Regeling spaarverlof primair onderwijs (po)

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Regeling spaarverlof primair onderwijs (po)"

Transcriptie

1 OCenW-Regelingen Bestemd voor: het bevoegd gezag van scholen en centrale diensten vallend onder het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en/of deel II van de Wet op het voortgezet onderwijs. Algemeen verbindend voorschrift Datum: 5 juni 2003 Kenmerk: AP/A&A-2003/24734 Datum inwerkingtreding: zie artikel 19 Geldigheidsduur beleidsregel: n.v.t. Juridische grondslag: zie Gelet op: in de tekst Relatie tot eerdere mededelingen: hangt samen met OCenW-Regeling AB/A&A-1999/53786 van 12 mei 2000 (Uitleg Gele katern 2000, 14) Informatie verkrijgbaar bij: CFI/ICO/PO, tel De minister van onderwijs, cultuur en wetenschappen, Gelet op: artikel 32 (I-C41), zevende lid, van het Rechtspositiebesluit onderwijspersoneel Besluit Artikel 1 Begripsbepalingen 1. De in deze regeling gebruikte begrippen hebben dezelfde betekenis als zij hebben in het Rpbo, voor zover in deze regeling niet anders is bepaald. 2. In deze regeling wordt verstaan onder: a. Rpbo: Rechtspositiebesluit onderwijspersoneel b. fre: formatierekeneenheid c. betrokkene: degene die is aangesteld in de formatie met uitzondering van personeel dat is benoemd: 1. voor vervanging van afwezig personeel ten laste van het Vervangingsfonds; 2. voor een termijn van 6 maanden of korter; 3. in een functie als bedoeld in artikel 173 (I-S102a) van het Rpbo; 4. in een functie als bedoeld in titel 15 (hoofdstuk I-T) van het Rpbo. d. centraal financieel arrangement: het orgaan dat belast is met de uitvoering van dit besluit; e. spaarverlof: het verlof in verband met arbeidsduurverkorting, bedoeld in artikel 32 (I-C41), zevende lid, van het Rpbo; f. spaarperiode: de periode waarin het spaarverlof wordt opgebouwd; g. verzilveringstarief: de geldswaarde per fre ten behoeve van spaarverlof, bedoeld in artikel 123, tweede lid, onderdeel e, van de Wet op het primair onderwijs; artikel 120, tweede lid, onderdeel d, van de Wet op de expertisecentra en artikel 235, tweede lid, onderdeel d, van deel II van de Wet op het voortgezet onderwijs; Artikel 2 Verzoek aan bevoegd gezag 1. Betrokkene verzoekt het bevoegd gezag om te kunnen sparen voor spaarverlof. 2. Betrokkene dient zijn verzoek in bij het bevoegd gezag vóór 1 februari van het schooljaar voorafgaande aan het schooljaar waarin begonnen wordt met sparen. 3. Bij het verzoek maakt betrokkene tevens kenbaar over welke periode en hoeveel uren hij wenst te sparen. NUMMER juni 2003

2 4. Het gedeelte van de betrekkingsomvang bedoeld in artikel 113 (I-P80), eerste lid, onder a en b, van het Rpbo blijft buiten beschouwing voor de vaststelling van de omvang van het spaarverlof. 5. Aan het verzoek wordt slechts dan voldaan, indien de formatie naar het oordeel van het bevoegd gezag hiertoe toereikend is. 6. Het bevoegd gezag deelt zijn beslissing over het verzoek van betrokkene aan betrokkene mede uiterlijk vóór 1 maart voorafgaand aan het schooljaar waarin betrokkene wenst te gaan sparen. 7. In het Decentraal Georganiseerd Overleg kunnen nadere voorwaarden voor het deelnemen aan het spaarverlof worden overeengekomen, welke voorwaarden worden neergelegd in de Collectieve arbeidsovereenkomst primair onderwijs. Artikel 3 Spaarperiode 1. De spaarperiode bedraagt tenminste vijf jaren en voor een betrokkene die op 1 augustus jaar of ouder was, tenminste vier jaren. 2. De spaarperiode bedraagt ten hoogste twaalf jaar. 3. De spaarperiode vangt aan bij het begin van het schooljaar en eindigt bij het einde van het schooljaar, met dien verstande dat bij aanvang van de benoeming, als bedoeld in artikel 156 (I-R108) van het Rpbo, de periode ingaat op de eerste dag na de zomervakantie. 4. De opbouw van het spaarverlof in het schooljaar geschiedt naar evenredigheid per kalendermaand. 5. In afwijking van het vierde lid kan de spaarperiode op een ander tijdstip aanvangen ingeval betrokkene niet bij het begin van het schooljaar is benoemd en hij in zijn vorige dienstverband al spaarde voor het verkrijgen van spaarverlof. Artikel 4 Verlenging en onderbreking spaarperiode 1. Met inachtneming van de maximale spaarperiode kan het bevoegd gezag in overeenstemming met betrokkene op diens verzoek de spaarperiode tweemaal verlengen met minimaal 2 jaar per verlenging. Alleen wanneer betrokkene reeds 11 jaar heeft gespaard, kan de spaarperiode met 1 jaar worden verlengd. 2. Betrokkene dient het verzoek tot het verlengen van de spaarperiode bij het bevoegd gezag in vóór 1 februari van het laatste schooljaar van de overeengekomen spaarperiode. 3. Met inachtneming van artikel 2, vijfde en zevende lid, kan de spaarperiode, na een onafgebroken periode van drie schooljaren, eenmaal worden onderbroken, met dien verstande dat de onderbreking niet tijdens een schooljaar kan plaatsvinden. 4. Op basis van een medische verklaring dan wel indien het derde lid tot onbillijkheden leidt voor de werknemer, kan van het derde lid worden afgeweken. 5. In afwijking van het tweede lid kunnen betrokkene en bevoegd gezag op een later moment, doch uiterlijk 1 juli 2003, afspraken maken over verlenging van de spaarperiode wanneer deze op 1 augustus 2003 verstrijkt. Artikel 5 Vormen van verlof 1. De betrokkene kan het spaarverlof opnemen: a. als sabbatsverlof, in een aaneengesloten periode van verlof van ten hoogste 1659 uren of; b. als seniorenverlof, wanneer betrokkene 52 jaar of ouder is, in een periode van verlof evenredig verdeeld over het schooljaar van tenminste 40 uren per schooljaar, of ten hoogste 830 uren per schooljaar bij een normbetrekking. Indien betrokkene ook reeds gebruik maakt van de Regeling bevordering arbeidsparticipatie ouderen en/of jaarverlof geldt dit maximum voor het spaarverlof, de Regeling bevordering arbeidsparticipatie ouderen en het jaarverlof tezamen. 2. Op verzoek van betrokkene kunnen het bevoegd gezag en betrokkene afspreken dat het verlof, in afwijking van het eerste lid onder a, op de volgende wijze wordt opgenomen: a. als gespreid sabbatsverlof, in meerdere periodes van volledig verlof in periodes van minimaal één schoolweek; b. als deeltijdverlof, in evenredig over het schooljaar verdeelde periodes van tenminste 40 uren per schooljaar, of ten hoogste 830 uren per schooljaar bij een normbetrekking door een betrokkene jonger dan 52 jaar. Indien betrokkene ook gebruik maakt van jaarverlof geldt dit maximum voor het spaarverlof en jaarverlof tezamen. 3. Indien betrokkene werkzaam is in een betrekking kleiner dan de normbetrekking, wordt het aantal uren, genoemd in het eerste en tweede lid, met uitzondering van het in het eerste lid, onder b en tweede lid, onder b, aangegeven aantal van 40 uren naar evenredigheid verminderd. 4. Het bepaalde in het eerste lid, onder a, is niet van toepassing indien het sparen is onderbroken door het gestelde in artikel 8, eerste lid. Artikel 6 Opname spaarverlof 1. Het spaarverlof wordt opgenomen in het schooljaar aansluitend aan de spaarperiode. NUMMER juni 2003

3 2. Bevoegd gezag en betrokkene kunnen afspreken dat het spaarverlof op een later tijdstip wordt opgenomen, de verlofopname begint uiterlijk in het vijfde schooljaar na de spaarperiode. 3. Vóór 1 februari van het schooljaar voor de opname van het spaarverlof deelt betrokkene aan het bevoegd gezag mede in welke vorm hij het spaarverlof wil opnemen. 4. Ingeval betrokkene in aanmerking wil komen voor de toepassing van het seniorenverlof of het deeltijdverlof deelt hij het bevoegd gezag tevens mede voor hoeveel uren per jaar hij verlof wenst op te nemen en op welke wijze hij deze uren wil verdelen binnen een schooljaar. 5. Het bevoegd gezag deelt zijn beslissing over het verzoek van betrokkene mede vóór 1 maart van het schooljaar waarin de spaarperiode eindigt. 6. In afwijking van het derde en vijfde lid kunnen betrokkene en bevoegd gezag op een later moment, doch uiterlijk 1 juli 2003, afspraken maken over de verlofopname in het schooljaar 2003/2004. Artikel 7 Actuele waarde 1. De actuele waarde is de tegenwaarde in geld van het door de betrokkene gespaarde aantal uren op het moment dat de spaarperiode eindigt. 2. De actuele waarde wordt als volgt berekend: (A : 131) x (F x 8,11%) x V waarbij: A = het totaal aantal gespaarde uren dat bestaat uit T + G waarbij: T = het totaal aantal uren dat is gespaard tot het schooljaar waarin de actuele waarde wordt vastgesteld; G = het, naar evenredigheid, in het schooljaar gespaarde aantal uren tot de eerste van de maand voorafgaand aan de maand waarin de actuele waarde moet worden vastgesteld. F = het verbruik van fre s behorende bij de functie waarin de betrokkene is aangesteld als bedoeld in artikel 112 (I-P78) van het Rpbo. V = het verzilveringstarief op het moment dat de actuele waarde moet worden bepaald; 3. Indien de financiële positie van het Centraal financieel arrangement een volledige vergoeding van de actuele waarde voor de herbezetting niet toelaat, wordt het spaarverlof van alle betrokkenen zodanig verminderd dat over het verminderde spaarverlof een vergoeding kan worden gewaarborgd die is gebaseerd op het op dat moment van toepassing zijnde verzilveringstarief. De formele vaststelling van de vermindering vindt plaats in de Sectorcommissie Onderwijspersoneel (SCOP) op basis van een advies van een door de SCOP aan te wijzen externe actuaris. Artikel 8 Sparen tijdens ziekte of periodes van buitengewoon verlof 1. De betrokkene die geheel of gedeeltelijk verlof geniet, doordat hij wegens ziekte geheel of gedeeltelijk verhinderd is zijn arbeid te verrichten, bouwt spaarverlof op gedurende ten hoogste twaalf maanden na de kalendermaand waarin de verhindering is ontstaan. 2. De in het eerste lid vastgestelde termijn eindigt, indien betrokkene ten minste vier weken zijn werkzaamheden daadwerkelijk volledig heeft hervat. 3. Indien betrokkene zijn volledige werkzaamheden hervat na afloop van de in het eerste lid vastgestelde termijn, wordt het opbouwen van spaarverlof hervat vanaf de eerste dag van de kalendermaand waarin de laatste dag van de in het tweede lid genoemde termijn valt. 4. De spaarperiode wordt opgeschort zolang betrokkene lang buitengewoon verlof geniet voor het geheel van zijn werkzaamheden. 5. Indien betrokkene lang buitengewoon verlof geniet voor een deel van zijn werkzaamheden, spaart betrokkene voor het spaarverlof in verhouding tot zijn oorspronkelijke betrekkingsomvang. Artikel 9 Opschorting opname spaarverlof 1. Het spaarverlof wordt opgeschort, indien betrokkene op de eerste dag van het spaarverlof geheel of gedeeltelijk verlof geniet in verband met ziekte of arbeidsongeschiktheid. 2. Behoudens het eerste lid wordt voor betrokkene die spaarverlof geniet en die tevens, gerekend vanaf de eerste ziektedag vier weken verlof geniet wegens ziekte of arbeidsongeschiktheid, het spaarverlof opgeschort voor zolang het verlof wegens ziekte of arbeidsongeschiktheid duurt. 3. Betrokkene die tijdens het spaarverlof voor een gedeelte van zijn betrekking verlof geniet wegens ziekte of arbeidsongeschiktheid, geniet, te rekenen van de eerste ziektedag, na vier weken zijn spaarverlof over dat gedeelte van zijn betrekking waarvoor hij arbeidsgeschikt is. 4. Indien betrokkene tijdens het spaarverlof lang buitengewoon verlof geniet voor een deel zijn werkzaamheden, wordt het spaarverlof volledig opgenomen. 5. Bij volledig lang buitengewoon verlof wordt het spaarverlof opgeschort. Artikel 10 Beëindiging dienstverband 1. Bij beëindiging van het dienstverband in verband met het aanvaarden van een andere dienstbetrekking bin- NUMMER juni 2003

