Inspectierapport Kiekeboe (KDV) Ganzeboomsweg 5a 7433ES Schalkhaar Registratienummer

Transcriptie

1 Inspectierapport Kiekeboe (KDV) Ganzeboomsweg 5a 7433ES Schalkhaar Registratienummer Toezichthouder: GGD IJsselland In opdracht van gemeente: Deventer Datum inspectie: Type onderzoek: Jaarlijks onderzoek Status: Definitief Datum vaststelling inspectierapport:

2 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 Het onderzoek... 3 Observaties en bevindingen... 4 Overzicht getoetste inspectie-items... 7 Gegevens voorziening... 9 Gegevens toezicht... 9 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum van 10

3 Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd jaarlijks onderzoek. In dit onderzoek is op grond van de bevindingen bij voorgaande inspecties een beperkt aantal kwaliteitseisen onderzocht. Dat zijn de volgende: eisen aan het personeel en groepen; de beroepskracht-kind-ratio; pedagogische kwaliteit; Beschouwing Deze beschouwing beschrijft de resultaten bij de uitgevoerde inspectie. Na de feiten over kinderdagverblijf (KDV) Kiekeboe en de inspectie geschiedenis, volgen de bevindingen op hoofdlijnen. Deze worden elders in het rapport uitgewerkt. Feiten over KDV Kiekeboe KDV Kiekeboe valt onder koepelorganisatie Landstede kinderopvang welke meerdere vestigingen in de regio heeft. KDV Kiekeboe in Schalkhaar is één van de twee vestigingen van Landstede Kinderopvang in de gemeente Deventer. KDV Kiekeboe staat in het LRKP geregistreerd met 60 kindplaatsen voor kinderen in de leeftijd van 0-4 jaar. Er zijn op dit moment vier stamgroepen (Kruimels, Bengels, Spetters, Rakkers). Het pedagogisch handelen is gebaseerd op de visie van Reggio Emilia. Inspectiegeschiedenis jaarlijks onderzoek; de getoetste voorwaarden voldoen aan de Wet kinderopvang jaarlijks onderzoek; de getoetste voorwaarden voldoen aan de Wet kinderopvang jaarlijks onderzoek; de getoetste voorwaarden voldoen aan de Wet kinderopvang. Bevindingen op hoofdlijnen Tijdens dit jaarlijks onderzoek voldeden alle onderzochte items uit de Wet kinderopvang. De toezichthouder heeft een goed beeld kunnen krijgen van de organisatie en uitvoering van de werkzaamheden op KDV Kiekeboe. Advies aan College van B&W Geen handhaving. 3 van 10

4 Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Tijdens het inspectiebezoek is de pedagogische praktijk getoetst in theorie en in de praktijk. Bij de observatie van de pedagogische praktijk maakt de toezichthouder gebruik van het veldinstrument observatie kindercentrum (januari 2015). Daarin staan specifieke aspecten waarop wordt geobserveerd. Het observatie-instrument bevat voor elke voorwaarde indicatoren. Deze worden gebruikt bij het beschrijven van de pedagogische praktijk. Pedagogische praktijk UITVOERING PEDAGOGISCH BELEIDSPLAN Het algemeen pedagogisch beleidsplan is door koepelorganisatie Landstede centraal geschreven en wordt indien nodig herzien of aangevuld. KDV Kiekeboe heeft een eigen locatiegebonden pedagogisch werkplan. Op de locatie is ook een locatieverantwoordelijke werkzaam die snel signalen oppikt en door kan geven aan het management. Er vindt 1 x per 6 weken een groepsoverleg (dit is een overleg op groepsniveau) plaats waarbij de nadruk ligt op kindbesprekingen. Minimaal 4 x per jaar vindt er groot team plaats waar alle beroepskrachten van de locatie aanwezig zijn. Hierbij worden allerhande belangrijke zaken besproken waaronder het pedagogisch beleidsplan. Er is een betrokken oudercommissie op de locatie, welke gebruik kan maken van haar rechten en tevens dient als partij die input kan leveren voor het beleidsplan. EMOTIONELE VEILIGHEID De beroepskrachten communiceren met de kinderen. De beroepskrachten reageren op signalen van de baby door zelf ook geluidjes te maken, aan te raken en emoties te laten zien. Zij lokken dit contact ook uit bij baby s (sensitief-responsief). Er zijn gedragsregels voor het omgaan met (overmatig) huilen. Observatie: Er zit een kindje van een jaar bij de beroepskracht op schoot. Ze vind de toezichthouder wat eng. De beroepskracht houdt haar nog eens extra stevig zich aan en aait haar over haar hoofd. Als de beroepskracht vervolgens probeert om het kindje bij een ander spelend kindje op de grond wil zetten, begint het kindje wat te huilen. De beroepskracht twijfelt geen moment en neemt het kindje weer veilig in haar armen bij zich op schoot. PERSOONLIJKE COMPETENTIE De beroepskrachten ondersteunen en stimuleren de ontwikkeling van (individuele) kinderen. De beroepskrachten sluiten aan bij het ontwikkelingstempo en niveau van een kind. Ze bieden spelmateriaal en activiteiten aan die uitdagend en spannend zijn, zonder het kind te overvragen of te onderschatten. Beroepskrachten verwoorden het ontdekkingsproces. Observatie: Er is op deze locatie een 3+ groep. Deze ruimte is uitdagend ingericht voor 3+ kinderen. Er zijn kleine kraaltjes, puzzels met wat kleinere en moeilijker stukjes, kleine diertjes om mee te spelen. Dit is op een 0-4 jaar groep niet op deze manier mogelijk. De beroepskrachten praten ook met een andere stemintonatie en met ander soort bewoordingen tegen de kinderen. Kortom een uitdagende groep voor 3+ kinderen. 4 van 10

