INHOUDSOPGAVE BUDGET 2015

Transcriptie

1 budget 2015

2

3 Blz. 1 INHOUDSOPGAVE BUDGET 2015 BELEIDSNOTA 3 I. Inleiding 5 II. Ontstaan : procedure 8 III. Opbouw en opvolging 10 IV. Berekening 14 V. Dubbel evenwichtscriterium 28 VI. Doelstellingennota 29 VII. Doelstellingenbudget (B1) 35 VIII. Financiële toestand (M2) 37 IX. Bijlagen bij de beleidsnota 38 FINANCIËLE NOTA 61 I. Exploitatiebudget (B2) 65 II. Investeringsbudget (B3 - B4) 66 III. Liquiditeitenbudget (B5) 99 IV. Toelichting 101 BIJLAGEN 117

4 Blz. 2

5 Blz. 3 BELEIDSNOTA BUDGET 2015

6 Blz. 4

7 Blz. 5 I. INLEIDING Op 25 juni 2010 keurde de Vlaamse Regering het besluit betreffende de beleids- en beheerscyclus van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn goed. Intussen werd dit BBC besluit gewijzigd bij besluit van de Vlaamse Regering van 23/11/2012. In 2015 werken alle lokale besturen en provincies volgens de principes en richtlijnen van dit besluit. De beleids- en beheerscyclus, verder BBC genoemd, is een systeem van beleidsmatig en financieel plannen, budgetteren, registreren en rapporteren. BBC beklemtoont de koppeling tussen beleidsmatige en financiële informatie vanuit een meerjarig perspectief. Het budget moet dan ook passen binnen het meerjarenplan. Zonder meerjarenplan is er dus geen budget en zijn er geen kredieten. Op 5 september 2014 werd de omzendbrief BB 2014/4 met de onderrichtingen van de Vlaamse Minister van Bestuurszaken over de aanpassing van de meerjarenplannen en de budgetten 2015 aan de lokale besturen bezorgd. De omzendbrief BB 2013/4 van 22 maart 2013 over de strategische meerjarenplanning en budgettering blijft hiernaast evenzeer van toepassing. De Vlaamse Minister van Bestuurszaken benadrukt het volgende: * Vooraleer een budget op te maken moet er een verplichte aanpassing van het meerjarenplan gebeuren om het rekeningresultaat 2013 te verwerken, teneinde het financieel evenwicht te kunnen aantonen en mogelijks ook om de geraamde ontvangsten en uitgaven te actualiseren en de planning eventueel te herbekijken. Zoniet volgt een schorsing of vernietiging door de toezichthoudende overheid. * De groeivoet voor het gemeentefonds wordt gehandhaafd op 3,5%. * De gemeentelijke sectorale subsidies worden geïntegreerd in het gemeentefonds en voorlopig bevroren op het in 2014 toegekende subsidiebedrag. * Belasting- en retributiereglementen dienen voor 31/1 van het aanslagjaar vernieuwd te worden. * De responsabiliseringsbijdragen dienen geactualiseerd te worden en deze die voor 2015 verschuldigd zijn, dienen als transactie in 2015 opgenomen te worden, ook al gebeurt de betaling pas in * Als gevolg van de opstart van de brandweerzones vanaf 1 januari 2015, dienen er vanaf 2015 dotaties voor de brandweerzones in het budget en meerjarenplan opgenomen te worden.

8 Blz. 6 In overeenstemming met artikel 146 van het gemeentedecreet, artikel van het ministerieel besluit dat het BBC- besluit verder uitvoert en omzendbrief BB 2013/4 is het meerjarenplan samen gesteld uit een strategische nota en een financiële nota. De beleidsnota is gebaseerd op de doelstellingenboom, die voortvloeit uit de SWOTanalyse die uitgevoerd werd op de studie van de gemeentelijke omgeving en dienstverlening. Deze beleidsnota beschrijft in zijn doelstellingennota binnen de diverse strategische doelstellingen énkel de prioritaire beleidsdoelstellingen met aansluitende actieplannen en acties opgenomen en toegelicht op basis van drie vragen: * Wat willen we bereiken? * Wat gaan we hiervoor doen? * Wat zijn de financiële gevolgen met aansluitende raming van de benodigde middelen? Schema B1: het doelstellingenbudget legt de link tussen de strategische nota en de financiële nota. Per beleidsdomein worden de ontvangsten en uitgaven apart geraamd voor de prioritaire beleidsdoelstellingen én het overig beleid. Schema M2 verduidelijkt hoe het financieel toestands- en structureel evenwicht van de stad gehandhaafd wordt en verantwoordt de aansluiting tussen strategische en financiële nota van het jaar Hierbij is het belangrijk dat de term prioritaire beleidsdoelstelling dient geïnterpreteerd te worden als een doelstelling waarover het bestuur een uitgebreider inhoudelijke en financiële opvolging en rapportering wenst. Een terminologie die duidelijk te onderscheiden is van het inhoudelijk belang van de overige strategische en beleidsdoelstellingen of van de Vlaamse beleidsprioriteiten. De overige beleidsdoelstellingen worden wegens de omvang niet in extenso opgenomen bij de bijlagen van de strategische nota. Ze zijn echter gepubliceerd en door iedereen consulteerbaar op de website van de stad Lokeren: De financiële nota bij het budget 2015 bestaat uit volgende schema s * B2 het exploitatiebudget * B3 de investeringsenveloppe * B4 de transactiekredieten voor invetseringsverrichtingen * B5 het liquiditeitenbudget

9 Blz. 7 De toelichting bij het budget 2015 geeft volgens onderstaande schema s verdere detailinformatie over: * TB 1: exploitatiebudget per beleidsdomein * TB 2:evolutie van het exploitatiebudget * TB 3: transactiekredieten investeringsverrichtingen per beleidsdomein * TB 4: Evolutie van de transactiekredieten voor investeringen * TB 5: evolutie van het liquiditeitenbudget De volgende lijsten geven extra informatie over: * lijst 1: overheidsopdrachten van werken, leveringen en diensten en daden van beschikking * lijst 2: verleende werkings- en investeringssubsidies * lijst3: BBC structuur In de bijlagen worden de nodige verantwoordingsstukken geboden.

