Resultaten van 10 jaar preïmplantatiegenetische diagnostiek in Nederland
|
|
- Leen Goossens
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Oorspronkelijke stukken Resultaten van 10 jaar preïmplantatiegenetische diagnostiek in Nederland c.e.m.de die-smulders, j.a.land, j.c.f.m.dreesen, e.coonen, j.l.h.evers en j.p.m.geraedts* Preïmplantatiegenetische diagnostiek (PGD) werd ruim 10 jaar geleden geïntroduceerd als alternatief voor prenatale diagnostiek voor paren met een hoog risico op nageslacht met een ernstige erfelijke aandoening. 1 PGD is een methode waarbij enkele dagen na de bevruchting genetisch onderzoek wordt verricht van 1 of 2 cellen, die gebiopteerd zijn van een 4-10-cellig embryo, dat totstandgekomen is via in-vitrofertilisatie (IVF). Alleen embryo s die niet zijn aangedaan met de onderzochte aandoening worden in utero geplaatst. 2 In 1998 publiceerden wij in dit tijdschrift de eerste resultaten van PGD in Nederland. 3 Wij rapporteren hier de gegevens en de resultaten van de PGD-behandelingen bij de patiënten die in de periode 1993/ 03 werden verwezen naar het Academisch Ziekenhuis Maastricht (AZM), de enige kliniek in Nederland waar PGD is toegestaan. 4 patiënten en methode Patiënten. Patiënten worden in de regel verwezen voor PGD door een van de 8 klinisch-genetische centra, door een gynaecoloog of door hun huisarts. Voorwaarden voor PGD zijn dat de genetische diagnose in de familie zeker is, dat er een hoog risico is op een ernstige aandoening en dat PGD voor de betreffende aandoening in principe technisch mogelijk is of ontwikkeld kan worden. 4-6 Bij paren die kiezen voor PGD is veelal aanvullend chromosomaal onderzoek of DNA-onderzoek nodig, dat 3-12 maanden duurt, afhankelijk van het feit of er nieuwe onderzoeksmethoden moeten worden getest. Tevens wordt nagegaan of de vrouw, indien zij een autosomaal dominante aandoening heeft of indien zij draagster is van een aan het X-chromosoom gebonden aandoening, symptomen toont die kunnen interfereren met de IVF-behandeling en een verhoogd risico op complicaties geven. Ovariële hyperstimulatie in het kader van PGD is hetzelfde als bij reguliere IVF. Echter, tot follikelpunctie werd bij PGD pas overgegaan bij een minimum van 8 follikels van voldoende afmetingen, terwijl dit aantal voor de reguliere IVF in het AZM 3 was. Op de derde Zie ook het artikel op bl samenvatting Doel. Rapporteren van de gegevens van de paren die wegens een duidelijk verhoogd risico op nakomelingen met een ernstige genetische aandoening voor preïmplantatiegenetische diagnostiek (PGD) werden verwezen en behandeld. Opzet. Beschrijvend, prospectief. Methode. Gegevens werden verzameld van de paren bij wie PGD was verricht in 1993/ 03 in het Academisch Ziekenhuis Maastricht. Aan een embryo dat totstandgekomen was via in-vitrofertilisatie (IVF) werd enkele dagen na de bevruchting genetisch onderzoek verricht. Vervolgens werden 1 of 2 nietaangedane embryo s in utero geplaatst. Fluorescentie-in-situhybridisatie (FISH) werd toegepast voor geslachtsbepaling bij een verhoogd risico op een jongen met een aan het X-chromosoom gebonden erfelijke aandoening, en voor de detectie van structurele chromosoomafwijkingen. PCR werd gebruikt voor de mutatiedetectie en/of markeranalyse van monogene aandoeningen. Resultaten. Er werden 691 paren verwezen voor PGD. De meest voorkomende indicaties waren de geslachtsgebonden aandoeningen (30%), met name het fragiele-x-syndroom, Duchenne- of Becker-spierdystrofie en hemofilie A of B; verder autosomaal dominante aandoeningen (26%), vooral de ziekte van Huntington en myotone dystrofie, en structurele chromosoomafwijkingen (24%). Er ondergingen 120 vrouwen 260 PGD-behandelingscycli. In 158 cycli was een embryotransfer mogelijk, resulterend in 45 doorgaande zwangerschappen. Dit is een zwangerschapscijfer van 17% per gestarte cyclus en 28% per cyclus met embryotransfer. Er werden tot en met december eenlingen, 8 tweelingen en 1 drieling geboren. Er waren geen misdiagnosen en geen van de kinderen had aangeboren afwijkingen. Conclusie. PGD was betrouwbaar en succesvol toegepast met zwangerschapscijfers die overeenkomen met die bij IVF en intracytoplasmatische sperma-injectie (ICSI). Bij de preconceptionele counseling van paren met een verhoogd genetisch risico dient PGD als alternatief genoemd te worden, met name bij aandoeningen waarvoor de methode routinematig toegepast kan worden, zoals de ziekte van Huntington, myotone dystrofie, cystische fibrose, spinale spieratrofie, het fragiele- X-syndroom, en bij structurele chromosoomafwijkingen. *Namens de werkgroep Preïmplantatiegenetische Diagnostiek AZM, waarvan de leden aan het einde van dit artikel staan vermeld. Academisch Ziekenhuis, Postbus 5800, 6202 AZ Maastricht. Afd. Klinische Genetica: mw.dr.c.e.m.de Die-Smulders, klinisch geneticus; hr.j.c.f.m.dreesen, analist; mw.dr.e.coonen, klinisch embryoloog; hr.prof.dr.j.p.m.geraedts, antropogeneticus. Afd. Obstetrie en Gynaecologie: mw.dr.j.a.land en hr.prof.dr.j.l.h. Evers, gynaecologen. Correspondentieadres: mw.dr.c.e.m.de Die-Smulders (christine.dedie@gen.unimaas.nl). dag na de fertilisatie worden 1 of 2 blastomeren verwijderd. Bij diagnostiek met de fluorescentie-in-situhybridisatie(fish)-methode wordt IVF toegepast; FISH wordt gebruikt voor geslachtsgebonden recessief erfelijke aandoeningen waarvan het specifieke gendefect niet bekend is of waarbij er sprake is van een (te) grote verscheidenheid aan mutaties, en bij de diagnostiek van structurele chromosoomafwijkingen. 7 Bij de polymerasekettingreactie (PCR) wordt altijd intracytoplasmati- Ned Tijdschr Geneeskd december;148(50) 2491
2 sche sperma-injectie (ICSI) toegepast, om contaminatie van het diagnostisch monster met zaadcellen uit de zona pellucida bij de fertilisatie te voorkomen; PCR wordt gebruikt voor de mutatiedetectie en/of markeranalyse van monogene aandoeningen, zoals cystische fibrose (CF), spinale musculaire atrofie (SMA) en een aantal trinucleotiderepeatziekten (fragiele-x-syndroom, myotone dystrofie, ziekte van Huntington en spinocerebellaire ataxie type 3 (SCA3)) tot 30 uur na de embryobiopsie vindt de transfer van 1 of 2 niet-aangedane embryo( s) plaats. Prenatale diagnostiek ter confirmatie van de PGD-uitslag wordt altijd aangeboden. Methode. De gegevens van de patiënten die in de periode 1993/ 03 voor PGD-behandeling werden verwezen naar het AZM, werden prospectief verzameld. TABEL 1. Aandoeningen naar erfmodus als indicatie voor preïmplantatiegenetische diagnostiek (PGD) bij 691 paren* in de periode 1993/ 03; aangegeven zijn aantallen (%) indicaties autosomaal dominante aandoeningen 180 (26) autosomaal recessieve aandoeningen 128 (18) geslachtsgebonden aandoeningen 210 (30) structurele chromosoomafwijkingen 165 (24) mitochondriële aandoeningen 2 ( 1) andere 10 (2) totaal 695 (100) *Er hadden 4 paren 2 indicaties die beide apart werden meegeteld; 2 maal waren man en vrouw beiden drager van een translocatie, 1 paar had een verhoogd risico op een kind met cystische fibrose en op een met het fragiele-x-syndroom, en 1 paar had een verhoogd risico op een kind met cystische fibrose en op een met het downsyndroom. Er was 5 maal mutatieonderzoek gevraagd waarbij het embyro wordt onderzocht en niet de ouder die 50% risico op de betreffende aandoening heeft: 4 maal bij de ziekte van Huntington en 1 maal bij erfelijke preseniele dementie. Er was 5 maal PGD gevraagd met HLA-typering: 3 maal bij Fanconianemie, 1 maal bij β-thalassemie en 1 maal bij een eerder kind met chronische myeloïde leukemie. resultaten Verwijzingen. Er werden 691 paren verwezen voor PGD (tabel 1). Het aantal verwijzingen was 30 in 1994 en stabiliseerde zich de laatste jaren tot circa 100 per jaar. De meest voorkomende indicatie voor verwijzing was een verhoogd risico op een geslachtsgebonden aandoening (30%); het ging daarbij vooral om het fragiele-xsyndroom (n = 70), Duchenne- of Becker-spierdystrofie (n = 38) en hemofilie A of B (n = 26). In de groep van