Bouwen door Duitse aannemers in Nederland

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Bouwen door Duitse aannemers in Nederland"

Transcriptie

1 VROM-Inspectie Regio Noord Overheden Groningen/Drenthe Bouwen door Duitse aannemers in Nederland Een onderzoek of wordt voldaan aan de Nederlandse wet- en regelgeving Cascadeplein 10 Postbus RM Groningen Telefoon Fax

2 Voorwoord De VROM-Inspectie is onder andere belast met het interbestuurlijk toezicht op de naleving van de VROMregelgeving. Een onderdeel van dit toezicht betreft de naleving van de wettelijke eisen op het gebied van de bouwregelgeving bij nieuwbouw. Om aan deze taak invulling te geven wordt door de VROM-Inspectie onder andere naar aanleiding van signalen onderzoek uitgevoerd naar afwijkingen van de Nederlandse wet- en regelgeving. In dit kader heeft het onderzoek Bouwen door Duitse aannemers in Nederland plaatsgevonden. De uitkomsten van dergelijk onderzoek wordt gebruikt om, zonodig, gemeenten als eerstelijnstoezichthouders aan te zetten tot een verbetering van hun toezicht en handhaving, om in het verlengde daarvan het naleefgedrag te vergroten. De VROM-Inspectie heeft in dit onderzoek samengewerkt met de Arbeidsinspectie. De Arbeidsinspectie is toezichthouder voor een groot aantal wetten en besluiten, die voor een belangrijk deel de bescherming van de veiligheid en de gezondheid van werknemers beogen. Handhaving door de Arbeidsinspectie vindt zowel pro-actief plaats (o.a. door uitvoering van inspecties), als preventief (o.a. door voorlichting) als reactief (o.a. door optreden naar aanleiding van een ongeval of klacht). VROM-Inspectie juli 2006 Bouwen door Duitse aannemers in Nederland Pagina 2/38

3 1 Samenvatting 5 2 Inleiding Aanleiding tot het onderzoek Samenwerking Arbeidsinspectie Bouwend Nederland Intern Wettelijk kader VI Wettelijk kader AI Doel Opzet rapport 8 3 Werkwijze Onderzoeksmethodiek Algemeen Vergunningverlening Bouwkundige aspecten Uitvoering onderzoeken Vergelijking Nederlandse en Duitse regelgeving en toezicht 11 4 Onderzoeksresultaten VI Inleiding Fundering en beganegrondvloer (sterkte) Fundering (isolatie) Isolatie gevels en daken Ventilatie Toegankelijkheid Inbraakwerendheid Trappen Daglichttoetreding Hemelwaterafvoer Gemeentelijk bouw - en woningtoezicht 20 5 Onderzoeksresultaten AI Inleiding Inspectieresultaten Handhaving Overige bevindingen 24 6 Conclusies Voldoen Duitse aannemers aan de VROM-regelgeving? Bouwplannen Uitvoering bouw Toezicht door gemeenten Oorzaak afwijkingen Voldoen Duitse aannemers aan de Arbo-regelgeving? 28 7 Aanbevelingen In relatie tot Arbo-regelgeving In relatie tot VROM-regelgeving 29 VROM-Inspectie juli 2006 Bouwen door Duitse aannemers in Nederland Pagina 3/38

4 Bijlage 1 Fundering 30 Bijlage 2 Ventilatie 33 Bijlage 3 Toegankelijkheid 35 Bijlage 4 Inbraakwerendheid 36 Bijlage 5 Hemelwaterafvoerberekening 37 VROM-Inspectie juli 2006 Bouwen door Duitse aannemers in Nederland Pagina 4/38

5 1 Samenvatting De VROM-Inspectie regio Noord (VIN) heeft onderzoek verricht naar de juistheid van signalen dat woningen die Duitse aannemers in de regio bouwen niet voldoen aan de Nederlandse wet- en regelgeving en dat de gemeenten hierop onvoldoende toezicht houden. Er is geen onderzoek gedaan naar bouwkosten. Van veertien woningbouwplannen zijn de vergunningverlening en de uitvoering beoordeeld, met name in relatie tot: de fundering (sterkte, isolatie), de ventilatie, de deurhoogten en toegankelijkheid, de isolatie van de gehele buitenschil, de inbraakwerendheid, de trap op- en aantrede en de gootcapaciteit. Ook is onderzocht hoe het gemeentelijk toezicht is verlopen, zowel het preventieve toezicht in de vergunningverleningfase, als het repressieve toezicht tijdens de bouw. Verder hebben gesprekken plaatsgevonden met medewerkers Bouw- en Woningtoezicht (BWT) over hun ervaringen met de bouw door Duitse aannemers en de manier waarop op die bouw toezicht wordt gehouden. Voor zover dit mogelijk was zijn de bouwplaatscontroles gezamenlijk met inspecteurs van de Arbeidsinspectie (AI) uitgevoerd, omdat er ook signalen waren dat Duitse aannemers zich niet aan de Nederlandse eisen van veiligheid en gezondheid op de bouwplaats zouden houden. Verder heeft een gesprek plaatsgevonden met de Fachbereichsleiter Hochbau (vergelijkbaar met de functie van hoofd BWT) van de Landkreis Emsland, welke grenst aan de provincies Groningen en Drenthe. Dit om een beeld te krijgen van de manier waarop de Duitse aannemer in zijn eigen land gewend is te bouwen. Verder is enig literatuuronderzoek verricht naar overeenkomsten en verschillen in de wet- en regelgeving. Deze activiteiten waren erop gericht om eventuele afwijkingen van de Nederlandse regelgeving in perspectief te kunnen plaatsen. Gebleken is dat de bouwvergunningverlening en -toezicht in Emsland sterk verschillen van die in Nederland en ook dat de technische eisen niet allemaal overeenkomen. Voor de Duitse aannemer betekent dit een grote omschakeling wanneer hij in Nederland gaat werken. Desalniettemin is de kwaliteit van de Duitse woningen, ook naar Nederlandse maatstaven, over het algemeen in orde. Gedeeltelijk komt dit omdat er door gemeenten op wordt toegezien, gedeeltelijk omdat de Duitse bouw van zichzelf een hoge kwaliteit heeft. Toch zijn in het onderzoek ook afwijkingen ten opzichte van de Nederlandse eisen aangetroffen. Ook zijn punten aangetroffen waarbij er onduidelijkheid bestaat over het al dan niet voldoen aan de eisen. Een aantal afwijkingen of onduidelijkheden komt meer structureel voor. Overigens wordt door de Duitse aannemers in ongeveer gelijke mate aan de Nederlandse regelgeving voldaan als door hun Nederlandse collega s. Al met al kan geconcludeerd worden dat er geen aanleiding is om aan te nemen dat de Duitse aannemers standaard de Nederlandse eisen ontwijken. Het signaal dat woningen die Duitse aannemers in de regio bouwen niet voldoen aan de Nederlandse wet- en regelgeving is wel op enkele punten bevestigd en daarop is een verbetering gewenst. Echter ook bij het bouwen door Nederlandse aannemers komen afwijkingen ten opzichte van het Bouwbesluit voor en is verbetering wenselijk. Het signaal dat de gemeenten onvoldoende toezicht houden op de bouw door Duitse aannemers is niet bevestigd. Geconstateerd is dat door de onderzochte gemeenten toezicht wordt gehouden op het niveau dat voor hen gebruikelijk is, maar dat vaak extra aandacht wordt geschonken aan die punten waarop de Duitse bouw verschilt van de Nederlandse bouw. Er is wel vastgesteld dat soms oneigenlijke eisen worden gesteld. De gewenste verbeteringen in de uitvoering kunnen met een gerichte aanpak worden bereikt. Waarschijnlijk kan voorlichting over de Nederlandse eisen en het nog beter letten op de compleetheid van de dossiers al een grote bijdrage leveren aan de oplossing. VROM-Inspectie juli 2006 Bouwen door Duitse aannemers in Nederland Pagina 5/38

6 Hoewel de normen ten aanzien van arbeidsomstandigheden op bouwplaatsen in Nederland en Duitsland op een nagenoeg gelijk niveau liggen, worden door de AI bij Duitse aannemers relatief veel overtredingen van de Nederlandse arbowetgeving geconstateerd. De oorzaak hiervoor ligt toch deels bij onbekendheid met de Nederlandse wetgeving bij Duitse aannemersbedrijven, deels ook bij een mindere aandacht voor toepassing van deze regelgeving. Voorts geldt dat Duitse aannemers in Duitsland minder gewend zijn aan controles op arbeidsomstandigheden. Vanuit de AI is de laatste jaren regelmatig in Duitsland voorlichting gegeven over het Nederlandse toezicht op arbeidsomstandigheden op bouwplaatsen, de hier geldende normeringen en het systeem van handhaving op dit gebied. Deze voorlichting is gegeven aan diverse Duitse partijen: werkgevers (aannemersbedrijven), werkgeversen werknemersorganisaties (Kreishandwerkerschaft en IG-Bau) en toezichthouders (Staatliches Gewerbeaufsichtsamt). In de komende tijd zal deze voorlichting worden voortgezet. VROM-Inspectie juli 2006 Bouwen door Duitse aannemers in Nederland Pagina 6/38

7 2 Inleiding 2.1 Aanleiding tot het onderzoek In de loop van 2004 kwamen bij de VROM-Inspectie Noord (VIN) van verschillende kanten signalen binnen dat woningen die in de regio door Duitse aannemers werden gebouwd niet zouden voldoen aan de Nederlandse regelgeving (Bouwbesluit en Bouwverordening). Deze signalen werden gedeeltelijk via de media (kranten) en Nederlandse aannemers ontvangen, maar ook via de eigen VROM-brede gemeenteonderzoeken die de VIN uitvoert. Bij de gemeenteonderzoeken werd echter ook het geluid gehoord dat Duitse woningen wel zouden voldoen aan de Nederlandse eisen. De bouwmethode week misschien wel af van de in Nederland gangbare methode, maar deze bleek toch te voldoen. Al met al leek het de VIN belangrijk helderheid te creëren omtrent de kwestie en te bepalen of wel of niet wordt voldaan aan de Nederlandse wet- en regelgeving. Ook gemeenten hebben behoefte aan duidelijkheid. Het was de bedoeling buitenlandse bouw in het algemeen te beoordelen, maar in de praktijk bleken er in de steekproef uitsluitend Duitse aannemersbedrijven te zijn aangetroffen. Daarom wordt in het rapport verder vooral gesproken van Duitse aannemers en Duitse woningen. 2.2 Samenwerking Arbeidsinspectie Omdat er ook signalen waren dat Duitse aannemers zich niet aan de Nederlandse eisen van veiligheid en gezondheid op de bouwplaats zouden houden is samenwerking gezocht met de Arbeidsinspectie in Groningen (AI). De AI is een handhaving- en uitvoeringsorganisatie van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW). Er is overeengekomen om een nader te bepalen aantal bouwplaatscontroles uit te voeren. De hoeveelheid gezamenlijke controles hangt af van de geschiktheid van de bouwplannen en de beschikbaarheid van capaciteit bij de AI op het moment dat er bouwplaatsbezoeken plaats vinden. Afgesproken is dat ieder zijn eigen verantwoordelijkheid houdt in de rapportage. Dit houdt in dat de VI en de AI wat betreft de inhoud van de rapportage ieder slechts verantwoordelijk is voor de presentatie van de inleidingen en bevindingen op zijn eigen werkterrein Bouwend Nederland Ook is contact gezocht met Bouwend Nederland, de vereniging van bouw- en infrabedrijven. In het voorjaar van 2005 bleek dat Bouwend Nederland een studie deed naar Duitse bouw. Bouwend Nederland had gesignaleerd dat het aandeel Duitse aannemers in de bouw in de grensstreken van de provincies Groningen en Drenthe toenam en liet voor haar leden onderzoek verrichten naar de verschillen tussen de Nederlandse en de Duitse bouw. De VI is uitgenodigd aanwezig te zijn bij de presentatie van het rapport Concurrentie Duitse huizenbouwers in Groningen en Drenthe 1 op 27 april De Duitse bouw blijkt tot 30% goedkoper te zijn dan de Nederlandse. Het rapport schrijft dit prijsverschil voor een groot deel toe aan de andere bouwmethode, de toegepaste bouwmaterialen en ook aan het niet voldoen aan de Nederlandse bouw- en arbowet- en regelgeving. Op basis van interviews is een aantal onderwerpen uit het Bouwbesluit benoemd waar knelpunten vermoed worden. Er is in de studie in opdracht van Bouwend Nederland niet onderzocht of de Duitse bouw daadwerkelijk niet voldoet aan de Nederlandse bouwwet - en regelgeving. 1 Concurrentie Duitse huizenbouwers in Groningen en Drenthe - in opdracht van Bouwend Nederland, door SOAB, onderdeel van PRC B.V., divisie Bouwcentrum, 30 maart VROM-Inspectie juli 2006 Bouwen door Duitse aannemers in Nederland Pagina 7/38

