Jaarverslag Rabobank Pensioenfonds

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Jaarverslag 2002. Rabobank Pensioenfonds"

Transcriptie

1 Jaarverslag 2002 Rabobank Pensioenfonds

2 Oog voor de realiteit Blijven bouwen aan een goede pensioenregeling en een even goede uitvoering, dat is de doelstelling van het Rabobank Pensioenfonds. Op een manier die de belangen en ambities van alle deelnemers het beste dient. Professioneel, innovatief en met oog voor de realiteit. Oók als die realiteit er turbulent Alle jaarverslagen zijn te raadplegen op internet:

3 Inhoudsopgave 1 Inhoudsopgave Introductie Voorwoord 2 Profiel Rabobank Pensioenfonds 4 Kerngegevens 6 Verslag Ontwikkelingen op pensioengebied 8 Ontwikkelingen Rabobank Pensioenfonds 12 Ontwikkelingen rond beleggingen 15 Overige pensioengegevens 22 Jaarcijfers 2002 Balans 25 Mutatieoverzicht pensioenvermogen 26 Kasstroomoverzicht 27 Waarderings- en berekeningsgrondslagen 28 Toelichting op balans 30 Toelichting op mutatieoverzicht pensioenvermogen 35 Accountantsverklaring/financieringssysteem 38 Actuariële verklaring 39 Aanvullende gegevens Personalia 41 Samenstelling bestuur en deelnemersraad 42 Colofon 44

4 2 Rabobank Pensioenfonds Jaarverslag 2002 Voorwoord Het Rabobank Pensioenfonds kijkt terug op een bewogen jaar, dat in die zin zeker niet onderdeed voor het voorafgaande jaar. Stond 2001 vooral in het teken van vernieuwing van de reglementen en systemen, in 2002 was de aandacht met name op de fondsresultaten gevestigd. Niet zonder reden, want de financiële markten werden meer dan ooit gekenmerkt door neergaande koersbewegingen. Een negatief beleggingsresultaat kon daardoor opnieuw niet worden voorkomen. Vanzelfsprekend heeft het bestuur van het Rabobank Pensioenfonds alle ontwikkelingen nauwlettend gevolgd en waar mogelijk tijdig bijgestuurd. Daarnaast zijn er vanuit de Rabobankorganisatie belangrijke stappen gezet om het pensioenfonds in goede conditie te houden. De vernieuwde oriëntaties rond de financiering van het fonds leiden tot een grote soliditeit bij een overigens niet makkelijke toekomst met continue druk op de beleggingsresultaten. Toezicht In 2002 heeft de Pensioen- & Verzekeringskamer (PVK) haar toezichtsrol op pensioenfondsen verder aangescherpt. Eind september stelde de PVK in een circulaire voor het eerst concrete eisen om ontstane reservetekorten en dekkingstekorten te repareren. De voorgestelde maatregelen en vooral de tijdshorizon voor herstel waren weinig realistisch en leidden tot de nodige kritiek. Niettemin zal een en ander ongetwijfeld resulteren in een genuanceerdere aanpak van eventuele probleemgevallen. Het Rabobank Pensioenfonds kon - dankzij de inspanningen van de Rabobankorganisatie - aan alle door de PVK gestelde eisen voldoen. Pensioenen Na de introductie van het nieuwe pensioenreglement in 2001 werden in 2002 geen noemenswaardige aanpassingen in de pensioenregeling doorgevoerd. Beon, uitvoerder van de regeling, werkte in 2002 aan verdere verbetering en stroomlijning van de uitvoering. Ter ondersteuning van bestuur en deelnemersraad werd begin 2002 het bestuursbureau opgericht. Dit bureau coördineert alle zaken en zorgt voor de voorbereiding van besluiten en de uitvoering daarvan. In de korte tijd dat het bestuursbureau bestaat, heeft het zijn nut al ruimschoots bewezen. Tot besluit Het onderwerp pensioen stond in 2002 ruim in de belangstelling en haalde regelmatig de media. Een ontwikkeling, die zich in 2003 zal voortzetten en ook zeker gevolgen zal hebben voor alles wat met óns pensioen te maken heeft. Waar deze gevolgen zichtbaar zullen worden - bijvoorbeeld in premie, indexatie of aard van de regeling - is op dit moment nog niet te voorzien.

5 Voorwoord 3 Met dit jaarverslag wil het Rabobank Pensioenfonds u een goed beeld geven van het reilen en zeilen in Rest mij nog om namens het bestuur iedereen heel hartelijk te bedanken die zich op welke wijze dan ook voor het Rabobank Pensioenfonds heeft ingezet. Rik van Slingelandt, voorzitter bestuur Rabobank Pensioenfonds

6 4 Rabobank Pensioenfonds Jaarverslag 2002 Profiel Rabobank Pensioenfonds Het Rabobank Pensioenfonds is verantwoordelijk voor de uitvoering van de collectieve pensioenregeling van de Rabobank. De pensioenregeling is bestemd voor medewerkers van Rabobank Nederland, de lokale Rabobanken, Rabobank International en een aantal gelieerde instellingen (o.a. Schretlen, Lage Landen en Gilde Investment Management). Bouwen aan een goede regeling en een even goede uitvoering, dat is kort samengevat de missie van het Rabobank Pensioenfonds. In de praktijk betekent dit dat het pensioenfonds op een breed terrein actief is. Zo is het fonds betrokken bij het vaststellen en eventueel wijzigen van de pensioenregeling en zorgt het ervoor dat de pensioenregeling doelmatig en tegen concurrerende kosten wordt uitgevoerd. Daarnaast is het fonds verantwoordelijk voor een solide beheer van de pensioengelden. Solide, in die zin dat de nominale pensioenaanspraken zeker worden gesteld en dat naar waardevastheid van de ingegane en premievrije pensioenen wordt gestreefd. Daarbij wordt gezocht naar een verantwoorde balans tussen de nominale verplichtingen en het streven naar waardevastheid enerzijds en de hoogte van de premie anderzijds. Bestuur Het bestuur van het Rabobank Pensioenfonds heeft de eindverantwoordelijkheid voor alles wat met het pensioen te maken heeft. Tot de werkzaamheden van het bestuur behoren onder andere het bepalen van het beleid ten aanzien van de pensioenadministratie, het bepalen van het beleggingsbeleid, de controle op een correcte en stipte uitvoering van de pensioenuitkeringen en het afstemmen van de beleggingsstrategie op de korte- en langetermijnpensioenverplichtingen van het fonds. Het bestuur telt twaalf leden: zes vertegenwoordigers namens de werkgevers en zes vertegenwoordigers namens de werknemers. De leden van werkgeverszijde worden benoemd door de Centrale Kringvergadering; de leden van werknemerszijde door de deelnemersraad. Het bestuur komt circa zes keer per jaar bijeen. Hiernaast zijn onder andere een beleggingsadviescommissie en een commissie voor beroep- en bezwaarschriften actief. Tevens nemen bestuursleden regelmatig deel aan projectgroepen ten behoeve van specifieke onderwerpen. Deelnemersraad Het Rabobank Pensioenfonds kent al vanaf 1990 een deelnemersraad. De deelnemersraad heeft op verschillende gebieden een adviseringsbevoegdheid; op het gebied van wijziging van statuten en pensioenreglementen heeft de raad ook een instemmingsbevoegdheid. De deelnemersraad bestaat uit dertien vertegenwoordigers namens de werknemers en twee vertegenwoordigers namens de gepensioneerden en daarmee gelijkgestelden. De deelnemersraad

7 Profiel Rabobank Pensioenfonds 5 komt minimaal vier keer per jaar bijeen. Ook leden van de deelnemersraad nemen regelmatig deel aan diverse projectgroepen. Bestuursbureau Ter ondersteuning van het bestuur en de deelnemersraad werd begin 2002 het bestuursbureau opgericht. Het bestuursbureau zorgt onder andere voor voorbereiding en uitvoering van bestuursbesluiten, monitoring van de voortgang van de verwerking van de pensioenadministratie en rapportage aan het bestuur, beleidsadvisering en waarneming van de dagelijkse gang van zaken. Bij het bestuursbureau zijn drie personen werkzaam als respectievelijk ambtelijk secretaris, beleidsadviseur en algemeen medewerker. Externe controle Op verzoek van het bestuur controleert een extern accountantsbureau jaarlijks het jaarverslag en de pensioenstaten die naar de Pensioen- & Verzekeringskamer (PVK) worden verstuurd. Een externe actuaris controleert jaarlijks het actuarieel verslag en stelt een actuariële verklaring op. Deze actuaris stelt conform de door de PVK uitgevaardigde Actuariële Principes ook een toereikendheidstoets op. Uitbesteding Binnen de Rabobank Groep is alle benodigde kennis en kunde op het gebied van pensioenen aanwezig. Het bestuur heeft daarom verschillende werkzaamheden uitbesteed aan de geëigende partijen. Beon is verantwoordelijk voor de pensioen- en uitkeringsadministratie en werkzaamheden op het gebied van actuariële berekeningen. De beleggingsadministratie en de belegging van het vermogen van het pensioenfonds zijn in handen van Interpolis Vermogensbeheer. Het eigenlijke vermogensbeheer is door Interpolis voor het grootste deel uitbesteed aan Robeco.

8 6 Rabobank Pensioenfonds Jaarverslag 2002 Kerngegevens Aantallen Deelnemers Gewezen deelnemers met premievrije rechten Gewezen deelnemers met ingegaan arbeidsongeschiktheidspensioen Gewezen deelnemers met overige ingegane pensioenen Totaal Financiële gegevens Vastrentende waarden Zakelijke waarden Pensioenvermogen Koopsommen en waardeoverdrachten Opbrengst beleggingen Pensioenuitkeringen Pensioenpremiepercentages Aangesloten banken 32,0 0,0 6,0 5,0 11,0 Rabobank Nederland en gelieerde instellingen 32,5 0,5 7,0 6,0 12,5

9

10 8 Rabobank Pensioenfonds Jaarverslag 2002 Ontwikkelingen op pensioengebied Het jaar 2002 was op pensioengebied turbulent te noemen. De wetgever en de toezichthouder (Pensioen- & Verzekeringskamer (PVK)) waren zeer actief. Daarnaast legden de aanhoudend slechte beursresultaten een zware druk op de pensioenfondsen. De sociale partners en de besturen dienden dan ook alert te reageren op de ontwikkelingen, een en ander in goed overleg met de pensioenkoepel OPF (Stichting voor Ondernemingspensioenfondsen). Hieronder wordt nader ingegaan op voor het Rabobank Pensioenfonds relevante ontwikkelingen. Nieuwe pensioenwet De huidige Pensioen- en spaarfondsenwet (PSW) wordt op termijn vervangen door een nieuwe pensioenwet. Ter voorbereiding van deze wet stelde de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid een hoofdlijnennotitie op. De notitie, die door de staatssecretaris namens het kabinet naar de Tweede Kamer is verzonden, is tevens een reactie op het advies dat de Sociaal Economische Raad (SER) heeft gegeven op de nieuwe pensioenwet. In de notitie komen de volgende punten aan de orde. Pensioenregelingen moeten transparanter worden. Zo moeten afspraken tussen werkgever c.q. sociale partners en het pensioenfonds worden vastgelegd in een opdrachtbrief. Het kan dan gaan om besluitvorming over het premiebeleid, het indexeringsbeleid en het beleid ten aanzien van vermogensoverschotten en -tekorten, maar ook om het niveau van de dienstverlening of voorlichting. Pensioenfondsen en werkgevers worden verplicht gesteld om gepensioneerden en werknemers beter te informeren over hun pensioenregeling. Vanaf 2006 mogen werknemers niet meer worden uitgesloten van de pensioenregeling van hun bedrijf. Gebeurt dit toch, dan kan dit met behulp van wetgeving worden verboden. De garantie op de uitbetaling van het pensioen moet ook in de toekomst blijven bestaan. Hoewel de SER adviseerde de fondsen wat meer vrijheid te geven, meent de staatssecretaris dat het vertrouwen dat de verplichtingen altijd kunnen worden nagekomen, essentieel is voor het pensioenstelsel. Pensioenfondsen mogen in principe alleen activiteiten ondernemen die verband houden met het uitvoeren van de pensioentoezegging. Voor andere activiteiten is goedkeuring van de PVK vereist. Het voorstel voor de nieuwe pensioenwet zal naar verwachting in 2003 worden ingediend bij de Tweede Kamer. Het Rabobank Pensioenfonds volgt de ontwikkelingen op de voet.