autosomaal dominante aandoeningen (26%) waren de meest voorkomende indicaties de ziekte van Huntington (n = 60) en myotone dystrofie (n = 58); in de groep van autosomaal recessieve aandoeningen (18%) waren dit CF (n = 63) en SMA (n = 34) en in de groep van chromosomale afwijkingen (24%) een reciproke translocatie bij een van beide partners (n = 102). Er vroegen 2 paren om PGD in verband met een verhoogd risico op een kind met een mitochondriële aandoening. Er startten 120 paren (17%) daadwerkelijk met PGD. Van de 691 paren zagen 306 (44%) af van PGD na ontvangst van de schriftelijke informatie of na het intakegesprek; voor 132 (19%) was PGD technisch niet mogelijk en 63 (9%) paren bleken niet geschikt te zijn voor IVF. Voor 42 (6%) werd de indicatie niet akkoord bevonden. Van de 691 aangemelde vrouwen werden er 28 (4%) op natuurlijke wijze zwanger voordat zij daadwerkelijk startten met PGD. Behandelde paren. In totaal werden er bij 120 paren 260 PGD-cycli gestart (tabel 2). Er hadden 15 paren naast een genetisch probleem ook een verminderde vruchtbaarheid. Vóór de follikelpunctie werden 66 (25%) cycli afgebroken. Een follikelpunctie vond plaats in 194, een embryobiopsie in 189 en een embryotransfer in 158 van de gestarte cycli. In 40 cycli werd 1 embryo in de baarmoeder geplaatst, in 111 cycli 2 embryo s en in 7 cycli (alle vóór 2000) 3 embryo s. In 11 gevallen resteerden na transfer van gezonde embryo s nog embryo s van voldoende kwaliteit voor cryopreservatie. Er werden 5 transfers van ontdooide embryo s uitgevoerd, die niet resulteerden in een zwangerschap. Er vond geen transfer plaats in 31 cycli: in 29 gevallen omdat er na analyse alleen aangedane embryo s waren en 2 maal werden de embryo s vóór de biopsie ingevroren wegens overstimulatie respectievelijk onvoldoende endometriumopbouw. Embryo s werden bij voorkeur vóór biopsie ingevroren, omdat de overlevingskansen van gebiopteerde en ingevroren embryo s gering waren. Er werden 1333 embryo s onderzocht: 654 (49%) met PCR en 679 (51%) met FISH (tabel 3). Bij 11% van de embryo s was het onderzoeksresultaat niet goed interpreteerbaar of kon geen (eenduidig) resultaat worden verkregen. Dit kwam in de PCR-groep vaker voor dan in de FISH-groep (15 versus 6%). Bij de indicatie structurele chromosomale afwijking was 72% (163/226) van de embryo s aangedaan. Zwangerschappen. Er was 51 maal een positieve zwangerschapstest, bij 44 vrouwen; 6 maal (12%) trad een miskraam op. Er waren 45 doorgaande zwangerschappen, dat is 17% per gestarte cyclus en 28% per cyclus met embryotransfer; daarvan waren 9 tweelingzwangerschappen (alle diamniotisch dichoriaal) en 2 drielingzwangerschappen, beide na transfer van 2 embryo s (beide waren een monochoriale, diamnotische, dus monozygote tweeling en een eenling) (zie tabel 2). In december 2003 waren 38 vrouwen inmiddels bevallen en 7 zwangerschappen waren nog gaande. Er waren 48 kinderen geboren: 29 eenlingen, 8 tweelingen en 1 drieling, 9 jongens en 39 meisjes. Bij geen van de geboren kinderen waren post partum aangeboren afwijkingen geconstateerd. In één zwangerschap overleed het kind intra-uterien bij 37 weken; er waren geen uitwendige afwijkingen geconstateerd en er was geen oorzaak voor de intra-uteriene sterfte vastgesteld. De PGD-diagnose werd postnataal bevestigd: de jongen was drager van dezelfde gebalanceerde translocatie als zijn moeder. In de doorgaande drielingzwangerschap overleed 1 van de 2 kinderen van de monochoriale tweeling bij een amenorroeduur van 32 weken in utero, waarna alsnog een gezonde dochter en een gezonde zoon waren geboren. Bij obductie van het intra-uterien overleden meisje waren geen afwijkingen gevonden Ned Tijdschr Geneeskd december;148(50)
3 TABEL 2. Aantal patiënten die waren gestart met preïmplantatiegenetische diagnostiek (PGD), gestarte cycli, follikelpuncties, embryotransfers, zwangerschappen en geboren kinderen; 1993/ 03 diagnostische methode patiënten gestarte follikel- embryo- doorgaande zwangerschappen kinderen meerlingen en aandoening cycli puncties transfers percentage per gestarte cyclus embryotransfer PCR-methode autosomaal dominante aandoeningen ziekte van Huntington 20* tweelingen myotone dystrofie spinocerebellaire ataxie type 3 tubereuze sclerose type polyposis coli totaal autosomaal recessieve aandoeningen cystische fibrose spinale spieratrofie tweeling Fanconi-anemie tyrosinehydroxylase deficiëntie totaal geslachtsgebonden aandoeningen fragiele-x-syndroom drieling FISH-methode geslachtsgebonden tweelingen aandoeningen structurele chromosoomafwijkingen totaal tweelingen, 1 drieling PCR = polymerasekettingreactie; FISH = fluorescentie-in-situhybridisatie. *2 patiënten waren voor een 2e maal met PGD gestart na een gezond PGD-kind. Bij echografie was er 1 drieling bestaande uit een monochoriale tweeling en een aparte vruchtzak; er vond reductie plaats tot een eenling. 1 patiënt was voor een 2e maal met PGD gestart na een miskraam; 3 patiënten waren voor de 2e maal met PGD gestart na een gezond PGD-kind. 1 patiënt was voor een 2e maal met PGD gestart na een gezond PGD-kind. Er kozen 4 paren voor een vruchtwateronderzoek ter confirmatie van de PGD-diagnose en/of chromosomaal onderzoek in verband met een verhoogde leeftijd van de moeder. De uitslagen van de prenatale onderzoeken waren alle normaal. Postnatale bevestiging van de PGD-diagnose vond 3 maal plaats. Er waren tot nu toe geen misdiagnosen, en bij alle PGD-behandelingen voor X-gebonden aandoeningen waren meisjes geboren. beschouwing PGD is de afgelopen jaren succesvol en betrouwbaar toegepast in het AZM. De verdeling van de verwijzingen over de verschillende indicatiecategorieën komt globaal overeen met die in buitenlandse centra Er is de laatste jaren vooral een toenemende vraag naar PGD van paren van wie een van beiden drager is van een structurele chromosomale afwijking, meestal van een translocatie, en die een (sterk) verhoogde kans hebben op miskramen, op een doorgaande zwangerschap van een afwijkende vrucht en/of op oligospermie, wat op zich al een indicatie voor ICSI vormt. 14 Van de 58 paren die verwezen werden wegens myotone dystrofie was de vrouw in 60% van de gevallen aangedaan en de man in 40%. Vrouwen met myotone dystrofie worden sinds 1997 niet meer toegelaten tot het PGD-programma in Maastricht. De achtergrond is dat zij mogelijk een verhoogd risico hebben op problemen (met name hartritmestoornissen) bij de follikelpunctie. 15 Er werd 5 maal een niet-onthullend onderzoek ( non-disclosure -onderzoek) gevraagd in verband met een autosomaal dominante aandoening in de familie (zie tabel 1). Hierbij wordt mutatieonderzoek gedaan bij een embryo van een ouder die zelf 50% risico heeft op de betreffende autosomaal dominante aandoening zonder dat die ouder zichzelf laat testen. Na één of meerdere PGDbehandelingen is echter de status van de ouder met het verhoogde risico bij de onderzoekers bekend: als er één of meerdere aangedane embryo s gevonden worden, is Ned Tijdschr Geneeskd december;148(50) 2493
