SECTORFOTO Horeca 2008 DEpaRTEmEnT WERk En SOCialE ECOnOmiE
|
|
- Geert de Winter
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 SECTORFOTO Horeca 2008 Departement Werk en Sociale Economie
2 Colofon Samenstelling: Vlaamse overheid Beleidsdomein Werk en Sociale Economie Departement Werk en Sociale Economie Koning Albert II-laan 35 bus Brussel Tel 02/ Verantwoordelijke uitgever: Dirk Vanderpoorten Secretaris-generaal Depotnummer: D/2008/3241/333 Lay-out: Vingerhoets.com Uitgave: december 2008
3 Synthese In 2007 werkten Vlaamse werknemers in de horecasector, die daarmee een aandeel van 3,1% heeft in het totaal aantal Vlaamse loontrekkende werknemers. Het aantal werknemers is in de periode met personen gedaald (-2,6%). De horecasector is vooral een arbeiderssector: ongeveer 9 op de 10 werknemers is actief in een arbeidersstatuut. Bijna 1 op 4 werknemers in de horecasector is jonger dan 25 jaar, tegenover een Vlaams gemiddelde van 10% jonge werknemers. Het gros van de tewerkstelling in de sector is terug te vinden in microbedrijven: 88% van de vestigingen telt minder dan 10 jobs, tegenover 72% gemiddeld in Vlaanderen. In 2007 gingen 795 horecabedrijven failliet in Vlaanderen, dit is niet minder dan 20% van alle faillissementen in Vlaanderen, het risico op falingen ligt dan ook erg hoog in de horeca. 36% van deze faillissementen betreft éénmansbedrijven en 55% ondernemingen met minder dan 5 werknemers in loondienst In 2007 ontving VDAB vacatures van de horecasector, voornamelijk voor laaggeschoold personeel met enige ervaring. 24 van de 66 beroepen in de horecasector zijn knelpuntberoepen, waarvan de helft sectorspecifieke knelpuntberoepen zijn. Volgens de VDAB-analyse van knelpuntvacatures beperkt de stereotype beeldvorming (lage lonen, zwartwerk, weekendwerk, overuren, seizoensgebonden en weinig stabiel werk) de interesse voor dergelijke jobs. De horecasector kenmerkt zich ook door het grote verloop van. Sommige beroepen kampen ook met een kwalitatief probleem. De jobmobiliteit in de horecasector is relatief hoog. Er komen jaarlijks veel werknemers bij (32%), en er gaan ook veel werknemers weg (30%) in vergelijking met de gemiddelde in- (14%) en uitstroom (13%) in Vlaanderen. In 2007 werden 778 IBO s opgestart in de sector of 5,1% van alle IBO s in Vlaanderen. 12% van de loontrekkende werknemers in de horecasector hebben in 2006 een opleiding genoten, tegenover 33% gemiddeld in België. Ook het aantal opleidingsuren per deelnemers is in de horecasector (15,9 uren) beperkt t.o.v. het gemiddelde in België (29,6 uren). 3
4 Voorwoord Sectoren zijn een belangrijke motor in het Vlaamse arbeidsmarktbeleid. We denken hierbij bijvoorbeeld aan acties in het kader van diversiteit, opleiding van werknemers en toeleiding van leerlingen en werkzoekenden naar de arbeidsmarkt. Via de sectorconvenants (protocollen tussen de Vlaamse Regering en sectoren) engageren de sectorale sociale partners zich om de prioriteiten van het arbeidsmarktbeleid mee gestalte te geven. Op die manier werkt het sectorale beleid versterkend ten aanzien van het Vlaamse arbeidsmarktbeleid. In 2001 werd de eerste generatie sectorconvenants afgesloten in het kader van het Vlaams Werkgelegenheidsakkoord De bestaande samenwerking van de Vlaamse Regering met de sectoren d.m.v. sectorconvenants werd later telkens verlengd en uitgebreid op basis van de volgende Werkgelegenheidsakkoorden. Anno 2008 is het vooral de Competentieagenda die inspirerend werkt op de werking van de sectorconvenants. Via de sectorconvenants trachten de sectoren meer mensen aan het werk te krijgen en houden en elk talent te (h)erkennen, ontwikkelen en benutten. Om de sectorconvenants en de sectoren te kunnen plaatsen binnen een socio-economisch kader, worden sectorfoto s gemaakt die we ter beschikking stellen van de sectoren en publiek maken via de portaalsite Op deze website kan u ook de gehanteerde cijferreeksen en uitleg bij de methodologie terugvinden. We geloven namelijk in de sectorfoto s als steunpunt én hefboom om in overleg met de sectoren en vanuit een sectorale invalshoek een strategische visie te ontwikkelen als antwoord op de huidige en toekomstige uitdagingen van de arbeidsmarkt. Sectoren krijgen aan de hand van de sectorfoto s zicht op de realiteit in hun sector en op hun positie ten opzichte van het Vlaamse gemiddelde. Dit kan inspirerend werken bij de totstandkoming van nieuwe sectorconvenants (verlengingen) of kan sectoren aanzetten om tussentijds bij te sturen. Alle gepubliceerde sectorfoto s werden eerst gekeurd en goed bevonden door de sectorale sociale partners. We beseffen dat de onderstaande cijfers, tabellen en grafieken geen perfecte weergave zijn van de sectorale dynamiek. Misschien had uzelf als fotograaf vanuit een ander perspectief een andere kadering gekozen of gefocust op andere elementen. We nodigen u dan ook uit om dit instrument gaandeweg samen met ons te blijven versterken. We hopen met deze snapshots alvast het sectoraal beleid verder te inspireren. Dirk Vanderpoorten Secretaris generaal, departement Werk en Sociale Economie 4
5 Inhoudsopgave SYNTHESE 3 VOORWOORD 4 INHOUDSOPGAVE 5 1. INLEIDING 6 2. HET AANTAL VLAAMSE WERKNEMERS 7 3. AANTAL JOBS EN VESTIGINGEN IN VLAANDEREN 9 4. KENMERKEN VAN DE BEROEPEN EN VACATURES JOBMOBILITEIT OPLEIDINGSINSPANNINGEN DE INDIVIDUELE BEROEPSOPLEIDING IN DE ONDERNEMING DIVERSITEITSPLANNEN 21 Figuren 1: Verdeling van de Vlaamse werknemers naar achtergrondkenmerken (2007) 8 2: Verdeling van de jobs naar ondernemingsgrootte (Vlaams Gewest, 2005) 9 3: Werknemersstromen in de horeca (Vlaams Gewest, ) 16 4: Werknemersstromen naar statuut (Vlaams Gewest, ) 17 Tabellen 1: Evolutie van het totaal aantal werknemers in de horecasector (Vlaams Gewest, ) 7 2: Aantal Vlaamse werknemers en verdeling naar achtergrondkenmerken (2007) 8 3: Verdeling van de jobs naar ondernemingsgrootte (Vlaams Gewest, 2005) 9 4: Verdeling van de vestigingen naar ondernemingsgrootte (Vlaams Gewest, 2005) 10 5: Faillissementen in de horecasector (Vlaams Gewest, ) 10 6: Kenmerken van de ontvangen vacatures in de horecasector (Vlaams Gewest, 2007) 11 7: Overzicht van de belangrijkste beroepen en vacatures in de horecasector (Vlaanderen, 2007) 12 8: Instroom van werkzoekenden naar achtergrondkenmerken (Vlaams Gewest, 2007) 14 9: Werknemersstromen in de horecasector (Vlaams Gewest, ) 15 10: Werknemersstromen naar statuut in de horecasector (Vlaams Gewest, ) 16 11: 0pleidingsinspanningen in de bedrijven in de horecasector (België, 2006) 18 12: Kenmerken van de opgestarte IBO s (Vlaams Gewest, 2007) 19 13: Diversiteitsplannen (Vlaams Gewest, 2007) 21 5
6 1. Inleiding De horecabedrijven behoren tot het Paritair Comité 302 Hotelbedrijf. De werkgevers worden gegroepeerd onder werkgeverskengetallen 016 & 017. Deze sector betreft werknemers, werkzaam in de nace-activiteiten: 55.1 Hotels 55.2 Kampeerterreinen en overige accommodaties voor kortstondig verblijf 55.3 Restaurants 55.4 Drankgelegenheden 55.5 Kantines en catering De databestanden waarmee de cijfers uit deze sectorfoto opgemaakt zijn steeds afgebakend volgens óf paritair comité óf nace-codes. Een afbakening volgens paritair comité geeft gewoonlijk een licht andere populatie dan bij een afbakening op basis van nace-code, maar dit staat een correcte interpretatie van de cijfers niet in de weg. De resultaten van de analyse worden per sector steeds afgewogen tegen een gemiddelde voor alle sectoren samen. Hierdoor kan vastgesteld worden of de sector beneden- of bovengemiddelde cijfers haalt voor de verschillende indicatoren. De sectorfoto biedt zo een globaal cijfermatig portret van de sector. Een uitgebreide toelichting over de gebruikte methodologie/bronbestanden kan u terugvinden op De cijfers die in deze sectorfoto gebruikt worden, evenals in de sectorfoto s van andere sectoren, worden u integraal online aangeboden. Ook de sectorfoto s zijn downloadbaar in pdf-formaat. 6
