Datum locatiebezoek(en) : 31 mei 2017 Datum paneladvies : 21 juni 2017 Instellingstoets kwaliteitszorg : ja, positief besluit van 17 oktober 2013

Transcriptie

1 ,nvao w nederlands - vlaamse accreditatieorganisatie es luit Besluit strekkende tot een oordeel positief van een aanvraag toets nieuwe opleiding van de wo-master Commercieel Privaatrecht van de Erasmus Universiteit Rotterdam datum 31 augustus 2017 onderwerp Besluit Toets nieuwe opleiding wo-master Commercieel Privaatrecht Erasmus Universiteit Rotterdam (005502) uw kenmerk CvB/ABD/AZ/BV/MR/ ons kenmerk N VAO/ /AH bijlagen 2 Gegevens Instelling Opleiding Graad opleiding Variant Locatie Studieomvang (EC) Datum macrodoelmatigheidsbesluit Datum aanvraag : Erasmus Universiteit Rotterdam : wo-master Commercieel Privaatrecht (postinitieel) : Master of Laws (LL.M.) : deeltijd : Rotterdam : 60 : Nvt. : 16 maart 2017 Datum locatiebezoek(en) : 31 mei 2017 Datum paneladvies : 21 juni 2017 Instellingstoets kwaliteitszorg : ja, positief besluit van 17 oktober 2013 Beoordelingskader Beoordelingskader voor de beperkte toets nieuwe opleiding van de NVAO (Stcrt. 2014, nr 36791). Bevindingen De NVAO stelt vast dat in het paneladvies deugdelijk en kenbaar is gemotiveerd op welke gronden het panel de kwaliteit van de opleiding positief heeft bevonden. Advies panel Samenvatting bevindingen en overwegingen van het panel. De Erasmus Universiteit Rotterdam heeft bij de NVAO een aanvraag ingediend voor de beperkte toetsing van de nieuwe deeltijdse postinitiële wo-masteropleiding Commercieel Privaatrecht. De NVAO heeft een panel van deskundigen gevraagd een advies over deze nieuwe opleiding uit te brengen. In deze samenvatting geeft het panel de overwegingen en oordelen die de basis vormen van het advies van het panel aan de NVAO. Inlichtingen Henri Ponds +31 (0) h.ponds@nvao.net Parkstraat 28 [ 2514 JK Postbus CD Den Haag P. O. Box / 2508 CD The Hague / The Netherlands T + 31 (0) info@nvao.net