8 Het VIN onderzoek wil juist hierover meer duidelijkheid creëren. Net als Bouwend Nederland heeft de VIN met het bureau PRC gewerkt. Het onderzoek van Bouwend Nederland vormt voor het VI-onderzoek een belangrijk uitgangspunt, met name voor de bepaling van de onderzoeksmethodiek (zie 3.1.3) Intern In 2004 is door de afdeling Afval van VIN de juistheid van het signaal onderzocht dat Duitse aannemers hun afval illegaal mee naar Duitsland terug zouden nemen. Er is sprake van een wetsovertreding in het kader van de EVOA wanneer verontreinigd afval de grens over wordt gebracht. Eindconclusie van het onderzoek was dat er in geen van de onderzochte gevallen sprake was van een overtreding van de EVOA en dat er geen reden was voor verder onderzoek op dit gebied. Er is geen reden om te veronderstellen dat daar verandering in is opgetreden. 2.3 Wettelijk kader VI De relevante wet - en regelgeving voor de VI bestaat uit de Woningwet, het Bouwbesluit en de gemeentelijke Bouwverordeningen. Bij de bouw door buitenlandse aannemers op Nederlands grondgebied gelden voor wat betreft deze wet- en regelgeving dezelfde eisen als voor Nederlandse aannemers. De Nederlandse bouwregelgeving schrijft geen bouwmethode voor. In het Bouwbesluit staan voorschriften over de veiligheid, gezondheid (zoals ventilatie en daglichttoetreding), bruikbaarheid en energiezuinigheid (onder andere koudebruggen) van een te bouwen bouwwerk. Per aspect worden doel en maat van het voorschrift gegeven. De aan de regelgeving gekoppelde normen van het Nederlands Normalisatie Instituut geven de bijbehorende meet - en bepalingsmethoden aan. Hierin staan soms bij wijze van voorbeeld bouwmethoden opgenomen, maar deze methoden zijn niet wettelijk verplicht. Iedere aannemer kan dus de voor hem of voor het project meest geëigende methodiek gebruiken. De gemeenten zijn het bevoegde gezag en hebben het zogenaamde eerstelijns toezicht op het bouwen volgens de vigerende wet- en regelgeving. De VI oefent hierop het interbestuurlijk toezicht uit en beoordeelt de uitvoering van de VROM-taken door de gemeenten. 2.4 Wettelijk kader AI Het wettelijk kader waarbinnen de Arbeidsinspectie opereert is onder andere: de Arbeidsomstandighedenwet, de Arbeidstijdenwet en de Wet Arbeid Vreemdelingen en de Wet minimumloon en minimum vakantiebijslag. Het toezicht binnen dit onderzoek is vormgegeven door de AI en heeft zich uitsluitend gericht op de naleving van de wettelijke bepalingen van de Arbeidsomstandighedenwet. Bij de bouw door buitenlandse aannemers op Nederlands grondgebied gelden voor wat betreft de Arbeidsomstandighedenwet dezelfde eisen als voor Nederlandse aannemers. Er wordt ook geen onderscheid gemaakt tussen Duitse en Nederlandse zelfstandigen zonder personeel (zzp ers). Er wordt ook geen onderscheid gemaakt tussen Duitse en Nederlandse zelfstandigen zonder personeel (zzp ers). De arbeidsomstandighedenwet is in grote mate ook op hen van toepassing. Van dergelijke eenmansbedrijven was bij de onderzochte bouwprojecten echter geen sprake. Op basis van de Arbeidsomstandighedenwet is bij de onderzochte bouwlocaties gecontroleerd op de veiligheid en gezondheid voor werkenden op de bouwplaats. De Arbeidsinspectie heeft eerstelijns toezicht. 2.5 Doel Het VIN-onderzoek wil duidelijkheid creëren in de kwestie of de woningbouw door Duitse aannemers wel of niet voldoet aan de eisen uit de Nederlandse wet- en regelgeving en over de manier waarop gemeenten hun rol bij de bouw door buitenlandse aannemers invullen: op welke wijze toetsen de gemeenten deze bouwplannen, hoe wordt er toezicht uitgeoefend op de bouw. Welke effecten heeft dat en zijn hieruit aandachtspunten te destilleren voor het toekomstig toezicht. 2.6 Opzet rapport In hoofdstuk 3 komt de werkwijze aan de orde. In de hoofdstukken 4 en 5 worden de resultaten van respectievelijk het VI en het AI onderzoek weergegeven. In hoofdstuk 6 en 7 tenslotte volgen de conclusies en de aanbevelingen. VROM-Inspectie juli 2006 Bouwen door Duitse aannemers in Nederland Pagina 8/38

9 In verschillende bijlagen wordt enige technische achtergrondinformatie gegeven. VROM-Inspectie juli 2006 Bouwen door Duitse aannemers in Nederland Pagina 9/38

10 3 Werkwijze 3.1 Onderzoeksmethodiek Algemeen Het VIN onderzoek is gericht op woningen. Dit omdat in de praktijk blijkt dat de Duitse aannemers zich (vooralsnog) in Nederland vrijwel uitsluitend richten op de bouw van vrijstaande woningen, of incidenteel twee-onder-een-kapwoningen. De meeste hiervan worden in particulier opdrachtgeverschap gebouwd. De centrale vraag is of de woningen voldoen aan de eisen van het Bouwbesluit en op welke wijze gemeentelijk toezicht heeft plaats gevonden. Het gemeentelijk bouwtoezicht bestaat enerzijds uit preventief toezicht in het vergunningverleningproces en anderzijds uit repressief toezicht tijdens en/of na de bouw, waarbij gecontroleerd wordt of wordt gebouwd volgens de verleende vergunning. Subvraag is hoe de onderzochte gemeenten toezicht uitoefenen op het bouwen door Duitse aannemers op Nederlandse bodem, of zij hier bijzonderheden bij aantreffen en hoe daar mee om wordt gegaan. Voor het onderzoeken van het gemeentelijk toezicht is een vragenlijst opgesteld. De bevindingen worden vergeleken met het algemene beeld over het gemeentelijk toezicht op de bouw indien dat bekend is uit een regulier VI gemeenteonderzoek. Het onderzoek vindt plaats in zes gemeenten, gedeeltelijk in Drenthe, gedeeltelijk in Groningen, en variërend wat betreft grootte. Het onderzoek heeft de vorm van een quick scan. Op basis van de uitkomsten wordt bepaald of vervolgonderzoek nodig is Vergunningverlening Bij de zes gemeenten zijn telkens twee bouwvergunningdossiers getrokken. De kwaliteit van de aanvraag en de vergunningverlening is beoordeeld. De compleetheid van een aanvraag is een essentiële voorwaarde voor de toetsing aan de voorschriften. Ook de toetsing is beoordeeld Bouwkundige aspecten Bij de plannen is voorts beoordeeld of in de praktijk wordt voldaan aan de Nederlandse eisen. Per gemeente gaat het daarbij om twee bouwplannen, waarbij ook een bouwplaatscontrole plaats vindt. De VI beschikt voor de bouwplantoetsing over de onderzoekstool AIPB. Het AIPB is in de pilot-fase van het project gebruikt, maar bleek te uitgebreid voor het doel in dit project. Uit de pilot, uit gesprekken met Bouwend Nederland en hun onderzoeksrapport 2 en uit de vraaggesprekken met gemeenteambtenaren blijken er met name knelpunten te worden vermoed rondom een beperkt aantal concrete kwesties. Daarom is besloten het onderzoek op deze aspecten te richten, te weten: de fundering (stevigheid, isolatie), de ventilatie, de deurhoogten en toegankelijkheid, de isolatie van de gehele buitenschil, de inbraakwerendheid, de trap op- en aantrede, de daglichttoetreding en de gootcapaciteit. Met betrekking tot deze onderwerpen is een checklist ontwikkeld. 2 In de studie van Bouwend Nederland zijn een aantal onderwerpen benoemd waarbij de Duitse bouw mogelijk niet zou voldoen aan het Nederlandse Bouwbesluit. In het kader van hun onderzoek is echter geen onderzoek verricht naar het daadwerkelijke wel of niet voldoen van de buitenlandse bouw aan het Bouwbesluit. VROM-Inspectie juli 2006 Bouwen door Duitse aannemers in Nederland Pagina 10/38

11 Het bureau PRC is ingeschakeld voor de contra-expertise en voor de beoordeling van specialistische technische vraagstukken, zoals bijvoorbeeld die van gelijkwaardigheid. In het kader hiervan is het bureau onder andere ook gevraagd, bij wijze van check, nog twee niet door de VI onderzochte plannen op de benoemde speerpunten door te lichten en eventuele andere bijzonderheden aan te wijzen. Bij beide woningen is zowel een dossiertoets als een bouwplaatsbezoek uitgevoerd. In totaal zijn door VIN en PRC veertien bouwplannen onderzocht, in acht gemeenten. De bevindingen van PRC zijn gedeeltelijk in dit rapport meegenomen. Het rapport van PRC staat in zijn geheel op de VROM-site : Dossieronderzoek bouwen door Duitse aannemers in Nederland PRC, Hajé van Egmond 2 december Uitvoering onderzoeken De onderzoeken door VIN zijn gestart met een gesprek met een medewerker BWT over de ervaringen met de bouw door buitenlandse aannemers in het algemeen en over de onderwerpen uit de vragenlijst in het bijzonder. Daarna werden de twee geselecteerde bouwdossiers onderzocht en tenslotte de bouwplaatsen bezocht. Dit laatste gebeurde in het bijzijn van een medewerker BWT en/of Handhaving van de gemeente. Dit was in de meeste gevallen een andere medewerker dan die waarmee het startgesprek werd gevoerd. Ook is in een aantal keren een inspecteur van de AI bij het bouwplaatsonderzoek aanwezig geweest. Zoals in de vorige paragraaf is genoemd is ook onderzoek verricht door het externe bureau PRC. Dit onderzoek was gericht op dezelfde onderwerpen als die waarop het VIN-onderzoek zich richtte. Ook is het bureau gevraagd over een aantal aspecten een vergelijking te maken tussen de Duitse en Nederlandse methoden en materialen. 3.3 Vergelijking Nederlandse en Duitse regelgeving en toezicht Zowel in Nederland als in Duitsland verleent de overheid bouwvergunningen, heeft de overheid een taak in het toezicht en zijn er bouwtechnische eisen waaraan een bouwwerk moet voldoen. Er zijn echter grote verschillen in de uitvoering van deze taken en in de geldende eisen. Om een aanzet te maken tot een vergelijking tussen de Nederlandse en de Duitse wijze van vergunningverlening en -toezicht heeft een interview plaatsgevonden met de Fachbereichleiter Hochbau, hoofd BWT van de Landkreis Emsland, in de deelstaat Niedersachsen. Landkreis Emsland grenst aan de provincies Groningen en Drenthe en is het gebied waar doorgaans de aannemers, die in de noordelijke grensprovincies werkzaam zijn, vandaan komen. Bij de bouwvergunningverlening voor eengezinswoningen en twee-onder-eenkapwoningen wordt in Emsland uitsluitend gecontroleerd of het bouwplan in het bestemmingsplan past, of aan de eventuele welstandseisen wordt voldaan en of de aannemer, en de overige bij de bouw betrokken uitvoerders, erkend zijn. Als dit alles in orde is, zit de taak er voor Bouw- en Woningtoezicht op. Er is een soort gildesysteem dat borg moet staan voor het vakmanschap en voor het voldoen aan de (technische) eisen op de verschillende deelterreinen die de bouw kent (constructeurs, installateurs, et cetera). Er hoeven bij de bouwaanvraag geen detailtekeningen en berekeningen te worden ingediend en er is ook geen overheidstoezicht op de uitvoering van de bouw. In Nederland wordt door de gemeenten getoetst of voldoende aannemelijk is gemaakt dat een plan aan de bouwtechnische kwaliteitseisen uit de bouwregelgeving voldoet. Dit toezicht vindt plaats op basis van een risicoanalyse. De opdrachtgever is verantwoordelijk voor het voldoen aan de eisen. Dit is ook het geval in Duitsland, maar daar kan de opdrachtgever de aannemer echter eerder aansprakelijk stellen, dan in Nederland 3. Enkele concrete gegevens over de regelgeving zijn ontleend aan: Sheridan, L., H.J. Visscher and F.M. Meijer, Building regulations in Europe Part II A comparison of technical requirements in eight European countries, Housing and Urban Policy Studies 24, Delft, Een publicatie naar aanleiding van een onderzoek in opdracht van VROM, verricht door onderzoeksbureau OTB, TU Delft, naar de verschillen in de bouwregelgeving van acht verschillende Europese landen. Voor deze studie zijn gegevens uit Hesse gebruikt. Deze kunnen van die van Niedersachsen verschillen, omdat elke deelstaat vrijheden heeft bij de vaststelling van de Bauordnung (Bouwwet). Verder zijn enkele gegevens ontleend aan de Niedersächsische Bauordnung; Mai Deze gegevens zijn bedoeld om globaal een beeld te geven van de Duitse regelgeving op de verschillende onderdelen en deze te vergelijken met de Nederlandse 3 In Duitsland geldt een garantie van 5 jaar voor zichtbare gebreken en van 10 jaar voor verborgen gebreken, zonder dat de garantie zich beperkt tot ernstige gebreken, zoals in Nederland het geval is. VROM-Inspectie juli 2006 Bouwen door Duitse aannemers in Nederland Pagina 11/38

12 regelgeving over die aspecten. Het is in het kader van dit onderzoek niet de bedoeling en ook niet mogelijk om alle relevante Duitse normen te achterhalen. De Duitse woningbouw heet over het algemeen goed en degelijk te zijn, met hoge constructie- en isolatieeisen. In de studie van Bouwend Nederland wordt bijvoorbeeld de zware uitvoering van de kappen en de fundering genoemd 4. Ook voor de daglichttoetreding gelden, althans in Niedersachsen, hogere eisen dan in Nederland. Wat betreft ventilatie gelden normen die van de Nederlandse verschillen. Dit geldt ook voor de vereiste deur- en drempelhoogte, trap op- en aantreden en de minimale vrije hoogten bij trappen. Voor de hemelwaterafvoer gelden dezelfde eisen. Voor de inbraakwerendheid van woningen zijn geen eisen door de Duitse overheid gesteld. Conclusie Het gemeentelijk toezicht is in Duitsland heel anders ingevuld dan in Nederland en ook zijn er verschillen in de eisen die worden gesteld. Dit alles betekent voor de Duitse aannemers die in Nederland komen werken een fikse omschakeling. Het lijkt aannemelijk dat zich, vooral daar waar de Duitse regelgeving afwijkt van de Nederlandse, problemen zullen voordoen. 4 Concurrentie Duitse..., 30 maart 2005, p. 11 en 12. VROM-Inspectie juli 2006 Bouwen door Duitse aannemers in Nederland Pagina 12/38

