Jaarstukken AGV Goedgekeurd door het DB in de vergadering van 07 mei 2013

Transcriptie

1 Jaarstukken AGV 2012 Goedgekeurd door het DB in de vergadering van 07 mei 2013 Vastgesteld in de vergadering van het AB van 04 juli 2013

2

3 INHOUD 0. Voorwoord 1. Inleiding en leeswijzer Samenvatting 2.1. Beleidsontwikkeling en -beïnvloeding Programma s Uitkomsten jaarrekening Kerngegevens Jaarverslag Algemeen Programma 1: Veiligheid Programma 2: Schoon water Programma 3: Voldoende water Programma 4: Maatschappelijke neventaken Programma 5: Draagvlak Programma 6: Algemeen Programma 7: Duurzaamheid Paragrafen Ontwikkelingen sinds het vorig begrotingsjaar Incidentele baten en lasten Onttrekkingen aan bestemmingsreserves en voorzieningen Waterschapsbelastingen Vermogensbeheer Financiering Verbonden partijen EMU-saldo Top inkomens Jaarrekening Exploitatierekening naar programma s Exploitatierekening naar beleidsvelden/beleidsproducten Exploitatierekening naar kostendragers Exploitatierekening naar kosten- en opbrengstensoorten Balans en toelichting Balans Toelichting Waardering, activering en afschrijven Controleverklaring van de onafhankelijke accountant... 92

4 2 Jaarstukken 2012 BIJLAGEN 1. Staat van immateriële vaste activa 2. Staat van materiële vaste activa 3. Staat van financiële vaste activa 4. Staat van reserves en voorzieningen 5. Staat van vaste schulden 6. Staat van personeelslasten 7. Berekening rente-omslagpercentage 8. Kredietstaat 9a. Kostenverdeelstaat 9b. Kostenverdeling beleidsproducten per financieringsbron 10. Realisatie oninbare vorderingen 11. Opbrengst Belastingheffingen 12.a Overzicht Watergebiedsplannen 12.b Overzicht Waterinrichtingsplannen

5 AGV 3 VOORWOORD 2012: AGV ligt scherp op koers Het jaar 2012 is moeilijk benoembaar. Op het eerste gezicht overheerst somberheid. Er waait nog een gure wind door de financiële markten, de Europese crisis sluimert voort. Bestedingen lopen terug, de woningmarkt zit op slot, de werkloosheid loopt op. Toch is het niet louter somberheid wat de klok slaat. De aanhoudend lage rente zorgt ook voor lagere financiële lasten. Het economisch tij dwingt tot innovatie en optimalisatie van productieprocessen en is daarmee ook louterend. In dit klimaat houdt AGV de wind strak in de zeilen. AGV weet het gunstige aanbestedingsklimaat en de scherpe prijsstelling maximaal te benutten. De ingezette efficiency-maatregelen werpen vruchten af. De jaarrekening komt 7,7 miljoen voordeliger uit dan was begroot en we sluiten dit jaar met een positief saldo van 4,3 miljoen af. En niet in de laatste plaats is de productie op koers gebleven. Met dank aan de goede inzet van de medewerkers van Waternet. Onrustig blijft het politiek-bestuurlijke vaarwater waar het de toekomst van de waterschappen betreft. Een nieuw kabinet is aangetreden. Een nieuw kabinet met nieuwe bezuinigingen, maar ook een kabinet dat de bestuurlijke inrichting op de schop wil nemen. Een fusie is aangekondigd voor de provincies Noord-Holland, Utrecht en Flevoland. En voor de waterschappen is op de lange termijn in 2025 een fusie in het vooruitzicht gesteld met de nieuwe landsdelen en is er geen plaats meer voor de staatkundige verankering van de waterschappen in de grondwet. Er is werk aan de winkel voor de waterschappen. Goed zijn is niet voldoende. Het over de bühne brengen van de maatschappelijke betekenis van het waterschap en de voordelen van een democratisch gelegitimeerd functioneel waterschapsbestuur is minstens zo belangrijk. Het houden van droge voeten en de beschikbaarheid van voldoende schoon water lijkt een vanzelfsprekendheid in ons land, maar dat is niet zonneklaar! In ons nieuwe, verlengde coalitieprogramma zetten we in op een sterkere profilering van AGV als waterschap. De samenwerking met het bedrijfsleven voor innovatieve maatregelen willen we versterken. De tariefstijging blijven we matigen en de maatregelen die we nemen, gaan we kosteneffectief inzetten. In 2012 heeft AGV de wind in de zeilen weten te houden en op deze koers willen we verder voortvaren. Peer Rooijmans Portefeuillehouder

6 4 Jaarstukken Inleiding Hierbij bieden wij u ter vaststelling aan de jaarstukken 2012 van het Waterschap Amstel, Gooi en Vecht. Verslaggeving Bij het doorlezen zult u met enige regelmaat het gevoel hebben een tekst al eerder gelezen te hebben. Dit gevoel is correct. Vanuit de verslaggevingregels is het verplicht zowel een presentatie naar programma s, naar beleidsproducten, naar kostendragers en naar kosten- en opbrengstsoorten op te nemen. Omdat de toelichtingen elkaar deels overlappen is het onvermijdelijk dat op een aantal plekken in dit jaarverslag dezelfde onderwerpen aan de orde komen. Leeswijzer In hoofdstuk 2 wordt een samenvatting gegeven van beleidsontwikkeling en beleidsbeïnvloeding over het afgelopen jaar, de programma s en de uitkomsten van de jaarrekening. In hoofdstuk 3 wordt het jaarverslag (programmaverantwoording) behandeld, bestaande uit een toelichting op de bereikte doelstellingen en effecten uit de programma s, gevolgd door een uitwerking van de (wettelijk) verplichte paragrafen. In hoofdstuk 4 wordt de jaarrekening toegelicht. Deze bestaat uit de exploitatierekeningen naar programma s, naar kostendragers en naar kosten- en opbrengstsoorten. Tot slot wordt de opgenomen balans toegelicht. Aan het jaarverslag is een aantal bijlagen gekoppeld voor nader inzicht.

