Hogeschool van Amsterdam Verpleegkunde Klinisch Redeneren 2 P.S. Abendanon 22 januari 2012 LV11-1A1 Pleun Lammerse Take-home toets

Transcriptie

1 Hogeschool van Amsterdam Verpleegkunde Klinisch Redeneren 2 P.S. Abendanon 22 januari 2012 LV11-1A1 Pleun Lammerse Take-home toets

2 Casus. Mevrouw Alberts is een 81 jarige weduwe. Haar man is 5 maanden geleden overleden aan longkanker. Zij heeft haar hele leven in Amsterdam gewoond. De laatste jaren woonde ze in een aanleunwoning van het verpleeghuis in Almere. Zij heeft een dochter, Sarah, die ook in Almere woont. Moeder en dochter hebben een goede band en Sarah zorgt graag voor haar moeder. Twee weken geleden heeft Mevrouw Alberts haar heup gebroken. Ze is geopereerd in het ziekenhuis. Daarna is mevrouw overgeplaatst naar de somatische afdeling van haar eigen verpleeghuis in Almere, om te revalideren. Ze is hier nu een week. Voor opname in het ziekenhuis liep mevrouw zelfstandig met haar rollator. Mevrouw lijkt zich niet lang te kunnen concentreren en haar bewustzijn is wisselend. Regelmatig is ze gedesorienteerd in tijd, plaats en persoon. Dit verergert in de loop van de avond en is s nachts het ergst. Midden in de nacht denkt mevrouw soms dat ze op moet staan, maar ze vergeet dat ze zonder hulpmiddel niet kan lopen. De arts stelt de diagnose delier. Door de verwardheid van mevrouw is de verpleging bang dat ze uit bed valt. Daarom staan de bedhekken omhoog als mevrouw in bed ligt. Mevrouw Alberts geeft echter aan dat ze dit niet wil, omdat ze zich opgesloten voelt. Na de heupoperatie is mevrouw 3 kilo afgevallen. De diëtiste heeft een energie verrijkt dieet voorgeschreven. Gister was de dochter van mevrouw op bezoek. Na het bezoek kwam een van de verpleegkundige naar haar toe om te vragen hoe ze vond dat het ging met mevrouw. Sarah vertelde dat ze vond dat mevrouw er niet bij was met haar aandacht, mevrouw was zich er niet van bewust dat ze er was, zo kreeg Sarah het gevoel. Ook had mevrouw aan haar dochter verteld dat ze bang was dat ze opgesloten zou worden, ze zei dat ze dacht dat ze in een gevangenis was. Toen Sarah weg wilde gaan was mevrouw woedend geworden. Vanochtend was de verpleegkundige bij mevrouw om te kijken hoe het gaat. Mevrouw lag in bed en was hevig aan het transpireren. Mevrouw wilde niet wakker worden en vertelde dat ze nauwelijks had geslapen. De verpleegkundige heeft besloten om de omgeving van mevrouw zo rustig mogelijk te houden. Ook is besloten om gebruik te gaan maken van benzodiazepinen.

3 Hypothetische diagnoses. P:Machteloosheid. +++ Geen of onvoldoende controle hebben over gebeurtenissen en omstandigheden waarbij vooruitzichten, doelen en levensstijl worden beinvloed. Toelichting van de auteur. Deze diagnose kan gebruikt worden om personen te beschrijven die apathisch, woedend of depressief reageren als ze de greep op de situatie verliezen. + E: Delier, verminderde mobiliteit. S: Moet aanwezig zijn: - Openlijke of bedekte uitingen van ontevredenheid omdat het niet lukt controle over de situatie uit te oefenen. - Kan aanwezig zijn: - Apathie; - - Woede; + - Gewelddadig gedrag; - - Angst; + - Onbevredigende afhankelijkheid van anderen; - - Gelatenheid; - - Afreageren; - - Depressiviteit; - - Passiviteit. - P: Acute verwardheid Plotseling optreden van fluctuerende verstoringen van bewustzijn, aandacht, waarneming, geheugen, orientatievermogen, denken, slaap- waakritme en psychomotorisch gedrag. + E: Delier, angst, verminderder aandacht, verstoord slaap-rust patroon. S: Moet aanwezig zijn: Verstoringen in: - Bewustzijn; + - Aandacht; + - Verwerking waarnemingen; - - Geheugen; - - Orientatievermogen; + - Denkprocessen; - - Slaap- waakritme. + Kan aanwezig zijn: - Hyperalertheid; - - Hallucinaties; - - Illusionaire vervalsing. -

4 P: Angst ++++ Gevoel van beklemming en bezorgdheid dat samen met een activering van het autonome zenuwstelsel optreedt als reactie op een niet te duiden dreigend gevaar of onheil. - E: Opgesloten voelen, delier S: Fysiologisch - Versnelde hartslag; - - Verhoogde bloeddruk; - - Versnelde ademhaling; - - Transpireren; + - Verwijde pupillen; - - Trillende stem/toonhoogtevariaties; - - Trillen; - - Hartkloppingen; - - Misselijkheid/braken; - - Frequent urineren; - - Diarree; - - Slapeloosheid; + - Vermoeidheid en zwakte; - - Blozen of bleekheid; - - Droge mond; - - Pijn of onaangenaam gevoel in het lichaam; - - Rusteloosheid; - - Flauwte/duizeligheid; - - Paresthesieen; - - Vlagen van warmte of koud; - - Anorexie. Emotioneel - Bezorgdheid; - - Hulpeloosheid; - - Verlies van zelfbeheersing; - - Spanning of geblokkeerd zijn; - - Zenuwachtigheid; - - Gebrek aan zelfvertrouwen; - - Niet kunnen ontspannen; - - Dreigend onheil; - - Prikkelbaarheid/ongeduld; - - Kriteik hebben op zichzelf en anderen; - - Woede-uitbarstingen; - - Terugtrekgedrag; - - Huilgedrag; - - Gebrek aan initiatief; - - Geneigheid schuld op anderen te schuiven; - - Zelfkleinering; - - Schrikreacties; - - Weinig oogcontact. -

