Een vader heeft ook rechten In hoeverre kan het omgangsrecht van de niet met de moeder gehuwde en niet met gezag belaste vader versterkt worden in

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Een vader heeft ook rechten In hoeverre kan het omgangsrecht van de niet met de moeder gehuwde en niet met gezag belaste vader versterkt worden in"

Transcriptie

1 Een vader heeft ook rechten In hoeverre kan het omgangsrecht van de niet met de moeder gehuwde en niet met gezag belaste vader versterkt worden in het belang van het kind?

2 Een vader heeft ook rechten In hoeverre kan het omgangsrecht van de niet met de moeder gehuwde en niet met gezag belaste vader versterkt worden in het belang van het kind? Auteur: Stacey Z. Kransen Studentnummer: Universiteit: Universiteit van Aruba Faculteit: Faculteit der Rechtsgeleerdheid Specialisatie: Privaatrecht Begeleider: mr. Miranda Gielen Tweede Corrector: prof. mr. G.R. de Groot 2

3 Voorwoord Met het schrijven van deze scriptie is er een einde gekomen aan mijn studie Arubaans recht. Ik heb gekozen voor het personen- en familierecht, omdat dit rechtsgebied mij vanaf het begin van de studie heeft geboeid. Het personen- en familierecht staat heel dicht bij de samenleving en heeft direct invloed op ieders gezinsleven. Deze scriptie gaat over het omgangsrecht van de niet met de moeder gehuwde en niet met gezag belaste vader. Ik vond het heel interessant om me hierin te verdiepen. Graag wil ik van de gelegenheid gebruik maken om enkele personen te bedanken die mij bij het schrijven van deze scriptie hebben bijgestaan. Allereerst wil ik mr. M. Gielen bedanken voor haar begeleiding bij het schrijven van mijn scriptie, voor haar hulp en nuttige adviezen. Daarnaast wil ik de commissieleden bedanken voor de tijd die zij hebben vrijgemaakt om plaats te nemen in de examencommissie. Mijn moeder en partner ben ik heel dankbaar voor al hun steun die veel verder gaat dan mijn studie. Ondanks het feit dat je een scriptie alleen schrijft gaat mijn dank uit naar mijn vrienden en collega s met wie ik dit schrijfproces heb kunnen delen. Ik wens u veel leesplezier toe. Stacey Z. Kransen Aruba, Augustus

4 Lijst met gebruikte afkortingen AB Afkondigingsblad van Aruba afl. Aflevering BW Burgerlijk Wetboek van Nederland BWA Burgerlijk Wetboek van Aruba EB EB. Tijdschrift voor scheidingsrecht ECLI European Case Law Indentifier ECRM Europese Commissie voor de Rechten van de Mens EHRM Europees Hof voor de Rechten van de Mens EJ Extra Judicieel EVRM Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden FJR Tijdschrift voor Familie- en Jeugdrecht GEA Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba GHvJ Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba. GHvJNAA Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba GS Groene Serie GT Geldende Tekst H. Hofrol HR Hoge Raad der Nederlanden IVBPR Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten JOL Jurisprudentie OnLine KG Kort Geding LJN Landelijk jurisprudentienummer Lv. Landsverordening MvT Memorie van Toelichting NJ Nederlands Jurisprudentie NJB Nederlands Juristenblad OLV Ontwerp landsverordening Pres. President Publ. ECHR Series A Publications of the European Court of Human Right. Judgements and decisions Rb Rechtbank red. Redactie RN Rechtspraak Notariaat RvA Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering van Aruba RvdW Rechtspraak van de Week Stb. Staatsblad T&C Tekst & Commentaar Trb. Tractatenblad VKR Verdrag inzake de Rechten van het Kind vol. Volume 4

5 Inhoudsopgave Voorwoord... 3 Lijst met gebruikte afkortingen Inleiding Vaderschap Inleiding De verschillende vaderschapsvormen De biologische vader De sociale vader De juridische vader Huwelijksvaderschap Erkenning Vervangende toestemming Brieven van vaderschap Adoptie Gerechtelijk vaststelling van het vaderschap De rechten en plichten van de verschillende vaderschapsvormen Ouderlijk gezag Binnen huwelijk Buiten huwelijk Omgang, informatie en consultatie Onderhoudsplicht Eindigen van het vaderschap Verlies van het sociaal vaderschap Verlies van het juridisch vaderschap Het door huwelijk ontstane vaderschap Het door erkenning ontstane vaderschap Het door adoptie ontstane vaderschap Conclusie Omgangsrecht in het Burgerlijk Wetboek van Aruba Inleiding Omgang tussen ouder en kind Het omgangsrecht van de niet met gezag belaste ouder De ontzeggingsgronden Ernstig nadeel voor de ontwikkeling van het kind (onderdeel a) De ouder is kennelijk ongeschikt of niet in staat tot omgang (onderdeel b) Ernstig bezwaren van het kind vanaf twaalf jaar (onderdeel c) Anderszins in strijd met zwaarwegende belangen van het kind (onderdeel d) Omgang met derden Het omgangsrecht van anderen dan ouders

6 3.3.2 Family life Verzoek van de verwekker Verzoek van de bekende donor Verzoek van de sociale ouder Verzoek van het kind Informele rechtsgang van een minderjarige De omgangsregeling Begin van de omgangsregeling Wijziging van de omgangsregeling Effectuering van de omgang Het recht op informatie en consultatie Plichten van de ouder met gezag Recht op informatie en consultatie van ander dan de niet met gezag belaste ouder De informatieplicht van derden Mogelijke toekomstige wetswijziging Wijziging van het omgangsrecht Omgangsplicht en het belang van het kind Conclusie Arubaanse jurisprudentie omtrent omgangsrecht Inleiding Omgangsrecht toegekend Moeder is van rechtswege belast met het ouderlijk gezag Partijen zijn gezamenlijk met het gezag belast Na echtscheiding Omgangsrecht ontzegt Moeder is van rechtswege belast met het ouderlijk gezag Partijen zijn gezamenlijk met het gezag belast Conclusie Effectuering van de omgangsregeling in het belang van het kind Inleiding De middelen uit het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering van Aruba Dwangsom Gevolgen van dwangsom voor het kind Lijfsdwang Gevolgen van lijfsdwang voor het kind Reële executie Gevolgen van reële executie voor het kind De mogelijkheden uit Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek van Aruba De benoeming van een bijzondere curator ex art. 1:250 BWA Gevolgen van benoeming van een bijzondere curator voor het kind Ondertoezichtstelling Gevolgen van ondertoezichtstelling voor het kind

7 5.3.3 Gezagswijziging Wijziging van eenhoofdige gezag naar gezamenlijk gezag of eenhoofige gezag ten gunste van de andere ouder Gevolgen van gezagswijziging voor het kind De buitenwettelijke methoden Omgangsbegeleiding Gevolgen van omgangsbegeleiding voor het kind Schorsing van de alimentatieverplichting Gevolgen van de schorsing van de alimentatie voor het kind Berusting Gevolgen van berusting voor het kind Strafrechtelijke effectueringsmogelijkheid Strafrechtelijke vervolging Gevolgen van strafrechtelijke vervolging voor het kind Conclusie Conclusie en aanbevelingen Beantwoording van de deelvragen Beantwoording van de onderzoeksvraag Aanbevelingen Literatuurlijst Jurisprudentie

8 Hoofdstuk 1 Inleiding De regulering van de relatie tussen ouder en kind wordt beheerst door het familierecht. Eén van de belangrijkste functie van het familierecht is daarbij het bepalen van wat in juridisch opzicht een ouder, een gezin en familie is. 1 De inhoud van het familierecht hangt nauw samen met de ontwikkeling van de familie en het gezin in de samenleving. Vroeger was het huwelijk het basisinstituut voor de familie en het gezin. Kinderen dienden geboren te worden binnen het huwelijk. Buiten het huwelijk geboren kinderen werden achtergesteld en ongehuwd moederschap werd als onwenselijk geacht. 2 In de loop der jaren veranderde dit standaardbeeld van de familie en het gezin. Een huwelijk hoefde niet meer noodzakelijk de grondslag te zijn voor het stichten van een gezin. Het ongehuwd samenwonen en buitenhuwelijkse geboorten werden voortaan geaccepteerd. Art. 8 EVRM heeft hierbij een grote rol gespeeld, zo zijn de termen wettige, onwettige en natuurlijke kind komen te vervallen. Het gezin werd autonoom in die zin dat aan het familie- en gezinsleven in steeds verdergaande mate zelfstandig werd vormgegeven door de gezinsleden zelf. Tijdens de 2010 Census in Aruba zijn in totaal 15,256 gezinnen met minderjarige kinderen geteld. In vergelijking tot de Census van 2000 vertoont de data een vermindering in het aantal gezinnen van twee ouders en een toename in het aantal gezinnen van alleen maar één ouder. Het aantal gezinnen van twee ouders is in 2010 met 12% verminderd in vergelijking tot 2000, terwijl het aantal gezinnen bestaande uit moeder en kind met 23% is toegenomen. 3 Het grootste deel van deze moeders zijn niet getrouwd. 4 Aangezien er een aanmerkelijk toename is van kinderen die alleen met één ouder wonen en die ouder meestal de moeder is, kan de vraag gesteld worden hoe het contact tussen de niet met gezag belaste vader en het kind geregeld is? Hoe wordt dit contact gewaarborgd? Het kind heeft namelijk recht op omgang met de niet- verzorgende ouder zonder gezag. 5 Ik ben zelf opgegroeid met alleen een moeder. Ik weet wel wie mijn biologische vader is maar ik heb geen contact met hem. In mijn tiener jaren heb ik geprobeerd contact met hem te zoeken om een relatie op te bouwen, maar het lukte helaas niet. Ik had altijd het gevoel dat er meer mogelijkheden moesten bestaan om contact tussen een vader en een kind te waarborgen. Het recht tot omgang is namelijk een fundamenteel recht van een kind. 6 Het is onaanvaardbaar dat een vader eenzijdig beslist dat hij geen omgang wil met zijn kind. Daarnaast bestaan er ook gevallen dat de vader wel omgang wil met zijn kind maar de moeder dit verhindert. In beide gevallen wordt het belang van het kind op ernstige wijze geschonden. Er moet iets 1 Henstra 2002, p Universiteit van de Nederlandse Antillen 2010, p. 8, 26 en Het aantal families bestaande uit vader en kind is in 2010 gelijk gebleven in vergelijking tot Centraal Bureau van Statistieken 2013, p Art. 1:377a BWA, art. 8 EVRM en art. 9 VRK. Het EVRM en VRK is van groot belang voor het huidige personen- en familierecht en het onderwerp van omgang. Het EVRM is voor Aruba in werking getreden op 1 januari 1986, Trb. 1989, 153 en het VRK op 18 januari 2001, Trb. 2001, 269. Ze hebben grote bindende kracht voor Aruba sinds hun inwerkingtreding. 6 Art. 1:377a BWA, art. 1:377f BWA, art. 8 EVRM en art. 9 VRK. 8