7 AGV 5 2. Samenvatting 2.1 Beleidsontwikkeling en beleidsbeïnvloeding 2012 Bestuurlijke ontwikkelingen Voortgang Bestuursakkoord Water Het Bestuursakkoord Water is op 23 mei 2011 definitief ondertekend door de onderhandelaars namens Rijk, provincies, gemeenten, waterschappen en Vewin. Doel van het Bestuursakkoord Water is te blijven zorgen voor veiligheid tegen overstromingen, een goede kwaliteit water en voldoende zoet water. In het bestuursakkoord zijn verder concrete afspraken vastgelegd om Nederland, met minder kosten en bestuurlijke drukte, de komende jaren ( ) droog en veilig te houden. In 2012 is voortvarend gewerkt aan de ruim 40 afspraken uit dit akkoord. In verschillende deeltrajecten is hier verder vorm aan gegeven (bijvoorbeeld: Hoogwaterbeschermingsprogramma, muskusrattenbeheersing en samenwerkingsafspraken Afvalwaterketen). Op 8 maart 2012 zijn ruim 280 betrokken bestuurders en medewerkers tijdens een landelijke werkconferentie bijeengekomen om de voortgang van dit akkoord te bespreken, goede voorbeelden te delen, te netwerken en om contacten te leggen voor verdere samenwerking. De voortgang van de verschillende deeltrajecten (wordt hieronder besproken) komt met regelmaat op de agenda van de commissies van de Unie van Waterschappen, waar de leden van het Dagelijks bestuur van AGV zitting in hebben. De uitwerking ligt eind 2012 nagenoeg op schema, met uitzondering van de ICT-samenwerking in het Informatiehuis Water. Samenwerking in de afvalwaterketen In december 2011 is in het Bestuurlijk Overleg Water AGV-gebied (BOWA) een intentieverklaring getekend door de Wethouders van de inliggende gemeenten van het waterschap Amstel, Gooi en Vecht (AGV) en het DB lid van AGV. Hierin is het streven naar ondertekening van een samenwerkingsovereenkomst eind 2012 vermeld. De opgestelde concept Mantelovereenkomst is vastgesteld in het BOWA van oktober 2012 en aangeboden aan de respectievelijke besturen voor bestuurlijke besluitvorming. De ondertekening van de Mantelovereenkomst is voorzien in Aan vijf business cases wordt hard gewerkt; hierover wordt in het BOWA periodiek gerapporteerd. Toekomst bestuurlijk stelsel: opschaling provincies en waterschappen In het regeerakkoord dat op 29 oktober 2012 werd bereikt tussen VVD en PvdA is een lange termijn perspectief opgenomen van vijf landsdelen met een gesloten huishouding en gemeenten van tenminste honderdduizend inwoners. De waterschappen worden in dat perspectief samengevoegd met de landsdelen. De provincies Noord-Holland, Utrecht en Flevoland worden als eerste samengevoegd. Op 14 december 2012 besloot de ministerraad het overleg te starten over de samenvoeging. Gepoogd wordt de samenvoeging te realiseren voor de Provinciale Staten verkiezingen van 18 maart In 2013 zal het overleg met provincies, gemeenten en waterschappen worden opgestart. Ook maatschappelijke organisaties en inwoners zullen worden betrokken. Schrappen waterschappen uit de grondwet In het al genoemde regeerakkoord is ook opgenomen dat de opschaling tot tien à twaalf waterschappen zal worden bevorderd en dat de waterschappen uit de grondwet zullen verdwijnen. Hiertoe zijn nog geen directe stappen ondernomen. Uitstel verkiezingen tot maart 2015 Op 13 september 2012 is een wijziging op de Waterschapswet van kracht geworden. Hierin is geregeld dat de geplande waterschapsverkiezingen van 2012 zijn uitgesteld tot Dit uitstel was noodzakelijk omdat een discussie over de wijziging van de wijze van verkiezing, direct of

8 6 Jaarstukken 2012 indirect, vanwege de val van het Kabinet geen uitkomst kreeg. In het nieuwe regeerakkoord werd vervolgens opgenomen dat de waterschapsverkiezingen gaan plaatsvinden op de dag van de verkiezingen voor de Provinciale Staten. Hiervoor is een wijziging van de Kieswet en het Waterschapsbesluit noodzakelijk. Tot slot zal opnieuw een wetswijziging van de Waterschapswet nodig zijn om het uitstel van de verkiezing mogelijk te maken. De voorbereidingen tussen waterschappen en vertegenwoordigers van de betrokken ministeries daarvoor zijn gestart. Herijking collegeprogramma AGV Gezien de verlenging van de zittingstermijn van de huidige bestuursleden tot 2015, hebben de coalitiepartijen besloten het huidige collegeprogramma aan te vullen, te actualiseren en te verlengen tot aan de nieuwe waterschapsverkiezingen in Het nieuwe programma is besproken in de vergadering van het Algemeen bestuur van 13 december Uitgangspunt is een matige stijging van de tarieven. Door een taakstelling van 1 miljoen is voldoende ruimte gevonden om de nieuwe plannen tot uitvoer te gaan brengen. De belangrijkste speerpunten zijn: - in het communicatiebeleid de maatschappelijke betekenis van AGV bekendheid te geven door AGV in de media nadrukkelijk als waterschap te positioneren; - het streven om het beheer van zwemwater over te nemen van de provincie; - er komen onderzoeksgelden beschikbaar voor: zoet-waterproblematiek in AGV-gebied, alternatieve maatregelen om de ongezuiverde lozing van volkstuinen op het oppervlaktewater tegen te gaan en innovatieve vispasseerbare stuwen te ontwikkelen; - een nieuwe pilot flexibel peilbeheer op vrijwillige basis in gang te zetten; - een innovatiestrategie uit te werken om de samenwerking met het bedrijfsleven te vergroten. Economische ontwikkelingen Bezuinigingen Overheid Via aanpassing van de Waterwet en de Waterschapswet is de overdracht van de taak muskusrattenbeheersing naar de waterschappen én de financiële participatie van de waterschappen in het Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP) formeel geregeld. Hiermee zijn uitgaven van de hogere overheden doorgeschoven naar de waterschappen. Voor AGV betreft dit 1,25 miljoen extra bijdrage aan de muskusrattenbeheersing en een jaarlijkse bijdrage in het HWBP vanaf 2011 van 7,1 miljoen, die in 2014 oploopt naar 11,5 miljoen en in 2015 naar 15,9 miljoen per jaar. In een concept voorstel voor aanpassing van de Waterwet wordt het nieuwe Hoogwaterbeschermingsprogramma (nhwbp) toegevoegd, waarin ook de eigen bijdrage van de betreffende waterschappen aan eigen projecten binnen het nhwbp van 10% wordt geregeld. Daarin is ook sprake van indexering van de bijdragen vanaf Het effect op de jaarlijkse bijdrage van 15,9 miljoen per jaar van vanaf 2015 door AGV is nog niet duidelijk, omdat nog niet bekend is wanneer en op welke wijze deze ingaat. Binnen de watersector is om een stijging van de waterschapsheffingen te matigen in het Bestuursakkoord Water een doelmatigheidswinst vastgelegd, die onder andere bereikt moet worden door een intensieve samenwerking in de afvalwaterketen met de gemeenten. Hierdoor worden extra uitgaven van het watersysteembeheer gecompenseerd door besparingen binnen het watersysteembeheer én het zuiveringsbeheer met een lastenneutrale uitkomst voor de burgers en bedrijven. Voor dit bestuursakkoord heeft de samenwerking tussen AGV en de gemeente Amsterdam in de vorm van de stichting Waternet model gestaan. Door de samenwerking vanaf 1995 met de gemeente Amsterdam via eerst DWR en vanaf 2006 via de stichting Waternet heeft AGV deze besparingen al gerealiseerd. Aanvullend op deze gerealiseerde besparingen neemt AGV haar verantwoordelijkheid door een jaarlijkse besparingsdoelstelling te realiseren en deelname aan het BOWA. Tariefsontwikkelingen AGV is zich bewust van de ontwikkelingen in de waterwereld, maar ook van de economische ontwikkelingen. Met name de druk op de nationale koopkrachtontwikkeling vraagt een ingetogen tarievenbeleid. In de begroting 2012 zijn daarom op basis van onderzoek een aantal investeringsuitgaven door efficiencymaatregelen beperkt of getemporiseerd. Waternet heeft een

