Eindrapportage GEWELDPLEGERS VPT. Onderzoek naar plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Eindrapportage GEWELDPLEGERS VPT. Onderzoek naar plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak"

Transcriptie

1 Eindrapportage GEWELDPLEGERS VPT Onderzoek naar plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak Januari 2013 Onderzoek met subsidie van: het programma Veilige Publieke Taak van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties & het Landelijk programma Aanpak geweld van de Nationale Politie uitvoering: Drs. Rianne van Middelaar Veiligheidshuis Regio Utrecht Eindrapport Plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak

2 Rapportage GEWELDPLEGERS VPT Onderzoek naar plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 1 Samenvatting... 4 Inleiding... 9 Het programma Veilige Publieke Taak en het Landelijk programma Aanpak geweld... 9 Dadergerichte Aanpak Geweld... 9 Doelstellingen Afbakening geweld tegen politie en andere werknemers met een publieke taak Onderzoeksvragen Deel 1: Inzicht krijgen in de achtergronden van plegers van geweld tegen de publieke taak Onderscheid geweld tegen politieambtenaren en geweld tegen andere werknemers met een publieke taak Onderzoeksvraag 1.1: Welke kenmerken hebben verdachten van geweld tegen werknemers met een publieke taak? Samenstelling onderzoeksgroep Verdachten van geweld tegen werknemers met een publieke taak Onderzoeksvraag 1.2: Verschillen de verdachten van geweld GTPA en VPT van de overige geweldplegers in de publieke ruimte en verschillen de verdachten van geweld GTPA en VPT onderling? Dadergerichte Aanpak Geweld (DAG) Vergelijking verdachten GTPA en VPT die wel en niet in het databestand voorkomen.. 16 Vergelijking van verdachten GTPA en VPT met overige verdachten van geweld in de publieke ruimte Onderzoeksvraag 1.3: Is er overlap tussen de verdachten van geweld GPTA en VPT? Onderzoeksvraag 1.4: Is de onderverdeling in incidentele, recidiverende en ernstig recidiverende geweldplegers die uit de Dadergerichte Aanpak Geweld naar voren kwam, terug te vinden onder de verdachten van GTPA en VPT? Conclusies deel Deel 2: De bruikbaarheid van dadertypologieën toetsen in de praktijk Het onderzoek van het Verwey Jonker Instituut Het onderzoek van Beke Korte beschouwing van dadertypologieën in de literatuur De dadertypen volgens het Verwey Jonker Instituut De dadertypen volgens Beke Onderzoeksvraag 2.1: Worden geweldplegers tegen werknemers met een publieke taak herkend in de dadertypologieën van het Verwey Jonker Instituut en Onderzoeksbureau Beke? Samenstelling steekproef Analysemodel dadertypering Eindrapportage Plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak 1

3 Veelplegers geweld Herkenning van geweldplegers in de dadertypen Herkenning van geweldplegers in de dadertypen van Verwey Jonker Type 1: de machteloos gefrustreerde geweldpleger Type 2: het korte lontje Type 3: de verwarde geweldpleger Type 4: geweld als leefstijl Type 5: de beïnvloedbare jongere Type 6: de incidentele geweldpleger onder invloed Herkenning van geweldplegers in de dadertypen van Beke Type 1: de verslaafde geweldpleger Type 2: de psychisch onberekenbare geweldpleger Type 3: de gewoontegeweldpleger Type 4: de criminele geweldpleger Onderzoeksvraag 2.2: Zijn alle geweldplegers in de steekproef in te delen volgens de dadertypologieën? Onderzoeksvraag 2.3: Welke kenmerken hebben niet in te delen geweldplegers? Bewust opzoeken van confrontaties met politie en opkomen voor anderen Onderscheiden van jongere geweldplegers Specificeren van psychiatrische stoornissen Delict en persoonskenmerken Eergerelateerd geweld Onderzoeksvraag 2.4: Zijn beide dadertypologieën bruikbaar in de praktijk, zijn er knelpunten? Mogelijkheden en beperkingen bij het gebruik van dadertypologieën volgens medewerkers uit de praktijk Conclusies met betrekking tot het gebruik van de dadertypologieën van Verwey Jonker en Beke Conclusies met betrekking tot het gebruik van dadertypologieën in het algemeen Deel 3: Een mogelijke koppeling leggen tussen dadertypen en interventies Onderzoeksvraag 3.1: Welke afdoeningen volgen op een veroordeling voor geweld tegen werknemers met een publieke taak? Onvoorwaardelijk strafdeel Voorwaardelijke straf Bijzondere voorwaarden Onderzoeksvraag 3.2: Welke verbeteringen zijn er mogelijk in de ketenaanpak van plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak? Het aanvragen van een reclasseringsrapportage Aandacht voor geweld en agressie in de rapportages Verdachten die niet mee willen werken aan een rapportage Verhoogde strafeis De hoogte van de voorwaardelijke straf Hoger beroep Bescherming van de maatschappij Eindrapportage Plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak 2

4 Kwaliteitsverbetering Onderzoeksvraag 3.3: Welke rol zou het Veiligheidshuis hierbij kunnen spelen? Aanbevelingen ter verbetering van de ketenaanpak van plegers van geweld tegen de publieke taak Rol van het Veiligheidshuis en andere ontwikkelingen in de ketensamenwerking Discussie Literatuur Bijlagen Bijlage 1: vergelijking verdachten GTPA en VPT die wel en niet voorkomen in de Dadergerichte Aanpak Geweld Bijlagen 2: overige tabellen bij onderzoeksvraag Bijlage 3: Dadertypologie Plegers van geweld tegen de publieke taak en van publiek geweld. Onderzoeksbureau Verwey Jonker, Bijlage 4: Kenmerken van dadertypen Verweij Jonker (2010) schematisch weergegeven Bijlage 5: Dadertypologie Veelplegers geweld, Onderzoeksbureau Beke, Bijlage 6: Onjuiste registratie als geweldsdelict tegen de publieke taak en de verhoogde strafmaat Bijlage 7: Analysemodel dadertypering Eindrapportage Plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak 3

5 Rapportage GEWELDPLEGERS VPT Onderzoek naar plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak Samenvatting In 2012 is vanuit het Veiligheidshuis Utrecht, met subsidie van het programma Veilige Publieke Taak en het Landelijk programma Aanpak geweld, onderzoek gedaan naar plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak. Het doel van het onderzoek is drieledig: 1. Inzicht krijgen in de achtergronden van plegers van geweld tegen de publieke taak; 2. De bruikbaarheid van dadertypologieën toetsen in de praktijk; 3. Een mogelijke koppeling leggen tussen dadertypen en interventies. In het onderzoek is onderscheid gemaakt tussen twee vormen van geweld tegen personen met een publieke taak: Geweld tegen politieambtenaren: afgekort als GTPA Geweld tegen andere werknemers met een publieke taak: afgekort als VPT Deel 1: Inzicht krijgen in de achtergronden van plegers van geweld tegen de publieke taak In deel 1 worden de verdachten van geweld GTPA en VPT beschouwd op basis van geweldszaken die in 2011 zijn ingestroomd binnen het OM en geregistreerd zijn als geweld GTPA of VPT. Het gaat om 206 personen die worden verdacht van het plegen van geweld GTPA en 134 personen van geweld VPT. De verdachten GTPA blijken gemiddeld iets jonger dan de verdachten van geweld VPT, met name het aandeel jongvolwassenen (18 t/m 24 jaar) onder de verdachten GTPA is hoger dan onder de verdachten VPT. Het aandeel beledigingen onder geweld GTPA ligt een stuk hoger dan onder geweld VPT. Als deze vorm van (verbaal) geweld buiten beschouwing wordt gelaten, komen bedreiging en eenvoudige mishandeling het meeste voor onder het geweld gepleegd tegen de publieke taak. Plegers van geweld tegen de publieke taak vergeleken met overige plegers van geweld in de publieke ruimte In 2011 is in het Veiligheidshuis een databestand aangelegd van alle aangehouden verdachten (966) van geweld in de publieke ruimte in de Stad Utrecht. Dit is gedaan in het kader van het project Dadergerichte Aanpak Geweld. In dit project werden drie soorten geweldplegers onderscheiden: De incidentele geweldpleger: een verdachte die in de afgelopen twee jaar één keer is geregistreerd als verdachte van een geweldsincident; De recidiverende geweldpleger: een verdachte die in de afgelopen twee jaar 2 of 3 keer is geregistreerd als verdachte van geweld; De ernstig recidiverende geweldpleger: een verdachte die in de afgelopen twee jaar 4 keer of vaker is geregistreerd als verdachte van geweld. Binnen het huidige onderzoek zijn van de 966 verdachten in het databestand van de Dadergerichte Aanpak Geweld 70 verdachten geïdentificeerd als geweldplegers GTPA en 62 als geweldpleger VPT. Zij zijn vergeleken met de overige verdachten van geweld in de publieke ruimte. Het percentage mannen onder de drie groepen geweldplegers is ongeveer gelijk, geweldplegers GTPA en VPT zijn gemiddeld iets ouder dan de overige geweldplegers in de publieke ruimte. Het percentage problematisch alcohol of drugsgebruikers is hoger onder de verdachten GTPA en VPT en zij plegen minder vaak geweld tijdens het uitgaan dan de overige geweldplegers in de publieke ruimte. Verdachten GTPA en VPT zijn in de afgelopen 10 jaar aanzienlijk vaker geregistreerd als verdachte van geweld dan de overige geweldplegers in de publieke ruimte, terwijl het aantal registraties als betrokkene, getuige en slachtoffer van geweld ongeveer overeen komt. In het verlengde hiervan kunnen zij ook vaker Eindrapportage Plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak 4

6 worden getypeerd als recidiverende of ernstig recidiverende geweldpleger en zijn zij vaker bekend binnen het Veiligheidshuis, met name omdat het gaat om veelplegers of plegers van huiselijk geweld, doelgroepen die binnen het Veiligheidshuis worden besproken. Ten slotte zijn binnen de groep geweldplegers GTPA en VPT de incidentele, recidiverende en ernstig recidiverende geweldplegers onderling vergeleken. Geweldplegers met een ernstiger geweldsgeschiedenis (recidiverend en ernstig recidiverend) zijn in de afgelopen 10 jaar vaker verdachte van geweld, maar zij zijn ook vaker betrokkene, getuige en slachtoffer van geweld, vaker bekend als problematisch alcohol of drugsgebruiker, en vaker besproken in het Veiligheidshuis. Op grond van deze gegevens kan, zij het met enige terughoudendheid vanwege methodologische beperkingen, worden geconcludeerd dat verdachten van geweld GTPA en VPT een iets ernstiger groep geweldplegers betreffen dan de overige plegers van geweld in de publieke ruimte. Dit blijkt met name uit de geweldsgeschiedenis, registratie als problematisch alcohol of drugsgebruiker en bekendheid in het Veiligheidshuis. Daarnaast zijn zij gemiddeld ouder dan de overige geweldplegers in de publieke ruimte. De omvang van de geweldsgeschiedenis, gemeten in het aantal registraties als verdachte van geweld en vertaald naar een indeling in incidentele, recidiverende en ernstig recidiverende geweldplegers, blijkt een graadmeter te zijn voor een problematischer achtergrond, gezien de verhoogde registraties als problematisch alcohol en drugsgebruiker, bekendheid in het Veiligheidshuis en registratie als betrokkene, getuige en slachtoffer van geweld onder de recidiverende en ernstig recidiverende geweldplegers. Deel 2: De bruikbaarheid van dadertypologieën toetsen in de praktijk In deel 2 zijn dadertypologieën getoetst op bruikbaarheid in de praktijk. Hierbij is gekeken naar twee dadertypologieën: De dadertypologie van het Verwey Jonker Instituut (2010) van plegers van geweld tegen de publieke taak en van geweld in de publieke ruimte De dadertypologie van Beke (2005), een typologie van zogenaamde veelplegers geweld. Van dertig geweldplegers GTPA en VPT zijn achtergrondgegevens verzameld en gematcht met de kenmerken van de dadertypen van Verwey Jonker. Van deze 30 geweldplegers voldoen er 14 aan de criteria voor 'veelpleger geweld', zij zijn vergeleken met de typologie van Beke. Per dadertypologie is hieronder weergegeven in hoeverre de geweldplegers werden herkend in de dadertypen. Herkenning van geweldplegers in de dadertypen van Verwey Jonker Het Verwey Jonker Instituut onderscheidt 6 typen geweldplegers: de machteloos gefrustreerde geweldpleger, het korte lontje, de verwarde geweldpleger, geweld als leefstijl, de beïnvloedbare jongere en de incidentele geweldpleger onder invloed. Type 1: de machteloos gefrustreerde geweldpleger: Dit type wordt duidelijk teruggezien bij drie geweldplegers VPT, twee geweldplegers worden als twijfelgeval ingedeeld. Dit type geweldpleger heeft naast het betreffende VPTdelict geen veroordelingen voor andere geweldsdelicten en de afhankelijkheidsrelatie met het slachtoffer is duidelijk aanwezig. Dit type pleegt volgens Verwey Jonker over het algemeen minder ernstig geweld, maar bij de geweldplegers uit de onderzoeksgroep is er ook sprake van fysiek geweld. Type 2: het korte lontje: Twee geweldplegers uit de onderzoeksgroep worden duidelijk herkend in dit type, drie als twijfelgeval. Dit dadertype lijkt veel overlap te vertonen met andere typen: het onderscheid met type 4 en type 5 is niet altijd goed te maken. Of er sprake is van frequente agressie is lang niet altijd op te maken uit de informatie, wanneer gewelddadig gedrag heeft geleid tot veroordelingen is er al snel sprake van type 4. De lage frustratietolerantie die kenmerkend is voor dit type is lastig te definiëren: veel vormen van reactief geweld lijken gerelateerd aan een (te) lage frustratietolerantie. Ten slotte lijkt dit type Eindrapportage Plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak 5

