De kwaliteit van de arbodienstverlening in de bouw Drs. E. Lourens

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "De kwaliteit van de arbodienstverlening in de bouw 2002. Drs. E. Lourens"

Transcriptie

1 De kwaliteit van de arbodienstverlening in de bouw 2002 Drs. E. Lourens Amsterdam, augustus 2003

2 Inhoud 1 Samenvatting I. 1 Werknemers 1.2 Werkgevers 1.3 Arbodiensten 2 Inleiding 16 3 Vraagstelling 19 4 Methode van onderzoek Resultaten van het onderzoek onder werknemers Algemene kenmerken van de in het onderzoek betrokken werknemers Het CAO-pakket Preventiezorg Resultaten van het onderzoek onder werkgevers 6.1 Algemene kenmerken van de bedrijven 6.2 Het CAO-pakket Preventiezorg 6.3 Ziekteverzuim en reïntegratie 6.4 Risico-inventarisatie en -evaluatie 6.5 De kosten van de arbodienstverlening 7 Resultaten van het onderzoek onder arbodiensten 96 8 Vergelijking van de onderzoekresultaten van l996 en Werknemers 8.2 Werkgevers 8.3 Arbodiensten 9 Conclusies 142 Bijlage 1 : Resultaten van de enquête Bedrijfsgezondheidszorg onder arbodiensten Bijlage 2: Resultaten van de enquête Bedrijfsgezondheidszorg onder arbodiensten (open vragen) Bijlage 3: Populatie, steekproef en respons enquête bedrijfsgezondheidszorg (intredekeuring) Bijlage 4: Populatie, steekproef en respons enquête bedrijfsgezondheidszorg (PAGO) ' Bijlage 5: Populatie, steekproef en respons enquête bedrijfsgezondheidszorg (spreekuur) Bijlage 6: Populatie, steekproef en respons enquête bedrijfsgezondheidszorg (non-response) Bijlage 7: Populatie, steekproef en respons enquête bedrijfsgezondheidszorg (werkgevers) Bijlage 8: Populatie en respons enquête bedrijfsgezondheidszorg onder arbodiensten

3 l Samenvatting In opdracht van Arbouw heeft het EIB een onderzoek uitgevoerd naar de kwaliteit van de arbodienstverlening door arbodiensten ten behoeve van de bouwnijverheid. Voor dat doel is in 2002 een schriftelijke enquête gehouden onder een groot aantal werknemers en werkgevers. Ook de arbodiensten waarmee Arbouw een samenwerkingsovereenkomst heeft gesloten voor de uitvoering van het CAO-pakket preventiezorg zijn schriftelijk geënquêteerd. De resultaten van het onderzoek zijn waar mogelijk vergeleken met een soortgelijk onderzoek dat eerder voor het jaar 1996 eveneens in opdracht van Arbouw door het EIB is uitgevoerd. 1.l Werknemers Uit het onderzoek onder werknemers kwam allereerst naar voren dat de afstand van woonplaats tot arbodienst voor drie kwart van de werknemers minder dan 25 kilometer was. Een kwart moest verder reizen, waarvan 7 procent meer dan 50 kilometer. Voor de meeste werknemers was die afstand geen probleem, maar vooral onder degenen die een intredekeuring kregen of naar het arbospreekuur gingen waren er ook voor wie dat wel zo was. Het aantal werknemers waarvoor de afstand problematisch is, is vooral onder degenen die naar het arbospreekuur gingen ten opzichte van 1996 toegenomen. De meeste werknemers die een uitnodiging voor een PAGO kregen, kregen die per brief. In sommige gevallen was daarbij een PAGO-folder en een antwoordkaart gevoegd, maar meestal was dat niet gebeurd. De feitelijke afspraak voor het PAGO komt meestal tot stand doordat de arbodienst bij de uitnodiging plaats, datum en tijdstip opgeeft. In sommige gevallen wordt de werknemer gevraagd om contact op te nemen voor het maken van een afspraak of wordt het via de werkgever geregeld. Incidenteel werd ook wel door de arbodienst gebeld voor een afspraak, maar vaak kwam dat niet voor.

4 De vragenlijst voor het PAGO vinden nagenoeg alle werknemers goed te begrijpen, maar vooral onder werknemers van 40 jaar en ouder zijn er veel die de lijst wel te lang vinden. Desalniettemin slagen de meesten van hen erin om de vragenlijst binnen 30 minuten in te vullen. Dat geldt overigens ook voor de jongeren. Bijna l O procent'heeft er meer tijd voor nodig. Iets minder dan een kwart van de werknemers zou de vragenlijst wel per computer in willen vullen. Van de jongeren zijn dat er iets meer. Het gaat daarbij iets vaker om invullen met behulp van een diskette dan om downloaden via internet. Werknemers die naar het arbospreekuur zijn geweest, gingen daar net als in 1996 iets vaker naar toe op verzoek van de werkgever dan op eigen initiatief. De helft van hen moest langer dan een week wachten voordat zij bij de arbodienst terecht konden, waarvan 24 procent langer dan twee weken. Dat laatste percentage is ten opzichte van 1996 Rink gestegen. In bijna alle gevallen worden bij een intredekeuring en bij een PAGO de door Arbouw voorgeschreven onderzoeken uitgevoerd. Incidenteel gebeurt dat volgens de in het onderzoek betrokken werknemers niet. Opmerkelijk is dat in een aantal gevallen ook urineonderzoek werd uitgevoerd, alhoewel dat geen verplicht onderdeel van het pakket preventiezorg meer is. Het zelfde geldt voor bloedonderzoek bij de intredekeuring. Ook een ECG maakt soms onverplicht (bij werknemers jonger dan 40 jaar) deel uit van het onderzoek. Daartegenover staat dat bij werknemers van 40 jaar en ouder die een PAGO hebben gehad niet altijd een ECG is gemaakt, alhoewel dat in die gevallen wel een verplicht onderdeel van het pakket is. Voor werknemers die naar het arbospreekuur zijn geweest geldt dat in veel gevallen ook biometrisch onderzoek is gedaan. Voor de verschillende in het onderzoek onderscheiden onderdelen daarvan geldt dat gemiddeld zo'n 50 a 70 procent van de werknemers zegt dat die onderzoeken zijn gedaan.

5 Naast het biometrisch onderzoek dient bij een intredekeuring en bij een PAGO ook een lichamelijk onderzoek door de bedrijfsarts plaats te vinden. Volgens de in het onderzoek betrokken werknemers gebeurt dat echter lang niet altijd. Van degenen die een intredekeuring of een PAGO hebben gehad zei 60 procent dat dat wel was gebeurd. VOO; degenen die naar het arbospreekuur zijn geweest was dat 50 procent. In het laatste geval is een lichamelijk onderzoek echter niet altijd verplicht. Een en ander hangt af van de aard van de klachten. Van de werknemers die een intredekeuring hebben gehad zei 64 procent dat zij de uitslag van de keuring hebben gekregen. Bij het PAGO was dat 59 procent. Voor beide geldt dat dat er minder waren dan in Bij een intredekeuring kregen werknemers de uitslag vaak direct na de keuring. Een kleine 40 procent moest echter langer wachten, waarvan sommigen langer dan een week maar wel korter dan een maand. De meeste werknemers waren het overigens wel eens met de uitslag van de keuring. Bij het PAGO duurde het meestal langer voordat werknemers de uitslag kregen. Vooral het aantal dat de uitslag direct na de keuring krijgt is sinds 1996 sterk afgenomen. Over het gesprek enlof onderzoek van de bedrijfsarts was 75 procent van alle werknemers tevreden. Een kwart oordeelde matig of slecht. Vooral onder degenen die naar het arbospreekuur zijn geweest, waren er relatief veel die niet tevreden waren over de bedrijfsarts. Voor alle werknemers gezamenlijk geldt bovendien dat het aantal van hen dat het een goed gesprek enlof onderzoek vond ten opzichte van 1996 duidelijk is gedaald. De belangrijkste reden voor een negatief oordeel is dat het inhoudelijk niet veel te betekenen heeft, dat er te I weinig wordt toegelicht en dat het te algemeen is. Van de werknemers die naar het arbospreekuur zijn geweest vond bovendien 21 procent dat de bedrijfsarts te weinig aandacht aan hun klachten besteedde. In 1996 was dat nog maar 14 procent. De totale duur van een onderzoek door de arbodienst iigt in veruit de meeste gevallen tussen 11 en 30 minuten. Vooral het PAGO duurt ook vaak langer.

6 Intredekeuringen en een bezoek aan het spreekuur soms ook korter. Voor alle drie geldt dat de totale duur van het onderzoek ten opzichte van 1996 is gedaald. Van alle werknemers die naar de arbodienst zijn geweest kreeg 37 procent een advies voor een andere manier van werken, aanpassingen op de werkplek of een andere manier van leven of werd doorverwezen naar huisarts of specialist. Dat percentage varieerde van 23 procent voor degenen die een intredekeuring hebben gehad tot 62 procent van degenen die een bezoek brachten aan het arbospreekuur. Dat waren er in beide gevallen wat meer dan in 1996, maar het verschil was niet erg groot. Het aantal werknemers dat na een bezoek aan het arbospreekuur terug moest komen voor verdere begeleiding of nader onderzoek daalde van 41 procent tot 33 procent. De meeste werknemers die bij de arbodienst zijn geweest hoefden niet langer dan l O of hooguit 15 minuten te wachten voordat zij aan de beurt waren. Incidenteel kwamen ook langere wachttijden van soms meer dan 30 minuten voor. De wachttijd is ten opzichte van 1996 duidelijk afgenomen. Bijna alle werknemers waren tevreden over de behandeling door het personeel van de arbodienst. Slechts 6 procent beoordeelde die als matig of slecht. De situatie was wat dat betreft niet veel anders dan in Soms kregen zij ook informatie mee in de vorm van brochures over veilig en gezond werken, maar erg vaak kwam dat niet voor. Het gebeurde bovendien ook duidelijk minder dan in Op de vraag of zij de indruk hebben dat de bedrijfsarts voldoende van de bouw en van hun werksituatie weet om hen te kunnen informeren en adviseren werd door 66 procent van de werknemers bevestigend geantwoord. Werknemers die een intredekeuring hebben gehad waren daar iets positiever over dan degenen die een PAGO hebben gehad of naar het arbospreekuur zijn geweest, maar de verschillen zijn niet groot. Het oordeel is ook niet anders dan in 1996.

7 Ruim 80 procent van de werknemers geeft de arbodienst een 7 of meer voor de manier waarop zij haar werk doet. In 1996 was dat nog 87 procent. Het gemiddeld waarderingscijfer daalde van 7,5 tot 7,3. Vooral onder degenen die naar het spreekuur zijn geweest waren er veel die een 6 of minder gaven. Over de werkgevers waren er weinig klachten: 97 procent vond dat die voldoende gelegenheid gaven om naar de arbodienst te gaan. Redenen om niet naar het PAGO te gaan waren vooral dat men zich niet kon herinneren dat men was opgeroepen, dat men er het nut niet van in zag of dat het op het moment niet goed uitkwam. Daarnaast waren ook het feit dat de werknemer kort tevoren al bij de arbodienst was geweest, niet meer in de bouw werkte of in de VUT of WAO zat veel voorkomende redenen om niet naar het PAGO te gaan. Voorts werd er nog een groot aantal andere redenen genoemd die ieder afzonderlijk echter niet heel veel voorkwamen (niet vaker dan door 5 procent genoemd). 1.2 Werkgevers Het aantal bedrijven dat VCA- enlof ISO-gecertificeerd is, is sinds 1996 sterk toegenomen. Dat aantal varieerde in 2002 van 32 procent van de kleine bedrijven tot 89 procent van de grote. In 1996 was dat slechts 6, respectievelijk 72 procent. De toeneming weerspiegelt de toegenomen aandacht voor arbeidsomstandigheden en kwaliteit. Bijna alle werkgevers zijn ook bekend met de CAO-bepalingen over het pakket preventiezorg. Vooral onder de kleine bedrijven zijn er echter ook enkele die niet op de hoogte zijn. Het aantal van hen dat wel op de hoogte is, is sinds 1996 echter wel sterk toegenomen. Het overgrote deel van de bouwbedrijven is aangesloten bij ArboDuo, Arbo Unie of Maetis. Vooral onder de kleinere bedrijven zijn er ook die zijn aangesloten bij andere arbodiensten. Administratieve verwerking van ziek- en

