Doelen. Randvoorwaarden. Links

Transcriptie

1 1. Revit Introductie 1. Opdracht en randvoorwaarden In deze handleiding vind je algemene onderdelen, handelingen in het software programma Revit. Deze heb je nodig om een start te kunnen maken met digitaal BIM modelleren. Doelen 1. Algemene kennis om een start te maken met Revit. Randvoorwaarden 1. Er wordt vanuit gegaan dat je nog geen ervaring hebt met Revit, maar dat het wel geïnstalleerd is. Links 1. Check deze vragenlijst om Revit te installeren 2. Download de Revit Metric Family Templates Auteur: Joost Hoornweg 1

2 2. Opbouw scherm 1. Interface 2. Het scherm van Revit kent verschillende omgevingen. Zo zijn er voor verschillende soorten files (.rvt en.rfa files) verschillende indelingen van het scherm en met name de Ribbon. De verschillende onderdelen van het scherm in Revit: 3. Application Button De Application Button is de plaats met functies als Save, Open en de Options. Geheel links bovenin het scherm staat de knop met een Blauwe R: Als er in de linker kolom van het Application menje niets aangewezen wordt met de muis, dan staan in de rechter kolom de laatste gebruikte documenten. 4. Quick Acces Toolbar Met de punaise aan de rechterkant kun je documenten pinnen, zodat deze in de toekomst snel terug te vinden zijn, ze blijven dan in deze lijst staan. Figuur 1 QAT: Quick Acces Toolbar In de Quick Access Toolbar staan de standaard functies, zoals het openen en opslaan van documenten en de functie Undo. Verder staat hier de default 3D view van het project en een functie om de lijndikte op het scherm weer te geven. Met een rechter muisknop op de knop die je vaak gebruikt, kan hij worden toegevoegd. Bij veel laptops is de QAT niet te zien in de titelbalk van Revit. Met een rechter muisknop, kan de QAT onder de Ribbon geplaatst worden: 5. Infocenter Figuur 2 Help en inloggen Deze wordt gebruikt om in te loggen op het Subscription systeem van Autodesk. Auteur: Joost Hoornweg 2

3 6. Ribbon De Ribbon is het centrale deel van Revit waar vrijwel alle functies van het programma te vinden zijn. Hier zijn alle commando s verzameld welke je gebruikt tijdens het tekenen. Ook kunnen bepaalde functies geplaatst zijn op Contextual Ribbons, welke enkel in beeld komen als deze commando s of functies actief of toepasbaar zijn. Een dubbelklik met de linker muisknop op een naam van een Ribbon tab verandert de weergave van de Ribbon. Blijf dit herhalen tot de gewenste weergave is bereikt. Twee voorbeelden: Figuur 3 Twee verschillende weergaven van de Ribbon 7. Panels De panels op de Ribbon kunnen worden verplaatst door de naam van de panel vast te houden en te verslepen met de linker muisknop. Daarmee kunnen panels uit de Ribbon gehaald worden en boven het werkveld geplaatst worden. Hetzelfde kan gedaan worden met de Ribbon tabs, zoals Architectural en Structural, maar dan moet dit gedaan worden met de Ctrl toets ingedrukt: Figuur 4 slepen van een panel uit de Ribbon Figuur 5 Slepen met Ctrl ingedrukt om een Ribbon tab te verplaatsen Auteur: Joost Hoornweg 3

4 8. Properties en Project Browser Naast deze vensters zijn in Revit een aantal Toolpalettes geopend, zoals de Properties en de Project Browser. Deze staan standaard aan de linkerkant van het scherm, maar kunnen verschoven worden door de linker muisknop ingedrukt te houden in de blauwe titelbalk van de Toolpalette. Sleep op deze manier het venster naar de gewenste plaats op het scherm. In deze opleiding werken we met een schermindeling waarbij de Toolpalette Properties aan de linkerkant staat en de Toolpalette Project Browser aan de rechterkant. De twee Toolpalettes kunnen worden ingeschakeld in User Interface op de Ribbon tab View : Figuur 6 Het menje User Interface op de Ribbon view Auteur: Joost Hoornweg 4

