VAN SCHOOL NAAR WERK

Transcriptie

1 VAN SCHOOL NAAR WERK STAPPENPLAN voor leerling en ouders/verzorgers november 2017 Wereldkidz Meerklank VSO T: Stagebureau E: Laan van Eikenstein 2 janitapranger@wereldkidz.nl 3705 AR Zeist W: meerklank.wereldkidz.nl (bezoekadres Oude Arnhemseweg) 1

2 Inleiding Voor u ligt het stappenplan van school naar werk. Met dit stappenplan willen wij als school u niet alleen informeren, maar u tevens attenderen op de verschillende stappen die voor u als ouders/verzorgers binnen dit proces belangrijk zijn, en waar u actief bij betrokken bent. Sinds de invoering van de Participatiewet is de hele uitvoering daarvan nog volop in ontwikkeling. Daarom zal dit stappenplan de komende tijd zeker nog aan veranderingen onderhevig zijn. Op Meerklank doen leerlingen werkervaring op via onze interne stages, groepsstages en externe stages. In ons Stagebeleidsplan staat dit uitgebreid beschreven. Het doel is: onze leerlingen zo goed mogelijk toeleiden naar passende dagbesteding of (beschutte) arbeid. Meerklank bereidt voor op 3 uitstroombestemmingen, waarbinnen het traject voor elke leerling individueel vorm krijgt. Elke aanvraag is maatwerk. Daarom is een goede afstemming tussen alle betrokkenen - leerling, ouders, school, uitstroomplek, gemeente/andere betrokken partijen - van wezenlijk belang. dagbesteding: ervaringsgericht dagbesteding: (licht) arbeidsmatig beschutte arbeid/arbeid Betrokken is het sociaal team van de wijk waarin u woont Betrokken is het sociaal team van uw wijk waarin u woont Betrokken is de gemeente (RSD, Regionale Sociale dienst) Belangrijk: per worden leerlingen die uitstromen vanuit het VSO zonder een beoordeling door het UWV opgenomen in het doelgroepenregister. Daar waar wij in deze tekst spreken over uw zoon/dochter, bedoelen wij daarmee uiteraard ook uw pupil. Spreken wij over ouders, dan bedoelen wij hiermee ook de verzorgers/voogd. Blad 2 van 12

3 Het stappenplan Stap 1 Ongeveer 16 jaar (bovenbouw): start externe stage (verkennend) Vanaf de bovenbouw gaan wij met en/of voor uw zoon of dochter op zoek naar een externe stage. De eerste stage is vooral verkennend. Het stagebureau (Janita Pranger of Ria Pastoor) zal hierover contact met u opnemen zodra het aan de orde is. Als u concrete wensen of verwachtingen heeft, kunt u die uiteraard kenbaar maken. De stagecoördinatoren gaan dan na of zij hier in dit stadium al rekening mee kunnen houden. Het kan uiteraard ook zijn dat zij - gemotiveerd - aangeven dat wij als school anders adviseren en waarom. Stap 2 Ongeveer 17 jaar: gesprek stagecoördinator Rond de 17e verjaardag van uw zoon/dochter nodigen Ria Pastoor of Janita Pranger, stagecoördinatoren, u uit voor een gesprek. In dit gesprek bespreken wij de stagemogelijkheden, wensen en verwachtingen van uw kind. Op school hebben wij vóór die tijd ook een arbeidsinteressetest (TOTA) afgenomen. Als u of uw kind voorkeur heeft voor bepaalde stageplekken of als u zelf een bedrijf/stageplek wilt aandragen, dan kunt u dat zeker ook in dit gesprek aangeven. Leerlingen van onze school hebben recht op onderwijs tot hun 20e levensjaar. Echter voor bekostiging moet er een Toelaatbaarheidsverklaring voor onderwijs (afkorting TLV) toegekend worden. Vanaf de 18e verjaardag is deze toekenning niet meer vanzelfsprekend. Dit betekent dat wij ook met u verkennen wat het moment is waarop wij verwachten dat uw zoon/dochter zal uitstromen. Wij brengen de akkoordverklaring opnieuw onder uw aandacht: bij aanmelding van uw zoon/dochter heeft u een machtigingsformulier ondertekend voor het uitwisselen van gegevens met instanties als het UWV, de gemeente en stagegevers. Deze uitwisseling kan in deze fase richting uitstroom erg belangrijk zijn, en vindt plaats binnen de geldende regels van de wet op de privacy. In bijlage 1 vindt u ter herinnering de akkoordverklaring. In vervolg op het gesprek zoeken wij - waar mogelijk ook op basis van uw suggesties - een externe stage die gericht is op de ontwikkeling en toekomst van uw zoon/dochter. Binnen deze stage werken wij met een stagemap waarin de persoonsgegevens, evaluatieformulieren, dagregistratieformulieren, de stageovereenkomt en de doelen zijn opgenomen. Blad 3 van 12