11 Ontwikkelingen op pensioengebied 9 Beleidsregels uitbesteding De toezichthouder, de PVK, stelt dat pensioenfondsen en verzekeraars hun bedrijfsproces moeten beheersen en dat dit ook geldt voor processen die aan derden zijn uitbesteed. Een en ander werd geconcretiseerd in concept beleidsregels. Aangezien het Rabobank Pensioenfonds een groot deel van de werkzaamheden heeft uitbesteed, zijn deze eisen dus ook op het Rabobank Pensioenfonds van toepassing. Bij uitbesteding kan worden gedacht aan het verlenen van volmachten, extern vermogensbeheer en het door derden laten uitvoeren van de administratie. In de beleidsregels gaat het om specifieke vormen van uitbesteding, en wel om uitbesteding van processen of delen van processen waaraan risico s zijn verbonden die materiële invloed kunnen hebben op de financiële prestaties, financiële positie, continuïteit en/of integriteit van de betreffende instelling. Uitgangspunt is dat een effectief toezicht door de PVK op alle onderdelen van de processen bij de instellingen mogelijk moet blijven, ongeacht of deze al dan niet zijn uitbesteed. Daarnaast dient het inzicht van de pensioeninstelling in de uitbestede processen te worden gewaarborgd, evenals de eigen verantwoordelijkheid van de instelling voor de taken die zijn opgedragen aan derden. Naar verwachting worden de beleidsregels op 1 januari 2004 van kracht. Voor aanpassing van bestaande overeenkomsten van uitbesteding geldt een overgangsperiode van drie jaar. Het Rabobank Pensioenfonds neemt de uitbestedingsregels op in de Actuariële en Bedrijfstechnische Nota (ABTN), de Service Level Agreement (SLA) en de overeenkomst inzake pensioenbeheer. Verbod op onderscheid contracten voor bepaalde en onbepaalde tijd Vorig jaar werd al in het jaarverslag vermeld dat er op grond van een Europese richtlijn in de arbeidsvoorwaarden geen onderscheid mag worden gemaakt tussen werknemers met een arbeidscontract voor bepaalde tijd en werknemers met een arbeidscontract voor onbepaalde tijd. Dit discriminatieverbod werd in 2002 in het Burgerlijk Wetboek vastgelegd. Onderscheid maken is alleen geoorloofd als hiervoor een objectieve rechtvaardigingsgrond bestaat. Dit is over het algemeen echter moeilijk aan te tonen. Omdat pensioen als arbeidsvoorwaarde geldt, mag ook in pensioenregelingen geen onderscheid meer worden gemaakt op basis van het al of niet tijdelijke karakter van het dienstverband. Dat betekent dat pensioenregelingen waarin de deelname alleen openstond Wij hebben niet de zorgen die anderen hebben "2002 was een druk jaar voor de Vereniging Gepensioneerden. De vereniging werd verder uitgebouwd, er werden commissies opgericht ter ondersteuning van het bestuur, door onze ledenwerfactie Leden werven leden kwamen we bijna op leden, er kwam een halfjaarlijks overleg met VG s van andere financiële dienstverleners en we namen deel aan een werkgroep bij de uitvoerder Beon. Voor 2003 is naast indexering van de ingegane pensioenen medezeggenschap van gepensioneerden door deelname in het bestuur van het fonds een belangrijk agendapunt. Gepensioneerden zouden dan echt kunnen meepraten over hun eigen inkomen en niet langer afhankelijk zijn van de werkgever en de actieve deelnemers. Ja, ook voor gepensioneerden zijn het turbulente tijden. Ook wij zijn trots op de resultaten van de Rabobank, maar kijken met enige zorg naar de ontwikkelingen van ons Pensioenfonds. Aan de andere kant prijzen we ons gelukkig met een goede werkgever die zijn afspraken nakomt. We hebben niet de zorgen die anderen hebben." Jan van Holstein - voorzitter Vereniging Gepensioneerden Rabobank en lid van de Deelnemersraad

12 10 Rabobank Pensioenfonds Jaarverslag 2002 voor werknemers met een dienstverband voor onbepaalde tijd, nu ook opengesteld moeten worden voor werknemers met een dienstverband voor bepaalde tijd. Uitsluiting van werknemers met een zeer kort dienstverband (zoals vakantiewerkers) gedurende maximaal drie maanden, wordt als objectieve rechtvaardigingsgrond nog wel mogelijk geacht. Volgens de tekst van het convenant hebben ondernemingspensioenfondsen de keuze tussen bestuursparticipatie van gepensioneerden en vertegenwoordiging in een deelnemersraad. De gepensioneerden van de Rabobank zijn sinds 1990 al vertegenwoordigd in de deelnemersraad met twee zetels. De betekenis van het convenant en de gevolgen voor het Rabobank Pensioenfonds worden op dit moment verder bestudeerd. Medezeggenschap van gepensioneerden In 1998 kwamen de Stichting van de Arbeid en het Coördinatieorgaan Samenwerkende Ouderenorganisaties (CSO) tot een convenant waarin een wezenlijke verbetering van de medezeggenschap van gepensioneerden bij de uitvoering van pensioenregelingen werd vastgelegd. Naar aanleiding van de evaluatie van dit convenant werd in februari 2003 een nieuw convenant ondertekend. Hierin worden allereerst de afspraken uit 1998 gecontinueerd. Daarnaast werd afgesproken dat er meer inspanningen zullen worden verricht om de medezeggenschapspositie van gepensioneerden bij de uitvoering van pensioenregelingen te verbeteren. Het accent ligt daarbij op een verbetering van de kwaliteit van de medezeggenschap. Het onderwerp geniet ook vanuit de politiek grote belangstelling getuige het initiatiefwetsvoorstel dat is ingediend door mevrouw Giskes van D66. Het wetsvoorstel beperkt de ruimte die in het convenant geboden is om partijen zelf de gewenste vorm van medezeggenschap te laten kiezen. Financiële positie Op 30 september 2002 heeft de PVK alle pensioenfondsen per brief geattendeerd op de belangrijkste uitgangspunten bij toetsing van hun financiële positie. Naast bestaand beleid op dit punt bevatte de brief een aantal aanvullingen. Ook werden de pensioenfondsen erop gewezen dat zij zich moeten beraden op maatregelen om een (dreigende) verstoring van het financieel evenwicht te herstellen. Aanleiding tot het schrijven van deze brief was onder andere een aanmerkelijke daling van de dekkingsgraad van de pensioenfondsen door de slechte beleggingsresultaten van de afgelopen jaren. Een groot aantal pensioenfondsen dreigt daardoor niet meer te kunnen voldoen aan het voorschrift dat het zijn pensioenverplichtingen te allen tijde moet kunnen voldoen. De PVK stelt dat het bestuur van fondsen met onderdekking onmiddellijk moet handelen om deze situatie op korte termijn - in ieder geval binnen een jaar - te herstellen. Het op peil brengen van vermogensbuffers mag een wat langere Nog meer turbulentie op komst "Het Rabobank Pensioenfonds staat op basis van belegd vermogen in de top twintig van Nederlandse pensioenfondsen en doet het nog steeds goed. Dat komt natuurlijk ook omdat de sponsor de financiële positie van het fonds heeft verstevigd met extra dotaties. Ja, het zijn turbulente tijden in pensioenland. De dekkingsgraad lag in een verder verleden eerder rond de 100%, maar toen werd er over de hele linie minder risicovol belegd. Mede door de gedaalde beleggingsopbrengsten liggen de eisen van de PVK nu een stuk hoger. Daarnaast vormt de lage reële rente - nu rond de 2,5% - een bedreiging voor pensioenfondsen. De indexatie van de pensioenen van slapers en gepensioneerden komt daardoor in Nederland onder druk te staan. Op welke wijze het pensioenveld hiermee zal omgaan valt nog niet te voorspellen. Wél dat het einde van al deze ontwikkelingen nog lang niet in zicht is." Diede Panneman - actuaris Watson Wyatt

13 Ontwikkelingen op pensioengebied 11 periode beslaan, namelijk tussen de twee en de acht jaar. De PVK verwacht van de fondsen een alert en actief optreden. Daarbij hoort ook het tijdig informeren van de toezichthouder en het snel opstellen van een plan van aanpak wanneer daartoe aanleiding is. Het Rabobank Pensioenfonds kende eind 2002 volgens de normen van de PVK geen onderdekking en geen reservetekort. de pensioenparagraaf. Uitgangspunt is dat in de jaarrekening van de onderneming een zodanige verantwoording dient plaats te vinden, dat transparantie ontstaat in de pensioenverplichtingen, -risico s en -kosten van een rechtspersoon. De gehanteerde Angelsaksische invalshoek sluit slecht aan bij de Nederlandse pensioensituatie, waarin een juridische scheiding bestaat tussen de onderneming en de pensioenuitvoerder (het pensioenfonds). Pensioenvoorlichting In het verslagjaar 2002 werd door de Consumentenbond onderzoek gedaan naar voorlichting op het gebied van pensioen. De bond concludeert dat er nog veel verbeterd kan worden op het gebied van begrijpelijkheid van de pensioenvoorlichting. Zo geeft de helft van de respondenten aan dat zij op basis van de ontvangen pensioeninformatie niet kunnen beoordelen of ze aanvullende maatregelen moeten treffen. De staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid liet naar aanleiding daarvan weten dat er maatregelen komen die een goede pensioencommunicatie moeten waarborgen. Zo moet iedere werknemer bij indiensttreding goed worden geïnformeerd over zijn pensioenrechten en de opbouw van zijn pensioenaanspraken. Daarnaast moet het indexeringsbeleid van de pensioenuitvoerder aan de deelnemers worden toegelicht. Ook bepleit de staatssecretaris een financiële bijsluiter voor bijspaarproducten in de pensioensfeer en een eenvoudig te raadplegen centraal pensioenregister waarin alle pensioenrechten per persoon zijn opgeslagen. Voor dit laatste laat hij het initiatief over aan de sociale partners. In de definitieve tekst wordt onderscheid gemaakt tussen regelingen waarbij een bijdrage of een pensioen is toegezegd. Alleen in het laatste geval liggen de risico s bij de werkgever en zullen de gevolgen daarvan in de balans van de onderneming moeten worden opgenomen. Onderkend is dat de risico s van de vele werkgevers die bij een bedrijfstakpensioenfonds zijn aangesloten anders zijn dan de risico s van een werkgever met een eigen ondernemingspensioenfonds. Omdat de richtlijn met name consequenties heeft voor de balans en de winst- en verliesrekening van de onderneming, zal de directe invloed ervan op pensioenfondsen naar verwachting vooralsnog beperkt blijven. Het Rabobank Pensioenfonds informeert deelnemers jaarlijks middels een uitgebreid pensioenboekje (toegespitst op de persoonlijke situatie) of middels een persoonlijke opgave van de rechten. Deelnemers met slapende rechten en gepensioneerden worden geïnformeerd over de nieuwe voorwaarden waaronder geïndexeerd wordt. Raad voor de Jaarverslaggeving In 2001 heeft de Raad voor de Jaarverslaggeving de Richtlijn personeelsbeloningen (RJ 271) vastgesteld, met uitzondering van

