Beslissing nr C/C-56 van 20 december 2005

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Beslissing nr. 2005-C/C-56 van 20 december 2005"

Transcriptie

1 Beslissing nr C/C-56 van 20 december 2005 Zaak CONC-C/C-03/050: NV Rossel & Cie NV De Persgroep NV Editeco Zaak MEDE-C/C-05/0068: NV Uitgeversbedrijf Tijd NV Editeco I. Voorgaanden... 2 II. Voeging... 3 III. De regelmatigheid van de rechtspleging... 5 IV. De aangemelde concentratie (MEDE-C/C-05/0068)... 6 V. De aanmelding in de zaak MEDE-C/C-05/0068 en het lot van deze in de zaak CONC-C/C- 03/ VI. De aangemelde voorwaarden van de concentratie VII. De lezersmarkt A. Marktafbakening...14 B. Beoordeling...16 VIII. Advertentiemarkten IX. Themareclame A. Marktafbakening...19 B. Beoordeling...21 X. Financiële en wettelijk verplichte advertenties A. Marktafbakening...26 B. Beoordeling...26 XI. Jobadvertenties A.Marktafbakening...29 B. Beoordeling...29 XII. De markt voor financiële informatie die kant-en-klaar geleverd wordt aan de geschreven pers XII. Besluit... 34

2 2 I. Voorgaanden 1. Op 26 september 2003 werd bij de Raad voor de Mededinging (hierna: de Raad) een concentratie aangemeld, die bestond in het verwerven van gezamenlijke controle over NV Editeco door de NV Rossel & Cie en de NV De Persgroep op 27 augustus 2003 (ingeschreven bij de Raad met nummer CONC-C/C-03/050). Bij beslissing nr C/C-90 van 17 november 2003 heeft de Raad vastgesteld dat de concentratie binnen het toepassingsgebied van de wet viel, ernstige twijfels vastgesteld betreffende de toelaatbaarheid ervan, en beslist de procedure voort te zetten. Bij beslissing nr C/C-16 van 26 januari 2004 heeft de Raad de concentratie toelaatbaar verklaard, doch aan die beslissing volgende voorwaarden en verbintenissen gekoppeld: «-Pour une durée de cinq ans, la régie publicitaire s occupant de la publicité commerciale de l Echo (et les éventuels successeurs de cet organe) ne sera pas intégrée avec la régie publicitaire d un des organes généralistes du groupe Rossel et de De Persgroep; en particulier la publicité commerciale dans l Echo ne sera pas commercialisée dans le cadre de la régie Full Page ou des accords NP3 (et des éventuels successeurs de ces mécanismes). -Pour une durée de cinq ans, les publicités commerciale et financière (en ce compris les annonces légales) dans l Echo ne seront pas l objet d un couplage forcé avec la publicité dans un des organes généralistes du groupe Rossel et de De Persgroep, dans le sens qu il sera possible d acheter séparément de la publicité dans l Echo, sans devoir également commander de la publicité dans un tel organe généraliste. -Les parties notifiantes et l Echo tant par elles-mêmes que par leur régie publicitaire, s abstiendront de toutes conventions durant une durée de cinq années qui leur accorderai(en)t l exclusivité d une campagne publicitaire sur le marché de la presse francophone belge.» [Vrije vertaling : -Voor een duur van vijf jaar zal de reclameregie die zich bezig houdt met de commerciële reclame van L Echo (en de eventuele opvolgers van dat orgaan) niet samengevoegd worden met de reclameregie van een van de algemene titels van de groep Rossel en van De Persgroep; meer bepaald zal de commerciële reclame in L Echo niet gecommercialiseerd worden in het raam van de regie Full Page en van de NP3 akkoorden (en van de eventuele opvolgers van die mechanismen). -Voor een duur van vijf jaar zullen de commerciële en financiële advertenties (met inbegrip van de wettelijk verplichte aankondigingen) in L Echo niet het voorwerp zijn van een verplichte combinatie met advertentieruimte in een van de algemene titels van de groep Rossel en De Persgroep, in die zin dat het mogelijk moet blijven afzonderlijk advertentieruimte te kopen in L Echo, zonder tevens advertentieruimte te moeten kopen in zo n algemene titel. -De aanmeldende partijen en L Echo zullen zich ervan onthouden, zowel zelf als via hun reclameregie, om gedurende een periode van vijf jaar enige overeenkomst te sluiten die hen de exclusiviteit van een publicitaire campagne verleent op de markt van de Belgische Franstalige pers.] 2. Bij arrest van het Hof van beroep te Brussel van 15 september 2005 (2004/MR/2, 3, 4 en 5) werd de beslissing van de Raad van 26 januari 2004 tenietgedaan.

3 3 3. Bij overeenkomst van 13 oktober 2005 heeft NV Rossel & Cie 10% van de aandelen in NV Editeco overgenomen van NV De Persgroep. Aldus heeft Rossel de uitsluitende controle over Editeco verworven. Op 28 oktober 2005 heeft NV Uitgeversbedrijf Tijd de aandelen van Rossel en van De Persgroep in Editeco overgenomen. De overeenkomst van 28 oktober 2005 is als een concentratie aangemeld bij de Raad op 3 november 2005 (ingeschreven met nummer MEDE-C/C-05/0068). 4. Het verslag van de verslaggever, de heer Toon Musschoot, in de zaak MEDE-C/C-05/0068 werd bij de Raad ingediend op 29 november NV IPM, enerzijds, en NV VUMmedia, NV VUM en NV Jobat, hebben bij beschikkingen van respectievelijk 1 en 2 december 2005 toestemming bekomen om door de Raad gehoord te worden, als personen die daartoe een voldoende belang rechtvaardigen (in de zin van artikel 32quater, 2, eerste lid WBEM). De zaak is behandeld ter zitting van de kamer van de Raad van 9 december De verslaggever, de ondernemingen die aan de concentratie deelnemen, en voormelde rechtspersonen die toestemming hebben bekomen om gehoord te worden, werden gehoord. II. Voeging 5. Bij brief van 19 oktober 2005 hebben de aanmeldende partijen de Raad laten weten dat zij hun aanmelding in de zaak CONC-C/C-03/050 introkken, en de Raad verzocht om van die intrekking akte te willen nemen. Die aangelegenheid is behandeld ter zitting van de kamer van de Raad van 9 december De verslaggever, de aanmeldende partijen, en NV IMP en NV VUMmedia, VUM en Jobat werden gehoord. IPM had reeds voor de beslissing van de Raad van 26 januari 2004 toestemming bekomen om te worden gehoord. VUMmedia, VUM en Jobat hebben die toestemming bekomen bij beschikking van 8 december Bij beslissing nr C/C-55 van de Raad van 20 december 2005 wordt de voeging bevolen van de vraag tot intrekking van de aanmelding in de zaak CONC-C/C-03/050 met de behandeling van de aanmelding in de zaak MEDE-C/C-05/0068. Een zaak die aanvankelijk in het Frans behandeld werd, wordt gevoegd met een zaak die in het Nederlands behandeld wordt. Hoewel de wet op het taalgebruik in gerechtszaken, die krachtens artikel 54bis WBEM van toepassing is op de procedures die in de wet op de bescherming van de economische mededinging bepaald worden, niet uitdrukkelijk in die mogelijkheid voorziet, sluit zij haar evenmin uit, en blijkt haar bestaan reeds lang te zijn erkend (zie in die zin, met verwijzingen: G. CLOSSET-MARCHAL, Considérations sur l emploi des langues devant les juridictions

4 4 civiles, commerciales et du travail de premier degré, Annales de droit de Louvain, 1989/2, (173) ) Na voeging moet noodzakelijk in één taal uitspraak worden gedaan, omwille van de regel van de eentaligheid van de rechtspleging. De vraag is dan of in het voorliggende geval de voorkeur moet worden gegeven aan het Frans of aan het Nederlands. 7. Om de taal van de aanmelding van concentraties te bepalen geldt de wet op het taalgebruik in bestuurszaken, zoals blijkt uit punt E, eerste lid, van het formulier CONC-C/C, gevoegd bij het KB van 23 maart 1993 betreffende het aanmelden van concentraties van ondernemingen bedoeld in artikel 12 van de wet tot bescherming van de economische mededinging. Artikel 52, 1 van die taalwet bepaalt dat de ondernemingen de taal van het gebied van hun exploitatiezetel moeten gebruiken voor akten en bescheiden die voorgeschreven zijn bij de wetten en reglementen. Een onderneming met exploitatiezetel in het Nederlands taalgebied moet de aanmelding in het Nederlands verrichten, en een onderneming met exploitatiezetel in het Franse taalgebied, in het Frans. Ondernemingen met exploitatiezetel in het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad hebben de keuze tussen het Nederlands en het Frans. De betrokken akte, de aanmelding dus, moet volgens artikel 12, 2 WBEM uitgaan van de samen handelende betrokkenen. 8. Aldus blijkt dat de aanmelding in de zaak MEDE-C/C-05/0068 noodzakelijk in het Nederlands diende te geschieden. Uitgeversbedrijf Tijd, met exploitatiezetel te Antwerpen, Posthoflei 3, bus 9, en De Persgroep, met exploitatiezetel te Kobbegem, Brusselsesteenweg 347 moesten de aanmelding in het Nederlands verrichten. Voor Rossel, met exploitatiezetel te Brussel, Koningstraat 120, gold geen verplichting om de ene of de andere taal te gebruiken. Bijgevolg was er voor de samen handelende betrokkenen geen andere keuze dan in het Nederlands aan te melden. Vervolgens werd het verslag in het Nederlands opgesteld. De Raad heeft dan ook geen andere keuze dan de concentratie in het Nederlands te behandelen. De voeging van een andere zaak bij de zaak MEDE-C/C-05/0068 kan die verplichting niet wijzigen. 9. De zaak CONC-C/C-03/050 daarentegen, die in het Frans werd aangemeld, had ook in het Nederlands aangemeld kunnen worden. Eén van de kopers, De Persgroep had haar exploitatiezetel in het Nederlands taalgebied, de andere, Rossel, in het tweetalig gebied Brussel-Hoofdstad. Van de verkopers had er één zijn exploitatiezetel te Luik, in het Franse taalgebied (Mosane), terwijl de overige vier (Brussels Securities, Sofidev, Sofina en Tractebel) hun exploitatiezetel in het tweetalig gebied Brussel-Hoofdstad hadden.