8 herstelmelding, controle en begeleiding van zieke werknemers en risicoinventarisatie en -evaluatie zijn de meest voorkomende onderdelen van de overeenkomst met de arbodienst. Werkplekondenoek, adviezen over arbeidsomstandigheden en sociaal medisch overleg maken daar minder vaak deel van uit. Kwaliteit en snelheid van rapportages, kennis van zaken over de bouwnijverheid en een actieve opstelling naar het bedrijf toe zijn de belangrijkste criteria voor de keuze van een arbodienst. De kosten van de dienstverlening en de persoonlijke indruk van de bedrijfsartslarbodeskundige zijn minder belangrijk. Het CAO- pakket preventiezorg Voor bedrijven die een intredekeuring laten uitvoeren door de arbodienst is de termijn tussen aanvraag en uitvoering van de keuring als regel 1 a 2 weken. Soms gebeurt het binnen 1 dag, maar vaak komt dat niet voor, terwijl 16 procent zegt langer dan 2 weken te moeten wachten. Ten opzichte van 1996 is de wachttijd duidelijk gestegen. Voor de termijn waarop de uitslag van de keuring wordt gekregen geldt grosso modo hetzelfde. De meeste bedrijven zeggen die binnen 1 a 2 weken te krijgen, maar bijna 20 procent zegt dat het langer duurt. Ook voor deze termijn geldt dat die ten opzichte van l996 duidelijk langer is geworden. Veel bedrijven vinden de wachttijd te lang, vooral als het langer dan een week duurt. De ontevredenheid daarover is sinds 1996 flink toegenomen. Ook het aantal bedrijven dat met de arbodienst van mening verschilt over de uitslag is toegenomen, en wel van 5 procent in 1996 tot 9 procent in het afgelopen jaar. Over de kwaliteit van de intredekeuringen zijn de meeste bedrijven wel tevreden, maar minder tevreden dan in 1996: 15 procent vindt die kwaliteit matig of slecht, tegenover 10 procent in Naast intredekeuringen laten vooral de grotere gww-bedrijven ook wel eens aanstellingskeuringen verrichten. Van alle bedrijven gezamenlijk laat 10 procent dat wel eens doen. Dat waren er veel minder dan in 1996.

9 De meeste grote bedrijven (gemiddeld zo'n 80 procent) zijn op de hoogte van de mogelijkheid om een jaarplanning van PAGO-onderzoeken te krijgen voor grote bedrijven, een bedrijfsrapport op basis van PAGO-gegevens voor grote bedrijven, een jaarlijks overzicht van te keuren werknemers voor alle bedrijven en een jaarlijks overzicht v'an uitgevoerde activiteiten voor alle bedrijven. Kleine bedrijven zijn minder goed op de hoogtevan de faciliteiten die hen door Arbouw geboden worden. De bekendheid met de mogelijkheid om een jaarplanning van PAGO-onderzoeken voor grote bedrijven te ontvangen is sinds 1996 onder hen aanzienlijk toegenomen. Ook het aantal grotere bedrijven (meer dan 20 werknemers) dat de werknemers stimuleert om naar het PAGO te gaan is toegenomen tot zo'n 85 procent gemiddeld. Veel, vooral grote, bedrijven hebben werknemers in dienst die op grond van hun werkzaamheden in aanmerking komen voor een GPO. Het gaat daarbij vooral om uitvoerders, machinisten, werknemers die werken op vervuilde grond en werknemers die werken met zandsteen, asbest of persluchtapparatuur. Niet alle bedrijven met werknemers die recht hebben op een GPO zijn op de hoogte van het bestaan daarvan. Dat aantal varieert van 50 procent van de kleine bedrijven tot 83 procent van de grote. Voor alle bedrijven gezamenlijk ging het in 2002 om 56 procent, tegenover 63 procent in De meeste grote bedrijven met werknemers die recht hebben op een GPO zeggen hen te stimuleren om daar gebruik van te maken. Voor kleine bedrijven geldt dat in mindere mate. Het aantal bedrijven waarvan werknemers in 2001 gebruik hebben gemaakt van de mogelijkheid om naar het arbospreekuur te gaan varieert van 18 procent van de kleine bedrijven tot 71 procent van de grote. Voor alle bedrijven gezamenlijk ging het om 25 procent: evenveel als in Twee van de drie bedrijven zeggen hun werknemers te stimuleren om naar het arbospreekuur te gaan, wat er duidelijk meer waren dan in 1996.

10 Het aantal bedrijven dat zegt dat zij door de arbodienst zijn bezocht of waarin een werkplekonderzoek is gedaan, is aanzienlijk gedaald van 42 procent in 1996 tot 20 procent in het afgelopen jaar. Die daling deed zich zowel in kleine als in grote bedrijven voor. De meeste bedrijven die de arbodienst op bezoek hebben gehad zijn tevreden over de manier waarop het werkplekondenoek werd uitgevoerd. Zowel in 1996 als in 2002 werd die activiteit van de arbodienst door 95 procent van de bedrijven als goed of redelijk beoordeeld. Voor alle bedrijven gezamenlijk (dus ook de bedrijven waarin de arbodienst niet op bezoek is geweest) geldt dat 79 procent de deskundigheid van de arbodienst voor de werkzaamheden in het kader van het CAO-pakket preventiezorg als goed of redelijk beoordeelt. Voor wat betreft de kennis van de bouwnijverheid van de arbodienst is dat 83 procent. Het totaal van de activiteiten van de arbodienst in het kader van het CAO-pakket preventiezorg wordt door de bedrijven gewaardeerd met een gemiddeld waarderingscijfer van 6,6. Ziekteverzuimbegeleiding en reïntegratie De meeste bedrijven hebben voor verzuimbegeleiding een overeenkomst met de arbodienst op basis van een vast bedrag per werknemer. Vooral grote bedrijven betalen de arbodienst ook vaak op basis van verrichtingen. Kleine bedrijven doen dat zelden. De situatie is wat dat betreft ten opzichte van 1996 niet veranderd. De arbodienst rapporteert meestal per maand of per kwartaal over het ziekteverzuim, maar vaker of (vooral) minder vaak komt ook voor: 13 procent ontvangt slechts 1 keer per jaar een rapportage. Vergeleken met 1996 wordt er volgens werkgevers thans aanzienlijk minder frequent gerapporteerd. Over de kwaliteit van de rapportages zijn de meeste bedrijven tevreden, maar 14 procent is dat niet, variërend van 11 procent van de kleine bedrijven tot zelfs 25 procent van de grote. Ten opzichte van 1996 is dat een aanzienlijke verslechtering. Ook over de ondersteuning die arbodiensten bieden bij reïntegratie enfof werkhervatting van zieke werknemers zijn veel bedrijven minder tevreden dan in Destijds vond 82 procent die voldoende, tegenover 66 procent in het afgelopen jaar. Voorts werden zowel de kwaliteit

11 van de verzuimbegeleiding, de effectiviteit ervan en de deskundigheid van de arbodienst voor de werkzaamheden in het kader van de verzuimbegeleiding in 2002 veel minder positief beoordeeld dan in Het gemiddeld waarderingscijfer kwam uit op 6,3, tegenover 6,9 destijds. I Het aantal bedrijven dat een verzekering heeft afgesloten om de loonkosten als gevolg van ziekteverzuim te dekken, varieert van 82 procent voor de kleine bedrijven tot 22 van de grote. Voor alle bedrijven gezamenlijk gaat het om 75 procent: evenveel als in In kleine bedrijven is het loonrisico vaak voor de volle 100 procent verzekerd. In grote bedrijven is het meestal minder dan 70 procent. In de meeste kleine bedrijven met een verzekering komen de eerste twee weken voor eigen rekening. De meeste grote bedrijven hebben, als zij verzekerd zijn, geen eigen risico. In 2002 beschikte 74 procent van alle bedrijven over een door de arbodienst goedgekeurde risico-inventarisatie en -evaluatie, variërend van 68 procent van de kleine tot 96 procent van de grote bedrijven. Dat waren er van zowel de kleine als de grote bedrijven veel meer dan in De meeste bedrijven lieten de RI&E uitvoeren door de arbodienst, maar voorai onder de grote bedrijven waren er ook die het zelf hadden gedaan. Voorzover de RI&E was uitgevoerd door een arbodienst ging het in de meeste gevallen weer om ArboDuo, Arbo Unie, Maetis of in mindere mate ook ArboNed. Grote bedrijven lieten het ook wel doen door Aboma+Keboma. Van de bedrijven die de RI&E lieten uitvoeren i door de arbodienst vond 77 procent de prijslkwaliteitverhouding daarvan goed of redelijk en 23 procent matig of slecht. Ten opzichte van 1996 is het oordeel daarover duidelijk verslechterd. Ook het oordeel over de deskundigheid van de arbodienst voor de werkzaamheden die zij uitvoeren in het kader van de RI&E was minder positief dan destijds. Het gemiddeld waarderingscijfer was een 6,7.

12 Van de bedrijven die een RI&E hebben uitgevoerd of uit laten voeren zegt bijna 80 procent dat die geleid heeft tot een Plan van Aanpak voor verbetering van de arbeidsomstandigheden in het bedrijf. Van de grote bedrijven was dat zelfs bijna l00 procent. Voor zowel kleine als grote bedrijven geldt dat het er meer waren dan in Het Plan van Aanpak werd in de meeste gevallen opgesteld door het bedrijf zelf of door het bedrijf samen met de arbodienst. Een relatief klein aantal liet het helemaal aan de arbodienst over. Het plan van Aanpak was in twee van de drie gevallen opgesteld in 2000 of later. Van de bedrijven die nog geen RI& hebben uitgevoerd of uit laten voeren heeft 28 procent (van de grote 77 procent) plannen om dat binnenkort wel te doen of te laten doen. Voor de bedrijven die daar nog geen initiatieven voor hebben ontwikkeld geldt dat de belangrijkste redenen daarvoor zijn dat zij niet op de hoogte zijn van het feit dat dat verplicht is, dat zij het niet nodig vinden omdat er weinig of geen risico's zijn, dat zij het bedrijf daar te klein voor vinden of van plan zijn het bedrijf binnenkort te beëindigen. Over de wijze waarop de arbodiensten de werkzaamheden in het kader van de RI& uitvoeren, zijn de meeste bedrijven tevreden. Die werkzaamheden worden ook meer gewaardeerd dan die in het kader van de ziekteverzuimbegeleiding. De kosten van de arbodienstverlening Van alle bedrijven heeft 39 procent geen duidelijk beeld van de kosten die inschakeling van de arbodienst met zich meebrengt. In 1996 was dat nog 29 procent. Vooral de kleinere bedrijven hebben geen zicht daarop. Voor iets meer dan 40 procent van de bedrijven zijn de kosten een belemmering voor de uitvoering van een goed gezondheids- en veiligheidsbeleid, variërend van 45 procent voor de kleine bedrijven tot 17 procent voor de grote. Voor de kleinere bedrijven (minder dan 50 werknemers) geldt dat dat er meer waren dan in Voor de grotere bedrijven (meer dan 50 werknemers) waren het er juist minder. Het aantal bedrijven dat vindt dat de hoge kosten van een goed V&G-beleid de concurrentiepositie van het bedrijf nadelig beïnvloeden, varieert van 64 procent

