Fact sheet. Het sociaal kapitaal van Amsterdamse jongeren. nummer 5 juli 2007
|
|
- Evelien de Boer
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Fact sheet nummer 5 juli 2007 Het sociaal kapitaal van Amsterdamse jongeren Sociaal kapitaal is een breed begrip dat vooral door het werk van de politicoloog Robert Putnam bekendheid geniet. Het begrip wordt in toenemende mate gebruikt om te beschrijven hoe groepen zijn ingebed in de samenleving en op welke wijze dat proces van inbedding verloopt. 1 Een voorbeeld daarvan zijn de netwerkanalyses die worden uitgevoerd door het IMES, waarin met name naar relaties tussen (allochtone) organisaties en hun besturen wordt gekeken. 2 In de sociaal kapitaal theorie wordt gesproken van bonding (of binding), de banden met de eigen groep, en bridging, de banden met (of de bruggen naar) andere groepen. Bonding en bridging leiden tot, of staan gelijk aan, vertrouwen in anderen, van de eigen groep en van andere groepen. Daarnaast is het begrip linking van belang, dat de relatie tussen de overheid en (groepen) burgers omvat, een relatie die uiteraard ook gebaat is bij vertrouwen. Sociaal kapitaal wordt gezien als een belangrijke voorwaarde voor integratie van allochtone jongeren. De banden tussen de eigen groep en andere groepen, en uiteindelijk de individuele relaties die jongeren daarmee opbouwen, zijn uiterst belangrijk in het verwerven van een positie in de maatschappij, sociaal, cultureel en economisch. In deze fact sheet doen we een poging om het begrip te concretiseren en toe te passen op het dagelijkse leven van Amsterdamse jongeren. We kijken daarbij naar verschillende aspecten van het leven van jongeren en beschouwen sociaal kapitaal in termen van platformen: plaatsen waar jongeren elkaar ontmoeten. De gedachte daarbij is dat ontmoeting de eerste voorwaarde is voor het slaan van bruggen naar anderen. We gaan eerst na wat de rol is die de buurt en de stad voor jongeren spelen: wat is het belang van die omgeving en voelen ze zich er thuis? Vervolgens beschrijven we hoe jongeren naar hun sociale omgeving kijken. We gaan daarbij met name in op de vraag of ze zich gesteund voelen door hun omgeving. Het idee daarbij is dat om stevig verankerd te zijn in een maatschappij, het nodig is om een (onder)steunende sociale omgeving te hebben. Na deze psychologische aspecten, gaan we in op lidmaatschappen: van welke organisaties zijn jongeren lid en wat betekent dat lidmaatschap voor ze. In het vervolg van deze fact sheet beschrijven we aan de hand van een aantal belangrijke domeinen school, sport, uitgaan of er plekken zijn waar jongeren
2 Tabel 1 Verbondenheid van jongeren met geografische eenheden naar etnische achtergrond, 2006 (procenten) overige Marokkaans Turks Surinaams autochtoon Amsterdammers verbonden met jaar jaar jaar jaar 25+ jaar buurt stadsdeel Amsterdam Nederland bron: Burgermonitor 2006, O+S elkaar (kunnen) ontmoeten, anders gezegd, of er plekken zijn die het mogelijk maken om bruggen te slaan: het sportveld, het schoolplein en de discotheek. We eindigen met een beschrijving van de geografische verdeling van jongeren over de stad. We maken bij dit alles gebruik van onderzoek dat O+S recent heeft uitgevoerd. De kern wordt gevormd door de Amsterdamse Burgermonitor, maar we maken ook gebruik van de Kunst- en Cultuurmonitor, de Sportmonitor en cijfers over onderwijsparticipatie. Dat betekent dat het hier geschetste beeld een grofmazig karakter heeft: er wordt geen aandacht besteed aan kleinschalige initiatieven en we zijn ons ervan bewust dat niet aan alle ontwikkelingen in de stad evenveel recht gedaan wordt. Dat geldt zowel voor ontwikkelingen die leiden tot vergroting van sociaal kapitaal als ontwikkelingen die dat in de weg staan. Jongeren voelen relatief weinig verbondenheid met de buurt Om je stevig te voelen in een stad is het belangrijk om een uitvalsbasis te hebben. Het gezin waar je woont, je vrienden, de buurt waar je woont. Om met dat laatste te beginnen: uit de Burgermonitor 2006 blijkt dat relatief veel Amsterdamse jongeren zich niet thuis voelen in de buurt waar zij wonen. In tabel 1 zien we dat van bijvoorbeeld de Marokkaanse jongeren in Amsterdam slechts 59% zich thuis voelt in de buurt waar zij wonen, terwijl dit van de Amsterdammers van 25 jaar en ouder 80% is. De buurt is dus minder belangrijk voor jongeren dan voor de meeste (oudere) Amsterdammers. Ook tussen de groepen jongeren zijn er verschillen: voor Surinaamse en autochtone jongeren is de buurt belangrijker dan voor andere jongeren, hetgeen ook voor de stad en voor Nederland geldt. Verschillen tussen jongeren in sociale steun De cijfers die we hiervoor presenteerden laten een consistent beeld zien, dat erop duidt dat Turkse en Marokkaanse jongeren vrijwel met alle eenheden minder binding voelen dan de andere groepen. Het lijkt er op dat zij een meer algemeen gevoel van ontheemd zijn ervaren. De Burgermonitor biedt de mogelijkheid om na te gaan of dit samenhangt met contacten in de directe sociale omgeving. 3 In tabel 2 is met behulp van een viertal stellingen nagegaan hoe jongeren tegen hun sociale omgeving aankijken. Allochtone jongeren blijken het vaker dan autochtone jongeren eens te zijn met stellingen die op sociale isolatie duiden. Tabel 2 Sociale isolatie van jongeren naar etnische achtergrond en (zeer) eens met stellingen, 2006 (procenten) Marokkaans Turks Surinaams autochtoon verbonden met jaar jaar jaar jaar zelfs van je naaste familieleden kun je weinig belangstelling meer verwachten er zijn slechts weinig mensen met wie ik echt kan praten er is niemand die speciaal belangstelling voor je heeft vaak voel ik me in de steek gelaten bron: Burgermonitor 2006, O+S
3 Als we naar de gemiddelde scores op de stellingen kijken valt op dat Marokkaanse, Turkse en Surinaamse jongeren zich meer sociaal geïsoleerd voelen dan autochtone jongeren. Bijna drie op de tien de Turkse jongeren geven aan dat zij van hun naaste familie weinig te verwachten hebben. Voor Turkse en Marokkaanse jongeren geldt dat een kwart van hen zegt dat er niemand is met wie zij echt kunnen praten. Van de autochtone jongeren is dat één op de tien. Als we kijken naar de samenhang tussen de verschillende vragen blijkt dat hoe minder binding er met de sociale omgeving is, des te minder binding er met de buurt, de stad en het land is. Er lijkt dus inderdaad sprake te zijn van een meeromvattend gevoel van ontheemd zijn voor sommige jongeren. Het suggereert ook dat om stevig verankerd te zijn in je maatschappelijke omgeving, er sprake moet zijn van een degelijke basis, iets dat we zowel terug vinden in de sociaal kapitaal theorie, als in psychologische theorieën over hechting en identiteit. Jongeren verschillen in de verbondenheid met hun etnische groep In de literatuur wordt aan de eigen etnische groep een belangrijke rol toegekend in de vorming van sociaal kapitaal 5 : gemeenschappen waarvan de leden veel sociaal vertrouwen hebben, beschikken daarmee over (de basis voor) sociaal kapitaal. Om die reden gingen we na in hoeverre jongeren zich verbonden voelen met hun eigen etnische groep. In tabel 3 staan de percentages jongeren waar dat voor geldt. Jongeren met een Surinaamse afkomst voelen zich meer dan jongeren met een Marokkaanse of Turkse afkomst verbonden met hun eigen groep. Autochtone jongeren voelen zich het minst verbonden met hun eigen groep. Dat is overigens niet verwonderlijk. Zij vormen de meerderheid en etnische identiteit is voor hen vaak geen saillante vergelijkingsdimensie. Voor allochtone jongeren is dat (vooralsnog) veel meer het geval. Hun identiteit lijkt vaker bepaald te worden door hun etnische achtergrond, terwijl de identiteit van autochtone jongeren vaker bepaald wordt door andere groepslidmaatschappen. Formele verbondenheid Uit het