RUIMTELIJKE ONDERBOUWING KUSTPARK TEXEL DE KOOG REALISATIE DRIE ZOMERHUIZEN

Transcriptie

1 RUIMTELIJKE ONDERBOUWING KUSTPARK TEXEL DE KOOG REALISATIE DRIE ZOMERHUIZEN GEMEENTE TEXEL Opdrachtgever : Werknummer: Hooge Raedt Parcs Torenlaan CR Baarn S/ Datum: 21 december 2009 Bosrandweg ruimtelijke onderbouwing 3 zomerhuizen.doc/

2 INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING pag Aanleiding pag Ligging plangebied pag Vigerend bestemmingsplan pag Opbouw van de ruimtelijke onderbouwing pag PLANBESCHRIJVING pag Bouwgeschiedenis en ruimtelijke structuur pag Functies pag Ontwikkelingen pag VIGEREND BELEID pag Rijksbeleid pag Provinciaal beleid pag Gemeentelijk beleid pag HAALBAARHEID pag Milieuaspecten pag Bodem pag Akoestiek pag Lucht pag Externe veiligheid pag Bedrijvigheid pag Overige aspecten pag Flora- en fauna pag Water pag Monumenten en archeologie pag Verkeer en parkeren pag Duurzaam bouwen pag Kabels en leidingen pag UITVOERBAARHEID pag Maatschappelijke uitvoerbaarheid pag Economische uitvoerbaarheid pag PROJECTPROCEDURE 6.1 vooroverleg pag. 21 Afzonderlijke bijlage: Verkennend bodemonderzoek, nieuwbouw vakantiewoningen Bosrandweg 395 te De Koog, Van Dijk Geo- en milieutechniek B.V., oktober 2003 Bosrandweg ruimtelijke onderbouwing 3 zomerhuizen.doc/

3 2

4 1. INLEIDING 1.1 Aanleiding Het Kustpark Texel is een park met 159 zomerhuizen en 137 kampeerplaatsen ten behoeve van stacaravans. Hooge Raedt Parcs is voornemens drie extra zomerhuizen op het kustpark te plaatsen. Binnen het vigerend bestemmingsplan en de bestemmingswijziging, goedgekeurd door Gedeputeerde Staten van Noord-Holland bij besluit van 6 mei 2002, is het realiseren van deze drie extra zomerhuizen echter niet mogelijk. 1.2 Ligging plangebied Het Kustpark Texel is gelegen aan de Schumakersweg en Bosrandweg ten zuiden van De Koog. Het kustpark ligt in een beboste omgeving. De Schumakersweg vormt de noord grens van het park, de Bosrandweg de westgrens, de Pontweg de oostgrens en de weilanden aan de Pelikaanweg de zuidgrens. Figuur 1 Ligging plangebied Figuur 2 Luchtfoto plangebied 3.1 Vigerend bestemmingsplan Voor het kustpark is op dit moment het bestemmingsplan Buitengebied Texel, 2 en 9 juli 1996 vastgesteld door de gemeenteraad, en de daarbij behorende partiële herziening ex artikel 30 WRO van kracht. Deze partiële herziening is op 14 juli 1998 door de gemeenteraad vastgesteld en op 16 februari 1999 door Gedeputeerde Staten goedgekeurd. Voor een deel van de gronden van het kustpark heeft op grond van artikel 11 WRO een wijziging van de recreatieve bestemming klasse k in de recreatieve bestemming z plaatsgevonden. Het wijzigingsbesluit is door Gedeputeerde Staten van Noord-Holland bij besluit van 6 mei 2002 goedgekeurd. 3