7 2. Het aantal Vlaamse werknemers Voor het berekenen van het aantal loontrekkende werknemers in de horecasector maken we gebruik van de gecentraliseerde statistieken van de RSZ 1. In deze statistieken wordt de tewerkstelling berekend in functie van de woonplaats van iedere werknemer. De afbakening is gebeurd op basis van PC 302. In het tweede kwartaal van 2007 telde de horecasector Vlaamse loontrekkende werknemers. In alle sectoren samen waren op dat moment Vlaamse loontrekkende werknemers actief, dus van alle Vlaamse werknemers werkt 3,1% in de horecasector. Ten opzichte van 2005 is het aantal loontrekkenden met personen gedaald, wat neerkomt op een daling van -2,6% op 2 jaar tijd. Deze daling staat tegenover een jobgroei in zowel de tertiaire sector (+4,9%), als de totale loontrekkende werkgelegenheid in Vlaanderen (+2,6%) in dezelfde periode. De daling van de tewerkstelling in de horecasector kan op het conto van de arbeiders ( personen of -3,3%) geschreven worden, terwijl het aantal bedienden gestegen is (+219 personen of +3,1%). Tabel 1: Evolutie van het totaal aantal werknemers in de horecasector (Vlaams Gewest, ) Horecasector (n) (%) -2,2% -0,5% Tertiaire sector (n) (%) +1,9% +3,0% Alle sectoren (n) (%) +1,1% +1,5% Bron: Gecentraliseerde statistiek RSZ-DMFA, toestand op 30/06/ (Bewerking Steunpunt WSE/Departement WSE) In de horecasector zijn meer vrouwen dan mannen tewerkgesteld: bijna 57% van de werknemers is vrouw en ruim 43% is man, tegenover 55% mannen en 45% vrouwen gemiddeld in Vlaanderen. De horecasector is vooral een arbeiderssector: ongeveer 9 op de 10 werknemers is actief in een arbeidersstatuut. Jongeren zijn relatief oververtegenwoordigd in de horecasector: bijna 1 op 4 werknemers is jonger dan 25 jaar, tegenover ongeveer 10% gemiddeld in Vlaanderen. De 50-plussers zijn ondervertegenwoordigd: 14 op 100 loontrekkende werknemers in de horeca is ouder dan 50 jaar, tegenover 20% gemiddeld in Vlaanderen. Bijna de helft van de loontrekkende werknemers in de horecasector werkt deeltijds, wat relatief hoog is in vergelijking met het Vlaams gemiddelde (29%). Verder is 13% van de loontrekkenden in de horecasector actief in een speciaal arbeidsregime, tegenover 4% gemiddeld in Vlaanderen. Dit zijn o.m. de extra s in de horeca 2 : 1 De gecentraliseerde statistieken worden opgemaakt op basis van de onderneming als een homogeen geheel en worden geteld naar personen. Hierdoor worden dubbeltellingen door personen met meerdere jobs uitgezuiverd. 2 Dit zijn gelegenheidswerknemers die met een contract van maximum 2 opeenvolgende dagen in dienst mogen worden genomen om het hoofd te bieden aan een buitengewone vermeerdering van werk of om een afwezige werknemer te vervangen. 7
8 Tabel 2: Aantal Vlaamse werknemers en verdeling naar achtergrondkenmerken (Vlaams Gewest, 2007) Horecasector Totaal Vlaams Gewest n % % Totaal aantal ,0 100,0 (n= ) Geslacht Mannen ,2 54,8 Vrouwen ,8 45,2 Statuut Arbeiders ,6 38,7 Bedienden ,6 38,7 Ambtenaren ,8 Leeftijdsklasse jaar ,9 9, jaar ,0 69, jaar ,1 20,1 Andere (-18 en +65) ,0 0,8 Arbeidsregime Voltijds ,7 67,4 Deeltijds ,7 28,7 Speciaal regime ,6 3,8 Bron: Gecentraliseerde statistiek RSZ-DMFA, toestand op 30/06/2007 (Bewerking Steunpunt WSE/Departement WSE) Figuur 1: Verdeling van de Vlaamse werknemers naar achtergrondkenmerken (2007) Vrouwen Bedienden Ambtenaren Andere Andere Speciaal regime Deeltijds 100% 90% 80% 70% 60% Vrouwen Bedienden Deeltijds 50% 40% 30% Mannen Horeca Mannen Vlaams Gewest Arbeiders Horeca Arbeiders Vlaams Gewest Horeca Vlaams Gewest Voltijds Horeca Voltijds Vlaams Gewest 20% 10% 0% Geslacht Statuut Leeftijd Arbeidsregime Bron: Gecentraliseerde statistiek RSZ-DMFA, toestand op 30/06/2007 (Bewerking Steunpunt WSE/Departement WSE) 8
9 3. Aantal jobs en vestigingen in Vlaanderen De cijfergegevens betreffende het aantal jobs en vestigingen zijn gebaseerd op de gedecentraliseerde statistieken van de RSZ. In deze statistieken wordt de tewerkstelling berekend in functie van de werkplaats van iedere werknemer, ongeacht de woonplaats. De afbakening is gebeurd op basis van werkgeverskengetallen 016 en 017. In 2005 is de horecasector goed voor een totaal van jobs of 4,4% van het totale aantal jobs in de Vlaamse privésector. Ruim 86% van de loontrekkende jobs in de horecasector zijn gesitueerd in kleine ondernemingen met minder dan 50 jobs, wat veel hoger is dan gemiddeld in de Vlaamse privésector (47%). Daarentegen heeft de horecasector een beperkt aantal jobs in grote ondernemingen met meer dan 200 werknemers: 5%, tegenover 30% gemiddeld in de Vlaamse privésector. Tabel 3: Verdeling van de jobs naar ondernemingsgrootte (Vlaams Gewest, 2005) Horecasector Totaal Vlaams Gewest Ondernemingsgrootte n % % Totaal ,0 100,0 (n= ) 1 tot 4 jobs ,7 10,8 5 tot 9 jobs ,5 9,7 10 tot 19 jobs ,0 10,6 20 tot 49 jobs ,2 16,1 50 tot 99 jobs ,2 12,2 100 tot 199 jobs ,9 11,3 200 tot 499 jobs ,8 13,7 500 tot 999 jobs ,8 7,5 Meer dan jobs - - 8,3 Bron: Gedecentraliseerde statistiek RSZ, toestand op 31/12/2005 (Bewerking Steunpunt WSE/Departement WSE) Figuur 2: Verdeling van de jobs naar ondernemingsgrootte (Vlaams Gewest, 2005) 24,7% 22,5% 25% 10,8% 9,7% 20,0% 10,6% 19,2% 16,1% 6,2% 12,2% 11,3% 13,7% 7,5% 8,3% 20% 15% 10% 2,9% 1,8% 2,8% 0,0% % 0% Ondernemingsgrootte (aantal werknemers) Horeca privésector Bron: Gedecentraliseerde statistiek RSZ, toestand op 31/12/2005 (Bewerking Steunpunt WSE/Departement WSE) 9
10 In tabel 4 vinden we de verdeling van de vestigingen naar ondernemingsgrootte. Het gaat hier om alle vestigingen van alle bedrijven, niet om de bedrijven in hun geheel. In 2005 telt de horecasector vestigingen, wat goed is voor niet minder dan 10% van het totale aantal vestigingen in de Vlaamse privésector. Het aandeel van de horecasector is zo hoog omdat de sector vele kleine micro-ondernemingen telt. Tabel 4: Verdeling van de vestigingen naar ondernemingsgrootte (Vlaams Gewest, 2005) Horecasector Totaal privésector Ondernemingsgrootte n % % Totaal ,0 100,0 (n= ) 1 tot 4 jobs ,2 65,9 5 tot 9 jobs ,1 16,2 10 tot 19 jobs ,5 8,5 20 tot 49 jobs 481 3,3 5,8 50 tot 99 jobs 70 0,5 1,9 100 tot 199 jobs 14 0,1 0,9 200 tot 499 jobs 8 0,1 0,5 500 tot 999 jobs 2 0,0 0,1 Meer dan jobs - - 0,0 Onbekend 34 0,2 0,2 Bron: Gedecentraliseerde statistiek RSZ, toestand op 31/12/2005 (Bewerking Steunpunt WSE/Departement WSE) De onderstaande tabel bevat de faillissementen in de horecasector 3. De sector is afgebakend op basis van nace-code 55. In 2007 gingen 795 horecabedrijven failliet in Vlaanderen, dit is 20% van alle faillissementen in Vlaanderen, het risico op falingen ligt dan ook erg hoog in de horeca. 36% van deze faillissementen betreft éénmansbedrijven en 55% ondernemingen met minder dan 5 werknemers in loondienst. Tabel 5: Faillissementen in de horecasector (Vlaams Gewest, ) Aantal werknemers totaal aandeel 1 tot 4 5 tot 9 10 tot tot tot tot tot tot gn. wn ,0% ,0% Bron: FOD Economie ADSEI (Bewerking Departement WSE) 3 Het betreft enkel faillissementen van bedrijven waarvan het adres van de maatschappelijke zetel gelegen is in Vlaanderen. Voor sommige sectoren zijn deze cijfergegevens een onderschatting omdat de maatschappelijke zetel dikwijls in Brussel gelegen is. 10
11 4. Kenmerken van de beroepen en vacatures Voor de afbakening van de horecasector maakt de VDAB gebruik van een indeling naar nace-activiteit 55. Het betreft vacatures uit het normaal economisch circuit zonder interimopdrachten. Zowel de vacatures uit het AMI-systeem, die beheerd worden door consulenten van de VDAB, als de vacatures uit Jobmanager, die door de werkgever zelf worden ingevoerd, zijn opgenomen in de cijfers. Bij de interpretatie van de gegevens dient men rekening te houden met het feit dat de sectoren ook andere pistes bewandelen in hun aanwervingsbeleid. Tabel 6: Kenmerken van de ontvangen vacatures in de horecasector (Vlaams Gewest, 2007) Horecasector Vlaanderen n % % Totaal ,0 100,0 (n= ) Vestigingsplaats bedrijf Antwerpen ,8 23,3 Vlaams-Brabant 982 9,7 12,7 West-Vlaanderen ,5 25,8 Oost-Vlaanderen ,1 18,6 Limburg 919 9,0 9,0 Buiten Vlaanderen ,9 10,5 Studieniveau 4 Laag ,9 45,3 Midden ,4 22,0 Hoog 278 2,7 32,7 Gevraagde ervaring <6 maanden ,3 60,1 6 maanden - 2 jaar ,9 26,1 +2 jaar 998 9,8 13,8 Jobkanaal ,9 8,0 Bron: VDAB (Bewerking departement WSE) Bijna 40% van de ontvangen vacatures zijn terug te vinden in West-Vlaanderen, wat voornamelijk verband houdt met de vele tijdelijke vacatures voor jobstudenten aan de kust. De vraag naar personeel met 6 maanden tot 2 jaar ervaring is relatief hoog in de horecasector in vergelijking met het gemiddelde in Vlaanderen: 35% van de vacatures in de horecasector, tegenover 26% gemiddeld in Vlaanderen. Voor ruim 55% van de vacatures die VDAB van de sector ontving, was nauwelijks of geen ervaring vereist. 4 Definitie onderwijsniveau: (1) laag: max. secundair onderwijs 2de graad of wanneer geen minimum studieniveau vermeld werd door de werkgever; (2) midden: secundair 3de of 4de graad; (3) hoog: hoger onderwijs. 5 Jobkanaal is een rekruteringskanaal dat zich exclusief richt op werkzoekende ouderen, personen met een handicap en allochtonen. Het aandeel wordt berekend door het aantal vacatures bestemd voor jobkanaal te delen door het totaal aantal vacatures in het AMI-systeem (vacatures in beheer van VDAB-consulenten). 11