4 nen het onderwijs, bij vrijwillige beëindiging van het dienstverband dan wel bij onvrijwillige beëindiging van het dienstverband in verband met de opheffing van de instelling of betrekking kan betrokkene kiezen tussen: a. het opnemen van spaarverlof vóór de beëindiging van het dienstverband, ongeacht het feit dat de spaarperiode nog niet is voltooid, b. het ontvangen van 70 procent van de actuele waarde, of c. het beheer van het spaarverlof door het Centraal financieel arrangement dan wel door het instellingsbestuur teneinde op enig moment het sparen te hervatten, met dien verstande dat betrokkene uiterlijk binnen een opeenvolgende termijn van vijf jaren kenbaar moet maken dat hij dit spaarverlof wil handhaven. 2. Onder uitsluiting van het eerste lid kan de betrokkene die zijn dienstverband beëindigt in verband met het aanvaarden van andere dienstbetrekking binnen het onderwijs er voor kiezen de actuele waarde door het Centraal financieel arrangement dan wel door het instellingsbestuur over te laten dragen aan de nieuwe werkgever. Artikel 11 Aanvaarding van een dienstverband buiten het onderwijs Bij beëindiging van het dienstverband op verzoek van betrokkene in verband met het aanvaarden van een betrekking buiten het onderwijs kan betrokkene met het vervallen van de andere mogelijkheid kiezen tussen: a. het opnemen van spaarverlof vóór de beëindiging van het dienstverband, ongeacht het feit dat de spaarperiode nog niet is voltooid, b. het ontvangen van 70 procent van de actuele waarde, of c. de aanspraken op spaarverlof door het Centraal financieel arrangement dan wel door het instellingsbestuur laten overdragen aan zijn nieuwe werkgever buiten het onderwijs. Artikel 12 Ontbinding dienstverband anders dan wegens lichamelijke of psychische gebreken Bij beëindiging of ontbinding van het dienstverband op grond van onbekwaamheid of ongeschiktheid dan wel onverenigbaarheid van karakters of bij beëindiging van het dienstverband op staande voet ontvangt betrokkene 70 procent van de actuele waarde. Artikel 13 Overlijden of blijvende volledige arbeidsongeschiktheid 1. Wanneer betrokkene is overleden of bij beëindiging van het dienstverband van betrokkene op grond van blijvende volledige arbeidsongeschiktheid wordt 70 procent van de actuele waarde uitgekeerd aan de nabestaanden van betrokkene dan wel aan betrokkene. 2. Bij aanstelling bij dezelfde werkgever na beëindiging van het dienstverband wegens gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid blijft het spaarverlof geheel gehandhaafd. 3. Bij aanstelling bij een andere werkgever aansluitend aan de beëindiging van het dienstverband op grond van blijvende arbeidsongeschiktheid is artikel 10, eerste lid, onder b of c dan wel het tweede lid, of artikel 11, onder c, van overeenkomstige toepassing op betrokkene. Artikel 14 Inzet spaarverlof voor employability 1. Indien betrokkene het (gespreid) sabbatsverlof opneemt voor een studie en/of activiteiten die bijdragen aan het verhogen van de inzetbaarheid op de arbeidsmarkt van betrokkene, worden de kosten van deze studie dan wel activiteiten in de vorm van een scholingstoelage door de werkgever voor 50 procent vergoed tot een maximum van 1361,-. 2. De kosten van deze scholingstoelage komen ten laste van het schoolbudget. Artikel 15 Verzilvering van fre s Voor zover het bevoegd gezag voor vervanging van de betrokkene spaart via de verzilvering, dient het aantal fre s dat hiervoor in aanmerking komt, te worden verzilverd volgens de formule: TVF = (A : 131) x (% van F) waarin: TVF = te verzilveren fre s; A = het aantal uren dat een betrokkene in het betreffende schooljaar spaart volgens de verzilvering; % = het gemiddeld herbezettingpercentage, waarbij het volgende percentage geldt voor: Onderwijzend personeel en directie: 8,11%; Onderwijsondersteunend personeel: 5,68%; F = het verbruik van fre s behorende bij de functie waarin de betrokkene is aangesteld (artikel I-P78 van het Rpbo). De aldus berekende uitkomst wordt op rekenkundige wijze afgerond op twee decimalen. NUMMER juni 2003

5 Artikel 16 Administratieplicht Ten behoeve van de uitvoering van deze regeling legt het bevoegd gezag in zijn administratie vast: a. het aantal door betrokkene in het desbetreffende schooljaar te sparen uren; b. de functie en de daarbij behorende maximumschaal van betrokkene; c. de overeengekomen spaarduur. Artikel 21 Bekendmaking Deze regeling zal met de toelichting in Uitleg OCenW- Regelingen worden geplaatst. Van deze plaatsing zal mededeling worden gedaan in de Staatscourant. De minister van onderwijs, cultuur en wetenschappen, M.J.A. van der Hoeven Artikel 17 Overgangsregeling voor (voortgezet) speciaal onderwijs Het personeel dat is benoemd aan een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs en door wetswijziging komt te vallen onder de decentrale collectieve arbeidsovereenkomst van het voortgezet onderwijs kan er voor kiezen om: a. vóór de beëindiging van het dienstverband het spaarverlof op te nemen, ongeacht het feit dat de spaarperiode nog niet is voltooid, dan wel b. 70 procent te ontvangen van de actuele waarde, dan wel c. de actuele waarde van het spaarverlof door het Centraal financieel arrangement dan wel door het instellingsbestuur laten overdragen aan zijn nieuwe werkgever. Artikel 18 Intrekking regeling Spaarverlof De regeling spaarverlof (Uitleg OCenW Regelingen 14, 24 mei 2000, kenmerk AB/A&A-1999/53786) wordt ingetrokken. Artikel 19 Inwerkingtreding Deze regeling treedt in werking met ingang van de derde dag na de datum van uitgifte van Uitleg OCenW- Regelingen waarin deze regeling is geplaatst en werkt terug tot en met 1 augustus Artikel 20 Citeertitel Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling spaarverlof primair onderwijs. Toelichting Inleiding Bij de verlaging van de algemene arbeidsduur (adv) is een regeling getroffen waarbij het voor het personeel mogelijk is hieraan invulling te geven door: a) minder te gaan werken door de adv in het jaar zelf op te nemen (jaarverlof), of b) het aantal adv-uren te sparen om zodoende de gespaarde uren op een later tijdstip op te nemen (spaarverlof). Doelstelling van de regeling spaarverlof primair onderwijs is dat betrokkenen sparen voor een langere periode van verlof (sabbatsverlof). Uit arbeidsmarktoverwegingen is in de CAO, Sector Onderwijs (PO, VO), 2003 afgesproken de mogelijkheden voor flexibilisering van de regeling spaarverlof PO te verkennen. Deze verkenning heeft geresulteerd in afspraken tussen Centrales en Werkgeversorganisaties over flexibilisering van de regeling spaarverlof. Het betreft afspraken over: de mogelijkheid dat bevoegd gezag en betrokken werknemer afspraken maken over andere vormen waarin het verlof kan worden opgenomen (gespreid sabbatsverlof, deeltijdverlof); verruiming van de opnametermijn (van 3 naar 5 jaar); verruiming van de verlengingsmogelijkheden (van 1 naar 2 keer). In onderhavige regeling zijn deze afspraken verwerkt. Daarnaast is de regeling redactioneel aangepast om de leesbaarheid te vergroten. Met deze wijzigingen zijn geen inhoudelijke wijzigingen beoogd. Het spaarverlof geeft inhoud aan het zevende lid van artikel 32 (I-C41) van het Rpbo. Na datum van decentralisatie van titel 3 (hoofdstuk I-C) van het Rpbo naar de decentrale CAO-PO, ligt de juridische basis voor de regeling spaarverlof in artikel G22, lid 7 van de CAO-PO gelden. Artikel 32 (I-C41), lid 7 Rpbo wordt in deze regeling nader uitgewerkt in de vorm van een verlofspaarregeling, waar- NUMMER juni 2003