9 AGV 7 Meerjarenplan gepresenteerd, waarin een efficiencyverbetering voor de komende 5 jaar wordt voorzien, oplopend tot structureel 10 miljoen per jaar. Deze efficiency komt ten gunste van de tarieven van Amsterdam (drinkwater en rioolrecht), de algemene dienst van Amsterdam en de tarieven van AGV (zuiveringsheffing en watersysteemheffing). Van de efficiency komt in 2012 bijna 1 miljoen ten gunste van de AGV-taken (ca. 75% watersysteembeheer), waarna dit geleidelijk oploopt naar 2,5 miljoen in De besparingen zijn taakstellend tot en met 2016 in de meerjarenraming ingeboekt en over 2012 volledig gerealiseerd. Door de besparingen krimpt de personeelsformatie de komende 5 jaar met 150 fte. Dit komt overeen met een verlaging van 8%. Met voornoemde besparingen is het gelukt de tariefstijging van de waterschapsbelastingen in 2012 te matigen en op een aanvaardbaar en maatschappelijk acceptabel niveau van gemiddeld 3,1% te krijgen (voor 2011 was dit 3,55%). Dit is het gewogen gemiddelde van de zuiveringsheffing, die met 0,9% toenam en de watersysteemheffing, die gemiddeld met 5,3% moest toenemen. Van laatstgenoemd percentage is 2,8% het gevolg van de rijksbezuinigingen. Zonder de rijksbezuinigingen zou het gemiddelde stijgingspercentage op 1,7% zijn uitgekomen. Wet Houdbare overheidsfinanciën (Wet Hof) Ter bescherming van de Euro heeft de Europese Unie het Stabiliteits- en groeipact vastgesteld, dat op 1 januari 1999 is ingegaan. Hierin zijn regels omtrent de begroting en de schuldenlast vastgelegd. Bepaald is dat het EMU(Economische en Monetaire Unie)-tekort van elk lidstaat niet meer dan 3% van het Bruto Binnenlands Product (BBP) mag bedragen. De Rijksoverheid is in 2004 met de lagere overheden bestuurlijk overeengekomen dat hun aandeel maximaal -0,5% van het BBP in het EMU-saldo mag bedragen (-0,38% voor gemeenten, -0,07% voor provincies en -0,05% voor waterschappen). Via de Wet Hof wil het Kabinet verdergaande afspraken met de decentrale overheden (provincies, gemeenten en waterschappen) maken over de beheersing van het Nederlandse EMU-saldo. Vanaf voorjaar 2012 heeft bestuurlijk overleg van de koepelorganisaties: Unie van Waterschappen (UvW), Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en Interprovinciale Overleg (IPO) met de minister plaatsgevonden. In juli heeft AGV middels een brief aan de UvW haar standpunt kenbaar gemaakt met als grootste bezwaar dat wij de bestaande afspraken, voortvloeiende uit het Bestuursakkoord Water en de wettelijke verplichtingen, niet kunnen nakomen als het wetvoorstel Hof ongewijzigd van kracht wordt. Aan de UvW is gevraagd onze punten in te brengen in de vervolgbespreking met de Minister van Financiën. In september heeft de minister het wetsvoorstel aan de Tweede Kamer aangeboden. Geconstateerd kan worden dat in het wetsvoorstel geen aanpassingen zijn aangebracht met uitzondering van een macronorm voor de sector. Dit betekende dat de kritiekpunten grotendeels zijn blijven staan. Het IPO heeft namens alle koepelorganisaties een gezamenlijke brief aan de Tweede Kamer gericht, waarin het wetsvoorstel wordt afgewezen. Begin oktober werd het door de minister gevraagde advies van het Centraal Planbureau (CPB) bekend over de nieuwe doorrekening van verdeling van het EMU-tekort tussen de overheden. Het CPB adviseert dat de decentrale overheden een EMU-tekort zouden mogen hebben, anders dan de geplande toekomstige 0%-norm. Met deze variant wordt voor een deel tegemoetgekomen aan de kritiek van de Raad van State en de decentrale overheden dat de Wet Hof onvoldoende rekening houdt met de andere manier van boekhouden van de decentrale overheden (het baten- en lastenstelsel). Tot en met 2014 voldoet AGV niet aan de norm, vooral als gevolg van sanering van de Vecht. Deze uitgaven tellen mee in het EMU-saldo, ondanks dat dit wordt gefinancierd uit het betreffende fonds. Indien het AB akkoord gaat met de meerjarenbegroting (o.a. de geplande investeringen) zal in de loop van 2015 de norm niet meer worden overschreden. Vanaf 2017 zijn de geplande investeringen zelfs gelijk of lager dan de jaarlijkse afschrijving op investeringen, waardoor AGV boven de nullijn van het EMU-saldo uitkomt.

10 8 Jaarstukken 2012 Ruimtelijke ontwikkelingen Deltaprogramma Het Deltaprogramma richt zich op een goede bescherming van Nederland tegen overstromingen en de beschikbaarheid van zoetwater van goede kwaliteit voor zowel nu als in de toekomst. Dat moet in 2014 resulteren in 5 zogenaamde Deltabeslissingen die bepalend zijn voor de inrichting van het watersysteem in Nederland. In 2012 heeft het Deltaprogramma zich vooral gericht op het uitwerken van kansrijke strategieën. Waterschap Amstel, Gooi en Vecht participeert actief in het Deltaprogramma en zorgt er voor dat de belangen voor deze regio op de agenda staan. Belangrijke onderwerpen voor het beheergebied van AGV zijn onder andere: - verhoging van het beschermingsniveau van de Lekdijk; - de mogelijkheid om water te bergen op het Markermeer wanneer de afvoer bij IJmuiden is gestremd; - de inlaat van water bij Muiden; - voldoende water voor het AGV-gebied ook in het geval dat de Kleinschalige Water Aanvoer (KWA) meer water gaat aanvoeren naar West-Nederland; - en klimaatbestendigheid van stedelijke ontwikkelingen en herstructureringen. Vanwege het belang van de Lekdijk voor AGV is AGV ook actief gaan deelnemen in het Deltaprogramma Rivieren. In 2012 heeft AGV samen met de Gemeente Amsterdam, de Deltacommissaris en de stuurgroep van het Deltaprogramma Nieuwbouw en Herstructurering ontvangen voor een werkbezoek aan Amsterdam. Tijdens het bezoek zijn afspraken gemaakt over de positie van de regio in het Deltaprogramma. In 2012 is ook de gebiedspilot meerlaagsveiligheid De waterbestendige stad afgerond met een adviesbrief aan de staatssecretaris. Als vervolg hierop is in het kader van Deltaprogramma Nieuwbouw en Herstructurering een proeftuin voor Zaan-IJoevers uitgevoerd. Daarin is de haalbaarheid van meerlaagsveiligheid in dit gebied onderzocht. Er blijken kansen te liggen om in combinatie met bodemsanering de waterveiligheid te verbeteren. Door de gezamenlijke waterschappen rond het IJsselmeer is een flexibiliteitsstudie uitgevoerd die in beeld brengt hoe in het regionale watersysteem zuiniger kan worden omgesprongen met zoetwater. In West-Nederland is gezamenlijk met de andere waterbeheerders en provincies gewerkt aan zoetwaterstrategieën en zijn regionale debatten gevoerd met de sectoren (Land- en tuinbouworganisatie (LTO), natuurorganisaties, recreatieschappen, e.d.). Veranderingen ruimtelijke ordening Waterschap AGV denkt graag in een vroeg stadium mee in ruimtelijke ontwikkelprojecten. Zo wil het waterschap bijdragen aan de ontwikkeling van duurzame watersystemen die zijn voorbereid op klimaatsveranderingen. Door het doorzetten van de bouwcrisis zijn de verhoudingen in de ruimtelijke ordening in 2012 verder veranderd; projecten worden gestopt en er starten weinig nieuwe ontwikkelingen. De crisis biedt ruimte om te zoeken naar nieuwe oplossingen en verdienstromen. De rol van water in het ruimtelijk domein lijkt daarin van groter belang te worden. AGV heeft in 2012 een actieve rol gespeeld in deze verkenning door bestuurlijke deelname in de landelijke netwerken NederLandBovenWater en GebiedsontwikkelingNU.

