Voorstellen cao Kunsteducatie

Transcriptie

1 Voorstellen cao Kunsteducatie Aan Van : Onderhandelingsdelegatie Kunstconnectie : FNV KIEM Inleiding Op 1 juni 2006 hebben de cao-partijen een akkoord bereikt over een cao die op veel plaatsen een ingrijpende verandering ten opzichte van de oude cao KV inhield. In die cao stonden een aantal protocolafspraken die nog niet zijn uitgewerkt. FNV KIEM stelt voor om deze afspraken in het OAK met absolute voorrang (boven elke nieuwe protocolafspraak) aan te pakken: (Evaluatie invoering decentralisatie arbeidstijden en verhoging normjaartaak) De cao inhoudelijk aanpassen aan de verbreding die je in de sector ziet: tweedelijns werk etc.. (Minder specifiek gericht op vooral docenten en lesgeven.) Onderzoek naar de werkingssfeer van de cao, gericht het z.s.m. onder de cao brengen van de Jeugdtheaterscholen Ontwikkeling levensfasebewust personeelsbeleid / inclusief 55+ regeling / inclusief reservoir van leeftijdsdagen die sinds 1 april 2006 niet werden toegekend Onderzoek naar de wijze waarop werken na 65 kan worden vormgegeven. Ombouwen van de bovenwettelijke uitkeringsregeling Innovatie Om de medewerkers in de sector een stimulans en compensatie (!) te kunnen bieden voor het werken buiten het gewone cursusaanbod wil FNV KIEM deze onderhandelingen weer met de werkgevers praten over stimulerings-/compensatiemaatregelen. Dit is nodig omdat deze werkzaamheden over het algemeen zwaarder zijn, meer voorbereidingstijd vergen, slechte of ten minste onduidelijke faciliteiten en ondersteuning kennen bij de scholen/instellingen waar de werkzaamheden verricht worden, én omdat het werken buiten het reguliere cursusaanbod betekent dat er óók gewerkt (kan) worden buiten de tijdstippen waarop voorheen werd gewerkt (dus ochtenden, weekenden en vakanties), en dat de medewerkers als gevolg daarvan ook te maken (kunnen) krijgen met gebroken diensten (grote pauzes tussen het werk in). FNV KIEM wil afspraken maken die in de lijn liggen van de afspraken die vorig jaar werden gemaakt, maar door de werkgevers werden afgekeurd. Onderdeel van de afspraken moeten zijn: - beloningsaspecten - de criteria waaraan instellingen moeten voldoen (FNV KIEM heeft eerder in dit kader een uitgebreide concretisering gemaakt van de begrippen innovatie, vraaggericht, ondernemende bedrijfscultuur, coachend leiderschap en p.r. / marketing ) - de wijze waarop de betrokkenheid van de medezeggenschap (OR en PVT) bij de uitvoering van het pilotproject is verankerd, en tot slot - wijzigen van het karakter van de cao naar een minimumkarakter Pagina 1 van 5

2 Scholing / employability Het maken van aanvullende afspraken over employability kan gezien worden als een onderdeel van LBPB in ruime zin en dient nadrukkelijk als gekoppeld aan innovatie gezien te worden. Het scholingshoofdstuk zal verder gemoderniseerd moeten worden. Wij stellen voor de paragraaf over scholing meer body te geven door nadere invulling te geven aan de inhoud van een organisatiebreed scholingsplan en de rol van de medezeggenschap daarbij. Er zal meer aandacht besteed moeten worden aan de employability van de medewerkers (en het budget daarvan). FNV KIEM denkt dan aan employability in de ruime zin: zowel binnen de instelling, als binnen de sector, alsook buiten de sector. Er zullen betere mogelijkheden moeten komen voor werknemers om een bijdrage te krijgen voor scholing in het kader van hun Persoonlijke Ontwikkeling. Werkgevers dragen ook verantwoordelijkheid