9 worden gedaan om dit te voorkomen. Uitgangspunt is en blijft altijd het belang van het kind. Dit heeft geleid tot de centrale onderzoeksvraag: In hoeverre kan het omgangsrecht van de niet met de moeder gehuwde en niet met gezag belaste vader versterkt worden in het belang van het kind. Deze probleemstelling is uitgewerkt in een aantal deelvragen zoals wie wordt in juridische zin aanmerkt als vader, hoe is het omgangsrecht in de wet geregeld, hoe wordt een verzoek tot omgang door de Arubaanse rechter beoordeeld en hoe wordt een omgangsregeling geëffectueerd. Deze vragen worden in de navolgende hoofdstukken besproken. Door middel van literatuuronderzoek en bestuderen van jurisprudentie wil ik antwoord geven op de centrale onderzoeksvraag en deelvragen. Daarnaast ga ik het Arubaanse rechtsstelsel vergelijken met dat van Nederland. Het te vergelijken rechtsstelsel dient een vergelijkbare maatschappijstructuur te hebben. Hoewel Aruba en Nederland voor wat betreft demografische structuur aanzienlijk verschillen, zijn de juridische, politieke en sociaal- economische aspecten van de maatschappijstructuur vergelijkbaar. 7 Verder is in Nederland het omgangsrecht beter geregeld waardoor het mogelijke oplossingen kan bieden voor de problemen van de Arubaanse omgangsrecht. Gezien een belangrijk doel van dit onderzoek is het komen tot een versterking van de rechtspositie van de niet met de moeder gehuwde en niet met gezag belaste vader in het kader van zijn omgangsrecht, vind ik Nederland een verantwoordelijk keuze. De indeling ziet als volgt uit. In hoofdstuk 2 zal ik eerst nagaan wie als vader kan worden aangemerkt. Verder behandel ik de rechten en plichten van een vader. Ik zal ook aandacht besteden op hoe het vaderschap kan eindigen. De volgende deelvragen zal worden beantwoord: Welke vaderschapsvormen zijn er te onderscheiden en welke rechten en plichten kent elk van deze vaderschapsvormen? Hierop volgt hoofdstuk 3 waar het omgangsrecht zoals geregeld in Boek 1 van het BWA wordt besproken. Ik zal aandacht besteden aan enerzijds omgang tussen ouder en kind en anderzijds aan omgang tussen derden en kind. Daarnaast besteed ik aandacht aan het recht op informatie en consultatie. Dit om een beeld te krijgen van hoe het omgangsrecht in de wet geregeld is. De volgende deelvraag wordt dus beantwoord: hoe is het omgangsrecht in de wet geregeld? Verder bestaat in Nederland naast het recht op omgang ook een plicht tot omgang. 8 Aruba kent nog geen plicht tot omgang maar dit wordt binnenkort mogelijk geïntroduceerd bij de wijziging van het BWA. 9 Deze mogelijke wetswijzing komt ook aan de orde. Hier hoort de volgende deelvraag bij: wat betekent deze wijziging voor de vader en in hoeverre is deze verplichting in het belang van het kind? 7 Zie Oderkerk 1999, p Wet van 27 November 2008 Stb. 2008, Zie OLV wijziging BWA (AB 89 GT 100) i.v.m. een aantal onderwerpen die nog een regeling of aanpassing in het BWA behoeven (Aanvulling BWA). 9

10 In hoofdstuk 4 behandel ik hoe Arubaanse rechters beslissen over een verzoek tot omgang. Hier wordt de volgende deelvraag beantwoord: hoe wordt een verzoek tot omgang in de Arubaanse rechtspraak beoordeeld? In hoofdstuk 5 zal ik kijken naar de mogelijke middelen om een omgangsregeling te effectueren. De volgende deelvragen worden beantwoord: wat zijn de gevolgen van de genoemde middelen voor het kind? Zijn deze middelen effectief in het belang van het kind? Tot slot volgt er in hoofdstuk 6 een samenvatting van mijn onderzoek waarna ik een aantal conclusies en aanbevelingen zal formuleren. 10

11 Hoofdstuk 2 Vaderschap 2.1 Inleiding In het afstammingsrecht wordt gedefinieerd wat onder ouderschap wordt verstaan, namelijk de rechtsbetrekking tussen kind en ouder(s). Hierbij zijn de feitelijke omstandigheden waaronder het kind verwekt is of geboren wordt van belang. Er zijn verschillende soorten ouderschap. Hierbij dient men te denken aan juridisch ouderschap, biologisch ouderschap en sociaal ouderschap. Dit onderscheid is van belang omdat er per situatie verschillende rechtsgevolgen voordoen. 10 Als er wordt gesproken over juridisch ouderschap gaat het om de vastlegging van de wettelijke afstammingsbanden. 11 Door het juridisch ouderschap van de moeder en de vader, komen het kind, de ouders en de bloedverwanten van de ouders in familierechtelijke betrekking tot elkaar te staan. 12 Dit betekent dat de relatie tussen het kind, de ouders en hun bloedverwanten juridisch erkend is. Wanneer en hoe deze rechtsbetrekking ontstaat, is van bepaalde omstandigheden afhankelijk. In het afstammingsrecht is de juridische ouder van belang om de afstammingsrechtelijke relatie die bestaat tussen ouder en kind aan te geven. Bij biologisch ouderschap gaat het om wie biologisch of genetisch ouder is van een kind. Met biologisch ouder wordt bedoeld degene die het kind heeft verwekt of gebaard en de leverancier is van het genetische materiaal. Ten slotte wanneer er wordt gesproken over sociaal ouderschap gaat het om de vraag wie er betrokken is bij en verantwoordelijk is voor de dagelijkse opvoeding en verzorging van een kind. 13 De verschillende ouderschapsvormen vallen meestal in één ouderpaar. De juridische ouders zullen vaak ook de biologische ouders zijn van een kind en ook degenen zijn die zich feitelijk bezighouden met de verzorging en opvoeding van het kind en dus ook sociaal ouders zijn. Maar dit hoeft niet altijd het geval te zijn. Ze kunnen ook van elkaar gescheiden zijn, te denken valt aan een kind die een pleeggezin is geplaatst. De pleegouder houdt zich bezig met de dagelijkse verzorging en opvoeding van het kind en is dus de sociale ouder maar is niet de juridische ouder of biologische ouder. Of gedacht kan worden aan een stiefvader die een kind zonder juridische vader erkend. De stiefvader is de sociale vader en vanwege de erkenning ook de juridische vader maar de biologische vader is dan een andere persoon. Deze soorten ouderschap moeten daarom niet als drie strikt gescheiden vormen worden gezien. Gezien mijn onderzoeksvraag zal ik met name het biologisch, sociaal en juridisch vaderschap belichten. 10 Vlaardingerbroek e.a. 2011, p Vlaardingerbroek e.a. 2011, p Art. 1:197 BWA. 13 Vlaardingerbroek e.a. 2011, p

12 2.2 De verschillende vaderschapsvormen De biologische vader De biologische vader is de leverancier van het genetisch materiaal. 14 Het biologisch vaderschap kan onderverdeeld worden in drie verschillende soorten, namelijk de verwekker, de donor en de levensgezel die heeft ingestemd met een daad die de verwekking van het kind tot gevolg kan hebben gehad. Verwekker is de man die samen met de moeder op natuurlijke wijze het kind heeft verwekt. In geval van kunstmatige inseminatie wordt de biologische vader aangeduid als de donor. In tegenstelling tot de verwekker heeft de donor geen gemeenschap met de moeder. De donor staat zijn genetisch materiaal af voor kunstmatige bevruchting. Dit houdt in dat de donor zijn zaad afstaat en vervolgens wordt dit door middel van een medische handeling in de baarmoeder gebracht. Het feitelijk verschil tussen de verwekker en donor is enkel gebaseerd op de vraag of het kind op natuurlijke wijze is verwekt of niet. Bij kunstmatige inseminatie is de donor wel de biologische vader, maar geen verwekker. Daarnaast is in het kader van kunstmatige inseminatie degene die als echtgenoot of levensgezel van de moeder heeft ingestemd met deze wijze van verwekking ook de biologische vader, indien het genetisch materiaal dat wordt gebruikt voor het laten ontstaan van het kind afkomstig is van de instemmende echtgenoot of levensgezel. Indien de man heeft ingestemd met kunstmatige donorinseminatie bij zijn echtgenote en daarvoor zijn eigen genetisch materiaal niet is gebruikt, kan hij het vaderschap niet ontkennen op grond van het feit dat hij niet de biologische vader is van het kind (art. 1:200 lid 3 BWA). 15 Het kind kan dit wel. Het verschil tussen de verwekker, instemmende levensgezel en donor is belangrijk in verband met de daaraan gekoppelde rechten en plichten, bijvoorbeeld de onderhoudsplicht. 16 De donor is in beginsel niet onderhoudsplichtig, een verwekker en een instemmende levensgezel zijn dat wel (art. 1:394 BWA). De instemmende levensgezel wordt voor wat betreft de daaraan verbonden plichten gelijkgesteld met een verwekker. Hij draagt namelijk mede de verantwoordelijkheid voor de geboorte van het kind door in te stemmen met bijvoorbeeld kunstmatige donorinseminatie. 17 Kortom de biologische vader is degene die het kind verwekt bij de moeder, of die door middel van kunstmatige 14 Van Raak- Kuiper 2007, p Ook in het geval een man zijn vrouw toestemming heeft gegeven tot prostitutie, wat de verwekking van een kind tot gevolg heeft gehad, kan hij zijn vaderschap niet ontkennen. Zie HR 7 februari 2003, NJ 2003/ Gerechtshof Leeuwarden 11 juni 2003, LJN AG0212. In deze zaak ging het om een moeder die haar voormalige echtgenoot aansprak voor levensonderhoud voor een kind die geboren werd bijna een jaar nadat de echtscheiding tussen partijen was uitgesproken. Via DNA- onderzoek was komen vast te staan dat de man de biologische vader was van het kind. Omdat echter ook vaststond dat de moeder pas na ontbinding van het huwelijk zwanger was geworden en wel via kunstmatige inseminatie met het zaad van haar voormalige echtgenoot, was de man niet aan te merken als verwekker evenmin als instemmende levensgezel maar als donor. Hierdoor kon de man niet worden aangesproken op levensonderhoud voor het kind. 17 Van Raak- Kuiper 2007, p