13 4 Onderzoeksresultaten VI 4.1 Inleiding Zoals in is aangegeven is dit onderzoek voor wat betreft de bepaling of wordt voldaan aan het Bouwbesluit gericht op de onderwerpen: fundering (sterkte, isolatie), ventilatie, isolatie buitenschil, inbraakwerendheid, deurhoogte, trap op- en aantrede, daglichttoetreding en hemelwaterafvoer. Bij elk onderwerp zijn veertien plannen beoordeeld. Per onderwerp komen aan de orde de wetgeving en de bevindingen met betrekking tot het gemeentelijk toezicht en de uitvoering in de praktijk. Tot slot volgt een paragraaf met de overige bevindingen over het gemeentelijk toezicht. De bevindingen zijn samengevat in een tabel (zie Hoofdstuk 6, Conclusies) Fundering en beganegrondvloer (sterkte) Wetgeving In dit onderzoek is beoordeeld of de uiterste grenstoestand, als bedoeld in artikel 2.2 Bouwbesluit 2003, niet wordt overschreden. In Duitsland geldt voor het gewapend beton de norm DIN (juli 2001). De verhouding tussen de Nederlandse en de Duitse eis is niet onderzocht. Bevindingen De Duitse manier van funderen wijkt af van de Nederlandse. Er wordt kruipruimteloos gebouwd. Vaak wordt grondstabilisering toegepast. Daar waar dat nodig is wordt onderheid. Betonbalken en vloeren worden direct gestort op zand afgedekt met folie, nadat leidingen en wapening zijn aangebracht. Bij het betonstorten wordt niet standaard gewerkt met bekisting 5 (voor een vergelijking van de methoden en de voor- en nadelen van kruipruimten, zie Bijlage 1). In negen van de veertien gevallen is sprake van een volledig Duitse wijze van funderen en in vier gevallen een meer traditioneel Nederlandse, met een werkvloer en/of bekisting. In dertien gevallen wordt kruipruimteloos gebouwd, in één dossier wordt volgens de vergunning gebouwd met kruipruimte. Bij alle bouwplannen zijn voldoende specificaties aanwezig om bij de vergunningverlening te beoordelen of aan de normen wordt voldaan. Op basis van de berekeningen in de dossiers is het in alle gevallen te verwachten dat dit het geval is. Er zouden echter uitvoeringsproblemen kunnen zijn. Bij de bouwplaatsonderzoeken heeft de VIN slechts in vier gevallen de fundering kunnen controleren, omdat de fundering in de overige gevallen al aan het oog was onttrokken. In één geval was op verzoek van de opdrachtgever een bekisting toegepast en zijn geen afwijkingen aangetroffen. In een ander was geen bekisting toegepast, maar was de fundering ook in orde. In één geval was er onvoldoende dekking. Dit is ter plekke opgelost. Tenslotte bleek in één geval in de praktijk een geheel andere fundering te zijn toegepast dan was vergund: een kruipruimteloze in plaats van de vergunde met een kruipruimte. Of de fundering van deugdelijke kwaliteit is kon niet bepaald worden, maar sowieso is er sprake van bouwen in strijd met de vergunning. 5 Bekisting wordt onder andere gebruikt vo or een zorgvuldige betonuitvoering. VROM-Inspectie juli 2006 Bouwen door Duitse aannemers in Nederland Pagina 13/38

14 Gemeentelijk toezicht De gemeenten hebben, om de kans op uitvoeringsfouten te beperken en in verband met betere controlemogelijkheden (dekking, et cetera) de voorkeur voor de Nederlandse funderingsmethode. Alle onderzochte gemeenten geven aan in principe bij Duitse aannemers niet anders te controleren dan bij Nederlandse, maar wel extra te controleren in relatie tot het funderen. Hierover is ook een afspraak gemaakt in het Regionaal Overlegorgaan Bouw- en Woningtoezicht 6. Bij een aantal bouwprojecten uit de steekproef hebben de gemeenten problemen gesignaleerd en, wanneer nodig, laten herstellen. In één geval is aangetoond dat de dekking onvoldoende was. Eén keer is de bouw stopgezet vanwege een vermoeden van instabiliteit, die veroorzaakt zou worden door verloren bekisting. Dit bleek later toch niet het geval. Eén keer is wapening toegepast nadat een constructie van beton met staalvezels was afgekeurd). De eigenschappen van dit beton met staalvezels kon niet voldoende worden aangetoond. Een aantal gemeenten geeft aan dat is geïnvesteerd in het duidelijk maken aan de Duitse aannemers wat er van hen verwacht wordt en dat daar goede resultaten mee zijn bereikt op uitvoeringsniveau. In één gemeente is geconstateerd dat er geen informatie is verstrekt en gevraagd over de wapening in toegepaste breedplaatvloeren. Geconstateerd is dat in zeker twee gemeenten eisen worden gesteld voor de toepassing van bekisting en/of werkvloeren van 5 cm dikte. Er is dan sprake van het stellen van aanvullende eisen boven het niveau van het Bouwbesluit. Dit is niet toegestaan. Op grond van het Bouwbesluit kan niet worden gesteld dat een fundering niet mag worden gebouwd zonder bekisting of werkvloer van stampbeton. Zolang namelijk bij het maken van de fundering voldoende aandacht besteed wordt aan de uitvoering (voldoende dekking, stabiliteit van de sleuven, verankering wapening in de vloer, et cetera) zal ook een fundering zonder bekisting en/of dergelijke werkvloer kunnen voldoen aan de prestatie-eisen van het Bouwbesluit In één gemeente bestaat een richtlijn voor de uitvoering van funderingen op staal, met behalve regels voor bekisting, ook regels voor het aanbrengen van wapening en het verwerken van beton 7. Ook hier is sprake van aanvullende technische eisen ten opzichte van het Bouwbesluit 2003; het is niet toegestaan om de richtlijn als voorwaarde aan de bouwvergunning te koppelen. Conclusie Op basis van de beschikbare berekeningen en de overige bevindingen is er weinig reden om aan de constructieve kwaliteit van de fundering volgens de Duitse bouwmethode te twijfelen. Tekortkomingen kunnen zich echter voordoen in de uitvoering. De Duitse werkwijze is anders dan de Nederlandse en kan leiden tot onvoldoende betondekking. Extra voorlichting kan hierbij problemen helpen voorkomen. Er vindt in veel gemeenten intensief toezicht plaats, zowel in de vergunningverlening fase als bij de uitvoering. Soms worden echter door de gemeente oneigenlijke voorwaarden gesteld, of wordt een bouwstop opgelegd, die later niet terecht blijkt Fundering (isolatie) Wetgeving Volgens artikel 5.2, eerste lid, van het Bouwbesluit 2003, moet een uitwendige scheidingsconstructie van een verblijfsgebied, inclusief de begane grond vloer, een toiletruimte of een badruimte een, volgens NEN 1068 bepaalde, warmteweerstand hebben van ten minste 2,5 m2.k/w. Artikel 3.27 stelt: Een uitwendige scheidingsconstructie (incl. de begane grond vloer) heeft aan de zijde die grenst aan een verblijfsgebied, een volgens NEN 2778 bepaalde factor van de temperatuur van de binnenoppervlakte (de zogenaamde f-factor), die niet kleiner is dan 0,65. 6 Concurrentie Duitse..., 30 maart 2005, p De betreffende voorschriften zijn bijna allemaal overgenomen uit NEN 6722, die als tweedelijns norm aan het Bouwbesluit is gekoppeld. Aangezien het Bouwbesluit alleen verwijst naar NEN 6720 daar waar het Het niet overschrijden van een uiterste grenstoestand als bedoeld in artikel 2.2. betreft, kunnen de voorschriften uit NEN 6722 niet als voorwaarden aan de bouwvergunning worden gekoppeld. De genoemde voorschriften zijn overigens wel gebruikelijk bij de uitvoering van betonconstructies. Normaliter zal aan het grootste deel altijd worden voldaan. VROM-Inspectie juli 2006 Bouwen door Duitse aannemers in Nederland Pagina 14/38

15 Tijdens het onderzoek zijn geen concrete gegevens aangetroffen over Duitse eisen met betrekking tot het voorkomen van een koudebrug. Wel is er een energiebesparingverordening (EnEV 2december 2004) waarin energielabels worden gehanteerd gerelateerd aan het energieverbruik. Bevindingen Bij de Duitse funderingsmethode wordt isolatie in de regel aangebracht aan de bovenzijde van de fundering en begane grondvloer. Hierdoor is in principe sprake van een koude fundering (zie Bijlage 1). Om aan de Nederlandse isolatie-eisen te kunnen voldoen moet een koudebrugonderbreking tussen de vloerplaat en de binnenspouwmuur worden gecreëerd. Dit kan door een isolerende voorziening te treffen waarbij een onderbreking wordt bewerkstelligd door holle bakstenen of blokken foamglas te plaatsen onder de binnenspouwbladen. Op die manier wordt voorkomen dat kou via de vloerplaat naar de binnenspouwmuur doorslaat. In Nederland zijn hiervoor niet veel producten verkrijgbaar, maar in Duitsland worden ze vaak toegepast en is het assortiment groter. De Duitse producten worden meegenomen voor gebruik in Nederland. In Bijlage 1 wordt ingegaan op de prestatie van Foamglas en kimstenen. Dit kan behulpzaam zijn bij de beoordeling van enkele Duitse standaardproducten. Bij zes onderzochte gevallen is zowel in de vergunningverlening als uit de praktijk duidelijk dat een afdoende isolerende maatregel is getroffen om een koudebrug te voorkomen en waaruit deze maatregel bestaat. Bij acht van de veertien plannen die in dit onderzoek zijn beoordeeld ontbraken voldoende specificaties om bij de vergunningverlening te beoordelen of in een koudebrugonderbreking was voorzien. In de praktijk worden hiertoe echter vaak isolerende stenen toegepast. De prestatie van deze isolerende stenen is vaak niet genoeg bekend. Dit aspect kon in vijf gevallen binnen dit onderzoek alsnog worden onderzocht. In twee van die vijf gevallen was de isolerende waarde onvoldoende. Conclusie In de praktijk wordt niet altijd een afdoende koudebrugonderbreking aangebracht. Het toezicht op dit deelonderwerp schiet in veel gemeenten tekort. Met name in de vergunningverleningfase is winst te behalen Isolatie gevels en daken Wetgeving Zoals in al aan de orde kwam moet volgens artikel 5.2, eerste lid, van het Bouwbesluit 2003, een uitwendige scheidingsconstructie van een verblijfsgebied, inclusief de begane grond vloer, een toiletruimte of een badruimte een, volgens NEN 1068 bepaalde, warmteweerstand hebben van ten minste 2,5 m2.k/w. Artikel 3.27 stelt: Een uitwendige scheidingsconstructie (incl. de begane grond vloer) heeft aan de zijde die grenst aan een verblijfsgebied, een volgens NEN 2778 bepaalde factor van de temperatuur van de binnenoppervlakte (de zogenaamde f-factor), die niet kleiner is dan 0,65. Volgens artikel 5.3 lid 1 mogen ramen, deuren, kozijnen en daarmee gelijk te stellen constructieonderdelen, gelegen in de gevel, een volgens NEN 1068 bepaalde warmtedoorgangscoëfficiënt van ten hoogste 4,2 W/m2 K. hebben. De energieprestatiecoëfficiënt mag voor woningen niet hoger zijn dan 1,0, zie artikel 5.12 lid 1(N.B. deze eis is per gewijzigd). Deze eis geldt dus niet voor uitwendige scheidingsconstructies van andere ruimtes, en ook niet voor onverwarmde ruimtes, zoals een aangebouwde garage, een serre, of het dak boven een zolder die niet als verblijfsgebied is ingericht. Ter voorkoming van condensvorming op binnenwanden tussen dergelijke ruimtes en het verblijfsgebied bevat het derde lid van artikel 3.27 de eis dat de f-factor van deze inwendige scheidingsconstructies eveneens niet kleiner is dan 0,65. Het vierde lid bepaalt dat de eisen betreffende condensvorming niet gelden voor ramen, deuren, kozijnen, voorzieningen voor ventilatie, voor toevoer van verbrandingslucht, voor afvoer van rook en dergelijke constructieonderdelen. In Duitsland gelden hoge normen voor gevel- en dakisolatie en worden dikke isolatiepakketten toegepast 8. 8 Concurrentie Duitse..., 30 maart 2005, p. 11. VROM-Inspectie juli 2006 Bouwen door Duitse aannemers in Nederland Pagina 15/38

