V.V: 27 juni 2012 Datum 19 juni 2012 Agendapuntnr. A.5 Versie 2.0 Bijlagen Onderwerp mededelingen

Transcriptie

1 Aan de leden van de verenigde vergadering V.V: 27 juni 2012 Datum 19 juni 2012 Agendapuntnr. A.5 Versie 2.0 Bijlagen Onderwerp mededelingen A.5 Mededelingen 1. Bevoegdheid m.e.r.-beoordeling De m.e.r. betreft de milieueffectrapportage op grond van de Wet milieubeheer (nader uitgewerkt in een algemene maatregel van bestuur: het Besluit m.e.r.). Op 28 maart 2012 heeft uw verenigde vergadering ons voorstel tot delegatie van de m.e.r.-beoordeling besproken en van een aantal kanttekeningen voorzien. Uw vragen richtten zich vooral op de ontbrekende noodzaak, de transparantie, de aan de regeling ten grondslag liggende doelstelling, de onvoorwaardelijkheid alsmede op de afwezige rapportageplicht en -criteria. Gelet op deze discussie hebben wij het voorstel teruggenomen en aangekondigd voor de volgende vergadering een nadere (juridische) onderbouwing en uitwerking te leveren. Voortschrijdend inzicht laat zien dat de in het Besluit m.e.r. (per 1 april 2011) geïntroduceerde bevoegdheidswijziging van de provincie naar het waterschap weer op haar retour is. Op dit moment is er namelijk een wijziging van dat besluit aanhangig waarin de bevoegdheid van de waterschappen terug gaat naar de provincies. Het ontwerp-besluit is de Raad van State gepasseerd, maar de nahangprocedure moet nog volgen. De demissionaire status van het kabinet staat - volgens de laatst beschikbare informatie - niet in de weg aan het voortzetten van de vaststellingsprocedure. Met het oog op deze ontwikkeling zijn wij er voorstander van dit onderwerp niet in de vv van juni te behandelen, maar uit te wijken naar de hierop volgende vergadering in september aanstaande. Op dat moment is er naar verwachting meer houvast over de voorgenomen beëindiging van de m.e.r.-beoordelingsbevoegdheid van het waterschap. 2. Regeling verantwoording college In september 2011 heeft u kennisgenomen van de Handreiking integriteit van politiek ambtsdragers bij gemeenten, provincies en waterschappen (hierna te nomen: de Handreiking). U heeft toen gelijktijdig de Gedragscode integriteit bestuur HHSK 2007 (hierna: de Gedragscode) op enkele punten aangepast. Een aantal onderwerpen uit de Gedragscode en de Handreiking is nader uitgewerkt in de Regeling verantwoording college van dijkgraaf en hoogheemraden HHSK die het college op 3 april 2012 heeft vastgesteld. De regeling geldt alleen voor de leden van het college van dijkgraaf en hoogheemraden (en dus niet voor de andere leden van de verenigde vergadering). In de regeling worden voorschriften gegeven over: - de melding van functies en directe belangen; - de melding van geschenken en giften; - de besluitvorming over buitenlandse reizen.

