~ Schoolexamen en Bevorderingsreglement

Transcriptie

1 ~ Schoolexamen en Bevorderingsreglement

2 Tweede Fase SCHOOLEXAMEN- en BEVORDERINGSREGLEMENT INHOUD blz. 1. Definities 2 2. Overzicht vakken 3 3. Examennorm, rekentoets en cum laude 4 4. Bevorderingsnorm 5 5. Rapportage 6 6. Toetsweken 6 7. Voortgangstoetsen 6 8. Ziekmelding 6 9. Afwezigheid bij toetsen Te laat komen en voortijdig verlaten lokaal Herkansen van toetsen Te laat inleveren praktische opdracht Profielwerkstuk Laten staan SE-cijfers bij doubleren Overstappen van vwo 4 naar havo 4 8 gedurende het schooljaar 16. Wijzigen vakken/profiel Regeling voor leerlingen die het examenjaar 9 doubleren 18. Protocol overstap van havo 5 naar vwo Het bewaren van schoolexamens Onregelmatigheden Beroepsmogelijkheid 11 1

3 1. DEFINITIES Het centraal examen (CE) is een landelijk examen dat op school afgenomen wordt op een door de overheid bepaald tijdstip en onder door de overheid bepaalde voorwaarden. De voor dit examen behaalde resultaten bepalen voor 50% het eindcijfer voor een vak. Het schoolexamen (SE) is het totaal van onderdelen dat volgens het programma van toetsing en afsluiting (PTA) wordt getoetst. Voor vakken die uitsluitend met een schoolexamen (SE) worden afgesloten bepaalt het totaal van de onderdelen voor 100% het eindcijfer. Voor vakken die tevens met een centraal examen worden afgesloten bepaalt het totaal van de schoolexamenonderdelen voor 50% het eindcijfer. De examennorm is het geheel van voorwaarden en puntentotalen waaraan toetsen, werkstukken en opdrachten moeten voldoen om het school- of centraal examen te behalen. De bevorderingsnorm is het geheel van voorwaarden en puntentotalen waaraan voldaan moet worden teneinde toegelaten te worden tot een volgend leerjaar. Het combinatiecijfer is het gemiddelde van de vakken die daar onderdeel vanuit maken. Bij het vaststellen van het combinatiecijfer wordt uitgegaan van het afgeronde eindcijfer voor de verschillende vakken. Vakken die deel uitmaken van het combinatiecijfer moeten met een cijfer 4 of hoger beoordeeld zijn. Het profielwerkstuk (PWS) is een eindwerkstuk, dat op verschillende manieren gepresenteerd kan worden. In het profielwerkstuk combineren leerlingen hun opgedane kennis, inzicht en vaardigheden bij het uitvoeren van een zelfstandig onderzoek. Het profielwerkstuk heeft betrekking op 1 of 2 vakken uit het totale pakket van de leerling. Het gekozen hoofdvak moet een vak zijn met minimaal 320 (havo) of 440 (vwo) studielasturen. Per persoon moet 80 uur besteed worden aan het PWS. In het programma van toetsing en afsluiting (PTA) wordt aangegeven welke onderdelen van het examenprogramma in het schoolexamen worden getoetst. Verder bevat het PTA de inhoud van de onderdelen van het schoolexamen, de wijze van toetsen en de wijze waarop het cijfer voor het schoolexamen tot stand komt. Een voortgangstoets is een toets die geen deel uit maakt van het schoolexamen, maar alleen meeweegt in het voortschrijdend gemiddelde van het rapportcijfer en daarmee mede bepalend is voor de bevordering. Weging van toetsen. Het vooraf bepalen van het aandeel dat een toets/geheel van toetsen heeft in het eindcijfer voor een vak bij bevordering of schoolexamen. De beroepscommissie is de commissie bij welke een leerling in beroep kan gaan tegen beslissingen van de rector m.b.t. het schoolexamen. 2

