Amsterdams onderwijs in beeld

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Amsterdams onderwijs in beeld"

Transcriptie

1 Amsterdams onderwijs in beeld Studiewijzer Pabo Voltijd Blok

2 Inhoud BLOK 1.1 DIT IS AMSTERDAM! - AMSTERDAMS ONDERWIJS IN BEELD... 3 HOE ZIET DE OPLEIDING OP HOOFDLIJNEN ERUIT?... 4 HET ONDERWIJSPROGRAMMA VAN PABO HVA - EEN OVERZICHT VAN DEZE STUDIEWIJZER... 4 BEKNOPT OVERZICHT STUDIEPROGRAMMA EN TOETSING BLOK 1.1 VT... 5 HOOFDSTUK 1. THEMAONDERWIJS - PEDAGOGIEK... 7 HOOFDSTUK 3. KENNIS EN VAARDIGHEDEN - DE VAKCOLLEGES NEDERLANDS 1.1: HET KINDERBOEK OP DE BASISSCHOOL NEDERLANDS: EIGEN VAARDIGHEID NEDERLANDS REKENEN EN WISKUNDE: HELE GETALLEN ONDERBOUW EIGEN VAARDIGHEID REKENEN MENS & WERELD: BASISDIDACTIEK BIOLOGIE MENS & WERELD: BASISDIDACTIEK GESCHIEDENIS MENS & WERELD: INTRODUCTIE EN BASIS(VAK)DIDACTIEK AARDRIJKSKUNDE MENS & WERELD: ONTWIKKELINGEN OP HET GEBIED VAN ICT KUNSTZINNIGE ORIËNTATIE: MUZIEK KUNSTZINNIGE ORIËNTATIE: BEELDENDE VORMING KUNSTZINNIGE ORIËNTATIE: VAKOPDRACHT 1.2 MUZIEK & BEELDENDE VORMING CULTUURPROJECT 1: CULTUUR EN IK HOOFDSTUK 4. DE PRAKTIJK VAN HET BASISONDERWIJS HOOFDSTUK 5. PERSOONLIJKE PROFESSIONELE ONTWIKKELING HOOFDSTUK 6. PRAKTISCHE INFORMATIE BIJLAGE 1. BEOORDELINGSFORMULIER BEROEPSOPDRACHT AMSTERDAMS ONDERWIJS IN BEELD BIJLAGE 2. BEOORDELINGSFORMULIER VAKOPDRACHT NEDERLANDS BIJLAGE 3. BEOORDELINGSFORMULIER VAKOPDRACHT KO 1.2, ONDERDEEL BEELDENDE VORMING BIJLAGE 4. BEOORDELINGSFORMULIER VAKOPDRACHT KO 1.2, ONDERDEEL MUZIEK BIJLAGE 5. BEOORDELINGSFORMULIER PPO 1.2 FUNCTIONERINGSGESPREK BIJLAGE 6. DE TAALNORM VAN PABO HVA Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 2

3 BLOK 1.1 Dit is Amsterdam! - Amsterdams onderwijs in beeld INLEIDING - Welkom in Amsterdam. Dit is de stad waar je wordt opgeleid tot leerkracht basisonderwijs. Niet alleen in het Kohnstammhuis van de HvA, maar vooral ook in al die Amsterdamse basisscholen. In deze scholen wordt de basis gelegd voor de toekomst van een nieuwe generatie Amsterdammers. Meesters en juffen zijn daarin onmisbaar. Zij dragen bij aan de ontwikkeling van kinderen door hen kennis, vaardigheden en een goede houding te laten verwerven. Zij spreken kinderen aan op hun talenten en mogelijkheden en laten kinderen dingen leren die zij zelf niet voor mogelijk hadden gehouden. Zij hebben oog voor alle kinderen in de klas en steken hun nek uit voor kinderen die extra steun in de rug nodig hebben. Deze meesters en juffen creëren zo n sfeer in de klas dat kinderen met plezier naar school komen en zin hebben om te leren. Zo n meester of juf word jij ook. De komende vier jaar werk je samen met medestudenten, docenten en leerkrachten in de Amsterdamse basisscholen om dat te bereiken. De lat ligt hoog. De Amsterdamse kinderen verdienen de beste leerkrachten. Maar wat weet jij eigenlijk al van het Amsterdamse basisonderwijs en van die duizenden Amsterdamse kinderen? Meestal heb je nog een redelijk goed beeld van je eigen basisschool. Van de vakken die je leuk vond, of juist niet. Van de leerkrachten waarover je enthousiast was, of juist niet. Maar heb je ook een goed beeld van hoe het er op andere basisscholen aan toe ging? Op welke manier het onderwijs daar werd vormgegeven? In dit eerste blok maak je kennis met de diversiteit van het Amsterdamse basisonderwijs. Je maakt kennis met de diversiteit aan kinderen, hun sociaal-culturele achtergronden en het ontwikkelingsniveau van de kinderen. Ook ga je jezelf verdiepen in de verschillende rollen van de leerkracht. Als leerkracht geef je niet alleen les, maar je bent bijvoorbeeld ook medeopvoeder van de kinderen in jouw klas, je ontwerpt eigen onderwijs, je maakt onderdeel uit van een team van leerkrachten Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 3

