De beschikbaarheid en de prijs van grond is volgens de Vlaamse boeren een belangrijke rem voor groei. Ruim de helft van de ondervraagde boeren geeft aan nood te hebben aan bijkomende gronden, gemiddeld gaat het om zo n 25 hectare extra grond per bedrijf. In het sterk verstedelijkte Vlaanderen lijkt de boer ervan overtuigd dat de landbouwbestemming van grond steeds meer onder druk komt te staan. Ruim vier op tien landbouwers is er ook van overtuigd dat de afbakening van landbouwgrond in het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen geen zekerheid geeft dat deze grond ook op langere termijn voor de landbouw beschikbaar blijft. Er is dus duidelijk nood aan meer rechtszekerheid. In het verleden zorgden wisselende beleidsvisies er meer dan eens voor dat landbouwgrond werd opgeofferd voor natuur, bebouwing of industrie. Een lange termijnvisie is onontbeerlijk. Ook de versnippering van landbouwgrond in het sterk verstedelijkte Vlaanderen zorgt voor druk op de rendabiliteit van landbouwbedrijven. Een beleid dat deze knelpunten aanpakt, is nodig. Volgens een meerderheid van de boeren is daarbij een versoepeling van de pachtwetgeving aan de orde om zo grondeigenaars te stimuleren om hun gronden te verpachten. Landbouwers vragen meer rechtszekerheid over de landbouwbestemming van grond. Een hervorming van de pachtwetgeving is aan de orde. Prijsvolatiliteit: Naast grond wordt prijsvolatiliteit en alles wat erbij komt kijken als een tweede belangrijke rem voor groei gezien. Zowel de stijgende kosten als het huidig prijsniveau van landbouwproducten worden genoemd in de top vijf van grootste belemmeringen. Die prijsvolatiliteit zorgt er ook voor dat boeren van mening zijn dat de toenemende schaalvergroting onverantwoorde risico s met zich meebrengt. Met een goed verzekeringssysteem dat risico s helpt afdekken, zijn landbouwers eerder geneigd om hun bedrijf te laten groeien. Een andere manier om zich in te dekken tegen die schommelende prijzen voor landbouwproducten, is het afsluiten van contracten met industrie of groothandel. 72

73 Een kleine meerderheid, vooral landbouwers met een hoger diploma, heeft geen moeite met deze contractproductie, zij zien contractproductie dan ook belangrijker worden. Door de liberalisering van de landbouwmarkten is er nood aan alternatieven om de prijsvolatiliteit onder controle te krijgen. De overheid moet een kader scheppen waarbinnen systemen zoals risicobeheersing op poten kunnen gezet worden. - Samenwerking: Een ander aandachtspunt is samenwerking tussen individuele landbouwers en binnen de keten. Dit is voor een ruime meerderheid van de boeren een manier om meer marktmacht te verwerven. De macht van de grootdistributie wordt immers ook als een belangrijke rem gezien op de groei van het bedrijf. Een voorbeeld van samenwerking tussen landbouwers onderling is het delen van machines om zo de kosten te verlagen. De overheid moet die samenwerking faciliteren. Bovendien moet ze ook een waakhondfunctie vervullen in de keten. Individuele landbouwers hebben het laatste schakel in de keten vaak moeilijk om een correcte prijs te ontvangen voor hun producten. - Schaalvergroting is slechts één van de mogelijke strategieën: Hoewel bijna alle landbouwers van mening zijn dat hun bedrijf moet groeien om over tien jaar nog te bestaan, wordt schaalvergroting zeker niet als zaligmakende strategie gezien. Het is wel zo dat de grote bedrijven meer heil zien in schaalvergroting dan de kleine bedrijven, vooral omdat het tot meer efficiëntie leidt. Maar een ruime meerderheid is er ook van overtuigd dat schaalvergroting de boer dwingt tot het nemen van onverantwoorde risico s. Het besef is groot dat groei enkel mogelijk is als aan de afzetzijde ook nieuwe mogelijkheden worden gecreëerd. Landbouwers zijn van mening dat nevenactiviteiten zoals hoeveverkoop of toerisme voor een stijgend aantal bedrijven een bijkomend inkomen zal opleveren. Maar dat betekent niet dat de toekomst van de Vlaamse landbouw eerder ligt in de rechtstreekse verkoop aan de consument dan in de productie voor groothandel en industrie. Beide verkoopskanalen hebben hun bestaansrecht. Investeren in nieuwe technologieën en milieuvriendelijke productiesystemen is eerder een noodzaak om het landbouwbedrijf te laten overleven, dan enkel investeren met oog op schaalvergroting. Aandacht voor alle vormen van landbouw bij het uitstippelen van het beleid is aan de orde. 73

74 - Aandacht voor het gezinsbedrijf: Bijna driekwart van de landbouwers ziet het gezinsbedrijf als de beste garantie voor een toekomstgerichte landbouw. Voor de Vlaamse land- en tuinbouw die sterk op familiale leest is geschoeid, is het dus belangrijk dat schaalvergroting geen bedreiging vormt voor familiale landbouw. Daarbij moet er ook voldoende aandacht gaan naar de financiële draagkracht van zo n gezinsbedrijven. Dit zou een belangrijke toetssteen moeten zijn bij beleidsbeslissingen. Aftoetsen welke invloed beleidsmaatregelen op de leefbaarheid van familiale bedrijven hebben, is nodig. 74

75 B. Communicatieve aanbevelingen - Hou de sector een spiegel voor! Dit rapport bevat heel wat stof tot zelfreflectie voor de landbouwsector. Landbouwers moeten beseffen dat schaalvergroting geen zaligmakende manier is om hun bedrijf te laten overleven. Gezien de kapitaalsintensiviteit van de landbouw is voorzichtigheid geen overbodige luxe. De resultaten van dit onderzoek kunnen een breed debat over schaalvergroting in de landbouw en de rol van de overheid in gang zetten. Om de resultaten van deze studie tot bij de landbouwers te brengen, is het nodig om ervoor te zorgen dat ze worden opgenomen in vakbladen. Daarnaast kunnen studievergaderingen georganiseerd worden via de voorlichtingsdiensten van de overheid eventueel in samenwerking met de landbouworganisaties om het debat over schaalvergroting echt op gang te brengen. - Promoot samenwerking! Samenwerking wordt gezien als een belangrijke manier om meer marktmacht te verwerven voor de individuele landbouwer. Bovendien kan het een alternatief vormen voor schaalvergroting op bedrijfsniveau. Aangezien heel wat landbouwers onafhankelijkheid hoog in het vaandel dragen, is dit een aandachtspunt voor het beleid, zeker nu de rechtstreekse inkomenssteun meer dan ooit onder druk staat en de landbouwmarkten steeds verder geliberaliseerd worden. Op die manier kan samenwerking een manier zijn om kosten te besparen en om een faire vergoeding uit de markt te halen. Steun initiatieven die aanzetten tot samenwerking, zoals gezamenlijke leertrajecten, machineringen, aan- en verkooporganisaties,enz. Ook samenwerkingsinitiatieven binnen de keten moeten aangemoedigd worden. Daarbij is er nood aan een wettelijk kader om die samenwerking mogelijk te maken, zoals uitzondering op de mededingingswetgeving, enz. 75

76 - Benadruk naast schaalvergroting ook andere groeistrategieën! Schaalvergroting is slechts één van de mogelijke pistes om een land- of tuinbouwbedrijf leefbaar te houden. Verbreding van de activiteiten of samenwerking tussen landbouwbedrijven zijn evenwaardige pistes. Zorg dat er binnen het beleid voldoende impulsen gegeven worden zodat landbouwbedrijven zelf kunnen kiezen welke strategie het beste bij hun bedrijf past. Binnen de landbouwsector ligt de nadruk vaak op schaalvergroting, terwijl buiten de sector verbreding meer sympathie oproept. Door evenveel aandacht te besteden aan al deze strategieën in de communicatie kan er een landbouw ontstaan met vele gezichten, zowel naar identiteit als naar perceptie. - Communiceer met het brede publiek! Het not in my backyard -syndroom (NIMBY) is ook in de landbouwsector geen onbekende. Buurtprotesten bij uitbreiding van een land- of tuinbouwbedrijf of bij het opstarten van nieuwe ( vaak milieuvriendelijke) initiatieven zoals mestverwerking, zijn allesbehalve uitzonderingen. Vaak is onwetendheid hierbij een belangrijke factor. Correcte en genuanceerde informatie en communicatie zijn nodig om meer begrip voor de sector op te wekken bij het brede publiek. Net zoals de rest van de maatschappij staat ook de landbouw niet stil. De boer op klompen die tien koeien en twee hectare grond bewerkt, is al lang verleden tijd. Een hedendaags landbouwer is een ondernemer die met de meest geavanceerde technieken zijn akkers bewerkt en zijn dieren verzorgt. GPS, computersturing van stallen, melkrobots, enz. zijn niet langer science fiction, maar zorgen ervoor dat een boer nog nauwgezetter dan vroeger zijn dieren en gewassen van zeer kortbij kan opvolgen. Opendeurdagen op moderne landbouwbedrijven zijn een goede manier om het beeld dat het brede publiek heeft van land- en tuinbouw bij te stellen. De landbouwsector is niet alleen belangrijk voor onze voedselvoorziening, maar ook voor de nationale economie is het belang niet te onderschatten. Net zoals het feit dat landbouw direct en indirect heel wat Belgen een job verschaft. Benadruk dit in de communicatie zodat vooroordelen over de sector uit de weg worden geruimd. 76

77 5 Bijlage 5.1 Bijlage analyses algemeen Analyse 1: beschrijving steekproef, algemene stellingen over schaalvergroting (uitgedrukt in procenten) 1. Schaalvergroting is niet nodig om mijn bedrijf te laten overleven op lange termijn. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 72 16,7 16,7 16,7 oneens ,4 27,4 44,2 Valid neutraal 78 18,1 18,1 62,3 eens ,7 23,7 86,0 helemaal eens 60 14,0 14,0 100,0 Total ,0 100,0 77

78 2. Door de toenemende schaalvergroting wordt de land- en tuinbouw een kapitaalsintensieve sector. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 2,5,5,5 oneens 6 1,4 1,4 1,9 Valid neutraal 6 1,4 1,4 3,3 eens ,0 30,0 33,3 helemaal eens ,7 66,7 100,0 Total ,0 100,0 78

79 3. Alleen als er minder en grotere bedrijven komen zal Vlaanderen mee kunnen in een vrije wereldmarkt. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 79 18,3 18,3 18,3 oneens ,3 28,3 46,6 Valid neutraal ,3 28,3 74,9 eens 73 16,9 16,9 91,9 helemaal eens 35 8,1 8,1 100,0 Total ,0 100,0 79

80 4. Land- en tuinbouwbedrijven moeten binnen de wettelijke grenzen onbeperkt kunnen groeien. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 57 13,3 13,3 13,3 oneens 76 17,7 17,7 30,9 Valid neutraal 90 20,9 20,9 51,9 eens ,9 30,9 82,8 helemaal eens 74 17,2 17,2 100,0 Total ,0 100,0 80

81 5. Schaalvergroting leidt tot meer efficiëntie. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 26 6,0 6,0 6,0 oneens 97 22,6 22,6 28,6 Valid neutraal 99 23,0 23,0 51,6 eens ,7 33,7 85,3 helemaal eens 63 14,7 14,7 100,0 Total ,0 100,0 81

82 6.De toekomst van de Vlaamse land- en tuinbouw ligt veel meer in de verkoop rechtstreeks aan de consument of via een korte keten, dan in de productie voor groothandel en industrie. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 38 8,8 8,8 8,8 oneens ,2 26,2 35,0 Valid neutraal ,1 28,1 63,1 eens ,6 24,6 87,7 helemaal eens 53 12,3 12,3 100,0 Total ,0 100,0 82

83 7. Nevenactiviteiten zoals thuisverkoop, eigen verwerking en hoevetoerisme zullen voor een stijgend aantal bedrijven een bijkomend inkomen opleveren. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 20 4,6 4,6 4,6 oneens 48 11,1 11,1 15,8 Valid neutraal ,6 24,6 40,4 eens ,8 47,8 88,2 helemaal eens 51 11,8 11,8 100,0 Total ,0 100,0 83

84 8. Veeteeltbedrijven die hun mest op een verantwoordelijke manier afzetten of verwerken, mogen zonder enige beperking verder blijven groeien. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 54 12,6 12,6 12,6 oneens 91 21,2 21,2 33,7 Valid neutraal 67 15,6 15,6 49,3 eens ,3 33,3 82,6 helemaal eens 75 17,4 17,4 100,0 Total ,0 100,0 84

85 9. De afbakening van ha agrarisch gebied zal onze landbouwgrond het komende decennium veilig stellen. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 54 12,6 12,6 12,6 oneens ,3 28,3 40,9 Valid neutraal ,2 26,2 67,1 eens ,8 23,8 90,9 helemaal eens 39 9,1 9,1 100,0 Total ,0 100,0 85

86 10. Wie niet blijft investeren in nieuwe technologieën en milieuvriendelijke productiesystemen, zal 2020 niet halen. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 24 5,6 5,6 5,6 oneens 80 18,6 18,6 24,2 Valid neutraal ,2 25,2 49,4 eens ,9 42,9 92,3 helemaal eens 33 7,7 7,7 100,0 Total ,0 100,0 86