13 inseminatie met spermadonatie aan een kind komt. De biologische vader is niet altijd de verwekker maar de verwekker is wel altijd de biologische vader. Biologisch vaderschap is in tegenstelling tot de andere soorten vaderschapsvormen blijvend en kan niet ongedaan gemaakt worden De sociale vader De term sociale vader wordt meestal gebruikt om de man aan te duiden die zich daadwerkelijk bezighoudt met de verzorging en opvoeding van het kind, maar niet noodzakelijkerwijs de biologische of juridische vader is. 18 Het gaat om de alledaagse taken die een vader tegenkomt als het gaat om het opvoeden en verzorgen van een kind. Te denken valt aan de levensgezel van de alleenstaande moeder, de (nieuwe) echtgenoot van de moeder die niet de biologische vader is (stiefvader) of een pleegouder. Er is weinig jurisprudentie te vinden over de sociale vader gezien deze vaak zonder problemen juridische vader kan worden voor zover het kind niet al een juridische vader heeft, bijvoorbeeld door erkenning of adoptie. 19 Overigens heeft de sociale vader een ouderhoudsplicht jegens het kind op grond van art. 1:392 BWA voor zolang de relatie met de moeder duurt. De relatie tussen de moeder en de sociale vader kan verslechteren, waarbij de sociale vader uiteindelijk geen contact meer heeft met het kind. De rechtspositie van de sociale vader wordt in het recht nauwelijks beschermd. Temeer als de relatie met de moeder is verslechterd of zelfs geëindigd. De Hoge Raad heeft echter in het kader van omgangsrecht uitdrukkelijk erkend dat er tussen een sociale vader en een kind sprake kan zijn van family life. Er worden wel strengere eisen gesteld aan het kunnen aantonen van family life, vanwege de afwezigheid van een biologische band. 20 Het Europees Hof heeft in de Nylund- zaak bepaald dat de afwezigheid van een biologische band geen probleem hoeft te zijn, het Hof heeft immers geen moeite mee dat de positie van de sociale vader die met de moeder van het kind gehuwd is wordt beschermd ten koste van de verwekker. 21 Er is echter geen sprake van een positieve plicht voor de staat om het family life van de sociale vader te erkennen door het vestigen van familierechtelijke betrekkingen mogelijk te maken, terwijl de verwekker met family life hier onder omstandigheden wel aanspraak op kan maken De juridische vader In het afstammingsrecht is de juridische ouder van belang om de afstammingsrechtelijke relatie die bestaat tussen ouder en kind aan te geven. Om die reden is het zo dat wanneer er over de ouder, de vader of de moeder in het afstammingsrecht wordt gesproken hier de juridische ouder wordt bedoeld. Voor wat betreft de juridische afstammingsrelatie tussen het kind, de moeder en haar 18 Kuiper 2014, p Henstra 2002, p HR 23 juni 1995, NJ 1996/17, m.nt. J. de Boer. 21 EHRM 29 juni 1999, 27110/95 (Nylund/Finland). 22 Henstra 2002, p

14 familie maakt het geen verschil of de moeder is getrouwd of niet. Het moederschap ontstaat automatisch. Het juridische moederschap is gebaseerd op de mater semper certa est- regel, ofwel het dragen en baren van een kind. 23 Indien een ongehuwde moeder een kind krijgt hoeft zij het kind niet te erkennen om familierechtelijke betrekkingen met haar kind te kunnen vestigen. 24 Terwijl de moeder op grond van zwangerschap en geboorte van rechtswege de juridische moeder wordt, verkrijgt de vader niet louter op grond van zijn verwekkerschap of genetische vaderschap van rechtswege het juridische vaderschap. Juridisch vaderschap kan op verschillende manieren ontstaan, waarbij een onderscheid wordt gemaakt tussen vaderschap dat door huwelijk ontstaat en vaderschap dat buiten het huwelijk ontstaat door erkenning, door brieven van vaderschap, door adoptie (art. 1:199 BWA) of op grond van jurisprudentie door gerechtelijk vaststelling van het vaderschap. Verder kan er bij vaderschap dat ontstaat buiten huwelijk een onderscheid worden gemaakt tussen de man die vader wil worden van het kind bijvoorbeeld door erkenning, brieven van vaderschap of adoptie en de man die geen vader wil worden van het kind. In dit laatste geval kan juridisch vaderschap worden gevestigd door gerechtelijke vaststelling van vaderschap Huwelijksvaderschap Het afstammingsrecht gaat in het geval van huwelijksvaderschap uit van een vermoeden van vaderschap. 25 De man die getrouwd is met de moeder op het moment dat het kind wordt geboren, wordt van rechtswege de juridische vader van het kind (art. 1:199 aanhef en onder a BWA). Dit hoeft niet te betekenen dat de man, die door het huwelijk als vader wordt aangewezen, ook in werkelijkheid de biologische vader is. Wanneer het huwelijk door de dood van de man is ontbonden nog voordat het kind geboren wordt, geldt dat hij toch als vader moet worden aangemerkt indien zijn overlijden binnen een periode van 306 dagen voor de geboorte van zijn kind plaatsvond (art. 1:199 aanhef en onder b BWA). Dit geldt zelfs als de moeder intussen is hertrouwd en het kind dus feitelijk binnen het huwelijk van de moeder met de nieuwe echtgenoot is geboren. Indien echter de moeder sedert de 306 de dag voor de geboorte van het kind was gescheiden van tafel en bed of zij en haar echtgenoot sedert dat tijdstip gescheiden hebben geleefd, kan de moeder binnen een jaar na het geboorte van het kind ten overstaan van de ambtenaar van de burgerlijke stand verklaren dat haar overleden echtgenoot niet de vader is van het kind. Als de moeder op het tijdstip van de geboorte is hertrouwd dan is in dat geval de huidige echtgenoot wel de vader van het kind. Is de moeder op het moment van het afleggen van de verklaring niet hertrouwd, dan heeft het kind geen juridische vader. 23 Art. 1:198 BWA. 24 EHRM 13 juni 1979, NJ 1980/462 (Marckx/België). 25 Pater vero est quem nuptiae demontrant 14

15 Erkenning Buiten huwelijk kan juridisch vaderschap op vier manieren ontstaan, namelijk door erkenning van vaderschap, door brieven van vaderschap, door adoptie of op grond van jurisprudentie door gerechtelijke vaststelling van het vaderschap. De wet definieert het begrip erkenning niet. De erkenning van een kind is een eenzijdige ongerichte familierechtelijke rechtshandeling, waardoor een familierechtelijke betrekking tussen de man en het kind tot stand wordt gebracht. 26 Erkenning van een ongeboren vrucht is gelet op art. 1:2 BWA mogelijk. In dat geval doet de erkenning op het moment van geboorte de familierechtelijke betrekking tussen de man en het kind ontstaan. Voor erkenning is niet vereist dat de man ook de biologische vader van het kind is. Erkenning is namelijk geen waarheidshandeling in de zin dat een erkenning gebaseerd moet zijn op de biologische realiteit. De man moet slechts de bedoeling hebben om een familierechtelijke betrekking met het kind te vestigen, de man erkent niet dat hij ook de biologische vader is van het kind. De wet vereist wel dat er sprake is van een nauwe persoonlijke betrekking tussen de erkenner en het kind indien de erkenning is gedaan na het verstrijken van de wettelijke termijn van aangifte van geboorte van het kind (art. 1:204 lid 1 sub e jo. 1:19e lid 6 BWA). Erkenning is een rechtshandeling omdat het beoogt een rechtsgevolg, namelijk de afstammingsband in het leven te roepen (art. 3:59 jo. 3:33 BWA). 27 Op grond van art. 1:203 e.v. BWA kan een kind dat geen juridische vader heeft worden erkend, indien aan een aantal voorwaarden is voldaan en een bepaalde procedure is gevolgd. Volgens art. 1:204 lid 1 BWA mag tussen de moeder van het kind en de man een zo nauwe verwantschap niet bestaan dat zij op grond hiervan niet zouden mogen trouwen. De man moet ook 16 jaren of ouder zijn om een kind te kunnen erkennen. Verder heeft de man de schriftelijke toestemming van de moeder nodig indien het kind de leeftijd van 16 jaren nog niet heeft bereikt en die van het kind als het kind twaalf jaren of ouder is. De man dient vervolgens aannemelijk te maken dat hij de biologische vader is van het kind of dat tussen hem en het kind een nauwe persoonlijke betrekking is ontstaan indien de erkenning is gedaan na het verstrijken van de wettelijke termijn van aangifte van geboorte van het kind. In beginsel is erkenning van het vaderschap een vrijwillige handeling. Wanneer de vrouw en de man beiden tot erkenning door de man besluiten, dan is de gang van zaken verder eenvoudig. Als de moeder de erkenning niet wenst en haar wettelijk verplichte toestemming tot erkenning weigert, dan kan de man proberen het kind te erkennen door via een gerechtelijke procedure vervangende toestemming van de rechter te krijgen Vervangende toestemming De door de moeder schriftelijk te geven toestemming ex art. 1:204 lid 1 sub c BWA kan worden gezien als een bescherming van de moeder en haar kind, omdat een man zich hierdoor niet tegen de wens van de moeder als vader van haar kind zou 26 Van Mourik & Nuytinck 2012, p Kuiper 2014, p

16 kunnen opwerpen. 28 Bovendien kan een kind alleen maar eenmaal erkend worden. De toestemming van de moeder kan worden vervangen door de toestemming van de rechter, indien de erkenning de belangen van de moeder bij een ongestoorde verhouding met het kind of de belangen van kind niet zou schaden en de man de verwekker is van het kind (art. 1:204 lid 3 BWA). In beginsel is dus alleen de verwekker ontvankelijk in een verzoek om vervangende toestemming tot erkening. De Hoge Raad heeft echter in 2003 bepaald dat ook een donor onder omstandigheden ontvankelijk is in een verzoek tot vervangende toestemming indien er sprake is van family life tussen hem en het kind. 29 Of er family life tussen een biologische vader niet- verwekker en een kind bestaat hangt af of er naast de biologische band sprake zijn van bijkomende omstandigheden. 30 Deze bijkomende omstandigheden kunnen worden onderverdeeld in drie categorieën namelijk vóór, na en deels vóór en na de geboorte, waarbij bij inschakeling van een bekende donor de feiten en omstandigheden die deels betrekking hebben op de periode vóór en deels op de tijd na de geboorte beschouwd in onderling verband en samenhang van belang zijn. 31 In dit verband is van belang dat ook de potentiële relatie tussen een biologische vader en een kind onder omstandigheden bescherming verdient. 32 Ook de potentiële relatie tussen een bekende donor en zijn kind verdient bescherming van art. 8 EVRM, aldus de Hoge Raad. 33 Indien de man die het verzoek om vervangende toestemming indient ontvankelijk is, komt de rechter toe aan een belangenafweging waarbij de belangen van de verwekker, de belangen van het kind en de belangen van de moeder tegen elkaar moeten worden afgewogen. Voor het toewijzen van het verzoek om vervangende toestemming is tussen de verwekker en het kind niet vereist dat er family life bestaat, hoewel het nog wel een rol kan spelen bij de belangenafweging. 34 Tot uitgangspunt dient immers te worden genomen dat zowel het kind als de verwekker aanspraak erop heeft dat hun relatie rechtens wordt erkend als een familierechtelijke betrekking. 35 Het belang en de aanspraak van de man op erkenning moet worden afgewogen tegen de belangen van de moeder om verschoond te blijven van inmengingen in haar gezinsleven met het kind en haar privéleven en de belangen van het kind bij niet- erkenning. 36 Een zekere emotionele 28 Van Raak- Kuiper & Vlaardingerbroek 2006, p HR 24 januari 2003, NJ 2003/386. In deze zaak ging het om een vrouwenpaar dat via kunstmatige inseminatie met het zaad van de donor aan een kind zijn gekomen. Partijen zijn een omgangsregeling tussen de donor en het kind overeengekomen, maar de moeder geeft de donor geen toestemming om het kind te erkennen. 30 EHRM 1 juni 2004, 45582/99, NJ 2004/667 (Lebbink/Nederland). 31 Zie hierover uitgebreid Asser/De Boer 2010/13a. 32 Zie EHRM 29 juni 1999, 27110/95 p. 14 (Nylund/Finland). 33 HR 30 november 2007, NJ 2008/310, m.nt. J. de Boer. Het ging in deze zaak om een hecht vriendschappelijk contact tussen een homoseksuele man (de donor) en een lesbische vrouw, die beiden een functie van de man in het leven van het kind voorzagen, welke contact echter reeds vóór de geboorte verbroken werd. 34 Vlaardingerbroek e.a. 2011, p HR 16 februari 2001, NJ 2001/571, r.o. 3.3 en HR 12 november 2004, NJ 2005/