12 De VDAB ontving 119 vacatures van de horecasector via Jobkanaal of 6% van alle vacatures ingevoerd in het AMI-systeem, dit is iets minder dan het aandeel van Jobkanaalvacatures voor alle sectoren samen (8%). Voor 66 beroepen in de horecasector werden in 2007 minstens 10 vacatures ontvangen. In totaal waren er vacatures (uit het NEC zonder interim) voor de horecasector, dit is 3,6% van het totale aantal VDAB-vacatures in het NEC zonder interim in Vlaanderen. Het aandeel vacatures in de horecasector (3,6%) is lichtjes hoger dan het aandeel in de totale Vlaamse werkgelegenheid (3,1%). 24 van de 66 beroepen zijn knelpuntberoepen, waarvan de helft sectorspecifieke knelpuntberoepen zijn. Volgens de VDAB-analyse van knelpuntvacatures beperkt de stereotype beeldvorming (lage lonen, zwartwerk, weekendwerk, overuren, seizoensgebonden en weinig stabiel werk) de interesse voor dergelijke jobs. De horecasector kenmerkt zich ook door het grote verloop van. Sommige beroepen kampen ook met een kwalitatief probleem. Specifiek voor chef-koks en sous-chefs is dat bijna altijd ervaring gevraagd wordt. Een geschoolde hulpkok (chef de partie) moet occasioneel de kok kunnen vervangen en dus ook een zeker niveau halen. Ook de arbeidsomstandigheden van de beroepen beperken de aantrekkelijkheid van vacatures voor restaurantkelner, zaalmeisje en hotelmeester. Hotelmeesters en kelners hebben, meer nog dan het keukenpersoneel, werkuren die onvoorspelbaar en vooral laat zijn. Het beroep eist verder een goede fysieke geschiktheid, een goed voorkomen, sociale vaardigheden, vlotte communicatie en in toeristische centra ook meertaligheid. Deze elementen bemoeilijken de zoektocht naar personeel 6. Tabel 7: Overzicht van de belangrijkste beroepen en vacatures in de horecasector (Vlaams Gewest, 2007) Ontvangen vacatures in 2007 Knelpunt Vlaams Gewest Sector Aandeel Keukenhulp ,5% Drankkelner brasserie, taverne, bistro, cafe, tea-room ja ,7% Chef de partie - hulpkok ja ,3% Restaurantkelner ja ,7% Keukenmedewerker fastfood - sneldienstrestauratie ,4% Afwasser ,9% Keukenverantwoordelijke - chef-kok ja ,3% Kamerpersoneel ja ,4% Helper zaal ,6% Barman ,2% Zaalmeisje - zaaljongen ja ,6% Hulpkelner ja ,5% Receptionist ,6% Kok traiteurdienst - onderchef keuken - sous-chef ja ,6% Verkoper ,2% Klassieke (professionele) schoonmaker ja ,1% Animator toeristische centra ,8% Zaalmedewerker fast-food, sneldienstrestauratie ,7% Particuliere Schoonmaker ja ,2% 6 Knelpuntberoepen 2006: VDAB-studiedienst. 12
13 Ontvangen vacatures in 2007 Knelpunt Vlaams Gewest Sector Aandeel Hotelreceptionist ja ,5% Frituurbakker ,8% Administratieve bediende ,9% Hotelreceptionist - nacht ja ,8% Winkelverkoper - aanvuller - kassier ,4% Buffetmedewerker ,6% Hotelmeester - maitre d'hotel ,9% Kok (vreemde gerechten) ,4% Keukenhulp - collectiviteiten ,7% Filiaalhouder of handelszaakbeheerder ja ,5% Uitvoerend bediende ,3% Klusjesman gebouwen ja ,6% Filiaalassistent-eerste verkoper-rayon verantwoordelijke ja ,9% Kassier ,4% Rangkelner ja ,1% Keukenchef-gerant ,6% Pizza-bakker ,8% Kok grootkeuken ,8% Loopjongen, -meisje - koerier ,0% Chauffeur distributie ja ,7% Onderhoudsarbeider van gebouwen ja ,8% Zaalhulp - collectiviteiten ,3% Handlanger (licht werk) ,9% Directieassistent van de algemene directie ,9% Helper in de diensten- of vermaaksector ,3% Verkoopsverantwoordelijke - sales-manager ,9% Commercieel bediende ja ,3% Redder (strand en zwembad) ,8% Bewaker - bedrijfsportier ,0% Behandelaar van voedingswaren ,5% Financieel en/of administratief verantwoordelijke ,5% Bediende in de boekhouding ,2% Nachtportier ,0% Onthaalhostess - toerisme ,1% Bedrijfschauffeur (personenwagens en minibusjes) ,0% Reclame- en publiciteitsmedewerker - promoteam ,6% Steward - horeca ,4% Boekhouder ja ,5% Verantwoordelijke logistiek ,0% Helper vlees- of visverwerking ,7% Magazijnarbeider onderdelen en wisselstukken opslag- ja ,4% en stapelplaatsen Technicus bouw - werfleider ja ,6% Technicus ja ,6% Auditor (boekhouding - interne controle) ja ,5% Medewerker toeristische sector ,3% Klantendienstmedewerker - verkoopsassistent ,4% Chauffeur koerierdienst ,2% Bestelwagenbestuurder ,0% Bron: VDAB 13
14 5. Jobmobiliteit Dankzij de VDAB-gegevens kan de instroom van de werkzoekenden worden berekend die bij het begin van de maand als werkzoekende zijn ingeschreven en die op de laatste dag van de maand aan het werk zijn volgens DIMONA. De koppeling met de nace-codes geeft ons aan in welke sector en welke activiteit de werkzoekende is ingestroomd. In deze bespreking maken we gebruik van jaargegevens en wordt de instroom naar uitzendarbeid buiten beschouwing gelaten. De horecasector wordt hier afgebakend op basis van nace-code 55. De instroom van werkzoekenden naar profiel in horecasector wordt vergeleken met de totale instroom van werkzoekenden in alle sectoren samen en met het profiel van de totale populatie werkzoekenden. Tabel 8: Instroom van werkzoekenden naar achtergrondkenmerken (Vlaams Gewest, 2007) Horecasector Alle sectoren Totale populatie werkzoekenden 8 n % % % Totaal ,0 100,0 (n= ) 100,0 (n= ) Geslacht Mannen ,0 47,1 46,6 Vrouwen ,0 52,9 53,4 Leeftijdsklasse -25 jaar ,9 31,3 20, jaar ,6 39,6 32, jaar ,3 18,3 21,7 +50 jaar ,2 10,8 25,3 Studieniveau 9 Laag ,6 42,2 51,9 Midden ,6 35,3 32,8 Hoog ,8 22,6 15,4 Allochtoon ,2 14,9 19,7 Arbeidsgehandicapt ,4 7,7 15,3 Werkloosheidsduur < 3 maanden ,2 39,7 24,6 3-6 maanden ,4 18,2 13,7 6 maanden - 1 jaar ,8 16,6 15,1 1-2 jaar ,5 12,7 14,7 2-5 jaar ,7 10,8 23,0 + 5 jaar 373 1,4 1,9 8,9 Bron: VDAB (Bewerking departement WSE) 7 Deze jaargegevens worden berekend door het aantal instromers van de 12 maanden op te tellen. Dubbeltellingen zijn mogelijk. 8 Gemiddelde voor alle bij VDAB ingeschreven werkzoekenden in Definitie onderwijsniveau: (1) laag: max. secundair onderwijs 2de graad of wanneer geen minimum studieniveau vermeld werd door de werkgever; (2) midden: secundair 3de of 4de graad; (3) hoog: hoger onderwijs. 10 Definitie allochtoon: nationaliteit niet EU of op basis van naamherkenningsprogramma (voor Maghrebijnen en Turken) of op basis van eigen verklaring. 11 Definitie arbeidsgehandicapt: werkzoekende met Vlaams Fondsnummer of gedeeltelijk of zeer beperkt geschikt of studies BLO of BUSO. 14