6 bij de jaarlijkse adv (maximaal 131 uur) wordt opgespaard en in principe wordt opgenomen in de vorm van (zie artikel 5): sabbatsverlof, waarbij de gespaarde adv in één keer wordt opgenomen gedurende een lange aanééngesloten verlofperiode; seniorenverlof, waarbij de jaarlijks toegekende en eventueel de opgespaarde adv, na het bereiken van de leeftijd van 52 jaar, wordt opgenomen in de vorm van een reductie van de arbeidsduur. Bevoegd gezag en betrokkene kunnen afspreken dat hiervan wordt afgeweken. Zij kunnen afspreken dat het verlof wordt opgenomen in de vorm van gespreid sabbatsverlof of deeltijdverlof (zie artikel 5, tweede lid). Financiële gevolgen De betrokkene in de zin van deze regeling werkt voor een bepaalde duur meer uren dan waarvoor hij is aangesteld. Op deze wijze spaart de werkgever fre s uit. De uitgespaarde fre s worden tegen een speciaal tarief verzilverd. De financiële middelen die hierdoor vrijkomen dienen gereserveerd te worden om te zijner tijd de vervanger van de verlofganger te betalen. De werkgever kent daardoor geen directe financiële gevolgen. Overleg Over deze regeling heeft overleg plaatsgevonden met de werkgevers in het kader van het Werkgeversberaad en met de centrales van overheids- en onderwijspersoneel in de Sectorcommissie Onderwijspersoneel. Artikelsgewijs Artikel 1 Begripsbepaling In dit artikel is een aantal definities opgenomen, dat wil zeggen definities die een systematische of redactionele vereenvoudiging mogelijk maken. Dit artikel voorkomt dat bij tal van in deze regeling gehanteerde begrippen moet worden verwezen naar een of meer artikelen van het Rpbo. Waar in deze regeling het ontbreken van een verwijzing naar het Rpbo tot onduidelijkheid zou kunnen leiden, is in afwijking van het onderhavige systeem, uitdrukkelijk een dergelijke verwijzing opgenomen. In de regeling is gebruik gemaakt van de nieuwe nummering van het Rpbo, de oude nummering is tussen haakjes toegevoegd. De Stichting Spaarfonds/Sabbatsverlof voor het onderwijs is het orgaan dat het centraal financieel arrangement voor deze regeling uitvoert. Uit de definitie van betrokkene blijkt dat alle werknemers in het primair onderwijs met een vaste aanstelling recht hebben adv-uren te sparen voor spaarverlof. Dit geldt zowel voor onderwijsgevend als voor onderwijsondersteunend personeel en directiepersoneel. De regeling geldt bovendien voor tijdelijke werknemers met een aanstelling van ten minste zes maanden. De regeling is niet van toepassing op personeel dat is aangesteld voor tijdelijke vervanging van afwezig personeel ten laste van het Vervangingsfonds of voor de voorziening in een vacature voor een termijn van 6 maanden of korter. Evenmin geldt de regeling voor personeel dat is aangetrokken in het kader van de Regeling in- en doorstroombanen voor langdurig werklozen (I/D-banen, tot 1 januari 1999 de Regeling extra werkgelegenheid voor langdurig werklozen) (artikel 173 (I-S102a) Rpbo) en voor de leraren in opleiding (LIO) (titel 15 (I-T Rpbo)). Artikel 2 Verzoek aan bevoegd gezag Betrokkene maakt voor 1 februari van het desbetreffende schooljaar waarin begonnen wordt met sparen aan de werkgever de wens kenbaar om aan het spaarverlof deel te nemen. Betrokkene geeft bij de aanvraag spaarverlof aan: de gewenste spaarvariant (51, onderscheidenlijk 131 uur); de gewenste spaarperiode. De spaarvariant die wordt gekozen moet altijd in goed overleg met het bevoegd gezag tot stand komen. Bij een deeltijdbetrekking wordt de omvang van het spaarverlof naar evenredigheid van de normbetrekking toegepast. Bij de vaststelling van de omvang van het spaarverlof blijven de volgende delen van de betrekkingsomvang buiten beschouwing: a. uren boven de normbetrekking; of b. tijdelijke uitbreiding van de betrekkingomvang of benoeming: 1. in verband met vervanging of 2. in verband met een tijdelijke voorziening in een vacature voor ten hoogste één jaar. Voor elke gekozen spaarvariant geldt dat er pas gespaard kan worden, indien de formatie dit toelaat. In het Decentraal Georganiseerd Overleg kunnen nadere voorwaarden voor het deelnemen aan spaarverlof worden overeengekomen, welke voorwaarden worden vastgelegd in de Collectieve arbeidsovereenkomst primair onderwijs. NUMMER juni 2003

7 Het bevoegd gezag toetst het verzoek aan de eisen en voorwaarden en deelt betrokkene zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk 1 maart voorafgaand aan het schooljaar waarin de betrokkene wil beginnen met sparen zijn besluit mede. Artikel 3 Spaarperiode De spaartermijn wordt in overleg tussen betrokkene en het bevoegd gezag bij aanvang van het sparen op verzoek van betrokkene bepaald op minimaal 5 jaar en maximaal 12 jaar. Voor de betrokkene die op 1 augustus jaar of ouder is, geldt een minimale duur van 4 jaar. Het vooraf vastleggen van de spaartermijn is gewenst vanwege de planning van het middelenbeheer. Voor de uitvoerder van de beleggingstaak moet duidelijk zijn op welk moment liquide middelen beschikbaar moeten zijn. Ook voor de werkgever is het van belang de spaartermijn te weten in verband met de planning van toekomstige vervanging. De spaartermijn gaat in beginsel bij aanvang van enig schooljaar in en eindigt bij het einde van een schooljaar. Degenen voor wie op grond van artikel 156 (I-R108) van het Rpbo de benoeming ingaat op de eerste dag na de zomervakantie worden voor het spaarverlof beschouwd als waren zij vanaf de aanvang het schooljaar benoemd. Dit betekent dat zij bij een volledige benoeming eenzelfde aantal uren sparen op jaarbasis als degenen die vanaf het begin van het schooljaar voor een volledige benoeming zijn aangesteld. Om duidelijkheid te geven in de wijze waarop het spaarverlof in een schooljaar wordt opgebouwd, is in het vierde lid bepaald dat dit geschiedt op basis van een evenredige opbouw per kalendermaand. Dit betekent dat als een betrokkene bijvoorbeeld 120 uur per jaar spaart, hij per kalendermaand (120 gedeeld door 12 maanden) 10 uur aan spaarverlof opbouwt. Het moment waarop daadwerkelijk het aantal uren extra wordt gewerkt om het spaarverlof op te bouwen, is dus niet relevant. Dit geldt omgekeerd ook in de bijzondere situaties (artikelen 8 t/m 11) waarbij tussentijds de actuele waarde moet worden vastgesteld. Zie hiervoor het bedoelde onder letter G van de formule waarbij de actuele waarde wordt berekend (artikel 7). In de situatie waarbij de betrokkene op basis van artikel 156 (I-R108) van het Rpbo is aangesteld op de eerste schooldag kan het vanwege administratieve verwerking noodzakelijk zijn dat het te sparen aantal uren voor dat betreffende schooljaar fictief dient te worden opgehoogd. Op deze wijze vindt uiteindelijk een gelijke opbouw aan uren plaats. De verhoging is afhankelijk van de periode die geldt vanaf 1 augustus en de datum van aanstelling. Na afloop van de spaarperiode kan betrokkene opnieuw adv-uren gaan sparen. Wanneer betrokkene ervoor kiest dit in het schooljaar aansluitend op de afgelopen spaarperiode te doen, wordt de betrokkene ingeroosterd voor de jaartaak inclusief de te sparen adv-uren. Het verlof wordt ook volgens dit rooster opgenomen. Enerzijds heeft dit tot gevolg dat betrokkene een iets kortere verlofperiode heeft. Anderzijds hoeven er in verhouding minder extra uren te worden gewerkt in de periode dat geen verlof wordt genoten. De spaarperiode start gewoon aan het begin van het schooljaar. Het vijfde lid regelt dat het sparen alleen lopende een schooljaar kan aanvangen indien er sprake is van een nieuwe dienstbetrekking en betrokkene in de oude dienstbetrekking reeds spaarde voor spaarverlof. Opbouw vindt evenredig naar kalendermaand plaats. Betrokkene heeft geen afdwingbaar recht om te sparen. Of er gespaard kan worden, is namelijk afhankelijk van de schoolsituatie. Artikel 4 Verlenging en onderbreking spaarperiode In overleg tussen betrokkene en bevoegd gezag, kan met inachtneming van de maximale spaartermijn van 12 jaren, op verzoek van betrokkene, de overeengekomen spaartermijn tweemaal, met minimaal 2 jaar per verlenging worden verlengd. Alleen wanneer de betrokkene al 11 jaar heeft gespaard, kan de spaarperiode met 1 jaar worden verlengd. Om de spaarders van wie de spaarperiode per 1 augustus 2003 verstrijkt, ook in de gelegenheid te stellen gebruik te maken van de uitgebreide verlengingsmogelijkheden, is voor hen een uitzondering gemaakt t.a.v. de termijn waarbinnen moet worden aangegeven dat zij hun spaarperiode willen verlengen. Deze spaarders kunnen tot uiterlijk 1 juli 2003 met hun bevoegd gezag afspreken de spaarperiode te verlengen. De overeengekomen spaartermijn kan eenmaal worden onderbroken. Deze onderbreking kan plaatsvinden, nadat 3 aaneengesloten schooljaren is gespaard. Wanneer betrokkene vervolgens het sparen hervat, moet alsnog de overeengekomen spaartermijn worden vol gemaakt. Alleen de jaren waarin daadwerkelijk wordt gespaard, tellen mee voor de spaarperiode, de onderbreking telt dus niet mee voor de spaarperiode. Voor hervatting gelden de voorwaarden, zoals genoemd in artikel 3. De spaartermijn kan, met uitzondering van die gevallen waar sprake is van een medische verklaring, niet lopende een schooljaar worden onderbroken. NUMMER juni 2003

