ECLI:NL:RBAMS:2017:8565

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "ECLI:NL:RBAMS:2017:8565"

Transcriptie

1 ECLI:NL:RBAMS:2017:8565 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer C/13/ / HA ZA Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Eerste aanleg - meervoudig NEE/NEE en NEE/JA-stickers. Wet milieubeheer. Afvalstoffenverordening. Gemeente bevoegd om opt-in systeem in plaats van opt-out systeem voor ongeadresseerd reclamedrukwerk in te voeren. Geen strijd met algemene beginselen van behoorlijk bestuur. Geen strijd met artikel 1 EP, Richtlijn oneerlijke handelspraktijken en Postwet. Vindplaatsen Rechtspraak.nl Uitspraak vonnis RECHTBANK AMSTERDAM Afdeling privaatrecht zaaknummer / rolnummer: C/13/ / HA ZA Vonnis van 22 november 2017 in de zaak van 1. de vereniging VERENIGING MAIL DISTRIBUTIE BEDRIJVEN, gevestigd te Aalsmeer, 2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

2 NETWERK VSP B.V., gevestigd te Utrecht, 3. de vereniging KONINKLIJK VERBOND VAN GRAFISCHE ONDERNEMINGEN, gevestigd te Amstelveen, eiseressen, advocaat mr. T. Barkhuysen te Amsterdam, tegen de publiekrechtelijke rechtspersoon GEMEENTE AMSTERDAM, zetelend te Amsterdam, gedaagde, advocaat mr. I.M.C.A. Reinders Folmer te Amsterdam. Partijen zullen hierna MailDB, Netwerk VSP, KVGO en de gemeente worden genoemd. Eiseressen gezamenlijk zullen (in meervoud) MailDB c.s. worden genoemd. 1 De procedure 1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit: - de dagvaarding van 9 december 2016, met producties; - de conclusie van antwoord, met producties; - het tussenvonnis van 10 mei 2017, waarbij ambtshalve een comparitie voor een meervoudige kamer is gelast; - het proces-verbaal van comparitie van 11 september 2017 en de daarin genoemde stukken; - de akte naar aanleiding van gemeenteraadsbesluit d.d. 27 september 2017 tevens inhoudende overlegging nadere producties van MailDB c.s.; - de akte houdende overlegging productie en uitlatingen van 11 oktober 2017 van de gemeente Ten slotte is een datum voor vonnis bepaald. 2 De feiten 2.1. Netwerk VSP exploiteert het platform Spotta. Via dit platform verspreidt zij ongeadresseerd reclamedrukwerk MailDB is een brancheorganisatie die het belang van verspreiders en distributeurs van commercieel drukwerk behartigt. MailDB zorgt voor verspreiding van de zogenoemde NEE/NEE en NEE/JA-stickers. Netwerk VSP is lid van MailDB KVGO is ook een brancheorganisatie. KVGO behartigt de belangen van haar leden die in de

3 communicatie-industrie opereren. Bij KVGO waren eind 2015 ongeveer bedrijven aangesloten Artikel 17 ( ongeadresseerd reclamedrukwerk ) van de thans geldende Afvalstoffenverordening, vastgesteld bij besluit van de gemeenteraad van 2 juli 2009 en in werking getreden op 1 november 2009 (hierna: Afvalstoffenverordening 2009), luidt als volgt: Het is verboden ongeadresseerd reclamedrukwerk te bezorgen of te doen bezorgen bij een woning, bedrijf of woonschip, indien de gebruiker ervan kenbaar heeft gemaakt geen prijs te stellen op het ontvangen van ongeadresseerd reclamedrukwerk De toelichting op dit artikel luidt als volgt: Dit artikel verbiedt het bezorgen of doen bezorgen van ongeadresseerd reclamedrukwerk, indien de bewoner of gebruiker van een perceel of schip kenbaar heeft gemaakt deze reclame niet te willen ontvangen, meestal door middel van een sticker (Nee-Nee of Ja-Nee) op de brievenbus. Onder ongeadresseerd reclamedrukwerk worden verstaan reclamedrukwerk, goederen of monsters die gratis huis aan huis worden verspreid zonder vermelding van adres (of postbus) en woonplaats van de ontvanger. Reclamedrukwerk dat is geadresseerd aan de bewoner van een specifiek adres wordt als geadresseerd drukwerk beschouwd. Degenen die vallen onder het verbod om ongeadresseerd reclamedruk werk te bezorgen of doen bezorgen zijn naast de afzenders ook de bezorgers die het reclamedrukwerk in de brievenbus stoppen Het huidige systeem wordt een opt-out-systeem genoemd: ongeadresseerd drukwerk mag worden bezorgd, tenzij de bewoner of gebruiker met een sticker op de brievenbus kenbaar heeft gemaakt dit niet te willen ontvangen. Met de NEE/NEE-sticker wordt kenbaar gemaakt dat ongeadresseerd reclamedrukwerk en huis-aan-huisbladen niet op prijs worden gesteld. Met de NEE/JA-sticker wordt kenbaar gemaakt dat ongeadresseerd reclamedrukwerk niet, maar huis-aanhuisbladen wel mogen worden bezorgd Tegen overtredingen van artikel 17 van de Afvalstoffenverordening 2009 treedt de gemeente niet bestuursrechtelijk op. Ook het Openbaar Ministerie handhaaft niet strafrechtelijk, al voorziet de verordening in een strafbepaling. De branche heeft gekozen voor zelfregulering met gebruikmaking van de Stichting Reclame Code De gemeenteraad heeft op 20 april 2016 besloten om een opt-in-systeem voor ongeadresseerd reclamedrukwerk in te voeren (hierna: het principebesluit). Dat houdt in een verbod tot het bezorgen van ongeadresseerd reclamedrukwerk, tenzij de bewoner of gebruiker met een sticker op de brievenbus kenbaar heeft gemaakt dit wel te willen ontvangen. Met het principebesluit beoogt de gemeente een betere milieubescherming te realiseren door verspilling van papier tegen te gaan en het aantal kilometers te verminderen dat voertuigen moeten afleggen in het logistieke proces van de productie, verspreiding en het inzamelen van drukwerk Aan het principebesluit ligt onderzoek van Milieu Centraal uit 2014 ten grondslag. Milieu Centraal is een voorlichtingsorganisatie die huishoudens helpt informatie te krijgen om duurzame keuzes te maken. In de toelichting op het principebesluit staat hierover, voor zover relevant: Volgens MilieuCentraal ontvangen huishoudens zonder brievenbusstickers gemiddeld 33 ongevraagde folders per week in hun brievenbus. Dat staat gelijk aan 34 kilo reclamedrukwerk per jaar. Daarbij gaat in drie op de tien huishoudens ook nog eens alles ongelezen bij het afval. Uit navraag bij verspreiders van huis-aan-huisreclamedrukwerk blijkt dat er in Amsterdam bij benadering adressen zijn die geen beperkende sticker hebben aangebracht op de brievenbus. Dit betekent dat er in de stad gemiddeld per week folders ongevraagd bij mensen in hun brievenbus belanden. Met de cijfers van MilieuCentraal als uitgangspunt staat dit gelijk aan kilo drukwerk per jaar in Amsterdam. 30% van dit ongevraagde drukwerk wordt dus regelrecht bij het afval gedaan. Dat is zo n kilo reclamefolders aan pure

4 verspilling per jaar. En dan zijn de huis-aan-huisbladen en geadresseerde reclamefolders nog niet eens meegerekend in de berekening. Bovendien wordt het drukwerk regelmatig als bundel in een plastic hoesje geleverd Milieu Centraal heeft op 11 april 2016 het rapport Deskstudie Afvalpreventie, Het stimuleren van consumenten om minder afval te produceren uitgebracht. Deze deskstudie bespreekt de consumenten- en gedragsinzichten rondom afvalpreventie, en hoe deze inzichten ingezet kunnen worden om consumenten te stimuleren tot afvalverminderend gedrag. Op pagina 39 van dit rapport (in hoofdstuk 9: Pijler 3: Afvalarme varianten kiezen, paragraaf 9.2 huidig gedrag en houding ) staat: Nog veel papier door de brievenbus, niet altijd gewenst Terwijl reclamefolders en de telefoongids tegenwoordig online geraadpleegd worden, ontvangen Nederlandse huishoudens zonder brievenbussticker nog gemiddeld 34 kilo aan reclamedrukwerk (Milieu Centraal 2013). De standaard (default) is momenteel dat een huishouden reclamedrukwerk ontvangt tenzij de bewoners met behulp van een brievenbussticker aangeven dit niet meer te willen. Ruim één op de vijf Nederlandse huishoudens heeft al een nee/nee- of een ja/nee sticker opgeplakt (MailDB, 2014). Deze zijn verkrijgbaar bij de gemeente of te bestellen via internet. Van de overige huishoudens, vindt 30% het reclamedrukwerk dat zij ontvangen, ongewenst. Door deze huishoudens te motiveren om eenmalig een brievenbussticker aan te vragen, wordt deze stroom blijvend voorkomen Team Vier en Reclamefolder.nl hebben in mei 2016 gezamenlijk het onderzoeksrapport Het gebruik en de effecten van online folders, inzicht in effectiviteit van online folders, ook onder sticker bezitters uitgebracht. Zij hebben onderzoek gedaan naar de populariteit van reclamedrukwerk in Amsterdam. Uit het onderzoek blijkt dat volgens de verspreiders van het drukwerk 45% van de huishoudens een sticker heeft geplakt en dus ongeveer 55% van de huishoudens in Amsterdam ongeadresseerd reclamedrukwerk ontvangt (pagina 26). Uit dit onderzoek blijkt verder dat in ieder geval 22% van de mensen die nog geen sticker hebben geplakt ongeadresseerd reclamedrukwerk niet op prijs stelt en geen JA/JA-sticker zal plakken, dat 50% wel een JA/JA sticker zal plakken en dat 28% van de mensen zonder sticker zegt nog niet te weten of zij een JA/JA sticker zal plakken. Omgerekend zegt 27% van alle Amsterdamse boodschappers van jaar een JA/JA-sticker te zullen nemen, 16% van deze groep zegt expliciet dit niet van plan te zijn, 12% zegt het (nog) niet te weten (pagina 30) Accountantskantoor Deloitte Financial Advisory Services B.V. (hierna: Deloitte) heeft op verzoek van Netwerk VSP onderzocht welke schade Netwerk VSP zal lijden als gevolg van de invoering van het opt-in-systeem. Zij heeft op 23 november 2016 hiervan een rapport uitgebracht KVGO heeft onderzocht welke schade haar leden zullen lijden als gevolg van de invoering van het opt-in-systeem. BDO Advisory B.V. (hierna: BDO) heeft het rapport van KVGO beoordeeld en hiervan op 5 december 2016 een rapport opgemaakt De gemeente heeft KPMG Corporate Finance (hierna: KPMG) gevraagd de rapportages van Deloitte en BDO te beoordelen. KPMG heeft op 14 maart 2017 hiervan een rapport opgesteld. Vervolgens hebben Deloitte en BDO hierop bij rapporten van 10 respectievelijk 11 augustus 2017 schriftelijk gereageerd Direct Research heeft op 4 augustus 2017 het rapport Folderonderzoek Amsterdam uitgebracht. Het onderzoek van Direct Research was toegespitst op het leesgedrag van de Amsterdamse bevolking met betrekking tot folders en de effecten van de invoering van het opt-insysteem op dit gedrag. In het rapport staat onder meer dat van degenen die nu een folder ontvangen 32% aangeeft geen JA/JA-sticker te zullen plakken als het opt-in-systeem wordt ingevoerd (pagina 11). Daarmee wordt het bereik van folders in deze groep met een derde beperkt. Dit komt bovenop de (42% van de) Amsterdammers die, met een NEE/NEE of NEE/JA-