15 Bijna 32 van de 100 werkzoekenden die instromen in de horecasector zijn jonger dan 25 jaar, wat ongeveer overeenkomt met het aandeel van alle Vlaamse werkzoekende jongeren (31%) die instromen naar werk en een oververtegenwoordiging is in vergelijking met de referentiepopulatie werkzoekenden (20%). De instroom van laaggeschoolde werkzoekenden in de horecasector (52%) ligt ruim boven de gemiddelde instroom van laaggeschoolde werkzoekenden naar werk (42%), doch in vergelijking met het aandeel vacatures bestemd voor laaggeschoolden (75%) is er sprake van een ondervertegenwoordiging van laaggeschoolden. 22% van de werkzoekenden die instromen in de horecasector is allochtoon, wat een lichte oververtegenwoordiging is in vergelijking met de referentiepopulatie werkzoekenden (20%) en de gemiddelde instroom van allochtone werkzoekenden naar werk (15%). 5% van de werkzoekenden die instromen in de horecasector is arbeidsgehandicapt, wat een ondervertegenwoordiging is in vergelijking met de referentiepopulatie werkzoekenden (15%) en de gemiddelde instroom van arbeidsgehandicapte werkzoekenden naar werk (8%). Ook aan de hand van het Datawarehouse van de KSZ kunnen in- en uitstroomgegevens berekend worden. De meest recente gegevens die momenteel beschikbaar zijn, zijn evenwel van Deze gegevens hebben het voordeel dat ze niet enkel beperkt zijn tot instroom van werkzoekenden (zie hoger), maar dat ook de interne mobiliteit en de uitstroom uit de sector in beeld komt. De sectoren worden afgebakend naar paritair comité, in dit geval paritair comité 302. Tabel 9: Werknemersstromen in de horecasector (Vlaams Gewest, ) Horecasector Alle sectoren n % % Instroom ,2 < 25 jaar ,8 48, jaar ,5 11,3 > 50 jaar ,6 4,8 Interne mobiliteit ,7 5,5 < 25 jaar ,1 10, jaar ,7 5,5 > 50 jaar ,4 3,1 Uitstroom ,4 13,1 < 25 jaar ,4 34, jaar ,9 10,8 > 50 jaar ,9 11,9 Bron: Datawarehouse AM&SB bij de KSZ (Bewerking Steunpunt WSE/Departement WSE) Tussen 30 juni 2003 en 30 juni 2004 stroomden werknemers de horecasector in. Samen vormden zij 32% van alle werknemers in de sector werknemers, of 30% van alle loontrekkenden, verlieten in deze periode de sector. Nog eens mensen (15%) waren intern mobiel. Het gaat om werknemers die ofwel van werkgever veranderden binnen de sector, ofwel in een speciaal regime werkzaam waren (seizoensarbeid), ofwel tijdelijk 15
16 in een andere sector of in een niet-loontrekkend statuut zaten, maar op 30 juni 2004 terug aan de slag waren binnen de horecasector. De horeca is een sector met een relatief hoge werknemersmobiliteit. De in- en uitstroomgraad en de interne mobiliteitsgraad liggen allen ruim boven het gemiddelde van alle sectoren (zie figuur 3). Figuur 3: Werknemersstromen in de horeca (Vlaams Gewest, ) 32,0 30,4 35% 30% 25% 14,2 14,7 13,1 20% 15% 5,5 10% 5% Horeca Totaal Horeca Totaal Horeca Totaal 0% Instroom Interne mobiliteitsgraad Uitstroom Bron: Datawarehouse AM&SB bij de KSZ (Bewerking Steunpunt WSE/Departement WSE) Tabel 10: Werknemersstromen naar statuut in de horecasector (Vlaams Gewest, ) Horecasector Alle sectoren Instroom (n) (%) (%) Totaal ,0 100,0 Instroom uit ander paritair comité ,2 41,3 Instroom uit zelfstandig statuut 723 3,7 3,7 Instroom uit werkloosheid ,5 14,7 Instroom uit tijdskrediet/loopbaanonderbreking 112 0,6 2,0 Instroom uit (brug)pensioen 310 1,6 0,7 Instroom uit ander statuut ,4 37,6 Uitstroom Totaal ,0 100,0 Uitstroom naar ander paritair comité ,6 45,2 Uitstroom naar zelfstandig statuut ,8 5,5 Uitstroom naar werkloosheid ,7 17,5 Uitstroom naar tijdskrediet/loopbaanonderbreking 145 0,8 3,0 Uitstroom naar conventioneel brugpens. 71 0,4 4,1 Uitstroom naar pensioen 467 2,6 6,5 Uitstroom naar ander statuut ,1 18,3 Bron: Datawarehouse AM&SB bij de KSZ (Bewerking Steunpunt WSE/Departement WSE) 12 De groep van andere statuten is een verzamelnaam van statuten die niet gekend waren in het Datawarehouse AM&SB bij de redactie van de tabellen; het gaat onder andere over arbeidsongeschiktheid, huishouden en schoolverlaters. 16
17 Meer dan één op vijf van de nieuw ingestroomde werknemers was voorheen actief in een andere sector. Van de werknemers die de sector verlaten gaat meer dan één derde aan de slag als loontrekkende in een andere sector. De meest opvallende vaststelling is de erg hoge instroom in de horeca vanuit een ander statuut, (niet minder dan 60% tegenover 40% gemiddeld), wat wijst op de hoge instroom in de horeca vanuit diverse vormen van inactiviteit (o.m. studenten, schoolverlaters, ) en de belangrijke rol die voor de horeca is weggelegd in het mobiliseren van de latente (niet geregistreerde) arbeidsreserve in Vlaanderen. Figuur 4: Werknemersstromen naar statuut (Vlaams Gewest, ) 100% 80% 60% Ander statuut pensioen/brugpensioen 40% Tijdskrediet/ loopbaanonderbreking Werkloosheid 20% Zelfstandig statuut Horeca Alle sectoren Horeca Alle sectoren 0% ander paritair comité Instroom Uitstroom Bron: Datawarehouse AM&SB bij de KSZ (Bewerking Steunpunt WSE/Departement WSE) 17
18 6. De opleidingsinspanningen Hieronder vinden we de opleidingsinspanningen in de horecasector. In tegenstelling tot de voorgaande hebben deze cijfers betrekking op België in zijn geheel, en niet enkel op het Vlaams Gewest. De horecasector werd hier afgebakend aan de hand van nace-code 55. Deze cijfers zijn gebaseerd op de bedrijven uit de horecasector die hun sociale balans indienden bij de Nationale Bank van België, of 65,9% van alle horecabedrijven met een jaarrekening bij de Nationale Bank 13. Tabel 11: Opleidingsinspanningen in de bedrijven in de horecasector (België, 2006) Ondernemingen met opleidings-activiteiten % van totaal aantal ondernemingen Deelnemers aan een opleiding Opleidingskost Opleidingsuren % van de % van % van Gemiddelde gemiddelde personeelskosten Gemiddelde gewerkte per werkgelegenheid per uur ( ) uren deelnemer Horeca 0,6 11,9 0,25 25,7 0,19 15,9 Privésector totaal 4,8 32,5 1,08 46,8 0,71 29,6 Bron: Nationale Bank van België (Sociale Balansen CD-rom 2006) (Bewerking Steunpunt WSE/Departement WSE) 11,9% van de loontrekkende werknemers in de sector hebben in 2006 een opleiding genoten, tegenover 32,5% van alle Belgische loontrekkenden samen. Ook het aantal opleidingsuren per deelnemers is in de horecasector (15,9 uren) beperkt t.o.v. het gemiddelde in België (29,6 uren).de opleidingen in de horecasector nemen t.o.v. de totale personeelskosten een beperkt deel van het budget in: 0,25%, tegenover 1,08% gemiddeld in België. 13 Meer informatie over welke bedrijven jaarrekeningen en/of sociale balansen moeten indienen vindt u op de website van de Nationale Bank van België ( 18
19 7. De individuele beroepsopleiding in de onderneming De tewerkstellingsmaatregel IBO staat voor individuele beroepsopleiding in de onderneming. Dit is een opleiding waarbij de cursist door de onderneming op de werkplek wordt getraind en begeleid. Een IBO kan 1 tot 6 maanden duren en tijdens deze opleiding betaalt de werkgever geen loon of RSZ, enkel een productiviteitsvergoeding. Na deze opleiding is het bedrijf verplicht om hem/haar een contract voor onbepaalde duur te geven. Tabel 12: Kenmerken van de opgestarte IBO s in de horecasector (Vlaams Gewest, 2007) Horecasector Vlaanderen n % % Totaal aantal IBO s ,0 100,0 (n=14.718) Man ,9 69,3 Vrouw ,1 30,7 Studieniveau Laag ,0 40,7 Midden ,6 44,7 Hoog 42 5,4 14,6 Leeftijd -25 jaar ,3 52, jaar ,2 44,9 +50 jaar 27 3,5 2,7 Woonplaats Antwerpen ,0 21,7 Vlaams-Brabant 92 11,8 12,5 West-Vlaanderen ,8 19,1 Oost-Vlaanderen ,1 25,5 Limburg ,3 19,6 Buiten Vlaanderen 8 1,0 1,6 Werkloosheidsduur < 3 maanden ,8 47,1 3-6 maanden ,2 17,7 6 maanden - 1 jaar ,8 16,4 1-2 jaar 86 11,1 11,0 2-5 jaar 34 4,4 6,5 + 5 jaar 7 0,9 1,3 Ondernemingsgrootte <10 werknemers ,5 54, werknemers ,6 25, werknemers 26 3,3 8, werknemers 4 0,5 4,6 >499 werknemers 0 0,0 7,1 Allochtonen ,7 16,7 Arbeidsgehandicapten 63 8,1 6,4 Ongunstige stopzettingen ,7 19,4 Bron: VDAB 19
20 In de horecasector zijn in IBO s opgestart of 5,3% van alle opgestarte IBO s in Vlaanderen, wat relatief veel is in vergelijking met het aandeel van de horecasector in de totale Vlaamse privésector (3,1%). Meer dan 6 op 10 IBO s (63%) wordt ingevuld door laaggeschoolden, wat ruim boven het gemiddelde van Vlaanderen ligt (41%). Ook in vergelijking met de referentiepopulatie (52%) zijn de laaggeschoolden goed vertegenwoordigd bij de invulling van de IBO s in de horeca. Ongeveer 61% van de IBO s wordt ingevuld door jongeren, wat ruim boven het gemiddelde van Vlaanderen ligt (52%). Ook allochtonen (18%) en arbeidsgehandicapten (8%) worden in de horecasector (lichtjes) beter bereikt bij de invulling van de IBO s dan gemiddeld in Vlaanderen (17% en 6%). In de horecasector zijn meer dan 96% van de IB0 s gestart binnen bedrijven met minder dan 50 werknemers, tegenover bijna 70% gemiddeld in Vlaanderen. Bijna 1 op de 4 IBO s in de horecasector kent een ongunstige stopzetting, tegenover 1 op 5 IBO s gemiddeld in Vlaanderen. 20