voorgaande blijkt dat allochtone jongeren zich minder verbonden voelen met de buurt, meer sociale isolatie ervaren (met name jongeren met een Turkse en Marokkaanse achtergrond) en in het algemeen een sterkere binding voelen met hun eigen etnische groep dan autochtone jongeren. Als we sociaal kapitaal definiëren als het hebben van netwerken en relaties, dan is het interessant om te kijken naar meer formele lidmaatschappen. Uiteraard zijn die er (nog) niet zo veel voor deze jonge groep. In de Burgermonitor wordt gevraagd of men verbonden is aan organisaties en in tabel 4 is dat voor een aantal organisaties aangegeven voor de verschillende groepen. Het blijkt dat jongeren die zich verbonden voelen met een religieuze organisatie, ook vaker een groter sociaal isolement ervaren dan jongeren die zich hier niet mee verbonden voelen. Zo is bijvoorbeeld een kwart (25%) van de jongeren die verbonden zijn met een kerkelijke organisatie het er mee eens dat er slechts weinig mensen Tabel 3 Verbondenheid van jongeren met inwoners uit de eigen groep naar etnische achtergrond, 2006 (procenten) Marokkaans Turks Surinaams autochtoon verbonden met jaar jaar jaar jaar eigen etnische groep bron: Burgermonitor 2006, O+S Tabel 4 Verbondenheid van jongeren met organisaties naar etnische achtergrond, 2006 (procenten) Marokkaans Turks Surinaams autochtoon verbonden met jaar jaar jaar jaar activiteiten op school of opleiding kerkelijke organisatie, moskee allochtonenorganisatie bron: Burgermonitor 2006, O+S
4 4 zijn met wie ze echt kunnen praten, tegen 13% van de jongeren die niet verbonden zijn met een kerkelijke organisatie. Dat geldt niet alleen voor allochtone jongeren, maar ook voor autochtone jongeren. Ook blijkt dat Marokkaanse jongeren die lid zijn van een allochtonenorganisatie, zich vaker gediscrimineerd voelen dan Marokkaanse jongeren die daar geen lid van zijn (respectievelijk 86% en 58%). Het is onduidelijk hoe deze relatie verloopt. Voelen de jongeren zich gediscrimineerd en worden zij daarom lid van een dergelijke organisatie, hangt het lidmaatschap samen met een sterke identiteit en een grotere alertheid op discriminerende situaties of, als laatste, interpreteren deze jongeren situaties eerder als discriminerend? In ieder geval suggereert dit gegeven dat bonding, in de zin van het hebben van sterke banden binnen de eigen groep, niet per se leidt tot bridging. Sociaal kapitaal en het gevoel er bij te horen We zijn ingegaan op verschillende vormen van verbondenheid die jongeren al dan niet ervaren: met hun buurt, stad en land, met hun eigen etnische groep, en de meer formele verbondenheid met organisaties. Daarnaast hebben we gekeken naar de verbondenheid met de meest directe sociale omgeving: in welke mate voelen jongeren zich sociaal gesteund of juist geïsoleerd? Volgens de sociaal kapitaal theorie kunnen al deze vormen van verbondenheid leiden tot, of staan ze gelijk aan, vertrouwen: vertrouwen in de directe omgeving en in de leden van de eigen groep (bonding), vertrouwen in de leden van andere groepen (bridging) en ten slotte vertrouwen in de overheid (linking). We zouden kunnen zeggen dat dit vertrouwen in de medemens gelijk staat aan het gevoel er bij te horen en deel uit te maken van een groter geheel. Uit voorgaande analyse blijkt dat het sociaal kapitaal en dus het vertrouwen van jongeren verschilt. Een belangrijke vraag is vervolgens waar dit door komt en hoe het vergroot kan worden. Eerst zullen we kort ingaan op gevoelens van discriminatie en het mogelijke verband met sociaal kapitaal. Vervolgens zullen we kijken naar de platforms voor contact: waar ontmoeten jongeren elkaar? Discriminatie De mate waarin bonding en bridging plaats vinden zou kunnen afhangen van gevoelens van discriminatie. Een gemeenschappelijke bedreiging als discriminatie kan leiden tot bonding, doordat het groepsgevoel versterkt wordt. Aan de andere kant leiden gevoelens van discriminatie waarschijnlijk tot minder bridging. In hoeverre voelen Amsterdamse jongeren zich in het algemeen gediscrimineerd? Allochtone jongeren voelen zich meer gediscrimineerd dan autochtone jongeren, maar ook meer dan allochtone volwassenen. Van de allochtone jongeren (16-24 jaar) voelde 44% zich in 2006 gediscrimineerd, tegen 31% van de allochtone 25-plussers en 14% van de autochtone jongeren (zie tabel 5). Opvallend is het grote percentage Marokkaanse jongeren dat zich gediscrimineerd voelt (61%). Gevoelens van discriminatie blijken samen te hangen met het gevoel van etnische identiteit. Van de allochtone Amsterdammers die zich meer Nederlands voelen dan niet-nederlands (Surinaams, Marokkaans, Turks) voelt bijvoorbeeld ruim de helft (54%) zich nooit gediscrimineerd, tegen 22% van de allochtone Amsterdammers die zich meer verbonden voelen met het land van herkomst. Daarnaast is er een klein effect van opleidingsniveau: hoe hoger men is opgeleid, hoe minder vaak men zich gediscrimineerd voelt. Dit soort verbanden tussen identiteit en opleidingsniveau enerzijds, en gevoelens van discriminatie anderzijds kunnen verklaard worden doordat bepaalde groepen daadwerkelijk meer gediscrimineerd worden. Het kan echter ook zo zijn dat de gevoelens van discriminatie afnemen doordat de perceptie van gebeurtenissen verandert. Hoe het ook zij, gevoelens van discriminatie zijn een belangrijke indicator van de mate waarin bepaalde groepen zich ingebed voelen in de maatschappij. Tabel 5 Voelt zich soms/vaak gediscrimineerd op grond van etnische achtergrond, 2006 (procenten) Marokkaans Turks Surinaams autochtoon jaar jaar jaar jaar jaar bron: Burgermonitor 2006, O+S
5 Figuur 1 Niet-westerse allochtone 4-12 jarigen en leerlingen per wijk en school, schooljaar 2006/ 07 (procenten) 5 Niet-westerse leerlingen per school schooljaar 2006/ 07 (peildatum 1 oktober 2006) >= 75% (91) 50% tot 75% (32) 25% tot 50% (55) < 25% (36) Niet-westerse basisgeneratie (4 t/m 12 jaar) >= 75% 50% tot 75% 25% tot 50% < 25% bron: O+S Onderwijs Hiervoor beschreven we min of meer abstracte en psychologische vormen van verbondenheid: de buurt, de sociale omgeving en de etnische groep waar men deel van uitmaakt. Nu gaan we in op enkele domeinen die in het leven van veel jongeren een belangrijke rol spelen, platforms waar ze elkaar ontmoeten, namelijk school, sport en uitgaan. We kijken daarbij ook naar jongere kinderen. Basisonderwijs School is wellicht de belangrijkste ontmoetingsplek voor jongeren. We bekijken hoe groot de kans is dat jongeren met verschillende etnische achtergronden op school elkaar ontmoeten. De volgende afbeelding laat het percentage niet-westerse allochtone 4-12 jarigen per wijk en het percentage niet-westerse allochtone leerlingen per school zien. Hieruit blijkt dat een meerderheid van de Amsterdamse kinderen naar een overwegend witte of naar een overwegend zwarte school gaat (127 van de 204 scholen). De grootste groep wordt gevormd door scholen waarvan meer dan 75% van de leerlingen een niet-westerse allochtone afkomst heeft (91 scholen). De leerling-populatie van een school is over het algemeen een goede afspiegeling van de buurt waarin de school staat. Uiteraard maakt deze segregatie de kans dat allochtone en autochtone kinderen met elkaar in contact komen op de basisschool klein. Voortgezet onderwijs De basisschooladviezen voor het voortgezet onderwijs in Amsterdam verschillen tussen groepen. 6 Van de autochtone en westerse allochtone leerlingen krijgen zeven van de tien een HAVO- of VWO-advies. Zeven van de tien Surinaamse, Turkse en Marokkaanse leerlingen krijgen daarentegen een VMBO-advies. De deelname aan VMBO versus HAVO en VWO laten eenzelfde beeld zien: 74% van de autochtone en westerse allochtone leerlingen in de klassen drie tot en met zes volgden in het schooljaar 2005/ 06 HAVO of VWO, tegen respectievelijk 33%, 35% en 38% van de Marokkanen, Turken en Surinamers. 7 Op overwegend witte en zwarte scholen in het voortgezet onderwijs blijken vooral leerlingen in te stromen van respectievelijk witte en zwarte basisscholen. 8 Op de 12 middelbare scholen in Amsterdam met 75% of meer instroom van autochtone en westerse allochtone leerlingen, komt het merendeel van de leerlingen in het eerste jaar (67%) van witte basisscholen. 9 Aan de andere kant komt op de 14 Amsterdamse