4 TABEL 3. Resultaten van preïmplantatiegenetische diagnostiek, 1993/ 03: embryogegevens per indicatiecategorie; vermeld zijn aantallen (%) onderzochte normaal drager aangedaan of geen resultaat embryo s abnormaal of niet-interpreteerbaar PCR-methode 654 (100) 256 (39) 93 (14) 205 (31) 100 (15) autosomaal dominante aandoeningen ziekte van Huntington nvt myotone dystrofie nvt 41 9 spinocerebellaire ataxie nvt 11 3 tubereuze slerose type nvt 8 0 polyposis coli 2 0 nvt 2 0 autosomaal recessieve aandoeningen cystische fibrose spinale spieratrofie nvt 6 15 Fanconi-anemie geslachtsgebonden aandoeningen fragiele-x-syndroom 28 7 nvt 14 7 FISH-methode 679 (100) 196 (29) nvt 440 (65) 43 (6) geslachtsgebonden aandoeningen vrouwelijk nvt 176 mannelijk abnormaal structurele chromosoomafwijkingen nvt totaal 1333 (100) 452 (34) 93 (7) 645 (48) 143 (11) nvt = niet van toepassing; PCR = polymerasekettingreactie; FISH = fluorescentie-in-situhybridisatie. het zeker dat de risicodragende ouder gendrager is. Als er bij PGD-analyse vele niet-aangedane embryo s gevonden worden, daalt echter het risico op gendragerschap. In geen van beide situaties kan deze conclusie besproken worden met het paar, gezien de wens om niet geïnformeerd te zijn over de eigen ziektestatus. 16 Door de werkgroep PGD AZM is besloten non-disclosureonderzoek niet aan te bieden, gezien de vele ethische en praktische problemen. Er vroegen 5 paren om PGD toe te passen met als doel een kind te creëren dat HLA-identiek was aan en als stamceldonor kon fungeren voor hun zieke kind. Hun verzoek werd afgewezen, onder andere omdat de slagingskans van PGD voor deze indicatie erg laag is. Als de HLA-typering gecombineerd wordt met mutatiedetectie voor een autosomaal recessieve aandoening, komen slechts 3/16 van alle onderzochte embryo s in aanmerking voor plaatsing. Immers, gemiddeld drievierde van de onderzochte embryo s is niet aangedaan met de betreffende aandoening en daarvan zal eenvierde HLA-identiek zijn aan het zieke kind. Bovendien bestaat er een aantal morele problemen bij de toepassing van deze methode, zoals de vraag of het acceptabel is om een kind dat daarover zelf niet kan beslissen te laten fungeren als donor, en of het ethisch aanvaardbaar is om een kind te verwekken, (puur) om als donor te fungeren. Volgens het Planningsbesluit Klinisch-genetisch onderzoek en erfelijkheidsadvisering is de toepassing van deze techniek sinds 2003 officieel verboden. 4 Echter, de ethische discussie is daarmee in Nederland nog niet gesloten. 17 Van de 70 paren die verwezen werden wegens een verhoogd risico op nakomelingen met het fragiele-xsyndroom werden er slechts 5 behandeld. Uit eerder pilotonderzoek bij voor PGD verwezen fragiele-xdraagsters bleek dat 62% van hen een verhoogde basale waarde voor follikelstimulerend hormoon (FSH) had, wat wijst op een verminderde ovariële reserve en een lagere kans op zwangerschap, hetgeen in overeenstemming is met de literatuur Bij de counseling van deze draagsters moet hiermee rekening gehouden worden. De kans op een doorgaande zwangerschap na PGD was per gestarte cyclus 17% en per embryotransfer 28%. Dit is vergelijkbaar met de resultaten van IVF/ICSI in Nederland in de periode en met de resultaten van buitenlandse PGD-centra. Het percentage voortijdig afgebroken PGD-cycli was relatief hoog (25%), in vergelijking met de Nederlandse cijfers voor IVF (11%) en ICSI (8%). 20 Dit hoge percentage afgebroken cycli hangt samen met het hogere minimumaantal follikels dat voor PGD vereist is. Het percentage meerlingen in de doorgaande zwangerschappen was 22, waaronder 2 monozygote tweelingen als deel van een drielingzwangerschap. De Europese PGD-registratie rapporteerde 31% meerlingen. 13 Het is al langer bekend dat geassisteerde voortplanting behalve tot een toegenomen incidentie van dizygote tweelingen waarschijnlijk ook leidt tot een toename van het aantal monozygote tweelingen. 22 Het is onbekend of dit risico verder toeneemt na PGD, waarbij immers tijdens de biopsie de zona pellucida ruim geopend wordt. Bij de paren die PGD ondergingen in verband met een verhoogd risico op chromosomaal afwijkend nageslacht, was het percentage afwijkende embryo s met 72% opvallend hoog (zie tabel 3). Waarschijnlijk is er bij een subgroep van dragers van een structurele chromosomale afwijking een voorkeur voor een segregatiepatroon van de chromosomen dat resulteert in aneuploïdie en/of een neiging tot de vorming van embryo s met een chaotisch chromosoompatroon Ned Tijdschr Geneeskd december;148(50)
5 conclusie PGD is de laatste jaren een betrouwbare behandelingsmethode gebleken met zwangerschapspercentages die vergelijkbaar zijn met die van IVF en ICSI. Bij de preconceptionele counseling van paren met een verhoogd genetisch risico dient de mogelijkheid van PGD overwogen te worden, zeker als er tevens sprake is van een verminderde fertiliteit of een belaste reproductieve anamnese en met name bij aandoeningen waarvoor de methode routinematig toegepast kan worden, zoals de ziekte van Huntington, myotone dystrofie, SCA3, CF, SMA, het fragiele-x-syndroom en chromosomale afwijkingen. Het feit dat een selectieve zwangerschapsafbreking kan worden vermeden is voor vele paren een groot voordeel van PGD ten opzichte van prenatale diagnostiek. Het nadeel van PGD is echter de noodzaak IVF of ICSI toe te passen bij meestal normaal vruchtbare paren, met de inherente fysieke en psychische belasting, met name voor de vrouw, en de relatief lage kans op zwangerschap. Er wordt op dit moment geïnvesteerd in het uitbreiden en het optimaliseren van de technieken, waardoor PGD breder toepasbaar zal worden. Tevens wordt, in internationaal verband, de betrouwbaarheid van PGD verder onderzocht. Langetermijnfollow-uponderzoek van na PGD geboren kinderen is noodzakelijk om de veiligheid van de methode definitief aan te tonen. In de werkgroep Preïmplantatiegenetische Diagnostiek AZM zaten, behalve de auteurs: M.Drüsedau, analist; dr.j.c.m. Dumoulin, klinisch embryoloog; dr.g.a.j.dunselman, gynaecoloog; dr.j.engelen, klinisch cytogeneticus; dr.j.herbergs, klinisch-moleculair geneticus; dr.r.lulofs, psycholoog; N. Muntjewerff, arts; prof.dr.g.m.w.r.de Wert, ethicus. Belangenconflict: geen gemeld. Financiële ondersteuning: Profileringsfonds AZM en ZonMw. abstract Results from 10 years of preimplantation-genetic diagnostics in the Netherlands Objective. To report the data from couples who were referred for preimplantation-genetic diagnostics (PGD) and treatment due to a significantly increased risk of offspring with a serious genetic disorder. Design. Descriptive, prospective. Method. Data were collected from couples that underwent PGD in the period 1993/ 03 at Maastricht University Hospital. Embryos produced by means of in-vitro fertilisation (IVF) were subjected to genetic tests several days after fertilisation. Subsequently 1 or 2 unaffected embryos were transferred to the uterus. Where there was an increased risk of a male with an X-linked genetic disorder, the gender was determined using fluorescence in-situ hybridisation (FISH). This method was also used to detect structural chromosomal abnormalities. The polymerase chain reaction (PCR) method was used for mutation detection and/or marker analysis of monogenetic disorders. Results. A total of 691 couples were referred for PGD. The most frequent indications were X-linked disorders (30%), in particular Fragile-X syndrome, Duchenne/Becker muscular dystrophy and haemophilia A/B. This was followed by autosomal dominant disorders (26%), such as Huntington s disease and myotonic dystrophy, and then structural chromosomal abnormalities (24%). A total of 120 women underwent 260 PGD cycles. An embryo transfer was possible in 158 of the cycles and this resulted in 45 successful pregnancies. The pregnancy rate was 17% per cycle initiated and 28% per cycle with embryo transfer. Up until december singletons, 8 sets of twins and 1 set of triplets were born. There were no misdiagnoses and none of the babies had congenital abnormalities. Conclusion. PGD was a reliable and successful method, with pregnancy rates similar to those of IVF or intracytoplasmatic sperm injection. PGD should be stated as an alternative during the preconception counselling of couples with an increased genetic risk, especially for disorders where PGD can be routinely applied, such as Huntington s disease, myotonic dystrophy, cystic fibrosis, spinal muscular atrophy, Fragile-X syndrome and structural chromosomal abnormalities. literatuur 1 Handyside AH, Kontogianni EH, Hardy K, Winston RML. Pregnancies from biopsied human preimplantation embryos sexed by Y-specific DNA amplification. Nature 1990;344: Braude P, Pickering S, Flinter F, Ogilvie CM. Preimplantation genetic diagnosis. Nat Rev Genet 2002;3: Die-Smulders CEM de, Geraedts JPM, Dreesen JCFM, Coonen E, Land JA. Genetische diagnostiek bij IVF-embryo s: eerste ervaringen met preïmplantatiegenetische diagnostiek in Nederland. Ned Tijdschr Geneeskd 1998;142: Planningsbesluit klinisch genetisch onderzoek en erfelijkheidsadvisering. Staatscourant 2003;16:11. 