Externe integratie. Externe integratie AWBZ-zorg. Standaarden AZR3.0. IO v3.0, AW v3.0, ZK v3.0 en CA v2.0

Transcriptie

1 Externe integratie Externe integratie AWBZ-zorg Standaarden AZR3.0 IO v3.0, AW v3.0, ZK v3.0 en CA v2.0 Versiedatum EI-standaarden: INVULINSTRUCTIE [INV] Informatie bij implementatie en ingebruikname berichtbeschrijving Uitgave document: 5a, Kenmerk: AZR3.0_INVu5a.pdf

2 Adres- en contactgegevens Correspondentie-adres Bezoekadres Vektis Vektis Postbus 703 Sparrenheuvel AS ZEIST 3708 JE ZEIST Telefoon: Helpdesk: Website: Webapplicatie Standaardisatieproducten (WESP): Webapplicatie EI-testportaal PORTES: De inhoud van deze publicatie is met de grootste zorgvuldigheid samengesteld. Wanneer er desondanks onjuistheden in mochten voorkomen, aanvaardt Vektis daarvoor geen aansprakelijkheid. Ook aanvaardt Vektis geen aansprakelijkheid voor enige directe of indirecte schade die zou kunnen ontstaan door het gebruik van de hierin aangeboden informatie. Verveelvoudiging en verspreiding is toegestaan mits Vektis als bron wordt vermeld, dan wel als bron herkenbaar blijft. Vektis, Zeist Invulinstructie Externe Integratie AWBZ-zorg 2 / 16

3 Externe-integratiestandaarden AWBZ-zorg Invulinstructie behorend bij EI-standaarden AWBZ-zorg IO, AW, ZK en CA, versiedatum Documentuitgave 5a, Revisiehistorie Versie Uitgave Aard / reden wijzigingen Datum uitgave standaarden document 5a Correctie invulvoorbeeld AW Correctief onderhoud (zie voor details mutatieoverzicht achterin het document) 4 Correctief onderhoud (dit document is ongewijzigd) Correctief onderhoud (dit document is ongewijzigd) Correctief onderhoud (zie voor details mutatieoverzicht achterin het document) 1 Ontwikkeling AZR3.0 en herinrichting documentatie Doelgroepen Centrum Indicatiestelling Zorg zorgkantoren zorgaanbieders (AWBZ) Het CAK. Status De standaarden die vallen onder AZR3.0 zijn totstandgebracht door het College voor zorgverzekeringen (CVZ) in afstemming met de betrokken AZR-ketenpartijen en het Ministerie van VWS. Beheer berichtstandaard De standaarden worden functioneel beheerd door het CVZ. Het technisch beheer wordt uitgevoerd door Vektis. Invulinstructie Externe Integratie AWBZ-zorg 3 / 16

4 Voorwoord Voorwoord bij AZR3.0-standaarden, uitgave 5 (d.d ) Deze uitgave bevat een wijziging en maakt onderdeel uit van de heruitgaven van de AZR3.0-standaarden en bijbehorende documentatie (zie mutatieoverzicht achterin het document). Deze uitgave loopt parallel aan het correctief onderhoud AZR3.0 van CVZ d.d Voorwoord bij AZR3.0-standaarden, uitgave 4 (d.d ) Deze uitgave bevat geen wijzigingen en maakt onderdeel uit van de heruitgaven van de AZR3.0-standaarden en bijbehorende documentatie. Deze uitgave loopt parallel aan het correctief onderhoud AZR3.0 van CVZ d.d Voorwoord bij AZR3.0-standaarden, uitgave 3 (d.d ) Deze uitgave bevat geen wijzigingen en maakt onderdeel uit van de heruitgaven van de AZR3.0-standaarden en bijbehorende documentatie. Deze uitgave loopt parallel aan het correctief onderhoud AZR3.0 van CVZ d.d Voorwoord bij AZR3.0-standaarden, uitgave 2 (d.d ) Deze uitgave bevat een aantal correcties (zie mutatieoverzicht achterin het document). Deze correcties lopen parallel aan het correctief onderhoud AZR3.0 van CVZ d.d Voorwoord bij AZR3.0-standaarden, uitgave 1 (d.d ) Deze uitgave bevat de invulinstructie Externe Integratie AWBZ-zorg, uitgave 1 d.d , bij de AZR versie 3.0. Dit document is, in tegenstelling tot voorgaande uitgaven, van toepassing op alle AZR-standaarden: Indicatiebesluit AWBZ-zorg (IO31/IO32 v3.0) Zorgtoewijzing AWBZ-zorg (AW33/AW34 v3.0) Melding aanvang AWBZ-zorg (AW35/AW36 v3.0) Beëindiging/mutatie AWBZ-zorg (AW39/AW310 v3.0) Zorgtoewijzing AWBZ-zorg ZK-ZK (ZK33/ZK34 v3.0) Melding aanvang AWBZ-zorg ZK-ZK (ZK35/ZK36 v3.0) Beëindiging/mutatie AWBZ-zorg ZK-ZK (ZK39/ZK310 v3.0) Melding aanvang AWBZ-zorg ZK-CAK (CA317/CA318 v2.0) Beëindiging/mutatie AWBZ-zorg ZK-CAK (CA319/CA320 v2.0) Het betreft de beschrijving van de standaarden voor zowel de heen- als de retourberichten. Deze berichten zijn onderdeel van het AZR-berichtenverkeer (AWBZ-brede Zorgregistratie). Dit INV-document heeft een samenhang met de volgende documenten: Documenten Publicatievorm IO31v3.0_BERu[n] IO32v3.0_BERu[n] pdf xls Invulinstructie Externe Integratie AWBZ-zorg 4 / 16