10 Blz. 8 II. ONTSTAAN BUDGET 2015 a. Aanpassing meerjarenplan gemeenteraad Het college van burgemeester en schepenen hebben het voorontwerp van meerjarenplan en budget 2015 besproken op 7en 10/11/2014 en vastgesteld in zitting van 17 november Op 28 november 2014 wordt het gefinaliseerde voorontwerp van aanpassing van het meerjarenplan aan de gemeenteraad verzonden. Tegelijkertijd wordt het voorontwerp van de laatste budgetwijziging nr. 2014/4 op het dienstjaar 2014 en van het budget 2015 bezorgd, dat een extractie is van het geactualiseerde meerjarenplan Het gemeenteraadsdossier wordt door de betrokken sectorhoofden besproken binnen hun gemeenteraadscommissie voorafgaand aan de gemeenteraadszitting van 15 december 2014 waar het meerjarenplan vastgesteld wordt. De gedetailleerde bespreking binnen de gemeenteraadscommissie financiën gaat door op 8/12/2014. j. Toezicht Verplichte inzending besluit en bundel in extenso binnen de 20 dagen. In toepassing van de artikelen 253 en 255 van het Gemeentedecreet beschikt de provinciegouverneur over een toezichtstermijn van 50 dagen, te rekenen vanaf de derde dag na de verzending van een volledige bundel meerjarenplan/ budget. De gouverneur oefent een algemeen bestuurlijk toezicht uit, wat betekent dat het meerjarenplan onmiddellijk uitvoerbaar is na de vaststelling in de gemeenteraad. k. Digitale rapportering Aangezien de aanvraag voor Vlaamse subsidies geïntegreerd wordt binnen de digitale rapportering dient deze digitale rapportering eveneens binnen 20 dagen aan de Vlaamse Gemeenschap bezorgd te worden, teneinde de rechten van de stad op Vlaamse subsidiëring te vrijwaren. l. Budget 2015 Het budget 2015 kadert binnen de actualisering van het lopende meerjarenplan en focust in grote lijnen op volgende aanpassingen: * Verwerking van het resultaat van de jaarrekening 2013, zoals vastgesteld door de gemeenteraad van 20 oktober 2014.

11 Blz. 9 * Actualisering van de geraamde uitgaven- en ontvangstenkredieten in functie van de verbruiken 2013, de gecorrigeerde ramingen 2014 (zoals blijkt in de door de gemeenteraad van 20 oktober 2014 vastgestelde budgetwijziging nr. 2014/3) en de wijzigingen in de vooropgestelde planningen van het meerjarig investeringsbudget, zoals voorbereid in de aan de gemeenteraad van 15 december 2014 voorgelegde budgetwijziging nr. 2014/4. * De op de website van ABB Vlaanderen gepubliceerde bedragen voor het gemeentefonds worden overgenomen. De ontvangsten en uitgaven in kader van de sectorale subsidies worden bevroren op het niveau van * Traditiegetrouw worden de belasting- en retributiereglementen hernieuwd in de maand december, namelijk de maand voorafgaand aan het betrokken aanslagjaar. * Indexsprong voor de bezoldigingen 2015 * Stijging van de werkgeversbijdragen voor de pensioenen van de ambtenaren. (+ 4% tot 32,5%) * De responsabiliseringsbijdragen worden volgens de recentste ramingen van de RSZPPO, zoals bezorgd bij brief van (bijlage 1), als kost én schuld geboekt op het jaar van de transactie, ook al wordt de responsabiliseringsbijdrage pas het daaropvolgende jaar betaald. * Bevriezen ontvangsten APB en werkingsuitgaven * De samenwerkingsovereenkomst voor de vorming van de brandweerzone vanaf wordt zoals vastgesteld door de gemeenteraad van 20 oktober 2014 budgettair uitgewerkt. Er wordt een jaarlijkse dotatie aan de brandweerzone voorzien voor haar operationele werking (= investeringen en kosten personeel en werking, exclusief investeringen, onderhoud en andere kosten van de brandweergebouwen). Bijgevolg resteren op het stedelijk budget alle uitgavenkredieten betreffende de exploitatie en de investeringen, die gerelateerd zijn aan de gebouwen gebruikt voor de werking van de brandweerzone. Er wordt eveneens nog budget in uitgaven ingeschreven voor de erkentelijkheidspremie (BI AR ) van de brandweer en voor niet brandweer gerelateerde taken die verder door de brandweer zullen uitgeoefend worden. (BI AR )

12 Blz. 10 III. OPBOUW BUDGET a.opbouw BBC- structuur (detail in deel toelichting) De beleidsdomeinen zijn als elementaire basis van de BBC structuur bij beslissing van 25 juni 2012 door de gemeenteraad vastgesteld. Zij zijn gebaseerd op de beleidsmatige inhoudelijke indeling van de stedelijke werking van de stad. Volgende beleidsdomeinen zijn weerhouden 1. Algemeen bestuur 2. Algemene financiering 3. Wegen- en waterinfrastructuur 4. Landbouw, natuur-, water- en milieubeheer 5. Ondernemen en werken 6. Leren en onderwijs 7. Wonen en ruimtelijke ordening 8. Veiligheidszorg 9. Cultuur en vrije tijd 10. Welzijn en opvang Aan elk beleidsdomein werden de wettelijk genormeerde beleidsvelden gelinkt, die in functie van het actueel organogram en de interne werking eventueel verder uitgesplitst werden in beleidsitems. Aan elk beleidsitem werd het diensthoofd als een soort van budgetbewaker gelinkt. Er werd evenwel géén budgethouderschap zoals bepaald in hoofdstuk V, meer specifiek de artikelen 158 en 159 van het gemeentedecreet toegekend/gedelegeerd. Het college van burgemeester en schepenen blijft deze verantwoordelijkheid onder zijn bevoegdheden centraliseren. Dit betekent dat dit meerjarenplan in zijn bijlagen géén overzicht van budgethouders kan weer geven. Binnen deze BBC- structuur heeft de stad zich dermate georganiseerd dat de diensthoofden het budget zelf decentraal voorbereiden en opvolgen, maar ook het initiatief nemen om bestellingen aan te vragen, de opvolging van de leveringen te beheren en de daaropvolgende facturen op hun conformiteit met de bestelling en levering te controleren. Dit is een volledig digitaal ondersteund proces. Bij besluit van de gemeenteraad van 26 mei 2014 betreffende de notie van dagelijks