14 12 Rabobank Pensioenfonds Jaarverslag 2002 Ontwikkelingen Rabobank Pensioenfonds Het verslagjaar 2002 werd beheerst door dalende beurskoersen en de invloed daarvan op de reserves van pensioenfondsen. Ook binnen het bestuur van het Rabobank Pensioenfonds was dit regelmatig onderwerp van gesprek. Het bestuur constateert dat grote alertheid gepast is. De door de werkgever toegezegde pensioenen zijn afdoende gefinancierd. Daarnaast voldoet het pensioenfonds, zelfs na een aantal slechte beleggingsjaren, aan de door de Pensioen- & Verzekeringskamer (PVK) gestelde voorwaarden en kent het geen onderdekking of reservetekort. Niettemin vormen de ontwikkelingen in de afgelopen jaren wel aanleiding om nog eens goed na te denken over de financiële aspecten van de pensioenregeling. Indexatiebeleid Een belangrijk aspect daarbij is de indexering van ingegane pensioenen. In de pensioenregeling van het Rabobank Pensioenfonds is bepaald dat het pensioenfonds streeft naar een periodieke aanpassing van de ingegane pensioenen en rechten van gewezen en volledig arbeidsongeschikte deelnemers in verband met een eventuele stijging van de kosten van levensonderhoud. Of er opnieuw een aanpassing kan plaatsvinden, wordt uiteindelijk bepaald door de financiële positie van het pensioenfonds en is afhankelijk van de financiële middelen in dat jaar. Een eenmaal toegekende verhoging van het pensioen kan niet meer ongedaan gemaakt worden. Indexeringsvoorwaarden Het bestuur van het pensioenfonds heeft de indexeringsvoorwaarden in 2002 nader geconcretiseerd. De indexering wordt in principe opgeschort als de dekkingsgraad van het pensioenfonds onder de 110% daalt of door de toekenning van de indexering onder de 110% zou dalen. De indexering wordt weer gestart op het moment dat de dekkingsgraad van het fonds hoger is dan 115%, mits de dekkingsgraad door toekenning van de indexering niet onder de 110% daalt. Als op enig moment wordt besloten om niet te indexeren, leidt een latere toekenning van indexering niet tot uitbetaling met terugwerkende kracht. Vaststelling indexering Voor de vaststelling van het al dan niet toekennen van de indexering zal de volgende systematiek worden gehanteerd. De dekkingsgraad per 31 december wordt jaarlijks door het bestuur vastgesteld op basis van de jaarrekening en wordt gepubliceerd in het jaarverslag. Op grond van deze dekkingsgraad en met inachtneming van de ontwikkelingen die hierop van invloed zijn na 31 december, wordt er op 1 juli van het daaropvolgende jaar wel of niet geïndexeerd. Gezien de koppeling met de door het bestuur vastgestelde dekkings-

15 Ontwikkelingen Rabobank Pensioenfonds 13 graad vindt de indexering van ingegane pensioenen met ingang van 2004 in plaats van tweemaal, eenmaal per jaar plaats op 1 juli. Op grond van de huidige financiële positie van het pensioenfonds heeft het bestuur inmiddels besloten de ingegane pensioenen per 1 juli 2003 aan te passen op basis van het gehanteerde CBS-prijsindexcijfer. Pensioenfonds. Het bestuur van het pensioenfonds is daardoor in staat om beter te sturen op zowel de kwaliteit van de dienstverlening als het kostenniveau in relatie tot de inhoud van deze dienstverlening. Ook maakt een SLA het mogelijk om op een gestructureerde en beheersmatige wijze de dienstverlening van Beon aan het Rabobank Pensioenfonds te besturen en te verbeteren. De afspraken in de SLA zullen naar verwachting per 1 juli 2003 van kracht zijn. Service Level Agreement Het bestuur van het Rabobank Pensioenfonds heeft in 2002 te kennen gegeven behoefte te hebben aan meer transparantie in de dienstverlening van uitvoerder Beon. Dit onder andere als onderbouwing voor de in rekening te brengen administratiekosten en als waarborg voor een goede dienstverlening aan de deelnemers. Beon en het bestuur van het Rabobank Pensioenfonds hebben daarom gezamenlijk besloten tot het opstellen en hanteren van een Service Level Agreement (SLA). Doel SLA Doel van de SLA is in de eerste plaats het maken en vastleggen van concrete afspraken over de aard, omvang en kwaliteit van de uitvoering van de pensioenadministratie door Beon voor het Rabobank Uitvoering van de pensioenregeling Het verslagjaar 2002 werd voor uitvoerder Beon vooral gekenmerkt door een administratieve inhaalslag en procesverbeteringen. De werkvoorraad van de belangrijkste processen (ontstaan bij de opstart in 2001) is inmiddels met succes weggewerkt. Voor een groot aantal processen werd daarbij twee jaar aan mutaties in één jaar verwerkt. Ook zijn de nodige procesverbeteringen doorgevoerd. Daarnaast werd in samenwerking met de afdeling pensioenen van Rabobank Nederland een begin gemaakt met kwaliteitsverbetering van de gegevensaanlevering door de salaris- en personeelsadministratie. In 2003 zal verder worden gewerkt aan een hogere kwaliteit van de aangeleverde persoons- en salarisgegevens. Pensioen is nog nooit zo spannend en actueel geweest "Interpolis Pensioenen werkt voor zo n 50 pensioenfondsen, waarvan het Rabobank Pensioenfonds het grootste ondernemingspensioenfonds is. In 2002 werkten we vooral aan een omslag van een defensief beleid - namelijk het verdedigen van het degelijke pensioenstelsel - naar een meer strategiebepalend beleid. Alle ontwikkelingen op pensioengebied maken het belangrijker dan ooit om niet alleen alert te reageren en te anticiperen, maar vooral zelf een koers te bepalen. Agendapunten voor 2003 zijn onder andere een verdere professionalisering van de dienstverlening en het nog beter benutten van de schaalvoordelen van de fusie van onze oorspronkelijke pensioenbedrijven (Beon, Relan, Interpolis/Van Spaendonck). Ook wordt er hard gewerkt aan het opzetten van een nieuwsbrief voor onze klanten. Het Rabobank Pensioenfonds wordt daar overigens nauw bij betrokken. Pensioen saai? Het is nog nooit zo spannend en actueel geweest." Marlies van Loon - manager afdeling Beleid en Ontwikkeling Interpolis Pensioenen

16 14 Rabobank Pensioenfonds Jaarverslag 2002 Service richting deelnemers In 2002 werd een begin gemaakt met kwaliteitsverbetering richting deelnemer. Verbeteringen waren er zowel op het gebied van de gespreksinhoudelijke afhandeling als op het gebied van bereikbaarheid en een directe afhandeling van gestelde vragen. Daarnaast werd veel aandacht besteed aan kennisoverdracht en informatieuitwisseling. In 2003 wordt aan een verdere kwaliteitsverbetering gewerkt, zodat eerder een duidelijk beeld van de deelnemer en van de status van een ingediend verzoek kan worden verkregen. Uit dienst maar niet uit zicht Het Rabobank Pensioenfonds streeft ernaar gepensioneerde deelnemers betrokken te houden bij hun pensioenregeling. Gepensioneerden ontvangen het jaarverslag en worden periodiek geïnformeerd over aanpassingen op het gebied van belastingen en sociale zekerheid. In het verslagjaar werd onder andere bericht over aanpassing van de pensioenuitkering in verband met indexatie. Ook vindt er regelmatig overleg plaats met de Vereniging Gepensioneerden Rabobank. In dit overleg worden actuele aangelegenheden besproken en wordt ingegaan op de specifieke wensen van de gepensioneerden. Meerurenregeling Volgens de Rabobank CAO telt het salarisdeel gebaseerd op het aantal uren boven 36 onder bepaalde voorwaarden mee voor de pensioenopbouw (meerurenregeling). De besluitvorming over deze regeling werd in 2002 afgerond en met terugwerkende kracht tot 1 januari 2001 van toepassing verklaard. Inmiddels zijn ook de pensioenreglementen aangepast. Uren boven de 36 vormen vanaf 1 januari 2001 pensioengevend inkomen, maar worden berekend volgens het middelloonsysteem. Dit geldt voor alle deelnemers, dus ook voor deelnemers die nog onder de eindloonregeling vallen. De administratieve afhandeling van de meerurenregeling vindt in 2003 plaats. In juni 2003 worden de betrokken deelnemers (circa 3.000) geïnformeerd over de extra pensioenopbouw vanaf Vereniging Gepensioneerden Rabobank De Vereniging Gepensioneerden Rabobank (VG-Rabobank) behartigt de belangen voor alle oud-medewerkers van de Rabobank en hun nabestaanden richting de Rabobank, het pensioenfonds, de overheid en maatschappelijke instanties. De vereniging bestaat bijna drie jaar en heeft inmiddels zo n leden. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met: Landelijk secretariaat VG-Rabobank mw. Jetty Mulder Postbus HG Utrecht telefoon: (030) fax: (030) h.m.mulder@rn.rabobank.nl

17 Ontwikkelingen rond beleggingen 15 Ontwikkelingen rond beleggingen Het verslagjaar is het derde op rij met een teleurstellend beleggingsrendement. Door negatieve ontwikkelingen op de aandelenmarkten kwam het totaalrendement over 2002 uit op 9,5%. Leidde het inmiddels forse belang in aandelen in 1999 tot de hoogste rendementsuitkomst uit de historie van het fonds, in het verslagjaar was dit de belangrijkste oorzaak van het laagste resultaat ooit behaald. Macro-economische ontwikkelingen Mondiaal beeld De wereldeconomie vertoonde in 2002 een gemengd beeld. In de VS en Japan was er sprake van een aantrekkende economische groei terwijl in Europa de groei verder inzakte. Inflatie was nergens een probleem. In Japan handhaafde zich het deflatoire klimaat. Verenigde Staten In het verslagjaar trok de economische groei in de VS aan van 1% in 2001 naar 2,4%. Deze groei werd vooral gedragen door de consument. Hoewel koersdalingen op de aandelenmarkten negatief werkten, werd het consumentengedrag gesteund door positieve ontwikkelingen op de huizenmarkt waar forse prijsstijgingen en lage rente koopkracht schiepen via herfinanciering en opname van overwaarde. Daarnaast bleef men kopen dankzij allerlei kortingen, belastingimpulsen en renteloze autoleningen. Het bedrijfsleven liet het afweten. Onzekere vooruitzichten en voldoende capaciteit drukten de investeringen, afgebroken door een wegvallende vraag en te hoog opgelopen voorraden. Het trage tempo van het economische herstel liet de Amerikaanse centrale bank het belangrijkste tarief (de fed funds rate) na de reeks verlagingen in 2001 met 0,5% terugbrengen naar het historisch lage niveau van 1,25%. De kapitaalmarktrente daalde in het verslagjaar fors van boven de 5% tot onder de 4%. Een belangrijke oorzaak was de vlucht van beleggers uit de tegenvallende aandelenmarkt naar de veilige haven van de staatsobligaties. De sterke koersstijging die daarvan het gevolg was, drukte de rente. Inmiddels kampt Amerika weer met de uit het verleden beruchte twin deficits, ofwel een begrotingstekort en een tekort op de lopende rekening van de betalingsbalans. Dat laatste heeft een zodanig niveau bereikt dat vanuit de rest van de wereld bijna USD 1,5 miljard per dag naar de VS moet worden overgeboekt om het geheel te financieren. Dit aspect en gematigde Amerikaanse groeiverwachtingen plus de kosten van een dreigende oorlog met Irak hebben de dollar fors onder druk gezet. Deze daalde in het verslagjaar met bijna 18% ten opzichte van de euro.