8 Artikel 5 Vormen van verlof Standaardvormen voor de opname van het spaarverlof zijn het sabbatsverlof en het seniorenverlof. De keuze van de vorm waarin het verlof wordt opgenomen, moet altijd in goed overleg tussen de werknemer en het bevoegd gezag tot stand komen, waarbij een evenwichtige afweging dient te worden gemaakt van het belang van de school en het belang van de werknemer. Betrokkene kan het bevoegd gezag verzoeken het verlof op te kunnen nemen in een andere vorm dan bovengenoemde vormen, te weten in de vorm van gespreid sabbatsverlof of deeltijdverlof. Het bevoegd gezag beslist of de situatie op de school dit toelaat (zie artikel 6, vijfde lid). Bij gespreid sabbatsverlof kan de gespaarde adv binnen het tijdvak van vijf aaneengesloten schooljaren in meerdere periodes van minimaal één schoolweek worden opgenomen. Hierbij geldt dat er in die week of weken volledig verlof wordt genoten. Indien er een aantal verlofuren resulteert waarvoor geen hele week verlof kan worden opgenomen, dan worden deze aansluitend dan wel voorafgaand aan een van de verlofperiodes opgenomen. Bij seniorenverlof en deeltijdverlof is de minimaal vereiste omvang 40 uur per schooljaar, zowel voor voltijders als voor deeltijders. Bij (gespreid) sabbatsverlof geldt dat er maximaal een onderbreking mag zijn van 1659 uur, hetgeen gelijk staat aan één schooljaar. Dit maximum wordt ook naar evenredigheid verminderd ingeval van een deeltijd aanstelling. De maximale omvang van seniorenverlof en deeltijdverlof, eventueel gecombineerd met BAPO en/of jaarverlof, bedraagt 50% van de betrekkingsomvang op (school)jaarbasis (= 830 uur bij een normbetrekking). Artikel 6 Opname spaarverlof Het verlof wordt in beginsel in het schooljaar volgend op de overeengekomen spaartermijn opgenomen. Vóór 1 februari van het schooljaar waarin voor het laatst wordt gespaard, meldt betrokkene dat deze het verlof-saldo wil benutten, en in welke vorm betrokkene het verlof wil opnemen. Bij de aanvraag van seniorenverlof of deeltijdverlof geeft betrokkene aan: de gewenste omvang per jaar (minimaal 40 uur); het gewenste opnamepatroon binnen het schooljaar. Vóór 1 maart deelt het bevoegd gezag zijn beslissing aan betrokkene mede. In overleg tussen betrokkene en het bevoegd gezag kan een later tijdstip worden overeengekomen, echter uiterlijk in het vijfde schooljaar volgend op de overeengekomen spaartermijn. Om de spaarders van wie de spaarperiode per 1 augustus 2003 verstrijkt, ook de gelegenheid te bieden gebruik te maken van de nieuwe verlofvormen, is voor hen een uitzondering gemaakt t.a.v. de termijn waarbinnen afspraken moeten worden gemaakt over verlofopname. Deze spaarders kunnen tot uiterlijk 1 juli 2003 afspraken maken met hun bevoegd gezag over de opname van het spaarverlof. Het spaarverlof kan, ongeacht de vorm waarin het wordt opgenomen, ook in het jaar voorafgaand aan (pre)pensionering worden opgenomen, mits dit binnen de termijn van vijf jaar na afloop van de spaarperiode valt. Artikel 7 Actuele waarde Het verzilveringstarief van fre s ten behoeve van spaarverlof bedraagt voor het schooljaar 2002/ ,36 en voor het schooljaar 2003/ ,08. De actuele waarde vertegenwoordigt een formule waarmee een bedrag wordt berekend dat: mede van belang is bij het vaststellen van het geldbedrag dat de werkgever verkrijgt als de verlofganger met verlof gaat, als uitgangspunt dient om een uitkering te berekenen in geval van bijzondere situaties zoals bij beëindiging van het dienstverband in geval van arbeidsongeschiktheid (zie hiervoor de artikelen 11 tot en met 14) dan wel de waarde van het spaarverlof bepaalt bij overgang naar een andere werkgever binnen dan wel buiten het onderwijs (minimale waarde-overdracht). De volgende verduidelijkingen gelden voor de in de formule gehanteerde uitgangspunten: F = betreft het verbruik van de fre s bij de functie op het moment dat de actuele waarde moet worden vastgesteld. V = de waarde van het verzilveringstarief op het moment dat de actuele waarde moet worden vastgesteld. De formule wordt aan de hand van een voorbeeld als volgt verduidelijkt. Voorbeeld Betrokkene beëindigt het dienstverband per 15 januari 2004 en is tot die datum als leraar werkzaam in een LA functie. Betrokkene heeft vanaf 1 augustus 1998 per jaar 51 uur gespaard. Uitwerking: A = T = 255 uur (51 uur x 5 jaar) + G = 21 uur (51 uur x 5 maanden (augustus tot januari) : 12) F = 179 (verbruik fre s leraarsfunctie schaal LA) V = stel 250,08 ( op peildatum 1 augustus 2003) NUMMER juni 2003

9 formule: (( ) : 131) x (179 x 8,11%) x 250,08 = 7648,75 Indien in uitzonderlijke omstandigheden de financiële positie van het CFA een vergoeding gebaseerd op 100% van de actuele waarde van de voor de herbezetting tijdens verlof ingelegde middelen niet toelaat, vindt een vermindering van de verlof-saldi plaats. Deze vermindering is zodanig dat over het resterende verlof-saldo een vergoeding van 100% van het verzilveringstarief kan worden gewaarborgd dat geldt in het schooljaar waarin de vermindering plaatsvindt. In de bestuurlijke Overeenkomst tussen minister van OCenW, de Vereniging Nederlandse Gemeenten, Besturenorganisaties en de Sectorcommissie Onderwijs en Wetenschappen over de invoering van spaarlof in het primair onderwijs is de procedure voor vermindering geschetst. Het bestuur van het CFA stelt vast dat de financiële positie dusdanig is, dat tot vermindering moet worden overgegaan. De formele vaststelling van de vermindering vindt vervolgens plaats in de Sectorcommissie Onderwijspersoneel op basis van een advies van een door de SCOP aan te wijzen externe actuaris. Artikel 8 Sparen tijdens ziekte en periodes van buitengewoon verlof Bij ziekteverlof (zwangerschapsverlof) of arbeidsongeschikt tijdens de opbouw van het spaarverlof geldt het volgende: een betrokkene bouwt spaarverlof op gedurende de periode van 12 maanden aansluitend aan de kalendermaand waarin sprake is van geheel of gedeeltelijk ziekteverlof, met andere woorden: voor een betrokkene die bijvoorbeeld op 15 oktober van een jaar ziek wordt, stopt de opbouw van het spaarverlof per 1 november van het daarop volgende jaar (eerste lid); de termijn die in het eerste lid is vastgesteld eindigt als betrokkene ten minste 4 weken daadwerkelijk volledig zijn dienst heeft hervat, met andere woorden: voor de betrokkene die op 15 oktober ziek is geworden, en op 20 november van hetzelfde jaar weer volledig aan het werk is gegaan en die op 17 december van het betreffende jaar nog volledig werkzaam is, vervalt vanaf dat moment de onder het eerste lid vastgestelde termijn (tweede lid); als een betrokkene beter wordt nadat de onder het eerste lid vastgestelde termijn voorbij is, begint de periode van sparen conform het derde lid vanaf de kalendermaand waarin de laatste dag valt van de periode van 4 weken waarin de betrokkene weer volledig zijn werkzaamheden heeft hervat, met andere woorden: voor de betrokkene waarvoor bijvoorbeeld op 1 december van enig jaar op grond van het eerste lid het spaarverlof is stopgezet en die op bijvoorbeeld 13 maart van het aan- sluitende jaar weer 4 weken zijn werkzaamheden volledig heeft hervat, gaat de opbouw van het spaarverlof verder vanaf 1 maart (derde lid). Bij volledig lang buitengewoon verlof wordt het sparen volledig opgeschort. Bij gedeeltelijk buitengewoon verlof wordt het aantal uren gespaard over het aantal uren van de oorspronkelijke betrekkingsomvang. Artikel 9 Opschorting opname spaarverlof In de situatie dat er sprake is van het opnemen van spaarverlof geldt bij ziekte of arbeidsongeschiktheid het volgende: als betrokkene geheel of gedeeltelijk ziek of arbeidsongeschikt is op het moment dat het spaarverlof ingaat, wordt het spaarverlof volledig opgeschort (eerste lid); het spaarverlof wordt bij gehele of gedeeltelijke ziekte of arbeidsongeschiktheid die aanvangt tijdens de verlofperiode, na 4 weken opgeschort voor de omvang van het ziekteverlof (tweede lid). Betrokkene maakt na 4 weken alleen gebruik van het spaarverlof voor het aantal uren waarvoor deze arbeidsgeschikt is. Het verbruik van het verlof-saldo wordt in deze situatie overeenkomstig aangepast (derde lid). Als er sprake is van (gedeeltelijk) buitengewoon verlof moet het spaarverlof worden opgenomen alsof er geen sprake is van buitengewoon verlof. Bij volledig lang buitengewoon verlof wordt het spaarverlof opgeschort. Artikel 10 Beëindiging dienstverband Artikel 10, eerste lid regelt welke mogelijkheden een betrokkene heeft bij ontslag in verband met het aanvaarden van een betrekking binnen het onderwijs, vrijwillig ontslag of onvrijwillig ontslag in verband met de opheffing van de instelling of de betrekking. Betrokkene heeft dan de keuze uit drie (elkaar uitsluitende) mogelijkheden: a. het verlof wordt, voorafgaande aan de beëindiging van de dienstbetrekking opgenomen, ongeacht het feit of de minimale spaartermijn is vol gemaakt; b. betaling van een genormeerd bedrag, gelijk aan 70 procent van de actuele waarde; c. het verlof-saldo in uren blijft staan (slapend tegoed) teneinde dit bij heraanstelling bij de nieuwe werkgever binnen het onderwijs te laten herleven. Om de vijf jaar meldt betrokkene aan de laatste werkgever of aan de uitvoerder van het CFA of deze nog van het slapende tegoed gebruik wenst te maken. Indien deze melding achterwege blijft, vervalt het tegoed. In het tweede lid is geregeld dat een betrokkene die ontslag neemt in verband met het aanvaarden van andere NUMMER juni 2003