17 weerstand van de moeder tegen de erkenning is op zichzelf onvoldoende om de belangenafweging in het voordeel van de moeder te laten uitvallen. Echter, het belang van de verwekker bij totstandkoming van een familierechtelijke betrekking kan niet zo zwaar wegen dat de belangen van het kind of die van de moeder bij een ongestoorde verhouding met het kind geschaad zou kunnen worden als de toestemming zou worden vervangen. 37 Voor wat betreft de belangen van het kind, heeft de Hoge Raad aanvaard dat van schade aan het belang van het kind slechts sprake is indien, ten gevolge van de erkenning, voor het kind reële risico s zijn dat het wordt belemmerd in een evenwichtige sociaalpsychologische en emotionele ontwikkeling. 38 Wanneer de bij de afweging betrokken belangen elkaar in evenwicht houden, geeft dan de belangen van het kind uiteindelijk de doorslag. 39 Opmerking verdient dat er geen sprake is van een discretionaire bevoegdheid van de rechter bij de verlening van vervangende toestemming. 40 Het kan voorkomen dat de biologische vader het kind graag zou willen erkennen, maar dat het kind al door een andere man is erkend waardoor dit niet meer mogelijk is. Slechts in zeer uitzonderlijke omstandigheden kan de eerste erkenning vernietigd worden met een beroep op misbruik van bevoegdheid. Volgens de Hoge Raad is er slechts sprake van misbruik van bevoegdheid van de moeder, indien de moeder toestemming geeft tot erkenning van het kind door een andere man met geen andere doel dan om de biologische vader verwezenlijking van diens uit art. 8 lid 1 EVRM voortvloeiende aanspraak op erkenning te onthouden. 41 Verder neemt de Hoge Raad aan dat vanaf het moment dat de man de rechter heeft verzocht vervangende toestemming te verlenen, de moeder aan een andere man slechts voorwaardelijk toestemming kan verlenen, tot definitief op het verzoek van de man is beslist. 42 Ten slotte wanneer het gaat om een erkenning van een kind van twaalf jaar of ouder, is de toestemming van het kind ook vereist. De toestemming van het kind kan ook worden vervangen door een rechterlijke toestemming (art. 1:204 lid 3 BWA) Brieven van vaderschap De wetgever heeft er bij de herziening van het Burgerlijk Wetboek in 2002 voor gekozen invoering van de gerechtelijke vaststelling van het vaderschap vooralsnog uit te stellen en de regeling omtrent de brieven van vaderschap te handhaven. Indien de man die, kennis dragende van de zwangerschap van de moeder, voornemens was het kind te erkennen of voor de geboorte van het kind met de 37 Zie bijvoorbeeld Hof s- Hertogenbosch 9 februari 2005, LJN AT3376. Het hof achtte de erkenning niet in het belang van het kind, nu er reëel risico aanwezig was dat het kind bij erkenning zou worden belemmerd in een evenwichtige ontwikkeling ten gevolge van de psychische ontrust van de vrouw, die zijn weerslag zou hebben op het kind. Zie ook HR 16 juni 2006, LJN AW HR 16 februari 2001, NJ 2001/571, r.o Vlaardingerbroek e.a. 2011, p. 243 en art. 3 lid 1 VRK. 40 Van Mourik & Nuytinck 2012, p HR 18 september 1998, NJ 1999/ HR 31 mei 2002, NJ 2002/

18 moeder te huwen, voor of kort na de geboorte van het kind is overleden zonder het kind te hebben erkend, kunnen zowel de moeder als het kind aan de minister belast met justitiële aangelegenheden, brieven van vaderschap verzoeken (art. 1:207 lid 1 BWA). De verlening van brieven van vaderschap werkt terug tot het moment van de geboorte van het kind (art. 1:207 lid 2 BWA). De strekking van brieven van vaderschap is een oplossing te bieden voor de gevallen, waarin de plotselinge dood van de man de uitvoering van het voornemen om het kind te erkennen of te trouwen met de moeder verhinderde. 43 Bij het verzoek moet aannemelijk worden gemaakt dat de vader de wens had om een kind bij de moeder te verwekken en dat de moeder de vader in kennis zou hebben gesteld van haar zwangerschap zodra dit mogelijk zou zijn geweest. 44 Doel is dus om de belangen van het kind veilig te stellen door alsnog een familierechtelijke betrekking tot stand te brengen Adoptie Vervolgens is adoptie ook één van de manieren om juridisch ouder te worden van een kind. Door adoptie komt het kind in familierechtelijke betrekkingen te staan tot de adoptiefouders, terwijl de juridische banden met de biologische ouders worden verbroken (art. 1:229 lid 1 en 2 BWA). Adoptie geschiedt op verzoek van een echtpaar of op verzoek van één persoon alleen. Het verzoek wordt alleen toegewezen indien de adoptie in het kennelijk belang is van het kind en aan de wettelijke voorwaarden uit art. 1:228 BWA wordt voldaan (art. 1:227 BWA) Gerechtelijke vaststelling van het vaderschap Bij de invoering van het Burgerlijk Wetboek van Aruba in 2002 is er voor gekozen om invoering van de gerechtelijke vaststelling van het vaderschap vooralsnog uit te stellen. 45 Volgens de Arubaanse wetgever gaat het om een maatschappelijke zeer gevoelig en controversieel onderwerp, waarbij diepgewortelde morele en godsdienstige overtuigingen betrokken zijn en waarbij de belangen van de personen waarom het gaat, niet zonder meer parallel lopen. De maatschappelijke discussie is ten aanzien van deze kwestie nog onvoldoende uitgekristalliseerd. 46 De Arubaanse wetgever vond op het moment van de herziening van het personen- en familierecht in 2002 het dus niet verstandig het leerstuk van gerechtelijk vaststelling van het vaderschap in te voeren. Er ligt momenteel bij de Staten een ontwerp Landsverordening om het Burgerlijk Wetboek van Aruba te wijzigen waarin het gerechtelijk vaststelling van het vaderschap wel is opgenomen. Alhoewel de gerechtelijke vaststelling van het vaderschap vooralsnog niet bij wet geregeld is, is 43 MvT Boek 1 BWA, p Zie bijvoorbeeld HR 3 december 1992, NJ 1993/731. In deze zaak is de vader zo kort na de verwekking overleden dat hij de zwangerschap niet kon kennen. Zie ook HR 21 november 1996, NJ 1997/422 waar het ging om een man die in coma raakte vóór de geboorte van het kind en overleed na de geboorte. 45 In Nederland is reeds in 1998 bij Wet van 24 december 1997, Stb. 772 de gerechtelijke vaststelling van het vaderschap ingevoerd en in werking getreden op 1 april MvT Boek 1 BWA, p

19 het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba (hierna: het Hof) met een beroep op de artikelen 8 en 14 EVRM overgegaan tot gerechtelijke vaststelling van het vaderschap. 47 Uitgangspunt is indien er tussen het kind en de verwekker family life van een zodanige aard heeft bestaan, er in beginsel op grond van art. 8 EVRM een positieve verplichting rust op de verdragsluitende staat om vestiging van afstammingsrechtelijke betrekking mogelijk te maken, aldus het Hof. 48 Ondanks vorenstaande overweging is het Hof uitermate terughoudend bij het toewijzen van het verzoek tot gerechtelijke vaststelling van het vaderschap en zal de kans van slagen op casuïstische basis dienen te worden bezien. Zo wees het Hof in juli twee verzoeken tot gerechtelijke vaststelling van het vaderschap ten aanzien van nog in leven zijnde mannen toe terwijl zij in mei een verzoek afwees overwegende dat de wetgever in dit geval dient te worden afgewacht omdat de man overleden was. Kortom, gerechtelijke vaststelling van het vaderschap is niet in de wet geregeld maar wordt wel toegepast door middel van jurisprudentie. Het is echter beperkt tot de verwekker die nog in leven is, voor het geval dat de verwekker is overleden moet er worden gewacht op de wetswijziging. 2.3 De rechten en plichten van de verschillende vaderschapsvormen Ouderlijk gezag Gezien vanuit de wet is de juridische vader de belangrijkste vorm van vaderschap. Als in de wet over de vader wordt gesproken wordt daarmee de juridische vader bedoeld, de meeste rechten en plichten worden namelijk toegekend aan de juridische vader. Een belangrijk recht dat alleen toekomt aan de juridische vader is het ouderlijk gezag. Het uitgangspunt van de wet is dat minderjarigen onder gezag staan (art. 1:245 BWA). Het gezag heeft volgens art. 1:245 lid 4 BWA betrekking op de persoon van de minderjarige, het bewind over zijn vermogen en zijn vertegenwoordiging in burgerlijke handelingen zowel in als buiten rechte. De wet stelt dat het ouderlijk gezag de plicht en het recht van ouders omvat om zelf hun minderjarige kinderen te verzorgen en op te voeden. Hieronder wordt mede verstaan de zorg en de verantwoordelijkheid voor het geestelijk en lichamelijk welzijn en de veiligheid van het kind, evenals het bevorderen van de ontwikkeling van diens persoonlijkheid (art. 1:247 BWA). Indien de ouders het niet eens zijn, kunnen ze een geschil omtrent gezagsuitoefening aan de rechter voorleggen (art. 1:253a BWA). 47 GHvJNAA 11 september 2001, NJ 2002/40; GHvJNAA 16 juli 2009, EJ /08 H. 25/09 en GHvJNAA 16 juli 2009, EJ 724/08 H. 534/ GHvJNAA 11 september 2001, NJ 2002/40. In deze zaak ging het om een moeder die ten tijde van de geboorte van het kind gehuwd was maar de echtgenoot was niet de verwekker van het kind. Het kind heeft in gezinsverband geleefd met haar moeder en de verwekker. De verwekker heeft haar willen erkennen, hetgeen niet mogelijk was doordat de echtgenoot van de moeder de juridische vader van het kind was. De verwekker is in 1997 overleden in 1998 is de ontkenning van het vaderschap van de echtgenoot van de moeder op zijn verzoek gegrond verklaard. 49 GHvJNAA 16 juli 2009, EJ /08 H. 25/09 en GHvJNAA 16 juli 2009, EJ 724/08 H. 534/ GHvJNAA 12 mei 2009, EJ 562A/02 HAR 157/07. 19

