Erkenningsaanvraag Terugdringen TSE-gevoeligheid

Transcriptie

1 Ondernemend Nederland Over dit formulier Met dit formulier kunt u erkenning aanvragen voor het fokken op terugdringen van TSE-gevoeligheid bij schapen. Zorg ervoor dat u uw aanvraag indient met alle bijlagen erbij. Wij nemen alleen volledige aanvragen in behandeling. Instructies voor het invullen: Lees voordat u het formulier gaat invullen, eerst de toelichting bij dit formulier door. Meer informatie vindt u op mijn.rvo.nl. Of neem telefonisch contact met ons op: (lokaal tarief). Geef elke bijlage die u meestuurt met uw aanvraag een nummer. Vul het nummer van de bijlage en het nummer van de pagina waar de gevraagde informatie staat (als van toepassing), in op dit formulier. Het is mogelijk dat de antwoorden op verschillende vragen in één bijlage staan. Geef dan duidelijk aan op welke pagina het antwoord staat. Vraagt u erkenning aan voor meerdere rassen? Het fokprogramma kan voor meerdere rassen geldig zijn, maar vul de vragen over inteelt en genetische drift, voor elk ras afzonderlijk in. Erkenningsaanvraag Afdeling marktordening, team Sectorregelingen Postbus AC Den Haag T +31 (0) (lokaal tarief) mijn.rvo.nl 1 Contactgegevens organisatie Vul uw contactgegevens in 1.1 Naam organisatie 1.2 Adres 1.3 Postcode en plaats Postcode Plaats 1.4 Telefoon KvK-nummer Hoeveel dieren staan er op het moment dat u deze aanvraag indient geregistreerd bij de organisatie? 2.1 Voor welk ras vraagt u de erkenning aan? 2.2 Aantal rammen Aantal ooien Totaal aantal dieren Aantal koppels >> Als het gaat om duurzaamheid, innovatie en internationaal

2 Erkenningsaanvraag 2 van 5 Vul de tabel in 2.3 Geef de frequentieverdeling van de verschillende allelen in het ras. Verschillende allelen ARR/ARR Frequentie Verschillende allelen ARH/ARQ Frequentie ARR/AHQ ARQ/ARQ ARR/ARH ARR/VRQ ARR/ARQ AHQ/VRQ AHQ/AHQ ARH/VRQ AHQ/ARH ARQ/VRQ AHQ/ARQ VRQ/VRQ ARH/ARH Vul de tabel in 2.4 Geef het aandeel enkel VRQ en dubbel ARR rammen, en het aantal ooien. Populatiegrootte ( in aantal ooien) < 750 Aandeel enkel VRQ rammen (in %) Aandeel ARR-ARR rammen (in %) > Beschrijf de zeldzaamheid van het ras 2.6 Zijn er problemen met betrekking tot inteelt binnen de populatie geregistreerde dieren bij uw organisatie? Ja, geef hieronder weer welke problemen er zijn en hoe er binnen de organisatie mee omgegaan wordt. Nee 2.7 Beheert uw organisatie de gegevens die verzameld worden in het kader van het fokprogramma zelf? Denk bijvoorbeeld aan diergegevens, bedrijfsgegevens, uitslag monsters. Ja Nee, geef hieronder weer aan welke organisatie dit is uitbesteedt 2.8 Wordt de monstername door uw organisatie uitgevoerd? Ja Nee, geef hieronder weer aan welke organisatie dit is uitbesteedt 2.9 Geeft uw organisatie de certificaten waarop het genotype vermeld staat zelf af? Ja Nee, geef hieronder weer aan welke organisatie dit is uitbesteedt 2.10 Welke laboratoria voert de genotyperingstesten uit?

3 Erkenningsaanvraag 3 van 5 Bij een aantal vragen hoort een bijlage. U vindt hiernaast een overzicht welke bijlagen u met uw aanvraag moet meesturen Bijlagen Soort bijlage A. Fokprogramma B. Gegevensbank Nummer bijlage C. Certificatiesysteem D. Systeem van identificatie van de dieren, de monstername en de E. Systeem van verwerken van de gegevens van de monstername, inclusief F. Systeem van productie van de resultaten van de monstername, inclusief G. Overeenkomst met deelnemers H. Uitbesteding I. Overige aanvullende reglementen en voorschriften 3 Tekenbevoegde functionaris Ik verklaar dat ik de informatie naar waarheid heb verstrekt en bekend ben met de regels en verplichtingen van de TSE-regelgeving. Stuur het formulier terug naar: 3.1 Ondertekenaar Titel(s) Voorletter(s) Tussenvoegsel(s) Afdeling marktordening, team Sectorregelingen T.a.v. M. Kerste Postbus AC Den Haag 3.2 Functie 3.3 Achternaam Man Vrouw 3.4 Telefoon Dag Maand Jaar 3.5 Datum 3.6 Plaats 3.7 Handtekening