5 De Properties kunnen worden geopend en gesloten met CTRL + 1. Je kunt zelf CTRL + 2 instellen om de Project Browser te openen en te sluiten. Dit kan via de toetsenbordcombinatie KS. Zoek in het scherm naar Project Browser, type CTRL + 2 in het vak Press new keys: en klik op assign : Wanneer je in de properties een waarde wijzigt, beweeg de muis (cursor) daarna terug naar de view van het project om de waarde te bevestigen. Sleep de titelbalk van de Project Browser en de Properties naar de gewenste locatie. Wanneer je deze sleept naar de rand van de applicatie Revit worden ze naast de view geplaatst. 9. Status bar Figuur 7 De statusbalk, links onderin het scherm van Revit Links onderin het scherm is een statusbar te zien, waar Revit terugkoppeling geeft naar de gebruiker over te nemen stappen, bijvoorbeeld tijdens commando s. 10. Drawing area In het witte venster in het midden kan een BIM model opgebouwd worden. Er kunnen meerder views van hetzelfde model geopend worden: Auteur: Joost Hoornweg 5

6 Figuur 8 Views 11. Navigeren Het navigeren binnen de tekeningen kan met het muiswieltje. Door de Scroll functie te gebruiken kan er in- en uitgezoomd worden. Met het muiswieltje ingedrukt kan de tekening verplaatst worden op de monitor. Houd het wieltje ingedrukt terwijl ook de shifttoets op het toetsenbord ingedrukt wordt, om de 3d Orbit te gebruiken. Dit kan alleen in een 3D view, niet in 2D views van het model. De 3D navigatie wertk rond een geselecteerd element. Wanneer je in een 3D view een selectie maakt, word dit de center van de 3D orbit. 12. Viewcube en Navigation bar Figuur 9 Rechts bovenin elke view van het model staat de 'Viewcube' en of de Navigation Bar Rechts bovenin het werkveld (drawing area) is bij 3D views een Viewcube en een Navigation bar te zien. Deze kan gebruikt worden om te navigeren. Dit kan door de linker muisknop vast te houden en de Viewcube te bewegen. Is er een 2D view actief dan is enkel bovenstaande Navigation bar te zien. Er zijn immers geen navigatie mogelijkheden in 3D. Op deze bar bevind zich een knop voor Zoom Extends. Onder de rechter muisknop zijn de options van de Viewcube te vinden, waar deze aan- en uitgeschakeld kan worden. Auteur: Joost Hoornweg 6

7 Oefening 1. Navigatie in projecten 1. Open het bestand rac_basic_sample_project.rvt. Deze file is te vinden in de Application Menu van Revit, onder Open, sample files: Figuur 10 Openen van een Sample file 2. Dit is een voorbeeldfile van een Revit project en opent met de view van de sheet, een van de printbladen in het project. Dubbel klik op een aantal views in de Project Browser, zoals de levels 1 en 2. Sluit vervolgens een aantal tekeningen weer totdat Revit eindigt in het standaard startscherm. 3. Wanneer er een aantal views van hetzelfde, of verschillende projecten geopend zijn, kunnen de views worden teruggevonden onder de knop Switch Windows op de Ribbon tab View. Deze functie staat ook in de QAT (Quick acces toolbar): Figuur 11 De knop Switch Windows biedt toegang tot de views van de projecten 4. Open ook een aantal aanzicht tekeningen van het voorbeeld project. Deze worden Elevations genoemd. Sections zijn doorsnede tekeningen van het gebouw. De verschillende views van het model openen over elkaar heen. Sluit ze af met het kruisje, rechts bovenin het venster van de view of kies op de Ribbon tab View voor Close Hidden : Figuur 12 De knop Close Hidden op de Ribbon View 5. Bij het sluiten van de laatste view van een project, of family, wordt gevraagd om de wijzigingen op te slaan. Sluit uiteindelijk het project rac_basic_sample_project.rvt af. Auteur: Joost Hoornweg 7