13 van de kleine bedrijven tot 42 procent van de grote en is voor alle bedrijven gezamenlijk 61 procent: evenveel als in I.3 Arbodiensten I De meeste arbodiensten zijn middelgrote organisaties met meer dan 50 werknemers in dienst. Naast bedrijfsartsen zijn de meest voorkomende disciplines: bedrijfsverpleegkundigen, arbeidshygiënisten, veiligheidskundigen, a&o-psychologen en fysiotherapeuten. Arbeidsdeskundigen en bewegingswetenschappers/egonomen komen minder vaak voor. In de afgelopen jaren lijkt het aantal veiligheidskundigen en fysiotherapeuten, werkzaam bij arbodiensten, te zijn toegenomen. Voor de meeste arbodiensten geldt dat de daarin werkzame deskundigen ook werkzaam zijn voor de bouwnijverheid. Veel arbodiensten zijn echter van mening dat de voor de bouw beschikbare personeelscapaciteit in kwalitatief en kwantitatief opzicht niet toereikend is voor een adequate uitvoering van de arbo-dienstverlening. Het gaat daarbij vooral om een tekort aan bedrijfsartsen. Ook werd melding gemaakt van een personeelstekort in verband met de Wet Verbetering Poortwachter en een gebrek aan capaciteit voor RI&E, V&G-plan en adviezen over technische en organisatorische aangelegenheden. De arbozorg voor de bouwnijverheid is door een kwart van de in het onderzoek betrokken arbodiensten in een aparte businessunit ondergebracht. Daarnaast geldt voor 70 procent van hen dat er sprake is van een bouwteam, waarin verschillende disciplines zijn vertegenwoordigd. Het aantal bouwbedrijven dat voor arbodienstverlening is aangesloten bij de onderzochte arbodiensten, is in de meeste gevallen meer dan 100. Daarnaast is er een kleiner aantal arbodiensten waarvoor geldt dat bouwbedrijven maar in beperkte mate deel uitmaken van het totale klantenbestand (minder dan 20 aangesloten bouwbedrijven). Voor alle arbodiensten geldt dat zij meer of minder regelmatig intredekeuringen uitvoeren. Die keuring omvat in alle gevallen een anamnese, lichamelijk onderzoek en biometrie. Daarnaast zegt 70 procent dat ook GVO (Gezondheids

14 Voorlichting en Opvoeding) altijd deel uitmaakt van de keuring, terwijl 40 procent standaard ook bloedonderzoek verricht en iets meer dan 20 procent urineonderzoek. Bij biometrie gaat het altijd of nagenoeg altijd om het meten van de lengte en het gewicht, visus, audiometrie, bloeddruk en de longfunctie. Daarnaast maakt drie kwatt van de arbodiensten bij een intredekeuring van een oudere werknemer (40 jaar of ouder) een ECG. Het tijdbeslag van de diverse bij de intredekeuring uitgevoerde verrichtingen verschilt per onderdeel. Vergelijking met de uitkomsten van het onderzoek voor 1996 leert dat het tijdbeslag voor alle onderzoeken bij elkaar is afgenomen met ruim 5 minuten. De termijn tussen de aanvraag voor een intredekeuring en de uitvoering ervan bedraagt volgens ruim 60 procent van de arbodiensten een week. Een derde zegt dat het twee weken duurt en een klein aantal arbodiensten noemt een termijn van meer dan twee weken. Volgens de meeste arbodiensten krijgen de werknemer en de werkgever de uitslag van de intredekeuring binnen één dag. Sommigen noemen een termijn van 2 tot 7 dagen. Een enkeling zegt dat het langer duurt. Naast intredekeuringen worden door de meeste arbodiensten ook aanstellingskeuringen verricht. Qua inhoud zijn die meestal gelijk aan de intredekeuring. Voorzover er verschillen zijn gaat het in het algemeen om minder aanvullend onderzoek en meer nadruk op specifieke, op de functie gerichte, belastbaarheidseisen. Voor wat betreft de prijs wijken de aanstellingskeuringen in veel gevallen af van de intredekeuringen. De reden daarvoor is dat de arbodiensten hun eigen tarief in rekening brengen aan het bedrijf dat de keuring aanvraagt. Dat tarief is meestal hoger dan de vergoeding die Arbouw betaalt voor de intredekeuring. Door alle in het onderzoek betrokken arbodiensten worden meer of minder vaak PAGO's uitgevoerd. Die PAGO's omvatten evenals de intredekeuring in alle gevallen een anamnese, lichamelijk onderzoek en biometrie. Daarnaast zegt 75 procent dat ook GVO altijd deel uitmaakt van de keuring, terwijl 91 procent

15 standaard ook bloedonderzoek verricht en 33 procent urineonderzoek. Bijna alle arbodiensten maken bij een PAGO van een werknemer van 40 jaar of ouder een ECG. Het tijdbeslag van de diverse bij het PAGO uitgevoerde verrichtingen verschilt nauwelijks van die bij de intredekeuring. Voor alle onderzoeken bij elkaar nain de totale tijdsduur, evenals bij de intredekeuring, vergeleken met 1996 af met 5 minuten. Veel arbodiensten vinden de vragenlijst die werknemers voor het PAGO moeten invullen te lang. Wel zouden er volgens sommigen vragen aan toegevoegd moeten worden over rookgedrag en alcoholgebruik, sport en familiaire ziekten. Voorts werd er gepleit voor meer specifieke lijsten per beroep of beroepscategorie. Daartegenover staat dat er ook gepleit werd voor minder verschillende vragenlijsten. Andere suggesties met betrekking tot de inhoud van het PAGO waren: een tiltest, meer uitgebreid visusonderzoek voor beeldschermwerkers en onderzoek van het cholesterolgehalte en glucosebepaling. Door de meeste arbodiensten worden ook min of meer regelmatig gerichte periodieke onderzoeken (GPO's) uitgevoerd voor werknemers die een beroep uitoefenen met bijzondere veiligheids- en gezondheidsrisico's. Het totale aantal jaarlijks uitgevoerde GPO's loopt voor de verschillende arbodiensten sterk uiteen. Gemiddeld ging het om 55 GPO's. Volgens de meeste arbodiensten is dat aantal in de afgelopen jaren niet wezenlijk veranderd. Als oorzaak van een toegenomen aantal GPO's werd onder meer genoemd een grotere bekendheid bij de bedrijven met het recht van werknemers op zo'n onderzoek en voorlichting daarover door de arbodiensten zelf. Ook het toegenomen aantal bodemsaneringen en eisen met betrekking tot VCA-certificering werden in dit verband genoemd. Als oorzaak van een afgenomen aantal GPO's werd genoemd het feit dat de kosten ervan voor rekening van de werkgever komen. Verder vinden de meeste arbodiensten dat de werknemers onvoldoende op de hoogte zijn van het CAO-recht om een GPO te laten uitvoeren. Het aantal arbodiensten dat dat zegt is ten opzichte van l996 echter wel afgenomen.

16 Ook van het CAO-recht om het spreekuur van de bedrijfsarts te bezoeken zijn de werknemers volgens veel arbodiensten onvoldoende op de hoogte. Verder geldt ook hier dat het aantal arbodiensten dat zegt dat dat zo is ten opzichte van 1996 wel is gedaald. De gemiddelde duur van het arbospreekuur was 24 minuten. Veel arbodiensten vinden dat te kort. De reden daarvoor is dat werknemers vaak pas naar het arbospreekuur komen als er meer aan de hand is. De drempel voor een bezoek aan de bedrijfsarts is hoog en de werknemer heeft vaak veel tijd nodig om zijn verhaal te doen. Voor de advisering en voorlichting door arbodiensten aan bedrijven is door Arbouw een aantal instrumenten ontwikkeld, waarvan zij gebruik kunnen maken. Het meest gebruikt wordt het Productgroep Informatie Systeem Arbouw (PISA). Op de tweede plaats komt de Bedrijfstakatlas Arbeid en Gezondheid. Eveneens veel gebruikt zijn de ABRIE Bouw en het Handboek Arbozorg en Verzuimbegeleiding. Ook het Handboek Arbeidsmiddelen wordt nogal eens gebruikt. Minder vaak gebruikt worden het VISA-bedrijfsrapport, de Website Arbouw arbovriendelijke hulpmiddelen, de Arbochecks en de Controlelijsten. Volgens veel arbodiensten zijn er knelpunten op het terrein van de arbodienstverlening aan bedrijven. Het meest genoemd werden het arbospreekuur en de verzuimbegeleiding. Het minst eerste hulp, plan van aanpak (RI&E) en V&G-plan (voor een project). Andere knelpunten waren: administratieve afhandeling van de dienstverlening, tijdgebrek, kosten, werkplekonderzoek en integrale arbozorg. Een belangrijke oorzaak van de genoemde knelpunten is het bestaan van capaciteitsproblemen, waarbij het vooral om een tekort aan bedrijfsartsen gaat. Een grotere vraag naar verzuimbegeleiding en reïntegratie speelt daarbij een rol. Voorts wordt geklaagd over het feit dat kleine bedrijven geen geld over hebben voor preventie en dat veel bedrijven de arbo-uurtarieven te hoog vinden. Sommige arbodiensten vinden dat zij te weinig klanten in de bouw hebben om voldoende expertise daarvoor op te kunnen bouwen.

17 Voor wat betreft de samenwerking met Arbouw werd veelvuldig gepleit voor verbetering van de communicatie en de informatievoorziening. Er is een duidelijke wens aanwezig voor een meer gestructureerde vorm van overleg. Ook de administratieve afhandeling van de activiteiten in opdracht van Arbouw is volgens velen voor verbetering vatbaar. Voorzover er behoefte was aan verdere ondersteuning door Arbouw ging het vooral om voorlichting en instructie van het personeel. Het contact met Arbouw wordt door de meeste arbodiensten gehonoreerd met het cijfer 6, 7 of 8. Acht arbodiensten vonden dat er sprake was van een slecht contact (cijfer 5 of minder), twee vonden het zeer goed (cijfer 9). Het gemiddeld waarderingscijfer was voor de 50 arbodiensten die de vraag beantwoordden (9 deden dat niet) een 6,7. In 1996 was dat nog een 7,6.

18 2 Inleiding Werkgevers- en werknemersorganisaties in de bouw hechten veel waarde aan een goede gezondheid van het personeel. Die is in de eerste plaats belangrijk voor het welzijn van de werknemers zelf. Daarnaast wordt aangenomen dat een goede gezondheid de motivatie van de werknemers ten goede komt en kan helpen het ziekteverzuim te verlagen en de WAO-instroom te verminderen. Het is daarom van groot belang eventuele gezondheidsproblemen die verband houden met het werk of daarop van invloed kunnen zijn vroegtijdig te signaleren en zo mogelijk te voorkomen. In de CAO voor het bouwbedrijf, de CAO voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf, de CAO voor het Stukadoors-, Afbouw- en TerrazzoAlloerenbedrijf, de CAO voor het Natuursteenbedrijf en de CAO voor het Uitvoerend, Technisch en Administratief personeel in de bouwbedrijven (de UTA-CAO) is daarom bepaald dat alle werknemers, waarop één van die CAO'S van toepassing is, recht hebben op het door de Stichting Arbouw vastgestelde individugerichte pakket preventiezorg. Aan dit pakket wordt uitvoering gegeven door gecertificeerde arbodiensten die voldoen aan door de Stichting Arbouw te stellen kwaliteitseisen en die voor de uitvoering van het CAO-pakket een samenwerkingsovereenkomst met Arbouw hebben afgesloten. Het pakket, dat als bijlage bij de verschillende CAO'S is opgenomen, voorziet in: - verplichte intredekeuringen voor werknemers die voor het eerst in de bouw gaan werken of die, na drie jaar niet meer in de bouw gewerkt te hebben, herintreden (geldt alleen voor werknemers die werkzaamheden op de bouwplaats gaan uitvoeren, inclusief uitvoerders); I - een Arbeids Gezondheidskundig Onderroek voor Jongeren op vrijwillige basis, een jaar na intrede in de bedrijfstak; - eens in de vier jaar een vrijwillig Arbeids Gezondheidskundig Onderzoek (PAGO), te beginnen op de leeftijd van 16 jaar. Na het 40e levensjaar is er iedere twee jaar recht op een PAGO tot het 62e jaar. Daarna individueel op indicatie (voor werknemers waarop de CAO voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf, de CAO voor het Natuursteenbedrijf of de UTA-CAO van

19 toepassing is, geldt een afwijkende regeling voor wat betreft de frequentie waarmee werknemers recht hebben op een PAGO); - een gericht periodiek onderzoek (GPO) voor werknemers die bepaalde, in de CAO omschreven, risicovoile werkzaamheden uitoefenen; - een Arbo-spreekuur, dat iedere werknemer spontaan kan bezoeken; - vervolgconsult of werkplekonderzoek voorzover het resultaat van een hiervoor genoemd onderzoek of het arbo-spreekuur daartoe aanleiding geeft. De organisatie van de uitvoering van het pakket preventiezorg is door de CAOpartijen opgedragen aan Arbouw, die daarvoor een samenwerkingsovereenkomst heeft afgesloten met de grote landelijk opererende arbodiensten en met een aantal regionale arbodiensten. Ook de inhoud van de keuringen is vastgesteld door Arbouw, die voorts toeziet op de uniformiteit van de dienstverlening en de kosten en de kwaliteit ervan bewaakt. De aan de uitvoering van het CAO-pakket verbonden kosten worden aan de arbodiensten vergoed door Arbouw. Alleen de kosten van het GPO komen voor rekening van de werkgever, evenals de reiskosten die de werknemer moet maken om naar de arbodienst te gaan en de daaruit voortvloeiende verletkosten. Om meer zicht te krijgen op de kwaliteit van de arbodienstverlening in het kader van het CAO-pakket preventiezorg heeft Arbouw het Economisch Instituut voor de Bouwnijverheid gevraagd daarnaar een onderzoek in te stellen. Van dat onderzoek wordt in dit rapport verslag gedaan. Een soortgelijk onderzoek werd eerder, eveneens in opdracht van Arbouw, door het EIB uitgevoerd voor het jaar Waar mogelijk worden de uitkomsten van beide onderzoeken in dit rapport met elkaar vergeleken. In het onderzoek is ook aandacht besteed aan een aantal aspecten van de arbodienstverlening die geen deel uit maken van het CAO-pakket preventiezorg (en derhalve geen deel uitmaken van het takenpakket van Arbouw), maar wel van belang zijn voor de beoordeling van de kwaliteit van de zorg voor de gezondheid en de veiligheid van de werknemers in de bouw. Het gaat daarbij in het bijzonder om verzuimbegeleiding, reïntegratie

20 en dienstverlening ten behoeve van de, op grond van de Arbeidsomstandighedenwet verplichte, risico-inventarisatie en -evaluatie.