13 Blz. 11 bestuur en nominatief in het budget opgenomen overheidsdopdrachten en daden van beschikking zijn de krijtlijnen vastgelegd die het bestuur al eerder in functie van de opmaak van het budget 2013/2014 uitgetekend en toegepast heeft. Hierbij zijn de objectieve drempelbedragen bepaald om de bevoegdheid van de gemeenteraad en het college van burgemeester en schepenen bij de vaststelling van de voorwaarden en de wijze van gunnen en bij de daden van beschikking af te bakenen. Deze drempelbedragen worden gericht naar deze opgenomen in de wetgeving overheidsopdrachten. Het college van Burgemeester en schepenen is bevoegd voor de vaststelling van de voorwaarden en wijze van gunnen voor alle exploitatie uitgaven ongeacht het bedrag, omdat de dagelijkse werking van de stad als een daad van beheer te beschouwen is. De vaststelling van de voorwaarden en wijze van gunnen van investeringen en het aangaan van daden van beschikking die de drempel van de onderhandelingsprocedure, zijnde op heden exclusief BTW niet overschrijden, behoren tot de bevoegdheid van het schepencollege. De vaststelling van de voorwaarden en wijze van gunnen van investeringen en het aangaan van daden van beschikking die een bedrag groter dan exclusief BTW betreffen, blijven tot de bevoegdheid van de gemeenteraad behoren. b. doelstellingenboom (zie deel toelichting) De doelstellingenboom werd geformuleerd in functie van het handhaven en verder beklemtonen van de Lokerse sterktes en opportuniteiten en het beheersen van de zwaktes en bedreigingen voor de stad, zoals die blijken uit de omgevingsanalyse. De strategische doelstellingen zijn als rode draad per beleidsdomein geformuleerd door het bestuursniveau op advies van het managementteam. De beleidsdoelstellingen zijn te beschouwen als een verdere concretisering van de strategische doelstellingen en zijn geformuleerd op niveau van het management in overleg met het bestuursniveau en de sectoren. De actieplannen zijn verder door de sectoren geconcretiseerde beleidsdoelstellingen. De acties zijn te beschouwen als de effectieve uitwerking van de actieplannen door de diensten. De codering van de doelstellingen werd als volgt binnen de organisatie afgesproken: S0X: strategische doelstelling en het nummer B0X: beleidsdoelstelling en het nummer AP0X: actieplan en het nummer

14 Blz. 12 A0X: actie en het nummer De onderlinge verbanden binnen de doelstellingenboom kunnen als volgt samen gevat worden. Een strategische doelstelling kan verschillende beleidsdoelstellingen omvatten, zoals al dan niet prioritaire beleidsdoelstellingen één of meerdere actieplannen kunnen vermelden. Onder elk actieplan vindt u een oplijsting van acties die ondernomen worden om het actieplan uit te voeren. Elk actieplan moet minstens één actie omvatten. In 2015 wordt de doelstellingenboom geactualiseerd in functie van volgende wijzigingen qua organisatie, inkomende of uitgaande subsidiëring: * Het organogram voorziet vanaf 2015 in de volledige integratie van welzijnstaken onder de dienst samenleving, die finaal ressorteert onder het sociaal huis van Lokeren. De doelstellingen in verband met flankerend onderwijs, integratie, bestrijding van kinderarmoede en gemeentelijke ontwikkelingssamenwerking, maatschappelijk kwetsbare kinderen en jongeren worden dan ook gebundeld onder beleidsdomein 10: Welzijn en opvang. De benodigde budgetten voor de werking van de dienst samenleving blijven evenwel onder het stedelijk budget zitten. * Opstart brandweerzone Oost vanaf 01/01/2015. Enkel de werking en het personeel worden integraal aan de zone overgedragen. Doelstellingen en budgetten betreffende onderhoud en het gebruik van het onroerend patrimonium blijven behouden. * In functie van de verantwoording van de subsidie voor kinderarmoede (Lieten) worden eveneens aanpassingen in de doelstellingenboom uitgevoerd. Deze aanpassingen worden in de doelstellingenboom bij het initiële meerjarenplan aangeduid door de schrapping/ doorhaling van de oude doelstellingen, actieplannen en acties en door het inkleuren van de nieuwe, verschoven of geherformuleerde doelstellingen, actieplannen en acties. c. Indicatoren De beleidsdoelstellingen worden minstens jaarlijks geëvalueerd aan de hand van één van onderstaande indicatoren. Zij kunnen evenwel ook naar keuze maandelijks, per kwartaal, semesterieel beoordeeld worden. Numeriek: voor een vooraf gedefinieerde eenheid de waarde meten die je wenst te bereiken of te doen dalen

15 Blz. 13 Bedrag: de uitvoering van de doelstelling wordt gemeten door het aangeven van de bereikte waarde in Tekst: voor de indicatoren die moeilijker in waarden kunnen uitgedrukt worden, zoals bijvoorbeeld kwaliteit zal de opvolging van de doelstelling in beknopte prozatekst geformuleerd worden Keuzelijst: Op basis van de keuzelijst kan aangeduid worden of een beleidsdoelstelling slecht, gemiddeld, goed, beter, uitstekend Boolean: Voor doelstellingen op te volgen waarvan alleen het eindresultaat beoordeelt of het al dan niet uitgevoerd is.

16 Blz. 14 IV. BEREKENING BUDGET 2015 Het budget 2015 werd op een realistische, goed overwogen wijze opgebouwd, geraamd en berekend. Het bestuur wenst echter de relativiteit van een meerjarenplanning te benadrukken. Het is niet altijd mogelijk om te anticiperen op gewijzigde of onvoorzienbare beleidskeuzes of prioriteiten. Het is evenmin een evidentie om nu al precieze bedragen voor de investeringen en hun gerelateerde subsidies voor bijvoorbeeld de tweede helft van de legislatuur te ramen. We kunnen ons bovendien evenmin vast pinnen op de fasering van grote investeringswerken omdat deze afhankelijk ook zijn van externe factoren zoals het weer, de subsidiërende overheid, eventuele faillissementen, en dergelijke meer. Het is dan ook evident dat de voorliggende meerjarenplanning jaar na jaar moet geactualiseerd en tot gevolg ook zal aangepast worden. In 2015 wordt het meerjarenplan geactualiseerd. Hier verduidelijken we hoe de berekening van het meerjarenplan voor 2015 aangepast of behouden wordt. a 1. Opbrengsten: Gemeentefonds De op 20/10/2014 geraadpleegde bedragen, zoals gepubliceerd op de website van het Agentschap voor Binnenlands bestuur zijn opgenomen in het meerjarenplan en worden bijgevolg niet aangepast. a 2. Opbrengsten: Aanvullende belastingen APB: aanvullende belasting op de personenbelasting Uit de analyse van de cijfers van de jaarrekeningen gedurende de voorgaande legislatuur blijkt dat de netto vastgestelde rechten voor APB in 2012, einde legislatuur, nauwelijks hoger liggen dan in 2007, het begin van de vorige legislatuur. Op een verloop van een legislatuur van 6 boekjaren kan er weinig structuur of trend vastgesteld worden in de evolutie van de Lokerse APB. Wat we aan inkomsten vaststelden is vrij grillig te benoemen. Soort belasting /2007 APB ,99%