7 vaak naar voren te komen als weinig informatie beschikbaar is over de persoon van de verdachte en de typologie vooral op de delictsomschrijving is gebaseerd. Type 3: de verwarde geweldpleger: Drie geweldplegers worden duidelijk herkend in dit type, over twee wordt getwijfeld of zij binnen dit type passen. De psychiatrische stoornissen waar dit type aan zou lijden zijn in de beschrijving van dit type niet duidelijk gedefinieerd. Type 4: geweld als leefstijl: Twee geweldplegers kunnen duidelijk getypeerd worden als dit type dader, dat geweld in de leefstijl heeft ingepast. Het gaat om veelplegers geweld, die eveneens goed herkend worden in type 3 van Beke. Vijf geweldplegers zijn als twijfelgeval ingedeeld, zij zouden ook gekenmerkt kunnen worden als type 2, type 3, of type 4. Type 5: de beïnvloedbare jongere: Vijf geweldplegers worden duidelijk herkend in dit type, in vijf gevallen wordt er getwijfeld of type 2 of type 4 meer passend zijn. De onduidelijkheid zit met name in de vraag of er sprake is van beïnvloedbaarheid, en wanneer een jongere met een uitgebreid strafblad als type 4 getypeerd kan worden. Type 6: de incidentele geweldpleger onder invloed: Eén geweldpleger is als twijfelgeval herkend. Indeling binnen dit type lijkt vooral aan de orde als de dader first offender is, geen andere geweldsdelicten gepleegd heeft en de situationele kenmerken van het delict overeenkomen met dit type. Zodra echter meer informatie beschikbaar is, omdat de dader meerdere gewelddelicten pleegt, wordt de dader vaak beter in een ander dadertype herkend. Herkenning van geweldplegers in de dadertypen van Beke Beke onderscheidt vier typen geweldplegers: de verslaafde geweldpleger, de psychisch onberekenbare geweldpleger, de gewoontegeweldpleger en de criminele geweldpleger. De gewoontegeweldpleger wordt onderverdeeld in twee subtypes: de gewone gewoontegeweldpleger en de gewoontegeweldpleger met criminele inslag. Ook de criminele geweldpleger wordt onderscheiden in twee subtypes: de harde kern en de beïnvloedbare jongere. Type 1: de verslaafde geweldpleger: Eén geweldpleger VPT en één geweldpleger GTPA worden duidelijk herkend als dit type, er zijn geen twijfelgevallen. In beide gevallen gaat het om harddrugsverslaafden met een zeer uitgebreid strafblad met geweld en vermogensdelicten, al dan niet in combinatie, en drugsbezit. Type 2: de psychisch onberekenbare geweldpleger: Dit type komt alleen voor onder de geweldplegers VPT. Drie keer wordt een geweldpleger duidelijk herkend en over één geweldpleger wordt getwijfeld. De stoornissen waar dit type aan lijdt zijn niet gedefinieerd en het twijfelgeval betreft een man bij wie o.a. sprake van een borderlinepersoonlijkheidsstoornis en alcoholverslaving. Hoewel het gewelddadige gedrag van deze man duidelijk samenhangt met zijn stoornissen, lijkt deze man iets beter te passen binnen type 3. Type 3: de gewoontegeweldpleger: Drie geweldplegers zijn duidelijk herkend in dit type, over één persoon wordt getwijfeld. Het onderscheid met type 2 is niet altijd goed te maken, doordat beide typen aan psychiatrische stoornissen kunnen leiden. Het onderscheid tussen de gewone gewoontegeweldpleger, zonder criminele inslag en de gewoontegeweldpleger met criminele inslag is goed te maken. Type 4: de criminele geweldpleger: Vier geweldplegers zijn duidelijk herkend in dit type. In alle gevallen gaat het om jongeren die opgroeien in een ongunstig gezinsklimaat, er is sprake van schoolproblemen, psychiatrische stoornissen en LVBproblematiek komen vaak voor. Het plegen van berovingen wordt echter niet vaak teruggezien in het strafblad van deze jongeren. Het onderscheid tussen de twee subtypen: de harde kern en beïnvloedbare jongere is niet altijd even goed te maken. Ten slotte zijn er drie geweldplegers die niet ingedeeld konden worden. Hoewel meerdere geweldplegers lastig in te delen waren (zie de 'twijfelgevallen' hierboven), werden zij in geen van de types voldoende herkend. Eindrapportage Plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak 6

8 Er zijn verschillende punten aan te wijzen die het lastig maken om een geweldpleger in te delen in één van de dadertypen. Het onderscheiden van de jongere geweldplegers in harde kern en beïnvloedbare jongere, het specificeren van psychiatrische stoornissen en het feit dat sommige dadertypen gebaseerd zijn op persoonskenmerken en anderen op delictkenmerken vormen een obstakel bij het indelen van geweldplegers in dadertypen. Het feit dat veel geweld tegen politie bewust wordt opgezocht of het opkomen voor vrienden en bekenden die in conflict zijn met politie, is niet terug in beide dadertypologieën. Conclusies t.a.v. dadertypologieën Concluderend kan worden gesteld dat het indelen van geweldplegers in de dadertypologieën van Verwey Jonker en Beke op zichzelf een waardevolle bron van informatie oplevert, maar dat het moeilijk is om daders eenduidig in te delen. Het feit dat de typologie van Verwey Jonker gebaseerd is op minder en andere informatie dan in het huidige onderzoek het geval is, maakt dat de geweldplegers GTPA en VPT minder goed in deze typologie te herkennen zijn dan in de typologie van Beke, die grotendeels dezelfde informatiebronnen gebruikte als in het huidige onderzoek. Over het algemeen is het indelen van geweldplegers in dadertypen subjectief en afhankelijk van de inschattingen van de onderzoeker. Door een geweldpleger te plaatsen in het best passende type kan veel waardevolle informatie verloren gaan die juist relevant kan zijn bij het vinden van een passende (justitiële) reactie op een geweldsdelict. In de literatuur is (nog) geen consistent beeld gevonden van dadertypen van geweldplegers en de meeste onderzoeken zijn nog verkennend van aard. Daarom lijkt de meerwaarde van dadertypologieën althans voorlopig meer te liggen in het kenniselement: verduidelijken hoe een daderpopulatie eruit ziet, waarmee inzicht verkregen kan worden in oorzaken van geweld en mogelijkheden om geweld te voorkomen. Dit beeld wordt bevestigd door gesprekken die gevoerd zijn met medewerkers die in de praktijk werken met geweldplegers. Deel 3: Een mogelijke koppeling leggen tussen dadertypen en interventies In deel 3 zijn de (strafrechtelijke) reacties in beeld gebracht die volgden op de geweldsdelicten tegen werknemers met een publieke taak, gepleegd door de 30 geweldplegers uit deel 2. Hoewel er voldoende mogelijkheden zijn om interventies in te zetten die de kans op recidive verkleinen (bijvoorbeeld middels bijzondere voorwaarden), blijken vrijwel alleen werkstraffen, geldboetes en gevangenisstraffen te zijn opgelegd. In 17 van de 35 strafzaken naar aanleiding van een geweldsdelict GTPA of VPT is een voorwaardelijke straf opgelegd. Slechts in 6 gevallen is hier een bijzondere voorwaarde aan gekoppeld, op één jongvolwassene na betroffen dit allemaal minderjarigen. Verschillende onderdelen van het strafproces zijn in kaart gebracht aan de hand van de 30 geweldplegers GTPA en VPT, op basis hiervan zijnde volgende aanbevelingen geformuleerd: 1. Er is meer aandacht nodig voor het aanvragen van reclasseringsrapportages bij geweldsdelicten, met name waar het meerderjarigen betreft. In lang niet alle gevallen wordt een rapportage aangevraagd terwijl de omstandigheden hier wel aanleiding toe gaven. 2. De reclasseringsorganisaties voor volwassenen zouden 'geweld en agressie' standaard op kunnen nemen in hun rapportages, zoals ook het geval is bij rapportages voor minderjarigen. Nu wordt lang niet altijd het gewelddadige of agressieve gedragspatroon besproken terwijl het soms een opvallend kenmerk is van het delictgedrag. 3. Versoepeling van de mogelijkheden om rapportages op te stellen bij niet meewerkende verdachten van geweldsdelicten: reclassering kan rapportages opstellen over verdachten zonder hun medewerking, maar alleen onder de voorwaarde dat de gebruikte informatie niet ouder is dan een jaar. Hierdoor kunnen vaak geen rapportages worden opgemaakt over verdachten die structureel weigeren in gesprek te gaan. Op grond van eventueel aanwezige oudere rapportages en informatie van politie (zoals processen verbaal) kan echter een beter beeld worden gevormd van de verdachte dan wanneer deze informatie in zijn geheel achterwege wordt gelaten. 4. De mogelijkheid tot verplichte opname ter observatie kan in een aantal gevallen eerder overwogen worden. Door een verdachte die weigert mee te werken verplicht ter observatie op te nemen, kan de observerende instelling alsnog een strafadvies Eindrapportage Plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak 7

9 kan formuleren. Opname ter observatie moet door de Rechter Commissaris worden opgelegd en kan door Reclassering slechts geadviseerd worden. Toch zou deze mogelijkheid zou in een aantal gevallen eerder kunnen worden overwogen, mede gezien het feit er vaak lange tijd overheen gaat tot alle partijen (met name de Rechter Commissaris) overtuigd zijn en het betreffende delict van dien aard is dat daadwerkelijk kan worden overgegaan tot verplichte observatie. 5. Het OM eist hogere straffen voor geweldsdelicten tegen de publieke taak, deze worden zelden overgenomen door rechters. Mogelijk moeten de richtlijnen die het OM hanteert worden bijgesteld zodat een realistischer straf wordt geëist, en is extra aandacht nodig om de Rechtbank te overtuigen van de ernst van geweld tegen de publieke taak en de noodzaak in deze gevallen zwaarder te straffen. 6. Het voorwaardelijk strafdeel zou meer in verhouding moeten staan tot de opgelegde bijzondere voorwaarden. Vooral bij verdachten die recidiveren en niet openstaan voor hulpverlening, zou een hoger voorwaardelijk strafdeel een stok achter de deur kunnen vormen om toch de motivatie te vinden om de afspraken met reclassering na te komen of een behandeling te starten. 7. Veel verdachten gaan in hoger beroep tegen hun veroordeling. Zij winnen hiermee (soms bewust) tijd omdat de tenuitvoerlegging van de straf soms jaren op zich laat wachten. Extra aandacht voor de snelheid waarmee hoger beroep voor geweldsdelicten wordt behandeld zou hier verandering in kunnen brengen. 8. Door bij recidive een vaste rechter, officier of beoordelaar te koppelen aan de geweldpleger, kan sneller een beeld gevormd worden van de verdachte dan wanneer telkens iemand anders zich in het strafdossier met bijbehorende achtergrondinformatie, ingezette hulpverlening e.d. moet verdiepen. Hiermee kan tijd gewonnen worden en is er minder kans dat de ernst van de delictgeschiedenis, andere problematiek en gegeven kansen over het hoofd gezien worden. 9. Bescherming van de maatschappij tegen geweld zou op een gegeven moment meer prioriteit moeten krijgen bij de strafrechtelijke reactie op geweldsdelicten. Er lijken onvoldoende mogelijkheden te zijn om structureel in te grijpen tegen personen die keer op keer de fout in gaan en daarbij anderen en zichzelf in gevaar brengen. De mogelijkheden voor het ontwikkelen van een maatregel die vergelijkbaar is met de ISDmaatregel voor reguliere veelplegers, zouden nader onderzocht moeten worden. 10. Ten slotte zouden de ketenpartners meer kunnen investeren in kwaliteitsverbetering. Veel keuzes die in het strafproces gemaakt worden, zijn afhankelijk van individuele medewerkers. Door meer zicht te krijgen op de keuzes die zij maken, kunnen verbeteringen aangebracht worden en kan beter gebruik gemaakt worden van de mogelijkheden die er zijn. Belangrijk hierbij is dat recidiverende geweldplegers al aan de voorkant, dus zo vroeg mogelijk, herkend worden. Aangezien het Veiligheidshuis een plek is waar alle betrokken ketenpartners elkaar treffen, biedt deze setting mogelijkheden om de individuele aanpak van geweldplegers in het algemeen, maar ook van geweldplegers GTPA en VPT in het bijzonder, vorm te geven. De mogelijkheid om informatie uit te wisselen maakt het makkelijker de achtergrond van een geweldpleger in beeld te krijgen en nieuwe ideeën vorm te geven om de aanpak van geweldplegers vorm te geven. Relevant voor de vroegtijdige signalering van geweldspatronen en de inzet op een passend vervolgtraject is echter ook de introductie van ZSM, een project waarbij direct bij binnenkomst op het politiebureau eenvoudige strafzaken zo snel, selectief en samen mogelijk strafrechtelijk worden afgedaan. Eindrapportage Plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak 8