5 SOCIALE COMPETENTIE De beroepskrachten ondersteunen de kinderen in hun onderlinge interactie. De beroepskrachten zetten gerichte activiteiten en materialen in om kinderen te laten samenspelen. Op passende wijze (zonder verstoren) wijzen zij kinderen op elkaars mogelijkheden. De groep als geheel wordt benut voor gezamenlijke ervaringen (rituelen, groepsgesprek, imitatie). Observatie: Een kind is met een autootje aan het spelen. Een ander kind loopt er voorzichtig heen en kijkt ernaar. De beroepskracht grijpt deze kans aan om het andere kind mee te laten spelen. Ook een 3e kind wordt gevraagd of ze het leuk vindt om met de autootjes mee te spelen. Op deze manier zijn alle 3 de kinderen samen met de autootjes aan het spelen. OVERDRACHT VAN NORMEN EN WAARDEN Afspraken, regels en omgangsvormen zijn herkenbaar aanwezig en worden toegepast. In het beleidsplan staan aanwijzingen voor afspraken, regels en omgangsvormen. Beroepskrachten handelen hiernaar, met ruimte voor eigen inzicht. Zij passen deze in de meeste situaties consequent toe. Observatie: Wanneer het tijd is voor opruimen en de beroepskrachten dit aan de kinderen laten weten, gaan zij als vanzelf helpen met opruimen. De beroepskrachten complimenteren de kinderen die helpen met opruimen en zij geven tussendoor ook aanwijzingen voor het opruimen; leg die maar in de kast, goed zo, dat doe je goed. CONCLUSIE Op KDV Kiekeboe is het pedagogisch klimaat conform de Wet kinderopvang. Voorschoolse educatie indien gesubsidieerd door het college Omdat er op KDV Kiekeboe geen gesubsidieerde voor- en vroegschoolse educatie wordt aangeboden, zijn de items die hierop betrekking hebben niet beoordeeld. Gebruikte bronnen: Interview (met de beroepskrachten op de groep) Observaties (pedagogische praktijk op donderdagmiddag met 9 beroepskrachten en 42 kinderen) Website Pedagogisch beleidsplan (versie mei 2017) Pedagogisch werkplan (versie mei 2017) 5 van 10

6 Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De beroepskrachten van KDV Kiekeboe beschikken allen over een geldige verklaring omtrent het gedrag en zijn opgenomen in de continue screening. Er was geen stagiaire of vrijwilliger aanwezig tijdens de inspectie. Passende beroepskwalificatie De beroepskrachten die werkzaam is op KDV Kiekeboe beschikken allen over een passende beroepskwalificatie volgens de cao kinderopvang. Opvang in groepen Op KDV Kiekeboe zijn er de volgende stamgroepen: Rakkers: maximaal 16 peuters van 3 jaar Spetters: maximaal 14 kinderen van 0, 1 en 2 jaar Kruimels: maximaal 12 kinderen van 0, 1 en 2 jaar Bengels: maximaal 12 kinderen van 0, 1 en 2 jaar Soms worden de groepen in verband met het beperkte aantal aanwezige kinderen samengevoegd met de ernaast liggende groep. Beroepskracht-kindratio Tijdens de inspectie was de beroepskracht-kindratio (BKR) op de vier stamgroepen in orde. Ook bij verder onderzoek naar bezettingslijsten, planningslijsten en personele inzet, bleek de BKR te kloppen. Bij de inzet van personeel wordt gebruik gemaakt van de rekentool van de overheid. CONCLUSIE Op KDV Kiekeboe zijn personeel en groepen conform de Wet kinderopvang. Gebruikte bronnen: Interview (met de beroepskrachten op de groep) Observaties (pedagogische praktijk op donderdagmiddag met 9 beroepskrachten en 42 kinderen) Website Verklaringen omtrent het gedrag Diploma's beroepskrachten Plaatsingslijsten Presentielijsten Personeelsrooster 6 van 10

7 Overzicht getoetste inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het vastgestelde pedagogisch beleidsplan. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven vanaf 1 maart (art 1.50 lid 3 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd en is bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 4 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over een voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals opgenomen in de meest recent aangevangen cao kinderopvang. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Opvang in groepen De opvang vindt plaats in stamgroepen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) 7 van 10

8 De stamgroep bestaat uit maximaal 12 kinderen tot 1 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) OF De stamgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen van 0 tot 4 jaar waarvan maximaal 8 kinderen tot 1 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 4 aanwezige kinderen tot 1 jaar; - 1 beroepskracht per 5 aanwezige kinderen van 1 tot 2 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 2 tot 3 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 3 tot 4 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 7 en 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 10 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) 8 van 10

9 Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening : Kiekeboe Website : Aantal kindplaatsen : 60 Gesubsidieerde voorschoolse educatie : Nee Gegevens houder Naam houder : Stichting Landstede Kinderopvang Adres houder : Postbus 1 Postcode en plaats : 8000AA Zwolle Website : KvK nummer : Aansluiting geschillencommissie : Ja Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD : GGD IJsselland Adres : Postbus 1453 Postcode en plaats : 8001BL ZWOLLE Telefoonnummer : Onderzoek uitgevoerd door : G.A.P. Evenhuis Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente : Deventer Adres : Postbus 5000 Postcode en plaats : 7400GC DEVENTER Planning Datum inspectie : Opstellen concept inspectierapport : Zienswijze houder : Vaststelling inspectierapport : Verzenden inspectierapport naar houder : Verzenden inspectierapport naar : gemeente Openbaar maken inspectierapport : van 10

10 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport : de houder gaat akkoord met de inhoud van het rapport. 10 van 10