10 dienstbetrekking binnen het onderwijs onder uitsluiting In de voorgaande artikelen is dus geregeld wat er in geval van het eerste lid er voor kan kiezen de actuele waarde van de aangegeven bijzondere omstandigheden mogelijk door het Centraal financieel arrangement dan wel door het is. De uitkering van 70 procent van de actuele waarde is instellingsbestuur over te laten dragen aan de nieuwe een bruto uitkering, hierover moet nog loonheffing worden betaald. Voor de financiering van de werkgeverslasten werkgever. Het aantal verlofuren dat betrokkene meeneemt naar de nieuwe werkgever en waarop hij derhalve ontvangt de werkgever een tegemoetkoming uit het fonds aanspraak heeft, is gelijk aan het aantal uren waarop de van 1,3% van de actuele waarde van het verloftegoed. actuele geldwaarde is gebaseerd. In artikel 4 is aangegeven dat het mogelijk is het sparen te onderbreken. In de situatie dat een betrokkene na verloop van tijd afziet van het sparen, bestaan er geen mogelijkheden om het gespaarde verlof te verdisconteren, met andere Artikel 11 Aanvaarding van een dienstverband buiten het onderwijs niet opeisbaar. De regeling voorziet niet in een financiële woorden: de ingelegde gelden voor het spaarverlof zijn reservering ten bate van de spaarder die leidt tot een op Artikel 11 betreft vrijwillig ontslag in verband met het aanvaarden van een functie buiten het onderwijs. Hier bestaan Betrokkene spaart namelijk uren en geen geld. geld waardeerbare aanspraak jegens zijn bevoegd gezag. drie (elkaar uitsluitende) voor zich sprekende mogelijkheden. Voor onderdeel c geldt echter dat de aanspraak op het spaarverlof kan worden overgedragen aan de nieuwe werkgever buiten het onderwijs als die werkgever ook een rege- employability Artikel 14 Inzet spaarverlof voor ling spaarverlof kent en die regeling wederzijdse herbezettingsreserve-overdracht tegen dezelfde voorwaarde mogelijk maakt. komende kosten zijn de uitgaven in verband met studie De voor vergoeding op grond van dit artikel in aanmerking en/of andere activiteiten die bijdragen aan de employability van betrokkene tijdens het (gespreid) sabbatsverlof. Het Artikel 12 Ontbinding dienstverband voor deze scholingstoelage beschikbare budget wordt vanaf anders dan wegens lichamelijke of psychische schooljaar versleuteld in het schoolbudget. gebreken Artikel 12 gaat over onvrijwillig ontslag in verband met onbekwaamheid- of ongeschiktheid, onverenigbaarheid van karakters en ontslag op staande voet. In die gevallen vindt betaling plaats van een genormeerd bedrag, gelijk aan 70 procent van de actuele waarde. Artikel 13 Overlijden of blijvende volledige arbeidsongeschiktheid Artikel 13 handelt over wat gebeurt met het spaarverlof ingeval van overlijden of bij ontslag wegens blijvende ongeschiktheid op grond van ziekte of gebreken. Bij deze omstandigheden vindt betaling plaats van een genormeerd bedrag, gelijk aan 70 procent van de actuele waarde. Ingevolge het tweede lid blijft bij (her)aanstelling bij de huidige werkgever, overeenkomstig de restcapaciteit van betrokkene, het verlof tegoed volledig gehandhaafd. Volgens het derde lid zijn bij ontslag op grond van ziekte of gebreken en heraan-stelling bij een andere werkgever dezelfde (elkaar uitsluitende) mogelijkheden van toepassing, genoemd in de artikelen 10, onder b of c dan wel tweede lid of artikel 11, onder c. Artikel 15 Verzilvering van fre s Artikel 15 bepaalt via een formule hoeveel fre s er per betrokkene die spaart via de verzilvering, moet worden gereserveerd voor de verzilvering. De uitkomst wordt per betrokkene rekenkundig op 2 decimalen afgerond. In de toetredingsvoorwaarden van het CFA is aangegeven op welke wijze schoolbesturen die zich wensen aan te sluiten bij het CFA, de verzilvering dienen af te dragen. Het specifieke verzilveringstarief voor spaarverlof is gebaseerd op de gemiddelde personeelslast (inclusief sociale lasten). Uit de via verzilvering gereserveerde middelen moeten te zijner tijd de salariskosten van de vervanger, inclusief de over het salaris verschuldigde sociale lasten worden bekostigd. Artikel 16 Administratieplicht De werkgever registreert ten behoeve van de uitvoering van deze regeling: de door betrokkene in het betreffende schooljaar te sparen uren; de functie en de daarbij behorende maximumschaal van betrokkene; de overeengekomen spaarduur. NUMMER juni 2003

11 Artikel 17 Overgangsregeling voor (voortgezet) speciaal onderwijs Betreft een artikel voor het personeel dat is aangesteld aan een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs. Door wetswijziging bestaat de kans dat personeel dat gebruik maakt van het spaarverlof als aangegeven in onderhavige regeling overgaat naar het voortgezet onderwijs. Met de werknemersorganisaties zijn binnen de Regeling spaarverlof voortgezet onderwijs hierover nadere afspraken gemaakt. Bij overgang naar de nieuwe werkgever kan het gespaarde aantal uren worden meegenomen onder de in artikel 1.2 onder b van de Regeling spaarverlof VO aangegeven voorwaarden. Betrokkene verzoekt daarom de actuele waarde van het spaarverlof door het CFA dan wel door het instellingsbestuur over te dragen aan zijn nieuwe werkgever. Betrokkene kan er ook voor kiezen om het opgespaarde verlof uit te laten betalen naar 70 procent van de actuele waarde dan wel vóór de overgang het spaarverlof op te nemen, ongeacht het feit dat de spaarperiode nog niet is voltooid. Ten slotte wordt ter informatie aangegeven dat het mogelijk is dat afhankelijk van de ontwikkeling van het nettorendement van het CFA op de gereserveerde middelen, ruimte ontstaat om bonussen aan de werknemer toe te kennen. De voorwaarden voor toekenning van eventuele verlofbonussen zijn echter geen element van deze ministeriële regeling maar onderdeel van de tripartiete overeenkomst. In het DGO worden hierover afspraken gemaakt. De minister van onderwijs, cultuur en wetenschappen, M. J. A. van der Hoeven NUMMER juni 2003

Regeling spaarverlof primair onderwijs

Regeling spaarverlof primair onderwijs OCenW-Regelingen Regeling spaarverlof primair Bestemd voor: het bevoegde gezag van scholen en centrale diensten vallend onder de Wet op het primair, de Wet op de expertisecentra en/of deel II van de Wet

Nadere informatie

werken voor vrije tijd

werken voor vrije tijd 04 02 werken voor vrije tijd 03 06 07 08 09 een tijdje ertussenuit, bijscholen, een lange vakantie, of enkele jaren voor het pensioen al minder werken... 10 11 12 01Spaarverlof: ook iets voor u? 01 Een

Nadere informatie

6.A Levensfasebewust personeelsbeleid. Individueel keuzebudget

6.A Levensfasebewust personeelsbeleid. Individueel keuzebudget 6.A Levensfasebewust personeelsbeleid Individueel keuzebudget 1. De werknemer krijgt jaarlijks de beschikking over een basisbudget van 50 klokuren. Hiermee kunnen keuzes worden gemaakt die passen binnen

Nadere informatie

IKAP-Regeling rijkspersoneel

IKAP-Regeling rijkspersoneel (Tekst geldend op: 02-02-2015) IKAP-Regeling rijkspersoneel De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Gelet op artikel 21c van het Algemeen Rijksambtenarenreglement en artikel 34c van

Nadere informatie

1. Wanneer komt een personeelslid in aanmerking voor BAPO?...2. 2. Hoeveel uren BAPO-verlof kan een personeelslid krijgen?...2

1. Wanneer komt een personeelslid in aanmerking voor BAPO?...2. 2. Hoeveel uren BAPO-verlof kan een personeelslid krijgen?...2 BAPO: VEEL GESTELDE VRAGEN. 1. Wanneer komt een personeelslid in aanmerking voor BAPO?...2 2. Hoeveel uren BAPO-verlof kan een personeelslid krijgen?...2 3. Hoe dient een personeelslid, dat gebruik wenst

Nadere informatie

Regeling Georganiseerd Overleg (GO)- en vakbondsfaciliteiten 1998

Regeling Georganiseerd Overleg (GO)- en vakbondsfaciliteiten 1998 OCenW-Regelingen Regeling Georganiseerd Overleg (GO)- en vakbondsfaciliteiten Regeling voor het verlenen van faciliteiten aan organisaties van onderwijspersoneel in verband met buitengewoon verlof van

Nadere informatie

Betaald ouderschapsverlof voor het primair onderwijs schooljaar

Betaald ouderschapsverlof voor het primair onderwijs schooljaar Betaald Mededelingen OCenW Bestemd voor: Bevoegde gezagsorganen, directies en overig personeel van: basisscholen, speciale scholen voor basisonderwijs, scholen voor (voortgezet) speciaal onderwijs, afdelingen

Nadere informatie

Bijlage bij B&W-flap d.d. 16 december 2014 BD versie 2 december Aanpassing in het kader van de CAO

Bijlage bij B&W-flap d.d. 16 december 2014 BD versie 2 december Aanpassing in het kader van de CAO Bijlage bij B&W-flap d.d. 16 december 2014 BD2014-013269 versie 2 december 2014 Aanpassing in het kader van de CAO 2013-2015 Huidige tekst NRGA Nieuwe tekst NRGA Toelichting bij wijziging Wijzigingen Vakantie

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 36823 22 december 2014 Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 12 december 2014, 2014-0000184977,

Nadere informatie

Arbeidsduurverkorting (adv), spaarverlof en bevordering arbeidsparticipatie ouderen (bapo) in het primair onderwijs

Arbeidsduurverkorting (adv), spaarverlof en bevordering arbeidsparticipatie ouderen (bapo) in het primair onderwijs Mededelingen OCenW (adv), spaarverlof en bevordering ouderen (bapo) in het Bestemd voor: de bevoegde gezagsorganen, directies en overig personeel van: c scholen voor basisonderwijs; c scholen voor (voortgezet)

Nadere informatie

Personeelshandboek 4.7.7 BAPO-regeling Stichting Lek en IJssel (versie juni 2009)

Personeelshandboek 4.7.7 BAPO-regeling Stichting Lek en IJssel (versie juni 2009) De BAPO-regeling Inleiding De regeling Bevordering Arbeids Participatie Onderwijspersoneel (BAPO) is een belangrijk onderdeel van het leeftijdsbewust personeelsbeleid. De BAPO-regeling heeft ten doel het

Nadere informatie

Levensfase bewust Personeelsbeleid Uitvoeringsregeling

Levensfase bewust Personeelsbeleid Uitvoeringsregeling Levensfase bewust Personeelsbeleid Uitvoeringsregeling Svok 1 juli 2016 2 e versie Cao 2016/17 1 In deze uitvoeringsregeling wordt hoofdstuk 7 van de CAO VO 2016-2017 nader uitgewerkt voor de SVOK. Per

Nadere informatie

Normjaartaak Onderwijzend Personeel (OP) Primair Onderwijs

Normjaartaak Onderwijzend Personeel (OP) Primair Onderwijs Normjaartaak Onderwijzend Personeel (OP) Primair Onderwijs Oktober 2006 Inhoudsopgave: Inleiding Normjaartaak en compensatieverlof Sparen voor sabbatsverlof Verzilveren van het compensatieverlof Sparen

Nadere informatie

Regeling overlopende personeelskosten scholen voor praktijkonderwijs met declaratiebekostiging 2006

Regeling overlopende personeelskosten scholen voor praktijkonderwijs met declaratiebekostiging 2006 Algemeen Verbindend Voorschrift Betreft de onderwijssector(en) Informatie CFI/ICO Voorgezet onderwijs vo 079-3232.444 Regeling overlopende personeelskosten scholen voor praktijkonderwijs met declaratiebekostiging

Nadere informatie

Aanvulling overgangsregeling bekostiging, rechtspositie en samenvoeging leerwegondersteunend onderwijs en praktijkonderwijs

Aanvulling overgangsregeling bekostiging, rechtspositie en samenvoeging leerwegondersteunend onderwijs en praktijkonderwijs OCenW-Regelingen bekostiging, rechtspositie en praktijk Bestemd voor: scholen voor vmbo; scholengemeenschappen waarin deze scholen zijn opgenomen; scholen en afdelingen voor svo/lom en svo/mlk; scholen

Nadere informatie

Wijziging salarisvaststelling herintreders primair onderwijs

Wijziging salarisvaststelling herintreders primair onderwijs Wijziging salarisvaststelling primair onderwijs Mededelingen OCenW Bestemd voor: c alle gemeentebesturen; c de besturen van scholen voor basisonderwijs en voor (voortgezet) speciaal onderwijs; c de directeuren