5 Kerncommissie Ethiek Medisch Onderzoek. Advies aan de medisch-ethische toetsingscommissie van de Rijksuniversiteit Limburg inzake het protocol pre-embryo diagnostiek van erfelijke aandoeningen. Publicatienr 1994/K02. Den Haag: Gezondheidsraad; Commissie Herziening Planningsbesluit IVF. IVF: afrondende advisering. Publicatienr 1998/08. Den Haag: Gezondheidsraad; Coonen E, Martini E, Dumoulin JCM, Hollanders-Crombach HTM, Die-Smulders CEM de, Geraedts JPM, et al. Preimplantation genetic diagnosis of a reciprocal translocation t(3;11)(q27.3;q24.3) in siblings. Mol Hum Reprod 2000;6: Dreesen JC, Bras M, Die-Smulders C de, Dumoulin JC, Cobben JM, Evers JL, et al. Preimplantation genetic diagnosis of spinal muscular atrophy. Mol Hum Reprod 1998;4: Dreesen JC, Jacobs LJ, Bras M, Herbergs J, Dumoulin JC, Geraedts JP, et al. Multiplex PCR of polymorphic markers flanking the CFTR gene; a general approach for preimplantation genetic diagnosis of cystic fibrosis. Mol Hum Reprod 2000;6: Sermon K, Seneca S, Rycke M de, Goossens V, Velde H van de, Vos A de, et al. PGD in the lab for triplet repeat diseases myotonic dystrophy, Huntington s disease and Fragile-X syndrome. Mol Cell Endocrinol 2001;183 Suppl 1:S Drüsedau M, Dreesen JCFM, Die-Smulders CEM de, Hardy K, Bras M, Dumoulin JCM, et al. Preimplantation genetic diagnosis of spinocerebellar ataxia 3 by (CAG)(n) repeat detection. Mol Hum Reprod 2004;10: Pickering S, Polidoropoulos N, Caller J, Scriven P, Ogilvie CM, Braude P. Strategies and outcomes of the first 100 cycles of preimplantation genetic diagnosis at the Guy s and St. Thomas Center. Fertil Steril 2003;79: ESHRE PGD Consortium Steering Committee. ESHRE Preimplantation genetic diagnosis consortium: data collection III (May 2001). Hum Reprod 2002;17: Simopoulau M, Harper JC, Fragouli E, Mantzouratou A, Speyer BE, Serhal P, et al. Preimplantation genetic diagnosis of chromosome abnormalities: implications from the outcome for couples with chromosomal rearrangements. Prenat Diagn 2003;23: Pelargonio G, dello Russo A, Sanna T, de Martino G, Bellocci F. Myotonic dystrophy and the heart. Heart 2002;88: Braude PR, Wert GM de, Evers-Kieboom G, Pettigrew RA, Geraedts JG. Non-disclosure preimplantation genetic diagnosis for Huntington s disease; practical and ethical dilemma s. Prenat Diagn 1998;18: Ned Tijdschr Geneeskd december;148(50) 2495
6 17 Galjaard H, Noor LHW, editors. Prenatal testing. New developments and ethical dilemmas. Amsterdam: Royal Netherlands Academy of Arts and Sciences; Die-Smulders CEM de, Land JA, Dreesen JCFM, Geraedts JPM, Dunselman GAJ, Evers JLH. Preimplantation genetic diagnosis is a limited reproductive option for fragile X carriers. Hum Reprod 2001;16A:P Hundscheid RDL, Braat DDM, Kiemeney LALM, Smits APT, Thomas CMG. Increased serum FSH in female fragile X premutation carriers with either regular menstrual cycles or on oral contraceptives. Hum Reprod 2001;16: Kremer JAM, Beekhuizen W, Bots RSGM, Braat DDM, Dop PA van, Jansen CAM, et al. Resultaten van in-vitrofertilisatie in Nederland, Ned Tijdschr Geneeskd 2002;146: Vandervorst M, Staessen C, Sermon K, Vos A de, Velde H van de, et al. The Brussels experience of more than 5 years of clinical preimplantation genetic diagnosis. Hum Reprod update 2000;6: Derom C, Vlietinck R, Derom R, Berghe H van den, Thiery M. Increased monozygotic twinning rate after ovulation induction. Lancet 1987;1(8544)1: Aanvaard op 25 juni 2004 Casuïstische mededelingen Leukocytenadhesiedeficiëntie: een zeldzame erfelijke stoornis in de ontstekingsreactie d.n.van vliet, a.e.brandsma en n.g.hartwig Syndromen van leukocytenadhesiedeficiëntie zijn zeldzame erfelijke stoornissen in de afweer, waarbij granulocyten niet in staat zijn om de bloedbaan te verlaten en naar de plaats van een ontsteking te migreren. Er worden 2 hoofdtypen van leukocytenadhesiedeficiëntie (LAD) onderscheiden met een aantal varianten (tabel). Wereldwijd zijn er slechts ongeveer 200 patiënten met een dergelijke aandoening beschreven. De ernst van de klinische verschijnselen varieert, afhankelijk van het type en de mate van expressie van adhesiemoleculen, van chronische tandvleesontstekingen tot recidiverende, ernstige bacteriële infecties waaraan patiënten kunnen overlijden. Symptomatische behandeling bestaat uit hygiënische maatregelen, levenslange antibiotische profylaxe en tijdige en adequate behandeling van infecties. De enige curatieve behandeling is, in het geval van LAD type I, allogene beenmergtransplantatie. Aan de hand van een nieuw ontdekte casus van LAD type I bespreken wij in dit artikel enkele aspecten van dit ziektebeeld. ziektegeschiedenis De moeder van patiënt A was 32 jaar oud, gravida IV, para II, abortus (APLA) II. Zij had 2 gezonde kinderen, van 9 (een meisje) en van 12 jaar (een jongen). De familieanamnese was negatief wat betreft immunodeficiënties. Na een ongecompliceerde zwangerschap beviel de moeder bij een zwangerschapsduur van 37 3/7 weken spontaan van een jongen. Het kind had een goede start en het geboortegewicht was 3310 g. Medisch Centrum Rijnmond Zuid, afd. Kindergeneeskunde, Postbus 9100, 3007 AC Rotterdam. Hr.D.N.van Vliet, assistent-geneeskundige; mw.dr.a.e.brandsma, kinderarts. Erasmus Medisch Centrum, locatie Sophia, afd. Kindergeneeskunde, Rotterdam. Hr.dr.N.G.Hartwig, kinderarts-infectioloog. Correspondentieadres: hr.d.n.van Vliet (dnvanvliet@hotmail.com). samenvatting Bij een jongen van 6 weken die werd verwezen wegens een navelbreuk met een non-purulente navelontsteking, werd leukocytenadhesiedeficiëntie type I gediagnosticeerd. Bijkomende aanwijzingen waren persisterende leukocytose bij een klinische verbetering onder behandeling met antibiotica, en een laat afgevallen navelstomp in de voorgeschiedenis. Na herstel door behandeling met antibiotica werd een levenslange antibiotische profylaxe ingesteld. Leukocytenadhesiedeficiëntiesyndromen zijn zeldzame, autosomaal recessieve erfelijke immunologische stoornissen. De basis van de aandoening is gelegen in het ontbreken of verminderd functioneren van adhesiemoleculen die zorg dragen voor een interactie tussen de leukocyten, met name neutrofiele granulocyten, en het endotheel. Klinisch en in het laboratorium zijn er twee typen leukocytenadhesiedeficiëntie te onderscheiden. Type I betreft een stoornis in de migratie van granulocyten door het endotheel, waarbij integrinen zijn betrokken. In het geval van type II is er een stoornis in de eerste stap van de adhesie van granulocyten aan het endotheel, waarbij selectinen zijn betrokken. Deze aandoeningen manifesteren zich reeds op de kinderleeftijd. De behandeling is veelal symptomatisch en gericht op het zoveel mogelijk voorkomen en behandelen van infecties. Soms is genezing mogelijk door middel van een allogene beenmergtransplantatie. Op de leeftijd van 6 weken werd patiënt via het consultatiebureau naar ons verwezen wegens een ontsteking van de navel. Hij had al enige tijd een vrij grote navelbreuk met granulatieweefsel. Dit werd door de consultatiebureau-arts behandeld met zilvernitraat. Nu was sinds 1 dag de navel rood en pijnlijk bij aanraking. Tevens dronk de patiënt matig. Er was geen koorts. Bij lichamelijk onderzoek na de verwijzing zagen wij een niet-zieke zuigeling met een lichaamsgewicht van 4200 g en een lengte van 50 cm. De temperatuur was 37,3 C, de pols 160/min en de ademhaling 40/min. Bij inspectie van de buik was een forse navelbreuk te zien met een diameter van 5 cm, waarbij de breukinhoud reponeerbaar was. De navelrand was rood en oedemateus met een 2496 Ned Tijdschr Geneeskd december;148(50)
Preïmplantatie Genetische Diagnostiek
Preïmplantatie Genetische Diagnostiek (bijlage bij de brochure IVF) in samenwerking met 1 Inhoud Voor wie is PGD? 3 Hoe verloopt een PGD-behandeling? 3 Wat zijn de kansen? 5 Wat kan er onderzocht worden?