5 Na de wijziging zijn op de gronden van het kustpark drie bestemmingsvlakken ontstaan, te weten Rv(z) met 137 eenheden, Rv(k) met 512 slaapplaatsen en Rv(z) met 22 eenheden. De overige voorschriften van het bestemmingsplan blijven van toepassing. De locatie voor de drie zomerhuizen is gelegen binnen het bestemmingsvlak Rv(z) met 137 eenheden. Met de bouw van de drie zomerhuizen komt het totaal aantal eenheden op 140, hiervoor is geen ontheffing mogelijk. Aan de overige voorschriften uit het vigerende bestemmingsplan zoals bouw- en goothoogte, onderlinge afstanden en maximale oppervlaktes van zomerhuizen wordt voldaan. Om aan de bouw van de drie zomerhuizen mee te kunnen werken is een planologische procedure noodzakelijk. De gemeente Texel heeft bepaald dat om een goede afweging te kunnen maken een ruimtelijke onderbouwing en beeldkwaliteitplan opgesteld dienen te worden. 1.4 Opbouw van de ruimtelijke onderbouwing In hoofdstuk 2 wordt de huidige en toekomstige situatie beschreven en in hoofdstuk 3 het vigerend beleid van het Rijk, de provincie Noord-Holland en de Gemeente Texel. In hoofdstuk 4 worden de milieuaspecten beschreven. Tot slot worden in hoofdstuk 5 de maatschappelijke en economische uitvoerbaarheid beschreven. 4

6 5

7 Figuur 3 Plattegrond park met locatie nieuwe zomerhuizen Figuur 4 Foto s te plaatsen zomerhuizen 6

8 2. PLANBESCHRIJVING 2.1 Bouwgeschiedenis en ruimtelijke structuur Het Kustpark is net onder het dorp De Koog gelegen. De omgeving kenmerkt zich door enkele open ruimten omgeven door bos. De omgeving van het Kustpark heeft dan ook een gesloten karakter. Het Kustpark Texel zelf is van oudsher een park met kampeerplaatsen en zomerhuizen. In 2002 is middels een wijzigingsbevoegdheid voor een deel van het terrein de recreatieve bestemming, klasse k gewijzigd in klasse z. Hierbij zijn 177 toeristische kampeerplaatsen en 9 kampeerplaatsen voor stacaravans gesaneerd en 55 zomerhuizen gebouwd. Momenteel staan op het terrein 159 zomerhuizen en 137 stacaravans. De zomerhuizen worden op een braakliggend terrein aan de Bosrandweg op het terrein van het Kustpark gerealiseerd. Deze locatie wordt aan de noord- en oostzijde begrensd door bestaande zomerhuizen, aan de westzijde door de milieustraat van het park en aan de zuidzijde door het gebouw van de wasserette en de technische dienst. Figuur 5 Locatie zomerhuizen 2.2 Functies Op het Kustpark waar de planlocatie gelegen is staan 159 zomerhuizen en 137 stacaravans. De zomerhuizen zijn opgetrokken in licht kleurige baksteen of stucwerk met een terracotta kleurige dakpan of een rietdak. De stacaravans zijn opgetrokken in wit kunststof met een terracotta kleurige dakpan. Op het terrein staan verder nog twee permanente in steen opgetrokken gebouwen met daarin de centrale voorzieningen. Aan de noordzijde van het park staat een groot gebouw, zwemparadijs Calluna, met daarin de parkreceptie, een horeca gelegenheid en het zwembad. Ten zuiden van de locatie van de nieuw te bouwen zomerhuizen, nabij de entree van het park, staat nog een gebouw met daarin de wasserette en de technische dienst. Het park heeft één in- en uitgang geschikt voor motorvoertuigen aan de Bosrandweg en twee in- en uitgangen voor voetgangers en fietsers aan de Schumakersweg en de Pontweg. Het parkeren vindt plaats op parkeerplaatsen langs de interne toegangswegen en bij de zomerhuizen. 7

9 Het Kustpark is omsloten door een bos aan de noord- en westzijde en landbouwgronden met de bijbehorende bedrijfswoningen aan de andere zijden. Verder zijn in de omgeving van het Kustpark andere recreatieparken en een manege gelegen. 2.3 Ontwikkelingen Hooge Raedt Parcs is voornemens drie extra zomerhuizen op het terrein te bouwen. De zomerhuizen worden op een braakliggend stukje grond opgericht. In figuur 3 is de plattegrond van het park met de locatie van de te plaatsen zomerhuizen weergegeven. De zomerhuizen hebben een oppervlakte van 68,75m² en een hoogte van 6 meter. De hoogte en verschijningsvorm van de zomerhuizen sluit aan bij de bestaande bebouwing op het terrein. Met het plaatsen van de zomerhuizen zal de stedenbouwkundige situatie zeer gering wijzigen. Zoals hiervoor vermeld zal een stukje braakliggend terrein op het park gebruikt worden voor de bouw van de zomerhuizen. Met het toevoegen van drie extra zomerhuizen neemt de oppervlakte verharding ten opzichte van de groene omgeving minimaal toe. De landschappelijke situatie zal dan ook niet wijzigen. Rondom de nieuw op te richten zomerhuisjes wordt net als bij de andere huisjes op het Kustpark beplanting geplant. Figuur 6 Te plaatsen zomerhuizen 8