10 Rapportage GEWELDPLEGERS VPT Onderzoek naar plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak Inleiding In 2012 is vanuit het Veiligheidshuis Utrecht, met subsidie van het programma Veilige Publieke Taak en het Landelijk programma Aanpak geweld, onderzoek gedaan naar plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak. In deel 1 van het onderzoek worden plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak vergeleken met andere plegers van geweld in de publieke ruimte. Hierbij wordt gekeken naar achtergrondkenmerken als het aantal registraties als verdachte, betrokkene en getuige van geweld bij politie. Vervolgens wordt in deel 2 aan de hand van twee dadertypologieën van geweldplegers bekeken of plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak herkend kunnen worden in deze dadertypen, en of een dergelijke typologie bruikbaar kan zijn in de praktijk. In deel 3 worden vervolgens de (strafrechtelijke) reacties in beeld gebracht die volgen op een geweldsdelict tegen werknemers met een publieke taak. Aan de hand hiervan worden ten slotte aanbevelingen gedaan om de aanpak van plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak te verbeteren. Binnen het onderzoek is onderscheid gemaakt tussen plegers van geweld tegen politieambtenaren (GTPA) en plegers van geweld tegen andere werknemers met een publieke taak (VPT). In deze inleiding worden eerst de programma's en het project beschreven die aanleiding gaven tot het huidige onderzoek. Vervolgens worden de doelstelling, afbakening van het geweld tegen de publieke taak en de onderzoeksvragen verder uitgewerkt. Het programma Veilige Publieke Taak en het Landelijk programma Aanpak geweld Het onderzoek naar plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak is uitgevoerd met subsidie van het programma Veilige Publieke Taak van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en het Landelijk programma Aanpak geweld van de Nationale Politie. Beide programma's richten zich op de aanpak van geweld. Het programma Veilige Publieke Taak is geïnitieerd om agressie en geweld tegen werknemers met een publieke taak (zoals ambulancemedewerkers, brandweermensen, onderwijzer en conducteurs) landelijk aan te pakken. Het programma richt zich op drie sporen: grenzen stellen, het aanpakken van daders en het ondersteunen van werkgevers, en heeft als doel om het percentage van werknemers met een publieke taak dat geconfronteerd wordt met agressie en geweld te verminderen. Het Landelijk programma Aanpak geweld heeft het doel een landelijke integrale aanpak van geweld en geweldsplegers te realiseren. Uit onderzoek en uit de praktijk is gebleken dat een fors aantal gewelddadige personen zich op meerdere fronten en domeinen manifesteert (bijvoorbeeld voetbal, uitgaan, verkeer, werk/school en huiselijke sfeer), terwijl de aanpak van geweld en geweldplegers daarentegen versnipperd is. Speerpunten van het programma Geweld zijn o.a. het verbeteren van de informatiepositie rondom geweld, het ontwikkelen en invoeren van een persoonsgerichte aanpak voor geweldplegers en het versterken van de ketensamenwerking. Dadergerichte Aanpak Geweld Vanuit het Veiligheidshuis Utrecht is in een onderzoeksproject uitgevoerd met als doel recidiverende geweldplegers in beeld te krijgen en te zorgen dat zij een persoonsgerichte aanpak op maat krijgen: de Dadergerichte Aanpak Geweld (afgekort als DAG). Een recidiverende geweldpleger is binnen het project gedefinieerd als persoon die in de afgelopen twee jaar twee keer of vaker is geregistreerd als verdachte van een geweldsincident. Recidiverende geweldplegers worden daarmee onderscheiden van de incidentele geweldplegers. Eindrapportage Plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak 9

11 Gedurende een jaar zijn alle aangehouden verdachten voor geweldsdelicten geanalyseerd: valt de verdachte binnen de definitie recidiverende geweldpleger en valt hij vervolgens binnen één van de doelgroepen van het Veiligheidshuis? Waar nodig zijn de ketenpartners gewezen op het geweldsverleden van de verdachte en is een aanpak op maat geadviseerd. Binnen de Dadergerichte Aanpak Geweld is een uitgebreid databestand aangelegd met informatie over plegers van geweld in de publieke ruimte. Onder deze geweldplegers bevinden zich ook plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak. Door de geweldplegers tegen de publieke taak te identificeren kunnen zij op basis van dit bestand vergeleken worden met de overige geweldplegers in de publieke ruimte. Deze vergelijking wordt in deel 1 van dit rapport beschreven. Het programma Veilige Publieke Taak en het landelijk programma Geweld in het (semi) publieke domein hebben in 2010 een verkennend kwalitatief onderzoek laten uitvoeren naar de daders van agressie en geweld tegen werknemers met een publieke taak en van publiek geweld (Verweij Jonker, 2010). Op basis van dit onderzoek is een typologie van geweldplegers opgesteld. De dadertypologie van Verwey Jonker en een dadertypologie van zogenaamde veelplegers geweld, welke is opgesteld door onderzoeksbureau Beke (2005), zullen in deel 2 van het huidige onderzoek o.a. getoetst worden op bruikbaarheid in de praktijk. In deel 3 wordt bekeken of deze dadertypen gekoppeld kunnen worden aan interventies voor geweldplegers. Doelstellingen Het doel van het onderzoek naar plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak is het verkrijgen van meer inzicht in de kenmerken van daders van dergelijk geweld en inzicht in de (strafrechtelijke) reactie en interventies voor deze doelgroep. In het onderzoek worden drie doelstellingen onderscheiden: 1. Inzicht krijgen in de achtergronden van plegers van geweld tegen de publieke taak; 2. De bruikbaarheid van dadertypologieën toetsen in de praktijk; 3. Een mogelijke koppeling leggen tussen dadertypen en interventies. Afbakening geweld tegen politie en andere werknemers met een publieke taak In het onderzoek naar plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak wordt onderscheid gemaakt tussen geweld tegen medewerkers van politie en geweld tegen andere werknemers met een publieke taak. In het vervolg wordt dit onderscheid als volgt weergegeven Geweld tegen politieambtenaren: afgekort als GTPA Geweld tegen andere werknemers met een publieke taak: afgekort als VPT Tot het geweld VPT wordt het geweld gerekend dat gericht is tegen werknemers van alle sectoren die tot de doelgroep van het programma Veilige Publieke Taak behoren, met uitzondering van politie: Onderwijs, bijvoorbeeld leerkrachten, (con)rectoren, conciërges. Openbaar Bestuur, bijvoorbeeld politici, medewerkers van de gemeente, stadswachten, parkeerwachten, toezichthouders, belastinginspecteurs, belastingdeurwaarders, boswachters. Openbaar Vervoer / Infrastructuur, bijvoorbeeld buschauffeurs, trein en tramconducteurs. Sociale Zekerheid, bijvoorbeeld medewerkers van uitkeringsinstanties. Veiligheid / justitie, bijvoorbeeld medewerkers brandweer, DJI, arbeidsinspecteurs, private beveiligers (als zij taken uitvoeren voor de overheid). Woningcorporaties, bijvoorbeeld baliemedewerkers. Zorg, bijvoorbeeld ambulancepersoneel, ziekenhuispersoneel, medewerkers GGZ, medewerkers Jeugdzorg. Eindrapportage Plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak 10

12 Het onderscheid tussen geweld GTPA en VPT komt ook terug in de registratie van geweldsdelicten in de systemen van politie en OM. Politie gebruikt de projectcodes GTPA en VPT bij het vastleggen van incidenten in BVH (Basis Voorziening Handhaving) en het Openbaar Ministerie kan zaken bij de beoordeling registreren onder maatschappelijke classificaties die aangeven dat het slachtoffer een politieambtenaar of werknemer met een publieke functie is. GTPA vormt daarnaast een deelproject van het landelijke programma Veilige Publieke Taak. Onderzoeksvragen Op grond van de drie eerder geformuleerde doelstellingen is het onderzoek in drie delen opgedeeld. Per onderdeel worden hieronder de onderzoeksvragen beschreven. Deel 1: Inzicht krijgen in de achtergronden van plegers van geweld tegen de publieke taak Onderzoeksvraag 1.1: Welke kenmerken hebben verdachten van geweld tegen werknemers met een publieke taak? Onderzoeksvraag 1.2: Verschillen de verdachten van geweld GTPA en VPT van de overige geweldplegers in de publieke ruimte en verschillen de verdachten van geweld GTPA en VPT onderling? Onderzoeksvraag 1.3: Is er overlap tussen de verdachten van geweld GTPA en VPT? Onderzoeksvraag 1.4: Is de onderverdeling in incidentele, recidiverende en ernstig recidiverende geweldplegers die uit de Dadergerichte Aanpak Geweld naar voren kwam, terug te vinden onder de verdachten van GTPA en VPT? Deel 2: De bruikbaarheid van dadertypologieën toetsen in de praktijk Onderzoeksvraag 2.1: Worden geweldplegers tegen werknemers met een publieke taak herkend in de dadertypologieën van het Verwey Jonker Instituut en Onderzoeksbureau Beke? Onderzoeksvraag 2.2: Zijn alle geweldplegers in de steekproef in te delen volgens de dadertypologieën? Onderzoeksvraag 2.3: Welke kenmerken hebben niet in te delen geweldplegers? Onderzoeksvraag 2.4: Zijn beide dadertypologieën bruikbaar in de praktijk, zijn er knelpunten? Deel 3: Een mogelijke koppeling leggen tussen dadertypen en interventies Onderzoeksvraag 3.1: Welke afdoeningen volgen op een veroordeling voor geweld tegen werknemers met een publieke taak? Onderzoeksvraag 3.2: Welke verbeteringen zijn er mogelijk in de ketenaanpak van plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak? Onderzoeksvraag 3.3: Welke rol zou het Veiligheidshuis hierbij kunnen spelen? Eindrapportage Plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak 11

13 Rapportage GEWELDPLEGERS VPT Onderzoek naar plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak Deel 1: Inzicht krijgen in de achtergronden van plegers van geweld tegen de publieke taak In dit deel wordt in beeld gebracht hoe de groep van geweldplegers tegen werknemers met een publieke taak in de stad Utrecht in 2011 eruit ziet. De geweldplegers zijn in beeld gebracht op basis van de zaken die ingestroomd zijn bij het OM 1. Het gaat daarbij om zaken waarvan is aangemerkt dat het slachtoffer een publieke taak heeft. Op grond van de beschikbare gegevens is in beeld gebracht hoe deze groep geweldplegers eruit ziet. Om inzicht te verkrijgen in de kenmerken van plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak, is een deel van deze verdachten nader bekeken. Dit is gedaan op basis van een databestand dat is aangelegd binnen de Dadergerichte Aanpak Geweld, een project dat in 2011 in het Veiligheidshuis Utrecht is uitgevoerd. Binnen deze aanpak is informatie verzameld over kenmerken van de geweldplegers in de publieke ruimte in de stad Utrecht. Omdat zich onder deze geweldplegers ook de plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak bevinden, kunnen de kenmerken van plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak op basis van de bevindingen uit de Dadergerichte Aanpak Geweld nader in beeld gebracht worden en vergeleken met de overige geweldplegers in de publieke ruimte. Onderscheid geweld tegen politieambtenaren en geweld tegen andere werknemers met een publieke taak Binnen het gehele onderzoek worden verdachten van geweld tegen politieambtenaren onderscheiden van de verdachten van geweld tegen overige werknemers met een publieke taak. Beide vormen van geweld zullen in deze rapportage als volgt afgekort worden: GTPA: geweld tegen politieambtenaren VPT: geweld tegen overige werknemers met een publieke taak In dit onderdeel van het onderzoek worden de volgende onderzoeksvragen beantwoord: Onderzoeksvraag 1.1: Welke kenmerken hebben verdachten van geweld tegen werknemers met een publieke taak? Onderzoeksvraag 1.2: Verschillen de verdachten van geweld GTPA en VPT van de overige geweldplegers in de publieke ruimte en verschillen de verdachten van geweld GTPA en VPT onderling? Onderzoeksvraag 1.3: Is er overlap tussen de verdachten van geweld GTPA en VPT? Onderzoeksvraag 1.4: Is de onderverdeling in incidentele, recidiverende en ernstig recidiverende geweldplegers die uit de Dadergerichte Aanpak Geweld naar voren kwam, terug te vinden onder de verdachten van GTPA en VPT? Onderzoeksvraag 1.1: Welke kenmerken hebben verdachten van geweld tegen werknemers met een publieke taak? Samenstelling onderzoeksgroep Om zicht te krijgen op de groep verdachten van geweld tegen werknemers met een publieke taak in de stad Utrecht, is eerst onderzocht hoe de groep geweldplegers tegen werknemers 1 Omdat niet in alle gevallen een onherroepelijke veroordeling is uitgesproken, wordt in dit deel gesproken van 'verdachten' Eindrapportage Plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak 12