voor het feit dat hun medewerkers werkend (en dus zonder aanspraak te hoeven doen op collectieve voorzieningen) hun pensioengerechtigde leeftijd bereiken. Bij de eigen werkgever, of daarbuiten. Deze kosten staan los van de ombouw van een bovenwettelijke uitkering. FNV KIEM verbaast zich over de wijze waarop gecommuniceerd wordt over de innovatie-inzet, en dan vooral zaken zoals bijvoorbeeld het Project Versterking Inzetbaarheid Medewerkers KE. Te veel wordt uitgegaan van een medewerker die onwillig, onkundig of onbewust is. Ongehoord misschien! Wij willen dat de ontwikkelingen en innovatie en de gesprekken daarover niet over de medewerkers gaat, maar met de medewerkers. Zij moeten het doen, zij beschikken over waardevolle input. Maak ze dan ook onderdeel van het proces. Wij willen de rol van de medewerkers in de komende en lopende (protocol- en ontwikkelings-) afspraken beter naar voren laten komen. Zzp-ers en andere arbeidsverhoudingen dan de arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd De sector kenmerkt zich door een toename van het aantal zzp-ers en een druk op de gesubsidieerde instellingen vanuit het private circuit. Daarnaast is het aantal contracten voor bepaalde tijd (of tijdelijke taakuitbreidingen) groot. Alle drie deze zaken baren ons zorgen. Het tweede punt is gedeeltelijk aan te pakken door de werkingssfeer van de cao uit te breiden. (Zie: volgende punt.) In lang niet alle gevallen gaat het om zelfgekozen zzp-ers. Om te voorkomen dat zzp-ers en anderen onder mindere voorwaarden werken dan de werknemers en (onbewust) de positie van de cao ondergraven, streeft FNV KIEM naar het terugdringen van het aantal zzp-ers en het op diverse plaatsen expliciet in de cao opnemen van de positie van zzp-ers. FNV KIEM voert een juridische procedure tegen de NMa, die opname van minimumtarieven voor zzp-ers in de cao als strijdig met de kartelwetgeving aanmerkt. Wanneer wij deze procedure winnen, willen wij minimumtarieven voor zzp-ers in de cao afspreken. FNV KIEM is op dit moment waarschijnlijk de enige caopartij die bereid is minimumtarieven voor zzp-ers in een cao op te nemen. Het wachten is op een vonnis in onze rechtszaak tegen de Staat. Tot die tijd zijn er een aantal andere onderwerpen die wij van toepassing willen verklaren op andere arbeidsverhoudingen dan de arbeidsovereenkomst en willen wij om de eerder genoemde reden een vertaling van cao-rechten voor deze. Het is overigens pikant dat de NMa het opnemen van minimumtarieven in cao s verbiedt, terwijl de regering van mening blijkt te zijn dat dit wel degelijk zou moeten kunnen. Getuige Tweede Kamerstukken, , nr. 32: Pagina 2 van 5

3 Het is mogelijk dat de positie van zzp ers wordt versterkt door in een cao afspraken te maken over hun arbeidsvoorwaarden. Immers, artikel 1 lid 2 van de Wet cao breidt de werkingssfeer van de cao uit tot zelfstandigen. In de praktijk wordt hier echter weinig gebruik van gemaakt. In enkele cao s zijn conform de wet op de cao bepalingen opgenomen over de arbeidsvoorwaarden van zzp ers. Daarmee wordt voorkomen dat werknemers worden vervangen door goedkopere zzp ers en de cao als het ware wordt uitgehold. Wij willen bijvoorbeeld de volgende bepalingen van toepassing verklaren op de zzp-ers: - scholingshoofdstuk, (en toegang tot SFKV) - art 5:8 (buitengewoon verlof met behoud van salaris) Verder zouden wij, analoog aan afspraken in de cao Publieke Omroep, afspraken willen maken over het percentage kern ten opzichte van