21 8. Diversiteitsplannen Met een subsidiëring van diversiteitsplannen moedigt de Vlaamse Overheid ondernemingen en organisaties aan om werk te maken van een divers personeelsbeleid. Een diversiteitsplan kan afgesloten worden voor een enkele vestiging of voor een gans bedrijf met al haar vestigingen samen. In een diversiteitsplan worden streefcijfers voor de instroom, doorstroom en opleiding van doelgroepwerknemers vooropgesteld. Organisaties kunnen onder bepaalde voorwaarden een subsidie verkrijgen voor verschillende soorten plannen. Zo zijn er: Instapdiversiteitsplannen: opstap naar HR-beleid Diversiteitsplannen: meerdere diversiteitsbevorderende acties Groeidiversiteitsplannen: verankering van diversiteitsbeleid door opvolgacties Clusterdiversiteitsplannen: in meerdere bedrijven of bedrijfseenheden Tabel 13: Diversiteitsplannen in de horecasector (Vlaams Gewest, 2007) Instapplan Diversiteitsplan Clusterplan Groeiplan Totaal 2007 Horecasector Alle sectoren Horecasector Alle sectoren Bron: Departement WSE In 2007 dienden 13 Vlaamse horecabedrijven een diversiteitsplan in, een aandeel van 2,1% in het totaal aantal. Het aantal diversiteitsplannen in de horeca steeg tussen 2006 en 2007 met +30%, een sterkere stijging dan gemiddeld over alle sectoren heen (+17,6%). 21
22 Samen talent in goede banen leiden Departement Werk en Sociale Economie
SECTORFOTO Verhuissector 2008 DEpaRTEmEnT WERk En SOCialE ECOnOmiE
SECTORFOTO Verhuissector 2008 Departement Werk en Sociale Economie Colofon Samenstelling: Vlaamse overheid Beleidsdomein Werk en Sociale Economie Departement Werk en Sociale Economie Koning Albert II-laan
Nadere informatiePersonenvervoer 2008
SECTORFOTO Personenvervoer 2008 Departement Werk en Sociale Economie Colofon Samenstelling: Vlaamse overheid Beleidsdomein Werk en Sociale Economie Departement Werk en Sociale Economie Koning Albert II-laan
Nadere informatieAudiovisuele sector 2008
SECTORFOTO 2008 Departement Werk en Sociale Economie Colofon Samenstelling: Vlaamse overheid Beleidsdomein Werk en Sociale Economie Departement Werk en Sociale Economie Koning Albert II-laan 35 bus 20
Nadere informatieSECTORFOTO Uitzendsector 2008 DEpaRTEmEnT WERk En SOCialE ECOnOmiE
SECTORFOTO 2008 Departement Werk en Sociale Economie Colofon Samenstelling: Vlaamse overheid Beleidsdomein Werk en Sociale Economie Departement Werk en Sociale Economie Koning Albert II-laan 35 bus 20
Nadere informatieGrafische nijverheid 2008
SECTORFOTO Grafische nijverheid 2008 Departement Werk en Sociale Economie Colofon Samenstelling: Vlaamse overheid Beleidsdomein Werk en Sociale Economie Departement Werk en Sociale Economie Koning Albert
Nadere informatieSECTORFOTO. Beheer van gebouwen en dienstboden 2008
SECTORFOTO Beheer van gebouwen en dienstboden 2008 Departement Werk en Sociale Economie Colofon Samenstelling: Vlaamse overheid Beleidsdomein Werk en Sociale Economie Departement Werk en Sociale Economie
Nadere informatieSECTORFOTO. Kappers, fitness en schoonheidszorgen 2008
SECTORFOTO Kappers, fitness en schoonheidszorgen 2008 Departement Werk en Sociale Economie Colofon Samenstelling: Vlaamse overheid Beleidsdomein Werk en Sociale Economie Departement Werk en Sociale Economie
Nadere informatieVermakelijkheidsbedrijf 2008
SECTORFOTO 2008 Departement Werk en Sociale Economie Colofon Samenstelling: Vlaamse overheid Beleidsdomein Werk en Sociale Economie Departement Werk en Sociale Economie Koning Albert II-laan 35 bus 20
Nadere informatieScheikundige nijverheid 2008
SECTORFOTO Scheikundige nijverheid 2008 Departement Werk en Sociale Economie Colofon Samenstelling: Vlaamse overheid Beleidsdomein Werk en Sociale Economie Departement Werk en Sociale Economie Koning Albert
Nadere informatieSECTORFOTO. Internationale Handel, Vervoer en Logistiek 2008
SECTORFOTO Internationale Handel, Vervoer en Logistiek 2008 Departement Werk en Sociale Economie Colofon Samenstelling: Vlaamse overheid Beleidsdomein Werk en Sociale Economie Departement Werk en Sociale
Nadere informatieBinnenscheepvaart 2008
SECTORFOTO 2008 Departement Werk en Sociale Economie Colofon Samenstelling: Vlaamse overheid Beleidsdomein Werk en Sociale Economie Departement Werk en Sociale Economie Koning Albert II-laan 35 bus 20
Nadere informatieSECTORFOTO. Goederenvervoer en logistiek 2008
SECTORFOTO Goederenvervoer en logistiek 2008 Departement Werk en Sociale Economie Colofon Samenstelling: Vlaamse overheid Beleidsdomein Werk en Sociale Economie Departement Werk en Sociale Economie Koning
Nadere informatieLokale besturen 2008
SECTORFOTO Lokale besturen 2008 Departement Werk en Sociale Economie Colofon Samenstelling: Vlaamse overheid Beleidsdomein Werk en Sociale Economie Departement Werk en Sociale Economie Koning Albert II-laan
Nadere informatieMetaal arbeiders 2008
SECTORFOTO Metaal arbeiders 2008 Departement Werk en Sociale Economie Colofon Samenstelling: Vlaamse overheid Beleidsdomein Werk en Sociale Economie Departement Werk en Sociale Economie Koning Albert II-laan
Nadere informatieKleding en confectie 2008
SECTORFOTO Kleding en confectie 2008 Departement Werk en Sociale Economie Colofon Samenstelling: Vlaamse overheid Beleidsdomein Werk en Sociale Economie Departement Werk en Sociale Economie Koning Albert
Nadere informatieVoedingsindustrie 2008
SECTORFOTO Voedingsindustrie 2008 Departement Werk en Sociale Economie Colofon Samenstelling: Vlaamse overheid Beleidsdomein Werk en Sociale Economie Departement Werk en Sociale Economie Koning Albert
Nadere informatieSECTORFOTO Hout 2008 DEpaRTEmEnT WERk En SOCialE ECOnOmiE
SECTORFOTO Hout 2008 Departement Werk en Sociale Economie Colofon Samenstelling: Vlaamse overheid Beleidsdomein Werk en Sociale Economie Departement Werk en Sociale Economie Koning Albert II-laan 35 bus
Nadere informatieSECTORFOTO. Autosector en aanverwante sectoren 2008
SECTORFOTO Autosector en aanverwante sectoren 2008 Departement Werk en Sociale Economie Colofon Samenstelling: Vlaamse overheid Beleidsdomein Werk en Sociale Economie Departement Werk en Sociale Economie
Nadere informatieSECTORFOTO 2012 LOKALE BESTUREN
SECTORFOTO 2012 LOKALE BESTUREN Inleiding Sectoren spelen een belangrijke rol in het Vlaamse arbeidsmarktbeleid. Via de sectorconvenants (protocollen tussen de Vlaamse Regering en sectoren) engageren de
Nadere informatieSECTORFOTO Textiel 2008 DEpaRTEmEnT WERk En SOCialE ECOnOmiE
SECTORFOTO Textiel 2008 Departement Werk en Sociale Economie Colofon Samenstelling: Vlaamse overheid Beleidsdomein Werk en Sociale Economie Departement Werk en Sociale Economie Koning Albert II-laan 35
Nadere informatieSECTORFOTO Social profit 2008 DEpaRTEmEnT WERk En SOCialE ECOnOmiE
SECTORFOTO Social profit 2008 Departement Werk en Sociale Economie Colofon Samenstelling: Vlaamse overheid Beleidsdomein Werk en Sociale Economie Departement Werk en Sociale Economie Koning Albert II-laan
Nadere informatieGROEPSSECTORFOTO 2012
GROEPSSECTORFOTO 2012 Colofon Samenstelling Vlaamse overheid Beleidsdomein Werk en Sociale Economie Departement Werk en Sociale Economie Koning Albert II-laan 35 bus 20 1030 Brussel 02 553 42 56 monitoring@vlaanderen.be
Nadere informatieSECTORFOTO Bouw 2008 DEpaRTEmEnT WERk En SOCialE ECOnOmiE
SECTORFOTO Bouw 2008 Departement Werk en Sociale Economie Colofon Samenstelling: Vlaamse overheid Beleidsdomein Werk en Sociale Economie Departement Werk en Sociale Economie Koning Albert II-laan 35 bus
Nadere informatieSECTORFOTO 2012 ELEKTRICIENS
SECTORFOTO 2012 ELEKTRICIENS Synthese De sector van de elektriciens telde in het tweede kwartaal van 2010 15.171 loontrekkenden in Vlaanderen. Over alle sectoren heen waren op dat moment 2.083.512 loontrekkenden
Nadere informatieSECTORFOTO 2012 GROENE SECTOREN
SECTORFOTO 2012 GROENE SECTOREN Synthese De groene sectoren telden in het tweede kwartaal van 2010 10.957 loontrekkenden in Vlaanderen. Over alle sectoren heen waren op dat moment 2.083.512 loontrekkenden
Nadere informatieSECTORFOTO 2012 SECTOR VAN DE KAPPERS, FITNESS EN SCHOONHEIDSZORGEN
SECTORFOTO 2012 SECTOR VAN DE KAPPERS, FITNESS EN SCHOONHEIDSZORGEN Synthese De sector van de kappers, fitness en schoonheidszorgen telde in het tweede kwartaal van 2010 8.935 loontrekkenden in Vlaanderen.
