CyberLink. ColorDirector. Gebruikershandleiding

Transcriptie

1 CyberLink ColorDirector Gebruikershandleiding

2 Copyright en Afstand van garantie Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, in een gegevenssysteem worden opgeslagen en/of openbaar worden gemaakt door middel van elektronische of mechanische overdracht, fotokopie, opname of welke andere wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van CyberLink Corporation. In zoverre de wet dat toestaat, WORDT ColorDirector ONGEWIJZIGD GELEVERD, ZONDER ENIGE GARANTIE, HETZIJ UITDRUKKELIJK HETZIJ IMPLICIET, INCLUSIEF MAAR NIET BEPERKT TOT GARANTIE BETREFFENDE INFORMATIE, SERVICES OF PRODUCTEN DIE VIA OF IN VERBAND MET ColorDirector WORDEN GELEVERD EN IMPLICIETE GARANTIE BETREFFENDE DE VERKOOPBAARHEID OF DE GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL, PRIVACYVERWACHTING OF GARANTIE DAT HET SOFTWAREPRODUCT NIET INBREUKMAKEND IS. DOOR GEBRUIK VAN DEZE SOFTWARE GAAT U ERMEE AKKOORD DAT CYBERLINK NIET AANSPRAKELIJK IS VOOR DIRECTE, INDIRECTE OF GEVOLGSCHADE ONTSTAAN DOOR GEBRUIK VAN DE SOFTWARE OF MATERIALEN IN DIT PAKKET. Alle overige bepalingen en voorwaarden vallen onder toepasselijk recht en worden opgesteld volgens de wetten van Taiwan, Volksrepubliek China. ColorDirector is een geregistreerd handelsmerk en wordt, evenals de andere bedrijfs- en productnamen in deze uitgave, ter identificatie gebruikt. Alle handelsmerken blijven het exclusieve eigendom van hun respectievelijke eigenaren. Hoofdkantoor Postadres Website Telefoon # Fax # CyberLink Corporation 15F., No. 100, Minquan Rd., Xindian Dist. New Taipei City 231, Taiwan (R.O.C.) Copyright 2012 CyberLink Corporation. All rights reserved.

3 Inhoud Inleiding...1 Welkom...1 Eigenschappen...1 DirectorZone...2 ColorDirector updaten...2 Systeemvereisten Video's importeren Ondersteunde...5 bestandsformaten Video's importeren...5 in het programma...7 De werkruimte van ColorDirector Modules...7 van ColorDirector Bibliotheek...8 Aanpassingen...8 Productie...8 Bibliotheek/Aanpassingen/Productiepaneel...8 Bibliotheekpaneel...8 Aanpassingspaneel...10 Productiepaneel...10 Paneel...10 instellingen sleutelframe Storyboardpaneel...11 Videoviewervenster...13 Videofragmenten...13 inkorten Scènes in videofragmenten...14 detecteren Videofragmenten...16 splitsen i

4 CyberLink Co lo rdirecto r Viewerweergavemodus...16 selecteren Weergavemodus...17 selecteren Viewer - zoom...17 Videoknoppen...18 ColorDirector...19 Voorkeuren Algemene voorkeuren...19 Bevestiging voorkeuren...20 DirectorZone voorkeuren...21 Hardwareversnellingsvoorkeuren...22 Produceren voorkeuren ColorDirector Projecten Beeldverhouding...23 van project instellen Projecten...24 exporteren...25 Sleutelframes gebruiken Tijdlijn...28 van sleutelframe Sleutelframes...31 toevoegen Sleutelframegedrag...32 instellen Sleutelframes aanpassen...33 en verwijderen...35 Video-aanpassingen uitvoeren Video's...36 omzetten naar zwart/wit Regionale...36 aanpassingen Een selectiemasker...36 gebruiken Een masker maken...41 om beweging te volgen Een gradientmasker...46 gebruiken Regionale aanpassingsopties...50 Globale...54 aanpassingen Witbalans...54 Kleurtoon...54 Tint...56 Verzadiging...56 ii

5 Lichtheid...57 Zwart/wit...57 Kleurvervanging...58 Aanpassingsvoorinstellingen...59 gebruiken Voorinstellingen...59 downloaden van DirectorZone Aangepaste...60 voorinstellingen opslaan Voorinstellingen...60 toepassen op video's Voorinstellingen...61 naar DirectorZone uploaden Voorinstellingen...61 exporteren/importeren...63 Aanpassingen in/uitschakelen Productie...65 Videobestanden...65 produceren Profielen aanpassen...66 Productieopties...66 configureren Video's...67 delen Video's uploaden...67 naar YouTube...71 Sneltoetsen voor ColorDirector...75 Technische ondersteuning Voor u contact opneemt met Technische ondersteuning...75 Web Support...76 iii

6 CyberLink Co lo rdirecto r iv

7 Inleiding Hoofdstuk 1: Inleiding Dit hoofdstuk is een inleiding in CyberLink ColorDirector en biedt een overzicht van alle functies. Het beschrijft ook de systeemvereisten om CyberLink ColorDirector te installeren en te gebruiken. Opmerking: dit document dient uitsluitend ter referentie en informatie. De inhoud en het desbetreffende programma zijn onderhevig aan wijzigingen zonder voorafgaande kennisgeving. Welkom Welkom bij de CyberLink familie van digitale mediatools. CyberLink ColorDirector is een videobewerkingsprogramme waarmee u uw videobeelden verandert in opvallende films dankzij het maken en corrigeren van videokleuren. U kunt de video zodanig renderen dat deze in andere bewerkingsprogramma's kan worden geopend of om naar YouTube te uploaden. Eigenschappen Dit gedeelte beschrijft een aantal belangrijke functies van het programma CyberLink ColorDirector. Verkort of splits handmatig delen van videofragmenten of gebruik scènedetectie om scènes automatisch te splitsen op grond van de oorspronkelijke beelden. Maak zonder omweg oogstrelende video's door voorinstellingen toe te passen. Pas de videokleur aan met tint, verzadiging en licht, of vervang een specifieke kleur in de video met Kleurvervanging. Pas kleurcorrectie toe op videofragmenten door witbalans, toonwaarde en schakering in te schakelen. Voer correcties uit op het hele videofragment of gebruik sleutelframes voor volledige controle over de timing van de effecten. Voer correcties uit op bewegende objecten in videofragmenten met het Beweging volgend masker. 1