10 9

11 Figuur 7 Ontwikkelingsbeeld Noord-Holland Noord 10

12 3. VIGEREND BELEID 3.1 Rijksbeleid Nota Ruimte Op 27 februari 2006 is de Nota Ruimte in werking getreden. De Nota Ruimte bevat de visie van het kabinet op de ruimtelijke ontwikkeling van Nederland en de belangrijkste bijbehorende doelstellingen. De nota bevat, in overeenstemming met het Hoofdlijnenakkoord van het kabinet, de ruimtelijke bijdrage aan een sterke economie, een veilige en leefbare samenleving en een aantrekkelijk land. In de Nota Ruimte wordt het nationaal ruimtelijk beleid vastgelegd tot 2020, waarbij de periode geldt als doorkijk naar de lange termijn. In de Nota Ruimte zijn alleen uitspraken opgenomen die een specifiek nationaal ruimtelijk belang dienen of die zorgen voor een gegarandeerde basiskwaliteit voor alle bewoners van Nederland. Provincies en gemeenten zijn verantwoordelijk voor een voldoende en tijdige beschikbaarheid van ruimte voor wonen en werken en de daarbij behorende voorzieningen, groen, water, recreatie, sport en infrastructuur. Het aanbod van ruimte sluit ook kwalitatief aan bij de vraag. Ten aanzien van toerisme en recreatie is in de Nota Ruimte gesteld dat het huidige aanbod van toeristisch-recreatieve voorzieningen, zowel kwalitatief als kwantitatief, onvoldoende voldoet aan de recreatiewensen van onze samenleving. De samenstelling van de bevolking en het toenemende belang van vrijetijdsbesteding vragen om nieuwe vormen van openlucht- en verblijfsrecreatie en om aanpassing van het huidige toeristisch-recreatieve aanbod. De recreatiesector moet de ruimte krijgen om te kunnen anticiperen op de veranderende behoefte van de samenleving en om zich tot een economische drager van (delen) van het platteland te ontwikkelen. Daarmee is ook de vitaliteit van de meer landelijke gebieden van Nederland gebaat. Provincies dienen in hun streekplannen voldoende ruimte te scheppen om de veranderende behoefte aan toeristisch-recreatieve voorzieningen in de samenleving te faciliteren. Concreet betekent dit dat rekening moet worden gehouden met nieuwe vormen van recreatie en toerisme en met uitbreiding en aanpassing van bestaande toeristische en verblijfsrecreatieve voorzieningen. De drie zomerhuizen kunnen een extra financiële bijdrage leveren om de kwaliteit van de voorzieningen op het park op peil te houden of in de toekomst zelfs uit te breiden c.q. te vernieuwen. 3.2 Provinciaal beleid Ontwikkelingsbeeld Noord-Holland Noord Provinciale Staten hebben op 25 oktober 2004 het ontwikkelingsbeeld Noord- Holland Noord vastgesteld. Dit plan heeft de status van een streekplan. Het ontwikkelingsbeeld Noord-Holland Noord bevat de visie van de provincie Noord- Holland op de toekomstige ruimtelijke ontwikkeling van het noordelijk deel van de provincie. In het ontwikkelingsbeeld zijn naast het bestaand stedelijk gebied uitsluitings- en zoekgebieden aangegeven. 11