Nadere informatieSECTORFOTO 2012 AUDIOVISUELE SECTOR
SECTORFOTO 2012 AUDIOVISUELE SECTOR Synthese De audiovisuele sector telde in het tweede kwartaal van 2010 in Vlaanderen 2.538 loontrekkenden. Over alle sectoren heen waren op dat moment 2.083.512 loontrekkenden
Nadere informatieSECTORFOTO 2012 INTERNATIONALE HANDEL
SECTORFOTO 2012 INTERNATIONALE HANDEL Synthese De internationale handel telde in het tweede kwartaal van 2010 34.562 loontrekkenden in Vlaanderen. Over alle sectoren heen waren op dat moment 2.083.512
Nadere informatieSECTORFOTO 2012 BOUW
SECTORFOTO 2012 BOUW Synthese De bouw telde in het tweede kwartaal van 2010 99.657 loontrekkenden in Vlaanderen. Over alle sectoren heen waren op dat moment 2.083.512 loontrekkenden actief. De bouw is
Nadere informatieSECTORFOTO 2012 GRAFISCHE SECTOR
SECTORFOTO 2012 GRAFISCHE SECTOR Synthese De grafische sector telde in het tweede kwartaal van 2010 7.582 loontrekkenden in Vlaanderen. Over alle sectoren heen waren op dat moment 2.083.512 loontrekkenden
Nadere informatieDE VLAAMSE ARBEIDSMARKT IN SECTORAAL PERSPECTIEF
DE VLAAMSE ARBEIDSMARKT IN SECTORAAL PERSPECTIEF 2008-2016 Aandeel in de totale loontrekkende tewerkstelling (2016/2) social profit 14,6 ANPC bedienden 13,4 bouw metaal arbeiders uitzend scheikundige nijverheid
Nadere informatieMETHODOLOGISCH RAPPORT SECTOREN
METHODOLOGISCH RAPPORT SECTOREN 1. Bronnen en populaties 1.1. Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (RSZ) gecentraliseerde statistiek De statistieken van de RSZ worden uitgewerkt op basis van de gegevens
Nadere informatieSECTORFOTO 2012 GLASBEDRIJF
SECTORFOTO 2012 GLASBEDRIJF Synthese Het glasbedrijf telde in het tweede kwartaal van 2010 2.392 loontrekkenden in Vlaanderen. Over alle sectoren heen waren op dat moment 2.083.512 loontrekkenden actief.
Nadere informatieSECTORFOTO 2012 ANPC BEDIENDEN
SECTORFOTO 2012 ANPC BEDIENDEN Synthese Het ANPCB telde in tweede kwartaal van 2010 264.122 loontrekkenden in Vlaanderen. Over alle sectoren heen waren op dat moment 2.083.512 loontrekkenden actief. De
Nadere informatieSECTORFOTO 2012 UITZENDSECTOR
SECTORFOTO 2012 UITZENDSECTOR Synthese De uitzendsector telde in het tweede kwartaal van 2010 61.370 loontrekkenden in Vlaanderen. Over alle sectoren heen waren op dat moment 2.083.512 loontrekkenden actief.
Nadere informatieSECTORFOTO 2012 VERMAKELIJKHEIDSBEDRIJF
SECTORFOTO 2012 VERMAKELIJKHEIDSBEDRIJF Synthese Het vermakelijkheidsbedrijf telde in het tweede kwartaal van 2010 2.431 loontrekkenden in Vlaanderen. Over alle sectoren heen waren op dat moment 2.083.512
Nadere informatieSECTORFOTO 2012 TEXTIELVERZORGING
SECTORFOTO 2012 TEXTIELVERZORGING Synthese De sector van textielverzorging telde in het tweede kwartaal van 2010 4.690 loontrekkenden in Vlaanderen. Over alle sectoren heen waren op dat moment 2.083.512
Nadere informatieSECTORFOTO 2012 SCHEIKUNDIGE NIJVERHEID
SECTORFOTO 2012 SCHEIKUNDIGE NIJVERHEID Synthese De scheikundige nijverheid telde in het tweede kwartaal van 2010 78.495 loontrekkenden in Vlaanderen. Over alle sectoren heen waren op dat moment 2.083.512
Nadere informatieVDAB SECTORRAPPORT SECTOR HORECA & TOERISME
VDAB SECTORRAPPORT SECTOR HORECA & TOERISME SECTORRAPPORT HORECA EN TOERISME VOORJAAR 2012 SECTORRAPPORT HORECA EN TOERISME Inhoudstafel 3-4 VDAB Sectorrapporten: Inleiding 5-6 Binnenlandse werkgelegenheid:
Nadere informatieSECTORFOTO 2012 PAPIER- EN KARTONBEWERKING
SECTORFOTO 2012 PAPIER- EN KARTONBEWERKING Synthese De sector van papier- en kartonbewerking telde in het tweede kwartaal van 2010 6.666 loontrekkenden in Vlaanderen. Over alle sectoren heen waren op dat
Nadere informatieSECTORFOTO 2012 SOCIAL PROFIT
SECTORFOTO 2012 SOCIAL PROFIT Synthese De social profit telde in het tweede kwartaal van 2011 275.046 loontrekkenden in Vlaanderen. Over alle sectoren heen waren op dat moment 2.110.373 loontrekkenden
Nadere informatieFOCUS OP TALENT BAROMETER. Kansengroepen in cijfers
FOCUS OP TALENT BAROMETER Kansengroepen in cijfers 217-218 Inhoudsopgave 1. Verklarende woordenlijst... 2. Samenvatting... 4. PERSONEN MET EEN ARBEIDSHANDICAP... 7 4. PERSONEN GEBOREN BUITEN EU28... 12
Nadere informatieSECTORFOTO 2012 DIAMANTNIJVERHEID- EN HANDEL
SECTORFOTO 2012 DIAMANTNIJVERHEID- EN HANDEL Synthese De diamantnijverheid en -handel telde in het tweede kwartaal van 2010 921 loontrekkenden in Vlaanderen. Over alle sectoren heen waren op dat moment
Nadere informatieSECTORFOTO 2012 BEHEER VAN GEBOUWEN, DIENSTBO- DEN EN VASTGOEDMAKELAARS
SECTORFOTO 2012 BEHEER VAN GEBOUWEN, DIENSTBO- DEN EN VASTGOEDMAKELAARS Synthese De sector van de beheer van gebouwen, vastgoedmakelaars en dienstboden telde in het tweede kwartaal van 2010 4.951 loontrekkenden
Nadere informatieSECTORFOTO 2012 VOEDINGSNIJVERHEID
SECTORFOTO 2012 VOEDINGSNIJVERHEID Synthese De voedingsnijverheid telde in het tweede kwartaal van 2010 56.662 loontrekkenden in Vlaanderen. Over alle sectoren heen waren op dat moment 2.083.512 loontrekkenden
Nadere informatieSECTORFOTO 2012 BINNENSCHEEPVAART
SECTORFOTO 2012 BINNENSCHEEPVAART Synthese De binnenscheepvaart telde in het tweede kwartaal van 2010 615 loontrekkenden in Vlaanderen. Over alle sectoren heen waren op dat moment 2.083.512 loontrekkenden
Nadere informatieSECTORFOTO 2012 DIENSTENCHEQUEONDERNEMINGEN
SECTORFOTO 2012 DIENSTENCHEQUEONDERNEMINGEN Synthese De dienstenchequeondernemingen telden in het tweede kwartaal van 2010 43.933 loontrekkenden in Vlaanderen. Over alle sectoren heen waren op dat moment
Nadere informatieSECTORFOTO 2012 HORECASECTOR
SECTORFOTO 2012 HORECASECTOR Synthese De horecasector telde in het tweede kwartaal van 2010 64.737 loontrekkenden in Vlaanderen. Over alle sectoren heen waren op dat moment 2.083.512 loontrekkenden actief.