18 16 Rabobank Pensioenfonds Jaarverslag 2002 EMU Europa De Europese groei onderging in 2002 een verdere vertraging van 1,5% tot 0,6%. Er is sprake van een vrij grote spreiding rond dit gemiddelde. Positieve uitschieter was Spanje met een groei van 2%. Het is vooral Duitsland dat met een groei van bijna 0% tegenvallend presteert. Het niet of onvoldoende doorvoeren van structurele hervormingen speelt een negatieve rol. Als belangrijkste economie binnen de eurozone heeft een zwakke Duitse economie echter ook invloed op de rest van het gebied. Ook de inflatie verschilt van land tot land nogal, maar het Europese gemiddelde lag met 2,3% in 2002 nog steeds boven het door de ECB gehanteerde plafond van 2%. De Europese Centrale Bank stond in het verslagjaar onder druk om de rente te verlagen teneinde de economie te stimuleren. Toen de inflatie begon af te nemen, verlaagde de bank tegen het eind van het jaar inderdaad de rente met 0,5 procentpunt tot 2,75%. De kapitaalmarktrente daalde in lijn met die in de VS, zij het in een wat gematigder tempo van iets onder de 5% tot iets boven de 4%. Ook hier speelde de vlucht uit aandelen een wezenlijke rol. Nederland Het Nederlandse economische wonder lijkt voorlopig voorbij. Presteerde onze economie een aantal jaren bovengemiddeld, de laatste paar jaar lag de uitkomst onder het gemiddelde. Zo kwam de groei in het verslagjaar niet hoger dan 0,3%. De inflatie daalde gelukkig wel, maar was met 3,5% nog steeds één van de hoogste van de EMU. Daarnaast heeft de tegenvallende economische ontwikkeling de riante positie van de overheid in termen van begrotingsoverschotten weer laten omslaan in een tekort, wat de Turbulentie komt van buitenaf 2002 stond vooral in het teken van de ongunstige economische ontwikkelingen en het uitgesproken slechte beursklimaat. Wij hebben geprobeerd om samen met het pensioenfonds in stabieler vaarwater te komen, maar de beleggingsrendementen blijven onvoorspelbaar. Daarnaast kijken we ook op de langere termijn naar de gevolgen van de nieuwe boekhoudregels die vanaf 2005 gaan gelden ten aanzien van pensioenverplichtingen. Ja, de term turbulentie is op zijn plaats. Maar de deelnemer moet zich niet verkijken op ontwikkelingen op de korte termijn, het gaat om de lange termijn. En nog belangrijker: de turbulentie komt van buitenaf. We beschikken over een goede pensioenregeling en organisatie, zowel bestuurlijk als vanuit de deelnemers. Intern hebben we onze zaken op orde. En dat is de belangrijkste voorwaarde om de effecten van de turbulentie zo klein mogelijk te houden." Frans Overdijk teammanager control Rabobank Groep

19 Ontwikkelingen rond beleggingen 17 overheid tot forse bezuinigingen noopt. Qua rentebeeld bewoog ons land uiteraard in lijn met de EMU. Beleggingsresultaten Vastrentende waarden Zowel in Amerika als in Europa waren de inflatieverwachtingen laag en vluchtten beleggers op grote schaal uit aandelen naar obligaties. Dit resulteerde in veel vraag naar en dus forse koersstijgingen van obligaties. Aldus konden met de obligatieportefeuilles fraaie rendementen worden behaald. De rente op bedrijfsobligaties (de zogenaamde credits) onderging in het verslagjaar ook een daling wat eveneens bijdroeg aan de hoge rendementen. De vastrentende portefeuille van het fonds behaalde in 2002 een rendement van 9,3% tegen een interne benchmark van 9,6%. In 2001 kwam het rendement uit op 6,6%. De omvang van de vastrentende beleggingen bedroeg bijna EUR 2,5 miljard, wat circa 35% hoger is dan in Aandelen Het vertrouwen van beleggers in aandelen werd in het verslagjaar ernstig geschokt door de boekhoudschandalen die aan het licht kwamen. Daarnaast bleef er ook aarzeling bestaan over het economische herstel en de winstgroei. Het dieptepunt van de beurzen lag in de zomer, waarna een voorzichtig maar niet duurzaam herstel begon. Dit hing samen met het feit dat later in het jaar de kwestie Irak het koersbeeld steeds meer begon te beïnvloeden. Per saldo daalden de koersen over 2002 gemiddeld met circa 30% waarmee een van de slechtste beursjaren uit de geschiedenis een feit werd. In euro s gemeten waren er positieve rendementen te behalen in landen als Australië (8%), Ierland (3%) en Nieuw Zeeland (15%). Ook de beurzen van de zogenaamde opkomende markten deden het met een rendement van -7% relatief goed. Uitgesproken zwakke beurzen waren er te vinden in onder meer Finland (-34%) en Japan (-25%). De Nederlandse beurs behoorde met -19% ook tot de zwakkere markten. De aandelenportefeuille van het fonds realiseerde met ruim 31% negatief (versus -16% in 2001) een teleurstellend rendement. Het niveau lag 1% punt lager dan de interne benchmark ofwel de meetlat waar eigenlijk gelijk aan of liefst boven moet worden gescoord. De omvang van het aandelenbelang bedraagt EUR 1,6 miljard ofwel 33% van het fondsvermogen. Vastgoed De rechtstreeks in Nederlandse vastgoedobjecten beleggende portefeuille steeg in het verslagjaar met EUR 21 miljoen in omvang tot EUR 356 miljoen. Hiervan bestond ongeveer EUR 9 miljoen uit herwaarderingen, terwijl het restant van het bedrag ofwel circa EUR 12 miljoen werd gevormd door saldoaankopen die tot doel hebben het gewicht van de vastgoedportefeuille dichter bij het strategisch gewenste niveau van 10% te brengen. Het rendement op de Nederlandse portefeuille kwam uit op ruim 9% versus circa 10% in De huurinkomsten leverden 6,6 % op en de eerdergenoemde waardestijgingen 2,5%. Voor vastgoed wordt momenteel geen op jaarbasis te hanteren benchmark (als de ROZ IPD index) gebruikt omdat de portefeuille qua sectormix hiervan te sterk afwijkt. Het leegstandpercentage (in termen van huurderving door leegstand), dat in 2001 uitkwam op 0,8%, steeg in het verslagjaar tot 1,5%. De vastgoedfondsen en deelnemingen ondergingen een daling van EUR 62 miljoen tot EUR 53 miljoen als saldoresultaat van herwaarderingen en verkopen. Het rendement kwam uit op bijna 8% tegen bijna 9% in Het ligt in de bedoeling dit portefeuilleonderdeel af te bouwen en de vrijgekomen middelen te herbeleggen in direct vastgoed. De totale vastgoedportefeuille realiseerde een rendement van ruim 9%.

20 18 Rabobank Pensioenfonds Jaarverslag 2002 Rendementsontwikkeling in procenten Jaar Vastr. waarden Vastgoed Aandelen Totaal ,0 4,6 42,0 15, ,2 3,4-4,6 1, ,3 0,5 15, ,6 9,5 32,0 14, ,7 17,3 33,0 16, ,5 4,9 22,9 15, ,9 8,3 36,9 17, ,8 21,0-6,7 0, ,6 9,9-16,2-5, ,3 9,1-31,4-9,5 kwam het rendement van het Rabobank Pensioenfonds uit op 7,6% tegen 8,0% voor het WM Universum. Onderstaand is het totale rendement over 2002 uitgesplitst naar beleggingscategorieën. Totaalrendement 2002 naar beleggingscategorieën Categorie Rabobank Pensioenfonds WM Universum Vastrentende waarden 7,7 7,5 Aandelen -33,7-30,5 Vastgoed 9,2 5,1 Totaal -9,3-8,1 Rendementsvergelijking Om de resultaten van het fonds jaarlijks te kunnen vergelijken met die van andere Nederlandse pensioenfondsen, vormt de door World Market company (WM) uitgevoerde performance-meting een hulpmiddel. Bij deze meting worden de beleggingsuitkomsten van de afzonderlijke pensioenfondsen vergeleken met de gemiddelde uitkomsten van de deelnemende fondsen tezamen. De uitkomsten zijn gebaseerd op de door de afzonderlijke fondsen aangeleverde gegevens. Asset Liability Management Asset Liability Management (ALM) staat voor een optimaal samenspel tussen financieringen, reserveringen en beleggingen. Het heeft tot doel de solvabiliteit en de waardevastheid van de uitkeringen van het fonds te bevorderen en houdt de gemiddelde pensioenpremie laag. Op basis van ALM-studies wordt onder meer de hoogte van de benodigde voorzieningenbuffer bij diverse assetmixvarianten vastgesteld. Uitgangspunt is dat de kans op onderdekking op een aanvaardbaar niveau moet liggen. Mede door het ontbreken van volledig uniforme waarderingsgrondslagen mag aan de WM performance geen absolute betekenis worden toegekend. Omdat de berekeningsmethode van WM enigszins afwijkt van de intern gehanteerde werkwijze, kunnen er geringe verschillen optreden tussen de WM en interne cijfers. Het door WM berekende fondsrendement kwam in 2002 uit op -9,3% tegen -8,1% gemiddeld voor alle deelnemende pensioenfondsen. De belangrijkste oorzaak van het verschil was de achterblijvende performance van aandelen in met name Europa, dat relatief sterk in de portefeuille vertegenwoordigd was. Over de afgelopen vijf jaar bedroeg het fondsrendement 3,2% versus 3,7% voor het WM-universum. Over een periode van tien jaar bezien Bij de ALM-studies worden op basis van historische gegevens simulaties gemaakt van de mogelijke toekomst. Het fonds loopt hierbij het risico dat de gebruikte historie minder representatief is voor de toekomst dan gedacht, waardoor zowel aan de actuariële kant als aan de beleggingskant de kans op negatieve uitkomsten groter zou zijn dan verondersteld. Daarnaast is het denkbaar dat een klein geachte kans op een zeer negatief scenario zich toch manifesteert zoals vandaag de dag het geval is. In het kader van het premiebeleid is een zogenoemde kritische dekkingsgraad vastgesteld. De hoogte daarvan is afhankelijk van de assetmix. Naast de kritische dekkingsgraad worden de minimale en maximale dekkingsgraad gehanteerd. Op grond daarvan zijn kortin-