13 Het kustpark is gelegen in een uitsluitingsgebied. Voor deze gebieden is bepaald dat om verrommeling van het landelijke gebied te voorkomen nieuwe kleinschalige ontwikkelingen beoordeeld worden aan de hand van de ruimtelijke situatie ter plaatse. Een Beeldkwaliteitplan geldt daarbij als voorwaarde. Voor de onderhavige ontwikkeling is dan ook een sparaat beeldkwaliteitplan opgesteld. In het ontwikkelingsbeeld is ten aanzien van Texel aangegeven dat toerisme de economische hoofdmotor blijft. Er wordt vastgehouden aan het maximum aantal slaapplaatsen op Texel om de eilandbeleving niet aan massaliteit ten onder te laten gaan. Met Texel wordt gestreefd de reeds hoge kwaliteit van het toeristisch product nog verder aan te scherpen. Dit betekent onder andere het opwaarderen van bestaande en verouderde voorzieningen. Bij de verblijfsaccommodaties houdt dit waarschijnlijk een verdunning van het aantal voorzieningen in op het bestaande terrein. Bij het weer op niveau brengen van dit aantal verblijfsplaatsen vindt de Provincie het van belang dat deze ruimtelijke uitbreiding zo min mogelijk ten koste gaat van natuur en landschap. De drie zomerhuizen worden op een braakliggend terreintje op het kustpark gerealiseerd zodat natuur en landschap niet worden aangetast. Verder kunnen de drie extra zomerhuizen een extra financiële bijdrage leveren om de kwaliteit van de centrale voorzieningen van het park op peil te houden of in de toekomst zelfs uit te breiden c.q. te vernieuwen. 3.3 Gemeentelijk beleid Beleidsnota Toerisme en recreatie op Texel De beleidsnota Toerisme en recreatie op Texel. Kwaliteit en ontwikkeling, september 2003, heeft als doel inzicht te geven in het recreatiebeleid van de gemeente Texel voor de komende 10 jaar. In deze nota worden algemene beleidsuitgangspunten en richting van het recreatiebeleid bepaald. De concretisering van dit beleid zal plaats vinden onder andere door middel van een herziening van de bestemmingsplannen. Tevens zal deze notitie dienen als het beleidskader op basis waarvan kan worden besloten of medewerking wordt verleend aan een planologische procedure. De beleidsnota beslaat een periode van 10 jaar, na 5 jaar zal een evaluatie plaatsvinden. Deze evaluatie heeft (nog) niet plaatsgevonden. Binnen deze beleidsnota zijn de beleidsuitgangspunten van de op 9 juli 2002 door de gemeenteraad van Texel vastgestelde Structuurvisie Texel 2020 ten aanzien van recreatie opgenomen. Een van de uitgangspunten is dat het aantal slaapplaatsen vanaf 2002 met mag toenemen waarbij elke recreatie ondernemer in aanmerking komt voor de verdeling van de slaapplaatsen waarbij voor elke uitbreiding geldt dat deze moet passen in de locale schaal van de omgeving. De drie zomerhuizen worden op een braakliggend terreintje op het kustpark gerealiseerd en sluiten qua uitstraling en bouwmassa aan op de reeds aanwezige zomerhuizen. Een ander uitgangspunt is dat het concentratiebeleid van toeristische verblijfscomplexen aan de westkant van het eiland te dient worden voortgezet. 12

14 De concentratiegebieden aan de westkant van het eiland zijn bij uitstek geschikt voor vernieuwing, innovaties en kwaliteitsontwikkelingen. De verhuureenheden op een recreatiepark leveren een dekkingsbijdrage aan de centrale voorzieningen. Eén van de centrale voorzieningen op het kustpark is het zwembad dat tevens een voorziening voor het gehele eiland is. De drie extra zomerhuizen kunnen een extra financiële bijdrage leveren om de kwaliteit van dit zwembad en de overige centrale voorzieningen van het park op peil te houden of in de toekomst zelfs uit te breiden c.q. te vernieuwen. 13