5 Cognitief. - Concentratieproblemen; - - Afwezigheid; + - Vergeetachtigheid; - - Peinzen; - - Meer gericht zijn op het verleden dan op het heden of de toekomst; - - Niet meer kunnen nadenken/herinneren; - - Verhoogde alertheid; - - Gepreoccupeerd zijn; - - Verminderd leervermogen; - - Verwardheid. + Definitieve diagnose. (1) Aan de hand van bovenstaande gegevens ben ik tot de definitieve diagnose acute verwardheid gekomen. Deze diagnose leek mij het meest passend bij de casus. De signs&symptoms in de casus komen overeen met de factoren die gegeven zijn als beschrijving bij de diagnose. Ook de definite is kloppend en past goed bij de patient die hier beschreven wordt. Prognose. De prognostische variabelen zijn: - Ziekte, stoornissen, beperkingen en handicaps; - Gezondheidsrisico s; - Omgevingsfactoren; - Hulpmiddelen. Ziekte, stoornissen, beperkingen en handicaps: Mevrouw Alberts heeft een delier (ongunstig); Gezondheidsrisico s: Mevrouw heeft een leeftijd van 81, hierdoor is er een grotere kans op dementie. (ongunstig) Omgevingsfactoren: Mevrouw heeft een goede band met haar dochter. (gunstig) De omgeving van mevrouw is zo rustig mogelijk gemaakt. (gunstig) Hulpmiddelen: Mevrouw gebruikt benzodiazepinen op haar slaappatroon weer normaal te krijgen. (gunstig) De resultaatklassen zijn: - Preventie; - Uitstel of beperking; - Oplossen; - Tijdelijke verbetering of remissie; - Stabilisering; - Verslechtering. Resultaatklasse: Oplossen, omdat het delier waarschijnlijk over gaat, hierdoor zal de verwardheid afnemen. Ook is er sprake van goede begeleiding. Aan de hand van de prognostische variabelen ben ik gekomen tot deze resultaatklasse. De ongunstige prognostische variabelen zijn vrijwel allemaal te verhelpen

6 Beoogd resultaat. Binnen twee weken is mevrouw in staat een gesprek te voeren waaruit blijkt dat mevrouw geen last meer heeft van verwardheid of angstige gevoelens. Door het oplossen van het lichamelijke probleem zal de verwardheid en de angstigheid al afnemen. Wanneer men op een goede manier interventies en acties gebruikt zullen deze helemaal verdwijnen. Interventies en activiteiten. Hypothetische interventies. - Domein 3 Gedrag Klasse R Ondersteunen bij probleemhantering Bevordering van het gevoel van veiligheid. - Domein 3 Gedrag Klasse T Bevorderen van het psychisch welbevinden Angstreductie. - Domein 5 Gezin en Familie Klasse X zorg rondom levensfasen van het gezin Inschakeling van de familie. Definitieve interventie. Domein 3 Gedrag Klasse R Ondersteunen bij probleemhantering Interventie: Bevordering van het gevoel van veiligheid. Versterken van het gevoel van lichamelijke en psychische veiligheid van de patient. Redenering: Ik vond dit een geschikte interventie. In de casus werd aan gegeven dat mevrouw angstig is en dat ze bang is opgesloten te worden. Angst geeft geen rust en is een veroorzaker van de verwardheid van mevrouw. Wanneer de angst minder wordt, zal de verwardheid ook verminderen. Activiteiten: - Bejegen de patient met een kalme attitude; - Blijf wanneer de patient angstig is bij hem en maak hem duidelijk dat hij zich lichamelijk en psychisch veilig kan voelen; - Moedig de familie aan persoonlijke bezittingen van de patient mee te brengen, waarmee hij de tijd op plezierige wijze kan doorbrengen; - Luister naar de angsten van de patient/familie; - Laat s nachts zo nodig een lamp branden. Redenering: Deze activiteiten vond ik het meest passend bij de patient beschreven in de casus. Wanneer deze activiteiten in praktijk worden gebracht zal mevrouw een stuk minder angstig worden en daardoor ook minder verward. Evaluatie. Proces: Zijn de juiste interventies gekozen? Product: Geeft mevrouw aan geen last te hebben van angstige gevoelens? Geven mevrouw en haar dochter aan tevreden te zijn over de zorg voor mevrouw?

7 Literatuur. Ik heb gebruik gemaakt van de volgende bronnen: - Hesselink, J. (2011). Zo maak je een verpleegplan. Houten/Groningen, Noordhoff Uitgevers. - Carpenito, L.J. (2008). Zakboek verpleegkundige diagnosen. Groningen, Wolters- Noordhoff. - McCloskey J.C., Bulechek, G.M. (red.) (2010). Verpleegkundige interventies, Maarssen, Elsevier Gezondheidszorg. Ik heb Carpenito gebruikt om de hypothetische diagnoses vast te stellen en te toetsen. McCloskey heb ik gebruik voor het opzoeken en vaststellen van de interventies en acties. Voor overige informatie en ter ondersteuning heb ik gebruik gemaakt van Hesselink.