21 Ontwikkelingen rond beleggingen 19 gen op de premie wel of niet mogelijk. Boven de kritische dekkingsgraad wordt de korting volledig verleend. Komt de dekkingsgraad boven het maximum, dan ontvangen de premiebetalers een gedeelte van het surplus. Daalt de dekkingsgraad in enig jaar onder de kritische dekkingsgraad, dan wordt de korting op de bruto pensioenpremie evenredig verlaagd. Onder de minimum dekkingsgraad wordt er in het geheel geen korting meer verleend. ALM-studie Begin 2002 is een aanvullende ALM-studie afgerond. In de studie werden onder meer het risicoprofiel van het fonds en het premiebeleid opnieuw beoordeeld. In 2002 was de strategische assetmix als resultante van de gemaakte afwegingen: 40% (was 35%) vastrentende waarden; 50% (was 55%) aandelen; 10% vastgoed. Gegeven de wens tot verdere verlaging van het risicoprofiel van het fonds is verhoogde buffervorming noodzakelijk. Vanuit dat oogpunt is in 2002 besloten de dekkingsgraden verder te verhogen: maximum dekkingsgraad 185% (2001: 165%) kritische dekkingsgraad 170% (2001: 150%) minimum dekkingsgraad 160% (2001: 135%) De financieringsovereenkomst en de Actuariële en Bedrijfstechnische Nota zijn hierop aangepast. Turbulent? In Almere is elk jaar turbulent De Rabobank Almere is de jongste coöperatieve bank. Van twee werknemers zijn we in 26 jaar tijd uitgegroeid naar 200 werknemers, verspreid over drie kantoren voor cliëntadvies in de markt en twee kantoren voor de adviesdiensten en overige bankafdelingen. Eind 2003 komen de laatste twee bij elkaar in de Rabotoren, een nieuw gebouw dat beeldbepalend wordt voor Almere. Ja, daar zijn we zeker trots op! Ook intern gebeurt er intussen van alles. Eind 2002 werd de aanzet gegeven voor een belangrijke organisatieverandering, die in 2005 afgerond moet zijn. Als werkgever c.q. premiebetaler én als individuele deelnemer van het pensioenfonds volg ik de ontwikkelingen op pensioengebied op de voet. Vanzelfsprekend zitten er negatieve kanten aan de pensioendiscussie, maar positief is dat het pensioenbewustzijn en de pensioenbeleving weer toenemen. Een turbulent jaar? Almere krijgt er jaarlijks zo n nieuwe inwoners bij en dat heeft ook z n invloed op ons reilen en zeilen als bank. In Almere is elk jaar turbulent! Ben Scholten directeur Rabobank Almere

22 20 Rabobank Pensioenfonds Jaarverslag 2002 Ontwikkeling dekkingsgraad en asset mix Eind 2001 stond de dekkingsgraad op 121,5%. De toename van de pensioenverplichtingen (inclusief de stijging als gevolg van de CAO-loonronden) werd in 2002 volledig opgevangen door de premiebetaling van de werkgevers. De opnieuw negatieve beursontwikkeling werd gecompenseerd door aanvullende stortingen die Rabobank Nederland heeft gedaan in het pensioenfonds. Hierdoor daalde de dekkingsgraad slechts licht tot 119,2% ultimo de financieringsovereenkomst met de werkgever aangepast. In 2005 zal de gewijzigde financiering worden geëvalueerd. In verband met de ingevoerde stelselwijziging is door Rabobank Nederland de positie van het Rabobank Pensioenfonds in 2002 versterkt middels extra stortingen van ruim EUR 600 miljoen. Om te voorkomen dat beursontwikkelingen van een bepaald moment een te grote invloed hebben, worden ontvangen bedragen gespreid over het jaar belegd. Uitgangspunt hierbij is de werkelijke assetmix. Het bestuur van het pensioenfonds heeft besloten in 2002 de werkelijke assetmix in principe te handhaven. Door de forse waardedaling van de aandelen en het gelimiteerde bijkopen is dit niet gelukt, waardoor het aandelenbelang verder afnam. Belangrijk is en blijft de visie van het bestuur dat beleggen in zakelijke waarden op lange termijn een hoger rendement geeft dan beleggen in vastrentende waarden. Gelet op het dekkingsgraadniveau is herbalanceren van de portefeuille naar de gewenste strategische positie echter vooralsnog niet aan de orde. Volgens de huidige inzichten wordt de strategische assetmix pas ingevuld als de dekkingsgraad is gestegen tot 150%. Ultimo 2002 bedroeg de feitelijke verdeling van de assetmix: 51% vastrentende waarden; 33% aandelen; 8% vastgoed; 8% liquide middelen. Premieontwikkeling In tegenstelling tot eerdere jaren is de pensioenpremie voor lokale banken en Rabobank Nederland gelijk aan de brutopremie, respectievelijk 32% en 32,5% van de pensioengrondslag (salaris plus vakantiegeld en dertiende maand, minus een AOW franchisebedrag van circa EUR ). Vanaf 2002 betalen de lokale banken en gelieerde instellingen een pensioenpremie van 16%. De resterende pensioenpremie is betaald door Rabobank Nederland. In verband met deze nieuwe wijze van premiebetaling is eind 2002/begin 2003

23

24 22 Rabobank Pensioenfonds Jaarverslag 2002 Overige pensioengegevens Franchise- en grensbedragen Per 1 januari 2002 zijn de franchise- en grensbedragen voor de Pensioenreglementen 1989 en 2001 als volgt vastgesteld: Franchise I Franchise II Maximaal bruto arbeidsinkomen voor Pensioengrondslag II Grensbedrag i.v.m. WAO-maximum Grensbedrag inzake 15% arbeidsongeschiktheidspensioen Relatieve pensioenuitkomsten toetscarrières Uit de berekeningen blijkt dat per 1 januari 2003 de relatieve pensioenuitkomst (inclusief de AOW voor een ongehuwde vermeerderd met vakantiegeld) voor deelnemers die vallen onder de pensioenreglementen 1989-nieuw en 2001, gemiddeld op 75,0% uitkomt. Dit is gebaseerd op de verwachte salarisstijging ten gevolge van carrièreontwikkeling. Aangezien deze gemiddelde relatieve pensioenuitkomst tussen de 70 en 80% ligt, is er geen aanleiding om Franchise-I nader bij te stellen.

25 Overige pensioengegevens 23 De pensioenaanspraken over 2002 waren waardevast In het indexeringsbeleid streeft het bestuur ernaar de ingegane pensioenen, alsmede de meeverzekerde pensioenaanspraken en de pensioenaanspraken van ex-deelnemers aan te passen aan de ontwikkeling van de kosten van het levensonderhoud. Deze aanpassing heeft in 2002 tweemaal per jaar plaatsgevonden en wel per 1 januari en per 1 juli. Over de periode april 2001 tot april 2002 steeg het afgeleide consumentenprijsindexcijfer (CPI) met 3,46%. Hierdoor zijn de genoemde pensioenaanspraken in 2002 met 3,46% verhoogd. Onderstaande grafiek geeft aan met welk percentage de pensioenen in de periode 1965 tot en met 2002, vanaf de ingangsdatum zijn toegenomen: Procentuele stijging Jaar van pensioeningang Ontwikkeling in aantallen verzekerden Deelnemers Gewezen Arbeidsongeschikte Gepensioneerden deelnemers deelnemers Stand per 1 januari Toetreding / hertoetreding 1) Pensionering Arbeidsongeschiktheid Revalidering Overlijden Vertrek met premievrije rechten Waardeoverdracht Afkoop emigratie / klein pensioen Beëindiging wezenpensioen ) Inclusief in 2002 verwerkte Stand per 31 december indiensttredingen over Voorziening pensioenverplichtingen Ultimo 2002 bedraagt het aantal verzekerden Het totale bedrag aan verzekerde pensioenen bedraagt EUR 794 miljoen. Bij de vaststelling van de Voorziening pensioenverplichtingen wordt uitgegaan van dat deel van de pensioenen waarop de verzekerden op grond van voltooide pensioenjaren recht kunnen doen gelden. De Voorziening pensioenverplichtingen bedraagt ultimo 2002 EUR miljoen.

26 24 Rabobank Pensioenfonds Jaarverslag 2002 Aantal verzekerden, verzekerde pensioenen en voorziening pensioenverplichtingen Bedragen in miljoenen euro s Aantallen Verzekerd pensioen Voorziening pensioenverplichting Deelnemers Man Vrouw Gewezen deelnemers Man Vrouw Gepensioneerden Ouderdomspensioen Man Vrouw Weduwen- en weduwnaarspensioen Wezenpensioen Arbeidsongeschiktheidspensioen Man Vrouw Totaal generaal Dekkingsgraad De dekkingsgraad - het pensioenvermogen uitgedrukt in een percentage van de Voorziening pensioenverplichtingen - geeft een indicatie van de solvabiliteit van een pensioenfonds. De dekkingsgraad van het fonds ultimo 2002 komt uit op 119,2% (2001: 121,5%). De daling in 2002 was enerzijds een gevolg van de in dat jaar sterk dalende aandelenkoersen en anderzijds van de toename van de Voorziening pensioenverplichtingen. De dekkingsgraad kwam ultimo 2002 onder de door het bestuur gewenste kritische dekkingsgraad. Met de werkgever zijn additionele financieringsafspraken gemaakt.

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal 2017-1 juli 2017 t/m 30 september 2017 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad eind september 2017 is 117,8% en is gestegen ten opzichte

Nadere informatie

2011 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG

2011 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG 2011 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG 1 Toelichting op het jaarverslag In het jaarverslag legt het pensioenfonds uitgebreid verantwoording af over de ontwikkelingen, besluiten en gebeurtenissen

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Eerste kwartaal 2017-1 januari 2017 t/m 31 maart 2017 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad eind maart 2017 is 112,6% en is gestegen ten opzichte

Nadere informatie

2013 verkort in beeld. Ontwikkelingen. Pensioenen Beleggingen Organogram

2013 verkort in beeld. Ontwikkelingen. Pensioenen Beleggingen Organogram 02 verkort in beeld 03 Ontwikkelingen 05 08 10 Pensioenen Beleggingen Organogram Aantal deelnemers dat pensioen opbouwt Aantal personen dat een ouderdomspensioen ontvangt Aantal deelnemers met slapende

Nadere informatie

Persbericht. Kwartaalbericht: vierde kwartaal 2011

Persbericht. Kwartaalbericht: vierde kwartaal 2011 Persbericht Kwartaalbericht: vierde kwartaal 2011 Hoofdpunten: Dekkingsgraad van 94% is te laag: aanvullende maatregelen nodig Beschikbaar vermogen stijgt met ruim 11 miljard Door gedaalde rente nemen

Nadere informatie

Kwartaalbericht. 4e kwartaal 2014 Den Haag, 30 januari 2015. Samenvatting cijfers per 31 december 2014

Kwartaalbericht. 4e kwartaal 2014 Den Haag, 30 januari 2015. Samenvatting cijfers per 31 december 2014 Kwartaalbericht 4e kwartaal 2014 Den Haag, 30 januari 2015 Samenvatting cijfers per 31 december 2014 Dekkingsgraad: 111,5% Beleidsdekkingsgraad: 112,6% Belegd vermogen: 19,6 miljard Rendement 2014: 27,6%

Nadere informatie

Dekkingsgraad 121,8% per 30 september 2012, toename van 9,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2012.