5 sticker al hebben aangegeven geen folders te willen ontvangen Op 7 augustus 2017 heeft prof. dr. A.P.C. Faaij, als Distinguished Professor Energy System Analysis verbonden aan de Universiteit Groningen en tevens directeur van Energy Academy Europe (hierna: Faaij), op verzoek van MailDB c.s., schriftelijk gereageerd op het standpunt over de milieugevolgen van het opt-in-systeem dat de gemeente bij conclusie van antwoord heeft ingenomen Prof. dr. E. Worrell, hoogleraar Energy, Resources & Technological Change, verbonden aan het Copernicus Instituut voor Duurzame Ontwikkeling van de Universiteit Utrecht, heeft op 25 augustus 2017 een schriftelijke reactie op de bevindingen van Faaij opgesteld Bij besluit van 27 september 2017 (hierna: het raadsbesluit) heeft de gemeenteraad besloten tot een wijziging van de Afvalstoffenverordening Het besluit luidt voor zover relevant : Artikel 17 wordt gewijzigd en komt als volgt te luiden: 1) In dit artikel wordt verstaan onder: a. a) ongeadresseerd reclamedrukwerk: reclamedrukwerk of samples die gratis huis aan huis worden verspreid zonder vermelding van naam, adres of postbus en woonplaats van de ontvanger, niet zijnde: i. i) een huis-aan-huisblad of andere informatie over werkzaamheden of activiteiten in de buurt die voor de bewoners/gebruikers van een woning, bedrijf of woonschip in die buurt van belang zijn om te weten; ii) drukwerk van vrijwilligers of niet-commerciële organisaties; b) Huis-aan-huisblad: ongeadresseerd blad dat met een vaste frequentie gratis huis aan huis wordt verspreid in een geografisch beperkt gebied, daarbij de indeling van de gemeente in zeven stadsdelen volgend en waarvan tenminste 10% van de inhoud bestaat uit informatie over en nieuws uit het eigen verspreidingsgebied, niet zijnde reclame; 2) Ongeadresseerd reclamedrukwerk mag uitsluitend bezorgd worden of laten worden bij een woning, bedrijf of woonschip als de bewoner of gebruiker kenbaar heeft gemaakt prijs te stellen op het ontvangen ervan; 3) Een huis-aan-huisblad mag worden bezorgd bij een woning, bedrijf of woonschip, tenzij de bewoner of gebruiker expliciet kenbaar heeft gemaakt geen prijs te stellen op het ontvangen ervan In het besluit zijn als basis voor het besluit vermeld de artikelen 147, 160 en 169 van de Gemeentewet en artikel van de Wet Milieubeheer (hierna: Wm) De gemeenteraad heeft vastgesteld dat de toelichting op artikel 17 en de aanpassing van de toelichting op artikel 22 als volgt komen te luiden: Artikel 17 Ongeadresseerd reclamedrukwerk Artikel 17 heeft als doel om de verspreiding van ongewenst drukwerk te voorkomen. Daarmee wordt uitvoering gegeven aan een van de doelen in het uitvoeringsplan afval : afvalpreventie. Deze regeling maakt daarmee onderdeel uit van de doelstelling in % van het huishoudelijk afval te scheiden. Amsterdammers hebben met de komst van de nieuwe Ja/Ja sticker de volgende mogelijkheden om hun voorkeur ten aanzien van de ontvangst van commercieel reclamedrukwerk en/of de huis-aanhuisbladen kenbaar te maken: Tabel 1: Overzicht wanneer bezorging gewenst is en dus mag geschieden Overzicht stickers Ongeadresseerd reclamedrukwerk Ongeadresseerde Huis-aan-huisbladen gewenst gewenst Ja/Ja sticker Ja Ja Geen sticker of Nee/Ja Nee Ja

6 sticker Nee/Nee sticker Nee Nee Toelichting artikel 17 In het eerste lid zijn de definities opgenomen met het onderscheid tussen ongeadresseerd reclamedrukwerk voor commerciële doeleinden en drukwerk van vrijwilligers- en overige niet commerciële organisaties, waaronder ook politieke partijen en huis-aan-huisbladen. Met ongeadresseerd reclamedrukwerk wordt in deze verordening bedoeld al het reclamedrukwerk dat zonder adres wordt aangeboden. Onder deze definitie vallen alle aanduidingen zonder toevoeging van een feitelijk adres, zoals bijvoorbeeld aan de bewoners van dit pand of gebouw. Drukwerk van vrijwilligers- en niet commerciële organisaties, waaronder ook politieke partijen, valt niet onder de definitie ongeadresseerd drukwerk. De gemeente kiest voor dit onderscheid omdat de huis- aan-huisbladen en pamfletten een belangrijke functie voor onder meer de nieuwsverspreiding op lokaal niveau en de sociale cohesie in de buurt hebben. Daarbij hebben deze bladen een lage frequentie. In de definitie van de huis-aan-huisblad is een norm gehanteerd van 10% aan inhoudelijk buurtgericht nieuws. Hiermee sluit de Afvalstoffenverordening aan op de norm die landelijk door de Stichting Reclamecode gehanteerd wordt. In het tweede lid is bepaald dat de gemeente bezorging van ongeadresseerd reclamedrukwerk uitsluitend toestaat als de ontvanger onmiskenbaar met een JA/JA- sticker duidelijk heeft gemaakt hij het ongeadresseerde reclamedrukwerk wil ontvangen. Daarbij gaat het niet alleen om de bezorging maar ook om het laten bezorgen. De adverteerders dienen zich ook aan het opt in systeem te houden. In het derde lid is bepaald dat huis-aan-huisbladen bezorgd mogen worden, tenzij de ontvanger onmiskenbaar duidelijk heeft gemaakt deze bladen niet te willen ontvangen. Toelichting artikel 22 Het tweede lid bevat de strafmaat voor het enige artikel dat als een autonome bepaling in de verordening is opgenomen, namelijk artikel 17 dat handelt over het bezorgen en laten bezorgen van ongeadresseerd drukwerk. De overige bepalingen in de verordening vinden hun basis in de Wet milieubeheer en zijn in medebewind tot stand gekomen. Voor artikel 17 geldt dat op overtreding hiervan, naast het optreden op grond van het strafrecht zoals in dit artikel is bepaald, de gemeente een bestuurlijke boete op kan leggen, zoals is vastgelegd in artikel 1, lid 2 van de Verordening Bestuurlijke Boete Overlast in de Openbare Ruimte De gemeenteraad heeft op 27 september 2017 tevens bepaald dat de gewijzigde Verordening hierna: Afvalstoffenverordening 2017 in werking treedt op 1 januari Het wettelijk kader 3.1. De relevante bepalingen uit de thans geldende Wet milieubeheer (al dan niet met een toelichting van de wetgever) zijn de volgende De definitie van afvalstoffen luidt volgens artikel 1.1 Wm: alle stoffen, preparaten of voorwerpen, waarvan de houder zich ontdoet, voornemens is zich te ontdoen of zich moet ontdoen Artikel lid 1 Wm (uit Titel 9.5. Overige bepalingen met betrekking tot stoffen, preparaten en producten) luidt als volgt: Bij algemene maatregel van bestuur kunnen ter stimulering van hergebruik, preventie, recycling en andere nuttige toepassing, van een doelmatig beheer van afvalstoffen of anderszins in het belang van de bescherming van het milieu regels worden gesteld met betrekking tot het vervaardigen, in Nederland invoeren, toepassen, voorhanden hebben, aan een ander ter

