Dans Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bachelor Dans aan de Vlaamse hogescholen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Dans Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bachelor Dans aan de Vlaamse hogescholen"

Transcriptie

1 O N D E R W I J S V I S I T A T I E Dans Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bachelor Dans aan de Vlaamse hogescholen V l a a m s e H o g e s c h o l e n r a a d 28 april 2010

2 D e o n d e r w i j s v i s i t a t i e D a n s Ravensteingalerij 27, bus Brussel tel.: info@vlhora.be Exemplaren van dit rapport kunnen tegen betaling verkregen worden op het VLHORA-secretariaat. Het rapport is ook elektronisch beschikbaar op > evaluatieorgaan > visitatierapporten > huidige ronde Wettelijk depot: D/2010/8696/7 2 O n d e r w i j s v i s i t a t i e D a n s

3 voorwoord De visitatiecommissie brengt met dit rapport verslag uit over haar oordelen en de daaraan ten grondslag liggende motivering, conclusies en aanbevelingen die resulteren uit het onderzoek dat zij heeft verricht naar de onderwijskwaliteit van de professioneel gerichte bachelor Dans in Vlaanderen. De visitatiecommissie heeft hierbij de vernieuwde visitatieprocedure Handleiding onderwijsvisitaties VLIR VLHORA, februari 2005, gevolgd, waarbij zij niet enkel aanbevelingen en suggesties formuleert in het kader van de continue kwaliteitsverbetering van het hoger onderwijs, maar ook een oordeel geeft in het kader van de accreditatie van de opleiding. De visitatie en dit rapport passen in de werkzaamheden van de hogescholen en van de Vlaamse Hogescholenraad (VLHORA) met betrekking tot de kwaliteitszorg van het hogescholenonderwijs, zoals bepaald in artikel 93 van decreet van 4 april 2003 betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs. Met dit rapport wordt de bredere samenleving geïnformeerd over de wijze waarop de hogescholen en meer bepaald de betrokken opleiding omgaat met de kwaliteit van haar onderwijs. Toch is het rapport in de eerste plaats bedoeld voor de hogeschool die de opleiding aanbiedt. Op basis van de bevindingen van het rapport kan de hogeschool nu en in de nabije toekomst actie nemen om de kwaliteit van het onderwijs in de opleiding te handhaven en verder te verbeteren. De lezer moet er zich echter terdege bewust van zijn dat het rapport slechts een momentopname biedt van het onderwijs in de opleiding en dat de rapportering van de visitatiecommissie slechts één fase is in het proces van kwaliteitszorg. De VLHORA dankt allen die meegewerkt hebben aan het welslagen van dit proces van zelfevaluatie en visitatie. De visitatie was niet mogelijk geweest zonder de inzet van al wie binnen de hogeschool betrokken was bij de voorbereiding en de uitvoering ervan. Tevens is de VLHORA dank verschuldigd aan de voorzitter, de leden en de secretarissen van de visitatiecommissie voor de betrokkenheid en deskundige inzet waarmee zij hun opdracht hebben uitgevoerd. Marc Vandewalle secretaris-generaal Toon Martens voorzitter O n d e r w i j s v i s i t i a t i e D a n s 3

4 4 O n d e r w i j s v i s i t a t i e D a n s

5 inhoudsopgave Voorwoord... 3 Inhoudsopgave... 5 Deel Hoofdstuk 1 De onderwijsvisitatie Dans Inleiding De betrokken opleidingen De visitatiecommissie Samenstelling Taakomschrijving Werkwijze Oordeelsvorming Indeling van het rapport Hoofdstuk 2 Het domeinspecifiek referentiekader Dans Inleiding Domeinspecifieke competenties Besluit Deel Het opleidingsrapport Artesis Hogeschool Antwerpen Bijlagen O n d e r w i j s v i s i t i a t i e D a n s 5

6 6 O n d e r w i j s v i s i t a t i e D a n s

7 deel 1 algemeen deel O n d e r w i j s v i s i t i a t i e D a n s 7

8 8 O n d e r w i j s v i s i t a t i e D a n s

9 Hoofdstuk 1 De onderwijsvisitatie Dans 1.1 Inleiding In dit rapport brengt de visitatiecommissie verslag uit van haar bevindingen over de onderwijskwaliteit van de professioneel gerichte bachelor Dans, die zij op 8, 9 en 10 december 2008 in opdracht van de Vlaamse Hogescholenraad (VLHORA) heeft onderzocht. Dit initiatief past in de werkzaamheden van de hogescholen en van de VLHORA met betrekking tot de kwaliteitszorg van het hogescholenonderwijs, zoals bepaald in artikel 93 van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 4 april 2003 betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen. 1.2 De betrokken opleidingen De opleiding Dans wordt door 1 hogeschool aangeboden. De visitatiecommissie bezocht op: - 8, 9 en 10 december 2008 Artesis Hogeschool Antwerpen 1.3 De visitatiecommissie Samenstelling De visitatiecommissie werd samengesteld conform de procedure van de Handleiding onderwijsvisitaties VLIR VLHORA, februari Meer in het bijzonder werden de richtlijnen van de Erkenningscommissie Hoger Onderwijs met betrekking tot de onafhankelijkheid van de commissieleden opgevolgd. De visitatiecommissie werd samengesteld door het bestuursorgaan van de VLHORA in zijn vergadering van 13 november De visitatiecommissie: Voorzitter en domeindeskundige: Onderwijsdeskundige: Domeindeskundige: Domeindeskundige: Student: Jacques Van Meel Carla Nelissen Leontien Wiering Vera Sander Bert de Cock Voor een kort curriculum vitae van de commissieleden, zie bijlage 1. O n d e r w i j s v i s i t a t i e D a n s 9

10 Vanuit de VLHORA werden een projectbegeleider en een secretaris aangesteld. Voor de visitatie van de opleiding Dans waren dit: Projectbegeleider: Floris Lammens Secretaris: Artesis Hogeschool Antwerpen Thomas Jans Taakomschrijving De commissie geeft op basis van het zelfevaluatierapport van de opleiding en de gesprekken ter plaatse: - een oordeel over de onderwerpen en facetten uit het accreditatiekader van de NVAO; - een integraal oordeel over de opleiding; - suggesties om waar mogelijk te komen tot kwaliteitsverbetering. Op aanvraag van de opleiding geeft de commissie een beoordeling van de voorgedragen bijzondere kwaliteitskenmerken. De beoordeling van het bijzonder kwaliteitskenmerk heeft geen invloed op de globale beoordeling van de opleiding en het accreditatiebesluit van de NVAO Werkwijze De visitatie van de opleiding Dans aan de hogescholen gebeurde conform de werkwijze zoals die is vastgelegd in de Handleiding onderwijsvisitaties VLIR VLHORA, februari Voor de beschrijving van de werkwijze van de visitatiecommissie worden vier fasen onderscheiden. - fase 1, de installatie van de commissie; - fase 2, de voorbereiding; - fase 3, het visitatiebezoek; - fase 4, de schriftelijke rapportering. Fase 1 De installatie van de visitatiecommissie Op 13 november 2008 werd de visitatiecommissie officieel geïnstalleerd. De installatievergadering stond in het kader van een kennismaking, een gedetailleerde bespreking van het visitatieproces aan de hand van de Handleiding onderwijsvisitaties VLIR VLHORA, februari 2005 en een toelichting van het ontwerp van domeinspecifieke referentiekader. Daarnaast werden een aantal praktische afspraken gemaakt, onder meer met betrekking tot het bezoekschema, de bezoekdagen en de te lezen eindwerken en/of stageverslagen. 10 O n d e r w i j s v i s i t a t i e D a n s

11 Fase 2 De voorbereiding De visitatiecommissie heeft een domeinspecifiek referentiekader voor de opleiding opgesteld en aan de opleiding bezorgd. Elk commissielid heeft het zelfevaluatierapport en de bijlagen bestudeerd, de geselecteerde eindwerken gelezen en haar/zijn argumenten, vragen en voorlopig oordeel vastgelegd in een checklist, waarvan de secretaris een synthese heeft gemaakt. De synthese werd uitvoerig besproken en beargumenteerd door de commissieleden. Op basis van de bespreking en de door de commissieleden opgestuurde vragenlijsten, inventariseerde de secretaris kernpunten en prioriteiten voor de gesprekken en het materialenonderzoek bij de visitatie. Fase 3 Het visitatiebezoek De VLHORA heeft een bezoekschema ontwikkeld dat desgevallend aangepast werd aan de specifieke situatie van de opleiding. Het bezoekschema werd opgenomen als bijlage 3. Tijdens de visitatie werd gesproken met een representatieve vertegenwoordiging van alle geledingen die bij de opleiding betrokken zijn. Tijdens de visitatie werd bijkomend informatiemateriaal bestudeerd en werd een bezoek gebracht aan de instelling met het oog op de beoordeling van de accommodaties en de voorzieningen voor de studenten. Tijdens de visitatie werd voor de verdere bevraging gebruik gemaakt van de synthese van de checklist en de vragenlijsten. Binnen het bezoekprogramma werden een aantal overlegmomenten voor de commissieleden voorzien om de bevindingen uit te wisselen en te komen tot gezamenlijke en meer definitieve (tussen)oordelen. Na de gesprekken met de vertegenwoordigers van de opleiding hebben de visitatieleden hun definitief (tussen)oordeel per facet en per onderwerp gegeven. Op het einde van het visitatiebezoek heeft de voorzitter een korte mondelinge rapportering gegeven van de ervaringen en bevindingen van de visitatiecommissie, zonder expliciete en inhoudelijk waarderende oordelen uit te spreken. Fase 4 De schriftelijke rapportering De secretaris heeft in samenspraak met de voorzitter en de commissieleden, op basis van het zelfevaluatierapport, de checklisten en de motiveringen een ontwerp opleidingsrapport opgesteld. Het ontwerprapport geeft per onderwerp en per facet het oordeel en de motivering van de visitatiecommissie weer. Daarnaast werden - waar wenselijk en/of noodzakelijk - aandachtspunten en eventuele aanbevelingen voor verbetering geformuleerd. Het ontwerp opleidingsrapport werd aan de hogeschool gezonden voor een reactie. De reactie van de opleiding op het ontwerp opleidingsrapport werd door de commissie in een slotvergadering besproken. Het opleidingsrapport wordt samengebracht in het visitatierapport van de professioneel gerichte bacheloropleiding in de Dans. O n d e r w i j s v i s i t a t i e D a n s 11

12 1.3.4 Oordeelsvorming De commissie legt in een eerste fase een oordeel per facet vast. Daarna legt de commissie een oordeel per onderwerp vast op basis van de oordelen van de facetten die van het onderwerp deel uitmaken. In de oordelen per onderwerp wordt steeds een overzicht gegeven van de oordelen per facet. In geval van een compensatie van facetten, wordt het oordeel op onderwerpniveau gevolgd door een motivering en aangevuld met de weging die de commissie hanteerde in de oordeelsvorming op onderwerpniveau. In de overige gevallen wordt voor de motivering van het oordeel op onderwerpniveau verwezen naar de argumentatie bij de facetten. De oordelen per facet en per onderwerp hebben betrekking op alle locaties, afstudeerrichtingen en varianten. Daar waar er een onderscheid in het oordeel per afstudeerrichting en/of locatie en/of variant nodig is, wordt dit aangegeven in het rapport. De commissie houdt in haar beoordeling rekening met accenten die de opleiding eventueel zelf legt, met het domeinspecifieke referentiekader en met de benchmarking ten opzichte van de gelijkaardige opleidingen in andere instellingen van hoger onderwijs. Alle oordelen en wegingen volgen de beslisregels zoals geformuleerd in de Handleiding onderwijsvisitaties VLIR VLHORA, februari Op het niveau van de facetten volgen de oordelen een vierpuntenschaal: onvoldoende, voldoende, goed en excellent. Op het niveau van de onderwerpen en op het niveau van de opleiding in haar geheel geeft de commissie een antwoord op de vraag of er in de opleiding voor dit onderwerp voldoende generieke kwaliteitswaarborgen aanwezig zijn. Hierbij kan het oordeel voldoende of onvoldoende luiden. 1.4 Indeling van het rapport Het rapport bestaat uit twee delen. In het eerste deel beschrijft de visitatiecommissie in hoofdstuk 2 het domeinspecifiek referentiekader op basis waarvan zij de gevisiteerde opleidingen heeft beoordeeld. In het tweede deel van het rapport brengt de commissie verslag uit over de gevisiteerde opleiding. 12 O n d e r w i j s v i s i t a t i e D a n s

