As hāb Ar-Rass. De Mensen van Ar-Rass: Degenen die Leden. Door Akhū Man Tā Allāh. Het pseudoniem van Shaykh Abdullāh ibn Nāsir Ar-Rashīd

Transcriptie

1 As hāb Ar-Rass De Mensen van Ar-Rass: Degenen die Leden Door Akhū Man Tā Allāh Het pseudoniem van Shaykh Abdullāh ibn Nāsir Ar-Rashīd (Moge Allah zijn vrijlating bespoedigen) Drie soorten mensen zijn geliefd bij Allah... en onder hen werd genoemd De man die de vijandsmacht ontmoet, en dus vertoont (of verheft) hij zijn keel aan hen totdat hij gedood wordt [1] At-Tibyān Publications En wat hebben zij dus bereikt!?! Zij hebben succes bereikt met de Toestemming van Allāh net zoals die Gelovigen, die gedood werden aan de handen van As hāb Al-Ukhdūd [2] (De Eigenaren van de greppel), succesvol waren. Maar zij werden gedood door de Eigenaren van de Greppel niet door de Eigenaren van Ar- Rass!! Ar-Rass is de Greppel!! [1] Verwijs naar Kitāb Al-Jihād (1/84) van Ibn Al-Mubārak; verklaard als Sahīh door al-albānī in Sahīh Al-Jāmi (3074). [2] As hāb Al-Ukhdūd: Dit kan duiden op twee betekenissen, en dus, twee onderwerpen. In tijden, wordt het gebruikt om te verwijzen naar De Mensen van de Greppel degenen die de dood verkozen boven het compromitteren van hun Deen, in het verhaal van de Jongen en de Koning. En in tijden, wordt het verwezen naar de Eigenaren van de Greppel degenen die moordenaars waren van de Mensen van de Greppel. Verwijs ook naar het boek, De Mensen van de Greppel, door At-Tibyān Publications.

2 Hoe kan dat? Onze Heer vermelde Ar-Rass op twee plaatsen in Zijn Boek. Hij zei in Sūrah al- Furqān, و قو م نو ح ل ما ك ذب وا ال رس ل ا غر ق ناه م و ج ع ل ناه م ل ل نا س ا ي ة و ا ع تد نا ل ل ظال م ين ع ذاب ا ا ل يم ا و ع اد ا و ثم و د و ا ص ح ا ب ال ر س و قر و نا ب ي ن ذل ك كث ير ا En Wij verdronken het volk van Nūh toen zij de Boodschappers loochenden. En Wij maakten hen tot een teken voor de mensheid. En Wij hebben voor de onrechtplegers een pijnlijke bestraffing voorbereid. En Ād en Thamūd en As hāb Ar-Rass, en vele generaties daartussen. [3] En in Sūrah Qāf, ك ذب ت قب له م قو م نو ح و ا ص ح اب ال ر س و ثم و د Vóór hen loochende het volk van Nūh, en As hāb Ar-Rass en de Thamūd [4] En Rass, betekent letterlijk kuil, en het brengt alles met zich mee dat graafwerk is. Zoals een dichter ooit zei: De luie zijn de Risās aan het graven En Risās, is het meervoud van Rass. En betreffende As hāb Ar-Rass, zijn er verscheidene standpunten de sterkste en [3] Al-Furqān: [4] Qāf: 12

3 meest betrouwbare ervan zijn twee. De eerste is datgene welke versterkt werd door Ibn At-Tabarī (rahimahullah) in zijn Tafsir. En dat is dat de As hāb Ar-Rass de moordenaars zijn van As hāb Al-Ukhdūd genomen van de betekenis van Ukhdūd (Greppel) welke een kuil is. Ibn Jarir zei, En ik weet van geen volk die een verhaal heeft over een kuil, genoemd door Allah in Zijn Boek behalve As hāb Al-Ukhdūd. En het is mogelijk om de overeenkomst van deze uitspraak te herkennen, door te zien dat Allah As hāb Ar-Rass heeft genoemd zonder in enig detail te treden betreffende hun verhaal. En dus schijnt het dat de reden waarom het onnoodzakelijk was om de details te vermelden, het is omdat het verhaal al welbekend is. En er is geen verhaal waarvan bekend is dat die dicht bij zijn betekenis is, anders dan het verhaal van As hāb Al-Ukhdūd. Maar we bedoelen niet dat (de gebeurtenissen van de Stad van) Ar-Rass datgene betekent dat vermeldt werd in de Rass van As hāb Al-Ukhdūd; Eerder, Ar-Rass is een bekende oude waterput, zeer bekend bij de Arabieren. En wat heeft dit dus te maken met iets? Weet je wat het succes was van die Gelovigen die gedood werden door As hāb Al- Ukhdūd (Eigenaren van de Greppel)?! Nee. ا ن ا لذ ين ف ت نوا ا لم و م ن ين و ا لم و م نات ثم لم ي توب وا ف له م ع ذا ب ج ه نم و له م ع ذاب ا لح ري ق ا ن ا لذ ين ا م نوا و ع م لوا ال صال ح ات له م ج نا ت تج ري م ن تح ت ه ا ا لا نه ار ذل ك ا ل فو ز ا ل ك بي ر Voorwaar, degenen die de gelovige mannen en vrouwen bestraften en daarna geen berouw toonden, voor hen is de bestraffing van de Hel en voor hen is de verbrandende bestraffing. Voorwaar, degenen die geloven en goede daden verrichten, voor hen is het Paradijs waar de rivieren onder door stromen. Dat is de grote overwinning. [5] Waarlijk, het Grote Success is standvastigheid op Tawhīd, en het martelaarschap (Shahādah) omwille van Allāh [5] Al-Burūj: 10-11

