Nathan Projects B.V. (voorheen Thermoplus B.V.) T. Bauerhuit Spoorstraat HW t Harde

Transcriptie

1 Bezoekadres Ebbehout EA Zaandam Nathan Projects B.V. (voorheen Thermoplus B.V.) T. Bauerhuit Spoorstraat HW t Harde Postbus EE Zaandam info@odnzkg.nl Betreft: Omgevingsvergunning beperkte milieutoets voor het installeren van een gesloten bodemenergiesysteem locatie Wiborgeiland kavel 1c te Amsterdam. Contactpersoon Ronald Garnaat Contactgegevens Kenmerk Uw kenmerk OLO Geachte heer Bauerhuit, Wij hebben op 31 januari 2017 een aanvraag voor een omgevingsvergunning beperkte milieutoets (verder; OBM) ontvangen van Nathan Projects B.V. Het betreft een omgevingsvergunning beperkte milieutoets voor het installeren van een bodemenergiesysteem op het adres Wiborgeiland kavel 1c te Amsterdam. De aanvraag is geregistreerd onder nummer OLO Concreet wordt verzocht om: een vergunning ex artikel 2.1, lid 1, onder i (milieu) van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (hierna: Wabo) in samenhang met artikel 2.2.a. lid 6 van het Besluit omgevingsrecht (verder; BOR). Het project is geregistreerd onder zaaknummer Bijlage - Datum 14 maart 2017 Hierop besluit het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam: De gevraagde omgevingsvergunning beperkte milieutoets op grond van artikel 2.1 lid 1 onder i Wabo te verlenen voor: - het realiseren/installeren van een gesloten bodemenergiesysteem met een bodemzijdig vermogen van 30,6 kw (warmtevraag 68,8 MWh/j en koudevraag 11,5 MWh/j) op de locatie Wiborgeiland kavel 1c te Amsterdam. De Omgevingsdienst NZKG is een samenwerkingsverband van de gemeenten Amsterdam, Haarlemmermeer, Zaanstad, Aalsmeer, Amstelveen, Diemen, Ouder-Amstel, Uithoorn en Provincie Noord-Holland. 1 6

2 De overwegingen bij dit besluit zijn hierna opgenomen. In dit besluit zijn, conform artikel 5.13a van het Bor geen voorschriften opgenomen. De voorschriften van het Besluit lozen buiten inrichtingen moeten worden nageleefd. Hoogachtend Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, namens deze, de directeur van de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied, voor deze, mevrouw A.M. Hopman Teammanager Vergunningverlening Portefeuille Milieu Dit document is digitaal vastgesteld. Een fysieke of ingescande handtekening is daarom niet nodig. Meer informatie: Bezwaarclausule Bent u het niet eens met dit besluit? Dan kunt u als u belanghebbende bent bij het besluit binnen zes weken na de dag van bekendmaking daarvan een bezwaarschrift indienen bij: Het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam Directie Juridische Zaken Postbus AE AMSTERDAM Vermeld in uw bezwaarschrift altijd de datum, uw naam, adres, handtekening, het referentienummer/kenmerk van dit besluit (of stuur een kopie van het besluit mee) en de reden(en) waarom u bezwaar maakt. Dient iemand anders namens u een bezwaarschrift in, stuur dan een machtiging mee. Verder verzoeken wij u om uw telefoonnummer in het bezwaarschrift te vermelden. Het indienen van een bezwaarschrift schort de werking van dit besluit niet op. In spoedgevallen kan tijdens de bezwaarschriftprocedure een voorlopige voorziening worden gevraagd aan: de Voorzieningenrechter van de Rechtbank Amsterdam sector Bestuursrecht Algemeen Afdeling Voorlopige Voorzieningen Postbus AW AMSTERDAM U kunt ook digitaal het verzoekschrift indienen bij de genoemde rechtbank via Daarvoor moet u wel beschikken over een elektronische handtekening (DigiD). Kijk op de genoemde site voor de precieze voorwaarden. Voor het behandelen van het verzoek worden griffiekosten in rekening gebracht. Na ontvangst informeren wij u over de afhandeling van uw bezwaarschrift. 2 6