5 5 De aanmeldende partijen hadden dus de keuze om aan te melden in het Nederlands (omwille van de exploitatiezetel van De Persgroep) of in het Frans (omwille van de exploitatiezetel van Mosane). De voortzetting van de behandeling van die aanmelding, na voeging, in het Nederlands staat dan ook niet op gespannen voet met de taalwetgeving. Bovendien zijn de gevolgen van de taalwijziging voor die zaak uiterst beperkt. Alleen de vraag of kan worden ingegaan op het verzoek om intrekking van de aanmelding is aan de orde. Daarvoor hoeft geen kennis te worden genomen van een onderzoek en een verslag in een andere taal dan het Nederlands. Dat de brief van de aanmeldende partijen van 19 oktober 2005, en de schriftelijke opmerkingen van de aanmeldende partijen en van IPM voor de Raad, in het Frans gesteld zijn, en ter zitting van 9 december 2005 in het Frans het woord werd gevoerd, brengt de rechtsgeldigheid van de voortzetting in het Nederlands, na voeging, niet in het gedrang. Deze kamer kan die stukken en uiteenzettingen begrijpen. Overigens wordt de intrekking alleen door IPM betwist, en heeft IPM ook in haar schriftelijke opmerkingen en mondelinge uiteenzetting in de zaak MEDE-C/C-05/0068 de gelegenheid gehad, en te baat genomen, om de mogelijkheid tot intrekking van de eerste aanmelding te betwisten. 10. Het besluit is dat de behandeling na voeging in het Nederlands wordt voortgezet. III. De regelmatigheid van de rechtspleging 11. In haar tweede schriftelijke opmerkingen in de zaak MEDE-C/C-05/0068 doet IPM een voorbehoud gelden betreffende de regelmatigheid van de procedure voor de Raad. IPM heeft ter zitting van 9 december 2005, zowel in de zaak MEDE-C/C-05/0068, die op die zitting chronologisch eerst werd behandeld, als in de navolgend behandelde zaak CONC-C/C- 03/050 een verzoekschrift tot wraking van de leden van de kamer ingediend. De Raad zou onregelmatig gehandeld hebben door de mondelinge behandeling voort te zetten nadat het verzoekschrift was ingediend. Het voorbehoud wordt dus alleen gemaakt in de zaak MEDE-C/C-05/0068, maar zou ook kunnen gelden in de zaak CONC-C/C-03/050. IPM verwijst naar artikel 837, eerste lid van het Gerechtelijk Wetboek, dat bepaalt: Te rekenen van de dag van de mededeling aan de rechter worden alle vonnissen en verrichtingen geschorst, behalve wanneer de vordering niet uitgaat van een partij of van het openbaar ministerie. 12. In rechtsplegingen voor de Raad voor de Mededinging inzake concentratiecontrole wordt een onderscheid gemaakt tussen de aanmeldende partijen, enerzijds, en de personen die toestemming hebben bekomen om gehoord te worden omdat zij een voldoende belang kunnen verantwoorden, in de zin van artikel 32quater, 2, eerste lid WBEM, anderzijds. IPM is in het laatstvermelde geval.

6 6 Wanneer een derde die toelating heeft bekomen om gehoord te worden een vordering tot wraking instelt, trekt hij alleen de geschiktheid van de kamer om hem te horen in twijfel. IPM had dus kunnen weigeren om ter zitting van 9 december 2005 gehoord te worden door de kamer, bestaande uit de leden die zij wenste te wraken. IPM kon met het verzoek tot wraking de behandeling ter zitting van de concentratie zelf, en mondelinge behandeling ten aanzien van de aanmeldende partijen, niet doen opschorten. Een verplichting tot opschorting van de behandeling ter zitting van 9 december 2005 bestond dus niet. Voorts moet evenwel worden vastgesteld dat IPM zonder voorbehoud gebruik heeft gemaakt van haar recht om gehoord te worden, en wel ter zitting door de kamer zoals zij was samengesteld op de zitting van 9 december Dit is geheel op eigen initiatief en uit eigen vrije wil van IPM gebeurd. De kamer zelf heeft IPM niet gedwongen van haar hoorrecht gebruik te maken, en zou dat overigens tegen de wil van IPM niet gekund hebben. De rechtspleging is dan ook regelmatig verlopen. 13. Ten slotte moet worden opgemerkt dat de verzoekschriften tot wraking volgens de geldende regels behandeld werden, en geleid hebben tot de beslissing nr D/V-53 van een anders samengestelde kamer van de Raad van 13 december 2005, en de beslissing nr D/V-54 van een anders samengestelde van de Raad van 16 december In beide gevallen werd het verzoek tot wraking verworpen. IV. De aangemelde concentratie (MEDE-C/C-05/0068) 14. De koper is NV Uitgeversbedrijf Tijd, met maatschappelijke zetel te 2600 Antwerpen, Posthoflei 3, bus 9. Uitgeversbedrijf Tijd staat onder de gezamenlijke zeggenschap van NV Rossel & Cie en NV De Persgroep. Uitgeversbedrijf Tijd is een mediaonderneming, die hoofdzakelijk actief is op het vlak van Nederlandstalige financieel-economische informatie, die verspreid wordt via de geschreven pers en via elektronische media. Zij geeft de krant De Tijd uit. Haar dochteronderneming NV De Belegger publiceert nieuwsbrieven over beleggingen, zoals De Belegger, L Investisseur, Wall Street Invest, Beurssignaal, Signaux Boursiers. Zij heeft een aandeel van 33% in CVBA Vacature, die het gratis rekruteringsblad Vacature uitgeeft. De andere aandeelhouders zijn Concentra en De Persgroep, ook elk voor 33%. Zij verzorgt Nederlandstalige websites met financieel-economische informatie, zoals TijdNet in België en Eurobench in Nederland. Haar dochteronderneming Tijd Beursmedia verspreidt financiële informatie in elektronische vorm.

7 7 Zij biedt ook on-line nieuwsdiensten aan voor professionele gebruikers, zoals Tijd Nieuwslijn in België en Betten Beursmedia in Nederland. Samen met NV Editeco baat zij de reclameregie Trustmedia uit, die voornamelijk advertentieruimte in de eigen media verkoopt. 15. De verkopers zijn NV Rossel & Cie, met maatschappelijke zetel te 1000 Brussel, Koningstraat 120, en NV De Persgroep, met maatschappelijke zetel te 1730 Kobbegem, Brusselsesteenweg Rossel is een mediaonderneming, die voornamelijk actief is in de geschreven pers en in de audiovisuele media, in België, in Noord-Frankrijk en in het Groothertogdom Luxemburg. Enkele van deze activiteiten worden hierna vermeld. Via uitgeversgroepen die zij volledig controleert, geeft zij Franstalige kranten uit, waaronder Le Soir en de regionale uitgaven van Sud Presse, en week- en maandbladen. Haar dochteronderneming NV Références geeft het gratis rekruteringsblad Références uit. Zij heeft een aandeel van 49% in NV Mass Transit Media die de gratis krant Metro uitgeeft. De andere aandeelhouder is Concentra. Zij heeft een aandeel van 49,58% in NV Uitgeversbedrijf Tijd, die voornamelijk de zakenkrant De Tijd uitgeeft, en De Persgroep heeft eenzelfde aandeel in die NV. Zij heeft een aandeel van 82,6% in de uitgever van de regionale Noord-Franse krant La Voix du Nord. Zij heeft een aandeel van 31% in de reclameregie Full Page, waarin De Persgroep een aandeel van 33% heeft, en waarin ook Concentra participeert. Zij is aanwezig in de Franstalige televisie- en radiosector, met een aandeel van 19,02% in RTL-TVi en een aandeel van 46% in Bel-RTL. 17. De Persgroep is een mediaonderneming, die voornamelijk actief is in de geschreven pers en in de audiovisuele media, in België en in Nederland. Enkele van deze activiteiten worden hierna vermeld. Haar dochteronderneming NV Aurex is uitgever van de kranten Het Laatste Nieuws en De Nieuwe Gazet. Haar dochteronderneming NV Uitgeverij De Morgen is uitgever van de krant De Morgen. Zoals vermeld heeft zij een aandeel van 49,58% in NV Uitgeversbedrijf Tijd, die voornamelijk de zakenkrant De Tijd uitgeeft, en waarin Rossel eenzelfde aandeel heeft. Zij heeft een aandeel van 33% in CVBA Vacature, die het gratis rekruteringsblad Vacature uitgeeft. De andere aandeelhouders zijn Concentra en Uitgeversbedrijf Tijd, ook elk voor 33%.

8 8 Zij heeft een aandeel van 33% in de reclameregie Full Page, die in hoofdzaak advertentieruimte in de kranten van de aangesloten ondernemingen verkoopt. Ook Rossel en Concentra zijn aandeelhouders in Full Page. Zij heeft een aandeel van 50% in de NV Vlaamse Mediamaatschappij, die de commerciële televisiezenders VTM, Kanaal 2 en Jim tv, en de commerciële radiozender Q-Music uitbaat. 18. De doelonderneming is NV Editeco, met maatschappelijke zetel te 1070 Brussel, Birminghamstraat 131. Haar hoofdactiviteit is het uitgeven van de zakenkrant L Echo, en de bijhorende berichtgeving op de website Nevenactiviteit is het uitgeven van het tijdschrift Uw Vermogen. Zij verwerft advertenties via de reclameregie Trustmedia, een reeds bestaande gemeenschappelijke onderneming met Uitgeversbedrijf Tijd. Zij levert kant-en-klare informatie aan de geschreven pers (zogenaamde Publishing on demand of POD ), zij het op beperkte wijze. Voorts verkoopt zij als nevenactiviteiten softwaretoepassingen voor de particuliere belegger (Stock Vista) en boeken en Cd-roms (via L Echoshop) Ten slotte organiseert zij seminaries en ople idingen. 19. De aangemelde verrichting bestaat in de overdracht door Rossel en door De Persgroep van hun aandelen in Editeco aan Uitgeversbedrijf Tijd, bij overeenkomst van 28 oktober Geïsoleerd bekeken betekent deze verrichting dat de exclusieve controle van Rossel over Editeco, die het gevolg was van de overeenkomst van 13 oktober 2005, vervangen wordt door de controle van Uitgeversbedrijf Tijd over Editeco of de gezamenlijke controle over Editeco, uitgeoefend door De Persgroep en Rossel, door middel van Uitgeversbedrijf Tijd. Zoals de verslaggever terecht doet opmerken mag de verrichting van 28 oktober 2005 vanuit mededingingsrechtelijk oogpunt echter niet geïsoleerd bekeken worden. In de economische realiteit gaat het om een stap in een reeks verrichtingen, die met een welbepaald doel en eindresultaat tot stand worden gebracht. 20. Doel en resultaat zijn dat De Persgroep en Rossel gezamenlijke controle over Editeco verwerven en behouden. Aanvankelijk hadden De Persgroep en Rossel gezamenlijke zeggenschap over Editeco verworven (27 augustus 2003). Toen die concentratie toelaatbaar werd verklaard bij beslissing van de Raad van 26 januari 2004, was dat project uitgevoerd. Na het arrest van het Hof van beroep te Brussel van 15 september 2005 bestond er voor die concentratie echter geen mededingingsrechtelijke toelating meer.