Nadere informatieObstetrie en Gynaecologie PGD
Obstetrie en Gynaecologie PGD Pre-implantatie Genetische Diagnostiek Inhoud Inleiding 1 Voor wie is de PGD 1 Hoe verloopt een PGD behandeling 2 Wat zijn de kansen 4 Welke aandoeningen kunnen onderzocht
Nadere informatiePré-implantatie Genetische Diagnostiek brochure nr. 13
Pré-implantatie Genetische Diagnostiek brochure nr. 13 Inleiding De wetenschap staat niet stil. Een aantal jaar geleden is er een nieuwe methode ontwikkeld die het mogelijk maakt om ernstige erfelijke
Nadere informatieEmbryoselectie oftewel PGD (Preimplantatie Genetische Diagnostiek)
Embryoselectie oftewel PGD (Preimplantatie Genetische Diagnostiek) Joep Geraedts Hoofd afdeling Klinische Genetica azm Lezing Gent 14-01-2011 ALTERNATIEVEN VOOR PAREN MET EEN VERHOOGD RISICO Het risico
Nadere informatiePERSONTMOETING 18 mei 2005 Geboorte van de eerste HLA baby s
Partner Universitaire Associatie Brussel Academisch Ziekenhuis van de Vrije Universiteit Brussel PERSONTMOETING 18 mei 2005 Geboorte van de eerste HLA baby s Het programma Preimplantatie Genetische Diagnose
Nadere informatieOmdat PGD voorafgaand aan de zwangerschap plaatsvindt, kan het gezien worden
Samenvatting Preïmplantatie genetische diagnostiek Preïmplantatie genetische diagnostiek (PGD) is het onderzoeken van een cel die afgenomen is van een embryo in vitro (of een eicel vóór de bevruchting)
Nadere informatiePrenataal testen voor genetische aandoeningen begrijpen. Professor Martina Cornel & Professor Heather Skirton Gen-Equip Project.
Prenataal testen voor genetische aandoeningen begrijpen Professor Martina Cornel & Professor Heather Skirton Gen-Equip Project. Prenataal testen verwijst naar het testen van de foetus tijdens de zwangerschap
Nadere informatieAlgemene aspecten van erfelijkheid. Waarom is kennis over erfelijke aspecten van een ziekte belangrijk? Wanneer erfelijkheidsadvies/onderzoek?
Erfelijke nierziekten: algemene aspecten van erfelijkheid, overerving en erfelijkheidsadvies Nine Knoers Klinisch Geneticus Commissie Erfelijke Nierziekten NVN 4 november 2006 HUMAN GENETICS NIJMEGEN Inhoud
Nadere informatieKeuzes bij kinderwens onder andere PGD (Preimplantatie Genetische Diagnostiek) Namens de werkgroep PGD azm Congres BVN 18 april 2009
Keuzes bij kinderwens onder andere PGD (Preimplantatie Genetische Diagnostiek) Dr. Christine de Die-Smulders afdeling Klinische Genetica MUMC+ Namens de werkgroep PGD azm Congres BVN 18 april 2009 Zomer
Nadere informatieBij PGD wordt een embryo dat is ontstaan
3 Diagnostiek, screening en voorzorg Paren die een hoog risico hebben op een kind met een ernstige erfelijke aandoening en een gezond (biologisch eigen) kind willen krijgen, hebben de keuze tussen prenatale
Nadere informatieKLINISCH-GENETISCHE DIAGNOSTIEK ROND DE TOEPASSING VAN ICSI. Versie 1.0
KLINISCH-GENETISCHE DIAGNOSTIEK ROND DE TOEPASSING VAN ICSI Versie 1.0 Datum Goedkeuring 30-03-1996 Methodiek Consensus based Discipline Verantwoording nvog Introductie Op het gebied van de kunstmatige
Nadere informatieZwanger worden: via de natuurlijke weg of zijn er andere mogelijkheden?
21 mei 2011 Zwanger worden: via de natuurlijke weg of zijn er andere mogelijkheden? Drs. Inge Smeets PGD arts en arts-onderzoeker Maastricht Universitair Medisch Centrum Themamiddag Jong en BRCA Borstkankervereniging
Nadere informatiePGD extra waakzaamheid is geboden om ongewenste voorvallen te voorkomen bij deze complexe behandeling in het laboratorium
TRIP Biovigilantie Symposium 2018 PGD extra waakzaamheid is geboden om ongewenste voorvallen te voorkomen bij deze complexe behandeling in het laboratorium Dr. John Dumoulin, klinisch embryoloog, hoofd
Nadere informatieKinderwens en Cardiogenetische aandoeningen Dr. Yvonne Arens, klinisch geneticus Afdeling Klinische Genetica, MUMC+
Kinderwens en Dr. Yvonne Arens, klinisch geneticus Afdeling Klinische Genetica, MUMC+ Kinderwens en cardiogenetische aandoeningen : de keuzes Spontaan zwanger worden met het aanvaarden van het risico Spontaan
Nadere informatieIVF-cijfers per centrum 2006
IVF-cijfers per centrum 2006 J. Kremer, 19-10-2007 Hier vindt u de IVF-cijfers van 2006 van alle centra van Nederland. Voor de 4 e keer zijn ook de meerlingen meegenomen. Leeswijzer IVF-resultaten Vanaf
Nadere informatieAFWEGINGEN BIJ DE KEUZE VOOR INTRACYTOPLASMATISCHE SPERMA- INJECTIE (ICSI)
AFWEGINGEN BIJ DE KEUZE VOOR INTRACYTOPLASMATISCHE SPERMA- INJECTIE (ICSI) 666 Inleiding ICSI is de afkorting van intracytoplasmatische sperma-injectie. Men brengt hierbij in het laboratorium één zaadcel
Nadere informatiePrenatale diagnose & neurologische aandoeningen :
Prenatale diagnose & neurologische aandoeningen : nieuwe ontwikkelingen We willen een gezond kindje Preconceptionele genetische counselling : Erfelijke ziekte of aangeboren afwijking bij : - vorig kind
Nadere informatieVerklarende Woordenlijst
12 Verklarende Woordenlijst Gebaseerd op een woordenlijst die werd ontwikkeld door Londen IDEAS Genetic Knowledge Park aangepast volgens hun kwaliteitsnormen. Juli 2008 Vertaald door Mies Wits-Douw en
Nadere informatieIVF-cijfers per centrum 2007
IVF-cijfers per centrum 2007 J. Kremer, december 2008 Hier vindt u de IVF-cijfers van 2007 van alle centra van Nederland. Voor de 5 e keer zijn ook de meerlingen meegenomen. Leeswijzer IVF-resultaten Vanaf
Nadere informatieJAAROVERZICHT 2013 Centrum Voortplantingsgeneeskunde Jeroen Bosch Ziekenhuis
JAAROVERZICHT 2013 Centrum Voortplantingsgeneeskunde Jeroen Bosch Ziekenhuis Overzicht van paren die het oriënterend fertiliteitonderzoek (OFO) ondergingen. Aantal nieuwe paren in 2013 Jaar 2008 2009 2010
Nadere informatieInzicht hebben in veel voorkomende patronen van overerving. Professor Martina Cornel and professor Heather Skirton Gen-Equip Project
Inzicht hebben in veel voorkomende patronen van overerving Professor Martina Cornel and professor Heather Skirton Gen-Equip Project Leerdoelen Inzicht hebben in de drie belangrijkste patronen van overerving
Nadere informatieAfwegingen bij de keuze voor ICSI. Polikliniek Gynaecologie Route 48
Afwegingen bij de keuze voor ICSI Polikliniek Gynaecologie Route 48 0 De inhoud van deze voorlichtingsfolder is samengesteld door de Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie (NVOG). Deze folder
Nadere informatiePATIËNTENINFORMATIE AFWEGINGEN BIJ DE ICSI
PATIËNTENINFORMATIE AFWEGINGEN BIJ DE ICSI 2 Inhoudsopgave Wat zijn redenen voor ICSI... 4 Hoe gebeurt ICSI... 4 Gezondheidsrisico s voor de vrouw bij ICSI... 5 Gezondheidsrisico s voor kinderen die na
Nadere informatieintracytoplasmatische sperma-injectie (ICSI)
patiënteninformatie intracytoplasmatische sperma-injectie (ICSI) ICSI is een afkorting van intracytoplasmatische sperma-injectie. ICSI is een vorm van reageerbuisbevruchting. Bij een ICSI-behandeling brengt
Nadere informatieGenetische testen. Professor Martina Cornel and Professor Heather Skirton Gen-Equip Project.