8 CyberLink Co lo rdirecto r Gebruik selectie- en gradientmaskers om nog preciezer correcties uit te voeren op specifieke gedeelten en frames van uw videofragmenten. Deel geproduceerde video's op YouTube of gebruik ze in andere programma's, zoals CyberLink PowerDirector. DirectorZone DirectorZone is een webdienst waarmee u aangepaste voorinstellingen van andere gebruikers kunt downloaden, zodat u deze voor uw eigen video's kunt inzetten. U kunt ook uw eigen aangepaste voorinstellingen delen door ze naar DirectorZone te uploaden. Om u aan te melden op DirectorZone klikt u op Inloggen bij DirectorZone bovenaan in het venster CyberLink ColorDirector. Ga naar voor meer informatie over de functies en voordelen van de DirectorZone-website. ColorDirector updaten Software-upgrades en updates (patches) zijn geregeld bij CyberLink beschikbaar. CyberLink ColorDirector informeert u automatisch indien deze beschikbaar zijn. Opmerking: er moet verbinding met internet zijn om deze functie te kunnen gebruiken. Ga als volgt te werk om uw software bij te werken: 1. Open als volgt het venster Upgrade-informatie: klik op de knop. klik rechtsboven in de hoek op het logo van ColorDirector en klik vervolgens op de knop Upgrade in het venster Over ColorDirector. 2. Klik op de functie die u wilt upgraden of op de patch die u wilt updaten in CyberLink ColorDirector. 3. Er wordt een webbrowservervenster geopend waarin u productupgrades kunt aanschaffen of de nieuwste patchupdates kunt downloaden. 2

9 Inleiding Systeemvereisten De onderstaande systeemvereisten zijn doorgaans minimaal aanbevolen om CyberLink ColorDirector te gebruiken. Systeemvereisten CPU Processor Intel Core i3 2de generatie 2,0 GHz of AMD Phenom II of hoger. Schermresolutie 1024 x 768, 16-bits kleuren of hoger. Besturingssysteem Microsoft Windows 8. Microsoft Windows 7 Home Basic, Home Premium, Professional, Ultimate (32 bit en 64 bit). Microsoft Windows Vista Home Basic, Home Premium, Business, Ultimate (32 bit en 64 bit). Microsoft Windows XP Home Edition, Professional (32 bit met Service Pack 3). Geheugen 1 GB DDR2 vereist. 4 GB DDR2 of meer aanbevolen. Grafische kaart Hardeschijfruimte NVIDIA: GeForce 8500GT en hoger GeForce 9800GT en hoger GeForce GT/GTS/GTX 200 series GeForce GT/GTS/GTX 400 series GeForce GT/GTS/GTX 500 series AMD/ATI: ATI Radeon HD 2600 series ATI Radeon HD 2900 series ATI Radeon HD 3000 series ATI Radeon HD 4000 series ATI Radeon HD 5000 series AMD Radeon HD 6000 series 1 GB ruimte op de harde schijf voor toepassing en documentatie. 3

10 CyberLink Co lo rdirecto r 4

11 Video 's im po rteren Hoofdstuk 2: Video's importeren De eerste stap in CyberLink ColorDirector is het importeren van video's in de programmabibliotheek. U kunt video's één voor één of een complete map importeren in CyberLink ColorDirector. Ondersteunde bestandsformaten CyberLink ColorDirector ondersteunt de volgende videobestandsindelingen: Video's: AVI, FLV (H.264), M2T (H.264 AVC), MKV (H.264), MOD, MPEG-1, MPEG-2, MPEG-4, TOD, VOB (met Dolby Digital 2ch of 5.1ch), VRO (met Dolby Digital 2ch of 5.1ch), WMV. CyberLink ColorDirector biedt ook ondersteuning voor videobestanden van Canon & Nikon DSLR. Video's importeren in het programma U kunt video's in CyberLink ColorDirector importeren vanaf de harde schijf van de computer en vanaf verwisselbare apparaten, zoals geheugenkaarten en draagbare harde schijven. Ga als volgt te werk om video's te importeren in CyberLink ColorDirector: 1. Klik op Bibliotheek en vervolgens op één van de volgende importeeropties: - selecteren om individuele videobestanden te importeren. Eenmaal geselecteerd, bladert u naar en selecteert u alle video's op de computer/ verwisselbare schijf die u wilt importeren en klikt u vervolgens op Openen. - selecteren om een map te importeren met daarin de video's. Eenmaal geselecteerd, bladert u naar en selecteert u de map op de computer/ verwisselbare schijf die u wilt importeren en klikt u vervolgens op Map 5

12 CyberLink Co lo rdirecto r selecteren. 2. CyberLink ColorDirector importeert de videobestanden naar de bibliotheek. Opmerking: u kunt videobestanden ook slepen en neerzetten in het CyberLink ColorDirector-venster om de bestanden in het programma te importeren. 6

13 De w erkruim te van Co lo rdirecto r Hoofdstuk 3: De werkruimte van ColorDirector Dit hoofdstuk beschrijft de CyberLink ColorDirector-werkruimte en alle bijbehorende functies. Het is erg handig om bekend te raken met de werkruimte, omdat u hier de meeste tijd doorbrengt als u CyberLink ColorDirector gebruikt. A - M odules va n ColorDirector, B - Pa neel instellingen sleutelfra m e, C - ColorDirector Voorkeuren, D Bibliotheek/Aa npa ssingen/productiepa neel, E - Storyboa rdpa neel, F - Videoview ervenster Modules van ColorDirector CyberLink ColorDirector bestaat uit drie hoofmodules: Bibliotheek, Aanpassingen en Productie. 7

14 CyberLink Co lo rdirecto r Bibliotheek Klik op de knop Bibliotheek om videofragmenten in CyberLink ColorDirector te importeren en meer details over videobestanden te zien. Zodra bestanden in de bibliotheek zijn geïmporteerd, voegt u ze toe aan het storyboardpaneel om ze aan te passen en te bewerken. Zie Bibliotheekpaneel voor meer informatie. Aanpassingen In de module Aanpassingen retoucheert en corrigeert u videofragmenten die in CyberLink ColorDirector zijn geïmporteerd. Klik op de knop Aanpassingen om voorinstellingen toe te passen, maskers te gebruiken om beweging te volgen, gradiënten te gebruiken, verzadinging, tint, witbalans van de video aan te passen en nog veel meer. Zie Video-aanpassingen uitvoeren voor meer details. Productie Zodra u klaar bent met het aanpassen van videofragmenten, moeten ze worden gerenderd in de Productiemodule. Hierdoor worden de aangebrachte aanpassingen toegepast. Alle videofragmenten op het storyboardpaneel worden in één langere video gerenderd zodra ze geproduceerd worden in de Productiemodule. Zie Productie voor meer details. Bibliotheek/Aanpassingen/Prod uctiepaneel Het beeld van het paneel aan de linkerzijde van het venster van CyberLink ColorDirector is afhankelijk van de momenteel geactiveerde programmamodule. Hier volgt een overzicht van elk paneel en enkele beschikbare functies. Bibliotheekpaneel Op het bibliotheekpaneel importeert u alle videofragmenten in CyberLink ColorDirector. Daarnaast biedt het toegang tot de metadatagegevens van elk videofragment. Dubbelklik op een videofragment in de bibliotheek om het af te spelen in het voorbeeldvenster. Video's importeren 8