7 beschikking stellen, in ontvangst nemen, innemen, nuttig toepassen en verwijderen van bij de maatregel aangewezen stoffen, mengsels of producten of afvalstoffen. Met betrekking tot producten worden zodanige regels niet gesteld in het belang dat artikel beoogt te beschermen De Memorie van Toelichting bij artikel Wm luidt voor zover relevant als volgt (Kamerstukken II, , , nr. 3, pagina 1): Hoofdstuk 9 van de Wet milieubeheer (Wm) is gereserveerd voor het in gemoderniseerde vorm onderbrengen van bepalingen over stoffen, preparaten en producten die nu nog verspreid in verschillende wetten voorkomen. De invulling van dit hoofdstuk vindt door middel van verschillende projecten plaats. Het voorliggende wetsvoorstel is er daar een van. Het voorstel beoogt de bijeenbrenging in titel 9.5 (Overige bepalingen met betrekking tot stoffen, preparaten en producten) van hoofdstuk 9 van de Wm van drie wettelijke regelingen: regeling voor toestellen en geluidwerende voorzieningen in hoofdstuk II van de Wet geluidhinder (Wgh), regeling voor toestellen, brandstoffen en verontreinigende handelingen in hoofdstuk III van de Wet inzake de luchtverontreiniging (Wlv) en titel 10.3 Preventie en nuttige toepassing van hoofdstuk 10 van de Wm. De betreffende regelingen worden door middel van dit wetsvoorstel gebundeld, geharmoniseerd en vereenvoudigd in de Wm opgenomen Op grond van artikel 10.3 Wm stelt de Minister ten minste eenmaal in de zes jaar een afvalbeheerplan vast Op grond van artikel 10.4 lid 1 Wm hanteert de Minister bij de vaststelling van het afvalbeheerplan en bij het nemen van andere maatregelen voor de preventie en het beheer van afvalstoffen als prioriteitsvolgorde de volgende afvalhiërarchie: a. preventie; b. voorbereiding voor hergebruik; c. recycling; d. andere nuttige toepassing, waaronder energieterugwinning; e. veilige verwijdering. Deze hiërarchie geldt ook voor het nemen van maatregelen voor de preventie en het beheer van afvalstoffen door gedeputeerde staten en burgemeester en wethouders (lid 2) Artikel lid 1 Wm bepaalt dat ieder bestuursorgaan rekening houdt met het geldende afvalbeheerplan bij het uitoefenen van een bevoegdheid krachtens de Wet Milieubeheer, voor zover de bevoegdheid wordt uitgeoefend met betrekking tot afvalstoffen Artikel Wm luidt als volgt: 1 De gemeenteraad stelt in het belang van de bescherming van het milieu een afvalstoffenverordening vast. 2 Onverminderd artikel wordt bij het vaststellen of wijzigen van de verordening rekening gehouden met het gemeentelijke milieubeleidsplan, indien in de gemeente een milieubeleidsplan geldt. 3 De afvalstoffenverordening bevat geen regels als bedoeld in artikel In artikel Wm is bepaald over welke onderwerpen in relatie tot huishoudelijke afvalstoffen de afvalstoffenverordening in ieder geval regels moet bevatten Volgens artikel Wm kunnen bij de afvalstoffenverordening in ieder geval regels worden

8 gesteld: a. teneinde te voorkomen dat afvalstoffen als zwerfafval in het milieu terechtkomen dan wel teneinde te bereiken dat zulks zo min mogelijk gebeurt; b. omtrent het opruimen van afvalstoffen die als zwerfafval in het milieu terecht zijn gekomen; c. omtrent het op een voor het publiek zichtbare plaats aanwezig hebben van afvalstoffen De Memorie van Toelichting bij artikel Wm luidt, voor zover relevant, als volgt (Kamerstukken II 1998/1999, , nr. 3, p. 47): Artikel De gemeenten zijn gehouden om een afvalstoffenverordening vast te stellen. De regels worden vastgesteld in het belang van de bescherming van het milieu. Dat is ruimer dan de doelmatige verwijdering van afvalstoffen. Ook regels die beogen de milieu-aspecten van handelingen met afvalstoffen te beperken, zijn daardoor mogelijk. Men denke aan een verbod om ter voorkoming van (geluids-)overlast afvalstoffen in te zamelen voor zeven uur 's ochtends. De gemeentelijke regelstelling moet vanzelfsprekend blijven binnen wettelijke grenzen. Zo kunnen gemeenten niet op eigen initiatief een brengplicht invoeren voor bestanddelen van het huishoudelijk afval. Dat zou hen in strijd brengen met artikel 10.28, waarin deze bevoegdheid is toebedeeld aan het Rijk. Ook de in de artikelen en neergelegde rijksbevoegdheid om personen een verplichting op te leggen om producten, al dan niet in combinatie met een statiegeldregeling, in te nemen, moet worden gezien als uitputtend. De gemeenten kunnen een dergelijke inname dus niet verplicht voorschrijven. Eventueel kunnen zij in het lokale milieubelang regels stellen omtrent de wijze waarop de inname geschiedt. Daarbij mag de inname niet onnodig belemmerd worden. Het invoeren van een gemeentelijke vergunningplicht voor de wettelijk verplichte inname van een product in de afvalfase zal met dat uitgangspunt bijvoorbeeld al snel in strijd komen. Ten aanzien van de inzameling van bedrijfsafvalstoffen of gevaarlijke afvalstoffen mogen ook in het belang van de bescherming van het milieu regels worden gesteld. Blijkens het derde lid mogen deze regels geen vergunningstelsel inhouden. Dit is krachtens artikel voorbehouden aan de minister. Vanzelfsprekend mogen de gemeenten hun bevoegdheid evenmin benutten ter bevoordeling van de eigen inzameldienst en ten nadele van andere aanbieders op de markt. Artikel impliceert niet dat de gemeenten in het geheel geen autonome regels meer mogen stellen met betrekking tot afvalstoffen. Wel zal daarvoor een bijzondere motivering vereist zijn. Naar verwachting zal de ruime grondslag van het artikel de behoefte aan autonome regels overigens zeer gering doen zijn. ( ) Als er een gemeentelijk milieubeleidsplan is, moeten de gemeenten daarmee bij het vaststellen van de verordening rekening houden. De gemeenten zijn niet verplicht tot het vaststellen van een milieubeleidsplan. Het gemeentelijke milieuprogramma is wel verplicht. In gemeenten waarin een milieubeleidsplan ontbreekt, vervult het milieuprogramma een rol, die juist op afvalgebied van veel betekenis kan zijn, gezien de gemeentelijke verantwoordelijkheden op dat gebied. Onderdeel b is met het oog daarop opgenomen: bij gebreke van een milieubeleidsplan moet met het milieuprogramma worden rekening gehouden. Vanzelfsprekend moet tevens met het afvalbeheersplan rekening worden gehouden. Dit vloeit al uit artikel voort. 4 Het geschil

9 4.1. MailDB c.s. vorderen na wijziging van eis in de kern samengevat bij vonnis voor recht te verklaren dat het raadsbesluit en de uitvoering daarvan onrechtmatig zijn, met veroordeling van de gemeente in de proceskosten MailDB c.s. leggen aan hun vordering verkort weergegeven het volgende ten grondslag. De invoering van een opt-in-systeem als vervat in het raadsbesluit is onrechtmatig jegens MailDB c.s. want (i) het is gebaseerd op onjuiste beleidsmatige en feitelijke onjuistheden; (ii) het leidt tot een onevenredige aantasting van de (financiële) belangen van MailDB c.s. en (iii) het miskent de Europese en nationaalrechtelijke grenzen van de wettelijke bevoegdheden van de gemeente. Invoering van het opt-in-systeem is in strijd met de Richtlijn oneerlijke handelspraktijken (Richtlijn 2005/29/EG), artikel 1 van het Eerste Protocol bij het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM), al dan niet in verbinding met artikel 14 EVRM, en de algemene beginselen van behoorlijk bestuur. De Wet Milieubeheer en de Gemeentewet (Gw) bieden geen wettelijke grondslag voor de invoering van het opt-in-systeem. MailDB c.s. lijden schade als gevolg van het onrechtmatig handelen van de gemeente. Daarvoor verwijzen zij naar de schaderapporten van Deloitte en BDO De gemeente concludeert tot afwijzing van de vordering en betwist daartoe dat zij onrechtmatig jegens MailDB c.s. handelt. Ook betwist zij de door MailDB c.s. gestelde schade Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan. 5 De beoordeling 5.1. In geschil is of het raadsbesluit tot invoering van het opt-in-systeem voor ongeadresseerd reclamedrukwerk onrechtmatig is jegens MailDB c.s De burgerlijke rechter is bevoegd van de vorderingen van MailDB c.s. kennis te nemen, omdat MailDB c.s. haar vorderingen heeft gegrond op burgerlijk recht. Ook zijn MailDB c.s. ontvankelijk in haar vorderingen. Artikel 17 van de Afvalstoffenverordening 2017 is een (besluit inhoudende een) algemeen verbindend voorschrift, waartegen geen beroep bij de bestuursrechter openstaat (artikel 8:3 lid 1 aanhef en onder a Algemene wet bestuursrecht). Het betreft een voorschrift waarvan Netwerk VSP, als verspreider van drukwerk, de werking rechtstreeks ondervindt. Van haar kan niet worden gevergd dat zij strafvervolging of het opleggen van een bestuurlijke boete uitlokt teneinde exceptieve toetsing van het volgens haar onverbindende voorschrift uit te lokken. MailDB en KVGO komen mede op voor de gebundelde belangen van (rechts)personen die geen rechtsingang hebben bij de bestuursrechter. bevoegdheid gemeente 5.3. De rechtbank is van oordeel dat artikel Wm een deugdelijke grondslag biedt voor invoering van het opt-in-systeem. Artikel lid 1 Wm bepaalt dat de gemeenteraad in het belang van de bescherming van het milieu een afvalstoffenverordening vaststelt. Dit artikel geeft de gemeente een ruime bevoegdheid om regels te stellen in het belang van de bescherming van het milieu en deze in een (afvalstoffen)verordening vast te leggen, zolang de regelstelling blijft binnen de wettelijke grenzen. Afval voorkomen en afval verminderen is onmiskenbaar in het belang van de bescherming van het milieu. De invoering van het opt-in-systeem valt niet buiten de reikwijdte van artikel Wm. Evenmin komt het in strijd met artikel Wm (als genoemd in artikel lid 3 Wm) of enige andere bevoegdheid uit de Wm en andere regelgeving. Al aangenomen dat de regel uitsluitend een preventieve maatregel is, geldt anders dan MailDB c.s. stellen dat met artikel Wm geen uitputtende regeling voor afvalpreventie in het leven is geroepen. Dit blijkt al uit de tekst van de bepaling waarin staat vermeld dat bij algemene maatregel van bestuur