Genetische testen Professor Martina Cornel and Professor Heather Skirton Gen-Equip Project. Inzicht krijgen in genetische testen en testresultaten Inhoud Wat is genetisch testen? Klinische toepassingen
Nadere informatieAFWEGINGEN BIJ DE KEUZE VOOR INTRACYTOPLASMATISCHE SPERMA- INJECTIE (ICSI)
AFWEGINGEN BIJ DE KEUZE VOOR INTRACYTOPLASMATISCHE SPERMA- INJECTIE (ICSI) 666 Inleiding ICSI is de afkorting van intracytoplasmatische sperma-injectie. Men brengt hierbij in het laboratorium één zaadcel
Nadere informatieRaadgevend Comité voor Bio-ethiek
Raadgevend Comité voor Bio-ethiek Advies nr. 3 d.d. 17 november betreffende de geslachtskeuze Vraag tot Advies van de Vlaamse Minister van Financiën, Begroting en Gezondheidsbeleid, 29 maart 1996 Over
Nadere informatieNederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie PATIËNTENVOORLICHTING
NVOG Nederlandse Vereniging voor PATIËNTENVOORLICHTING Afwegingen bij de keuze voor ICSI No 16 2001 NVOG/NVU Het copyright en de verantwoordelijkheid voor deze folder berusten bij de Nederlandse Vereniging
Nadere informatieVerklarende woordenlijst
12 Verklarende woordenlijst Gebaseerd op een woordenlijst die werd ontwikkeld door Londen IDEAS Genetic Knowledge Park aangepast volgens hun kwaliteitsnormen. Januari 2008 Gesteund door EuroGentest, NoE
Nadere informatieafwegingen bij de keuze voor icsi
afwegingen bij de keuze voor icsi 2 Inhoud Inleiding 4 1 Wat zijn redenen voor ICSI 4 2 Hoe gebeurt ICSI 4 3 Gezondheidsrisico s voor de vrouw bij ICSI 4 4 Gezondheidsrisico s voor kinderen die na ICSI
Nadere informatietel
PREIMPLANTATIE GENETISCHE DIAGNOSE VOOR MONOGENETISCHE AANDOENINGEN INFORMATIE BIJ GEÏNFORMEERDE TOESTEMMING - INFORMED CONSENT VOOR PATIENTEN VAN HET LEUVENS UNIVERSITAIR FERTILITEITSCENTRUM IN HET KADER
Nadere informatieProf. Dr. Diane De Neubourg Centrum voor Reproductieve Geneeskunde - UZA - Universiteit Antwerpen
Wat is er nieuw in de reproductieve geneeskunde? Prof. Dr. Diane De Neubourg Centrum voor Reproductieve Geneeskunde - UZA - Universiteit Antwerpen Overzicht 1. Fertiliteitspreservatie 2. Preïmplantatie
Nadere informatiePGD pre-implantatie genetische diagnose
PGD pre-implantatie genetische diagnose Technische en klinische aspecten Joris R Vermeesch & Thomy de Ravel We willen een gezond kindje Preconceptionele genetische counselling Erfelijke ziekte of aangeboren
Nadere informatieUrologie/ Gynaecologie ICSI. IntroCytoplasmatische Sperma-Injectie
Urologie/ Gynaecologie ICSI IntroCytoplasmatische Sperma-Injectie Inhoudsopgave Inleiding...4 Wat zijn redenen voor ICSI?...4 Hoe gebeurt ICSI?...4 Gezondheidsrisico s voor de vrouw bij ICSI...5 Gezondheidsrisico
Nadere informatieKlinische Genetica. Geslachtsgebonden (X-chromosoom gebonden) recessieve overerving
Klinische Genetica Geslachtsgebonden (X-chromosoom gebonden) recessieve overerving Klinische Genetica Bij uw bezoek aan de polikliniek Klinische Genetica heeft de klinisch geneticus of een genetisch consulent
Nadere informatieKinderwens spreekuur Volendam
Kinderwens spreekuur Volendam Voor wie is deze folder? Deze folder is voor mensen afkomstig uit Volendam met kinderwens. Wat is het kinderwens spreekuur? Het spreekuur is een samenwerking tussen de afdelingen
Nadere informatiePrenatale screening. Gynaecologie en verloskunde
Prenatale screening Gynaecologie en verloskunde Wat is prenatale screening? De meeste kinderen worden gezond geboren. Een klein percentage (3 4 %) heeft echter bij de geboorte een aangeboren aandoening.
Nadere informatieTien jaar resultaten van in-vitrofertilisatie in Nederland, 1996-2005
oorspronkelijke stukken Tien jaar resultaten van in-vitrofertilisatie in Nederland, 1996-2005 J.A.M.Kremer, R.S.G.M.Bots, B.Cohlen, M.Crooij, P.A.van Dop, C.A.M.Jansen, J.A.Land, J.S.E.Laven, P.M.M.Kastrop,
Nadere informatieICSI Intracytoplasmatische sperma-injectie
ICSI Intracytoplasmatische sperma-injectie Inhoudsopgave Algemeen Voor wie is ICSI? Hoe verloopt een ICSI-behandeling? Welk onderzoek is nodig voor een ICSI-behandeling? De kans op zwangerschap na een
Nadere informatieFiguur 1: schematische weergave van een cel
Inleiding De titel van het proefschrift is Preventing the transmission of mitochondrial diseases. Dat wil zeggen: het tegengaan dat mitochondriële ziekten worden doorgegeven aan het nageslacht. Mitochondriën
Nadere informatieCombinatietest. Echo en bloedonderzoek bij 11-14 weken zwangerschap
Combinatietest Echo en bloedonderzoek bij 11-14 weken zwangerschap Aangeboren aandoeningen komen relatief weinig voor: 96 van de 100 zwangerschappen eindigen in de geboorte van een volkomen gezond kind.
Nadere informatieDuchenne/Becker spierdystrofie in de familie, zijn. vrouwen getest met behulp van DNA onderzoek?
Duchenne/Becker spierdystrofie in de familie, zijn vrouwen getest met behulp van DNA onderzoek? Paula Helderman-van den Enden, klinisch geneticus, Leiden en Maastricht Inleiding: In het kader van mijn
Nadere informatieDe Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 30 augustus 2010 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,
> Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Postbus 2008 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 25 VX DEN HAAG T 070 340 79 F 070 340 78 34
Nadere informatiePrenatale diagnostiek Klinische en ethische uitdagingen. Sandra Janssens
Prenatale diagnostiek Klinische en ethische uitdagingen Sandra Janssens Invasief Prenataal onderzoek Vlokkentest Vruchtwaterpunctie (Navelstrengpunctie) Preïmplantatie Genetische Diagnostiek (PGD) Prenataal
Nadere informatieResultaten van de IVF behandeling in Maastricht
Resultaten van een IVF-behandeling kunt u in vele boeken, tijdschriften, folders en websites vinden. Het is niet eenvoudig om resultaten van het ene centrum met die van andere centra te vergelijken. Dat
Nadere informatieJaarverslag PGD Nederland 2009
Jaarverslag PGD Nederland Voor u ligt het het jaarverslag Preïmplantatie Genetische Diagnostiek (PGD). Dit is het tweede separate jaarverslag PGD. Het eerste verscheen in en betrof de resultaten van het
Nadere informatieIVF-cijfers per kliniek 2002 J.Kremer, 31 december 2003
IVF-cijfers per kliniek 2002 J.Kremer, 31 december 2003 Hier vindt u de IVF-cijfers van 2002. Naast het percentage doorgaande zwangerschappen per is ook het 95% betrouwbaarheidsinterval weergegeven. Deze
Nadere informatieIVF-cijfers per centrum 2010
IVF-cijfers per centrum 2010 J. Smeenk & J. Kremer, december 2010 Hier vindt u de IVF-cijfers van 2010 van alle centra van Nederland. Voor de 8 e keer zijn ook de meerlingen meegenomen. Leeswijzer IVF-resultaten
Nadere informatieNederlandse samenvatting
138 Uitstel van ouderschap De positie van de vrouw in de westerse maatschappij is de laatste tientallen jaren fundamenteel veranderd. Vrouwen zijn hoger opgeleid dan vroeger en werken vaker buitenshuis.