13 Hoofdstuk 2 Het domeinspecifiek referentiekader Dans 2.1 Inleiding Voor iedere opleiding wordt een domeinspecifiek referentiekader ontwikkeld dat door de commissie gebruikt wordt bij de beoordeling van opleidingen. De visitatiecommissie is verantwoordelijk voor de opmaak van het domeinspecifiek referentiekader. De VLHORA als evaluatieorgaan geeft de procedure 1 aan voor de opstelling ervan. Het referentiekader is niet bedoeld om een ideale opleiding te schetsen. Respect voor de eigenheid van een opleiding en voor de diversiteit binnen eenzelfde opleiding over de instellingen heen, veronderstelt immers dat in de eerste plaats wordt nagegaan of elke opleiding erin slaagt haar eigen doelstellingen te realiseren en dit zowel inhoudelijk als procesmatig. Dit belet niet dat wordt nagegaan of elke opleiding aan een aantal minimumeisen voldoet, die aan de betreffende opleiding worden gesteld vanuit het vakgebied en/of de relevante beroepspraktijk. 2.2 Domeinspecifieke competenties Gehanteerde input - referentiekaders van de opleidingen: Artesis Hogeschool Antwerpen - brondocumenten onderschreven door werkveld VLOR Studie 98, Beroepsprofiel Danser - internationale referentiekaders Tuning document InterArtes Network, learning outcomes AEC Polifonia Network: Characteristics, Learning outcomes and Competences in Higher Music Education Opleidingsprofiel Dans Nederland 1 De procedure voor het opstellen van het domeinspecifiek referentiekader is beschikbaar op de website van de VLHORA onder de rubriek visitatie & accreditatie. D o m e i n s p e c i f i e k r e f e r e n t i e k a d e r 13

14 Domeinspecifieke competenties Technische/artistieke competenties Specifieke competenties: De afgestudeerde: - kan zowel op intellectueel, danstechnisch als scheppend niveau, de verschillende technieken, kennisgebieden en onderzoeksmethoden toepassen, om de eigen expressie vorm te geven in de context van een dansproductie of in zijn/haar specialisatie; - kan samenwerken voor het interpreteren van de ideeën en/of intenties, uitgedrukt binnen een bestaande dansproductie of nieuw choreografisch werk, en dit tot een actuele fysieke werkelijkheid realiseren; - kan creatief reageren op professionele uitdagingen die dans en andere kunstvormen hen verschaffen; - is zich bewust van de waarde van onderzoek, van het repetitieproces en van de ervaring van optreden en/of productie, als vorm van een individuele en/of collectieve ontwikkeling. Groepsvaardigheden De afgestudeerde: - kan een bijdrage leveren aan de effectieve realisatie van een voorstelling of project; - kan een gemeenschappelijk verstaanbaar jargon hanteren; - begrijpt ten volle het medium dans als realisatie van vormen en technieken van expressie en creativiteit. Vaardigheden met betrekking tot voorbereiding en repetitie De afgestudeerde: - kan persoonlijke opdrachten hanteren, binnen het kader van eigen vastgestelde en herkenbare doelen, en kan gezamenlijk doelen definiëren en realiseren; - is zich bewust van het repetitie- en productieproces; - geeft blijk van vertrouwdheid bij het maken en uitvoeren van een dansproductie. Mondelinge vaardigheden De afgestudeerde: - weet hoe het vocabularium van de dans te gebruiken als een vorm van communicatie tussen de strands binnen het dansmedium te hanteren; - kan zichzelf op een intelligente manier uitdrukken in relatie tot de dansvormen waarbinnen hij/zij gewerkt en gestudeerd heeft. 14 D o m e i n s p e c i f i e k r e f e r e n t i e k a d e r

15 Theoretische competenties Kennis en begrip van de taal van de dans De afgestudeerde kan: - de basiselementen van de danstaal te begrijpen en te gebruiken in een analyse; - verbindingen te leggen tussen theorie en praktijk van de dans. Contextuele kennis en begrip De afgestudeerde: - kan dans plaatsen in verschillende historische, etno-sociale en artistieke contexten; - kan het werk van toonaangevende personen binnen het eigen gebied van de dans en dans in het algemeen identificeren en (h)erkennen, en kan de verschillende theoretische kunststromingen die zij representeren contextualiseren; - geeft blijk van inzicht in relevante technologieën, ook in relatie tot (dans)theater; - kan de waarde van technologische ontwikkelingen juist inschatten in functie van het optimaliseren van dansproducties en voor het openen van nieuwe benaderingen en ontwikkelen binnen de eigen praktijk; - toont vaardigheden met betrekking tot de administratieve omgeving in de context van de professionele actviteit; - geeft blijk van ethisch bewustzijn met betrekking tot het relevante werkveld; - toont een bewuste attitude met betrekking tot een levenslang leren in het kader van de persoonlijke ontwikkeling; - manifesteert zich als reflectief danskunstenaar. Generieke bekwaamheden Onafhankelijkheid De afgestudeerde: - kan vanuit een onderzoekende houding informatie verzamelen, analiseren en synthetiseren; - kan aan kritische zelfreflectie te doen en ideeën en logische argumenten ontwikkelen; - autonoom kunnen handelen en zich organiseren, ook binnen de context van een performance/productie/projecten. Psychologisch begrip De afgestudeerde: - geeft blijk van probleemoplossend vermogen binnen de context van een produktie/performance; - kan effectief gebruik maken van het emotioneel bewustzijn, gevoeligheden, en van verbeeldings- en expressieve vermogens. D o m e i n s p e c i f i e k r e f e r e n t i e k a d e r 15

16 Kritisch bewustzijn De afgestudeerde: - geeft blijk van een kritische ingesteldheid ten opzichte van zichzelf en het werk van anderen,; - geeft blijk van een breed sociaal en maatschappelijk bewustzijn. Communicatieve vaardigheden De afgestudeerde beheerst communicatieve en sociale vaardigheden, en is bekwaam om: - effectief en in harmonie te kunnen werken met anderen in hun projecten en activiteiten; - vaardigheden op het gebied van teamwork, discussiëren en organiseren te tonen, alsmede de vaardigheid om adequaat om te gaan met deadlines; - om eigen werk op een heldere en toegankelijke manier te presenteren; - de gepaste ict vaardigheden te tonen. 2.3 Besluit Er is een grote variëteit aan onderwerpen/uitgangspunten voor een bacheloropleiding Dans, zoals Dans (uitvoerend), Choreografie, Urban Dance,Community Dance, enzovoort. In de Europese Unie bestaan diverse soorten: programma s met een breed profiel of meer gespecialiseerde programma s. Op het niveau van de Bachelor kunnen we in ieder geval een aantal typische elementen onderscheiden die we in alle opleidingstrajecten aantreffen: praktisch studiowerk, producties die gemaakt worden door studenten en/of docenten, theoretische vorming, dansgeschiedenis, onderzoek en beroepspraktijk. De dansstudie houdt een breed spectrum van bekwaamheden in, die gekoppeld zijn aan de theateruitvoering, dat wil zeggen het in staat zijn om voor een publiek op te treden en het beschikken over een gecontroleerd danslichaam. Daarnaast ontwikkelt de student brede competenties die indirect verbonden zijn met dit proces. Voorbeelden van deze competenties zijn: creativiteit, analytische en kritische reflectie-vaardigheden. Dansen helpt de student ook om te leren zich intensief te concentreren, te luisteren, te observeren, op een creatieve manier problemen op te lossen, het ontwikkelen van een kritisch denkvermogen, te werken onder druk, het omgaan met deadlines, het omgaan met opbouwende feedback. De overdraagbare vaardigheden die de studenten zich tijdens hun studie eigen maken, kunnen relevant zijn in andere werkomgevingen. Danscurricula, het onderwijs en de lespraktijk hebben zich ontwikkeld in het kader van een bredere culturele, ethische en sociale context en hebben daarmee verbindingen gelegd met het veld van de hedendaagse dans. Om studenten voor te bereiden en te motiveren voor de actuele danspraktijk, is het noodzakelijk om het curriculum aan te passen aan deze veranderende omgeving. Hierdoor zullen studenten voorbereid zijn op en gekoppeld zijn aan de hedendaagse professionele danspraktijk. Tegelijkertijd worden oude tradities in de danseducatie bewaard in het kader van het culturele erfgoed. Studenten zullen over het algemeen deelnemen aan een breed spectrum van leeractiviteiten, zoals: onafhankelijk artistiek werk, bijwonen van lessen in theorie-vorming, deelnemen aan danstechnische praktijklessen, activiteiten rondom lichaamsconditie/muziek/design/licht, enzovoort; discussie over performances van zichzelf en anderen, deelname aan collectieve processen, het produceren van hun eigen werk en dat van anderen, het schrijven van eigen krtische zelfreflecties over hun eigen werk en dat van anderen. 16 D o m e i n s p e c i f i e k r e f e r e n t i e k a d e r

17 deel 2 opleidingsrapport O p l e i d i n g s r a p p o r t D a n s 17

18 18 O p l e i d i n g s r a p p o r t D a n s

19 Het opleidingsrapport Artesis Hogeschool Antwerpen Algemene toelichting bij de professioneel gerichte bacheloropleiding in de Dans aan de Artesis Hogeschool Antwerpen De professionele bachelor Dans van de Artesis Hogeschool Antwerpen is de enige erkende opleiding Dans in het hoger onderwijs in Vlaanderen. In 1973 richtte het Ministerie voor Nederlandse Cultuur op initiatief van Jeanne Brabants de Pedagogische Leergang voor Klassieke Dans en Bewegingsleer op. De opleiding was erop gericht danspedagogen op te leiden voor de verschillende muziekconservatoria en academies en zo het amateurisme op dat gebied tegen te gaan. De opleiding maakte toen nog gebruik van de infrastructuur van de Antwerpse Balletschool. De opleiding duurde twee jaar en er werden 12 lesuren per week gegeven. Het aantal lesuren werd stapsgewijs opgetrokken tot eerst 15 uur en nadien 21 uur per week. De opleiding werd ook verplaatst naar de infrastructuur van het Koninklijk Ballet van Vlaanderen. In 1988 wordt de opleiding uitgebreid tot drie jaar. Vanaf dan kon er geopteerd worden voor de klassieke of de hedendaagse dansrichting. Op dat moment werd ook het beroep van danser erkend waardoor de studenten na het afstuderen aan de slag konden als professioneel danser. In 1991 gingen de drie Antwerpse instituten voor hoger kunstonderwijs een fusie aan: het Hoger Instituut voor Dans en Danspedagogie, het Hoger Instituut voor Dramatische Kunst en het Koninklijk Vlaams muziekconservatorium. De opleiding Dans werd ook eindelijk opgenomen als graduaatsopleiding en nam haar intrek in de gebouwen in Lier. Het Hoger Instituut voor Dans maakte vanaf 1994 deel uit van het departement Dramatische kunst, muziek en dans, recent omgedoopt tot het departement Koninklijk Conservatorium, van de Hogeschool Antwerpen, recent omgedoopt tot de Artesis Hogeschool Antwerpen. O p l e i d i n g s r a p p o r t D a n s 19