4 2. OVERZICHT VAKKEN Vakken met zowel een schoolexamen als een centraal examen: Nederlands taal en literatuur Latijnse taal en cultuur Griekse taal en cultuur Franse taal en literatuur Duitse taal en literatuur Engelse taal en literatuur Geschiedenis Aardrijkskunde Wiskunde A Wiskunde B Wiskunde C Natuurkunde Scheikunde Biologie Economie Management en organisatie Kunst Vakken die uitsluitend met een schoolexamen worden afgerond en die met een cijfer worden beoordeeld: Culturele kunstzinnige vorming (vanaf klas ) Maatschappijleer Algemene natuurwetenschappen Bewegen, sport en maatschappij Natuur, leven en technologie Profielwerkstuk Vakken die onderdeel zijn van het combinatiecijfer: Vwo : Maatschappijleer, Algemene natuurwetenschappen, Culturele kunstzinnige vorming (vanaf klas ), Profielwerkstuk, Havo : Maatschappijleer, Culturele kunstzinnige vorming (vanaf klas ), Profielwerkstuk Onderdelen van het schoolexamen die als voldoende of goed beoordeeld moeten zijn: Culturele kunstzinnige vorming (klas 5 en 6 schooljaar ) Lichamelijke opvoeding Vak dat alleen onderdeel uitmaakt van het centraal examen Rekenen 3

5 3. EXAMENNORM, REKENTOETS en CUM LAUDE De kandidaat is geslaagd bij: 1. het gemiddelde cijfer voor het centraal examen is minimaal een 5,5 2. maximaal 1 maal 5 voor Nederlands, Engels, wiskunde en de rekentoets (alleen vwo) 3. alle eindcijfers 6 of hoger 4. 1 maal 5 5. In onderstaande gevallen moet gecompenseerd worden: het gemiddelde van alle eindcijfers moet minimaal 6,0 zijn - 1 maal 4-2 maal 5-1 maal 5 en 1 maal 4 Eén van de eindcijfers is het combinatiecijfer, dat een gemiddelde is van de onderdelen die daarin een plaats hebben gekregen. De kandidaat krijgt geen diploma indien: - Ckv (geldig voor klas 5 en 6 schooljaar ) en/of Lo in het gemeenschappelijke deel onvoldoende zijn afgesloten en er geen vrijstelling voor deze onderdelen is gegeven. - Er toetsen en/of opdrachten uit het PTA niet zijn gemaakt - Onderdelen van het combinatiecijfer lager dan met een 4 zijn beoordeeld REKENTOETS Het cijfer voor de rekentoets telt bij vwo mee als onderdeel van de kernvakkenregeling in de zak/slaagregeling. Dit betekent dat er voor Nederlands, Engels, wiskunde en de rekentoets maximaal één 5 op de eindlijst mag staan. De rekentoets telt niet mee in het gemiddelde CE-cijfer en als compensatie in de zak/slaagregeling, maar wel bij cum laude. Voor havo wordt het resultaat van de rekentoets wel vermeld op de cijferlijst, maar telt het voorlopig nog niet mee voor het behalen van een diploma. De leerling moet de rekentoets minimaal 1 keer hebben gemaakt. De rekentoets wordt afgenomen in havo 4, havo 5, vwo 5 en vwo 6. Kandidaten mogen maximaal vier keer de rekentoets doen. Kandidaten die de rekentoets hebben gedaan en hebben gehaald, hoeven deze niet opnieuw te doen. Dit geldt niet: 1. Als de kandidaat de rekentoets heeft afgelegd in het voorlaatste jaar en niet is bevorderd tot het laatste jaar, dan vervallen de met de rekentoets behaalde resultaten. De kandidaat krijgt weer vier nieuwe kansen. 2. Als een kandidaat is gezakt in het eindexamenjaar. Dan vervallen ook alle resultaten van de rekentoets. De kandidaat krijgt dan 3 nieuwe kansen in het examenjaar. 3. Een gediplomeerde havist is vrijgesteld voor de rekentoets op het vwo. De kandidaat kan er voor kiezen om de vrijstelling niet in te zetten en de rekentoets opnieuw af te leggen. Daarbij geldt het hoogste cijfer. Als het dus niet lukt om het cijfer te verhogen, mag de kandidaat terugvallen op het cijfer behaald op het havo. 4