Nadere informatieDe prenatale tests. De prenatale tests bij de ziekte van Huntington
De prenatale tests De prenatale tests bij de ziekte van Huntington Door een prenatale diagnose kunnen de ouders voorkomen dat de ziekte wordt doorgegeven aan hun kind. Toch zal de beslissing om prenatale
Nadere informatieWat is NIPT? Yvonne Arens, klinisch geneticus 27 februari 2013
Wat is NIPT? Yvonne Arens, klinisch geneticus 27 februari 2013 Screening ivm chromosoomafwijkingen Waarom Screening op Chromosoomafwijkingen? Risico op een kind met: Mentale Retardatie en/of Verstandelijke
Nadere informatieDe Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG
> Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag www.rijksoverheid.nl Bijlage(n)
Nadere informatieAPOG Noordwijkerhout 5 maart 2015
APOG Noordwijkerhout 5 maart 2015 Casuïstiek Moreel beraad & ethiek Jacqueline Pieters Gynaecoloog Medisch Centrum Kinderwens Leiderdorp Moreel beraad & ethiek Moreel beraad: Helpt bij doordenken van een
Nadere informatieIVF-cijfers per centrum 2008
IVF-cijfers per centrum 2008 J. Kremer, december 2009 Hier vindt u de IVF-cijfers van 2008 van alle centra van Nederland. Voor de 6 e keer zijn ook de meerlingen meegenomen. Leeswijzer IVF-resultaten Vanaf
Nadere informatieICSI. intracytoplasmatische sperma injectie. Voor wie is ICSI? Hoe verloopt een ICSI-behandeling?
ICSI intracytoplasmatische sperma injectie ICSI is een afkorting van intracytoplasmatische sperma-injectie. ICSI is een vorm van reageerbuisbevruchting. Bij een ICSI-behandeling brengt men in het laboratorium
Nadere informatie12. PERINATAAL BELEID BIJ VERHOOGD RISICO OP AGS
12. PERINATAAL BELEID BIJ VERHOOGD RISICO OP AGS 1. Prenatale diagnostiek en behandeling met DXM Indicatie: Echtparen, die beiden drager zijn van een mutatie van de klassieke vorm van AGS. Als een van
Nadere informatietrisomie 13 en trisomie 18: de prenatale diagnose
trisomie 13 en trisomie 18: de prenatale diagnose Katelijne Bouman, klinisch geneticus Afdeling Genetica Universitair Medisch Centrum Groningen Trisomie 13 en 18: de prenatale diagnose Geboorteprevalentie
Nadere informatieInfoblad. Chromosoomafwijkingen. Chromosoomafwijkingen, wat zijn dat eigenlijk? En waardoor ontstaan ze? Hierover lees je in dit infoblad.
Chromosoomafwijkingen Chromosoomafwijkingen, wat zijn dat eigenlijk? En waardoor ontstaan ze? Hierover lees je in dit infoblad. Chromosomen In het lichaam zitten heel veel cellen. De cellen zijn de bouwstenen
Nadere informatieSamenvatting. Hoofdstuk 1. Hoofdstuk 2
Samenvatting 125 Samenvatting Hoofdstuk 1 Gedurende de laatste 20 jaar is binnen de IVF de aandacht voornamelijk uitgegaan naar de verbetering van zwangerschapsresultaten. Hierdoor is er te weinig aandacht
Nadere informatieUvA-DARE (Digital Academic Repository) Current value of preimplantation genetic screening Twisk, M. Link to publication
UvA-DARE (Digital Academic Repository) Current value of preimplantation genetic screening Twisk, M. Link to publication Citation for published version (APA): Twisk, M. (2011). Current value of preimplantation
Nadere informatiePreïmplantatiegenetische screening op numerieke chromosoomafwijkingen bij embryo s van vrouwen van 35 jaar en ouder; de eerste resultaten in Nederland
Oorspronkelijke stukken Preïmplantatiegenetische screening op numerieke chromosoomafwijkingen bij embryo s van vrouwen van 35 jaar en ouder; de eerste resultaten in Nederland s.mastenbroek, c.engel, j.van
Nadere informatiePre-implantatie genetische diagnose (PGD)
Pre-implantatie genetische diagnose (PGD) informatie voor patiënten INLEIDING 3 WAT IS PRE-IMPLANTATIE GENETISCHE DIAGNOSE (PGD)? 4 HOE KAN EEN PGD-BEHANDELING OPGESTART WORDEN? 6 Consultatie CME Consultatie
Nadere informatieSnelle ontwikkelingen rond DNA en de gevolgen voor de screeningen
Snelle ontwikkelingen rond DNA en de gevolgen voor de screeningen Derde landelijke conferentie pre- en neonatale screeningen Doorn 17 april 2012 Martina Cornel Hoogleraar Community Genetics & Public Health
Nadere informatievruchtbaarheidssparende behandeling
Nederlands Netwerk Fertiliteitspreservatie vruchtbaarheidssparende behandeling Invriezen Invriezen van van embryo s eicellena IVF informatie voor vrouwelijke patiënten vruchtbaarheidssparende behandeling
Nadere informatieTweelingen in de groei
Tweelingen in de groei Henriëtte A. Delemarre-van de Waal Zoals bekend ontstaat een twee-eiige tweeling wanneer tegelijkertijd twee eicellen worden bevrucht door twee zaadcellen. Beide embryo s hebben
Nadere informatie2. Erfelijkheid en de ziekte van Huntington
2. Erfelijkheid en de ziekte van Huntington Erfelijkheid Erfelijk materiaal in de 46 chromosomen De mens heeft in de kern van elke lichaamscel 46 chromosomen: het gaat om 22 paar lichaamsbepalende chromosomen
Nadere informatieDe Vruchtwaterpunctie
12 De Vruchtwaterpunctie Aangepaste informatie van folders geproduceerd door Guy s and St Thomas Hospital, Londen; Royal College of Obstetricians and Gynaecologists www.rcog.org.uk/index.asp?pageid=625
Nadere informatieKanker en Erfelijkheid
Kanker en Erfelijkheid Em. Prof. dr. Joep Geraedts Gezondheidsuniversiteit Maastricht 3 december 2014 Borstkanker Kans op borstkanker afhankelijk van leeftijd waarop puberteit begint Jaarlijks bij ongeveer
Nadere informatieX-gebonden Overerving
12 http://www.nki.nl/ Afdeling Genetica van het Universitair Medisch Centrum Groningen http://www.umcgenetica.nl/ X-gebonden Overerving Afdeling Klinische Genetica van het Leids Universitair Medisch Centrum
Nadere informatieDe Vruchtwaterpunctie
12 De Vruchtwaterpunctie Aangepaste informatie van folders geproduceerd door Guy s and St Thomas Hospital, Londen; Royal College of Obstetricians and Gynaecologists www.rcog.org.uk/index.asp?pageid=625
Nadere informatieVruchtwateronderzoek bij zwangerschap
Vruchtwateronderzoek bij zwangerschap Inhoudsopgave Inleiding... 1 Wat is vruchtwateronderzoek... 1 Wie komt in aanmerking voor een vruchtwaterpunctie... 2 Wanneer wordt de punctie gedaan... 2 Wie voert
Nadere informatieIVF-cijfers per centrum 2009
IVF-cijfers per centrum 2009 J. Kremer, december 2010 Hier vindt u de IVF-cijfers van 2009 van alle centra van Nederland. Voor de 7 e keer zijn ook de meerlingen meegenomen. Leeswijzer IVF-resultaten Vanaf
Nadere informatieKlinische Genetica heeft veel raakvlakken. Cystic Fibrosis. Rol van Klinische Genetica in de praktijk:
Rol van Klinische Genetica in de praktijk: Cystic Fibrosis Klinische genetica is een belangrijk en nog steeds groeiend medisch specialisme. Vragen gesteld aan klinisch genetici hebben onder andere betrekking
Nadere informatieICSI, INTRACYTOPLASMATISCHE SPERMA-INJECTIE
ICSI, INTRACYTOPLASMATISCHE SPERMA-INJECTIE Versie 1.0 Datum Goedkeuring 10-05-2006 Verantwoording NVOG Inleiding ICSI is de afkorting van intracytoplasmatische sperma-injectie. Men brengt hierbij in het
Nadere informatieNIPT. Nascholing Counseling NIPT
NIPT Dr. Kornelia Neveling Wetenschappelijk onderzoeker, afdeling Genetica, Radboudumc Dr. Dominique Smeets Laboratorium specialist, afdeling Genetica, Radboudumc Voorzitter bestuur SPN Nascholing Counseling
Nadere informatieVraag het aan uw zorgverlener
Een eenvoudig, veilig bloedonderzoek dat zeer gevoelige resultaten geeft Een geavanceerde niet-invasieve test voor de bepaling van foetale trisomie en evaluatie van het Y-chromosoom Vraag het aan uw zorgverlener
Nadere informatieNIPT De niet-invasieve prenatale test voor trisomie
NIPT De niet-invasieve prenatale test voor trisomie NIPT De niet-invasieve prenatale test voor trisomie Waarom NIPT? In België kunnen alle zwangere vrouwen die dit wensen het risico dat de foetus het syndroom
Nadere informatie7. Wat is de hoogste opleiding die de vader van uw kind heeft afgerond?