10 regels kunnen worden gesteld ter stimulering van preventie van afvalstoffen. Uit de wetsgeschiedenis van dit artikel volgt dat diverse bepalingen uit verschillende wetten in dit artikel zijn samengebracht, niet dat afvalpreventie uitsluitend tot een verantwoordelijkheid van het rijk moet worden gerekend (zie 3.4). Dit laatste blijkt evenmin uit enige andere bepaling van de Wm of de toelichting daarop. Bovendien heeft hoofdstuk 9 Wm kort gezegd betrekking op het op de Nederlandse markt brengen en voorhanden hebben van de bij algemene maatregel aangewezen stoffen, preparaten en producten. Dat laat onverlet de bevoegdheid van de gemeente om in de afvalstoffenverordening (al dan niet preventieve) regels te stellen ten aanzien van de verspreiding van een specifiek product, in dit geval ongeadresseerd reclamedrukwerk, in Amsterdam. Het rijk en de gemeente hebben op het gebied van afvalpreventie dus beiden bevoegdheden. In het Landelijk Afvalbeheerplan (LAP2), dat de Minister van Infrastructuur en Milieu op grond van artikel 10.3 Wm heeft vastgesteld, wordt dit bevestigd. Hierin staat dat het voor het onderwerp afvalbeheer de wettelijke taak en bevoegdheid is van de minister om regels te stellen voor preventie en nuttige toepassing (in paragraaf 9.2) en van een gemeente om maatregelen te treffen om afvalpreventie en -scheiding van huishoudelijk afval te optimaliseren (in paragraaf 9.4) De door partijen opgeworpen vraag of en zo ja, vanaf welk moment ongeadresseerd reclamedrukwerk als afvalstof in de zin van artikel 1.1 Wm is aan te merken, is gelet op hetgeen hiervoor is overwogen niet relevant en kan dus verder onbeantwoord blijven Overigens constateert de rechtbank dat in het raadsbesluit als wettelijke grondslag is vermeld artikel Wm en dat tegelijkertijd in de toelichting op dit artikel staat dat artikel 17 als enige als een autonome bepaling in de verordening is opgenomen en dat de overige bepalingen hun basis vinden in de Wet milieubeheer en in medebewind tot stand zijn gekomen. De rechtbank merkt op dat de gemeente ook op grond van haar autonome verordeningsbevoegdheid bevoegd is tot invoering van het opt-in-systeem. Op grond van artikel 121 Gemeentewet blijft de bevoegdheid tot het maken van gemeentelijke verordeningen ten aanzien van het onderwerp waarin door wetten, algemene maatregelen van bestuur of provinciale verordeningen is voorzien, immers gehandhaafd, voor zover de verordeningen met die wetten, algemene maatregelen van bestuur en provinciale verordeningen niet in strijd zijn. Zoals hiervoor is overwogen, doet een situatie van tegenstrijdige bepalingen zich niet voor MailDB c.s. beroepen zich in het kader van de onrechtmatigheid van het raadsbesluit op strijdigheid van dit besluit met: (i) artikel 1 Eerste Protocol van het EVRM (hierna: artikel 1 EP), (ii) de Richtlijn oneerlijke handelspraktijken zoals neergelegd in de artikelen 6:193a BW e.v. en (iii) de Postwet. De rechtbank zal nu deze grondslagen van de vorderingen achtereenvolgens bespreken. ongeoorloofde inbreuk op eigendom in de zin van artikel 1 EP? 5.7. MailDB c.s. betogen dat het opt-in-systeem ongeoorloofd inbreuk maakt op hun door artikel 1 EP beschermde eigendomsrecht. Door de invoering verliest de branche in één keer de mogelijkheid te bezorgen en worden nagenoeg al haar op huishoudens gerichte activiteiten feitelijk verboden. Daarnaast raakt de branche alle investeringen kwijt die zij heeft gedaan in het opt-out-systeem in Amsterdam. Voor Amsterdam gaf MailDB een bedrag van ,61 uit. Uit het rapport van Deloitte blijkt dat de economische waarde van Netwerk VSP tussen de 7,2 en 14,3 miljoen zal dalen. Uit het rapport van BDO blijkt dat de schade van de leden van KVGO tussen 6,2 en 8,2 miljoen bedraagt, aldus MailDB c.s Op grond van artikel 1 EP heeft iedere natuurlijke of rechtspersoon recht op het ongestoord genot van zijn eigendom en zal aan niemand zijn eigendom worden ontnomen behalve in het algemeen belang en onder de voorwaarden voorzien in de wet en in de algemene beginselen van

11 internationaal recht. Als eigendom in de zin van artikel 1 EP worden beschouwd rechten en belangen die een vermogenswaarde vertegenwoordigen. Volgens vaste rechtspraak kunnen toekomstige inkomsten alleen dan als eigendom in de zin van artikel 1 EP worden aangemerkt wanneer zij reeds zijn verdiend of wanneer daarop een rechtens afdwingbare aanspraak bestaat. De enkele hoop of verwachting van toekomstig inkomen is niet voldoende. Goodwill dan wel de waarde van een onderneming heeft niet als eigendom in de zin van artikel 1 EP te gelden indien het bestaan daarvan uitsluitend kan worden onderbouwd door verwijzing naar toekomstige inkomsten. De waarde van de onderneming die is gerelateerd aan (gekapitaliseerde) omzet, winst of de mogelijkheid om inkomen te verwerven, wordt bij de toepassing van artikel 1 EP opgevat als toekomstig inkomen dat buiten de reikwijdte van deze bepaling valt MailDB c.s. stellen terecht dat de machines van MailDB waarmee het reclamedrukwerk wordt gedrukt haar eigendom zijn. De invoering van het opt-in-systeem stelt echter geen beperkingen aan het gebruik van de machines, zodat in zoverre geen sprake is van schending van een eigendomsrecht van MailDB. Voor zover MailDB c.s. zouden betogen dat investeringen in de machines door toedoen van de gemeente (deels) verloren zullen gaan, is dat dus niet juist Verder wijzen MailDB c.s. op het verlies van de mogelijkheid om op adressen te bezorgen waar geen sticker is geplakt. MailDB c.s. hebben echter geen rechtens afdwingbare aanspraak op die bezorgmogelijkheid, zodat hier geen eigendomsrecht in de zin van artikel 1 EP in het geding is MailDB c.s. stellen vervolgens dat zij investeringen hebben gedaan in de implementatie van het huidige opt-out-systeem, onder andere door het ter beschikking stellen van de NEE/NEE en NEE/JA-stickers, en dat deze investeringen moeten worden gekwalificeerd als rechtens te beschermen goodwill. In de kern gaat het MailDB c.s. erom, zo begrijpt de rechtbank, dat zij met deze investeringen na de invoering van het nieuwe systeem geen inkomsten meer kunnen genereren op de wijze zoals zij dat op grond van het oude systeem konden. Deze en de overige verliezen die MailDB c.s. verwachten te zullen lijden betreffen echter toekomstige inkomsten, waarvan niet kan worden vastgesteld dat die inkomsten al zijn verdiend of daarop een rechtens afdwingbare aanspraak bestaat. Dat betekent dat de door MailDB c.s. bedoelde goodwill geen bescherming verdient van artikel 1 EP. Overigens staat niet vast dat MailDB de investering van ongeveer , die zij stelt te hebben gedaan in machines en het distributiesysteem, werkelijk en uitsluitend ten behoeve van het huidige systeem hebben gedaan. De gemeente heeft dit gemotiveerd betwist en MailDB heeft haar stelling verder niet toegelicht Met de enkele verklaring van MailDB ter comparitie dat er toekomstige inkomsten zijn die zeker zijn, omdat er met klanten langlopende contracten zijn gesloten kan MailDB niet volstaan. MailDB c.s. hebben aangeboden te bewijzen dat MailDB een vast klantenbestand heeft. Nu een verwachte bron van toekomstige inkomsten uit een vast klantenbestand niet wordt beschermd door artikel 1 EP, wordt het bewijsaanbod als niet relevant gepasseerd Het voorgaande leidt tot de conclusie dat het beroep van MailDB c.s. op artikel 1 EP faalt. strijd met de Richtlijn oneerlijke handelspraktijken? MailDB c.s. stellen vervolgens dat invoering van het opt-in-systeem de implementatie van de Richtlijn oneerlijke handelspraktijken door Nederland in het Burgerlijk Wetboek (artikelen 6:193a e.v.) ondermijnt. Deze Richtlijn regelt volgens MailDB c.s. de toegestane en niet toegestane reclamepraktijken exclusief en staat het bezorgen van folders juist toe Het beroep van Mail DB c.s. op de Richtlijn kan haar niet baten. Doel van de Richtlijn was de wetgeving van de lidstaten over oneerlijke handelspraktijken die de economische belangen van de consumenten rechtstreeks, en aldus de economische belangen van legitieme concurrenten