15 14

16 4. HAALBAARHEID 4.1 Milieuaspecten Bodem Door Van Dijk Geo- en milieutechniek B.V. is in oktober 2003 een verkennend bodemonderzoek uitgevoerd. Uit het onderzoek blijkt dat de top- en onderlaag van de bodem niet verontreinigd zijn met de onderzochte componenten. In het grondwater is een zeer licht verhoogd gehalte aan chroom vastgesteld. Een dergelijk zeer licht verhoogde gehalte aan chroom wordt vaker in het grondwater vastgesteld en worden doorgaans veroorzaakt door natuurlijke ophoging. Plaatselijk is een zeer licht verhoogd gehalte met tolueen vastgesteld. Op basis van de voorhanden zijnde gegevens is geen oorzaak te herleiden voor de lichte verontreiniging met tolueen. Gezien de slechts geringe verhoging met tolueen in het grondwater kan worden geconcludeerd dat er milieuhygiënisch gezien geen bezwaar is tegen de toekomstige nieuwbouw. De eventueel tijdens de nieuwbouw vrijkomende grond komt mogelijk in aanmerking voor hergebruik als schone grond. In overleg met bevoegd gezag kan de grond mogelijk worden hergebruikt op het eigen terrein. Indien grond vrijkomt van de locatie kan deze worden aangeboden aan bijvoorbeeld een grondbank of een hergebruikproject. Voordat de grond wordt hergebruikt deinst deze echter specifiek volgens het Bouwstoffenbesluit te worden onderzocht. Over het algemeen zal de hergebruiker hier echter zorg voor dragen. Ten aanzien van het aspect bodem zijn geen belemmering voor de realisatie van de voorgestane ontwikkeling Akoestiek In de Wet geluidhinder is bepaald dat bij de vaststelling of herziening van een bestemmingsplan, waarin mogelijkheden worden geboden voor het realiseren van geluidgevoelige bebouwing, middels een akoestisch onderzoek dient te worden aangetoond, of ter plaatse de voorkeursgrenswaarde wordt overschreden. De zomerhuizen worden in het kader van de Wet geluidhinder niet aangemerkt als geluidgevoelige bebouwing. Onderzoek naar de geluidbelasting is dan ook niet noodzakelijk. De verkeerstoename in relatie tot de drie extra zomerhuisjes is nihil zodat geluidstoename als gevolg hiervan dan ook van niet betekende mate is. Het aspect geluid vormt derhalve geen belemmering voor de realisatie van de voorgestane ontwikkeling Lucht Ten aanzien van de luchtkwaliteit dient voldaan te worden aan de grenswaarden zoals weergegeven in de Wet tot wijziging van de Wet Milieubeheer (luchtkwaliteitseisen, Stb. 2007,141). 15

17 In het nieuwe wettelijke kader, wat op 15 november 2007 is vastgesteld, is bepaald dat luchtkwaliteitseisen geen belemmering voor ruimtelijke ontwikkelingen vormen als: - er geen sprake is van een feitelijke of dreigende overschrijding van een grenswaarde; - een project, al dan niet per saldo, niet tot een verslechtering van de luchtkwaliteit leidt; - een project niet in betekenende mate bijdraagt aan de luchtkwaliteit; - een project is opgenomen in een regionaal programma van maatregelen of in het NSL, dat in werking treedt nadat de EU derogatie heeft verleend. Onder projecten die in ieder geval niet in betekende mate bijdragen aan de verslechtering van de luchtkwaliteit vallen onder andere woningbouwprojecten met minder dan 500 woningen. De toename van het autoverkeer tengevolge van de nieuwe ontwikkelingen zal zeker minder zijn dan het equivalent bij de bouw van 500 woningen. De nieuwe bebouwing draagt derhalve niet in betekende mate bij aan de verslechtering van de luchtkwaliteit, wat inhoudt dat er geen toetsing aan de grenswaarden hoeft plaats te vinden. Ten aanzien van de luchtkwaliteit zijn er derhalve geen belemmeringen voor het realiseren van de voorgestane ontwikkelingen Externe veiligheid Externe veiligheid heeft betrekking op de risico s voor personen tengevolge van het gebruik van infrastructuur of het uitvoeren van activiteiten, waarbij het met name gaat om de gevaren die de directe omgeving loopt, als er iets mis gaat bij de productie, de behandeling en/of het vervoer van gevaarlijke stoffen. Momenteel zijn er binnen een afstand van 250 meter van het plangebied geen gevaarlijke objecten aanwezig die invloed hebben op het plaatsgebonden risico, danwel het groepsrisico in relatie tot de externe veiligheid. Het aspect externe veiligheid vormt derhalve geen belemmering voor de realisatie van de voorgestane ontwikkeling Bedrijvigheid In de publicatie Bedrijven en milieuzonering van de V.N.G. van 2009 wordt informatie gegeven over de gemiddelde milieubelasting van de verschillende typen bedrijven en instellingen. De milieucategorie geeft daarbij een indicatie over de afstand, die tussen de diverse bedrijfstypen en gevoelige bestemmingen dient te worden aangehouden, om hinder uit te sluiten of althans tot een aanvaardbaar niveau te beperken. Het Kustpark is een inrichting in categorie 3.1 en heeft een richtafstand van 50 meter. Binnen 50 meter van de nieuw op te richten zomerhuisjes zijn slechts de overige huisjes van het Kustpark gelegen. Hinder van de nieuw te bouwen huisjes op de omgeving is hiermee uitgesloten. In de omgeving van het Kustpark zijn slechts een dagrecreatieve voorziening in de paardensport en overige recreatieparken gelegen. Beide inrichtingen vallen in categorie 3.1 met een richtafstand van 50 meter. 16