21 3 Vraagstelling De centrale vraag waarop in het onderzoek getracht wordt antwoord te geven is of de uitvoering van het CAO-pakket preventiezorg door de arbodiensten voldoet aan de wensen van werknemers en werkgevers in de bouw en of de wijze van uitvoering ervan in overeenstemming is met de afspraken die daarover met Arbouw zijn gemaakt. Ook aan de rol van de werkgevers in verband met een goede uitvoering van het pakket preventiezorg en die van de werknemers zelf is de nodige aandacht besteed. Getracht is de daarmee verband houdende vragen te beantwoorden met behulp van een groot aantal meer gedetailleerde vragen, te weten: - zijn de arbodiensten zonder problemen te bereiken door de werknemers? - op welke wijze worden de werknemers die in aanmerking komen voor een keuring uitgenodigd en hoe komt de afspraak ervoor tot stand? - wie neemt het initiatief voor een bezoek aan het arbospreekuur? - welke onderzoeken worden bij de keuringen uitgevoerd? - hoe oordelen werknemers over de vragenlijst die zij voor het PAGO moeten invullen? - krijgen werknemers (en bij een verplichte intredekeuring ook de werkgevers) de uitslag van de keuring en, zo ja, wanneer? - hoe luidt het oordeel van de werknemers over de bedrijfsarts? - hoe lang duurt het onderzoek enlof het consult gemiddeld? - hoe lang is de wachttijd in de wachtkamer? - in hoeverre is er sprake van advies enlof verdere begeleiding? - hoe oordelen werknemers over de behandeling door het personeel van de arbodienst? - in hoeverre verstrekken arbodiensten werknemers algemene informatie over veilig en gezond werken, ziekteverzuim en dergelijke? - hoe oordelen werknemers over de kennis van de bedrijfsarts over het werken in de bouw? - hoe luidt het eindoordeel van werknemers en werkgevers over de manier waarop de arbodiensten hun werk doen?

22 geven werkgevers hun werknemers voldoende gelegenheid om naar de arbodienst te gaan? zijn werknemers en werkgevers voldoende op de hoogte van hun rechten en plichten in het kader van het CAO-pakket preventiezorg? stimuleren werkgeverslhun werknemers om naar de keuring of het arbospreekuur te gaan? wat zijn de redenen voor werknemers die een uitnodiging voor een PAGO hebben gekregen om daar geen gebruik van te maken? hoe lang is de wachttijd voor een intredekeuring of voor een bezoek aan het arbospreekuur? in hoeverre worden er na een keuring of bezoek aan het arbospreekuur vervolgactiviteiten enlof werkplekonderzoeken uitgevoerd in het kader van het CAO-pa kket preventiezorg? Naast deze vragen die alle betrekking hebben op de uitvoering van het CAOpakket preventiezorg, is in het onderzoek ook aandacht besteed aan de vraag hoe werkgevers oordelen over de arbodiensten die zij hebben ingeschakeld voor ziekteverzuimbegeleiding en reïntegratie en voor ondersteuning bij het opstellen van een risico-inventarisatie en -evaluatie. Voorts aan de vraag hoe zij oordelen over de kosten van de arbodienstverlening in het algemeen. Voor wat betreft de arbodiensten is tot slot aandacht besteed aan de vraag hoe zij de arbodienstverlening voor de bouwnijverheid, en in het bijzonder de uitvoering van het CAO-pakket preventiezorg, hebben georganiseerd en welke knelpunten zich daarbij voordoen. Ook aan de vraag hoe de samenwerking met Arbouw daarbij verloopt, is de nodige aandacht gegeven. Voor alle hier gestelde vragen geldt dat, voorzover mogelijk, het antwoord daarop vergeleken wordt met de uitkomsten van soortgelijk onderzoek dat eerder voor het jaar l996 is uitgevoerd.

23 4 Methode van onderzoek Voor de beantwoording van de in het vorige hoofdstuk gestelde vragen zijn zes schriftelijke enquêtes gehouden: één onder arbodiensten, één onder werkgevers en vier onder werknemers. In het laatste geval ging het om een enquête onder werknemers die in 2001 een intredekeuring hebben gehad, een enquête onder werknemers die in dat jaar een periodiek arbeidsgezondheidskundig onderzoek (PAGO) hebben gehad en een enquête onder werknemers die een bezoek aan het arbospreekuur hebben gebracht. Tot slot is ook een groot aantal werknemers geënquêteerd die wel een oproep voor een PAGO hebben gekregen, maar daar niet op hebben gereageerd. De enquêtes zijn gehouden in het voorjaar van 2002.' Voor de steekproeftrekking voor de verschillende enquêtes is gebruik gemaakt van door Arbouw ter beschikking gesteld adressenmateriaal, dat is opgenomen in het Verrichtingen Informatie Systeem Arbouw (het zogenaamde VISA- bestand). In dat bestand komen alle namen en adressen voor van de werknemers die bij de arbodienst zijn geweest voor een keuring of een bezoek hebben gebracht aan het arbospreekuur. Op het moment van steekproeftrekking (begin februari 2002) ging het om iets meer dan werknemers die in het jaar 2001 naar de arbodienst waren geweest voor een intredekeuring, ruim voor een PAGO en om ruim werknemers die in dat jaar naar het arbospreekuur zijn geweest. Daarnaast kwamen in het bestand de namen en adressen voor van werknemers die een uitnodiging hadden gekregen voor een PAGO in 2001 maar daar geen gehoor aan hadden gege~en.~ De steekproef voor de vier enquêtes is derhalve getrokken uit een totaal bestand van ruim werknemers die naar de ' Alleen de werknemers waarop de CAO voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf van toepassing is zijn later geënquêteerd (in het najaar van 2002), omdat er problemen waren met de verkrijging van de benodigde adressen. 2 Het werkelijke aantal keuringen en bezoeken aan het arbospreekuur in 2001 was groter omdat op het moment van steekproeftrekking nog niet alle activiteiten van de arbodiensten door hen aan Arbouw waren gemeld. Uiteindelijk ging het in 2001 om intredekeuringen, PAGO's en bezoeken aan het arbospreekuur.

24 arbodienst waren geweest of een uitnodiging voor een PAGO hadden gehad zonder daar op te reageren. Het ging daarbij om 116 verschillende arbodiensten of vestigingen van landelijk werkende arbodiensten, die ieder met een eigen nummer, waaronder activiteiten in het kader van het CAO-pakket preventiezorg via het Federatief Informatiserings Bureau (FIB) bij Arbouw worden gedeclareerd, voorkomen in het VISA-bestand. Van die 116 arbodiensten zijn er 43 te beschouwen als een vestiging van ArboDuo, 24 van Arbo Unie, 15 van Maetis en 20 van ArboNed. Voor het overige gaat het om 14 kleinere zelfstandig opererende arbodiensten. Van alle activiteiten in het kader van het CAO-pakket preventiezorg neemt ArboDuo circa 38 procent voor haar rekening, Arbo Unie 47 procent, Maetis 8 procent en ArboNed 4 procent. De overige arbodiensten zijn goed voor iets meer dan 2 procent van alle activiteiten. Voor de enquêtes onder werknemers die naar de arbodienst waren geweest voor een keuring of een consult is gekozen voor een steekproefomvang van 60 per arbodienst (of vestiging van een arbodienst) en van 50 voor de enquête onder werknemers die niet hadden gereageerd op een oproep voor een PAG03. In die gevallen waarin dat aantal niet gehaald kon worden omdat het aantal werknemers waar het om ging kleiner was dan 60 (of 50) zijn per arbodienst alle werknemers benaderd. Uiteindelijk resulteerde dat in een steekproef van werknemers die een intredekeuring hadden gehad, die een PAGO hadden gehad en werknemers die naar het arbospreekuur waren geweest. Voor de enquête onder werknemers die niet naar het PAGO waren geweest was de steekproefomvang De respons op de vier enquêtes varieerde van 53 procent voor degenen die een intredekeuring hadden gehad tot 70 procent voor degenen die een PAGO hadden gekregen. Eén en ander is samengevat in tabel 4.1. Meer gedetailleerde informatie over de samenstelling van de populatie, steekproef en respons per arbodienst is opgenomen in de bijlage bij dit rapport. 3 De reden voor deze wijze van steekproeftrekking is dat het uiteindelijk de bedoeling was om ook per arbodienstvestiging uitspraken te kunnen doen.

25 Ook voor de steekproef onder werkgevers is gebruik gemaakt van het VISAbestand. Daarin kwamen op het moment van steekproeftrekking de namen en adressen voor van bedrijven waarin een of meerdere van de in de inleiding van dit rapport CAO'S werden toegepast en die voor de uitvoering van het CAO-pakket preventiezorg waren aangesloten bij één van de 116 arbodiensten (of vestigingen van arbodiensten) die voorkomen in het bestand. Van de genoemde bedrijven was 61 procent voor de uitvoering van het CAO-pakket aangesloten bij ArboDuo, 29 procent bij Arbo Unie, 7 procent bij Maetis en 3 procent bij ArboNed of een van de 14 overige arbodiensten. Voor de enquête onder werkgevers is gekozen voor een steekproefomvang van l1 5 per arbodienst (of vestiging daarvan), of als er minder dan l 15 bedrijven waren aangesloten zoveel als mogelijk. Dat resulteerde in een steekproef van bedrijven waarvan er een ingevuld enquêteformulier hebben teruggezonden. De respons bedroeg derhalve 34 procent. In aanmerking genomen het feit dat er voor de steekproeftrekking geen onderscheid gemaakt is naar grootte van de bedrijven en de steekproef derhalve voor een zeer groot deel uit kleine bedrijven bestond, is er sprake van een bevredigende respons. Tot slot zijn er voor de enquête onder arbodiensten 104 adressen aangeschreven. Dit aantal wijkt af van de hiervoor genoemde l1 6 arbodiensten met een eigen FIB-nummer omdat het aantal zelfstandig opererende vestigingen van arbodiensten de afgelopen tijd als gevolg van reorganisaties is afgenomen. Van de 104 arbodiensten zonden er 59 een geheel of gedeeltelijk ingevuld vragenformulier terug. Dat betekent een respons van 57 procent, hetgeen in aanmerking genomen de betrokkenheid van de arbodiensten bij het in dit rapport behandelde ondennrerp, een tegenvallend resultaat is. De respons varieerde overigens sterk per arbodienst. Van de bij ArboDuo aangesloten vestigingen reageerde 90 procent. Voor Arbo Unie was dat 57 procent en voor Maetis en ArboNed beide 27 procent. Van de overige 14 zelfstandig opererende arbodiensten reageerden er 9 (64 procent).