4 Inderdaad, de geschiedenis herhaalt zich zelf. En ik getuig dat door de Uitspraak van Allah: ولن تجد لس نة االله تبدي لا en jij zal in de handelwijze van Allah nooit een verandering aantreffen. [6] En: كما بع د ت ثمود ا لا ب عد ا لمدين Weet, verdoemenis is er voor de bewoners van Madyan, zoals de Thamūd werden verdoemd! [7]] En weg met de Eigenaren van Ar-Rass! Zoals weg met de Eigenaren van de Greppel! و ال سم اء ذات ا لب ر و ج وا لي و م ا لم و ع ود و شاه د و م شه ود قت ل ا ص ح ا ب الا خد ود ال نا ر ذات ا لو قو د ا ذ ه م ع لي ه ا قع ود و ه م ع لى م ا ي فع لون با لم و م ن ين شه ود و م ا ن قم وا م نه م ا لا ا ن ي و م نوا باالله ا لع زي ز ا لح م ي د Bij de hemel en zijn sterrenstelsels. Bij de aangezegde Dag. Bij de getuige en waarvan getuigd wordt. Verdoemd zijn de gravers van de kuil! Van het vuur met zijn brandhout. Toen zij er omheen zaten. En zij getuige waren van wat zij de gelovigen aandeden. En zij wreekten zich alleen op hen omdat zij geloofden in [6] Al-Ahzāb: 62. Het hele vers is, Dat is de handelwijze (Weg van Allāh) met degenen die voorafgingen. En jij zal in de handelwijze (Weg van Allāh) nooit een verandering aantreffen. [7] Hūd: 95

5 Allah, de Geweldige, de Geprezene. Degene Die de heerschappij over de hemelen en de aarde heeft. En Allah is Getuige over alle zaken. [8] Inderdaad, het regime had tegen de Mujāhidīn in Ar-Rass, datgene welke de Eigenaren van de Greppel hadden tegen de Gelovigen. En ze omringden hen met fel brandend vuur, en ze staken het vuur van de oorlog aan tegen hen, net zoals de Eigenaren van de Greppel de voedende brandstof van het vuur in brand staken. En onze broeders in Ar-Rass leden (van bezoedeling) en boden weerstand eraan, net zoals de Mensen van de Greppel (van bezoedeling) leden en weerstand ertegen boden. En totdat er onder hen een kind was die niet de leeftijd van puberteit bereikt had... hij vocht voor de Zaak van Allāh, totdat hij gedood werd Ons herinnerend aan het kind die zijn moeder vertelde, Heb geduld, want jij bent op de Waarheid, [9] toen ze gedwongen werden om in de Greppel te treden. Laat het geduld en weerstand zoals dat zijn. Zullen degenen die claimen mannen te zijn, niet dit kind volgen deze jonge leeuw?! En wat had het regime tegen diegenen (Mujāhidīn) die gedood werd in Ar-Rass? Dat ze in Allāh, de Almachtige en de Geprezene geloofden. Maar het regime is Moslim!! In dat geval, de Islām van Musaylamah. [8] Al-Burūj: 1-9 [9] Verwijs naar de Hadīth van As hāb al-ukhdūd, verwijs ook naar het boek door At-Tibyān Publications, De Mensen van de Greppel

6 En welke Īmān hadden de Mujāhidīn, waar het regime hen voor strafte? De reden voor de bestraffing tegen de Mujāhidīn, was dat zij streefden om te worden geregeerd met datgene dat Allāh neergedaald heeft terwijl de Tawāghīt verlangden om voor oordeel (in hun geschillen) naar de Tāghūt, de Verenigde Naties te gaan, alhoewel zij opgedragen werd om hen te verwerpen; en de Tawāghīt verlangen om te heersen met de Franse en Britse wetten, in ruil voor de Goddelijke Wetgeving, waarvoor zij opgedragen werden om mee te heersen. Wat betreft het regime, welke claimt Īmān te bezitten Allāh heeft ons hierover geïnformeerd: ا لم تر ا لى ا لذ ين ي ز ع م ون ا نه م ا م نو ا بم ا ا ن زل ا لي ك و ما ا ن ز ل م ن قب ل ك ي ريد ون ا ن ي تح ا كم و ا ا لى ال طا غوت و قد ا م ر و ا ا ن ي ك فر و ا به و ي ريد ال شي طان ا ن ي ض ل ه م ض لا لا ب ع يد ا Heb jij degenen niet gezien die dachten dat zij geloofden in wat aan jou geopenbaard is en in wat er voor jou geopenbaard is? Zij willen volgens de Taghut berechten, hoewel hen toch bevolen was er niet in te geloven. En het is zo dat de Satan hen ver weg wil doen afdwalen. [10] En ook, een andere reden voor hun bestraffing, was omdat de Mujāhidīn de Dīn zuiver voor Allāh Alléén [11] wilde maken; want detawāghīt verlangen om een beetje van de Dīn voor Allāh te maken, en een beetje voor andere dan Allāh. ا ف تو م نون بب ع ض ا لك تا ب و ت ك فر ون بب ع ض فم ا ج ز اء م ن ي فع ل ذل ك م ن كم ا لا خ ز ي ف ي ا لح ي ا ة ال د ني ا و ي و م ا لق ي ام ة ي ر دون ا لى ا ش د ا لع ذا ب و م ا ال له ب غاف ل ع ما تع م لون ا و لي ك ا لذ ين ا ش تر و ا ا لح ي ا ة ال د ني ا بالا خ ر ة ف لا ي خف ف ع نه م ا لع ذاب و لا ه م ي نص ر و ن [10] An-Nisā : 60 [11] En bevecht hen tot er geen fitnah meer is, en de godsdienst geheel voor Allah is.. Verwijs naar Al- Anfāl: 39; ook soortgelijk in Al-Baqarah: 193