17 Blz. 15 Deze evolutie komt voor het bestuur als onrealistisch en onverklaarbaar over. Vooral als men in de feiten op grond van een objectief document van de belastingadministratie als het formulier 173X van 15 januari 2013 vaststelt dat de stad Lokeren nog een waarde aan openstaande rechten uit APB tegoed heeft. Het formulier 173X van 13 januari 2014 legt voor het afgesloten dienstjaar 2013 voor de stad Lokeren nog steeds een waarde van ,84 openstaande rechten uit APB vast. (zie bijlage 2) Daarnaast geldt bovendien ontegensprekelijk dat de evolutie van de bevolking voortdurend aangroeit en tot gevolg ook het gemiddeld belastbaar inkomen van de Lokerse burger toeneemt. Uit onderstaande tabel aangevuld met de gegevens uit het verslag bij de jaarrekening 2013 blijkt dat de Lokerse bevolking al jaren gestaag toeneemt. Uit geen enkel element uit de omgevingsanalyse blijkt een tegenovergestelde verwachting. VI.1.Bevolking- evolutie Op 31/12 Aantal inwoners Groei % % ,68% ,57% ,99% ,03% ,56% ,11% ,52% ,09% ,84% ,83% ,30% Ook deze objectief vastgestelde jaarlijkse stijging van de bevolking komt niet tot uitdrukking in de geraamde bedragen APB. Dit sterkt ons in de conclusie dat ook de ontvangsten APB, de evolutie van de bevolking en de stijging van het gemiddeld belastbaar inkomen de huidige legislatuur dient te volgen.

18 Blz. 16 Aangezien op dit ogenblik in het voordeel van de stad nog steeds een bedrag van ,84. ( zie bijlage1 fiche 173X dd ) rechten APB open staan, zou men naar analogie met de berekening voor 2014 dit bedrag kunnen uit smeren over de resterende looptijd van het meerjarenplan. Dit stemt overeen met een jaarlijks extra bedrag bovenop de raming 2015 van of een index van 1,5%. We stellen echter in de jaarrekening voor het afgesloten dienstjaar 2013 vast dat de door de FOD financiën medegedeelde raming APB voor 2013 van voor een bedrag van niet gerealiseerd/uitbetaald werd. Dit is 6% minder ontvangsten dan initieel geraamd. Voor budgetjaar 2014 heeft de FOD financiën bij brief van 16 juni 2014 het geraamde bedrag APB 2014 naar ,56 verlaagd. Dit is een daling van ,44 tegenover het initieel geraamde bedrag Daarboven heeft de FOD financiën per brief van 7/11/2014, op de stad ontvangen op 12/11/2014 een verlaging van de geraamde ontvangsten APB met een bedrag van aangekondigd. Zo kan de stad voor 2014 slechts op een bedrag APB van ,45 rekenen. ( zie bijlage nr. 4- brief FOD financiën van 7/11/2014). Buiten het jaar 2008 is dit het laagste bedrag dat de stad ooit in zijn budget heeft ingeschreven. Dit zijn duidelijke tekenen aan de wand dat het inkohieringsritme en mogelijks ook het terugbetalingsritme aan de lokale besturen vertraagd wordt. De omzendbrief 2013/4 kondigt dit overigens ook aan. Op basis van voormelde vaststellingen meent het stadsbestuur dat een jaarlijks evolutiepercentage toepassen op de APB niet realistisch zou zijn, ook al zijn we van mening dat we net meerontvangsten uit de APB zouden kunnen realiseren. We bevriezen bijgevolg de raming APB op de op 12/11/2014 officieel gekende raming APB, namelijk ,25. Voor het jaar 2015 werd de raming APB zoals bezorgd bij brief van de FOD Financiën van 30/10/2014, op de stad Lokeren ontvangen op 12/11/2014 voor een bedrag van ,25 ingeschreven. (zie bijlage nr. 5- brief FOD financiën van 30/10/2014) De aanslagvoet voor de APB blijft in uitvoering van de strategische doelstelling 2 ongewijzigd en gehandhaafd op 7,5%.

19 Blz. 17 OOV: Gemeentelijke opcentiemen op de onroerende voorheffing Uit de analyse van de cijfers van de jaarrekeningen gedurende de voorgaande legislatuur blijkt dat de netto vastgestelde rechten voor OOV met 31,17% gestegen zijn. Soort belasting /2007 OOV ,17% Bovendien blijkt uit onderstaande tabel van het verslag bij de jaarrekening 2013, dat gebaseerd is op het overzicht van de inlichtingen inzake de kadastrale inkomens, dat het bebouwd belastbaar kadastraal inkomen in Lokeren al jaren constant stijgt. VI.2. Kadastraal belastbaar inkomen Jaar Gebouwd Ongebouwd Outillering Totaal , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , ,00 Volgens de recentste inlichtingen betreffende de toestand van het KI van 2014 bereikt Lokeren voor 2014 een belastbaar gebouwd kadastraal inkomen van (bijlage 3 toestand KI ) Dit bevestigt de stijgende tendens uit de voorgaande legislatuur. Uit de omgevingsanalyse blijken geen elementen die deze tendens negatief zouden kunnen beïnvloeden. Bovendien stellen we voor het afgesloten dienstjaar 2013 vast dat de stad opbrengsten uit de opcentiemen op de onroerende voorheffing ontvangen heeft, dit is 10,5% of meer dan initieel geraamd door de Vlaamse Belastingdienst. Voor budget 2014 hebben we een raming ontvangen van , bedrag dat opmerkelijk lager ligt dan het reëel ontvangen bedrag in (zie bijlage nr.6- brief Vlaamse belastingdienst)