11 AGV 9 Natuurbeleid AGV heeft de lijn van de waterschappen onderschreven dat het gesloten Onderhandelingsakkoord Natuur tussen Rijk en provincies ertoe kan leiden dat waterschappen hun verplichtingen ten aanzien van de Kaderrichtlijn Water (KRW) en het Nationaal Bestuursakkoord Water (NBW) niet kunnen waarmaken. Het ingenomen standpunt is dat de waterschappen doorgaan met de KRW tenzij het rijksbeleid dit in de weg staat. Pas bij nadere detaillering van het Natuurakkoord is duidelijk welke gevolgen dit akkoord mogelijk voor de KRW kan hebben. AGV heeft er wel op gewezen dat het halen van de KRW-doelen geen verantwoordelijkheid is voor de waterschappen alleen. Wel draagt AGV met het uitvoeren van de eigen maatregelen bij aan het halen van de doelen. Daarnaast is de lijn van de Unie ondersteund die inzet op het vrijwaren van de waterschappen voor boetes uit Brussel, mochten die voortvloeien uit deze bezuinigingsronde. Vaarwegbeheer Op basis van de inwerkingtreding van de Waterwet hebben provincies tot 23 december 2012 de tijd gehad om de functie vaarweg aan regionaal oppervlaktewater toe te kennen en het vaarwegbeheer van deze vaarwegen aan een overheidslichaam toe te wijzen. AGV heeft het initiatief genomen om met andere waterschappen in de provincie tot een gemeenschappelijke lijn te komen. Tevens wordt over het nautisch beheer gesproken. Met de provincies Noord-Holland en Zuid-Holland zijn voorstellen uitgewerkt voor de herverdeling van de vaarwegen. Deze zijn in bestuurlijke overleggen tussen provincie en waterschappen besproken en hebben geleid tot afspraken die zijn voorgelegd ter goedkeuring aan het college (provincie) en de besturen van de waterschappen. Bij de provincie Utrecht loopt dit proces achter ten opzichte van de provincies Noord-Holland en Zuid-Holland. Deze herverdeling leidt tot verlichting van de begroting voor AGV omdat de meerkosten, van het vaarwegbeheer, ten laste komen van de provincies. Omgevingswet In de Omgevingswet worden in eerste instantie vijftien wetten geheel geïntegreerd. Daarnaast worden twee wetten volledig ingetrokken en uit circa 25 andere wetten gaan de omgevingsrechtelijke elementen over naar de Omgevingswet. Een bundeling en vereenvoudiging die resulteert in een integrale wet, die een adequaat en toekomstbestendig instrumentarium biedt voor de aanpak van de maatschappelijke opgaven op het brede gebied van de leefomgeving in Nederland. Dit staat in de Kabinetsnotitie Stelselwijziging Omgevingsrecht die op 9 maart 2012 in de ministerraad is vastgesteld en vervolgens is doorgezonden naar de Tweede Kamer. AGV heeft ervoor gekozen om tijdens de internetconsultatie-ronde een zelfstandige reactie in te sturen. AGV heeft aangegeven positief te staan tegenover het denken in integrale, gebiedsgerichte concepten. Van belang is dat water als sturend element in de ruimtelijke ordening binnen dit kader de aandacht krijgt, die het ook verdient. Aspecten van waterveiligheid en waterkwaliteit moeten op een goede en gelijkwaardige wijze in het ruimtelijke proces meewegen. En belangrijkste punt hierbij is dat bij deze verantwoordelijkheden uiteraard ook de bevoegdheden horen, om hieraan invulling te kunnen geven. Daarnaast moet de Watertoets niet alleen van toepassing zijn op inpassingsbesluiten en ruimtelijke plannen, maar juist ook verplicht worden voor de nieuwe omgevingsvisie. Deze reactie is in een extra commissievergadering van 12 april 2012 in aanwezigheid van een vertegenwoordiging van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu besproken. Gezien de mogelijke consequenties voor de werkzaamheden van AGV wordt dit proces bestuurlijk alert gevolgd. Richting de Unie is op meerdere momenten aandacht gevraagd voor onze zorgpunten en zo heeft AGV in augustus 2012 ook een schriftelijke reactie gestuurd naar de Unie over de Position paper Waterbelangen en Ruimtelijke Ordening. Tijdens de netwerkbijeenkomst van Noord-Hollandse waterbeheerders op 18 oktober is onder bezielende leiding van de heer F. de Zeeuw, hoogleraar te Delft, met de collega-waterschappen besproken op welke wijze de waterschappen invloed op dit proces kunnen blijven uitoefenen.