2 Pagina 2 van 6 De opleiding richt zich op deelnemers (dat is de benaming die de opleiding aan studenten geeft en die ook in dit rapport zal worden gehanteerd) die zich verder in het juridische vakgebied wensen te bekwamen. Deze deelnemers hebben een vooropleiding wo-bachelor of wo-master in de rechtsgeleerdheid en bezitten minstens driejaar relevante werkervaring. De opleiding heeft een heldere omschrijving van deze beoogde doelgroep van deelnemers opgesteld en heeft ook een duidelijk beeld gegeven van de sectoren waar ze werkzaam zijn. Met het oog op de aard en doelstellingen van de opleiding is volgens het panel voldoende met vertegenwoordigers van het relevante beroepenveld gesproken. Dat zal ook in de toekomst in de vorm van de reeds ingestelde raad van advies zo blijven. Het panel heeft met instemming vastgesteld dat de opleiding het Domeinspecifieke Referentiekader Rechtsgeleerdheid volgt. De opleiding beoogt gezien de beoogde eindkwalificaties, en het daarachter liggende beroepenveld, geen expliciet civiel effect (civiel effect betekent toegang tot togaberoepen als advocaat en rechter) en het panel heeft daar begrip voor. Deelnemers met een wo-bachelor of wo-master in de rechtsgeleerdheid verwerven het civiel effect overigens meestal wel. De eindkwalificaties van de opleiding zijn volgens het panel toereikend. Deze getuigen onder meer van voldoende kennis van en inzicht in commercieel privaatrecht en de toepassing daarvan, ruime aandacht voor inzicht en vaardigheden in kritisch denken, ethische afwegingen en wetenschappelijk onderzoek en voldoende aandacht voor communicatieve vaardigheden en leervaardigheden. Het panel heeft vastgesteld dat de eindkwalificaties afgestemd zijn op de Dublin-descriptoren en op die wijze beantwoorden aan het vereiste niveau van een masteropleiding. Het panel acht de toelatingsprocedure van de opleiding naar behoren. De selectieprocedure waaraan alle aspirant-deelnemers worden onderworpen is doordacht en doeltreffend. De toelatingseisen in de vorm van een recente opleiding wo-bachelor of wo-master in de rechtsgeleerdheid en minstens drie jaar relevante werkervaring zijn gepast met het oog op de inhoud en het niveau van de opleiding. Daarnaast is het panel positief over het stevige voorbereidingsprogramma dat deelnemers moeten volgen die wel de selectieprocedure met succes doorlopen hebben maar niet aan de formele vereisten van de recent voltooide opleiding wo-bachelor of wo-master in de rechtsgeleerdheid en drie jaar relevante werkervaring voldoen. De betreffende deelnemers zijn overwegend personen met een wovooropleiding in een ander domein of met een hbo-vooropleiding in de rechtsgeleerdheid. Het curriculum weerspiegelt de eindkwalificaties. Het panel acht het curriculum stevig, op het niveau van de master en naar behoren ingaande op de kennis van het domein. Ook stelt het panel met instemming vast dat de opleiding voldoende aandacht geeft aan methoden en technieken van wetenschappelijk onderzoek. Het panel beveelt aan de leerlijn methoden en technieken van wetenschappelijk onderzoek te monitoren. De leerlijn is nieuw in de opleiding, heeft zich nog niet bewezen en verdient derhalve aandacht vanuit het perspectief van interne kwaliteitszorg. De vakken in het voorbereidingsprogramma bereiden vakinhoudelijk en qua academische vaardigheden voldoende op het curriculum voor en bieden de betreffende deelnemers de mogelijkheid hun deficiënties op te heffen. Het panel vindt dat de deelnemers in anderhalf jaar voldoende tijd krijgen om de opleiding op verantwoorde wijze te doorlopen. Het panel acht het didactisch concept van de opleiding en de daarvan afgeleide werkvormen geschikt voor de doelgroep en bevorderlijk voor hun leerproces. De balans tussen contactonderwijs en zelfstudie is naar behoren, zeker door de

3 Pagina 3 van 6 wisselwerking tussen deze beide. Het curriculum is studeerbaar en het aantal door de deelnemers te besteden uren staat in een redelijke verhouding tot de te behalen studiepunten. De informatie voor en de studiebegeleiding van de deelnemers voldoen. De vakinhoudelijke en onderwijskundige capaciteiten van de beoogde docenten staan buiten kijf en bieden volgens het panel zicht op kwalitatief hoogwaardig onderwijs. Het panel acht het toetsbeleid en de regels en richtlijnen inzake toetsen en beoordelen van de opleiding naar behoren. De opleiding houdt zich, zo heeft het panel vastgesteld, goed aan de universitaire en facultaire beleidslijnen en is goed ingebed in het facultaire systeem op dit gebied. Ook heeft het panel vertrouwen in de positie en het optreden van de examencommissie voor de opleiding, mede omdat deze de examencommissie van de Erasmus School of Law is en uit dien hoofde veel ervaring heeft en goed op de hoogte is van de toe te passen regels. De keuze van de toetsvormen van de opleiding is volgens het panel voldoende gevarieerd en biedt ruime mogelijkheden de deelnemers op de relevante componenten van kennis, inzicht en vaardigheden te toetsen. Het traject van opbouw, begeleiding en beoordeling van de scriptie is naar behoren. De planning is duidelijk en strak, de begeleiding is intensief en de beoordeling geschiedt op een gedegen wijze. Het beoordelingsformulier van de scriptie is naar behoren uitgewerkt en kent relevante criteria. De opleiding heeft een schriftelijk garantie gegeven dat deelnemers de opleiding kunnen afmaken. Daarnaast heeft de opleiding een sluitende meerjarenbegroting overgelegd, die op redelijke veronderstellingen is gebaseerd. Het panel dat met de beperkte toetsing van de nieuwe postinitiële wo-masteropleiding Commercieel Privaatrecht belast was, beoordeelt de kwaliteit van deze opleiding positief. Advies van het panel Het panel adviseert de NVAO om positief te besluiten ten aanzien van de kwaliteit van de nieuwe opleiding wo master Commercieel Privaatrecht van de Erasmus Universiteit Rotterdam. Aanbevelingen De NVAO onderschrijft de aanbevelingen van het panel.