9 9 De Persgroep en Rossel hebben dan volgende stappen aangekondigd, en tot heden reeds gedeeltelijk uitgevoerd: -ten eerste: overdracht van 10% van de aandelen in Editeco door de Persgroep aan Rossel, zodat Rossel de uitsluitende zeggenschap over Editeco verwerft (13 oktober 2005); -ten tweede: overdracht van de aandelen in Editeco, door De Persgroep en Rossel, aan Uitgeversbedrijf Tijd (28 oktober 2005); en -ten derde, zoals uiteengezet in de (niet-vertrouwelijke versie van de) aanmelding (op blz. 10, onder g): Hoe ziet de beoogde structuur van eigendom en zeggenschap na de totstandbrenging van de concentratie eruit? Na goedkeuring van de transactie door de Raad voor de Mededinging zal Uitgeversbedrijf Tijd de bedrijfstak van de zakenkrant De Tijd inbrengen in een slapende dochtervennootschap (nl. Tijd Academie of Trustmedia). Deze vennootschap zal haar maatschappelijke naam wijzigen in Uitgeverij De Tijd N.V., net zoals de maatschappelijke naam van Uitgeversbedrijf Tijd veranderd zal worden in Mediafin N.V. In de schoot van Mediafin N.V. zullen de gemeenschappelijke diensten weerhouden worden, zoals ICT, financiën, administratie, marketing edm. Zodoende zal Mediafin na deze herschikking volgende dochterondernemingen overkoepelen: Editeco, Uitgeverij De Tijd, Tijd Beursmedia en Tijd Nederland. Zowel naar doel als naar resultaat oefenen dus De Persgroep en Rossel gezamenlijke zeggenschap uit over Editeco. Waar het in de verrichting van 27 augustus 2003 onmiddellijke zeggenschap was, is het in de verrichtingen na 15 september 2005 zeggenschap door middel van Uitgeversbedrijf Tijd dat Mediafin genoemd zal zijn. Kentekenend voor de gezamenlijke controle is dat het kapitaal van Uitgeversbedrijf Tijd door De Persgroep en Rossel verhoogd werd om de betaling van de koopprijs mogelijk te maken. 21. Hoewel de aanmelding formeel gezien beperkt is tot de verrichting van 28 oktober 2005 (zie randnummer 19), dient de vraag of het om een aanmeldingsplichtige concentratie gaat, in de zin van de wet tot bescherming van de economische mededinging, beantwoord te worden in het licht van het ruimere kader dat de economische realiteit weergeeft. 22. Artikel 9, 1, b) WBEM bepaalt dat een concentratie in de zin van de wet tot stand komt doordat één of meer ondernemingen, onder meer door de verwerving van deelnemingen, bij overeenkomst of op een andere wijze, rechtstreekse of onrechtstreekse zeggenschap over een andere onderneming verkrijgen. Krachtens artikel 11, 1 WBEM, zoals gewijzigd bij K.B. van 3 juli 2005 (B.S. 19 juli 2005), is de concentratiecontrole slechts van toepassing wanneer de betrokken ondernemingen samen in België, tijdens het vorige boekjaar, een omzet totaliseren van meer dan 100 miljoen EUR, en ten minste twee van de betrokken ondernemingen elk in België een omzet realiseren van minstens 40 miljoen EUR.

10 Terecht zoekt de verslaggever verduidelijking van het begrip betrokken onderneming, in de zin van de Belgische wet tot bescherming van de economische mededinging, in de wijze waarop de Europese Commissie dit begrip uitlegt in de Europese concentratiecontrole (zie Mededeling van de Commissie betreffende het begrip betrokken onderneming in Verordening (EEG) nr. 4064/89 van de Raad betreffende de controle op concentraties van ondernemingen, Pb. 2 maart 1998, C 66/14). Punt 27 van de mededeling betreffende het begrip betrokken onderneming bepaalt dat, wanneer de overneming wordt verricht door een volwaardige GO (gemeenschappelijke onderneming) die over voldoende financiële en andere middelen beschikt om op duurzame wijze een bedrijfswerkzaamheid uit te oefenen, en die reeds op de markt bedrijvig is, de Commissie normaal de GO zelf en de doelonderneming (en niet de moederondernemingen van de GO) als de betrokken ondernemingen beschouwen. In voetnoot (11) wordt verwezen naar de Mededeling van de Commissie inzake het begrip volwaardige gemeenschappelijke onderneming in de zin van Verordening (EEG) nr. 4064/89 van de Raad betreffende de controle op concentraties van ondernemingen (Pb. 2 maart 1998, C 66/1), die op haar beurt verwijst naar de definitie in de concentratieverordening: een volwaardige gemeenschappelijke onderneming is een gemeenschappelijke onderneming die duurzaam alle functies van een zelfstandige economische eenheid vervult. Met de verslaggever mag aangenomen worden dat Uitgeversbedrijf Tijd in dat geval verkeert. Punt 28 van de mededeling betreffende het begrip betrokken onderneming voegt er echter aan toe dat zij elke moederonderneming zelf (en niet de GO) tot de betrokken ondernemingen zal rekenen, naast de doelonderneming, als de GO als een medium voor een overneming door de moederonderneming kan worden beschouwd. Punt 28 vervolgt: Dit is met name het geval ( ) wanneer er aanwijzingen zijn dat de moederondernemingen in feite de werkelijke gang van zaken bij de operatie bepalen. Het feit dat de moederondernemingen zelf een belangrijke rol in dit initiatief tot of de organisatie en financiering van de operatie spelen, kan een factor zijn welke in die richting wijst. Bij toepassing van deze richtlijnen zijn het De Persgroep en Rossel die (gezamenlijke) zeggenschap verwerven over Editeco (zie ook reeds in randnummer 20). Dit is reeds zo in de overeenkomst van 28 oktober 2005, waarin Uitgeversbedrijf Tijd niet meer is dan het instrument van De Persgroep en Rossel om Editeco te verwerven. En dit zal zo blijven wanneer Uitgeverij De Tijd en Editeco zusterondernemingen, en dochterondernemingen van Mediafin (de nieuwe benaming van Uitgeversbedrijf Tijd) geworden zullen zijn. 24. Uit hetgeen voorafgaat volgt dat hoe dan ook een concentratie plaats vindt, in de zin van voormeld artikel 9, 1, b) WBEM. Uitgeversbedrijf Tijd neemt Editeco over, maar het zijn De Persgroep en Rossel die zeggenschap verwerven over Editeco. Zelfs indien er vanuit gegaan wordt dat Rossel na de overeenkomst van 13 oktober reeds zeggenschap over Editeco bezat, is de overeenkomst van 28 oktober 2005 op zichzelf een concentratie in de zin van de wet, aangezien De Persgroep door die overeenkomst, als medemoederonderneming van Uitgeversbedrijf Tijd, gezamenlijke controle over Editeco verwerft. Maar die geïsoleerde benadering beantwoordt dus niet aan de bedoeling van de aanmeldende

11 11 partijen en aan het resultaat dat zij teweegbrengen (gezamenlijke controle door De Persgroep en Rossel), en wordt in deze beslissing niet toegepast. 25. Ook de omzetdrempels voorgeschreven door artikel 11, 1 WBEM zijn bereikt. Zijn Uitgeversbedrijf Tijd en Editeco de betrokken ondernemingen, dan is er geen aanmeldingsplicht. Het omzetcijfer van Editeco is immers kleiner dan 40 miljoen EUR. In werkelijkheid zijn De Persgroep, Rossel en Editeco de betrokken ondernemingen. zodat ten minste twee betrokken ondernemingen elk een omzetcijfer in België tijdens het vorige boekjaar van ten minste 40 miljoen EUR bereikt hebben. Aangezien ook het gezamenlijk omzetcijfer van alle betrokken ondernemingen in België in het vorige boekjaar 100 miljoen EUR overtreft, is de concentratie aanmeldingsplichtig. 26. Geheel in overeenstemming met de overwegingen van het verslag en met de bovenstaande overwegingen van deze beslissing betreffende de aanmeldingsplicht, werden bij het onderzoek door de Dienst voor de Mededinging en door de verslaggever de mededingingsrechtelijke gevolgen onderzocht van de overname van Editeco, niet door Uitgeversbedrijf Tijd, maar door De Persgroep en Rossel. De aanmeldende partijen hebben in de aanmelding de nodige gegevens verstrekt om die ruime beoordeling mogelijk te maken. Ook het mededingingsrechtelijk onderzoek in deze beslissing zal rekening houden met dat globale beeld, dat het enige is dat aan de economische werkelijkheid beantwoordt. De aanmeldende partijen hebben zich overigens in hun schriftelijke opmerkingen akkoord verklaard met deze gang van zaken. V. De aanmelding in de zaak MEDE-C/C-05/0068 en het lot van deze in de zaak CONC-C/C-03/ Bij arrest van 15 september 2005 heeft het Hof van beroep te Brussel de beslissing van de Raad, waarbij het verwerven van gezamenlijke controle over Editeco door De Persgroep en door Rossel toelaatbaar wordt verklaard, tenietgedaan, zonder zelf een beslissing te nemen over de toelaatbaarheid. Ingevolge dat arrest dient de mededingingsautoriteit de concentratie opnieuw te beoordelen. De aanmelding van 26 september 2003 (CONC-C/C-03/050), het onderzoek van de Dienst voor de Mededinging, en de verslagen van de verslaggever, die alle dateren van voor 26 januari 2004, en zelfs gebaseerd zijn op marktgegevens tot 2002, voldoen niet meer om de Raad de mogelijkheid te geven de toelaatbaarheid van de concentratie te beoordelen. Niet alleen kunnen de marktomstandigheden op twee jaar tijd gewijzigd zijn. Bovendien hebben dezelfde ondernemingen die gezamenlijke controle over Editeco verwerven De Persgroep en Rossel intussen gezamenlijke zeggenschap verworven over Uitgeversbedrijf Tijd, dat onder meer de krant De Tijd uitgeeft. Bij beslissing van de Raad van 26 september 2005 (nr C/C-47) werd die concentratie toelaatbaar verklaard, voorwaardelijk.

12 12 Actualisering was dus noodzakelijk. 28. De aanmelding van 3 november 2005 (MEDE-C/C-05/0068) biedt de mededingingsautoriteit de gelegenheid de gezamenlijke zeggenschap over Editeco door De Persgroep en door Rossel te onderzoeken en te beoordelen, zoals hierboven is uiteengezet. Er is dus geen reden om deze aanmelding terzijde te schuiven, zoals door IPM wordt gevraagd. Integendeel, het is aan deze nieuwe aanmelding te danken dat onderzoek en beoordeling van de gezamenlijke zeggenschap over Editeco door De Persgroep en door Rossel thans, na het tijdsverloop en de gebeurtenissen sinds 26 januari 2004, verricht kunnen worden. 29. Er kan geen bezwaar gevonden worden in de omstandigheid dat na het arrest van 15 september 2005 niet de aanvankelijke overeenkomst van 27 augustus 2003 heraangemeld werd, maar de overeenkomst van 28 oktober 2005 (en, zoals hierboven is beschreven, ook de voorafgaande overeenkomst van 13 oktober 2005, en het vervolg). Het zogenaamde driestappenplan is eigen aan De Persgroep en Rossel, en hoeft overigens ten aanzien van de mededingingsautoriteit die belast is met de beoordeling van de concentratie, niet verantwoord te worden. Het volstaat vast te stellen dat de aanmelding van 3 november 2005 een volledig mededingingsrechtelijk toezicht van de concentratie mogelijk maakt. De enkele omstandigheid dat de verrichting van 27 augustus 2003 een onmiddellijke zeggenschap van De Persgroep en Rossel voorstelt, terwijl de drie stappen van na 15 september 2005 een middellijke zeggenschap in het leven roept, door middel van Mediafin, is mededingingsrechtelijk niet ter zake dienend. Overigens is het tussenschuiven van Mediafin naar rede verklaarbaar door het intussentijd verwerven door De Persgroep en door Rossel van Uitgeversbedrijf Tijd, en door de wens om de kranten De Tijd en L Echo beide onder te brengen in Mediafin als overkoepelend orgaan. 30. Uit hetgeen voorafgaat volgt dat er geen reden is om de aanmelding van 26 september 2003 te handhaven. De beoordeling ervan zou thans niet tot een ander resultaat leiden dan de beoordeling van de verrichtingen die met de aanmelding van 3 november 2005 aan de Raad voorgelegd worden. VI. De aangemelde voorwaarden van de concentratie 31. In de beslissing van de Raad van 26 september 2005 (nr C/C-47) betreffende de overname van Uitgeversbedrijf Tijd door De Persgroep en Rossel werden volgende voorwaarden voorgesteld door de aanmeldende partijen, die als verbintenissen opge legd werden, voor een periode van vijf jaar: -op de Belgische markt voor Nederlandstalige (Belgische) zakenkranten: De aanmeldende partijen (waaronder De Persgroep en Rossel en hun mogelijke rechtsopvolgers te verstaan zijn) zullen op de lezersmarkt geen gezamenlijk aanbod doen van De Tijd, enerzijds, en van een andere krant uitgegeven door De Persgroep en Rossel, anderzijds.