14 met een publieke taak in beeld gebracht kon worden. Daarbij is eveneens nagegaan hoe de plegers van geweld tegen de publieke taak die zich onder de verdachten uit het databestand van de Dadergerichte Aanpak Geweld bevinden, konden worden geselecteerd. Het in beeld brengen van de verdachten bleek niet eenvoudig en verschillende mogelijkheden zijn onderzocht en tegen elkaar afgewogen, waaronder een analyse op grond van de projectcodes GTPA en VPT uit het politiesysteem BVH (Basis Voorziening Handhaving), handmatige zoekopdrachten op trefwoorden in de politiesystemen Blue View en Cognos en zoekopdrachten in het politiesysteem HKS (Her Kennings Systeem) op zaken waarvan het slachtoffer politieambtenaar is of andere openbare functie vervult. Uiteindelijk is ervoor gekozen om uit te gaan van de zaken die bij het OM zijn ingestroomd en daar zijn geregistreerd onder de maatschappelijke classificaties slachtoffer politieambtenaar, slachtoffer werknemer met een publieke taak en ander gekwalificeerd slachtoffer en de evenementscode 'Veilige Publieke Taak'. De feiten die geregistreerd zijn onder de maatschappelijke classificatie slachtoffer politieambtenaar worden hierbij aangeduid als geweld GTPA, geweld tegen een politieambtenaar, de overige feiten zijn onderverdeeld in de categorie geweld VPT ofwel geweld tegen overige werknemers met een publieke taak 2. Verdachten van geweld tegen werknemers met een publieke taak Op 9 mei 2012 waren bij het OM Utrecht 416 geweldszaken beoordeeld en geclassificeerd onder de genoemde maatschappelijke classificaties of projectcode. Op basis hiervan is de onderzoeksgroep samengesteld, bestaande uit 339 individuele personen die verdacht zijn van een feit dat in 2011 gepleegd is in Utrecht Stad en is geregistreerd als geweld tegen een werknemer met een publieke taak. Deze 339 personen worden verdacht van 355 feiten. 206 personen worden verdacht van het plegen van geweld tegen een politieambtenaar en 134 personen van geweld tegen een werknemer met een publieke taak 3. Eén persoon wordt van zowel geweld GTPA als geweld VPT verdacht. Dit is opmerkelijk omdat dit zou kunnen betekenen dat plegers van geweld tegen politieambtenaren hun geweld vrijwel altijd richten op politie, en verdachten van geweld tegen werknemers met een andere publieke taak hun slachtoffers juist niet onder politie maken. Gezien de totstandkoming van de onderzoeksgroep (zie noot 2 en 3) en de kleine aantallen kan deze conclusie echter (nog) niet getrokken worden. In deel 2 van het onderzoek worden de geweldsincidenten door middel van dossieronderzoek inhoudelijk in beeld gebracht en wordt meer gezegd over de slachtoffers van het geweld. In totaal zijn de geweldplegers in de onderzoeksgroep verdacht van 218 feiten GTPA en 137 feiten geweld VPT. Onder de verdachten van geweld GTPA zijn 8 personen die meerdere keren worden verdacht van geweld GTPA: één persoon is zelfs 5 keer verdachte van geweld GTPA. Onder de verdachten van geweld VPT bevinden zich minder recidivisten : 3 personen worden van meerdere geweldsincidenten VPT verdacht. 2 Omdat de project en evenementscodes in de praktijk niet heel nauwgezet gebruikt worden (codes kunnen maar één keer ingevuld worden, terwijl meerdere codes relevant kunnen zijn, zo valt ook de codering voor het project ZSM of de aanpak veelplegers hieronder)is hiermee waarschijnlijk niet de totale groep verdachten van geweld GTPA en VPT in beeld gebracht. Ook is niet met zekerheid te zeggen of het geweld dat is weggeschreven onder de classificatie slachtoffer werknemer met een publieke taak niet tegen een politieambtenaar is gepleegd, maar hier is wel vanuit gegaan. Verder is het mogelijk dat het geweld binnen één incident zowel tegen een politieambtenaar als een andere publieke werknemer is gepleegd, maar ook dit is niet op te maken uit deze gegevens. 3 Een aantal zaken, feiten die gepleegd zijn door dezelfde verdachte op hetzelfde tijdstip, komt meerdere malen voor in de lijst die door het OM is aangeleverd. Hiervoor zijn verschillende redenen: binnen één gebeurtenis (door het OM omschreven als feitencomplex) kan een persoon meerdere strafbare feiten plegen, bijvoorbeeld iemand mishandelen en iemand dezelfde of een andere persoon bedreigen. In dit geval wordt de verdachte gedagvaard voor zowel mishandeling als bedreiging. Ook kan de officier van Justitie iemand primair dagvaarden voor doodslag, en subsidiair voor mishandeling, In het geval de rechter het zwaardere, primaire misdrijf, de doodslag, niet bewezen verklaart, kan er wel voldoende bewijs zijn voor het minder zware, subsidiaire misdrijf, de mishandeling. In 8 gevallen binnen de onderzoeksgroep zijn de verschillende feiten die bij één gebeurtenis horen, weggeschreven onder verschillende maatschappelijke classificaties. In deze gevallen is het op voorhand niet duidelijk of het geweld GTPA en/of VPT betreft. In deze gevallen is het proces verbaal ingezien, in deze vallen bleek het telkens te gaan om GTPA. Eindrapportage Plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak 13

15 Van de 339 geweldplegers in de onderzoeksgroep is een aantal kenmerken bekend. Deze kenmerken zijn weergegeven in tabel 1. We zien dat de verdachten GTPA gemiddeld iets jonger zijn dan de verdachten van geweld VPT. Dit verschil lijkt met name veroorzaakt te worden doordat het aandeel jongvolwassenen onder de verdachten GTPA hoger is dan onder de verdachten VPT. Het aandeel minderjarige verdachten is daarentegen juist lager onder de verdachten GTPA dan onder de verdachten VPT, en het aandeel volwassenen binnen de groep verdachten GTPA is gelijk aan dat binnen de groep verdachten VPT. Het aandeel verdachten dat woonachtig is in de plaats waar het feit gepleegd is (Utrecht Stad) is voor beide groepen verdachten vrijwel gelijk. Verdachten van geweld GTPA zijn iets vaker dan verdachten VPT woonachtig buiten de regio Utrecht. Van de incidenten GTPA is vaker een eindvonnis bekend dan van de incidenten VPT. Er wordt in dit onderdeel nog niet verder ingegaan op de inhoud van de afdoening en ook is niet gekeken naar de doorlooptijden, maar deze gegevens lijken er op te wijzen dat GTPAzaken gemiddeld sneller door het justitieel proces gaan dan VPT. Tabel 1: Overzicht van kenmerken van verdachten van GTPA en VPT en de totale onderzoeksgroep (GTPA+VPT) GTPA VPT Totaal Aantal individuele verdachten Gemiddelde leeftijd 29,9 jaar 32,3 jaar 30,8 jaar Aandeel minderjarigen (jonger dan 18 jaar) Aandeel jongvolwassenen (18 t/m 24 jaar) Aandeel volwassenen (25 en ouder) 6% 32% 62% 15% 23% 62% 9% 29% 62% Woonplaats Utrecht Stad Regio Utrecht overig Overig Nederland 66% 15% 19% 67% 18% 15% 66% 16% 18% Percentage recidivisten (werd in 2011 meerdere malen verdacht van geweld GTPA of VPT in Utrecht Stad) 4% 2% 4% Eindvonnis bekend 65% 47% 55% Geweld gericht tegen de publieke taak bestaat het vaakst uit bedreiging (artikel 285 SR, 30% van alle feiten GTPA en VPT), belediging (art. 267 SR, 25%) en eenvoudige mishandeling (art. 300 SR, 15%). Zowel onder het geweld GTPA als VPT komen deze delicten het vaakst voor, maar er zijn ook verschillen aan te wijzen tussen beide groepen. In tabel 2 zijn de geweldsdelicten naar wetsartikel vermeld, waarbij het geweld GTPA en VPT onderscheiden worden. Het aandeel beledigingen onder het geweld GTPA ligt een stuk hoger dan onder het geweld VPT. Het geweld VPT betreft juist vaker bedreiging en eenvoudige mishandeling en lijkt daardoor op het eerste gezicht ernstiger van aard dan het geweld GTPA. Als echter de beledigingen buiten beschouwing worden gehouden (dit is niet weergegeven in de tabel) en ook naar de meer ernstige vormen van geweld wordt gekeken (doodslag, zware mishandeling en mishandeling onder verzwarende omstandigheden), dan blijkt dat deze vormen van geweld vaker voorkomen onder het geweld GTPA. Daarnaast komen verzet tegen ambtenaar, wederspannigheid en opzettelijk niet voldoen aan bevel of vordering (art. 180, 181 en 184 SR) logischerwijs vaker voor onder het geweld GTPA. 4 Omdat één persoon van zowel geweld GTPA als VPT wordt verdacht, komt het totaal uit op de som van het aantal verdachten GTPA en VPT, min één. Eindrapportage Plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak 14

16 Tabel 2: Vormen van geweld GTPA en VPT naar wetsartikel 5 138: Huisvredebreuk 141: Openlijke geweldpleging 180: Verzet tegen ambtenaar 181: Wederspannigheid 184: Opzettelijk niet voldoen aan bevel of vordering 239: Openbare schennis der eerbaarheid 266: Eenvoudige belediging 267: Belediging openbaar gezag/ ambtenaar in functie 282a: Gijzeling 285: Bedreiging 287: Doodslag 300: Eenvoudige mishandeling 302: Zware mishandeling 304: Mishandeling onder verzwarende omstandigheden (w.o. mishandeling ambtenaar in functie) 350: Vernieling Totaal: GTPA absolute aantallen GTPA % 2% 3% 2% 3% 5% 32% 25% 3% 11% 9% 5% VPT absolute aantallen VPT % 1% 7% 1% 1% 3% 1% 3% 13% 1% 39% 2% 22% 5% 2% 1% Onderzoeksvraag 1.2: Verschillen de verdachten van geweld GTPA en VPT van de overige geweldplegers in de publieke ruimte en verschillen de verdachten van geweld GTPA en VPT onderling? Dadergerichte Aanpak Geweld (DAG) Om een gedetailleerder beeld te krijgen van de plegers van geweld GTPA en VPT, is van alle verdachten GTPA en VPT nagegaan of zij voorkomen in het databestand van de Dadergericht Aanpak Geweld. Binnen de Dadergericht Aanpak Geweld (DAG), een onderzoeksproject dat in 2011 is uitgevoerd vanuit het Veiligheidshuis Utrecht, zijn alle personen die in 2011 in Utrecht Stad zijn aangehouden op verdenking van een geweldsdelict in de publieke ruimte geregistreerd. Het gaat hier om 966 verdachten die aangehouden zijn voor in totaal 1006 delicten die in BVH zijn geregistreerd als bedreiging, doodslag/moord, eenvoudige mishandeling, gijzeling/ontvoering, openlijke geweldpleging tegen personen, overige misdrijven tegen de persoonlijke vrijheid, overval in woning, overval op overige objecten, straatroof en zware mishandeling. Het project had tot doel de recidiverende geweldplegers in beeld te krijgen en te stimuleren dat zij een persoonsgerichte aanpak op maat krijgen. In de Dadergerichte Aanpak Geweld is van alle aangehouden verdachten middels het raadplegen van politiesystemen nagegaan hoe vaak iemand is aangemerkt als verdachte, betrokkene, getuige en slachtoffer van geweldsmisdrijven. Op grond van deze gegevens is onderscheid gemaakt tussen incidentele en recidiverende geweldplegers. Een recidiverende geweldpleger wordt als volgt gedefinieerd: Een recidiverende geweldpleger is een persoon die in de afgelopen 2 jaar minstens twee keer is geregistreerd als verdachte van een geweldsdelict. Binnen de groep recidiverende geweldplegers zijn vervolgens nog de ernstig recidiverende geweldplegers onderscheiden: Een ernstig recidiverende geweldpleger is een persoon die in de afgelopen 2 jaar minstens vier keer is geregistreerd als verdachte van een geweldsdelict. 5 Zoals vermeld in voetnoot 3 is in de gevallen dat aan één feitencomplex meerdere wetsartikelen zijn gekoppeld, in deze analyse uitgegaan van het ernstigste feit. Eindrapportage Plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak 15