20 Onderwerp 1 Doelstellingen van de opleiding Facet 1.1 Niveau en oriëntatie van de professioneel gerichte bachelor Beoordelingscriteria: De opleidingsdoelstellingen zijn er op gericht de student te brengen tot: - het beheersen van algemene competenties als denk- en redeneervaardigheid, het verwerven en verwerken van informatie, het vermogen tot kritische reflectie en projectmatig werken, creativiteit, het kunnen uitvoeren van eenvoudige leidinggevende taken, het vermogen tot communiceren van informatie, ideeën, problemen en oplossingen, zowel aan specialisten als aan leken en een ingesteldheid tot levenslang leren; - het beheersen van algemene beroepsgerichte competenties als teamgericht kunnen werken, oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig kunnen definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingstrategieën, en het besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid samenhangend met de beroepspraktijk; - het beheersen van beroepsspecifieke competenties op het niveau van een beginnend beroepsbeoefenaar. Het oordeel van de visitatiecommissie: voldoende De commissie is tot haar oordeel gekomen op basis van de volgende vaststellingen en overwegingen: De opleiding Dans heeft haar visie met betrekking tot de doelstellingen gebaseerd op een landschapsschets van de professionele danswereld in Vlaanderen. De landschapsschets geeft aan dat de hedendaagse dans dominant is en dat andere stijlen van podiumdans nauwelijks aan bod komen. Deze hedendaagse Vlaamse dans is een begrip in de internationale danswereld. In haar visie stelt de opleiding een eigen definitie op van de hedendaagse dans, danser, choreograaf en lesgever. De opleidingsdoelstellingen werden op basis van deze visie opgesteld en houden rekening met de vereisten van het structuurdecreet. Bij het opstellen van de doelstellingen werd er verder rekening gehouden met twee elementen die een belangrijke plaats innemen in de carrière van een danser. Ze moeten ertoe bijdragen dat de danser zich verder kan vervolmaken en een flexibele attitude ontwikkelt zodat hij kan functioneren in een steeds veranderende en zich vernieuwende danswereld. Daarnaast moet de danser in staat zijn zich na de carrière als danser om te scholen naar een tweede loopbaan. De opleidingsdoelstellingen zijn gericht op het ontwikkelen en verdiepen van: - een artistieke gedrevenheid en artistiek-wetenschappelijke nieuwsgierigheid en creativiteit, die een kwalitatieve uitdieping in een levenslang leren stimuleren; - een initieel vakmanschap en expressiviteit in de eigen discipline, die hij kan aanwenden in wisselende contexten; - een elementair socio-cultureel kader en inzicht in de dansdiscipline in het bijzonder; - een kritische denk- en redeneervaardigheid die hem toelaat om zelfstandig zowel informatie als vaardigheden te verwerven, aan te wenden en te verwerken; - het vermogen tot communiceren van en over informatie, ideeën, problemen en oplossingen met betrekking tot kunst en cultuur en de dansdiscipline in het bijzonder; - een initiële deskundigheid om de artistieke praxis op basis van kennis, inzicht en onderzoeksvaardigheden te verrijken; - de vaardigheid om efficiënt te participeren in artistieke samenwerkingsverbanden; - een artistieke persoonlijkheid die hem in staat stelt tot zelfstandige beoefening en ontwikkeling van de danskunst. 20 O p l e i d i n g s r a p p o r t D a n s

21 Bij de vertaling van de doelstellingen naar competenties hield de opleiding rekening met de Dublindescriptoren en de Europese competenties voor dans zoals opgesteld in het Tuning Document van Interartes en in de Europese kwalificaties en leerdoelen voor muziek van het Polifoniaproject van de AEC (Association Européenne des Conservatoires). De opleiding heeft met deze competenties een competentiekader opgesteld waarbij de competenties onderverdeeld worden in drie verschillende gebieden: technisch-artistieke competenties, theoretische competenties en attitudes. Deze gebieden komen terug in de structuur van het opleidingsprogramma en geven er een samenhang aan. De commissie vindt het positief dat de competenties van de opleiding gebaseerd zijn op een internationaal referentiekader, dat het niveau en de oriëntatie van de doelstellingen waarborgt. Ze meent wel dat de opleiding blijvende aandacht moet hebben voor de evolutie van de competenties en adviseert om de focus te leggen op een aantal kerncompetenties. Omdat uit de gesprekken met docenten en studenten bleek dat deze niet vertrouwd zijn met de competenties (zie ook facet 2.1) vraagt de commissie dat de opleiding meer aandacht zou besteden aan de bekendheid van competenties en doelstellingen bij de betrokken partijen. Aanbevelingen ter verbetering: De commissie vraagt aandacht voor de evolutie van de competenties, waarbij geadviseerd wordt de nadruk te leggen op de kerncompetenties. De commissie vraagt dat de opleiding meer aandacht zou besteden aan de bekendheid van de doelstellingen bij de betrokken partijen. Facet 1.2 Domeinspecifieke eisen Beoordelingscriteria: - De doelstellingen van de opleiding (uitgedrukt in eindkwalificaties van de student) sluiten aan bij de eisen die door (buitenlandse) vakgenoten en het relevante beroepenveld gesteld worden aan een opleiding in het betreffende domein (vakgebied/discipline en/of beroepspraktijk of kunstpraktijk). Ze zijn, ingeval van gereglementeerde beroepen, in overeenstemming met de reglementering of regelgeving ter zake. - Voor professioneel gerichte bacheloropleidingen zijn de eindkwalificaties getoetst bij het relevante beroepenveld. Oordeel van de visitatiecommissie: voldoende De commissie is tot haar oordeel gekomen op basis van de volgende vaststellingen en overwegingen: De commissie meent dat de doelstellingen van de opleiding rekening houden met de eisen van vakgenoten en het relevante beroepenveld. Ze is van mening dat het domeinspecifieke referentiekader van de opleiding hiervan duidelijk blijk geeft. Toch meent de commissie dat de opleiding er goed aan zou doen om een meer formele en systematische bevraging van het werkveld door te voeren om de doelstellingen verder aan te passen aan de hedendaagse (internationale) danswereld. Dit gebeurt reeds gedeeltelijk binnen de artistieke raad en via persoonlijke contacten. De artistieke raad is een adviesorgaan van de opleiding waarin een aantal externe vertegenwoordigers uit de dans, pedagogische en culturele wereld zetelen. Via de persoonlijke contacten met gastdocenten en stageplaatsen blijft de artistieke directie van de opleiding ook op de hoogte van de eisen die het werkveld stelt. De opleiding onderhoudt ook contacten met privé dans- en balletscholen, het deeltijds kunstonderwijs, de kunsthumaniora s en organisaties O p l e i d i n g s r a p p o r t D a n s 21

22 voor kunsteducatie en kunstzinnige vorming, maar voert met deze partners geen structureel overleg over de opleidingsdoelstellingen. De opleiding conformeert zich aan internationale eisen die aan een dansopleiding gesteld worden:.zij stemt haar competenties af op het internationale referentiekader dat opgesteld is in het Tuning Document van Interartes, een organisatie waarin zij via het departement vertegenwoordigd is. Het document bestrijkt een zeer breed landschap en laat de opleiding toe een eigen invulling te geven. Het domeinspecifiek referentiekader van de commissie is ook op dit document gebaseerd. Hierdoor herkent de opleiding zich in het kader van de commissie. De opleiding hield ook rekening met de eisen die gesteld worden in de Europese kwalificaties en leerdoelen voor muziek van het Polifoniaproject van de AEC (Association Européenne des Conservatoires). Via contacten binnen AEC en Elia (The European League of Institutes of the Arts) blijft de opleiding op de hoogte van de eisen die internationaal aan de gesteld worden. Vooral het Elianetwerk is hierbij van belang omdat daar de meeste contacten met andere dansopleidingen worden gelegd. Een voorbeeld hiervan is het Interartes-project. De opleiding profileert zich binnen de Vlaamse hedendaagse dans in drie gebieden: pure dans, performancedans en danstheater. De huidige artistiek directeur stelde het profiel op bij zijn aanstelling. Uit het visitatierapport 2002 bleek immers dat het profiel van de opleiding niet helemaal duidelijk was. De opleiding heeft er daarom voor gekozen een aantal opties, zoals musical en jazz, te weren en zich te concentreren op de drie gebieden. De opleiding vermeldt ook een aantal sterke punten binnen haar profiel die haar uniek maken: de opleiding leidt haar studenten op tot flexibele en polyvalente dansers en confronteert hen met veel verschillende docenten en stijlen. In Vlaanderen is de opleiding Dans uniek en bestaat er enkel de aanverwante opleiding van P.A.R.T.S. (Performing Arts Research and Training Studio). Deze is echter geen erkende opleiding voor hoger onderwijs. In internationale context ziet de opleiding wel gelijkenissen met een aantal opleidingen in Nederland, Duitsland, Groot-Brittannië en Frankrijk. Daarbij zoekt ze toenadering met de dansopleidingen in Leeds en in Lissabon. De opleiding benadrukte in de gesprekken met de commissie wel dat het gaat om aanverwante opleidingen, maar dat zij zelf tracht een uniek profiel te bewaren dat afwijkt van deze buitenlandse opleidingen. Met een PWOproject dat binnen de opleiding is opgestart (PWO 1 De hedendaagse danser en zijn specifieke fysieke noden... Zoektocht naar de meest geschikte cocktail van technieken die voldoet aan de eisen van hedendaagse dans), wil zij haar profiel verder aanpassen. Aanbevelingen ter verbetering: De commissie meent dat de opleiding er goed aan zou doen om een meer formele en systematische bevraging van het werkveld door te voeren om de doelstellingen verder aan te passen aan de eisen van de hedendaagse (internationale) danswereld. Oordeel over onderwerp 1, doelstellingen van de opleiding: voldoende Op basis van de oordelen over: facet 1.1, niveau en oriëntatie: facet 1.2, domeinspecifieke eisen: voldoende voldoende is de commissie van mening dat er in de opleiding voor dit onderwerp voldoende generieke kwaliteitswaarborgen aanwezig zijn. 22 O p l e i d i n g s r a p p o r t D a n s