20 Binnen huwelijk Als de vader getrouwd is met de moeder, hebben zij het ouderlijk gezag van rechtswege en oefenen het ouderlijk gezag gezamenlijk uit (art. 1:251 lid 1 BWA). Bij echtscheiding loopt het gezamenlijk gezag op grond van vaste jurisprudentie in principe door, alhoewel art. 1:251 lid 2 BWA anders vermeld. In het huidige art. 1:251 lid 2 BWA is bepaald dat ouders op hun eensluidend verzoek gezamenlijk belast kunnen blijven met de uitoefening van het gezag. Deze eis, dat het verzoek om gezamenlijk gezag slechts van beide ouders afkomstig kon zijn, is op grond van jurisprudentie als in strijd geacht met art. 6 en 8 EVRM. 51 Slechts bij uitzondering belast de rechter één van de ouders met het gezag en alleen nadat een verzoek tot eenhoofdig gezag wordt gedaan. Bij het toewijzen van gezag ofwel bij de beslissing op een verzoek tot wijziging van het gezag, is voor de rechter beslissend hetgeen het meest in het belang van het kind is. 52 In het wetsvoorstel voor herziening van het Burgerlijk Wetboek van Aruba zal art. 1:251 BWA zodanig aangepast worden zodat het in overeenstemming met het EVRM is. In het voorstel is te lezen dat gezamenlijk gezag als voordeel heeft dat beide ouders beter op hun verantwoordelijkheid jegens het kind kunnen worden aangesproken. Bovendien wordt de inmenging door de overheid in het recht op eerbiediging van family life (art. 8 EVRM) bij scheiding zo beperkt mogelijk gehouden. Ook positief te waarderen is dat het verschil met ongehuwde ouders die in het gezagsregister de aantekening van gezamenlijk gezag als bedoeld in art. 1:252 BWA hebben gedaan en nadien uit elkaar gaan, wordt verkleind Buiten huwelijk Als de vader niet is getrouwd met de moeder maar wel de juridische vader is van het kind, dan kan hij samen met de moeder het gezamenlijk gezag uitoefenen door middel van een aantekening in het gezagsregister (art. 1:252 lid 1 jo. 244 BWA). Zowel de moeder als de vader moet de gezamenlijke gezagsuitoefening wensen, maar het is niet vereist dat zij samenwonen of samenleven. 54 Het vereiste op hun beider verzoek is echter een ongeoorloofde beperking van het door art. 6 lid 1 EVRM aan de vader gegarandeerde recht op toegang tot de rechter ter vaststelling van zijn aan art. 8 EVRM ontleende aanspraak op bescherming van zijn recht op the 51 Zie o.a. HR 28 maart 2008, NJ 2008/189;HR 15 februari 2008, NJ 2008/107 (het aan art. 8 lid 1 EVRM ontleende recht van de niet met het ouderlijk gezag belaste ouder op the exercise of parental rights verzet zich niet slechts tegen de bepaling dat het gezamenlijk gezag slechts door beide ouders kan worden verzocht, maar evenzeer tegen de daaraan ten grondslag liggende regel van materieel recht dat gezamenlijk gezag slechts kan worden toegekend indien beide ouders daarmee instemmen); GHvJNAA 3 juli 2008, H- 27/08; GHvJ 16 augustus 2011, EJ 793/10 H. 75/11 en GHvJ 15 maart 2011, EJ 2621 en 2674/09 H. 41/ MvT Boek BWA, p. 90 en HR 10 september 1999, NJ 2000/ Memorie van Toelichting bij OLV wijziging BWA (AB 89 GT 100) i.v.m. een aantal onderwerpen die nog een regeling of aanpassing in het BWA behoeven (Aanvulling BWA), p MvT Boek 1 BWA, p

21 exercise of parental rights, aldus de Hoge Raad. 55 Het voorgaande leidt ertoe dat in overeenstemming met art. 6 lid 1 EVRM art. 1:253c lid 1 BWA aldus moet worden uitgelegd dat de vader niet alleen om toekenning van eenhoofdig, maar ook van gezamenlijk gezag over het kind kan verzoeken. Art. 1:253e BWA moet vervolgens zodanig uitgelegd worden dat, indien het verzoek van de vader ingevolge art. 1:253c lid 1 BWA tot toekenning van gezamenlijk gezag over het kind wordt ingewilligd, dit tot gevolg heeft dat, indien de moeder het gezag tot dusverre alleen uitoefende, zij dit voortaan gezamenlijk met de vader uitoefent. 56 In het wetsontwerp zijn beide artikelen overeenkomstig aangepast Omgang, informatie en consultatie Bij het omgangsrecht is het onderscheid tussen de juridische, biologische en sociale vader ook van belang. Het kind en de niet met gezag belaste ouder hebben een wederzijds recht op omgang met elkaar (art. 1:377a lid 1 BWA). Dit geldt alleen ten aanzien van de niet met gezag belaste ouder omdat ouderlijk gezag impliceert het recht op omgang. De biologische vader die het kind niet heeft erkend, is niet een ouder in de zin van art. 1:377a BWA. 57 Met ouder is immers de juridische ouder bedoeld. De biologische vader of sociale vader hebben geen recht op omgang, maar hebben wel het recht om de rechter te verzoeken een omgangsregeling vast te stellen (art. 1:377f BWA). De juridische vader is altijd ontvankelijk in zijn verzoek tot omgang, terwijl de biologische vader of sociale vader moet aantonen dat hij in een nauwe persoonlijke betrekking tot het kind staat. 58 Wanneer er sprake is van een nauw persoonlijke betrekking is afhankelijk van de omstandigheden van het geval. Naast een recht op omgang, bestaat er voor de juridische vader zonder gezag een recht op informatie en consultatie. De moeder is gehouden de juridische vader zonder gezag informatie te strekken en te consulteren over belangrijke zaken met betrekking tot het kind en het vermogen van het kind (art. 1:377b lid 1 BWA). Het recht op informatie en consultatie bestaat als gevolg van art. 1:377b lid 1 BWA alleen voor de juridische vader en niet voor de biologische of sociale vader. Dit betekent dat de biologische vader of sociale vader ingeval ze een recht op informatie willen beroep zullen moeten blijven doen op art. 8 EVRM. Het recht op omgang, informatie en consultatie wordt uitgebreid behandeld in hoofdstuk Onderhoudsplicht De verplichting van ouders tot het voorzien in de kosten van verzorging en opvoeding van hun kinderen vloeit voort uit ouderschap. 59 De onderhoudsplicht 55 HR 27 mei 2005, NJ 2005/485, m.nt. J. de Boer, bevestigd in HR 28 april 2006, NJ 2006/284; HR 28 april 2006, LJN AV0656 en HR 12 december 2008, NJ 2009/ Zie r.o. 3.5 van HR 27 mei 2005, NJ 2005/485, m.nt. J.de Boer. 57 HR 15 november 1996, NJ 1997/423, m.nt. J. de Boer. Zie ook HR 5 juni 1998, NJ 1999/129, m.nt. J. de Boer; HR 19 mei 2000, NJ 2000/545, m.nt. S.F.M. Wortmann; HR 9 december 2005, NJ 2006/205 m.nt. S.F.M. Wortmann evenals HR 24 maart 2006, NJ 2006/ De Hondt 2002, p De Hondt 2002, p. 64. Zie ook HR 17 februari 2011, NJ 2011/90. 21

22 geldt in eerste instantie voor de juridische vader ten aanzien van zijn minderjarige (art. 1:392 BWA) en jongmeerderjarige (art. 1:395a BWA) kinderen. De juridische vader is gehouden tot het verstrekken van levensonderhoud rekening houdend met de draagkracht van de juridische vader (art. 1:397 BWA). Voor wat betreft het jongmeerderjarige kind wordt de omvang van de onderhoudsplicht bepaald door de kosten van levensonderhoud en studie (art. 1:395a lid 1 BWA). De verwekker van een kind dat alleen een moeder heeft, evenals de levensgezel van de moeder die heeft ingestemd met een daad die de verwekking van het kind tot gevolg kan hebben gehad, heeft ook een wettelijke onderhoudsplicht als ware hij ouder (art. 1:394 BWA). Voor kinderen tot 21 jaar is die verplichting qua omvang en duur gelijk aan die van de verplichting van de juridische vader. Indien het kind in een familierechtelijk betrekking tot een andere man komt te staan, vervalt de onderhoudsplicht van de verwekker of instemmende levensgezel. De Hoge Raad heeft hierop een uitzondering aanvaard, indien op grond van art. 8 EVRM family life bestaat tussen het kind en de verwekker en van de juridische vader geen onderhoud kan worden verkregen of van de moeder redelijkerwijs niet kan worden gevergd dat ze de juridische vader aanspreekt, dan kan de verwekker toch gehouden zijn tot het verstrekken van levensonderhoud Eindigen van het vaderschap Verlies van het sociaal vaderschap Vaderschap kan ontstaan maar ook weer eindigen. Dit geldt alleen voor het sociale en juridische vaderschap. Biologisch vaderschap is blijvend, de bloedband kan immers door niemand worden verbroken. Het sociaal vaderschap van de vader die een relatie heeft met de gezagdragende moeder kan ophouden te bestaan wanneer deze relatie eindigt en er geen sprake is van een effectieve omgangsregeling. Indien het kind in een pleeggezin is geplaatst, kunnen de juridische ouders hun kind weer opeisen en terughalen waardoor het sociaal vaderschap van een pleegvader aan een einde komt. Om te voorkomen dat het kind terug gaat naar een situatie die niet bevorderlijk is voor de ontwikkeling van een kind is er een blokkaderecht opgenomen in de wet, namelijk wanneer een kind langer dan één jaar in een pleeggezin heeft gewoond, kan hij niet zomaar uit die vertrouwde omgeving worden gehaald zonder toestemming van de pleegouders (art. 1:253s BWA) 61. Er moet echter een geldige reden zijn om beroep te doen op dit blokkaderecht, te denken valt aan de situatie waarbij de ouders drugsverslaafden zijn en hun kind terug willen. Het is in het belang van het kind dat hij opgroeit in een stabiele en duidelijke omgeving, dit is namelijk essentieel voor de ontwikkeling van het kind. 60 HR 26 april 1996, NJ 1997/ Het blokkaderecht geldt alleen wanneer een kind met instemming van haar of zijn ouders in een pleeggezin is geplaatst, dus er is geen sprake van een ondertoezichtstelling met uithuisplaatsing. 22

Het conceptwetsvoorstel lesbisch ouderschap onder de loep

Het conceptwetsvoorstel lesbisch ouderschap onder de loep Het conceptwetsvoorstel lesbisch ouderschap onder de loep Machteld Vonk Inleiding Eindelijk is het zover: de regering is gekomen met een conceptwetsvoorstel om het ouderschap van lesbische paren te regelen.

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 27 047 Wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek in verband met het gezamenlijk gezag van rechtswege bij geboorte tijdens een geregistreerd

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2013 480 Wet van 25 november 2013 tot wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek in verband met het juridisch ouderschap van de vrouwelijke partner

Nadere informatie

Minderjarigheid in het recht

Minderjarigheid in het recht Minderjarigheid in het recht Minderjarigen zijn personen onder de 18 jaar, tenzij voor hun 18e levensjaar huwelijk, geregistreerd partnerschap (GP) of meerderjarigverklaring van moeder van 16/17 jr Twee

Nadere informatie

MEMORIE VAN TOELICHTING

MEMORIE VAN TOELICHTING Wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek in verband met het ontstaan van het moederschap van rechtswege van en de mogelijkheid van erkenning door de vrouwelijke partner van de moeder MEMORIE VAN

Nadere informatie

Gezagsdragers hebben (anders dan pleegouders) de plicht te voorzien in het levensonderhoud van het kind waarover zij het gezag uitoefenen.