12 10 Jaarstukken 2012 Vroegtijdig aan de onderhandelingstafel In het Coalitieprogramma is vastgesteld dat het belangrijk is dat bij ruimtelijke ordeningsprocessen het waterbelang in een vroegtijdig stadium op de agenda wordt geplaatst. Bij gebiedsontwikkeling zoals de ontwikkeling Bloemendalerpolder, Zuidas, IJburg-2, Markermeer, de schaalsprong Almere maar ook bij infrastructurele plannen als Schiphol-Amsterdam-Almere (SAA) en het openbaar vervoer traject Schiphol-Amsterdam-Almere-Lelystad (OVVSAAL) werd AGV als betrokken bestuurlijk partner al vroeg aan tafel uitgenodigd om mee te helpen de plannen te ontwikkelen. De ervaring die hier is opgedaan, zal straks van pas komen wanneer er mogelijk ook voor waterschappen een plaats aan tafel beschikbaar wordt gesteld bij de bepaling van de gebiedsagenda s binnen het Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT). Bij het project Anna's Hoeve wordt, in samenwerking met verschillende partners, invulling gegeven om ruimtelijke ordeningsprojecten mogelijk te maken. Ontwikkelingen duurzaamheid en innovatie Water en energie (de rwzi als energiefabriek) Klimaatverandering, verstedelijking en de toename van de wereldbevolking geven de noodzaak aan tot het duurzaam sluiten van kringlopen en het beperken van uitstoot van broeikasgassen. Het winnen van duurzame energie uit water is een technologische ontwikkeling die hier een grote bijdrage aan kan leveren. De transformatie van de rwzi van energieverbruiker naar energiefabriek is een belangrijke stap om hier invulling aan te geven. Met warmte/krachtkoppeling (het produceren van bruikbare warmte en elektriciteit) en de productie van groen gas is rwzi Amsterdam West al een serieuze energiefabriek. De strategie voor de komende tijd is gericht op de integratie van de slibeindverwerking, groen gasproductie en de energiehuishouding van rwzi West en het Afval Energiebedrijf (AEB) met als doel de groen gasproductie substantieel te verhogen. In de koppeling rwzi West - AEB is in december 2012 een tweede groen gasinstallatie in bedrijf genomen. Water en grondstoffen (rwzi als grondstoffenfabriek) Grondstofterugwinning uit afval en afvalwater is nodig om op langere termijn invulling te geven aan duurzaamheid en de transitie naar een circulaire economie in te zetten. Met de toenemende druk op grondstoffen neemt de noodzaak tot het sluiten van grondstofkringlopen toe: de rwzi als grondstoffenfabriek. De mogelijkheden voor grondstofterugwinning bevinden zich (inter)nationaal veelal in een verkennende fase. Voor terugwinning van fosfaat (in de vorm van struviet) en cellulose zijn de ontwikkelingen relatief vergevorderd en bevindt AGV zich bij de koplopers. Naast de voordelen op het gebied van kosten en bedrijfsvoering, betekent dit dat de rwzi een steeds grotere bijdrage gaat leveren aan het hergebruik van fosfaat. Een business case is opgesteld waarin verschillende technieken, voor de verwijdering en terugwinning van fosfaat, zijn vergeleken. Binnen deze business case is er vooral gekeken naar kosten en duurzaamheid. Op basis van deze business case wordt in 2013 een full scale installatie op rwzi Amsterdam West gerealiseerd. Het functioneren van de fijnzeefinstallatie (terugwinnen cellulose) op de rwzi Blaricum was in 2012 beter dan het jaar daar voor. Er is nog ruimte voor verdere optimalisatie; komend jaar zal de installatie verder worden verbeterd.

13 AGV 11 Topsector Water & Innovatieprogramma Waternet Om als Nederland in 2020 weer tot de top 5 van de kenniseconomie in de wereld te behoren is in 2011 het topsectorenbeleid opgesteld. Water is één van de negen topsectoren met zogenaamde Topconsortia voor Kennis en Innovatie (TKI s) voor Deltatechnologie, Watertechnologie en Maritiem. Voor het waterschap zijn met name Deltatechnologie (veiligheid) en Watertechnologie (waterzuivering) van belang. Stimuleren van de samenwerking tussen overheid, onderzoeksinstituten en bedrijfsleven is hierbij een belangrijke uitdaging. AGV heeft diverse voorstellen ingediend bij de topsector gericht op: energie, water & grondstoffen; winnen van brak (grond)water; inzet van sensortechnologie voor dijken en leidingen. Met het oog op het eerste onderwerp is de samenwerking op gebied van innovatie tussen Waternet en het Afval Energie Bedrijf verder versterkt. Het Innovatieprogamma vormt het uitgangspunt voor participatie in de topsector water. In 2012 is hier invulling aan gegeven met 4 watercyclusthema s: Water in de Stad, Energie en Grondstoffen uit Water, Watercyclus in de Regio en IT en Water. En de 3 sectorspecifieke programma s Drinkwater, Afvalwater en Watersysteem. Met het project 3Di in de Watergraafsmeer kan door bestaande informatie te gebruiken in 3D de watercyclus worden geoptimaliseerd, kan effectiever worden gewerkt en wordt een overzichtelijk beeld verkregen bij calamiteiten en overlastsituaties. Met het project FLEXpeil kon op basis van negen proefgebieden onder andere het positieve effect van flexibel peilbeheer worden aangetoond op de vermindering van de waterinlaat en blijkt een participatief meetnet een waardevolle aanvulling te zijn op de eigen metingen. Met de implementatie van het Volg- en Stuursysteem in 2012 is veld- en kantoor kennis gecombineerd tot watersysteemspecifieke informatie waarmee onder andere effecten van maatregelen op gestelde (KRW-)doelstellingen kunnen worden gevolgd en bepaald. Met veldlaptops kan een peilbedienaar nu in het veld een melding doen van bijvoorbeeld dode vis of een peilniveau, waarna de laptop meteen synchroniseert met de databases op kantoor.

14 12 Jaarstukken Programma s Onderstaand wordt per programma een beeld geschetst van de meest in het oog springende onderwerpen en producten uit Programma 1. Veiligheid In 2012 zijn de toetsresultaten van de regionale keringen aangeboden aan de provincie. Tevens is er conform planning 18 km reconstructie van het actieprogramma dijken afgerond. Hiermee ligt het actieprogramma op schema. Verder is er onderhoud uitgevoerd aan de keringen om de betreffende dijkgedeelten in overeenstemming te houden met de functionele eisen. In november is een grootschalige calamiteitenoefening gehouden samen met andere waterschappen in West-Nederland. Centraal stond de samenwerking met het Watermanagementcentrum Nederland, de betreffende directies van Rijkswaterstaat en de veiligheidsregio s. De taak voor het beheersen van de muskusratten is van de provincie overgegaan naar de waterschappen. Inmiddels hebben twaalf waterschappen hun taken op dit gebied verenigd en de uitvoering neergelegd bij WS Rivierenland en bij Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden (HDSR). Met ingang van 1 juli heeft AGV de uitvoering overgedragen aan HDSR. Programma 2. Schoon water Fase 2 van de sanering van de Vecht is later begonnen en is door logistieke problemen moeizamer op de gewenste capaciteit gekomen. De planning voor de komende twee jaren heeft voldoende ruimte om de (geringe) achterstand in te lopen. De uitvoering van de eigen KRW-inrichtings- en onderzoeksmaatregelen, waarvoor AGV verantwoordelijk is, verloopt volgens planning. Het operationaliseren van het volg- en stuursysteem als basis voor het uitvoeren van watersysteem- en effectanalyses is in gang gezet. In mei is de sanering van de Laarder Wasmeren feestelijk afgesloten. Verder is in augustus de aansluiting van de 1000e woonboot gevierd met de projectpartner Rijkswaterstaat en de betreffende woonbootbewoner. Hiermee loopt het project voor op schema. Programma 3. Voldoende water AGV kon door de economische crisis (lagere kosten in aanbesteding) meer baggerprojecten in de markt zetten, waardoor meer is gebaggerd dan gepland. Op deze manier kan tegemoet worden gekomen aan de bestuurlijke wens om zoveel mogelijk te baggeren in lijn met de baggeraanwas. Daarnaast is de baggerontvangstregeling uitgewerkt. De doelstellingen voor de Watergebiedsplannen en Waterinrichtingsplannen zijn ruim gehaald in Diverse grote gemalen zijn in 2012 aanbesteed en het gemaal Noorderlegmeer nadert de afrondingsfase. Binnen de NBW zijn de jaarprestaties behaald en zijn belangrijke stappen gezet in de planvorming. Zo is de startnotitie en krediet voor de realisatie van waterberging in de Zuiderlegmeerpolder goedgekeurd door het Algemeen Bestuur en zijn belangrijke stappen gezet in de Noorderlegmeerpolder en de Bovenkerkerpolder.