23 Onderwerp 2 Programma Facet 2.1 Relatie tussen doelstellingen en inhoud van het programma Beoordelingscriteria: - Het programma is een adequate concretisering van de eindkwalificaties van de opleiding qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen. - De eindkwalificaties zijn adequaat vertaald in leerdoelen van (onderdelen van) het programma. - De inhoud van het programma biedt studenten de mogelijkheid om de geformuleerde eindkwalificaties te bereiken. Oordeel van de visitatiecommissie: onvoldoende De commissie is tot haar oordeel gekomen op basis van de volgende vaststellingen en overwegingen: De opleiding richt haar programma in over drie trajectschijven die overeenkomen met de vroegere studiejaren. In de drie trajectschijven van de opleiding komen drie gebieden terug: danstechnische vorming, artistieke toepassing en theoretische vorming. De danstechnische vorming, aangeboden in het opleidingsonderdeel danstechnieken, vormt de basis van het programma. Dit komt voort uit de doelstelling om studenten een breed en hedendaags danstechnisch fundament mee te geven. De opleiding brengt de danstechnieken aan via de dagelijkse training die ingaat op de verschillende danstalen. De nadruk ligt tijdens deze training op de (dans)technische ontwikkeling en er wordt ook ingegaan op de artistieke ontwikkeling van de student. De opleiding kent het merendeel van de studiepunten toe aan deze ontwikkeling. Dagelijks zijn er lessen in de ochtend en s middags wordt het repertoire ingestudeerd onder leiding van een choreograaf of repetitor. Na de repetitieperiode volgen de optredens. De theorieonderdelen vormen de omkadering van de danstechnische en artistieke ontwikkeling. De keuzeonderdelen binnen het programma zorgen voor een verdieping of een verbreding. Door de inhoud van het programma gedurende de opleiding steeds complexer te maken, wenst de opleiding dat de student uiteindelijk de eindkwalificaties op het vereiste niveau bereikt. In het kader van de theoretische ontwikkeling heeft de opleiding besloten om het programma vanaf het academiejaar aan te vullen met een eindwerk. Tijdens het visitatiebezoek kreeg de commissie meer uitleg over de invulling hiervan. De opdracht bestaat erin zelfstandig een paper te schrijven van 3000 woorden over een onderwerp gerelateerd aan dans. De student moet hierin op een zelfstandige manier bewijs leveren dat hij in staat is om aan wetenschappelijk onderzoek te doen. Deze paper wordt in de verschillende opleidingen van het departement (dus ook bij de academische) op eenzelfde manier ingericht. De paper bevat een onderzoeksvraag, onderzoeksmethodologie en is gebaseerd op literatuuronderzoek. De professionele opleiding krijgt hierdoor een academische component. De studenten worden begeleid door een promotor en beoordeeld door twee lezers. Het eindwerk krijgt een waarde van zes studiepunten. De commissie meent dat het niet opportuun is om voor de professionele bachelor de lat van het eindwerk gelijk te leggen met die van de academische opleidingen. Ze vraagt dan ook dat de functie van de paper herbekeken zou worden in relatie tot het karakter van de professionele bachelor. De opleiding wenst via een competentiematrix aan te geven in welke opleidingsonderdelen aan welke competenties gewerkt wordt. Hiervoor heeft de opleiding een visiedag georganiseerd met het hele team. Een aantal docenten gaf in de gesprekken met de commissie aan dat zij via de visiedag, de kwaliteitszorg en de O p l e i d i n g s r a p p o r t D a n s 23

24 vakgroep van theoretische opleidingsonderdelen betrokken zijn bij het concretiseren van doelstellingen en competenties in het programma. Tijdens het visitatiebezoek is echter gebleken dat de opleidingsonderdelen nog niet aan competenties gekoppeld waren. De opleiding gaf in de gesprekken met de commissie aan dat deze koppeling nog in ontwikkeling is. Om de competentiematrix te vervolledigen moet men de prioriteitscompetenties per opleidingsonderdeel nog vaststellen. Het ontbreken van een opleidingsonderdeel voor het aanbrengen van een noodzakelijke competentie heeft al wel geleid tot een aanpassing van het programma. De commissie meent dat het huidige programma geen duidelijke concretisering is van de eindkwalificaties die de opleiding opgesteld heeft. Het is voor de commissie ook niet helemaal duidelijk hoe het competentieprofiel naar het programma is vertaald en zal vertaald worden. Het op korte termijn finaliseren van de competentiematrix moet voor de opleiding een belangrijk doel zijn. De commissie adviseert ook om de competenties als een werkinstrument te zien voor de verdere professionalisering van de opleiding. Het probleem van de concretisering van de competenties in het programma is volgens de commissie ook duidelijk in de manier waarop er door de gastdocenten gewerkt wordt. De opleiding vertrekt in haar didactische concept van een grote inbreng van gastdocenten. Hierdoor wil zij een sterke band onderhouden met het werkveld en de hedendaagse ontwikkelingen in de danswereld. De gastdocenten blijken echter tijdens hun lesopdracht niet te werken aan de ontwikkeling van de specifieke competenties die door de opleiding werden opgesteld. In de gesprekken van de commissie met studenten en docenten bleek dat de competenties en het werken met competenties duidelijk niet ingeburgerd waren. Het grote aantal gastdocenten en het grote verloop van gastdocenten maakt dit ook niet gemakkelijk. Het moet volgens de commissie een belangrijke zorg zijn om te waken over het werkelijk bijbrengen van competenties binnen de opleidingsonderdelen in deze structuur en ervoor te zorgen dat hier ook een gepaste communicatie over bestaat. De commissie besluit dan ook dat het wenselijk is dat per opleidingsonderdeel de competenties nauwkeuriger, schriftelijk worden vastgelegd en mondeling worden gecommuniceerd aan de docenten en de studenten. Voor de programma-evaluaties en bijsturingen houdt de opleiding gesprekken met geledingen en dit op intern, nationaal en internationaal niveau. Aanbevelingen ter verbetering: De commissie vraagt dat de functie van de paper herbekeken zou worden in relatie tot het karakter van de professionele bachelor. De commissie vraagt dat de opleiding de competentiematrix finaliseert en in het programma de eindkwalificaties concretiseert. Binnen de structuur van de opleiding met de vele gastdocenten is het wenselijk dat de competenties per opleidingsonderdeel nauwkeuriger schriftelijk vastgelegd worden en mondeling worden gecommuniceerd. 24 O p l e i d i n g s r a p p o r t D a n s

25 Facet 2.2 Eisen professionele gerichtheid van het programma Beoordelingscriteria: - Kennisontwikkeling door studenten vindt plaats via vakliteratuur, aan de beroeps- of kunstpraktijk ontleend studiemateriaal en via interactie met de beroepspraktijk, de kunstpraktijk en/of (toegepast) onderzoek. - Het programma heeft aantoonbare verbanden met actuele ontwikkelingen in het vakgebied/de discipline. - Het programma waarborgt de ontwikkeling van beroeps- of artistieke vaardigheden en heeft aantoonbare verbanden met de actuele beroepspraktijk. Oordeel van de visitatiecommissie: goed De commissie is tot haar oordeel gekomen op basis van de volgende vaststellingen en overwegingen: De opleiding verzekert de professionele gerichtheid van het programma door de inhoud en structuur van de opleidingsonderdelen, door het inschakelen van gastprofessoren, door de samenwerking met mensen uit de beroepspraktijk en via de stages. Zoals eerder vermeld (facet 2.1) weerspiegelt de dagelijkse structuur van de opleidingsonderdelen de dagindeling van de beroepspraktijk van dansers. Inhoudelijk gebruikt de opleiding voor voorstellingen steeds actueel repertoire of laat ze (internationale) choreografen nieuwe stukken maken. De studenten met het keuzeopleidingsonderdeel choreografische analyse en eigen werk creëren een eigen werk en worden hierin begeleid door professionals uit de danspraktijk. Dit werk wordt ook getoond. De opleiding trekt gastdocenten aan met een gevarieerde achtergrond om het brede aanbod van de beroepspraktijk in de opleiding binnen te brengen. De opleiding besteedt aandacht aan moderne, hedendaagse en klassieke dans, door docenten en gastprofessoren die in het werkveld actief zijn of waren. De actualiteit van deze kennis wordt gewaarborgd door het jaarlijks herzien van de gastprofessoren die aangetrokken worden. De contacten van de opleiding met de uitvoerende, docerende en scheppende beroepspraktijk, studio s en podia in binnen- en buitenland, in het bijzonder met de Internationale Kunstencampus desingel, dragen impliciet bij tot de professionele gerichtheid van de opleiding en de actualiteit van de kennisontwikkeling. Samen met de Stichting Conservatorium en desingel worden er ook masterclasses georganiseerd. (Internationale) kunstenaars die in desingel komen optreden geven dan een masterclass aan de studenten. De opleiding merkt op dat de toekomstige verhuis van de opleiding naar de nieuwe campus desingel deze samenwerking nog zal versterken. De commissie kan hierin volgen. Tot slot zijn er de stageplaatsen waar de studenten in contact komen met het werkveld. De stage moet de student situeren binnen het huidige internationale, socioculturele en artistieke referentiekader. De studenten kunnen via de stage ook een eigen netwerk ontwikkelen en zich tonen aan een potentiële werkgever. Het gebeurt regelmatig dat een student na zijn opleiding op zijn stageplaats aan de slag kan. De stage is een verplicht opleidingsonderdeel in trajectschijf 3. De student heeft drie verschillende mogelijkheden om een stage in te richten: hij kan stage volgen bij een professionele productie, gezelschap of instelling, hij kan kiezen voor een stage op choreografisch terrein of hij kan kiezen voor een uitwisselingsprogramma naar een school in het buitenland om het internationale netwerk te verruimen. In alle gevallen schrijft de student een stageverslag. In kozen 4 studenten voor de stage als danser, 3 voor de stage in de choreografie en 1 voor een internationale uitwisseling. De commissie adviseert om uitwisselingsprogramma s niet plaats te laten vinden in functie van de ontwikkeling van stagecompetenties, maar de uitwisselingen elders op te nemen in het programma. O p l e i d i n g s r a p p o r t D a n s 25

26 De begeleiding van stage en stageverslag gebeurt door de stagebegeleider en de artistieke directie. Op de stageplaats gebeurt de begeleiding door een stagementor (de artistiek verantwoordelijke). De studenten kiezen zelf hun stage, eventueel kan de artistieke directie een stageplaats voorstellen. Met de stageplaats wordt een contract opgemaakt. Volgens de programma-evaluaties ervaren de studenten de stage als een grote aanvulling op het opleidingsprogramma. Ook in de gesprekken met de commissie toonden de studenten zich positief over de stage en de aandacht binnen het programma voor het werkveld. Het werkveld zelf is positief over de kwaliteit van de stagiairs. Doordat de studenten vaak in contact komen met een groot aantal gastdocenten zijn zij al in staat zich aan te passen aan de nieuwe omgeving waarin ze terecht komen. Het werkveld stelt de stagiairs gelijk aan de vaste krachten binnen de stageplaats, met dit verschil dat zij wel voor begeleiding zorgen. De commissie constateert een sterke investering in de samenwerking met het beroepenveld en meent dat het programma een grote professionele gerichtheid kent. Als aanvulling meldt zij dat de opleiding voor een verbreding van het spectrum van het hedendaagse beroepenveld kan zorgen. Het opleidingsprogramma zorgt ervoor dat de juiste beroepsvaardigheden ontwikkeld worden die door het (internationale) werkveld verwacht worden. Door de nauwe contacten met het artistieke werkveld en de contacten binnen de internationale associaties en samenwerkingsverbanden kan het programma hieraan voldoen. Aanbevelingen ter verbetering: De commissie beveelt aan dat de opleiding zorg draagt voor een verbreding van het spectrum van het hedendaagse beroepenveld. De commissie adviseert om uitwisselingsprogramma s niet plaats te laten vinden in functie van de ontwikkeling van stagecompetenties, maar de uitwisselingen elders op te nemen in het programma. Facet 2.3 Samenhang van het programma Beoordelingscriterium: - Studenten volgen een inhoudelijk samenhangend opleidingsprogramma. Oordeel van de visitatiecommissie: voldoende De commissie is tot haar oordeel gekomen op basis van de volgende vaststellingen en overwegingen: In de drie trajectschijven van de opleiding komen drie gebieden terug: danstechnische vorming, artistieke toepassing en theoretische vorming. Horizontaal bestaat er een samenhang tussen deze drie gebieden. Het theoretische luik is de theoretische ondersteuning bij de ontwikkeling van de danstechniek, de uitvoeringspraktijk en de creatieve ontwikkeling (de danstechnische vorming). Door het theoretische kader kan de aspirant-danser reflecteren over zijn eigen artistieke activiteit en ontwikkeling in het bijzonder en over kunst in het algemeen. Het toepassen van de aangeleerde danstechnieken uit de danstechnische vorming vormt samen met het ontwikkelen van een podiumpersoonlijkheid en een creatieve attitude waarrond gewerkt wordt in het luik artistieke toepassing. Verticaal is de samenhang in het programma terug te vinden in het feit dat er een verdieping en grotere complexiteit in het programma optreedt. Wanneer de student het programma in een flexibel leertraject volgt, wordt dit proces van verdieping bewaakt door de volgtijdelijkheid. De artistieke directie bewaakt deze verdieping via de keuze van de gastdocenten en door het laten terugkeren van gastdocenten in het volgende jaar. Zo kan zij ervoor zorgen dat de verticale lijnen in het programma voltooid worden. Een verdere verdieping kan de student in 26 O p l e i d i n g s r a p p o r t D a n s