Gezagsdragers hebben (anders dan pleegouders) de plicht te voorzien in het levensonderhoud van het kind waarover zij het gezag uitoefenen. GEZAG EN VOOGDIJ WAT IS GEZAG? De wet geeft als omschrijving van gezag: de plicht en het recht om een minderjarig kind (dat is een kind jonger dan 18 jaar) te verzorgen en op te voeden. Wat betekent dit

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1995 1996 23 714 Wijziging van, onder meer, Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek in verband met invoering van medevoogdij en gezamenlijke voogdij Nr. 7 NOTA

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 551 Wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek in verband met verkorting van de adoptieprocedure en wijziging van de Wet opneming buitenlandse

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 032 Wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek in verband met het juridisch ouderschap van de vrouwelijke partner van de moeder anders

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 29 353 Wijziging van enige bepalingen van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek met betrekking tot het geregistreerd partnerschap, de geslachtsnaam

Nadere informatie

De rechtspositie van de verwekker indien het kind reeds twee juridische ouders heeft

De rechtspositie van de verwekker indien het kind reeds twee juridische ouders heeft Scriptie Rechtsgeleerdheid De rechtspositie van de verwekker indien het kind reeds twee juridische ouders heeft Tijd voor verandering? Naam: Imke Jansen ANR: 767356 Voorwoord Voor u ligt mijn scriptie

Nadere informatie

A 2011 N 57 PUBLICATIEBLAD

A 2011 N 57 PUBLICATIEBLAD A 2011 N 57 PUBLICATIEBLAD LANDSVERORDENING van de 15de december 2011 tot wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek ter zake van gezamenlijk gezag over minderjarige kinderen (Landsverordening gezamenlijk

Nadere informatie

239. Duomoederschap anno 2014

239. Duomoederschap anno 2014 239. Duoschap anno 2014 Mr. dr. M.J. Vonk Vanaf 1 april 2014 is het mogelijk om via het afstammingsrecht twee juridische s te hebben. Op de geboorteakte staan dan een en een uit wie het kind is geboren.

Nadere informatie

Is een prenatale aantekening in het gezagsregister van gezamenlijk gezag van ongehuwde ongeregistreerde ouders mogelijk?

Is een prenatale aantekening in het gezagsregister van gezamenlijk gezag van ongehuwde ongeregistreerde ouders mogelijk? Rotterdam Institute of Private Law Accepted Paper Series Is een prenatale aantekening in het gezagsregister van gezamenlijk gezag van ongehuwde en ongeregistreerde ouders mogelijk? A.J.M. Nuytinck Published

Nadere informatie

VOORJAARSWIJZIGINGEN FAMILIERECHT mr. L.H.M. Zonnenberg

VOORJAARSWIJZIGINGEN FAMILIERECHT mr. L.H.M. Zonnenberg VOORJAARSWIJZIGINGEN FAMILIERECHT mr. L.H.M. Zonnenberg Op 12 februari 2009 verscheen het Koninklijk Besluit van 6 februari 2009. Dat KB regelt de inwerkingtreding van onder meer de Wet van 9 oktober 2008

Nadere informatie

ECLI:NL:RBOBR:2015:3690

ECLI:NL:RBOBR:2015:3690 ECLI:NL:RBOBR:2015:3690 Instantie Datum uitspraak 19-06-2015 Datum publicatie 14-07-2015 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Oost-Brabant C/01/280880 / FA RK 14-3596_2

Nadere informatie

Wat is gezag? De ouder Gezag en erfrecht Wie heeft het gezag? de NOTARIS en. Gezag. en voogdij

Wat is gezag? De ouder Gezag en erfrecht Wie heeft het gezag? de NOTARIS en. Gezag. en voogdij Wat is gezag? De ouder Gezag en erfrecht Wie heeft het gezag? de NOTARIS en Gezag en voogdij Inhoud Wat is gezag? 2 De ouder 3 Gezag en erfrecht 3 Wie heeft het gezag? 4 Huwelijk 4 Man en vrouw 4 Vrouw

Nadere informatie

ECLI:NL:OGEAA:2017:172

ECLI:NL:OGEAA:2017:172 ECLI:NL:OGEAA:2017:172 Instantie Datum uitspraak 14-03-2017 Datum publicatie 17-03-2017 Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba Zaaknummer EJ nr. 1286 van 2017 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Gehoord de gerechten adviseert de Raad u als volgt. 1

Gehoord de gerechten adviseert de Raad u als volgt. 1 De Minister van Justitie Postbus 20301 2500 EH DEN HAAG Afdeling Ontwikkeling bezoekadres Kneuterdijk 1 2514 EM Den Haag Correspondentieadres Postbus 90613 2509 LP Den Haag datum 2 maart 2010 doorkiesnummer

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1995 1996 24 649 Herziening van het afstammingsrecht alsmede van de regeling van adoptie Nr. 1 KONINKLIJKE BOODSCHAP Aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

Wel of geen juridische bescherming voor meeroudergezinnen?

Wel of geen juridische bescherming voor meeroudergezinnen? Wel of geen juridische bescherming voor meeroudergezinnen? De wenselijkheid van drie of vier ouders NAAM: JOELLE HENDRIKS ADMINISTRATIENUMMER: 477595 SCRIPTIEBEGELEIDER: PROF. MR. P. VLAARDINGERBROEK DATUM:

Nadere informatie

Protocol Informatieverstrekking. november 2017

Protocol Informatieverstrekking. november 2017 Protocol Informatieverstrekking november 2017 1. Inleiding Artikel 11 van de Wet op het Primair Onderwijs (hierna: WPO ) verplicht scholen in algemene zin om te rapporteren over de vorderingen van de leerlingen

Nadere informatie

rechtspositie van de verwekker worden verbeterd wanneer zijn kind geboren wordt binnen een ander huwelijk]

rechtspositie van de verwekker worden verbeterd wanneer zijn kind geboren wordt binnen een ander huwelijk] 2012 Naam: Loes van Thiel ANR: 535277 begeleider: Mr. Smits [ Binnen welk juridisch kader kan de rechtspositie van de verwekker worden verbeterd wanneer zijn kind geboren wordt binnen een ander huwelijk]

Nadere informatie

PUBLICATIEBLAD. LANDSVERORDENING van de 8'*^mei 2010 tot wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek^ (Landsverordening herziening namenrecht)

PUBLICATIEBLAD. LANDSVERORDENING van de 8'*^mei 2010 tot wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek^ (Landsverordening herziening namenrecht) A 2010 l**l N 29 PUBLICATIEBLAD LANDSVERORDENING van de 8'*^mei 2010 tot wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek^ (Landsverordening herziening namenrecht) IN NAAM DER KONINGIN! In overweging genomen

Nadere informatie

Studentnummer Privaatrechtelijke rechtspraktijk, Universiteit van Amsterdam. Mw. mr. M.I. Peereboom- Van Drunick.

Studentnummer Privaatrechtelijke rechtspraktijk, Universiteit van Amsterdam. Mw. mr. M.I. Peereboom- Van Drunick. Een vergelijking tussen huidig recht en toekomstige wetgeving: zorgt het wetsvoorstel Lesbisch ouderschap voor een verbetering van de rechtspositie van de meemoeder en de zaaddonor? Auteur Monique Borsje

Nadere informatie

De in de Wet bevordering voortgezet ouderschap en zorgvuldige scheiding vergeten voogden en het voogdijplan

De in de Wet bevordering voortgezet ouderschap en zorgvuldige scheiding vergeten voogden en het voogdijplan Rotterdam Institute of Private Law Accepted Paper Series De in de Wet bevordering voortgezet ouderschap en zorgvuldige scheiding vergeten voogden en het voogdijplan A.J.M. Nuytinck Published in WPNR, 2008,

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNHO:2016:10882

ECLI:NL:RBNHO:2016:10882 ECLI:NL:RBNHO:2016:10882 Instantie Datum uitspraak 28-12-2016 Datum publicatie 17-01-2017 Rechtbank Noord-Holland Zaaknummer C/15/245613 / FA RK 16-4085 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1996 1997 24 649 Herziening van het afstammingsrecht alsmede van de regeling van de adoptie Nr. 8 GEWIJZIGD VOORSTEL VAN WET 21 oktober 1996 Wij Beatrix,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 29 676 Voorstel van wet van het lid Luchtenveld tot wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek en van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering

Nadere informatie

Eindscriptie Personen & Familierecht. Verdient de niet-juridische vader betere wettelijke bescherming?

Eindscriptie Personen & Familierecht. Verdient de niet-juridische vader betere wettelijke bescherming? Eindscriptie Personen & Familierecht Verdient de niet-juridische vader betere wettelijke bescherming? Auteur: Mark S. Franse Administratienr: S306472 Scriptiebegeleider: Mw. Mr J.A.E. van Raak - Kuiper

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZUT:2012:BX7183

ECLI:NL:RBZUT:2012:BX7183 ECLI:NL:RBZUT:2012:BX7183 Instantie Rechtbank Zutphen Datum uitspraak 06-06-2012 Datum publicatie 12-09-2012 Zaaknummer 123542 FARK 11-1407 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Personen-

Nadere informatie

In hoeverre waarborgt het wetsvoorstel het recht van het kind op kennis van afstammingsgegevens dat voortvloeit uit artikel 7 IVRK?

In hoeverre waarborgt het wetsvoorstel het recht van het kind op kennis van afstammingsgegevens dat voortvloeit uit artikel 7 IVRK? Het wetsvoorstel betreffende de wijzigingen van boek 1 Burgerlijk Wetboek in verband met het juridisch ouderschap van de vrouwelijke partner van de moeder anders dan door adoptie In hoeverre waarborgt

Nadere informatie

Gezag voor de sperma- en eiceldonor als derde persoon?

Gezag voor de sperma- en eiceldonor als derde persoon? Gezag voor de sperma- en eiceldonor als derde persoon? Een onderzoek naar de mogelijkheid voor een uitbreiding van het gezag voor meer dan twee personen vanuit de positie van de sperma- en eiceldonor bezien.