2 Register hoofd- en nevenfuncties Alle bestuurders, zowel de leden van de verenigde vergadering als de leden van het college, moeten op grond van de Waterschapswet hun functies openbaar maken. De lijst ligt bij de receptie ter inzage en is te raadplegen op de website van Schieland en de Krimpenerwaard. Jaarlijks wordt vanuit de ambtelijke organisatie aan de bestuurders gevraagd de lijst met nevenfuncties te actualiseren. Bestuurders hebben hierin een eigen verantwoordelijkheid en moeten ook bij tussentijdse wijzigingen opgave doen van de nevenfuncties (artikel 3.1 Gedragscode). Voor de leden van het dagelijks bestuur geldt dat zij het voornemen tot aanvaarding van een nevenfunctie moeten melden aan de verenigde vergadering. Ditzelfde geldt voor de dijkgraaf als het gaat om nevenfuncties, anders dan uit hoofde van het voorzitterschap. Hij moet naast zijn nevenfuncties, anders dan uit hoofde van zijn ambt, ook eventuele inkomsten uit die functies openbaar maken. De wet bepaalt verder dat de leden van het college ook de inkomsten uit de nevenfuncties openbaar maken wanneer het ambt niet in deeltijd wordt vervuld (bij Schieland en de Krimpenerwaard werken alle hoogheemraden in deeltijd). De verplichting om inkomsten uit andere functies openbaar te maken geldt niet voor leden van de verenigde vergadering. Volgens de Gedragscode moeten collegeleden ook het tijdsbeslag aangegeven. Tot voor kort werden bij Schieland en de Krimpenerwaard enkel de functies openbaar gemaakt. Daarmee werd voldaan aan de eisen van de wet. Nu wordt daarnaast in het register het volgende aangegeven: a. de inhoud (of naam) van de functie; b. voor welke organisatie de functie wordt uitgeoefend; c. of de functie wel of niet ambtsgebonden is; d. of de functie wel of niet bezoldigd is; e. de inkomsten uit nevenfuncties wanneer het ambt van collegelid niet in deeltijd wordt vervuld. Bij de eerstvolgende actualisatie van de nevenfuncties van de leden van de verenigde vergadering, zal eenzelfde format worden gebruikt, voor zover van toepassing. Openbaar register relatiegeschenken De collegeleden dienen alle geschenken en giften schriftelijk melden en deze meldingen worden opgenomen in een openbaar register relatiegeschenken. Het register wordt geplaatst op de website van het hoogheemraadschap en aan het einde van elk half kalenderjaar geactualiseerd en door het college besproken. Geschenken en giften die een collegelid uit hoofde van zijn functie ontvangt, zijn eigendom van het waterschap en daarvoor wordt door het college een waterschapsbestemming gezocht. Indien een collegelid geschenken of giften ontvangt die een waarde van minder dan 50,00 vertegenwoordigen, moeten deze wel worden gemeld, maar kunnen deze, in afwijking van hetgeen hierboven staat, worden behouden. Buitenlandse reizen Buitenlandse dienstreizen vallen onder algemene bestuurskosten, op voorwaarde dat de reis een functioneel karakter heeft. Het is belangrijk dat daarover vooraf in alle openheid besluitvorming plaatsvindt en achteraf verantwoording wordt afgelegd. Het waterschapsbelang van de reis is doorslaggevend voor de besluitvorming. De verenigde vergadering wordt van het besluit op de hoogte gesteld. Uitnodigingen voor reizen, werkbezoeken en dergelijke op kosten van derden worden onder meer getoetst op het risico van belangenverstrengeling. Van de reis wordt door het bestuurslid een verslag opgesteld ten behoeve van het college, voor zover de verslaglegging al niet op een andere wijze is geschied. Buitenlandse reizen worden bovendien openbaar gemaakt. 2/6