13 13 -op de Belgische markt voor financiële en wettelijk verplichte advertenties in Nederlandstalige Belgische kranten: De aanmeldende partijen zullen geen verplichte of exclusieve combinaties opleggen van financiële en wettelijk verplichte advertentieruimte in De Tijd, enerzijds, en in één of meerdere van de door De Persgroep en/of Rossel uitgegeven kranten (met inbegrip van L Echo), anderzijds (waarbij onder een exclusieve combinatie deze verstaan wordt waarbij het de adverteerder wordt verboden om in een concurrerende titel te adverteren). De aanmeldende partijen zullen de andere krantenuitgevers gelijke toegang verlenen tot optionele combinatiekortingen die zij zouden toestaan voor financiële en wettelijk verplichte advertenties tussen De Tijd, enerzijds, en één of meerdere kranten uitgegeven door De Persgroep en Rossel, anderzijds. -op de Belgische markt voor financiële informatie die kant-en-klaar geleverd wordt aan de geschreven pers ( Publishing on demand diensten voor de geschreven pers): Uitgeversbedrijf Tijd of één van haar dochterbedrijven zullen geen discriminerende voorwaarden toepassen ten aanzien van handelspartners bij het verstrekken van kant-en-klare koerslijsten aan de geschreven pers in België. Uitgeversbedrijf Tijd of één van haar dochterbedrijven zullen het aanbod van kant-en-klare koerslijsten niet zonder objectieve rechtvaardiging verminderen ten aanzien van de situatie op de dag van de beslissing van de Raad. 32. In de aanmelding van 3 november 2005 (MEDE-C/C-05/0068) gaan de aanmeldende partijen vrijwillig de verbintenissen aan die door de Raad werden opgelegd in de beslissing van 26 januari 2004 (CONC-C/C-03/050), en de verbintenissen die overeenstemmen met deze die in de beslissing inzake de overname van Uitgeversbedrijf Tijd werden opgelegd (aangehaald in vorig randnummer). Aldus verbinden zij zich tot het volgende, voor een periode van vijf jaar vanaf de kennisgeving van de beslissing van de Raad: -op de Belgische lezersmarkt voor Franstalige Belgische zakenkranten: De aanmeldende partijen zullen op de lezersmarkten geen gezamenlijk aanbod doen van L Echo, enerzijds, en van een andere krant uitgegeven door Uitgeversbedrijf Tijd, De Persgroep of Rossel, anderzijds. -op de Belgische markt voor themareclame in Franstalige Belgische kranten: De aanmeldende partijen zullen de reclameregie van de zakenkranten De Tijd en L Echo thans Trustmedia ESV niet integreren met de reclameregie(ën) van de algemene kranten van De Persgroep of Rossel thans Full Page CVBA. Meer in het bijzonder zal de themareclame in L Echo niet gecommercialiseerd worden in het kader van Full Page of de NP3 akkoorden (en de eventuele opvolgers van dergelijke mechanismen). De aanmeldende partijen zullen geen verplichte of exclusieve combinaties opleggen van themareclame in L Echo, enerzijds, en één of meerdere van de door Rossel en/of De Persgroep gecontroleerde kranten (met inbegrip van De Tijd) anderzijds. Onder een exclusieve combinatie wordt deze verstaan die de adverteerder verbiedt om in een concurrerende titel te adverteren.

14 14 -op de Belgische markt voor financiële en wettelijk verplichte advertenties in Franstalige Belgische kranten: De aanmeldende partijen zullen geen verplichte of exclusieve combinaties opleggen van financiële en wettelijk verplichte advertentieruimte in L Echo, enerzijds, en één of meerdere van de door De Persgroep en/of Rossel uitgegeven kranten (met inbegr ip van De Tijd), anderzijds. Onder een exclusieve combinatie wordt deze verstaan die de adverteerder verbiedt om in een concurrerende titel te adverteren. De aanmeldende partijen zullen de andere krantenuitgevers gelijke toegang verlenen tot optionele combinatiekortingen die zij zouden toestaan voor financiële en wettelijk verplichte advertenties tussen L Echo, enerzijds, en één of meerdere kranten uitgegeven door De Persgroep of Rossel, anderzijds. -op de Belgische markt voor financiële informatie die kant-en-klaar geleverd wordt aan de geschreven pers: De aanmeldende partijen of één van hun dochterbedrijven zullen geen discriminerende voorwaarden toepassen ten aanzien van handelspartners bij het verstrekken van kant-en-klare koerslijsten aan de geschreven pers in België. De aanmeldende partijen of één van de dochterbedrijven zullen het aanbod van kant-en-klare koerslijsten niet zonder enige objectieve rechtvaardiging verminderen ten aanzien van de situatie op de dag van de beslissing van de Raad. VII. De lezersmarkt A. Marktafbakening 33. Met de aanmeldende partijen, met VUMmedia, VUM en Jobat (hierna kortheidshalve VUM genoemd) en met de verslaggever, in overeenstemming met beschikkingen van de Europese Commissie (van 1 februari 1999, zaak IV-M.1041, Recoletos/Unidesa, Pb. 17 maart 1999, C 73/06; en van 20 april 1999, zaak IV-M.1455, Gruner + Jahr/Financial Times/JV, Pb. 31 augustus 1999, C 247/05), en in lijn met de eigen beslissing nr C/C-47 van 26 september 2005, is de Raad van oordeel dat er een aparte productmarkt bestaat voor zakenkranten of financieel-economische dagbladen (de termen krant en dagblad worden in deze beslissing als synoniemen gebruikt). Deze beslissing wordt in de eerste plaats verantwoord door het prijsverschil tussen L Echo en de andere kranten. In de losse verkoop is L Echo ongeveer een derde duurder dan Le Soir, La Libre Belgique, La Dernière Heure en Vers L Avenir (1,30 EUR ten aanzien van 1,00 EUR of 0,90 EUR). De omstandigheid dat deze hogere prijs voor een langere periode gehandhaafd kan worden, zonder lezers te verliezen aan andere kranten, toont aan dat deze krant zich in een markt apart bevindt. Volgens de zogenaamde SSNIP ( Small but Significant Non-transitory Increase in Price vrij vertaald: kleine doch significante duurzame prijsverhoging) die door de Europese Commissie wordt aanbevolen in haar Mededeling inzake de bepaling van de relevante markt

15 15 (Pb. 9 december 1997, C 372/5) volstaat een duurzame prijsverhoging met 5 à 10% reeds om van een afzonderlijke relevante markt te kunnen gewagen. 34. Ook andere kenmerken onderscheiden L Echo als zakenkrant van andere kranten en andere producten uit de geschreven pers. Hierna volgen de gemiddelde verkoopcijfers per dag, respectievelijk in 2004 en in 2005 (op basis van het eerste semester): -L Echo: en Le Soir: en Sud Presse : en La Libre Belgique : en La Dernière Heure : en Vers L Avenir : en Aan Nederlandstalige zijde bedroegen deze in 2004: Het Laatste Nieuws: ; Het Nieuwsblad: ; De Standaard: ; De Morgen: ; De Tijd De oplage van zakenkranten is dus beduidend lager dan deze van andere kranten, en voor L Echo is dat wel zeer opvallend. Uit het onderzoek blijkt bovendien dat het merendeel van de abonnementen van L Echo, net trouwens als van deze van De Tijd, door ondernemingen wordt aangegaan en dat zakenkranten relatief meer lezers hebben die nog een andere krant lezen (de zogenaamde dubbellezers). Het inhoudelijk aanbod van zakenkranten verschilt aanzienlijk van dit van andere kranten. Volgens een raming door de Dienst voor de Mededinging bedraagt het aandeel van financieeleconomische informatie in L Echo meer dan 80%, in La Libre Belgique ongeveer 20%, en in Le Soir tussen 10 en 15%. L Echo heeft geen sportverslaggeving, geen regionaal nieuws, geen faits divers en geen volledig overzicht van televisie - en radioprogramma s. 35. De niet-substitueerbaarheid van L Echo met andere Franstalige kranten berust ook op ervaringsgegevens. Op 3 maart 2000 zijn geen kranten van Rossel verschenen, en op 14 en 15 juni 2001 is Le Soir niet verschenen, zonder, zo blijkt uit het onderzoek, dat de losse verkoop van L Echo op die dagen merkbaar afweek van de gemiddelde verkoop van dezelfde dag in de weken voor en na de stakingsdag. 36. Uit het onderzoek blijkt bovendien dat vrijwel alle ondervraagden het er over eens zijn dat Franstalige en Nederlandstalige kranten niet onderling substitueerbaar zijn, en dat dit ook geldt voor zakenkranten. Er worden weinig exemplaren van L Echo verkocht in het Nederlandstalig landsgedeelte, zoals er weinig exemplaren van De Tijd verkocht worden in het Franstalig landsgedeelte. 37. Uit hetgeen voorafgaat volgt dat de relevante productmarkt alleen deze van de Franstalige (Belgische) zakenkranten kan zijn.

16 De relevante geografische markt wordt klassiek omschreven als het gebied waarbinnen de betrokken ondernemingen een rol spelen in de vraag naar en het aanbod van goederen of diensten, waarbinnen de concurrentievoorwaarden voldoende homogeen zijn, en dat van aangrenzende gebieden kan worden onderscheiden doordat er duidelijk afwijkende concurrentievoorwaarden heersen. Er blijkt overeenstemming over te bestaan dat de relevante geografische markt België is, in zoverre het voor de beoordeling van de voorliggende concentratie noodzakelijk is die afbakening te verrichten. B. Beoordeling 39. L Echo neemt een monopoliepositie in op de Belgische markt voor Franstalige Belgische zakenkranten. Bijgevolg roept de concentratie geen machtspositie in het leven, of versterkt zij geen machtspositie (artikel 10, 3 WBEM). Overigens zou het monopolie van L Echo onverminderd zijn blijven bestaan indien anderen dan De Persgroep en Rossel gezamenlijke controle over L Echo zouden hebben verworven. 40. In zijn beslissing nr C/C-47 van 26 september 2005 inzake de overname van NV Uitgeversbedrijf Tijd, en dus van de Nederlandstalige zakenkrant De Tijd, door De Persgroep en Rossel, heeft de Raad de bijzondere toestand geanalyseerd die het gevolg was van de gezamenlijke controle door De Persgroep en Rossel van zowel Uitgeversbedrijf Tijd als van Editeco, beide monopolisten op hun respectievelijke markten (zie randnummer e.v.). Het besluit van die analyse was dat er geen reden was om de concentratie niet toelaatbaar te verklaren op de enkele grond van de synergie die het samengaan van de twee kranten met een monopoliepositie op hun respectievelijke markten, De Tijd en L Echo, teweegbrengt (zie randnummer ). Die beslissing sluit noodzakelijk in dat er evenmin reden is om de voorliggende concentratie niet toelaatbaar te verklaren. 41. Aansluitend rijst de vraag of de gezamenlijke controle over genoemde monopolies, of reeds het samengaan van het monopolie op de markt voor Franstalige zakenkranten met een aanzienlijk aandeel op de markt of markten voor andere dan zakenkranten, niet kan leiden tot het in het leven roepen of versterken van een machtspositie op andere lezersmarkten dan deze voor Franstalige zakenkranten. Nagegaan moet dus worden of het monopolie van L Echo geen negatieve hefboomeffecten teweeg kan brengen. 42. Een denkbare potentiële mededingingsbeperkende strategie zou erin kunnen bestaan dat de aanmeldende partijen het monopolieproduct L Echo bundelen met een andere door hen uitgegeven krant, teneinde via een gezamenlijk aanbod lezers van niet door hen uitgegeven kranten te overtuigen om over te schakelen.