87 11. Voor nieuwe grondloze veeteeltbedrijven dient de overheid in de toekomst aparte gebieden aan te duiden. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 83 19,3 19,3 19,3 oneens ,5 28,5 47,8 Valid neutraal ,4 27,4 75,2 eens 71 16,5 16,5 91,6 helemaal eens 36 8,4 8,4 100,0 Total ,0 100,0 87

88 12. De afbakening van glastuinbouwzones is nodig om de glastuinbouwsector op lange termijn te laten overleven in Vlaanderen. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 52 12,1 12,1 12,1 oneens 60 14,0 14,0 26,2 Valid neutraal ,8 41,8 68,0 eens ,4 26,4 94,4 helemaal eens 24 5,6 5,6 100,0 Total ,0 100,0 88

89 13. Het gezinsbedrijf blijft de beste garantie voor een toekomstgerichte landbouw. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 9 2,1 2,1 2,1 oneens 32 7,4 7,4 9,5 Valid neutraal 79 18,4 18,4 27,9 eens ,4 34,4 62,3 helemaal eens ,7 37,7 100,0 Total ,0 100,0 89

90 14. Land- en tuinbouwers zullen meer managementvaardigheden nodig hebben indien zij hun bedrijf wensen uit te breiden. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 4,9,9,9 oneens 9 2,1 2,1 3,0 Valid neutraal 37 8,6 8,6 11,6 eens ,7 54,7 66,3 helemaal eens ,7 33,7 100,0 Total ,0 100,0 90

91 15. De versnippering van Vlaanderen maakt in de toekomst een rendabele akkerbouw onmogelijk. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 13 3,0 3,0 3,0 oneens 68 15,9 15,9 18,9 Valid neutraal ,3 26,3 45,2 eens ,0 42,0 87,2 helemaal eens 55 12,8 12,8 100,0 Total ,0 100,0 91

92 16. Groei is enkel mogelijk als er ook aan afzetzijde extra mogelijkheden worden gecreëerd. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 5 1,2 1,2 1,2 oneens 26 6,1 6,1 7,2 Valid neutraal 67 15,6 15,6 22,8 eens ,6 56,6 79,5 helemaal eens 88 20,5 20,5 100,0 Total ,0 100,0 92

93 17. Meer toerisme op het platteland biedt nieuwe kansen voor de land- en tuinbouw. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 39 9,1 9,1 9,1 oneens ,4 24,4 33,5 Valid neutraal ,9 31,9 65,3 eens ,5 30,5 95,8 helemaal eens 18 4,2 4,2 100,0 Total ,0 100,0 93

94 18. Nevenberoepers vormen in mijn sector een rem op de verdere ontwikkeling. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 48 11,2 11,2 11,2 oneens ,0 29,0 40,3 Valid neutraal ,5 29,5 69,8 eens 90 21,1 21,1 90,9 helemaal eens 39 9,1 9,1 100,0 Total ,0 100,0 94

95 19. Landbouwers moeten vaker machines delen om de kosten op hun bedrijf te verlagen. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 10 2,3 2,3 2,3 oneens 49 11,4 11,4 13,7 Valid neutraal ,3 26,3 40,0 eens ,3 45,3 85,3 helemaal eens 63 14,7 14,7 100,0 Total ,0 100,0 95

96 20.Mijn sector is te veel gericht op de traditionele teelten en rassen, en heeft dringend nood aan vernieuwing om te overleven. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 26 6,1 6,1 6,1 oneens ,0 31,0 37,1 Valid neutraal ,3 34,3 71,3 eens ,9 24,9 96,3 helemaal eens 16 3,7 3,7 100,0 Total ,0 100,0 96

97 21. Thuisverwerking moet inzake hygiëne-eisen kunnen rekenen op een soepeler wettelijk kader dan grote verwerkende industrieën. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 18 4,2 4,2 4,2 oneens 61 14,2 14,2 18,4 Valid neutraal 96 22,3 22,3 40,7 eens ,0 37,0 77,7 helemaal eens 96 22,3 22,3 100,0 Total ,0 100,0 97

98 22.Contractproductie zal binnen mijn sector steeds belangrijker worden. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 41 9,6 9,6 9,6 oneens 95 22,1 22,1 31,7 Valid neutraal ,3 27,3 59,0 eens ,3 34,3 93,2 helemaal eens 29 6,8 6,8 100,0 Total ,0 100,0 98

99 23. Meer samenwerking zowel tussen individuele land-en tuinbouwers als binnen de keten versterkt de positie van de boer tegenover grootdistributie en multinationals. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 8 1,9 1,9 1,9 oneens 34 7,9 7,9 9,8 Valid neutraal 57 13,3 13,3 23,1 eens ,1 52,1 75,2 helemaal eens ,8 24,8 100,0 Total ,0 100,0 99

100 24. Ik heb er geen moeite mee dat binnen mijn sector de boeren en tuinders rechtstreeks contracten afsluiten met grootwarenhuizen en grootdistributie. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 50 11,8 11,8 11,8 oneens 68 16,0 16,0 27,8 Valid neutraal ,5 23,5 51,3 eens ,4 37,4 88,7 helemaal eens 48 11,3 11,3 100,0 Total ,0 100,0 100

101 25. Schaalvergroting is de enige manier om meer marktmacht te verwerven. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 81 18,8 18,8 18,8 oneens ,8 29,8 48,6 Valid neutraal 95 22,1 22,1 70,7 eens 98 22,8 22,8 93,5 helemaal eens 28 6,5 6,5 100,0 Total ,0 100,0 101

102 26.De huidige sanitaire verplichtingen zijn veel te streng en ondermijnen het voortbestaan van de sector. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 28 6,6 6,6 6,6 oneens 82 19,3 19,3 25,9 Valid neutraal ,1 28,1 54,0 eens ,8 28,8 82,8 helemaal eens 73 17,2 17,2 100,0 Total ,0 100,0 102

103 27. De schaalvergroting in de land- en tuinbouwsector dwingt landbouwers tot het nemen van onverantwoorde risico s. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 10 2,3 2,3 2,3 oneens 59 13,8 13,8 16,1 Valid neutraal 64 14,9 14,9 31,0 eens ,8 36,8 67,8 helemaal eens ,2 32,2 100,0 Total ,0 100,0 103

104 28. Toenemende buurtprotesten zetten een rem op de schaalvergroting in de land- en tuinbouw. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 7 1,6 1,6 1,6 oneens 34 8,0 8,0 9,6 Valid neutraal ,8 25,8 35,4 eens ,8 36,8 72,1 helemaal eens ,9 27,9 100,0 Total ,0 100,0 104

105 Analyse 2: beschrijving steekproef, investeringen de afgelopen 5 jaar investering grond Frequency Valid Cumulative Valid ja ,3 100,0 100,0 Missing System ,7 Total ,0 105

106 investering toeslagrechten Frequency Valid Cumulative Valid ja 84 19,4 100,0 100,0 Missing System ,6 Total ,0 106

107 investering melkquotum Frequency Valid Cumulative Valid ja 95 22,0 100,0 100,0 Missing System ,0 Total ,0 107

108 investering NER's Frequency Valid Cumulative Valid ja ,4 100,0 100,0 Missing System ,6 Total ,0 108

109 investering loods Frequency Valid Cumulative Valid ja ,6 100,0 100,0 Missing System ,4 Total ,0 109

110 investering stal of stalinrichting Frequency Valid Cumulative Valid ja ,2 100,0 100,0 Missing System ,8 Total ,0 110

111 investering machines Frequency Valid Cumulative Valid ja ,0 100,0 100,0 Missing System ,0 Total ,0 111

112 investering serres Frequency Valid Cumulative Valid ja 16 3,7 100,0 100,0 Missing System ,3 Total ,0 112

113 investering groene energie Frequency Valid Cumulative Valid ja ,0 100,0 100,0 Missing System ,0 Total ,0 113

114 investering andere Frequency Valid Cumulative Valid ja 55 12,7 100,0 100,0 Missing System ,3 Total ,0 114

115 investering suikerquotum Frequency Valid Cumulative Valid ja 34 7,9 100,0 100,0 Missing System ,1 Total ,0 115

116 Analyse 3: gemiddelde grootte van de investeringen de afgelopen 5 jaar (uitgedrukt in mediaan) Statistics grond: toeslagrecht melkquotum: suikerquotu NER's: andere: hoeveel en: hoeveel? hoeveel m: hoeveel hoeveel en specificeer hectare? liter? ton? voor welke dieren? Valid N Missing Median 5,00 7, ,00 90, , ,00 116

117 Analyse 4: om welk soort investeringen gaat het? (uitgedrukt in procenten) Is de loods een vervanginsinvestering, een nieuwe investering of allebei? 117

118 Frequency Valid Cumulative vervangingsinvestering 9 9,1 9,1 9,1 Valid nieuwe investering 57 57,6 57,6 66,7 allebei 33 33,3 33,3 100,0 Total ,0 100,0 Zijn de machines een vervanginsinvestering, een nieuwe investering of allebei? Frequency Valid Cumulative vervangingsinvestering ,6 38,6 38,6 Valid nieuwe investering 55 19,6 19,6 58,2 allebei ,8 41,8 100,0 118

119 Total ,0 100,0 Zijn de serres een vervanginsinvestering, een nieuwe investering of allebei? Frequency Valid Cumulative vervangingsinvestering 3 20,0 20,0 20,0 Valid nieuwe investering 11 73,3 73,3 93,3 allebei 1 6,7 6,7 100,0 Total ,0 100,0 119

120 Is de stal of stalinrichting een vervanginsinvestering, een nieuwe investering of allebei? Frequency Valid Cumulative vervangingsinvestering 60 26,5 26,5 26,5 Valid nieuwe investering 78 34,5 34,5 61,1 allebei 88 38,9 38,9 100,0 Total ,0 100,0 120

121 groene energie: specificeer Frequency Valid Cumulative zonnepanelen ,0 78,0 78,0 wkk-installatie 8 4,9 4,9 82,9 Valid mestverwerkingsinstallatie 9 5,5 5,5 88,4 andere 19 11,6 11,6 100,0 Total ,0 100,0 121

122 Analyse 5: beschrijving steekproef, akkers en weilanden momenteel in eigendom, in pacht en onder kortlopend contract? (uitgedrukt in gemiddelde en mediaan) Gemiddelde: Descriptive Statistics N Mean Std. Deviation aantal hectare in eigendom ,50 17,659 aantal hectare in pacht ,24 29,103 aantal hectare onder kortlopend contract ,10 70,924 aantal hectare gratis in gebruik 187 3,48 11,696 Valid N (listwise) 126 Mediaan: Statistics aantal hectare aantal hectare aantal hectare aantal hectare in eigendom in pacht onder gratis in gebruik kortlopend contract Valid N Missing Median 10,00 18,00 2,00,00 122

123 Analyse 6: beschrijving steekproef, situatie grond op het bedrijf (uitgedrukt in procenten) mijn bedrijf heeft net voldoende gronden, nood aan bijkomende of kan het met minder stellen Frequency Valid Cumulative Valid Mijn bedrijf heeft NET VOLDOENDE gronden ,1 41,1 41,1 123

124 Mijn bedrijf heeft nood aan BIJKOMENDE grondenhoeveel hectare? Mijn bedrijf kan het stellen MET MINDER grondenhoeveel hectare? ,4 54,4 95,5 18 4,5 4,5 100,0 Total ,0 100,0 Gemiddelde en mediaan: bijkomende grond Statistics Valid 152 N Missing 64 Mean 25,45 Median 20,00 Gemiddelde en mediaan: minder grond Statistics Valid 9 N Missing 9 Mean 7,00 Median 5,00 124

125 Analyse 7: beschrijving steekproef, nevenactiviteiten en verbredingsactiviteiten op het bedrijf (uitgedrukt in procenten) 125

126 1. de verkoop van eigen producten op de hoeve bv. fruit, groenten, aardappelen, vlees, Frequency Valid Cumulative aanwezig op het bedrijf 86 21,9 21,9 21,9 concrete plannen voor 7 1,8 1,8 23,7 Valid wens ooit 67 17,0 17,0 40,7 wellicht nooit ,3 59,3 100,0 Total ,0 100,0 126

127 2. de verwerking van eigen producten tot hoeveproducten bv. kaas, ijs, confituur, fruitsap, wijn, Frequency Valid Cumulative aanwezig op het bedrijf 16 4,1 4,1 4,1 concrete plannen voor 9 2,3 2,3 6,4 Valid wens ooit 44 11,3 11,3 17,8 wellicht nooit ,2 82,2 100,0 Total ,0 100,0 127

128 3. de verkoop van hoeveproducten in een eigen winkelruimte of op een markt. Frequency Valid Cumulative aanwezig op het bedrijf 22 5,7 5,7 5,7 concrete plannen voor 11 2,8 2,8 8,5 Valid wens ooit 58 15,0 15,0 23,6 wellicht nooit ,4 76,4 100,0 Total ,0 100,0 128

129 4. een zaaltje voor vergaderingen en/of het verbruiken van hoeveproducten. Frequency Valid Cumulative aanwezig op het bedrijf 16 4,2 4,2 4,2 concrete plannen voor 3,8,8 4,9 Valid wens ooit 50 13,0 13,0 17,9 wellicht nooit ,1 82,1 100,0 Total ,0 100,0 129

130 5. kamers uitbaten voor hoevetoerisme. Frequency Valid Cumulative aanwezig op het bedrijf 8 2,1 2,1 2,1 concrete plannen voor 5 1,3 1,3 3,4 Valid wens ooit 45 11,7 11,7 15,1 wellicht nooit ,9 84,9 100,0 Total ,0 100,0 130