8 Op de QAT, de Quick Acces Toolbar zijn de twee knoppen voor Switch Windows en Close Hidden ook te vinden, waardoor ze altijd toegankelijk zijn: 3. BIM project Revit werkt met een digitaal BIM project. De elementen van het BIM model zijn ingedeeld in families, onder andere weergegeven op de Ribbon tab Architecture, panel Build : Figuur 13 Het panel Build op de Ribbon tab Architecture Een Wall is een system family welke verschillende types kan bevatten. Dit geeft aan wat de werkwijze in de software is. Een Family kan meerdere Types van de elementen bevatten, waarmee de system family Walls meerdere types wanden kan hebben. Revit laat om de 30 minuten een pop-up zien welke vraagt of je het project wilt opslaan. Dit gebeurd omdat Revit zelf geen systeem heeft om bakc-up files te maken en bij te houden. Deze pop-up kun je uitschakelen via de Options in het Application Menu. Vergeet niet af en toe je project op te slaan. Figuur 14 'Auto Save' uitschakelen 4. Escape Veel commando s worden in Revit afgesloten met een druk op de Escape toets. Vaak is tweemaal Escape nodig om een commando, zoals het plaatsen van wanden, geheel af te sluiten Auteur: Joost Hoornweg 8

9 Het meten van afmetingen kan in Revit met de knop Measure op de Quick Access Toolbar: Na een klik op het commando Measure kunt je twee punten aanklikken in de tekening. Deze Endpoints zijn te herkennen aan de paarse vierkantjes. Klik pas op de punten als dit icoon inderdaad bij de cursor in beeld is. De maat wordt in een Label weergegeven, als beide punten aangeklikt zijn. Dit Label blijft in beeld staan. De actie moet worden afgesloten met een dubbele Escape op het toetsenbord. 5. Units De Units (eenheden) van de tekening vindt je onder de knop Project Units op de Ribbon tab Manage, of met de toetsen UN: Figuur 15 De Units op de Ribbon tab Manage Auteur: Joost Hoornweg 9

10 6. Tekeningen bekijken en elementen bewerken Enkele basishandelingen in Revit zoals het tekenen van geometrie. Dit ligt aan de basis van het tekenen van zowat alles binnen de software. Wanden, vloeren en daken worden aan de hand van deze Geometrie opgezet. Naast het feit dat alle elementen, zoals wanden, vloeren en daken worden getekend aan de hand van schetslijnen, is het ook mogelijk om geometrie te gebruiken in het model of als annotatie. Model Lines zijn zichtbaar in elke view van het project. Annotation ( Symbolic of Detail ) Lines zijn enkel zichtbaar in de view waarin ze getekend zijn en daarmee geschikt voor bijvoorbeeld 2D detail tekeningen. Wanneer een functie gestart wordt zoals wanden, vloeren of daken, komt een contextuele Ribbon in beeld, waar het tekenen van geometrie te zien is. Deze contextuele Ribbon is ook op te roepen met de functie Model Lines op de Ribbon tab Architectural : Figuur 16 De Model Lines van Revit Figuur 17 De contextuele Ribbon Modify Place Lines In de titel van de contextuele Ribbon zie je welke soort element je aan het maken bent. In de contextuele Ribbon kunt je kiezen voor de verschillende mogelijkheden van lijnen tekenen: Line en Rectangle: Tekent losse lijnen in de huidige view van het model. Let op het vinkje bij Chain in de werkbalk onder de Ribbon. Inscribed Polygon: Tekent een figuur met meerdere gelijke hoeken, waarvan de buitenste straal getekend dient te worden. Circumscribed polygon: Tekent een figuur met meerdere gelijke hoeken en lijnstukken, waarvan de binnenste straal getekend dient te worden. Circle: Tekent een cirkel. Auteur: Joost Hoornweg 10