18 De inrichtingen zijn op een grotere afstand van de nieuw te bouwen huisjes gelegen. Hinder op de zomerhuisjes als gevolg van reeds aanwezige inrichtingen is hiermee ook uitgesloten. Ten aanzien van de milieusituatie zijn er geen belemmeringen voor de ontwikkeling. 4.2 Overige aspecten Flora en fauna De onderhavige planlocatie is niet gelegen in een beschermd natuurgebied, een gebied dat is aangewezen krachtens de vogel- en/of habitatrichtlijn of binnen de ecologische hoofdstructuur. Tegenover de planlocatie is wel een Natura 2000 Duinen en Lage land Texel gebied en een gebied dat is aangewezen krachtens de Habitatrichtlijn gelegen. Het Natura 2000 gebied omvat de duinen van Texel met de daaraan gelegen naaldbossen. Aan de overzijde van de Bosrandweg is één van deze naaldbossen gelegen. Met de toevoeging van de drie zomerhuisjes binnen het terrein van het Kustpark worden de waarden van het overliggende bos niet beïnvloed. Volgens het Natuurloket zijn in het kilometerhok waar de planlocatie gelegen is enkele beschermde zoogdieren, dagvlinders, vaatplanten en paddenstoelen aanwezig. De locatie bestaat uit een braakliggend terrein waar slechts gras op groeit. De locatie is dan ook niet geschikt als habitat voor de beschermde soorten. De zomerhuizen worden geplaatst op een braakliggend terrein op het park. Er zal ten behoeve van het plaatsen van de zomerhuizen niet gekapt of gerooid worden. Met het plaatsen van de zomerhuizen wordt extra beplanting op het terrein toegevoegd. Rond de zomerhuizen wordt passend in de structuur van het bestaande terrein beplanting geplaatst. De leefomgeving van de eventueel aanwezige diersoorten zal met het toevoegen van de drie zomerhuizen niet negatief beïnvloed worden. Bij de uitvoering van de werkzaamheden dient de zorgplicht in acht te worden gehouden. Deze zorgplicht houdt in dat menselijk handelen geen nadelige gevolgen voor de flora en fauna mag hebben Water Uitgangspunt van het overheidsbeleid is dat in het kader van een ruimtelijke ordeningsprocedure bijzondere aandacht wordt besteed aan het aspect waterhuishouding en riolering. Het beleid is er daarbij in beginsel op gericht om het schone regenwater niet meer af te voeren via de riolering, maar middels infiltratie en/of retentie te bergen op de locatie zelf. Waterbergend oppervlak Met de geringe toename aan verhardoppervlakte zal het waterbergend vermogen van de bodem nog steeds afdoende zijn om het hemelwater te verwerken. 17