5 Documenten Publicatievorm AW33v3.0_BERu[n] AW34v3.0_BERu[n] pdf xls AW35v3.0_BERu[n] AW36v3.0_BERu[n] pdf xls AW39v3.0_BERu[n] AW310v3.0_BERu[n] pdf xls ZK33v3 ZK34v3.0 xls ZK35v3.0 ZK-ZKv3.0_BERu[n] ZK36v3.0 ZK-ZKv3.0_BERu[n pdf xls ZK39v3.0 ZK310v3.0 xls CA317v2.0_BERu[n] CA318v2.0_BERu[n] pdf xls CA319v2.0_BERu[n] CA320v2.0_BERu[n] pdf xls AZR3.0_STBu[n] pdf AZR3.0 Retourcodekoppeltabel <eejjmmdd> xls [n] : betreft de meest recente documentuitgave. De EI-standaarden zijn te raadplegen en de documenten zijn te downloaden via de webapplicatie WESP van Vektis: Het INV-document sluit met de andere documenten van Vektis aan aan het BEP-model van het College voor zorgverzekeringen (CVZ). Invulinstructie Externe Integratie AWBZ-zorg 5 / 16

6 Invulinstructie Externe Integratie AWBZ-zorg 6 / 16

7 Inhoudsopgave 1. Inleiding Invulinstructies Externe integratie AWBZ-zorg Algemeen Invulinstructies algemeen Mandatory, conditionele en optionele velden Invulinstructie per gegevenselement Kenmerk record/identificatie detailrecord Naamcode/naamgebruik Mutatieoverzicht Invulinstructie Externe Integratie AWBZ-zorg 7 / 16

8 1. Inleiding Dit document betreft een invulinstructie voor het gebruik van de standaarden Externe Integratie AWBZzorg. De invulinstructie heeft tot doel aanvullende informatie en voorbeelden te geven over hoe enkele velden in berichten in bepaalde situaties gevuld moeten worden. In het document Standaardbeschrijving Externe Integratie AWBZ-zorg (AZR3.0_STBu[n].pdf) staan de hoofdlijnen vermeld. Invulinstructie Externe Integratie AWBZ-zorg 8 / 16

9 2. Invulinstructies Externe integratie AWBZ-zorg 2.1. Algemeen In tabel 1 staan de gegevenselementen genoemd waarover een invulinstructie is opgenomen met daarbij de desbetreffende rubrieknummers waarin de gegevens voorkomen. Invulinstructie per gegeven en berichtstandaard (nummer gegevenselement): Gegeven(sgroep) Positie in standaard Standaard Kenmerk record Eerste rubriek in alle recordtypes Alle standaarden [COD001] Identificatie detailrecord Tweede rubriek in alle recordtypes, m.u.v. het Alle standaarden [NUM040] voorloop- en sluitrecord Naam (relatie) cliënt [NAM195, NAM196, NAM201, Recordtypes 02 Recordtype 03 Alle standaarden IO31, AW33 en ZK33 NAM202] Naamcode/ naamgebruik [COD700, COD701, COD829] Recordtype 02 Recordtype 03 Alle standaarden IO31, AW33 en ZK Invulinstructies algemeen Mandatory, conditionele en optionele velden In deze paragraaf volgen enkele voorbeelden van het vullen van mandatory, conditionele en optionele velden. Het teken geeft in de volgende voorbeelden een spatie weer. Dit teken maakt in werkelijkheid geen deel uit van de karakters in een EI-bericht! Invulinstructie Externe Integratie AWBZ-zorg 9 / 16