11 Start-End-Radius Arc: Tekent een open, gebogen lijn door het startpunt, het eindpunt en de straal te tekenen. Centre-Ends Arc: Tekent een open, gebogen lijn door het centerpunt, het startpunt en eindpunt van de lijn te tekenen. Tangent End Arc: Tekent een open, gebogen lijn, tangentiaal (in het verlengde van) een eerder getekende lijn. Fillet Arc: Tekent een open, gebogen lijn, tussen twee bestaande lijnen, waarbij de gebogen lijn tangentiaal aansluit. SPLine: Tekent een open, gebogen lijn, zonder vaste radius. Een spline kenmerkt zich door de losstaande grips die de spline begeleiden. Figuur 18 Een SpLine, links geselecteerdm rechts niet geselecteerd Met het tekenen van de geometrie kunnen verschillende lijndikten gekozen worden. Deze zijn in dezelfde contextuele Ribbon te vinden onder Line Style. TL: Thin Lines, weergave van lijndikten op het scherm De lijndikten zijn aan- en uit te schakelen (enkel op de monitor, niet op de print van de tekening) met de lettercombinatie TL. Deze knop is te vinden op de Ribbon tab View : En op de QAT: op de Ribbon de QAT Auteur: Joost Hoornweg 11

12 Oefening 2. Geometrie tekenen Selecteer objecten door met de linker muisknop op de rand van het object te klikken. Klik niet in de vlakken van de elementen in een 2D of 3D view. 1. Open een nieuw project aan de hand van de template HU_template_versienummer.rte van Huble.hu.nl. Mocht je niet beschikken over deze template, gebruik dan de Architectural template welke meegeleverd word met de Revit Installatie. Teken een aantal figuren naar eigen inzicht in de Floor Plan: V0 of Floor Plan: Level 1 view ( Model Lines staan op de Ribbon Architecture ): Figuur 19 Model op de Ribbon Architecture Figuur 20 De contextuele Ribbon Modify Place Lines 2. In de oefening gaat het er vooral om dat je leert werken met de verschillende tekentools op de groene contextuele Ribbon, maar ook met alle snaps en stippellijnen in het werkveld. Maak met de functie Fillet Arc een ronde hoek aan de geometrie die al getekend is en gebruik de toets escape om de handeling af te sluiten. Let tijdens de commando s op wat Revit van je vraagt in de linker onderhoek van het scherm. In dit voorbeeld een vraag tijdens het commando Fillet Arc : Het tekenen van lijnen is mogelijk door twee punten aan te klikken, maar ook door het startpunt van een lijn aan te wijzen, de muis in de tekenrichting te zetten en een lengte in te typen via het numeriek toetsenbord: Auteur: Joost Hoornweg 12

13 Figuur 21 Een lijn tekenen met een startpunt en een lengtemaat via het toetsenbord. Tekenen met de methode uit bovenstaande afbeelding kan wel met een Line, maar niet met een Rectangle. Een Rectangle heeft maten in twee richtingen. Zoom daarom in om het tweede punt nauwkeuriger aan te kunnen klikken in het werkveld. Hoe verder er ingezoomd wordt, hoe kleiner de stap in het maatwerk van de Rectangle zal zijn: Figuur 22 Links: inzoomen om meer nauwkeurig te tekenen. Rechts meer uitzoomen om grotere vormen te tekenen. 3. De functie Walls staat op de Ribbon Architecture. Gebruik deze om wanden te plaatsen op de getekende lijnen of teken een aantal wanden naar eigen inzicht. Figuur 23 Klik op Wall Auteur: Joost Hoornweg 13