Dekkingsgraad 121,8% per 30 september 2012, toename van 9,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2012. Kwartaalbericht 2012 Samenvatting 121,8% per 30 september 2012, toename van 9,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2012. Meer informatie over de dekkingsgraad vindt u op de website. Beleggingsrendement 4,2%

Nadere informatie

Datum Briefnummer Behandeld door Doorkiesnummer 15-2-2012 20120215 N.W. Dijkhuizen 630

Datum Briefnummer Behandeld door Doorkiesnummer 15-2-2012 20120215 N.W. Dijkhuizen 630 Pensioenfonds Productschappen Bezoekadres Laan van Zuid Hoorn 165 2289 DD Rijswijk Postadres Postbus 3042 2280 GA Rijswijk Telefoon 070 4138630 Fax 070 4138650 E-mail info@pbodnl Website wwwpbodnl KvK

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Vierde kwartaal 2017-1 oktober 2017 t/m 31 december 2017 Samenvatting: De (12 maands)beleidsdekkingsgraad is gestegen van 112,7% eind september 2017 naar 115,3%

Nadere informatie

Beleggingsrendement 3% over het vierde kwartaal van 2012 (14,4% over geheel 2012); waarde van de beleggingen gestegen naar miljoen.

Beleggingsrendement 3% over het vierde kwartaal van 2012 (14,4% over geheel 2012); waarde van de beleggingen gestegen naar miljoen. Kwartaalbericht 2012 Samenvatting DNB-dekkingsgraad 125,2% per 31 december 2012, toename van 3,6%-punt ten opzichte van 30 september 2012. Meer informatie over de dekkingsgraad vindt u op de website Beleggingsrendement

Nadere informatie

Marktwaarde van de pensioenverplichtingen in het tweede kwartaal gestegen van 15.941 miljoen naar 16.893 miljoen ( 15.008 miljoen ultimo Q4 2013).

Marktwaarde van de pensioenverplichtingen in het tweede kwartaal gestegen van 15.941 miljoen naar 16.893 miljoen ( 15.008 miljoen ultimo Q4 2013). Kwartaalbericht 2014 Samenvatting Marktwaardedekkingsgraad per 30 juni 2014 129,5%, een toename van 0,9%-punt ten opzichte van 31 maart 2014. Over de eerste zes maanden steeg de marktwaardedekkingsgraad

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal 2014-1 oktober 2014 t/m 31 december 2014

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal 2014-1 oktober 2014 t/m 31 december 2014 Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Vierde kwartaal 2014-1 oktober 2014 t/m 31 december 2014 Samenvatting: dalende euro en dalende rente Nominale dekkingsgraad gedaald van 117,4% naar 115,1%

Nadere informatie

2013 in het kort SAMENVATTING VAN HET JAARVERSLAG

2013 in het kort SAMENVATTING VAN HET JAARVERSLAG 2013 in het kort SAMENVATTING VAN HET JAARVERSLAG 1 Toelichting op het jaarverslag In het Jaarverslag 2013 legt het pensioenfonds uitgebreid verantwoording af over de ontwikkelingen, besluiten en gebeurtenissen

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE. Datum Betreft Financiële positie pensioenfondsen

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE. Datum Betreft Financiële positie pensioenfondsen > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333

Nadere informatie

Kwartaalbericht. 2e kwartaal 2015 Den Haag, 14 juli 2015. Samenvatting cijfers per 30 juni 2015

Kwartaalbericht. 2e kwartaal 2015 Den Haag, 14 juli 2015. Samenvatting cijfers per 30 juni 2015 Kwartaalbericht 2e kwartaal 2015 Den Haag, 14 juli 2015 Samenvatting cijfers per 30 juni 2015 Dekkingsgraad (UFR): 108,3% Beleidsdekkingsgraad: 110,0% Belegd vermogen: 19,6 miljard Rendement 2015 1 e halfjaar:

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM. Tweede kwartaal april 2012 t/m 30 juni Samenvatting: Lage rente drukt dekkingsgraad

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM. Tweede kwartaal april 2012 t/m 30 juni Samenvatting: Lage rente drukt dekkingsgraad Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Tweede kwartaal 2012-1 april 2012 t/m 30 juni 2012 Samenvatting: Lage rente drukt dekkingsgraad Nominale dekkingsgraad is gedaald van 110,0% naar 105,1% Beleggingsrendement

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Tweede kwartaal 2017-1 april 2017 t/m 30 juni 2017 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad eind juni 2017 is 115,7% en is gestegen ten opzichte van

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal juli 2016 t/m 30 september 2016

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal juli 2016 t/m 30 september 2016 Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal 2016-1 juli 2016 t/m 30 september 2016 De maandelijkse nominale dekkingsgraad ultimo september is 102,4% en is gestegen ten opzichte van eind juni

Nadere informatie

Marktwaardedekkingsgraad per 31 maart 2014: 128,6%, een toename van 3,3%-punt ten opzichte van 31 december 2013.

Marktwaardedekkingsgraad per 31 maart 2014: 128,6%, een toename van 3,3%-punt ten opzichte van 31 december 2013. Kwartaalbericht 2014 Samenvatting Marktwaardedekkingsgraad per 31 maart 2014: 128,6%, een toename van 3,3%-punt ten opzichte van 31 december 2013. Meer informatie vindt u op de website. Beleggingsrendement

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal april 2012 t/m ultimo juni Samenvatting:

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal april 2012 t/m ultimo juni Samenvatting: Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Tweede kwartaal 2012-1 april 2012 t/m ultimo juni 2012 Samenvatting: Nominale dekkingsgraad gedaald van 107,6% naar 101,9% Beleggingsrendement is 1,6%

Nadere informatie

Marktwaardedekkingsgraad per 30 september ,8%, een toename van 1,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2013.

Marktwaardedekkingsgraad per 30 september ,8%, een toename van 1,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2013. Kwartaalbericht 2013 Samenvatting Marktwaardedekkingsgraad per 30 september 2013 122,8%, een toename van 1,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2013. Meer informatie vindt u op de website. Beleggingsrendement

Nadere informatie

Kwartaalverslag Tweede kwartaal 2019

Kwartaalverslag Tweede kwartaal 2019 Kwartaalverslag Q2-2019 Kwartaalverslag Tweede kwartaal 2019 1 In het kort De beleidsdekkingsgraad per 30 juni 2019 bedroeg 117,3%. Het rendement van 1 april tot en met 30 juni 2019 bedroeg 3,5%. Het pensioenvermogen

Nadere informatie

Persbericht. ABP verlaagt pensioen in 2013 met 0,5% Ondanks goed rendement stijgt dekkingsgraad in 2012 onvoldoende

Persbericht. ABP verlaagt pensioen in 2013 met 0,5% Ondanks goed rendement stijgt dekkingsgraad in 2012 onvoldoende Persbericht ABP verlaagt pensioen in 2013 met 0,5% Ondanks goed rendement stijgt dekkingsgraad in 2012 onvoldoende Hoofdpunten: Verlaging pensioen met 0,5% per 1 april 2013 definitief Mogelijk aanvullende

Nadere informatie

Marktwaarde van de pensioenverplichtingen in het derde kwartaal gestegen van 16.893 miljoen naar 17.810 miljoen ( 15.008 miljoen ultimo Q4 2013).

Marktwaarde van de pensioenverplichtingen in het derde kwartaal gestegen van 16.893 miljoen naar 17.810 miljoen ( 15.008 miljoen ultimo Q4 2013). Kwartaalbericht 2014 Samenvatting Marktwaardedekkingsgraad per 30 september 2014 130,4%, een toename van 0,9%-punt ten opzichte van 30 juni 2014. Over de eerste negen maanden steeg de marktwaardedekkingsgraad

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal 2014-1 april 2014 t/m 30 juni 2014. Samenvatting: dalende rente

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal 2014-1 april 2014 t/m 30 juni 2014. Samenvatting: dalende rente Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Tweede kwartaal 2014-1 april 2014 t/m 30 juni 2014 Samenvatting: dalende rente Nominale dekkingsgraad gestegen van 123,6% naar 123,7% Reële dekkingsgraad

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal januari 2017 t/m 31 maart Samenvatting:

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal januari 2017 t/m 31 maart Samenvatting: Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Eerste kwartaal 2017-1 januari 2017 t/m 31 maart 2017 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad is gestegen van 105,7% naar 110,5%; De beleidsdekkingsgraad

Nadere informatie

Geef pensioen de aandacht die het verdient. Jaarbericht Stichting Pensioenfonds

Geef pensioen de aandacht die het verdient. Jaarbericht Stichting Pensioenfonds Geef pensioen de aandacht die het verdient Jaarbericht Stichting Pensioenfonds Vijf mythes over pensioen Over pensioenen zijn meerdere mythes in omloop. Het is belangrijk om te weten hoe het wel zit. De

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal oktober 2016 t/m 31 december Samenvatting:

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal oktober 2016 t/m 31 december Samenvatting: Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Vierde kwartaal 2016-1 oktober 2016 t/m 31 december 2016 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad is gestegen van 98,8% naar 105,7%; De beleidsdekkingsgraad

Nadere informatie

Pensioenfonds Robeco. Populair Jaarverslag 2014

Pensioenfonds Robeco. Populair Jaarverslag 2014 Pensioenfonds Robeco Populair Jaarverslag 2014 2014 was een bewogen jaar voor Pensioenfonds Robeco door de sterk dalende rente en de veranderende wet- en regelgeving. In het jaarverslag blikken wij als

Nadere informatie

4e kwartaal 2015 Den Haag, 21 januari 2016

4e kwartaal 2015 Den Haag, 21 januari 2016 Kwartaalbericht 4e kwartaal 2015 Den Haag, 21 januari 2016 Samenvatting cijfers per 31 december 2015 Dekkingsgraad (UFR): 100,5% Beleidsdekkingsgraad: 104,4% Belegd vermogen: 19,9 miljard Rendement 4 e

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 EERSTE KWARTAAL 2019

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 EERSTE KWARTAAL 2019 KWARTAALVERSLAG EERSTE KWARTAAL 2019 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 31 maart 2019 bedroeg 118,7%. Het rendement van 1 januari tot en met 31 maart 2019 bedroeg 7,1%. Het pensioenvermogen per

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds VIERDE KWARTAAL In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds VIERDE KWARTAAL In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 KWARTAALVERSLAG VIERDE KWARTAAL 2018 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 31 december 2018 bedroeg 119,8%. Het rendement van 1 oktober tot en met 31 december 2018 bedroeg -3,8%. Het rendement van

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Derde kwartaal juli 2017 t/m 30 september Samenvatting:

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Derde kwartaal juli 2017 t/m 30 september Samenvatting: Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Derde kwartaal 2017-1 juli 2017 t/m 30 september 2017 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad is gestegen van 113,6% naar 116,5%; De beleidsdekkingsgraad

Nadere informatie

Kort jaarverslag Stichting Pensioenfonds nv Linde Gas Benelux

Kort jaarverslag Stichting Pensioenfonds nv Linde Gas Benelux Kort jaarverslag Stichting Pensioenfonds nv Linde Gas Benelux Beleggingen Het totaal rendement over het afgelopen boekjaar 2010 is uitgekomen op 15,6%. Als we naar de onderverdeling kijken zien we het

Nadere informatie

Persbericht ABP, eerste halfjaar 2008

Persbericht ABP, eerste halfjaar 2008 Persbericht ABP, eerste halfjaar 2008 Hoofdpunten Rendement over eerste helft 2008 is 5,1%. De dekkingsgraad is medio 2008 uitgekomen op 132%. De kredietcrisis eist zijn tol. Vooral aandelen en onroerend

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Tweede kwartaal april 2015 t/m 30 juni 2015

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Tweede kwartaal april 2015 t/m 30 juni 2015 Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Tweede kwartaal 2015-1 april 2015 t/m 30 juni 2015 De maand dekkingsgraad ultimo juni is sterk gestegen t.o.v eind maart De beleidsdekkingsgraad is gedaald van