INTERVIEW A (registratie zo vroeg mogelijk in de zwangerschap) 1. Op welke datum viel de eerste dag van uw laatste menstruatie? 2. Is epilepsie de reden van uw anti-epilepticagebruik?, namelijk 3. Heeft
Nadere informatieEcho onderzoek tijdens de zwangerschap De termijnecho, combinatietest en de 20 weken echo
Echo onderzoek tijdens de zwangerschap De termijnecho, combinatietest en de 20 weken echo Elke zwangere in Almere mag gebruik maken van 2 echo-onderzoeken: een termijnecho in het begin van de zwangerschap
Nadere informatieIVF-cijfers 2012. Hier vindt U de IVF cijfers van 2012 van alle centra in Nederland, waarbij voor de 10 e keer ook de meerlingen zijn meegenomen.
IVF-cijfers 2012 Hier vindt U de IVF cijfers van 2012 van alle centra in Nederland, waarbij voor de 10 e keer ook de meerlingen zijn meegenomen. Leeswijzer IVF resultaten IVF resultaten zijn op verschillende
Nadere informatiePrenatale diagnostiek en preïmplantatiediagnostiek voor borst-/eierstokkankermutaties
Prenatale diagnostiek en preïmplantatiediagnostiek voor borst-/eierstokkankermutaties Bettina Blaumeiser Department of Medical Genetics Department of Obstetrics and Gynaecology University of Antwerp, Belgium
Nadere informatiePrenataal onderzoek Informatie over de combinatietest, 20 weken echo, vlokkentest, vruchtwaterpunctie en geavanceerd ultra geluid onderzoek (G.U.O.
Prenataal onderzoek Informatie over de combinatietest, 20 weken echo, vlokkentest, vruchtwaterpunctie en geavanceerd ultra geluid onderzoek (G.U.O.) Maatschap Gynaecologie IJsselland Ziekenhuis Inhoudsopgave
Nadere informatieWat is IVF en wat is ICSI?
IVF en ICSI Wat is IVF en wat is ICSI? IVF IVF is de afkorting van in vitro fertilisatie. Letterlijk betekent dit bevruchting in glas. Sinds 1982 wordt deze behandeling in Nederland aangeboden. Na de
Nadere informatieUw kans op een kind met cystic fibrosis (taaislijmziekte) of sikkelcelziekte en thalassemie (erfelijke bloedarmoede)
Uw kans op een kind met cystic fibrosis (taaislijmziekte) of sikkelcelziekte en thalassemie (erfelijke bloedarmoede) Deze folder is bedoeld voor mensen die samen met hun partner een kind willen krijgen
Nadere informatieInclusief levendgeboren kinderen, doodgeboren kinderen en afgebroken zwangerschappen.
Factsheet Aangeboren hartafwijkingen bij kinderen Cijfers en feiten Prevalentie Aangeboren hartafwijkingen betreffen aanlegstoornissen in de structuur van het hart en/of de grote vaten. De gemiddelde totale
Nadere informatieChromosoomtranslocaties
12 Afdeling Genetica van het Universitair Medisch Centrum Groningen http://www.umcgenetica.nl/ Chromosoomtranslocaties Afdeling Klinische Genetica van het Leids Universitair Medisch Centrum http://www.lumc.nl/4080/
Nadere informatieAfwegingen bij de keuze voor ICSI
Gynaecologie Afwegingen bij de keuze voor ICSI www.catharinaziekenhuis.nl Inhoud Wat zijn redenen voor ICSI?... 3 Hoe gebeurt ICSI?... 3 Gezondheidsrisico s voor de vrouw bij ICSI... 4 Gezondheidsrisico
Nadere informatiePESA-ICSI-behandeling
PESA-ICSI-behandeling U heeft zich aangemeld voor de PESA-ICSI-behandeling (Percutane Epididymale Sperma Aspiratie-Intra Cytoplasmatische Sperma Injectie) in ons ziekenhuis. Door middel van deze folder
Nadere informatieKanker en genetisch testen
Kanker en genetisch testen Dirk Jan Boerwinkel Freudenthal Instituut voor didactiek van wiskunde en natuurwetenschappen Nascholing Reizende DNA labs als voorbereiding voor het examen 4 november 2011 Definitie
Nadere informatieNekplooimeting. gecombineerd met vroege bloedtest in de zwangerschap mogelijk tot 13 6/7 weken zwangerschapsduur. Afdeling Verloskunde/Gynaecologie
Nekplooimeting gecombineerd met vroege bloedtest in de zwangerschap mogelijk tot 13 6/7 weken zwangerschapsduur Afdeling Verloskunde/Gynaecologie In het kort Deze folder geeft informatie over de echoscopische
Nadere informatieH4 REPRODUCTIEVE VRAAGSTUKKEN Uitgangsvraag
682 683 684 685 686 687 688 689 H4 REPRODUCTIEVE VRAAGSTUKKEN Uitgangsvraag Welke counseling en advisering is wenselijk ten aanzien van anticonceptie, kinderwens, zwangerschap en preventie van overdragen
Nadere informatieDe genetica van tweelingen
De genetica van tweelingen Inhoud van de voordracht Ontstaan tweelingen Frequentie tweelingen Complicaties tweelingen Tweelingen als meetinstrument Adoptie studies Ontstaan tweelingen Monozygote Tweelingen
Nadere informatieONDERZOEK IN VLOKKEN OF VRUCHTWATER BIJ ECHOAFWIJKINGEN
ONDERZOEK IN VLOKKEN OF VRUCHTWATER BIJ ECHOAFWIJKINGEN ONDERZOEK IN VLOKKEN E VRUCHTWATER BIJ ECHOAFWIJKINGEN Afdeling Genetica UMCG 2 Onderzoek in vlokken of in vruchtwater bij echoafwijkingen. U bent
Nadere informatieVraag & Antwoord over PLN. Dr. P.A. van der Zwaag Landelijke dag Erfelijke Hartaandoeningen 29 oktober 2016
Vraag & Antwoord over PLN Dr. P.A. van der Zwaag Landelijke dag Erfelijke Hartaandoeningen 29 oktober 2016 Indeling 1. Preïmplantatie genetische diagnostiek (PGD) en andere mogelijkheden rondom de zwangerschap
Nadere informatieJaarverslag PGD Nederland. 2008 en cumulatief overzicht 1995-2008. special edition
Jaarverslag PGD Nederland special edition en cumulatief overzicht Deze uitgave van Dezen en Genen is geheel gewijd aan PGD (Preïmplantatie Genetische Diagnostiek). Sinds werd jaarlijks verslag gedaan van
Nadere informatiePredictieve genetische tests
Predictieve genetische tests De ervaring bij de ziekte van Huntington Gerry Evers-Kiebooms (1) De genetica in de gezondheidszorg (2) Predictieve test voor de ziekte van Huntington (3) Predictief testen
Nadere informatieJAARRAPPORT. LIFE Leuven Institute of Fertility and Embryology. Unit voor Reproductieve Geneeskunde Regionaal ziekenhuis Heilig Hart te Leuven
JAARRAPPORT 2018 LIFE Leuven Institute of Fertility and Embryology Unit voor Reproductieve Geneeskunde Regionaal ziekenhuis Heilig Hart te Leuven INHOUDSOPGAVE VOORWOORD 1. RESULTATEN 2. 2018 IN EEN NOTENDOP
Nadere informatieNIPT De niet-invasieve prenatale test voor trisomie
NIPT De niet-invasieve prenatale test voor trisomie NIPT De niet-invasieve prenatale test voor trisomie Waarom NIPT? In België kunnen alle zwangere vrouwen -indien gewenst- het risico dat de foetus het
Nadere informatieRisicoberekening voor TRISOMIE 21 in het eerste trimester
Risico op trisomie 21 Centrum Menselijke Erfelijkheid Risicoberekening voor TRISOMIE 21 in het eerste trimester Hoewel de meeste baby s gezond zijn, heeft elke baby een kleine kans op een lichamelijke
Nadere informatieVRAGENLIJST TER VOORBEREIDING PRENATALE SCREENING & DIAGNOSTIEK. van uw partner: Beroep: Gegevens vader van de baby. Voorletter(s): Achternaam:
VRAGENLIJST TER VOORBEREIDING PRENATALE SCREENING & DIAGNOSTIEK Voorletter(s): Roepnaam: Burgerlijke staat: Geboorteland: Beroep: Meisjes achternaam: Geboortedatum: Gebruikt u de naam van uw partner: Nationaliteit:
Nadere informatie