14 Figuur 24 Het tekenen van de wanden Het 'Type' Wall (wand) kan bovenin de Toolpalette 'Properties' gekozen worden. Deze 'Types' van de wand zijn vastgelegd in de template HU_template_versienummer.rte waar dit project mee is opgestart. Auteur: Joost Hoornweg 14

15 7. Snaps Snaps zijn hulpmiddelen die je helpen bij het tekenen. Zo kunt je geometrie toevoegen, zoals in voorgaande oefeningen waarbij je geholpen wordt te Snappen naar bestaande geometrie. Een voorbeeld is een Endpoint waarmee je lijnen of cirkels tekent aan de hand van de bestaande lijnen. De snaps zijn te vinden op de Ribbon tab Manage: Figuur 25 De snaps staan op de Ribbon tab Manage De verschillende snaps die gebruikt kunnen worden en tijdens de handelingen automatisch verschijnen: Endpont Figuur 26 Endpont Het einde van een lijn of component 'Midpoint' Figuur 27 'Midpoint' Het midden van een lijn of component 'Nearest' Figuur 28 'Nearest' Een willekeurig punt op een lijn. In bovenstaande afbeelding te zien als een kruisje. Bij een klik teken je vanaf de lijn van de wand op de aangegeven afstand van 700 mm uit de Auteur: Joost Hoornweg 15

16 hartlijn van de andere wand. Door over de horizontale lijn te bewegen, verandert de maatvoering uit de hoek, en klik je dus altijd op de (bovenste lijn van de) horizontale wand. Workplane Grid Figuur 29 'Intersection' on working plane, 'Grid' Workplane grid maakt het mogelijk te Snappen naar een kruising van twee Gridlines. Zet hiervoor de grid op show, op de Ribbon tab Architectural : Figuur 30 Show Workplane 'Quadrant' Figuur 31 'Quadrant' De object snap Quadrant maakt het mogelijk te tekenen met de punten op de vier kwarten van de circle. Op de circle zelf kunnen er vier punten, op ieder kwartier, gezien worden als Quadrant. Intersection Figuur 32 Intersection Auteur: Joost Hoornweg 16

17 Op ieder punt op kruisende lijnen wordt de 'Object Snap' Intersection geplaatst. Center Figuur 33 'Center' In het midden van een 'Circle' en een gebogen lijn ligt een 'Object Snap' Center. 'Perpendicular' Figuur 34 'Perpendicular' De 'Object Snap' Perpendicular is een bijzondere. Afhankelijk van de plaats van waaruit getekend wordt, eindigt de lijn loodrecht op een andere lijn of een ander object. 'Tangent' Figuur 35 'Tangent' De 'Object Snap' 'Tangent' maakt het mogelijk lijnen of andere geometrie aan de raaklijn van een cirkel te tekenen. Deze lijn ligt loodrecht op de straal van de cirkel: Auteur: Joost Hoornweg 17

18 Figuur 36 'Tangent' en 'Center' Deze lijn is 'Tangent' aan de cirkel, getekend vanaf een willekeurig punt buiten de cirkel naar de object snap Tangent op de cirkel. Dit is de straal van de cirkel, getekend vanaf de Centerpoint van de cirkel naar een object snap Endpont van lijn 1. Dit is de straal van de cirkel, getekend vanaf de Centerpoint van de cirkel naar een object snap 'Nearest' van de cirkel. Point Snapt naar een los punt in de tekening. Snap to Point Clouds Maakt het mogelijk te tekenen met de object snaps horende bij de points uit een Point Cloud. Remote Snaps Dit zijn de zogenaamde 'Object Snap' in het verlengde van objecten, zoals een lijn: Figuur 37 Remote Snaps Enkele toetsenbord combinaties zijn gemakkelijk bij het tekenen van lijnen. SZ Tekent een lijn naar het startpunt van de huidige handeling. Teken minimaal twee lijnen aaneengesloten gevuld door de toetsencombinatie SZ. Klik om de lijn te plaatsen en sluit af met een dubbele escape. Auteur: Joost Hoornweg 18