16 Bevindingen Bij de veertien onderzochte woningen waren in twaalf gevallen voldoende gegevens in de dossiers aanwezig voor de beoordeling van de isolatiemaatregelen. In twee gevallen was er onvoldoende informatie. In één geval ging het hierbij om het ontbreken van informatie over één specifiek onderdeel, namelijk de isolerende waarde van toe te passen celbetonblokken. In het andere geval waren er helemaal geen gegevens. Vaak worden warmteweerstanden voor muren en kappen gerealiseerd die hoger zijn dan de minimale eisen uit het Bouwbesluit. Voorts bleek dat doorgaans met betrekking tot geïntegreerde rolluiken onvoldoende detailgegevens beschikbaar zijn om te beoordelen of de manier van afdichting tussen de gevel en het kozijn isolatielekken veroorzaken of niet. Op één bouwplaats kon afgeleid worden dat dit vermoedelijk niet het geval was. Het is desalniettemin een aandachtspunt. In zes van de onderzochte gevallen zijn sporenkappen 9 toegepast. Bij geen één van deze werden problemen met betrekking tot de isolatie geconstateerd, voor zover dat te beoordelen viel, ook niet in de uitvoering. De top van de kap wordt niet altijd geïsoleerd. Dit hoeft ook niet wanneer de ruimte onder de kap niet als verblijfsgebied bestempeld wordt. Wel moet dan isolatie aangebracht worden tussen de vlieringvloer en het plafond eronder. Voor zover dat kon worden beoordeeld is dit ook steeds gedaan. Conclusie Over het algemeen wordt wat betreft de gevels en daken aan de isolatie-eisen uit het Bouwbesluit voldaan. Mogelijk komt dit doordat in Duitsland hoge eisen worden gesteld. De twijfelpunten die zijn aangetroffen, die overigens niet per se tot afwijkingen hebben geleid, hadden in het vergunningverleningproces voorkomen kunnen worden Ventilatie Wetgeving Ingevolge afdeling 3.10 en 3.12 van het Bouwbesluit dienen bepaalde ruimten een voorziening voor luchtverversing te hebben, bestaande uit een component voor toevoer van verse lucht en een component voor afvoer van binnenlucht. Een component kan zijn een ventilatierooster, een draai- of schuifraam, een klap- of klepraam, een luik etc. (zie artikel 3.1 NEN 1087). Draaikiepramen kunnen eventueel een alternatief zijn. Er moet wel zijn voldaan aan alle eisen van het Bouwbesluit, met name: Eisen voor wat betreft regelbaarheid (artikel 3.50 Bouwbesluit 2003), eisen voor wat betreft comfort (artikel 3.49), eisen voor bescherming tegen geluid van buiten, artikel (3.2) en eisen voor de wering van vocht van buiten (artikel 3.23 lid 1). Draaikiepramen kunnen in de regel niet aan al deze eisen voldoen (zie Bijlage 2 voor meer informatie hierover). Bovendien heeft de toepassing van draai- kiepramen als consequentie dat de EPC hoger zal uitvallen en daarmee vermoedelijk de grenswaarde van 1 zal overschrijden. In Duitsland zijn diverse normen voor de ventilatie, maar worden, voor zover bekend, in de woningbouw geen ventilatie-eisen gesteld met betrekking tot ruimten anders dan de keuken en sanitaire ruimten 10. Duitse woningen bevatten vaak draaikiepramen als enige ventilatievoorziening, zonder dat ventilatieroosters worden aangebracht. Bevindingen In twaalf van de veertien dossiers waren, in de vorm van een ventilatieberekening en aanduiding van de voorzieningen op tekening, voldoende gegevens aanwezig om het bouwplan op papier te beoordelen. In drie dossiers was sprake van een gebalanceerd systeem dat voldoet. In elf dossiers is uitgegaan van een mechanisch ventilatiesysteem met natuurlijke toevoer, onder andere door de toepassing van ramen met ventilatieroosters. De uitvoeringspraktijk kon slechts bij zes van de elf relevante plannen worden beoordeeld, dit door de fase waarin zich de bouw bevond. In die zes gevallen werden vier keer draaikiepramen aangetroffen zonder 9 Een dakkap waarbij de dakbedekking wordt gedragen door een reeks van verticaal tegenover elkaar geplaatste daksporen (houten balken) en de horizontale en verticale krachten uit de kapconstructie worden opgevangen door de steunpunten op de vloer of muurplaat en door de nok of het nokknooppunt. 10 Niedersächsische Bauordnung, 2003, p. 39. VROM-Inspectie juli 2006 Bouwen door Duitse aannemers in Nederland Pagina 16/38

17 ventilatieroosters, waar roosters in alle gevallen wel nodig waren geweest. In twee gevallen was daarbij bovendien sprake van bouwen in afwijking van de vergunning. In de twee overige gevallen niet, maar ook daar werd in elk geval niet aan het Bouwbesluit voldaan. De gemeenten hebben hier in deze gevallen geen aandacht aan geschonken, zowel niet in de vergunningverleningfase als niet bij de bouwcontroles. Bovendien kwam bij in ieder geval één gelegenheid aan het licht dat een 3-standen draai-kiepraam in de laagste openingsstand uiterst inbraakgevoelig kan blijken. In twee gevallen, bij één gemeente, werden wel roosters in de draai- kiepramen aangetroffen. Deze gemeente houdt daar specifiek toezicht op. Eén gemeente beoordeelt drie-standen draai-kiepramen als conform de eisen (dit is aangetroffen in een dossier dat niet tot de steekproef behoorde). Dit conflicteert mogelijk met de norm dat een natuurlijke ventilatieopening vanuit oogpunt van comfort ten minste 1,8 m boven de aangrenzende vloer dient te zijn aangebracht en de maximale capaciteit van de ventilatiecomponent niet meer bedraagt dan 21 dm 3 /s (NPR 1088). Of hieraan wordt voldaan kan alleen via meting worden bepaald. Conclusie De ventilatie is op vergunningniveau vaak goed geregeld, maar de noodzakelijke voorzieningen blijken in de praktijk vaak niet conform de vergunning te worden uitgevoerd. In ongeveer de helft van de gevallen heeft dat aantoonbaar geleid tot situaties die niet voldoen aan het Bouwbesluit. In andere gevallen bestaat twijfel, maar zouden berekeningen kunnen aantonen dat wel wordt voldaan. In Duitsland lijken geen eisen te bestaan op dit gebied. Geconcludeerd wordt dat het zinvol is dat gemeenten richting de opdrachtgever en aannemers voorlichting gaan geven op dit gebied en ook aangeven dat aan de ventilatie-eisen dient te worden voldaan en dat BWT op dit aspect intensiever gaat controleren Toegankelijkheid Wetgeving Het Bouwbesluit eist in artikel 4.11 lid 1 dat een toegang van een ruimte van een woning een vrije toegang heeft met een breedte van ten minste 0,85 m en een hoogte van ten minste 2,30m. Dit geldt uitsluitend voor de in lid 1 genoemde ruimten, zoals een verblijfsgebied, een verblijfsruimte, een toiletruimte, een badruimte. Het Bouwbesluit eist verder in artikel 4.17 lid 1 dat de drempel ter plaatse van ten minste één toegang (meestal de hoofdtoegang) van de woning niet groter is dan 2 cm, in verband met rolstoeltoegankelijkheid. Wanneer buitendeuren geen toegangsdeuren zijn in de zin van het Bouwbesluit, gelden bovengenoemde eisen niet. Dit is vaak het geval bij tuindeuren en deuren naar bijvoorbeeld een buitenberging. Wel ligt het voor de hand om toch alle deuren in een woning te ontwerpen met de in het Bouwbesluit genoemde afmetingen. In Duitsland geldt een norm voor de breedte van een binnendeur van 0,80m en van 0,90m voor een buitendeur. Er is geen eis voor de deurhoogte 11. De Duitse standaarddeuren zijn vaak niet hoger dan 2,25m 12. De Duitse regelgeving kent verder geen toegankelijkheidseis met betrekking tot de drempelhoogte 13. Bevindingen Bij de vergunningbescheiden waren in twaalf gevallen wel en in twee gevallen geen gegevens over de deurhoogten aanwezig. Bij deze twee gevallen was de uitvoering in de praktijk in één geval nog niet te beoordelen. In het andere geval waren er deuren lager dan 2.30m, maar de vergunningaanvraag dateerde van voor 2003 en de eisen van het Bouwbesluit 2003 golden derhalve niet. Er werd wel aan de oude Bouwbesluiteis van minimaal 2.10m voldaan. Bij de twaalf dossiers waarvan wel gegevens bekend waren, was de uitvoering in twee gevallen nog niet te beoordelen. In de overige tien dossiers waren met betrekking tot deurhoogten alle gevallen geheel in orde. In vier situaties werden wel deuren van 2.25m aangetroffen, maar het betrof hier drie keer tuindeuren en Building regulations..., 2004, p Concurrentie Duitse..., 2005, p. 26. Building regulations..., 2004, p. 215 e.v. VROM-Inspectie juli 2006 Bouwen door Duitse aannemers in Nederland Pagina 17/38

18 één keer een deur tussen een garage en de woning. Hier is dus geen sprake van strijdigheid met de regelgeving. In geen van de dossiers waren concrete gegevens beschikbaar over de toegankelijkheidseis van minimaal één drempel van minder dan 0,02m hoogte en in de praktijk wordt deze eis ook zelden bereikt. Bij Duitse deurkozijnen is door het gebruik van montagekozijnen altijd sprake van een hogere drempel dan bij de toepassing van (in Nederland gebruikelijke) stelkozijnen (zie Bijlage 3 voor verdere informatie). Theoretisch zou het montagekozijn verdiept kunnen worden geplaatst, maar dan kan de vrije deurhoogte een probleem worden. De VROM-gemeenteonderzoeken wijzen overigens uit dat ook vaak niet wordt voldaan aan de toegankelijkheidseisen bij het bouwen door Nederlandse aannemers. Conclusie In de praktijk is wat betreft deurhoogten bij alle deuren informatie aanwezig en wordt aan de eisen voldaan. De toegankelijkheid van woningen wordt niet of nauwelijks getoetst en het doel vaak niet bereikt, zowel niet bij woningen van Duitse als van Nederlandse aannemers. De gemeenten kunnen op dit punt winst boeken door voorlichting te geven en toezicht uit te oefenen. Een actie over de gehele linie lijkt voor de hand te liggen Inbraakwerendheid Wetgeving Het Bouwbesluit 2003 geeft de volgende eis in artikel 2.215: Deuren, ramen, kozijnen en daarmee gelijk te stellen constructieonderdelen in een uitwendige scheidingsconstructie van een niet gemeenschappelijke ruimte, die volgens NEN 5087 bereikbaar zijn voor inbraak, hebben een volgens NEN 5096 bepaalde inbraakwerendheid die voldoet aan de in die norm aangegeven weerstandsklasse 2. Weerstandsklasse 2 komt overeen met 3 minuten inbraakwerendheid volgens NEN Voor de inbreker bereikbare ramen en deuren dienen gedurende ten minste 3 minuten tegen een poging tot inbraak bestand te zijn. In de praktijk is dit te controleren door een KOMO attest/certificaat met daarop aangegeven het symbool van een huisje met daar in een 2, veelal 2 sterren SKG genoemd. Hang- en sluitwerk met 1 ster SKG is meestal voldoende om de norm van 3 minuten te halen, maar daarbij is ook het aantal scharnieren, de kwaliteit van de raam- of deurconstructie zelf, en de naleving van de verwerkingsvoorschriften van de leverancier van belang. Alleen via een beproeving kan dus worden vastgesteld of deuren en ramen met 1 ster SKG hang- en sluitwerk voldoen aan Weerstandsklasse 2. Het gaat immers om de inbraakwerendheid van het complete gevelelement. Het Politiekeurmerk Veilig Wonen gaat boven de Bouwbesluitnorm uit en kan derhalve niet worden vereist 14. In Duitsland worden in de bouwregelgeving geen eisen gesteld 15. Wel is certificering gangbaar. Bevindingen In acht van de veertien gevallen zijn onvoldoende tot geen gegevens aanwezig. Bij zes gevallen wel. In vier van deze gevallen is de uitvoering in orde en in de overige twee hoogstwaarschijnlijk ook. Hierbij waren Duitse certificaten aanwezig die aan de Nederlandse normen lijken te voldoen (zie Bijlage 4). Van zeven gevallen waarin onvoldoende of geen gegevens waren, was het gezien het stadium van het werk niet te bepalen of wordt voldaan, of zou dit alleen met destructief onderzoek kunnen worden vastgesteld. In één geval was het op de bouwplaats duidelijk dat niet wordt voldaan. Conclusie In minder dan de helft van de onderzochte dossiers waren voldoende gegevens in de vergunningverleningfase aanwezig om te beoordelen of kan worden voldaan aan de Bouwbesluiteisen voor inbraakwerendheid. In deze zes dossiers wordt aan de eisen voldaan, ook in de uitvoering. Of dit ook het geval is in de overige acht dossiers is geheel onduidelijk. 14 Onderzoek door onder andere de Consumentenbond wijst er echter op dat veel cilindersloten met het Politiekeurmerk niet aan de eisen uit het Bouwbesluit zouden voldoen (Telegraaf, 22 maart 2006). 15 Building regulations..., 2004, p. 171 e.v. VROM-Inspectie juli 2006 Bouwen door Duitse aannemers in Nederland Pagina 18/38