20 Blz. 18 Op basis van voormelde vaststellingen meent het stadsbestuur aan dat een evolutie van de OOV met jaarlijks 5,5% een realistisch evolutiepercentage is en in het lopende meerjarenplan kan gehandhaafd worden, omdat de beleidskeuze van het voorgaand bestuur verder gezet wordt, door het aansnijden en ontwikkelen van een nieuw woonuitbreidingsgebied in Spoele, het inbreidingsgebied Hoedhaar en de ontwikkeling van een vierde industrieterrein E17/4. Voor het jaar 2015 werd de raming OOV zoals bezorgd bij brief van de Vlaamse Belastingdienst van 23/10/2014 voor een bedrag van ,13 ingeschreven. (zie bijlage nr. 7) De aanslagvoet voor de OOV blijft in uitvoering van de strategische doelstelling 2 ongewijzigd en gehandhaafd op opcentiemen. Opdeciem motorrijtuigen Uit de analyse van de cijfers van de jaarrekeningen gedurende de voorgaande legislatuur blijkt dat de netto vastgestelde rechten voor het opdeciem motorrijtuigen met 24,68% gestegen zijn. Soort belasting /2007 motorrijtuigen ,68% Bovendien stellen we voor het afgesloten dienstjaar 2013 vast dat de stad ,92 opbrengsten uit de opdeciem op de verkeersbelasting ontvangen heeft, dit is 12,45% of ,92 meer dan initieel geraamd door de Vlaamse Belastingdienst. Voor budget 2014 hebben we een raming ontvangen van , bedrag dat ongeveer gelijk is aan het in 2013 reëel ontvangen bedrag. Op basis van voormelde vaststellingen meent het stadsbestuur dat een evolutie van het opdeciem motorrijtuigen met jaarlijks 4,5% een realistisch evolutiepercentage is en ook voor de komende jaren van het meerjarenplan kan gehandhaafd worden. Voor het jaar 2015 werd de raming opdeciem op motorrijtuigen zoals bezorgd bij brief van de Vlaamse Belastingdienst van 23/10/2014 voor een bedrag van ingeschreven. (zie bijlage nr. 7)

21 Blz. 19 a. 3. Opbrengsten: Lokale belastingen De voortdurende stijging van het bevolkingsaantal, gemiddeld belastbaar inkomen en het belastbaar onroerend inkomen van de Lokerse burger doen het bestuur besluiten dat een positieve evolutie van de lokale belastingen met jaarlijks 1% realistisch en voorzichtig ingeschat zijn. Dit voorzichtige beleid blijft gehandhaafd tijdens de uitvoering van dit meerjarenplan. De tarieven voor de lokale belastingen blijven in uitvoering van de strategische doelstelling 2 ongewijzigd. a. 4. Opbrengsten: Retributies Binnen het meerjarenplan wordt er voor retributies geen jaarlijks evolutiepercentage toegepast. De tarieven voor de retributies blijven in uitvoering van de strategische doelstelling 2 ongewijzigd. In kader van de brandweerzone Oost zal vanaf 1 januari 2015 geen retributies meer voor brandweertussenkomsten gebudgetteerd of geïnd worden. Dit zal voortaan door de brandweerzone Oost gebeuren. Ook de BOT, de bijdrage op het transport van afvalwater en berekend volgens coëfficiënt 1 op de bovengemeentelijke heffing van de drinkwaterfactuur blijft gehandhaafd. De nieuwe GAS - ontvangsten voor stilstaan en parkeren worden voor 2015 voor ingeschreven onder BI en AR a. 5. Financiële opbrengsten uit FVA Wat de dividenden betreft werd er enkel van IMEWO een raming van de dividenden gas en elektriciteit voor de komende jaren ontvangen. (zie bijlage nr. 8 brief dd 22/10/2014) Hetzelfde bedrag aan dividenden van 2013, namelijk werd voorgesteld en in het meerjarenplan aangehouden. b. 1. Uitgaven Personeel De jaarlijkse stijging van de bezoldigingen, vakantiegeld, tweede pensioenpijler andere vergoedingen en verzekeringspremie arbeidsongevallen en burgerlijke aansprakelijkheid van het stedelijk personeel worden aan een jaarlijks evolutiepercentage van 3,5% geraamd. Hier zijn inbegrepen een indexverhoging (2%) voor een volledig jaar en de financiële gevolgen van de functionele loopbaan (1,5%)

22 Blz. 20 Op datum van 21 oktober 2014 werd evenwel in de pers gecommuniceerd dat de federale regering een indexsprong voor 2015 voorziet. Bijgevolg werd het personeelsbudget enkel voor het jaar 2015 zonder index en dus slechts met een beperkte stijging van 1,5% ingecalculeerd. Deze berekeningswijze voor het personeelsbudget wordt ook gevolgd door het OCMW, de politie en EVA Gezinswelzijn en is verrekend in de gebudgetteerde gemeentelijke toelage voor deze entiteiten. In overeenstemming met de onderrichtingen worden de bijdragen die de RSZPPO int op de lonen van de statutairen voor 2014 met 2% tot 36%, in 2015 met 4% tot 40%, in 2016 met 0,5% tot 40,5% verhoogd bovenop de gebruikelijke 3,5% evolutie van de bezoldigingen. Dit betekent dat de werkgeversbijdragen van de stad voor de pensioenen van de statutairen als volgt stijgt: voor 2014 met 2% tot 28,50%, voor 2015 met 4% tot 32,50%, voor 2016 met 0,5% tot 33%. De responsabiliseringsbijdrage van het boekjaar wordt conform het transactieprincipe ingeschreven onder beleidsitem en AR De bedragen voorzien in het meerjarenplan worden aangepast in functie van de brief van de RSZPPO van 27/8/2014. Daarin wordt voor Lokeren voor 2015 een responsabiliseringsbijdrage van berekend. (zie bijlage nr. 1). De loonkosten van het onderwijzend personeel van het gemeentelijk basis- en kunstenonderwijs zijn budgettair neutraal voor de stad omdat ze gesubsidieerd worden door de Vlaamse Overheid. Zowel de hieraan gekoppelde kosten als opbrengsten worden jaarlijks met 3,5% geïndexeerd. De voorziening voor het jaarlijks vakantiegeld wordt volgens het transactieprincipe ook vastgelegd in het jaar waarop de transactie ontstaat, ook al worden ze pas het daaropvolgend boekjaar uitbetaald. Ze worden voorzien onder schulden op korte termijn, overige risico s en kosten. De stad verzorgt binnen zijn zilverfonds eveneens voor de pensioenreservering voor de actieve en gepensioneerde mandatarissen van de stad en het OCMW. Deze reserve wordt voor de gepensioneerde mandatarissen jaarlijks gespijsd vanuit het budget ( BI AR ). De aangelegde voorziening voor risico s en kosten voor de pensioenen van de

23 Blz. 21 actieve mandatarissen en de jaarlijkse inhoudingen op hun bezoldiging worden vanaf 2015 eveneens effectief in het zilverfonds gestort met volgende bedragen. Voorziening 2013: Inhoudingen 2014: (bedrag initieel budget) Inhoudingen 2015: Daarnaast werd dit zilverfonds aangelegd met de bedoeling om de stijging van de werkgeversbijdragen voor de statutairen van de stad, de politiezone en het OCMW indien nodig budgettair te neutraliseren. Tot heden werd er nog geen beroep op het zilverfonds gedaan en wordt er conform strategische doelstelling 2 de komende 6 jaar ook niet verwacht dit te moeten doen. Actiecode S02B01AP01A01 bepaalt immers dat het zilverfonds voor pensioenreservering gedurende het meerjarenplan gehandhaafd blijft om de stijgende werkgeversbijdragen voor de pensioenen het hoofd te bieden.