Nadere informatieSECTORFOTO 2012 METAALARBEIDERS
SECTORFOTO 2012 METAALARBEIDERS Synthese De sector van de metaalarbeiders telde in het tweede kwartaal van 2010 95.203 loontrekkenden in Vlaanderen. Over alle sectoren heen waren op dat moment 2.083.512
Nadere informatieSECTORFOTO 2012 BETONINDUSTRIE
SECTORFOTO 2012 BETONINDUSTRIE 1 Synthese De betonindustrie telde in het tweede kwartaal van 2010 4.430 loontrekkenden in Vlaanderen. Over alle sectoren heen waren op dat moment 2.083.512 loontrekkenden
Nadere informatieSECTORFOTO 2012 HOUTSECTOREN
SECTORFOTO 2012 HOUTSECTOREN Synthese De houtsectoren telden in het tweede kwartaal van 2010 15.449 loontrekkenden in Vlaanderen. Over alle sectoren heen waren op dat moment 2.083.512 loontrekkenden actief.
Nadere informatieSectoranalyse Horeca 2013. Ondernemingen Arbeidsmarkt en tewerkstelling Diversiteit
Sectoranalyse Horeca 2013 Ondernemingen Arbeidsmarkt en tewerkstelling Diversiteit 2013 Guidea - Kenniscentrum voor Toerisme en Horeca vzw Deze informatie werd met de grootste zorg samengesteld. Guidea,
Nadere informatie2.2.1 Aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt
2.2 Uitdagingen op het vlak van werkgelegenheid 2.2.1 Aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt Het wordt steeds belangrijker om met voldoende kwalificaties naar de arbeidsmarkt te kunnen gaan. In Europees
Nadere informatieMonitor 2016Q4 15 Pag. MONITOR FLEXI-JOBS
Monitor 2016Q4 15 Pag. MONITOR FLEXI-JOBS 1 Flexi-jobs: Synthese Tabel 1: Aantal en aandeel flexi-arbeid -2016Q4- Aantal Aandeel Werkgevers 5 223 21,4% Arbeidsplaatsen tijdens kwartaal 1 16 831 9,4% Voltijdsequivalenten
Nadere informatieVLAAMSE ARBEIDSREKENING: METHODOLOGISCH RAPPORT BIJ DE HET AANTAL VESTIGINGEN MET PERSONEEL
VLAAMSE ARBEIDSREKENING: METHODOLOGISCH RAPPORT BIJ DE RAMING VAN HET AANTAL VESTIGINGEN MET PERSONEEL UPDATES Departement WSE in samenwerking met Steunpunt WSE September 2009 Inhoudstafel Inhoudstafel...
Nadere informatieEEN BEELD VAN DE HORECA Hoofdstuk 11
EEN BEELD VAN DE HORECA Hoofdstuk 11 Maarten Tielens Tussen 1994 en 2001 groeide de werkgelegenheid in de horeca met 20% tot ongeveer 69 800 jobs. De helft van de loontrekkende jobs vinden we terug bij
Nadere informatieSECTORFOTO 2012 AUTOSECTOR EN AANVERWANTE SECTOREN
SECTORFOTO 2012 AUTOSECTOR EN AANVERWANTE SECTOREN Synthese De autosector en aanverwante sectoren telden in het tweede kwartaal van 2010 32.480 loontrekkenden in Vlaanderen. Over alle sectoren heen waren
Nadere informatieHIER FOTO INVOEGEN BREEDTE 210mm x HOOGTE 99mm. Desk Research 2011. Arbeidsmarkt, sectorfoto horeca
HIER FOTO INVOEGEN BREEDTE 210mm x HOOGTE 99mm Desk Research 2011 Arbeidsmarkt, sectorfoto horeca 2011 Guidea - Kenniscentrum voor Toerisme en Horeca vzw Deze informatie werd met de grootste zorg samengesteld.
Nadere informatieDiversiteitsplannen. Maatregel. Impact van de maatregel
Diversiteitsplannen Maatregel Met de subsidiëring en ondersteuning van diversiteitsplannen moedigt de Vlaamse Overheid, ondernemingen en organisaties aan om werk te maken van een divers personeelsbeleid.
Nadere informatieSectoranalyse Horeca 2012
HIER FOTO INVOEGEN BREEDTE 210mm x HOOGTE 99mm Sectoranalyse Horeca 2012 Arbeidsmarkt en tewerkstelling 2012 Guidea - Kenniscentrum voor Toerisme en Horeca vzw Deze informatie werd met de grootste zorg
Nadere informatieSECTORFOTO 2012 METAALBEDIENDEN
SECTORFOTO 2012 METAALBEDIENDEN Synthese De sector van de metaalbedienden telde in het tweede kwartaal van 2010 45.185 loontrekkenden in Vlaanderen. Over alle sectoren heen waren op dat moment 2.083.512
Nadere informatieDE VLAAMSE SOCIALE ECONOMIE IN 2016
DE VLAAMSE SOCIALE ECONOMIE IN 2016 Inhoud Inleiding... 3 Methodologie... 3 Overzicht van de werknemers in de sociale economie... 5 Profielkenmerken van doelgroepwerknemers... 6 Regionale Spreiding...
Nadere informatieSECTORFOTO 2012 TEXTIEL
SECTORFOTO 2012 TEXTIEL Synthese De textielsector telde in het tweede kwartaal van 2010 17.972 loontrekkenden in Vlaanderen. Over alle sectoren heen waren op dat moment 2.083.512 loontrekkenden actief.
Nadere informatieI B O. Een werknemer op maat gemaakt. 1. IBO = training-on-the-job. IBO = 'werkplekleren' IBO = 'een werknemer op maat'
I B O Een werknemer op maat gemaakt Eén van de kernopdrachten van de VDAB bestaat uit het verstrekken van opleiding. Het tekort aan specifiek geschoold personeel en de versnelde veranderingen in de werkomgeving
Nadere informatieSector- en competentiefoto HORECA. Naar inhoudstafel
Sector- en competentiefoto HORECA [ 1 ] Inhoudsopgave Inleiding...5 1 Situering...5 2 Afbakening...6.. 2.1 Geografische afbakening...6.. 2.2 Sectorafbakening...7 3 Methodiek...8.. 3.1 Analysefase...8..
Nadere informatieDiversiteitsplannen. Maatregel
Diversiteitsplannen Maatregel Met de subsidiëring en ondersteuning van diversiteitsplannen moedigt de Vlaamse Overheid, ondernemingen en organisaties aan om werk te maken van een divers personeelsbeleid.
Nadere informatieLerend werken, werkend leren
Lerend werken, werkend leren De versterking van het arbeidsaanbod is een kernopdracht voor de VDAB. In dit perspectief wordt bijzondere aandacht besteed aan de verschillende formules van opleiding en begeleiding
Nadere informatieSECTORFOTO 2012 KLEDING & CONFECTIE
SECTORFOTO 2012 KLEDING & CONFECTIE Synthese De sector van kleding en confectie telde in het tweede kwartaal van 2010 in Vlaanderen 11.526 loontrekkenden. Over alle sectoren heen waren op dat moment 2.083.512
Nadere informatieNOVEMBER 2014 BAROMETER
NOVEMBER 2014 BAROMETER In deze nieuwe editie van de barometer staan we stil bij de Census 2011 die afgelopen maand werd gepubliceerd door Statistics Belgium, onderdeel van de FOD Economie. We vertalen
Nadere informatieVERSO- Cahier 2/ 2014 Profiel van de medewerkers in de social profit
VERSO- Cahier 2/ 2014 Profiel van de medewerkers in de social profit Een beschrijvende analyse van de kenmerken van de social profitmedewerker Voor vragen en toelichting dirk.malfait@verso-net.be Zie verder
Nadere informatieDe 50-plussers op de Limburgse arbeidsmarkt in de logistiek
De 50-plussers op de Limburgse arbeidsmarkt in de logistiek APRIL 2012 INHOUD Blz 1. Loontrekkende werkgelegenheid 2 1.1 Algemeen 2 1.2 Hoofdsectoren 2 1.3 Logistiek 3 1.3.1 Algemeen 3 1.3.2 Limburgse
Nadere informatieKorte schets van de problematiek
Korte schets van de problematiek 1 Hoofdstuk Titel Enkele cijfers WERKZAAMHEIDSGRAAD NAAR LEEFTIJD EN PER OPLEIDINGSNIVEAU (2007-2012) Bron: VDAB (Bewerking Departement WSE/Steunpunt WSE) 2 Hoofdstuk Titel
Nadere informatieDE VLAAMSE SOCIALE ECONOMIE IN 2015
DE VLAAMSE SOCIALE ECONOMIE IN 2015 Inhoud Inleiding... 3 1 Overzicht van de werknemers in de sociale economie... 3 2 Profielkenmerken van doelgroepwerknemers... 5 3 Regionale spreiding... 12 Methodologie...