4 Stap 3 Ongeveer 17,5 jaar: beoordeling arbeidsvermogen Op 1 januari 2015 is de Participatiewet ingegaan. Iedereen die kan en wil werken en geen Wajong uitkering of WSW-indicatie heeft, valt onder de Participatiewet als hij/zij het op de arbeidsmarkt niet redt zonder ondersteuning. Alleen jongeren die duurzaam geen arbeidsvermogen hebben, kunnen een beroep blijven doen op de Wajong. De beoordeling arbeidsvermogen is bedoeld als vangnet voor jongeren met een beperking. Bij deze beoordeling oordeelt een UWV arts of iemand recht heeft op een Wajong uitkering of dat hij participatievermogen heeft en onder de Participatiewet valt. Binnen de huidige ontwikkelingen is het in het belang van alle leerlingen van Meerklank om een beoordeling arbeidsvermogen aan te vragen bij het UWV. Het advies van school en het UWV is om de aanvraag samen met de stagecoördinatoren in te vullen. U kunt de aanvraag doen als uw zoon/dochter de leeftijd heeft bereikt van 17,5 jaar. Het formulier hiervoor kunt u vinden op de site van Voor de aanvraag heeft u de volgende gegevens nodig: *bewijs van inschrijving van school *burgerservicenummer *het uitstroomprofiel *stageverslagen *het laatste OPP *diagnostische onderzoeken *orthopedische verslaglegging Een keuringsarts van het UWV bepaalt voorlopig of uw zoon/dochter recht zal hebben op de Wajong uitkering. Daarbij moet sprake zijn van langdurige en duurzame arbeidsongeschiktheid De Wajong wordt pas uitgekeerd bij het verlaten van de school. De Wajong bedraagt 75% van het minimumloon. Heeft hij/zij géén recht op de Wajong uitkering, dan valt hij/zij onder de participatiewet, en zijn er bij het schoolverlaten andere stappen te zetten. Blad 4 van 12

5 Stap 4 Vóór/rond de 18e verjaardag: aanvragen tegemoetkoming scholieren Als uw zoon/dochter 18 jaar wordt en op het voortgezet speciaal onderwijs zit, dan krijgt u geen kinderbijslag meer. Iedere leerling heeft dan wél recht op een tegemoetkoming voor scholieren op basis van de WTOS = Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten). Deze tegemoetkoming is een gift. Hij/zij krijgt in ieder geval de basistoelage. Deze tegemoetkoming moet u zelf aanvragen. Aanvragen doet u met het formulier: Aanvraag tegemoetkoming scholieren via DUO (Mijn DUO). De tegemoetkoming gaat in vanaf het kwartaal na de 18e verjaardag van uw zoon/dochter/pupil. De tegemoetkoming wordt uitbetaald aan het eind van elke maand. Zorg er dus voor dat u de tegemoetkoming op tijd aanvraagt! De tegemoetkoming stopt automatisch vanaf de maand waarin uw zoon/dochter/pupil 20 jaar wordt. Wordt hij/zij 20 jaar tijdens het schooljaar en blijft hij/zij dat schooljaar nog ingeschreven staan bij het VSO? Geef dan de nieuwe einddatum van haar/zijn opleiding door. De tegemoetkoming loopt dan door tot de nieuwe einddatum. Blad 5 van 12