3 Voor meer informatie over het maken van bezwaar kunt u kosteloos de brochure Bezwaar en beroep tegen een beslissing van de overheid bestellen via telefoonnummer 1400 (lokaal tarief) of downloaden van de volgende website: Dat kan ook via de website Daarvoor heeft u een DigiD nodig. Op deze website vindt u ook meer informatie. Inwerkingtreding Deze beschikking treedt in werking met ingang van de dag na zijn bekendmaking. 1. PROCEDURELE ASPECTEN 1.1 Aanvraag Op 31 januari 2017 heeft Nathan projects B.V. een OLO-aanvraag (kenmerk OLO ) ingediend. Het betreft hier een melding aanleg gesloten bodemenergiesysteem buiten inrichtingen (in kader van het Besluit lozen buiten inrichtingen). Gezien het systeem is gelegen in het per gemeentelijke verordening aangewezen interferentiegebied Minervahaven en Houthaven is ook een aanvraag om een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1 lid 1 onder i van de Wabo in samenhang met artikel 2.2a lid 6 van het Bor, vereist. De aanvrager heeft verzuimd dit aan te geven in het meldingsformulier. Omdat echter alle noodzakelijk gegevens zijn verstrekt wordt de betreffende OLO-aanvraag, tevens beschouwd als zijnde een verzoek om een omgevingsvergunning beperkte milieutoets. Beschrijving activiteit. Op betreffende locatie wordt een bouwproject gerealiseerd dat, voor wat betreft de koeling en verwarming, gebruik gaat maken een gesloten bodemenergiesysteem. Het systeem is vooralsnog niet gebonden aan een inrichting (zoals gesteld in artikel 1.1. lid 1 Wet milieubeheer), maar bestemd voor een kleinschalig appartementencomplex. Dientengevolge betreft het hier dus een gesloten bodemenergiesysteem vallend onder het Besluit lozen buiten inrichtingen. De voornaamste kenmerken van het systeem zijn: - bodemzijdig vermogen 30,6 kw (in overleg met aanvrager aangepast t.o.v. getal in de melding) warmtevraag 68,8 MWh/j en koudevraag 11,5 MWh/j (in overleg met aanvrager zijn beide getallen aangepast t.o.v. getallen in de melding); - totale lengte bodemlussen 880 meter, einddiepte 110 meter; - energierendement uitgedrukt in Seasonal Performance Factor (verder: SPF)= 4; - x, y-coördinaten van het systeem: X Y (betreffen gecorrigeerde getallen, informatie ontvangen 8 maart 2017) - ontwerp van het gesloten bodemenergiesysteem is geschiedt door het gecertificeerd bedrijf, Nathan Projects B.V.; - boren en installeren van het ondergrondse gedeelte van het gesloten bodemenergiesysteem geschiedt door het gecertificeerd bedrijf, Nathan Projects B.V.; - ontwerpen en installeren van het bovengrondse gedeelte van het gesloten bodemenergiesysteem geschiedt door het gecertificeerd bedrijf, Nathan Projects B.V. 3 6

4 1.2 Bevoegd gezag Gelet op het bepaalde in artikel 2.4, eerste lid van de Wabo zijn wij, het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Amsterdam, het bevoegd gezag om te beslissen op deze aanvraag om een omgevingsvergunning. 1.3 Ontvankelijkheid en opschorting procedure Op de behandeling van de aanvraag is de reguliere voorbereidingsprocedure van paragraaf 3.2 van de Wabo van toepassing. Tevens is de aanvraag getoetst aan het Bor, de Regeling omgevingsrecht (verder Mor) en artikel 8.41 a Wet milieubeheer (Wm). De aanvraag bevat voldoende informatie en is dan ook ontvankelijk en in behandeling genomen. De ontvangen aanvraag bestaat uit: - OLO aanvraagformulier melding aanleg gesloten bodemenergiesysteem buiten inrichtingen (kenmerk OLO , d.d. 31 januari 2017) Deze melding wordt tevens aangemerkt als een aanvraag voor een omgevingsvergunning beperkte milieutoets. - SPF berekening warmtepompen 1 en 2; - situatietekeningen. Op 6 maart 2017 is de volgende aanvullende informatie ontvangen: - interferentiebepaling; - voorstel boorlocaties. 1.5 Procedure De beschikking is voorbereid met de reguliere voorbereidingsprocedure als beschreven in paragraat 3.2 van de Wabo. Gelet hierop hebben wij op 22 maart 2017 conform artikel 3.8 van de Wabo van de aanvraag kennis gegeven op de site Besluit lozen buiten inrichtingen De aangevraagde activiteit valt onder de reikwijdte van het Besluit lozen buiten inrichtingen. In het Besluit lozen buiten inrichtingen is deze activiteit Algemene regels ten aanzien van bodemenergiesystemen onder hoofdstuk 3a opgenomen. Op grond van artikel 8.41a van de Wet milieubeheer moet een melding op grond van de artikelen 1.10a van het Besluit lozen buiten inrichtingen gelijktijdig met de aanvraag om een omgevingsvergunning beperkte milieutoets worden ingediend als het project activiteiten bevat waarvoor een melding vereist is. De aanvrager heeft dit verzuimd. Omdat echter voldoende gegevens in de ingediende melding staan vermeld wordt deze melding tevens aangemerkt als een aanvraag voor een omgevingsvergunning beperkte milieutoets. 1.7 Bodemgesteldheid De toetsing in kader van de OBM betreft niet het wel/niet mogen realiseren van het systeem in verontreinigd bodem. Echter: De aanvrager is bekend met het feit dat ter plaatse de bodem is verontreinigd met zware metalen en PAK. 4 6