19 De inbraakwerendheid van woningen wordt vaak niet getoetst en mogelijk wordt het doel vaak niet bereikt. De gemeenten kunnen op dit punt winst boeken door voorlichting te geven, wel te toetsen en toezicht uit te oefenen Trappen Wetgeving Het Bouwbesluit geeft in afdeling 2.5 voor trappen in nieuwbouwwoningen onder andere de eisen van een optrede van maximaal 18,5 cm, een aantrede ter plaatse van de klimlijn van minimaal 22 cm en een breedte van een trap van minimaal 80 cm. De vrije hoogte boven een trap moet minimaal 2,30m zijn en de trap zelf mag maximaal 4m hoog zijn 16. In Niedersachsen geldt voor een trap een minimumbreedte van 80 cm, een op- en aantrede van 20cm en 23 cm 17, in Duitsland geldt verder een vrije hoogte van minimaal 2m en een maximale hoogte van 3,42m. Deze normen zijn opgenomen in DIN Bevindingen In elf van de veertien gevallen stonden in de vergunningbescheiden voldoende gegevens om de aanvraag op het aspect trappen te beoordelen. In één geval werd op de tekening een minimale afwijking van de norm geconstateerd. De betreffende gemeente heeft hier geen consequenties aan verbonden. Hoe de trap in dit bewuste geval is uitgevoerd was nog niet te beoordelen omdat de trap nog niet was geplaatst. Bij drie aanvragen ontbraken gegevens over de trap. In de praktijk is bij vijf trappen geconstateerd dat de uitvoering in orde was. In zeven gevallen was daar gezien het stadium van het werk nog niets over te zeggen. In twee gevallen is tijdens controles een afwijking geconstateerd. Hierbij waren de tekeningen die bij de vergunning hoorden wel akkoord en was dus sprake van bouwen in afwijking van de vergunning. In één geval werd ter plaatse een betonnen trap gestort, waarbij een afwijking ten opzichte van de vergunning is opgetreden. Deze is meteen gecorrigeerd. In het andere geval was nog niet bekend hoe de kwestie werd opgelost. Hier ging het om een vlieringtrap. Conclusie Vaak worden bij de vergunningaanvraag gegevens over trappen aangeleverd. Er wordt niet altijd getoetst of aan de eisen wordt voldaan. In de praktijk blijken soms afwijkingen ten opzichte van de vergunning voor te komen. Tussen de Duitse en Nederlandse regelgeving zitten kleine verschillen. Wanneer een afwijking is aangetroffen is door de gemeenten handhavend opgetreden. Bij het storten van trappen in het werk kunnen zich makkelijker (kleine) afwijkingen voordoen, dan wanneer standaardtrappen worden toegepast. De uitvoering van de meeste trappen is in orde Daglichttoetreding Wetgeving In artikel/afdeling 3.20 van Bouwbesluit staat als eis voor de daglichttoetreding de zogenoemde equivalente daglichttoetreding van 10% van de vloeroppervlakte van het verblijfsgebied met een minimum van 0,5m² equivalente daglichttoetreding, bepaald volgens NEN NEN 2057 is een eenvoudige bepalingsmethode. Bij de Duitse bouw is geregeld sprake van diepe raamnissen. De Nederlandse eis houdt wel rekening met beperking in de daglichttoetreding door bijvoorbeeld overstekken, maar niet met die door zijdelingse afschermingen bij dieper liggende ramen. In Niedersachsen bestaat de eis dat het raamoppervlakte in een bewoonbare kamer minstens 1/8 deel van het vloeroppervlak bedraagt, waarbij raamoppervlak beneden de 1,50m buitenbeschouwing blijft 19. Deze eis lijkt hoger dan de Nederlandse Genoemde normen gelden niet voor een trap naar een zolder welke geen verblijfsgebied is. 17 Niedersächsische Bauordnung, p Building regulations..., 2004, p. 77 en Niedersächsische Bauordnung, p Het kan zijn dat het beeld wordt vertekend door een verschil in de vloeroppervlakteberekening. Dit is niet nader onderzocht. VROM-Inspectie juli 2006 Bouwen door Duitse aannemers in Nederland Pagina 19/38

20 Bevindingen Uit de aanvraaggegevens is gebleken dat er geen problemen waren met betrekking tot de daglichttoetreding, uitgezonderd in één geval. De berekeningen wezen hier al op. Voor de betreffende gemeente is dit geen reden geweest om de vergunning te weigeren. Wel is gesteld dat er een extra dakraam moest worden geplaatst. Hier is geen toezicht op gehouden. In de praktijk is het niet aangebracht. Conclusie Er zijn geen specifieke problemen gesignaleerd in relatie tot de eisen voor daglichttoetreding en de Duitse bouw. De diepte waarop een raam in het dakvlak ligt wordt niet als negatieve factor in de berekening opgevoerd. Dit neemt niet weg dat in de praktijk natuurlijk sprake kan zijn van een beperkte daglichttoetreding Hemelwaterafvoer Wetgeving Het Bouwbesluit 2003 schrijft in artikel 3.44 voor dat een voorziening voor de opvang en afvoer van hemelwater een volgens NEN 3215 bepaalde capaciteit heeft die tenminste gelijk is aan de volgens NEN 3215 bepaalde belasting van die voorziening. NEN 3215 geeft aan dat gerekend moet worden met een regenintensiteit van 300 l/s/ha. Deze regenintensiteit gaat er vanuit dat het HWA-systeem eens in de 5 jaar kan overlopen, wat acceptabel wordt geacht. De regenbelasting moet worden berekend op grond van NEN 3215 / NPR Uit informatie inzake de Duitse regels blijkt dat in Duitsland ook gerekend wordt met 300 l/s/ha (hoewel ook wel waarden van 200 l/s/ha genoemd worden). Een en een ander conform de Duitse norm DIN Bevindingen In de meeste dossiers waren voldoende gegevens aanwezig om de hemelwaterafvoer te kunnen beoordelen. Er zijn echter geen concrete aanwijzingen dat de gemeenten de gegevens hebben getoetst. Door Duitse aannemers worden vaak koperen mastgoten toegepast. Deze ogen klein en er bestaat twijfel over de capaciteit. In acht van de onderzochte gevallen zijn dergelijke mastgoten toegepast. In de overige zes gevallen bakgoten. Bij twee onderzochte woningen is beoordeeld of aan de eisen wordt voldaan. In één geval is sprake van een koperen mastgoot van 110 mm en hemelwaterafvoeren van rond 100mm. Deze blijkt niet aan de eisen te voldoen. In het tweede geval is een bakgoot toegepast van ongeveer 180mm breed en 80mm hoog. Deze voldoet wel (zie voor berekeningen Bijlage 5). Conclusie De koperen mastgoot blijkt niet altijd de vereiste capaciteit te hebben. Een berekening kan aantonen of goten aan de eisen voldoen Gemeentelijk bouw- en woningtoezicht Vergunningverlening en toezicht op bouwplaats Bij de verschillende onderwerpen is aan de orde geweest of de gemeente toezicht heeft uitgeoefend met betrekking tot de deelonderwerpen. Zowel het preventieve als het repressieve toezicht vindt met name op hoofdlijnen plaats. De zes door de VIN onderzochte gemeenten geven allemaal aan dat zij de bouwplannen die door Duitse aannemers uitgevoerd worden, niet anders toetsen dan de Nederlandse. Wel schenken ze extra aandacht aan de keuring van de wapening en aan het storten van de fundering. Ook geeft een aantal gemeenten aan dat zij in de sfeer van voorlichting een rol spelen en dat dat zeer effectief werkt. Dit is niet verwonderlijk gezien de verschillen in regelgeving en toezicht tussen Nederland en Duitsland. De gemeenten geven aan dat de Duitse aannemers, wanneer zij op afwijkingen worden gewezen, altijd tegemoet komen aan hun verplichtingen. De laatste tijd worden relatief weer meer nieuwe Duitse/buitenlandse aannemers in de regio actief en wordt weer voorlichting ingezet als middel om problemen te voorkomen. 21 Dossieronderzoek..., 2005, p. 8. VROM-Inspectie juli 2006 Bouwen door Duitse aannemers in Nederland Pagina 20/38

Bouwen door Duitse aannemers in Nederland

Bouwen door Duitse aannemers in Nederland Bouwen door Duitse aannemers in Nederland De VROM-Inspectie staat voor een betere naleving van het VROM beleid en de wet- en regelgeving. Dit resulteert in een betere kwaliteit van de leefomgeving. Om

Nadere informatie

Bevordering naleving Ventilatie en EPC regels. Verslag uitgevoerde activiteiten 2010. Datum 13 december 2010 Status Definitief

Bevordering naleving Ventilatie en EPC regels. Verslag uitgevoerde activiteiten 2010. Datum 13 december 2010 Status Definitief Bevordering naleving Ventilatie en EPC regels Verslag uitgevoerde activiteiten 2010 Datum 13 december 2010 Status Definitief Colofon Publicatienummer VROM-Inspectie Directie Uitvoering Programma Bouwen

Nadere informatie

RAPPORTAGE 'MATERIËLE TOETS' GEMEENTE HEUSDEN

RAPPORTAGE 'MATERIËLE TOETS' GEMEENTE HEUSDEN RAPPORTAGE 'MATERIËLE TOETS' GEMEENTE HEUSDEN Rapporteur Eindverantwoordelijke drs. R.B.J. Prins ir J.W. Pothuis PRC Bouwcentrum B.V. Bodegraven, 4 juli 2002 INHOUDSOPGAVE pagina 1. INLEIDING 1 1.1 Verricht

Nadere informatie

Zaaknummer: Vergunninghouder: V.R. Horst Projectomschrijving: het bouwen van een woning en het aanleggen van een uitrit

Zaaknummer: Vergunninghouder: V.R. Horst Projectomschrijving: het bouwen van een woning en het aanleggen van een uitrit Zaaknummer: 770666 Vergunninghouder: V.R. Horst Projectomschrijving: het bouwen van een woning en het aanleggen van een uitrit VOORWAARDEN ONDERDEEL BOUW Algemeen 1. Het bouwen moet geschieden overeenkomstig

Nadere informatie

Bouwbesluit rapportage

Bouwbesluit rapportage Bouwbesluit rapportage Project: aanpassen bijgebouw met sauna voorziening Dossier: 16.043 Opdrachtgever: Dhr. A. Jonkers Loon 51 5757 AA Deurne Architect: J.A.W. van Extel buro voor Bouwadvies Ontwerp

Nadere informatie

Bouwbesluit Toetsing BB 2012

Bouwbesluit Toetsing BB 2012 Projectnummer : Datum : Tekening: Versie : Opdrachtgever : Nijverheidsweg te Heemstede BG PR6304 2 juni 205 v.0 AG architecten bv d.d. 26 mei 205 gemaakt door: RDG Bouwbesluit Toetsing BB 202 ijverheidsweg

Nadere informatie

Aanvraag bouwvergunning NEN-normen in de praktijk

Aanvraag bouwvergunning NEN-normen in de praktijk Aanvraag bouwvergunning NEN-normen in de praktijk Is het mogelijk een bouwvergunning te verkrijgen zonder dat u NEN-normen koopt en toepast? Hoe gaat het in de praktijk? De meest relevante NEN-regeltjes,

Nadere informatie

Bouwbesluit 2012, industriefunctie, gelijkwaardigheid, nieuwbouw, thermische isolatie Datum: 15 juni 2019 Status: magazijn.

Bouwbesluit 2012, industriefunctie, gelijkwaardigheid, nieuwbouw, thermische isolatie Datum: 15 juni 2019 Status: magazijn. Trefwoorden: Bouwbesluit 2012, industriefunctie, gelijkwaardigheid, nieuwbouw, thermische isolatie Datum: 15 juni 2019 Status: Definitief Dit advies is opgesteld voor deze specifieke casus en is niet algemeen

Nadere informatie

Zaaknummer: Vergunninghouder: dhr. E. Meijer, Bouwbedrijf U. Veenstra Projectomschrijving: de nieuwbouw van een vrijstaande woning

Zaaknummer: Vergunninghouder: dhr. E. Meijer, Bouwbedrijf U. Veenstra Projectomschrijving: de nieuwbouw van een vrijstaande woning Zaaknummer: 683873 Vergunninghouder: dhr. E. Meijer, Bouwbedrijf U. Veenstra Projectomschrijving: de nieuwbouw van een vrijstaande woning VOORWAARDEN ONDERDEEL BOUW Algemeen 1. Het bouwen moet geschieden

Nadere informatie

Let wel: deze nota betreft alleen de toetsing en het toezicht aan het Bouwbesluit.

Let wel: deze nota betreft alleen de toetsing en het toezicht aan het Bouwbesluit. BenW-nota dienst Directie RO en afdelingen (k000) afdeling Bouw- en woningtoezicht (k200) telefoon 0182-588280 collegenummer 751515 gouda 17 juni 2012 steller Netten, M. (bwt961) onderwerp Toets- en Toezichtsniveau

Nadere informatie

Renvooi. datum: P = 0,90- N.A.P. gebakken klinker oprit. gebakken klinker terras. entree aanduiding. parkeerplaats opstelling

Renvooi. datum: P = 0,90- N.A.P. gebakken klinker oprit. gebakken klinker terras. entree aanduiding. parkeerplaats opstelling 5,4 12,6 17,9 B 1 556 m2 3,9 12,1 20,0 2 574 m2 C 3,0 10,6 15,4 1,5 3 263 m2 4 183 m2 D E F 5 275 m2 5,5 12,1 18,4 6 540 m2 A 3,0 10,7 13,6 1,5 7 232 m2 8 163 m2 9 163 m2 10 285 m2 3,5 10,1 3,0 10,7 13,6

Nadere informatie

Behoort bij besluit van het College van burgemeester en wethouders van Uden van. 29 april 2016. Teamleider dienstverlening afdeling Ruimte

Behoort bij besluit van het College van burgemeester en wethouders van Uden van. 29 april 2016. Teamleider dienstverlening afdeling Ruimte Zaaknummer: 253720 Behoort bij besluit van het College van burgemeester en wethouders van Uden van 29 april 206 Teamleider dienstverlening afdeling Ruimte Projectgegevens Projectnaam : Nieuwbouw 2 seniorenwoningen

Nadere informatie

Nieuwbouw gebouw B Nistelrodeseweg t.h.v. nr 13, te Uden Inleiding

Nieuwbouw gebouw B Nistelrodeseweg t.h.v. nr 13, te Uden Inleiding Inleiding 21-12-2015 Deze bijlage met relevante berekeningen met betrekking tot het bouwbesluit 2012 is van toepassing op: Nieuwbouw bedrijfspanden en bedrijfswoning Deze bijlage behoort bij de omgevingsvergunningsstukken:

Nadere informatie

Renvooi Bouwbesluit Gebruiksfunctie logiesfunctie

Renvooi Bouwbesluit Gebruiksfunctie logiesfunctie Renvooi Bouwbesluit 2012 Het bouwen dient te geschieden overeenkomstig de eisen van het Bouwbesluit 2012. Indien op de tekeningen en/of bestek waarden worden vermeld welke het niveau van het Bouwbesluit

Nadere informatie

Rapport Bouwbesluiteisen

Rapport Bouwbesluiteisen BOUWADVIESBUREAU RAATJES HEIN LEEMHUISSTRAAT 5 9744 DR GRONINGEN TELEFOON: 050-5 25 37 51 E-MAIL: INFO@RAATJES.NL INTERNET : WWW.RAATJES.NL BANKNR : NL84INGB0009395868 KVK GRONINGEN : 02078129 Rapport