Nadere informatie

2012 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG

2012 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG 2012 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG 1 Toelichting op het jaarverslag In het Jaarverslag 2012 legt het pensioenfonds uitgebreid verantwoording af over de ontwikkelingen, besluiten en gebeurtenissen

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 EERSTE KWARTAAL 2017

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 EERSTE KWARTAAL 2017 KWARTAALVERSLAG EERSTE KWARTAAL 2017 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 31 maart 2017 bedroeg 110,3% Het rendement van 1 januari tot en met 31 maart 2017 bedroeg 1,2% Het pensioenvermogen per 31

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 DERDE KWARTAAL 2018

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 DERDE KWARTAAL 2018 KWARTAALVERSLAG DERDE KWARTAAL 2018 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 30 september 2018 bedroeg 120,7%. Het rendement van 1 juli tot en met 30 september 2018 bedroeg 0,6%. Het rendement van 1

Nadere informatie

Extra informatie pensioenverlaging

Extra informatie pensioenverlaging Extra informatie pensioenverlaging Wat is de invloed van de verlaging op mijn netto pensioen? Als u nog niet met pensioen bent, kunnen we u nu niet zeggen hoe uw netto pensioen

Nadere informatie

2009: een actief jaar met interessante ontwikkelingen

2009: een actief jaar met interessante ontwikkelingen Verkort jaarverslag 2009 2009: een actief jaar met interessante ontwikkelingen Het jaar 2009 stond in het teken van het treffen van maatregelen om de financiële positie van het fonds weer op het gewenste

Nadere informatie

Nieuws. Gezond maar alert. Pensioenfonds IN DIT NUMMER: Verkort jaarverslag. De financiële situatie van het pensioenfonds verbeterde in 2017.

Nieuws. Gezond maar alert. Pensioenfonds IN DIT NUMMER: Verkort jaarverslag. De financiële situatie van het pensioenfonds verbeterde in 2017. Pensioenfonds Verkort jaarverslag Gezond maar alert De financiële situatie van het pensioenfonds verbeterde in 2017. Nieuws IN DIT NUMMER: Augustus 2018 Hierdoor was het mogelijk de opgebouwde pensioenen

Nadere informatie

2e kwartaal 2016 Den Haag, juli 2016

2e kwartaal 2016 Den Haag, juli 2016 Kwartaalbericht 2e kwartaal 2016 Den Haag, juli 2016 Samenvatting cijfers per 30 juni 2016 Dekkingsgraad (UFR): 99,0% Beleidsdekkingsgraad: 99,6% Belegd vermogen: 23,3 miljard Rendement 1 e halfjaar 2016:

Nadere informatie

De wereld verandert. SPH Jaarbericht. Highlights van 2015

De wereld verandert. SPH Jaarbericht. Highlights van 2015 De wereld verandert. SPH Jaarbericht Highlights van 2015 Veranderingen vragen om wendbaarheid Vooraf De wereld om ons heen verandert, dat hebben we ook in 2015 ondervonden. De financiële markten bleven

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 DERDE KWARTAAL 2015

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 DERDE KWARTAAL 2015 KWARTAALVERSLAG DERDE KWARTAAL 2015 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 30 september 2015 bedroeg 112,6% Het rendement van 1 juli tot en met 30 september 2015 bedroeg -1,6% Het pensioenvermogen

Nadere informatie

Ballast Nedam Pensioenfonds. Informatiebijeenkomst Premievrijen en gepensioneerden. Theo Bruijninckx 1 november 2004

Ballast Nedam Pensioenfonds. Informatiebijeenkomst Premievrijen en gepensioneerden. Theo Bruijninckx 1 november 2004 Ballast Nedam Pensioenfonds Informatiebijeenkomst Premievrijen en gepensioneerden Theo Bruijninckx 1 november 2004 Onderwerpen Agendapunt 1: Jaarverslag 2003 Overzicht 2003 Herstelplan 2002 Agendapunt

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Tweede kwartaal april 2016 t/m 30 juni 2016

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Tweede kwartaal april 2016 t/m 30 juni 2016 Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Tweede kwartaal 2016-1 april 2016 t/m 30 juni 2016 De maandelijkse nominale dekkingsgraad ultimo juni is 101,7% en is gedaald ten opzichte van eind maart (101,8%);

Nadere informatie

Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan

Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan Dit financieel crisisplan is geschreven in het kader van artikel 145 van de Pensioenwet. Het crisisplan maakt deel uit van de beschrijving van de beheerste en integere

Nadere informatie

stichting pensioenfonds wonen

stichting pensioenfonds wonen stichting pensioenfonds wonen Verkort Jaarverslag 2007 Kerncijfers Aantallen per 31-12 2007 2006 Werkgevers 4.331 4.161 Deelnemers 33.009 31.705 Gewezen deelnemers 70.948 62.860 Gepensioneerden 8.468 7.735

Nadere informatie

Brochure Toeslagverlening

Brochure Toeslagverlening Brochure Toeslagverlening Toeslagverlening Waarom toeslagverlening? Toeslag is een manier om te zorgen dat de pensioenen hun koopkracht behouden. Toeslag wordt ook wel indexatie genoemd. Door pensioenen

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 DERDE KWARTAAL 2016

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 DERDE KWARTAAL 2016 KWARTAALVERSLAG DERDE KWARTAAL 2016 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 30 september 2016 bedroeg 107,9% Het rendement van 1 juli tot en met 30 september 2016 bedroeg 2,3% Het rendement van 1 januari

Nadere informatie

Verklaring beleggingsresultaten en verlaging pensioenen

Verklaring beleggingsresultaten en verlaging pensioenen Verklaring beleggingsresultaten en verlaging pensioenen Het bestuur van Stichting Pensioenfonds Randstad heeft medio februari 2014 moeten besluiten tot het doorvoeren van een pijnlijke maatregel. Om de

Nadere informatie

Kwartaalbericht 2e kwartaal 2009

Kwartaalbericht 2e kwartaal 2009 Kwartaalbericht 2e kwartaal 2009 Dekkingsgraad 100% Belegd vermogen 74,7 miljard Rendement tweede kwartaal 8,4% Herstelplan goedgekeurd In het tweede kwartaal heeft Pensioenfonds Zorg en Welzijn een rendement

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 EERSTE KWARTAAL 2016

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 EERSTE KWARTAAL 2016 KWARTAALVERSLAG EERSTE KWARTAAL 2016 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 31 maart 2016 bedroeg 109,6% Het rendement van 1 januari tot en met 31 maart 2016 bedroeg 5, Het pensioenvermogen per 31

Nadere informatie

Veel gestelde vragen kwartaalcijfers pensioenfondsen

Veel gestelde vragen kwartaalcijfers pensioenfondsen Veel gestelde vragen kwartaalcijfers pensioenfondsen 1. De kwartaalcijfers van de pensioenfondsen zijn negatief. Hoe komt dat? Het algemene beeld is dat het derde kwartaal, en dan in het bijzonder de maand

Nadere informatie

Toeslagverlening. Versie

Toeslagverlening. Versie Toeslagverlening Versie 25-02-2016 Versie 25-02-2016 Toeslagverlening (indexatie) Waarom toeslagverlening? Toeslag is een manier om te zorgen dat de pensioenen hun koopkracht behouden. Toeslag wordt ook

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 EERSTE KWARTAAL 2018

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 EERSTE KWARTAAL 2018 KWARTAALVERSLAG EERSTE KWARTAAL 2018 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 31 maart 2018 bedroeg 119,0%. Het rendement van 1 januari tot en met 31 maart 2018 bedroeg -0,6%. Het pensioenvermogen per

Nadere informatie

1e kwartaal 2016 Den Haag, 20 april 2016

1e kwartaal 2016 Den Haag, 20 april 2016 Kwartaalbericht 1e kwartaal 2016 Den Haag, 20 april 2016 Samenvatting cijfers per 31 maart 2016 Dekkingsgraad (UFR): 97,7% Beleidsdekkingsgraad: 102,0% Belegd vermogen: 21,9 miljard Rendement 1 e kwartaal

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Ballast Nedam

Stichting Pensioenfonds Ballast Nedam Stichting Pensioenfonds Ballast Nedam Windmolenproject Egmond, 2006 1 Deelnemersvergadering 28 september 2006 Agendapunt 4 Kernpunten 2005 Goed jaar, dekkingsgraad van 112,1% naar 117,1% gestegen, ondanks

Nadere informatie

Jaarlijks gemiddeld Cumulatief vanaf 1970 2008 Q2 2008 Q1 2008 Q4 2007 Q3 2007 Q2 2007 Dekkingsgraad (kwartaalultimo) 143% 137% 148% 153% 153%

Jaarlijks gemiddeld Cumulatief vanaf 1970 2008 Q2 2008 Q1 2008 Q4 2007 Q3 2007 Q2 2007 Dekkingsgraad (kwartaalultimo) 143% 137% 148% 153% 153% Kwartaalbericht 2e kwartaal 2008 Dekkingsgraad op 143% Rendement 0,2% in tweede kwartaal Belegd vermogen 86,3 miljard Klein positief resultaat in moeilijke markt In het tweede kwartaal is een totaalrendement

Nadere informatie

Toeslagverlening. Versie

Toeslagverlening. Versie Toeslagverlening Versie 07-10-2016 Versie 07-10-2016 Toeslagverlening (indexatie) Waarom toeslagverlening? Toeslag is een manier om te zorgen dat de pensioenen hun koopkracht behouden. Toeslag wordt ook

Nadere informatie

Stichting Metro Pensioenfonds Populair jaarverslag 2008

Stichting Metro Pensioenfonds Populair jaarverslag 2008 Stichting Metro Pensioenfonds Populair jaarverslag 2008 blad 1 van 7 Het Metro Pensioenfonds Hieronder eerst een aantal bijzonderheden over het Metro Pensioenfonds. Het Metro Pensioenfonds is opgericht

Nadere informatie

Terugblik 2011 in cijfers

Terugblik 2011 in cijfers Terugblik 2011 in cijfers U vindt hier een samenvatting van het jaarverslag 2011. Het volledige jaarverslag kunt u downloaden via www.pensioenfondsricohnederland.nl. Financiële situatie Door de kredietcrisis

Nadere informatie

Toeslagverlening. Versie

Toeslagverlening. Versie Toeslagverlening Versie 23-02-2017 Versie 23-02-2017 Toeslagverlening Waarom toeslagverlening? Toeslag is een manier om te zorgen dat de pensioenen hun koopkracht behouden. Toeslag wordt ook wel indexatie

Nadere informatie

Uw persoonlijke gegevens De heer X. Deelnemer Geboren op: 2 januari 1972 Deelnemersnummer: Uw partner Y. Partner Geboren op: 5 februari 1975

Uw persoonlijke gegevens De heer X. Deelnemer Geboren op: 2 januari 1972 Deelnemersnummer: Uw partner Y. Partner Geboren op: 5 februari 1975 pagina 1 van 7 Uniform Pensioenoverzicht 2019 Stand per: 1 januari 2019 Uw persoonlijke gegevens De heer X. Deelnemer Geboren op: 2 januari 1972 Deelnemersnummer: 999999 Relatienummer: xyz123456 Uw partner

Nadere informatie

RBS pensioen update. Van premie tot pensioen

RBS pensioen update. Van premie tot pensioen RBS pensioen update Van premie tot pensioen Hoe is uw pensioen opgebouwd? Waarom zitten veel pensioenfondsen nu in de problemen? Hoe ziet de toekomst van pensioen in Nederland eruit? In deze RBS Pensioen