6 N.B. Op basis van de resultaten zal de overheid een moment bepalen waarop het resultaat op de rekentoets gaat meetellen voor het behalen van het diploma op het havo. Dit kan betekenen dat er voor de leerlingen die nu in havo 4 zitten, de kans bestaat dat het cijfer ook van invloed is op het behalen van hun diploma in het schooljaar Cum laude Vwo Je bent cum laude geslaagd als het gemiddelde van je eindcijfers een 8,0 of hoger is. De rekentoets en alleen het hoogste cijfer uit het vrije deel tellen mee voor de berekening. Bovendien mag geen van de eindcijfers die bij de uitslagbepaling betrokken zijn, lager zijn dan 7. Wanneer je cum laude geslaagd bent, komt dit op je diploma te staan. Havo Je bent cum laude geslaagd als het gemiddelde van je eindcijfers een 8,0 of hoger is. Alleen het hoogste cijfer uit het vrije deel telt mee voor de berekening. De rekentoets telt dit jaar niet mee. Bovendien mag geen van de cijfers die bij de uitslagbepaling betrokken zijn, lager zijn dan 6. Wanneer je cum laude geslaagd bent, komt dit op je diploma te staan. 4. BEVORDERINGSNORM havo 4 havo 5, vwo 4 vwo 5, vwo5 vwo 6 De leerling wordt bevorderd bij: 1. alle eindcijfers 6 of hoger 2. 2 maal 5 of 1 maal 4 (niet 2 maal 5 in de kernvakken) 3. In onderstaande gevallen dient gecompenseerd te worden, met 8 vakken tot minimaal 47 punten en met 9 vakken tot minimaal 53 punten : - 1 maal 5 en 1 maal 4-3 maal 5 4. Nederlands, Engels en wiskunde maximaal - 2 maal 5-1 maal 4 5. Het eindcijfer voor de vakken Ma, Anw en Ckv is minimaal een 4. De vakken Ma en Ckv worden in havo 4 als combinatiecijfer meegerekend bij de overgang. De vakken Ma, Anw en Ckv worden in vwo 4 als combinatiecijfer meegerekend bij de overgang. Een leerling kan niet bevorderd worden indien: - Er toetsen of opdrachten uit het PTA niet zijn gemaakt - Voor Lob minder dan 15 punten (klas 4) 0f 30 punten (klas vwo 5) zijn gehaald. - Ckv onvoldoende is (vwo 5) - Fi onvoldoende is (vwo 5) Buiten de norm bespreken: Door een commissie van mentoren, JLC en conrector per leerlaag kan worden besloten of een leerling buiten de norm ter bespreking wordt voorgelegd aan de bevorderingsvergadering. 5

7 Cijfers die meetellen bij de bevordering : 8 vakken: havo 4 atheneum 5 gymnasium 5 - Ne, En, 4 profielvakken, 1 vak vrije deel, combinatiecijfer - Ne, En, Fa of Du, 4 profielvakken, 1 vak vrije deel - Ne, En, klassieke taal, 4 profielvakken, 1 vak vrije deel 9 vakken: atheneum 4 gymnasium 4 - Ne, En, Fa of Du, 4 profielvakken, 1 vak vrije deel, combinatiecijfer - Ne, En, La of Gr, 4 profielvakken, 1 vak vrije deel, combinatiecijfer N.B Leerlingen die opstromen van havo 5 naar vwo 5 mogen in vwo 5 niet doubleren. Leerlingen die opstromen van vmbo 4 naar havo 4 mogen alleen doubleren met toestemming van de bevorderingsvergadering. 5. RAPPORTAGE Het aantal rapportages per schooljaar is drie De rapportcijfers worden berekend op basis van het voortschrijdend gemiddelde en voor alle rapporten afgekapt op één decimaal. ( een 5,49 wordt een 5,4) Het eindcijfer voor het overgangsrapport is het voortschrijdend gemiddelde, afgekapt op één decimaal en daarna afgerond op een geheel cijfer. (een 5,49 wordt een 5) Het eindcijfer van het schoolexamen wordt berekend op basis van het voortschrijdend gemiddelde van alle toetsen van het schoolexamen afgerond op één decimaal (een 5,49 wordt een 5,5). 6. TOETSWEKEN Toetsing vindt voor een belangrijk deel plaats tijdens toetsweken Aantal, duur, inhoud en weging van de toetsen staan in het PTA. Het PTA wordt voor 1 oktober gepubliceerd in de ELO. Het toetsrooster wordt twee weken van te voren aan de leerlingen bekendgemaakt. De week voorafgaand aan een toetsperiode is toetsvrij. (Dit geldt ook voor praktische opdrachten, verslagen etc.) Tijdens de toetsweken zijn de leerlingen vrijgesteld van lessen. Per dag worden niet meer dan drie toetsen afgenomen. 7. VOORTGANGTOETSEN Naast toetsen die deel uit maken van het schoolexamen neemt een docent ook voortgangstoetsen af. Voortgangstoetsen maken geen deel uit van het examen. De resultaten tellen mee bij de bevordering. Het maximale aantal voortgangstoetsen voor een leerling is vier per week en twee per dag. Dit geldt niet tijdens de toetsweken. 8. ZIEKMELDING Bij ziekte moet er door ouders/verzorgers vóór 8.30 uur telefonisch bericht van verhindering worden gegeven. Tijdens toetsweken en bij schoolexamens gedurende het jaar moet de ziekmelding op iedere dag dat de leerling ziek is opnieuw gedaan worden. 6