6 Stap 5 Vóór/rond de 18e verjaardag: aanvragen studietoeslag Leerlingen die onder de Participatiewet vallen, hebben recht op een studietoeslag. Als uw zoon/dochter duurzaam geen arbeidsvermogen heeft en onder de Wajong valt, heeft hij/zij géén recht op deze studietoeslag. De studietoeslag is in het leven geroepen vanuit de gedachte dat een student met een gemiddelde intelligentie zonder beperkingen in staat is naast zijn/haar studie bij te verdienen d.m.v. een bijbaantje en dat dit van leerlingen die onder de Participatiewet vallen niet verwacht kan worden als gevolg van hun beperkingen. Let op: deze studietoeslag kan per gemeente anders vormgegeven zijn! De hieronder beschreven voorwaarden gelden in ieder geval voor leerlingen die vallen onder de Regionale Sociale DIenst Kromme Rijn Heuvelrug. Voorwaarden U bent u 18 jaar of ouder U heeft u recht op studiefinanciering op grond van de Wet studiefinanciering 2000 (WSF) of recht op een tegemoetkoming op grond van hoofdstuk 4 van de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten(wtos) U hebt weinig vermogen U door een arbeidsbeperking niet in staat bent door arbeid het wettelijke minimumloon te verdienen, maar u wel mogelijkheden tot arbeidsparticipatie heeft. Wanneer nodig stellen wij dit met behulp van een deskundige vast. Hoogte en duur individuele studietoeslag De studietoeslag bedraagt 600,- per zes maanden. De studietoeslag wordt betaald in zes maandelijkse termijnen van 100,-. De studietoeslag is niet gerelateerd aan bepaalde kosten en kent geen bestedingsplicht. U kunt de individuele studietoeslag eens per 6 maanden aanvragen. Aanvragen Als u denkt in aanmerking te komen voor de individuele studietoeslag kunt u middels het formulier in de bijlage een aanvraag indienen. Stuur het ingevulde formulier met de betreffende bewijsstukken per mail of per post naar: Regionale Sociale Dienst Kromme Rijn Heuvelrug T.a.v. Team inkomen Postbus AA Zeist Mailadres:info@rsdkrh.nl Blad 6 van 12

7 Stap 6 Onderzoeken mogelijkheden: dagbesteding of (beschutte) arbeid Als uw zoon of dochter is ingeschaald voor duurzaam geen arbeidsvermogen (zie stap 3), dan ligt het zoeken naar een dagbestedingsplek voor de hand. Als er mogelijkheden zijn, dan bent u toe aan stap 7: aanvragen dagbesteding. Als uw zoon/dochter valt onder de participatiewet, dan zijn er veel mogelijkheden. Het belangrijkste advies is, dat het goed is om ruim vóór het schoolverlaten, dus na het aanvragen van de beoordelings arbeidsvermogen, eventueel samen met school te onderzoeken welke instanties u als ouder en ons als school kunnen ondersteunen en adviseren bij het vinden van een passende plek. Het kan zijn dat uw zoon/dochter het nodig heeft om via dagbesteding (stap 7) door te groeien naar beschutte arbeid (dit kunt u niet zelf beslissen maar moet in nauw overleg met de instanties), het kan zijn dat uw zoon/dochter op zoek is naar beschutte arbeid, of misschien zijn er zelfs mogelijkheden dat uw zoon/dochter in een reguliere organisatie een werkplek kan vinden. Vanuit school streven we ernaar om iedereen uit te laten stromen naar passend werk. Het kan helaas ook zo zijn dat er bij schoolverlaten (nog) geen passende plek beschikbaar is. Nadat is vastgesteld dat uw zoon/dochter valt onder de participatiewet (zie stap 3), zullen wij met u onderzoeken met welke instanties u kunt optrekken. Het is te complex en te individueel om dit hier verder uit te schrijven. In bijlage 2 ziet u een samenvatting van de huidige mogelijkheden binnen de Participatiewet. Blad 7 van 12