6 Figuur 2 Niet-westerse allochtone en autochtone studenten wetenschappelijk onderwijs landelijk als percentage van de jarigen, 1995/ / 07 (indexcijfers, 1995/ 96=100) 6 * Voorlopige cijfers. bron: CBS, bewerking O+S middelbare scholen met 90% of meer instroom van niet-westerse allochtone leerlingen 67% van de leerlingen in het eerste jaar van zwarte basisscholen. 10 De segregatie in het basisonderwijs zet zich dus in directe lijn voort in het voortgezet onderwijs. Ook weten we uit onderzoek naar schoolkeuzemotieven dat het aandeel allochtone leerlingen een rol speelt bij de keuze voor een school, met name bij autochtone ouders. 11 In het VMBO onderwijs vinden we kortom veel overwegend zwarte scholen, terwijl we op VWO en gymnasiumscholen veel vaker autochtone leerlingen tegenkomen. Ook in het voortgezet onderwijs is de kans dat jongeren in contact komen met jongeren met een andere etnische achtergrond dus relatief klein (waarbij op zwarte scholen het aantal etnische groepen uiteraard meer divers is dan op witte scholen). Hoger onderwijs Ook het hoger onderwijs kan een plek zijn waar jongeren met verschillende achtergronden elkaar treffen. Allochtone jongeren gaan steeds vaker naar het HBO of het wetenschappelijk onderwijs, al blijft deze groep het hoger onderwijs minder bezoeken dan autochtone leerlingen. Een groot deel van de (vooral) autochtone jongeren in het hoger onderwijs komt overigens niet uit Amsterdam, maar van buiten de stad om hier te gaan studeren. In het hoger onderwijs is er, anders dan in het basis- en voortgezet onderwijs, geen sprake meer van segregatie. Hoewel we wel zien dat allochtone jongeren vaker voor bepaalde studierichtingen kiezen (rechten, bestuurskunde, economie), is dit wel een plek waar jongeren elkaar ontmoeten en met elkaar in contact komen. Sport Hoe groot is de kans dat jongeren met verschillende etnische achtergronden elkaar treffen in hun vrije tijd, bijvoorbeeld op de sportclub? Voor alle jongeren zijn sportclubs belangrijk als het gaat om het opbouwen van relaties met anderen. Autochtonen die sporten met allochtonen blijken bijvoorbeeld vaker een allochtone kennis te hebben en hebben meer vertrouwen in allochtonen, ook als er gecorrigeerd wordt voor andere factoren die hier mee samenhangen. 12 Opvallend hierbij is dat het niet uitmaakt hoe lang geleden en voor hoe lang iemand lid is geweest van een sportvereniging, enkel het feit of er ooit gesport is met allochtonen. In de Sportmonitor 13 is in het bijzonder gekeken naar wat jongere kinderen doen. Hieronder is voor de groep van 6-17 jarige kinderen gekeken naar hun lidmaatschap van een sportclub. Jongens zijn vaker lid dan meisjes, ongeacht van welke etnische groep zij zijn. De meeste leden vinden we onder autochtone jongens, van hen is ruim 80% lid. De minste leden vinden we onder Marokkaanse meisjes, slechts iets meer dan één op de tien van hen is lid. Voor Turkse en Marokkaanse vrouwen geldt dat zij aanmerkelijk
7 Figuur 3 Lidmaatschap sportverenigingen van 6-17 jarigen naar etnische achtergrond en geslacht, 2006 (procenten) 7 bron: Sportmonitor 2006, O+S vaker dan mannen aangeven dat zij niet gescheiden mogen sporten. Voor meisjes tot 17 jaar gaat het ongeveer om 15% en voor vrouwen tussen 35 en 55 jaar om 40%. Figuur 4 Bioscoopbezoek jongeren van jaar naar etnische achtergrond, 2006 (procenten, n=364) bron: Kunst- en Cultuurmonitor 2006, O+S Figuur 5 Welke bioscoop bezoeken jongeren van jaar, 2006 bron: Kunst- en Cultuurmonitor 2006, O+S Sportparticipatie en lidmaatschap van een sportvereniging blijken samen te hangen met de mate waarin jongeren zich met de Nederlandse cultuur identificeren: jongeren die sporten en jongeren die lid zijn van een sportvereniging, voelen zich wat vaker verbonden met de Nederlandse cultuur, terwijl jongeren die niet participeren op dit gebied zich vaker vooral met de eigen cultuur verbonden voelen. Pathé als bruggenbouwer? Sporten lijkt nog niet echt de ideale bruggenbouwer zoals we hiervoor hebben gezien. De vraag is of een andere belangrijke vrijetijdsbesteding, cultuur, een beter podium biedt om elkaar te ontmoeten. Recent voerde O+S de Kunst- en Cultuurmonitor 14 uit. Eén van de plekken waar Amsterdamse jongeren elkaar treffen is de bioscoop, zoals figuur 4 laat zien. In deze figuur is gekeken naar jongeren van jaar en we zien dat van alle etnische groepen het overgrote deel de bioscoop bezoekt. En de kans dat dat in dezelfde bioscoop is, is aanzienlijk. Over alle groepen jongeren heen blijkt de absolute top vier te worden gevormd door de drie Pathé s en City op het Leidseplein. We zien wel wat verschillen naar etnische achtergrond: Tuschinski is populairder onder autochtone jongeren dan onder allochtone jongeren, Pathé ArenA in Zuidoost is met name onder jongeren met een Surinaams/Antilliaanse en Turkse achtergrond populair. Deze twee groepen komen minder in Pathé de Munt, waar we meer autochtone jongeren en jongeren met een Marokkaanse achtergrond vinden. Bij de populariteit van Pathé Arena in Zuidoost onder Amsterdammers met een Surinaams/Antilliaanse achtergrond speelt de ligging in Zuidoost,
8 Figuur 6 Bezoek dance-party s en clubs laatste 12 maanden naar leeftijdsgroepen en etnische achtergrond, 2006 (procenten) 8 bron: Kunst- en Cultuurmonitor 2006, O+S waar veel van deze jongeren wonen, een belangrijke rol. Clubs en party s? Als jongeren wat ouder worden bezoeken zij naast de bioscoop vaker een club of een party. De gezamenlijkheid die we in de bioscoop tegenkomen lijkt daar wat verdwenen te zijn. Bezoek aan de moderne Amsterdamse clubs en party s lijkt vooralsnog iets meer een Nederlandse en Surinaamse aangelegenheid dan een Turkse of Marokkaanse. In de Kunst- en Cultuurmonitor keken we ook naar de favoriete clubs van verschillende groepen Amsterdammers. De volgende clubs worden vooral door Amsterdammers met een Nederlandse of Surinaams/Antilliaanse achtergrond bezocht: club Arena, Bitterzoet, 11, Melkweg en Panama. Odeon is een vrij exclusief Figuur 7 Jongeren van jaar die WEL naar informele feesten gaan, maar NIET naar andere uitgaansgelegenheden naar etnische achtergrond, 2006 (procenten) bron: Kunst- en Cultuurmonitor 2006, O+S Nederlandse club evenals de feesten in de Westergasfabriek. Feesten in de Amsterdam ArenA worden veel vaker door Amsterdammers met een Surinaams/Antilliaanse achtergrond bezocht, niet verwonderlijk gezien de ligging van het stadion en ook Vak Zuid is populair onder juist deze groep. Escape is een club die relatief populair is onder Amsterdammers met een Turkse achtergrond. Bij dit algemene beeld van segregatie in het uitgaansleven zijn positieve kanttekeningen te plaatsen. Zo blijkt uit interviews onder zogenaamde insiders in het clubcircuit, zoals barkeepers, portiers en frequente stappers, dat door het aanbod van feesten met muziekstijlen waar verschillende groepen op af komen, het publiek op dit soort trendsettende feesten de laatste jaren meer gemengd is geworden. 15 Mogelijk breidt deze integratie in het uitgaansleven zich de komende jaren uit en zal deze trend in de volgende Kunst- en Cultuurmonitor waarneembaar zijn. Informele feesten Waar gaan Amsterdammers jongeren met een Turkse en Marokkaanse achtergrond dan wel heen? In de Kunst- en Cultuurmonitor werd ook de participatie op het gebied van informele cultuur onderzocht. Het gaat hier om feesten buiten de publieke sector waar optredens van muzikanten, dansers of toneelspelers plaatsvinden en om religieuze feesten. Dergelijke bijeenkomsten worden vaker door Amsterdammers met een Marokkaanse en Turkse achtergrond bezocht. Met name als we naar de