15 De w erkruim te van Co lo rdirecto r U kunt video's apart importeren of alle video's in een bepaalde map importeren. Zie Video's importeren voor meer details. Bibliotheekweergave instellen Indien gewenst kunt u de bibliotheekweergave aanpassen aan uw voorkeur. De videofragmenten worden in de bibliotheekweergave standaard weergegeven in de miniatuurweergave. Klik op de knop rechtsboven in het bibliotheekpaneel om de weergave te veranderen. Ga naar de weergave geven. Kies om de videofragmenten als bestandsnaam weer te om ze weer te geven als videominiaturen. Opmerking: klik op en versleep de scheidingslijn tussen de fragmentenbibliotheek en de videogegevens om meer fragmenten weer te geven in de bibliotheek. Video-informatie Als u videofragmenten in de bibliotheek selecteert, geeft CyberLink ColorDirector gedetailleerde informatie over elk fragment weer in het bibliotheekpaneel. Onder andere informatie over video- en audiocodecs, bestandsgrootte en -type, videoresolutie, beeldsnelheid, beeldverhouding en meer wordt weergegeven. 9

16 CyberLink Co lo rdirecto r Videofragmenten toevoegen aan het storyboard Zodra de bibliotheek videofragmenten bevat, voegt u ze toe aan het storyboard om aanpassingen en bewerkingen uit te voeren. U kunt ze één voor één aanpassen en produceren, of diverse videofragmenten tegelijuk die in één langere video worden samengevoegd. Gebruik één van deze methodes om een videofragment toe te voegen aan het storyboard: versleep het uit de bibliotheek naar het storyboard. selecteer het in de bibliotheek en klik op de op het miniatuur. Aanpassingspaneel Het aanpassingspaneel wordt weergegeven als de module Aanpassingen is geactiveerd en bevat alle hulpmiddelen om kleuren te corrigeren en video's te bewerken. Zie Video-aanpassingen uitvoeren voor meer details over alle hulpmiddelen op het aanpassingspaneel. Productiepaneel In de Productiemodule kunt u productievoorkeuren voor het productiepaneel instellen voordat u de aangepaste videofragmenten rendert. Zie Video's produceren voor meer details over de hulpmiddelen op het productiepaneel. Paneel instellingen sleutelframe Klik, als de module Aanpassingen is geactiveerd, op het tabblad Manueel en vervolgens op de knop om het instellingenpaneel van sleutelframes te openen. Gebruik sleutelframes als u videofragmenten aanpast om begin- en eindpunten voor de toegepaste wijzigingen aan te geven. Zie Sleutelframes gebruiken voor meer details over deze functie. 10

17 De w erkruim te van Co lo rdirecto r Storyboardpaneel Op het storyboardpaneel staan alle video's die u wilt aanpassen. A - Videofra gm enten, B - Scènedetectie Selecteer een video op het storyboardpaneel om de video in het videoviewervenster te plaatsen om de video af te spelen en te bewerken. Opmerking: alle videofragmenten op het storyboardpaneel worden in één langere video gerenderd zodra ze geproduceerd worden in het Productievenster. Als u niet wilt dat de videofragmenten samen worden gerenderd, dient u elk fragment afzonderlijk toe te voegen aan het storyboard. Vervolgens corrigeert en produceert u de fragmenten één voor één. Terwijl u door videofragmenten bladert op het storyboardpaneel kunt u: de volgorde van de videofragmenten op het storyboardpaneel aanpassen. Kies gewoon een videobestand en versleep het naar een andere positie. een fragment van het storyboardpaneel verwijderen, klik erop met de rechtermuisknop en kies Verwijderen. U kunt diverse videofragmenten tegelijkertijd verwijderen door de Ctrl-toets op het toetsenbord ingedrukt te houden terwijl u fragmenten op het paneel selecteert. Klik vervolgens op de knop bovenin het videoviewervenster. met de rechtermuisknop op een videofragment in het storyboardpaneel klikken en kies Bestandslocatie openen om het bestand te openen in Windows Verkenner. een miniatuur van een videofragment met het pictogram storyboard geeft aan dat het fragment is gewijzigd. op het 11

18 CyberLink Co lo rdirecto r klik op het picotgram op een miniatuur van een videofragment om scènes te detecteren in het fragment. De gedetecteerde scènes worden als andere videofragmenten toegevoegd aan het storyboardpaneel. Zie Scènes in videofragmenten detecteren voor meer details over deze functie. Opmerking: u kunt geen scènes detecteren in een videofragment dat is ingekort of gesplitst. dubbelklik op het beeld van de videoviewer om het storyboardpaneel te verbergen en de actuele video groter te maken (alleen viewermodus). Dubbelklik nogmaals om het storyboardpaneel weer te openen (viewer en storyboardmodus). 12

19 De w erkruim te van Co lo rdirecto r Videoviewervenster In het videoviewervenster ziet u een voorbeeld van de video die op het storyboardpaneel is geselecteerd. Eventuele aanpassingen die worden aangebracht op de video's zijn in dit venster zichtbaar. A - Video inkorten, B - Scènedetectie, C - Video splitsen, D - Video verw ijderen, E - Weergeven op volledig scherm, F - View erw eerga vem odus selecteren, G - Weergvem odus selecteren, H - View er zoom, I - Spelerbesturing, J - Afspeelopties, K - Besturing voor bew eging volgen, L Videotijdcodew eerga ve Videofragmenten inkorten Gebruik de inkortfunctie om snel ongewenste delen aan het begin en het einde van een videofragment op de tijdlijn te verwijderen. Ga als volgt te werk om een videofragment in te korten: Opmerking: de inkortfunctie is uitsluitend beschikbaar in de modules Bibliotheek en Aanpassingen. 13

20 CyberLink Co lo rdirecto r 1. Kies op het storyboardpaneel het videofragment dat u wilt inkorten en klik op de knop openen. bovenin het videoviewervenster om het venster Inkorten te 2. Gebruik de afspeelknoppen om te zoeken waar u wilt dat het getrimde fragment begint, of om de positie te markeren. 3. Klik en versleep de markeringen in/uit naar de posities waar wordt geknipt. U kunt ook handmatig de tijdcodes instellen voor Inschakelingsmarkering instellen en Uitschakelingsmarkering instellen. U doet dit met de pijltoetsen omhoog/omlaag. 4. Klik op OK om de wijzigingen in te stellen en het fragment in te korten. Let op het volgende als u videofragmenten inkort: gebruik de besturing Duur als u het videofragment wilt inkorten tot een bepaalde lengte. als u een voorbeeld van het ingekorte fragment wilt bekijken, zorgt u dat Uitvoer is geselecteerd en klikt u op de afspeelknop. indien nodig, kunt u op elk moment het inkortvenster opnieuw openen om het ingekorte fragment nogmaals aan te passen. Scènes in videofragmenten detecteren De scènedetectiefunctie detecteert automatisch individuele scènes (of vooraf bewerkte opnames) die in een videofragment zijn opgeslagen, en scheidt deze vervolgens in verscheidene fragmenten. De gedetecteerde scènes worden als andere videofragmenten toegevoegd aan het storyboardpaneel. Opmerking: de gedetecteerde scènes worden niet uit het oorspronkelijke fragment verwijderd, maar kunnen afzonderlijk verplaatst of verwijderd worden op het storyboardpaneel. Ga als volgt te werk om scènes in een videofragment te detecteren: 14