26 De gegevens met betrekking tot de populatie, steekproef en respons zijn voor de verschillende enquêtes samengevat in tabel 4.1. Meer gedetailleerde informatie over de samenstelling van de populatie, steekproef en respons per arbodienst is opgenomen in de bijlage bij dit rapport. Tabel 4. l Populatie, steekproef en respons, per enquête enquête populatie steekproef respons abs. % intredekeuring l PAGO, respons PAGO, no-show i arbospreekuur werkgevers arbodiensten Tot slot merken we op dat de resultaten van de enquêtes onder werknemers en werkgevers, zoals gepresenteerd in de hoofdstukken 5 en 6 van dit rapport, gewogen zijn met als maatstaf de verhouding tussen het aantal werknemers, c.q. werkgevers in de populatie en het aantal van hen in de steekproef (respons) per arbodienstvestiging. De resultaten van het onderzoek zijn daardoor representatief voor alle werknemers, c.q. werkgevers in de populatie.

27 5 Resultaten van het onderzoek onder werknemers 5.1 Algemene kenmerken van de in het onderzoek betrokken werknemers Leeftijd l De vier in het onderzoek betrokken categorieën werknemers zijn onderling sterk verschillend van samenstelling naar leeftijd. Van de werknemers die een PAGO hebben gehad of naar het arbospreekuur zijn geweest, zijn er relatief veel ouder dan 40 jaar. In beide gevallen gaat het om iets meer dan twee derde van het totale aantal werknemers in de onderzochte groep. Voor wat betreft het PAGO kan dat mede verklaard worden door het feit dat werknemers ouder dan 40 jaar vaker in aanmerking komen voor een onderzoek dan werknemers jonger dan 40 jaar. Voor oudere werknemers waarop de CAO voor het Bouwbedrijf of de CAO voor het Stukadoors-, Afbouw- en TerrazzoNloerenbedrijf van toepassing is, is dat iedere twee jaar tegenover een maal in de vier jaar voor jongeren. Daarnaast is het zo dat jongeren vaker verstek laten gaan als zij een uitnodiging voor een PAGO krijgen, omdat zij er het nut niet van inzien. Vooral in de leeftijdsklasse jonger dan 30 jaar zijn er relatief veel die niet reageren op een oproep (tabel 5.1). Tabel 5.1 Percentage werknemers naar leeftijd, per categorie leeftijd categorie intredekeuring PAGO spreekuur no-show pago r totaal 100,O 100,O 100,O 100,O Omdat de frequentie waarmee werknemers recht hebben op een PAGO mede afhankelijk is van de CAO die op hen van toepassing is, verschilt de verdeling van de werknemers naar leeftijd voor hen die een PAGO hebben gehad per

28 CAO. Daarnaast is natuurlijk ook de samenstelling van de onderscheiden categorieën werknemers naar leeftijd in de populatie van belang. Zo zijn er met name onder werknemers die tot het UTA-personeel behoren relatief veel ouderen. Tabel 5.2 laat zien hoe de verdeling naar leeftijd is voor de werknemers die een PAGO hebben gehad. Opmerkelijk is vooral het relatief geringe aantal schilders jonger dan 30 jaar. Tabel 5.2 Percentage werknemers die een PAGO hebben gehad naar leeftijd, per CAO leeftijd CAO totaal Bouw UTA schilders stukadoors overige*, S 19 0,4 02 0,5 - op ,3 11,4 11,8 23,l 23,6 16, ,6 17,8 18,9 20,3 19,7 16,O ,8 28,7 31,4 27,8 28,9 29, ,6 36,5 36,2 26,l 26,8 35, ,3 5,3 12 2,6 1,o 2,2 totaal 100,O 100,O 100,O 100,O 100,O 100,O * Inclusief Natuursteen en onbekend Dat de categorie werknemers die een bezoek aan het arbospreekuur hebben gebracht relatief veel ouderen telt, lijkt een logisch gevolg van het feit dat in het algemeen op hogere leeftijd de kans op gezondheidsklachten, al dan niet als gevolg van het werk, toeneemt. Evenzo is het feit dat drie kwart van de werknemers die een intredekeuring hebben gehad jonger is dan 20 jaar en nog eens 15 procent ouder dan 20 maar jonger dan 30 jaar het logisch gevolg van het feit dat de meeste werknemers die tot de bedrijfstak toetreden in die leeftijdsklassen vallen. Dat toch nog bijna l O procent van de werknemers in deze categorie 30 jaar of ouder is, heeft te maken met het feit dat ook voor werknemers die na drie jaar niet in de bouw gewerkt te hebben herintreden, een intredekeuring verplicht is.

29 CAO De verdeling van de werknemers naar CAO is voor degenen die een PAGO hebben gehad nagenoeg identiek aan die voor alle in de bouwnijverheid werkzame personen: 63 procent valt onder de CAO voor het Bouwbedrijf, 21 procent onder de uta-cao en 11 procent onder de CAO voor het Schilders-, Afwerkings en Glaszetbedrijf. De rest valt onder de CAO voor het Stukadoors-, Afbouw- en TerrazzoNloerenbedrijf, de CAO voor het Natuursteenbedrijf of een andere CAO (tabel 5.3). In het laatste geval gaat het onder andere om werknemers waarop de CAO voor de timmerfabrieken, de hout- en meubelindustrie of de bouwmaterialenhandel van toepassing is. Het gaat hier om werknemers die kennelijk van baan zijn veranderd en die op het moment van enquêteren niet meer onder één van de eerder genoemde CAO'S vielen, terwijl dat eerder wel het geval was, omdat zij anders niet in aanmerking gekomen zouden zijn voor een PAGO. Althans niet voor een PAGO voor de uitvoering waarvan Arbouw verantwoordelijk is. Voor de werknemers die naar het arbospreekuur zijn geweest geldt dat het aantal van hen dat onder de Bouw-CAO of de CAO voor het schildersbedrijf valt wat kleiner is, en het aantal dat onder de uta-cao valt groter, dan in overeenstemming is met hun aandeel in de populatie. Kennelijk zijn werknemers die onder de uta-cao vallen eerder geneigd om het spreekuur te bezoeken dan bouwplaatsmedewerkers. Voor de intredekeuring geldt dat het aantal werknemers waarop de uta-cao van toepassing is juist veel kleiner is, hetgeen in overeenstemming is met het feit Tabel 5.3 Percentage werknemers naar CAO, per categorie CAO cateaorie intredekeuring PAGO spreekuur no-show pago bouw 85, uta 3,5 21,2 27,l 19;0 natuursteen ,l O, 1 schilders 7,8 11,l 10,O 133 stukadoors 1,O anders 1,8 1,7 1,3 88 totaal 100,O 100,O 100,O 100,O

KWALITEIT ARBODIENSTVERLENING BOUW 2010 CONCEPTRAPPORT. Auteur: K. Afrian, MSc, Economisch Instituut voor de Bouw

KWALITEIT ARBODIENSTVERLENING BOUW 2010 CONCEPTRAPPORT. Auteur: K. Afrian, MSc, Economisch Instituut voor de Bouw KWALITEIT ARBODIENSTVERLENING BOUW 2010 CONCEPTRAPPORT Auteur: K. Afrian, MSc, Economisch Instituut voor de Bouw Harderwijk, september 2011 Arbouw is door werkgevers- en werknemersorganisaties opgericht

Nadere informatie

* Bijlage 5 bij de Samenwerkingsovereenkomst tussen Arbouw en Arbodiensten inzake het cao-pakket Individugerichte Preventiezorg: Tarieven uitvoering

* Bijlage 5 bij de Samenwerkingsovereenkomst tussen Arbouw en Arbodiensten inzake het cao-pakket Individugerichte Preventiezorg: Tarieven uitvoering * Bijlage 5 bij de Samenwerkingsovereenkomst tussen Arbouw en Arbodiensten inzake het cao-pakket Individugerichte Preventiezorg: Tarieven uitvoering Tarieven 205 voor individugerichte activiteiten BGZ

Nadere informatie

Gericht Periodiek Onderzoek (GPO)

Gericht Periodiek Onderzoek (GPO) Gericht Periodiek Onderzoek (GPO) Aandacht voor werk met bijzondere gezondheidsrisico s Informatie voor de werknemer Werk met bijzondere gezondheidsrisico s Sommige werkzaamheden in de bouwnijverheid gaan

Nadere informatie

Arbodienstverlening. Informatie voor werkgevers

Arbodienstverlening. Informatie voor werkgevers Arbodienstverlening Informatie voor werkgevers Bedrijven moeten zich bij het opstellen en uitvoeren van een goed arbeidsomstandighedenbeleid en ziekteverzuimbeleid deskundig laten ondersteunen. Dit is

Nadere informatie

Vraag & Antwoord. Het CAO-pakket. Preventiezorg in de bouwnijverheid. Arbouw voor gezond en veilig werken

Vraag & Antwoord. Het CAO-pakket. Preventiezorg in de bouwnijverheid. Arbouw voor gezond en veilig werken Vraag & Antwoord Het CAO-pakket Preventiezorg in de bouwnijverheid Arbouw voor gezond en veilig werken Arbouw voor gezond en veilig werken Arbouw is door werkgevers- en werknemersorganisaties opgericht

Nadere informatie

1.2 De Commissie heeft de klacht niet in behandeling genomen, omdat klager geen belang (meer) had bij zijn klacht.

1.2 De Commissie heeft de klacht niet in behandeling genomen, omdat klager geen belang (meer) had bij zijn klacht. Oordeel 2003-06 2 december 2003 1 Het signaal 1.1 Op 26 juni 2003 heeft de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna te noemen: Commissie) een klacht ontvangen over de verstrekking van

Nadere informatie

7. Arbodeskundige(n) en arbodienst

7. Arbodeskundige(n) en arbodienst Handboek Ondernemingsraad en Personeelsvertegenwoordiging Inhoudsopgave 7. Arbodeskundige(n) en arbodienst... 1 7.1 Wat is een arbodeskundige?... 3 7.2 Wie toetst en geeft advies over de RI&E?... 3 7.3

Nadere informatie

u de regie, wij de deskundigheid De nieuwe Arbowet PER 1 JULI 2017

u de regie, wij de deskundigheid De nieuwe Arbowet PER 1 JULI 2017 u de regie, wij de deskundigheid De nieuwe Arbowet PER 1 JULI 2017 Per 1 juli 2017 is de nieuwe Arbowet in werking getreden. In de vernieuwde Arbowet wordt de betrokkenheid van werkgevers en werknemers

Nadere informatie

Arbozorg, intern organiseren of uitbesteden? Vangnet of maatwerk?