9 Tabel 6 Contact met groepen naar etnische achtergrond, 2006 (procenten) Marokkaans Turks Surinaams autochtoon contact met jaar jaar jaar jaar alleen eigen etnische groep meest uit eigen etnische groep evenveel uit eigen als uit andere groepen meest uit andere groepen alleen uit andere groepen bron: Burgermonitor 2006, O+S groep jongeren van twaalf tot en met zeventien jaar kijken, zien we aanzienlijke verschillen. De vraag is of deze informele feesten een aanvulling vormen op het reguliere uitgaanscircuit, of dat ze bezocht worden in plaats van het reguliere circuit. Hier zien we aanzienlijke verschillen tussen de etnische groepen. Voor slechts 3% van de autochtone jongeren van 16 tot en met 28 jaar geldt dat zij uitsluitend informele feesten bezoeken. Onder allochtone Amsterdammers in deze leeftijdsgroep ligt dit percentage veel hoger, met name onder jongeren met een Turkse achtergrond: 44% van hen bezocht de afgelopen twaalf maanden voorafgaand aan de ondervraging wel een informeel feest, maar nam niet deel aan het reguliere circuit. Integratie door cultuur? Uit het bovenstaande blijkt dat deelname aan het culturele leven niet per se betekent dat jongeren met verschillende etnische achtergronden elkaar ontmoeten. Veel culturele activiteiten worden vooral met mensen uit de eigen etnische groep ondernomen. Ook worden door verschillende etnische groepen niet dezelfde plekken bezocht. Het feit dat een deel van het culturele leven van allochtone jongeren zich in het informele circuit afspeelt, maakt ook dat er weinig menging plaats vindt. Overigens lijkt deelname aan het reguliere culturele circuit wel te leiden tot een grotere verbondenheid met de Nederlandse cultuur: uit de enquête van De Staat van de Stad blijkt dat allochtone jongeren die deelnemen aan het culturele leven in de stad, zich vaker met Nederland verbonden voelen. Ook zijn allochtone jongeren die aan cultuur doen positiever over hun omgeving: zij zijn vaker van mening dat er mensen in hun omgeving zijn met wie ze kunnen praten, die ze begrijpen en waar ze bij terecht kunnen. Daarnaast is het percentage dat zich geïsoleerd voelt onder niet-westerse allochtone jongeren die deelnemen aan culturele activiteiten wat lager dan onder jongeren die niet in het culturele leven participeren. Hoewel cultuur dus niet per definitie tot ontmoeting van jongeren met een andere etnische groep leidt, lijkt de groep cultuurdeelnemers wel een sterkere band met Nederland te hebben en de sociale omgeving positiever te beoordelen. Bridging door contact met andere groepen? Wat vinden jongeren zelf van het contact met jongeren uit andere etnische groepen? In de Amsterdamse Burgermonitor is aan mensen gevraagd of zij vooral omgaan met mensen uit hun eigen etnische groep of ook met mensen met een andere achtergrond. Als we voor de verschillende groepen nagaan hoe hun relaties verdeeld zijn over etnische groepen dan valt op dat binnen de autochtone groep de meeste jongeren met hun eigen (etnische) groep omgaan, terwijl dit voor allochtone jongeren minder het geval is. Iets wat, zoals we eerder zagen, al begint op de basisschool als een bewuste keuze van veel ouders. Uiteraard is de kans dat autochtone jongeren meer met hun eigen groepsleden omgaan ook groter op grond van de omvang van deze groep. Overigens betekent dit resultaat niet dat leden uit andere groepen waar allochtone jongeren mee omgaan automatisch autochtone jongeren zijn. Dit kunnen evenzeer jongeren uit andere allochtone groepen zijn. Waar wonen die jongeren in de stad? Allochtone jongeren, met name Turkse en Marokkaanse, voelen zich weinig verbonden met hun buurt en de stad. Het lijkt er op dat zij een meer algemeen gevoel van ontheemd zijn ervaren. Dit gevoel van ontheemd zijn betekent dat er in mindere mate sprake is van integratie. Als we kijken naar de plekken waar jongeren elkaar ontmoeten (school, sport en uitgaan)
10 Figuur 8 Niet-westerse allochtonen als percentage van de jarigen, 1 januari % tot 83% 42% tot 63% 21% tot 42% 00% tot 21% bron: O+S blijkt dat de kans dat verschillende etnische groepen met elkaar in contact komen klein is. Dit begint bij de segregatie in het basis- en voorgezet onderwijs en zet zich voort in een achterblijvende sportparticipatie van allochtone jongeren en weinig deelname aan het reguliere culturele circuit. Er is een aanzienlijke groep allochtone, met name Turkse, jongeren die zich in het culturele leven uitsluitend richt op besloten informele en monoculturele bijeenkomsten. We zien ook dat van de autochtone jongeren 70% aangeeft vooral met leden uit de eigen etnische groep om te gaan. Deze resultaten kunnen niet los gezien worden van de geografische spreiding over de stad. Eerder zagen we dat een groeiend deel van de Amsterdamse basisscholen voor meer dan driekwart uit zwarte (of witte) kinderen bestaat en dat er daarbij een sterke samenhang is met hoe groepen over de stad verdeeld zijn. Voor kinderen in de lagere schoolleeftijd gelden strikte geografische grenzen. Maar, zoals we eerder in deze fact sheet betoogden, ook voor de oudere groepen geldt dat (fysiek) contact vooraf zal moeten gaan aan integratie tussen groepen en zoals de verdeling voor de oudere leeftijdgroep laat zien, is er per saldo geen verschil in de mate van segregatie tussen 0-11 jarigen en jarigen. Conclusies In deze fact sheet zijn we ingegaan op onderdelen van het sociaal kapitaal van jongeren: de relaties die ze onderhouden, de lidmaatschappen die ze hebben en hun vrije tijdsbesteding. De belangrijkste vraag daarbij was wat de platformen zijn waar jongeren elkaar ontmoeten. Ontmoeten jongeren elkaar? Allochtone jongeren, met name Turkse en Marokkaanse, voelen zich weinig verbonden met hun buurt en de stad. Het lijkt er op dat zij een meer algemeen gevoel van ontheemd zijn ervaren dat samenhangt met een gevoel van sociale isolatie. Belangrijk hierbij is dat jongeren die zich sociaal geïsoleerd voelen mogelijk het bindend sociaal kapitaal missen om overbruggend sociaal kapitaal te ontwikkelen. Als we kijken naar de plekken waar jongeren elkaar ontmoeten (school, sport en uitgaan) blijkt dat de kans dat verschillende etnische groepen met elkaar in contact komen klein is. Dit begint bij de segregatie in het basis- en voorgezet onderwijs en zet zich voort in een achterblijvende sportparticipatie van allochtone jongeren en geringe of selectieve deelname aan het reguliere culturele circuit. We zien ook dat van de autochtone jongeren 70% aangeeft
11 vooral met leden uit de eigen etnische groep om te gaan. Er is een aanzienlijke groep allochtone jongeren, met name Turkse, die zich in het culturele leven vooral richt op informele bijeenkomsten. Gezien het besloten karakter van deze feesten, die vaak in de familiesfeer plaatsvinden, is de kans dat jongeren met een verschillende etnische achtergrond elkaar daar treffen gering. Overigens is er op dit gebied wel een positieve ontwikkeling te zien: de sporten cultuurparticipatie blijven weliswaar achter, maar er is wel een duidelijke verbetering te zien ten opzichte van allochtonen van de eerste generatie. Toch zullen alle inspanningen om het sociaal kapitaal van jongeren te versterken blijven strijden met de vrij strikte geografische spreiding van groepen over de stad. Investeringen zullen dus over die grenzen heen moeten gaan. Daarbij zal de stad moeten aansluiten bij de interetnische voorlopers : Amsterdamse jongeren die letterlijk en figuurlijk over grenzen gaan, op het sportveld, in het uitgaanscircuit, en in het (hoger) onderwijs. 11