15 AGV 13 Programma 4. Maatschappelijke neventaken Met de provincies Noord- en Zuid-Holland zijn voorstellen uitgewerkt voor de aanwijzing van de vaarwegen. Hierover zijn bestuurlijke afspraken gemaakt. Bij de provincie Utrecht loopt dit proces achter ten opzichte van de provincies Noord- en Zuid-Holland. In 2012 is het meerjarenprogramma cultuurhistorie tot stand gekomen. Op het gebied van cultuurhistorie zijn diverse zaken gerealiseerd, waaronder het herstellen van de damsluis in de Vecht bij Nieuwersluis. En is een start gemaakt met de ontwikkeling van de interactieve website. Tevens is actief bijgedragen aan de Open Monumenten dagen. Op het vlak van recreatief medegebruik zijn diverse projecten gestart of gerealiseerd, waaronder een voetgangerspontje, een kano-overstapplaats en een financiële bijdrage aan waterspeelvoorzieningen in de Maarseveense Plas. Programma 5. Draagvlak Het aantal kwijtscheldingsaanvragen is in 2012 met 23% toegenomen. De toename van het aantal aanvragen wordt vooral veroorzaakt doordat de aanvraagprocedure van Amsterdam in 2012 is vereenvoudigd en doordat Amsterdam de achterstanden van 2011 heeft weggewerkt. Ook de economische crisis en de stijging van het aantal bijstandsgerechtigden heeft bijgedragen aan de toename van het aantal kwijtscheldingsverzoeken. Dit heeft niet geleid tot een hoger bedrag aan kwijtschelding. Veel van de kwijtscheldingsaanvragen worden afgewezen, omdat niet aan de voorwaarden voor kwijtschelding wordt voldaan. De elektronische communicatie tussen burger en overheid zal de komende jaren steeds belangrijker worden. In 2012 is het betalen via ideal en de Accept als digitaal betaalmiddel geïntroduceerd. Programma 6. Algemeen In 2012 is gestart met een jaarlijks onderzoek naar naamsbekendheid en imago van het waterschap. Op initiatief van AGV, in gezamenlijkheid met alle waterschappen, heeft de Unie van Waterschappen een 0-meting uitgevoerd over de naamsbekendheid van de waterschappen. De resultaten van deze meting maakten duidelijk dat waterschappen en hun taken en verantwoordelijkheden bekend zijn bij de ondervraagden. AGV is op verschillende momenten in de media geweest bij onder andere de oplevering van de Laarder Wasmeren, de start van de tweede fase van de schoonmaak van de Vecht en de fietsdriedaagse. Programma 7. Duurzaamheid AGV/Waternet heeft de eerste prijs gewonnen op het International Water Association (IWA) congres in Busan, Zuid-Korea. De prijs werd uitgereikt voor een artikel waarin wordt beschreven hoe AGV/Waternet werkt aan een duurzame watercyclus. Bij 98% van de aanbestedingen groter dan vijftigduizend euro zijn duurzaamheidcriteria zoals opgesteld door Agentschap NL meegenomen in de aanbestedingstrajecten. Het energieverbruik van Zuiveringsbeheer is volledig duurzaam. Ongeveer 60% van de energie wordt zelf geproduceerd. De groen gasproductie op rwzi De Ronde Venen en sinds kort bij het Afval Energiebedrijf was in 2012 bijna even hoog als het totale aardgasverbruik van Zuiveringsbeheer. Het functioneren van de fijnzeefinstallatie op de rwzi Blaricum is in 2012 beter dan in 2011; omdat er nog ruimte is voor verdere optimalisatie zal de installatie verder worden verbeterd.

16 14 Jaarstukken Uitkomsten jaarrekening 2012 De rekening van baten en lasten komt 7,7 miljoen voordeliger uit dan was begroot en sluit daarmee op een voordelig saldo van 4,3 miljoen. Overeenkomstig de Nota Financieel Beleid AGV wordt onderstaand de volgende resultaatbepaling voorgesteld Resultaatbepaling Zuiveringsbeheer Het resultaat op zuiveringbeheer is 3,0 miljoen gunstiger dan begroot. Begroot was een negatief resultaat van 2,4 miljoen; het gerealiseerde resultaat over 2012 op zuiveringsbeheer bedraagt 0,6 miljoen positief. De opbrengsten waren 79,6 miljoen en zijn vrijwel gelijk aan de begrote opbrengsten. De kosten waren 79,0 miljoen en zijn 3,0 miljoen lager geweest dan begroot. Dit betreft een samenstel van diverse posten: Besparing op onderhoud 0,3 mln Minder kosten chemicaliën 0,2 mln BTW teruggaaf 0,2 mln Hogere opbrengst grensoverschrijdend afvalwater 0,4 mln Diverse kleine posten en cao-stijging 0,2 mln Minder kapitaallasten 1,5 mln Minder bestuurskosten 0,2 mln Begroting Begrote exploitatielasten Begrote baten Geraamd nadelig saldo Dit begrotingstekort werd gedekt door een bijdrage van de egalisatiereserve aan de exploitatie tot een bedrag van ,-. Jaarrekening Werkelijke exploitatielasten Werkelijke baten Gerealiseerd voordelig saldo Het verschil tussen begroting en realisatie bedraagt: Begroot nadelig saldo Werkelijk voordelig saldo Voordelig verschil met de begroting