3 3. Besluitvorming buitenlandse reizen Ter voldoening aan hetgeen is bepaald in de Regeling verantwoording college delen wij u hierbij mee dat wij besloten hebben toestemming te geven voor de volgende reizen: 1. Een studiereis over publiek-private samenwerking in de water(waarde)keten bij Die Berliner Wasserbetriebe in Berlijn van 22 tot en met 24 maart 2012 door de hoogheemraden Van Zoelen en Van der Klugt. De uitnodiging voor deze studiereis naar Die Berliner Wasserbetriebe in Berlijn voor bestuurders van gemeenten en waterschappen komt van Vernieuwing Bouw, een onafhankelijk platform voor ontmoeting, kennisuitwisseling en samenwerking in de bouw. In het Bestuursakkoord Water hebben VNG en UvW de afspraken bevestigd om besparingen in de afvalwaterketen te realiseren. Ook wordt ingezet op een cultuurverandering, het intensiveren van kennis en innovatie. In eerste instantie zijn gemeenten en waterschappen bij de uitvoering van deze afspraken betrokken maar ook private partijen spelen hierbij een rol. De vraag is hoe private partijen bij kunnen dragen aan het realiseren van de doelstellingen uit het Bestuursakkoord en daarover is een inhoudelijke discussie gevoerd aan de hand van het voorbeeld van de Berliner Wasserbetriebe waar private en publieke organisaties samenwerken en waar een verbetering van de kwaliteit en een vermindering van de kosten in de (afval)waterketen heeft plaatsgevonden. De kosten komen ten laste van het hoogheemraadschap. 2. Een bezoek aan het WISA-congres in Kaapstad, Zuid-Afrika, van 5 tot en met 10 mei 2012 door de dijkgraaf. WISA staat voor Water Institute of Southern Africa. WISA organiseert dit jaar een congres van internationaal opererende opleidingsinstituten op het terrein van water- en zuiveringsbeheer. Sinds twee jaar heeft WISA een nauw samenwerkingsband met het NWP (Netherlands Water Partnership), representant van de watersector in Nederland. Tijdens het congres in Kaapstad organiseerde het NWP een speciaal programma voor partijen in de Nederlandse watersector. Speciaal hierbij het Wetskills programma, waarbij Nederlandse en Zuid-Afrikaanse studenten samenwerkten aan actuele watervraagstukken die spelen in Zuid-Afrika en waarvoor brede, creatieve en multidisciplinaire oplossingen moeten worden gevonden. De dijkgraaf heeft deelgenomen in zijn hoedanigheid als voorzitter van de Stichting Wateropleidingen (ambtsgebonden nevenfunctie). Hij reisde samen met de directeur van SWO. SWO draagt zorg voor de reis en de daaraan verbonden kosten. 3. Een reis naar Semarang, Indonesië, van 8 mei tot en met 16 mei 2012 door hoogheemraad Van der Klugt. Sinds 2006 is het hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard betrokken bij een project in Semarang om de dagelijkse overstroming van een belangrijk deel van het Bangergebied te voorkomen is een belangrijk jaar voor de effectieve drooglegging van de Bangerwijk. Het was de bedoeling dat staatssecretaris Atsma een bezoek zou brengen aan het project. Hij zou dan de Grant Agreement voor de ORIOschenking (ruim 3 miljoen euro) ondertekenen. ORIO (ontwikkelings relevante infrastructuur ontwikkeling) is een schenkingsfaciliteit van het Nederlandse Ministerie van Buitenlandse Zaken voor projecten in ontwikkelingslanden op het gebied van publieke infrastructuur. Vanwege het bezoek van de staatssecretaris en het plaatsvinden van de internationale stuurgroep (beide van belang voor de voortgang van het traject) is de vertegenwoordiging vanuit het hoogheemraadschap op bestuurlijk niveau ingestoken. In verband met de val van het kabinet is het bezoek van de staatssecretaris helaas afgelast. De kosten van deze reis komen voor rekening van externe bij het project betrokken partijen (NWB-fonds, ministeries van Infrastructuur & Milieu en Buitenlandse Zaken). 3/6

4 4. Indienen zienswijzen De bevoegdheid tot het indienen van zienswijzen over de (ontwerp-) begroting van een gemeenschappelijke regeling heeft uw verenigde vergadering op 30 maart 2011 aan het college van dijkgraaf en hoogheemraden gedelegeerd. Wij hebben dit jaar viermaal van deze bevoegdheid gebruikt gemaakt. RBG De begroting 2013 van de Regionale Belasting Groep is op 17 mei 2012 vastgesteld in het algemeen bestuur van de RBG. Aangezien de begroting 2013 niet afwijkt van de business case is door ons college op 8 mei 2012 besloten om geen zienswijze in te dienen op deze begroting. Het Waterschapshuis Op 8 mei 2012 hebben wij besloten geen zienswijze op de ontwerpbegroting 2013 van Het Waterschapshuis (HWH) in te dienen. De door HWH ontvangen zienswijzen zullen worden behandeld door het stichtingsbestuur en samen met