12 indirect, schaden te harmoniseren. Onder oneerlijke handelspraktijken valt ook oneerlijke reclame. Het besluit valt niet onder het toepassingsbereik van de Richtlijn, omdat het besluit niet als doel heeft om de economische belangen van consumenten te beschermen. De overige stellingen die MailDB c.s. ten aanzien van deze richtlijn hebben ingenomen kunnen dus onbesproken blijven. strijd met de Postwet? Verder voeren MailDB c.s. aan dat het opt-in-systeem in strijd is met de (bezorgplicht op grond van de) Postwet Als een bedrijf postpakketten aanbiedt met daarop een adres en de aanhef aan de bewoners van kan bezorging volgens MailDB c.s. niet geweigerd worden De rechtbank verwerpt dit standpunt onder verwijzing naar de op basis van artikel 24 Postwet 2009 tot stand gekomen Algemene voorwaarden voor de universele postdienst Deze voorwaarden zijn van toepassing op door MailDB c.s. ter bezorging aangeboden poststukken. In artikel 13.3 van de voorwaarden staat dat op poststukken de naam en daaronder een volledig adres van de geadresseerde moeten worden vermeld. Uit artikel 3.1 van de voorwaarden volgt dat PostNL niet tot bezorging hoeft over te gaan als een poststuk niet voldoet aan de eisen van adressering. Van een bezorgplicht voor ongeadresseerd drukwerk is geen sprake. strijd met algemene beginselen van behoorlijk bestuur? Een algemeen verbindend voorschrift kan niet alleen onverbindend zijn indien het in strijd is met een hoger wettelijk voorschrift, het kan ook voor zover het niet een wet in formele zin is onverbindend zijn wegens strijd met een algemeen rechtsbeginsel. Het bestreden voorschrift kan dan onrechtmatig worden bevonden Uit de stukken leidt de rechtbank af dat MailDB c.s. zich beroepen op handelen van de gemeente in strijd met het zorgvuldigheidsbeginsel, het motiveringsbeginsel, het evenredigheidsbeginsel, het rechtszekerheidsbeginsel, het verbod op détournement de pouvoir, het vertrouwensbeginsel en het gelijkheidsbeginsel Voor de toetsing aan algemene rechtsbeginselen geldt het volgende kader. Strijd met een algemeen rechtsbeginsel kan zich met name voordoen indien sprake is van willekeur, in die zin dat het betreffende overheidsorgaan bij afweging van de belangen in redelijkheid niet tot een algemeen verbindend voorschrift heeft kunnen komen. Daarbij heeft de rechter niet tot taak om de waarde of het maatschappelijk gewicht dat aan de betrokken belangen moet worden toegekend naar eigen inzicht vast te stellen, terwijl de rechter ook overigens bij deze toetsing terughoudendheid moet betrachten De rechtbank oordeelt, onder verwijzing naar en waarin de toelichting op het besluit is gegeven en hetgeen hiervoor is overwogen ten aanzien van de bevoegdheidsgrondslag, dat van een schending van de gemeente van het motiveringsbeginsel, het rechtszekerheidsbeginsel en het verbod op détournement de pouvoir geen sprake is. Van bij MailDB c.s. opgewekt en gerechtvaardigd vertrouwen dat het opt-in-systeem niet, althans niet per 1 januari 2018, zou worden ingevoerd, blijkt niets, zodat ook het beroep op het vertrouwensbeginsel wordt verworpen Ten aanzien van het beroep van MailDB c.s. op het gelijkheidsbeginsel overweegt de rechtbank als volgt. De gemeente heeft in het raadsbesluit toegelicht dat drukwerk van vrijwilligers- en niet commerciële organisaties, waaronder ook politieke partijen, niet valt onder ongeadresseerd drukwerk. De gemeente kiest voor dit onderscheid omdat de huis- aan huisbladen en pamfletten een belangrijke functie voor onder meer de nieuwsverspreiding op lokaal niveau en de sociale cohesie in de buurt hebben. Daarbij hebben de bladen een lage frequentie. Zelfs als aangenomen wordt dat het hier gaat om gelijke gevallen, bestaat met de door de gemeente gegeven toelichting een redelijke en objectieve rechtvaardiging voor het onderscheid dat de gemeente

13 maakt bij de verschillende drukwerken. Voor het overige strandt het beroep van MailDB c.s. op het gelijkheidsbeginsel reeds op de grond dat het de gemeente vrij staat op het gebied van afvalpreventie een eigen lokaal beleid te voeren. Dat verspreiders van reclamedrukwerk daardoor met verschillende systemen in verschillende gemeenten worden geconfronteerd is daaraan inherent Het geschil van partijen concentreert zich vervolgens op de vraag of de gemeente het zorgvuldigheids- en evenredigheidsbeginsel in acht heeft genomen De doelstelling van het opt-in-systeem is de bescherming van het milieu, met name door het terugdringen van milieubelasting door ongelezen reclamefolders inclusief verpakkingsmaterialen. De rechtbank constateert dat invoering van het opt-in-systeem, anders dan MailDB c.s. stellen, past binnen het gemeentelijk beleid. Dit beleid is onder meer beschreven in het Uitvoeringsplan Afval, Grondstoffen uit Amsterdam van 14 juni De invoering van de JA/JA-sticker is een van de preventieve maatregelen om afval te voorkomen, die worden genoemd in (onderdeel 4.2 van) dit Uitvoeringsplan Uit de rapporten van Milieu Centraal, Team Vier en Reclamefolder.nl en Direct Research blijkt voldoende dat met de invoering van het opt-in-systeem de hoeveelheid drukwerk die in Amsterdam wordt verspreid en vervolgens ongelezen wordt weggegooid, zal afnemen. Invoering van het systeem betekent: minder papier, minder verpakkingsmateriaal, minder bezorguitstoot en minder recycle/verbrandingsbelasting. Uit genoemde rapporten blijkt ook dat het om een substantiële bijdrage gaat aan de vermindering van ongewenst reclamedrukwerk en ontlasting van het milieu. MailDB c.s. hebben immers niet bestreden dat (zoals de gemeente op basis van het onderzoek van Milieu Centraal stelt) Nederlandse huishoudens zonder brievenbussticker gemiddeld 34 kilo per jaar aan reclamedrukwerk ontvangen. Volgens het door MailDB c.s. zelf overgelegde rapport van Direct Research zal 20% van de mensen die nu folders ontvangt, geen sticker plakken als het opt-in-systeem wordt ingevoerd. Het gedeelte van de Amsterdamse huishoudens dat nu reclamefolders ontvangt stelt de rechtbank vast op 55%, nu MailDB c.s. dit gegeven uit het rapport van Team Vier niet ter discussie hebben gesteld MailDB c.s. wijzen erop dat de milieuvoordelen van het opt-in-systeem onzeker zijn en baseren zich daarbij op de rapporten van Faaij. De rechtbank gaat voorbij aan de conclusies van Faaij, nu hij bij zijn analyse een deel van de keten buiten beschouwing heeft gelaten en daarmee geen volledig beeld geeft van de milieu-impact van reclamefolders. Daarbij laat Faaij buiten beschouwing dat afvalpreventie in de afvalhiërarchie de primaire doelstelling is (zie 3.6) en dat oplossingen als hergebruik of recycling van papier daaraan ondergeschikt zijn. Anders dan MailDB c.s. suggereren behoeft nieuwe regelgeving niet bewezen effectief te zijn alvorens te mogen worden ingevoerd. Wel is het zo dat van een overheidsorgaan mag worden verwacht dat hij niet tot regelgeving overgaat waarvan hij op voorhand weet of redelijkerwijs kan weten dat deze geen enkel effect zal hebben. Die situatie doet zich hier niet voor. De gemeente heeft met de rapporten van Milieu Centraal, Team Vier en Reclamefolder.nl voldoende aannemelijk gemaakt dat invoering van het optin-systeem een positief effect zal hebben op het terugdringen van milieubelasting in Amsterdam De gemeente erkent dat het opt-in-systeem financiële consequenties zal hebben voor MailDB c.s. De gemeente heeft de door MailDB c.s. gepresenteerde begroting van de schade voorgelegd aan een eigen deskundige, KPMG. Vervolgens heeft de gemeente, aan de hand van het rapport van KPMG, de omvang van de gestelde schade gemotiveerd betwist. MailDB c.s. hebben de gemeente geen inzage willen geven in het onderliggende cijfermateriaal, waardoor de gemeente redelijkerwijs niet in staat was om de gegevens van BDO en Deloitte op juistheid en volledigheid te toetsen. KPMG heeft, op basis van marktinformatie en informatie uit de rapportage van BDO, geconcludeerd dat een eventuele daling van het aantal folders in Amsterdam ten hoogste een marginale impact heeft op het aantal te verspreiden folders in Nederland. KPMG schat dat de daling van het aantal folders op 1,5 miljoen, hetgeen neerkomt op een landelijke daling van 0,9%. Deloitte en BDO hebben deze schatting vervolgens niet bestreden. Een dergelijke beperkte daling

14 moet in het licht van de milieudoelstelling die het opt-in-systeem wil verwezenlijken, als aanvaardbaar en dus niet onevenredig worden aangemerkt. Anders dan MailDB c.s. voorstaan, mocht de gemeente het volume in Amsterdam vergelijken met het volume op nationaal niveau en hoefde zij bij haar besluitvorming niet mede te betrekken de financiële gevolgen voor MailDB c.s. van de eventuele invoering van een opt-in-systeem in de toekomst door andere gemeenten MailDB c.s. hebben in ieder geval vanaf april 2016, toen het principebesluit was genomen, kunnen anticiperen op het besluit. Dan laat de rechtbank nog buiten beschouwing dat MailDB c.s. volgens haar eigen stellingen al met een wijziging van het systeem rekening hielden vanaf 20 mei 2015, toen het initiatiefvoorstel werd ingediend dat uiteindelijk tot het besluit heeft geleid. De periode vanaf april 2016 tot 1 januari 2018 wordt als een redelijke overgangstermijn aangemerkt De rechtbank concludeert dat geen grond bestaat voor de conclusie dat de gemeente in strijd met het zorgvuldigheids- en/of evenredigheidsbeginsel heeft gehandeld. Met inachtneming van het in 5.20 vermelde toetsingskader kan niet gezegd worden dat de gemeente bij afweging van de belangen in redelijkheid niet tot invoering van het opt-in-systeem heeft kunnen besluiten. slotsom De slotsom van het voorgaande is dat de vorderingen bij gebrek aan een deugdelijke grondslag worden afgewezen. proceskosten MailDB c.s. zullen als de in het ongelijk gestelde partijen in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van de gemeente worden begroot op 1.749, waarvan 619 aan griffierecht en aan salaris advocaat (2,5 punten x tarief II, 452). 6 De beslissing De rechtbank 6.1. wijst de vorderingen af, 6.2. veroordeelt MailDB c.s. in de proceskosten, aan de zijde van de gemeente tot op heden begroot op 1.749, 6.3. veroordeelt MailDB c.s. in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op 131 aan salaris advocaat, te vermeerderen, onder de voorwaarde dat zij niet binnen veertien dagen na aanschrijving aan het vonnis hebben voldaan en er vervolgens betekening van het vonnis heeft plaatsgevonden, met een bedrag van 68 aan salaris advocaat en de explootkosten van betekening van het vonnis, en te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in art. 6:119 BW over de nakosten met ingang van veertien dagen na de betekening van dit vonnis tot aan de voldoening, 6.4. verklaart de kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad. Dit vonnis is gewezen door mrs. B.T. Beuving, J.W. Bockwinkel en M.C.H. Broesterhuizen en in het openbaar uitgesproken op 22 november type: jwb