21 De w erkruim te van Co lo rdirecto r Opmerking: u kunt geen scènes detecteren in een videofragment dat is ingekort of gesplitst. De functie Scène detecteren is uitsluitend beschikbaar in de modules Bibliotheek en Aanpassingen. 1. Kies het fragment op het storyboardpaneel en klik op bovenin het videoviewervenster om het venster Scènedetectie te openen. U kunt ook op het pictogram klikken op het miniatuur van het videofragment in het storyboardpaneel. 2. De scènes in het videofragment worden automatisch gedetecteerd en vervolgens weergegeven in het Scènepaneel. 3. Zodra u klaar bent met het detecteren van scènes in het videofragment, klikt u op OK. Alle gedetecteerde aparte fragmenten zijn nu zichtbaar op het storyboardpaneel. Denk aan het volgende als u scènedetectie gebruikt: indien nodig gebruikt u de schuifknop Gevoeligheid om de gevoeligheid vna de scènedetectie aan te passen. Hierdoor kunnen meer of minder scènes worden gedetecteerd. Klik op om de scènes in het videofragment opnieuw te detecteren. U wordt gevraagd of u de eerder gedetecteerde scènes wilt wissen. Vervolgens worden de nieuwe scènes gedetecteerd en weergegeven in het Scènepaneel. klik op om de Geavanceerde scènedetectie-instellingen te configureren. Als het geselecteerde bestand een DV-AVI-bestand is, kunt u Detecteren op gewijzigde videoframes (voor alle andere bestandsformaten) of Detecteren op gewijzigde tijdcodes (d.w.z. tijdcodes worden automatisch ingesteld als u de opname start of stopt). Kies de optie Voorbeeldweergave uitschakelen tijdens detectie om het detecteren sneller te laten verlopen als u merkt dat de computer tijdens het detecteren traag is. stop de scènedetectie voordat dit voltooid is, door op de stopknop van de afspeelbesturing te klikken. detecteer scènes handmatig door de schuifknop (in de modus Fragment) naar het begin van elke nieuwe scène te slepen en klik vervolgens op. bekijk een voorbeeld van een gedetecteerde scène door de scène te selecteren in het Scènepaneel (zorg dat Scène is geselecteerd) en klik vervolgens op afspelen. zorg dat Fragment is geselecteerd om alle gedetecteerde scènemarkeringen 15

22 CyberLink Co lo rdirecto r op de fragmenttijdlijn te bekijken. voeg twee of meer gedetecteerde scènes samen in één langere scène, door ze in het Scènepaneel te selecteren en klik vervolgens op Samenvoegen. Klik op Alles verwijderen als u de originele versie van het fragment wilt herstellen. Videofragmenten splitsen U kunt een videofragment dat op het storyboardpaneel staat, snel in twee afzonderlijke fragmenten splitsen. Beweeg hiervoor de tijdlijn-schuifknop naar de positie in het fragment waar u het wilt splitsen. Klik vervolgens op de knop om het fragment op te splitsen in twee fragmenten die u daarna los van elkaar kunt bewegen. Opmerking: de splitsfunctie is uitsluitend beschikbaar in de modules Bibliotheek en Aanpassingen. Gebruik deze functie ook om snel ongewenste delen van een fragment te verwijderen of om andere media tussen twee delen in te voegen. Viewerweergavemodus selecteren Het videoviewervenster heeft diverse weergavemodi waarmee u eenvoudiger de op het videofragmet aangebrachte wijzigingen kunt bekijken. Klik op de pijl volgende in het weergavemodusdeel om alle beschikbare weergavemodi te zien. Opmerking: deze weergavemodusknoppen zijn uitsluitend beschikbaar in de module Aanpassingen van CyberLink ColorDirector. Toon één - toont één voorbeeldvenster voor het op het storyboard geselecteerde videofragment. Naast elkaar - selecteren om aanpassingen te zien op twee video's naast 16

23 De w erkruim te van Co lo rdirecto r elkaar. Splitsen - links/rechts - selecteren om de videobeeld te splitsen, met op de linkerhelft de originele video en op de rechterhelft de toegepaste aanpassingen. Boven/onder - selecteren om aanpassingen te vergelijken met de video's boven elkaar. Splitsen - boven/onder - selecteren om de videobeeld te splitsen, met op de bovenhelft de originele video en op de onderhelft de toegepaste aanpassingen. Weergavemodus selecteren Kies linksboven in het videoviewervenster één van de volgende vier modi als u met CyberLink ColorDirector door video's bladert en video's weergeeft: Viewer en storyboardmodus - selecteren om het videoviewervenster en het storyboardpaneel weer te geven zodat u makkelijk video's kunt verkennen en weergeven. Alleen viewermodus - selecteren voor een grotere weergave van de video's. Opmerking: dubbelklik op het beeld van de videoviewer om het storyboardpaneel te verbergen en de actuele video groter te maken (alleen viewermodus). Dubbelklik nogmaals om het storyboardpaneel weer te openen (viewer en storyboardmodus). Als u video's afspeelt in het programma of als u aanpassingen uitvoert, kiest u om de huidige video op het volledige scherm weer te geven. Eenmaal in de volledige schermmodus klikt u op om deze af te sluiten. Viewer - zoom Als u een voorbeeld van een video bekijkt op het videoviewervenster gebruikt u het zoommenu rechtsboven in de hoek om de grootte van het videovoorbeeld in te stellen. Opmerking: houd de Ctrl-toets op het toetsenbord ingedrukt en gebruik het muiswiel om in en uit te zoomen op het viewervenster. Kies Passend om de grootte van de geselecteerde video aan te passen zodat deze in 17

24 CyberLink Co lo rdirecto r het viewervenster past. Opmerking: als u vindt dat de grootte van de video in het voorbeeldvenster nogal klein is als 100% zoom is gekozen en vervormd raakt als u Passend kiest, controleer dan of de kwaliteitsinstelling van de video correct is ingesteld. Zie Afspeelopties voor meer informatie. Als u in- of uitzoomt op een videofragment, verschijnt rechtsonder het videoframe een navigatieminiatuur voor de viewer. Klik op en versleep het beschikbare vak om het focusgebied naar wens aan te passen. Videoknoppen Selecteer een videofragment op het storyboard en klik op om het af te spelen. CyberLink ColorDirector speelt het geselecteerde fragment alleen af als de afspeelknop is ingedrukt. Als u alle fragmenten op het storyboard wilt afspelen, klikt u op de knop om de volledige schermmodus te openen en klik vervolgens op om de film in z'n geheel af te spelen. Gebruik de videoafspeelknoppen in het videoviewervenster om het afspelen te besturen: afspelen pauzeren/stoppen, snel doorspoelen in video's, naar het vorige/ volgende frame springen, het volume aanpassen. Klik en verschuif de afspeelschuifknop om snel naar een bepaalde tijdcode in het tijdcodescherm te gaan. Afspeelopties Klik op de knop voor de volgende afspeelopties: Kwaliteit: selecteren om de kwaliteit van de video in het videoviewervenster in te stellen. Voor het beste resultaat wordt aanbevolen dat u dit instelt op basis van de kwaliteit van de oorspronkelijke video. 18