een inhoudelijke reactie worden gevoegd bij de ontwerpprogrammabegroting, zoals die ter advisering wordt voorgelegd aan de ledenvergadering van de Unie van Waterschappen. Na advisering door de ledenvergadering stelt het stichtingsbestuur de Programmabegroting 2013 vast. Deze begroting wordt vervolgens op 5 juli 2012 besproken met het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling HWH. Gemeenschappelijke regeling Slibverwerking 2009 Op 29 mei 2012 hebben wij besloten geen zienswijze in te dienen op de ontwerpbegroting 2013 van de gemeenschappelijke regeling Slibverwerking Deze begroting is nog niet vastgesteld. Aquon./. Op 29 mei 2012 hebben wij besloten bijgevoegde zienswijze in te brengen op de ontwerp programmabegroting van de gemeenschappelijke regeling AQUON Deze begroting is nog niet vastgesteld. 5. Metropoolregio Rotterdam Den Haag De Metropoolregio Rotterdam Den Haag is het gebied van de huidige Stadregio Rotterdam en het Stadsgewest Haaglanden. Dit zijn zogenaamde plus-regio s, op grond van de Wet gemeenschappelijke regelingen plus (Wgr-plus). In het beheersgebied van Schieland en de Krimpenerwaard vallen de gemeenten Rotterdam, Zoetermeer, Lansingerland en Capelle aan den IJssel hieronder. In totaal zijn er vierentwintig gemeenten in de metropoolregio, die nu hun krachten bundelen in het samenwerkingsverband Metropoolregio Rotterdam Den Haag. Het doel is om de internationale concurrentiepositie van de regio te versterken. Aanleiding was het voornemen van de regering om de Wet gemeenschappelijke regelingen plus (Wgrplus) per 1 januari 2013 op te heffen, waardoor de stadsregio s zouden verdwijnen. Hoewel door de val van het kabinet Rutte die voorgenomen opheffing van de Wgr-plus voorlopig van de baan is, gaat de vorming van de metropoolregio door. Men kiest daarvoor de vorm van een (gewone) gemeenschappelijke regeling. De gemeenteraden kunnen vóór eind september hun zienswijze inbrengen. Hoewel de betrokken waterschappen, te weten de hoogheemraadschappen van Schieland en de Krimpenerwaard, Rijnland en Delfland en het waterschap Hollandse Delta vooralsnog niet zullen deelnemen aan de gemeenschappelijke regeling, is hen toch gevraagd een reactie te geven op de voornemens. Er wordt daarom een gemeenschappelijke reactie voorbereid, die in september aan alle algemeen besturen, dus ook de verenigde vergadering van Schieland en de Krimpenerwaard, zal worden voorgelegd. 4/6

5 6. Wijziging bestemmingsplan Rivium, inclusief Kralingse Veer In verband met een publicatie van de gemeente Capelle aan den IJssel informeren we u over de volgende ontwikkeling. In de afgelopen periode heeft er in contact met HVC een eerste oriëntatie plaatsgevonden naar de mogelijkheden van het winnen van windenergie op het terrein van onze afvalwaterzuivering Kralingse Veer. In dit kader zijn als eerste de ruimtelijke mogelijkheden verkend. In het vigerende bestemmingsplan is er geen mogelijkheid om zonder aanpassing van het bestemmingsplan een windmolen te plaatsen op het terrein. Bij de ruimtelijke verkenning bleek dat de gemeente Capelle aan den IJssel recent een nieuw voorontwerp-bestemmingsplan voor het Riviumgebied vastgesteld heeft. Om de planologische mogelijkheid voor het plaatsen van een windmolen open te houden, is aan de gemeente voorgelegd of het voorontwerp-bestemmingsplan hier op zou kunnen worden aangepast. De gemeente heeft hier eind mei 2012 positief op beslist. Naar aanleiding hiervan heeft de gemeente Capelle aan den IJssel de Kralingse Veer opgenomen als potentiële locatie voor een windturbine in het te sluiten convenant met de Stadsregio Rotterdam. Dit collegebesluit wordt heden gepubliceerd. Verder onderzoek over de kosten en baten van de eventuele plaatsing van een windturbine moet nog (door HVC) worden uitgevoerd. Het is de bedoeling dat HVC de windmolen bouwt en exploiteert en dat het hoogheemraadschap slechts de ruimte beschikbaar stelt. Nadere informatie over het project en de vorm waarin Schieland en de Krimpenerwaard de grond beschikbaar stelt, volgt later en zal aan de verenigde vergadering ter besluitvorming worden voorgelegd. Tot nog toe lijken er geen belemmeringen van gemeente, Rijkswaterstaat, bedrijvenvereniging Rivium of de Stadsregio te worden opgeworpen. 