8 Dit bericht moet schriftelijk bevestigd worden door ouders/verzorgers. Formulieren zijn te verkrijgen bij de verzuimcoördinator. Als een leerling in de loop van de dag ziek wordt en nog een toets moet maken, mag de leerling niet naar huis zonder toestemming van de jaarlaagcoördinator/conrector. Als een leerling zich niet lekker voelt en de toets toch gaat maken, kan de leerling zich hier achteraf niet op beroepen. Het cijfer telt dan gewoon mee. 9. AFWEZIGHEID BIJ TOETSEN Indien een leerling door ziekte en/of overmacht afwezig is bij een toets wordt dit middels de notatie Inh. geregistreerd in de cijferadministratie. Voor het inhalen van een gemiste voortgangstoets buiten de toetsweek maakt de leerling voor de eerst volgende rapportvergadering een afspraak met de docent. Het inhalen van toetsen uit de toetsweek gebeurt, indien mogelijk, op de daartoe aangewezen dag(en). Indien dit meer dan 3 toetsen betreft, wordt in overleg met de kandidaat naar een passende oplossing gezocht. De in te halen toets kan niet worden herkanst. Indien een leerling zonder geldige reden afwezig is bij een toets, wordt het cijfer 1 ingevuld en kan de leerling een herkansing gebruiken om de toets te maken. Een leerling mag geen vrij vragen voor buitenschoolse activiteiten (bijvoorbeeld LOBactiviteiten) op een moment dat er een schoolexamen staat gepland. 10. TE LAAT KOMEN en VOORTIJDIG VERLATEN LOKAAL Bij te laat komen tijdens toetsen wordt er geen extra tijd toegekend. Bij een 50 min. toets mogen de leerlingen het lokaal niet voortijdig verlaten. Bij een 100 min. toets mogen de leerlingen het lokaal de eerste 50 min en de laatste 15 min. niet verlaten. Een leerling die meer dan 50 min te laat is wordt bij een 100 min. toets niet meer tot de toets toegelaten. 11. HERKANSEN VAN TOETSEN De kandidaat heeft in havo 5 en vwo 6 recht op herkansing van één SE- toets per toetsperiode. In te halen toetsen kunnen niet herkanst worden. De kandidaat heeft in havo 4, vwo 4 en vwo 5 recht op twee herkansingen per jaar. De kandidaat krijgt de kans 1 toets (schoolexamen of voortgangstoets) te herkansen na de 2e toetsweek. Het mag een toets zijn uit de eerste of de tweede toetsweek, behalve als de toets is ingehaald. De kandidaat krijgt nog voor de overgangsvergadering de kans 1 toets (schoolexamen of voortgangstoets) te herkansen na de 4e toetsweek. Het mag een toets zijn uit de derde of vierde toetsweek, behalve als de toets is ingehaald. Herkansen gebeurt op de daartoe aangewezen dag(en). Voor havo 5 en vwo 6 na iedere toetsperiode. Voor havo 4, vwo 4 en vwo 5 na de tweede en vierde periode. In het PTA van de vakken is aangegeven welke toetsen niet herkansbaar zijn. Herkansen kan uitsluitend op het daartoe aangewezen moment plaatsvinden. Bij afwezigheid van de kandidaat vervalt het recht op herkansen. Op de herkansingsdag mogen geen andere toetsen gegeven worden. Bij herkansing van een toets telt het hoogst behaalde cijfer. 7