17 Daarnaast is in de Dadergerichte Aanpak Geweld gekeken naar mutaties over alcohol of drugsoverlast door de betreffende persoon en of de persoon ooit besproken is in het Veiligheidshuis, omdat deze informatie een aanwijzing kan geven voor een passende afdoening. Ook is binnen de Dadergerichte Aanpak Geweld op basis van tijdstip en locatie is aannemelijk gemaakt in welke gevallen het uitgaansgeweld betreft. Van alle 339 verdachten GTPA en VPT uit de onderzoeksgroep die in het voorgaande hoofdstuk is beschreven, is nagegaan of zij voorkomen in het databestand van de Dadergerichte Aanpak Geweld. Op basis van de informatie die beschikbaar is uit de Dadergerichte Aanpak Geweld kunnen achtergrondkenmerken van de geweldplegers GTPA en VPT in beeld worden gebracht en vergeleken worden met de overige verdachten van geweld in de publieke ruimte. Vergelijking verdachten GTPA en VPT die wel en niet in het databestand voorkomen Slechts een deel van de verdachten GTPA en VPT komt voor in het databestand van de Dadergerichte Aanpak Geweld. Van de 206 verdachten GTPA komt 34% (71 verdachten) voor in het databestand, van de 134 verdachten VPT is dit 47% (63 verdachten). Het gaat hier om de persoon van de verdachte, als gekeken wordt naar het specifieke delict dat gepleegd is, dan liggen de percentages nog lager, respectievelijk 28% en 40%. Dit is deels te verklaren doordat in de Dadergerichte Aanpak Geweld beledigingen niet mee zijn genomen, terwijl die in het huidige onderzoek wel onder geweld worden gerekend, maar ook doordat gebruik is gemaakt van verschillende bronsystemen waarin een ander soort informatie is vastgelegd en doordat, zoals we in deel 2 zullen zien, de coderingen voor geweld GTPA en VPT niet altijd consequent gebruikt worden. Dit heeft consequenties voor de generaliseerbaarheid van de uitkomsten van de vergelijking. Om de uitkomsten beter te interpreteren worden in bijlage 1 de verdachten GTPA en VPT die wel voorkomen in het databestand vergeleken met de verdachten die niet in het databestand voorkomen, op grond van de bij onderzoeksvraag 2.1 beschreven kenmerken (gemiddelde leeftijd, percentage minderjarigen, jongvolwassenen en volwassenen, woonplaats en wetsartikelen). Samenvattend kan worden gesteld dat het geweld gepleegd door de verdachten GTPA en VPT die wel in het databestand voorkomen, iets ernstiger van aard is (vaker fysiek geweld dan verbaal geweld) dan het geweld gepleegd door de verdachten GTPA en VPT die niet in het databestand voorkomen. Deze verschillen worden echter kleiner als de beledigingen buiten beschouwing worden gelaten. Verdachten GTPA en VPT die wel in het databestand voorkomen zijn gemiddeld jonger en er is vaker een eindvonnis bekend. Ten slotte valt op dat de verdachten GTPA minder vaak in de het databestand voorkomen (34%) dan verdachten VPT (47%). Als de verdachten van beledigingen buiten beschouwing worden gelaten, wordt het verschil kleiner maar blijft bestaan: 47% van de verdachten GTPA komt dan terug in het databestand van de Dadergerichte Aanpak Geweld, tegenover 55% van de verdachten VPT. Vergelijking van verdachten GTPA en VPT met overige verdachten van geweld in de publieke ruimte Van de 966 verdachten in het databestand van de Dadergerichte Aanpak Geweld, zijn 71 personen geïdentificeerd als verdachte van geweld GTPA en 63 personen als verdachten VPT. De verdachten uit het databestand zijn hiermee opgesplitst in drie groepen die hierna vergeleken zullen worden: verdachten GTPA, verdachten VPT en overige verdachten van geweld in de publieke ruimte. In tabel 3 zijn de gegevens met betrekking tot geslacht, verslaving en uitgaansgeweld vergeleken. De verdachten van geweld GTPA en VPT bestaan uit ongeveer evenveel mannen als de overige verdachten van geweld in de publiek ruimte. Opvallend is dat het percentage verdachten dat bekend staat als problematisch alcohol of drugsgebruiker (dit Eindrapportage Plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak 16

18 geeft dus niet aan of iemand ten tijde van het plegen van het delict onder invloed was) bijna twee keer zo hoog is onder personen die verdacht zijn van geweld GTPA en VPT 6. Verder ligt het aantal personen dat het geweldsdelict waarvoor zij zijn aangehouden vermoedelijk tijdens het uitgaan 7 heeft gepleegd, iets lager bij de verdachten GTPA, maar een stuk lager onder de verdachten van geweld VPT. Tabel 3: Achtergrondkenmerken: Geslacht, drugs/alcoholverslaving en vermoeden van uitgaansgeweld % bekend als Verdachte is: problematisch alcohol % vermoedelijk Aantal % man of drugsgebruiker uitgaansgeweld Niet bekend als pleger geweld GTPA of VPT % 15% 16% Bekend als pleger van geweld GTPA 70 91% 27% 13% Bekend als pleger van geweld VPT 62 92% 29% 6% Totale groep DAG % 17% 16% In tabel 4 is informatie over de leeftijd van de verdachten opgenomen. Verdachten van geweld tegen werknemers met een publieke taak (zowel GTPA als VPT) zijn gemiddeld iets ouder zijn dan de rest van de geweldplegers. Dit is te meer opvallend omdat in de vergelijking tussen verdachten GTPA en VPT die wel en niet in de DAG voorkomen, al naar voren kwam dat verdachten GTPA en VPT die in de DAG voorkomen, gemiddeld jonger zijn dan de verdachten GTPA en VPT die niet in de DAG voorkomen. Op grond hiervan kan worden aangenomen dat het verschil in leeftijd tussen verdachten van geweld GTPA en VPT en verdachten van overig geweld in de publieke ruimte, over de gehele groep nog groter is. Gekeken naar de leeftijdscategorieën blijkt dat dit verschil met name komt doordat zich onder de verdachten GTPA relatief gezien minder minderjarigen en juist meer volwassenen bevinden dan onder de overige groep geweldplegers, terwijl zich onder de verdachten VPT relatief veel minderjarigen, minder jongvolwassenen en meer volwassenen bevinden. Tabel 4: Achtergrondkenmerken: Leeftijd en leeftijdscategorie Verdachte is: Gem. leeftijd % minderjarigen (t/m 17 jaar) % jongvolwassenen (18 t/m 24 jaar) % volwassenen (25 jaar en ouder) Niet bekend als pleger geweld GTPA of VPT 27,4 16% 39% 45% Bekend als pleger van geweld GTPA 28,3 9% 36% 56% Bekend als pleger van geweld VPT 31,8 23% 24% 53% Totale groep DAG 27,7 16% 38% 46% Van alle verdachten uit de Dadergerichte Aanpak Geweld is in beeld gebracht hoe vaak zij in de afgelopen 2 jaar zijn geregistreerd als verdachte van een geweldsincident en hoe vaak zij in de afgelopen 10 jaar 8 zijn geregistreerd als verdachte, betrokkene, getuige en slachtoffer of aangever van een geweldsincident. Deze gegevens zijn weergegeven in tabel 5. Er is niet onderzocht of de personen daadwerkelijk schuldig zijn bevonden, het gaat hier om registraties in het politiesysteem en dus niet om veroordelingen. Deze cijfers schetsen een beeld van de mate waarin iemand in aanraking komt met geweld. 6 Met de interpretatie hiervan dient enige terughoudendheid in acht gehouden te worden: het gaat hier om informatie uit de klantenkaarten van het Veiligheidshuis, maar ook om waarnemingen van politie die zij geregistreerd hebben. Hoe vaker iemand in contact is met politie, hoe groter de kans dat áls hij of zij bijvoorbeeld drugsverslaafde is, dit wordt geregistreerd door politie. Als dit niet door politie geregistreerd is, wil dit dus niet zeggen dat een verdachte niet verslaafd is. noot van maken! 7 Dit is gebaseerd op het tijdstip en de locatie (binnenstad Utrecht, op vrijdag zaterdag of zondagochtend tussen 0.00 en 7.00 uur) waar het geweld waarvoor de verdachte is aangehouden, is gepleegd. 8 Er is gekeken naar het totaal aantal registraties in het politiesysteem Module Integrale Bevraging (MIB), deze gaan gemiddeld niet verder dan 10 jaar terug. Eindrapportage Plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak 17

19 Vooral opvallend is dat verdachten van geweld GTPA en VPT in de afgelopen 10 jaar substantieel vaker geregistreerd zijn als verdachte van geweld, terwijl het aantal registraties als betrokkene, getuige en slachtoffer of aangever ongeveer overeen komt. Tabel 5: Geweldsgeschiedenis: gemiddeld aantal registraties rond geweldsincidenten Verdachte is: Als verdachte in 2 jaar Als verdachte in 10 jaar Als betrokkene in 10 jaar Als getuige in 10 jaar Als slachtoffer/ aangever in 10 jaar Niet bekend als pleger geweld GTPA of VPT 1,4 2,5 0,9 0,4 0,4 Bekend als pleger van geweld GTPA 1,7 4,1 1,3 0,3 0,5 Bekend als pleger van geweld VPT 1,9 4,0 1,0 0,3 0,4 Totale groep DAG 1,5 2,7 0,9 0,4 0,5 Binnen de Dadergerichte Aanpak Geweld zijn verdachten van geweld op grond van het aantal registraties als verdachte in de afgelopen twee jaar getypeerd als incidentele, recidiverende en ernstig recidiverende geweldplegers. Voor de duidelijkheid worden deze typen geweldplegers hier nogmaals gedefinieerd: Incidentele geweldpleger: een verdachte die in de afgelopen twee jaar één keer is geregistreerd als verdachte van een geweldsincident; Recidiverende geweldpleger: een verdachte die in de afgelopen twee jaar 2 of 3 keer is geregistreerd als verdachte van geweld; Ernstig recidiverende geweldpleger: een verdachte die in de afgelopen twee jaar 4 keer of vaker is geregistreerd als verdachte van geweld. Uit tabel 6 blijkt dat verdachten van geweld GTPA en VPT vaker dan de overige geweldplegers in de publieke ruimte getypeerd worden als recidiverende dan wel ernstig recidiverende geweldpleger. Tabel 6: Typering als incidentele, recidiverende of ernstig recidiverende geweldpleger Verdachte is: % incidentele geweldpleger % recidiverende geweldpleger % ernstig recidiverende geweldpleger Niet bekend als pleger geweld GTPA of VPT 75% 21% 4% Bekend als pleger van geweld GTPA 59% 34% 7% Bekend als pleger van geweld VPT 61% 26% 13% Totale groep DAG 73% 22% 5% Of een verdachte bekend is in het Veiligheidshuis, geeft mogelijk aanknopingspunten voor de inzet van een persoonsgerichte aanpak voor daders van geweld tegen werknemers met een publieke taak. Het soort overleg waarin een verdachte is besproken, zegt iets over de achtergrond van de verdachte. Het gaat er hier niet om of de verdachte n.a.v. het huidige geweldsdelict is besproken in het Veiligheidshuis, maar of de verdachte ooit in het Veiligheidshuis is besproken, dit kan dus ook een aantal jaar geleden zijn. In tabel 7 zijn deze gegevens weergegeven. Over het algemeen geldt dat verdachten van geweld GTPA en VPT vaker in het Veiligheidshuis bekend zijn dan de overige geweldplegers. Zij zijn vaker in de diverse overleggen besproken dan de overig geweldplegers. Opvallend is dat verdachten Eindrapportage Plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak 18