15

ECLI:NL:RBAMS:2016:199

ECLI:NL:RBAMS:2016:199 ECLI:NL:RBAMS:2016:199 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 20-01-2016 Datum publicatie 02-02-2016 Zaaknummer C/13/572226 / HA ZA 14-903 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Intellectueel-eigendomsrecht

Nadere informatie

Invoering ja/ja sticker. Plan van aanpak 15 november 2016

Invoering ja/ja sticker. Plan van aanpak 15 november 2016 Invoering ja/ja sticker Plan van aanpak 15 november 2016 Inhoud Inleiding Bijdrage bestuurlijke doelen Bijdrage duurzaamheid Wijziging systeem Aanpassen regelgeving Aanpak communicatie Handhaving Monitoring

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2016:2505

ECLI:NL:GHSHE:2016:2505 ECLI:NL:GHSHE:2016:2505 Instantie Datum uitspraak 21-06-2016 Datum publicatie 24-04-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie - Vindplaatsen Uitspraak Gerechtshof

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2016:665

ECLI:NL:RBROT:2016:665 ECLI:NL:RBROT:2016:665 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 20012016 Datum publicatie 28012016 Zaaknummer C/10/473480 / HA ZA 15333 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBUTR:2009:BI6799

ECLI:NL:RBUTR:2009:BI6799 ECLI:NL:RBUTR:2009:BI6799 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 03-06-2009 Datum publicatie 05-06-2009 Zaaknummer 256615 / HA ZA 08-21443 juni 2009 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBUTR:2009:BJ6219

ECLI:NL:RBUTR:2009:BJ6219 ECLI:NL:RBUTR:2009:BJ6219 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 15-07-2009 Datum publicatie 27-08-2009 Zaaknummer 259421 / HA ZA 08-2534 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2006:AY9580

ECLI:NL:RBSGR:2006:AY9580 ECLI:NL:RBSGR:2006:AY9580 Instantie Datum uitspraak 05-09-2006 Datum publicatie 06-10-2006 Rechtbank 's-gravenhage Zaaknummer AWB 05/37675 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vreemdelingenrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2009:BJ1550

ECLI:NL:RBARN:2009:BJ1550 ECLI:NL:RBARN:2009:BJ1550 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 15-06-2009 Datum publicatie 06-07-2009 Zaaknummer AWB 08/5874 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Rechtspraak.nl - Print uitspraak

Rechtspraak.nl - Print uitspraak pagina 1 van 6 Zoekresultaat - inzien document ECLI:NL:RBNHO:2015:6063 Permanente link: http://deeplink.rechtspraa Instantie Datum uitspraak 29-07-2015 Datum publicatie 26-08-2015 Rechtbank Noord-Holland

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMNE:2017:2000

ECLI:NL:RBMNE:2017:2000 ECLI:NL:RBMNE:2017:2000 Instantie Datum uitspraak 22-03-2017 Datum publicatie 12-05-2017 Rechtbank Midden-Nederland Zaaknummer C/16/409379 / HA ZA 16-112 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLIM:2017:1672

ECLI:NL:RBLIM:2017:1672 ECLI:NL:RBLIM:2017:1672 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 22-02-2017 Datum publicatie 23-02-2017 Zaaknummer 04 5561763 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Burgerlijk procesrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2007:BB1240

ECLI:NL:RBROT:2007:BB1240 ECLI:NL:RBROT:2007:BB1240 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 20-06-2007 Datum publicatie 07-08-2007 Zaaknummer 266642 / HA ZA 06-2184 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2016:5140 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01

ECLI:NL:GHAMS:2016:5140 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01 ECLI:NL:GHAMS:2016:5140 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 29-11-2016 Datum publicatie 06-02-2017 Zaaknummer 200.174.828/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZWB:2013:11405

ECLI:NL:RBZWB:2013:11405 ECLI:NL:RBZWB:2013:11405 Instantie Datum uitspraak 30-10-2013 Datum publicatie 12-09-2014 Rechtbank Zeeland-West-Brabant Zaaknummer 02/264757 / HA ZA 13-397 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Rechtspraak.nl - Print uitspraak

Rechtspraak.nl - Print uitspraak pagina 1 van 6 Zoekresultaat - inzien document ECLI:NL:RBAMS:2014:6139 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 13-08-2014 Datum publicatie 19-09-2014 Zaaknummer HA ZA 14-295 Rechtsgebieden Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNHO:2017:6351

ECLI:NL:RBNHO:2017:6351 ECLI:NL:RBNHO:2017:6351 Instantie Datum uitspraak 05-07-2017 Datum publicatie 31-07-2017 Rechtbank Noord-Holland Zaaknummer 5474399 \ CV EXPL 16-8870 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2005:AU0239

ECLI:NL:RBROT:2005:AU0239 ECLI:NL:RBROT:2005:AU0239 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 28-07-2005 Datum publicatie 28-07-2005 Zaaknummer 242867/ KG ZA 05-645 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2007:BB8805 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 1659/05

ECLI:NL:GHAMS:2007:BB8805 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 1659/05 ECLI:NL:GHAMS:2007:BB8805 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 30-08-2007 Datum publicatie 14-12-2007 Zaaknummer 1659/05 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:RBGEL:2017:1643

ECLI:NL:RBGEL:2017:1643 ECLI:NL:RBGEL:2017:1643 Instantie Rechtbank Gelderland Datum uitspraak 01032017 Datum publicatie 27032017 Zaaknummer 316395 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Kort geding

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2011:BP6133

ECLI:NL:RBARN:2011:BP6133 ECLI:NL:RBARN:2011:BP6133 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 16-02-2011 Datum publicatie 01-03-2011 Zaaknummer 186739 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Eerste aanleg

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2015:5812

ECLI:NL:RBAMS:2015:5812 ECLI:NL:RBAMS:2015:5812 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 23-06-2015 Datum publicatie 04-09-2015 Zaaknummer CV EXPL 14-22777 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

http://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ecli:nl:rbove...

http://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ecli:nl:rbove... Rechtspraak.nl Print uitspraak 1 of 5 071215 09:02 Zoekresultaat inzien document ECLI:NL:RBOVE:2013:1448 Permanente link: http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ecl Instantie Rechtbank Overijssel

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2016:4193 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01

ECLI:NL:GHAMS:2016:4193 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01 ECLI:NL:GHAMS:2016:4193 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 18-10-2016 Datum publicatie 21-10-2016 Zaaknummer 200.181.474/01 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2017:5985

ECLI:NL:RBAMS:2017:5985 ECLI:NL:RBAMS:2017:5985 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 18-08-2017 Datum publicatie 18-08-2017 Zaaknummer CV EXPL 17-2120 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2007:BA7844 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHLEE:2007:BA7844 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer ECLI:NL:GHLEE:2007:BA7844 Instantie Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak 20-06-2007 Datum publicatie 25-06-2007 Zaaknummer 0600267 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBUTR:2010:BN1218

ECLI:NL:RBUTR:2010:BN1218 ECLI:NL:RBUTR:2010:BN1218 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 14-07-2010 Datum publicatie 15-07-2010 Zaaknummer 268738 / HA ZA 09-1343 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

http://zoeken.rechtspraak.nl/resultpage.aspx

http://zoeken.rechtspraak.nl/resultpage.aspx pagina 1 van 5 LJN: BP2860, Rechtbank 's-gravenhage, 366594 - HA ZA 10-1807 Datum uitspraak: 02-02-2011 Datum publicatie: 02-02-2011 Rechtsgebied: Civiel overig Soort procedure: Eerste aanleg - meervoudig

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMNE:2013:BZ9384

ECLI:NL:RBMNE:2013:BZ9384 ECLI:NL:RBMNE:2013:BZ9384 Instantie Datum uitspraak 24-04-2013 Datum publicatie 03-05-2013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Midden-Nederland 818166 UC EXPL 12-9177

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2005:AU2988

ECLI:NL:RVS:2005:AU2988 ECLI:NL:RVS:2005:AU2988 Instantie Raad van State Datum uitspraak 21-09-2005 Datum publicatie 21-09-2005 Zaaknummer 200501988/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Hoger beroep

Nadere informatie

ECLI:NL:RBBRE:2011:BP8246

ECLI:NL:RBBRE:2011:BP8246 ECLI:NL:RBBRE:2011:BP8246 Instantie Rechtbank Breda Datum uitspraak 25-02-2011 Datum publicatie 18-03-2011 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 10 / 938 Wmo Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLIM:2017:3845

ECLI:NL:RBLIM:2017:3845 ECLI:NL:RBLIM:2017:3845 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 26042017 Datum publicatie 27042017 Zaaknummer 5494929 \ CV EXPL 1610633 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Verbintenissenrecht

Nadere informatie

In deze brief lichten wij de stand van zaken en het plan van aanpak met betrekking tot invoer van een opt-in systeem toe.