9 12. TE LAAT INLEVEREN PRAKTISCHE OPDRACHT Bij het verstrekken van een praktische opdracht wordt vermeld wanneer de opdracht uiterlijk moet zijn ingeleverd. Indien de leerling hieraan niet voldoet zal er volgens het beoordelingsmodel puntenaftrek plaatsvinden. 13. PROFIELWERKSTUK Plagiaat Vaststellen van plagiaat betekent een NO GO het ingeleverde hoofdstuk moet opnieuw. Inleveren van een ander werkstuk dan het eigen, een volledig overgenomen werkstuk aan het eind of grote stukken overnemen zonder bronvermelding wordt beschouwd als fraude en wordt becijferd met een 1. De leerling moet het PWS opnieuw maken met een nieuw onderwerp, ten koste van een herkansing Afsluiten PWS met tenminste een 4 Wanneer het PWS met een cijfer lager dan een 4 is beoordeeld, dient de leerling een aanvullende opdracht te maken om alsnog een 4 te krijgen. De begeleider geeft aan wat de leerling moet doen om de 4 te halen. Deze aanvullende opdracht komt in de plaats van een herkansing PWS traject doubleurs Een doubleur havo 4 of vwo 5 gebruikt het gedoubleerde jaar om het PWS af te ronden. In september is er een beslisgesprek voor duo s met een doubleur. Na dit gesprek bevestigt de mentor aan ouders dat deze samenwerking doorgang heeft en de leerling het PWS traject volgt in havo 4 of vwo 5. Indien de havo 4 of vwo 5 leerling niet voldoende inzet pleegt: - Volgt een waarschuwing van de PWS begeleider - Stopt de PWS begeleider de samenwerking ieder maakt het zelfstandig af en krijgt een eigen cijfer. - Dwingt de PWS begeleider de havo 4 of vwo 5 leerling te stoppen Hij/zij moet het PWS helemaal opnieuw starten met een ander onderwerp. 14. LATEN STAAN SE-CIJFERS BIJ DOUBLEREN Schriftelijke toetsen Bij doubleren in de klassen havo 4, vwo 4 en vwo 5 geldt dat de resultaten voor alle, in dat schooljaar afgenomen, schriftelijke toetsen vervallen. Praktische opdrachten Praktische opdrachten die zijn afgesloten met een cijfer 7,0 of hoger hoeven niet opnieuw te worden uitgevoerd. Indien er een wijziging van de te toetsen stof is opgetreden en de praktische opdracht nog niet getoetste stof betreft, moet de praktische opdracht opnieuw worden gemaakt. De vakken BSM, Kunst, NLT en LO vallen niet onder bovengenoemde regeling. Daar worden alle onderdelen van het SE opnieuw afgelegd. Afgesloten schoolexamen/vak Voor vakken die afgesloten zijn met een schoolexamen wordt, mits een cijfer 7 of V/G is behaald dispensatie verleend; deze schoolexamens hoeven niet opnieuw te worden afgelegd. Indien de leerling er voor kiest het schoolexamen wel opnieuw af te leggen telt het laatst behaalde resultaat. De leerling meldt zich tijdens de uren van deze vakken in het Open Leer Centrum en gaat aan andere vakken werken. 8