24 Blz. 22 Hieronder volgt de geactualiseerde waarde van het zilverfonds op datum van 31/12/2013: ZILVERFONDS statutairen stad mandatarissen stad statutairen PZ statutairen OCMW mandatarissen OCMW Totaal koopsom , , , , , ,00 intrest + winst , , , ,60 366, = 6% , , , , , ,36 premies , , , , ,54 intrest + winst , , , , ,36 PDOS betalingen ,72 0,00 0, , = 3,9% , , , , , ,20 premies , ,00 0,00 0, ,00 intrest + winst , , , ,48 743,42 PDOS betalingen 0, ,04 0,00 0, , = 4,15% , , , , , ,33 premies , ,00 0,00 0, ,00 intrest + winst , , , , ,61 PDOS betalingen 0, ,07 0,00 0, , = 4,10% , , , , , ,95 premies , ,00 0,00 0, ,00 intrest + winst , , , , ,23 PDOS betalingen 0, ,10 0,00 0, , = 3,53% , , , , , ,47 premies , ,00 0,00 0, ,00 intrest + winst , , , , ,02 PDOS betalingen 0, ,30 0,00 0, , = 3,5% , , , , , ,15 premies , ,00 intrest + winst , , , , ,24 PDOS betalingen , , = 4,48% , , , , , ,37

25 Blz. 23 b. 2. Uitgaven Werking Het bestuur is vanaf 2015 van mening dat de werkingskosten best voor de rest van het meerjarenplan bevroren worden omdat er eerder sprake is van desindexering dan indexering. Dit blijkt eveneens uit het voornemen van de Vlaamse Regering om de sectorale subsidies voorlopig vast te leggen op het niveau van 2014 en van de federale regering om te beslissen tot een algemene indexsprong. Het bestuur wenst hiermee in te spelen op de signalen van de hogere overheden. Deze financiële inspanning wordt ook gevraagd van het OCMW, de politie en de EVA Gezinswelzijn wat dan ook in de berekening van de gemeentelijke toelage aan deze entiteiten tot uiting kan komen. b. 3. Uitgaven Werkingssubsidies In de mate dat de andere publieke rechtspersonen, EVA s, intercommunales, verenigingen de stad voor 24/10/2014 in kennis hebben gesteld van hun verzoek tot bijdrage in hun werkingstekort van 2015 en/ of van hun meerjarenplannen, zijn de gevraagde werkingssubsidies in het meerjarenplan van de stad opgenomen. Wat de werkingssubsidies van het OCMW, de politiezone van Lokeren, EVA Gezinswelzijn, brandweerzone Oost en de afvalintercommunale IDM betreft, werden de bijdragen zoals berekend in hun respectievelijke meerjarenplannen overgenomen in het meerjarenplan van de stad. Wat de overige werkingssubsidies betreft, werd op de voor 2015 gevraagde subsidie een algemeen evolutiepercentage van 1,8% toegepast, tenzij dit uitdrukkelijk niet gevraagd werd zoals bv voor EVA Prolocc.

26 Blz. 24 Werkingssubsidie 2015 Politie MJP MJP OCMW MJP MJP IDM MJP MJP Kinderopvang MJP : 1,8% Buitenschoolse kinderopvang MJP : 1,8% Dienst 100 1,8% :1,8% Erediensten: MJP exclusief 2015 aanpassing aan saldo rekeningen : MJP Prolocc vast : vast De toelagen aan het OCMW, de dienst 100 en Prolocc blijven ongewijzigd zoals opgenomen in het meerjarenplan.

27 Blz. 25 De toelage van de politiezone stijgt tegenover het definitief budget 2014 met Dit is als volgt te verklaren: UITGAVEN definitief % Verschil Personeel , Personeel VD , Werkingskosten , Overdrachten , Schuld , , OVERBOEKINGEN , , ONTVANGSTEN definitief % Verschil Boni , Vorig dienstjaar , Prestaties 0 0 0,00 0 Overdrachten stadstoelage , Overdrachten - andere , Schuld , , * Invulling kader operationelen met 3 hoofdinspecteurs interventie en 1 inspecteur verkeer = * De stijging van de werkgeversbijdrage voor de pensioenen van de statutairen ambtenaren van 26,5% naar 32,5% = * Extra onderhoudscontracten= * Overdrachten: personeelskosten voor niet invulling kader niet dubbel voorzien= * Voorzichtige inschatting subsidies= De toelage aan afvalintercommunale IDM wijzigt beperkt. Over de ganse lijn van het meerjarenplan wordt evenwel een beperkt stijgingspercentage van 1,8% gerespecteerd.

28 Blz. 26 De toelagen voor EVA Gezinswelzijn (kinderopvang en buitenschoolse kinderopvang) wijzigen wel. Het budget 2015 komt hoger uit dan het eindbudget Oorzaak is hier dat bij de opmaak van het stedelijk meerjarenplan , de EVA Gezinswelzijn nog geen eigen financiële meerjarenplanning bezat. De toelage aan de EVA Gezinswelzijn werd toen dan ook ingeschat aan een algemeen evolutiepercentage van 1,8%. Aangezien de personeelskosten binnen de EVA 49,6% van de totale uitgaven omvatten, is een evolutiepercentage van 1,8% niet realistisch als we uitgaan van een loonindex van 2% en een verhoging van de functionele loopbaan van 1,5%. Toegepast op de personeelskosten 2014 van geeft de evolutie van de functionele loopbaan à 1,5 % een nominale stijging van Als we de stedelijke toelagen aan de EVA Gezinswelzijn totaliseren dan zien we dat het verschil met het voorgaande jaar grosso modo te verantwoorden is door de evolutie van de personeelskosten. EVA Gezinswelzijn Kinderopvang Buitenschoolse Totaal Voor de erediensten zien we lichte verschuivingen in het meerjarenplan. Dit wordt veroorzaakt omdat zij in de berekening van hun budget het resultaat van de laatst afgesloten jaarrekening (in casu 2013) dienen te verwerken. Dit is intussen gebeurd voor 2014 en Vanaf 2016 en volgende vallen zij terug op het meerjarenplan.