7 Geloven jullie in een gedeelte van de Schrift en in een ander gedeelte niet? Er is geen beloning voor wie van jullie zo handelen, maar vernedering in het aardse leven en op de Dag der Opstanding zullen zij worden teruggevoerd tot de zwaarste bestraffing. En Allah is niet onachtzaam omtrent wat jullie doen. Zij zijn degenen die het Hiernamaals voor het aardse leven hebben verruild. De bestraffing zal voor hen niet verlicht worden en zij zullen niet geholpen worden. [12] Of een tijd voor Allāh, terwijl een andere tijd voor andere dan Allāh is: ي ح لو نه ع ام ا و ي ح رم و نه ع ام ا لي و اط و و ا ع د ة م ا ح رم ال له في ح لو ا م ا ح رم ال ل ه ز ين له م س وء ا ع م ال ه م و ال له لا ي ه د ي ا ل قو م ا ل كا ف ري ن Het ene jaar verklaren zij het toegestaan en het andere jaar verklaren zij het verboden, om het aantal kloppend te maken met wat Allah voor verboden heeft verklaard. Hun slechte daden werden voor hen schoonschijnend gemaakt. En Allah leidt het ongelovige volk niet. [13] En de Tawāghīt accepteren dat Allāh het Enige Recht heeft om Wetten te maken, slechts nadat hun koning toestemming geeft. En ze accepteren dat hun koning wetten maakt, of Allāh (de Allerhoogste) hun toestemming geeft, of niet. و ج ع لو ا ل له م ما ذر ا م ن ا لح ر ث و الا نع ا م نص يب ا ف قا لو ا ه ذا ل له بز ع م هم و ه ذا ل شر كا ي نا فم ا كا ن ل شر كا ي هم ف لا ي ص ل ا لى ال له و م ا كان ل له فه و ي ص ل ا لى شر كا ي هم س اء م ا ي ح كم و ن En zij hebben Allah een deel toebedacht van wat Hij heft voortgebracht aan gewassen en vee, en zij zeiden: Dit is voor Allah, volgens hun bewering, en dit is voor onze afgoden. Wat dan voor hun afgoden is, dat bereikt niet Allah; en wat [12] Al-Baqarah: [13] At-Tawbah: 37

8 voor Allah is, dat bereikt wel hun afgoden. Slecht is het wat zij oordelen. [14] En ze bestraffen de Mujāhidīn, omdat ze aan iedere kāfir hadden verklaard: ا نا ب ر اء م ن كم و م ما تع ب د ون م ن د و ن ال له ك فر نا ب كم و ب د ا ب ي ن نا و ب ي ن ك م ا لع د او ة و ا لب غض اء ا ب د ا ح تى تو م نوا بال له و ح د ه Wij zijn niet verantwoordelijk voor jullie en voor wat jullie naast Allah aanbidden. Wij geloven jullie niet en er is tussen ons en jullie vijandschap en haat ontstaan, voor altijd, tot jullie in Allah, de Enige geloven. [15] Terwijl het regime aan elke kāfir verklaarde: Aanbid onze god voor een jaar, dan zullen wij jullie god elk jaar aanbidden. Dit betekent dat ze tegen de Kruisvaarders zeiden, Aanbid onze god rijkdom voor een jaar; dan zullen we jullie god de Kruis elk jaar aanbidden. [dwz. zolang als dat jullie ons geld geven en onze rijkdom en macht laten toenemen, zullen wij jullie en jullie Kruistocht beschermen en behoeden.] En ze straften hen, omdat de Mujāhidīn razend werden vanwege de Istihzā (bespotting) tegen Allāh, de Boodschapper en de Symbolen van Islām in de medialeidingen; maar de Tawāghīt willen de Vrijheid van Kufr zolang als dat het niet hun tronen raakt [dreigt] en de Tawāghīt willen dat die belediging van Allāh en Zijn Boodschapper iets gebruikelijk wordt bij de mensen, totdat er niemand overblijft die Ghīrah (trots) bezit voor de Dīn van Allāh. En de Mujāhidīn streven om het Symbool van Islam van Het Bevelen van het Goede en het Verbieden van het Slechte, te vestigen, en ze weigeren om de Dīn vervormd te laten [14] Al-An ām: 136 [15] Al-Mumtahinah: 4