131 6. het ontvangen van jeugdkampen. Frequency Valid Cumulative aanwezig op het bedrijf 8 2,1 2,1 2,1 Valid wens ooit 54 14,2 14,2 16,3 wellicht nooit ,7 83,7 100,0 Total ,0 100,0 131

132 7. het uitbaten van een hoevecamping. Frequency Valid Cumulative aanwezig op het bedrijf 1,3,3,3 concrete plannen voor 1,3,3,5 Valid wens ooit 32 8,4 8,4 8,9 wellicht nooit ,1 91,1 100,0 Total ,0 100,0 132

133 8.het ontvangen van scholen en groepen. Frequency Valid Cumulative aanwezig op het bedrijf 68 17,6 17,6 17,6 concrete plannen voor 9 2,3 2,3 19,9 Valid wens ooit ,1 26,1 46,0 wellicht nooit ,0 54,0 100,0 Total ,0 100,0 133

134 9. als zorgboerderij de opvang verzorgen van psychiatrische patiënten, gehandicapten, probleemjongeren, Frequency Valid Cumulative aanwezig op het bedrijf 29 7,5 7,5 7,5 concrete plannen voor 8 2,1 2,1 9,6 Valid wens ooit 50 13,0 13,0 22,6 wellicht nooit ,4 77,4 100,0 Total ,0 100,0 134

135 10. het opnemen van uitzonderlijke teelten: kruiden, bosbessen, spitskool, struisvogels, slakken, Frequency Valid Cumulative aanwezig op het bedrijf 12 3,1 3,1 3,1 concrete plannen voor 8 2,1 2,1 5,2 Valid wens ooit 60 15,7 15,7 20,9 wellicht nooit ,1 79,1 100,0 Total ,0 100,0 135

136 11. het (gedeeltelijk) verwerken van eigen producten voor handel of industrie v.b. zelf verpakken, Frequency Valid Cumulative aanwezig op het bedrijf 32 8,4 8,4 8,4 concrete plannen voor 11 2,9 2,9 11,3 Valid wens ooit 60 15,7 15,7 27,0 wellicht nooit ,0 73,0 100,0 Total ,0 100,0 136

137 12. het telen van nieuwe specifieke energiegewassen zoals koolzaad, korte omloophout, olifantengras, Frequency Valid Cumulative aanwezig op het bedrijf 7 1,8 1,8 1,8 concrete plannen voor 8 2,1 2,1 3,9 Valid wens ooit ,4 36,4 40,3 wellicht nooit ,7 59,7 100,0 Total ,0 100,0 137

138 13. Energieproductie met warmtepomp, WKK of zonnepanelen Frequency Valid Cumulative aanwezig op het bedrijf ,3 30,3 30,3 concrete plannen voor 32 8,3 8,3 38,6 Valid wens ooit ,6 39,6 78,2 wellicht nooit 84 21,8 21,8 100,0 Total ,0 100,0 138

139 14. Energieproductie met windmolens, mestvergisting of mestverbranding Frequency Valid Cumulative aanwezig op het bedrijf 5 1,4 1,4 1,4 concrete plannen voor 35 9,9 9,9 11,4 Valid wens ooit ,7 49,7 61,1 wellicht nooit ,9 38,9 100,0 Total ,0 100,0 139

140 Analyse 8: beschrijving steekproef, beheervormen (uitgedrukt in procenten) 1. het telen van plantaardige eiwitbronnen, zoals klaver, grasklaver, luzerne, Frequency Valid Cumulative beheerovereenkomst LV / VLM afgesloten 40 10,5 10,5 10,5 Valid aanwezig zonder beheerovereenkomst 27 7,1 7,1 17,6 concrete plannen voor 13 3,4 3,4 21,1 mits gepaste vergoeding ,4 37,4 58,4 (wellicht) nooit ,6 41,6 100,0 Total ,0 100,0 140

141 2. mechanische onkruidbestrijding en het verminderen of volledig afzien van chemische onkruidbestrijding. Frequency Valid Cumulative beheerovereenkomst LV / VLM afgesloten 25 6,6 6,6 6,6 Valid aanwezig zonder beheerovereenkomst 38 10,0 10,0 16,6 concrete plannen voor 7 1,8 1,8 18,4 mits gepaste vergoeding ,5 30,5 48,9 (wellicht) nooit ,1 51,1 100,0 Total ,0 100,0 141

142 3. het gebruik van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen volledig registreren én verminderen. Frequency Valid Cumulative beheerovereenkomst LV / VLM afgesloten 14 3,8 3,8 3,8 Valid aanwezig zonder beheerovereenkomst 75 20,1 20,1 23,9 concrete plannen voor 19 5,1 5,1 29,0 mits gepaste vergoeding ,9 34,9 63,8 (wellicht) nooit ,2 36,2 100,0 Total ,0 100,0 142

143 4. het houden van bedreigde variëteiten en rassen: Belgisch trekpaard, Rode Rundveeras, hoogstamboomgaarden Frequency Valid Cumulative beheerovereenkomst LV / VLM afgesloten 16 4,3 4,3 4,3 Valid aanwezig zonder beheerovereenkomst 24 6,4 6,4 10,6 concrete plannen voor 4 1,1 1,1 11,7 mits gepaste vergoeding 89 23,7 23,7 35,4 (wellicht) nooit ,6 64,6 100,0 Total ,0 100,0 143

144 5. het toepassen van biologische productie met specifiek lastenboek. Frequency Valid Cumulative beheerovereenkomst LV / VLM afgesloten 25 6,6 6,6 6,6 Valid aanwezig zonder beheerovereenkomst 10 2,6 2,6 9,2 concrete plannen voor 4 1,0 1,0 10,2 mits gepaste vergoeding 58 15,2 15,2 25,5 (wellicht) nooit ,5 74,5 100,0 Total ,0 100,0 144

145 6. het toepassen van de verwarringstechniek in de pitfruitteelt ter bestrijding van de fruitmot. Frequency Valid Cumulative beheerovereenkomst LV / VLM afgesloten 9 2,5 2,5 2,5 Valid aanwezig zonder beheerovereenkomst 1,3,3 2,7 concrete plannen voor 2,5,5 3,3 mits gepaste vergoeding 18 4,9 4,9 8,2 (wellicht) nooit ,8 91,8 100,0 Total ,0 100,0 145

146 7. bosaanplanting op landbouwgronden (agroforestry). Frequency Valid Cumulative beheerovereenkomst LV / VLM afgesloten 2,5,5,5 Valid aanwezig zonder beheerovereenkomst 5 1,3 1,3 1,8 concrete plannen voor 6 1,6 1,6 3,4 mits gepaste vergoeding 48 12,6 12,6 16,1 (wellicht) nooit ,9 83,9 100,0 Total ,0 100,0 146

147 8. het aanleggen en onderhouden van kleine landschapselementen, zoals poelen, heggen en houtkanten. Frequency Valid Cumulative beheerovereenkomst LV / VLM afgesloten 48 12,6 12,6 12,6 Valid aanwezig zonder beheerovereenkomst 52 13,6 13,6 26,2 concrete plannen voor 11 2,9 2,9 29,1 mits gepaste vergoeding ,9 29,9 59,1 (wellicht) nooit ,9 40,9 100,0 Total ,0 100,0 147

148 9. erosiebestrijding door grasbufferstroken, door niet-kerende bodembewerking, door directe inzaai of door een aarden dam Frequency Valid Cumulative beheerovereenkomst LV / VLM afgesloten 26 6,9 6,9 6,9 Valid aanwezig zonder beheerovereenkomst 34 9,0 9,0 15,9 concrete plannen voor 11 2,9 2,9 18,8 mits gepaste vergoeding ,0 30,0 48,8 (wellicht) nooit ,2 51,2 100,0 Total ,0 100,0 148

149 10. het toepassen van verminderde bemesting op grasland of akkers. Frequency Valid Cumulative beheerovereenkomst LV / VLM afgesloten 18 4,8 4,8 4,8 Valid aanwezig zonder beheerovereenkomst 35 9,4 9,4 14,2 concrete plannen voor 11 2,9 2,9 17,1 mits gepaste vergoeding ,9 32,9 50,0 (wellicht) nooit ,0 50,0 100,0 Total ,0 100,0 149

150 11. het toepassen van vrijwillige nulbemesting in natuurgebied. Frequency Valid Cumulative beheerovereenkomst LV / VLM afgesloten 14 3,8 3,8 3,8 Valid aanwezig zonder beheerovereenkomst 23 6,2 6,2 9,9 concrete plannen voor 4 1,1 1,1 11,0 mits gepaste vergoeding 79 21,2 21,2 32,3 (wellicht) nooit ,7 67,7 100,0 Total ,0 100,0 150

151 12. het beschermen van weide- of akkervogels of hamsters. Frequency Valid Cumulative beheerovereenkomst LV / VLM afgesloten 10 2,7 2,7 2,7 Valid aanwezig zonder beheerovereenkomst 41 11,0 11,0 13,6 concrete plannen voor 13 3,5 3,5 17,1 mits gepaste vergoeding ,4 40,4 57,5 (wellicht) nooit ,5 42,5 100,0 Total ,0 100,0 151

152 13. perceelsrandenbeheer ter bescherming van kwetsbare elementen zoals waterlopen, holle wegen, Frequency Valid Cumulative beheerovereenkomst LV / VLM afgesloten 32 8,6 8,6 8,6 Valid aanwezig zonder beheerovereenkomst 19 5,1 5,1 13,7 concrete plannen voor 15 4,0 4,0 17,7 mits gepaste vergoeding ,3 40,3 58,1 (wellicht) nooit ,9 41,9 100,0 Total ,0 100,0 152

153 14. botanisch beheer: natuurlijke grasranden of kruidenrijke akkers. Frequency Valid Cumulative beheerovereenkomst LV / VLM afgesloten 13 3,5 3,5 3,5 Valid aanwezig zonder beheerovereenkomst 19 5,1 5,1 8,6 concrete plannen voor 8 2,2 2,2 10,8 mits gepaste vergoeding ,5 33,5 44,3 (wellicht) nooit ,7 55,7 100,0 Total ,0 100,0 153

154 Analyse 9: beschrijving steekproef, belang agrarisch natuurbeheeer en nevenactiviteiten/verbredingsactiviteiten (uitgedrukt in procenten; aandeel vergoedingen en opbrengsten van totale bedrijfsinkomen) Hoe belangrijk zijn momenteel op jouw bedrijf het agrarisch natuurbeheer én de nevenactiviteiten... Frequency Valid Cumulative Valid ik heb geen inkomsten uit nevenactiviteiten en ,1 60,1 60,1 natuurbeheer minder dan 1% 54 13,8 13,8 73,9 1% tot 10% 48 12,3 12,3 86,2 10% tot 30% 25 6,4 6,4 92,6 154

155 30% tot 50% 14 3,6 3,6 96,2 meer dan 50% 15 3,8 3,8 100,0 Total ,0 100,0 Analyse 10: beschrijving steekproef: uitbating landbouwbedrijf (uitgedrukt in procenten) Hoe baat je je landbouwbedrijf vandaag uit? Frequency Valid Cumulative alleen ,1 29,1 29,1 Valid met partner ,7 45,7 74,7 met zoon of dochter 20 5,1 5,1 79,8 155

156 met vader of moeder 27 6,9 6,9 86,7 andere 52 13,3 13,3 100,0 Total ,0 100,0 Analyse 11: beschrijving steekproef, bedrijfsopvolging (uitgedrukt in procenten) bedrijfsopvolging Frequency Valid Cumulative Valid ja, één van mijn kinderen is bedrijfsopvolger 79 21,5 21,5 21,5 156

157 ja, iemand anders is bedrijfsopvolger nee, er is niemand voor de bedrijfsopvolging ik weet het (nog) niet: mijn kinderen zijn te klein ,1 1,1 22, ,1 29,1 51, ,4 48,4 100,0 Total ,0 100,0 Analyse 12: beschrijving steekproef, investeringen de komende 10 jaar In welke zaken voorzie je de komende tien jaar te investeren?-grond 157

158 Frequency Valid Cumulative Valid ja ,5 100,0 100,0 Missing System ,5 Total ,0 In welke zaken voorzie je de komende tien jaar te investeren?-toeslagrechten Frequency Valid Cumulative Valid ja 19 4,4 100,0 100,0 Missing System ,6 Total ,0 158

159 In welke zaken voorzie je de komende tien jaar te investeren?-melkquotum Frequency Valid Cumulative Valid ja 11 2,5 100,0 100,0 Missing System ,5 Total ,0 159

160 In welke zaken voorzie je de komende tien jaar te investeren?-suikerquotum Frequency Valid Cumulative Valid ja 6 1,4 100,0 100,0 Missing System ,6 Total ,0 160

161 In welke zaken voorzie je de komende tien jaar te investeren?-ner's Frequency Valid Cumulative Valid ja 80 18,5 100,0 100,0 Missing System ,5 Total ,0 161

162 In welke zaken voorzie je de komende tien jaar te investeren?-loods Frequency Valid Cumulative Valid ja 89 20,6 100,0 100,0 Missing System ,4 Total ,0 162

163 In welke zaken voorzie je de komende tien jaar te investeren?-stal of stalinrichting Frequency Valid Cumulative Valid ja ,6 100,0 100,0 Missing System ,4 Total ,0 163