In deze brief lichten wij de stand van zaken en het plan van aanpak met betrekking tot invoer van een opt-in systeem toe. Postadres Postbus 16200, 3500 CE Utrecht Telefoon 14 030 www.utrecht.nl Aan de gemeenteraad Behandeld door G.J. Schoonvelde Doorkiesnummer 030-28 66805 E-mail g.schoonvelde@utrecht.nl Onderwerp Opt-in

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2014:3834

ECLI:NL:GHDHA:2014:3834 ECLI:NL:GHDHA:2014:3834 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 28-10-2014 Datum publicatie 27-11-2014 Zaaknummer 200.140.914/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

vonnis In naam des Konings RECHTBANK AMSTERDAM Vonnis van 6 augustus 2014 1. De procedure Sector civiel recht

vonnis In naam des Konings RECHTBANK AMSTERDAM Vonnis van 6 augustus 2014 1. De procedure Sector civiel recht I vonnis In naam des Konings RECHTBANK AMSTERDAM Sector civiel recht zaaknummer I rolnummer: Cl131539507 I HA ZA 13-406 Vonnis van in de zaak van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZWB:2013:11284

ECLI:NL:RBZWB:2013:11284 ECLI:NL:RBZWB:2013:11284 Instantie Datum uitspraak 20-11-2013 Datum publicatie 09-09-2014 Rechtbank Zeeland-West-Brabant Zaaknummer C/12/85770 / HA ZA 12-259 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2015:7740

ECLI:NL:RBROT:2015:7740 ECLI:NL:RBROT:2015:7740 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 15092015 Datum publicatie 02112015 Zaaknummer C/10/482640 / KG ZA 15882 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2017:4885

ECLI:NL:RBDHA:2017:4885 ECLI:NL:RBDHA:2017:4885 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 10052017 Datum publicatie 12052017 Zaaknummer C/09/504538 / HA ZA 16112 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Ondernemingsrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBASS:2006:AY8841

ECLI:NL:RBASS:2006:AY8841 ECLI:NL:RBASS:2006:AY8841 Instantie Rechtbank Assen Datum uitspraak 25-09-2006 Datum publicatie 26-09-2006 Zaaknummer 58445 - KG ZA 06-182 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLIM:2017:2309

ECLI:NL:RBLIM:2017:2309 ECLI:NL:RBLIM:2017:2309 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 15032017 Datum publicatie 16032017 Zaaknummer 5377597 cv 169148 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Arbeidsrecht Burgerlijk

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2005:AU3334 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 04/04123

ECLI:NL:GHAMS:2005:AU3334 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 04/04123 ECLI:NL:GHAMS:2005:AU3334 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 20-09-2005 Datum publicatie 05-10-2005 Zaaknummer 04/04123 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLIM:2014:7733

ECLI:NL:RBLIM:2014:7733 ECLI:NL:RBLIM:2014:7733 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 03-09-2014 Datum publicatie 20-11-2014 Zaaknummer 2502483 CV EXPL 13-4461 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMID:2006:AY9168

ECLI:NL:RBMID:2006:AY9168 ECLI:NL:RBMID:2006:AY9168 Instantie Rechtbank Middelburg Datum uitspraak 20-09-2006 Datum publicatie 29-09-2006 Zaaknummer 47429 HA ZA 05-170 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Ambtenarenrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2013:3271 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHAMS:2013:3271 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer ECLI:NL:GHAMS:2013:3271 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 08-10-2013 Datum publicatie 06-01-2014 Zaaknummer 200.121.491-01 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2005:AU2986

ECLI:NL:RVS:2005:AU2986 ECLI:NL:RVS:2005:AU2986 Instantie Raad van State Datum uitspraak 21-09-2005 Datum publicatie 21-09-2005 Zaaknummer 200502262/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSHE:2014:1286 Gerechtshof 's-hertogenbosch Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer HD

ECLI:NL:GHSHE:2014:1286 Gerechtshof 's-hertogenbosch Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer HD ECLI:NL:GHSHE:2014:1286 Instantie Gerechtshof 's-hertogenbosch Datum uitspraak 06-05-2014 Datum publicatie 07-05-2014 Zaaknummer HD 200.134.974_01 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2010:BN9752

ECLI:NL:RBARN:2010:BN9752 ECLI:NL:RBARN:2010:BN9752 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 04-10-2010 Datum publicatie 07-10-2010 Zaaknummer 205064 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Eerste aanleg

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLIM:2017:4418

ECLI:NL:RBLIM:2017:4418 ECLI:NL:RBLIM:2017:4418 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 04052017 Datum publicatie 15052017 Zaaknummer C/03/232895 / KG ZA 17112 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

vonnis RECHTBANK DEN HAAG Team handel Vonnis van 23 november 2016 in de zaak met zaaknummer / rolnummer: C / HA ZA van

vonnis RECHTBANK DEN HAAG Team handel Vonnis van 23 november 2016 in de zaak met zaaknummer / rolnummer: C / HA ZA van vonnis RECHTBANK DEN HAAG Team handel Vonnis van 23 november 2016 in de zaak met zaaknummer / rolnummer: C10915 07759 / HA ZA 16-329 van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid EUREST SERVICES

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2009:BJ4900

ECLI:NL:RBSGR:2009:BJ4900 ECLI:NL:RBSGR:2009:BJ4900 Instantie Datum uitspraak 12-08-2009 Datum publicatie 17-08-2009 Rechtbank 's-gravenhage Zaaknummer 257105 / HA ZA 06-88 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

LJN: BV6124,Voorzieningenrechter Rechtbank Arnhem, Datum uitspraak: Datum publicatie:

LJN: BV6124,Voorzieningenrechter Rechtbank Arnhem, Datum uitspraak: Datum publicatie: LJN: BV6124,Voorzieningenrechter Rechtbank Arnhem, 225359 Datum uitspraak: 15-02-2012 Datum publicatie: Rechtsgebied: 17-02-2012 Handelszaak Soort procedure: Kort geding Inhoudsindicatie: In deze zaak

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2015:6585

ECLI:NL:GHARL:2015:6585 ECLI:NL:GHARL:2015:6585 Instantie Datum uitspraak 08-09-2015 Datum publicatie 26-10-2015 Zaaknummer 200.134.402 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Civiel

Nadere informatie

zaaknummer rechtbank Amsterdam : C/13/5545011KG ZA 13-1428 arrest van de meervoudige burgerlijke kamer van 22 juli 2014

zaaknummer rechtbank Amsterdam : C/13/5545011KG ZA 13-1428 arrest van de meervoudige burgerlijke kamer van 22 juli 2014 arrest GERECHTSHOF AMSTERDAM afdeling civiel recht en belastingrecht, team II zaaknummer :200.140.465101 KG zaaknummer rechtbank Amsterdam : C/13/5545011KG ZA 13-1428 arrest van de meervoudige burgerlijke

Nadere informatie

EJEA ECLI:NL:RBMNE:2016:3152 Rechtbank Midden-Nederland Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer414169/KG ZA

EJEA ECLI:NL:RBMNE:2016:3152 Rechtbank Midden-Nederland Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer414169/KG ZA EJEA 16101 ECLI:NL:RBMNE:2016:3152 Rechtbank MiddenNederland Datum uitspraak17062016 Datum publicatie04072016 Zaaknummer414169/KG ZA 16314 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Kort geding Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLEE:2009:BJ8522

ECLI:NL:RBLEE:2009:BJ8522 ECLI:NL:RBLEE:2009:BJ8522 Instantie Rechtbank Leeuwarden Datum uitspraak 17-09-2009 Datum publicatie 24-09-2009 Zaaknummer 99339 / KG ZA 09-274 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2017:5084

ECLI:NL:RBROT:2017:5084 ECLI:NL:RBROT:2017:5084 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 24-05-2017 Datum publicatie 03-07-2017 Zaaknummer C/10/511503 HA ZA 16-981 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBUTR:2011:BV3534

ECLI:NL:RBUTR:2011:BV3534 ECLI:NL:RBUTR:2011:BV3534 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 28-12-2011 Datum publicatie 09-02-2012 Zaaknummer 287601 / HA ZA 10-1263 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2007:BB0694

ECLI:NL:CRVB:2007:BB0694 ECLI:NL:CRVB:2007:BB0694 Instantie Datum uitspraak 25-07-2007 Datum publicatie 02-08-2007 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 05-4212 WVG Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMID:2008:BD3414

ECLI:NL:RBMID:2008:BD3414 ECLI:NL:RBMID:2008:BD3414 Instantie Rechtbank Middelburg Datum uitspraak 28-05-2008 Datum publicatie 09-06-2008 Zaaknummer 58024/HA ZA 07-265 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2011:BU7634

ECLI:NL:RBARN:2011:BU7634 ECLI:NL:RBARN:2011:BU7634 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 21-11-2011 Datum publicatie 22-12-2011 Zaaknummer 762448 CV Expl. 11-6301 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLIM:2017:1301

ECLI:NL:RBLIM:2017:1301 ECLI:NL:RBLIM:2017:1301 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 15022017 Datum publicatie 16022017 Zaaknummer 5299499 cv expl 168008 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Burgerlijk

Nadere informatie

2.1. X leeft van een uitkering op grond van de Wet werk en bijstand. Op deze uitkering worden de lopende huurbetalingen volledig ingehouden.