Nadere informatie

Definities van de gehanteerde termen:

Definities van de gehanteerde termen: Protocol Scheiding in school 1 Dit protocol: legt uit wie voor de wet ouder van een kind is; formuleert een aantal richtlijnen waar de school zich aan zal houden om misverstanden te voorkomen; beschrijft

Nadere informatie

Geboren met twee moeders

Geboren met twee moeders Geboren met twee moeders Een onderzoek naar het belang van het kind dat is geboren binnen een lesbische relatie Masterscriptie Jeugdrecht Emma Merkx Naam: E.T.P. Merkx Studentnummer: 0910104 Masteropleiding:

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1997 772 Wet van 24 december 1997 tot herziening van het afstammingsrecht alsmede van de regeling van adoptie Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin

Nadere informatie

PROTOCOL GESCHEIDEN OUDERS. Stichting KBO Haarlem-Schoten

PROTOCOL GESCHEIDEN OUDERS. Stichting KBO Haarlem-Schoten PROTOCOL GESCHEIDEN OUDERS Stichting KBO Haarlem-Schoten December 2016 Inleiding Steeds vaker worden scholen betrokken bij conflicten tussen ouders, die niet meer samen leven. Deze betrokkenheid ontaardt

Nadere informatie

Inleiding. Nederlandse personen- en familierecht. Personen- en familierecht 9

Inleiding. Nederlandse personen- en familierecht. Personen- en familierecht 9 I Inleiding Het Nederlandse personen- en familierecht Het personen- en familierecht is voornamelijk neergelegd in Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek (BW). Het verschaft uiteenlopende regels aan jong en

Nadere informatie

Het gezag over minderjarige kinderen en de andere levensgezel

Het gezag over minderjarige kinderen en de andere levensgezel Het gezag over minderjarige kinderen en de andere levensgezel Prof. mr. A.J.M. Nuytinck, hoogleraar privaatrecht, in het bijzonder personen-, familie- en erfrecht, aan de Erasmus Universiteit Rotterdam

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2004 2005 30 145 Wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek en het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering in verband met het bevorderen van voortgezet

Nadere informatie

Naar afschaffing van de termijnen in het afstammingsrecht?

Naar afschaffing van de termijnen in het afstammingsrecht? Naar afschaffing van de termijnen in het afstammingsrecht? Een rechtsvergelijkend onderzoek naar de termijnen in het Nederlandse en Turkse afstammingsrecht Masterscriptie Rechtsgeleerdheid (oude regeling)

Nadere informatie

Eenzijdig verzoek ongehuwde vader tot gezamenlijk gezag ontvankelijk?

Eenzijdig verzoek ongehuwde vader tot gezamenlijk gezag ontvankelijk? Eenzijdig verzoek ongehuwde vader tot gezamenlijk gezag ontvankelijk? Prof. mr. A.J.M. Nuytinck HR 27 mei 2005, NJ 2005, 485, m.nt. JdB (mrs. P. Neleman, D.H. Beukenhorst, A.M.J. van Buchem-Spapens, P.C.

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1998 1999 26 675 Regeling van het conflictenrecht inzake de familierechtelijke betrekkingen uit hoofde van afstamming (Wet conflictenrecht afstamming) Nr.

Nadere informatie

Mastersthesis Rechtsgeleerdheid Accent Privaatrecht Ruthsainy Mogen

Mastersthesis Rechtsgeleerdheid Accent Privaatrecht Ruthsainy Mogen DE RECHTSPOSITIE VAN DE BEKENDE DONOR; EEN RECHTSVERGELIJKEND PERSPECTIEF Mastersthesis Rechtsgeleerdheid Accent Privaatrecht Ruthsainy Mogen De rechtspositie van de bekende donor Een rechtsvergelijkend

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMAA:2012:BY2805

ECLI:NL:RBMAA:2012:BY2805 ECLI:NL:RBMAA:2012:BY2805 Instantie Rechtbank Maastricht Datum uitspraak 19-04-2012 Datum publicatie 12-11-2012 Zaaknummer 152909 / FA RK 11-238 en 165071 / FA RK 11-1210 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2007:BB1198 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHLEE:2007:BB1198 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer ECLI:NL:GHLEE:2007:BB1198 Instantie Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak 01-08-2007 Datum publicatie 07-08-2007 Zaaknummer 0600575 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Personen- en familierecht

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 2600 5 februari 2013 Advies Raad van State betreffende het wetsvoorstel tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek en het

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2000 2001 Nr. 79 26 862 Wijziging van de regeling in Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek met betrekking tot het naamrecht, de voorkoming van schijnhuwelijken

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNHO:2013:10520

ECLI:NL:RBNHO:2013:10520 ECLI:NL:RBNHO:2013:10520 Instantie Datum uitspraak 16-01-2013 Datum publicatie 12-11-2013 Rechtbank Noord-Holland Zaaknummer 187067 / FA RK 11-3921 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Maart 2012 N. Leeuwrik

Maart 2012 N. Leeuwrik Lesbisch ouderschap: instemmen met het wetsvoorstel lesbisch ouderschap of vasthouden aan de vereenvoudigde adoptieprocedure? In hoeverre worden de belangen van het kind gewaarborgd in het wetsvoorstel

Nadere informatie

Twee moeders en dan? De moeilijke positie van moeder, meemoeder en kind.

Twee moeders en dan? De moeilijke positie van moeder, meemoeder en kind. Twee moeders en dan? De moeilijke positie van moeder, meemoeder en kind. Twee moeders en dan? De moeilijke positie van moeder, meemoeder en kind. Masterscriptie Rechtsgeleerdheid Accent Privaatrecht door

Nadere informatie

ANNOTATIES. Vernietiging door verwekker van erkenning door niet-verwekker. Prof.mr. A.J.M. Nuytinck

ANNOTATIES. Vernietiging door verwekker van erkenning door niet-verwekker. Prof.mr. A.J.M. Nuytinck Vernietiging door verwekker van erkenning door niet-verwekker Prof.mr. A.J.M. Nuytinck HR 12 november 2004, JOL 2004, 578, RvdW 2004, 125 (mrs. P. Neleman, D.H. Beukenhorst, A.M.J. van Buchem-Spapens,

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2002 153 Wet van 14 maart 2002, houdende regeling van het conflictenrecht inzake de familierechtelijke betrekkingen uit hoofde van afstamming (Wet

Nadere informatie

Afstamming. U hebt vragen over uw afstamming of over de afstamming van uw kind

Afstamming. U hebt vragen over uw afstamming of over de afstamming van uw kind Afstamming U hebt vragen over uw afstamming of over de afstamming van uw kind Inhoud Afstamming in het Belgische recht...3 Afstamming krachtens de wet...4 Afstamming langs moederszijde...4 Afstamming langs

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 032 Wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek in verband met het juridisch ouderschap van de vrouwelijke partner van de moeder anders

Nadere informatie

Training complexe echtscheidingen. 1 Regio Gooi en Vechtstreek

Training complexe echtscheidingen. 1 Regio Gooi en Vechtstreek Training complexe echtscheidingen 1 Regio Gooi en Vechtstreek Training complexe echtscheidingen Programma: 13.45 u Inloop 14.00 u Opening Catelijne van der Hoeven, stafarts Jeugd en Gezin 14.05 Juridisch

Nadere informatie

Masterscriptie Personen- en Familierecht

Masterscriptie Personen- en Familierecht Masterscriptie Personen- en Familierecht Dient er een mogelijkheid te komen voor de verwekker om het door huwelijk ontstane vaderschap aan te kunnen tasten? K.H.J. Vermariën ANR 829025 Universiteit van

Nadere informatie

De Arubaanse en de Curaçaose verwekker en de nationaliteit van het door hen postnataal erkende kind

De Arubaanse en de Curaçaose verwekker en de nationaliteit van het door hen postnataal erkende kind De Arubaanse en de Curaçaose verwekker en de nationaliteit van het door hen postnataal erkende kind Prof. mr. A.J.M. Nuytinck HR 26 januari 2007, LJN: AZ1624, NJ 2007, 73, Arubaanse zaak, alsmede HR 26

Nadere informatie

JPF 2012/161 Rechtbank Dordrecht 30 mei 2012, 96504/FA RK ; 96507/FA RK ; LJN BW7709. ( mr. Haerkens-Wouters )

JPF 2012/161 Rechtbank Dordrecht 30 mei 2012, 96504/FA RK ; 96507/FA RK ; LJN BW7709. ( mr. Haerkens-Wouters ) JPF 2012/161 Rechtbank Dordrecht 30 mei 2012, 96504/FA RK 12-7108; 96507/FA RK 12-71111; LJN BW7709. ( mr. Haerkens-Wouters ) [Verzoekster] te [adres verzoekster], verzoekster, advocaat: mr. M. Huisman

Nadere informatie

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen The following full text is a publisher's version. For additional information about this publication click this link. http://hdl.handle.net/2066/54435

Nadere informatie

Wet bevordering voortgezet ouderschap en zorgvuldige scheiding

Wet bevordering voortgezet ouderschap en zorgvuldige scheiding Ouderschapsplan opstellen bij scheiding en afschaffing van flitsscheiding Maart 2009 / F&A 9882 Ministerie van Justitie Directie Voorlichting Schedeldoekshaven 100 Postbus 20301 2500 EH Den Haag T 070

Nadere informatie

Omgangsrecht voor grootouders en kleinkinderen

Omgangsrecht voor grootouders en kleinkinderen Omgangsrecht voor grootouders en kleinkinderen Mr. C.J.B. Kleinhuis III Omgangsrecht voor grootouders en kleinkinderen Omgangsrecht voor grootouders en kleinkinderen Mr. C.J.B. Kleinhuis Dit boek is gebaseerd

Nadere informatie

Gelijkwaardig ouderschap en co-ouderschap; belang van kind doorslaggevend

Gelijkwaardig ouderschap en co-ouderschap; belang van kind doorslaggevend Regelingen en voorzieningen CODE 7.2.3.38 Gelijkwaardig ouderschap en co-ouderschap; belang van kind doorslaggevend jurisprudentie bronnen EB, Tijdschrift voor scheidingsrecht, afl. 10 - oktober 2010 Gerechtshof

Nadere informatie

Reactie op concept-wetsvoorstel lesbisch ouderschap

Reactie op concept-wetsvoorstel lesbisch ouderschap Reactie op concept-wetsvoorstel lesbisch ouderschap ten behoeve van de internetconsultatie van het Ministerie van Justitie www.internetconsultatie.nl/ouderschapduomoeder door Kees Waaldijk universiteit

Nadere informatie

Wie wordt de tweede ouder? De biologische vader en de duomoeder in juridische strijd verwikkeld, nu en in de toekomst

Wie wordt de tweede ouder? De biologische vader en de duomoeder in juridische strijd verwikkeld, nu en in de toekomst Wie wordt de tweede ouder? De biologische vader en de duomoeder in juridische strijd verwikkeld, nu en in de toekomst Anne Mollema Inleiding Als er één vakgebied bestaat binnen het civiele recht waar het

Nadere informatie

Ouderschap, gezag en scheiding

Ouderschap, gezag en scheiding Ouderschap, gezag en scheiding mr. Paulien Boerkamp met dank aan: mr. Lydia Janssen 2 en 12 maart 2015 Programma Twee soorten juridische banden met kind: 1. Ouderschap (= familie) 2. Gezag (= zeggenschap)

Nadere informatie

MEMORIE VAN TOELICHTING ALGEMEEN. 1. Inleiding

MEMORIE VAN TOELICHTING ALGEMEEN. 1. Inleiding Wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering teneinde nader inhoud te geven aan het beginsel van openbaarheid van de behandeling van zaken betreffende personen- en familierecht MEMORIE VAN