20 GTPA en VPT vooral vaker in het Justitieel Casusoverleg Veelplegers (JCV) en het Justitieel Casusoverleg Huiselijk Geweld (JCHG) zijn besproken. Tabel 7: Bekendheid in het Veiligheidshuis Verdachte is: % bekend in VH 9 Besproken in JCJ 10 Besproken in JCV 11 Besproken in JCHG 12 Besproken in JOVO 13 Besproken in EOG 14 Niet bekend als pleger geweld GTPA of VPT 27% 16% 6% 4% 3% 1% Bekend als pleger van geweld GTPA 37% 13% 17% 7% 11% 0% Totale groep DAG 29% 16% 8% 5% 4% 1% Onderzoeksvraag 1.3: Is er overlap tussen de verdachten van geweld GPTA en VPT? In bovenstaande beschrijving zijn telkens de verdachten van geweld GTPA en VPT afgezet tegen de overige verdachten van geweldsdelicten in de publieke ruimte. Slechts één persoon is verdachte van zowel geweld GTPA als geweld VPT en op grond van deze gegevens kan geen algemeen beeld worden gegeven van verdachten die zowel geweld GTPA als geweld VPT plegen. In de onderzoeksgroep is dus zeer weinig overlap te vinden tussen verdachten van geweld tegen politieambtenaren en verdachten van geweld tegen andere werknemers met een publieke taak. Omdat de projectcodes op grond waarvan de onderzoeksgroep is samengesteld niet heel nauwkeurig weergeven of het geweld waarvan men verdacht wordt, gericht was tegen een werknemer met een publieke taak (zowel politie als andere werknemers), kunnen hier geen conclusies aan worden verbonden. Onderzoeksvraag 1.4: Is de onderverdeling in incidentele, recidiverende en ernstig recidiverende geweldplegers die uit de Dadergerichte Aanpak Geweld naar voren kwam, terug te vinden onder de verdachten van GTPA en VPT? Uit de Dadergerichte Aanpak Geweld kwam onder andere naar voren dat de verdachten die getypeerd waren als recidiverende geweldpleger en ernstige recidiverende geweldpleger op een aantal kenmerken verschillen van de incidentele geweldplegers. In dit onderdeel wordt kort teruggekeken naar de verschillen die uit de analyse van de geweldplegers in de Dadergerichte Aanpak Geweld naar voren kwamen, en wordt aangegeven of deze verschillen ook terug te zien zijn bij de verdachten van geweld GTPA en VPT. In tabel 8 de aantallen incidentele, recidiverende en ernstig recidiverende geweldplegers weergegeven binnen de verschillende groepen verdachten. Omdat het aantal ernstig recidiverende geweldplegers onder de verdachten GTPA en VPT vrij laag is, dienen de resultaten voor deze groep enigszins terughoudend geïnterpreteerd te worden. 9 VH: Veiligheidshuis, ofwel het Veiligheidshuis Utrecht ofwel Veiligheidshuis Amersfoort 10 Justitieel Casusoverleg Jeugd 11 Justitieel Casusoverleg Veelplegers 12 Justitieel Casusoverleg Huiselijk Geweld 13 Justitieel Casusoverleg Jongvolwassenen of Groepsaanpak 14 Overleg Ernstig Overlastgevende Gezinnen Eindrapportage Plegers van geweld tegen werknemers met een publieke taak 19

Samenvatting. Vraagstelling. Welke ontwikkelingen zijn er in de omvang, aard en afdoening van jeugdcriminaliteit in de periode ?

Samenvatting. Vraagstelling. Welke ontwikkelingen zijn er in de omvang, aard en afdoening van jeugdcriminaliteit in de periode ? Samenvatting Het terugdringen van de jeugdcriminaliteit is een belangrijk thema van het beleid van het Ministerie van Veiligheid en Justitie. Met het beleidsprogramma Aanpak Jeugdcriminaliteit is de aanpak

Nadere informatie

Jeugdige recidiverende woninginbrekers

Jeugdige recidiverende woninginbrekers Jeugdige recidiverende woninginbrekers Utrecht, 17 februari 2014 Pepijn van Amersfoort en Sander Scherders Inleiding De aanpak van woninginbraken heeft prioriteit in de regio Utrecht (Regionale Veiligheidsstrategie

Nadere informatie

Samenvatting. Aard en omvang van geweld

Samenvatting. Aard en omvang van geweld Samenvatting Dit rapport doet verslag van het onderzoek naar huiselijk en publiek geweld. Het omvat drie deelonderzoeken, alle gericht op het beschrijven van geweld en geweldplegers. Doelstelling van het

Nadere informatie

SAMENVATTING Achtergrond Onderzoeksopzet

SAMENVATTING Achtergrond Onderzoeksopzet SAMENVATTING Achtergrond De laatste jaren is er een toenemende aandacht van de overheid voor de aanpak van kindermishandeling en partnergeweld. Het kabinet heeft in 2007 het actieplan Kinderen Veilig Thuis

Nadere informatie

Bont en Blauw Samenvatting

Bont en Blauw Samenvatting Bont en Blauw Samenvatting Ilse van Leiden Henk Ferwerda Samenvatting Politieagenten lopen het risico om tijdens de uitvoering van de taak zelf beledigd, bedreigd en soms ook mishandeld te worden. De

Nadere informatie

Aandeel van de meest frequent vervolgde daders in de strafzaken van

Aandeel van de meest frequent vervolgde daders in de strafzaken van Samenvatting De problematiek van de veelplegers staat momenteel hoog op de politieke en maatschappelijke agenda. Er is een wetsvoorstel ingediend om deze categorie delinquenten beter aan te kunnen pakken.

Nadere informatie

Monitor 2007 Veelplegers Twente

Monitor 2007 Veelplegers Twente Monitor 27 Twente A. Kruize J. Snippe M. van Zwieten B. Bieleman COLOFON Stichting INTRAVAL Postadres: Postbus 1781 971 BT Groningen E-mail info@intraval.nl www.intraval.nl Kantoor Groningen: Kantoor Rotterdam:

Nadere informatie

Samenvatting. Aanleiding

Samenvatting. Aanleiding Samenvatting Aanleiding Het strafrecht kent het strafverzwarende element voor verdachten van delicten ten opzichte van ambtenaren in de rechtmatige uitoefening van hun bediening (de naar de hoedanigheid

Nadere informatie

Monitor 2006 veelplegers Twente

Monitor 2006 veelplegers Twente Monitor 2006 Twente A. Kruize J. Snippe M. van Zwieten B. Bieleman Monitor 2006 Veelplegers Twente Mei 2007 I NTRAVAL Groningen-Rotterdam COLOFON Stichting INTRAVAL Postadres: Postbus 1781 9701 BT Groningen

Nadere informatie

Projectplan Veilige Publieke Taak Twente

Projectplan Veilige Publieke Taak Twente Projectplan Veilige Publieke Taak Twente Februari 2014 Algemeen Drie op de vijf medewerkers met een publieke taak krijgen geregeld te maken met agressie en geweld tijdens de uitvoering van hun werkzaamheden.

Nadere informatie

DPENBAAR MINISTERIE. College van procureurs-generaal. 2595AJ Den Haag

DPENBAAR MINISTERIE. College van procureurs-generaal. 2595AJ Den Haag DPENBAAR MINISTERIE College van procureurs-generaal Postbus 20305, 2500 EH Den Haag Ministerie van Justitie en Veiligheid t.a.v. Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid Mevrouw A. Broekers-Knol Postbus

Nadere informatie

SAMENVATTING. Inleiding

SAMENVATTING. Inleiding SAMENVATTING Inleiding De Wet tijdelijk huisverbod (Wth) is op 1 januari 2009 in werking getreden. Met een huisverbod kan een (potentiële) pleger van huiselijk geweld tien dagen uit huis worden geplaatst.

Nadere informatie

Nieuwe dadergroep vraagt aandacht

Nieuwe dadergroep vraagt aandacht Er is een nieuwe groep van jonge, zeer actieve veelplegers die steeds vaker met de politie in aanraking komt / foto: Pallieter de Boer. Nieuwe dadergroep vraagt aandacht Jongere veelplegers roeren zich

Nadere informatie

Werkinstructie werkgever en werknemer bij aangifte/melding

Werkinstructie werkgever en werknemer bij aangifte/melding Agressie en geweld tegen medewerkers met een publieke taak* Werkinstructie werkgever en werknemer bij aangifte/melding * Publieke taak Onder de publieke taak vallen medewerkers van diverse organisaties

Nadere informatie

Aantal misdrijven blijft dalen

Aantal misdrijven blijft dalen Aantal misdrijven blijft dalen Vorig jaar zijn er minder strafbare feiten gepleegd. Daarmee zet de daling, die al zeven jaar te zien is, door. Het aantal geregistreerde aangiftes van een misdrijf (processen

Nadere informatie

Rapportage. Politie in aanraking met veteranen. Stuurgroep Politie in aanraking met veteranen

Rapportage. Politie in aanraking met veteranen. Stuurgroep Politie in aanraking met veteranen Rapportage Politie in aanraking met veteranen Stuurgroep Politie in aanraking met veteranen Doorn 9 juni 2011 1 Aanleiding en opzet van het onderzoek In de uitvoering van haar taak komt de politie ook

Nadere informatie

Oud en Nieuw Landelijk beeld jaarwisseling in Nederland

Oud en Nieuw Landelijk beeld jaarwisseling in Nederland Oud en Nieuw 2014-2015 Landelijk beeld jaarwisseling 2014-2015 in Nederland Pagina 2 van 15 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 4 2. Landelijk beeld... 5 Aantal jaarwisseling gerelateerde gebeurtenissen... 6

Nadere informatie

Monitor 2005 veelplegers Twente

Monitor 2005 veelplegers Twente Monitor 2005 veelplegers Twente Mei 2006 I NTRAVAL Groningen-Rotterdam COLOFON Stichting INTRAVAL Postadres: Postbus 1781 9701 BT Groningen E-mail info@intraval.nl www.intraval.nl Kantoor Groningen: Kantoor

Nadere informatie

Management samenvatting

Management samenvatting Management samenvatting Achtergrond, doelstelling en aanpak Op 1 januari 2014 is de Wet conservatoir beslag ten behoeve van het slachtoffer (hierna: conservatoir beslag) 1 in werking getreden. Doel van

Nadere informatie

5 Vervolging. M. Brouwers en A.Th.J. Eggen

5 Vervolging. M. Brouwers en A.Th.J. Eggen 5 Vervolging M. Brouwers en A.Th.J. Eggen In 2012 werden 218.000 misdrijfzaken bij het Openbaar Ministerie (OM) ingeschreven. Dit is een daling van 18% ten opzichte van 2005. In 2010 was het aantal ingeschreven

Nadere informatie

Jeugdcriminaliteit en jeugdveiligheid in Groningen

Jeugdcriminaliteit en jeugdveiligheid in Groningen FACTSHEET Jeugdcriminaliteit en jeugdveiligheid in Groningen In deze factsheet worden trends en ontwikkelingen ten aanzien van de jeugdcriminaliteit en jeugdveiligheid in de provincie Groningen behandeld.

Nadere informatie

FACTSHEET. Landelijk programma Aanpak geweld. Landelijk programma Aanpak geweld

FACTSHEET. Landelijk programma Aanpak geweld. Landelijk programma Aanpak geweld FACTSHEET Landelijk programma Aanpak geweld Landelijk programma Aanpak geweld Het Landelijk programma Aanpak geweld is van start gegaan op 1 januari 2012 en had als doel een slagvaardige integrale aanpak

Nadere informatie

Fact sheet Volwassenencriminaliteit en risicofactoren

Fact sheet Volwassenencriminaliteit en risicofactoren Fact sheet Volwassenencriminaliteit en risicofactoren nummer 1 juni 2012 Categorieën/doelgroepen First offender: een persoon van 18 jaar of ouder die voor het eerst in aanraking is gekomen met Justitie.

Nadere informatie

Monitor 2013 Veelplegers Twente

Monitor 2013 Veelplegers Twente Monitor 213 Veelplegers Twente A. Kruize J. Snippe B. Bieleman 1. Inleiding Het thema veelplegers blijft actueel en is één van de speerpunten van beleid. Voor een goede beleidsvorming en -uitvoering voor

Nadere informatie

Samenvatting. De onderzoeksgroep

Samenvatting. De onderzoeksgroep Samenvatting In 2002 is door het WODC een onderzoek uitgevoerd naar de praktijk van de jeugdreclassering (Kruissink & Verwers, 2002). Dat onderzoek richtte zich op een steekproef uit de groep jongeren

Nadere informatie

Samenvatting Tabel a Enkele achtergronden van ex-gedetineerden uitgestroomd tussen 1996 en 1999

Samenvatting Tabel a Enkele achtergronden van ex-gedetineerden uitgestroomd tussen 1996 en 1999 Samenvatting Welke recidive volgt er op de gevangenisstraffen die in ons land worden opgelegd? Ondanks een forse toename van het aantal beschikbare plaatsen heeft het Nederlands gevangeniswezen moeite

Nadere informatie

Samenvatting Jeugdinterventieprogramma: Nieuwe Perspectieven (NP) Lotte Loef

Samenvatting Jeugdinterventieprogramma: Nieuwe Perspectieven (NP) Lotte Loef Samenvatting Jeugdprogramma: Nieuwe Perspectieven (NP) Lotte Loef Samenvatting Jeugdprogramma: Nieuwe Perspectieven (NP) Amsterdam, 4 augustus 2011 Lotte Loef DSP groep BV Van Diemenstraat 374 1013 CR

Nadere informatie

AANGIFTE ONDER NUMMER

AANGIFTE ONDER NUMMER AANGIFTE ONDER NUMMER Implementatie, toepassing en eerste resultaten van de nieuwe regeling Aangifte onder nummer Samenvatting Monique Bruinsma Tom van Ham Manon Hardeman Henk Ferwerda Samenvatting Wanneer

Nadere informatie

Reclassering Nederland. in 500 woorden. Reclassering Nederland. Naar een veiliger samenleving. roeghulp. dvies. oezicht edrags raining.