27 trajectschijf 2 en 3 bereiken door zijn programma verder aan te vullen met een keuzepakket. Hierbij kan hij zich richten op de uitvoerende kant, het onderdeel Repertoire, of de creërende kant, het onderdeel Choreografische analyse & eigen werk. De horizontale en verticale samenhang en het evenwicht binnen het programma worden jaarlijks geëvalueerd. Uit de gesprekken met de studenten is gebleken dat vooral bij de eerstejaarsstudenten de samenhang een beetje zoek is. Dit komt door de brede invulling van het programma met gastdocenten die in blokken les geven. Doordat de artistieke directie de samenhang doorheen de jaren bewaakt en door hun ervaring met dit systeem slagen de studenten er na het eerste jaar beter in de samenhang van het programma. De commissie meent dat het gebruik van competenties een hulp kan zijn om de samenhang binnen het programma en tussen de verschillende gastdocenten te versterken en verder uit te bouwen. De commissie vraagt daarbij extra aandacht voor het eerste jaar. Ook voor het werkveld is het belangrijk dat de eerstejaarsstudenten niet enkel met een grote hoeveelheid prikkels geconfronteerd worden zonder dat zij deze weten te plaatsen. In de relatie tussen praktijk en theorie tracht de opleiding ook de samenhang te stimuleren. De toegevoegde waarde van de theorie wordt geduid door voorbeelden uit de beroepspraktijk. Dansers uit het werkveld komen in de theorielessen toelichting geven vanuit hun beroepservaring. De commissie stelt vast dat er gewerkt wordt aan een positieve kadering van de theorievakken. Aanbevelingen ter verbetering: De commissie beveelt aan om de competenties te gebruiken om de samenhang binnen het programma te versterken. Extra aandacht wordt gevraagd om voor de eerstejaarsstudenten een duidelijker samenhang te creëren. Facet 2.4 Studieomvang Beoordelingscriterium: - De opleiding voldoet aan de formele eisen met betrekking tot de studieomvang, bachelor: tenminste 180 studiepunten. Oordeel van de visitatiecommissie: OK De commissie is tot haar oordeel gekomen op basis van de volgende vaststellingen en overwegingen: De opleiding bestaat uit 3 studiejaren van elk 60 studiepunten. In totaal wordt dus een opleidingsprogramma georganiseerd van 180 studiepunten en voldoet de opleiding hiermee aan de formele eisen m.b.t. de minimale studieomvang van een professionele bachelor. Aanbevelingen ter verbetering: / O p l e i d i n g s r a p p o r t D a n s 27

28 Facet 2.5 Studietijd Beoordelingscriteria: - De werkelijke studietijd wordt getoetst en sluit aan bij de normen vastgesteld krachtens decreet. - Het programma is studeerbaar doordat factoren, die betrekking hebben op dat programma en die de studievoortgang belemmeren zoveel mogelijk worden weggenomen. Oordeel van de visitatiecommissie: voldoende De commissie is tot haar oordeel gekomen op basis van de volgende vaststellingen en overwegingen: De studielast wordt per opleidingsonderdeel in de studiefiches weergegeven. De opleiding meent wel dat het programma eerder zwaarder is dan de aangegeven studietijd. Door hun motivatie willen de studenten ook extra werk leveren (bijvoorbeeld door deelname aan externe projecten). Het is de taak van de docenten en de studiebegeleiders om alert te zijn en te voorkomen dat de student zijn grenzen overschrijdt. De studeerbaarheid van het programma werd bij de studenten getest in de programma-evaluaties van de academiejaren en De studenten signaleerden hierbij een aantal piekmomenten. Volgens de studententevredenheidsonderzoeken zou het programma echter studeerbaar zijn. De commissie beaamt dat het programma studeerbaar is. Ze constateert dat de studielast een afspiegeling is van de werkelijkheid van de danswereld, maar vraagt wel continu aandacht van de opleiding om de spreiding van de studielast in balans te houden. Omdat de podiumcarrière van een danser van relatief korte duur is omwille van fysieke redenen, is het belangrijk dat de opleiding de danser zo snel mogelijk voorbereidt en de studieduur zo kort mogelijk houdt. Daarom tracht de opleiding de studiebelemmeringen in het programma zo veel mogelijk weg te werken. Dit gebeurt door: - het differentiëren van de studielast in studiepunten per programma-onderdeel; - het evenwichtig spreiden van studielast over onderwijsperioden en studiejaren. De uurroosters vertrekken van een basisuurrooster en worden per maand vastgelegd volgens de beschikbaarheid van de docenten. Ze worden per mail en ad valvas bekend gemaakt voor het begin van de maand. De uurroosters worden zo opgesteld dat theorie in een deel van de ochtend en praktijk zowel in de voor- en namiddag kan plaatsvinden. De repetities voor producties volgen op de lessen danstechniek. Door deze indeling kunnen blessures voorkomen worden. Doorgaans vinden de lessen plaats door de week, maar toonmomenten en voorstellingen vinden plaats in het weekend en s avonds. Dit verzwaart de studielast. Tijdens deze periodes en tijdens examens wordt het rooster van andere onderwijsactiviteiten aanzienlijk verlicht; - het verhogen van het aantal momenten van toetsing voor de praktijkonderdelen. Deze worden doorheen het leerproces gespreid, zodat er meer integratie in het leerproces is en de studenten toetsing als normaal ervaren. De theoretische examens worden ook evenwichtig over het jaar verdeeld voor de theorievakken. - het systeem van volgtijdelijkheid van programma-onderdelen; - het aanbieden van een studiebegeleidingssysteem; - het informeren van studenten over de eigen studievoortgang; - decretaal is voorzien dat de studenten reeds na het behalen van 120 studiepunten in de specifieke lerarenopleiding kunnen instappen. Om dit organisatorisch en wat betreft studiebelasting mogelijk te maken, wil de opleiding deze mogelijkheid aanbieden vanaf de verhuis naar de Singel wanneer beide opleidingen onder 1 dak gehuisvest zullen zijn. Op deze manier kan de studieduur zo kort mogelijk gehouden worden. Eén van de studiebelemmerende factoren in de opleiding Dans betreft het oplopen van blessures. Om blessures te vermijden en zo de studeerbaarheid verder te bevorderen werkt de opleiding samen met de opleiding Kinesitherapie van de hogeschool in een PWO-project (PWO2: Implementatie van de resultaten van een screeningsprogramma om de blessureklachten en letsels bij dansers te reduceren). In de periode werden er screenings gedaan van de studenten. Dit heeft geleid tot een interventieprogramma dat in de 28 O p l e i d i n g s r a p p o r t D a n s

Informatievergadering. Hervisitatie Specifieke lerarenopleiding

Informatievergadering. Hervisitatie Specifieke lerarenopleiding Informatievergadering Hervisitatie Specifieke lerarenopleiding Wie zijn we? Besluit Vlaamse Regering Visitatieprotocol Planning ZER en beoordelingskader Visitatieproces Visitatiecommissie 23/04/2014 2

Nadere informatie

Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs [hbo-bachelor]: uitwerking voor Associate degree-programma s tijdens de pilotfase

Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs [hbo-bachelor]: uitwerking voor Associate degree-programma s tijdens de pilotfase Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs [hbo-bachelor]: uitwerking voor Associate degree-programma s tijdens de pilotfase 11 februari 2008 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Accreditatiekader, toegespitst

Nadere informatie

Het domeinspecifieke referentiekader professioneel gerichte bacheloropleiding Biomedische laboratoriumtechnologie

Het domeinspecifieke referentiekader professioneel gerichte bacheloropleiding Biomedische laboratoriumtechnologie Uittreksel uit het visitatierapport biomedische laboratoriumtechnologie voedings- en dieetkunde, 15 december 2008 Het domeinspecifieke referentiekader professioneel gerichte bacheloropleiding Biomedische

Nadere informatie

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren. Bijlage V Bij het advies van de Commissie NLQF EQF Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en. Tabel ter vergelijking NLQF niveaus 5 t/m 8 en Dublindescriptoren NLQF Niveau 5 Context Een onbekende, wisselende

Nadere informatie

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren. Bijlage V Bij het advies van de Commissie NLQF EQF Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en. Tabel ter vergelijking NLQF niveaus 5 t/m 8 en Dublindescriptoren NLQF Niveau 5 Context Een onbekende, wisselende

Nadere informatie

Arteveldehogeschool. Bachelor in het onderwijs: lager onderwijs. (professioneel gerichte bachelor)

Arteveldehogeschool. Bachelor in het onderwijs: lager onderwijs. (professioneel gerichte bachelor) Arteveldehogeschool Bachelor in het onderwijs: lager onderwijs (professioneel gerichte bachelor) Accreditatie bestaande Opleiding NVAO Ontwerp van Accreditatierapport en besluit 2 december 2008 Inhoud

Nadere informatie

PEER REVIEWS. Managementgroep Interactum September 2014

PEER REVIEWS. Managementgroep Interactum September 2014 PEER REVIEWS Managementgroep Interactum September 2014 Met peer review wordt een systeem bedoeld waarbij de betreffende opleidingen structureel gebruik maken van elkaars deskundigheid en elkaars critical

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Industriële wetenschappen: verpakkingstechnologie. Ravensteingalerij 27, bus 3 1000 Brussel tel.: 02 211 41 90 info@vlhora.

De onderwijsvisitatie Industriële wetenschappen: verpakkingstechnologie. Ravensteingalerij 27, bus 3 1000 Brussel tel.: 02 211 41 90 info@vlhora. ONDERWIJSVISITATIE Industriële wetenschappen: verpakkingstechnologie Een onderzoek naar de kwaliteit van de academische bachelor en master Industriële wetenschappen: verpakkingstechnologie aan de Vlaamse

Nadere informatie

Het domeinspecifieke referentiekader masteropleiding Monumenten- en landschapszorg

Het domeinspecifieke referentiekader masteropleiding Monumenten- en landschapszorg Uittreksel uit het visitatierapport, 7 december 2010 Het domeinspecifieke referentiekader masteropleiding Monumenten- en landschapszorg 1.1 Inleiding Voor iedere opleiding wordt een domeinspecifiek referentiekader

Nadere informatie

Competentieprofiel. Instituut voor Interactieve Media. Competentieprofiel studenten Instituut voor Interactieve Media vastgesteld juni 2006

Competentieprofiel. Instituut voor Interactieve Media. Competentieprofiel studenten Instituut voor Interactieve Media vastgesteld juni 2006 Competentieprofiel Instituut voor Interactieve Media Competentieprofiel studenten Instituut voor Interactieve Media vastgesteld juni 2006 Aangepast in maart 2009 Inleiding De opleiding Interactieve Media

Nadere informatie

Academiejaar Programmagids. Vroedkunde (PBA) 1eBa Vroedkunde

Academiejaar Programmagids. Vroedkunde (PBA) 1eBa Vroedkunde Academiejaar 2008-2009 Programmagids Vroedkunde (PBA) 1eBa Vroedkunde Opleidingsonderdeel Groep Stp Semester Deeltijds (OO)Filosofie - ethiek - recht 7.0 2 (OA) Filosofie 2.0 2 1282008 2 6 Opleidingsonderdeel

Nadere informatie

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Graduaat Maatschappelijk werk Module Geïntegreerde competentieverwerving 3. Lestijden 40

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Graduaat Maatschappelijk werk Module Geïntegreerde competentieverwerving 3. Lestijden 40 ECTS-fiche 1. Identificatie Opleiding Graduaat Maatschappelijk werk Module Geïntegreerde competentieverwerving 3 Code Ad3 Lestijden 40 Studiepunten n.v.t. Ingeschatte totale 120 studiebelasting (in uren)

Nadere informatie

Academiejaar 2008-2009. Programmagids. Verpleegkunde (PBA) 1eBa verpleegkunde

Academiejaar 2008-2009. Programmagids. Verpleegkunde (PBA) 1eBa verpleegkunde Academiejaar 2008-2009 Programmagids Verpleegkunde (PBA) 1eBa verpleegkunde Opleidingsonderdeel Groep Stp Semester Deeltijds (OO)Filosofie - ethiek - recht 7.0 2 (OA) Filosofie 2.0 2 1282008 2 6 Opleidingsonderdeel

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Pop- en rockmuziek

De onderwijsvisitatie Pop- en rockmuziek De onderwijsvisitatie Pop- en rockmuziek Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Pop- en rockmuziek aan de Vlaamse hogescholen www.vluhr.be Brussel - 21 maart 2013

Nadere informatie

De 6 Friesland College-competenties.