19 Shift toets Zorgt ervoor dat er orthogonaal getekend wordt. Zolang de shift toets ingedrukt blijft, tekent Revit enkel over de orthogonale richtingen: Figuur 38 Orthogonaal tekenen Ortho' De orthogonale richtingen zijn de vier richtingen onder een hoek van 90 graden de klok rond. En deze tekenrichtingen vanuit een object snap center van een circle komen weer overeen met de object snap Quadrant van deze circle: Figuur 39 Orthogonaal tekenen Modifiers Wanneer de geometrie of elementen geplaatst zijn in de view, kan deze bewerkt worden met modifiers. Ze zijn te vinden op de Ribbon tab Modify : Figuur 40 De Ribbon tab Modify 'Offset' (OF). Het commando offset kan gebruikt worden om lijnen evenwijdig aan elkaar te kopiëren met een bepaalde afstand loodrecht tussen de lijnen welke is in te stellen in de balk onder de Ribbon, nadat het commando geactiveerd is: Auteur: Joost Hoornweg 19

20 Figuur 41 Een regel onder de Ribbon om instellingen aan een commando mee te geven Met een mouse-over ziet je de preview verschijnen, en met een klik wordt de lijn loodrecht gekopieerd aan de zijde waar de cursor zich bevindt. Align (AL) Met het commando Align kunnen lijnen op elkaar uitgelijnd worden. Dit commando is met name handig bij het uitlijnen van onderdelen van bijvoorbeeld interieur of dakramen. Klik op het commando op de Ribbon tab Modify, selecteer een lijn waar een object naartoe gebracht moet worden, en selecteer daarna het te verplaatsen object. Move (MV) en Copy (CO) Gebruik commando Move' en 'Copy' alleen als de objecten al geselecteerd zijn, dat is gemakkelijker omdat de Ribbon Modify in beeld komt wanneer er objecten geselecteerd zijn. Nadat het commando is geactiveerd, worden de geselecteerde objecten worden omlijst met een blauwe stippellijn en kan een start- en eindpunt van de verplaatsing worden aangeklikt. Trim/Extend to corner (TR) Met dit commando kunnen lijnen en elementen aan elkaar geknoopt worden. Deze modifier wordt veel gebruikt om hoeken dicht te maken wanneer dit niet het geval is. Ook deze modifier kan worden toegepast op model- en Annotation Lines, en op Sketch Lines van wanden, vloeren en daken. Trim/Extend Single en Multiple element Met deze twee commando s kunnen meerdere objecten worden verlengd of verkort aan de hand van andere elementen, welke gelden als trim of Boundary Edge. Het slotje Het slotje dient om elementen aan elkaar te koppelen. Dit zal onthouden worden door Revit. Direct na het commando Align is er de mogelijkheid om op het slotje te klikken, waardoor er een link ontstaat tussen de beide elementen. Wordt daarna een van de elementen verplaatst, dan zal de ander mee verplaatsen. Zo kan een wand bijvoorbeeld aan een Gridline worden gekoppeld, of een vloer aan een level. 8. Windows verkenner en Autodesk Revit Om goed met Revit te kunnen werken heb je de volgende content nodig: Een goede Revit Template voor Projecten (*.*.rte file). De set Revit Family Templates (*.*.rft files). Let op dat deze set in millimeters staat (UN via het toetsenbord) en niet in inches. Auteur: Joost Hoornweg 20

21 In de Windows verkenner mis je soms de drie letters achter de punt (File extension). Zo zie je niet of de file een.rvt of een.rte file is. Dit kun je inschakelen in de Windows verkenner: Windows 7: Windows 10: De Revit Family templates moeten staan op de pad: C:\ProgramData\Autodesk\RVT versienummer \Family Templates\English Auteur: Joost Hoornweg 21