4 Pagina 4 van 6 Besluit Ingevolge het bepaalde in artikel 5a.10, derde lid, in verbinding met artikel 5a.11, achtste lid, van de WHW heeft de NVAO het college van bestuur van de Erasmus Universiteit Rotterdam te Rotterdam in de gelegenheid gesteld zijn zienswijze op het voornemen tot besluit van 10 juli 2017 naar voren te brengen. Bij van 20 juli 2017 heeft het college van bestuur ingestemd met het voornemen tot besluit. De NVAO besluit de aanvraag Toets nieuwe opleiding van de postinitiële wo-master Commercieel Privaatrecht (60 EC; variant: deeltijd; locatie: Rotterdam) van de Erasmus Universiteit Rotterdam te Rotterdam als positief te beoordelen. Graad: Master of Laws (LL.M.) Advies Croho-onderdeel: recht Visitatiegroep : nader te bepalen1. Van kracht tot en met 30 augustus Den Haag, 31 augustus 2017 De NVAO Voor deze: Dr. A.H. Flierman (voorzitter) Paul Zevenbergen Bestuurder Tegen dit besluit kan op grond van het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht door een belanghebbende bezwaar worden gemaakt bij de NVAO. De termijn voor het indienen van bezwaar bedraagt zes weken. 1 De opleiding dient ten minste twee jaar voor de vervaldatum gebruik te maken van de zogenoemde aprilronde om zelfzorg te dragen voor een indeling in een visitatiegroep. Daarna neemt de NVAO het besluit over de indeling in een visitatiegroep.

5 Pagina 5 van 6 Bijlage 1: Schematisch overzicht oordelen panel: Onderwerp Standaarden Oordeel 1 Beoogde eindkwalificaties De beoogde eindkwalificaties van de opleiding zijn wat betreft inhoud, niveau en oriëntatie geconcretiseerd en voldoen aan internationale eisen 2 Onderwijsleeromgeving Het programma, het personeel en de opleidingsspecifieke voorzieningen maken het voor de instromende studenten mogelijk de beoogde eindkwalificaties te realiseren 3 Toetsing De opleiding beschikt over een adequaat 4 Afstudeergarantie en financiële voorzieningen Algemene conclusie systeem van toetsing De instelling geeft aan studenten de garantie dat het programma volledig kan worden doorlopen en stelt toereikende financiële voorzieningen beschikbaar Positief

6 Pagina 6 van 6 Bijlage 2: Samenstelling panel - Prof. mr. dr. J.E. Bosch-Boesjes, emeritus hoogleraar Ontwikkeling en differentiatie academisch onderwijs, eerder dean Honours College, Rijksuniversiteit Groningen (voorzitter); - Prof. mr. dr. J.L. Smeehuijzen, hoogleraar Privaatrecht, directeur masteropleidingen Ondernemingsrecht aan de Zuidas en Law, Markets and Behavior, Vrije Universiteit, (panellid); - Mr. dr. J. Ekelmans, vennoot Ekelmans en Meijer Advocaten, advocaat Ondernemingsrecht en Verzekeringsrecht, raadsheer-plaatsvervanger (panellid); - ing. A.J. van Scheepen MSc, tot voor kort student master Beleid en Bestuur, Universiteit Utrecht (student-lid). Het panel werd bijgestaan door drs. H.H.A. Ponds, beleidsmedewerker NVAO, procescoördinator, en drs. W. Vercouteren, secretaris (gecertificeerd).