12 12 Noten 1 e.g., Putnam, R. (2000). Bowling alone: The collapse and revival of American community. New York: Simon & Schuster. 2 Tillie, J. (2004). Social capital of organisations and their members: Explaining the political integration of immigrants in Amsterdam, Journal of Ethnic and Migrations Studies, 30, Ontleend aan de Jong-Gierveld, Zie ook: Amsterdamse Burgermonitor, O+S. 4 Idem. 5 Fennema, M., Tillie, J., van Heelsum, A., Berger, M., en Wolff, R. (2000). Sociaal Kapitaal en Politieke Participatie van Etnische Minderheden. IMES, Amsterdam. 6 Bron: O+S. 7 Babeliowsky, M. & den Boer, R. (2007). Voortgezet onderwijs in beeld: De leerlingen en hun resultaten in het Amsterdamse VO. Babliowsky onderwijsonderzoek, Almere. 8 Bron: O+S. 9 Schoolscoregroepen 1 en 2, meer dan 75% 1.0 leerlingen. 10 Schoolscoregroep 7, meer dan 75% 1.9 leerlingen. 11 O+S, Mare: Schoolkeuzemotieven, Onderzoek naar het schoolkeuzeproces van Amsterdamse ouders, Van der Meulen, R. (2007). Alle Menschen werden Brüder: lidmaatschap van sportverenigingen, vriendschappen, kennissenkringen, en interetnisch vertrouwen. Mens & Maatschappij, 82, Amsterdamse Sportmonitor, O+S. 14 Ten Broeke, L. & Bosveld, W. (2006). Kunst- en Cultuurmonitor Amsterdam 2006, O+S. 15 Korf, D.J., Nabben, T., & Benschop, A. (2007). Antenne 2006: Trends in alcohol, tabak en drugs bij jonge Amsterdammers. Dutch University Press, Amsterdam. Colofon Weesperstraat VN Amsterdam Telefoon Fax algemeen@os.amsterdam.nl Auteurs: dr. Willem Bosveld dr. Clemens Wenneker drs. Lara ten Broeke drs. Jeroen Slot
Fact sheet. dat de segregatie in het voortgezet onderwijs
Fact sheet nummer 4 juni 2010 Segregatie in het voortgezet onderwijs In Amsterdam worden de zwarte middelbare scholen steeds zwarter en de witte steeds witter. Hoe komt dat? Niet alleen doordat allochtone
Nadere informatieFact sheet. Dienst Wonen, Zorg en Samenleven. Eigen woningbezit 1e en 2e generatie allochtonen. Aandeel stijgt, maar afstand blijft
Dienst Wonen, Zorg en Samenleven Fact sheet nummer 1 januari 211 Eigen woningbezit 1e en Aandeel stijgt, maar afstand blijft Het eigen woningbezit in Amsterdam is de laatste jaren sterk toegenomen. De
Nadere informatie5. Onderwijs en schoolkleur
5. Onderwijs en schoolkleur Niet-westerse allochtonen verlaten het Nederlandse onderwijssysteem gemiddeld met een lager onderwijsniveau dan autochtone leerlingen. Al in het basisonderwijs lopen allochtone
Nadere informatieScholen in de Randstad sterk gekleurd
Scholen in de Randstad sterk gekleurd Marijke Hartgers Autochtone en niet-westers allochtone leerlingen zijn niet gelijk over de Nederlandse schoolvestigingen verdeeld. Dat komt vooral doordat niet-westerse
Nadere informatie7. Deelname en slagen in het hoger onderwijs
7. Deelname en slagen in het hoger onderwijs Vergeleken met autochtonen is de participatie in het hoger onderwijs van niet-westerse allochtonen ruim twee keer zo laag. Tussen studiejaar 1995/ 96 en 21/
Nadere informatieMaatschappelijke participatie
8 Maatschappelijke participatie Maatschappelijke participatie staat voor actief zijn in de maatschappij, en dit kan op veel verschillende manieren. Veel Amsterdammers zijn actief lid van een maatschappe
Nadere informatieTOENAME SPANNINGEN TUSSEN BEVOLKINGSGROEPEN IN AMSTERDAMSE BUURTEN
TOENAME SPANNINGEN TUSSEN BEVOLKINGSGROEPEN IN AMSTERDAMSE BUURTEN 22 oktober Sinds 2011 meet Bureau O+S met een signaleringsinstrument de spanningen tussen bevolkingsgroepen in Amsterdamse buurten. De
Nadere informatieFact sheet. Concentraties van allochtone ouderen en jongeren,
Fact sheet nummer 1 maart 2004 Concentraties van allochtone ouderen en jongeren, 1994-2003 Waar in Amsterdam wonen allochtone jongeren en ouderen? Allochtonen wonen vaker dan autochtonen in gezinsverband
Nadere informatieMaatschappelijke participatie
9 Maatschappelijke participatie Maatschappelijke participatie kan verschillende vormen hebben, bijvoorbeeld de mate waarin mensen met elkaar omgaan en elkaar hulp verlenen binnen familie, vriendengroepen
Nadere informatieMonitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2016
1 Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 20 Fact sheet april 20 De totale werkloosheid onder Amsterdamse jongeren is het afgelopen jaar vrijwel gelijk gebleven aan 2015. Van de 14.000 Amsterdamse jongeren
Nadere informatieWeinig mensen sociaal aan de kant
Weinig mensen sociaal aan de kant Tevredenheid over de kwaliteit van relaties Hoge frequentie van contact met familie en vrienden Jongeren spreken of schrijven hun vrienden elke week 15 Drie op de tien
Nadere informatieHomoseksuelen in Amsterdam
Homoseksuelen in Amsterdam Projectnummer 9150 In opdracht van de Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling Marlon Nieuwenhuis drs. Marcel Janssen dr. Willem Bosveld Oudezijds Voorburgwal 300 Postbus 658 1012
Nadere informatieHoeveel potentie tot buurtparticipatie in Amsterdam?
Hoeveel potentie tot buurtparticipatie in Amsterdam? Met een terugtrekkende overheid die niet meer alle zorg kan en wil dragen, doet men steeds meer een beroep op de verantwoordelijkheid van de burgers.
Nadere informatieMonitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2015
1 Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2015 Fact sheet juni 20 De werkloosheid onder Amsterdamse jongeren is het afgelopen jaar sterk gedaald. Van de 3.00 Amsterdamse jongeren in de leeftijd van 15
Nadere informatieInformatie over de deelnemers
Tot eind mei 2015 hebben in totaal 45558 mensen deelgenomen aan de twee Impliciete Associatie Testen (IATs) op Onderhuids.nl. Een enorm aantal dat nog steeds groeit. Ook via deze weg willen we jullie nogmaals
Nadere informatieGrafiek 26.1a Het vóórkomen van verschillende vormen van discriminatie in Leiden volgens Leidenaren, in procenten 50% 18% 19% 17% 29%
26 DISCRIMINATIE In dit hoofdstuk wordt ingegaan op het vóórkomen en melden van discriminatie in Leiden en de bekendheid van en het contact met het Bureau Discriminatiezaken. Daarnaast komt aan de orde
Nadere informatieThuis voelen in Nederland: stedelijke verschillen bij allochtonen
Thuis voelen in Nederland: stedelijke verschillen bij allochtonen Jeroen Nieuweboer Allochtonen in, en voelen zich minder thuis in Nederland dan allochtonen elders in Nederland. Marokkanen, Antillianen
Nadere informatieSteeds meer niet-westerse allochtonen in het voltijd hoger onderwijs
Steeds meer niet-westerse allochtonen in het voltijd hoger onderwijs Esther van Kralingen Tussen studiejaar 1995/ 96 en 21/ 2 is het aandeel van de niet-westerse allochtonen dat in het hoger onderwijs
Nadere informatieVrijwilligerswerk in de provincie Groningen stabiel
Vrijwilligerswerk in de provincie Groningen stabiel De afgelopen jaren verschuiven steeds meer taken en verantwoordelijkheden in de samenleving van de overheid naar inwoners. Het idee achter deze participatiesamenleving
Nadere informatieTabak, cannabis en harddrugs
JONGERENPEILING 0 ZUID-HOLLAND NOORD De jongerenpeiling heeft als doel om periodiek op systematische wijze ontwikkelingen in gezondheid en gewoonten van jongeren in kaart te brengen. Dit is het eerste
Nadere informatieSegregatie in het onderwijs
Segregatie in het onderwijs Wat maakt middelbare scholen aantrekkelijk voor verschillende groepen leerlingen? Lotje Cohen 25 november 2010 25 november 2010 Segregatie in het onderwijs 2 In dit onderzoek
Nadere informatie8. Werken en werkloos zijn
8. Werken en werkloos zijn In 22 is de arbeidsdeelname van allochtonen niet meer verder gestegen. Onder autochtonen is het aantal personen met werk nog wel licht toegenomen. De arbeidsdeelname onder Surinamers,
Nadere informatieJeugd in Schildersbuurt. De wijk Schildersbuurt ligt in stadsdeel 5 Centrum en heeft inwoners (1 januari 2015).