25 De w erkruim te van Co lo rdirecto r Real-time voorbeeldweergave: kies uit de volgende voorbeeldweergaves: Real-time voorbeeldweergave: synchroniseert en rendert fragmenten en effecten in in real-time en geeft een voorbeeld van uw video in de standaard 25 (PAL)/30 (NTSC) frames per seconde. Non real-time voorbeeldweergave: dempt het geluid en toont een voorbeeld op lagere snelheid voor een vlottere bewerking. Dit is erg handig wanneer u high-definition video bewerkt op een minder krachtige computer, of wanneer er frames wegvallen tijdens de voorbeeldweergave. Door het geluid te dempen en de video te vertragen laat CyberLink ColorDirector u toe om meer frames per seconde te bekijken wanneer uw computer problemen ondervindt voor een vlotte voorbeeldweergave bij het bewerken. Besturingselementen voor beweging volgen De besturingselementen voor beweging volgen zijn beschikbaar op het tabblad beweging volgend masker van de Regionale aanpassingen. Deze worden gebruikt om plaatselijk aanpassingen uit te voeren op bewegende objecten in video's. Zie Een masker maken om beweging te volgen voor meer details. ColorDirector Voorkeuren U stelt de programmavoorkeuren voor CyberLink ColorDirector in door op de knop te drukken of druk op Alt+C op het toetsenbord. Algemene voorkeuren Selecteer het tabblad Algemeen in het venster Voorkeuren. U kunt kiezen uit de volgende opties: Toepassing: Tv-formaat: selecteer het tv-formaat (NTSC of PAL) voor uw video. Dit formaat moet overeenkomen met het formaat van de regio waarin u de geproduceerde video wilt afspelen (wanneer u het op een schijf brandt). Gebruik tijdcode weggevallen frame: als uw het tv-formaat NTSC hebt geselecteerd, selecteert u "Ja" om de tijdcode van uw video te synchroniseren met de videolengte op het storyboardpaneel. 19

26 CyberLink Co lo rdirecto r Internet Automatisch op software updates controleren: selecteren om automatisch periodiek te controleren of er een nieuwe versie van ColorDirector beschikbaar is. Taal Gebruik systeem standaardtaal: selecteer deze optie zodat de weergavetaal dezelfde is als die van uw besturingssysteem. Gebruiker gedefinieerd: selecteer deze optie en vervolgens de taal in de vervolgkeuzelijst die u wilt gebruiken. Bevestiging voorkeuren Selecteer in het venster Voorkeuren het tabblad Bevestiging. U kunt kiezen uit de volgende opties: Bevestiging Altijd waarschuwen wanneer het tv-formaat conflicten veroorzaakt: selecteer deze optie als u een waarschuwing wilt zien wanneer u een videofragment aan de werkruimte toevoegt waarvan het tv-formaat (NTSC/PAL) niet overeenkomt met dat van de videofragmenten die al in de bewerkingswerkruimte aanwezig zijn. Altijd waarschuwen in geval van een beeldverhoudingsconflict: selecteer deze optie als u een waarschuwing wilt zien wanneer u een videofragment aan de werkruimte toevoegt waarvan de beeldverhouding niet overeenkomt met die van de videofragmenten die al in de bewerkingswerkruimte aanwezig zijn. Altijd waarschuwen wanneer aanpassingen worden hersteld: kies deze optie om altijd een bevestiging te vragen voor het terugzetten naar de standaardwaarden van alle gerelateerde aanpassingen. Altijd waarschuwen wanneer nieuwe beweging volgende maskers worden gemaakt: kies deze optie als u wilt dat CyberLink ColorDirector u handige tips geeft als u een nieuw beweging volgend masker maakt en op het punt staat beweging volgen te starten. Altijd waarschuwen wanneer een bestaande vorm van een beweging volgend masker wordt aangepast: kies deze als u wilt dat CyberLink ColorDirector u enkele handige tips geeft als u de vorm van een aanwezig beweging volgend masker aanpast. 20

27 De w erkruim te van Co lo rdirecto r Altijd waarschuwen wanneer weer wordt gepoogd beweging te volgen: kies deze optie als u wilt dat CyberLink ColorDirector u waarschuwt als het volgen van beweging van een aanwezig masker wordt hervat. Altijd waarschuwen wanneer een beëindigd masker wordt gemaakt: kies deze optie als u wilt dat CyberLink ColorDirector u informeert als het een nieuw beweging volgend masker maakt dat onafhankelijk is van het eerder gemaakte beweging volgend masker. Dit treedt geregeld op omdat er een ruimte van enkele frames is tussen de twee beweging volgende maskers. Altijd waarschuwen wanneer ColorDirector stopt met het volgen van beweging: kies deze optie als u wilt dat CyberLink ColorDirector u waarschuwt als het volgen van beweging van een aanwezig masker wordt gestopt. Altijd waarschuwen wanneer geen realtime voorbeeldmodus wordt geopend: kies deze optie als u een waarschuwing wilt ontvangen als u op de afspeelknop drukt als geen real-time voorbeeldmodus is geactiveerd. Altijd waarschuwen als het maximumaantal maskers wordt toegepast op één fragment: kies deze optie als u een waarschuwing wilt zien zodra het maximumaantal maskers (vijf) op één fragment op het storyboard wordt toegepast. Altijd waarschuwen als PhotoDirector voorinstellingen toepast: kies deze optie als u telkens een waarschuwing wilt zien over de beperkingen van de voorinstelling als u een PhotoDirector voorinstelling in CyberLink ColorDirector toepast. Altijd waarschuwen als automatisch wordt overgeschakeld naar non-realtime voorbeeldmodus tijdens het volgen van beweging: kies deze optie als u een waarschuwing wilt ontvangen als CyberLink ColorDirector naar de non-realtime voorbeeldmodus schakelt om de beweging van een masker te volgen. Welkomstvenster altijd weergeven bij opstarten/nieuw project: kies deze optie als u wilt dat CyberLink ColorDirector het welkomstscherm weergeeft als het wordt gestart of als u een nieuw project maakt. DirectorZone voorkeuren Kies het tabblad DirectorZone in het venster Voorkeuren. U kunt kiezen uit de volgende opties: Automatisch aanmelden Automatisch inloggen bij DirectorZone als ColorDirector wordt opgestart: 21