17 17 Indien een gezamenlijk aanbod van L Echo met een andere krant van Rossel (bijvoorbeeld Le Soir) succes zou kennen, zouden andere krantentitels onder druk kunnen komen of op termijn zelfs kunnen verdwijnen. 43. Er is geen aanwijzing dat Rossel en De Persgroep inderdaad zo n gezamenlijk aanbod overwegen. Zij hadden reeds de kans na de goedkeuring van de concentratie bij beslissing van de Raad van 26 januari 2004, doch hebben haar niet te baat genomen. Bovendien bestaat er geen traditie van gezamenlijk aanbod van krantentitels in België, en, voor zover kan worden gezien, evenmin in het buitenland. Uit één en ander kan afgeleid worden dat zo n praktijk economisch weinig zinvol is. De bepalingen inzake gezamenlijk aanbod van de Wet Handelspraktijken beperken ten andere het voordeel dat consumenten geboden kan worden, en dus het welslagen van zo n commerciële strategie. Artikel 54 verbiedt het gezamenlijk aanbod, terwijl artikel 55 bepaalt dat toch geoorloofd is tegen een totale prijs aan te bieden, gelijke producten (of diensten), op voorwaarde dat elk product (of elke dienst) afzonderlijk tegen de gewone prijs in dezelfde inrichting verkregen kan worden, en dat de prijsvermindering die eventueel aan de koper verleend wordt voor het geheel van de producten (of diensten) niet meer bedraagt dan één derde van de samengetelde prijzen. 44. Niettemin schept de unieke marktsituatie het risico van het in het leven roepen of versterken van een machtspositie op aangrenzende lezersmarkten. Elke ernstige twijfel betreffende de aanwending van dat hefboomeffect wordt uitgesloten door de verbintenis van de aanmeldende partijen om geen gezamenlijk aanbod te doen van L Echo, enerzijds, en van een andere krant uitgegeven door Uitgeversbedrijf Tijd, De Persgroep en Rossel, anderzijds. Een duur voor deze verbintenis van vijf jaar is redelijk en voldoende. 45. Volgens VUM zou een andere hefboomconstructie tot versterking van een machtspositie op aangrenzende lezersmarkten kunnen bestaan in gerichte acties waarbij historische of actuele abonneebestanden en andere data met betrekking tot lezers en kopers op een gerichte manier worden aangewend. Volgens VUM moet de aangeboden verbintenis worden uitgebreid tot een verbod van uitwisseling van abonnee- en soortgelijke data. Het mogelijke gevolg van het gebruik van het abonneebestand van L Echo is echter uiterst gering, zoals blijkt uit de analyse van volgende gegevens, die op het onderzoek gebaseerd zijn en in het verslag vermeld zijn. Het aantal abonnementen op L Echo bedraagt Het aantal dubbellezers, dus lezers die twee kranten lezen, bedraagt in het geval van L Echo 60%. Als dat percentage zowel geldt voor de losse verkoop als voor de abonnees, dan bedraagt het aantal op L Echo geabonneerde dubbellezers Aangezien ongeveer de helft van de lezers van Franstalige kranten een krant van Rossel leest, mag aangenomen worden dat ongeveer de helft van de dubbellezers, dus abonnees, reeds een krant van Rossel als tweede krant leest. Bijgevolg bedraagt het potentieel verlies

18 18 van concurrenten de andere helft van de dubbellezers, abonnees. Het gaat om niet meer dan 1,78% van alle abonnees en 0,78% van alle kopers van algemene Franstalige kranten, of een onaanzienlijk aantal. Bovendien is het onwaarschijnlijk dat trouwe krantenlezers zich gemakkelijk tot het overstappen naar een andere krant zullen laten verleiden. Het hier besproken potentiële hefboommechanisme kan dan ook geen uitsluiting teweegbrengen. 46. Het besluit betreffende de lezersmarkten is dat geen ernstige twijfels rijzen betreffende de toelaatbaarheid van de concentratie, indien de verbintenis wordt opgenomen die door de aanmeldende partijen wordt aangegaan. VIII. Advertentiemarkten 47. Dagbladuitgevers zijn niet alleen actief op de markt waar hun dagbladen gekocht worden door lezers (lezers zijn dus de afnemers op deze lezersmarkt), maar ook op markten waar ruimte in hun dagbladen wordt gekocht door adverteerders (adverteerders zijn dus de afnemers op deze advertentiemarkten). Adverteerders hebben verschillende behoeften naar gelang het voorwerp van de advertentie en het doel dat zij ermee beogen. Om de juiste doelgroep te bereiken doen adverteerders meestal een beroep op een mediacentrale. De Persgroep, Rossel en Editeco bieden advertentieruimte aan voor: -advertenties die een reclameboodschap voor een bepaald product of dienst bevatten, en die de lezer willen aanzetten tot kopen ( themareclame ); -advertenties waarin verstrekkers van financiële producten boodschappen richten aan de inschrijvers op die producten (aandeelhouders en dergelijke), welke mededelingen al dan niet bij wet verplicht zijn ( financiële en wettelijk verplichte advertenties ); in tegenstelling tot de themareclame hebben deze advertenties een informatief oogmerk; -advertenties die werkaanbiedingen bevatten ( jobadvertenties ). Vanuit het oogpunt van de adverteerder (vraagzijde) zijn deze advertenties uiteraard niet onderling verwisselbaar. Onder voorbehoud van een meer doorgedreven verfijning moeten dan ook volgende productmarkten onderscheiden worden: -de markt voor themareclame, -de markt voor financiële en wettelijk verplichte advertenties, en -de markt voor jobadvertenties.

19 19 IX. Themareclame A. Marktafbakening 48. Dagbladen zijn ééntalig. Belgische dagbladen worden in het Frans of in het Nederlands uitgegeven. Een advertentie in een andere taal dan deze van het dagblad is hoogst uitzonderlijk. Voor de adverteerder is de advertentie in het Frans niet substitueerbaar met deze in het Nederlands, en omgekeerd. Naar gelang de taal richt de advertentie zich tot een ander doelpubliek. De adverteerder kan er niet van uitgaan dat een advertentie in het Nederlands, die in een Nederlandstalige krant is opgenomen, het Nederlandstalige lezerspubliek bereikt. Advertenties in buitenlandse Franstalige (of anderstalige) dagbladen, al kennen zij enige verspreiding in België of ten minste in de Franse Gemeenschap, zijn voor de adverteerders zeker geen substituut. Zo n advertenties zijn in de regel immers in de allereerste plaats bestemd voor de lezers van het land waar het dagblad wordt uitgegeven, en maken doorgaans publiciteit voor producten of diensten die in dat land beschikbaar zijn. 49. Tot heden hebben verslaggever en Raad de advertentiemarkten steeds geanalyseerd uitgaande van marktaandelen in termen van omzet die werd gerealiseerd door de verschillende titels. IPM heeft echter een andere benadering voorgesteld. De aanbodzijde van de advertentiemarkten zou gedefinieerd moeten worden als het aanbod van lezers dat een titel/groep kan bieden aan de adverteerders. De lezers aan de aanbodzijde van de advertentiemarkten worden dan anders en ruimer gedefinieerd dan de lezers aan de vraagzijde van de lezersmarkt. Lezers aan de vraagzijde van de lezersmarkt zijn louter consumenten van informatie; lezers aan de aanbodzijde van de advertentiemarkten daarentegen, worden in deze benadering gezien als homo economicus die zijn inkomen aan alle mogelijke goederen en diensten zou besteden en die zijn inkomen geheel of gedeeltelijk haalt uit zijn prestaties op de arbeidsmarkt. De aanbodzijde van de advertentiemarkten wordt met andere woorden beschouwd als een bereik van lezers, die tevens consumenten en werkzoekenden zijn. Alleen via de analyse van dit bereik van lezerspubliek (en de concentratie van het bereik bij bepaalde groepen) zou de juiste impact van de overname ingeschat kunnen worden. Als deze invalshoek toegepast wordt op de themareclame, komt men volgens de beschreven methodologie tot een marktdefiniëring op grond van een benadering per doelgroep, dus tot een opdeling tussen themareclame voor een algemeen publiek, enerzijds, en themareclame gericht op een selectief publiek, anderzijds. Het selectief publiek kan gedefinieerd worden in termen van de sociologische categorieën die in de CIM-studies worden onderscheiden, in functie van koopkracht, opleiding en job. Ook in de afbakening van de bevolking in de zogenaamde kaderledenstudie van Scripta wordt zo n concept van selectief publiek gehanteerd. De Raad oordeelt dat die benadering hoe interessant zij ook moge zijn getoetst moet worden aan mededingingstechnische normen. In dat opzicht werpt de verslaggever reeds

20 20 terecht op dat deze voorgestelde zienswijze, die op een benadering per doelgroep berust, enkel uitgaat van het standpunt van de vraagzijde van de markt, dit zijn de mediaplanners. Adverteerders wensen immers de juiste doelgroep te bereiken en doen hiervoor meestal een beroep op een mediacentrale. Deze mediacentrales zoeken over de mediagrenzen heen naar de beste manier om de doelgroep voor een specifieke reclamecampagne te bereiken. Enerzijds is deze zienswijze van de mediaplanners dus mediagrensoverschrijdend. Om die reden is zij, mededingingsrechtelijk gezien, te ruim, omdat de markt voor themareclame niet alle mediavormen omvat (zie bijv. beslissing nr C/C-69 van de Raad in de zaak Mass Transit Metro). Anderzijds is dit standpunt van de mediaplanners te eng omdat hun logica per doelgroep er toe zou leiden dat, mededingingsrechtelijk gezien, er voor elke doelgroep (niet alleen kaderleden, maar ook jongeren, vrouwen, 60-plussers, sportliefhebbers, dierenliefhebbers, enz ) een aparte markt zou bestaan, eventueel verder opgesplitst in kleinere geografische zones. Er zouden dan tientallen zoniet honderden of meer markten zijn voor themareclame in kranten. Dit oneindig aantal marktjes leidt vanzelfsprekend tot een versnippering van de markt voor themareclame, met onvermijdelijk verschillende machtsposities van bepaalde media voor bepaalde doelgroepen. Dit is in strijd met de vaste rechtspraak van de Europese en van de nationale mededingingsautoriteiten. Zelfs het louter onderscheid tussen selectieve themareclame voor kaderleden en algemene themareclame kan naar geldend mededingingsrecht niet verantwoord worden. Zo is bijvoorbeeld naar aanleiding van het marktonderzoek over de themareclame in Nederlandstalige Belgische kranten gebleken dat selectieve campagnes slechts 7% (volgens Rossel en De Persgroep) of 8% (volgens VUM) van de nationale themareclame uitmaken (Beslissing nr C/C-47 van 26 september 2005 inzake De Persgroep, Rossel en Uitgeversbedrijf Tijd, randnummer ). De selectieve themareclame voor kaderleden als een aparte relevante productmarkt beschouwen zou dan ook van een te enge visie blijk geven. De handelswijze van de krantenuitgevers ligt ten andere ten grondslag aan de klassieke mededingingsrechtelijke benadering. Ze bieden inderdaad enkel advertentieruimte aan in de door hen gepubliceerde kranten en doen dit over de grenzen van de doelgroepen heen. Tegen de benaderingswijze van IPM bestaan ten slotte ook praktische bezwaren. Krantenuitgevers en mededingingsautoriteiten zouden de doelgroepen niet op een precieze en ondubbelzinnige manier kunnen afbakenen. 50. Besluit. De productmarkt is deze voor themareclame in Franstalige Belgische dagbladen. 51. De Belgische dagbladuitgevers verspreiden het overgrote gedeelte van hun oplage in België. De adverteerders kunnen via de Belgische dagbladen dan ook slechts het in België gevestigde of aanwezige lezerspubliek bereiken. Bijgevolg moet worden aangenomen dat de productmarkt van de themareclame geografisch beperkt is tot het Belgische grondgebied. De verspreiding van Franstalige dagbladen in de Vlaamse Gemeenschap is weliswaar gering, doch, wat betreft de sterkte van de verschillende uitgevers op de relevante advertentiemarkten (die tot de Franstalige dagbladen beperkt zijn), maakt het niet uit of deze markten heel België of alleen het Franstalige gebied van Wallonië en het Brussels Gewest omvatten.