Arbozorg, intern organiseren of uitbesteden? Vangnet of maatwerk? Arbozorg, intern organiseren of uitbesteden? Vangnet of maatwerk? December 2010 Arbozorg, intern organiseren of uitbesteden? Vangnet, of maatwerk? Tot voor kort was elke werkgever verplicht aangesloten

Nadere informatie

De nieuwe Arbowet PER 1 JULI 2017

De nieuwe Arbowet PER 1 JULI 2017 De nieuwe Arbowet PER 1 JULI 2017 Per 1 juli 2017 is de nieuwe Arbowet in werking getreden. In de vernieuwde Arbowet wordt de betrokkenheid van werkgevers en werknemers bij de arbodienstverlening vergroot

Nadere informatie

Het belang van begeleiding

Het belang van begeleiding Het belang van begeleiding Langdurig zieke werknemers 9 en 18 maanden na ziekmelding vergeleken Lone von Meyenfeldt Philip de Jong Carlien Schrijvershof Dit onderzoek is financieel mogelijk gemaakt door

Nadere informatie

Arbodienstverlening ARBODIENSTVERLENING

Arbodienstverlening ARBODIENSTVERLENING Arbodienstverlening Sinds 1 juli 2005 hebben branches en bedrijven meer keuze hoe zij zich laten ondersteunen bij ziekteverzuim en het voorkomen van arbeidsongevallen. Er zijn alternatieven voor het vaste

Nadere informatie

M200510 MKB-ondernemers negatief over verantwoordelijkheden bij ziekte werknemers

M200510 MKB-ondernemers negatief over verantwoordelijkheden bij ziekte werknemers M200510 MKB-ondernemers negatief over verantwoordelijkheden bij ziekte werknemers drs. F.M.J. Westhof Zoetermeer, december 2005 MKB-ondernemers negatief over verantwoordelijkheden bij ziekte werknemers

Nadere informatie

arbocare arboadviescentrum

arbocare arboadviescentrum arbocare arboadviescentrum Het Arboadviescentrum Hoe gezonder uw werknemers, hoe gezonder uw bedrijf. En dus uw winst. Helaas hebben we die gezondheid niet altijd in de hand. Eén hevige weersomslag en

Nadere informatie

UITKOMSTEN MARKTONDERZOEK OMGANG MET PSYCHISCHE PROBLEMEN OP HET WERK

UITKOMSTEN MARKTONDERZOEK OMGANG MET PSYCHISCHE PROBLEMEN OP HET WERK UITKOMSTEN MARKTONDERZOEK OMGANG MET PSYCHISCHE PROBLEMEN OP HET WERK Bron: TNS NIPO Drs. R. Hoffius Drs. I.N. Hento november 2004 Bureau AStri Stationsweg 26 2312 AV Leiden Tel.: 071 512 49 03 Fax: 071

Nadere informatie

Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015

Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015 Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015 Inleiding Chris M. Jager In mei en juni 2015 zijn in het kader van de conjunctuurenquête (CE) een groot aantal bedrijven benaderd met vragenlijsten. Doel

Nadere informatie

Klanttevredenheid Gemeentewinkel Zwijndrecht 2014

Klanttevredenheid Gemeentewinkel Zwijndrecht 2014 Klanttevredenheid Gemeentewinkel Zwijndrecht 2014 Inhoud 1. Conclusies en aanbevelingen 2. Dienstverlening Gemeentewinkel 3. Contact met de gemeente 4. Wensen en behoeften De gemeente Zwijndrecht heeft

Nadere informatie

Inleiding. De volgende vijf onderzoeksthema s stonden centraal

Inleiding. De volgende vijf onderzoeksthema s stonden centraal 1 Inleiding Onderzoek Eind 2012 hebben de werkgevers en vakbonden vertegenwoordigd in de ROM AStri Beleidsonderzoek en advies opdracht gegeven voor een onderzoek naar de kosten en de opbrengsten van de

Nadere informatie

Resultaten Conjuntuurenquête jaar 2015

Resultaten Conjuntuurenquête jaar 2015 Resultaten Conjuntuurenquête jaar 2015 Willemstad, Mei 2016 Inhoudsopgave Inleiding... 2 Methodologie... 3 Resultaten conjunctuurenquête... 3 Concluderende opmerkingen... 17 1 CBS Curaçao mei 2016 Inleiding

Nadere informatie

Richting Delta Lloyd: Arbodienstverlening 2016/2017

Richting Delta Lloyd: Arbodienstverlening 2016/2017 Richting Delta Lloyd: Arbodienstverlening 2016/2017 Is uw werknemer ziek? Dan bent ondersteunt Richting u samen met Delta Lloyd in de begeleiding en re-integratie van uw zieke werknemer. U kunt hiervoor

Nadere informatie

Duurzame inzetbaarheid in de bouw

Duurzame inzetbaarheid in de bouw Duurzame inzetbaarheid in de bouw Workshop Arbocoördinatie Arbouw 2015 Kees Peereboom voor gezond en veilig werken Workshop duurzame inzetbaarheid in de bouw Wat is duurzame inzetbaarheid? Wat is mijn

Nadere informatie

WERKNEMERS EN ARBEIDSONGESCHIKTHEID

WERKNEMERS EN ARBEIDSONGESCHIKTHEID WERKNEMERS EN ARBEIDSONGESCHIKTHEID In opdracht van Delta Lloyd Maart 2015 1 Inhoudsopgave 1. Management Summary 2. Onderzoeksresultaten Verzuim Kennis en verzekeringen Communicatie Opmerkingen 3. Onderzoeksverantwoording

Nadere informatie

Cliëntenonderzoek Wet maatschappelijke ondersteuning Gemeente Zutphen 2015

Cliëntenonderzoek Wet maatschappelijke ondersteuning Gemeente Zutphen 2015 Cliëntenonderzoek Wet maatschappelijke ondersteuning Gemeente Zutphen 2015 Gemeente Deventer Team Kennis en Verkenning Jaap Barink Juni 2015 Inhoud Samenvatting... 4 Inleiding... 6 1. Indienen melding...

Nadere informatie

De voorgenomen wetswijzigingen hebben de volgende zes doelstellingen:

De voorgenomen wetswijzigingen hebben de volgende zes doelstellingen: De Arbowet wijzigt naar verwachting per 1 juli 2017. Er staan veel veranderingen op stapel die consequenties hebben voor het contract met de bedrijfsarts / arbodienst en de rol van de preventiemedewerker

Nadere informatie

Resultaten Conjunctuurenquete 1e helft 2014

Resultaten Conjunctuurenquete 1e helft 2014 Resultaten Conjunctuurenquete 1e helft 214 Willemstad, Maart 214 Inleiding In juni 214 zijn in het kader van de conjunctuurenquête (CE) de bedrijven benaderd met vragenlijsten op Curaçao. Doel van deze

Nadere informatie

Wijziging Arbowet: wat verandert er in 2015?

Wijziging Arbowet: wat verandert er in 2015? Wijziging Arbowet: wat verandert er in 2015? Door Carolina Verspuij, trainer/adviseur Arbeid en Gezondheid SBI Formaat, 10/06/2015. Dit artikel is gepubliceerd door Werk en Veiligheid, Kerckebosch. Minister

Nadere informatie

Een werknemer heeft het recht om een andere bedrijfsarts te raadplegen indien hij twijfelt aan het advies van de bedrijfsarts in het kader van:

Een werknemer heeft het recht om een andere bedrijfsarts te raadplegen indien hij twijfelt aan het advies van de bedrijfsarts in het kader van: Second Opinion Met ingang van de nieuwe Arbeidsomstandighedenwet (Arbowet) op 1 juli 2017 heeft iedere werknemer het recht op een second opinion. Dit is het recht van een werknemer om een andere bedrijfsarts

Nadere informatie

Veranderingen in de Arbowetgeving

Veranderingen in de Arbowetgeving Veranderingen in de Arbowetgeving Voor bedrijfsartsen van NVAB Kring voor bedrijfsgezondheidszorg Amsterdam e.o. Saskia Lang, Advocaat Arbeidsrecht 06 36 03 72 01 lang@langblok.nl langblok.nl @langadvocatuur

Nadere informatie

SAMENVATTING EVALUATIE PROGRAMMA SCHAKEL!

SAMENVATTING EVALUATIE PROGRAMMA SCHAKEL! SAMENVATTING EVALUATIE PROGRAMMA SCHAKEL! Aanleiding Het Vervangingsfonds voert regelmatig grootschalige projecten of programma s uit om een extra impuls te geven aan de aanpak van het ziekteverzuim in

Nadere informatie

Klanttevredenheid consultatiebureaus Careyn

Klanttevredenheid consultatiebureaus Careyn Klanttevredenheid consultatiebureaus Careyn Klanten van Careyn over het consultatiebureau Inhoud: 1. Conclusies 2. Algemene dienstverlening 3. Het inloopspreekuur 4. Telefonische dienstverlening 5. Persoonlijk

Nadere informatie

Vernieuwde Arbowet. De belangrijkste wijzigingen op een rij

Vernieuwde Arbowet. De belangrijkste wijzigingen op een rij Vernieuwde Arbowet De belangrijkste wijzigingen op een rij Op 1 juli 2017 treedt de vernieuwde Arbowet definitief in werking. De regering wil medewerkers en werkgevers meer betrekken bij het arbobeleid,

Nadere informatie

Arbodienstverlening Keerpunt 2019

Arbodienstverlening Keerpunt 2019 Informatiekaart Arbodienstverlening 2019 Ziekte van een werknemer is niet prettig; niet voor uw werknemer, maar ook niet voor u. Zeker niet wanneer er sprake is van langdurig verzuim. U en uw werknemer

Nadere informatie

Checklist arbodienstverlening op maat Voor ondernemingsraad en personeelsvertegenwoordiging

Checklist arbodienstverlening op maat Voor ondernemingsraad en personeelsvertegenwoordiging Checklist arbodienstverlening op maat Voor ondernemingsraad en personeelsvertegenwoordiging Uitleg over wijzigingen in de Arbowet Checklist maatwerkregeling Colofon Uitgave: Stichting FNV Pers Eindredactie

Nadere informatie

rapportage Producentenvertrouwen kwartaal 1. Deze resultaten zijn tevens gepubliceerd in de tussenrapportage economische barometer (5 juni 2002)

rapportage Producentenvertrouwen kwartaal 1. Deze resultaten zijn tevens gepubliceerd in de tussenrapportage economische barometer (5 juni 2002) Rapportage producentenvertrouwen oktober/november 2002 Inleiding In de eerste Economische Barometer van Breda heeft de Hogeschool Brabant voor de eerste keer de resultaten gepresenteerd van haar onderzoek

Nadere informatie

Onderzoek Toegevoegde waarde OHSAS 18001-certificatie Samenvatting en conclusies

Onderzoek Toegevoegde waarde OHSAS 18001-certificatie Samenvatting en conclusies Onderzoek Toegevoegde waarde OHSAS 18001-certificatie Samenvatting en conclusies 26 juni 2013 > Samenvatting 2 > Conclusies 5 1 Samenvatting en conclusies Deze samenvatting en conclusies komen uit het

Nadere informatie

Resultaten Conjunctuurenquete 2014

Resultaten Conjunctuurenquete 2014 Willemstad, april 15 Inhoud Inleiding... 2 Methodologie... 2 Resultaten conjunctuurenquête... 3 Investeringsbelemmeringen en bevorderingen...3 Concurrentiepositie...5 Vertrouwen in de economie...5 Vertrouwen

Nadere informatie

Onderzoek burgerinitiatief. Tevredenheid van indieners

Onderzoek burgerinitiatief. Tevredenheid van indieners Onderzoek burgerinitiatief Tevredenheid van indieners In opdracht van: De Raadsgriffier Uitgevoerd door: Team Beleidsonderzoek en Informatiemanagement Gemeente Purmerend Denise Floris Bert Mentink April

Nadere informatie

Checklist aanpassingen Arbowet 2017i

Checklist aanpassingen Arbowet 2017i Checklist aanpassingen Arbowet 2017i Inleiding Op 1 juli 2017 ondergaat de arbowetgeving een aantal belangrijke wijzigingen. Deze aanpassing moet de preventie en de arbodienstverlening verder verbeteren

Nadere informatie

1 Samenvatting kwaliteitsmeting 2010

1 Samenvatting kwaliteitsmeting 2010 1 Samenvatting kwaliteitsmeting 2010 1.1 Inleiding De acht deelnemende gemeenten in Noord-Groningen willen meer grip krijgen op de kwaliteit van het doelgroepenvervoer. Daarom hebben zij Mobycon gevraagd

Nadere informatie

ONDERZOEK BCDN. Nieuw Arbowet. Marije Terwisscha van Scheltinga & Jorrit Osinga

ONDERZOEK BCDN. Nieuw Arbowet. Marije Terwisscha van Scheltinga & Jorrit Osinga ONDERZOEK BCDN Nieuw Arbowet Marije Terwisscha van Scheltinga & Jorrit Osinga Samenvatting Vanuit de stages bij HRM-Friesland en Set In hebben Marije en Jorrit een onderzoek op de Business Contact Dagen

Nadere informatie

TEVREDEN WERKEN IN HET PRIMAIR ONDERWIJS. Onderzoek naar de tevredenheid en werkbeleving van personeel in het primair onderwijs.