29 Blz. 27 b. 4. Uitgaven Financiële kosten van de leningen De nieuw voorziene leningen werden berekend met volgende parameters: looptijd 15 jaar, vaste rentevoet, berekend op basis van een rentevoet van 3,5%. De evolutie van de schuld wordt gevisualiseerd in de toelichting onder schema TM2. c. Gecumuleerd budgettair resultaat vorige dienstjaren/ 2013 De jaarrekening 2013, zoals vastgesteld door de gemeenteraad van 20 oktober 2014 werd verwerkt in de derde budgetwijziging van 2014, eveneens op de gemeenteraad van 20 oktober 2014 vastgesteld. Hieruit blijkt dat het gecumuleerd budgettair resultaat van de vorige boekjaren na integratie met de regie voor grond en bouwbeleid = bedraagt. d. Gecumuleerd budgettair resultaat 2014 Het is aangewezen dat de gemeenteraad van 15 december 2014 vóór de goedkeuring van het meerjarenplan nog een budgetwijziging nummer 2014/4 op het investeringsbudget van 2014 goedkeurt, teneinde in het meerjarenplan en budget 2014 met een transparant en realistisch gecumuleerd budgettair resultaat van 2014 te kunnen vertrekken. Deze vierde wijziging op het budget van 2014 resulteert in een gecumuleerd budgettair resultaat van Dit zelfde bedrag vindt u in het eerste budgettair jaar van het meerjarenplan, 2015 terug als het gecumuleerd budgettair resultaat van het vorig dienstjaar 2014.

30 Blz. 28 V. DUBBEL EVENWICHTCRITERIUM De stad Lokeren voldoet aan het wettelijk genormeerde toestands- en structureel financieel evenwicht. Het resultaat op kasbasis is elk jaar van het meerjarenplan positief. 2015: De autofinancieringsmarge is elk jaar van het meerjarenplan en dus ook het laatste legislatuurjaar positief. 2015:

31 Blz. 29 VI. BELEIDSNOTA De beleidsnota nota bespreekt enkel de strategische en beleidsdoelstellingen die gedetailleerd gerapporteerd worden en door het BBC- besluit als prioritaire beleidsdoelstellingen dienen gekwalificeerd te worden. U vindt hier de 3 prioritaire doelstellingen die het bestuur zich vooropstelt in 2015 te realiseren. Strategische doelstelling: S03 ( = beleidsdomein wegen- en waterinfrastructuur) Algemeen streven naar veilige, goed uitgeruste en goed onderhouden accommodaties en openbare infrastructuur, in het bijzonder met betrekking tot de wegenis, het rioolbeheer en de wateroverlastbestrijding Wat willen we bereiken? Beleidsdoelstelling:S03B07 Aanleg en onderhoud wegen en riolen: N47 - Zelebaan Wat gaan we ervoor doen? Actieplan S03B07AP01 Herinrichting van gewestwegen in samenwerking met AWV Aanpassing timing project: van 2014 naar 2015 van 2014 naar 2017: Wat zijn de financiële gevolgen? Exploitatie Investeringen Liquiditeiten Uitgave Ontvangst Saldo Uitgave Ontvangst Saldo Uitgave Ontvangst Saldo

32 Blz. 30 Strategische doelstelling: S05 (= beleidsdomein ondernemen en werken) Uitbouwen van een dynamisch, welvarend, werkzaam, economisch gezond en aantrekkelijk Lokeren Wat willen we bereiken? Beleidsdoelstelling: S05B03 Positief economisch microklimaat stimuleren door de uitbouw van het nieuwe industrieterrein E17/4 Wat zijn de globale financiële gevolgen? Exploitatie Investeringen Liquiditeiten Uitgave Ontvangst Saldo Uitgave Ontvangst Saldo Uitgave Ontvangst Saldo Wat gaan we ervoor doen? Actieplan S05B03AP01: Verwerven en verkopen gronden industrieterrein 2015: toevoegen uitwinningsvergoeding E17/4 VAN Wat zijn de financiële gevolgen? Exploitatie Investeringen Liquiditeiten Uitgave Ontvangst Saldo Uitgave Ontvangst Saldo Uitgave Ontvangst Saldo

33 Blz. 31 Wat gaan we ervoor doen? Actieplan S05B03AP02: Het uitbouwen van een nieuw industriepark E17/4 Wat zijn de financiële gevolgen? Exploitatie Investeringen Liquiditeiten Uitgave Ontvangst Saldo Uitgave Ontvangst Saldo Uitgave Ontvangst Saldo

34 Blz. 32 Strategische doelstelling: S06 (= beleidsdomein Leren en onderwijs) Aanbieden van een pedagogisch en infrastructureel kwalitatief basis- en deeltijds kunstonderwijs. Wat willen we bereiken? Beleidsdoelstelling: S06B04 De biedt infrastructureel kwalitatief onderwijs Wat gaan we ervoor doen? Actieplan S06B04AP01: De vooropgestelde budgetten blijven behouden i.f.v. de noodzakelijkheid aan nieuwbouw school Spoele.. Wat zijn de financiële gevolgen? Exploitatie Investeringen Liquiditeiten Uitgave Ontvangst Saldo Uitgave Ontvangst Saldo Uitgave Ontvangst Saldo

35 Blz. 33 SCHEMA S: B1 Het doelstellingenbudget De financiële toestand LIJSTEN: Lijst 1: Overheidsopdrachten van werken, leveringen en diensten en daden van beschikking Lijst 2: Verleende werkings- en investeringssubsidies Lijst 3: BBC structuur