Beslissing nr C/C-38 van 27 juli 2005

Beslissing nr C/C-38 van 27 juli 2005 Beslissing nr. 2005-C/C-38 van 27 juli 2005 Zaak MEDE-C/C-05/0029: NV De Persgroep en NV Rossel & Cie - NV Uitgeversbedrijf Tijd 1. Rechtspleging De aanmelding van de concentratie is bij de Raad voor de

Nadere informatie

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE MEDEDELING VAN DE COMMISSIE betreffende een vereenvoudigde procedure voor de behandeling van bepaalde concentraties krachtens Verordening (EEG) nr. 4064/89 van de Raad (Voor de EER relevante tekst) 1.

Nadere informatie

Beslissing nr. 2005-C/C-47 van 26 september 2005

Beslissing nr. 2005-C/C-47 van 26 september 2005 Beslissing nr. 2005-C/C-47 van 26 september 2005 Zaak MEDE-C/C-05/0029: NV De Persgroep en NV Rossel & Cie NV Uitgeversbedrijf De Tijd Inhoud: 1. Beschrijving van het verloop van de rechtspleging 2. De

Nadere informatie

Beslissing nr V/M 11 van 7 april 2011

Beslissing nr V/M 11 van 7 april 2011 Beslissing nr. 2011 - V/M 11 van 7 april 2011 Zaak MEDE-V/M-08/0021: UGC Belgium NV / Kinepolis Group NV I. Overzicht van de relevante procedurevoorgaanden 1. De procedurele voorgaanden zijn weergegeven

Nadere informatie

Voorwoord 11. Deel I: Analyse van de Belgische dagbladmarkt: trends en uitdagingen 15

Voorwoord 11. Deel I: Analyse van de Belgische dagbladmarkt: trends en uitdagingen 15 Inhoud Voorwoord 11 Deel I: Analyse van de Belgische dagbladmarkt: trends en uitdagingen 15 Hoofdstuk 1 Een historische terugblik: van het ancien régime tot en met de Tweede Wereldoorlog 17 1. De diverse

Nadere informatie

Beslissing nr.2003-c/c-69 van 22 augustus 2003

Beslissing nr.2003-c/c-69 van 22 augustus 2003 Beslissing nr.2003-c/c-69 van 22 augustus 2003 Dossier MEDE-C/C-03/0035: NV. Imprimerie des Editeurs en NV. Regionale Uitgeversgroep en NV. Mass Transit Media Gelet op de Wet op de Bescherming van de Economische

Nadere informatie

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Zaaknummer 2280/Thomson - Harcourt General Inc. I. MELDING

Nadere informatie

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37 van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37 van de Mededingingswet. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37 van de Mededingingswet. Nummer 4666 / 4 Betreft zaak: 4666

Nadere informatie

BESLUIT. file://e:\archief1998\besluiten\bcm\bcm1169-9812.htm

BESLUIT. file://e:\archief1998\besluiten\bcm\bcm1169-9812.htm pagina 1 van 5 BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Zaaknummer 1169: Deutsche Babcock - Steinmüller

Nadere informatie

BESLUIT. pagina 1 van 5. file://e:\archief1998\besluiten\bcm\44304opb.htm

BESLUIT. pagina 1 van 5. file://e:\archief1998\besluiten\bcm\44304opb.htm pagina 1 van 5 BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Datum: 12 mei 1998 Nummer: 443/4.B95 Betreft:

Nadere informatie

Zaak T-228/97. Irish Sugar plc tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen

Zaak T-228/97. Irish Sugar plc tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen Zaak T-228/97 Irish Sugar plc tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen Artikel 86 EG-Verdrag (thans artikel 82 EG) Machtspositie en collectieve machtspositie Misbruik Geldboete" Arrest van het Gerecht

Nadere informatie

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Zaaknummer 1768/NIB Capital - Alpinvest I. MELDING 1.

Nadere informatie

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Zaaknummer: 1848/ABN AMRO Bouwfonds - Proverko I. MELDING

Nadere informatie

Beslissing nr C/C-52 van 5 juli 2002

Beslissing nr C/C-52 van 5 juli 2002 Beslissing nr. 2002-C/C-52 van 5 juli 2002 INZAKE: N.V. L.S.G. SKY CHEFS BELGIUM, met maatschappelijke zetel te 1930 Zaventem, Brussels Airport, Gebouw 53 EN Mr. Van Buggenhout en mr. D'Ieteren qq., advocaten

Nadere informatie

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Zaaknummer 2189/ Aalberts - Hartman I. MELDING 1. Op 7

Nadere informatie

Zaak Nr IV/M.1262 - CEBECO / PLUKON. VERORDENING (EEG) nr. 4064/89 CONCENTRATIEPROCEDURE. Artikel 6, lid 1, sub b : GEEN BEZWAAR datum : 24/09/1998

Zaak Nr IV/M.1262 - CEBECO / PLUKON. VERORDENING (EEG) nr. 4064/89 CONCENTRATIEPROCEDURE. Artikel 6, lid 1, sub b : GEEN BEZWAAR datum : 24/09/1998 NL Zaak Nr IV/M.1262 - CEBECO / PLUKON Alleen de Nederlandse tekst is beschikbaar en authentiek. VERORDENING (EEG) nr. 4064/89 CONCENTRATIEPROCEDURE Artikel 6, lid 1, sub b : GEEN BEZWAAR datum : 24/09/1998

Nadere informatie

Wet van 13 maart 2016 op het statuut van en het toezicht op de verzekerings- of herverzekeringsondernemingen, de artikelen 107 tot 122.

Wet van 13 maart 2016 op het statuut van en het toezicht op de verzekerings- of herverzekeringsondernemingen, de artikelen 107 tot 122. de Berlaimontlaan 14 BE-1000 Brussel tel. +32 2 221 35 88 fax + 32 2 221 31 04 ondernemingsnummer: 0203.201.340 RPR Brussel www.nbb.be Mededeling Brussel, 2 juni 2017 Kenmerk: NBB_2017_18 uw correspondent:

Nadere informatie

BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid van de Mededingingswet.

BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid van de Mededingingswet. BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid van de Mededingingswet. Nummer 3108/ 14 Betreft zaak: 3108/Gilde - RTD I. MELDING

Nadere informatie

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. BARE VERSIE BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Zaak nr: 955/Rofisco - Merkx - Roelofsen -

Nadere informatie

BESLUIT. file://e:\archief1998\besluiten\bcm\bcm1069-9810.htm

BESLUIT. file://e:\archief1998\besluiten\bcm\bcm1069-9810.htm pagina 1 van 5 BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Zaaknummer: 1069/Low & Bonar-Waddington

Nadere informatie

Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank ontvangen op 24 juni 2005; A. SITUERING, ONDERWERP EN RECHTVAARDIGING VAN DE AANVRAAG

Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank ontvangen op 24 juni 2005; A. SITUERING, ONDERWERP EN RECHTVAARDIGING VAN DE AANVRAAG SCSZ/05/97 1 BERAADSLAGING NR. 05/034 VAN 19 JULI 2005 M.B.T. DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS BETREFFENDE BUITENLANDSE VERZEKERDEN, DOOR DE VERZEKERINGSINSTELLINGEN AAN HET VLAAMS ZORGFONDS, MET HET

Nadere informatie

Klynveld Peat Marwick Goerdeler

Klynveld Peat Marwick Goerdeler Klynveld Peat Marwick Goerdeler Bedrijfsrevisoren Helga Platteau Bedrijfsrevisor Verslag van het College van sen over de geconsolideerde jaarrekening over het boekjaar afgesloten op 31 december 2004 en

Nadere informatie

Gelet op de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, inzonderheid op artikel 15;

Gelet op de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, inzonderheid op artikel 15; SCSZ/07/039 1 BERAADSLAGING NR. 07/013 VAN 6 MAART 2007, GEWIJZIGD OP 2 OKTOBER 2007, MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS BETREFFENDE INKOMENDE GRENSARBEIDERS DOOR DE KRUISPUNTBANK VAN

Nadere informatie

PROTOCOL TOT WIJZIGING VAN DE OVEREENKOMST EN VAN HET PROTOCOL TUSSEN DE REGERING VAN HET KONINKRIJK BELGIË DE REGERING VAN DE REPUBLIEK INDIA

PROTOCOL TOT WIJZIGING VAN DE OVEREENKOMST EN VAN HET PROTOCOL TUSSEN DE REGERING VAN HET KONINKRIJK BELGIË DE REGERING VAN DE REPUBLIEK INDIA PROTOCOL TOT WIJZIGING VAN DE OVEREENKOMST EN VAN HET PROTOCOL TUSSEN DE REGERING VAN HET KONINKRIJK BELGIË EN DE REGERING VAN DE REPUBLIEK INDIA TOT HET VERMIJDEN VAN DUBBELE BELASTING EN TOT HET VOORKOMEN

Nadere informatie

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. BESLUIT Zaaknummer 1790/ ENCI - Beamix Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. I. MELDING 1. Op 11 februari

Nadere informatie

Zaak Nr IV/M.1061 - ING / BBL. VERORDENING (EEG) nr. 4064/89 CONCENTRATIEPROCEDURE. Artikel 6, lid 1, sub b : GEEN BEZWAAR datum : 22/01/1998

Zaak Nr IV/M.1061 - ING / BBL. VERORDENING (EEG) nr. 4064/89 CONCENTRATIEPROCEDURE. Artikel 6, lid 1, sub b : GEEN BEZWAAR datum : 22/01/1998 NL Zaak Nr IV/M.1061 - ING / BBL Alleen de Nederlandse tekst is beschikbaar en authentiek. VERORDENING (EEG) nr. 4064/89 CONCENTRATIEPROCEDURE Artikel 6, lid 1, sub b : GEEN BEZWAAR datum : 22/01/1998

Nadere informatie

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Nummer 4246/10 Betreft

Nadere informatie

Zaak T-5/02. Tetra Laval BV tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen

Zaak T-5/02. Tetra Laval BV tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen Zaak T-5/02 Tetra Laval BV tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen Mededinging Verordening (EEG) nr. 4064/89 Beschikking waarbij concentratie onverenigbaar met gemeenschappelijke markt wordt verklaard

Nadere informatie

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE EUROPESE COMMISSIE Brussel, XXX [ ](2013) XXX draft MEDEDELING VAN DE COMMISSIE EUROPESE COMMISSIE Ontwerpmededeling van de Commissie inzake overeenkomsten van geringe betekenis die de mededinging niet