19 Graven of vergraven sloten Ten behoeve van de ontwikkeling zullen geen sloten ge- of vergraven worden. Toe te passen materialen Voor de bouw van de zomerhuisjes worden geen uitlogende materialen gebruikt zodat het hemelwater dat in de bodem geborgen wordt niet vervuild. Afvoer HWA in relatie met riolering Op het gehele Kustpark is rondom de zomerhuisjes een zogenaamde grindkoffer gelegen. Hierbinnen wordt het regenwater opgevangen waar vanuit het water langzaam in de bodem infiltreert. Maatregelen ten behoeve van het onderhoud en beheer Zoals hiervoor vermeld zijn er nu reeds grindkoffers aanwezig op het gehele Kustpark. De nieuw aan te leggen grindkoffers rondom de nieuwe zomerhuisjes worden in het beheer en onderhoud van het Kustpark meegenomen Monumenten en archeologie Bij de ontwikkeling van functies dient rekening gehouden te worden met de aanwezige archeologische en cultuurhistorische waarden. Op de Cultuurhistorische Waardenkaart van de provincie Noord-Holland staat aangegeven welke archeologische en cultuurhistorische waarden in het landschap (in potentie) aanwezig zijn. De onderhavige projectlocatie is niet nader aangeduid op deze kaart. Op de archeologische verwachtingskaart van de gemeente Texel heeft het gebied een gematigde archeologische verwachting. De gronden waarop de nieuwe zomerhuisjes gebouwd worden zijn onderdeel van het Kustpark. Deze gronden hadden volgens de wijziging reeds bebouwd mogen worden. Vanuit gegaan wordt dat bij de wijzigingsbevoegdheid het aspect archeologie en cultuurhistorie geen belemmeringen waren voor de bouw van de zomerhuizen. Over de gronden van het park is de bestemming recreatie gelegen. In het verleden zijn de gronden ook reeds gebruikt voor het stallen van onder andere (sta)caravans. De bodem is derhalve dermate verstoord dat het aantreffen van archeologische sporen ook niet te verwachten is. Vanuit archeologie en cultuurhistorie zijn geen belemmeringen voor het oprichten van de zomerhuizen Verkeer en parkeren De zomerhuizen worden ontsloten via de bestaande interne paden- en wegenstructuur aan de Bosrandweg. Het parkeren vindt plaats naast de zomerhuizen op eigen terrein en op een parkeerplaatsje op het terrein van het Kustpark ten westen van de zomerhuizen. In het bestemmingsplan is een parkeernorm van minimaal 1,1 per recreatieve verblijfseenheid opgenomen. 18

20 Figuur 8 Situatie zomerhuizen Voor de drie zomerhuizen zijn 3,3 parkeerplaatsen nodig. Naast ieder zomerhuisje is plaats voor 1 auto en op parkeerveldje nabij de zomerhuizen is ruimte voor het parkeren van nog eens 4 auto s. Ten aanzien van verkeer en parkeren zijn er geen belemmeringen voor de bouw van de zomerhuizen Duurzaam bouwen In het kader van duurzaam bouwen zijn vijf thema s te onderscheiden, te weten: energie, milieu, gezondheid, gebruikskwaliteit en woonkwaliteit. Bij het oprichten van de vakantiehuisjes wordt rekening gehouden met deze aspecten door onder andere toepassing van duurzame en verantwoorde materialen. Tevens is de inrichting van de huisjes erop gericht de gebruiks- en woonkwaliteit te waarborgen Kabels en leidingen In of in de nabijheid van het plangebied liggen geen transportleidingen danwel andere belangrijke kabels en leidingen welke realisatie van de zomerhuizen kunnen belemmeren. 19

21 20

22 5. UITVOERBAARHEID 5.1 Maatschappelijke uitvoerbaarheid Het ontwerp partiële herziening bestemmingsplan Buitengebied Texel wordt conform het bepaalde in de Wet ruimtelijke ordening voor een ieder ter inzage gelegd. Belanghebbenden worden hiermee in de gelegenheid gesteld hun zienswijzen ten aanzien van het ontwerp in te dienen. 5.2 Economische uitvoerbaarheid De voorgestane ontwikkelingen zijn een particulier initiatief. De in deze onderbouwing beschreven ontwikkelingen zullen dan ook volledig vanuit particulier initiatief gerealiseerd en gefinancierd worden. Het gehele terrein is particulier eigendom. Investeringen vanuit de gemeente zijn derhalve niet noodzakelijk. 6. PROJECTPROCEDURE 6.1 Vooroverleg Het project is op 18 mei 2010 voor vooroverleg verzonden naar Provincie Noord- Holland, Het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier en het ministerie Van VROM. Het vooroverleg heeft niet geleidt tot een aanpassing van de plannen. Er zijn geen opmerkingen gemaakt over dit project. 21