36 Blz. 34

37 B1: Het doelstellingenbudget Initieel budget/mjp 2015 Blz. 35 Uitgaven Ontvangsten Saldo Beleidsdomein ALGFIN Prioritaire beleidsdoelstellingen Exploitatie Investeringen Andere Overig beleid Exploitatie Investeringen Andere Beleidsdomein ALGBEST Prioritaire beleidsdoelstellingen Exploitatie Investeringen Andere Overig beleid Exploitatie Investeringen Andere Beleidsdomein NATUUR Prioritaire beleidsdoelstellingen Exploitatie Investeringen Andere Overig beleid Exploitatie Investeringen Andere Beleidsdomein ONDERN Prioritaire beleidsdoelstellingen Exploitatie Investeringen Andere Overig beleid Exploitatie Investeringen Andere Beleidsdomein ONDERWIJS Prioritaire beleidsdoelstellingen Exploitatie Investeringen Andere Overig beleid Exploitatie Investeringen Andere Beleidsdomein RUIMTEPLAN Prioritaire beleidsdoelstellingen Exploitatie Investeringen Andere Overig beleid Exploitatie Investeringen Andere

38 Blz. 36 Beleidsdomein VEILIG Prioritaire beleidsdoelstellingen Exploitatie Investeringen Andere Overig beleid Exploitatie Investeringen Andere Beleidsdomein VRIJETIJD Prioritaire beleidsdoelstellingen Exploitatie Investeringen Andere Overig beleid Exploitatie Investeringen Andere Beleidsdomein ZORG Prioritaire beleidsdoelstellingen Exploitatie Investeringen Andere Overig beleid Exploitatie Investeringen Andere Beleidsdomein INFRASTRUC Prioritaire beleidsdoelstellingen Exploitatie Investeringen Andere Overig beleid Exploitatie Investeringen Andere Totalen Exploitatie Investeringen Andere

39 Schema: De financiële toestand Geconsolideerd MJPL Initieel budget 2015 Resultaat op kasbasis Jaar 2015 Jaar 2015 Blz. 37 I. Exploitatiebudget (B-A) A. Uitgaven B. Ontvangsten a. Belastingen en boetes b. Algemene werkingsbijdrage van andere lokale overheden 1.c. Tussenkomst door derden in het tekort van het boekjaar 2. Overige II. Investeringsbudget (B-A) A. Uitgaven B. Ontvangsten III. Andere (B-A) A. Uitgaven Aflossing financiële schulden a Periodieke aflossingen b Niet-periodieke aflossingen 2. Toegestane leningen 3. Overige transacties B. Ontvangsten Op te nemen leningen en leasings Terugvordering van aflossing van financiële schulden 2.a. Periodieke terugvorderingen b. Niet-periodieke terugvorderingen Overige transacties IV. Budgettaire resultaat boekjaar (I+II+III) V. Gecumuleerde budgettaire resultaat vorig boekjaar VI. Gecumuleerde budgettaire resultaat (IV+V) VII. Bestemde gelden (toestand op 31 december) A. Bestemde gelden voor exploitatie B. Bestemde gelden voor investeringen C. Bestemde gelden voor andere verrichtingen VIII. Resultaat op kasbasis (VI-VII) Autofinancieringsmarge Jaar 2015 Jaar 2015 I. Financieel draagvlak (A-B) A. Exploitatieontvangsten B. Exploitatie-uitgaven exclusief de nettokosten van schulden (1-2) Exploitatie-uitgaven Nettokosten van de schulden II. Netto periodieke leningsuitgaven (A+B) A. Netto-aflossingen van schulden B. Nettokosten van schulden Autofinancieringsmarge (I-II)

40 Blz. 38 Lijst opdrachten werken, leveringen en diensten en daden van beschikking Opdrachten voor werken, leveringen en diensten: Vaststelling van de wijze en voorwaarden van gunning wordt op basis van artikel 43 1 van het gemeentedecreet door de gemeenteraad aan het college van burgemeester en schepenen gedelegeerd voor de in onderstaande lijst opgenomen opdrachten voor werken, leveringen en diensten. (Art. 43 2, 11, b en art. 57 3, 6 GD en art. 16, 4 BVR BBC en art. 3 MB BBC) Daden van beschikking: Het stellen van daden van beschikking betreffende onroerende goederen wordt op basis van art van het gemeentedecreet door de gemeenteraad aan het het college van burgemeester en schepenen gedelegeerd voor de in onderstaande lijst opgenomen onroerende daden van beschikking. (Art. 43 2, 12 en art. 57 3, 8, b GD en art. 16, 5 BVR BBC en art.4 MB BBC) EXPLOITATIE Omschrijving opdracht Beleidsitem Alg. Rekening Bedrag/jaar SC/GR Reinigen van beglazing, ramen en geveldelen van diverse stadsgebouwen diverse SC Hospitalisatieverzekering diverse 622* SC Bebloeming centrumstraten SC Opmaken en drukken infokrant SC Onderhoudswerken openbare weg SC Leveren stookolie diverse SC Leveren van steenslag en mengpuin SC Maaiwerken binnen bermbeheersplan SC Maaiwerken buiten bermbeheersplan SC Groenonderhoud groene vingers E17/ SC Scheren langs wegen van houtkanten en houtopslag in grachten SC Aanstellen labo voor uitvoeren proeven wegen en rioleringswerken SC Onderhoud openbaar groen: Lokeren Noord SC Onderhoud openbaar groen: Lokeren Zuid SC

41 Blz. 39 Aankoop elektriciteitsproducten diverse 6110* SC Aankoop houtproducten diverse SC Aankoop bevestigingsproducten diverse SC Leveren van verkeersborden en toebehoren SC Aankoop betonproducten, bouwmaterialen/cement, betonijzers, metselmortel SC Reinigen rioolinfrastructuur SC Uitvoeren gladheidsbestrijding SC Verzekeringen diverse 612* SC Aankoop nieuwe boeken bib SC Aankoop nieuwe muziek- CD's en DVD's bib SC Ruimen van baangrachten SC Aankoop van verfproducten diverse SC Permanentie en preventief onderhoud pompstations SC Onkruidbestrijding zonder biociden langs wegen SC Stadstelevisie SC Aankoop werk en beschermkledij voor technisch personeel diverse SC Uitvoeren van diensten op afroep mbt groenbeheer en - onderhoud, natuurbeheer en landschapsherstel SC Uitvoeren van diensten mbt groenbeheer en - onderhoud SC Overeenkomst aankoop schoolboeken basisscholen SC Aankoop zuivelproducten basisscholen SC Aankoop dranken diverse SC Busvervoer stedelijke basisscholen b i h l basisscholen SC Aanstelling externe security polyvalente zaal voor activiteiten met versterkte muziek SC Huur kerstverlichting SC Uitvoeren van zomerboottochten SC