9 worden, recht in hun gezichten. En ze willen dat het Symbool van Het Bevelen van het Goede en het Verbieden van het Slechte in overeenstemming is van de vereisten van de Goddelijke Wetgeving, niet de vereisten van de regering; en voor de Waarheid om te worden gesproken, of de koningen er tevreden mee zijn of er een hekel aan hebben. Maar de Tawāghīt verlangen erna om de Dīn te verafschuwen wanneer ze willen, zonder te worden veroordeeld; en ze wensen dat het Bevelen van het Goede en Verbieden van het Slechte gehouden wordt binnen de grenzen en bedwinging van hun wetten; en dat de Goddelijke Wetgeving volledig onder hun grillen en verlangen is. En ze bestraften de Mujāhidīn, omdat ze de mushrikīn gezamenlijk [16] bevochten, en ze lagen in afwachting van hen op elk en iedere schuilplaats. [17]. Maar de Tawāghīt wilden vechten tegen de Mensen van Islām, en om de Mensen van Idolen te beschermen [18] ; en ze willen de Sharī ah volledig opheffen, en de Jihād bestempelen als terrorisme en zonde en dat mensen het tegenovergestelde nemen als hun Dīn, van vrede met, overgave aan en vreedzaam samenleven met de ongelovigen Genoeg!Je hebt genoeg gezegd! De zaak is nu duidelijk voor me geworden. Maar zullen de gruweldaden van de Tawāghīt, en het doden van de Muwahhidīn door hun gewoon zo gebeuren zonder enige vergelding?! ا ن ا لذ ين ف ت نوا ا لم و م ن ين و ا لم و م نات ثم لم ي توب وا ف له م ع ذا ب ج ه نم و له م ع ذاب ا لح ري ق Voorwaar, degenen die de gelovige mannen en vrouwen bestraften en daarna geen berouw toonden, voor hen is de bestraffing van de Hel en voor hen is de verbrandende bestraffing. [19] Je hebt de waarheid gesproken; maar zal het bloed van onze gemartelde broederen gewoon zoals dat gebeuren zonder enige vergelding?! [16] bevecht alle veelgodenaanbidders zoals zij jullie allen bevechten. [At-Tawbah: 36]. [17] Doodt dan de veelgodenaanbidders waar jullie hen ook aantreffen en grijpt hen, en omsingelt hen en loert op hen vanuit elke hinderlaag. [At-Tawbah: 5]. [18] De Profeet (salla Allahu alayhi wasallam) vermelde betreffende de Khawārij, dat Zij de Volgelingen van Islām zullen doden, en de Volgelingen van de Idolen zullen laten. Verwijs naar Thilāl Al-Jannah Takhrīj As-Sunnah (910) door Ibn Abī Āsim رحمه االله, geclassificeerd als Sahīh door Shaykh Nāsir Al-Albānī رحمه االله. Ook soortgelijk verhaald door Al-Boekhārī رحمه االله in Kitāb Al- Anbiyā (3166). Ook overgeleverd door Moeslim, An-Nasā ī, Abū Dāwūd en Ahmad. Allemaal van Abū Sa īd Al-Khudrī radia Allahu anhu. [19] Al-Burūj: 10

10 ا ن ا لذ ين ا م نوا و ع م لوا ال صال ح ات له م ج نا ت تج ري م ن تح ت ه ا ا لا نه ار ذل ك ا ل فو ز ا ل ك بي ر Voorwaar, degenen die geloven en goede daden verrichten, voor hen is het Paradijs waar de rivieren onder door stromen. Dat is de grote overwinning. [20] Dat is zoals hoe we hen zien, en we hebben hoop in Allāh met betrekking tot hen, en we maken niemand heilig boven Allāh. Maar zullen de Tawāghīt enige vergelding krijgen in deze wereld?! ا ن ب ط ش ر بك ل شد يد ا ن ه ه و ي ب د ي و ي ع يد و ه و ا ل غ فور ا لو د ود ذو ا لع ر ش ا لم جيد ف عال لم ا ي ري د Voorwaar, de Greep (Bestraffing) van jouw Heer is zeker hard. Voorwaar, Hij is het die schept en doet herleven. Hij is de Vergevensgezinde, de Liefdevolle. Bezitter van de Troon, de Meest Vrjgevige, Uitvoerder van wat Hij wil. [21] Je vermelde dat de geschiedenis zichzelf herhaald... Is er enig voorbeeld in de geschiedenis, welke ons kan informeren over wat de Tawāghīt van het Arabische Schiereiland zal overkomen? ه ل ا تاك ح د ي ث ا لج نود ف ر ع و ن و ثم ود ب ل ا لذ ين ك فر وا ف ي ت كذ ي ب و ال ل ه م ن و ر اي هم مح ي ط ب ل ه و قر ا ن م جيد ف ي لو ح مح فو ظ Heeft het bericht van de legers jou bereikt? Van Fir'awn en Thamūd? Degenen die niet geloven gaan zelfs door met loochenen. En Allah omsingelt hen van achteren. Het is zelfs een glorierijke Koran. In de Lauhoelmahfoedh. [22] We vragen Allāh om de vergelding van de Tawāghīt van het Schiereiland te bespoedigen, in deze wereld en in het Hiernamaals; en dat Hij hen een (schokkend) teken maakt voor de mensheid, en een les voor degenen die de leiding zullen nemen. Het is mogelijk voor jou om terug te keren naar het onderwerp van de betekenis van As hāb Ar-Rass Je vermelde dat er twee sterke standpunten zijn betreffende deze kwestie, maar je hebt slechts één vermeldt? [20] Al-Burūj: 11 [21] Al-Burūj: [22] Al-Burūj: 17-22