Nadere informatie

3 Salaris en vergoedingsregelingen. Bezoldiging

3 Salaris en vergoedingsregelingen. Bezoldiging 3 Salaris en vergoedingsregelingen Bezoldiging Artikel 3:1 1 Met inachtneming van artikel 1:2:1 wordt aan de ambtenaar binnen het kader van een lokaal vast te stellen bezoldigingsregeling een bezoldiging

Nadere informatie

Hoofdstuk 9 Duurzame inzetbaarheid Paragraaf A Persoonlijk budget Artikel 9.1 Aanspraak Artikel 9.2 Hoogte Artikel 9.3 Aanwending

Hoofdstuk 9 Duurzame inzetbaarheid Paragraaf A Persoonlijk budget Artikel 9.1 Aanspraak Artikel 9.2 Hoogte Artikel 9.3 Aanwending Hoofdstuk 9 Paragraaf A Duurzame inzetbaarheid Persoonlijk budget Artikel 9.1 Aanspraak 1. De werknemer heeft recht op een persoonlijk budget ten behoeve van zijn duurzame inzetbaarheid. 2. Het persoonlijk

Nadere informatie

1. De artikelen in dit hoofdstuk treden in werking op 1 oktober 2014.

1. De artikelen in dit hoofdstuk treden in werking op 1 oktober 2014. Hoofdstuk 8A Duurzame inzetbaarheid Artikel 8A.1 Inwerkingtreding 1. De artikelen in dit hoofdstuk treden in werking op 1 oktober 2014. 2. De artikelen 6.35 en 8.25 en bijlage XI van deze cao komen op

Nadere informatie

VERSTREKKINGENREGLEMENT REGELING MINDER WERKEN VOOR OUDERE WERKNEMERS IN DE SECTOR OPEN TEELTEN 2018

VERSTREKKINGENREGLEMENT REGELING MINDER WERKEN VOOR OUDERE WERKNEMERS IN DE SECTOR OPEN TEELTEN 2018 VERSTREKKINGENREGLEMENT REGELING MINDER WERKEN VOOR OUDERE WERKNEMERS IN DE SECTOR OPEN TEELTEN 2018 Artikel 1 a Toepassing Dit reglement is van toepassing op de Open Teelten zoals bedoeld in artikel 1

Nadere informatie

provinciaal blad V A N D E P R O V I N C I E G R O N I N G E N

provinciaal blad V A N D E P R O V I N C I E G R O N I N G E N provinciaal blad nr. 9 ISSN: 0920-1092 V A N D E P R O V I N C I E G R O N I N G E N 13 februari 2006 Besluit van Gedeputeerde Staten der provincie Groningen van 7 februari 2006, nr. 2006-02445, afd. PO,

Nadere informatie

Besluit. Paragraaf I. Begripsbepalingen. Artikel 1. onderwijs en praktijkonderwijs, en. Paragraaf II

Besluit. Paragraaf I. Begripsbepalingen. Artikel 1. onderwijs en praktijkonderwijs, en. Paragraaf II Aanpassinglandelijke bedragen gemiddelde personeelslast met de CAO 2000 - tot de werkgroep Van OCenW-Regelingen Bestemd voor: scholen voor vwo, havo, mavo en vbo (inclusief afdelingen leerwegondersteunend

Nadere informatie

Werktijdenregeling Tilburg University

Werktijdenregeling Tilburg University Werktijdenregeling Tilburg University Artikel 1 Inhoud regeling Naast algemene regels voor de invulling van de werktijden bevat deze regeling nadere regels ter uitwerking van de CAO-bepalingen over de

Nadere informatie

Ouderschapsverlof in het primair onderwijs

Ouderschapsverlof in het primair onderwijs Mededelingen OCenW Ouderschapsverlof in het Bestemd voor: bevoegde gezagsorganen, directeuren en overig personeel van scholen voor basisonderwijs en (voortgezet) speciaal onderwijs. Voorlichting Datum:

Nadere informatie

?3. Wanneer ik als gevolg van de keuze voor jaarverlof

?3. Wanneer ik als gevolg van de keuze voor jaarverlof Vragenrubriek informatiecentrum Mededelingen OCenW Arbeidsduurverkorting (adv), spaarverlof en bevordering arbeidsparticipatie ( bapo) in het primair onderwijs (Voorlichtingspublicatie met kenmerk AB-1998/18847

Nadere informatie

1. De artikelen in dit hoofdstuk treden in werking op 1 oktober 2014.

1. De artikelen in dit hoofdstuk treden in werking op 1 oktober 2014. CAO PO Hoofdstuk 8A Duurzame inzetbaarheid Artikel 1 Inwerkingtreding 1. De artikelen in dit hoofdstuk treden in werking op 1 oktober 2014. 2. De artikelen 6.35 en 8.25 en bijlage XI van deze cao komen

Nadere informatie

19. REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019

19. REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019 19. REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019 Artikel 1 a Toepassing Dit reglement is van toepassing op de Groothandel in Bloembollen zoals bedoeld in artikel 1 sub C. lid 2 cao Colland.

Nadere informatie

Herziening fre-tabel voor scholen voor primair onderwijs en het (voortgezet) speciaal onderwijs met ingang van 1 augustus 2001

Herziening fre-tabel voor scholen voor primair onderwijs en het (voortgezet) speciaal onderwijs met ingang van 1 augustus 2001 Mededelingen OCenW Herziening fre-tabel voor scholen voor primair onderwijs onderwijs met ingang Bestemd voor: de bevoegde gezagsorganen van: scholen voor basisonderwijs; speciale scholen voor basisonderwijs

Nadere informatie

REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019

REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019 REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019 Artikel 1 a Toepassing Dit reglement is van toepassing op de Groothandel in Bloembollen zoals bedoeld in artikel 1 sub C. lid 2 cao Colland en

Nadere informatie

4 BELONING. 4.1 Beloning en inschaling

4 BELONING. 4.1 Beloning en inschaling 14 4 BELONING 4.1 Beloning en inschaling 4.1.1 Inschaling Artikel 28 1. Het niveau van de functie bij de werkgever wordt bepaald aan de hand van het systeem van functiewaardering dat is overeengekomen

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 4900 30 maart 2010 Besluit van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 24 maart 2010, nr. IVV/I/2010/5660,

Nadere informatie

Reglement Seniorenregeling Dierhouderij 2018

Reglement Seniorenregeling Dierhouderij 2018 Reglement Seniorenregeling Dierhouderij 2018 Artikel 1 a Toepassing Dit reglement is van toepassing op de Dierhouderij zoals bedoeld in artikel 1 sub C. lid 8 cao Colland en geldt uitsluitend voor aanmeldingen

Nadere informatie

Aanpassing landelijke bedragen gemiddelde personeelslast (gpl-bedragen), schooljaar en

Aanpassing landelijke bedragen gemiddelde personeelslast (gpl-bedragen), schooljaar en OCenW-Regelingen gemiddelde personeelslast 2002 - en - Bestemd voor: scholen en scholengemeenschappen voor voortgezet onderwijs met uitzondering van de scholen voor praktijkonderwijs met declaratiebekostiging.

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD. Nr. 3332

PROVINCIAAL BLAD. Nr. 3332 PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van provincie Zuid-Holland. Nr. 3332 7 juni 2016 Levensloopregeling provincies na besluit van Gedeputeerde Staten van 19 april 2016 (PZH-2016-542817308) tot vaststelling

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2007 36 Besluit van 15 januari 2007, houdende wijziging van het Kaderbesluit rechtspositie VO in verband met de formalisering van de CAO sector onderwijs

Nadere informatie

Zundertse Regelgeving

Zundertse Regelgeving *ZD17036648* Zundertse Regelgeving Zaaknummer: Z16-001446 Documentnummer: ZD17036648 Rubriek: Personeel en organisatie Naam regeling: Regeling generatiepact gemeente Zundert 2017-2018 Citeertitel: Regeling

Nadere informatie

Hieronder worden eerst de bepalingen uit de Wet arbeid en zorg behandeld en daarna volgen de aanvullende bepalingen uit de CAO.

Hieronder worden eerst de bepalingen uit de Wet arbeid en zorg behandeld en daarna volgen de aanvullende bepalingen uit de CAO. Ouderschapsverlof Het recht op ouderschapsverlof is in hoofdstuk 6 van de Wet arbeid en zorg geregeld. De CAO Welzijn en Maatschappelijke Dienstverlening kent een aantal aanvullingen op de wet. Deze zijn

Nadere informatie

Regeling onvoorziene gevallen bij invoering vereenvoudiging bekostiging voortgezet onderwijs

Regeling onvoorziene gevallen bij invoering vereenvoudiging bekostiging voortgezet onderwijs OCenW-Regelingen bij invoering vereenvoudiging Bestemd voor: scholen voor voortgezet, met uitzondering van scholen voor praktijk met declaratiebekostiging; scholengemeenschappen met één of meer van deze

Nadere informatie

Normjaartaak onderwijsondersteunend personeel (OOP) in het primair onderwijs

Normjaartaak onderwijsondersteunend personeel (OOP) in het primair onderwijs Normjaartaak onderwijsondersteunend personeel (OOP) in het primair onderwijs 06.556482 Oktober 2006 Inhoudsopgave Inleiding De normjaartaak Normjaartaak: werktijd voor OOP Spaarverlof Verzilveren van

Nadere informatie

Financiële arbeidsvoorwaarden per 1 juli 1999 en 1 januari 2000

Financiële arbeidsvoorwaarden per 1 juli 1999 en 1 januari 2000 Vragenrubriek informatiecentrum Bij het opstellen van de Regeling verzilvering 1999-2000 is uitgegaan van de doelstelling van het praktijkonderwijs, namelijk leerlingen voorbereiden op de arbeidsmarkt.