De 6 Friesland College-competenties. De 6 Friesland College-competenties. Het vermogen om met een open enthousiaste houding nieuwe dingen aan te pakken. Het vermogen jezelf steeds beter te leren kennen. Het vermogen om in te schatten in welke

Nadere informatie

Concept Beoordelingskader voor het bijzondere kenmerk residentieel onderwijs

Concept Beoordelingskader voor het bijzondere kenmerk residentieel onderwijs Concept Beoordelingskader voor het bijzondere kenmerk residentieel onderwijs 2 december 2008 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Beoordelingskader 4 pagina 2 1 Inleiding Dit beoordelingskader bevat een aantal facetten

Nadere informatie

27 oktober Terugkomavond SLO-alumni

27 oktober Terugkomavond SLO-alumni 27 oktober 2011 Terugkomavond SLO-alumni SLO Liaison Officer: Mevr. C. Van Liedekerke Coördinator: Dhr. G. Walraevens Medewerkers SLO: Mevr. D. Bulckmans Mevr. T. Casteele Mevr. H. De Groote Dhr. O. Holz

Nadere informatie

Drama Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleiding Drama aan de Artesis Hogeschool Antwerpen

Drama Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleiding Drama aan de Artesis Hogeschool Antwerpen A A N V U L L E N D E V I S I T A T I E Drama Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleiding Drama aan de Artesis Hogeschool Antwerpen V l a a m s e H o g e s c h

Nadere informatie

O N D E R W I J S V I S I T A T I E

O N D E R W I J S V I S I T A T I E O N D E R W I J S V I S I T A T I E Interieurvormgeving en meubelontwerp Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Interieurvormgeving en de bachelor-nabacheloropleiding

Nadere informatie

Het domeinspecifiek referentiekader Interieurarchitectuur

Het domeinspecifiek referentiekader Interieurarchitectuur Uittreksel uit het visitatierapport Interieurarchitectuur, 7 juni 2012 Het domeinspecifiek referentiekader Interieurarchitectuur 1.1 inleiding Voor iedere (groep van) opleiding(en) wordt een domeinspecifiek

Nadere informatie

Luchtvaart Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bachelor Luchtvaart aan de Vlaamse hogescholen

Luchtvaart Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bachelor Luchtvaart aan de Vlaamse hogescholen O N D E R W I J S V I S I T A T I E Luchtvaart Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bachelor Luchtvaart aan de Vlaamse hogescholen V l a a m s e H o g e s c h o l e n r a a d 8

Nadere informatie

Elektrotechniek Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Elektrotechniek aan de Vlaamse hogescholen

Elektrotechniek Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Elektrotechniek aan de Vlaamse hogescholen O N D E R W I J S V I S I T A T I E Elektrotechniek Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Elektrotechniek aan de Vlaamse hogescholen V l a a m s e H o g e s c

Nadere informatie

O N D E R W I J S V I S I T A T I E

O N D E R W I J S V I S I T A T I E O N D E R W I J S V I S I T A T I E Toegepaste taalkunde, Journalistiek, Meertalige communicatie, Tolken en Vertalen Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloropleiding Toegepaste

Nadere informatie

Toetsplan Masteropleiding Midden-Oosten Studies

Toetsplan Masteropleiding Midden-Oosten Studies Toetsplan Masteropleiding Studies 2017-2018 JAAR 1 semester 1 Blok 1 Blok 2 vaktitel vakcode week 1-7 colleges week 8/9/10 (her)toetsing week 11-17 colleges week 18/19/20 (her)toetsing Conflicten in het

Nadere informatie

Arteveldehogeschool. Bachelor in het onderwijs: kleuteronderwijs. (professioneel gerichte bachelor)

Arteveldehogeschool. Bachelor in het onderwijs: kleuteronderwijs. (professioneel gerichte bachelor) Arteveldehogeschool Bachelor in het onderwijs: kleuteronderwijs (professioneel gerichte bachelor) Accreditatie bestaande Opleiding NVAO Accreditatierapport en besluit 2 december 2008 Inhoud 1 Samenvattende

Nadere informatie

VISITATIE TOEGEPASTE TAALKUNDE

VISITATIE TOEGEPASTE TAALKUNDE VISITATIE TOEGEPASTE TAALKUNDE EEN KIJK VAN ONDERUIT Prof.dr. Rita Godyns, decaan Faculteit Toegepaste Taalkunde Hogeschool Gent Universiteit Gent Overzicht: situering van de opleiding het visitatieproces

Nadere informatie

Visitatieprotocol. specifieke lerarenopleidingen november 2009

Visitatieprotocol. specifieke lerarenopleidingen november 2009 Visitatieprotocol specifieke lerarenopleidingen 9 10 12 november 2009 Programma 1. Wie zijn we? 2. Terminologie 3. De specifieke lerarenopleiding 4. Stelsel van kwaliteitszorg 5. Genese visitatieprotocol

Nadere informatie

Musical Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Musical aan de Vlaamse hogescholen

Musical Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Musical aan de Vlaamse hogescholen O N D E R W I J S V I S I T A T I E Musical Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Musical aan de Vlaamse hogescholen V l a a m s e H o g e s c h o l e n r a a

Nadere informatie

ECTS-fiche. Opleiding. Geïntegreerde competentieverwerving 2. Lestijden. Ingeschatte totale studiebelasting (in uren) 1 Mogelijkheid tot

ECTS-fiche. Opleiding. Geïntegreerde competentieverwerving 2. Lestijden. Ingeschatte totale studiebelasting (in uren) 1 Mogelijkheid tot ECTS-fiche 1. Identificatie Opleiding Module Code Lestijden Studiepunten Ingeschatte totale studiebelasting (in uren) 1 Mogelijkheid tot GMW Geïntegreerde competentieverwerving 2 AD2 40 n.v.t. 220 JA aanvragen

Nadere informatie

bijlage 1 bij agendapunt 4.2/15DB12 HERSTELPLAN OPLEIDING COMMUNICATIEMANAGEMENT HOGESCHOOL WEST-VLAANDEREN

bijlage 1 bij agendapunt 4.2/15DB12 HERSTELPLAN OPLEIDING COMMUNICATIEMANAGEMENT HOGESCHOOL WEST-VLAANDEREN bijlage 1 bij agendapunt 4.2/15DB12 HERSTELPLAN OPLEIDING COMMUNICATIEMANAGEMENT HOGESCHOOL WEST-VLAANDEREN Globale achtergrond van waaruit dit herstelplan is ontstaan. De opleiding communicatiemanagement

Nadere informatie

Het rapport is ook elektronisch beschikbaar op http://www.vlhora.be > evaluatieorgaan > visitatierapporten > huidige visitatieronde

Het rapport is ook elektronisch beschikbaar op http://www.vlhora.be > evaluatieorgaan > visitatierapporten > huidige visitatieronde ONDERWIJSVISITATIE Productontwikkeling Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleiding Productontwikkeling aan de Vlaamse hogescholen Vlaamse Hogescholenraad 4 maart

Nadere informatie

Industriële wetenschappen: industriële kunststofverwerking

Industriële wetenschappen: industriële kunststofverwerking O N D E R W I J S V I S I T A T I E Industriële wetenschappen: (industriële) kunststofverwerking Een onderzoek naar de kwaliteit van de masteropleiding Industriële wetenschappen: kunststofverwerking en

Nadere informatie

Indeling hoger onderwijs

Indeling hoger onderwijs achelor & master Sinds enkele jaren is de structuur van het hoger onderwijs in België afgestemd op die van andere Europese landen. Hierdoor kan je makkelijker switchen tussen hogescholen en universiteiten

Nadere informatie

Elektronica-ICT Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Elektronica-ICT aan de Vlaamse hogescholen

Elektronica-ICT Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Elektronica-ICT aan de Vlaamse hogescholen O N D E R W I J S V I S I T A T I E Elektronica-ICT Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Elektronica-ICT aan de Vlaamse hogescholen V l a a m s e H o g e s c

Nadere informatie

Handreiking toelichting bij descriptoren NLQF

Handreiking toelichting bij descriptoren NLQF Handreiking toelichting bij descriptoren NLQF CONTEXT Context Instroom Een bekende, stabiele leef- en leeromgeving. 1 Een herkenbare leef- en werkomgeving. Tussen niveau 1 en 2 is geen verschil in context;

Nadere informatie

De student kan vanuit een eigen idee en artistieke visie een concept ontwikkelen voor een ontwerp en dat concept tot realisatie brengen.

De student kan vanuit een eigen idee en artistieke visie een concept ontwikkelen voor een ontwerp en dat concept tot realisatie brengen. Competentie 1: Creërend vermogen De student kan vanuit een eigen idee en artistieke visie een concept ontwikkelen voor een ontwerp en dat concept tot realisatie brengen. Concepten voor een ontwerp te ontwikkelen

Nadere informatie

Ontwerp Toetsingskader nieuwe opleidingen hoger onderwijs Vlaanderen April 2004

Ontwerp Toetsingskader nieuwe opleidingen hoger onderwijs Vlaanderen April 2004 Ontwerp Toetsingskader nieuwe opleidingen hoger onderwijs Vlaanderen April 2004 Lange Voorhout 20 Postbus 556 2501 CN Den Haag P.O. Box 556 2501 CN The Hague The Netherlands T +31 (0)70 312 2300 F +31

Nadere informatie

Journalistiek Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Journalistiek aan de XIOS Hogeschool Limburg

Journalistiek Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Journalistiek aan de XIOS Hogeschool Limburg H E R V I S I T A T I E Journalistiek Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Journalistiek aan de XIOS Hogeschool Limburg V l a a m s e H o g e s c h o l e n r

Nadere informatie

Verpleegkunde. Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Verpleegkunde aan de Artesis Hogeschool Antwerpen

Verpleegkunde. Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Verpleegkunde aan de Artesis Hogeschool Antwerpen De hervisitatie Verpleegkunde Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Verpleegkunde aan de Artesis Hogeschool Antwerpen www.vluhr.be Brussel - 27 maart 2012 De hervisitatie

Nadere informatie

Productdesign Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleiding Productdesign aan de Vlaamse hogescholen

Productdesign Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleiding Productdesign aan de Vlaamse hogescholen O N D E R W I J S V I S I T A T I E Productdesign Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleiding Productdesign aan de Vlaamse hogescholen V l a a m s e H o g e s

Nadere informatie

O N D E R W I J S V I S I T A T I E

O N D E R W I J S V I S I T A T I E O N D E R W I J S V I S I T A T I E Sociale readaptatiewetenschappen Een onderzoek naar de kwaliteit van de opleiding Sociale readaptatiewetenschappen aan het Hoger Instituut voor Readaptatiewetenschappen

Nadere informatie

Nieuw accreditatiestelsel: de opleidingsbeoordeling

Nieuw accreditatiestelsel: de opleidingsbeoordeling Wie zijn wij? Patrick van den Bosch Expert Kwaliteitszorg Patrick.vandenbosch@vluhr.be Nieuw accreditatiestelsel: de opleidingsbeoordeling Wouter Teerlinck Expert Kwaliteitszorg Wouter.teerlinck@vluhr.be