17 AGV Resultaatbepaling Watersysteembeheer Het resultaat op watersysteembeheer is 4,7 miljoen gunstiger dan begroot. Begroot was een negatief resultaat van 1,0 miljoen; het gerealiseerde resultaat over 2012 op watersysteembeheer bedraagt 3,7 miljoen positief. De opbrengsten waren 78,1 miljoen en zijn 0,8 miljoen hoger dan begroot. De kosten waren 74,4 miljoen en zijn 3,9 miljoen lager dan begroot. Dit betreft een samenstel van diverse posten: Geen invulling extra formatie Ruimtelijke Ordening 0,4 mln Uitstel grondverwerving Ronde Hoep 0,3 mln Minder kosten slibafvoer dfi Vinkeveen 0,3 mln Ontvangen subsidie 0,7 mln Gunstig aanbesteding baggeren 0,1 mln Besparing onderhoud gemalen 0,2 mln Niet besteden budget diepteschouw 0,1 mln Diverse kleine posten en cao-stijging 0,3 mln (positief) Minder kapitaallasten 1,1 mln Incidentele opbrengst (verkoop grond, afkoop erfpacht) 1,0 mln Begroting Begrote exploitatielasten Begrote baten Geraamd nadelig saldo Het begrotingstekort werd gedekt door een bijdrage van de egalisatiereserve aan de exploitatie tot een bedrag van ,-. Jaarrekening Werkelijke exploitatielasten Werkelijke baten Gerealiseerd voordelig saldo Het verschil tussen begroting en realisatie bedraagt: Begroot nadelig saldo Werkelijk voordelig saldo Voordelig verschil met de begroting

18 16 Jaarstukken Resultaatbestemming 2012 Voorgesteld wordt het resultaat op de taakuitoefening als volgt te bestemmen: Zuiveringsheffing (positief resultaat ,-) een bedrag van ,- gelijk aan het geraamde begrotingstekort, conform begroting 2012, te onttrekken aan de tariefegalisatiereserve Zuiveringsheffing; een bedrag van ,- conform de Nota Financieel Beleid AGV, te doteren aan de bestemmingsreserve te dekken exploitatiesaldo. Watersysteemheffing incl. verontreinigingsheffing (positief resultaat ,-) een bedrag van ,- gelijk aan het geraamde begrotingstekort, conform begroting 2012, te onttrekken aan de tariefegalisatiereserve Watersysteemheffing; een bedrag van ,- in te zetten voor het versneld afboeken van de geactiveerde bijdrage aan het Hoogwaterbeschermingsprogramma Verloop Eigen vermogen Het eigen vermogen, inclusief saneren Vecht, bedroeg op ,- positief. Rekening houdend met de voorgestelde resultaatbestemming zal op het eigen vermogen uitkomen op ,- positief. Dit is een afname ten opzichte van 2011 met ,-. Specificatie mutatie op eigen vermogen in 2012 Saldo baten en lasten Dotatie bestemmingsreserve te dekken exploitatiesaldo Onttrekking bestemmingsfonds watersysteemheffing saneren Vecht Toevoeging aan algemene reserves Toevoeging rente aan reserves Totaal toevoegingen en onttrekkingen Per saldo afname eigen vermogen

19 AGV 17 Verloop eigen vermogen waarbij saneren Vecht buiten beschouwing wordt gelaten Omdat het eigen vermogen voor een belangrijk deel wordt gevormd door het bestemmingsfonds watersysteemheffing saneren Vecht wordt hieronder het eigen vermogen weergegeven waarbij saneren Vecht buiten beschouwing wordt gelaten. Zonder saneren Vecht bedroeg het eigen vermogen op ,- negatief en op ,- negatief. Per saldo een toename van het eigen vermogen van De mutatie is als volgt te specificeren: Saldo baten en lasten Dotatie bestemmingsreserve te dekken exploitatiesaldo Toevoeging aan algemene reserves Toevoeging rente aan reserves Totaal toevoegingen en onttrekkingen Per saldo toename eigen vermogen

20 18 Jaarstukken Kerngegevens Oppervlakte beheergebied ca ha waarvan open water ca ha 2. Aantal gemeenten in beheersgebied 20 aantal inwoners ca. 1,3 miljoen 3. Bestuurssamenstelling: AGV - Dijkgraaf - Algemeen Bestuur; 30 zetels, 29 leden - categorie ingezetenen; 23 zetels, 22 leden 23 - categorie ongebouwd 3 - categorie natuurterreinen 1 - categorie bedrijven 3 - Dagelijks Bestuur; 6 leden (inclusief dijkgraaf)* - Secretaris-directeur 4. Personele gegevens: - Aantal toegestane formatieplaatsen uitgedrukt in volledige arbeidsplaatsen 2,5 5. Kerngegevens zuiveringsbeheer: - Areaal transportleidingen (excl. Amsterdam) 88 km - Aantal rioolwaterzuiveringsinstallaties 12 - totale capaciteit rioolwaterzuiveringsinstallaties v.e. - Slibontwateringsinstallaties (op 3 locaties) 3 - geproduceerd mechanisch ontwaterd slib ton - Investeringen 2012 (x 1 miljoen) 27,9 - Exploitatielasten (x 1 miljoen) 79,0 - Opbrengst zuiveringsheffing (x 1 miljoen) 79,6 - Verleende kwijtschelding (x 1 miljoen) 6,2 6. Kerngegevens watersysteembeheer: - Aantal poldergemalen in beheer Boezemgemaal Zeeburg 1 - Aantal waterkeringen/sluizen 59 - Areaal primaire waterkeringen (in km) 58 - Areaal regionale waterkeringen (in km) Areaal niet-regionale waterkeringen (in km) Investeringen 2012 (x 1 miljoen) 35,7 - Exploitatielasten (x 1 miljoen) 74,4 - Opbrengst watersysteemheffing (x 1 miljoen) 78,1 inclusief verontreinigingsheffing - Verleende kwijtschelding (x 1 miljoen) 5,1 - Bijdrage aan het Rijk inzake HWBP (x 1 miljoen) 7,1 *Uit het Algemeen Bestuur zijn 5 leden gekozen die samen met de dijkgraaf het Dagelijks Bestuur vormen

21 AGV Jaarverslag Algemeen In overeenstemming met de regelgeving is het jaarverslag opgesteld naar programma s. Voor 2012 komen de programma s overeen met de thema s die opgenomen zijn in de landelijke benchmark Waterschapsspiegel. Per programma zijn de doelstellingen beschreven, de beoogde effecten en de wijze waarop het halen van die doelstellingen en effecten in 2012 vorm heeft gekregen. Gewijzigde methodiek overhead- en kostenverdeling De rekenkamer van AGV heeft aanbevelingen gedaan om de methode van kostenverdeling (met name de overheadkosten) transparanter en meer gedifferentieerd te maken. Daarnaast liep binnen Waternet de discussie om het systeem van kostenverdeling te vereenvoudigen. Ingaande 2010 zijn enkele pilots uitgevoerd om ervaringen hiermee op te doen. In het najaar van 2010 is in het Stichtingsbestuur van Waternet de gewijzigde methodiek van overhead- en kostenverdeling vastgesteld. Bij de gewijzigde kostenverdelingmethode wordt de overhead verfijnder verdeeld en worden de apparaatskosten van Waternet (met name personeelskosten, huisvesting en ICT) voorgecalculeerd toegerekend aan de (hoofd)kostendragers op basis van het aantal fte s en niet meer via uren x tarief. De gewijzigde methodiek van overhead- en kostenverdeling heeft voor de totale toedeling aan AGV nauwelijks effect, maar wel binnen de begrotingsprogramma s. Bij de programma s is er een sterke afname bij het programma Algemeen vanwege de verlaging van de overhead. Hierdoor ontstaat een verschuiving van toegerekende kosten naar de andere programma s, die onderstaand per programma worden benoemd. De effecten van de gewijzigde methodiek van overhead- en kostenverdeling worden vanaf 2013 in de begroting meegenomen.