het percentage flex. Daarnaast stellen wij voor een bepaling op te nemen, die ook voorkomt in de cao Publieke Omroep (waar ook veel gewerkt wordt met tijdelijke contracten) en waarbij een beëindigingvergoeding wordt vastgesteld indien niet wordt overgegaan tot verlenging c.q. omzetting naar een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd, en de totale som van de duur van de opeenvolgende arbeidsovereenkomsten meer dan 18 maanden bedroeg. Wij denken aan dezelfde staffel als in de cao Publieke Omroep staat (alles bij deeltijd naar rato): Looptijd in maanden vergoeding in maandsalaris 18 1 = 24 1,5 = 30 2 = 36 2,5 = 42 3 = 48 3,5 = 54 4 = 60 4,5 Werkingssfeer Daarnaast wenst FNV KIEM weer te komen tot een algemeen verbindend verklaring van de cao Kunsteducatie. Indien er gebruik gemaakt wordt van een Payroll-constructie, dan dient daarop de cao Kunsteducatie van toepassing te zijn. Looptijd Van 1 augustus 2010 tot 1 augustus Loonontwikkeling In januari 2010 hebben we de cao KE ongewijzigd verlengd. FNV KIEM stelt een salarisstijging voor per de ingangsdatum van 1,25%, te vermeerderen met een eenmalige en pensioengevende uitkering van 0,73%, opdat de medewerkers op kasbasis over 2010 met ingang van 1 januari 2010 op een stijging van 1,25% uitkomen. Pagina 3 van 5

4 Bovenwettelijke uitkering / 55+-regeling / Levensfasebewust personeelsbeleid (LBPB) / Uit het IVA-rapport uit 2008 blijkt dat van de docenten slechts 7% een betrekking heeft van meer dan 80% (waarvan 3% boven 100% of meer). Per saldo betekent dit dat de regeling om minder te gaan werken feitelijk voor te weinig mensen beschikbaar is. Bij het bouwen van een regeling LBPB wil FNV KIEM van dergelijke beperkingen af. Wij willen komen tot een regeling die past binnen de wettelijke kaders, die een rechtvaardige verdeling van mogelijkheden kent over alle leeftijdsgroepen, en die openstaat voor alle medewerkers ongeacht het deeltijdpercentage. Tijdens onderhandelingen over sociaal plannen zien wij dat de huidige bovenwettelijke uitkeringsregeling een niet te rechtvaardig onderscheid laat zien tussen medewerkers die geboren zijn vóór en na 1 januari Deze regeling moet evenwichtiger worden. Bijdrage afschrijving investeringen medewerkers Hoe vaak komt het voor dat van een theatertechnicus verwacht wordt dat hij zijn eigen gereedschap meeneemt naar het werk, of dat kantoorpersoneel gevraagd wordt dat zij de computer die nodig is om het werk te doen zelf aanschaffen en meenemen? Waarom wordt van de docenten verwacht dat ze (in veel gevallen) lesgeven met gebruikmaking van eigen computers en eigen vakgebonden software? FNV KIEM wil een redelijke vergoeding afspreken voor de medewerkers. Aantrekkelijker maken / mobiliteit Wij maken ons zorgen over de aantrekkelijkheid van de sector voor instromers en meer in het bijzonder jongeren. Daarom blijft het belangrijk om de cao tegen het licht te houden en te bezien of er aanvullende aanpassingen mogelijk zijn die het werken in de sector positief kunnen beïnvloeden. Salarisschalen In de aanpalende onderwijssectoren is al eens de slag gemaakt naar 18 tredes, maar de Commissie Rinnooy Kan beoordeelde dit enkele jaren geleden al als uitzonderlijk lang. In 2011 wordt de schaal in het PO teruggebracht naar 15 tredes. Wij streven ernaar dat de salarissen in de sector kunsteducatie de vergelijking met aanpalende cao s (en primair de cao PO) kan doorstaan. FNV KIEM stelt voor nog eens een aantal regels in het loongebouw te schrappen