Nadere informatie

11 oktober 2012 W2.4: Constructieve aspecten van transformatie. Imagine the result

11 oktober 2012 W2.4: Constructieve aspecten van transformatie. Imagine the result 11 oktober 2012 W2.4: Constructieve aspecten van transformatie Imagine the result Wie zijn wij? Jeroen Bunschoten Senior adviseur bouwregelgeving ARCADIS Nederland BV Gerard van Engelen Senior adviseur

Nadere informatie

Bouwbesluit Toetsing Verbouw BB 2012

Bouwbesluit Toetsing Verbouw BB 2012 BEM1503896 gemeente Steenbergen Projectnaam : Projectnummer : PKE RDG PR6519 Datum : TGK NGW 15 juli 2015 Tekening: 15010 TO02 d.d. 3 juli 2015 Versie : v 1.0 Opdrachtgever : Verbouw en uitbreiding woning

Nadere informatie

BRL 2701 "Metalen gevelelementen" ( ) + wijzigingsblad ( ) Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

BRL 2701 Metalen gevelelementen ( ) + wijzigingsblad ( ) Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden GEVELELEMENT, METAAL (attest, productcertificaat) BRL 2701 "Metalen gevelelementen" (2003-11) + wijzigingsblad (2005-11) Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden Algemene sterkte

Nadere informatie

Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden BINNENDEUR EN -KOZIJN (attest, productcertificaat) BRL 2211 "Binnendeuren en -kozijnen" (2002-11) Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden Beperking van ontwikkeling van brand

Nadere informatie

Ontwerpbeschikking Omgevingsvergunning en Ontwerpverklaring van geen bedenking

Ontwerpbeschikking Omgevingsvergunning en Ontwerpverklaring van geen bedenking Ontwerpbeschikking Omgevingsvergunning en Ontwerpverklaring van geen bedenking Burgemeester en wethouders hebben op 7 april 2011 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het slopen van

Nadere informatie

BEOORDELINGSRICHTLIJN WIJZIGINGSBLAD

BEOORDELINGSRICHTLIJN WIJZIGINGSBLAD BRL 5701 Wijzigingsblad 14112016 BEOORDELINGSRICHTLIJN WIJZIGINGSBLAD VOOR HET KOMO ATTEST VOOR VENTILATIEROOSTERS Vastgesteld door het College van Deskundigen d.d. 01092016 Aanvaard door de KOMO Kwaliteits

Nadere informatie

Rgd. Dichtheid. Voor het aspect dichtheid van bouwconstructies wordt onderscheid gemaakt in:

Rgd. Dichtheid. Voor het aspect dichtheid van bouwconstructies wordt onderscheid gemaakt in: Rgd 5 Dichtheid Voor het aspect dichtheid van bouwconstructies wordt onderscheid gemaakt in: Dichtheid wet Rgd 5.1 Waterdichtheid 5.1.1 Wering vocht van buiten 5.1.2 Wering vocht van binnen 5.2 Luchtdichtheid

Nadere informatie

SCHIPHOL HOTEL BADHOEVEDORP

SCHIPHOL HOTEL BADHOEVEDORP SCHIPHOL HOTEL BADHOEVEDORP 08-06-2016 Toets thermische isolatie en energieprestatie Toets thermische isolatie en energieprestatie ten behoeve van de aanvraag omgevingsvergunning. Definitief Schiphol Hotel

Nadere informatie

Ruimte Omschrijving Opp. 10% Ad * Cb * Cu = Ae. Woonkamer 26,86 2,69 Raam Voorgevel 4,00* 0,86* 1,00= 3,44 Raam Zijgevel 0,52* 0,86* 1,00= 0,45

Ruimte Omschrijving Opp. 10% Ad * Cb * Cu = Ae. Woonkamer 26,86 2,69 Raam Voorgevel 4,00* 0,86* 1,00= 3,44 Raam Zijgevel 0,52* 0,86* 1,00= 0,45 Project: Verbouwing woning Eisen bouwbesluit daglichttoetreding In het totaal van de uitwendige scheidingsconstructies van een verblijfsgebied moet, met het oog op de toetreding van daglicht en het uitzicht

Nadere informatie

Ventilatievoorzieningen voor een meterruimte in een woning

Ventilatievoorzieningen voor een meterruimte in een woning Ventilatievoorzieningen voor een meterruimte in een woning Probleem Aan de hand van het Bouwbesluit vaststellen welke eisen er gelden voor de ventilatiecapaciteit die is vereist voor een meterruimte in

Nadere informatie

Onderbouw. Brandveiligheidseisen ONDERBOUW. Om voor optoppen in aanmerking te komen moet een woongebouw aan

Onderbouw. Brandveiligheidseisen ONDERBOUW. Om voor optoppen in aanmerking te komen moet een woongebouw aan 3 Onderbouw Om voor optoppen in aanmerking te komen moet een woongebouw aan een aantal voorwaarden voldoen. Het is belangrijk dat het gebouw in goede bouwkundige staat verkeert, gunstig gelegen is en dat

Nadere informatie

Toets Bouwbesluit - daglichtberekening. - ventilatieberekening.

Toets Bouwbesluit - daglichtberekening. - ventilatieberekening. Gebruiksfuncties: 1 Woonfunctie 2 Bijeenkomstfunctie 3 Celfunctie 4 Gezondheidsfunctie 5 Industriefunctie 6 Kantoorfunctie 7 Logiesfunctie 8 Onderwijsfunctie 9 Sportfunctie 10 Winkelfunctie 11 Overige

Nadere informatie

T O E T S I N G S R A P P O R T

T O E T S I N G S R A P P O R T T O E T S I N G S R A P P O R T BOUWBESLUIT 2012: LUCHTVERVERSING project: status: werknummer: Geluidstudio Warnier Posta Amsterdam Definitief 2016-032 rapportnummer: datum: auteur: 2016032_LUCHTVERVERSING

Nadere informatie

Verbouw Abdij Koningsoord te Berkel-Enschot. - Werkplaats - Toetsing verblijfsgebieden, verblijfsruimten Luchtverversing Daglichttoetreding

Verbouw Abdij Koningsoord te Berkel-Enschot. - Werkplaats - Toetsing verblijfsgebieden, verblijfsruimten Luchtverversing Daglichttoetreding Verbouw Abdij Koningsoord te Berkel-Enschot - Werkplaats - Toetsing verblijfsgebieden, verblijfsruimten Luchtverversing Daglichttoetreding Verbouw Abdij Koninsgoord te Berkel-Enschot - Werkplaats - Toetsing

Nadere informatie

Verbouwing van een gevel: geluidsisolatie en ventilatie

Verbouwing van een gevel: geluidsisolatie en ventilatie Verbouwing van een gevel: geluidsisolatie en ventilatie Probleem Aan de hand van het Bouwbesluit vaststellen welke eisen voor de geluidswering en ventilatie gelden bij de renovatie van een gevel. Oplossingsrichtingen

Nadere informatie

w w w. o l d e h a n t e r. n l

w w w. o l d e h a n t e r. n l Werknr.: 09-288 Project: Standaard garage Prefab beton elementen Opdrachtgever: Rekers Betonwerk GMBH & Co. KG Portlandstraße 15 48480 Spelle Duitsland Onderwerp: Ventilatieberekening Alle type garages

Nadere informatie

Projectgegevens. Inhoudsopgave

Projectgegevens. Inhoudsopgave Projectgegevens Projectnaam : Bakker te Nieuw Vennep Projectnummer : PR812 Datum : 1 februari 201 Tekening : 3541_bakker d.d. 5 oktober 2015 Versie : 2.0 Opdrachtgever : H.Hardeman B.V. Handels- en constructiebedrijf

Nadere informatie

Vastgoedtransformatie. het Bouwbesluit. 31 mei Patrick van Loon. Vergunningverlener Stadsontwikkeling

Vastgoedtransformatie. het Bouwbesluit. 31 mei Patrick van Loon. Vergunningverlener Stadsontwikkeling Vastgoedtransformatie en het Bouwbesluit 31 mei 2018 Patrick van Loon Vergunningverlener Stadsontwikkeling Het bouwvergunningproces Vooroverleg Indienen aanvraag en inhoudelijke beoordeling op: Bestemmingsplan

Nadere informatie

Mechanische ventilatie in horecabedrijven

Mechanische ventilatie in horecabedrijven Mechanische ventilatie in horecabedrijven Besluit eisen inrichtingen DHW vs Bouwbesluit 2012 Jacco Huijzer jhu@nieman.nl / 06-46 233 999 12-6-2018 2 1 Artikel 5 lid 1 B-DHW Een horecalokaliteit is voorzien

Nadere informatie

VLOER, BEGANE GROND, COMBINATIEVLOER, BETONBALKEN en EPS- VULELEMENTEN (attest, productcertificaat)

VLOER, BEGANE GROND, COMBINATIEVLOER, BETONBALKEN en EPS- VULELEMENTEN (attest, productcertificaat) VLOER, BEGANE GROND, COMBINATIEVLOER, BETONBALKEN en EPS- VULELEMENTEN (attest, productcertificaat) BRL 0203 "Vrijdragende systeemvloeren van vooraf vervaardigd constructief beton" (2003-12) + wijzigingsblad

Nadere informatie

Kwaliteitsverklaringen, afgegeven op basis van BRL 3300 Vloerluiken d.d. 15-08-2003 behouden hun geldigheid tot 01-10-2013.

Kwaliteitsverklaringen, afgegeven op basis van BRL 3300 Vloerluiken d.d. 15-08-2003 behouden hun geldigheid tot 01-10-2013. Wijzigingsblad d.d. 08-03-2013-2013 behorende bij BRL 3300 VLOERLUIKEN d.d. 15-08-2003 Vastgesteld door het College van Deskundigen d.d. 24-01-2013 Aanvaard door de Harmonisatiecommissie Bouw van de Stichting

Nadere informatie

AD T Tekeningenlijst

AD T Tekeningenlijst AD_tekeningenlijst Aandachtspunten Bouwbesluit Blad Tekeningnaam Datum Wijziging Formaat Schaal Omschrijving 00 - Algemeen 00P Projectblad 06-05-2018 A3 nvt 00T Tekeningenlijst 06-05-2018 A3 nvt 01 - Nieuwe

Nadere informatie

VENTILATIE & DAGLICHT MULLER ONTWERP EN ADVIES B.V. WIEDHAAK 18A 3371 KD HARDINXVELD-GIESSENDAM TELEFOON: 0184-614120 FAX: 0184-631091

VENTILATIE & DAGLICHT MULLER ONTWERP EN ADVIES B.V. WIEDHAAK 18A 3371 KD HARDINXVELD-GIESSENDAM TELEFOON: 0184-614120 FAX: 0184-631091 RAPPORT: VLOEROPPERVLAKTE & RUIMTE-DIFFERENTIATIE VENTILATIE & DAGLICHT WERKNO: 12429 DATUM: 10-06-2015 PROJECT: NIEUWBOUW BEDRIJFSVERZAMELGEBOUW WEIDEVOGEL A/D MANMAKERWEG TE BLESKENSGRAAF B OPDRACHTGEVER:

Nadere informatie

Kwaliteitsverklaringen, afgegeven op basis van BRL 5701 Ventilatieroosters d.d. 15-08-2003 behouden hun geldigheid tot 01-10-2013.

Kwaliteitsverklaringen, afgegeven op basis van BRL 5701 Ventilatieroosters d.d. 15-08-2003 behouden hun geldigheid tot 01-10-2013. Vastgesteld door het College van Deskundigen d.d. 30012013 Aanvaard door de Harmonisatiecommissie Bouw van de Stichting Bouwkwaliteit d.d. 28032013 Pagina 1 van 16 Dit wijzigingsblad is op 28032013 door

Nadere informatie

Bouwbesluit. Wettelijke regelingen

Bouwbesluit. Wettelijke regelingen Bouwbesluit Wettelijke regelingen Woningwet Bouwbesluit Ministeriële regeling bouwbesluit Nederlandse normen: NEN s Nederlandse praktijkrichtlijnen: NPR Kwaliteitsverklaringen Cauberg-Huygen 2 Bouwbesluit:

Nadere informatie

Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden VENTILATIEVOORZIENING (attest, productcertificaat) BRL 5701 "Ventilatieroosters" (200308) Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden Algemene sterkte van de bouwconstructie 2.1 2.2;1,

Nadere informatie

DAKPLAAT/GEVELPLAAT, VEZELCEMENTPLAAT, GEPROFILEERD, ASBESTVRIJ (attest, productcertificaat)

DAKPLAAT/GEVELPLAAT, VEZELCEMENTPLAAT, GEPROFILEERD, ASBESTVRIJ (attest, productcertificaat) DAKPLAAT/GEVELPLAAT, VEZELCEMENTPLAAT, GEPROFILEERD, ASBESTVRIJ (attest, productcertificaat) BRL 1103 "Daken en gevels met geprofileerde asbestvrije vezelcementplaten" (2003-12) Beschouwde afdelingen van

Nadere informatie

Wijzigingsblad BRL 5212

Wijzigingsblad BRL 5212 14-12-2015 Dit wijzigingsblad behoort bij BRL 5212 d.d.22-05-2007 Wijzigingsdatum 14-12-2015 Vastgesteld door het College van deskundigen Dak en gevelbekleding van SKG-IKOB d.d.04-06-2015. Aanvaard door

Nadere informatie

Rapport Bouwbesluit. (Bouwbesluit 2012) - Ventilatie berekening - Spui berekening - Daglicht berekening

Rapport Bouwbesluit. (Bouwbesluit 2012) - Ventilatie berekening - Spui berekening - Daglicht berekening Rapport Bouwbesluit (Bouwbesluit 2012) - Ventilatie berekening - Spui berekening - Daglicht berekening Interne uitbreiding kinderopvang Mr. J.B. Kanweg 8 A, 9439 TG Witteveen Revisie: 0 Datum: 01-12-2017