Nadere informatie

Later AOW en pensioen

Later AOW en pensioen Pensioenflits Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Betonproductenindustrie + Verkort jaarverslag Juli 2017 De Pensioenflits is een uitgave van uw Bedrijfstakpensioenfonds voor de Betonproductenindustrie

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal juli 2014 t/m 30 september 2014

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal juli 2014 t/m 30 september 2014 Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal 2014-1 juli 2014 t/m 30 september 2014 Nominale dekkingsgraad is gedaald van 123,1% naar 117,0% Beleggingsrendement is 1,8%, Obligaties stegen

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 VIERDE KWARTAAL 2017

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 VIERDE KWARTAAL 2017 KWARTAALVERSLAG VIERDE KWARTAAL 2017 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 31 december 2017 bedroeg 117,2% Het rendement van 1 oktober tot en met 31 december 2017 bedroeg 3,0% Het rendement van 1

Nadere informatie

Samenvatting: positief sentiment en gewijzigde rekenrente (UFR) stuwen dekkingsgraad

Samenvatting: positief sentiment en gewijzigde rekenrente (UFR) stuwen dekkingsgraad Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal 2012-1 juli 2012 t/m 30 september 2012 Samenvatting: positief sentiment en gewijzigde rekenrente (UFR) stuwen dekkingsgraad Nominale dekkingsgraad

Nadere informatie

Het jaarverslag 2014 samengevat

Het jaarverslag 2014 samengevat Het jaarverslag 2014 samengevat Uw pensioenfonds blikt terug én vooruit Deelnemers 1.711 In 2014 verdiende het fonds 55,1 miljoen dankzij beleggen. Dat bedrag staat voor een rendement van 20,1%. Het fonds

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal oktober 2013 t/m 31 december Samenvatting: stijgende aandelen

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal oktober 2013 t/m 31 december Samenvatting: stijgende aandelen Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Vierde kwartaal 2013-1 oktober 2013 t/m 31 december 2013 Samenvatting: stijgende aandelen Nominale dekkingsgraad gestegen van 120,6% naar 123,0% Reële

Nadere informatie

VERKORT JAARVERSLAG 2016

VERKORT JAARVERSLAG 2016 VERKORT JAARVERSLAG 2016 2016: wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen van 2016 bij Pensioenfonds TNT Express? U leest het in deze verkorte en vereenvoudigde versie van het jaarverslag. Het volledige

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 DERDE KWARTAAL 2017

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 DERDE KWARTAAL 2017 KWARTAALVERSLAG DERDE KWARTAAL 2017 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 30 september 2017 bedroeg 114,8% Het rendement van 1 juli tot en met 30 september 2017 bedroeg 1,4% Het rendement van 1 januari

Nadere informatie

Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan

Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan Dit financieel crisisplan is geschreven in het kader van artikel 145 van de Pensioenwet. Het crisisplan maakt deel uit van de beschrijving van de beheerste en integere

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal 2015-1 april 2015 t/m 30 juni 2015. Samenvatting:

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal 2015-1 april 2015 t/m 30 juni 2015. Samenvatting: Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Tweede kwartaal 2015-1 april 2015 t/m 30 juni 2015 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad is fors gestegen van 105,7% naar 115,4%. Dit komt

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal 2014-1 januari 2014 t/m 31 maart 2014. Samenvatting: stijgende aandelen

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal 2014-1 januari 2014 t/m 31 maart 2014. Samenvatting: stijgende aandelen Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Eerste kwartaal 2014-1 januari 2014 t/m 31 maart 2014 Samenvatting: stijgende aandelen Nominale dekkingsgraad gestegen van 123,0% naar 123,6% Reële dekkingsgraad

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Vierde kwartaal oktober 2016 t/m 31 december Samenvatting:

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Vierde kwartaal oktober 2016 t/m 31 december Samenvatting: Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Vierde kwartaal 2016-1 oktober 2016 t/m 31 december 2016 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad ultimo december is 108,4% en is gestegen ten opzichte

Nadere informatie

Bijlage 17 e Nieuwsbrief Stichting Pensioenfonds Croda

Bijlage 17 e Nieuwsbrief Stichting Pensioenfonds Croda Bijlage 17 e Nieuwsbrief Stichting Pensioenfonds Croda Toelichting en aanvullende onderwerpen Indexatie Bij indexatie streeft het bestuur er naar om de pensioenen van de actieve deelnemers te verhogen

Nadere informatie

Een nieuwe keuze in pensioenoplossingen. ICK Beschikbare Premieregeling

Een nieuwe keuze in pensioenoplossingen. ICK Beschikbare Premieregeling Een nieuwe keuze in pensioenoplossingen voor de ICK-branche ICK Beschikbare Premieregeling ICK Beschikbare Premieregeling 2 De ICK-branche verbreedt het aanbod op het gebied van pensioen. Naast de bestaande

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 VIERDE KWARTAAL 2016

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 VIERDE KWARTAAL 2016 KWARTAALVERSLAG VIERDE KWARTAAL 2016 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 31 december 2016 bedroeg 108,0% Het rendement van 1 oktober tot en met 31 december 2016 bedroeg -2,8% Het rendement van 1

Nadere informatie

Verkort jaarverslag 2013

Verkort jaarverslag 2013 Verkort jaarverslag 2013 Uitgave van Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Houtverwerkende Industrie en Jachtbouw Voorwoord 2013 was een bijzonder jaar. Het was het eerste jaar samen voor het Pensioenfonds

Nadere informatie

27 september Deelnemersvergadering

27 september Deelnemersvergadering 27 september 2007 Deelnemersvergadering Kernpunten 2006 Goed jaar, dekkingsgraad van 117,1% naar 122,7% Geen herstelplan meer nodig in 2007 Indexatie in 2006 verleend over 2005 van: - 0,63% voor de actieve

Nadere informatie

De marktwaardedekkingsgraad per 30 juni 2015 was 135,1%. Dit is een toename van 5,7% ten opzichte van 31 maart 2015.

De marktwaardedekkingsgraad per 30 juni 2015 was 135,1%. Dit is een toename van 5,7% ten opzichte van 31 maart 2015. Kwartaalbericht 2015 Samenvatting De marktwaardedekkingsgraad per 30 juni 2015 was 135,1%. Dit is een toename van 5,7% ten opzichte van 31 maart 2015. De reële dekkingsgraad ultimo tweede kwartaal was

Nadere informatie

Nieuws. Een fonds in goede conditie IN DIT NUMMER: Verkort jaarverslag

Nieuws. Een fonds in goede conditie IN DIT NUMMER: Verkort jaarverslag Verkort jaarverslag Een fonds in goede conditie In deze nieuwsbrief blikken we terug op 2016. Wat waren de belangrijkste ontwikkelingen? Op alle beleidsterreinen is er hard gewerkt in 2016. We hebben het

Nadere informatie

Buitengewone vergadering van deelnemers 22 november 2010

Buitengewone vergadering van deelnemers 22 november 2010 Buitengewone vergadering van deelnemers 22 november 2010 Agenda 1. Opening, mededelingen en ingekomen stukken 2. Pensioenregeling uitgevoerd door BNPF 3. Vergelijking andere pensioenfondsen 4. Herstelplan

Nadere informatie

Ontwikkelingen in 2012

Ontwikkelingen in 2012 1 Jaarbericht 2012 Ontwikkelingen in 2012 2012 was, in alle opzichten, weer een bewogen jaar. We kregen onder meer te maken met hectische ontwikkelingen op de financiële markten, met veranderingen in de

Nadere informatie

Verkort Jaarverslag 2013

Verkort Jaarverslag 2013 Verkort Jaarverslag Han Thoman: Ons bestuur is zich echt goed bewust van de risico s die het pensioenfonds loopt. Voorzitter Han Thoman Onze financiële positie is redelijk maar moet nog beter Een jaar

Nadere informatie

Toeslag- verlening Uitgave mei 2015

Toeslag- verlening Uitgave mei 2015 Toeslagverlening Uitgave mei 2015 Disclaimer De in deze brochure verstrekte informatie van Stichting Pensioenfonds DSM Nederland, gevestigd te Heerlen (het pensioenfonds ) is van algemene aard, uitsluitend

Nadere informatie

Hoe is uw pensioen geregeld?

Hoe is uw pensioen geregeld? Hoe is uw pensioen geregeld? De Ahold Pensioenregeling 2015 Geachte heer, mevrouw, Welkom bij Ahold Pensioenfonds! Als u 21 jaar of ouder bent, bouwt u vanaf uw datum in dienst pensioen bij ons op. Dit

Nadere informatie

In september 2016 werd het contract met Syntrus Achmea Pensioenbeheer opgezegd. In 2017 werd een nieuwe pensioenuitvoeringsorganisatie

In september 2016 werd het contract met Syntrus Achmea Pensioenbeheer opgezegd. In 2017 werd een nieuwe pensioenuitvoeringsorganisatie 2017in vogelvlucht Deelnemers Financieel Beleggingen Kosten Communicatie In juni 2018 hebben we ons jaarverslag 2017 uitgebracht. We hebben de belangrijkste ontwikkelingen van 2017 voor u samengevat. Het

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 TWEEDE KWARTAAL 2017

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 TWEEDE KWARTAAL 2017 KWARTAALVERSLAG TWEEDE KWARTAAL 2017 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 30 juni 2017 bedroeg 112,5% Het rendement van 1 april tot en met 30 juni 2017 bedroeg 0,8% Het rendement van 1 januari tot

Nadere informatie

Gelden de kortingen op het pensioen per en voor beide regelingen?

Gelden de kortingen op het pensioen per en voor beide regelingen? Veelgestelde vragen DE KORTINGEN Gelden de kortingen op het pensioen per 1-9-2016 en 1-3-2017 voor beide regelingen? Ja, de kortingen gelden zowel voor de middelloon als de CDC regeling, ongeacht het afgesproken

Nadere informatie

Verslag bijeenkomst SVG 9 maart 2016

Verslag bijeenkomst SVG 9 maart 2016 Verslag bijeenkomst SVG 9 maart 2016 Op woensdagmiddag 9 maart, aansluitend aan de jaarbijeenkomst van de Vereniging Gepensioneerden Getronics (VGG), organiseerde Stichting Voorzieningsfonds Getronics

Nadere informatie

Update! WIJZIGINGEN PENSIOENREGELING PER 1 JANUARI 2015. bpfhibin.nl

Update! WIJZIGINGEN PENSIOENREGELING PER 1 JANUARI 2015. bpfhibin.nl Update! bpfhibin.nl stichting bedrijfstakpensioenfonds voor de handel in bouwmaterialen December 2014 Kunt u uw werknemers uitleggen wat er per 1 januari 2015 is veranderd aan hun pensioen? WIJZIGINGEN

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal oktober 2015 t/m 31 december Samenvatting:

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal oktober 2015 t/m 31 december Samenvatting: Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Vierde kwartaal 2015-1 oktober 2015 t/m 31 december 2015 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad is gestegen van 103,7% naar 106,3%; De beleidsdekkingsgraad

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds SABIC Innovative Plastics. Verkort Jaarverslag 2009

Stichting Pensioenfonds SABIC Innovative Plastics. Verkort Jaarverslag 2009 Stichting Pensioenfonds SABIC Innovative Plastics Verkort Jaarverslag 2009 Inleiding 2009 is voor de Stichting Pensioenfonds SABIC Innovative Plastics (hierna Pensioenfonds SABIC-IP) weer een bijzonder

Nadere informatie