164 In welke zaken voorzie je de komende tien jaar te investeren?-machines Frequency Valid Cumulative Valid ja ,6 100,0 100,0 Missing System ,4 Total ,0 164

165 In welke zaken voorzie je de komende tien jaar te investeren?-serres Frequency Valid Cumulative Valid ja 16 3,7 100,0 100,0 Missing System ,3 Total ,0 165

166 In welke zaken voorzie je de komende tien jaar te investeren?-groene energie Frequency Valid Cumulative Valid ja ,7 100,0 100,0 Missing System ,3 Total ,0 166

167 In welke zaken voorzie je de komende tien jaar te investeren?-andere Frequency Valid Cumulative Valid ja 32 7,4 100,0 100,0 Missing System ,6 Total ,0 167

168 Analyse 13: gemiddelde grootte van de investeringen de komende 10 jaar (uitgedrukt in mediaan) Statistics grond: toeslagrecht melkquotum: suikerquotu NER's: andere: hoeveel en: hoeveel? hoeveel m: hoeveel hoeveel en specificeer hectare? liter? ton? voor welke dieren? Valid N Missing Mean 31823,37 553, ,78 332, , ,00 Median 10,00 45, ,00 400, , ,00 168

169 Analyse 14: om welk soort investeringen gaat het? (uitgedrukt in procenten) 169

170 Is de loods een vervangingsinvestering, een nieuwe investering of allebei? Frequency Valid Cumulative vervangingsinvestering 15 16,9 16,9 16,9 Valid nieuwe investering 57 64,0 64,0 80,9 allebei 17 19,1 19,1 100,0 Total ,0 100,0 Is de stal of stalinrichting een vervangingsinvestering, een nieuwe investering of allebei? Frequency Valid Cumulative Valid vervangingsinvestering 39 20,0 20,0 20,0 nieuwe investering 84 43,1 43,1 63,1 170

171 allebei 72 36,9 36,9 100,0 Total ,0 100,0 Zijn de machines een vervangingsinvestering, een nieuwe investering of allebei? Frequency Valid Cumulative vervangingsinvestering 64 34,8 34,8 34,8 Valid nieuwe investering 26 14,1 14,1 48,9 allebei 94 51,1 51,1 100,0 Total ,0 100,0 171

172 Zijn de serres een vervangingsinvestering, een nieuwe investering of allebei? Frequency Valid Cumulative nieuwe investering 11 68,8 68,8 68,8 Valid allebei 5 31,3 31,3 100,0 Total ,0 100,0 172

173 groene energie: specificeer Frequency Valid Cumulative zonnepanelen 83 31,2 31,2 31,2 wkk-installatie 31 11,7 11,7 42,9 Valid mestverwerkingsinstallatie 49 18,4 18,4 61,3 windenergie 76 28,6 28,6 89,8 andere 27 10,2 10,2 100,0 Total ,0 100,0 173

174 Analyse 15: beschrijving steekproef, toekomstplannen (uitgedrukt in procenten) 1. Specialiseren door meer toe te spitsen op één of een kleiner aantal teelten of bedrijfstakken. Frequency Valid Cumulative aanwezig en geen wijziging 85 24,0 24,0 24,0 aanwezig en wel wijziging 24 6,8 6,8 30,8 Valid concrete plannen voor 30 8,5 8,5 39,3 wens ooit 46 13,0 13,0 52,3 (wellicht) nooit ,7 47,7 100,0 Total ,0 100,0 174

175 2. Diversifiëren door het opnemen van nieuwe bedrijfstakken of nieuwe teelten. Frequency Valid Cumulative aanwezig en geen wijziging 12 3,3 3,3 3,3 aanwezig en wel wijziging 14 3,9 3,9 7,2 Valid concrete plannen voor 30 8,3 8,3 15,6 wens ooit ,3 30,3 45,8 (wellicht) nooit ,2 54,2 100,0 Total ,0 100,0 175

176 3. Produceren volgens een strikt en gedetailleerd lastenboek om een kwaliteitslabel te bekomen. Frequency Valid Cumulative aanwezig en geen wijziging ,8 39,8 39,8 aanwezig en wel wijziging 38 10,6 10,6 50,4 Valid concrete plannen voor 18 5,0 5,0 55,4 wens ooit 49 13,6 13,6 69,1 (wellicht) nooit ,9 30,9 100,0 Total ,0 100,0 176

177 4.De huidige bedrijfstakken verder zetten en proberen te groeien. Frequency Valid Cumulative aanwezig en geen wijziging ,7 28,7 28,7 aanwezig en wel wijziging 52 14,5 14,5 43,2 Valid concrete plannen voor 78 21,7 21,7 64,9 wens ooit 87 24,2 24,2 89,1 (wellicht) nooit 39 10,9 10,9 100,0 Total ,0 100,0 177

178 5. Samenwerken met collega s aan een gezamenlijk machinepark, gemeenschappelijke afzet, gemeenschappelijke aankoop van input (zaden, gewasbeschermingsmiddelen, meststoffen,...) of aan gemeenschappelijke energie- en watervoorzieningen. Frequency Valid Cumulative aanwezig en geen wijziging 46 12,8 12,8 12,8 aanwezig en wel wijziging 25 7,0 7,0 19,8 Valid concrete plannen voor 24 6,7 6,7 26,5 wens ooit ,2 41,2 67,7 (wellicht) nooit ,3 32,3 100,0 Total ,0 100,0 178

179 6. Het bedrijf geleidelijk afbouwen. Frequency Valid Cumulative aanwezig en geen wijziging 13 3,6 3,6 3,6 aanwezig en wel wijziging 5 1,4 1,4 5,0 Valid concrete plannen voor 26 7,3 7,3 12,3 wens ooit 47 13,1 13,1 25,4 (wellicht) nooit ,6 74,6 100,0 Total ,0 100,0 179

180 7. Overstappen van landbouwer in hoofdberoep naar landbouwer in bijberoep. Frequency Valid Cumulative aanwezig en geen wijziging 25 7,1 7,1 7,1 aanwezig en wel wijziging 6 1,7 1,7 8,8 Valid concrete plannen voor 13 3,7 3,7 12,4 wens ooit 18 5,1 5,1 17,5 (wellicht) nooit ,5 82,5 100,0 Total ,0 100,0 180

181 8. Volledig stoppen met mijn bedrijf. Frequency Valid Cumulative aanwezig en geen wijziging 4 1,1 1,1 1,1 aanwezig en wel wijziging 2,6,6 1,7 Valid concrete plannen voor 16 4,5 4,5 6,2 wens ooit 58 16,3 16,3 22,5 (wellicht) nooit ,5 77,5 100,0 Total ,0 100,0 181

182 9. Overstappen van landbouwer in bijberoep naar landbouwer in hoofdberoep. Frequency Valid Cumulative aanwezig en geen wijziging 42 13,0 13,0 13,0 aanwezig en wel wijziging 4 1,2 1,2 14,3 Valid concrete plannen voor 12 3,7 3,7 18,0 wens ooit 20 6,2 6,2 24,2 (wellicht) nooit ,8 75,8 100,0 Total ,0 100,0 182

183 Ik overweeg de komende 10 jaar geen belangrijke veranderingen en zal de huidige bedrijfsgrootte... Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 69 19,8 19,8 19,8 oneens ,8 36,8 56,6 Valid eens ,3 35,3 92,0 helemaal eens 28 8,0 8,0 100,0 Total ,0 100,0 183

184 Analyse 16: beschrijving steekproef, belemmerende of stimulerende factoren voor de groei van het bedrijf (uitgedrukt in procenten) 1. Beschikbaarheid van grond Frequency Valid Cumulative zeer grote belemmering ,9 48,9 48,9 eerder een belemmering ,4 29,4 78,3 Valid noch belemmering, noch stimulans 56 15,6 15,6 93,9 eerder een stimulans 13 3,6 3,6 97,5 184

185 zeer grote stimulans 9 2,5 2,5 100,0 Total ,0 100,0 2. Grondprijs Frequency Valid Cumulative zeer grote belemmering ,6 67,6 67,6 eerder een belemmering 70 19,4 19,4 87,0 Valid noch belemmering, noch stimulans 40 11,1 11,1 98,1 eerder een stimulans 4 1,1 1,1 99,2 zeer grote stimulans 3,8,8 100,0 Total ,0 100,0 185

186 3. Voldoende bekwaam personeel Frequency Valid Cumulative zeer grote belemmering 50 14,1 14,1 14,1 eerder een belemmering 70 19,8 19,8 33,9 Valid noch belemmering, noch stimulans ,3 59,3 93,2 eerder een stimulans 15 4,2 4,2 97,5 zeer grote stimulans 9 2,5 2,5 100,0 Total ,0 100,0 186

187 4. Verkrijgen van een lening bij de bank Frequency Valid Cumulative zeer grote belemmering 34 9,6 9,6 9,6 eerder een belemmering 86 24,3 24,3 33,9 Valid noch belemmering, noch stimulans ,6 55,6 89,5 eerder een stimulans 32 9,0 9,0 98,6 zeer grote stimulans 5 1,4 1,4 100,0 Total ,0 100,0 187

188 5. Stedenbouwkundige vergunning Frequency Valid Cumulative zeer grote belemmering 84 23,5 23,5 23,5 eerder een belemmering ,9 29,9 53,4 Valid noch belemmering, noch stimulans ,7 42,7 96,1 eerder een stimulans 10 2,8 2,8 98,9 zeer grote stimulans 4 1,1 1,1 100,0 Total ,0 100,0 188

189 6. Milieuvergunning Frequency Valid Cumulative zeer grote belemmering 76 21,4 21,4 21,4 eerder een belemmering ,6 29,6 51,0 Valid noch belemmering, noch stimulans ,7 43,7 94,6 eerder een stimulans 14 3,9 3,9 98,6 zeer grote stimulans 5 1,4 1,4 100,0 Total ,0 100,0 189

190 7. Macht directe afnemers Frequency Valid Cumulative zeer grote belemmering 80 22,7 22,7 22,7 eerder een belemmering ,8 29,8 52,6 Valid noch belemmering, noch stimulans ,1 38,1 90,6 eerder een stimulans 30 8,5 8,5 99,1 zeer grote stimulans 3,9,9 100,0 Total ,0 100,0 190

191 8. Macht grootdistributie/ supermarkten Frequency Valid Cumulative zeer grote belemmering ,5 42,5 42,5 eerder een belemmering ,9 29,9 72,4 Valid noch belemmering, noch stimulans 76 21,4 21,4 93,8 eerder een stimulans 19 5,4 5,4 99,2 zeer grote stimulans 3,8,8 100,0 Total ,0 100,0 191

192 9. Bedrijfsopvolging Frequency Valid Cumulative zeer grote belemmering 43 12,0 12,0 12,0 eerder een belemmering 44 12,3 12,3 24,4 Valid noch belemmering, noch stimulans ,4 50,4 74,8 eerder een stimulans 55 15,4 15,4 90,2 zeer grote stimulans 35 9,8 9,8 100,0 Total ,0 100,0 192

193 10. Vlaams landbouwinvesteringsfonds (VLIF) Frequency Valid Cumulative zeer grote belemmering 28 7,9 7,9 7,9 eerder een belemmering 23 6,5 6,5 14,3 Valid noch belemmering, noch stimulans ,8 43,8 58,1 eerder een stimulans ,6 32,6 90,7 zeer grote stimulans 33 9,3 9,3 100,0 Total ,0 100,0 193

194 11. Beschikbare verwerkingscapaciteit Frequency Valid Cumulative zeer grote belemmering 6 2,6 2,6 2,6 eerder een belemmering 24 10,6 10,6 13,2 Valid noch belemmering, noch stimulans ,6 69,6 82,8 eerder een stimulans 32 14,1 14,1 96,9 zeer grote stimulans 7 3,1 3,1 100,0 Total ,0 100,0 194

195 12. Beheerovereenkomsten Frequency Valid Cumulative zeer grote belemmering 28 7,9 7,9 7,9 eerder een belemmering 70 19,7 19,7 27,5 Valid noch belemmering, noch stimulans ,3 55,3 82,9 eerder een stimulans 55 15,4 15,4 98,3 zeer grote stimulans 6 1,7 1,7 100,0 Total ,0 100,0 195

196 13.. Toeslagrechten Frequency Valid Cumulative zeer grote belemmering 26 7,5 7,5 7,5 eerder een belemmering 44 12,6 12,6 20,1 Valid noch belemmering, noch stimulans ,6 54,6 74,7 eerder een stimulans 66 19,0 19,0 93,7 zeer grote stimulans 22 6,3 6,3 100,0 Total ,0 100,0 196

197 14. Nutriëntenemissierechten (NER s) Frequency Valid Cumulative zeer grote belemmering 69 19,5 19,5 19,5 eerder een belemmering ,9 33,9 53,4 Valid noch belemmering, noch stimulans ,3 39,3 92,7 eerder een stimulans 17 4,8 4,8 97,5 zeer grote stimulans 9 2,5 2,5 100,0 Total ,0 100,0 197

198 15. Gezinssituatie Frequency Valid Cumulative zeer grote belemmering 19 5,4 5,4 5,4 eerder een belemmering 52 14,6 14,6 20,0 Valid noch belemmering, noch stimulans ,9 54,9 74,9 eerder een stimulans 70 19,7 19,7 94,6 zeer grote stimulans 19 5,4 5,4 100,0 Total ,0 100,0 198