11 De andere uitspraak over As hāb Ar-Rass, is dat zij de moordenaars waren van Habīb An-Najjār. En dit is het standpunt van Mujāhid, As-Suddī, en Ka b Al-Ahbār. En wie is Habīb An-Najjār?! De geleerden van Tafsīr hebben vermeld dat het de naam is van de man wiens verhaal vermeld werd in Sūrah YāSīn. Zoals Allāh zei: و اض رب له م م ث لا ا ص ح اب ا ل قر ي ة ا ذ ج اء ها ا لم ر س لون ا ذ ا ر س ل نا ا لي هم ا ث ني ن ف ك ذب وه م ا فع زز نا ب ثال ث ف قا لوا ا نا ا لي كم م ر س لون قا لوا م ا ا ن تم ا لا ب شر م ث ل نا و م ا ا نز ل الر ح م ن م ن شي ء ا ن ا ن تم ا لا ت كذ ب و ن قا لوا ر ب نا ي ع لم ا نا ا لي كم لم ر س لون و م ا ع لي نا ا لا ا لب لا غ ا لم بين قا لوا ا نا ت ط ير نا ب كم لي ن لم تن ته وا ل نر ج م ن كم و لي م س ن كم م نا ع ذاب ا ل يم قا لوا طاي ر كم م ع كم ا ي ن ذك ر تم ب ل ا ن تم قو م م س ر فو ن En geef hun een voorbeeld: (het verhaal van) de bewoners van de stad (Het is gezegd dat de stad Antioch was) toen de gezondenen tot haar kwamen. Ten Wij er twee tot hen zonden, waarop zij hen loochenden, toen versterkten Wij (hen) met een derde. Zij zeiden toen: Voorwaar, wij zijn tot jullie gezondenen. Zij zeiden: Jullie zijn slechts mensen zoals wij en de Erbarmer heeft niets neergezonden, jullie doen niets anders dan liegen. Zij zeiden: Voorwaar, onze Heer weet dat wij zeker tot jullie gezondenen zijn. En onze taak is slechts het overbrengen van de duidelijke verkondiging. Zij zeiden: Voorwaar, we zien een kwaad lot in jullie, als jullie dan niet ophouden, dan zullen wij jullie zeker stenigen en dan zal jullie zeker een pijnlijke bestraffing van ons treffen. Zij zeiden: Jullie kwade lot ligt bij jullie zelf, is het omdat jullie vermaand worden? Nee, jullie zijn een buitensporig volk. [23] [23] YāSīn: 13-19

12 En vervolgens vermeldde Allāh (Verheven is Hij) het verhaal van de Gelovige man: و ج اء م ن ا قص ى ا لم د ي نة ر ج ل ي س ع ى قال ي ا قو م ا ت بع وا ا لم ر س ل ي ن ا ت بع وا م ن لا ي س ا ل كم ا ج ر ا و ه م م ه تد ون و م ا ل ي لا ا ع ب د ا لذ ي ف طر ن ي و ا لي ه تر ج ع ون ا ا تخ ذ م ن د و نه ا ل ه ة ا ن ي رد ن ي الر ح م ن بض ر لا ت غ ن ع ني ش فاع ته م شي ي ا و لا ي نق ذو ن ا ني ا ذ ا لف ي ض لال م بي ن ا ني ا م ن ت بر ب ك م فاس م ع و ن En uit het verste gedeelte van de stad kwam een man aangesneld, die zei: O mijn volk, volgt de gezanten. Volgt hen die geen beloning van jullie vragen en rechtgeleiden zijn. En waarom zou ik niet Hem aanbidden Die mij heeft geschapen? En tot Hem worden jullie teruggekeerd. Hoe zou ik dan naast Hem goden kunnen nemen? Als de Barmhartige voor mij tegenspoed zou wensen, dan zou hun voorspraak mij niets baten en mij niet redden. Voorwaar, dan zou ik zeker in duidelijke dwaling verkeren. Voorwaar ik geloof in jullie Heer, luistert daarom. [24] Dus kijk! Naar deze Gelovige man; Kijk naar hoe hij in het openbaar de Waarheid verkondigde en de Mensen van Tawhīd assisteerde En laat dus degenen die wensen, om hem te bestempelen als een dwaze en roekeloze persoon! En hij kwam rennend van het verste deel van de stad! Laat dus al wie wenst om hem te bestempelen als overhaastig en onbezonnen! En hij nodigde uit naar de Waarheid in het openbaar en zichtbaar zonder enig gemompel of iets te verzwakken! Laat dus degenen die willen zeggen, Dit is geen correcte wijsheid in de Da wah, noch is het geleidelijk vooruitgang! En hij kondigde duidelijk aan dat hij op deze Gezegende Da wah is, en hij probeerde niet om iets te rechtvaardigen aan hun, noch zei hij, Ik hou me alleen vast aan de theorie, maar ik handel er niet na, noch zei hij Ik leg dit slechts academisch uit, maar ik rechtvaardig dit niet ; noch ging hij voort om uit te leggen dat het toegestaan is om te coëxisteren, zeggend tegen de mushrikīn, Ik vind jullie godsdienst leuk, en jullie vinden mijn godsdienst leuk Kijk dus naar deze eerlijke en oprechte Muwahhid hoe hij de mushrikīn, hun geleerden en hun analisten versloeg door bewijzen te gebruiken en er is geen twijfel dat dit datgene is dat plaatsvindt in elke en iedere Ummah. En de leek van onder de Muwahhidīn is in staat om duizend geleerden van de mushrikīn te verslaan, zoals [24] YāSīn: 20-25