2.1. X leeft van een uitkering op grond van de Wet werk en bijstand. Op deze uitkering worden de lopende huurbetalingen volledig ingehouden. beschikking RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND Afdeling Civiel recht kantonrechter zittinghoudende te Utrecht zaaknummer: 2534388 UE VERZ 13805 GD/4243 Beschikking van 13 december 2013 inzake X wonende te Arnhem,

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2017:1537

ECLI:NL:RBAMS:2017:1537 ECLI:NL:RBAMS:2017:1537 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 09-03-2017 Datum publicatie 13-03-2017 Zaaknummer KK EXPL 17-174 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMID:2012:BX7952

ECLI:NL:RBMID:2012:BX7952 ECLI:NL:RBMID:2012:BX7952 Instantie Rechtbank Middelburg Datum uitspraak 15-02-2012 Datum publicatie 21-09-2012 Zaaknummer 78552 / HA ZA 11-217 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2016:1678

ECLI:NL:RBAMS:2016:1678 ECLI:NL:RBAMS:2016:1678 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 24-03-2016 Datum publicatie 29-03-2016 Zaaknummer KK EXPL 16-200 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2012:BV6392

ECLI:NL:RBROT:2012:BV6392 ECLI:NL:RBROT:2012:BV6392 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 15-02-2012 Datum publicatie 21-02-2012 Zaaknummer 372890 / HA ZA 11-458 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBALM:2010:BN8235

ECLI:NL:RBALM:2010:BN8235 ECLI:NL:RBALM:2010:BN8235 Instantie Rechtbank Almelo Datum uitspraak 22-09-2010 Datum publicatie 24-09-2010 Zaaknummer 113824 / KG ZA 10-207 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Kort geding

Nadere informatie

ECLI:NL:RBGEL:2017:2434

ECLI:NL:RBGEL:2017:2434 ECLI:NL:RBGEL:2017:2434 Instantie Rechtbank Gelderland Datum uitspraak 07042017 Datum publicatie 02052017 Zaaknummer C/05/315845/KG ZA 1789 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2017:3541

ECLI:NL:RBROT:2017:3541 ECLI:NL:RBROT:2017:3541 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 22-03-2017 Datum publicatie 10-05-2017 Zaaknummer C/10/504346 / HA ZA 16-609 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2008:BG2357

ECLI:NL:RBROT:2008:BG2357 ECLI:NL:RBROT:2008:BG2357 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 01-10-2008 Datum publicatie 03-11-2008 Zaaknummer 285436 / HA ZA 07-1418 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2017:147 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01

ECLI:NL:GHAMS:2017:147 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01 ECLI:NL:GHAMS:2017:147 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 17-01-2017 Datum publicatie 23-03-2017 Zaaknummer 200.189.286/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2015:4468

ECLI:NL:RBROT:2015:4468 ECLI:NL:RBROT:2015:4468 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 24-06-2015 Datum publicatie 14-07-2015 Zaaknummer C-10-459512 - HA ZA 14-950 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNHO:2014:8414

ECLI:NL:RBNHO:2014:8414 ECLI:NL:RBNHO:2014:8414 Instantie Datum uitspraak 16-06-2014 Datum publicatie 13-11-2014 Rechtbank Noord-Holland Zaaknummer 2896454 CV EXPL 14-830 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2007:BB9957

ECLI:NL:RVS:2007:BB9957 ECLI:NL:RVS:2007:BB9957 Instantie Raad van State Datum uitspraak 12-12-2007 Datum publicatie 12-12-2007 Zaaknummer 200700759/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RBASS:2011:BQ7650

ECLI:NL:RBASS:2011:BQ7650 ECLI:NL:RBASS:2011:BQ7650 Instantie Rechtbank Assen Datum uitspraak 17-05-2011 Datum publicatie 09-06-2011 Zaaknummer 302487 CV EXPL 10-8041 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBHAA:2009:BI7758

ECLI:NL:RBHAA:2009:BI7758 ECLI:NL:RBHAA:2009:BI7758 Instantie Rechtbank Haarlem Datum uitspraak 12-05-2009 Datum publicatie 12-06-2009 Zaaknummer 156351 - KG ZA 09-197 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBGEL:2016:7158

ECLI:NL:RBGEL:2016:7158 ECLI:NL:RBGEL:2016:7158 Instantie Rechtbank Gelderland Datum uitspraak 02-11-2016 Datum publicatie 14-06-2017 Zaaknummer C/05/300860 / HZ ZA 16-175 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLIM:2014:7598

ECLI:NL:RBLIM:2014:7598 ECLI:NL:RBLIM:2014:7598 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 27-08-2014 Datum publicatie 01-09-2014 Zaaknummer 2998345 CV EXPL 14-4789 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2013:6267

ECLI:NL:RBAMS:2013:6267 ECLI:NL:RBAMS:2013:6267 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 11092013 Datum publicatie 27092013 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie C/13/539534 Civiel recht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RBOVE:2017:2573

ECLI:NL:RBOVE:2017:2573 ECLI:NL:RBOVE:2017:2573 Instantie Rechtbank Overijssel Datum uitspraak 23062017 Datum publicatie 26062017 Zaaknummer C/08/201386 / KG ZA 17141 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2009:BK9813

ECLI:NL:RBAMS:2009:BK9813 ECLI:NL:RBAMS:2009:BK9813 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 24-12-2009 Datum publicatie 20-01-2010 Zaaknummer 09/947 WI Rechtsgebieden Bestuursrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg - enkelvoudig

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2017:526 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01

ECLI:NL:GHAMS:2017:526 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01 ECLI:NL:GHAMS:2017:526 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 21-02-2017 Datum publicatie 19-05-2017 Zaaknummer 200.179.432/01 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNNE:2014:1383 Rechtbank Noord-Nederland Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer C HA ZA

ECLI:NL:RBNNE:2014:1383 Rechtbank Noord-Nederland Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer C HA ZA ECLI:NL:RBNNE:2014:1383 Instantie Rechtbank Noord-Nederland Datum uitspraak 12-03-2014 Datum publicatie 20-03-2014 Zaaknummer C-17-129115- HA ZA 13-247 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2011:BU6953

ECLI:NL:RBARN:2011:BU6953 ECLI:NL:RBARN:2011:BU6953 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 16-11-2011 Datum publicatie 06-12-2011 Zaaknummer 206867 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Eerste aanleg

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2007:BB1598

ECLI:NL:RBARN:2007:BB1598 ECLI:NL:RBARN:2007:BB1598 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 27-06-2007 Datum publicatie 13-08-2007 Zaaknummer 153406 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Kort geding Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2009:BH4446

ECLI:NL:RBROT:2009:BH4446 ECLI:NL:RBROT:2009:BH4446 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 04-02-2009 Datum publicatie 03-03-2009 Zaaknummer 265169 / HA ZA 06-1949 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2005:AT7137

ECLI:NL:RBARN:2005:AT7137 ECLI:NL:RBARN:2005:AT7137 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 20-04-2005 Datum publicatie 09-06-2005 Zaaknummer 125734 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Kort geding

Nadere informatie

ECLI:NL:RBLIM:2014:6224

ECLI:NL:RBLIM:2014:6224 ECLI:NL:RBLIM:2014:6224 Instantie Rechtbank Limburg Datum uitspraak 14072014 Datum publicatie 24072014 Zaaknummer C03192295 KG ZA 14318 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2007:BB0648 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHLEE:2007:BB0648 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer ECLI:NL:GHLEE:2007:BB0648 Instantie Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak 25-07-2007 Datum publicatie 31-07-2007 Zaaknummer 0600466 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2015:4335 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01

ECLI:NL:GHAMS:2015:4335 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer /01 ECLI:NL:GHAMS:2015:4335 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 20-10-2015 Datum publicatie 04-07-2016 Zaaknummer 200.159.592/01 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht

Nadere informatie

Partijen zullen hierna de v.o.f. en B worden genoemd.

Partijen zullen hierna de v.o.f. en B worden genoemd. vonnis In naam van de Koning RECHTBANK AMSTERDAM Afdeling privaatrecht zaaknummer I rolnummer: C/1316275841 HA ZA 17-410 Vonnis van in de zaak van de vennootschap onder firma MARAKESH V.O-F., gevestigd

Nadere informatie

C/13/555974 / HA ZA 13-1827 28 oktober 2015 8 oordeel dat met deze uitingen sprake was van misleidende publieke berichtgeving. VEB en de stichting stellen dat door deze uitingen de gedupeerde beleggers

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2010:BM1303

ECLI:NL:RBARN:2010:BM1303 ECLI:NL:RBARN:2010:BM1303 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 14-04-2010 Datum publicatie 15-04-2010 Zaaknummer 198015 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel recht Kort geding

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMNE:2015:5675

ECLI:NL:RBMNE:2015:5675 ECLI:NL:RBMNE:2015:5675 Instantie Datum uitspraak 29-07-2015 Datum publicatie 03-08-2015 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Midden-Nederland 3947956 MC EXPL 15-2480

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2003:AF3863

ECLI:NL:CRVB:2003:AF3863 ECLI:NL:CRVB:2003:AF3863 Instantie Datum uitspraak 07-01-2003 Datum publicatie 04-02-2003 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 01/2345 WAO Bestuursrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2012:BX4670

ECLI:NL:RVS:2012:BX4670 ECLI:NL:RVS:2012:BX4670 Instantie Raad van State Datum uitspraak 15-08-2012 Datum publicatie 15-08-2012 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201106219/1/A4 Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:RBMID:2011:BR4744

ECLI:NL:RBMID:2011:BR4744 ECLI:NL:RBMID:2011:BR4744 Instantie Rechtbank Middelburg Datum uitspraak 09-02-2011 Datum publicatie 10-08-2011 Zaaknummer 75196 / HA ZA 10-466 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Civiel

Nadere informatie

ECLI:NL:RBOVE:2014:3241

ECLI:NL:RBOVE:2014:3241 ECLI:NL:RBOVE:2014:3241 Instantie Rechtbank Overijssel Datum uitspraak 05062014 Datum publicatie 16062014 Zaaknummer C/08/156166 / KG ZA 14182 Rechtsgebieden Civiel recht Bijzondere kenmerken Kort geding

Nadere informatie

Rechtbank Amsterdam 08-05-2015 28-05-2015 3603419 CV EXPL 14-32341. Civiel recht. Eerste aanleg - enkelvoudig. Rechtspraak.nl

Rechtbank Amsterdam 08-05-2015 28-05-2015 3603419 CV EXPL 14-32341. Civiel recht. Eerste aanleg - enkelvoudig. Rechtspraak.nl ECLI:NL:RBAMS:2015:3202 Instantie Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Vindplaatsen Uitspraak Rechtbank Amsterdam 08-05-2015 28-05-2015 3603419

Nadere informatie

vonnis RECHTBANK 'S-HERTOGENBOSCH Sector civiel recht zaaknummer / rolnummer: 244269 / KG ZA 12-171 Vonnis in kort geding van 16 april 2012

vonnis RECHTBANK 'S-HERTOGENBOSCH Sector civiel recht zaaknummer / rolnummer: 244269 / KG ZA 12-171 Vonnis in kort geding van 16 april 2012 vonnis RECHTBANK 'S-HERTOGENBOSCH Sector civiel recht zaaknummer / rolnummer: 244269 / KG ZA 12-171 Vonnis in kort geding van in de zaak van de vennootschap onder firma VAN HOOF VOF, gevestigd te Asten,

Nadere informatie