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2017:1856

ECLI:NL:RVS:2017:1856 ECLI:NL:RVS:2017:1856 Instantie Raad van State Datum uitspraak 12-07-2017 Datum publicatie 12-07-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201608063/1/A2 Eerste

Nadere informatie

SAMENLEVINGVORMEN EN SAMENLEVINGSCONTRACT

SAMENLEVINGVORMEN EN SAMENLEVINGSCONTRACT SAMENLEVINGSVORMEN SAMENLEVINGVORMEN EN SAMENLEVINGSCONTRACT Algemeen De gevolgen van het huwelijk en het geregistreerd partnerschap worden in de wet uitgebreid geregeld. Andere samenwonenden worden door

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 29 353 Wijziging van enige bepalingen van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek met betrekking tot het geregistreerd partnerschap, de geslachtsnaam

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2012:25290

ECLI:NL:RBSGR:2012:25290 ECLI:NL:RBSGR:2012:25290 Instantie Datum uitspraak 12-11-2012 Datum publicatie 19-11-2013 Rechtbank 's-gravenhage Zaaknummer 422786 FA RK 12-5036 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Ter attentie van de leden van de Vaste Kamercommissie voor Veiligheid en Justitie

Ter attentie van de leden van de Vaste Kamercommissie voor Veiligheid en Justitie De Kinderombudsman Position paper kleinkinderen en omgang na scheiding 1 april 2015 Ter attentie van de leden van de Vaste Kamercommissie voor Veiligheid en Justitie Inleiding De Kinderombudsman is door

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1992-1993 23029(R1461) Wijzigïng van de Rijkswet op het Nederlanderschap Nr. 1 KONINKLIJKE BOODSCHAP Aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal, de Staten van

Nadere informatie

JPF 2013/149 Rechtbank 's-gravenhage 23 oktober 2012, 422965/FA RK 12-5121; ECLI:NL:RBSGR:2012:BY2371. ( mr. Bellaart )

JPF 2013/149 Rechtbank 's-gravenhage 23 oktober 2012, 422965/FA RK 12-5121; ECLI:NL:RBSGR:2012:BY2371. ( mr. Bellaart ) JPF 2013/149 Rechtbank 's-gravenhage 23 oktober 2012, 422965/FA RK 12-5121; ECLI:NL:RBSGR:2012:BY2371. ( mr. Bellaart ) [De vrouw] te [woonplaats vrouw], hierna: de vrouw, advocaat: mr. L.J. Zietsman te

Nadere informatie

Protocol informatieverstrekking school naar leerlingen en ouders, voogden en verzorgers

Protocol informatieverstrekking school naar leerlingen en ouders, voogden en verzorgers Protocol informatieverstrekking school naar leerlingen en ouders, voogden en verzorgers De Thermiek heeft te maken met verschillende groepen die in meerdere of mindere mate rechten kunnen doen gelden op

Nadere informatie

ECLI:NL:RBGEL:2017:2594

ECLI:NL:RBGEL:2017:2594 ECLI:NL:RBGEL:2017:2594 Instantie Rechtbank Gelderland Datum uitspraak 11-04-2017 Datum publicatie 10-05-2017 Zaaknummer C/05/290891 / FA RK 15-3197 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

JPF 2013/115 Rechtbank Den Haag 11 februari 2013, C/09/419508 FA RK 12-3722; ECLI:NL:RBDHA:2013:BZ3284. ( mr. Brakel )

JPF 2013/115 Rechtbank Den Haag 11 februari 2013, C/09/419508 FA RK 12-3722; ECLI:NL:RBDHA:2013:BZ3284. ( mr. Brakel ) JPF 2013/115 Rechtbank Den Haag 11 februari 2013, C/09/419508 FA RK 12-3722; ECLI:NL:RBDHA:2013:BZ3284. ( mr. Brakel ) [De minderjarige], geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats], Frankrijk, wonende

Nadere informatie

De spermadonor en zijn recht op omgang met het kind In hoeverre dient de spermadonor een recht op omgang te hebben, mede gelet op het belang van het

De spermadonor en zijn recht op omgang met het kind In hoeverre dient de spermadonor een recht op omgang te hebben, mede gelet op het belang van het De spermadonor en zijn recht op omgang met het kind In hoeverre dient de spermadonor een recht op omgang te hebben, mede gelet op het belang van het kind en het familie- en gezinsleven in de zin van artikel

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:2709

ECLI:NL:CRVB:2017:2709 ECLI:NL:CRVB:2017:2709 Instantie Datum uitspraak 02-08-2017 Datum publicatie 08-08-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 16/1541 WSF Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBASS:2011:BP3458

ECLI:NL:RBASS:2011:BP3458 ECLI:NL:RBASS:2011:BP3458 Instantie Rechtbank Assen Datum uitspraak 26-01-2011 Datum publicatie 07-02-2011 Zaaknummer 82435 FA RK 10-2820 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Personen-

Nadere informatie

Het juridisch ouderschap: meer dan alleen biologische afstamming

Het juridisch ouderschap: meer dan alleen biologische afstamming Het juridisch ouderschap: meer dan alleen biologische afstamming Onderzoek naar het wettelijk vastleggen van het duomoederschap Masterscriptie Universiteit van Tilburg door Jolien Witsmeer 1 Voorwoord

Nadere informatie

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen The following full text is a publisher's version. For additional information about this publication click this link. http://hdl.handle.net/2066/53794

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2010 242 Rijkswet van 17 juni 2010, houdende wijziging van de Rijkswet op het Nederlanderschap met betrekking tot meervoudige nationaliteit en andere

Nadere informatie

Geen ontzegging van omgang voor onbepaalde tijd bij gezamenlijk gezag

Geen ontzegging van omgang voor onbepaalde tijd bij gezamenlijk gezag Geen ontzegging van omgang voor onbepaalde tijd bij gezamenlijk gezag Prof.mr. A.J.M. Nuytinck HR 14 september 2007, LJN: BA5198, NJ 2007, 486 (mrs. J.B. Fleers, O. de Savornin Lohman, A. Hammerstein,

Nadere informatie

De rechten van grootouders

De rechten van grootouders Mr E.L.M. Louwen advocaat familierecht/mediator Bierman advocaten, Tiel De rechten van grootouders Wet Al jaren vragen grootouders aan de rechter om een omgangsregeling met hun kleinkinderen. Al jaren

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2004 2005 29 676 Voorstel van wet van het lid Luchtenveld tot wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek, van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering

Nadere informatie

Statusvoorlichting: het geven van informatie over de afstamming van het kind

Statusvoorlichting: het geven van informatie over de afstamming van het kind Statusvoorlichting: het geven van informatie over de afstamming van het kind Prof. mr. A.J.M. Nuytinck HR 18 maart 2016, ECLI:NL:HR:2016:452 (mrs. E.J. Numann, A.M.J. van Buchem-Spapens, C.A. Streefkerk,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 032 Wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek in verband met het juridisch ouderschap van de vrouwelijke partner van de moeder anders

Nadere informatie

De positie van de biologische vader in het omgangsrecht

De positie van de biologische vader in het omgangsrecht De positie van de biologische vader in het omgangsrecht Mireille Meijering Augustus 2013 Scriptiebegeleider: Maaike Voorhoeve Tweedelezer: Chantal Mak Inhoudsopgave Lijst van afkortingen... 4 Inleiding...

Nadere informatie

INLEIDING De termijnen in het Nederlandse afstammingsrecht Het Nederlandse afstammingsrecht Inleiding...

INLEIDING De termijnen in het Nederlandse afstammingsrecht Het Nederlandse afstammingsrecht Inleiding... INHOUDSOPGAVE INLEIDING... 4 1. De termijnen in het Nederlandse afstammingsrecht... 6 1.1. Het Nederlandse afstammingsrecht... 6 1.1.1. Inleiding... 6 1.1.2. Het door huwelijk ontstane vaderschap... 6

Nadere informatie

ECLI:NL:RBUTR:2005:AS6703

ECLI:NL:RBUTR:2005:AS6703 ECLI:NL:RBUTR:2005:AS6703 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 26-01-2005 Datum publicatie 14-03-2005 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 184276/FA RK04-5055 Personen-

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2015:10059

ECLI:NL:RBAMS:2015:10059 ECLI:NL:RBAMS:2015:10059 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 20-10-2015 Datum publicatie 13-06-2016 Zaaknummer C/13/592460 / JE RK 15-996 Rechtsgebieden Personen- en familierecht Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

ECLI:NL:OGHACMB:2013:BZ9198

ECLI:NL:OGHACMB:2013:BZ9198 ECLI:NL:OGHACMB:2013:BZ9198 Instantie Datum uitspraak 22-01-2013 Datum publicatie 01-05-2013 Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba Zaaknummer

Nadere informatie

Concept-wetsvoorstel lesbisch ouderschap: meemoeder wordt juridisch moeder van rechtswege of door erkenning.

Concept-wetsvoorstel lesbisch ouderschap: meemoeder wordt juridisch moeder van rechtswege of door erkenning. Rotterdam Institute of Private Law Accepted Paper Series Concept-wetsvoorstel lesbisch ouderschap: meemoeder wordt juridisch moeder van rechtswege of door erkenning. A.J.M. Nuytinck Published in WPNR 2010,

Nadere informatie

Rolnummer Arrest nr. 172/2009 van 29 oktober 2009 A R R E S T

Rolnummer Arrest nr. 172/2009 van 29 oktober 2009 A R R E S T Rolnummer 4725 Arrest nr. 172/2009 van 29 oktober 2009 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 323 van het Burgerlijk Wetboek, zoals van kracht vóór de opheffing ervan bij artikel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBHAA:2012:BY6590

ECLI:NL:RBHAA:2012:BY6590 ECLI:NL:RBHAA:2012:BY6590 Instantie Rechtbank Haarlem Datum uitspraak 16-10-2012 Datum publicatie 18-12-2012 Zaaknummer 193036 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Personen- en familierecht

Nadere informatie

Verwekker naast juridische vader onderhoudsplichtig? Prof. mr. A.J.M. Nuytinck

Verwekker naast juridische vader onderhoudsplichtig? Prof. mr. A.J.M. Nuytinck Verwekker naast juridische vader onderhoudsplichtig? Prof. mr. A.J.M. Nuytinck HR 18 februari 2011, LJN: BO9841, NJ 2011, 90 (mrs. D.H. Beukenhorst, W.A.M. van Schendel, F.B. Bakels, C.A. Streefkerk en

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2012 2013 33 032 Wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek in verband met het juridisch ouderschap van de vrouwelijke partner van de moeder anders

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2014:3092

ECLI:NL:GHAMS:2014:3092 ECLI:NL:GHAMS:2014:3092 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 04-03-2014 Datum publicatie 04-08-2014 Zaaknummer 200.123.306/01 Formele relaties Eerste aanleg: ECLI:NL:RBALK:2012:5380, Bekrachtiging/bevestiging

Nadere informatie

Schoolbeleid 2010 2011

Schoolbeleid 2010 2011 Pcb De Hoeksteen Protocol Informeren van gescheiden ouders Schoolbeleid 2010 2011 Protocol Informeren van gescheiden ouders Behandeld in vergadering d.d. 30 november 2010 Instemming / advies MR d.d. 8

Nadere informatie