13 vermeldt werd door Shaykh Al-Islām Mohammed ibn Abdil-Wahhāb. En dit is de situatie van de Mensen van Tawhīd in alle era s en plaatsen; in de velden van speren en verwarring, ze zijn triomfantelijk in tijden, en ze zijn verslagen in tijden maar wat betreft de velden van bewijzen en bewijsmaterialen, dan zij ze altijd de duidelijke overwinnaars. En evenzo, waren de Shuhadā van Ar-Rass, en hun broeders van onder de Mujāhidīn Ze keerden niet terug van het openlijk confronteren van de kufr, en zij bestempelden het inderdaad als duidelijke dwaling ; en ze keerden niet terug naar het uitleggen van de futiliteit van de valse afgoden, en dat ze van geen nut of wat dan ook zijn, en dat ze niemand kunnen redden... en ze riepen uit, zeggende, We hebben geloofd in jullie Heer, en luister dus naar ons Voorzeker, de Muwahhid die zich oprecht realiseert dat dit leven (Ad-Dunyā) kort is, en dat het samen met al datgene dat het bevat van beproevingen en rampspoeden zal vergaan Waarlijk, het is slechts die Muwahhid die in staat zal zijn om de ongewone zoetheid te proeven van de welsprekendheid in hoe het verhaald eindigde, zonder de moord van Habīb An-Najjār te vermelden eerder, het verhaal verplaatst zich direct naar de vergoeding: ا ني ا م ن ت بر ب كم فاس م ع و ن ق يل اد خ ل ا لج ن ة Voorwaar, ik heb geloofd in jullie Heer, luistert daarom. Er werd gezegd (tegen hem): Treed het Paradijs binnen. [25] En dus was daar, tussen de tijd dat hij had gezegd, Voorwaar, ik heb geloofd... en toen hem gezegd werd, Treed het Paradijs een zeer korte ruimte welke enorm oneindig was!! Toen hij nog in leven was zei hij, ik heb geloofd en daarna werd hem gezegd, Treed het Paradijs nadat hij gedood werd. En tussen deze twee uitspraken in, vond het grootste ding plaats, welke de mensheid vreest: en dat is de dood. Inderdaad, deze machtige welsprekendheid is de beste manier om uit te leggen wat er gebeurt in de ziel van de Mujāhid wanneer hij de rijen van de vijanden ontmoet Dat is dat hij boven en achter de dood aangaat die hij ziet, en hij jaagt op datgene wat erachter is, van de Tuinen en hij stopt zijn gedachten van de dood en lijden dat hij meemaakt, net zoals het verhaal stopt en niet de dood van Habīb An-Najjār vermeldt. [25] YāSīn: 25-26