Nadere informatie

Toetsbouwbesluitberekening project: 5 stadswoningen aan de staatweg 77. projectnr: 10395. datum: 22 oktober 2013. VanEgmondTotaalArchitectuur

Toetsbouwbesluitberekening project: 5 stadswoningen aan de staatweg 77. projectnr: 10395. datum: 22 oktober 2013. VanEgmondTotaalArchitectuur Toetsbouwbesluitberekening 5 stadswoningen aan de staatweg 77 projectnr: 10395 datum: 22 oktober 2013 5 stadswoningen, straatweg 77 blad 1 van 6 dd: 22-10-2013 nr onderdeel vereist ingevolge Bouwbesluit

Nadere informatie

Schoonderbeek en Partners Advies BV Postbus 374 6710 BJ Ede Trefwoorden: Gezondheidszorgfunctie, (sub)brandcompartimentering Datum: 7 oktober 2010

Schoonderbeek en Partners Advies BV Postbus 374 6710 BJ Ede Trefwoorden: Gezondheidszorgfunctie, (sub)brandcompartimentering Datum: 7 oktober 2010 AANVRAAG Registratienummer: Betreft: Eisen bestaand gezondheidszorggebouw Aanvrager: ir. C.A.E. (Kees) Rijk Schoonderbeek en Partners Advies BV Postbus 374 6710 BJ Ede Trefwoorden: Gezondheidszorgfunctie,

Nadere informatie

KOMO. Naam certificaathouder. kwaliteitsverklaring

KOMO. Naam certificaathouder. kwaliteitsverklaring KOMO kwaliteitsverklaring Nummer Vervangt Uitgegeven d.d. Geldig tot Onbepaald Pagina 1 van 7 Naam certificaathouder VERKLARING VAN CI Deze kwaliteitsverklaring voor productcertificatie met attestering

Nadere informatie

WAND, BINNEN, NIET DRAGENDE, MONTAGEWAND, GIPSPLATEN (attest, productcertificaat)

WAND, BINNEN, NIET DRAGENDE, MONTAGEWAND, GIPSPLATEN (attest, productcertificaat) WAND, BINNEN, NIET DRAGENDE, MONTAGEWAND, GIPSPLATEN (attest, productcertificaat) BRL 1003 "Niet dragende -binnenwanden" (2003-12) BRL 2212 "Montage van systeemwanden en/of systeemplafonds" (2000-01) Beschouwde

Nadere informatie

Veiligheidsregio HAAGLANDEN. Handhaving van bestaande kooiladders

Veiligheidsregio HAAGLANDEN. Handhaving van bestaande kooiladders Veiligheidsregio HAAGLANDEN Handhaving van bestaande kooiladders Jan Brekelmans 3 maart 2010 1 INHOUD 1. Inleiding... 3 2. Aanleiding... 4 3. Regelgeving... 4 4. Kwaliteit en bruikbaarheid van een kooiladder...

Nadere informatie

Projectnaam : 12 appartementen Catherijnesteeg te Barneveld - app 1, 3 en 8 Projectnummer : PR8691

Projectnaam : 12 appartementen Catherijnesteeg te Barneveld - app 1, 3 en 8 Projectnummer : PR8691 Projectgegevens Projectnaam : 12 appartementen Catherijnesteeg te Barneveld - app 1, 3 en 8 Projectnummer : PR8691 Datum : 16 februari 2017 Tekening : D01 d.d. 5 december 2016 Versie : 2.0 Opdrachtgever

Nadere informatie

Projectgegevens. Inhoudsopgave. Bruikbaarheid oppervlaktestaat gbo / vg / vr NEN 2580 toiletruimte buitenberging en buitenruimte

Projectgegevens. Inhoudsopgave. Bruikbaarheid oppervlaktestaat gbo / vg / vr NEN 2580 toiletruimte buitenberging en buitenruimte Projectgegevens Projectnaam : 12 appartementen Catherijnesteeg te Barneveld - app 2 Projectnummer : PR8691 Datum : 16 februari 2017 Tekening : D01 d.d. 5 december 2016 Versie : 2.0 Opdrachtgever : van

Nadere informatie

Projectnaam : 12 appartementen Catherijnesteeg te Barneveld - app 5 en 10 Projectnummer : PR8691

Projectnaam : 12 appartementen Catherijnesteeg te Barneveld - app 5 en 10 Projectnummer : PR8691 Projectgegevens Projectnaam : 12 appartementen Catherijnesteeg te Barneveld - app 5 en 10 Projectnummer : PR8691 Datum : 16 februari 2017 Tekening : D01 d.d. 5 december 2016 Versie : 2.0 Opdrachtgever

Nadere informatie

ADXXXXX Adres, Huisnummer, Plaats

ADXXXXX Adres, Huisnummer, Plaats ADXXXXX Adres, Huisnummer, Plaats Bouwtekening Middel Gegevens opdrachtgever Opdrachtgever Adres Postcode Plaats Telefoonnummer Email adres Gegevens project Hoofdarchitect/Tekenaar Architectenregisternr.

Nadere informatie

Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden DAKISOLATIE, THERMISCHE (attest, productcertificaat) BRL 1309 "Thermische isolatie voor platte of hellende daken op een onderconstructie in combinatie met een gesloten dakbedekkingssysteem" (2004-01) BRL

Nadere informatie

Asbestonderzoek bij scheepswerven en treinonderhoudsplaatsen deelproject asbestobjecten 2010. Datum 16 mei 2011 Status Definitief

Asbestonderzoek bij scheepswerven en treinonderhoudsplaatsen deelproject asbestobjecten 2010. Datum 16 mei 2011 Status Definitief Asbestonderzoek bij scheepswerven en treinonderhoudsplaatsen deelproject asbestobjecten 2010 Datum 16 mei 2011 Status Definitief Colofon VROM-Inspectie Directie Uitvoering Milieugevaarlijke Stoffen Nieuwe

Nadere informatie

Bouwbesluit rapportage. Te verbouwen kantoorruimte tot logiesverblijf Aan de Helmondsingel 24 te Deurne

Bouwbesluit rapportage. Te verbouwen kantoorruimte tot logiesverblijf Aan de Helmondsingel 24 te Deurne Bouwbesluit rapportage Te verbouwen kantoorruimte tot logiesverblijf Aan de Helmondsingel 24 te Deurne Van Dun Advies BV Dorpsstraat 54 5113 TE Ulicoten T 013-519 9458 Postel 8 5711 ET Someren T 0493 745

Nadere informatie

Behoort bij besluit van burgemeester en wethouders van Berkelland datum: zaaknr: nr: 10 jan OU

Behoort bij besluit van burgemeester en wethouders van Berkelland datum: zaaknr: nr: 10 jan OU Behoort bij besluit van burgemeester en wethouders van Berkelland datum: zaaknr: nr: 0 jan 209 220753 OU 208022 Projectgegevens Projectnaam : Schaperclaus Zwilbroekseweg te Eibergen Projectnummer : PR893

Nadere informatie

Datum: 14 november 2016 Ons kenmerk: MW15457 Project: Verbouwing schuur Wiersserbroekweg 12 te Vorden Betreft: Bouwbesluitberekeningen

Datum: 14 november 2016 Ons kenmerk: MW15457 Project: Verbouwing schuur Wiersserbroekweg 12 te Vorden Betreft: Bouwbesluitberekeningen Adviseurs voor milieu, geluid, trillingen, brand en bouwfysica Alcedo bv Keizersweg 26 Postbus 140, 7450 AC Holten NOTITIE T: (0548) 63 64 20 F: (0548) 63 64 30 E: info@alcedo.nl I: www.alcedo.nl KvK 08108022

Nadere informatie

Bouwbesluit Toetsing BB 2012

Bouwbesluit Toetsing BB 2012 BEM1403081 gemeente Steenbergen Projectnaam : Projectnummer : PKE RDG PR5244 Datum : TGK NGW 6 juni 2014 Tekening: DO-100 en 200 d.d. 6 juni 2014 Versie : v 1.0 Opdrachtgever : 8 woningen Buiten de Veste

Nadere informatie

Adviseurs voor bouw, industrie, verkeer, milieu en software. Rapport B R001 Stadhuiskwartier Deventer

Adviseurs voor bouw, industrie, verkeer, milieu en software. Rapport B R001 Stadhuiskwartier Deventer Rapport B.2006.0407.37.R001 Stadhuiskwartier Deventer Gevelisolatieonderzoek Polstraat 16, Deventer Status: DEFINITIEF Van Pallandtstraat 9-11 Casuariestraat 5 Lavendelheide 2 Geerweg 11 info@dgmr.nl Postbus

Nadere informatie

welkom! algemene bouwkunde ipd-opleidingen breda

welkom! algemene bouwkunde ipd-opleidingen breda welkom! algemene bouwkunde ipd-opleidingen breda 1 lesstof in de lessenreeks behandeld. 22 september! inleiding!!! hoofdstuk 1!! wonen woonvormen regelgeving!!! hoofdstuk 1!! bouwmethoden!!! hoofdstuk

Nadere informatie

Blok voor Blok. Energiezuinigheid en binnenmilieu. Geregeld BV. Piet van Luijk

Blok voor Blok. Energiezuinigheid en binnenmilieu. Geregeld BV. Piet van Luijk Blok voor Blok Energiezuinigheid en binnenmilieu Piet van Luijk Geregeld BV September 26, 2014 Inhoud presentatie 1. Energiezuinigheid en binnenmilieu 2. Welke kwaliteitsaspecten spelen bij binnenmilieu

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Ministerie van Turfmarkt 147 Den Haag Postbus 20011 2500 EA Den Haag Uw

Nadere informatie

Gemeente Maarssen. Onderzoek bouwtechnische eisen legalisatie permanente bewoning recreatieterreinen Westbroeksebinnenweg te Tienhoven

Gemeente Maarssen. Onderzoek bouwtechnische eisen legalisatie permanente bewoning recreatieterreinen Westbroeksebinnenweg te Tienhoven Gemeente Maarssen Onderzoek bouwtechnische eisen legalisatie permanente bewoning recreatieterreinen Westbroeksebinnenweg te Tienhoven MB-ALL B.V. Datum : oktober 2007 2007 MB-ALL B.V. De informatie in

Nadere informatie

Hierbij de gevraagde info betreffende zaak , Breistroeken 50 Nw. Balinge.

Hierbij de gevraagde info betreffende zaak , Breistroeken 50 Nw. Balinge. From: "Boer" ; Sent: ma, 01 mei 2017 15:06:27 +02:00 To: "olo-middendrenthe.nl" ; Subject: zaaknr.826635 aanvullende info. Attachments: Uitbreiding hoofdgebouw

Nadere informatie

Uit de gesprekken met de aannemers is het volgende naar voren gekomen ten aanzien van de constructie.

Uit de gesprekken met de aannemers is het volgende naar voren gekomen ten aanzien van de constructie. Uit de gesprekken met de aannemers is het volgende naar voren gekomen ten aanzien van de constructie. Algemeen: Op de tekeningen staat ook een aanbouw (bijkeuken) en veranda aan de achterzijde van de woning.

Nadere informatie

Wijzigingsblad BRL 0511 Verankeringen voor betonnen sandwichconstructies

Wijzigingsblad BRL 0511 Verankeringen voor betonnen sandwichconstructies Wijzigingsblad BRL 0511 Verankeringen voor betonnen sandwichconstructies Datum wijzigingsblad d.d. 15 oktober 2012 Techniekgebied H9: Staal voor toepassing in beton Vastgesteld door CvD Wapeningsmaterialen

Nadere informatie

Toetsingsprotocol bouwplannen Bouwbesluit 2012 Lelystad

Toetsingsprotocol bouwplannen Bouwbesluit 2012 Lelystad Toetsingsprotocol bouwplannen Bouwbesluit 2012 Lelystad Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel Besloten door Deze versie is geldig tot

Nadere informatie

SKH-Publicatie d.d

SKH-Publicatie d.d SKH-Publicatie 15-02 d.d. 15-07-2015 SKH-PUBLICATIE VOOR TOEPASSING VAN GEOPTIMALISEERD HOUT SAMENGESTELD UIT EEN COMBINATIE VAN VERSCHILLENDE HOUTSOORTEN EN/OF KWALITEITEN EN SUBSTRATEN IN HOUTEN GEVELELEMENTEN

Nadere informatie

Bepaling R bf en R bw volgens NEN 1068:2012 bij toepassing kruipruimte isolatie (Drowa chips en EPS-platen)

Bepaling R bf en R bw volgens NEN 1068:2012 bij toepassing kruipruimte isolatie (Drowa chips en EPS-platen) TNO-rapport TNO 2015 R10125 Bepaling R bf en R bw volgens NEN 1068:2012 bij toepassing kruipruimte isolatie (Drowa chips en EPS-platen) Gebouwde Omgeving Van Mourik Broekmanweg 6 2628 XE Delft Postbus

Nadere informatie

Berekening Bouwbesluit

Berekening Bouwbesluit Berekening Bouwbesluit 1. Gebruiksoppervlak / Verblijfsgebied 2. Daglichttoetreding 3. Luchtverversing 4. Spuivoorziening 1 2 3 6 Project : Oprichten woning aan de Heilaardreef ong. 4814 NM Breda Bijlage

Nadere informatie

Melding project afgerond en goedgekeurd Voldoet : Datum: Naam toezichthouder: Paraaf toezichthouder:

Melding project afgerond en goedgekeurd Voldoet : Datum: Naam toezichthouder: Paraaf toezichthouder: Checklist vergunningsgericht toezicht Bijbehorend bouwwerk Uitbouw, aanbouw, bijgebouw, dakkapel, gevelwijzigingen Projectgegevens Projectnaam:... Adres:... Kavel.: Postadres: Gemeente Hilversum Uitvoerder:

Nadere informatie

Inhoudsopgave. werknr : H59 Opgesteld door : mst Datum: Versie : 1.0 Blz. 2/10

Inhoudsopgave. werknr : H59 Opgesteld door : mst Datum: Versie : 1.0 Blz. 2/10 GEMEENTE TEYLI Behoort bij besluit v en wethouders van Tey d.d. 29-05-2017 20161584 No. Inhoudsopgave Algemeen... 4 art. 1.2. Aantal personen... 4 art. 1.3. Gelijkwaardigheidsbepaling... 4 Veiligheid...