Jeugd in Schildersbuurt De wijk Schildersbuurt ligt in stadsdeel 5 Centrum en heeft 31.639 inwoners (1 januari 2015). 1 Demografie Demografie Deze paragraaf geeft een beeld van de samenstelling van de
Nadere informatieBIJLAGEN. Dichter bij elkaar? De sociaal-culturele positie van niet-westerse migranten in Nederland. Willem Huijnk Jaco Dagevos
Dichter bij elkaar? De sociaal-culturele positie van niet-westerse migranten in Nederland Willem Huijnk Jaco Dagevos BIJLAGEN Bijlagen hoofdstuk 2... 2 Bijlagen hoofdstuk 3... 3 Bijlagen hoofdstuk 4...
Nadere informatieFact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam. nummer 5 maart 2013
Fact sheet nummer 5 maart 2013 Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam Er zijn ruim 133.000 jongeren van 15 tot en met 26 jaar in Amsterdam (januari 2012). Met de meeste jongeren gaat het goed in het onderwijs
Nadere informatieJeugdwerkloosheid Amsterdam over 2017
Gemeente Amsterdam Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 201 Factsheet maart 201 De totale werkloosheid onder Amsterdamse jongeren is het afgelopen jaar sterk gedaald ten opzichte van 201. Van de.000 Amsterdamse
Nadere informatieJeugd in Schildersbuurt-West. De buurt Schildersbuurt-West ligt in stadsdeel 5 Centrum en heeft inwoners (1 januari 2015).
Jeugd in Schildersbuurt-West De buurt Schildersbuurt-West ligt in stadsdeel 5 Centrum en heeft 14.291 inwoners (1 januari 2015). 1 Demografie Demografie Deze paragraaf geeft een beeld van de samenstelling
Nadere informatieLangdurige werkloosheid in Nederland
Langdurige werkloosheid in Nederland Robert de Vries In 25 waren er 483 duizend werklozen. Hiervan waren er 23 duizend 42 procent langdurig werkloos. Langdurige werkloosheid komt vooral voor bij ouderen.
Nadere informatieZijn autochtonen en allochtonen tevreden met hun buurtbewoners?
Zijn autochtonen en allochtonen tevreden met hun? Martijn Souren en Harry Bierings Autochtonen voelen zich veel meer thuis bij de mensen in een autochtone buurt dan in een buurt met 5 procent of meer niet-westerse
Nadere informatieOnderzoek Inwonerspanel Jongerenonderzoek: alcohol
1 (19) Onderzoek Inwonerspanel Auteur Tineke Brouwers Respons onderzoek Op 5 december kregen de panelleden van 12 tot en met 18 jaar (280 personen) een e-mail met de vraag of zij digitaal een vragenlijst
Nadere informatieCohortvruchtbaarheid van niet-westers allochtone vrouwen
Cohortvruchtbaarheid van niet-westers allochtone vrouwen Mila van Huis De vruchtbaarheid van vrouwen van niet-westerse herkomst blijft convergeren naar het niveau van autochtone vrouwen. Het kindertal
Nadere informatieNiet-westerse allochtonen behoren minder vaak tot de werkzame beroepsbevolking 1) Arbeidsdeelname niet-westerse allochtonen gedaald
7. Vaker werkloos In is de arbeidsdeelname van niet-westerse allochtonen gedaald. De arbeidsdeelname onder rs is relatief hoog, zes van de tien hebben een baan. Daarentegen werkten in slechts vier van
Nadere informatieAllochtonen op de arbeidsmarkt 2009-2010
FORUM Maart Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt 9-8e monitor: effecten van de economische crisis In steeg de totale werkloosheid in Nederland met % naar 26 duizend personen. Het werkloosheidspercentage
Nadere informatieUit huis gaan van jongeren
Arie de Graaf en Suzanne Loozen Jaarlijks verlaten bijna een kwart miljoen jongeren het ouderlijk huis. Een klein deel van hen is al vóór de achttiende verjaardag uit huis gegaan. De meeste jongeren gaan
Nadere informatieLelyStadsGeluiden. De mening van de jongeren gepeild. School en werk 2007
LelyStadsGeluiden De mening van de jongeren gepeild School en werk 007 In 007 hebben.37 jongeren meegewerkt aan de jongerenenquête. Het onderzoek had als doel om in kaart te brengen wat jongeren doen,
Nadere informatieJeugdwerkloosheid Amsterdam
Jeugdwerkloosheid Amsterdam 201-201 Factsheet maart 201 De afgelopen jaren heeft de gemeente Amsterdam fors ingezet op het terugdringen van de jeugdwerkloosheid. Nu de aanpak jeugdwerkloosheid is afgelopen
Nadere informatieAlleenstaande moeders op de arbeidsmarkt
s op de arbeidsmarkt Moniek Coumans De arbeidsdeelname van alleenstaande moeders is lager dan die van moeders met een partner. Dit verschil hangt voor een belangrijk deel samen met een oververtegenwoordiging
Nadere informatieDe Amsterdamse Burgermonitor 2005
De Amsterdamse Burgermonitor 2005 november 2005 Samenvatting van de resultaten Een grotere maatschappelijke en politieke betrokkenheid, maar ook een toenemend gevoel van discriminatie op grond van etnische
Nadere informatieOpleidingsniveau stijgt
Opleidingsniveau stijgt Grote doorstroom naar hogere niveaus Meer leerlingen vanuit vmbo naar havo Grote groep mbo ers naar het hbo 10 Jongens groeien gedurende hun onderwijsloopbaan Jongens na een diploma
Nadere informatieInzicht in het sportgedrag van Amsterdammers. In opdracht van: Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling. Robert Selten. Jessica Greven.
Inzicht in het sportgedrag van Amsterdammers In opdracht van: Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling Projectnummer: 12287 Robert Selten Jessica Greven Willem Bosveld Bezoekadres: Oudezijds Voorburgwal 300
Nadere informatiePartnerkeuze bij allochtone jongeren
Partnerkeuze bij allochtone jongeren Inleiding In april 2005 lanceerde de Koning Boudewijnstichting een projectoproep tot voorstellen om de thematiek huwelijk en migratie te onderzoeken. Het projectvoorstel
Nadere informatieLelyStadsGeluiden. De mening van de jongeren gepeild. Leefbaarheid, Veiligheid en welzijn 2007
LelyStadsGeluiden De mening van de jongeren gepeild Leefbaarheid, Veiligheid en welzijn 2007 In 2007 hebben 2.937 jongeren meegewerkt aan de jongerenenquête. Het onderzoek had als doel om in kaart te brengen
Nadere informatieFact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2013
Fact sheet nummer 9 juli 2013 Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2013 Er zijn in Amsterdam bijna 135.000 jongeren in de leeftijd van 15 tot 27 jaar (januari 2013). Veel jongeren volgen een opleiding of
Nadere informatieWonen zonder partner. Arie de Graaf en Suzanne Loozen
Arie de Graaf en Suzanne Loozen In 25 telde Nederland 4,2 miljoen personen van 18 jaar of ouder die zonder partner woonden. Eén op de drie volwassenen woont dus niet samen met een partner. Tussen 1995
Nadere informatie8 Centraal Bureau voor de. Jonge e n e r g tevreden over vriendenkring Jong en gelukkig. Buitengewoon tevreden. Weinig eenzaamheid
Jonge e n e r g tevreden over vriendenkring Jong en gelukkig Jongeren en jong-volwassenen zijn zeer tevreden met het leven. Zij zijn nauwelijks eenzaam en zijn erg te spreken over hun vriendenkring. Ook
Nadere informatieBijlagen bij hoofdstuk 7 Sociaal-culturele integratie Sandra Beekhoven (SCP) en Jaco Dagevos (SCP)
Jaarrapport Integratie Sociaal en Cultureel Planbureau / Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum / Centraal Bureau voor de Statistiek september, 2005 Bijlagen bij hoofdstuk 7 Sociaal-culturele
Nadere informatieWIE IS DE NIET-WESTERSE ALLOCHTONE GEVER?