5 Met betrekking tot de verontreiniging zal de grondboring uitgevoerd worden met een casing (mantelbuis). De casing wordt dan aangebracht vanaf het maaiveld tot het laagste punt van de verontreiniging. De verstoring van de bodem is dan beperkt tot slechts de diameter van de boring. De vrijkomende grond zal conform de verplichtingen in kader van de Wet bodembescherming worden afgevoerd. NOOT Een stalen casing is een holle buis met een bodem, die als een heipaal de bodem in word gebracht. Eenmaal op diepte wordt de grond uit de casing verwijderd en kan het plaatsen van de bodemlussen, d.m.v. het spoelen van de bodem plaatsvinden tot de uiteindelijke lusdiepte. 2. TOETSINGKADER (OBM) Inleiding Voor een aantal milieurelevante activiteiten waarvoor het Besluit lozen buiten inrichtingen algemene regels stelt, is eerst toestemming van het bevoegd gezag nodig voordat ze kunnen worden ondernomen. Deze toestemming vooraf wordt Omgevingsvergunning beperkte milieutoets (OBM) genoemd. Het doel van de OBM is dat het bevoegd gezag na een beperkte milieutoetsing vooraf instemt met het van start gaan van een specifieke activiteit op een specifieke locatie. De OBM bestaat uit een instemming of een weigering. Op grond van artikel 5.13a van het Besluit omgevingsrecht (Bor) mogen aan de OBM geen voorschriften worden verbonden. Bij het beslissen op de aanvraag om een OBM moeten wij volgens artikel 2.17 Wabo toetsen aan artikel 5.13b Bor. Een toetsing aan dit artikel heeft plaatsgevonden. Toetsing De OBM is aangevraagd voor het installeren van een gesloten bodemenergiesysteem met een bodemzijdig vermogen van 27 kw. De installatie is gesitueerd in het per gemeentelijke verordening aangewezen interferentiegebied Minervahaven en Houthaven. Ten aanzien van die activiteit is in artikel 5.13b lid 9 van het Bor bepaald dat de OBM moet worden geweigerd indien; - het bodemenergiesysteem zodanige interferentie kan veroorzaken met een ander bodemenergiesysteem, met inbegrip van een open bodemenergiesysteem waarvoor een vergunning krachtens artikel 6.4, eerste lid, onder b, van de Waterwet is vereist, dat het doelmatige functioneren van een van de desbetreffende systemen kan worden geschaad dan wel anderszins sprake is van een ondoelmatig gebruik van bodemenergie. Interferentie De aanvrager heeft nagegaan of er nabij de locatie andere interferentieprojecten (open en/of gesloten bodemenergiesystemen) aanwezig zijn en geoordeeld dat er geen interferentie met een ander bestaand systeem (lees: ontoelaatbaar rendement verlies) plaatsvindt. Doelmatig gebruik van bodemenergie Een gesloten bodemenergiesysteem levert een bijdrage aan de vermindering van het energieverbruik voor verwarming en koeling van huizen, kantoren etc. De vermindering leidt tot vermindering van de uitstoot van CO 2, waardoor voorts een bijdrage wordt geleverd aan de verwezenlijking van de klimaat doelstelling. We spreken hier dan ook van een duurzaam energiesysteem. Het betreft hier een bodemenergiesysteem voor een kleinschalig appartementencomplex. Op basis van dit uitgangspunt heeft de aanvrager de verplicht gestelde Seasonal Performance Factor berekend, waarmee het 5 6

6 rendement van een bodemenergiesysteem wordt weergegeven. De aanvrager heeft in de aanvraag aangegeven dat de SPF in onderhavig geval 4 is. Hoewel er geen eenduidig richtgetal is aan te wijzen kan wel gesteld worden dat bij een SPF > 2,1 energie bespaard wordt ten opzichte van conventionele voorzieningen voor levering van warmte en koude (bron: Handreiking gemeentelijke besluiten bodemenergiesystemen BUM BE deel 2- van de Stichting Infrastructuur Kwaliteitsborging Bodembeheer.) Gesteld kan dus worden dat hier sprake is van doelmatig gebruik van energie. In de gebruiksfase kan op basis van artikel 3a.6 van het Besluit lozen buiten inrichtingen gecontroleerd worden of bij het betreffende bodemenergiesysteem het opgegeven en vastgelegde energierendement daadwerkelijk behaald wordt. Indien wij dit nodig achten zullen wij op basis van de mogelijkheden van het Besluit lozen buiten inrichtingen overgaan tot het opleggen van maatregelen. Conclusie Wij hebben de aanvraag beoordeeld op basis van het toetsingskader geldend voor gesloten bodemenergiesysteem, zoals gesteld in artikel 5.13b lid 9 van het Bor. Gelet op bovenstaande toetsing zijn wij van mening dat de aangevraagde activiteit voldoet aan alle punten van het toetsingskader, dus; geen interferentie en er wordt doelmatig gebruik van bodemenergie gerealiseerd. Wij zien dan ook geen reden om de aangevraagde OBM te weigeren. Wij wijzen u er echter op dat voor het aanleggen van een gesloten bodemenergiesysteem ook ander regelgeving van toepassing kan zijn. Er geldt dan ook de verplichting om in kader van de Wet bodembescherming toestemming te verkrijgen om deze installatie überhaupt in de bodem te mogen plaatsen. 6 6