Reclassering Nederland. in 500 woorden. Reclassering Nederland. Naar een veiliger samenleving. roeghulp. dvies. oezicht edrags raining. in 500 woorden Naar een veiliger samenleving roeghulp dvies oezicht edrags raining e r k traf Dit is is een onafhankelijke organisatie die werkt aan een veiliger samenleving. Samen met justitie, politie,

Nadere informatie

Inzicht in de opbrengsten en effecten van Veiligheidshuizen

Inzicht in de opbrengsten en effecten van Veiligheidshuizen Rendementsanalyse Inzicht in de opbrengsten en effecten van Veiligheidshuizen Basismonitor waarmee VH zelf hun effectiviteit kunnen (laten) meten - Stappenmeter om meer zicht te krijgen op de samenwerking

Nadere informatie

FLEVOMONITOR 2006 Kwetsbare Groepen en Huiselijk Geweld. Annemieke Benschop, Susan Place, Marije Wouters & Dirk J. Korf

FLEVOMONITOR 2006 Kwetsbare Groepen en Huiselijk Geweld. Annemieke Benschop, Susan Place, Marije Wouters & Dirk J. Korf FLEVOMONITOR 2006 Kwetsbare Groepen en Huiselijk Geweld Annemieke Benschop, Susan Place, Marije Wouters & Dirk J. Korf Dit onderzoek is uitgevoerd door het Bonger Instituut voor Criminologie van de Universiteit

Nadere informatie

5 Samenvatting en conclusies

5 Samenvatting en conclusies 5 Samenvatting en conclusies In 2008 werden in Nederland bijna 5,2 miljoen mensen het slachtoffer van criminaliteit (cbs 2008). De meeste van deze slachtoffers kregen te maken met diefstal of vernieling,

Nadere informatie

Monitor Veelplegers 2016

Monitor Veelplegers 2016 Factsheet 2016-4 Monitor Veelplegers 2016 Trends in de populatie zeer actieve veelplegers uit de periode 2003 tot en met 2014 Auteurs: M.G.J.C. Beerthuizen, N. Tollenaar, A.M. van der Laan Juni 2016 Mensen

Nadere informatie

Oud en Nieuw

Oud en Nieuw Oud en Nieuw 2015-2016 Landelijk beeld jaarwisseling 2015-2016 in Nederland Auteur: Dienst Landelijke Informatie Organisatie (DLIO) Status: Definitief Versie 2.0 6 januari 2016 Rubricering: Politie Intern

Nadere informatie

Reclassering Nederland. in 500 woorden. Reclassering Nederland. Naar een veiliger samenleving. roeghulp. dvies. oezicht edrags raining.

Reclassering Nederland. in 500 woorden. Reclassering Nederland. Naar een veiliger samenleving. roeghulp. dvies. oezicht edrags raining. in 500 woorden Naar een veiliger samenleving roeghulp dvies oezicht edrags raining e r k traf Dit is is een onafhankelijke organisatie die werkt aan een veiliger samenleving. Samen met justitie, politie,

Nadere informatie

ECLI:NL:RBUTR:2011:BT1675

ECLI:NL:RBUTR:2011:BT1675 ECLI:NL:RBUTR:2011:BT1675 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 07-09-2011 Datum publicatie 15-09-2011 Zaaknummer 16-600572-11 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/jenv]

Nadere informatie

Vervolging. N.E. de Heer-de Lange

Vervolging. N.E. de Heer-de Lange 6 Vervolging N.E. de Heer-de Lange Dit hoofdstuk beschrijft de fase van vervolging. Hierbij gaat het om de verdachten die worden vervolgd, de strafbare feiten die de basis vormen voor hun strafzaken, en

Nadere informatie

Samenvatting. Tabel a Onderzoeksaantallen recidivemetingen ex-pupillen JJI uitgesplitst naar wettelijk kader

Samenvatting. Tabel a Onderzoeksaantallen recidivemetingen ex-pupillen JJI uitgesplitst naar wettelijk kader Welke strafrechtelijke recidive volgt er op opnames in justitiële jeugdinrichtingen? In de justitiële jeugdinrichtingen (JJI s) vindt opvang plaats van jongeren in voorlopige hechtenis en wordt uitvoering

Nadere informatie

Samenvatting. factoren betreft), en scoren zij anders waar het gaat om het soort en de

Samenvatting. factoren betreft), en scoren zij anders waar het gaat om het soort en de Samenvatting Dit onderzoek richt zich op het verband tussen de aanwezigheid van risico- en protectieve factoren en de latere ontwikkeling van delinquent gedrag in een groep risicojongeren. De volgende

Nadere informatie

De uitvoering van het jeugdstrafrecht

De uitvoering van het jeugdstrafrecht Stelselwijziging Jeugd Factsheet De uitvoering van het jeugdstrafrecht Na inwerkingtreding van de Jeugdwet De uitvoering van het jeugdstrafrecht 1 De uitvoering van het jeugdstrafrecht 2 Inleiding Deze

Nadere informatie

Stelselwijziging Jeugd. Factsheet. De uitvoering van het jeugdstrafrecht. Na inwerkingtreding van de Jeugdwet

Stelselwijziging Jeugd. Factsheet. De uitvoering van het jeugdstrafrecht. Na inwerkingtreding van de Jeugdwet Stelselwijziging Jeugd Factsheet De uitvoering van het jeugdstrafrecht Na inwerkingtreding van de Jeugdwet Inleiding Dit memo heeft betrekking op de uitvoering van het jeugdstrafrecht na de invoering

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Der Staten-Generaal Postbus 20301 2500 EA DEN HAAG Onderwerp Voortgang aanpak criminele jeugdgroepen 1. Inleiding De

Nadere informatie

Q & A Wet middelenonderzoek bij geweldplegers

Q & A Wet middelenonderzoek bij geweldplegers Q & A Wet middelenonderzoek bij geweldplegers Wat is het doel van de Wet middelenonderzoek bij geweldplegers? Met de Wet middelenonderzoek bij geweldplegers wil het kabinet het geweld onder invloed van

Nadere informatie

Samenvatting. Aanleiding onderzoek

Samenvatting. Aanleiding onderzoek Samenvatting Aanleiding onderzoek In Nederland kan aan individuen met een psychische stoornis die een ernstig misdrijf hebben gepleegd, de maatregel terbeschikkingstelling (tbs) worden opgelegd. Indien

Nadere informatie

Samenvatting. 1 Letterlijk: Ontzegging van de Bevoegdheid Motorrijtuigen te besturen.

Samenvatting. 1 Letterlijk: Ontzegging van de Bevoegdheid Motorrijtuigen te besturen. Op 24 juni 1998 is de Wegenverkeerswet 1994 (WVW 1994) gewijzigd. Deze wijziging komt voort uit de wens van de Tweede Kamer om te komen tot een strengere aanpak van gevaarlijk rijgedrag in het verkeer.

Nadere informatie

Omvang van verschillende sanctiegroepen; volwassen en jeugdige daders met minstens één strafzaak afgedaan in 1997

Omvang van verschillende sanctiegroepen; volwassen en jeugdige daders met minstens één strafzaak afgedaan in 1997 Welke recidive volgt er op de sancties die in Nederland worden opgelegd? Het Nederlandse strafrecht kent een uitgebreid pakket aan straffen en maatregelen, maar we weten niet goed welke uitstroomresultaten

Nadere informatie

Stelselwijziging Jeugd. Factsheet. De uitvoering van het jeugdstrafrecht. Na inwerkingtreding van de Jeugdwet

Stelselwijziging Jeugd. Factsheet. De uitvoering van het jeugdstrafrecht. Na inwerkingtreding van de Jeugdwet Stelselwijziging Jeugd Factsheet De uitvoering van het jeugdstrafrecht Na inwerkingtreding van de Jeugdwet Inleiding Deze factsheet heeft betrekking op de uitvoering van het jeugdstrafrecht na de invoering

Nadere informatie

Bijna de helft van de geweldsmisdrijven wordt in de openbare ruimte gepleegd / foto: Inge van Mill.

Bijna de helft van de geweldsmisdrijven wordt in de openbare ruimte gepleegd / foto: Inge van Mill. Bijna de helft van de geweldsmisdrijven wordt in de openbare ruimte gepleegd / foto: Inge van Mill. secondant #2 april 2009 7 Geweldsdelicten tussen - Daling van geweld komt niet uit de verf Crimi-trends

Nadere informatie

Juridische basiskennis over de maatregel TBS, oplegging en verlenging

Juridische basiskennis over de maatregel TBS, oplegging en verlenging TBS voor Dummies Juridische basiskennis over de maatregel TBS, oplegging en verlenging Auteur: Miriam van der Mark, advocaat-generaal en lid van de Kerngroep Forum TBS Algemeen De terbeschikkingstelling

Nadere informatie

Huiselijk Geweld in 's-hertogenbosch. Omvang, kenmerken en meldingen

Huiselijk Geweld in 's-hertogenbosch. Omvang, kenmerken en meldingen Huiselijk Geweld in 's-hertogenbosch Omvang, kenmerken en meldingen O&S oktober 2003 Inhoudsopgave Inhoudsopgave Samenvatting 1. Inleiding Plan Plan van van Aanpak Aanpak Huiselijk Geweld Geweld Inhoud

Nadere informatie

Potentiële Voortijdig Schoolverlaters in Nederland Toelichting bij de tabellen

Potentiële Voortijdig Schoolverlaters in Nederland Toelichting bij de tabellen Potentiële Voortijdig Schoolverlaters in Nederland Toelichting bij de tabellen Definitie Voortijdig schoolverlaters zijn leerlingen tot 23 jaar die het (reguliere) onderwijs verlaten zonder dat zij een

Nadere informatie

3.2.1 Aard en karakter van de gedragsaanwijzing

3.2.1 Aard en karakter van de gedragsaanwijzing 3.2 De bevoegdheid van de officier van justitie tot het geven van een gedragsaanwijzing 3.2.1 Aard en karakter van de gedragsaanwijzing Zoals in het voorgaande aan de orde kwam, kunnen bepaalde tot ernstige

Nadere informatie

CONVENANT 'JOIN THE CLUB VEILIGE PUBLIEKE TAAK' TILBURG

CONVENANT 'JOIN THE CLUB VEILIGE PUBLIEKE TAAK' TILBURG CONVENANT 'JOIN THE CLUB VEILIGE PUBLIEKE TAAK' TILBURG Gemeente Tilburg en werkgevers in de (semi)publieke sector 1 Inleiding Ambulancepersoneel, buschauffeurs, medewerkers van zorginstellingen, gemeentes,

Nadere informatie

Eenduidige Landelijke afspraken Bij agressie en geweld tegen functionarissen met een publieke taak

Eenduidige Landelijke afspraken Bij agressie en geweld tegen functionarissen met een publieke taak Eenduidige Landelijke afspraken Bij agressie en geweld tegen functionarissen met een publieke taak Inleiding In het programma Veilige Publieke Taak van 18 oktober 2007 1 hebben de ministers van Binnenlandse

Nadere informatie

Wat is een Veiligheidshuis?

Wat is een Veiligheidshuis? Wat is een Veiligheidshuis? Uit landelijk Programmaplan (2011): Een Veiligheidshuis is een lokaal of regionaal samenwerkingsverband tussen verschillende partners gericht op integrale, operationele en persoons-

Nadere informatie

Als er sprake is van een incident op heterdaad (tijdens of kort na plegen) en het gaat om een mishandeling of een bedreiging met mishandeling:

Als er sprake is van een incident op heterdaad (tijdens of kort na plegen) en het gaat om een mishandeling of een bedreiging met mishandeling: 1-2-3 Aangiftewijzer Geweld, bedreiging en belediging tegen de gerechtsdeurwaarder Soms heeft de gerechtsdeurwaarder te maken met agressie en geweld. Helaas worden strafbare feiten niet altijd en automatisch

Nadere informatie

DNA-onderzoek bij veroordeelden

DNA-onderzoek bij veroordeelden Regelingen en voorzieningen CODE 6.5.2.3 DNA-onderzoek bij veroordeelden algemene informatie bronnen ministerie van Veiligheid en Justitie: www.rijksoverheid.nl, januari 2011 brochure de wet DNA-onderzoek

Nadere informatie

6 Samenvatting en conclusies

6 Samenvatting en conclusies 6 Samenvatting en conclusies De politieregio s Twente en Zuid-Holland Zuid hebben vanaf januari 2006 een pilot uitgevoerd voor de duur van een half jaar waarin zij bij alle geregistreerde gevallen van

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

Eindexamen maatschappijwetenschappen havo II

Eindexamen maatschappijwetenschappen havo II Opgave 4 Slachtoffers van criminaliteit Bij deze opgave horen de teksten 9 tot en met 12, figuur 2 en 3 en tabel 1 uit het bronnenboekje. Inleiding Ruim drie miljoen Nederlanders worden jaarlijks het slachtoffer

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZUT:2010:BL3511

ECLI:NL:RBZUT:2010:BL3511 ECLI:NL:RBZUT:2010:BL3511 Instantie Rechtbank Zutphen Datum uitspraak 10-02-2010 Datum publicatie 10-02-2010 Zaaknummer 06/800866-09 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

Werkstraffen: succes verzekerd?