en het aanvangssalaris en het eindsalaris iets te verhogen. Hierdoor ontstaat een loongebouw waar de medewerkers iets hoger starten, sneller door het gebouw groeien en iets hoger eindigen, opdat het loongebouw van de sector zich gunstiger dan nu verhoudt ten opzichte van bijvoorbeeld het primair onderwijs en jonge zzp-ers. FNV KIEM stelt voor de jeugdschalen zoals beschreven in artikel 4:1 lid 5 te schrappen. Cao-salaris instrumentaal begeleider dans FNV KIEM heeft in de praktijk enkele malen (o.a. bij overgangen in rechtspositie) te maken gehad met inschalingen van de instrumentaal begeleider dans (schaal :; tot max en dus onder de administratief medewerker A, onderwijsassistent, steunfunctieassistent) en is van mening dat het salaris negatiever afsteekt tegen dat van de docenten (schaal 8: tot max ) dan op basis van de inhoud van het werk verantwoord kan worden. Wij stellen voor om - in overleg met de praktijk - de inhoud en de benodigde opleiding en competenties van de functie van balletbegeleider te actualiseren en opnieuw te laten wegen. Pagina 4 van 5

5 Protocol afspraak FNV KIEM pleit ervoor om als sociale partners gezamenlijk een medewerkerstevredenheidsonderzoek te doen, waarvan een onderzoek naar de werkdruk in de sector onderdeel uitmaakt. Bij dit onderzoek zou ook gekeken moeten worden naar de effecten van het plannen van het werk bij 40, 39, 38 en minder lesweken, de effecten van het veranderende werkveld op de werkdruk en de relatie met enkele uitkomsten uit het IVArapport zoals de geringe omvang van de meeste banen, de combinatie met ander werk (al dan niet in de sector KE) en de relatie tussen een en ander, het feit dat veel instellingen op meerdere locaties lessen verzorgen en het feit dat docenten hun totale inkomen doorgaans bij meerdere (in sommige gevallen ver uiteen liggende) instellingen moeten (zien te) vergaren. Daarnaast zou aandacht moeten zijn voor het opleidingsbeleid, het opleidingsbudget, de mogelijkheden om zelf een opleiding te kunnen volgen, de onderlinge samenwerking en de communicatie. Tekstuele wijzigingen FNV KIEM stelt voor artikel 2:3 detachering aan te passen: De werknemer kan op zijn verzoek of met zijn instemming voor bepaalde tijd worden gedetacheerd bij een derde partij. Cao Sociaal Fonds FNV KIEM zou er een voorstander van zijn dat het Sociaal Fonds een (zeer) intensieve samenwerking bewerkstelligt met de andere sociale fondsen in de kunsten-/creatieve sector, waardoor kennis en expertise centraal en efficiënter kan worden opgebouwd, verspreid en gebruikt. Daarnaast zouden de overheadkosten daarmee verhoudingsgewijs moeten kunnen dalen, waardoor meer geld gebruikt kan worden voor het doel waarvoor het bestemd is. Bovendien kan er kruisbestuiving plaatsvinden en kan het fonds naast de bestaande taken ook de taak van een mobiliteitscentrum krijgen. Met aandacht voor: bemiddeling van medewerkers naar ander werk, outplacement, (advies over) loopbaanontwikkeling, sollicitatietips e.d., herplaatsing van boventalligen. Als het fonds een groter bereik heeft en een directe link naar meerdere sectoren, worden de mogelijkheden op dit gebied een stuk groter. Tot slot Voor de goede orde zij hier opgemerkt dat geen enkele wijziging in de cao zal worden opgenomen dan nadat daarover schriftelijke overeenstemming is bereikt tussen de betrokken partijen. De bonden behouden zich het recht voor om voor en tijdens de onderhandelingen met aanvullende voorstellen te komen. Pagina 5 van 5