14 En het is waarschijnlijk mogelijk voor jou om te zien, sinds we praten over de Shuhadā van Ar-Rass, om je te verplaatsen naar de stage van de dood... En dus zie je met jouw eigen ogen, een standvastige strijder die terug vecht en vervolgens, is hij een geëerde martelaar onder de Troon van Allāh en er is tussen de twee niets, behalve het geduldig verdragen voor een uur. We vragen Allāh om onze broeders te accepteren onder de Shuhadā (martelaren). En deze psychologische denkrichting welke de dood overtreft is dezelfde denkrichting welke de Boodschapper van Allāh aan zijn Metgezellen onderwees, toen hij zei, En weet! Dat het Paradijs onder de schaduwen van de zwaarden is. [26] En misschien hier, zij, die alleen het uiterlijk en de uiterlijke kenmerken van het leven van deze wereld kennen, zij zullen dit contrasteren en zeggen, Datgene dat onder de schaduwen van de zwaarden is, dat is de dood! Het is niet het Paradijs! Explosieven en bommen bevatten slechts de dood, doden en het uit elkaar rukken van de ledematen! Ze omvatten niet de Tuinen van Adn!! Maar de Geweldige Profeet (salla Allahu alayhi wasallam) versterkte zijn Metgezellen en bracht hen naar voren op deze psychologische denkrichting waarvoor zelfs de dagelijkse moderne militaire experts niet in staat waren om te bereiken maar onlangs zijn ze aan het proberen om het te doen, en inderdaad nog steeds met geweldige gebreken!! En dus is hier Generaal S. Patton, die beschouwd wordt als één van de grootste militaire leiders in de hele geschiedenis van Amerika, degene die een Imām is geworden van alle Amerikaanse militaire, administratieve, en economische experts, en van al degenen die hun programma s volgen niemand van hen is het oneens met zijn leiderschap Dus deze grote commandant van onder de commandanten van kufr de grootste reden welke zijn beroemdheid veroorzaakte, en de beroemdheid van zijn methoden, was de manier hoe hij zijn troepen aanmoedigde om te vechten; en de meerderheid van zijn beroemde preken waren om hen te herinneren aan wat ze konden zeggen wanneer ze ouder werden, wat ze konden vertellen aan hun kleinkinderen over hun dapperheid en moed in de veldslagen en hij vertelde hen, Als jullie voortgaan om te vechten, zullen jullie in staat zijn om in trotsheid erover op te scheppen!! En dus begreep deze ongelovige de eenvoudigste zaak, welke is dat de Vechter moet denken aan de goede uitkomst, niet aan de dood. Maar volgens deze ongelovige, is de goede uitkomst slechts uitsloverij en opscheppen over wat hij bereikt heeft en dat was het [26] Verwijs naar Al-Boekhārī (2818, 2965, 3024), en Moeslim (1742).

15 Aldus deze denkrichting (van onvergetelijke dood), welke gevormd en bepaald werd door de Profetische Opvoeding (At-Tarbiyyah An-Nabawiyyah), is datgene welke Umayr ibn Al-Hamām (radia Allahu anhu) uitriep, Als ik lang genoeg zou leven om deze dadels te eten dan waarlijk, is het te langdurig voor een leven! [27] En dit is de denkrichting, welke Anas ibn Nadhar (radia Allahu anhu) ertoe zetten om te verklaren, De Tuinen, bij de Heer van An-Nadhar ik ruik haar geur van achter de Berg Uhud! [28] En ja inderdaad, van achter de berg Uhud waar de mensheid de stank van bloed en afgehakte ledematen vonden, vond Anas ibn Nadhar de geur van het Paradijs... waar mensen de geur vonden van buskruit, TNT en explosieven vindt de Mujāhid op de Weg van Allāh de geur van de Tuinen. Allah heeft me inderdaad gezegend door me de mogelijkheid te geven van het ontmoeten en mixen met de meeste Mujāhidīn in het Arabische Schiereiland, van onder degenen die nu als martelaar gestorven zijn, of gevangen zijn genomen, of nog verblijven als een Murābit (bewaker). En ik zweer bij Allāh, naast Wie er niemand het waardig is om te aanbidden, noch is er een Heer behalve Hij: Ik heb geen enkele van deze Mujāhidīn gevonden, behalve dat hij vurig het martelaarschap zoekt op de Weg van Allāh; en het is alsof zij allen zeggen, Waarlijk, het is te langdurig voor een leven! Dit is wat ze zeggen, zelfs met het feit dat hun levens geheel zijn in Ribāt (het bewaken van de grondgebieden en streken van de Mujāhidīn), I dād ( voorbereiding, zoals het leren van het maken van explosieve, perfect scherp schieten en doel, etc), en Jihād (vechten op de Weg van Allāh tegen de vijanden van Allāh). En ik zweer bij Allāh in Wiens Hand mijn ziel is het is het meest gezochte ding waarvoor de mensheid naar streeft en ze leven in zulke vreugde in deze Jihād, en zulke zegening, en hun ogen zijn in zo n vreugde dat als Nāyif ibn Abdil- Azīz en de Tawāghīt van het Arabische Schiereiland erover wisten, ze zichzelf vrijwillig zouden overgeven aan Allāh in Islām, en ze zouden alles besteden voor het zoeken naar een weg waardoor ze zich bij de Mujāhidīn kunnen aansluiten en als de zoekers van voorkeuren en comfort, en de slaven van lust en verlangens wisten over deze vreugde en zegening, dan zouden ze nooit, zelfs niet eens de hele wereld en zijn vreugdes, verkiezen boven deze gezegende stof op deze Weg, En we getuigen niets behalve volgens datgene wat we weten, en we kunnen het onzichtbare niet zien! Dat is hoe we hen allen zien, en Allāh is hun Rechter, en we heiligen niemand boven Allāh. En ik geloof dat de Shuhadā van Ar-Rass nu allemaal, precies datgene zeggen, dat Habīb An-Najjār zei, nadat hij gedood werden door de Eigenaren van Ar-Rass: ق يل اد خ ل ا لج ن ة قال ي ا لي ت قو م ي ي ع لم ون بم ا غ فر ل ي ر بي و ج ع لن ي م ن ا لم كر م ي ن [27] Verwijs naar Moeslim (1901). [28] Verwijs naar Al-Boekhārī (2805), Moeslim (1903).