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 Den Haag Postbus 20011 2500 EA Den Haag Uw kenmerk 2018Z213576

Nadere informatie

Renovatie en verbouwing Brouwhuis Ceresstraat te Breda '8 woningen noord en westgevel'

Renovatie en verbouwing Brouwhuis Ceresstraat te Breda '8 woningen noord en westgevel' 2633 - Renovatie en verbouwing Brouwhuis Ceresstraat te Breda '8 woningen noord en westgevel' Toetsing verblijfsgebieden, verblijfsruimten Luchtverversing Daglichttoetreding 2633 - Renovatie en verbouwing

Nadere informatie

Rapport Bouwbesluit. (Bouwfysische berekeningen) - Oppervlakte berekening - Daglicht berekening - Ventilatie & spui berekening

Rapport Bouwbesluit. (Bouwfysische berekeningen) - Oppervlakte berekening - Daglicht berekening - Ventilatie & spui berekening Rapport Bouwbesluit (Bouwfysische berekeningen) - Oppervlakte berekening - Daglicht berekening - Ventilatie & spui berekening Interne verbouw van het perceel Bovenstraat 4 en 6 te Bronkhorst BouwBureau

Nadere informatie

Rapport. Ventilatieberekeningen Herontwikkeling Rietveld 33A te Woerden. Projectnummer 16126

Rapport. Ventilatieberekeningen Herontwikkeling Rietveld 33A te Woerden. Projectnummer 16126 Rapport Ventilatieberekeningen Herontwikkeling Rietveld 33A te Woerden Projectnummer 16126 Opdrachtgever Kolpa Architecten t.a.v. dhr. W. Baas Strevelsweg 700/406 3083 AS Rotterdam Auteur Dhr. H. Dijcks

Nadere informatie

Berekeningen en Bouwkundige gegevens

Berekeningen en Bouwkundige gegevens Berekeningen en Bouwkundige gegevens 16.4653 Nieuwbouw 18 appartementen te Buitenkaag Katwijkse Ontwikkelings Maatschappij Adres Vliet Zuid Zijde 5 K. v. K. Rijnland 28079998 Postcode/plaats 2231 GH Rijnsburg

Nadere informatie

Wijzigingsblad d.d behorende bij BRL 9922 Houten trappen d.d

Wijzigingsblad d.d behorende bij BRL 9922 Houten trappen d.d Wijzigingsblad d.d. 01-09-2016 behorende bij BRL 9922 Houten trappen d.d. 11-04-2011 Vastgesteld door het College van Deskundigen SKH d.d. 20-05-2016 Pagina 1 van 7 Vaststelling, aanvaarding en bindend

Nadere informatie

Raadsleden College van Burgemeester en Wethouders

Raadsleden College van Burgemeester en Wethouders Informatienotitie AAN VAN Raadsleden College van Burgemeester en Wethouders ONDERWERP. DATUM 3 februari 2010 KOPIE AAN J. Spijkerman BIJLAGE. REGISTRATIENUMMER 107967 Geachte raadsleden, Burgemeester en

Nadere informatie

BIJLAGEN Bijlage I Protocol Aanvraag gebruiksvergunning Bijlage II Protocol Controles oplevering bouwwerken

BIJLAGEN Bijlage I Protocol Aanvraag gebruiksvergunning Bijlage II Protocol Controles oplevering bouwwerken BIJLAGEN Bijlage I Bijlage II Bijlage III Bijlage IV Bijlage V Bijlage VI Bijlage VII Protocol Aanvraag gebruiksvergunning Protocol Controles oplevering bouwwerken Protocol Controles gebruiksvergunning

Nadere informatie

Wettelijke regelingen

Wettelijke regelingen Bouwbesluit Wettelijke regelingen Woningwet Bouwbesluit Ministeriële regeling bouwbesluit Nederlandse normen: NEN s Nederlandse praktijkrichtlijnen: NPR Kwaliteitsverklaringen Cauberg-Huygen 2 Bouwbesluit:

Nadere informatie

De warmteverliescoëfficiënt van een begane grondvloer bij toepassing van Drowa chips als bodemisolatie in kruipruimtes bij een tussenwoning

De warmteverliescoëfficiënt van een begane grondvloer bij toepassing van Drowa chips als bodemisolatie in kruipruimtes bij een tussenwoning TNO-rapport 060-DTM-2011-02437 De warmteverliescoëfficiënt van een begane grondvloer bij toepassing van Drowa chips als bodemisolatie in kruipruimtes bij een tussenwoning Technical Sciences Van Mourik

Nadere informatie

Notitie beoordeling koudebruggen

Notitie beoordeling koudebruggen Notitie beoordeling koudebruggen Betreft Blok 5 AB Houthaven te Amsterdam Opdrachtgever Vorm Ontwikkeling Contactpersoon De heer J. Verhaar Werknummer 813.307.00 Versie Datum editie 1 15 oktober 2015 Inleiding

Nadere informatie

Inbraakwerende scheidingconstructie. Woningbouw. Inbraakwerende deur- kozijncombinatie, zoals bedoeld in afdeling 2.25. Inpandige woning-entree

Inbraakwerende scheidingconstructie. Woningbouw. Inbraakwerende deur- kozijncombinatie, zoals bedoeld in afdeling 2.25. Inpandige woning-entree Woningbouw Inbraakwerende scheidingconstructie Eisen met betrekking tot de inbraak zijn te vinden in Hoofdstuk 2, Voorschriften uit het oogpunt van veiligheid, van het Bouwbesluit. Voor bouwkundige scheidingsconstructies

Nadere informatie

Nieuwe Bouwbesluit. Programma 12-10-2011. Gevolgen voor de installateur: de belangrijkste wijzigingen

Nieuwe Bouwbesluit. Programma 12-10-2011. Gevolgen voor de installateur: de belangrijkste wijzigingen Nieuwe Bouwbesluit Gevolgen voor de installateur: de belangrijkste wijzigingen Imagine the result Programma ir. Rick Bleeker ARCADIS Achtergronden Bouwbesluit Wijzigingen: Algemeen Wijzigingen: Per vakgebied

Nadere informatie

Rapport Bouwbesluit. (Bouwfysische berekeningen) - Oppervlakte berekening - Daglicht berekening - Ventilatie & spui berekening

Rapport Bouwbesluit. (Bouwfysische berekeningen) - Oppervlakte berekening - Daglicht berekening - Ventilatie & spui berekening Rapport Bouwbesluit (Bouwfysische berekeningen) - Oppervlakte berekening - Daglicht berekening - Ventilatie & spui berekening Verbouw woonhuis Covikseweg 10 te Steenderen BouwBureau Borghstee Eursingerstraat

Nadere informatie

Bouwbesluit en Passief Bouwen

Bouwbesluit en Passief Bouwen Bouwbesluit en Passief Bouwen Welke (on)mogelijkheden zijn er vanuit de bouwregelgeving? ir. H.J.J. (Harm) Valk senior adviseur Energie & Duurzaamheid Programma Bouwbesluiteisen en Passief Bouwen Gezondheid

Nadere informatie

Projectgegevens. Inhoudsopgave. Bruikbaarheid oppervlaktestaat gbo / vg / vr NEN 2580 aantal personen toiletruimte toegankelijkheidssector

Projectgegevens. Inhoudsopgave. Bruikbaarheid oppervlaktestaat gbo / vg / vr NEN 2580 aantal personen toiletruimte toegankelijkheidssector Projectgegevens Projectnaam : Borghese Logistics Kaapstadweg III te Amsterdam Projectnummer : PR9149 Datum : 14 april 2017 Tekening : T08.08.03.10 d.d. 14 februari 2017 Versie : 3.0 Opdrachtgever : Mies

Nadere informatie

deur, raam, kozijn 1 woonfunctie b andere woonfunctie 1 2 3 - - 1 - - 1-1 2 - - * 2 bijeenkomstfunctie 1 2 3 - - 1 - - 1-1 2 - - *

deur, raam, kozijn 1 woonfunctie b andere woonfunctie 1 2 3 - - 1 - - 1-1 2 - - * 2 bijeenkomstfunctie 1 2 3 - - 1 - - 1-1 2 - - * hermische isolatie gebruiksfunctie leden van toepassing algemeen deur, raam, kozijn thermische isolatie-index vrijgesteld verbouw tijdelijk bouw artikel 5.2 5.3 5.4 5.5 5.6 5.7 lid 1 2 3 4 5 1 2 * 1 2

Nadere informatie

1591 Transformatie pand Stationsstraat 16 / 16a te Weert: toelichting bij aanvraag omgevingsvergunning

1591 Transformatie pand Stationsstraat 16 / 16a te Weert: toelichting bij aanvraag omgevingsvergunning pagina 1 1. Inleidend Bij de transformatie van het oorspronkelijke pand van drukkerij Smeets (1953-1956) aan de Stationstraat 16/16a te Weert tot woongebouw met behoud van commerciële plint, wordt de oorspronkelijke

Nadere informatie

Inspectie rapport. Opname rapport Bosrand 16 Dwingeloo. Ing. B. Wortelboer

Inspectie rapport. Opname rapport Bosrand 16 Dwingeloo. Ing. B. Wortelboer Inspectie rapport Opname rapport Bosrand 16 Dwingeloo Ing. B. Wortelboer 28 mei 2015 Inhoudsopgave Voorwoord... 3 Inleiding... 4 1. Historische weging... 5 1.1. Opname binnenzijde voorhuis... 5 1.2. Opname

Nadere informatie

nieuwbouw melkveebedrijf: Werktuigenberging C, Jongveestal D, Ligboxenstal E jc Cotenoeverseweg 105, Brummen

nieuwbouw melkveebedrijf: Werktuigenberging C, Jongveestal D, Ligboxenstal E jc Cotenoeverseweg 105, Brummen opdrachtgever firma Beker Holthuizerweg 11 6971 JE Brummen project referentie datum auteur bouwlocatie nieuwbouw melkveebedrijf: Werktuigenberging C, Jongveestal D, Ligboxenstal E 53.686 1542014 jc Cotenoeverseweg

Nadere informatie

Daglicht- en ventilatieberekening

Daglicht- en ventilatieberekening Daglicht- en ventilatieberekening Project gegevens Project : Nieuwbouw woongebouw Zaagmolenstraat 197-203 te Rotterdam Kadastrale gemeente : Rotterdam 7 e afdeling Sectie : W Perceel : 2827, 2828,3027

Nadere informatie

Initiatiefnemer: Wooncorporatie ProWonen Revitalisatie en renovatie 18 woningen te Zelhem. Datum: 19 02 2106 Rapportage bouwbesluit INHOUD

Initiatiefnemer: Wooncorporatie ProWonen Revitalisatie en renovatie 18 woningen te Zelhem. Datum: 19 02 2106 Rapportage bouwbesluit INHOUD Initiatiefnemer: Wooncorporatie ProWonen Project: Revitalisatie en renovatie 18 woningen te Zelhem Locatie: Magnoliaweg 9 43 te Zelhem Datum: 19 02 2106 Betreft: Rapportage bouwbesluit INHOUD Gebruiksoppervlakte

Nadere informatie

Inhoud. Regelgeving. J.E. StorkAir. Jerôme Corba Adviseur woningbouw. - Regelgeving. - Bouwbesluit berekening / installatie ontwerp - EPC.

Inhoud. Regelgeving. J.E. StorkAir. Jerôme Corba Adviseur woningbouw. - Regelgeving. - Bouwbesluit berekening / installatie ontwerp - EPC. J.E. StorkAir Jerôme Corba Adviseur woningbouw Inhoud - Regelgeving - Bouwbesluit berekening / installatie ontwerp - EPC - Bestekken Regelgeving - Wat is het Bouwbesluit - Wanneer dien je aan het Bouwbesluit

Nadere informatie

EEN OMGEVINGSVERGUNNING VOOR BOUWEN AANVRAGEN

EEN OMGEVINGSVERGUNNING VOOR BOUWEN AANVRAGEN EEN OMGEVINGSVERGUNNING VOOR BOUWEN AANVRAGEN Een omgevingsvergunning voor bouwen aanvragen Gaat u bouwen of verbouwen? Dan hebt u in veel gevallen een omgevingsvergunning voor bouwen nodig. U kunt in

Nadere informatie

Renvooi Bouwbesluit Materiaalstaat

Renvooi Bouwbesluit Materiaalstaat Renvooi ouwbesluit 2012 Het bouwen dient te geschieden overeenkomstig de eisen van het ouwbesluit 2012. Indien op de tekeningen en/of bestek waarden worden vermeld welke het niveau van het ouwbesluit overstijgt

Nadere informatie

METALEN LATEIEN EN METALEN METSELWERKONDERSTEUNINGEN IN METSEL- WERKCONSTRUCTIES (attest, productcertificaat)

METALEN LATEIEN EN METALEN METSELWERKONDERSTEUNINGEN IN METSEL- WERKCONSTRUCTIES (attest, productcertificaat) METALEN LATEIEN EN METALEN METSELWERKONDERSTEUNINGEN IN METSEL- WERKCONSTRUCTIES (attest, productcertificaat) BRL 3121 "Metalen lateien en metalen metselwerkondersteuningen in metselwerkconstructies" (2004-03)

Nadere informatie