TEVREDEN WERKEN IN HET PRIMAIR ONDERWIJS. Onderzoek naar de tevredenheid en werkbeleving van personeel in het primair onderwijs. ARBEIDSMARKTPLATFORM PO. Van en voor werkgevers en werknemers TEVREDEN WERKEN IN HET PRIMAIR ONDERWIJS Onderzoek naar de tevredenheid en werkbeleving van personeel in het primair onderwijs april 2016 1

Nadere informatie

KLANTTEVREDENHEIDSONDERZOEK SCHOONMAAKDIENST GEMEENTE HAREN

KLANTTEVREDENHEIDSONDERZOEK SCHOONMAAKDIENST GEMEENTE HAREN KLANTTEVREDENHEIDSONDERZOEK SCHOONMAAKDIENST GEMEENTE HAREN Klanttevredenheidsonderzoek Schoonmaakdienst gemeente Haren Colofon Opdrachtgever Gemeente Haren Datum December 2016 Auteurs Tessa Schoot Uiterkamp

Nadere informatie

Vrijwilligers en Arbeidsomstandigheden

Vrijwilligers en Arbeidsomstandigheden Vrijwilligers en Arbeidsomstandigheden Frank Rijshouwer Hogere Veiligheidskundige 20 juni 2006 1 Arbowetgeving Arbeidsomstandighedenwet Arbeidsomstandighedenbesluit Arbeidsomstandighedenregeling Arbo-

Nadere informatie

Checklist aanpassingen Arbowet 2017 versie 29 sept 2017

Checklist aanpassingen Arbowet 2017 versie 29 sept 2017 Checklist aanpassingen Arbowet 2017 versie 29 sept 2017 Inleiding Op 1 juli 2017 heeft de arbowetgeving een aantal belangrijke wijzigingen ondergaan. Deze aanpassing moet de preventie en de arbodienstverlening

Nadere informatie

1. Ziekmelding. 2. Bereikbaarheid

1. Ziekmelding. 2. Bereikbaarheid 1. Ziekmelding De eerste dag dat u ziek bent, moet u zich telefonisch ziekmelden bij uw direct leidinggevende op uw feitelijke werkplek én bij Stiptwerk. Op werkdagen zijn wij bereikbaar van 08.30 uur

Nadere informatie

Hierna treft u een uitwerking aan uit de praktijk van een thuiszorginstelling van:

Hierna treft u een uitwerking aan uit de praktijk van een thuiszorginstelling van: Arbo bijlage 04 A Programma van eisen thuiszorginstelling Hierna treft u een uitwerking aan uit de praktijk van een thuiszorginstelling van: een plan van aanpak voor het contracteren van een Arbo-dienst

Nadere informatie

RSI beleid NIKHEF RSI beleid NIKHEF

RSI beleid NIKHEF RSI beleid NIKHEF Arbocatalogus Nikhef Nummer RSI0004V1SVM Versie 1 Bestandsnaam: Arbo-management Occupational Health & Safety RSI beleid NIKHEF RSI beleid NIKHEF blz. 2 t/m 6 Inleiding blz. 2 Beschrijving problematiek

Nadere informatie

Arbowet, beleid & arbeidsomstandigheden

Arbowet, beleid & arbeidsomstandigheden Syllabus Arbowet, beleid & arbeidsomstandigheden Verzuimpreventie, veilig werken en een integrale aanpak U lapt de regels van de Arbowet natuurlijk niet aan uw laars. Maar kent u al uw arboverantwoordelijkheden?

Nadere informatie

In 2015 is NV schade opnieuw goed beoordeeld door werknemers en werkgevers

In 2015 is NV schade opnieuw goed beoordeeld door werknemers en werkgevers In 2015 is NV schade opnieuw goed beoordeeld door werknemers en werkgevers Samenvatting KTO NV schade 2015 31 maart 2016 Situatie en centrale vraagstelling Onderzoek naar de tevredenheid en loyaliteit

Nadere informatie

Tarievenbrochure Garant Plus

Tarievenbrochure Garant Plus Tarievenbrochure Garant Plus Vanaf 12,80 p.m.p.m BASISCONTRACT ARBODIENSTVERLENING BrinQer Intergaal Garant gezondheidsmanagement Plus De regie op het verzuimproces wordt volledig door ons verzorgd Voor

Nadere informatie

Home MUTSAERS & SLOOT. Zelfstandige bedrijfs- en verzekeringsartsen. Langvennen Oost DR Oisterwijk Tel:

Home MUTSAERS & SLOOT. Zelfstandige bedrijfs- en verzekeringsartsen. Langvennen Oost DR Oisterwijk Tel: Home MUTSAERS & SLOOT Zelfstandige bedrijfs- en verzekeringsartsen Langvennen Oost 147 5061 DR Oisterwijk Tel: 013-5210488 e-mail: info@mutsaers-sloot.nl Mutsaers & Sloot - Langvennen Oost 147-5061 DR

Nadere informatie

Arbouw staat voor gezond en veilig werken in de bouwnijverheid en richt zich op

Arbouw staat voor gezond en veilig werken in de bouwnijverheid en richt zich op Arbouw staat voor gezond en veilig werken in de bouwnijverheid en richt zich op de duurzame inzetbaarheid van werkgevers en werknemers in deze bedrijfstak. Jan Warning Directeur Arbouw Hoe wij werken Praktijkgericht

Nadere informatie

NV schade is goed beoordeeld in 2014 Samenvatting KTO NV schade 2014 24 maart 2015

NV schade is goed beoordeeld in 2014 Samenvatting KTO NV schade 2014 24 maart 2015 NV schade is goed beoordeeld in 2014 Samenvatting KTO NV schade 2014 24 maart 2015 Situatie en centrale vraagstelling Onderzoek naar de tevredenheid en loyaliteit van werkgevers en werknemers NV schade

Nadere informatie

Bang voor de bedrijfsarts

Bang voor de bedrijfsarts Bang voor de bedrijfsarts Het onderzoek moest antwoord geven op de volgende vragen. Wat zijn de specifieke behoeften en vragen van allochtone werknemers ten aanzien van de arbo-infrastructuur? Komt de

Nadere informatie

WAT TE DOEN BIJ ZIEKTE? VOOR ASSISTANTS. Confidentieel niet dupliceren zonder toestemming van de Directie Versie 11 augustus van 8

WAT TE DOEN BIJ ZIEKTE? VOOR ASSISTANTS. Confidentieel niet dupliceren zonder toestemming van de Directie Versie 11 augustus van 8 WAT TE DOEN BIJ ZIEKTE? VOOR ASSISTANTS Versie 11 augustus 2011 1 van 8 Beste Assistant, Management Support Assistant2 heeft de begeleiding van haar Team toevertrouwd aan de landelijke arbodienst, Maetis.

Nadere informatie

Arbeidsgehandicapten in Nederland

Arbeidsgehandicapten in Nederland Arbeidsgehandicapten in Nederland Ingrid Beckers In 2003 waren er in Nederland ruim 1,7 miljoen arbeidsgehandicapten; 15,8 procent van de 15 64-jarige bevolking. Het aandeel arbeidsgehandicapten is daarmee

Nadere informatie

Gemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017

Gemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017 Gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 20 juni 2017 DATUM 20 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl (076) 515

Nadere informatie

De nieuwe Arbowet. Urmond, 16 november 2017

De nieuwe Arbowet. Urmond, 16 november 2017 De nieuwe Arbowet Urmond, 16 november 2017 Wijziging Arbowet Ingangsdatum: 1 juli 2017 Doelstelling: Versterking positie preventiemedewerker Versterking/verduidelijking positie en rol van de bedrijfsarts

Nadere informatie

EVALUATIEPEILING BURGERPANEL MOERDIJK

EVALUATIEPEILING BURGERPANEL MOERDIJK EVALUATIEPEILING BURGERPANEL MOERDIJK Gemeente Moerdijk Juli 2019 www.ioresearch.nl COLOFON Uitgave I&O Research Piet Heinkade 55 1019 GM Amsterdam 020-3084800 Rapportnummer 2019/101 Datum Juli 2019 Opdrachtgever

Nadere informatie

Verzuimprotocol Mei 2010 1

Verzuimprotocol Mei 2010 1 Verzuimprotocol Mei 2010 1 1 Ziekmelding Bij ziekte moet de medewerker zich op de eerste ziektedag (of uiterlijk op de eerste werkdag) voor 9.30 uur telefonisch ziekmelden bij zijn direct leidinggevende.

Nadere informatie

Week 1 t/m 26 100% Week 27 t/m 52 90% Week 53 t/m 78 80% Week 79 t/m 104 70%

Week 1 t/m 26 100% Week 27 t/m 52 90% Week 53 t/m 78 80% Week 79 t/m 104 70% 1. Ziekmelding De eerste dag dat u ziek bent, moet u zich telefonisch ziekmelden bij uw direct leidinggevende op uw feitelijke werkplek én bij Payned payrolling. Op werkdagen zijn wij bereikbaar van 08.30

Nadere informatie

Vragen en antwoorden over gegevensuitwisseling verzekeraars, werkgevers, werknemers en arbodiensten

Vragen en antwoorden over gegevensuitwisseling verzekeraars, werkgevers, werknemers en arbodiensten Vragen en antwoorden over gegevensuitwisseling verzekeraars, werkgevers, werknemers en arbodiensten 1. Welke informatie mag een arbodienst Een arbodienst mag een verzekeraar alleen administratieve gegevens

Nadere informatie

De Arbowet wijzigt: maak gebruik van de nieuwe mogelijkheden

De Arbowet wijzigt: maak gebruik van de nieuwe mogelijkheden pagina 1 van 5 Published on Werk & Veiligheid - Kennisplatform over preventie, RI&E en sociale veiligheid (http://www.werkenveiligheid.nl) Home > De Arbowet wijzigt: maak gebruik van de nieuwe mogelijkheden

Nadere informatie

Model verzuimprotocol

Model verzuimprotocol Model verzuimprotocol 1 Toelichting op Model verzuimprotocol In een verzuimprotocol leggen werkgever en werknemer de spelregels vast die gelden voor de interactie tussen de zieke werknemer en de werkgever.

Nadere informatie

Toekomst(bestendige) Arbeidsgerelateerde Zorg (TAZ) Dr. Anne van Putten, SZW Directie Gezond en Veilig Werken

Toekomst(bestendige) Arbeidsgerelateerde Zorg (TAZ) Dr. Anne van Putten, SZW Directie Gezond en Veilig Werken Toekomst(bestendige) Arbeidsgerelateerde Zorg (TAZ) Dr. Anne van Putten, SZW Directie Gezond en Veilig Werken Actualiteitencollege, Landelijk Arbocongres, Utrecht, 1 oktober 2018 2 Programma 1) Wat doet

Nadere informatie

Interpolis ZekerVoorJePersoneel

Interpolis ZekerVoorJePersoneel Interpolis ZekerVoorJePersoneel Verzekeringsvoorwaarden (INC-BV-01-181) Verzuimmanagement Klik op de vraag om het antwoord te lezen. Inhoudsopgave pagina Verzuim door ziekte 2 1 Binnen welke tijd meldt

Nadere informatie

Preventief Medisch Onderzoek (voorheen PAGO)

Preventief Medisch Onderzoek (voorheen PAGO) Preventief Medisch Onderzoek (voorheen PAGO) Colofon Auteur Erwin Napjus Human-Invest B.V. Loosdrecht/ november 2009 1. Preventief Medisch Onderzoek Inleiding Zolang er fysieke arbeid bestaat, bestaan

Nadere informatie

Informatieblad Nieuwe Arbowet

Informatieblad Nieuwe Arbowet Informatieblad Nieuwe Arbowet Op 1 juli 2017 is de gewijzigde Arbowet ingegaan. De wijzigingen hebben voornamelijk betrekking op de rol en de positie van de bedrijfsarts. Maar ook de positie van de ondernemingsraad

Nadere informatie

Model voor verzuimprotocol

Model voor verzuimprotocol Model voor verzuimprotocol Toelichting In een verzuimprotocol leggen werkgever en werknemer de spelregels vast die gelden voor de interactie tussen de zieke werknemer en de werkgever. Deze spelregels zijn

Nadere informatie

Geen gezeur met keuringen. Dankzij de service van Gezond Transport.