22 20 Jaarstukken PROGRAMMA 1 : VEILIGHEID OMSCHRIJVING VAN HET PROGRAMMA Het programma richt zich primair op de veiligheid van burgers door hen te beschermen tegen wateroverlast vanuit hoger gelegen boezemwateren. Veiligheid staat gelijk aan een geaccepteerd risico voor inundatie. De na te streven veiligheid van een waterkering is gebaseerd op risicoafweging en wordt bepaald door de kans op bezwijken en de gevolgschade van het te beschermen gebied. De kwaliteit van de waterkeringen met inliggende kunstwerken is essentieel voor het waarborgen van de veiligheid. Door de keringen te toetsen en daar waar nodig te reconstrueren wordt hieraan invulling gegeven. Daarnaast is het beheersen van de risico s ook mogelijk door vermindering van de gevolgschade door bijvoorbeeld compartimentering van waterlopen of het adequaat reageren op hoogwatersituaties. In het beheergebied van AGV zijn in totaal circa 1091 km waterkeringen aanwezig. Deze zijn te onderscheiden in de volgende categorieën: primaire keringen: 58 km (was 53 km, door uitbreiding als gevolg van IJburg nu 58 km) regionale keringen: 567 km niet regionale keringen: 471 km DOELSTELLINGEN AGV stelt de hoogste prioriteit aan het garanderen van voldoende waterstaatkundige veiligheid voor mensen, dieren en goederen. De Deltawet en het Deltaprogramma zullen voor de komende jaren de inspanningen voor dit thema bepalen. Deze geven aan hoe Nederland met de gevolgen van de klimaatverandering en de stijgende zeespiegel moet omgaan. De bescherming tegen overstromingen en het veiligstellen van de zoetwatervoorziening heeft hierin prioriteit BEOOGDE EFFECTEN De bestaande waterkeringen in overeenstemming met de vastgestelde normen houden, met in achtneming van de belangen op het gebied van landschap, natuur en cultuurhistorie. De Keur stelt eisen aan gereguleerde aanpassingen in waterstaatkundige werken. Door toezicht houden en (indien nodig) handhavend optreden zorgt AGV voor veilige waterkeringen, zodat de burger indirect wordt beschermd tegen natte voeten (veiligheid). INDICATOREN Indicatoren Programma 1: Veiligheid Indicator Indicatornormen Norm Realisatie Primaire keringen voldoen aan de normen Percentage van de primaire keringen dat voldoet aan de wettelijke veiligheidsnorm (Waterwet) 100% 98% Meest risicovolle regionale keringen voldoen aan de normen Bestrijdingsplannen op orde Bestrijdingsplannen geoefend Percentage van de meest risicovolle regionale keringen dat voldoet aan de norm uit de provinciale waterverordening Alle plannen permanent actueel Plannen regelmatig geoefend 45% 55% plannen actueel plannen geoefend alle plannen actueel 100% geoefend Eind 2012 voldeed 98% van de primaire keringen aan de norm. Dit wordt veroorzaakt doordat de toetsresultaten van Ipenslotersluis en Diemerdammersluis onvoldoende zijn. Enkele sluizen binnen Amsterdam vergen nader onderzoek. Deze zijn opgenomen in het onderhoudsprogramma.

23 AGV 21 INDICATOREN MAATREGELENPROGRAMMA Indicator Eenheid Doelstelling Realisatie Regionale waterkeringen voldoen aan de norm: - Kadereconstructieprogramma conform planning gerealiseerd km KOSTEN EXPLOITATIE Programma 1: Veiligheid Netto kosten Exploitatie (x 1.000,-) Rekening Begroting Rekening - kapitaallasten taakkosten Eindtotaal De kapitaallasten zijn ,- lager dan begroot. Dit wordt veroorzaakt doordat het werkelijke renteomslagpercentage lager is uitgevallen dan begroot (zie ook Omslagrente). De taakkosten zijn ,- hoger dan begroot. Door de gewijzigde methodiek van overhead- en kostenverdeling is ,- meer overhead toegerekend aan het programma Veiligheid. Daarnaast waren de overige kosten lager dan begroot ( ,-). Ten slotte waren er eenmalige opbrengsten (verkoop van grond en afkoop van erfpacht) van ,- (het overige deel van de eenmalige opbrengsten is verantwoord bij programma Schoon water) DE MATE WAARIN DOELSTELLINGEN EN EFFECTEN BEREIKT ZIJN Meerjarenplan Muskusrattenbeheersing (collegeprogramma (cp) 1.j) Op 1 juli 2011 is de spoedwet in werking getreden. Hiermee is per deze datum de muskusrattenbeheersing overgedragen van de provincies naar de waterschappen. In 2012 is door een zestal waterschappen samengewerkt om de overgang van de muskusrattenbeheersing naar het Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden (HDSR) per 1 juli mogelijk te maken. HDSR voert namens AGV deze taken uit. De bestrijders registreren uren en vangsten in het landelijke vangstregistratiesysteem. Met de provincie Utrecht is discussie over de ingangsdatum van de vergoeding van de muskusrattenbeheersing. De provincie gaat uit van 1 juli 2011 terwijl de waterschappen AGV en HDSR (inmiddels heeft het voormalig waterschap Vallei en Eem zijn standpunt in deze gewijzigd) uitgaan van 1 januari Voor de taakoverdracht van provincies naar waterschappen heeft AGV 1,7 miljoen opgenomen in de begroting. De realisatie is conform begroting. Tot slot heeft het Algemeen Bestuur de Beleidsnota Muskusrattenbeheer vastgesteld in (Groot) onderhoud waterkeringen Naast het reguliere onderhoud aan de keringen is in 2012 het groot onderhoud (periodieke ophoging waterkeringen) voortgezet. In totaal is hiervoor circa 6 km onderhoud uitgevoerd. Calamiteitenbestrijding waterkeringen (cp 1.i) De organisatie voor de calamiteitenbestrijding was op orde en er werd doorgaand geoefend. Waar nodig werden calamiteitenplannen geactualiseerd. In november 2012 is in samenwerking met meerdere veiligheidsregio s een grote calamiteitenoefening gehouden. Regulering (cp 10.a) In 2012 zijn in het kader van de Watertoets 855 adviezen gegeven op 611 ruimtelijke plannen. Deze betroffen grote projecten (Zuidas, Bloemendalerpolder, IJburg, weg uitbreiding Schiphol- Amsterdam- Almere en het openbaar vervoer traject Schiphol-Amsterdam-Almere-Lelystad) tot