Nadere informatie

O N D E R W I J S V I S I T A T I E

O N D E R W I J S V I S I T A T I E O N D E R W I J S V I S I T A T I E Interieurarchitectuur Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleiding Interieurarchitectuur aan de Vlaamse hogescholen V l a a

Nadere informatie

Handreiking aanvraag Toets Nieuwe Opleiding Nederland

Handreiking aanvraag Toets Nieuwe Opleiding Nederland Handreiking aanvraag Toets Nieuwe Opleiding Nederland 17 december 2015 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Wanneer een Toets Nieuwe Opleiding? 4 3 Werkwijze Toets Nieuwe Opleiding 5 4 Aanvraagdossier ten behoeve van

Nadere informatie

O N D E R W I J S V I S I T A T I E

O N D E R W I J S V I S I T A T I E O N D E R W I J S V I S I T A T I E Handelsingenieur en Handelswetenschappen Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleidingen Handelsingenieur, de academische gerichte

Nadere informatie

Het rapport is ook elektronisch beschikbaar op http://www.vlhora.be>evaluatieorgaan>visitatierapporten>huidige visitatieronde

Het rapport is ook elektronisch beschikbaar op http://www.vlhora.be>evaluatieorgaan>visitatierapporten>huidige visitatieronde ONDERWIJSVISITATIE Industriële wetenschappen: industrieel ontwerpen Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleiding Industriële wetenschappen: industrieel ontwerpen

Nadere informatie

O N D E R W I J S V I S I T A T I E

O N D E R W I J S V I S I T A T I E O N D E R W I J S V I S I T A T I E cluster Audiovisuele technieken Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleidingen Audiovisuele technieken: assistentie, Audiovisuele

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Maatschappelijke veiligheid

De onderwijsvisitatie Maatschappelijke veiligheid ONDERWIJSVISITATIE Maatschappelijke veiligheid Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Maatschappelijke veiligheid aan de Vlaamse hogescholen Vlaamse Hogescholenraad

Nadere informatie

O N D E R W I J S HERV I S I T A T I E

O N D E R W I J S HERV I S I T A T I E O N D E R W I J S HERV I S I T A T I E Onderwijs: lager onderwijs Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bachelor Onderwijs: lager onderwijs aan de Vlaamse hogescholen V l a a m

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Industriële wetenschappen: informatica

De onderwijsvisitatie Industriële wetenschappen: informatica ONDERWIJSVISITATIE Industriële wetenschappen: informatica Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloropleiding en masteropleiding Industriële wetenschappen: informatica aan de Vlaamse

Nadere informatie

Het rapport is ook elektronisch beschikbaar op http://www.vlhora.be>evaluatieorgaan>visitatierapporten>huidige visitatieronde

Het rapport is ook elektronisch beschikbaar op http://www.vlhora.be>evaluatieorgaan>visitatierapporten>huidige visitatieronde ONDERWIJSVISITATIE Industriële wetenschappen: milieukunde Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleiding Industriële wetenschappen: milieukunde aan de Vlaamse hogescholen

Nadere informatie

O N D E R W I J S V I S I T A T I E

O N D E R W I J S V I S I T A T I E O N D E R W I J S V I S I T A T I E Orthopedagogie Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Orthopedagogie, de bachelor- na bacheloropleiding Orthopedagogisch management

Nadere informatie

ERKENNING NIEUWE OPLEIDING VLAANDEREN SJABLOON AANVRAAGDOSSIER AMBTSHALVE GEREGISTREERDE INSTELLINGEN MACRODOELMATIGHEIDSTOETS TOETS NIEUWE OPLEIDING

ERKENNING NIEUWE OPLEIDING VLAANDEREN SJABLOON AANVRAAGDOSSIER AMBTSHALVE GEREGISTREERDE INSTELLINGEN MACRODOELMATIGHEIDSTOETS TOETS NIEUWE OPLEIDING ERKENNING NIEUWE OPLEIDING VLAANDEREN SJABLOON AANVRAAGDOSSIER AMBTSHALVE GEREGISTREERDE INSTELLINGEN MACRODOELMATIGHEIDSTOETS TOETS NIEUWE OPLEIDING Opzet en structuur De sjabloon van het aanvraagdossier

Nadere informatie

Beeldende vormgeving Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Beeldende vormgeving aan de Vlaamse hogescholen

Beeldende vormgeving Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Beeldende vormgeving aan de Vlaamse hogescholen O N D E R W I J S V I S I T A T I E Beeldende vormgeving Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Beeldende vormgeving aan de Vlaamse hogescholen V l a a m s e H

Nadere informatie

AANVULLENDE VISITATIE

AANVULLENDE VISITATIE AANVULLENDE VISITATIE Industriële wetenschappen: elektronica-ict Een aanvullend onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloropleiding en de masteropleiding Industriële wetenschappen:

Nadere informatie

Opleiding Master in de industriële wetenschappen: bouwkunde. Competenties en gedragsindicatoren

Opleiding Master in de industriële wetenschappen: bouwkunde. Competenties en gedragsindicatoren Opleiding Master in de industriële wetenschappen: bouwkunde Competenties en gedragsindicatoren IW&T De competenties werden uitgeschreven in een meer begrijpbare taal. Vervolgens werden daar uit een beperkt

Nadere informatie

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Module. Lestijden 60

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Module. Lestijden 60 ECTS-fiche 1. Identificatie Opleiding Marketing Module Management & Organisatie Code C2 Lestijden 60 Studiepunten n.v.t. Ingeschatte totale studiebelasting (in uren) 1 Mogelijkheid tot JA aanvragen vrijstelling

Nadere informatie

O N D E R W I J S V I S I T A T I E

O N D E R W I J S V I S I T A T I E O N D E R W I J S V I S I T A T I E Landschaps- en tuinarchitectuur Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Landschaps- en tuinarchitectuur en de bachelorna-bacheloropleiding

Nadere informatie

milieuzorg Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding milieuzorg aan de Vlaamse hogescholen

milieuzorg Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding milieuzorg aan de Vlaamse hogescholen O N D E R W I J S V I S I T A T I E milieuzorg Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding milieuzorg aan de Vlaamse hogescholen V l a a m s e H o g e s c h o l e n

Nadere informatie

Ontwerpkaders: Leeruitkomsten. Versie 1.0/ november Ontwerpkaders: Leeruitkomsten/versie 1.0/november

Ontwerpkaders: Leeruitkomsten. Versie 1.0/ november Ontwerpkaders: Leeruitkomsten/versie 1.0/november Ontwerpkaders: Leeruitkomsten Versie 1.0/ november 2016 1 Flexibel onderwijs Flexibel Onderwijs kenmerkt zich door tijd, plaats en tempo-onafhankelijk studeren. De route is individueel en past bij de uitgangssituatie

Nadere informatie

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Module. Lestijden 160

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Module. Lestijden 160 ECTS-fiche 1. Identificatie Opleiding Marketing Module Algemene Marketing Code A5 Lestijden 160 Studiepunten n.v.t. Ingeschatte totale studiebelasting (in uren) 1 Mogelijkheid tot JA aanvragen vrijstelling

Nadere informatie

Opleidingsstatuut Bacheloropleiding Automotive Studiejaar 2015 2016. Regeling Externe toezichthouders bij examens

Opleidingsstatuut Bacheloropleiding Automotive Studiejaar 2015 2016. Regeling Externe toezichthouders bij examens Opleidingsstatuut Bacheloropleiding Automotive Studiejaar 2015 2016 Regeling Externe toezichthouders bij examens Inhoudsopgave 1. Positie en benoeming externe toezichthouders... 3 2. Taak externe toezichthouder

Nadere informatie

Competenties van leerkrachten in scholen met een katholiek geïnspireerd opvoedingsproject

Competenties van leerkrachten in scholen met een katholiek geïnspireerd opvoedingsproject Competenties van leerkrachten in scholen met een katholiek geïnspireerd opvoedingsproject Deze lijst is het onderzoekresultaat van een PWO-traject binnen de lerarenopleidingen van de KAHO Sint-Lieven,

Nadere informatie

Kwaliteitscode - Vlaanderen 2015-2017

Kwaliteitscode - Vlaanderen 2015-2017 Kwaliteitscode - Vlaanderen 2015-2017 Situering van de Kwaliteitscode Afstemming op Europese referentiekaders De regie-pilots De uitgebreide instellingsreview In de periode 2015-2017 krijgen de universiteiten

Nadere informatie

Uw brief van Ons kenmerk Contactpersoon Zoetermeer HBO/AS/2002/4056

Uw brief van Ons kenmerk Contactpersoon Zoetermeer HBO/AS/2002/4056 OC enw De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschappen Europaweg 4 Postbus 25000 2700 LZ Zoetermeer Telefoon (079)

Nadere informatie

FUNCTIEFAMILIE 1.2 Klantenadviserend (externe klanten)

FUNCTIEFAMILIE 1.2 Klantenadviserend (externe klanten) Doel van de functiefamilie Vanuit een specialisatie professioneel advies of begeleiding geven aan externe klanten deze klanten oplossingen aan te reiken of maximaal te ondersteunen in het vinden van een

Nadere informatie

Sjabloon aanvraag voor het aanbieden van een anderstalige initiële bachelor- en/of masteropleiding

Sjabloon aanvraag voor het aanbieden van een anderstalige initiële bachelor- en/of masteropleiding Sjabloon aanvraag voor het aanbieden van een anderstalige initiële bachelor- en/of masteropleiding Decretale context De aanvraag voor het aanbieden van een anderstalige initiële bachelor- of masteropleiding

Nadere informatie

1 Samenvattende conclusie 3. 2 Besluit 4

1 Samenvattende conclusie 3. 2 Besluit 4 Karel de Grote-Hogeschool - Katholieke Hogeschool Antwerpen Bachelor in de industriële wetenschappen: elektromechanica (academisch gerichte bachelor) Accreditatie bestaande Opleiding NVAO Accreditatierapport

Nadere informatie

Teamscan op accreditatiewaardigheid

Teamscan op accreditatiewaardigheid Teamscan op accreditatiewaardigheid De Teamscan accreditatiewaardigheid (in vervolg: scan) geeft inzicht in hoe het opleidingsteam ervoor staat met betrekking tot de opleidingsaccreditatie. De scan bestaat

Nadere informatie

Competentie 1 Ondernemerschap Initiëren en/of creëren van producten en/of diensten, zelfstandig en ondernemend.