Nadere informatie

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. CBN-advies Omrekening van kapitaal bij grensoverschrijdende fusies

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. CBN-advies Omrekening van kapitaal bij grensoverschrijdende fusies COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN Omrekening van kapitaal bij grensoverschrijdende fusies Advies van 16 december 2009 I. INLEIDING De Belgische wetgever heeft de grensoverschrijdende fusie, voorzien

Nadere informatie

Rolnummer : 26 Arrest nr. 20 van 25 juni 1986

Rolnummer : 26 Arrest nr. 20 van 25 juni 1986 Rolnummer : 26 Arrest nr. 20 van 25 juni 1986 In zake : de prejudiciële vraag gesteld door het Arbeidshof te Antwerpen bij arrest van 26 september 1985 in de zaak van de N.V. TRENAL tegen DE BUSSCHERE

Nadere informatie

GALAPAGOS. Bijzonder verslag van de Raad van Bestuur overeenkomstig Artikel 604 van het Wetboek van vennootschappen

GALAPAGOS. Bijzonder verslag van de Raad van Bestuur overeenkomstig Artikel 604 van het Wetboek van vennootschappen GALAPAGOS Naamloze Vennootschap Generaal De Wittelaan L11 A3, 2800 Mechelen, België Ondernemingsnummer: 0466.460.429 RPR Antwerpen (afdeling Mechelen) (de Vennootschap ) Bijzonder verslag van de Raad van

Nadere informatie

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving advies 62.707/3 van 18 januari 2018 over een ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het koninklijk besluit van 12 maart 1999

Nadere informatie

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Nummer 5162/9 Betreft

Nadere informatie

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Nederlandse mededingingsautoriteit BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Nummer 1563/7 Betreft

Nadere informatie

STRAFRECHTELIJKE VERANTWOORDELIJKHEID VAN MINISTERS. Wet van 25 juni 1998 tot regeling van de strafrechtelijke verantwoordelijkheid van ministers 1

STRAFRECHTELIJKE VERANTWOORDELIJKHEID VAN MINISTERS. Wet van 25 juni 1998 tot regeling van de strafrechtelijke verantwoordelijkheid van ministers 1 STRAFRECHTELIJKE VERANTWOORDELIJKHEID VAN MINISTERS Wet van 25 juni 1998 tot regeling van de strafrechtelijke verantwoordelijkheid van ministers 1 TITEL I TOEPASSINGSGEBIED Artikel 1 Deze wet regelt een

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 35 108 Wijziging van de Wet op het financieel toezicht en enkele andere wetten in verband met de implementatie van Verordening (EU) nr. 2017/1129

Nadere informatie

BIJZONDER VERSLAG VAN DE RAAD VAN BESTUUR AAN DE AANDEELHOUDERS

BIJZONDER VERSLAG VAN DE RAAD VAN BESTUUR AAN DE AANDEELHOUDERS UCB NV - Researchdreef 60, 1070 Brussel - Ondernemingsnr. 0403.053.608 (RPR Brussel) BIJZONDER VERSLAG VAN DE RAAD VAN BESTUUR AAN DE AANDEELHOUDERS over het gebruik en de nagestreefde doeleinden van het

Nadere informatie

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Zaaknummer 2012/ Phonehouse - Roadphone I. MELDING 1.

Nadere informatie

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Zaaknummer 2697/Debitel - Talkline I. MELDING 1. Op 18

Nadere informatie

Besluit zorgspecifieke concentratietoets Kenmerk /170020

Besluit zorgspecifieke concentratietoets Kenmerk /170020 Besluit zorgspecifieke concentratietoets Betreft: Stichting BrabantZorg een onderdeel van Arjajuni B.V. een onderdeel van Imli B.V. Melding 1. Op 20 november 2014 heeft de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa)

Nadere informatie

A. Inleiding. De Hoge Raad had zijn advies uitgebracht op 7 september 2017.

A. Inleiding. De Hoge Raad had zijn advies uitgebracht op 7 september 2017. Advies van 20 december 2017 over het ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 november 2012 met betrekking tot de beheervennootschappen van instellingen voor collectieve

Nadere informatie

BESLUIT. file://e:\archief1998\besluiten\bcm\bcm htm

BESLUIT. file://e:\archief1998\besluiten\bcm\bcm htm pagina 1 van 5 BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Zaaknummer 1160/ Pon - Achterveld-Cebeco-Agrivor

Nadere informatie

Corporate Governance Charter

Corporate Governance Charter Corporate Governance Charter Dealing Code Hoofdstuk Twee Euronav Corporate Governance Charter December 2005 13 1. Inleiding Op 9 december 2004 werd de Belgische Corporate Governance Code door de Belgische

Nadere informatie

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. I. MELDING 1. Op 11 juli 2001 heeft de directeur-generaal

Nadere informatie

A. Inleiding. beroepen. 2 Hervorming verschenen in het Publicatieblad van de Europese Unie L158 van 27 mei 2014.

A. Inleiding. beroepen. 2 Hervorming verschenen in het Publicatieblad van de Europese Unie L158 van 27 mei 2014. Advies van 7 september 2017 over het ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 november 2012 met betrekking tot de beheervennootschappen van instellingen voor collectieve

Nadere informatie

Vertaling C-23/14-1. Zaak C-23/14

Vertaling C-23/14-1. Zaak C-23/14 Vertaling C-23/14-1 Zaak C-23/14 Samenvatting van het verzoek om een prejudiciële beslissing overeenkomstig artikel 98, lid 1, van het Reglement voor de procesvoering van het Hof van Justitie Datum van

Nadere informatie

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Nummer 5691 / 11 Betreft

Nadere informatie

Voorstel van decreet. van de heren Sas van Rouveroij, Ivan Sabbe, Björn Rzoska, Bart Tommelein en Lode Vereeck

Voorstel van decreet. van de heren Sas van Rouveroij, Ivan Sabbe, Björn Rzoska, Bart Tommelein en Lode Vereeck stuk ingediend op 2198 (2013-2014) Nr. 1 3 oktober 2013 (2013-2014) Voorstel van decreet van de heren Sas van Rouveroij, Ivan Sabbe, Björn Rzoska, Bart Tommelein en Lode Vereeck houdende wijziging van

Nadere informatie

Toelichting bij de agenda van de Buitengewone Algemene Vergadering van Aandeelhouders van ageas N.V. van 23 maart 2011

Toelichting bij de agenda van de Buitengewone Algemene Vergadering van Aandeelhouders van ageas N.V. van 23 maart 2011 Toelichting bij de agenda van de Buitengewone Algemene Vergadering van Aandeelhouders van ageas N.V. van 23 maart 2011 Dit document bevat een toelichting bij punt 2 van de agenda van de Buitengewone Algemene

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» SCSZ/09/142 BERAADSLAGING NR 09/079 VAN 1 DECEMBER 2009 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS

Nadere informatie

FNG NAAMLOZE VENOOTSCHAP Statutaire zetel: Zoetermeer, Nederland. Nederlandse Kamer van Koophandel: (hierna de "Vennootschap")

FNG NAAMLOZE VENOOTSCHAP Statutaire zetel: Zoetermeer, Nederland. Nederlandse Kamer van Koophandel: (hierna de Vennootschap) FNG NAAMLOZE VENOOTSCHAP Statutaire zetel: Zoetermeer, Nederland Nederlandse Kamer van Koophandel: 16014685 (hierna de "Vennootschap") BIJZONDER VERSLAG VAN HET BESTUUR MET BETREKKING TOT DE WIJZIGING

Nadere informatie

XI. TOEGESTAAN KAPITAAL 239 NV XXX

XI. TOEGESTAAN KAPITAAL 239 NV XXX XI. TOEGESTAAN KAPITAAL 239 NV XXX Home> Artikel 603 Afdeling IV. - Het toegestane kapitaal Onderafdeling I. - Beginselen Artikel 603 De tekst van art. 603 is van toepassing met ingang van 06.02.2001.

Nadere informatie

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Zaaknummer 2164/ Royal Nederland - AXA Schade I. MELDING

Nadere informatie

Circulaire 2018/C/37 betreffende de invoering van een nieuwe vrijstelling van de taks op de beursverrichtingen

Circulaire 2018/C/37 betreffende de invoering van een nieuwe vrijstelling van de taks op de beursverrichtingen Eigenschappen Titel : Circulaire 2018/C/37 betreffende de invoering van een nieuwe vrijstelling van de taks op de beursverrichtingen Samenvatting : vrijstelling van de TOB met betrekking tot verrichtingen

Nadere informatie

INBRENG IN de besloten vennootschap: UNIVÉ HET ZUIDEN BEMIDDELING B.V. gevestigd te Wouw (gemeente Roosendaal)

INBRENG IN de besloten vennootschap: UNIVÉ HET ZUIDEN BEMIDDELING B.V. gevestigd te Wouw (gemeente Roosendaal) Blad 1 INBRENG IN de besloten vennootschap: UNIVÉ HET ZUIDEN BEMIDDELING B.V. gevestigd te Wouw (gemeente Roosendaal) Heden, ***, verscheen voor mij, mr. **, notaris te **: **, te dezen handelend als schriftelijk

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 5 februari 2008 (07.02) (OR. en) 5952/08 JUR 25 COUR 1

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 5 februari 2008 (07.02) (OR. en) 5952/08 JUR 25 COUR 1 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 5 februari 2008 (07.02) (OR. en) 5952/08 JUR 25 COUR 1 BEGELEIDENDE NOTA van: de heer V. SKOURIS, Voorzitter van het Hof van Justitie d.d.: 4 februari 2008 aan: de heer

Nadere informatie

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Zaaknummer: 1872/Dura Vermeer - Proverko I. MELDING 1.

Nadere informatie

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Zaaknummer 1682/ SBS-Strengholt/Publimusic I. MELDING

Nadere informatie

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Zaaknummer 1260/SEI Benelux - Malchus Beheer I. MELDING

Nadere informatie

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. CBN advies 2017/15 Transacties onder gemeenschappelijke leiding (Common control transactions)

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. CBN advies 2017/15 Transacties onder gemeenschappelijke leiding (Common control transactions) COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN CBN advies 2017/15 Transacties onder gemeenschappelijke leiding (Common control transactions) Advies van 13 september 2017 1 I. Inleiding 1. Een bedrijfscombinatie

Nadere informatie

7/10. Vlamingen lezen minstens één merk van de Persgroep Publishing*. Dat zijn mensen. *incl. Cascade-titels

7/10. Vlamingen lezen minstens één merk van de Persgroep Publishing*. Dat zijn mensen. *incl. Cascade-titels 7/10 Vlamingen lezen minstens één merk van de Persgroep Publishing*. Dat zijn 3.623.000 mensen. *incl. Cascade-titels LEARNINGS 1 2 3 STABIEL De titels van de Persgroep Publishing blijven stabiel. HLN

Nadere informatie

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Zaaknummer 1340 / Airtours - Marysol I. MELDING 1. Op

Nadere informatie

BESLUIT I. MELDING II. PARTIJEN

BESLUIT I. MELDING II. PARTIJEN BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Zaaknummer 1880/Tulip Computers - 2L International I.

Nadere informatie

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Nederlandse mededingingsautoriteit BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Nummer 1589/4 Betreft

Nadere informatie

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Zaaknummer 1932/ Heijmans Van Hees I. MELDING 1. Op 22

Nadere informatie

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, lid 1, van de Mededingingswet.