16 Er werd gezegd: Treed het Paradijs binnen. Hij zei: O wee, wist mijn volk maar. Wat mijn heer mij heeft vergeven en mij tot één van de geëerden heeft gemaak!. [29] Als alleen onze mensen wisten! Hoe onze Heer ons vergeven heeft voor al onze zonden, en ons maakte van onder degenen die geëerd zijn! Wat betreft de Tawāghīt, dan heeft Allāh ons verteld over hoe hun vergoeding was in die era: و م ا ا نز ل نا ع لى قو م ه م ن ب ع د ه م ن ج ند م ن ال سم اء و م ا ك نا م ن زل ين ا ن كا ن ت ا لا ص ي ح ة و اح د ة فا ذا ه م خام د ون ي ا ح س ر ة ع لى ا لع ب اد م ا ي ا ت ي هم م ن ر س ول ا لا كا نوا به ي س ته زي ون ا لم ي ر و ا كم ا ه ل ك نا قب له م م ن ا ل قر و ن ا نه م ا لي هم لا ي ر جع ون و ا ن ك ل ل ما ج م يع لد ي نا م ح ض ر و ن En Wij hebben na hem geen leger uit de hemel tot zijn volk gezonden, en Wij zonden hen niet. Het was slechts één bliksemslag en toen waren zij dood. Wat jammer voor de dienaren, er komt geen Boodschapper tot hen, of zij drijven de spot met hem. Weten zij dan niet hoeveel generaties vóór hen Wij vernietigd hebben? Zij zullen niet tot hun terugkeren. En zij zullen allen bij elkaar bij Ons voorgeleiden zijn. [30] Maar wat betreft onze era, dan heeft Allāh de bestraffingen gemaakt om te worden uitgevoerd via de handen van de Gelovigen, en heeft de kuffār gedreigd en in het bijzonder de murtaddīn door de Mujāhidīn op Zijn Weg, zoals Hij zei: ي ا ا يه ا ا لذ ين ا م نوا م ن ي ر ت د م ن كم ع ن د ين ه فس و ف ي ا ت ي ال له ب قو م ي ح ب ه م و ي ح بو ن ه ا ذ لة ع لى ا لم و م ن ي ن ا ع زة ع لى ا ل كاف رين ي ج اه د ون ف ي س بيل ال له و لا ي خا فون لو م ة لاي م ذل ك فض ل ال له ي و ت ي ه م ن ي شا ء و ال له و اس ع ع ل يم [29] YāSīn: [30] YāSīn: 28-32

17 O jullie die geloven! Wie van jullie zijn godsdienst afvallig is: Allah zal een volk nemen waar Hij van houdt en dat van Hem houdt, dat zachtmoedig is tegenover de gelovigen en streng tegenover de ongelovige, dat strijdt op de Weg van Allah (Jihad voeren) en zij zijn niet bang voor degenen die verwijten maken. Dat is de gunst van Allah, die Hij geeft aan wie Hij wil en Allah is Alomvattend, Alwetend. [31] Aldus O Nobele Broeder: Je hebt voorzeker deze twee voorbeelden gezien gelijk aan de situatie van onze martelaar gestorven broeders in Ar-Rass met zulke grote gelijkenis tussen hen. En beide verhalen zijn vermeld in de Tafsīr van As hāb Ar-Rass, degenen die Allāh (de Allerhoogste) vermeldt heeft in Zijn Boek. En we smeken Allāh (Geprezen en Verhevene is Hij) om onze broeders van Ar-Rass te accepteren als Shuhadā, en dat Hij ons stevig en standvastig houdt, net zoals zij stevig verdroegen; en dat Hij de Shahādah aan ons verleent, zoals Hij het aan hen verleende en dat Hij ons toestaat om Hem te ontmoeten zonder te hebben veranderd in het kleinste, noch om terug te draaien op onze genezingen. و ل ما ر ا ى ا لم و م نون الا ح ز اب قا لوا ه ذا م ا و ع د نا ال له و ر س و ل ه و ص د ق ال له و ر س و له و م ا ز اد ه م ا لا ا يم ان ا و تس ل يم ا م ن ا لم و م ن ين رج ال ص د قوا م ا ع اه د وا ال له ع لي ه فم نه م م ن قض ى نح ب ه و م نه م م ن ي ن تظ ر و م ا ب د لوا ت بد ي لا En toen de gelovigen de bondgenoten zagen, zeiden zij: Dit is wat Allah en Zijn Boodschapper ons hebben beloofd, en Allah en Zijn Boodschapper hebben gelijk. En het doet hun slechts toenemen in geloof en onderwerping. Onder gelovigen zijn er mannen die de belofte die zij aan Allah gedaan hebben trouw blijven. Onder hen zijn er wiens wens vervuld is (omwille van Allah gedood zijn) en onder hen zijn er die (daarop) wachten. En zij hebben niets veranderd (in hun belofte). [32] [31] Al-Mā idah: 54 [32] Al-Ahzāb: 22-23