10 Vullen mandatory veld Situatie Het veld NAAM CLIENT (01) wordt altijd met een waarde gevuld. Een leeg veld is niet toegestaan. Kenmerken veld Mandatory, 25 posities, alfanumeriek Casus Waarde Vulling in veld Mevr. De Jong Jong Jong Situatie Het veld IDENTIFICATIE DETAILRECORD wordt altijd met een waarde gevuld. Een leeg veld is niet toegestaan. Kenmerken veld Mandatory, 12 posities, numeriek Casus Waarde Vulling in veld Eerste detailrecord Vullen conditioneel veld Het veld voorvoegsel cliënt (01)/(02) is een conditioneel alfanumeriek veld van 10 posities. De feitelijke conditie is dat als de naam een voorvoegsel bevat, het voorvoegselveld verplicht gevuld wordt en anders gevuld wordt met spaties. In het geval van cliënt de Jong wordt het veld voorvoegsel cliënt (01) met de werkelijk waarde de gevuld. Het veld wordt links uitgelijnd en rechts aangevuld met acht spaties. In het geval van cliënt Pietersen wordt het veld voorvoegsel cliënt (01) met de escapewaarde spaties gevuld. Situatie Het veld VOORVOEGSEL CLIËNT (01) wordt in het geval van een voorvoegsel met de waarde de gevuld. Bij ontbreken van een voorvoegsel wordt het veld gevuld met de escapewaarde voor een alfanumeriek veld. Kenmerken veld Conditioneel, 10 posities, alfanumeriek Casus Conditie Waarde Vulling in veld Mevr. De Jong Conditie is geldig de de Heer Pietersen Conditie is niet geldig n.v.t. Invulinstructie Externe Integratie AWBZ-zorg 10 / 16

11 Situatie Het veld HUISNUMMER wordt gevuld mits de POSTCODE gevuld is. Bij ontbreken van een huisnummer wordt het veld gevuld met de escapewaarde voor een numeriek veld. Kenmerken veld Conditioneel, 5 posities, numeriek Casus Conditie Waarde Vulling in veld Huisnummer 123 Conditie is geldig Geen huisnummer Conditie is niet geldig n.v.t Vullen optioneel veld In AZR3.0-berichten komen geen optionele velden voor. Uitvullen van velden in het algemeen Numerieke velden worden in desbetreffende gevallen links aangevuld met nullen tot de voorgeschreven lengte van het veld en alfanumerieke velden rechts met spaties Invulinstructie per gegevenselement Kenmerk record/identificatie detailrecord Hoe worden de recordtypen uniek geïdentificeerd? Elk recordtype heeft een eigen nummer. Het gegevenselement KENMERK RECORD identificeert het recordtype van elk record in het te versturen/ontvangen bestand. Het kenmerk record is in de beschrijving van de recordlay-out te herkennen aan het eerste cijfer van het nummer van het gegevenselement (in de eerste kolom). Bijvoorbeeld 01 staat voor het recordtype voorlooprecord. Hoe worden de records uniek geïdentificeerd? Een record wordt uniek geïdentificeerd in het gegeven IDENTIFICATIE DETAILRECORD. Dit gegevenselement geeft elk record in het bestand een volgnummer. De detailrecords worden door het bestand heen, te beginnen met 1, oplopend en aansluitend doorgenummerd (met uitzondering van het commentaarrecord en de aanvraagrecords). Het voorloop- en sluitrecord zijn geen detailrecords en kennen dus dit gegevenselement niet. De combinatie KENMERK RECORD en IDENTIFICATIE DETAILRECORD benoemt het type en maakt elk detailrecord in het bestand uniek. Wat betreft het commentaarrecord en de aanvraagrecords (aanvraag functierecord en aanvraag zorgzwaartepakketrecord): het identificatie detailrecordnummer hiervan dient gelijk te zijn aan het identificatiedetailrecordnummer van het record waar het betrekking op heeft. Invulinstructie Externe Integratie AWBZ-zorg 11 / 16