199 16. Stijgende kosten Frequency Valid Cumulative zeer grote belemmering ,7 36,7 36,7 eerder een belemmering ,4 46,4 83,1 Valid noch belemmering, noch stimulans 48 13,3 13,3 96,4 eerder een stimulans 10 2,8 2,8 99,2 zeer grote stimulans 3,8,8 100,0 Total ,0 100,0 199

200 17. Quotumregeling (melk, suiker, ) Frequency Valid Cumulative zeer grote belemmering 54 15,3 15,3 15,3 eerder een belemmering 82 23,3 23,3 38,6 Valid noch belemmering, noch stimulans ,6 52,6 91,2 eerder een stimulans 25 7,1 7,1 98,3 zeer grote stimulans 6 1,7 1,7 100,0 Total ,0 100,0 200

201 18. Dierenwelzijnsregels Frequency Valid Cumulative zeer grote belemmering 58 16,3 16,3 16,3 eerder een belemmering ,6 29,6 45,9 Valid noch belemmering, noch stimulans ,1 43,1 89,0 eerder een stimulans 35 9,9 9,9 98,9 zeer grote stimulans 4 1,1 1,1 100,0 Total ,0 100,0 201

202 19. Buurtbewoners Frequency Valid Cumulative zeer grote belemmering 37 10,3 10,3 10,3 eerder een belemmering 90 25,1 25,1 35,5 Valid noch belemmering, noch stimulans ,2 54,2 89,7 eerder een stimulans 33 9,2 9,2 98,9 zeer grote stimulans 4 1,1 1,1 100,0 Total ,0 100,0 202

203 20. Huidig prijsniveau Frequency Valid Cumulative zeer grote belemmering ,7 33,7 33,7 eerder een belemmering ,2 38,2 71,9 Valid noch belemmering, noch stimulans 67 18,7 18,7 90,5 eerder een stimulans 30 8,4 8,4 98,9 zeer grote stimulans 4 1,1 1,1 100,0 Total ,0 100,0 203

204 21. Evolutie op de wereldmarkt Frequency Valid Cumulative zeer grote belemmering 78 21,8 21,8 21,8 eerder een belemmering ,3 36,3 58,1 Valid noch belemmering, noch stimulans ,6 29,6 87,7 eerder een stimulans 40 11,2 11,2 98,9 zeer grote stimulans 4 1,1 1,1 100,0 Total ,0 100,0 204

205 Analyse 18: beschrijving steekproef, algemene stellingen over de rol van de overheid inzake schaalvergroting (uitgedrukt in procenten) 1. De Vlaamse land- en tuinbouw zal zonder Europese steun verdwijnen. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 34 9,4 9,4 9,4 oneens ,8 28,8 38,2 Valid neutraal 66 18,3 18,3 56,5 eens 99 27,4 27,4 83,9 helemaal eens 58 16,1 16,1 100,0 205

206 Total ,0 100,0 2. De onbelemmerde invoer zal de Europese landbouw doen verdwijnen. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 13 3,7 3,7 3,7 oneens 70 19,7 19,7 23,4 Valid neutraal 64 18,0 18,0 41,4 eens ,2 37,2 78,6 helemaal eens 76 21,4 21,4 100,0 Total ,0 100,0 206

207 3. De overheid moet investeringssteun die enkel gericht is op schaalvergroting afbouwen. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 31 8,7 8,7 8,7 oneens 77 21,5 21,5 30,2 Valid neutraal 82 22,9 22,9 53,1 eens 94 26,3 26,3 79,3 helemaal eens 74 20,7 20,7 100,0 Total ,0 100,0 207

208 4. Alle steun die door de overheid wordt gegeven, moet gericht zijn om de landbouwsector duurzamer te maken. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 8 2,2 2,2 2,2 oneens 46 12,9 12,9 15,2 Valid neutraal 82 23,0 23,0 38,2 eens ,3 43,3 81,5 helemaal eens 66 18,5 18,5 100,0 Total ,0 100,0 208

209 5. Vlaanderen moet de volle bevoegdheid krijgen om de dalende Europese steun aan de landbouw te compenseren met eigen subsidies. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 20 5,6 5,6 5,6 oneens 28 7,9 7,9 13,5 Valid neutraal 77 21,6 21,6 35,1 eens ,7 42,7 77,8 helemaal eens 79 22,2 22,2 100,0 Total ,0 100,0 209

210 6. Het toekennen van premies om te voldoen aan strengere milieueisen is een zeer goede zaak. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 28 7,8 7,8 7,8 oneens 46 12,9 12,9 20,7 Valid neutraal 59 16,5 16,5 37,3 eens ,5 41,5 78,7 helemaal eens 76 21,3 21,3 100,0 Total ,0 100,0 210

211 7. Het wordt hoog tijd dat Vlaanderen in zijn milieubeleid maximumnormen voor de bedrijfsgrootte vastlegt. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 57 16,0 16,0 16,0 oneens 67 18,8 18,8 34,7 Valid neutraal 96 26,9 26,9 61,6 eens 89 24,9 24,9 86,6 helemaal eens 48 13,4 13,4 100,0 Total ,0 100,0 211

212 8. De Vlaamse landbouw heeft evenveel toekomst zonder quotumsystemen. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 34 9,6 9,6 9,6 oneens 71 20,1 20,1 29,7 Valid neutraal ,1 35,1 64,9 eens 86 24,4 24,4 89,2 helemaal eens 38 10,8 10,8 100,0 Total ,0 100,0 212

213 9. Er mag geen overheidssteun komen voor nevenactiviteiten zoals hoevetoerisme, thuisverwerking en thuisverkoop. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 40 11,4 11,4 11,4 oneens ,7 30,7 42,0 Valid neutraal ,4 28,4 70,5 eens 59 16,8 16,8 87,2 helemaal eens 45 12,8 12,8 100,0 Total ,0 100,0 213

214 10. De Vlaamse land- en tuinbouw moet er op gericht zijn kost wat kost zoveel mogelijk land- en tuinbouwbedrijven te behouden. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 23 6,5 6,5 6,5 oneens 63 17,7 17,7 24,2 Valid neutraal 87 24,5 24,5 48,7 eens ,1 30,1 78,9 helemaal eens 75 21,1 21,1 100,0 Total ,0 100,0 214

215 11. De overheid moet minder toekomstgerichte land- en tuinbouwbedrijven stimuleren uit de sector te stappen om zo meer ruimte te scheppen voor de blijvers. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 45 12,7 12,7 12,7 oneens 78 22,0 22,0 34,6 Valid neutraal 94 26,5 26,5 61,1 eens 93 26,2 26,2 87,3 helemaal eens 45 12,7 12,7 100,0 Total ,0 100,0 215

216 12. Jongeren met startplannen op een bedrijf met onvoldoende toekomstkansen moeten een startverbod krijgen. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 47 13,3 13,3 13,3 oneens ,5 30,5 43,8 Valid neutraal ,2 32,2 76,0 eens 60 16,9 16,9 92,9 helemaal eens 25 7,1 7,1 100,0 Total ,0 100,0 216

217 13. Bedrijven in bijberoep verdienen dezelfde VLIF-steun als bedrijven in hoofdberoep. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 97 27,3 27,3 27,3 oneens ,3 29,3 56,6 Valid neutraal 55 15,5 15,5 72,1 eens 65 18,3 18,3 90,4 helemaal eens 34 9,6 9,6 100,0 Total ,0 100,0 217

218 14. Een versoepeling van de pachtwetgeving is nodig om grondeigenaars verder te stimuleren hun grond te verpachten. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 24 6,7 6,7 6,7 oneens 30 8,4 8,4 15,2 Valid neutraal 96 27,0 27,0 42,1 eens ,6 37,6 79,8 helemaal eens 72 20,2 20,2 100,0 Total ,0 100,0 218

219 15. De overheid mag geen belastingsgeld besteden aan het oplossen van sanitaire crisissen. Dat is een verantwoordelijkheid van de land- en tuinbouwsector zélf. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 82 23,0 23,0 23,0 oneens ,8 38,8 61,8 Valid neutraal 85 23,9 23,9 85,7 eens 32 9,0 9,0 94,7 helemaal eens 19 5,3 5,3 100,0 Total ,0 100,0 219

220 16. Aan producenten die er niet in slagen om de opgelegde kwaliteitsnormen te respecteren, moet sneller een leveringsverbod worden opgelegd. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 15 4,2 4,2 4,2 oneens 46 13,0 13,0 17,3 Valid neutraal ,3 30,3 47,6 eens ,4 39,4 87,0 helemaal eens 46 13,0 13,0 100,0 Total ,0 100,0 220

221 17.De overheid moet oneindige groei toelaten. Frequency Valid Cumulative helemaal oneens 85 23,9 23,9 23,9 oneens ,4 30,4 54,4 Valid neutraal 89 25,1 25,1 79,4 eens 50 14,1 14,1 93,5 helemaal eens 23 6,5 6,5 100,0 Total ,0 100,0 221

DE VLAAMSE LANDBOUWCONJUNCTUURINDEX

DE VLAAMSE LANDBOUWCONJUNCTUURINDEX FOCUS 2015 DE VLAAMSE LANDBOUWCONJUNCTUURINDEX RESULTATEN ENQUÊTE VOORJAAR 2015 INHOUD 1. Vlaamse conjunctuurindex 2. Landbouw 3. Tuinbouw 4. Investeringen 5. Belemmeringen 6. Meer informatie 1. VLAAMSE

Nadere informatie

Boeren rond Brussel Kansen en bedreigingen voor voedselproductie in de Vlaamse Rand. Voorstelling resultaten landbouwstudie 12 mei 2015

Boeren rond Brussel Kansen en bedreigingen voor voedselproductie in de Vlaamse Rand. Voorstelling resultaten landbouwstudie 12 mei 2015 Boeren rond Brussel Kansen en bedreigingen voor voedselproductie in de Vlaamse Rand Voorstelling resultaten landbouwstudie 12 mei 2015 Inhoud Achtergrond Hoe zijn we te werk gegaan? Landbouw in de Vlaamse

Nadere informatie

INNOVATIE IN DE VLAAMSE LAND- EN TUINBOUW

INNOVATIE IN DE VLAAMSE LAND- EN TUINBOUW FOCUS 2014 INNOVATIE IN DE VLAAMSE LAND- EN TUINBOUW RESULTATEN 2014 VAN HET LANDBOUWMONITORINGSNETWERK Vlaamse overheid Departement Landbouw en Visserij 1. Blik op innovatie 2. Innovatie bij Vlaamse land-

Nadere informatie

INNOVATIE IN DE VLAAMSE LAND- EN TUINBOUW

INNOVATIE IN DE VLAAMSE LAND- EN TUINBOUW FOCUS INNOVATIE IN DE VLAAMSE LAND- EN TUINBOUW Resultaten 2017 van het LMN INHOUD 1. Blik op innovatie 2. Innovatie bij Vlaamse landen tuinbouwbedrijven 3. Kenmerken van innoverende bedrijven 4. Besluit

Nadere informatie

DE VLAAMSE LANDBOUWCONJUNCTUURINDEX

DE VLAAMSE LANDBOUWCONJUNCTUURINDEX FOCUS 2015 DE VLAAMSE LANDBOUWCONJUNCTUURINDEX RESULTATEN ENQUÊTE NAJAAR 2015 INHOUD 1. Vlaamse conjunctuurindex 2. Landbouw 3. Tuinbouw 4. Belemmeringen 5. Administratieve taken 6. Meer informatie 1.