Nadere informatie

PENSIOENREGLEMENT 2 Van Stichting Pensioenfonds Holland Casino

PENSIOENREGLEMENT 2 Van Stichting Pensioenfonds Holland Casino 1 PENSIOENREGLEMENT 2 Van Stichting Pensioenfonds Holland Casino Artikel 1. Definities In dit reglement wordt verstaan onder: het fonds : Stichting Pensioenfonds Holland Casino; het bestuur : het bestuur

Nadere informatie

REGLEMENT WGA-HIAATREGELING

REGLEMENT WGA-HIAATREGELING REGLEMENT WGA-HIAATREGELING STICHTING BEDRIJFSPENSIOENFONDS VOOR DE KOOPVAARDIJ GELDEND OP 1 JANUARI 2012 januari 2012 REGLEMENT WGA-HIAATREGELING ARTIKEL 1 Begripsbepalingen In dit reglement wordt verstaan

Nadere informatie

Verstrekkingenreglement regeling minder werken voor oudere werknemers in Land- en tuinbouwwerktuigen Exploiterende Ondernemingen 2008

Verstrekkingenreglement regeling minder werken voor oudere werknemers in Land- en tuinbouwwerktuigen Exploiterende Ondernemingen 2008 Verstrekkingenreglement regeling minder werken voor oudere werknemers in Land- en tuinbouwwerktuigen Exploiterende Ondernemingen 2008 Dit reglement is van toepassing op aanmeldingen die op en na 1 januari

Nadere informatie

Werktijdenregeling provincie Gelderland

Werktijdenregeling provincie Gelderland Werktijdenregeling provincie Gelderland Geldig sinds: 16-2-2006 Wetstechnische informatie Type overheidsorganisatie Naam overheidsorganisatie WWW-adres overheidsorganisatie Type informatie Bestandsformaat

Nadere informatie

ARBEIDSDUUR. Keuzemogelijkheden voor militairen BURGERS PAGINA 6. T wee uren langer of korter werken

ARBEIDSDUUR. Keuzemogelijkheden voor militairen BURGERS PAGINA 6. T wee uren langer of korter werken ARBEIDSDUUR Keuzemogelijkheden voor militairen T wee uren langer of korter werken Vanaf 1 juli 2001 bestaat voor u de mogelijkheid om, uitgaande van een arbeidsduur van uw rooster van gemiddeld 38 uur

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 67807 13 december 2016 Regeling van de Minister voor Wonen en Rijksdienst van 5 december 2016 nr. 2016-0000765428, houdende

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1997 1998 26 009 Voorstel van wet van het lid Bijleveld-Schouten houdende wijziging van het Burgerlijk Wetboek en enige andere wetten in verband met het

Nadere informatie

Levensfasebewust personeelsbeleid. > Uitwerking van hoofdstuk 7 CAO VO 2014-2015

Levensfasebewust personeelsbeleid. > Uitwerking van hoofdstuk 7 CAO VO 2014-2015 Levensfasebewust personeelsbeleid > Uitwerking van hoofdstuk 7 CAO VO 2014-2015 31 maart 2015, versie 3 Vastgesteld door College van Bestuur Instemming verleend door GMR d.d. 07 april 2015 Inhoudsopgave

Nadere informatie

Model uitvoeringsregeling bijzonder budget voor oudere medewerkers en overgangsregeling BAPO -bestuur-

Model uitvoeringsregeling bijzonder budget voor oudere medewerkers en overgangsregeling BAPO -bestuur- Model uitvoeringsregeling bijzonder budget voor oudere medewerkers en overgangsregeling BAPO -bestuur- Versie 2, d.d. 3 maart 2015, drs W. (Wlma) Rijndorp-Kreft, senior adviseur/manager P&O advies i.s.m.

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 49gg, achtste lid, van het Algemeen Rijksambtenarenreglement;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 49gg, achtste lid, van het Algemeen Rijksambtenarenreglement; STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 1206 12 januari 2016 Regeling van de Minister voor Wonen en Rijksdienst van 7 januari 2016, nr. 2016-0000006820, houdende

Nadere informatie

Verstrekkingenreglement regeling minder werken voor oudere werknemers in de sector Glastuinbouw 2015

Verstrekkingenreglement regeling minder werken voor oudere werknemers in de sector Glastuinbouw 2015 Verstrekkingenreglement regeling minder werken voor oudere werknemers in de sector Glastuinbouw 2015 Artikel 1 Toepassing Dit reglement is van toepassing op aanmeldingen die na 1 april 2015 zijn ontvangen

Nadere informatie

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, handelende in overeenstemming met de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, handelende in overeenstemming met de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van (datum), nr. WJZ/2005/5406 (3802), tot vaststelling van de Regeling onvoorziene gevallen bij invoering vereenvoudiging bekostiging VO De

Nadere informatie

3 Salaris per uur: 1/156 van het salaris bij een volledige werktijd.

3 Salaris per uur: 1/156 van het salaris bij een volledige werktijd. III.1 BEZOLDIGINGSREGELING 1997 - Besluit van de gemeenteraad van Voorst 24 maart 1997. BEGRIPSBEPALINGEN Artikel 1 Deze regeling verstaat onder: 1 Ambtenaar: hij, die overeenkomstig de bepalingen van

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1996 1997 25 477 Bepalingen inzake de financiering van de loopbaanonderbreking (Wet financiering loopbaanonderbreking) Nr. 1 KONINKLIJKE BOODSCHAP Aan de

Nadere informatie

: aan medewerkers die 72 maanden of minder voor het behalen van hun AOW leeftijd zijn

: aan medewerkers die 72 maanden of minder voor het behalen van hun AOW leeftijd zijn CVDR Officiële uitgave van Bronckhorst. Nr. CVDR484003_1 1 mei 2018 Regeling Generatiepact Gemeente Bronckhorst 2018 Regeling Generatiepact Gemeente Bronckhorst 2018 Sinds 1 januari 2015 kent de Gemeente

Nadere informatie

UITKERINGSVERORDENING vrijwillig vervroegd uittreden.

UITKERINGSVERORDENING vrijwillig vervroegd uittreden. Nr 3213 ar. JZio GEMEENTE DORDRECHT UITKERINGSVERORDENING vrijwillig vervroegd uittreden. Artikel l Deze verordening verstaat onder: a. ontslag: ontslag als bedoeld in artikel H 12a van het Algemeen Ambtenarenreglement

Nadere informatie

Algemeen verbindend voorschrift. Bestemd voor: Besluit. Paragraaf I. Begripsbepalingen. Paragraaf II

Algemeen verbindend voorschrift. Bestemd voor: Besluit. Paragraaf I. Begripsbepalingen. Paragraaf II OCenW-Regelingen Aanpassing bedragen landelijke gemiddelde personeelslast van de opslagpercentages Bestemd voor: scholen en sholengemeenschappen voor voortgezet onderwijs. Algemeen verbindend voorschrift

Nadere informatie

Gemeente Den Haag. - mede gelet op het gestelde in artikel 125 Ambtenarenwet juncto artikel 160 Gemeentewet,

Gemeente Den Haag. - mede gelet op het gestelde in artikel 125 Ambtenarenwet juncto artikel 160 Gemeentewet, RIS151950_30-JAN-2008 Gemeente Den Haag Ons kenmerk BSD/2007.4102 RIS 151950 REGELING 36-URIGE WERKWEEK HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS, - gelet op het bepaalde in artikel 4:2 van de Arbeidsvoorwaardenregeling

Nadere informatie

Verstrekkingenreglement regeling minder werken voor oudere werknemers in het Hoveniersbedrijf 2014

Verstrekkingenreglement regeling minder werken voor oudere werknemers in het Hoveniersbedrijf 2014 Verstrekkingenreglement regeling minder werken voor oudere werknemers in het Hoveniersbedrijf 2014 Artikel 1a Toepassing Dit reglement is van toepassing op aanmeldingen die op en na 1 juli 2014 zijn ontvangen

Nadere informatie

CVDR. Nr. CVDR19688_5

CVDR. Nr. CVDR19688_5 CVDR Officiële uitgave van Rotterdam. Nr. CVDR19688_5 3 juli 2018 Besluit betaald ouderschapsverlof 2003 Burgemeester en wethouders van Rotterdam, Gelezen het voorstel van de wethouder van Middelen en

Nadere informatie

Regeling Menukaart arbeidsvoorwaarden 2006

Regeling Menukaart arbeidsvoorwaarden 2006 Regeling Menukaart arbeidsvoorwaarden 2006 Artikel 1 Vastgesteld bij besluit van het college van bestuur van 7 november 2006, nr. 2006cb0252, zoals laatstelijk gewijzigd bij zijn besluit van 3 december

Nadere informatie

Regeling bijdrage kosten zij-instromers voor primair onderwijs en voortgezet onderwijs

Regeling bijdrage kosten zij-instromers voor primair onderwijs en voortgezet onderwijs OCenW-Regelingen Regeling bijdrage kosten zij-instromers 2003-2004 voor primair en voortgezet Bestemd voor: besturen van scholen of instellingen waarop de Wet op het primair, de Wet op de expertisecentra

Nadere informatie

Vakantieregeling TU Delft 1

Vakantieregeling TU Delft 1 Vakantieregeling TU Delft 1 Artikel 1 Aanspraak op vakantie 1.De aanspraak op vakantie wordt uitgedrukt in hele uren. Zo nodig vindt afronding naar hele uren plaats. 2. De aanspraak op vakantie bedraagt

Nadere informatie

Toelichting op het onderhandelaarsakkoord met betrekking tot ADV, BAPO en Spaarverlof

Toelichting op het onderhandelaarsakkoord met betrekking tot ADV, BAPO en Spaarverlof Toelichting op het met betrekking tot ADV, Mededelingen OCenW Bestemd voor: de bevoegd gezagsorganen, directies en overig personeel van: c scholen voor basisonderwijs; c scholen voor (voortgezet) speciaal

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 34013 30 juni 2016 Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 23 juni 2016, nr. 2016-0000141518,

Nadere informatie

Werktijdenregeling Samenwerkingsverband Regio Eindhoven 2014

Werktijdenregeling Samenwerkingsverband Regio Eindhoven 2014 Het Dagelijks Bestuur van het Samenwerkingsverband Regio Eindhoven besluit: gelet op artikel 160 van de Gemeentewet; gelet op artikel 4:1 van de CAR-UWO en de arbeidstijdenwet; na verkregen instemming

Nadere informatie

Tegemoetkoming kosten kinderopvang onderwijspersoneel

Tegemoetkoming kosten kinderopvang onderwijspersoneel Beleidsregel Betreft de onderwijssector(en) Informatie CFI/ICO Primair Onderwijs po 079-3232.333 Voorgezet onderwijs vo 079-3232.444 Tegemoetkoming kosten kinderopvang onderwijspersoneel Bestemd voor het

Nadere informatie

Uitvoeringsregeling Inzet persoonlijk budget

Uitvoeringsregeling Inzet persoonlijk budget Voorgenomen bestuursbesluit Uitvoeringsregeling Inzet persoonlijk budget MT Bestuursbureau : n.v.t. Voorgenomen besluit CvB : 4 november 2014 Behandeld in CvS : 27 november 2014 Behandeld in GMR : 11 november

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD 2002 nr. 121

GEMEENTEBLAD 2002 nr. 121 GEMEENTEBLAD 2002 nr. 121 Burgemeester en wethouders van de gemeente Maassluis; gezien de instemming van de plaatselijke commissie voor georganiseerd overleg; besluiten: vast te stellen de volgende: VERORDENING,

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD. Regeling van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant houdende regels omtrent levensfase Levensfaseregeling Noord-Brabant

PROVINCIAAL BLAD. Regeling van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant houdende regels omtrent levensfase Levensfaseregeling Noord-Brabant PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van de provincie Noord-Brabant Nr. 2259 22 mei 2017 Regeling van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant houdende regels omtrent levensfase Levensfaseregeling

Nadere informatie

Bezoldigingsverordening gemeente Leeuwarderadeel 2005.