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, lid 1, van de Mededingingswet. BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, lid 1, van de Mededingingswet. Zaaknummer 1909/AIR Holdings - Stern Beheer I. MELDING 1. Op

Nadere informatie

Vonnis van de Rechtbank van eerste aanleg van Antwerpen dd. 16 december 2005

Vonnis van de Rechtbank van eerste aanleg van Antwerpen dd. 16 december 2005 Vonnis van de Rechtbank van eerste aanleg van Antwerpen dd. 16 december 2005 Rol nr 02-6031-A-02-6439-A - Aanslagjaar 1998 Des frais professionnels effectués en vue de réduire le montant des impôts ne

Nadere informatie

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Zaaknummer 1410/BAM - Vissers/HOKA/ITS I. MELDING 1. Op

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 14 april 1994 *

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 14 april 1994 * ARREST VAN 14. 4. 1994 ZAAK C-389/92 ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 14 april 1994 * In zaak C-389/92, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Belgische Raad van

Nadere informatie

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37 van de Mededingingswet.

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37 van de Mededingingswet. BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37 van de Mededingingswet. ZaakNummer 1678/BDO CampsObers-Walgemoed I. MELDING 1. Op 3 december

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 02/04/2018

Datum van inontvangstneming : 02/04/2018 Datum van inontvangstneming : 02/04/2018 Vertaling C-145/18-1 Zaak C-145/18 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 23 februari 2018 Verwijzende rechter: Conseil d État (Frankrijk)

Nadere informatie

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Zaaknummer 2626/Yamaha Motor Europe - Motori Minarelli

Nadere informatie

Gewijzigde artikelen 1, 9, en 44, 3, 1, van het Btw-Wetboek vanaf 1 januari Eerste commentaar.

Gewijzigde artikelen 1, 9, en 44, 3, 1, van het Btw-Wetboek vanaf 1 januari Eerste commentaar. Beslissing BTW nr. E.T.119.318 dd. 28.10.2010 Gewijzigde artikelen 1, 9, en 44, 3, 1, van het Btw-Wetboek vanaf 1 januari 2011. Eerste commentaar. 1. Inleiding Ingevolge de wijzigingen van het Btw-Wetboek

Nadere informatie

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Zaaknummer 1218/ Econocom-EDS Product Services I. MELDING

Nadere informatie

BESLUIT. file://e:\archief1998\besluiten\bcm\bcm1138-9811.htm

BESLUIT. file://e:\archief1998\besluiten\bcm\bcm1138-9811.htm pagina 1 van 5 BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Zaaknummer: 1138/Arriva-VEONN en Hanze

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 04/03/2013

Datum van inontvangstneming : 04/03/2013 Datum van inontvangstneming : 04/03/2013 Vertaling C-49/13 1 Zaak C-49/13 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 29 januari 2013 Verwijzende instantie: Úřad průmyslového vlastnictví

Nadere informatie

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving advies 63.940/VR van 9 oktober 2018 over een voorontwerp van decreet van de Vlaamse Gemeenschap houdende instemming met het samenwerkingsakkoord tussen de Federale Staat,

Nadere informatie

Hofvan Cassatie van België

Hofvan Cassatie van België 24 SEPTE:rviBER2015 D.l4.0014.N/l Hofvan Cassatie van België Arrest Nr. D.14.0014.N 1. zetel te met 2. ) met zetel te eisers, vertegenwoordigd door mr. kantoor te advocaat bij het Hof van Cassatie, met

Nadere informatie

(B.S, 10/06/2003, p ) Tekst geconsolideerd door het coördinatiebureau: versie toepasselijk vanaf 02/04/2014

(B.S, 10/06/2003, p ) Tekst geconsolideerd door het coördinatiebureau: versie toepasselijk vanaf 02/04/2014 1 KONINKLIJK BESLUIT VAN 15 MEI 2003 TOT REGELING VAN DE VERSNELDE PROCEDURE IN GEVAL VAN BEROEP BIJ DE RAAD VAN STATE TEGEN SOMMIGE BESLISSINGEN VAN DE [AUTORITEIT VOOR FINANCIËLE DIENSTEN EN MARKTEN

Nadere informatie

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Zaak nr: 1002/Fabricom-Schelde Nummer: NMa-1002/4 1. Op

Nadere informatie

Elia System Operator NV

Elia System Operator NV GELIEVE UITERLIJK OP WOENSDAG 15 MEI 2013: - HETZIJ EEN EXEMPLAAR VAN HET FORMULIER PER FAX AAN DE VENNOOTSCHAP OVER TE MAKEN (+32 2 546 71 60 ter attentie van de heer Gregory Pattou) EN VERVOLGENS HET

Nadere informatie

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Zaaknummer 1677/CRH-Monoliet I. MELDING 1. Op 3 december

Nadere informatie

RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. A R R E S T. nr. 174.132 van 29 augustus 2007 in de zaak A. 184.884/XII-5161.

RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. A R R E S T. nr. 174.132 van 29 augustus 2007 in de zaak A. 184.884/XII-5161. RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. A R R E S T nr. 174.132 van 29 augustus 2007 in de zaak A. 184.884/XII-5161. In zake : Udo ULFKOTTE, die woonplaats kiest bij advocaat H. Coveliers, kantoor

Nadere informatie

Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, titel III, hoofdstuk II, afdeling III, onderafdeling 4. Ondernemingen die investeren in een raamovereenkomst voor de productie van een audiovisueel werk Art. 194ter.

Nadere informatie

SEQUANA MEDICAL. Naamloze vennootschap

SEQUANA MEDICAL. Naamloze vennootschap SEQUANA MEDICAL Naamloze vennootschap Maatschappelijke zetel: "AA Tower", Technologiepark 122, 9052 Gent, België BTW BE 0707.821.866 Rechtspersonenregister Gent, afdeling Gent VOLMACHT BUITENGEWONE ALGEMENE

Nadere informatie

GREENYARD Naamloze Vennootschap Strijbroek Sint-Katelijne-Waver RPR Antwerpen, afdeling Mechelen BTW BE

GREENYARD Naamloze Vennootschap Strijbroek Sint-Katelijne-Waver RPR Antwerpen, afdeling Mechelen BTW BE GREENYARD Naamloze Vennootschap Strijbroek 10 2860 Sint-Katelijne-Waver RPR Antwerpen, afdeling Mechelen BTW BE 0402.777.157 VOLMACHT VOOR DE BUITENGEWONE ALGEMENE VERGADERING VAN 15 SEPTEMBER 2017 1 Ondergetekende

Nadere informatie

ADVIES Nr 10 / 2001 van 25 APRIL 2001

ADVIES Nr 10 / 2001 van 25 APRIL 2001 ADVIES Nr 10 / 2001 van 25 APRIL 2001 O. Ref. : 10 / A / 2001 / 10 BETREFT : Ontwerp van koninklijk besluit waarbij de V.Z.W. Koninklijke Federatie van het Belgisch Notariaat gemachtigd wordt om toegang

Nadere informatie

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Betreft: Zaak nr. 70/Neways-Detron-GPC Huizen Nummer:

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 12 SEPTEMBER 2014 C.13.0232.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. C.13.0232.N SYRAL BELGIUM nv, met zetel te 9300 Aalst, Burchtstraat 10, eiseres, vertegenwoordigd door mr. Caroline De Baets, advocaat

Nadere informatie

OVEREENKOMST TOT OVERDRACHT VAN AANDELEN (Kort naamloze vennootschap)

OVEREENKOMST TOT OVERDRACHT VAN AANDELEN (Kort naamloze vennootschap) 1 OVEREENKOMST TOT OVERDRACHT VAN AANDELEN (Kort naamloze vennootschap) TUSSEN : De naamloze vennootschap naar Belgisch recht,, met maatschappelijke zetel te, en ingeschreven bij de Kruispuntbank der Ondernemingen

Nadere informatie

GALAPAGOS. Bijzonder verslag van de raad van bestuur overeenkomstig Artikel 604 van het Wetboek van vennootschappen

GALAPAGOS. Bijzonder verslag van de raad van bestuur overeenkomstig Artikel 604 van het Wetboek van vennootschappen GALAPAGOS Naamloze Vennootschap Generaal De Wittelaan L11 A3, 2800 Mechelen, België Ondernemingsnummer: 0466.460.429 RPR Antwerpen (afdeling Mechelen) (de Vennootschap ) Bijzonder verslag van de raad van

Nadere informatie

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37 lid 1 van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37 lid 1 van de Mededingingswet. Nederlandse mededingingsautoriteit BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37 lid 1 van de Mededingingswet. Nummer 2861/ 11.B93 / Betreft

Nadere informatie

Rolnummers 5197, 5198 en 5199. Arrest nr. 192/2011 van 15 december 2011 A R R E S T

Rolnummers 5197, 5198 en 5199. Arrest nr. 192/2011 van 15 december 2011 A R R E S T Rolnummers 5197, 5198 en 5199 Arrest nr. 192/2011 van 15 december 2011 A R R E S T In zake : de prejudiciële vragen over de artikelen 2, 1 en 2, en 3, 2, van de wet van 6 april 2010 betreffende marktpraktijken

Nadere informatie

Zaak Nr COMP/M.3902 - HEIDELBERGCEMENT / DE HOOP TERNEUZEN / MERMANS BETON / JV. VERORDENING (EEG) nr. 139/2004 CONCENTRATIEPROCEDURE

Zaak Nr COMP/M.3902 - HEIDELBERGCEMENT / DE HOOP TERNEUZEN / MERMANS BETON / JV. VERORDENING (EEG) nr. 139/2004 CONCENTRATIEPROCEDURE NL Zaak Nr COMP/M.3902 - HEIDELBERGCEMENT / DE HOOP TERNEUZEN / MERMANS BETON / JV Alleen de Nederlandse tekst is beschikbaar en authentiek. VERORDENING (EEG) nr. 139/2004 CONCENTRATIEPROCEDURE Artikel

Nadere informatie

BESLUIT. file://e:\archief1998\besluiten\bcm\bcm0094-9804.htm

BESLUIT. file://e:\archief1998\besluiten\bcm\bcm0094-9804.htm pagina 1 van 5 BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Nummer: 94/13.B91 Betreft: Zaaknummer 94/Econosto

Nadere informatie

6. Bij brief van 3 september 2010 (kenmerk: 20445/2010013654) heeft het Commissariaat Haspro Agri verzocht aanvullende informatie te verstrekken.

6. Bij brief van 3 september 2010 (kenmerk: 20445/2010013654) heeft het Commissariaat Haspro Agri verzocht aanvullende informatie te verstrekken. Sanctiebeschikking Kenmerk: 25593/2012001256 Betreft: handelwijze inzake het boek Henk Angenent, een onbegrepen doordouwer Sanctiebeschikking van het Commissariaat voor de Media (hierna: het Commissariaat)

Nadere informatie

Beslissing tot het verlenen van een voorafgaand akkoord Statuut van openbare instelling voor collectieve belegging in schuldvorderingen

Beslissing tot het verlenen van een voorafgaand akkoord Statuut van openbare instelling voor collectieve belegging in schuldvorderingen Beslissing tot het verlenen van een voorafgaand akkoord Statuut van openbare instelling voor collectieve belegging in schuldvorderingen Mei en september 2006 Conform artikel 11 van het koninklijk besluit

Nadere informatie

Nederlandse Mededingingsautoriteit

Nederlandse Mededingingsautoriteit Nederlandse Mededingingsautoriteit Aan [...] aangetekend per fax Datum Uw kenmerk Ons kenmerk Bijlage(n) Onderwerp Zaaknr.: 7479/ Informele zienswijze betreffende concentratietoezicht: zeggenschap [onderneming

Nadere informatie