12 Een identificatie detailrecordnummer is uniek in een bestand, met uitzondering van het identificatie detailrecordnummer van het commentaarrecord en de aanvraagrecords. 1 Invulvoorbeeld Kenmerk record/identificatie detailrecord (AW33) Kenmerk Record Identificatie detailrecord Omschrijving record 01 n.v.t. Voorlooprecord Cliëntrecord cliënt A Relatierecord cliënt A Adresrecord cliënt A Indicatiebesluitrecord cliënt A Omgevingrecord cliënt A Zorgzwaartepakketrecord (geïndiceerd) cliënt A Commentaarrecord bij zorgzwaartepakketrecord (geïndiceerd) cliënt A Zorgzwaartepakketrecord (toegewezen) cliënt A Cliëntrecord cliënt B Adresrecord cliënt B Indicatiebesluitrecord cliënt B Beperkingrecord cliënt B Score beperkingrecord cliënt B Functierecord (geïndiceerd) cliënt B Commentaarrecord bij functierecord (geïndiceerd) cliënt B enz. 99 n.v.t. Sluitrecord Opmerkingen 1. Het voorlooprecord en het sluitrecord hebben geen identificatie detailrecord. 2. Het commentaarrecord wordt alleen gebruikt in het IO-bericht (is niet verplicht). Het commentaarrecord komt als kopie voor in het AW33- en ZK-bericht. 3. De identificatie detailrecord van het commentaarrecord is gelijk aan de identificatie detailrecord van het detailrecord waar het desbetreffende commentaarrecord bij hoort. 4. Het totaal aantal voorafgaande detailrecords in het sluitrecord is de optelling van de detailrecords, inclusief het aantal commentaarrecords. De volgorde van records wordt bepaald door de logische/fysieke relatie tussen de records. In het geval er op hetzelfde niveau meerdere (kind-)records voorkomen, wordt de volgorde bepaald door de rubriek 1 De toepassing van de systematiek voor andere soorten detailrecords dan het commentaarrecord is ongebruikelijk binnen de standaardisatiemethodiek van Vektis. Het Beheerteam Zorgregistratie van CVZ heeft voor deze keuze geopteerd. Invulinstructie Externe Integratie AWBZ-zorg 12 / 16

13 KENMERK RECORD. De rubriek IDENTIFICATIE DETAILRECORD wordt gevuld met aansluitende volgnummers (beginnend bij 1)." toegevoegd Naamcode/naamgebruik Wat wordt in technische zin verstaan onder een achternaam? De NEN 1888 (nl) beschrijft de achternaam als volgt: significant deel van de achternaam: de achternaam zonder voorvoegsel en zonder de scheidingsspatie volgend op het voorvoegsel. Op welke wijze wordt het gegeven naamcode/naamgebruik gevuld? Het gebruik van de naam van een verzekerde of cliënt of zijn/haar relatie volgt in de EI-berichten de NEN Dit houdt in dat achternaam, voorvoegsel en voorletters gescheiden worden weergegeven. Daarbij wordt in de aanduiding NAAMCODE/NAAMGEBRUIK (01 en 02) de toepassing van de achternaam (bijvoorbeeld geboortenaam of naam van echtgenoot) gecodeerd weergegeven. Bovendien wordt aan de hand van de aanduiding NAAMCODE/NAAMGEBRUIK (03) gecodeerd de tenaamstelling aangegeven. Hiermee bepaalt men onder meer de volgorde in het gebruik van de geboortenaam en naam van de echtgenoot bij correspondentie. Het vullen van de NAAMCODE/NAAMGEBRUIK (03) van de cliënt hangt dus af van hoe de cliënt of relatie zijn/haar naam hanteert. Toepassing In de AZR-berichten wordt het eerste naamcode/naamgebruik-veld gebruikt voor het vullen van de geboortenaam (GBA) van de cliënt. Het tweede naamcode/naamgebruik-veld wordt dan gebruikt voor het vullen van de naam van de partner. Hier kan ook sprake zijn van een alternatieve naam; bijvoorbeeld: een kind kan de naam van de moeder overnemen na een scheiding van de ouders. Raadpleeg voor eventuele specifieke condities voor het vullen de beschrijving in de bedrijfsregels in het BEP-model van CVZ. (Toegestane) waarden De codetabellen NAAMCODE/NAAMGEBRUIK (01) COD700, (02) COD701 en (03) COD829 zijn identiek en bevatten de volgende waarden: 0 onbekend (N.B.: of niet van toepassing) 1 eigen naam 2 naam echtgenoot of geregistreerd partner of alternatieve naam 3 naam echtgenoot of geregistreerd partner gevolgd door eigen naam 4 eigen naam gevolgd door naam echtgenoot of geregistreerd partner (5 pseudoniem; is niet in gebruik in de AZR) Opmerking: met eigen naam wordt de geboortenaam bedoeld. De toegestane waarden per naamcode/naamgebruik: Invulinstructie Externe Integratie AWBZ-zorg 13 / 16