WIE IS DE NIET-WESTERSE ALLOCHTONE GEVER? Amsterdam, november 2011 Auteur: Dr. Christine L. Carabain NCDO Telefoon (020) 5688 8764 Fax (020) 568 8787 E-mail: c.carabain@ncdo.nl 1 2 INHOUDSOPGAVE Samenvatting
Nadere informatieArbeidsdeelname van paren
Arbeidsdeelname van paren Johan van der Valk De combinatie van een voltijdbaan met een is het meest populair bij paren, met name bij paren boven de dertig. Ruim 4 procent van de paren combineerde in 24
Nadere informatieSociaal kapitaal en gezondheid. Annelien Poppe Evelyn Verlinde Prof. dr. Sara Willems Prof. dr. Jan De Maeseneer
Sociaal kapitaal en gezondheid Annelien Poppe Evelyn Verlinde Prof. dr. Sara Willems Prof. dr. Jan De Maeseneer Inhoudstafel Sociaal kapitaal: definitie Sociaal kapitaal bij financieel kwetsbare welzijnszorggebruikers
Nadere informatieDe Amsterdamse Burgermonitor 2011
De Amsterdamse Burgermonitor 2011 Samenvatting van de resultaten stadsdeel Nieuw- September 2012 O+S (, gemeente Amsterdam) onderzoekt sinds 1999 in de Burgermonitor de relatie van Amsterdammers met hun
Nadere informatieFact sheet Overige niet-westerse allochtonen in Amsterdam Groei overige niet-westerse allochtonen, 1992-2005 (procenten)
Fact sheet nummer 2 februari 2006 Overige niet-westerse allochtonen in Amsterdam Tussen 1992 en 2005 is de groep overige niet-westerse allochtonen in Amsterdam met maar liefst 86% toegenomen. Tot deze
Nadere informatieDemografische levensloop van jongeren na het uit huis gaan
Carel Harmsen en Liesbeth Steenhof In dit artikel wordt de levensloop gevolgd van jongeren die in 1995 het ouderlijk huis hebben verlaten. Hierbij wordt ook aandacht besteed aan de verschillen tussen herkomstgroeperingen.
Nadere informatieSlachtoffers van woninginbraak
1 Slachtoffers van woninginbraak Fact sheet juli 2015 Woninginbraak behoort tot High Impact Crime, wat wil zeggen dat het een grote impact heeft en slachtoffers persoonlijk raakt. In de regio Amsterdam-Amstelland
Nadere informatieRoken, drinken en gokken. Nagegaan is hoeveel en hoe vaak jongeren uit de gemeente Groningen roken, drinken en gokken. Hierbij is een onderverdeling
De Jeugdpeiling is een instrument met als doel op systematische wijze ontwikkelingen en trends in riskante gewoonten van jongeren in kaart te brengen. Hierbij is de aandacht gericht op gedrag met betrekking
Nadere informatie10. Veel ouderen in de bijstand
10. Veel ouderen in de bijstand Niet-westerse allochtonen ontvangen 2,5 keer zo vaak een uitkering als autochtonen. Ze hebben het vaakst een bijstandsuitkering. Verder was eind 2002 bijna de helft van
Nadere informatieVan mbo en havo naar hbo
Van mbo en havo naar hbo Dick Takkenberg en Rob Kapel Studenten die naar het hbo gaan, komen vooral van het mbo en de havo. In het algemeen blijven mbo ers die een opleiding in een bepaald vak- of studiegebied
Nadere informatieFact sheet. Dienst Infrastructuur Verkeer en Vervoer. want fietsen is wel erg gaaf. Amsterdamse leerlingen fietsen minder vaak dan landelijk
Dienst Infrastructuur Verkeer en Vervoer Fact sheet januari 2008 want fietsen is wel erg gaaf Als het verkeer niet zo druk zou zijn zou ik mijn tijd willen besteden om te fietsen want fietsen is wel erg
Nadere informatie77% 16% 7% tevreden neutraal ontevreden. 14% 22% 6% Familie Vrienden Buren
Sociaal contact en ondersteuning Sociale contacten in de eigen omgeving zijn voor een ieder in de samenleving vaak een basis voor deelname aan de samenleving. Sociale contacten kunnen mensen ondersteunen
Nadere informatieOnderwijs. Kerncijfers
Kerncijfers 205 Onderwijs. Kerncijfers.2 Voor- en vroegschoolse educatie.3 Primair onderwijs.4 Speciaal basisonderwijs en speciaal onderwijs.5 Voortgezet onderwijs. Middelbaar beroepsonderwijs.7 Verzuim,
Nadere informatieEvaluatie hinder bij wegwerkzaamheden
Evaluatie hinder bij wegwerkzaamheden Projectnummer: 10203 In opdracht van: Dienst Infrastructuur, Verkeer en Vervoer drs. Merijn Heijnen dr. Willem Bosveld Oudezijds Voorburgwal 300 Postbus 658 1012 GL
Nadere informatiesocio-demografie 2.597.232 jongeren geslacht leeftijd woonplaats 4 grote steden en per provincie afkomst opleiding religie
FACTSHEET: socio-demografie Hoeveel jongeren zijn er eigenlijk in Nederland? Wonen er meer jongeren in Limburg of in Zeeland? Wat zijn de cijfers rondom geslacht, afkomst, opleidingsniveau en religie?
Nadere informatieGebruik van kinderopvang
Gebruik van kinderopvang Saskia te Riele In zes van de tien gezinnen met kinderen onder de twaalf jaar hebben de ouders hun werk en de zorg voor hun kinderen zodanig georganiseerd dat er geen gebruik hoeft
Nadere informatieSociale samenhang in Groningen
Sociale samenhang in Groningen Goede contacten zijn belangrijk voor mensen. Het blijkt dat hoe meer sociale contacten mensen hebben, hoe beter ze hun leefsituatie ervaren (Boelhouwer 2013). Ook voelen
Nadere informatieMonitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2014
1 Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2014 Fact sheet juni 2015 De werkloosheid onder Amsterdamse jongeren is voor het eerst sinds enkele jaren weer gedaald. Van de bijna 140.000 Amsterdamse jongeren
Nadere informatieVrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten
Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten Gemeente s-hertogenbosch, afdeling Onderzoek & Statistiek, februari 2019 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Vrijwilligerswerk... 4 3. Mantelzorg... 8
Nadere informatieFactsheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2014. Werkloosheid stijgt naar 24% Definities. Nummer 6 juni 2014
Nummer 6 juni 2014 Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2014 Factsheet Ondanks eerste tekenen dat de economie weer aantrekt blijft de werkloosheid. Negen procent van de Amsterdamse beroepsbevolking is werkloos
Nadere informatieALCOHOLGEBRUIK VAN JONGEREN IN DE REGIO IJSSEL-VECHT. Gezondheidsmonitor jongeren jaar
ALCOHOLGEBRUIK VAN JONGEREN IN DE REGIO IJSSEL-VECHT Gezondheidsmonitor jongeren 12-24 jaar INHOUD factsheet alcoholgebruik 1 inleiding 2 het gebruik van alcohol 3 hoeveelheid drank 4 welke dranken 5 waar
Nadere informatieJongerenenenquête SJeM
Stichting Jeugdbelangen Malden Jongerenwerk gemeente Heumen / SWG Jongerenenenquête SJeM Onderzoeksrapport 2013-2014 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 2 2. Verantwoording methode... 3 2.1. Onderzoeksinstrument...
Nadere informatieGebruikers gemeentelijke media Onderzoek, Informatie en Statistiek
[Geef tekst op] - Gebruikers gemeentelijke media Onderzoek, Informatie en Statistiek In opdracht van: Bestuur en Organisatie, redactie gemeentelijke media Projectnummer: 18324 Renske Hoedemaker Laure Michon
Nadere informatieKinderen in Nederland - Bijlage B Respons, representativiteit en weging
Kinderen in Nederland - Bijlage B Respons, representativiteit en weging Respons thuiszorgorganisaties en GGD en In deden er tien thuiszorgorganisaties mee aan het, verspreid over heel Nederland. Uit de
Nadere informatieOpvattingen van Amsterdammers over tolerantie jegens homoseksuelen
FACTSHEET Thema: Veiligheid, Opvattingen van Amsterdammers over tolerantie jegens homoseksuelen Publicatiedatum: oktober 2010 Bron: Bureau O+S Toelichting Ingevoegd rapport geeft goed weer hoe Amsterdammers
Nadere informatieSamenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne. Onderzoek onder allochtone Nederlanders
Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne Onderzoek onder allochtone Nederlanders Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne Onderzoek onder allochtonen 1) Integratiecampagne
Nadere informatieSociaal kapitaal: slagboom of hefboom? Samenvatting. Wil van Esch, Régina Petit, Jan Neuvel en Sjoerd Karsten
Sociaal kapitaal: slagboom of hefboom? Samenvatting Wil van Esch, Régina Petit, Jan Neuvel en Sjoerd Karsten Colofon Titel Auteurs Tekstbewerking Uitgave Ontwerp Vormgeving Bestellen Sociaal kapitaal in
Nadere informatieMaatschappelijke participatie
7 Maatschappelijke participatie Amsterdammers kunnen op vele manieren maatschappelijk actief zijn. Zij kunnen actief zijn in een vereniging door daar bijvoorbeeld een cursus te volgen, zij kunnen zich
Nadere informatieKatholiek anno 2005. Religiositeit, identiteit en houding ten aanzien van de KRO. Rapport nr. 544 december 2005. drs. Joris Kregting dr.