Nadere informatie

Crelan Vertrouwensindex Land- en tuinbouwsector 2015

Crelan Vertrouwensindex Land- en tuinbouwsector 2015 Crelan Vertrouwensindex Land- en tuinbouwsector 2015 Belangrijkste resultaten Het vertrouwen van de landbouwers daalt in België, vooral in de melkveesector. De evaluatie van het financieel resultaat loopt

Nadere informatie

DE VLAAMSE LANDBOUWCONJUNCTUURINDEX

DE VLAAMSE LANDBOUWCONJUNCTUURINDEX FOCUS 14 DE VLAAMSE LANDBOUWCONJUNCTUURINDEX RESULTATEN ENQUÊTE NAJAAR 14 Departement Landbouw en Visserij afdeling Monitoring en Studie 1. Blik op de conjunctuurindex 2. Landbouw per deelsector 3. Tuinbouw

Nadere informatie

VERBREDING IN LAND- EN TUINBOUW

VERBREDING IN LAND- EN TUINBOUW AMS FOCUS 2012 VERBREDING IN LAND- EN TUINBOUW STAND VAN ZAKEN IN 2011 Vlaamse overheid Departement Landbouw en Visserij 1.Blik op verbreding in de landbouw 2.Sociale en toeristische activiteiten 3. Milieu,

Nadere informatie

Rapport: duurzaamheid van de Vlaams-Brabantse land- en tuinbouw

Rapport: duurzaamheid van de Vlaams-Brabantse land- en tuinbouw Rapport: duurzaamheid van de Vlaams-Brabantse land- en tuinbouw Economische, ecologische en sociale indicatoren Ine Vervaeke en Jona Lambrechts Inleiding Aanleiding: 20 jaar Vlaams-Brabant Duurzaamheid:

Nadere informatie

Rapport: duurzaamheid van de Vlaams-Brabantse land- en tuinbouw

Rapport: duurzaamheid van de Vlaams-Brabantse land- en tuinbouw Rapport: duurzaamheid van de Vlaams-Brabantse land- en tuinbouw Economische, ecologische en sociale indicatoren Ine Vervaeke en Jona Lambrechts Inleiding Aanleiding: 20 jaar Vlaams-Brabant Duurzaamheid:

Nadere informatie

Nieuwsbrief. Voorwoord. Demo-project Wekensystemen: keuze in functie van rendabiliteit en arbeid. In dit nummer: Projectpartners: Mei 2015

Nieuwsbrief. Voorwoord. Demo-project Wekensystemen: keuze in functie van rendabiliteit en arbeid. In dit nummer: Projectpartners: Mei 2015 Projectpartners: Nieuwsbrief Demo-project Wekensystemen: keuze in functie van rendabiliteit en arbeid Mei 2015 Voorwoord Beste lezer, In het kader van het Demonstratieproject Wekensystemen: keuze in functie

Nadere informatie

http://enquete.groenepeiler.nl/admin/statistics.aspx?inquiry=47 1 van 13 5-7-2011 17:03

http://enquete.groenepeiler.nl/admin/statistics.aspx?inquiry=47 1 van 13 5-7-2011 17:03 1 van 13 5-7-2011 17:03 Enquête Enquête beheer Ingelogd als: aqpfadmin Uitloggen Enquête sta s eken Enquête beheer > De Klimaat Enquête van het Noorden > Statistieken Algemene statistieken: Aantal respondenten

Nadere informatie

UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT GENEESKUNDE EN GEZONDHEIDSWETENSCHAPPEN Medisch-Sociale Wetenschappen Optie Beheer & Beleid Academiejaar 2003-2004

UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT GENEESKUNDE EN GEZONDHEIDSWETENSCHAPPEN Medisch-Sociale Wetenschappen Optie Beheer & Beleid Academiejaar 2003-2004 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT GENEESKUNDE EN GEZONDHEIDSWETENSCHAPPEN Medisch-Sociale Wetenschappen Optie Beheer & Beleid Academiejaar 2003-2004 STUDIE NAAR DE RELEVANTIE VAN MISSION STATEMENTS IN VLAAMSE

Nadere informatie

DE VLAAMSE LANDBOUWCONJUNCTUURINDEX

DE VLAAMSE LANDBOUWCONJUNCTUURINDEX FOCUS 2018 DE VLAAMSE LANDBOUWCONJUNCTUURINDEX RESULTATEN ENQUÊTE VOORJAAR 2018 INHOUD 1. INDEX OPNIEUW DALEND 1. Index opnieuw dalend Na drie opwaartse rondes daalt de conjunctuurindex van de Vlaamse

Nadere informatie

DE VLAAMSE LANDBOUWCONJUNCTUURINDEX

DE VLAAMSE LANDBOUWCONJUNCTUURINDEX FOCUS 2017 DE VLAAMSE LANDBOUWCONJUNCTUURINDEX RESULTATEN ENQUÊTE VOORJAAR 2017 INHOUD 1. Index klimt verder uit dal 2. Landbouwsectoren 3. Tuinbouwsectoren 4. Belemmeringen 5. Investeringen 6. Meer informatie

Nadere informatie

DE VLAAMSE LANDBOUWCONJUNCTUURINDEX

DE VLAAMSE LANDBOUWCONJUNCTUURINDEX FOCUS 2018 DE VLAAMSE LANDBOUWCONJUNCTUURINDEX RESULTATEN ENQUÊTE VOORJAAR 2018 INHOUD 1. Index opnieuw dalend 2. Landbouwsectoren 3. Tuinbouwsectoren 4. Belemmeringen 5. Investeringen 6. Meer informatie

Nadere informatie

ADVIES over de overgangsregeling voor agromilieumaatregelen van het PDPO

ADVIES over de overgangsregeling voor agromilieumaatregelen van het PDPO ADVIES over de overgangsregeling voor agromilieumaatregelen van het PDPO SALV, 18/10/2013 (nr. 2013-20) Minaraad, 17/10/2013 (nr. 13-051) Contactpersoon SALV: Kris Van Nieuwenhove Contactpersoon Minaraad:

Nadere informatie

Resultaten landbouwenquête. September 2013

Resultaten landbouwenquête. September 2013 Resultaten landbouwenquête September 2013 1 Landbouwenquête 2013 Inleiding In juni 2013 hebben de noordelijke Natuur en Milieufederaties en LTO Noord in samenwerking met het Dagblad van het Noorden en

Nadere informatie

DEPARTEMENT LANDBOUW & VISSERIJ

DEPARTEMENT LANDBOUW & VISSERIJ v.u. Jules Van Liefferinge depotnr. D/2015/3241/316 www.vlaanderen.be/landbouw DEPARTEMENT LANDBOUW & VISSERIJ PRODUCTIEWAARDE, MILJOEN EURO, 2014 overige 167 223 325 512 602 1.460 844 712 355 179 102

Nadere informatie

We berekenen nog de effectgrootte aan de hand van formule 4.2 en rapporteren:

We berekenen nog de effectgrootte aan de hand van formule 4.2 en rapporteren: INDUCTIEVE STATISTIEK VOOR DE GEDRAGSWETENSCHAPPEN OPLOSSINGEN BIJ HOOFDSTUK 4 1. Toets met behulp van SPSS de hypothese van Evelien in verband met de baardlengte van metalfans. Ga na of je dezelfde conclusies

Nadere informatie

Verbreding in de Vlaamse landbouw Stand van zaken 2010

Verbreding in de Vlaamse landbouw Stand van zaken 2010 Verbreding in de Vlaamse landbouw Stand van zaken 2010 2011 Departement Landbouw en Visserij afdeling Monitoring en Studie Auteurs Vincent Samborski Jonathan Platteau VERBREDING IN DE VLAAMSE LANDBOUW

Nadere informatie

Bio zoe zo k e t k Boer

Bio zoe zo k e t k Boer Bio zoekt Boer 19 oktober 2011 PCG Sofie Hoste 1 2 3 4 5 Aanpak neutraal discreet zoeken naar kansen toegankelijk 6 Resultaten t Biozoekt Boer 28 21 22 0 0 2007 2008 2009 2010 2011 7 Steunmaatregelen bio

Nadere informatie

MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP

MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP 4 JUNI 1999. - Ministerieel besluit betreffende het toepassen van milieuvriendelijke landbouwproductiemethoden ter uitvoering van de Verordening (EEG) nr. 2078/92

Nadere informatie

Gescheiden gft inzameling Nesselande

Gescheiden gft inzameling Nesselande rotterdam.nl/onderzoek Gescheiden gft inzameling Nesselande Onderzoek en Business Intelligence Gescheiden gft inzameling Nesselande Een evaluatie M. van Rhee Onderzoek en Business Intelligence (OBI) 13

Nadere informatie

Biologische boeren in Noord-Holland. Digitale enquête 2012. Annelies Maarschalkerweerd Stella Blom SAMENVATTING. fotografie: Dick Boschloo

Biologische boeren in Noord-Holland. Digitale enquête 2012. Annelies Maarschalkerweerd Stella Blom SAMENVATTING. fotografie: Dick Boschloo Biologische boeren in Noord-Holland Digitale enquête 2012 Annelies Maarschalkerweerd Stella Blom SAMENVATTING fotografie: Dick Boschloo Samenvatting De provincie Noord-Holland behoort tot de koplopers

Nadere informatie

Melk van Hier, kansen voor landbouw en natuur?

Melk van Hier, kansen voor landbouw en natuur? Melk van Hier, kansen voor landbouw en natuur? NATUUR EN LANDBOUW// VORSELAAR// 14 maart 2012 Draagvlakverbredingsproject Melk van Hier 1/1/2013 31/12/2013 Dit initiatief kadert binnen een overkoepelend

Nadere informatie

Meerderheid Zeeland voor snelle bouw brede school i.p.v. bouw MFC Grote bereidheid om de enquête van Progressief Landerd in te vullen.

Meerderheid Zeeland voor snelle bouw brede school i.p.v. bouw MFC Grote bereidheid om de enquête van Progressief Landerd in te vullen. PERSBERICHT Meerderheid Zeeland voor snelle bouw brede school i.p.v. bouw MFC Grote bereidheid om de enquête van Progressief Landerd in te vullen. Afgelopen zaterdag trotseerden leden van de politieke

Nadere informatie

Omschakelen naar een biologisch rundveebedrijf

Omschakelen naar een biologisch rundveebedrijf Omschakelen naar een biologisch rundveebedrijf Toeren voor Boeren: Veetournee Sander Van Haver Innovatiesteunpunt Stimuleren van de omschakeling van gangbare land- en tuinbouwers naar de biologische productie

Nadere informatie

Werkinstructie voor de CQI Naasten op de IC

Werkinstructie voor de CQI Naasten op de IC Werkinstructie voor de CQI Naasten op de IC 1. De vragenlijst Waarvoor is de CQI Naasten op de IC bedoeld? De CQI Naasten op de IC is bedoeld is bedoeld om de kwaliteit van de begeleiding en opvang van

Nadere informatie

Rapport overzicht rode bedrijven en overzicht van bevindingen van bedrijfsbezoeken

Rapport overzicht rode bedrijven en overzicht van bevindingen van bedrijfsbezoeken Rapport overzicht rode bedrijven en overzicht van bevindingen van bedrijfsbezoeken 1 SITUERING De Habitat- en Vogelrichtlijn bepalen dat elke Europese lidstaat de noodzakelijke maatregelen moet nemen om

Nadere informatie

1. Woonplaats: Hoofdgemeente: Deelgemeente:

1. Woonplaats: Hoofdgemeente: Deelgemeente: 1 Vragenlijst is bedoeld voor de bedrijfsleider van het landbouwbedrijf. 1. Woonplaats: Hoofdgemeente: Deelgemeente: 2. Leeftijd: jaar 3. Geslacht: O M O V 4. Welke landbouwactiviteiten worden uitgevoerd?:

Nadere informatie

Evaluatie van het project Mantelluisteren academiejaar 2012-2013

Evaluatie van het project Mantelluisteren academiejaar 2012-2013 Evaluatie van het project Mantelluisteren academiejaar 212-21 In academiejaar 212-21 namen 5 mantelzorgers en 5 studenten 1 ste bachelor verpleegkunde (Howest, Brugge) deel aan het project Mantelluisten.

Nadere informatie

VERGROENING ECOLOGISCH AANDACHTSGEBIED

VERGROENING ECOLOGISCH AANDACHTSGEBIED DEPARTEMENT LANDBOUW & VISSERIJ VERGROENING ECOLOGISCH AANDACHTSGEBIED Campagne 2019 //////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////

Nadere informatie

[ENQUETE COMMUNICATIE]

[ENQUETE COMMUNICATIE] 13 [ENQUETE COMMUNICATIE] Enquête communicatie Brederode Wonen Inleiding Brederode Wonen zet zich in voor optimale communicatie met haar huurders en goede informatievoorziening voor een ieder die daar

Nadere informatie

De landbouwer als landschapsbouwer. 4. De landbouwer als landschapsbouwer ICT-opdracht ehorizon

De landbouwer als landschapsbouwer. 4. De landbouwer als landschapsbouwer ICT-opdracht ehorizon 4. De landbouwer als ICT-opdracht ehorizon Bedrijf: Steven Vanhecke - Oude Burkelslag 10-9990 Maldegem 4.1 Richtlijnen voor de begeleidende leerkracht Een belangrijk doel in de derde graad van het secundair

Nadere informatie

De Grote (kleine) voicemail-poll

De Grote (kleine) voicemail-poll De Grote (kleine) voicemail-poll De Grote (kleine) voicemail-poll Maken mensen tegenwoordig nog gebruik van voicemail? En hoe staat men tegenover het gebruik van voicemails in het zakelijk verkeer? Mensen

Nadere informatie

1,9 miljoen Belgen hebben nog nooit een computer gebruikt; 2,6 miljoen Belgen hebben nog nooit op het internet gesurft.

1,9 miljoen Belgen hebben nog nooit een computer gebruikt; 2,6 miljoen Belgen hebben nog nooit op het internet gesurft. ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 8 november 2006 1,9 miljoen Belgen hebben nog nooit een computer gebruikt; 2,6 miljoen Belgen hebben nog nooit op het internet gesurft.