28 CyberLink Co lo rdirecto r selecteer deze optie en voer daarna uw adres en wachtwoord in om u automatisch aan te melden bij DirectorZone wanneer het programma wordt geopend. Als u geen DirectorZone-account hebt, klikt u op Maak een account aan. Privacyregels DirectorZone toestaan om bewerkingsinformatie te verzamelen: kies deze optie om toe te staan dat DirectorZone een lijst maakt met alle aanpassingen op de videofragmenten als u ze uploadt naar sociale mediawebsites. Hardwareversnellingsvoorkeuren Kies het tabblad Hardwareversnelling in het venster Voorkeuren. U kunt kiezen uit de volgende opties: Hardwareversnelling Hardwareversnelling voor videodecodering inschakelen: als uw computer NVIDIA CUDA/AMD Accelerated Parallel Processing/Intel Core Processor Family-technologie ondersteunt, selecteert u deze optie om hardwareversnelling te gebruiken voor het decoderen van video tijdens het bewerkingsproces en bij het produceren van video. Produceren voorkeuren Kies het tabblad Produceren in het venster Voorkeuren. U kunt kiezen uit de volgende opties: Produceren: Geblokte artefacten in video reduceren (Intel SSE4-geoptimaliseerd): selecteer deze optie om de algemene productiekwaliteit van de geproduceerde video te verbeteren wanneer uw computer Intel SSE4-optimalisering ondersteunt. 22

29 Co lo rdirecto r Pro jecten Hoofdstuk 4: ColorDirector Projecten Als u videofragmenten aanpast in CyberLink ColorDirector, klikt u op om het resultaat op te slaan als project in het bestandsformaat.cds, dat uitsluitend wordt gebruikt door CyberLink ColorDirector. Opmerking: een CyberLink ColorDirector-project (.cds)-bestand bestaat hoofdzakelijk uit een lijst van de videofragmenten op het storyboardpaneel en een logboek van alle bewerkingen die u op de media wilt uitvoeren. Projectbestanden bevatten geen videofragmenten. Indien u al uw videoproductiebestanden op één plaats wilt opslaan, gebruik dan de functie Projectmaterialen Inpakken. Kies hiervooer Bestand > Projectmateriaal inpakken in het menu. Gebruik de opties in het menu Bestand voor opslaan en om nieuwe projecten te maken of bestaande projecten te openen in CyberLink ColorDirector. Opmerking: als u een nieuw project maakt, schoont CyberLink ColorDirector de bibliotheek op. Als u een nieuwe videoproductie wilt maken met dezelfde media die in de bibliotheek staat, kiest u Bestand > Nieuwe werkruimte. De wijzigingen die u aanbrengt aan de videoclips in CyberLink ColorDirector hebben geen gevolgen voor de oorspronkelijke video's die u in het programma hebt geïmporteerd. Omdat al uw bewerkingen zijn opgeslagen in het projectbestand kunt u fragmenten trimmen, bewerken of verwijderen terwijl u de oorspronkelijke bestanden ongewijzigd op de vaste schijf hebt staan. Wees dus creatief. Als u de beelden te drastisch aanpast, kunt u altijd gewoon opnieuw beginnen. Beeldverhouding van project instellen Om de beeldverhouding van het project in te stellen, kiest u 4:3 of 16:9 in het beeldverhoudingmenu bovenin het venster. 23

30 CyberLink Co lo rdirecto r Het videoviewervenster zal wijzigen naargelang de beeldverhouding die u hebt geselecteerd. Projecten exporteren U kunt CyberLink ColorDirector-projecten exporteren door al het materiaal in een map op de harde schijf van de computer te plaatsen. Geëxporteerde projecten kunnen dan geïmporteerd worden op een andere computer waarop CyberLink ColorDirector geïnstalleerd is. Exporteer het project via Bestand > Projectmateriaal inpakken. 24

31 Sleutelfram es gebruiken Hoofdstuk 5: Sleutelframes gebruiken Als u kleurcorrecties uitvoert en kleurschakeringen toevoegt aan videofragmenten, worden de aanpassingen standaard toegepast op elk individueel frame van de video, d.w.z. het hele videofragment. U kunt echter sleutelframes gebruiken om de aanpassingen toe te passen op de videoframes waarop u dat wilt. U doet dit door start- en eindpunten aan te geven in het instellingenpaneel van sleutelframe. Klik in de Aanpassingenmodule op sleutelframe. om het instellingenpaneel van 25

32 CyberLink Co lo rdirecto r U gebruikt sleutelframes om de start- en eindpunten aan te geven van elk type aanpassing in CyberLink ColorDirector, waardoor u de volledige controle over het proces hebt. Elke aanpassingsitem heeft sleutelframebesturingen voor de tijdlijn in het instellingenpaneel van sleutelframe. Ga als volgt te werk om met behulp van sleutelframes aanpassingen uit te voeren op videofragmenten: 1. Selecteer het videofragment op het storyboard en klik op instellingenpaneel van sleutelframe te openen. 2. Gebruik de tijdlijn van sleutelframe om in het videofragment de frames te vinden waar de aanpassing moet starten en stoppen. Zie Tijdlijn van sleutelframe voor meer informatie. 26 om het

33 Sleutelfram es gebruiken 3. Voeg de benodigde sleutelframes toe om begin en eind van de aanpassingen aan te geven. Zie Sleutelframes toevoegen voor meer informatie. Opmerking: sleutelframes worden ook toegevoegd aan de tijdlijn van sleutelframe als u de vorm, positie of grootte van een regionaal aanpassingsmasker verandert. 4. Voer naar wens aanpassingen uit op het videofragment. Zie Videoaanpassingen uitvoeren voor meer informatie. 27

34 CyberLink Co lo rdirecto r Tijdlijn van sleutelframe Voor elk videofragment dat u in het storyboardpaneel importeert wordt een aangepaste sleutelframetijdlijn aangemaakt, die te zien is in het instellingenpaneel van sleutelframe. Het videofragment in onderstaand voorbeeld is 10 seconden lang, en de tijdlijn van het sleutelframe is ook 10 seconden lang. De positie van de schuifknop op de tijdlijn correspondeert met de positie van de afspeelschuifknop en de tijdcodeweergave in het videoviewervenster. 28

35 Sleutelfram es gebruiken Klik en versleep de rand van het sleutelframe instellingenpaneel om het formaat van de tijdlijn en de video in het voorbeeldvenster te veranderen. U kunt ook inzoomen op de tijdlijn van het sleutelframe om sleutelframes nog preciezer te plaatsen. Zoom in of uit op de tijdelijn door op de tijdlijnlineaal te klikken en versleep deze naar links of rechts, of gebruik de schuifknop 29

36 CyberLink Co lo rdirecto r onderin het aanpassingenpaneel. In bovenstaand voorbeeld is de tijdlijn ingezoomd op het niveau van het frame. Elke lijn op de tijdlijnlineaal vertegenwoordigt nu een frame van de video. 30