Katholiek anno 5 Religiositeit, identiteit en houding ten aanzien van de KRO Rapport nr. 544 december 5 drs. Joris Kregting dr. Ton Bernts KASKI onderzoek en advies over religie en samenleving Toernooiveld
Nadere informatieMaatschappelijke participatie als opstap naar betaald werk.
Maatschappelijke participatie als opstap naar betaald werk. Paraprofessionele functies Voor allochtone vrouwen zonder formele kwalificaties worden komende jaren paraprofessionele functies gecreëerd. Deze
Nadere informatieFACTSHEET. Buurtveiligheidsonderzoek AmsterdamPinkPanel
Resultaten LHBT-Veiligheidsmonitor 2015: Kwart maakte afgelopen jaar een onveilige situatie mee; veiligheidsgevoel onder transgenders blijft iets achter. De resultaten van het jaarlijkse buurtveiligheidsonderzoek
Nadere informatieMaatschappelijke participatie
8 Maatschappelijke participatie Amsterdammers nemen op diverse manieren deel aan de maatschappij, bijvoorbeeld door werk of opleiding. Ook zijn Amsterdammers op veel manieren maatschappelijk actief: ze
Nadere informatieStromen door het onderwijs
Stromen door het onderwijs Vanuit het derde leerjaar van het vo 2003/2004 Erik Fleur DUO/IP Juni 2013 1. Inleiding In schooljaar 2003/2004 zaten bijna 200 duizend leerlingen in het derde leerjaar van het
Nadere informatieGemengd Amsterdam * in cijfers*
Gemengd Amsterdam * in cijfers* Tekst: Leen Sterckx voor LovingDay.NL Gegevens: O + S Amsterdam, bewerking Annika Smits Voor de viering van Loving Day 2014 op 12 juni a.s. in de Balie in Amsterdam, dat
Nadere informatieFact sheet. Diversiteit en integratie Figuur 1 Allochtone herkomstgroepen in Amsterdam, 2010 (procenten)
Fact sheet nummer 3 mei 211 Diversiteit en integratie 21 De helft van de Amsterdammers heeft een migratieachtergrond. Zij zijn of zelf in het buitenland geboren, of hebben ouders die buiten Nederland zijn
Nadere informatieWerkloosheid 50-plussers
Gemeente Amsterdam Werkloosheid 50-plussers Amsterdam, 2017 Factsheet maart 2018 Er zijn ruim 150.000 Amsterdammers in de leeftijd van 50 tot en met 64 jaar. Hiervan is 64% aan het werk. Ongeveer 6.200
Nadere informatieFactsheet Demografische ontwikkelingen
Factsheet Demografische ontwikkelingen 1. Inleiding In deze factsheet van ACB Kenniscentrum aandacht voor de demografische ontwikkelingen in Nederland en in het bijzonder in de provincie Noord-Holland.
Nadere informatieDe kwaliteit van educatieve activiteiten meten. Universiteitsmuseum Utrecht
De kwaliteit van educatieve activiteiten meten Universiteitsmuseum Utrecht De kwaliteit van educatieve activiteiten meten Universiteitsmuseum Utrecht Claudia de Graauw Bo Broers Januari 2015 1 Inhoudsopgave
Nadere informatie4. Kans op echtscheiding
4. Kans op echtscheiding Niet-westerse allochtonen hebben een grotere kans op echtscheiding dan autochtonen. Tussen de verschillende groepen niet-westerse allochtonen bestaan in dit opzicht echter grote
Nadere informatieRapport Onderzoek Schoolkeuze Dapperbuurt Fieldlab Oost. Amsterdams Kenniscentrum voor Maatschappelijke Innovatie (AKMI)
Rapport Onderzoek Schoolkeuze Dapperbuurt Fieldlab Oost Amsterdams Kenniscentrum voor Maatschappelijke Innovatie (AKMI) Mei 2017 Tessa van Ham Pieter van Vliet Inleiding Het Fieldlab Oost is een samenwerking
Nadere informatieBehoefteonderzoek opvang kinderen basisschoolleeftijd
Behoefteonderzoek opvang kinderen basisschoolleeftijd Totaal alle deelnemers Project: Dagarrangementen en Combinatiefuncties In opdracht van: DMO Weesperstraat 79 Postbus 658 1018 VN Amsterdam 1000 AR
Nadere informatieOpvoeden in andere culturen
Opvoeden in andere culturen Bevorderen en versterken: competenties vergroten Een betere leven DVD 1 Bevolkingsgroepen aantal Allochtoon3.287.706 Autochtoon13.198.081 Europese Unie (exclusief autochtoon)877.552
Nadere informatieSamenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne. Onderzoek onder autochtone Nederlanders
Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne Onderzoek onder autochtone Nederlanders Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne Onderzoek onder autochtonen 1) Integratiecampagne
Nadere informatieParticipatie in sport, hobby s en cultuur
11 Participatie in sport, hobby s en cultuur Vrije tijd is op vele ieren in te vullen. Bijvoorbeeld met hobby s, lidmaatschappen, uitgaan, sport, internetten en op vakantie gaan. Welke activiteiten zijn
Nadere informatieFact sheet. Autochtonen in Amsterdam. Helft Amsterdammers is autochtoon. nummer 2 maart 2007
Fact sheet nummer 2 maart 2007 Autochtonen in Amsterdam De samenstelling van de Amsterdamse bevolking is de laatste jaren sterk veranderd. Het percentage autochtonen neemt af; het percentage allochtonen
Nadere informatieKunst- en Cultuurmonitor Amsterdam 2006
Kunst- en Cultuurmonitor Amsterdam 2006 Project 6055 In opdracht van Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling, afdeling Kunst en Cultuur Lara ten Broeke Willem Bosveld Weesperstraat 79 Postbus 658 1018 VN
Nadere informatieJongeren & hun financiële verwachtingen
Nibud, februari Jongeren & hun financiële verwachtingen Anna van der Schors Daisy van der Burg Nibud in samenwerking met het 1V Jongerenpanel van EenVandaag Inhoudsopgave 1 Onderzoeksopzet Het Nibud doet
Nadere informatieONDERZOEK GENOTMIDDELENGEBRUIK SCHOLIEREN BASISONDERWIJS DEN HAAG 2003
RIS128575b_10-JUN-2005 ONDERZOEK GENOTMIDDELENGEBRUIK SCHOLIEREN BASISONDERWIJS DEN HAAG 2003 Beknopt verslag ten behoeve van de deelnemende scholen April 2005 Dienst OCW / GGD Den Haag Epidemiologie en
Nadere informatieJeugdwerkloosheid Nieuw-West
1 Jeugdwerkloosheid Factsheet september 2014 Er zijn in ruim 26.000 jongeren in de leeftijd van 15 tot 27 jaar (januari 2014). Veel jongeren volgen een opleiding of hebben een baan. De laatste jaren zijn
Nadere informatieDe Amsterdamse Burgermonitor 2007
De Amsterdamse Burgermonitor 2007 december 2007 Samenvatting van de resultaten Wat vinden de bijna 750.000 Amsterdammers van hun stad? Voelen ze zich thuis in de stad en hoe beoordelen zij de politiek?
Nadere informatieDe integratie van Antillianen in Nederland. Presentatie 9 juni: De Caribische demografie van het Koninkrijk der Nederlanden
De integratie van Antillianen in Nederland Presentatie 9 juni: De Caribische demografie van het Koninkrijk der Nederlanden De integratie van Antillianen in Nederland Willem Huijnk - Wetenschappelijk onderzoeker
Nadere informatieZorggebruik. 5.1 Inleiding. 5.2 Contact eerste lijn
Dit rapport is een uitgave van het NIVEL in 2004. De gegevens mogen met bronvermelding (H van Lindert, M Droomers, GP Westert.. Een kwestie van verschil: verschillen in zelfgerapporteerde leefstijl, gezondheid
Nadere informatieCultuurparticipatie in Dordrecht.
Cultuurparticipatie in Dordrecht. Bas Hoeing CMV 2 09018387 Inhoudsopgave: Aanleiding Blz. 3 Het probleem Blz. 3 De opdrachtgever Blz. 3 Vraagstelling Blz. 4 Deelvragen Blz. 4 Aanpak Blz. 4 Definities
Nadere informatieBeweging, voeding en. (over)gewicht
JONGERENPEILING 2008 ZUID-HOLLAND NOORD De jongerenpeiling heeft als doel om periodiek op systematische wijze ontwikkelingen in gezondheid en gewoonten van jongeren in kaart te brengen. Dit is het eerste
Nadere informatie