8 Stap 7 Aanvraag dagbesteding Om in aanmerking te komen voor een plek in de dagbesteding, moet er een indicatie aanwezig zijn. De aanvraag van die indicatie dient in de gemeente ingediend te worden waar uw kind woont. Heeft u twijfels over het moment van aanvragen of weet u voor uw gemeente niet goed waar u terecht kunt, vraag dan advies via de stagecoördinatoren. Voor Zeist kunt u dagbesteding aanvragen bij het sociaal team in uw wijk. Via de gemeente Zeist (telefoonnummer ) kunt u een afspraak maken voor een gesprek. Via Ondersteuning en zorg bij gemeente Zeist vindt u de spreekuren van het Sociaal Team in de verschillende wijken. Tijdens een spreekuur kunt u gewoon binnenlopen voor een vraag of om een afspraak te maken. Na het gesprek met de medewerker van het Sociaal Team kan er desgewenst een indicatie voor begeleiding worden aangevraagd. In sommige gevallen kan de medewerker van het Sociaal Team deze zelf afgeven en soms is er hulp van een Wmo-specialist nodig. De Sociaal Team-medewerker vertelt u tijdens het gesprek hoe de procedure verder zal gaan lopen, met welke termijnen u rekening moet houden en wat u verder kunt verwachten. Neem gerust een vertrouwd iemand mee naar het gesprek als u dat prettig vindt. Dat wordt door het Sociaal Team alleen maar aangemoedigd. Als uw kind 24 uur per dag toezicht nodig heeft, dan kan WLZ (Wet Langdurige Zorg) voor de hand liggend zijn. De begeleiding komt dan uit de WLZ, net als de andere benodigde zorg. De leerling die hier onder valt kan daarvoor een indicatie aanvragen bij het CIZ. Twijfelt u of uw kind onder de Wmo of onder de WLZ zal gaan vallen, neemt u dan contact op met het Sociaal Team voor een oriënterend gesprek. Stap 8 Rond schoolverlaten: inkomen en recht op voorzieningen Als uw zoon/dochter recht heeft op Wajong, dan kunt u deze na het schoolverlaten in laten gaan. U moet hiervoor bij het UWV het bewijs van uitschrijving van school indienen. Valt uw zoon/dochter onder de participatiewet, dan zijn er verschillende mogelijkheden: het kan zijn dat uw zoon/dochter loon gaat krijgen, of eventueel recht heeft op een uitkering. Daarnaast is er vaak recht op aangepaste omstandigheden op de werkplek. Ook dit wordt per situatie ingeschat, wij verwijzen opnieuw naar bijlage 2 voor de samenvatting van de huidige mogelijkheden. Aangezien er qua toepassing verschillen zijn per gemeente en soms wijzigingen in de wetgeving, kunt u voor informatie hierover bij ons terecht. Blad 8 van 12

9 Nawoord Wij hebben dit stappenplan zo zorgvuldig mogelijk samengesteld, aan de hand van de mogelijkheden en ervaringen tot nu toe. Mocht u nog vragen hebben naar aanleiding van dit stappenplan neem dan contact op met één van de stagecoördinatoren. Meerklank stagebureau Ria Pastoor en Janita Pranger - stagecoördinatoren Mariëtte van Meeteren - stagebegeleider Blad 9 van 12