Werkstraffen: succes verzekerd? Verwey-Jonker Instituut Mr. dr. Katinka Lünnemann Drs. Guillaume Beijers Drs. Marieke Wentink MET MEDEWERKING VAN Prof. dr. Josine Junger-Tas Drs. Hetty Oomens Drs. Suzanne Tan Werkstraffen: succes verzekerd?

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Bevoegdheid en rollen

Hoofdstuk 1 Bevoegdheid en rollen Bekendmaking Rectificatie vaststelling beleid De burgemeester van Heemskerk maakt bekend een verbeterde versie van de Beleidsregel Gebiedsverboden Heemskerk vast te stellen. De daarin opgenomen verwijzingen

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Operationele Aangelegenheden Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus

Nadere informatie

Samenvatting. Inleiding. Vraagstelling onderzoek. Wetgever

Samenvatting. Inleiding. Vraagstelling onderzoek. Wetgever Samenvatting Inleiding Bij een ontzetting uit beroep of ambt wordt iemand de bevoegdheid ontzegd om een bepaald beroep of ambt voor een zekere periode uit te oefenen. Ontzettingen worden vaak opgelegd

Nadere informatie

FLEVOMONITOR 2010 Kwetsbare Groepen en Huiselijk Geweld. Annemieke Benschop & Dirk J. Korf m.m.v. Bobby Steiner

FLEVOMONITOR 2010 Kwetsbare Groepen en Huiselijk Geweld. Annemieke Benschop & Dirk J. Korf m.m.v. Bobby Steiner FLEVOMONITOR 2010 Kwetsbare Groepen en Huiselijk Geweld Annemieke Benschop & Dirk J. Korf m.m.v. Bobby Steiner Dit onderzoek is uitgevoerd door het Bonger Instituut voor Criminologie van de Universiteit

Nadere informatie

12 Veelplegers: specialisten of niet?

12 Veelplegers: specialisten of niet? Samenvatting De aandacht voor veelplegers ligt zowel beleidsmatig als wetenschappelijk vooral bij de frequentie waarmee deze daders misdrijven plegen. Dat is niet gek, want veelplegers, ook wel stelselmatige

Nadere informatie

Minder ernstig Vaker gestraft

Minder ernstig Vaker gestraft Minder ernstig Vaker gestraft Een onderzoek naar de aard en kwalificatie van jeugdcriminaliteit Samenvatting Dirk J. Korf Annemieke Benschop Tom Blom Maike Steen Universiteit van Amsterdam Bonger Instituut

Nadere informatie

ECLI:NL:RBASS:2011:BQ1377

ECLI:NL:RBASS:2011:BQ1377 ECLI:NL:RBASS:2011:BQ1377 Instantie Rechtbank Assen Datum uitspraak 15-04-2011 Datum publicatie 15-04-2011 Zaaknummer 19.605555-10 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

Samenvatting. Onderzoeksvragen

Samenvatting. Onderzoeksvragen Samenvatting Om de relatief hoge recidive onder (ex-)gedetineerden terug te dringen, wordt al tijdens detentie gewerkt aan re-integratie. Een belangrijk onderdeel van het re-integratiebeleid is het werken

Nadere informatie

De indiener vraagt de Commissie een onderzoek in te stellen naar zijn

De indiener vraagt de Commissie een onderzoek in te stellen naar zijn Samenvatting aangemelde strafzaken Toegangscommissie Dossiernummer: CEAS 2006/0001 wetenschapper Indiener vraagt de Commissie een onderzoek in te stellen naar een strafzaak, die heeft geleid tot onherroepelijke

Nadere informatie

Oud en Nieuw Landelijk beeld jaarwisseling in Nederland

Oud en Nieuw Landelijk beeld jaarwisseling in Nederland Oud en Nieuw 2016-2017 Landelijk beeld jaarwisseling 2016-2017 in Nederland Auteur: Dienst Landelijke Informatie Organisatie (DLIO) Status: Definitief Versie: 6 januari 2017 Inhoudsopgave 1. Inleiding...

Nadere informatie

Aanleiding. Probleemstelling en onderzoeksopzet. Samenvatting procesevaluatie doorzorgfunctionaris

Aanleiding. Probleemstelling en onderzoeksopzet. Samenvatting procesevaluatie doorzorgfunctionaris Samenvatting procesevaluatie doorzorgfunctionaris Aanleiding Het ministerie van Justitie en Veiligheid, onderdeel dienst Justitiële Inrichtingen, is eind 2016 gestart met de pilot doorzorgfunctionaris.

Nadere informatie

Wat hebben geweldplegers gemeen?

Wat hebben geweldplegers gemeen? Wat hebben geweldplegers gemeen? Een typologie van plegers van geweld tegen de publieke taak en van publiek geweld Inge Bakker Lisanne Drost Wouter Roeleveld Met medewerking van Erik-Jan Nap Uitgevoerd

Nadere informatie

ECLI:NL:RBUTR:2010:BN2158

ECLI:NL:RBUTR:2010:BN2158 ECLI:NL:RBUTR:2010:BN2158 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 14-07-2010 Datum publicatie 22-07-2010 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 16-711123-09 [P] Strafrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2009:BK2993

ECLI:NL:GHLEE:2009:BK2993 ECLI:NL:GHLEE:2009:BK2993 Instantie Datum uitspraak 11-11-2009 Datum publicatie 11-11-2009 Gerechtshof Leeuwarden Zaaknummer 24-002029-08 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht

Nadere informatie

Q & A Wet middelenonderzoek bij geweldplegers

Q & A Wet middelenonderzoek bij geweldplegers Q & A Wet middelenonderzoek bij geweldplegers Wat is het doel van de Wet middelenonderzoek bij geweldplegers? Met de Wet middelenonderzoek bij geweldplegers wil het kabinet het geweld onder invloed van

Nadere informatie

Veiligheidsbeeld gemeente Amersfoort

Veiligheidsbeeld gemeente Amersfoort Stad Veiligheidsbeeld gemeente Amersfoort Periode januari t/m december 2014 Afdeling Veiligheid & Wijken januari 2015 Stad met een hart Veiligheidsbeeld Amersfoort januari december 2014 Voor u ligt het

Nadere informatie

Ontwikkeling van misdrijven in Amersfoort 2003-2014

Ontwikkeling van misdrijven in Amersfoort 2003-2014 Ontwikkeling van misdrijven in Amersfoort 2003-2014 Gemeente Amersfoort Ben van de Burgwal januari 2015 In 2014 registreerde de politie voor Amersfoort 9.134 misdrijven. Ten opzichte van een jaar eerder

Nadere informatie

Daar doen we het voor! Opbrengsten en effecten van verslavingsreclassering. Samenvatting

Daar doen we het voor! Opbrengsten en effecten van verslavingsreclassering. Samenvatting Daar doen we het voor! Opbrengsten en effecten van verslavingsreclassering Samenvatting VVerwey- Jonker Instituut Samenvatting De Stichting Verslavingsreclassering GGZ (SVG) wil de maatschappelijke relevantie

Nadere informatie

Verdachtenpopulatie arrondissementsparket Amsterdam 1996: Politieregio Gooi en Vechtstreek

Verdachtenpopulatie arrondissementsparket Amsterdam 1996: Politieregio Gooi en Vechtstreek Verdachtenpopulatie arrondissementsparket Amsterdam 1996: Politieregio Gooi en Vechtstreek Amsterdam, augustus 1998 Pepijn van Amersfoort Mireille Geldorp Inhoudsopgave Inleiding 3 1 Algemene gegevens

Nadere informatie

Criminaliteit en rechtshandhaving 2013. Ontwikkelingen en samenhangen Samenvatting

Criminaliteit en rechtshandhaving 2013. Ontwikkelingen en samenhangen Samenvatting Criminaliteit en rechtshandhaving Ontwikkelingen en samenhangen Samenvatting In de jaarlijkse publicatie Criminaliteit en rechtshandhaving bundelen het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), het Wetenschappelijk

Nadere informatie

NEDERLANDSE SAMENVATTING

NEDERLANDSE SAMENVATTING NEDERLANDSE SAMENVATTING Zedendelicten vormen een groot maatschappelijk probleem met ernstige gevolgen voor zowel het slachtoffer als voor de dader. Hoewel de meeste zedendelicten worden gepleegd door

Nadere informatie

Samenvatting. Doel. Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum Cahier

Samenvatting. Doel. Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum Cahier Samenvatting Op 1 april 2014 is het adolescentenstrafrecht (ASR) in werking getreden. Met het adolescentenstrafrecht beoogt de wetgever een flexibele toepassing van het jeugden volwassenenstrafrecht rond

Nadere informatie

Presentatie Huiselijk Geweld

Presentatie Huiselijk Geweld Definitie: Huiselijk geweld is geweld dat door iemand uit de huiselijke- of familiekring van het slachtoffer wordt gepleegd. Hieronder vallen lichamelijke en seksuele geweldpleging, belaging en bedreiging

Nadere informatie

wordt per signaal beoordeeld op grond van gemiddeld vier items. In totaal zijn er 79 items.

wordt per signaal beoordeeld op grond van gemiddeld vier items. In totaal zijn er 79 items. SAMENVATTING Achtergrond en doelstelling onderzoek De Wet tijdelijk huisverbod die op 1 januari 2009 van kracht is geworden, biedt aan burgemeesters de mogelijkheid om potentiële plegers van huiselijk

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2003 341 Besluit van 25 augustus 2003, houdende wijziging van het Besluit aanwijzing Halt-feiten Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden,

Nadere informatie

Instructie Verblijfsverbod Uitgaansgebieden 15 juli 2009

Instructie Verblijfsverbod Uitgaansgebieden 15 juli 2009 Instructie Verblijfsverbod Uitgaansgebieden 15 juli 2009 Versie 2.01 Inleiding Al enige tijd is er sprake van een verslechtering van de objectieve veiligheidsindex voor de uitgaanspleinen Leidseplein en

Nadere informatie

Datum 13 augustus 2018 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over Aangiftebereidheid van minderjarige slachtoffers mensenhandel

Datum 13 augustus 2018 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over Aangiftebereidheid van minderjarige slachtoffers mensenhandel 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/jenv

Nadere informatie

ECLI:NL:RBROT:2017:6331

ECLI:NL:RBROT:2017:6331 ECLI:NL:RBROT:2017:6331 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 09-08-2017 Datum publicatie 18-08-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 10/049808-15 en 10/231146-15

Nadere informatie

Problematiek en hulpvragen van stelselmatige daders

Problematiek en hulpvragen van stelselmatige daders Problematiek en hulpvragen van stelselmatige daders Marjolein Goderie m.m.v. Bas Tierolf Katinka Lünnemann Lisette van den Heuvel December 2008 Inhoud Inleiding 5 2 Vraagstelling 7 3 Onderzoeksaanpak

Nadere informatie

openbare orde en veiligheid

openbare orde en veiligheid 125 openbare orde en veiligheid 12 126 Openbare orde en veiligheid Hengelo is van de drie Twentse steden het meest veilig, maar er is een stijgende trend zichtbaar. Het aantal geweldsdelicten in Hengelo

Nadere informatie

Voorwaardelijke straffen: Publieke steun, naleving en recidive

Voorwaardelijke straffen: Publieke steun, naleving en recidive Samenvatting (Dutch Summary) Voorwaardelijke straffen: Publieke steun, naleving en recidive Inleiding Sinds het begin van deze eeuw is de Nederlandse overheid bezorgd over de hoge recidivecijfers. Uit

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 31 015 Kindermishandeling Nr. 82 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den

Nadere informatie

Aanpak huiselijk geweld centrumgemeentegebied Amersfoort

Aanpak huiselijk geweld centrumgemeentegebied Amersfoort Aanpak huiselijk geweld centrumgemeentegebied Amersfoort De bestrijding van huiselijk geweld is een van de taken van gemeenten op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO, nu nog prestatieveld

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 9421 31 mei 2011 Richtlijn bedreiging 5.02 Categorie: strafvordering Rechtskarakter: aanwijzing i.d.z.v. artikel 130,

Nadere informatie

Oud en Nieuw 2013-2014

Oud en Nieuw 2013-2014 Oud en Nieuw 2013-2014 Landelijk beeld jaarwisseling 2013-2014 in Nederland 7 januari 2014 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Landelijk beeld... 4 Aantal jaarwisseling gerelateerde gebeurtenissen... 4

Nadere informatie

Gespreksleider: Paulien Defoer, Paulien Defoer Mediation

Gespreksleider: Paulien Defoer, Paulien Defoer Mediation 1.7 Mediation in strafrecht, ervaringen in de pilots: aan tafel! Jent Bijlsma Trickster Toaufik Elfalah Politie Utrecht Klaartje Freeke Freeke & Monster Judith Uitermark Rechtbank Noord-Holland Gespreksleider:

Nadere informatie