Competentie 1 Ondernemerschap Initiëren en/of creëren van producten en/of diensten, zelfstandig en ondernemend. Naam student: Studentnummer: Evaluatieformulier meewerkstage CE In te vullen door de bedrijfsbegeleider van de stage biedende organisatie voorafgaand aan het eindgesprek met de stagedocent. De stagiair

Nadere informatie

Informatiebrochure. Verkorte opleiding: Professionele Bachelor in de Verpleegkunde (Brugopleiding)

Informatiebrochure. Verkorte opleiding: Professionele Bachelor in de Verpleegkunde (Brugopleiding) Rijselstraat 5 8200 Brugge T 050 38 12 77 F 050 38 11 71 www.howest.be Informatiebrochure Verkorte opleiding: Professionele Bachelor in de Verpleegkunde (Brugopleiding) ACADEMIEJAAR 2013-2014 Inhoud Doel

Nadere informatie

1.1 Inleiding. Gehanteerde input. - referentiekaders van de opleidingen:

1.1 Inleiding. Gehanteerde input. - referentiekaders van de opleidingen: Uittreksel uit het visitatierapport iw: elektromechanica, 7 december 2009 Het domeinspecifieke referentiekader academisch gerichte bachelor Industriële wetenschappen: elektromechanica en de academisch

Nadere informatie

Graduaatsopleiding Assistent in de psychologie

Graduaatsopleiding Assistent in de psychologie De onderwijsvisitatie Graduaatsopleiding Assistent in de psychologie Een onderzoek naar de kwaliteit van de graduaatsopleiding Assistent in de psychologie aan de CVO Provincie Antwerpen. www.vluhr.be Brussel

Nadere informatie

Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Chemie van de Hogeschool Drenthe

Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Chemie van de Hogeschool Drenthe College van Bestuur Hogeschool Drenthe Postbus 2080 7801 CB EMMEN Besluit Besluit strekkende tot een positieve beoordeling van een aanvraag om accreditatie van de opleiding hbo-bachelor Chemie van de Hogeschool

Nadere informatie

Scheepswerktuigkunde Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Scheepswerktuigkunde aan de Hogere Zeevaartschool

Scheepswerktuigkunde Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Scheepswerktuigkunde aan de Hogere Zeevaartschool ONDERWIJSVISITATIE Scheepswerktuigkunde Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Scheepswerktuigkunde aan de Hogere Zeevaartschool Vlaamse Hogescholenraad 18 december

Nadere informatie

Bouw Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Bouw aan de XIOS Hogeschool Limburg

Bouw Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Bouw aan de XIOS Hogeschool Limburg ONDERWIJSVISITATIE Bouw Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Bouw aan de XIOS Hogeschool Limburg Vlaamse Hogescholenraad 4 maart 2010 De onderwijsvisitatie Bouw

Nadere informatie

Gelet op het decreet van 30 april 2009 betreffende de kwalificatiestructuur, inzonderheid op artikel 15/1, 15/2 en 15/3;

Gelet op het decreet van 30 april 2009 betreffende de kwalificatiestructuur, inzonderheid op artikel 15/1, 15/2 en 15/3; Nota van de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie betreffende de validatie van de gezamenlijke domeinspecifieke leerresultaten van de HBO5-opleidingen in de Vlaamse Gemeenschap Gelet op het decreet

Nadere informatie

Curriculumevaluatie BA Filosofie

Curriculumevaluatie BA Filosofie Curriculumevaluatie BA Filosofie Beste student, U heeft onlangs het laatste onderdeel van uw bacheloropleiding Filosofie afgerond en staat op het punt het bachelorexamen aan te vragen. Om de kwaliteit

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Maatschappelijke veiligheid

De onderwijsvisitatie Maatschappelijke veiligheid ONDERWIJSVISITATIE Maatschappelijke veiligheid Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Maatschappelijke veiligheid aan de Vlaamse hogescholen Vlaamse Hogescholenraad

Nadere informatie

Het hoger onderwijs verandert

Het hoger onderwijs verandert achelor & master Sinds september 2004 is de hele structuur van het hoger onderwijs veranderd. Die nieuwe structuur werd tegelijkertijd ingevoerd in andere Europese landen. Zo sluiten opleidingen in Vlaanderen

Nadere informatie

Welding engineering Een onderzoek naar de kwaliteit van de master-na-masteropleiding Welding engineering aan de Vlaamse hogescholen

Welding engineering Een onderzoek naar de kwaliteit van de master-na-masteropleiding Welding engineering aan de Vlaamse hogescholen O N D E R W I J S V I S I T A T I E Welding engineering Een onderzoek naar de kwaliteit van de master-na-masteropleiding Welding engineering aan de Vlaamse hogescholen V l a a m s e H o g e s c h o l e

Nadere informatie

Graduaatsopleiding Assistent in de psychologie

Graduaatsopleiding Assistent in de psychologie De onderwijsvisitatie Graduaatsopleiding Assistent in de psychologie Een onderzoek naar de kwaliteit van de graduaatsopleiding Assistent in de psychologie aan de CVO Provincie Antwerpen. www.vluhr.be Brussel

Nadere informatie

REGELING EXTERNE TOEZICHTHOUDERS BIJ EXAMENS Instituut voor Toegepaste Biowetenschappen en Chemie. studiejaar

REGELING EXTERNE TOEZICHTHOUDERS BIJ EXAMENS Instituut voor Toegepaste Biowetenschappen en Chemie. studiejaar REGELING EXTERNE TOEZICHTHOUDERS BIJ EXAMENS Instituut voor Toegepaste Biowetenschappen en Chemie studiejaar 20172018 Inhoud REGELING EXTERNE TOEZICHTHOUDERS BIJ EXAMENS... 1 1. Positie en benoeming externe

Nadere informatie

O N D E R W I J S V I S I T A T I E

O N D E R W I J S V I S I T A T I E O N D E R W I J S V I S I T A T I E Milieu- en preventiemanagement Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleiding Milieu- en preventiemanagement aan de Vlaamse hogescholen

Nadere informatie

2QWZHUS$FFUHGLWDWLHNDGHU EHVWDDQGHRSOHLGLQJHQKRJHU RQGHUZLMV9ODDQGHUHQ $SULO

2QWZHUS$FFUHGLWDWLHNDGHU EHVWDDQGHRSOHLGLQJHQKRJHU RQGHUZLMV9ODDQGHUHQ $SULO 2QWZHUS$FFUHGLWDWLHNDGHU EHVWDDQGHRSOHLGLQJHQKRJHU RQGHUZLMV9ODDQGHUHQ $SULO Lange Voorhout 20 Postbus 556 2501 CN Den Haag P.O. Box 556 2501 CN The Hague The Netherlands T +31 (0)70 312 2300 F +31 (0)70

Nadere informatie

Breakout sessie 2-5. Stelsel 3.0 Accreditatie op Maat: Opleidingsbeoordeling. Introductie

Breakout sessie 2-5. Stelsel 3.0 Accreditatie op Maat: Opleidingsbeoordeling. Introductie Breakout sessie 2-5 Stelsel 3.0 Accreditatie op Maat: Opleidingsbeoordeling De voorstellen beschreven in deze notitie dienen als uitwerking van (aangekondigde) wetswijzigingen. Op basis van deze wetswijzigingen

Nadere informatie

FORMULIER STRATEGISCHE THEMA S OPLEIDING [NAAM]: INSTITUUT: (G)OC: INSTITUUTSDIRECTEUR: DATUM:

FORMULIER STRATEGISCHE THEMA S OPLEIDING [NAAM]: INSTITUUT: (G)OC: INSTITUUTSDIRECTEUR: DATUM: FORMULIER STRATEGISCHE THEMA S OPLEIDING [NAAM]: INSTITUUT: (G)OC: INSTITUUTSDIRECTEUR: DATUM: De (G)OC heeft als formele wettelijke vastgelegde taak het adviseren over de OER en het jaarlijks beoordelen

Nadere informatie

Vroedkunde. Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Vroedkunde aan de Artesis Hogeschool Antwerpen

Vroedkunde. Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Vroedkunde aan de Artesis Hogeschool Antwerpen De hervisitatie Vroedkunde Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Vroedkunde aan de Artesis Hogeschool Antwerpen www.vluhr.be Brussel - 27 maart 2012 De hervisitatie

Nadere informatie

Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte

Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte Beste student, U heeft onlangs alle onderdelen van uw bacheloropleiding Wijsbegeerte afgerond en kunt nu het BA-diploma aanvragen. Het bestuur van het Instituut voor

Nadere informatie

H a n d l e i d i n g O n d e r w i j s v i s i t a t i e s v l i r v l h o r a 125

H a n d l e i d i n g O n d e r w i j s v i s i t a t i e s v l i r v l h o r a 125 H a n d l e i d i n g O n d e r w i j s v i s i t a t i e s v l i r v l h o r a 125 BIJLAGE 6.4. CHECKLIST Inleiding De onderwerpen en facetten waarover de commissie zich een oordeel moet vormen, zijn

Nadere informatie

ONDERWIJSHERVISITATIE

ONDERWIJSHERVISITATIE ONDERWIJSHERVISITATIE Onderwijs: kleuteronderwijs Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bachelor Onderwijs: kleuteronderwijs aan de Vlaamse hogescholen Vlaamse Hogescholenraad 7

Nadere informatie

Informatie werkplekleren

Informatie werkplekleren Informatie werkplekleren Pabo Venlo 2014-2015 Inhoudsopgave Inleiding Blz. 3 Stagedagen Blz. 4 Stageweken Blz. 4 Jaaroverzicht 2014-2015 Blz. 5 Opleidingsprogramma Blz. 6 Propedeusefase Hoofdfase Afstudeerfase

Nadere informatie

Doelstellingen Onderwerp niet behandeld tijdens de verkorte procedure na tijdelijke erkenning.

Doelstellingen Onderwerp niet behandeld tijdens de verkorte procedure na tijdelijke erkenning. Ontwerp van accreditatierapport en -besluit met een positieve beoordeling van de accreditatieaanvraag voor de opleiding Master of Science in de architectuur (master) van de Universiteit Antwerpen (na tijdelijke

Nadere informatie

Brussel september 2008. Deel 1 Handleiding onderwijsvisitaties

Brussel september 2008. Deel 1 Handleiding onderwijsvisitaties Brussel september 2008 Deel 1 Handleiding onderwijsvisitaties Brussel september 2008 Handleiding onderwijsvisitaties DEEL 1 VLIR Ravensteingalerij 27 B 1000 Brussel t e l +32 (0)2 792 55 00 f a x +32 (0)2

Nadere informatie

Industriële wetenschappen: elektronica ICT e-media

Industriële wetenschappen: elektronica ICT e-media ONDERWIJSVISITATIE Industriële wetenschappen: elektronica ICT e-media Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloropleiding en de masteropleiding Industriële wetenschappen: elektronica-ict,

Nadere informatie

Hotelmanagement Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Hotelmanagement aan de Vlaamse hogescholen

Hotelmanagement Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Hotelmanagement aan de Vlaamse hogescholen O N D E R W I J S V I S I T A T I E Hotelmanagement Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Hotelmanagement aan de Vlaamse hogescholen V l a a m s e H o g e s c

Nadere informatie

Projectmanagement Een onderzoek naar de kwaliteit van de master-na-masteropleiding Projectmanagement aan de Vlaamse hogescholen

Projectmanagement Een onderzoek naar de kwaliteit van de master-na-masteropleiding Projectmanagement aan de Vlaamse hogescholen O N D E R W I J S V I S I T A T I E Projectmanagement Een onderzoek naar de kwaliteit van de master-na-masteropleiding Projectmanagement aan de Vlaamse hogescholen V l a a m s e H o g e s c h o l e n r

Nadere informatie

Het Ontwikkelteam Digitale geletterdheid geeft de volgende omschrijving aan het begrip digitale technologie:

Het Ontwikkelteam Digitale geletterdheid geeft de volgende omschrijving aan het begrip digitale technologie: BIJGESTELDE VISIE OP HET LEERGEBIED DIGITALE GELETTERDHEID Digitale geletterdheid is van belang voor leerlingen om toegang te krijgen tot informatie en om actief te kunnen deelnemen aan de hedendaagse

Nadere informatie

ECTS-fiche. Graduaat Sociaal-Cultureel werk Samenwerkingsvaardigheden. Lestijden. Ingeschatte totale studiebelasting (in uren) 1 Mogelijkheid tot

ECTS-fiche. Graduaat Sociaal-Cultureel werk Samenwerkingsvaardigheden. Lestijden. Ingeschatte totale studiebelasting (in uren) 1 Mogelijkheid tot ECTS-fiche 1. Identificatie Opleiding Module Code Lestijden Studiepunten Ingeschatte totale studiebelasting (in uren) 1 Mogelijkheid tot Graduaat Sociaal-Cultureel werk Samenwerkingsvaardigheden AC2 40

Nadere informatie

Het rapport is ook elektronisch beschikbaar op http://www.vlhora.be > evaluatieorgaan > visitatierapporten > huidige visitatieronde

Het rapport is ook elektronisch beschikbaar op http://www.vlhora.be > evaluatieorgaan > visitatierapporten > huidige visitatieronde ONDERWIJSVISITATIE Industriële wetenschappen: chemie Industriële wetenschappen: biochemie Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleiding Industriële wetenschappen:

Nadere informatie