37 Sleutelfram es gebruiken Sleutelframes toevoegen Telkens wanneer u met een van de schuifknoppen een wijziging aanbrengt op een aanpassingsitem, of de grootte, vorm of positie van een regionaal aanpassingsmasker verandert, wordt automatisch een sleutelframe toegevoegd aan de tijdlijn van sleutelframe. Opmerking: Zelfs als u een aanpassing wilt aanbrengen op de hele tijdsduur van een videofragment, voegt CyberLink ColorDirector automatisch een sleutelframe toe aan de tijdlijn van sleutelframe. Ga als volgt te werk om handmatig sleutelframes toe te voegen aan de tijdlijn van sleutelframe: 1. Klik op om het instellingenpaneel van sleutelframe te openen. 2. Klik op naast het aanpassingsitem dat u wilt veranderen om een sleutelframe aan het begin van de tijdlijn van sleutelframe toe te voegen. 3. Gebruik de afspeelknoppen om in het videofragment het moment te vinden waar u de eigenschappen wilt veranderen (aanpassingen aanbrengen). 4. Versleep de schuifknoppen waar nodig, en voer de gewenste aanpassingen uit op het videofragment. Let op dat een sleutelframemarkering wordt toegevoegd op dat moment op de tijdlijn. 31

38 CyberLink Co lo rdirecto r 5. Klik met de rechtermuisknop op de eerste van de twee sleutelframes om in te stellen hoe en wanneer de aanpassing/wijziging wordt toegepast. Zie Sleutelframegedrag instellen voor meer informatie. 6. Herhaal deze stappen om meer sleutelframes toe te voegen aan de tijdlijn voor alle aanpassingen die u wilt aanbrengen op het videofragment. Sleutelframegedrag instellen Als u twee sleutelframes aan de tijdlijn hebt toegevoegd en enkele aanpassingen hebt aangebracht, klikt u met de rechtermuisknop op het eerste sleutelframe om het gedrag in te stellen of wanneer de aangepaste eigenschappen in het videofragment worden weergegeven. Stel het gedrag in door met de rechtermuisknop op het eerste sleutelframe te klikken. Kies vervolgens een van de volgende opties voor het sleutelframegedrag: Gradueel wijzigen vanaf huidig sleutelframe: kies deze optie als de aanpassing/verandering geleidelijk tussen de twee sleutelframes moet worden uitgevoerd. Op het moment dat de afspeelschuifknop het tweede sleutelframe bereikt, is de aanpassing/verandering volledig uitgevoerd. 32

39 Sleutelfram es gebruiken Direct wijzigen op volgend sleutelframe: kies deze optie als u wilt dat de aanpassing/verandering direct moet worden uitgevoerd zodra de afspeelschuifknop het tweede sleutelframe bereikt. Direct wijzigen op huidig sleutelframe: kies deze optie als u wilt dat de aanpassing/verandering direct moet worden uitgevoerd zodra de afspeelschuifknop het eerste sleutelframe bereikt. Sleutelframes aanpassen en verwijderen U kunt toegevoegde sleutelframes op elk moment aanpassen. Selecteer het sleutelframe op de tijdlijn en voer de betreffende wijzigingen uit. U kunt ook het volgende uitvoeren: om een sleutelframe te verwijderen, selecteert u het op de tijdlijn en klikt u 33

40 CyberLink Co lo rdirecto r op. klik op om snel naar het vorige sleutelframe te springen, of klik op naar het volgende te springen. om klik op om alle sleutelframes op de geselecteerde tijdlijn te verwijderen en te resetten. klik met de rechtermuisknop op een sleutelframe op de tijdlijn en kies vervolgens Standaardwaarden herstellen om de oorspronkelijke instelling van de aanpassing te herstellen. Let op dat het sleutelframe niet wordt verwijderd, maar dat de beginwaarden van de aanpassing worden hersteld. 34

41 Video -aanpassingen uitvo eren Hoofdstuk 6: Video-aanpassingen uitvoeren Klik op de knop Aanpassingen en vervolgens op het tabblad Manueel om aanpassingen aan te brengen op de videofragmenten. Alle aanpassingen die u uitvoert, worden niet automatisch toegepast op het oorspronkelijke videobestand. CyberLink ColorDirector houdt een logboek bij van alle aanpassingen die u uitvoert. Vervolgens worden alle aanpassingen toegepast op elk videofragment dat gerenderd wordt in de Productiemodule. De oorspronkelijke video blijft onaangetast. Aanpassingen kunnen zowel globaal (op het volledige videoframe, zie Globale aanpassingen) als plaatselijk (alleen op een specifiek dele van het videoframe, zie Regionale aanpassingen). Met behulp van sleutelframes kunt u de aanpassingen uitsluitend uitvoeren op specifieke videoframes. Zie Sleutelframes gebruiken voor meer informatie. Ga als volgt te werk om video's in de bibltioheek aan te passen: 1. Kies in het bibliotheekpaneel de videofragmenten die u wilt aanpassen en versleep ze vervolgens naar het storyboardpaneel. Opmerking: u kunt aan het storyboardpaneel meer dan één videofragment toevoegen om aan te passen. Alle videofragmenten op het storyboardpaneel worden echter in één langere video gerenderd zodra ze geproduceerd worden in het Productievenster. Als u niet wilt dat de videofragmenten samen worden gerenderd, dient u elk fragment afzonderlijk toe te voegen aan het storyboard. Vervolgens corrigeert en produceert u de fragmenten één voor één. 2. Klik op de knop Aanpassingen. 3. Kies in het bibliotheekpaneel het specifieke videofragment dat u wilt aanpassen en versleep het vervolgens naar het storyboardpaneel. 4. Voer alle benodigde aanpassingen uit op het videofragment. 5. Indien nodig voegt u nog meer videofragmenten toe aan het storyboard en voert u nog meer aanpassingen uit. 6. Als u klaar bent met het aanpassen van de videofragmenten op het storyboardpaneel, klikt u op de knop Productie om ze te renderen met de toegepaste aanpassingen. Zie Productie voor meer informatie. 35