10 In het schooljaar wordt het vak Ckv door alle leerlingen in klas 4 opnieuw gedaan, omdat het vak verandert. In vwo 5 hoeft het vak FI niet opnieuw worden gevolgd indien dit is afgesloten met V/G. Bij Ckv in vwo 5 neemt de leerling wel deel aan de gemeenschappelijke activiteiten. 15. OVERSTAPPEN VAN VWO 4 NAAR HAVO 4 GEDURENDE HET SCHOOLJAAR Overstappen van vwo 4 naar havo 4 gedurende het schooljaar kan alleen met instemming van de schoolleiding, uiterlijk na het bekend worden van de cijfers van de 2 e toetsweek. Er vindt geen omrekening plaats van het cijfer naar havoniveau. In overleg met de betrokken conrector wordt bepaald welke toetsen ingehaald moeten worden en welke cijfers wel/niet meegenomen worden naar havo WIJZIGEN VAKKEN/PROFIEL Wijziging van vak kan niet later dan direct na het eerste rapport. Er kan slechts 1 vak gewijzigd worden. Verandering van profiel kan niet later dan direct na het eerste rapport en uitsluitend wanneer de wijziging slechts 1 vak betreft. 17. REGELING VOOR LEERLINGEN DIE HET EXAMENJAAR DOUBLEREN Voor het centraal examen behaalde resultaten mogen niet blijven staan. Alle onderdelen van het CE dienen opnieuw te worden afgelegd. Voor het SE mag de leerling voldoende (6,0 of hoger) resultaten laten staan voor de volgende onderdelen: praktische opdracht, mondeling literatuur, eindverslag LO, PWS (indien het PWS onvoldoende is maar het combinatiecijfer voldoende, blijft het cijfer voor het PWS staan). Indien er een wijziging van de te toetsen stof is opgetreden en de praktische opdracht nog niet getoetste stof betreft, kan de docent echter eisen dat ook de praktische opdracht deel uitmaakt van het opnieuw te toetsen schoolexamen. De vakken BSM, Kunst, NLT en LO (behalve eindverslag) vallen niet onder bovengenoemde regeling. Daar worden alle onderdelen van het SE opnieuw afgelegd. Voor 1 oktober wordt met de leerling besproken en schriftelijk vastgelegd welke van deze resultaten blijven staan. De ouders en leerlingen ontvangen een getekende kopie hiervan. Bij overdoen telt het laatst behaalde resultaat. Alle andere toetsresultaten vervallen. 18. Protocol overstap van havo 5 naar vwo 5 Eisen voor doorstromen havo 5 naar vwo 5: 1. Leerlingen zijn in het bezit van een Havo diploma. 2. Leerlingen melden zich zo tijdig mogelijk aan (voor 1 april). 3. Bij elke aanmelding voert de decaan een intakegesprek over de mogelijkheden van de gewenste profielkeuze en over de motivatie van de leerling. 4. Afhankelijk van de tijd van aanmelding kan de school de keuze van bepaalde vakken/profielen niet toestaan. Plaatsing geschiedt als: 1. De toeleverende school/de docenten die de leerling les hebben gegeven een positief advies geven. 2. Dit advies stoelt op een onderwijskundige en pedagogische onderbouwing. 3. De leerling een positieve, intrinsieke motivatie heeft, mede in het licht van de gewenste vervolgopleiding. 9