Nadere informatie

Vertrouwen Belgische land- en tuinbouwsector daalt Crelan steunt land- en tuinbouwers met gespecialiseerd advies en producten

Vertrouwen Belgische land- en tuinbouwsector daalt Crelan steunt land- en tuinbouwers met gespecialiseerd advies en producten B R U S S E L, 1 2 j u l i 2 0 1 6 Vertrouwen Belgische land- en tuinbouwsector daalt Crelan steunt land- en tuinbouwers met gespecialiseerd advies en producten In de aanloop naar de landbouwbeurs van

Nadere informatie

Landbouwimago stabiliseert op relatief hoog niveau

Landbouwimago stabiliseert op relatief hoog niveau PERSBERICHT onder embargo tot vrijdag 8 december 15u Landbouwimago stabiliseert op relatief hoog niveau Het laatste decennium is de waardering van de burger voor de Vlaamse land- en tuinbouw relatief hoog

Nadere informatie

WORKSHOP ONDERZOEKSMETHODEN

WORKSHOP ONDERZOEKSMETHODEN WORKSHOP ONDERZOEKSMETHODEN INHOUD Kwantitatieve onderzoeksmethoden Algemene kenmerken Enquête Experiment Kwalitatieve onderzoeksmethoden Algemene kenmerken Observatie Interview Kwaliteit van het onderzoek

Nadere informatie

Mevrouw de voorzitter, Geachte leden van het Bureau, Dames en heren,

Mevrouw de voorzitter, Geachte leden van het Bureau, Dames en heren, Vrijdag 10 september 2010 Toespraak van JOKE SCHAUVLIEGE VLAAMS MINISTER VAN LEEFMILIEU, NATUUR EN CULTUUR Comité van de Regio s Resource Efficient Europa Mevrouw de voorzitter, Geachte leden van het Bureau,

Nadere informatie

QUICKSCAN METING 4, 2013

QUICKSCAN METING 4, 2013 Naast de Werkgelegenheidsbarometer die elk kwartaal een beeld schetst van relevante arbeidsmarktontwikkelingen in de Metalektro, wordt tevens elk kwartaal een drietal stellingen voorgelegd aan metalektrobedrijven

Nadere informatie

Markstudie naar kleine windturbines in Vlaanderen

Markstudie naar kleine windturbines in Vlaanderen Markstudie naar kleine windturbines in Vlaanderen September 12, 2012 Deze marktstudie werd uitgevoerd in samenwerking met Gfk Significant uit Leuven. 1 Gemeenten van de 308 Vlaamse gemeenten werden geïnterviewed.

Nadere informatie

Verslag Workshop Groene diensten

Verslag Workshop Groene diensten Verslag Workshop Groene diensten Groene diensten Groenbeheer, landschapsbeheer, natuur. Opbouw workshop Er zijn twee workshops gehouden, aan het eind van de ochtend en begin van de middag. De beide workshops

Nadere informatie

Grondwaterbescherming in Vlaanderen

Grondwaterbescherming in Vlaanderen Grondwaterbescherming in Vlaanderen Brugge, 12 mei 2014 Dominique Huits 175 personeelsleden 30 ha eigen proefvelden (12 ha biologisch) Jaarlijks ± 80 proefvelden bij landbouwers verspreid over de provincie

Nadere informatie

Maatschappelijke waardering van Nederlandse Landbouw en Visserij

Maatschappelijke waardering van Nederlandse Landbouw en Visserij Nederlandse Landbouw en Visserij Inhoud 1 Inleiding 03 2 Samenvatting en conclusies landbouw en visserij 3 Maatschappelijke waardering landbouw 09 4 Associaties agrarische sector 13 5 Waardering en bekendheid

Nadere informatie

Vragenlijst Landbouw effect rapportage Buizenzone Eemsdelta

Vragenlijst Landbouw effect rapportage Buizenzone Eemsdelta Vragenlijst Landbouw effect rapportage Buizenzone Eemsdelta Het doel van de Landbouw effect rapportage (LER) is de belangen van de agrarische sector binnen het besluitvormingsproces van de tracékeuze op

Nadere informatie

18 december 2013. 1 van 10. Op vakantie na een niertransplantatie; NP online enquête

18 december 2013. 1 van 10. Op vakantie na een niertransplantatie; NP online enquête Op vakantie na een niertransplantatie; NP online enquête Nierpatiënten Perspectief online is een internetpanel voor mensen met een nierziekte*, naasten van nierpatiënten en nierdonoren. Zij kunnen via

Nadere informatie

1. Hoe dringend vindt u het klimaatprobleem? Helemaal niet dringend, we 1% Er is helemaal geen klimaatprobleem. Weet niet / geen mening

1. Hoe dringend vindt u het klimaatprobleem? Helemaal niet dringend, we 1% Er is helemaal geen klimaatprobleem. Weet niet / geen mening 1. Hoe dringend vindt u het klimaatprobleem? Helemaal niet dringend, we 1% kunnen wel even wachten met grote maatregelen 17% 1 Een beetje dringend, we kunnen nog wel even wachten met grote maatregelen,

Nadere informatie

Inhoud Voorwoord Steekproefsamenstelling Resultaten Conclusies

Inhoud Voorwoord Steekproefsamenstelling Resultaten Conclusies Onderzoek Instagram Uitgevoerd door Scholieren.com in november 2015 Inhoud Voorwoord Steekproefsamenstelling Resultaten Conclusies Voorwoord Scholieren.com heeft haar bezoekers middels een enquête vragen

Nadere informatie

ECONOMISCHE BETEKENIS AGROCOMPLEX IN WEST-VLAANDEREN

ECONOMISCHE BETEKENIS AGROCOMPLEX IN WEST-VLAANDEREN ECONOMISCHE BETEKENIS AGROCOMPLEX IN WEST-VLAANDEREN EINDRAPPORT STUDIE UITGEVOERD IN OPDRACHT VAN HET PROVINCIEBESTUUR WEST-VLAANDEREN APRIL 2009 INHOUDSTAFEL DEEL 1: ENQUETE BIJ DE LAND- EN TUINBOUWBEDRIJVEN

Nadere informatie

Bedrijfsoverdracht in Vlaanderen

Bedrijfsoverdracht in Vlaanderen Bedrijfsoverdracht in Vlaanderen Onderzoek over de planning van de bedrijfsoverdracht uitgevoerd met de steun van Agentschap Ondernemen: Executive summary Prof. dr. Tensie Steijvers drs. Ine Umans Universiteit

Nadere informatie

Inventarisatie medewerkers met een arbeidsbeperking in openbare bibliotheken

Inventarisatie medewerkers met een arbeidsbeperking in openbare bibliotheken Inventarisatie medewerkers met een arbeidsbeperking in openbare bibliotheken Januari 2015 2 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 5 1.1 Opzet... 5 1.2 Leeswijzer... 6 2. Inventarisatie medewerkers arbeidsbeperking...

Nadere informatie

Hoe goed of slecht beleeft men de EOT-regeling? Hoe evolueert deze beleving in de eerste 30 maanden?

Hoe goed of slecht beleeft men de EOT-regeling? Hoe evolueert deze beleving in de eerste 30 maanden? Hoe goed of slecht beleeft men de EOT-regeling? Hoe evolueert deze beleving in de eerste 30 maanden? Auteur: Ruben Brondeel i.s.m. Prof. A. Buysse Onderzoeksvraag Tijdens het proces van een echtscheiding

Nadere informatie

DE WAALSE LANDBOUW IN CIJFERS

DE WAALSE LANDBOUW IN CIJFERS DE WAALSE LANDBOUW IN CIJFERS Update : Februari 2014 Opmerking Om redenen van administratieve vereenvoudiging berust de enquête van 2011 niet meer op de landbouwers die hebben deelgenomen aan de landbouwtelling

Nadere informatie

Werkinstructies voor de CQI Gehandicaptenzorg Lichamelijk. Gehandicapten

Werkinstructies voor de CQI Gehandicaptenzorg Lichamelijk. Gehandicapten CQI zorg Werkinstructies voor de CQI zorg In de vernieuwde werkwijze kwaliteitskader zorg heeft pijler 2B betrekking op het meten van cliëntervaringen. De CQI zorg maakt geen deel uit van een instrumentenwaaier

Nadere informatie

Problematiek varkenshouderij

Problematiek varkenshouderij Problematiek varkenshouderij Vaststellingen Vertrouwensindex Landbouw 2011 van Landbouwkrediet Jozef De Laporte Kenniscenter Landbouw Landbouwkrediet Enquête Landbouwkrediet Berekening vertrouwensindex

Nadere informatie

Tijdschrift voor Didactiek der B-wetenschappen 7 (1989) nr.1 79

Tijdschrift voor Didactiek der B-wetenschappen 7 (1989) nr.1 79 Tijdschrift voor Didactiek der B-wetenschappen 7 (1989) nr.1 79 Boekbespreking Techniek in het natuurkunde-onderwijs M.J. de Vries, Uitg.: Technische Universiteit Eindhoven, 1988 Dissertatie, 278 p. De

Nadere informatie

STEUNPUNT HOEVEPRODUCTEN

STEUNPUNT HOEVEPRODUCTEN QUICK-WIN-PROJECT: HANDLEIDING INRICHTING VAN EEN VERWERKINGS- EN WINKELRUIMTE VOOR HOEVEPRODUCENTEN STEUNPUNT HOEVEPRODUCTEN 1 JAN 2012 31 DEC 2012 Aanvrager: KVLV vzw Steunpunt Hoeveproducten Remylaan

Nadere informatie

ZORGEN VOOR MORGEN Over woonkeuzes en zorgen voor elkaar

ZORGEN VOOR MORGEN Over woonkeuzes en zorgen voor elkaar ZORGEN VOOR MORGEN Over woonkeuzes en zorgen voor elkaar Interpolis 7-9-2015 Doel- en probleemstelling 7-9-2015 2 Samenvatting en conclusies (1/6) De overheid is verantwoordelijk voor de zorg voor ouderen,

Nadere informatie

gegevens analyseren Welk onderzoekmodel gebruik je? Quasiexperiment ( 5.5) zonder controle achtergronden

gegevens analyseren Welk onderzoekmodel gebruik je? Quasiexperiment ( 5.5) zonder controle achtergronden een handreiking 71 hoofdstuk 8 gegevens analyseren Door middel van analyse vat je de verzamelde gegevens samen, zodat een overzichtelijk beeld van het geheel ontstaat. Richt de analyse in de eerste plaats

Nadere informatie

koopzondagen 2012 def KOOPZONDAGEN EN KOOPAVONDEN DE MENING VAN DE BURGER

koopzondagen 2012 def KOOPZONDAGEN EN KOOPAVONDEN DE MENING VAN DE BURGER koopzondagen 2012 def KOOPZONDAGEN EN KOOPAVONDEN DE MENING VAN DE BURGER Oktober 2012 2 Opdrachtnemer: Opdrachtgever: Team Financieel Advies, Onderzoek & Statistiek Camiel De Bruijn Ard Costongs Economie

Nadere informatie

Nationale monitor Social media in de Interne Communicatie

Nationale monitor Social media in de Interne Communicatie Nationale monitor Social media in de Interne Communicatie VRAGENLIJST Dit is de vragenlijst zoals we die aangeboden hebben. Veel vragen worden door zogenaamde LIkert schalen aangeboden, bij ons op een

Nadere informatie

JONGE LANDBOUWERS IN VLAANDEREN

JONGE LANDBOUWERS IN VLAANDEREN JONGE LANDBOUWERS IN VLAANDEREN 2019 DEPARTEMENT LANDBOUW & VISSERIJ Rapport JONGE LANDBOUWERS IN VLAANDEREN www.vlaanderen.be Colofon Samenstelling Departement Landbouw en Visserij Auteur Veerle Vermeyen

Nadere informatie

Studentenenquête: Een beoordeling van het beroep als zelfstandig boekhouder!

Studentenenquête: Een beoordeling van het beroep als zelfstandig boekhouder! PERSMEDEDELING Studentenenquête: Een beoordeling van het beroep als zelfstandig boekhouder! Op de vraag «Denkt U eraan om op een dag erkend boekhouder-fiscalist te worden?», antwoordde Ja, 58% Misschien

Nadere informatie

Zonne-energie. Een stadspanelonderzoek. November Erik van der Werff.

Zonne-energie. Een stadspanelonderzoek. November Erik van der Werff. Zonne-energie Een stadspanelonderzoek Erik van der Werff November 2018 www.oisgroningen.nl Inhoud Samenvatting 3 1. Inleiding 4 1.1 Aanleiding van het onderzoek 4 1.2 Doel van het onderzoek 4 1.3 Onderzoeksmethode

Nadere informatie

Klantonderzoek: statistiek!