10 Bijlage 1: formulier akkoordverklaring Meerklank Naam leerling Machtiging tot het uitwisselen van rapportage Geboortedatum Staat u toe dat de Commissie van Begeleiding zo nodig, contact opneemt met andere instanties en behandelaars die met uw kind gewerkt hebben of nog steeds met uw kind werken, om informatie op te vragen? Indien uw kind in een zorg- of wooninstelling woont of in een ander gezinsvervangend tehuis, staat u toe dat de school en het tehuis met elkaar informatie uitwisselen, om uw kind beter te kunnen begeleiden? Indien uw kind momenteel in behandeling is bij een arts, een therapeut of een psycholoog, staat u toe dat de Commissie van Begeleiding en betreffende behandelaar met elkaar informatie uitwisselen om uw kind beter te kunnen begeleiden? Geeft u toestemming voor het opvragen van medische gegevens bij een behandelend arts en / of bij uw eigen huisarts? Indien uw kind de school verlaat, staat u toe dat de school relevante informatie naar de gemeente en de volgende school / dagbesteding/ werkplek doorstuurt, om voor een goede aansluiting te zorgen? ja / nee * ja / nee * ja / nee * ja / nee * ja / nee * Datum Naam wettelijke vertegenwoordiger Handtekening wettelijke vertegenwoordiger Blad 10 van 12

11 * Doorhalen wat niet van toepassing is. Bijlage 2: huidige mogelijkheden/voorzieningen binnen de Participatiewet Overgenomen uit: het stelsel van sociale zekerheid, de participatiewet Participatiewet: *Voor degene die geen Wajong krijgen kan een beschutte werkplek worden aangevraagd. Mensen die alleen kunnen werken in een beschutte omgeving, onder aangepaste omstandigheden. Zij hebben meer begeleiding en aanpassing van hun werkplek nodig dan van een reguliere werkgever is te verwachten. De gemeente is verplicht een beschutte werkplek aan te bieden indien men daarvoor in aanmerking komt. Zij hebben recht op het Wettelijk Minimumloon *Degene die geen Wajong en beschutte werkplek krijgen vallen onder de banenafspraak.hij/zij krijgt dan het wettelijk minimumloon. Er vindt een loonwaardemeting plaats en aan de hand daarvan krijgt de werkgever loonkostensubsidie. De werkgever betaalt het percentage loonwaarde en de gemeente vult aan tot het MJL Bv. Het WML is 706,-- De jongere heeft een loonwaarde van 60%. De LKS (loonkostensubsidie) is 40% van 706,-- = 282,40. Deze LKS betaalt de gemeente. De gemeente heeft budget om te ondersteunen naar werk d.m.v. jobcoaching, werkaanpassing of scholing *Zodra een leerling die onder de Participatiewet valt de school verlaten heeft, en geen baan heeft, is er recht op een bijstandsuitkering. Tot 21 jaar is dit op dit moment 240,- euro. Daarna is het ter hoogte van het sociaal minimum. dan zal de kostendelersnorm gelden, d.w.z. dat voor de hoogte van de uitkering ook zal worden gekeken naar uitkeringen van andere inwoners op datzelfde adres. Echter: Artikel 13 lid 2 onderdeel a Participatiewet bepaalt dat personen van 18, 19 of 20 jaar die in een inrichting verblijven, geen recht hebben op algemene bijstand. De achtergrond hiervan is dat ouders van jongeren tot 21 jaar een onderhoudsplicht hebben op basis van het Burgerlijk Wetboek. Als een beroep op de ouders niet mogelijk is, kan recht bestaan op bijzondere bijstand voor de kosten van het levensonderhoud waarin de inrichting niet voorziet. Dit dient dan wel aangetoond te worden dat er op grond van dringende redenen geen beroep kan worden gedaan op de ouders. Blad 11 van 12

12 Wordt aan een jongere van 18, 19 of 20 jaar bijzondere bijstand verleend dan kan het college om deze reden de kosten van die bijstand tot de grens van de onderhoudsplicht verhalen op de ouders. Blad 12 van 12