11 4. De te kiezen vakken met een voldoende resultaat in havo 5 zijn afgerond. 5. Het gemiddelde van de eindcijfers van het havo diploma tenminste 6,8 is. 19. HET BEWAREN VAN SCHOOLEXAMENS Schoolexamens en werkstukken worden bewaard door de examendocent tot 1 april volgend op het eindexamen. De leerling heeft recht van inzage in zijn schoolexamens, mits in aanwezigheid van de examendocent, zijn mentor dan wel een lid van de schoolleiding. 20. ONREGELMATIGHEDEN Indien een leerling zich ten aanzien van enig deel van het schoolexamen aan enige onregelmatigheid schuldig maakt of heeft gemaakt, dan wel zonder geldige reden afwezig is, zal de rector maatregelen nemen. Indien een leerling vindt dat er sprake is van onregelmatigheden tijdens het schoolexamen, waardoor zijn resultaten negatief beïnvloed zijn, of door een beslissing van een lid van de Schoolleiding inzake de procedurele kant van het schoolexamen, kan de leerling bij de rector bezwaar aantekenen. De rector neemt hierover een beslissing. Tegen een beslissing van de rector kan in beroep gegaan worden bij de beroepscommissie. De maatregelen, die afhankelijk van de aard van de onregelmatigheid, ook in combinatie met elkaar genomen kunnen worden, zijn: 1. het toekennen van het cijfer 1 voor een toets van het schoolexamen; 2. het ontzeggen van de deelname of verdere deelname aan één of meer zittingen van het schoolexamen; 3. het ongeldig verklaren van één of meer toetsen van het reeds afgelegde deel van het schoolexamen; de toets dient opnieuw gemaakt te worden. Dit gaat ten koste van een herkansing. 4. bepalen dat de cijferlijst slechts kan worden uitgereikt na een hernieuwd examen in door de rector aan te wijzen onderdelen. De rector hoort de leerling. De leerling kan zich door een meerderjarige laten bijstaan. De rector deelt de beslissing schriftelijk mee aan de leerling en aan de ouder(s)/verzorger(s). Tegen een beslissing op grond van het gestelde kan binnen de daartoe bepaalde termijnen beroep worden ingesteld bij de beroepscommissie. (zie artikel 19 van dit reglement) Internetfraude Onder internetfraude wordt verstaan: Complete werkstukken van internet kopiëren. Grote stukken knippen/plakken zonder bronvermelding. Stukken gebruiken als citaat zonder te vermelden dat er sprake is van een citaat. Internetfraude valt onder de bovengenoemde onregelmatigheden tijdens het schoolexamen. Mobiele telefoons Mobiele telefoons en andere apparaten dienen tijdens alle toetsen en examens volledig uitgeschakeld te zijn. Dit betekent vanaf het moment van het betreden van het lokaal, tot het verlaten van het lokaal. Het niet naleven van deze regel wordt als fraude beschouwd. Alleen hulpmiddelen genoemd in het PTA zijn toegestaan. 10

12 21. BEROEPSMOGELIJKHEID Tegen beslissingen van de rector met betrekking tot het examen, staat de mogelijkheid van beroep open bij de Beroepscommissie Examen Openbaar Lyceum Zeist, nader aan te duiden als 'Beroepscommissie', tenzij ter zake anders is geregeld in dit Reglement. Beroep kan in geval van het schoolexamen slechts schriftelijk worden ingesteld binnen een termijn van 5 werkdagen na bekendmaking van het bestreden feit. De correcte adressering van de Beroepscommissie luidt: De bestuurder van de OSG Schoonoord, t.a.v. Beroepscommissie Examens Openbaar Lyceum Zeist Openbaar Lyceum Zeist Postbus AA Zeist De Beroepscommissie heeft de volgende samenstelling: - de rector/directeuren van de OSG Schoonoord - één ouder - of in het geval van verhindering: één ouder-plaatsvervanger De bestuurder stelt de Beroepscommissie in en wijst daartoe per geschil drie leden aan, waaronder in elk geval een lid-ouder of, in geval van verhindering, een plaatsvervanger van dit lid-ouder. Bij de samenstelling van deze Beroepscommissie gelden de volgende voorwaarden. - De rector/directeur van de school waar de leerling die het geschil aanhangig maakt is ingeschreven, is uitgesloten van deelname aan de zitting van de Beroepscommissie. - Een lid van de schoolleiding die tevens examinator is van de betreffende leerling, is uitgesloten van deelname aan de zitting van de Beroepscommissie. - In die gevallen waarin door genoemde voorwaarden geen voltallige Beroepscommissie kan worden geïnstalleerd, wijst de bestuurder in overleg met het lid-ouder een vervanger (s) aan. De bestuurder let daarbij op de onafhankelijkheid en de deskundigheid van de aan te wijzen persoon/personen. De Beroepscommissie heeft tot taak de bestuurder te adviseren met betrekking tot de haar voorgelegde geschillen. De Beroepscommissie bepaalt haar eigen werkwijze. De Beroepscommissie kan advies inwinnen van deskundige(n) naar haar keuze. De adviezen van de Beroepscommissie zijn bindend. De Beroepscommissie formuleert zo spoedig mogelijk na ontvangst van een beroepsschrift haar advies aan de bestuurder, de leerling, en in geval van een minderjarige leerling eveneens zijn ouder(s), verzorger(s) of voogd(en), zo spoedig mogelijk op de hoogte stelt van de beslissing. 11