Klantonderzoek: statistiek! Klantonderzoek: statistiek! Statistiek bij klantonderzoek Om de resultaten van klantonderzoek juist te interpreteren is het belangrijk de juiste analyses uit te voeren. Vaak worden de mogelijkheden van

Nadere informatie

Ecologie: Excursie naar milieuvriendelijke landbouwbedrijven

Ecologie: Excursie naar milieuvriendelijke landbouwbedrijven Ecologie: Excursie naar milieuvriendelijke landbouwbedrijven Oplossingenbundel 2 1 Korte uitleg In deze bundel staat kort uitgeschreven wat de mogelijke oplossingen kunnen zijn voor een vraag. Bij sommige

Nadere informatie

DE PRODUCTIEREKENING VAN DE VLAAMSE LAND- EN TUINBOUW

DE PRODUCTIEREKENING VAN DE VLAAMSE LAND- EN TUINBOUW FOCUS DE PRODUCTIEREKENING VAN DE VLAAMSE LAND- EN TUINBOUW 2015 INHOUD 1. Blik op de productierekening 2. Productiewaarde 3. Intermediair verbruik 4. Netto toegevoegde waarde 5. Meer informatie 6. Overzicht

Nadere informatie

Evaluatie Back to Basics: De Nieuwe Koers

Evaluatie Back to Basics: De Nieuwe Koers Evaluatie Back to Basics: De Nieuwe Koers nderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Goirle DIMENSUS beleidsonderzoek April 2012 Projectnummer 488 Het onderzoek De gemeente Goirle is eind april 2010

Nadere informatie

Resultaten Conjunctuurenquete 2014

Resultaten Conjunctuurenquete 2014 Willemstad, april 15 Inhoud Inleiding... 2 Methodologie... 2 Resultaten conjunctuurenquête... 3 Investeringsbelemmeringen en bevorderingen...3 Concurrentiepositie...5 Vertrouwen in de economie...5 Vertrouwen

Nadere informatie

Praktische tips voor succesvol marktonderzoek in de land- en tuinbouwsector

Praktische tips voor succesvol marktonderzoek in de land- en tuinbouwsector marktonderzoek in de land- en tuinbouwsector Marktonderzoek kunt u prima inzetten om informatie te verzamelen over (mogelijke) markten, klanten of producten, maar bijvoorbeeld ook om de effectiviteit van

Nadere informatie

Beheerovereenkomsten binnen PDPOII: mogelijkheden voor paardenhouderij

Beheerovereenkomsten binnen PDPOII: mogelijkheden voor paardenhouderij Beheerovereenkomsten binnen PDPOII: mogelijkheden voor paardenhouderij De Vlaamse overheid: 13 beleidsdomeinen Economie, Wetenschap en Innovatie Onderwijs en Vorming Landbouw en Visserij Leefmilieu, Natuur

Nadere informatie

Jongeren en Gezondheid 2014 : Socio-demografische gegevens

Jongeren en Gezondheid 2014 : Socio-demografische gegevens Resultaten HBSC 14 Socio-demografische gegevens Jongeren en Gezondheid 14 : Socio-demografische gegevens Steekproef De steekproef van de studie Jongeren en Gezondheid 14 bestaat uit 9.566 leerlingen van

Nadere informatie

MAXIMALE RENTABILITEITSOPPERVLAKTEN VOOR DE PERIODE 25/11/ /11/2022

MAXIMALE RENTABILITEITSOPPERVLAKTEN VOOR DE PERIODE 25/11/ /11/2022 //////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// MAXIMALE RENTABILITEITSOPPERVLAKTEN VOOR

Nadere informatie

Monitor Volwaardige Arbeidsrelaties

Monitor Volwaardige Arbeidsrelaties Monitor Volwaardige Arbeidsrelaties in de architectenbranche QUICKSCAN mei 2013 Inhoud Monitor Volwaardige Arbeidsrelaties 3 Resultaten 6 Bureau-intermediair I Persoonlijk urenbudget 6 Keuzebepalingen

Nadere informatie

Wat vinden Vlamingen belangrijk in hun werk?

Wat vinden Vlamingen belangrijk in hun werk? Motivatie en welzijn Wat vinden Vlamingen belangrijk in hun werk? SERV. 2012. Arbeidsethos en arbeidsoriëntaties op de Vlaamse arbeidsmarkt 2007-2010. Informatiedossier. Brussel: SERV Stichting Innovatie

Nadere informatie

Werkinstructies voor de CQI Huisartsenzorg Overdag

Werkinstructies voor de CQI Huisartsenzorg Overdag Werkinstructies voor de 1. De vragenlijst Waarvoor is de bedoeld? De is bedoeld om de kwaliteit van zorg in de huisartspraktijk tijdens kantooruren te meten vanuit het perspectief van de patiënt. De vragenlijst

Nadere informatie

Studieavond industriebloemkool. 19/2/2018 Bart Debussche Departement Landbouw en Visserij

Studieavond industriebloemkool. 19/2/2018 Bart Debussche Departement Landbouw en Visserij Studieavond industriebloemkool 19/2/2018 Bart Debussche Departement Landbouw en Visserij Overzicht * Inleiding * Programma * Actualiteiten Programma Actualiteiten: VLIF projectsteun innovatie Agromilieumaatregel

Nadere informatie

Ruimte voor landbouw. Jona Lambrechts

Ruimte voor landbouw. Jona Lambrechts Ruimte voor landbouw Jona Lambrechts Inhoud Nood aan ruimte voor land- en tuinbouw Hoe krijg je als gemeente zicht op die ruimte? Hoe kan je als gemeente ruimte bieden? Provinciale en Vlaamse beleidsprocessen

Nadere informatie

ADVIES WIJZIGING BVR SUBSIDIËRING TERREINEN WOONWAGENBEWONERS

ADVIES WIJZIGING BVR SUBSIDIËRING TERREINEN WOONWAGENBEWONERS ADVIES WIJZIGING BVR SUBSIDIËRING TERREINEN WOONWAGENBEWONERS Advies 2017-09 / 6.07.2017 www.vlaamsewoonraad.be INHOUD 1 Situering... 3 2 Beknopte inhoud... 3 3 Bespreking... 3 3.1 Algemeen 3 3.2 Wijzigende

Nadere informatie

4.2. Evaluatie van de respons op de postenquêtes. In dit deel gaan we in op de respons op instellingsniveau en op respondentenniveau.

4.2. Evaluatie van de respons op de postenquêtes. In dit deel gaan we in op de respons op instellingsniveau en op respondentenniveau. 4.2. Evaluatie van de respons op de postenquêtes 4.2.1. Algemeen In dit deel gaan we in op de respons op instellingsniveau en op respondentenniveau. Instellingsniveau (vragenlijst coördinator) provincie,

Nadere informatie

Rapportage Onderzoek betaaltermijnen en betaalgedrag MKB Uitgevoerd door Direct Research In opdracht van Betaalme.

Rapportage Onderzoek betaaltermijnen en betaalgedrag MKB Uitgevoerd door Direct Research In opdracht van Betaalme. Rapportage Onderzoek betaaltermijnen en betaalgedrag MKB 2018 Uitgevoerd door Direct Research In opdracht van Betaalme.nu Juni 2018 Achtergrond van het onderzoek Doel onderzoek DirectResearch heeft in

Nadere informatie

Resultaten Conjunctuurenquete 1e helft 2014

Resultaten Conjunctuurenquete 1e helft 2014 Resultaten Conjunctuurenquete 1e helft 214 Willemstad, Maart 214 Inleiding In juni 214 zijn in het kader van de conjunctuurenquête (CE) de bedrijven benaderd met vragenlijsten op Curaçao. Doel van deze

Nadere informatie

Werkinstructies voor de CQI Huisartsenposten

Werkinstructies voor de CQI Huisartsenposten Werkinstructies voor de 1. De vragenlijst Waarvoor is de bedoeld? De is bedoeld om de kwaliteit van zorg op een huisartsenpost (HAP) te meten vanuit het perspectief van de patiënt. De vragenlijst kan worden

Nadere informatie

DE VLAAMSE LANDBOUW- CONJUNCTUURINDEX VOORJAAR 2019

DE VLAAMSE LANDBOUW- CONJUNCTUURINDEX VOORJAAR 2019 DE VLAAMSE LANDBOUWCONJUNCTUUR- INDEX VOORJAAR 2019 DEPARTEMENT LANDBOUW & VISSERIJ Rapport DE VLAAMSE LANDBOUW- CONJUNCTUURINDEX VOORJAAR 2019 www.vlaanderen.be Colofon Samenstelling Departement Landbouw

Nadere informatie

Productierekening 2005

Productierekening 2005 Productierekening 2005 December 2006 Els Demuynck Els Bernaerts Jonathan Platteau Beleidsdomein Landbouw en Visserij Afdeling Monitoring en Studie (AMS) Leuvenseplein 4 1000 Brussel De productierekening

Nadere informatie

Hoofdstuk H 11. Financiële situatie

Hoofdstuk H 11. Financiële situatie Hoofdstuk H 11. Financiële situatie Samenvatting verslechterd. Dit wordt bevestigd door het aandeel Leidenaren dat aangeeft rond te kunnen komen met hun inkomen. Dit jaar geeft bijna tweederde van de Leidenaren

Nadere informatie

TOELICHTING BIJ DE PREMIESIMULATIE VAN VERGOEDINGEN VOOR BEHEEROVEREENKOMSTEN - VLAAMSE LANDMAATSCHAPPIJ (VLM) - JAAR

TOELICHTING BIJ DE PREMIESIMULATIE VAN VERGOEDINGEN VOOR BEHEEROVEREENKOMSTEN - VLAAMSE LANDMAATSCHAPPIJ (VLM) - JAAR TOELICHTING BIJ DE PREMIESIMULATIE VAN VERGOEDINGEN VOOR BEHEEROVEREENKOMSTEN - VLAAMSE LANDMAATSCHAPPIJ (VLM) - JAAR 2014 - Deze toelichting heeft geen rechtswaarde en kan niet als dusdanig ingeroepen

Nadere informatie

Vrouwen en verbreding

Vrouwen en verbreding Vrouwen en verbreding Website: www.e-liv.be Email:liv@ons.be 016/24 20 15 Volg Liv op facebook Liv? Liv is het landelijk infopunt voor alle land- en tuinbouwsters in Vlaanderen. Liv geeft informatie over

Nadere informatie

Rapportage Wmo onderzoek Communicatie

Rapportage Wmo onderzoek Communicatie Rapportage Wmo onderzoek Communicatie Cliënten zijn tevreden over hoe het proces nu verloopt, voornamelijk door de inzet van traditionele communicatiekanalen 23 juli 2014 Versie 1,0 Inhoudsopgave Doelstelling

Nadere informatie

Hoe evolueert de aardappelteelt in de toekomst?

Hoe evolueert de aardappelteelt in de toekomst? Hoe evolueert de aardappelteelt in de toekomst? Oudenaarde, 31 januari 2017 Guy Vandepoel, Lid Hoofdbestuur Boerenbond Een sector in expansie BE aardappelproductie groeit sneller ten opzichte van Europese

Nadere informatie

VERVENNOOTSCHAPPELIJKING IN DE VLAAMSE LAND- EN TUINBOUW

VERVENNOOTSCHAPPELIJKING IN DE VLAAMSE LAND- EN TUINBOUW FOCUSRAPPORT VERVENNOOTSCHAPPELIJKING IN DE VLAAMSE LAND- EN TUINBOUW 2015 INHOUD 1. Inleiding 2. Evolutie 3. Parameters 4. Oprichting en overname 5. Vennootschapstypes 6. Beweegredenen en belemmeringen

Nadere informatie

DE VLAAMSE LANDBOUWCONJUNCTUURINDEX

DE VLAAMSE LANDBOUWCONJUNCTUURINDEX FOCUS 2016 DE VLAAMSE LANDBOUWCONJUNCTUURINDEX RESULTATEN ENQUÊTE VOORJAAR 2016 INHOUD 1. Vlaamse conjunctuurindex 2. Landbouw 3. Tuinbouw 4. Belemmeringen 5. Investeringen 6. Financiële problemen 7. Meer

Nadere informatie

Deel 1: Voorbeeld van beschrijvende analyses in een onderzoeksrapport. Beschrijving van het rookgedrag in Vlaanderen anno 2013

Deel 1: Voorbeeld van beschrijvende analyses in een onderzoeksrapport. Beschrijving van het rookgedrag in Vlaanderen anno 2013 7.2.4 Voorbeeld van een kwantitatieve analyse (fictief voorbeeld) In onderstaand voorbeeld werken we met fictieve data. Doel van dit voorbeeld is dat je inzicht krijgt in hoe een onderzoeksrapport van

Nadere informatie

Mobiliteit & duurzaamheid Leaserijder wordt steeds duurzamer. www.alphabet.com

Mobiliteit & duurzaamheid Leaserijder wordt steeds duurzamer. www.alphabet.com Mobiliteit & duurzaamheid Leaserijder wordt steeds duurzamer www.alphabet.com Duurzame mobiliteit. Onderzoek naar gedrag en keuzes van leaserijders op gebied van duurzaamheid. Leaserijders steeds milieubewuster.

Nadere informatie

betreffende een actieplan voor het behoud van de honingbij en van de wilde bij in Vlaanderen

betreffende een actieplan voor het behoud van de honingbij en van de wilde bij in Vlaanderen stuk ingediend op 1211 (2010-2011) Nr. 1 28 juni 2011 (2010-2011) Voorstel van resolutie van de heer Karlos Callens, de dames Gwenny De Vroe en Mercedes Van Volcem en de heren Dirk Van Mechelen en Sas

Nadere informatie

Vragenlijst. Uw bijdrage helpt te weten waar de noden van ouderen liggen zodat er beter op hen kan ingespeeld worden.

Vragenlijst. Uw bijdrage helpt te weten waar de noden van ouderen liggen zodat er beter op hen kan ingespeeld worden. Vragenlijst Beste mevrouw, meneer In het kader van mijn thesis Digitale vaardigheden van 65-plussers heb ik deze vragenlijst opgesteld voor zowel gebruikers als niet-gebruikers van internet Dit werk kan

Nadere informatie

Afvalenquête gemeente Elburg en gemeente Oldebroek Analyse van de gegevens

Afvalenquête gemeente Elburg en gemeente Oldebroek Analyse van de gegevens Afvalenquête gemeente Elburg en gemeente Oldebroek Analyse van de gegevens April 2016 Gemeente Elburg Gemeente Oldebroek Inhoudsopgave Deel 1. Inleiding 3 Deel 2. Motivatie afval scheiden 4 Deel 3. Afval

Nadere informatie

Dit werk is gelicenseerd onder een Creative Commons Naamsvermelding-GeenAfgeleideWerken 3.0 Unported licentie. Resultaten SJBN Enquête 2012

Dit werk is gelicenseerd onder een Creative Commons Naamsvermelding-GeenAfgeleideWerken 3.0 Unported licentie. Resultaten SJBN Enquête 2012 Dit werk is gelicenseerd onder een Creative Commons Naamsvermelding-GeenAfgeleideWerken 3.0 Unported licentie Resultaten SJBN Enquête 2012 Inhoudsopgave Achtergrond Resultaten enquête Steekproef Algehele

Nadere informatie