7. Voor waterschappen relevante aspecten Lente-akkoord Na de val van het kabinet Rutte hebben VVD, CDA, D66, GroenLinks en de ChristenUnie op 26 april 2012 overeenstemming bereikt over het Stabiliteitsprogramma Nederland, dat inmiddels als Lenteakkoord door het leven gaat. Een belangrijk doel van het akkoord is het in 2013 terugbrengen van het EMU-tekort van Nederland tot 3,0 procent van het Bruto Binnenlands Product. Zonder aanvullend beleid zou het EMU-tekort volgens het Centraal Plan Bureau in 2013 uitkomen op 4,6 procent van het Bruto Binnenlands Product. In het akkoord staan veel maatregelen die al direct effect hebben in Voor vrijwel alle onderwerpen geldt dat de uitwerking momenteel plaatsvindt en dat ook in de zomer nog veel uitwerking nodig zal zijn. Overigens is het goed mogelijk dat de maatregelen na de verkiezingen voor de Tweede Kamer wederom zullen worden veranderd. De aspecten die voor waterschappen relevant zijn, betreffen voor een deel de relatie werkgever-werknemer. Dit gaat onder meer om de verhoging van de pensioenleeftijd, de verhoging van de WW-premie en de afschaffing van de onbelaste reiskostenvergoeding. Een aantal zaken, zoals de nullijn voor de lonen van ambtenaren, is inmiddels verwerkt in het principeakkoord voor de CAO voor de waterschappen. Enkele overige aspecten van het Lenteakkoord die gevolgen hebben voor de waterschappen zaken zijn: Het btw-tarief (19%-tarief) wordt in oktober 2012 met twee procentpunt verhoogd Gemeenten en provincies worden hiervoor waarschijnlijk op enigerlei wijze gecompenseerd, maar de waterschappen moeten er vanuit gaan dat zij geen compensatie zullen ontvangen. Dit betekent dat de waterschappen de extra kosten moeten opvangen ofwel in de belastingen laten neerslaan. In het overleg met het Rijk heeft de Unie gemeld, dat dit in 2013 één procent extra lastenstijging kan betekenen. De bewindslieden hebben hier kennis van genomen. 5/6

6 Er komt een fiscaal vergroeningspakket Hierin zitten maatregelen om het gebruik van fossiele brandstoffen te beperken door het zwaarder belasten van energieproducten. Het gaat dan om de aardgasheffing, kolenbelasting, rode diesel, leidingwater, eurovignet. Er komt 200 miljoen euro extra geld vrij voor stimulering in verduurzaming van de economie Dit betreft onder meer woningisolatie en duurzaam bouwen. Er komt ook een onderzoek naar het onderbrengen van zonnepanelen onder het lage btw-tarief. De bankenbelasting wordt verdubbeld Dit kan de NWB Bank en de BNG raken en daardoor indirect ook de waterschappen. Invoering schatkistbankieren De regering stelt voor om in 2013 verplicht schatkistbankieren zonder leenfaciliteit in te voeren voor gemeenten, provincies en waterschappen, vanwege het positieve effect op de omvang van de staatschuld. De koepels van de decentrale overheden zijn hier tegen en voeren overleg met de regering. De Unie van Waterschappen houdt de ontwikkeling nauwgezet in de gaten en is op diverse dossiers in overleg met vertegenwoordigers van de regering, bijvoorbeeld in het Bestuurlijk Overleg Financiële Verhoudingen (BOFV). Vanzelfsprekend worden de leden van de Unie op de hoogte gehouden. Het college zal op haar beurt de verenigde vergadering informeren als daar aanleiding toe is. 8. Wijziging topstructuur ambtelijke organisatie Zoals bekend, is een aantal jaren geleden begonnen met het moderniseren van de organisatiestructuur, waarbij deze compacter werd gemaakt, met meer eenheid in de sturing. Het sectorenmodel werd omgevormd tot een directiemodel en het aantal afdelingen werd teruggebracht van veertien naar acht. Als sluitstuk is nu de directie is verkleind van drie naar twee leden. Dit betekent dat vanaf 1 mei de directie wordt gevormd door de heer Wilco Werumeus Buning en mevrouw Miriam van Kuijk (secretaris-directeur). Dijkgraaf en hoogheemraden van Schieland en de Krimpenerwaard, secretaris-directeur, dijkgraaf, M.J.H. van Kuijk mr. J.H. Oosters 6/6