Bezoldigingsverordening gemeente Leeuwarderadeel 2005. Gemeente Leeuwarderadeel Burgemeester en Wethouders van Leeuwarderadeel; gelet op het bepaalde in artikel 3:1 van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Leeuwarderadeel; gehoord de Commissie voor Georganiseerd

Nadere informatie

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Krimpen aan den IJssel;

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Krimpen aan den IJssel; Tijdelijke beleidsregels forfaitaire loonkostensubsidie en loonkostensubsidie voor schoolverlaters van het voortgezet speciaal onderwijs, het praktijkonderwijs en de entreeopleiding, die bij een werkgever

Nadere informatie

Gelet op artikel C.22 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Provincies;

Gelet op artikel C.22 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Provincies; Besluit van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland van 12 juli 2016, nr. 805709, tot vaststelling van de Jubileumgratificatieregeling Noord-Holland 2016 Gedeputeerde Staten van Noord-Holland; Gelet op artikel

Nadere informatie

13. Normjaartaak onderwijsondersteunend personeel (OOP) in het primair onderwijs

13. Normjaartaak onderwijsondersteunend personeel (OOP) in het primair onderwijs 13. Normjaartaak onderwijsondersteunend personeel (OOP) in het primair onderwijs Inhoudsopgave Inleiding De normjaartaak Jaarrooster in de schoolorganisatie: bedrijfstijd Normjaartaak: werktijd voor OOP

Nadere informatie

13a. Reglement seniorenregeling in het hoveniersbedrijf 2019

13a. Reglement seniorenregeling in het hoveniersbedrijf 2019 13a. Reglement seniorenregeling in het hoveniersbedrijf 2019 Artikel 1 Toepassing Dit reglement is van toepassing op de sector Hoveniersbedrijf zoals bedoeld in artikel 1 sub C. lid 5 cao Colland. Artikel

Nadere informatie

OPTIMALE INDIVIDUELE INZETBAARHEID. Definitieve versie vastgesteld in het OAW, 15 juni 2015, aangevuld met artikel 3.6 op 19 november 2015.

OPTIMALE INDIVIDUELE INZETBAARHEID. Definitieve versie vastgesteld in het OAW, 15 juni 2015, aangevuld met artikel 3.6 op 19 november 2015. HOOFDSTUK 3 OPTIMALE INDIVIDUELE INZETBAARHEID Definitieve versie vastgesteld in het OAW, 15 juni 2015, aangevuld met artikel 3.6 op 19 november 2015. Met uitzondering van artikel 3.4 en 3.5 treedt dit

Nadere informatie

gelet op de bereikte overeenstemming in de commissie voor Georganiseerd Overleg;

gelet op de bereikte overeenstemming in de commissie voor Georganiseerd Overleg; GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Schiedam Nr. 211333 30 november 2017 Regeling Generatiepact gemeente Schiedam Burgemeester en wethouders van de gemeente Schiedam; gelet op de CAO gemeenten

Nadere informatie

In deze ledenbrief treft u een aantal wijzigingen aan van de CAR-UWO met als doel redactionele onvolkomenheden in de CAR-UWO te herstellen.

In deze ledenbrief treft u een aantal wijzigingen aan van de CAR-UWO met als doel redactionele onvolkomenheden in de CAR-UWO te herstellen. Brief aan de leden T.a.v. het college en raad informatiecentrum tel. (070) 373 8020 betreft Technische wijzigingen CAR- UWO Samenvatting uw kenmerk ons kenmerk ECCVA/U201100883 ECCVA/LOGA 12/01 Lbr 12/007

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 26779 21 december 2012 Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 20 december 2012, nr. IVV 51458,

Nadere informatie

1. Kader en uitgangspunten De CAO-VO is van toepassing. Deze regeling is een nadere uitwerking hiervan.

1. Kader en uitgangspunten De CAO-VO is van toepassing. Deze regeling is een nadere uitwerking hiervan. Verlof- en werktijdenregeling OOP Colofon Uitgave : ZAAM interconfessioneel voortgezet onderwijs Voorgenomen besluit : 15 november 2016 : 2016/000817/CvB-REG Besproken in PGMR : 24 november 2016 Vastgesteld

Nadere informatie

c. Werknemers die werkelijk in drieploegendienst werkzaam zijn hebben recht op een verlofdag extra.

c. Werknemers die werkelijk in drieploegendienst werkzaam zijn hebben recht op een verlofdag extra. Artikel 15 Vakantie 1. Het vakantiejaar loopt gelijk met het kalenderjaar. 2. De werknemer heeft per vakantiejaar recht op 25 verlofdagen / diensten met behoud van salaris. 3. Jeugdigen tot en met 18 jaar

Nadere informatie

Premiekorting voor jongere werknemer

Premiekorting voor jongere werknemer Regelingen en voorzieningen CODE 3.2.2.9 Premiekorting voor jongere werknemer bronnen http://www.antwoordvoorbedrijven.nl/wetswijziging/premiekorting-jongere-werknemer wijziging van de Wet financiering

Nadere informatie

Beleidsregels inkomstenvrijlating Participatiewet, Ioaw en Ioaz Orionis Walcheren

Beleidsregels inkomstenvrijlating Participatiewet, Ioaw en Ioaz Orionis Walcheren Beleidsregels inkomstenvrijlating Participatiewet, Ioaw en Ioaz Orionis Walcheren Het dagelijks bestuur van de gemeenschappelijke regeling Orionis Walcheren; Overwegende dat het wenselijk is beleid over

Nadere informatie

gelet op het resultaat van het overleg in de commissie van georganiseerd overleg (GO) van 22 november 2000;

gelet op het resultaat van het overleg in de commissie van georganiseerd overleg (GO) van 22 november 2000; De raad van de gemeente Menaldumadeel; overwegende dat VNG een voorbeeld bezoldigingsverordening heeft ontworpen als handreiking voor gemeenten die hun locale verordening willen aanpassen; dat het aanbeveling

Nadere informatie

Regeling bereikbaarheids- en beschikbaarheidsdienst gemeente Overbetuwe 2014

Regeling bereikbaarheids- en beschikbaarheidsdienst gemeente Overbetuwe 2014 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Overbetuwe. Nr. 26527 13 mei 2014 Regeling bereikbaarheids- en beschikbaarheidsdienst gemeente Overbetuwe 2014 Ons kenmerk: 12BB00004 De burgemeester van de

Nadere informatie

Provinciaal blad. vast te stellen de Algemene werktijdenregeling provincie Noord-Holland 2008

Provinciaal blad. vast te stellen de Algemene werktijdenregeling provincie Noord-Holland 2008 Provinciaal blad 2007 Besluit van Gedeputeerde Staten van Noord- Holland van 1 november 2007, nr. 2007-64538, tot afkondiging van hun besluit inzake de vaststelling van de Algemene werktijdenregeling provincie

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal i Vergaderjaar 1988-1989 Nr. 251 21 101 Regels met betrekking tot de doorstroming en verlaging van de uittredingsleeftijd van onderwijspersoneel (Wet bevordering doorstroming

Nadere informatie

Voorstel raad en raadsbesluit

Voorstel raad en raadsbesluit Voorstel raad en raadsbesluit Gemeente Landgraaf Documentnummer: B.17.1658 B.17.1658 Landgraaf, 19 september 2017 ONDERWERP: Generatiepact griffie gemeente Landgraaf 2017 Raadsvoorstelnummer: 71 Verantwoordelijke

Nadere informatie

Re-integratieverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015

Re-integratieverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015 Re-integratieverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015 ================================================================================== De raad van de gemeente (naam gemeente) ; gelezen het voorstel

Nadere informatie

Regeling Levensfasebewust Personeelsbeleid

Regeling Levensfasebewust Personeelsbeleid Regeling Levensfasebewust Personeelsbeleid 1. Regeling Levensfasebewust Personeelsbeleid In deze uitvoeringsregeling staat de wijze beschreven waarop STOVOH in het schooljaar 2016 2017 wil omgaan met de

Nadere informatie

Regeling G.O.- en vakbondsfaciliteiten 2005

Regeling G.O.- en vakbondsfaciliteiten 2005 OCenW-Regelingen Regeling houdende regels voor het verlenen van faciliteiten aan organisaties van onderwijspersoneel in verband met de vergoeding van de kosten van vervanging van onderwijs-personeel dat

Nadere informatie

Bovenwettelijke Werkloosheidsregeling Universitair Medische Centra (BWUMC)

Bovenwettelijke Werkloosheidsregeling Universitair Medische Centra (BWUMC) LANDELIJK OVERLEG ACADEMISCHE ZIEKENHUIZEN Bovenwettelijke Werkloosheidsregeling Universitair Medische Centra (BWUMC) 11 juli 2008 NFU-082381/GS/DvL -------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Nadere informatie

Aanpassing van de CAO Energie 2009 2010 als gevolg van de invoering van het Benefit Budget

Aanpassing van de CAO Energie 2009 2010 als gevolg van de invoering van het Benefit Budget Aanpassing van de CAO Energie 2009 2010 als gevolg van de invoering van het Benefit Budget Gewijzigde CAO-artikelen Artikel 1.3 Structuur 1. Voor de bedrijven geldt tevens een bedrijfs-cao waarin nadere

Nadere informatie

Reglement Vakantiefonds

Reglement Vakantiefonds Reglement Vakantiefonds voor het Schilders,- Afwerkings- en Glaszetbedrijf HOOFDSTUK I ALGEMEEN Artikel 1 Begripsbepaling In dit reglement wordt verstaan onder: het Fonds: de Stichting Vakantiefonds voor

Nadere informatie

BEZOLDIGINGSREGELING

BEZOLDIGINGSREGELING BEZOLDIGINGSREGELING Algemene bepaling Artikel 1 Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder: a. medewerker De ambtenaar als bedoeld in artikel 1:1, lid 1onder a van de CAR b. werkgever

Nadere informatie

Harmonisatie Peuterspeelzalen, Landelijk Sociaal Plan

Harmonisatie Peuterspeelzalen, Landelijk Sociaal Plan Harmonisatie Peuterspeelzalen, Landelijk Sociaal Plan Ex art. 1.3.7 CAO W&MD en ex art. 1.4.8 CAO Kinderopvang Sociaal plan d.d. 23 juni 2011 De ondergetekenden, MOgroep Welzijn & Maatschappelijke Dienstverlening,

Nadere informatie

Regeling nadere voorschriften met betrekking tot de verrekening van

Regeling nadere voorschriften met betrekking tot de verrekening van Algemeen Verbindend Voorschrift Betreft de onderwijssector(en) Informatie CFI/ICO Voorgezet onderwijs vo 079-3232.444 Regeling nadere voorschriften met betrekking tot de verrekening van uitkeringskosten

Nadere informatie

Regeling indienen verzoek verstrekking leegstandsvergoeding

Regeling indienen verzoek verstrekking leegstandsvergoeding OCenW-Regelingen Regeling indienen verzoek verstrekking leegstandsvergoeding Regeling indienen verzoek inzake leegstandsvergoeding na weigering buitengebruikstelling van gebouwen voor basisonderwijs en

Nadere informatie