14 Gegevenselement Toegestane waarde NAAMCODE/NAAMGEBRUIK (01) 1, eventueel 0 als escape NAAMCODE/NAAMGEBRUIK (02) 2, 0 (indien cliënt geen partner heeft) NAAMCODE/NAAMGEBRUIK (03) 1, 2, 3 en 4 Invulvoorbeeld De volgende tabel toont enkele voorbeelden voor de diverse naamgegevens en het naamgebruik. Het gegeven NAAMCODE/NAAMGEBRUIK wordt in samenhang met NAAM CLIENT (01) en NAAM CLIENT (02) gevuld. De heer Joosten en mevrouw Verduijn zijn partners. De naam van mevrouw Verduijn kan op verschillende manieren opgenomen worden. Code Naam cliënt Naam- Naam Naam- Naam- Resultaat van naamcodes Correspondentienaam geslacht (01) code cliënt (02) code code (tenaamstelling) (01) (02) (03) 1 (man) 2 (vrouw) Joosten 1 <spaties> 0 (n.v.t.) Verduijn 1 <spaties> 0 (n.v.t.) 1 Eigen naam van mijnheer. Dhr. Joosten 1 Eigen naam van mevrouw. Mw. Verduijn 2 Verduijn 1 Joosten 2 2 Naam echtgenoot. Mw. Joosten (vrouw) 2 (vrouw) 2 (vrouw) Verduijn 1 Joosten 2 3 Naam echtgenoot gevolgd door eigen naam van mevrouw. Verduijn 1 Joosten 2 4 Eigen naam van mevrouw gevolgd door naam echtgenoot. Mw. Joosten-Verduijn Mw. Verduijn-Joosten Samengestelde namen met voorvoegsels In geval van een samengestelde naam, waarbij elke naam een voorvoegsel heeft, worden de velden zoals in het volgende voorbeeld gevuld: Samengestelde naam is: van der Steen-van Voorst tot Voorst (notatie conform de NEN). Naam cliënt (01) Voorvoegsel cliënt (01) Naam cliënt (02) Voorvoegsel cliënt (02) Steen van der Voorst tot Voorst Van Invulinstructie Externe Integratie AWBZ-zorg 14 / 16

15 Vulling van naamvelden Als een naam uit meer delen bestaat (bijvoorbeeld een dubbele naam), worden deze delen van elkaar gescheiden door een koppelteken (verbindingsstreepje) óf een spatie. Bijvoorbeeld Jansen-Pietersen of Jansen Pietersen. Verder geldt in dat geval het volgende: o bij gebruik van een koppelteken mag men direct voor of direct na het koppelteken geen spatie plaatsen. Het volgende is bijvoorbeeld niet toegestaan: Jansen - Pietersen ; o ook zijn twee of meer spaties of twee of meer koppeltekens na elkaar als scheidingsteken niet toegestaan; alle naamvelden zijn alfanumeriek. Dat betekent niet dat ze uitsluitend uit letters moeten bestaan. Leestekens, zoals streepjes en spaties, mogen voorkomen. Invulinstructie Externe Integratie AWBZ-zorg 15 / 16

16 3. Mutatieoverzicht Wijziging in uitgave 5a (d.d ) t.o.v. uitgave 5 (d.d ). Wijzigingen in uitgave 5 (d.d ) t.o.v. uitgave 2 (d.d ). Wijzigingen in uitgave 2 (d.d ) t.o.v. uitgave 1 (d.d ). Datum CorrID Documentdeel Aard wijziging Invulvoorbeeld AW33, pagina 13 De volgorde van de records in een AW33-bestand is gecorrigeerd en aangepast aan de recordvolgorde in figuur 8 in het STB-document van Het indicatiebesluitrecord is bovengeschikt aan de daaropvolgende recordtypen Paragraaf De tekst "Dit gegevenselement geeft elk record binnen een recordtype in het bestand een volgnummer. De detailrecords worden door het bestand heen doorgenummerd." is aangepast in "Dit gegevenselement geeft elk record in het bestand een volgnummer. De detailrecords worden door het bestand heen, te beginnen met 1, oplopend en aansluitend doorgenummerd (met uitzondering van het commentaarrecord en de aanvraagrecords)." Paragraaf De tekst Wat betreft het commentaarrecord: met uitzondering van het identificatie detailrecordnummer van het commentaarrecord. is vervangen door "Wat betreft het commentaarrecord en de aanvraagrecords (aanvraag functierecord en aanvraag zorgzwaartepakketrecord): het identificatie detailrecordnummer hiervan dient gelijk te zijn aan het identificatiedetailrecordnummer van het record waar het betrekking op heeft. Een identificatie detailrecordnummer is uniek in een bestand, met uitzondering van het identificatie detailrecordnummer van het commentaarrecord en de aanvraagrecords." Hier is een voetnoot aan toegevoegd. Invulinstructie Externe Integratie AWBZ-zorg 16 / 16