Nadere informatieSectoren / paritaire comités Methodologie
Sectoren / paritaire comités Methodologie Wouter Vanderbiesen Mei 2014 Methodologie Steunpunt Werk en Sociale Economie Parkstraat 45 bus 5303-3000 Leuven T:+32 (0)16 32 32 39 steunpuntwse@kuleuven.be www.steunpuntwse.be
Nadere informatieVDAB SECTORRAPPORT SECTOR TRANSPORT, LOGISTIEK EN POST
VDAB SECTORRAPPORT SECTOR TRANSPORT, LOGISTIEK EN POST SECTORRAPPORT TRANSPORT, LOGISTIEK EN POST VOORJAAR 2012 SECTORRAPPORT TRANSPORT, LOGISTIEK EN POST Inhoudstafel 3-4 VDAB Sectorrapporten: Inleiding
Nadere informatieResultaten van de socioeconomische. Valérie Gilbert Virginie Vaes FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg
Resultaten van de socioeconomische monitoring Valérie Gilbert Virginie Vaes FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg ORIGINE EN MIGRATIEACHTERGROND CONCEPTEN 2 Origine Identificatie van personen
Nadere informatieDe tewerkstelling en werknemersstromen in het paritair comité voor bedienden in de zelfstandige kleinhandel (PC 201)
De tewerkstelling en werknemersstromen in het paritair comité voor bedienden in de zelfstandige kleinhandel (PC 201) Wim Herremans Wouter Vanderbiesen Steunpunt WSE Raf Boey Departement WSE 3-2008 WSE
Nadere informatieVDAB SECTORRAPPORT SECTOR GRAFISCHE NIJVERHEID, PAPIER EN KARTON
VDAB SECTORRAPPORT SECTOR GRAFISCHE NIJVERHEID, PAPIER EN KARTON SECTORRAPPORT GRAFISCHE NIJVERHEID, PAPIER EN KARTON VOORJAAR 2012 SECTORRAPPORT GRAFISCHE NIJVERHEID, PAPIER EN KARTON Inhoudstafel 3-4
Nadere informatieWerkgroep Arbeidsmarkt Onderwijs
Werkgroep Arbeidsmarkt Onderwijs Algemeen overzicht : Resoc-Serr Midden-West West-Vlaanderen NWWZ (2004) : 5989 Werkloosheidsgraad : 5,45 5989 werklozen Werkzaamheidsgraad : 72,67 102026 werkenden Activiteitsgraad
Nadere informatieWSE Arbeidsmarktcongres 7 februari Laura Jacobs, Vicky Heylen en Caroline Gijselinckx HIVA- KULeuven
Doorstroom van doelgroepwerknemers uit de sociale inschakelingseconomie Analyse van de arbeidsmarktpositie en duurzaamheid van het werk van uitstromers uit de invoegmaatregel, werkervaring en de sociale
Nadere informatieVDAB SECTORRAPPORT SECTOR ENERGIE, WATER EN AFVALVERWERKING
VDAB SECTORRAPPORT SECTOR ENERGIE, WATER EN AFVALVERWERKING SECTORRAPPORT ENERGIE, WATER EN AFVALVERWERKING VOORJAAR 2012 SECTORRAPPORT ENERGIE, WATER EN AFVALVERWERKING Inhoudstafel 3-4 VDAB Sectorrapporten:
Nadere informatieDe sociale balans gewaardeerd en gecorrigeerd
De sociale balans gewaardeerd en gecorrigeerd Steunpunt WAV en VIONA SSA De arbeidsmarkt in Vlaanderen, Jaarreeks 2000, Deel III: De Sociale Balans, een aal-regionale analyse. In de sociale balansen brengen
Nadere informatieTRAINING & OPLEIDING Opleidingen in de lift: + 25% in 2001
TRAINING & OPLEIDING Opleidingen in de lift: + 25% in 2001 Training en opleiding (T&O) van werkzoekenden en werknemers is één van de kerntaken van de Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding
Nadere informatieTabel 4.1 geeft een overzicht van de verdeling van de deels werkloos, deels werkend (DWDW)-en naar leeftijdsniveau.
Een aantal arbeidsgehandicapten uit onze onderzoekspopulatie waren tijdens de referteperiode ingeschreven bij zowel RVA als RSZ. Deze (relatief kleine) groep van mensen bespreken we in dit deel van het
Nadere informatieSectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»
Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» SCSZ/09/109 ADVIES NR 09/17 VAN 7 JULI 2009, GEWIJZIGD OP 6 OKTOBER 2009, BETREFFENDE DE MEDEDELING VAN ANONIEME
Nadere informatieDEPARTEMENT WERK EN SOCIALE ECONOMIE. Kerncijfers Vergrijzing en Werkzaamheid Versie 20 juni 2013
DEPARTEMENT WERK EN SOCIALE ECONOMIE Kerncijfers Vergrijzing en Werkzaamheid Versie 20 juni 2013 1 De arbeidsmarkt wordt krapper: alle talent is nodig Evolutie van de vervangingsgraad (verhouding 15-24-jarigen
Nadere informatieSectoranalyse Horeca 2013
HIER FOTO INVOEGEN BREEDTE 210mm x HOOGTE 99mm Sectoranalyse Horeca 2013 Arbeidsmarkt en tewerkstelling 2013 Guidea - Kenniscentrum voor Toerisme en Horeca vzw Deze informatie werd met de grootste zorg
Nadere informatieDE VLAAMSE SOCIALE ECONOMIE IN 2017
DE VLAAMSE SOCIALE ECONOMIE IN 2017 Inhoud 1 Inleiding... 3 2 Methodologie... 3 3 Omgevingsanalyse: de arbeidsmarkt in 2017... 4 4 Omvang en spreiding van de sociale economie... 6 4.1 Budgettair... 6 4.2
Nadere informatieHeel gunstige arbeidsmarktevolutie in Nieuwe cijfers Enquête naar de Arbeidskrachten -
ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 14 mei 2008 Heel gunstige arbeidsmarktevolutie in 2007 - Nieuwe cijfers Enquête naar de Arbeidskrachten - In 2007 Zijn 4,38 miljoen in
Nadere informatieDiversiteit in de horecasector 2011
Diversiteit in de horecasector 2011 2011 Guidea - Kenniscentrum voor Toerisme en Horeca vzw Deze informatie werd met de grootste zorg samengesteld. Guidea, het Kenniscentrum voor Toerisme en Horeca vzw
Nadere informatieSECTOR HOUT- EN MEUBELINDUSTRIE
VDAB SECTORRAPPORT SECTOR HOUT- EN MEUBELINDUSTRIE SECTORRAPPORT HOUT- EN MEUBELINDUSTRIE VOORJAAR 2012 SECTORRAPPORT HOUT- EN MEUBELINDUSTRIE Inhoudstafel 3-4 VDAB Sectorrapporten: Inleiding 5-6 Binnenlandse
Nadere informatieVlaamse Arbeidsrekening.
Vlaamse Arbeidsrekening. Raming van de binnenlandse werkgelegenheid / pendel Uitbereiding 2006 Steunpunt WSE i.s.m. Departement WSE Maart 2010 Methodologisch Rapport Steunpunt Werk en Sociale Economie
Nadere informatieVDAB SECTORRAPPORT SECTOR MAATSCHAPPELIJKE DIENSTVERLENING
VDAB SECTORRAPPORT SECTOR MAATSCHAPPELIJKE DIENSTVERLENING SECTORRAPPORT MAATSCHAPPELIJKE DIENSTVERLENING VOORJAAR 2012 SECTORRAPPORT MAATSCHAPPELIJKE DIENSTVERLENING Inhoudstafel 3-4 VDAB Sectorrapporten:
Nadere informatieDe werkloosheid op haar hoogste peil sinds het begin van de crisis
Oktober 2009 De werkloosheid op haar hoogste peil sinds het begin van de crisis De werkloosheid: moet het ergste nog komen? De uitzendarbeid en het aantal openstaande betrekkingen lopen weer terug Het
Nadere informatieSpotlight. Een onderwerp telkens beknopt uitgelicht. 1 Inleiding. 3 Resultaten. 3.1 Gewest en jaar. 2 Methodologie
Lange duur werkfractie / werkfractie Werkfractie Spotlight Een onderwerp telkens beknopt uitgelicht Deze keer: De evoluties van de overgangen naar werk van de werklozen volgens hun profiel. 1 Inleiding
Nadere informatieSectoranalyse Horeca 2012
HIER FOTO INVOEGEN BREEDTE 210mm x HOOGTE 99mm Sectoranalyse Horeca 2012 Ondernemingen Faillissementen Oprichtingen en schrappingen 2013 Guidea - Kenniscentrum voor Toerisme en Horeca vzw Deze informatie
Nadere informatieI. Wie is de uitzendkracht?
I. Wie is de uitzendkracht? 01. De uitzendmarkt in cijfers (2013) 534.460 uitzendkrachten 162,49 miljoen gepresteerde uren 4.044,7 miljoen euro omzet Elke dag worden gemiddeld 82.819 uitzendkrachten tewerkgesteld
Nadere informatieBeschutte werkplaatsen
Beschutte werkplaatsen Het programma Beschutte werkplaatsen (BW) zijn wellicht de oudste vorm van sociale economie ondernemingen. Ze bestonden reeds in de jaren vijftig, maar werden voor het eerst gereglementeerd
Nadere informatieSECTOR INFORMATICA, MEDIA EN TELECOM
VDAB SECTORRAPPORT SECTOR INFORMATICA, MEDIA EN TELECOM SECTORRAPPORT INFORMATICA, MEDIA EN TELECOM VOORJAAR 2012 SECTORRAPPORT INFORMATICA, MEDIA EN TELECOM Inhoudstafel 3-4 VDAB Sectorrapporten: Inleiding
Nadere informatieVDAB SECTORRAPPORT SECTOR ONTSPANNING, CULTUUR EN SPORT
VDAB SECTORRAPPORT SECTOR ONTSPANNING, CULTUUR EN SPORT SECTORRAPPORT ONTSPANNING, CULTUUR EN SPORT VOORJAAR 2012 SECTORRAPPORT ONTSPANNING, CULTUUR EN SPORT Inhoudstafel 3-4 VDAB Sectorrapporten: Inleiding
Nadere informatie