4 Toelichting bij vragen 4 van 5 Erkenningsaanvraag terugdringen TSE-gevoeligheid 2.1 Voor welk ras vraagt u de erkenning aan? U kunt voor meerdere rassen erkenning aanvragen voor het terugdringen van TSE-gevoeligheid, het is mogelijk hetzelfde fokprogramma voor meerdere rassen in te dienen. Echter voor elk ras dient afzonderlijk de afweging gemaakt te worden ten aanzien van de zeldzaamheid van het ras en de risico s van inteelt. 2.2 Hoeveel dieren staan er op het moment dat u deze aanvraag indient geregistreerd bij de organisatie? Met deze informatie krijgen we inzicht in het aantal geregistreerde dieren. Hiermee kunnen we beoordelen of het fokprogramma realiseerbaar is ten aanzien van de zeldzaamheid van het ras, en de risico s van inteelt. 2.3 Geef de frequentieverdeling van de verschillende allelen in het ras: Hiermee krijgen we inzicht in de frequentieverdeling van de verschil lende allelen in het ras. Het aanbevolen selectieregime is afhankelijk van het aantal dieren en de aanwezige allelen binnen de populatie. 2.4 Geef het aandeel enkel VRQ en dubbel ARR rammen, en het aantal ooien. Hiermee krijgen we inzicht in de verdeling van de verschillende allelen ten opzichte van het totaal aantal dieren. 2.5 Beschrijf de zeldzaamheid van het ras: Hiermee krijgen we inzicht in de zeldzaamheid van het ras en kunnen we beoordelen welk selectieregime realiseerbaar is. 2.6 Zijn er problemen met betrekking tot inteelt binnen de populatie geregistreerde dieren bij uw organisatie? Wanneer er problemen zijn met inteelt binnen uw organisatie kan dit van invloed zijn op het aanbevolen selectieregime. 2.7 Beheert uw organisatie de gegevens die verzameld worden in het kader van het fokprogramma zelf? Denk bijvoorbeeld aan diergegevens, bedrijfsgegevens, uitslag monsters. 2.8 Wordt de monstername door uw organisatie uitgevoerd? 2.9 Geeft uw organisatie de certificaten waarop het genotype vermeld staat zelf af? 2.10 Welke laboratoria voert de genotyperingstesten uit? 2.11 Bijlagen Geef elke bijlage die u meestuurt met uw aanvraag een nummer. Vul het nummer van de bijlage en het nummer van de pagina waar de gevraagde informatie staat (als van toepassing), in op dit formulier. Het is mogelijk dat de antwoorden op verschillende vragen in één bijlage staan. Geef dan duidelijk aan op welke pagina het antwoord staat. A. Fokprogramma Bij de indiening van het fokprogramma is het van belang om ook de status aan te geven (bijvoorbeeld of het is vastgelegd in het fokreglement). Eveneens is het van belang om het fokprogramma te onderbouwen. Met inachtneming van de frequentie van de verschillende allelen in het ras, de zeldzaamheid van het ras en het vermijden van inteelt en genetische drift, zal elke organisatie een reëel maar tegelijkertijd ambitieus fokprogramma met een bijbehorend selectieregime moeten voorleggen, gericht op vergroting van het aandeel ARR-allelen in de populatie, en op vermindering van de frequentie van het aandeel VRQ-allelen in de populatie. Een en ander moet blijken uit het fokprogramma en een eventuele toelichting daarop. B. Gegevensbank Een vereiste op basis van de Europese regelgeving, is dat er onder de verantwoordelijkheid van de organisatie een gegevensbank wordt ingericht, waarin de dieren van deelnemers op individueel niveau en per bedrijf geregistreerd zijn, inclusief de genotypering en waarin mutaties in de schapenstapel door aan- en afvoer actueel wordt bijgehouden. In de gegevensbank moeten in ieder geval de volgende gegevens worden opgenomen: 1. de identiteit, het ras en het aantal van alle aan het fokprogramma deelnemende koppels, 2. de identiteit van de afzonderlijke dieren die in het fokprogramma zijn bemonsterd en 3. de resultaten van de genotyperingstest. De organisatie kan de gegevensbank zelf beheren, maar kan dit ook C. Certificatiesysteem De EU vereist dat er een uniform certificatiesysteem is, waarin het genotype van elk in het fokprogramma bemonsterde dier wordt gecertificeerd aan de hand van zijn individuele identificatienummer. Een stamboek kan zelf kiezen hoe dit certificaat eruit ziet, mits de minimaal voorgeschreven gegevens zijn opgenomen. D. Systeem van identificatie van de monstername, inclusief E. Systeem van verwerken van de gegevens van de monstername, inclusief F. Systeem van productie van de resultaten van de monstername, inclusief G. Overeenkomst met deelnemers Hiermee krijgen we inzicht in de wijze waarop de organisatie waarborgt dat deelnemers zich houden aan de Europese regels.

5 Toelichting bij vragen 5 van 5 Erkenningsaanvraag terugdringen TSE-gevoeligheid H. Uitbesteding Indien bepaalde taken worden uitbesteed aan andere organisaties, dient concreet aangegeven te worden welke taken dat zijn en op welke wijze afspraken met derden zijn vastgelegd en hoe erop wordt toegezien dat de afspraken worden nagekomen. I. Overige aanvullende reglementen en voorschriften Heeft u documenten waarin beleid en/ of voorschriften zijn opgenomen die u nog niet heeft bijgevoegd en waarvan u wilt dat wij deze bij uw aanvraag meenemen? Dan kunt u deze hier toevoegen. Geef duidelijk aan welke onderdelen van belang zijn en op welke pagina deze informatie staat.