Geen gezeur met keuringen. Dankzij de service van Gezond Transport. Geen gezeur met keuringen. Dankzij de service van Gezond Transport. Gezond Transport: dé keuringenspecialist voor transport & logistiek. Uw bedrijf werkt in de transport & logistiek en u bent op zoek naar

Nadere informatie

Samenvatting onderzoek Zorg en Gezondheid

Samenvatting onderzoek Zorg en Gezondheid Samenvatting onderzoek Zorg en Gezondheid Aanleiding en achtergrond van het onderzoek Goede gezondheidszorg wordt steeds belangrijker: ook in Nederland nemen problemen als overgewicht, diabetes en hartproblemen

Nadere informatie

Rijkstoezicht op beroepsziekten

Rijkstoezicht op beroepsziekten Inspectie SZW Rijkstoezicht op beroepsziekten NVAB 19 juni 2015 Mw. ir M.A. Zuurbier Directeur Arbeidsomstandigheden 1. De Inspectie SZW 2. Beroepsziekten - meldingen 3. Versterken bedrijfsarts - wetgeving

Nadere informatie

Evaluatie Back to Basics: De Nieuwe Koers

Evaluatie Back to Basics: De Nieuwe Koers Evaluatie Back to Basics: De Nieuwe Koers nderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Goirle DIMENSUS beleidsonderzoek April 2012 Projectnummer 488 Het onderzoek De gemeente Goirle is eind april 2010

Nadere informatie

Onze plus. Opgericht: collega s en voor u als werkgever. + Verzuimcontrole Het gemis van een zieke werknemer voelt u

Onze plus. Opgericht: collega s en voor u als werkgever. + Verzuimcontrole Het gemis van een zieke werknemer voelt u The missing link The missing link... Onze plus Onze dienstverlening Facts & figures Verzuim is lastig. Voor de zieke, voor de Maatwerk is onze standaard. Wij begeleiden + Verzuimregistratie en beheer Opgericht:

Nadere informatie

OR & Arbobeleid Arbowet op de schop mr. J.L. (Janka) Sintemaartensdijk 6 maart 2018

OR & Arbobeleid Arbowet op de schop mr. J.L. (Janka) Sintemaartensdijk 6 maart 2018 OR & Arbobeleid Arbowet op de schop mr. J.L. (Janka) Sintemaartensdijk 6 maart 2018 Wetswijziging Wijziging van de Arbeidsomstandighedenwet in verband met de versterking van de betrokkenheid van de werkgevers

Nadere informatie

Klanttevredenheidsonderzoek DBC COPD - Eerste lijn (2011)

Klanttevredenheidsonderzoek DBC COPD - Eerste lijn (2011) Klanttevredenheidsonderzoek DBC COPD - Eerste lijn (2011) Inhoudsopgave Verslag 2-4 Grafieken 5-10 Samenvatting resultaten 11-16 Bijlage - Vragenlijst 17+18 Cohesie Cure and Care Hagerhofweg 2 5912 PN

Nadere informatie

PREVENTIE EN (ZIEKTE) VERZUIMAANPAK 2014. Een onderzoek naar cao-afspraken over preventie en ziekteverzuim

PREVENTIE EN (ZIEKTE) VERZUIMAANPAK 2014. Een onderzoek naar cao-afspraken over preventie en ziekteverzuim PREVENTIE EN (ZIEKTE) VERZUIMAANPAK 2014 Een onderzoek naar cao-afspraken over preventie en ziekteverzuim December 2014 A. Houtkoop E.C. Junger-van Hoorn A.J. Machiels-van Es INHOUDSOPGAVE SAMENVATTING

Nadere informatie

Ik heb een gesprek met de arts of de arbeidsdeskundige

Ik heb een gesprek met de arts of de arbeidsdeskundige Ik heb een gesprek met de arts of de arbeidsdeskundige Waarom bent u uitgenodigd? Hoe gaat zo n gesprek over uw WIA-, WAO-, WAZ- of Wajong-uitkering? VOOR RE-INTEGRATIE EN TIJDELIJK INKOMEN Werk boven

Nadere informatie

taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden vast te leggen voor de bij hem in dienst zijnde werknemers;

taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden vast te leggen voor de bij hem in dienst zijnde werknemers; A. Arbo-beleid. De Arbo-wet stelt als eis dat de werkgever zijn ondernemingsbeleid zodanig inricht, dat rekening wordt gehouden met de veiligheid, gezondheid en welzijn van de werknemers. Dat dit ook geldt

Nadere informatie

CLIËNTTEVREDENHEIDSONDERZOEK OVAL 2014. December 2014 Marij Tillmanns 36683 GfK 2014 CTO Oval December 2014

CLIËNTTEVREDENHEIDSONDERZOEK OVAL 2014. December 2014 Marij Tillmanns 36683 GfK 2014 CTO Oval December 2014 CLIËNTTEVREDENHEIDSONDERZOEK OVAL December Marij Tillmanns 36683 1 Inhoud 1. Management Summary 2. Resultaten Algemeen Overall tevredenheid Bedrijfsarts Casemanager Achtergrondkenmerken 3. Onderzoeksopzet

Nadere informatie

Cliëntenonderzoek. Gemeente Zutphen

Cliëntenonderzoek. Gemeente Zutphen Cliëntenonderzoek Wet maatschappelijke ondersteuning Gemeente Zutphen 2014 Gemeente Deventer Team Kennis en Verkenning Shanon klein Goldewijk Juni 2014 Inhoud Samenvatting... 2 Inleiding... 4 1. Indienen

Nadere informatie

Starters zien door de wolken toch de zon

Starters zien door de wolken toch de zon M201206 Starters zien door de wolken toch de zon drs. A. Bruins Zoetermeer, mei 2012 Starters zien door de wolken toch de zon Enkele jaren nadat zij met een bedrijf zijn begonnen, en met enkele jaren financieel-economische

Nadere informatie

Tevredenheidsonderzoek 2014

Tevredenheidsonderzoek 2014 Tevredenheidsonderzoek 2014 Een onderzoek naar de zorgkwaliteit en veiligheid November 2014 1 Inhoud Inleiding... 3 Aanpak... 3 Het onderzoek... 3 De resultaten... 4 Voldoet de zorg?... 4 Tevredenheid...

Nadere informatie

Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking Geeke Waverijn, Mieke Rijken

Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking Geeke Waverijn, Mieke Rijken Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking, G. Waverijn & M. Rijken, NIVEL, januari

Nadere informatie

Monitor Volwaardige Arbeidsrelaties

Monitor Volwaardige Arbeidsrelaties Monitor Volwaardige Arbeidsrelaties in de architectenbranche QUICKSCAN mei 2013 Inhoud Monitor Volwaardige Arbeidsrelaties 3 Resultaten 6 Bureau-intermediair I Persoonlijk urenbudget 6 Keuzebepalingen

Nadere informatie

Uitvoeringsprocedures voor het caopakket Individugerichte Preventiezorg

Uitvoeringsprocedures voor het caopakket Individugerichte Preventiezorg Bijlage 6 bij de Samenwerkingsovereenkomst tussen Arbouw en Arbodiensten inzake het cao-pakket Individugerichte Preventiezorg Uitvoeringsprocedures voor het caopakket Individugerichte Preventiezorg Bijlage

Nadere informatie

Invloed op arborisico s

Invloed op arborisico s Invloed op arborisico s Wettelijk kader en overleg Simon Troost Korte quiz Mag elke werknemer of alleen een specialist de RI&E uitvoeren? Moet de werkgever in geval van verzuim het advies van een bedrijfsarts

Nadere informatie

Uitvoeringsprocedures voor het caopakket Individugerichte Preventiezorg

Uitvoeringsprocedures voor het caopakket Individugerichte Preventiezorg Bijlage 6 bij de Samenwerkingsovereenkomst tussen Arbouw en Arbodiensten inzake het cao-pakket Individugerichte Preventiezorg Uitvoeringsprocedures voor het caopakket Individugerichte Preventiezorg Bijlage

Nadere informatie

Arbodienstverlening: waar zit de winst?

Arbodienstverlening: waar zit de winst? Arbodienstverlening: waar zit de winst? Door Carolina Verspuij, FNV Formaat, op vr, 14/02/2014-17:09, Werk en Veiligheid, Kerckebosch Achtergrondartikel Elke werkgever is volgens de arbowetgeving verplicht

Nadere informatie

ARBODIENSTVERLENING DOE JE SAMEN. Eindrapport onderzoek externe arbodiensten in de Metalektro

ARBODIENSTVERLENING DOE JE SAMEN. Eindrapport onderzoek externe arbodiensten in de Metalektro ARBODIENSTVERLENING DOE JE SAMEN Eindrapport onderzoek externe arbodiensten in de Metalektro b ARBODIENSTVERLENING DOE JE SAMEN Eindrapport onderzoek externe arbodiensten in de Metalektro 9 april 2013

Nadere informatie

Onderwerp basiscontract

Onderwerp basiscontract Checklist basiscontract Een basiscontract voor arbodienstverlening wil helderheid geven aan alle betrokkenen. Het is gebaseerd op de wet- en regelgeving en de minimale eisen waaraan een contract tussen

Nadere informatie

CLIËNTTEVREDENHEIDSONDERZOEK BREED SOCIAAL LOKET GEMEENTE EDAM-VOLENDAM

CLIËNTTEVREDENHEIDSONDERZOEK BREED SOCIAAL LOKET GEMEENTE EDAM-VOLENDAM CLIËNTTEVREDENHEIDSONDERZOEK BREED SOCIAAL LOKET GEMEENTE EDAM-VOLENDAM Cliënttevredenheidsonderzoek Breed Sociaal Loket gemeente Edam-Volendam Colofon Opdrachtgever Gemeente Edam-Volendam Datum April

Nadere informatie

Toezichthouders in de wijk

Toezichthouders in de wijk Toezichthouders in de wijk Hoe ervaren inwoners uit Dordrecht, Hendrik-Ido-Ambacht en Zwijndrecht de aanwezigheid van Toezichthouders? Inhoud: 1 Conclusies 2 Bekendheid 3 Effect 4 Waardering taken Hondengerelateerde

Nadere informatie

Privacyreglement Verzuim Expertise Bureau. 1. Inleidende bepalingen

Privacyreglement Verzuim Expertise Bureau. 1. Inleidende bepalingen Privacyreglement Verzuim Expertise Bureau 1. Inleidende bepalingen Artikel 1. Begripsbepalingen Voor zover niet uitdrukkelijk anders blijkt, wordt in dit reglement verstaan onder: a. persoonsgegeven: een

Nadere informatie

Verzuimprotocol Adopsa Payroll

Verzuimprotocol Adopsa Payroll Verzuimprotocol Adopsa Payroll 1. Ziekmelding De medewerker meldt zich op de eerste dag van ziekte telefonisch vóór 10.00 uur ziek bij zowel Adopsa Payroll als bij zijn opdrachtgever. Wanneer een medewerker

Nadere informatie

Keuzegids arbodienstverlening

Keuzegids arbodienstverlening Keuzegids arbodienstverlening Keuzegids arbodienstverlening Turien & Co. Assuradeuren biedt werkgevers zoveel mogelijk keuzevrijheid in de verzuimbegeleiding. Juist door deze ruime keuzevrijheid is het

Nadere informatie

Invloed op arborisico s

Invloed op arborisico s Invloed op arborisico s Wettelijk kader en overleg Simon Troost S.Troost (2019) 1 1 Ik ben Simon Troost 17 jaar trainer medezeggenschap Technische achtergrond en A&O psycholoog Specialisatie: alles wat

Nadere informatie

Verzuimprotocol Centrum Arbeid en Mobiliteit B.V.

Verzuimprotocol Centrum Arbeid en Mobiliteit B.V. Verzuimprotocol Centrum Arbeid en Mobiliteit B.V. 1. Ziekmelding De medewerker meldt zich op de eerste dag van ziekte telefonisch vóór 10.00 uur ziek bij zowel Centrum Arbeid en Mobiliteit B.V. (CAM) als

Nadere informatie

Samenvatting en rapportage Klanttevredenheidsonderzoek PPF 2011/2012

Samenvatting en rapportage Klanttevredenheidsonderzoek PPF 2011/2012 Samenvatting en rapportage Klanttevredenheidsonderzoek PPF 0/0 Stichting Personeelspensioenfonds Cordares (PPF) Astrid Currie, communicatieadviseur Maart 0 versie.0 Pagina versie.0 Inleiding Op initiatief

Nadere informatie

ZIEKTEVERZUIMBELEIDSPLAN. voor de Stichting Katholiek Onderwijs Mergelland

ZIEKTEVERZUIMBELEIDSPLAN. voor de Stichting Katholiek Onderwijs Mergelland ZIEKTEVERZUIMBELEIDSPLAN voor de Stichting Katholiek Onderwijs Mergelland INHOUDSOPGAVE PAGINA 1. INLEIDING 1.1 Uitgangspunten 2 2. BELEID 3 2.1 Preventief beleid 3 2.1.1 Inzet medewerkers 3 2.1.2 Functioneringsgesprek

Nadere informatie