42 CyberLink Co lo rdirecto r Video's omzetten naar zwart/wit U kunt een geselecteerde video onmiddellijk omzetten in zwart/wit. Converteer een video door Z&W bovenin het aanpassingenpaneel te kiezen. Zet de kleur terug door Kleur te selecteren. Opmerking: als een video is omgezet in zwart/wit wordt op het aanpassingenpaneel het onderdeel Zwart/wit geactiveerd. Zie Zwart/wit voor details over het instellen van de helderheid van zwart/wit-video's. Regionale aanpassingen Gebruik de regionale aanpassingen als u slechts een specifiek deel van het videoframe in het geselecteerde videofragment wilt aanpassen. De volgende hoofdstukken beschrijven de beschikbare eigenschappen en functies van de regionale aanpassingen van CyberLink ColorDirector. Gebruik het hulpmiddel voor regionale aanpassingen door het te kiezen uit de beschikbare pictogrammen. Een selectiemasker gebruiken Met een selectiemasker kunt u alleen die pixels in een videofragment selecteren die u wilt aanpassen. Hiermee kunt u statische objecten in het videofragment selecteren en aanpassen. Opmerking: het selectiemasker is ideaal om gebieden van videofragmenten aan te passen waarin de camera of objecten op de gebieden niet bewegen. Als de camera beweegt of als objecten in beeld bewegen, gebruikt u een beweging volgend masker. Zie Een masker maken om beweging te volgen voor meer informatie. Een selectiemasker maken Ga als volgt te werk om een selectiemasker te maken en ermee aanpassingen uit te voeren: Opmerking: u kunt met selectiemaskers diverse gebieden van een video aanpassen. Zie Verschillende selectiemaskers gebruiken voor meer informatie. 36

43 Video -aanpassingen uitvo eren 1. Klik op om de besturingselementen voor selectiemaskers te openen. 2. Gebruik de muis op handmatig het gebied van de video te selecteren dat u wilt aanpassen. U doet dit door rond de omtrek van het gebied te klikken totdat een ingesloten gebied is geselecteerd. 37

44 CyberLink Co lo rdirecto r Opmerking: pas de vorm van het selectiemasker aan door op de knooppunten te klikken en ze te verslepen. Klik op een knooppunt om het te selecteren. Druk vervolgens op de Delete-toets op het toetsenbord om het punt te verwijderen. Voeg een nieuw knooppunt toe door de muisaanwijzer op de rand van de lijn te plaatsen en klik om een knooppunt toe te voegen. 3. Gebruik de schuifknop Doezelaar om het overgangsniveau tussen het geselecteerde gebied en de pixels rond het gebied in te stellen. Deze schuifknop wordt pas ingeschakeld als een gemaskeerd gebied is aangegeven op het videoframe. Opmerking: CyberLink ColorDirector geeft een gekleurde maskermarkering weer op het geselecteerde gebied. Klik met de rechtermuisknop op de gekleurde maskermarkering voor meer opties voor het selectiemasker. 5. Voer met de regionale aanpassingen de benodigde aanpassingen uit op het geselecteerde deel van het videoframe. Zie Regionale aanpassingsopties voor een gedetaileerde beschrijving van alle beschikbare aanpassingen die u kunt uitvoeren. Opmerking: klik indien nodig op de knop om de geselecteerde pixels om te keren. Indien geselecteerd, past CyberLink ColorDirector de aanpassingen toe op de gebieden die niet zijn geselecteerd. Klik er nogmaals op om de aanpassingen te herstellen naar de pixels die oorspronkelijk waren geselecteerd. Positie en vorm van masker aanpassen 38

45 Video -aanpassingen uitvo eren Als het gemaakte selectiemasker tijdens het afspelen van het videofragment niet helemaal lijkt te kloppen, kunt u eenvoudig de positie of vorm aanpassen. Opmerking: als u de positie of vorm van een selectiemasker aanpast, voegt CyberLink ColorDirector automatisch een sleutelframe toe aan de tijdlijn van de sleutelframe-instellingen om de wijziging te markeren. Zie Sleutelframes gebruiken voor meer informatie over sleutelframes. Pas het de positie of vorm van het selectiemasker aan door het videofragment te pauzeren op het punt waar u de aanpassingen wilt uitvoeren en ga vervolgens als volgt te werk: klik op een maskerknooppunt om het te selecteren en versleep het naar een nieuwe positie. klik op een maskerknooppunt om het te selecteren. Druk vervolgens op de Delete-toets op het toetsenbord om het punt te verwijderen. voeg een nieuw knooppunt toe door de muisaanwijzer op de rand van de lijn te plaatsen en klik om een knooppunt toe te voegen. klik op het kleurlabel van het masker en versleep het hele masker naar een nieuwe positie. klik met de rechtermuisknop op het kleurlabel van het masker voor meer opties, zoals het selecteren van alle knooppunten, verwijderen van het masker, herstellen van de aanpassingen en meer. Verschillende selectiemaskers gebruiken U kunt maximaal vijf verschillende geselecteerde aanpassingen uitvoeren op een video. Als u gebieden van een video selecteert en de aanpassingsopties wijzigt, wordt automatisch een masker gemaakt en voorzien van een kleurlabel. Het maskerlabel is zichtbaar in de keuzelijst Masker bovenaan op het selectiemaskertabblad. Ga als volgt te werk om een nieuw aanpassingsmasker te maken: 1. Kies Nieuw in de keuzelijst Masker om een nieuw masker te maken. 39

46 CyberLink Co lo rdirecto r 2. Gebruik de muis om handmatig het gedeelte van het videoframe te selecteren dat u wilt aanpassen. Stel vervolgens met behulp van de schuifknoppen de aanpassingen in voor de tweede aanpassing. 3. CyberLink ColorDirector markeert het masker met een andere kleur in de keuzelijst Masker. 4. CyberLink ColorDirector markeert elk masker op de video met een kleurlabel. 5. Klik op het kleurlabel om snel het masker te selecteren. Bekijk de geselecteerde gebieden (pixels) van de video waar alle aanpassingen zijn toegepast. 40

47 Video -aanpassingen uitvo eren Een masker maken om beweging te volgen Gebruik een masker om beweging te volgen om gebieden van de video met bewegende objecten aan te passen, of als de camera beweegt. Als u het beweging volgend masker toepast op een reeks pixels, volgt CyberLink ColorDirector automatisch de pixels terwijl ze door elk videoframe bewegen, en stelt de vorm van het masker bij en past dezelfde aanpassingen toe op de pixels. 41

48 CyberLink Co lo rdirecto r Een beweging volgend masker maken Ga als volgt te werk om een beweging volgend masker te maken en ermee aanpassingen uit te voeren: 1. Klik op openen. om de besturingselementen voor beweging volgende maskers te 2. Gebruik de afspeelknoppen om het eerste frame van de video te vinden waarin de beweging van het object of de camera begint. 3. Stel de maskeropties als volgt in: Penseel/Gummetje: klik op Penseel en kies met de muis de pixels van het object of gebied dat u wilt volgen. Klik op Gummetje als u met het penseel fouten hebt gemaakt en de geselecteerde pixels wilt verwijderen. Grootte: gebruik de schuifknop om de grootte van het penseel of gummetje in te stellen. U kunt ook het muiswiel gebruiken om de diameter van het penseel/gummetje aan te passen. Doezelaar: gebruik de schuifknop Doezelaar om het overgangsniveau tussen het geselecteerde gebied en de pixels rond het gebied in te stellen. Opmerking: de schuifknop Doezelaar wordt pas ingeschakeld als een gemaskeerd gebied is aangegeven op het videoframe. 42