4 Hoe ziet de opleiding op hoofdlijnen eruit? Je bent natuurlijk net begonnen aan deze opleiding. Alles is nog nieuw. Bekijk hier het grotere plaatje van jouw opleiding met alle thema s per blok op een rij, zodat je weet wat je de komende vier jaar ongeveer kunt verwachten. 1 Kennismaken met onderwijs en met de stad Amsterdam 1.1 Amsterdams onderwijs in beeld Kind in de grote stad / Leerkracht in de grote stad 1.2 Lesgeven over Amsterdam 1.3 Leren door te spelen 1.4 Basisonderwijs in Nederland, toen en nu Praktijk Bovenbouw Bovenbouw Onderbouw (accent groep 1 en 2) Onderbouw (accent groep 1 en 2) 2 Differentiatie in opvoeden en onderwijzen 2.1 Leren en ontwikkelen stimuleren 2.2 Diversiteit: contact en communicatie Kinderen leren op verschillende manieren 2.3 Leren in en met de groep 2.4 De wereld verkennen: kinderen leren verschillend Praktijk Onderbouw (accent groep 3 en 4) Onderbouw (accent groep 3 en 4) Bovenbouw Bovenbouw 3 Hanteren van verschillen tussen kinderen in onder-/ bovenbouw 3.1 Hanteren van verschillen tussen kinderen in de groep, in onder- c.q. bovenbouw 3.2 Omgaan met verschillen: Samenwerken met ouders en deskundigen in en buiten de school Praktijk Bouw profilering leeftijdsgroep Bouw profilering leeftijdsgroep Minor 4 Verantwoordelijkheid nemen voor het leerproces van kind en groep 4.1 Eigen (LiO)-groep: verantwoordelijkheid nemen voor het leerproces van kind en groep 4.2 (Eigen) onderwijs ontwikkelen en verantwoorden Voorbereiden overgang naar het werkveld 4.3 Afstuderen / voorbereiden overgang naar het werkveld 4.3 Afstuderen / voorbereiden overgang naar het werkveld Praktijk LIO-1 LIO-1 LIO-2 LIO-2 Het onderwijsprogramma van Pabo HvA - Een overzicht van deze studiewijzer Ieder blok wordt het onderwijs op de pabo verzorgd rondom een specifiek thema. Voor het komend blok is dat Amsterdams onderwijs in beeld. Met deze studiewijzer geven we je graag een overzicht van wat je dit blok allemaal kunt verwachten. Ieder blok is schematisch op te delen in vier onderdelen. Het themaonderwijs / pedagogiek, dat in het schema hieronder in het gele vak is aangegeven, bestaat uit hoorcolleges en werkcolleges, waarvan de kennis aan het einde van het blok wordt getoetst in de thematoets (zie hoofdstuk 1 van deze studiewijzer). Daarnaast werk je het gehele blok aan een beroepsopdracht. Deze opdracht vormt de schakel tussen de kennis en vaardigheden die je tijdens de colleges opdoet (links in het schema), en de praktische toepassing van die kennis voor de klas ('Praktijk', rechts in het schema) - vandaar ook dat de beroepsopdracht in het schema in het midden is geplaatst. Het beroepsproduct dat je aan het eind van het blok inlevert, heeft altijd een directe link met het werken in de klas en in de school (zie hoofdstuk 2). De vakinhoudelijke kennis en vaardigheden staan ook in het teken van het blokthema. Je volgt vakcolleges en je oefent je vaardigheden in de verschillende vakdomeinen. In hoofdstuk 3 zijn alle vakken die je dit blok gaat volgen uitgebreid beschreven, alsmede de literatuur die je ervoor nodig hebt, en alle andere relevante informatie. Let op: het is van belang dat je weet dat sommige, verschillende vakken vallen onder dezelfde SIS-code, die steeds als één eenheid worden getoetst. Aan het begin van hoofdstuk 3 van deze studiewijzer leggen we dat uit Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 4

5 We starten zo snel mogelijk met het stage lopen in de échte praktijk van het basisonderwijs. Al in de derde lesweek begin je daar mee en wel (onder voorbehoud dat het praktisch geregeld kan worden op jouw stageschool) in de bovenbouw. Alle informatie over de praktijk vind je in de praktijkgids (die is te downloaden via intranet), maar in deze studiewijzer worden de belangrijkste zaken met betrekking tot de praktijk voor komend blok in hoofdstuk 4 nog even voor je op een rij gezet. Tijdens de persoonlijke professionele ontwikkeling (PPO, hoofdstuk 5 van deze studiewijzer) word je begeleid door je kerndocent. Deze ondersteunt je bij het uitvoeren van de beroepsopdracht, ziet toe op je studievoortgang en koppelt je stage-ervaringen aan de opleiding. Beknopt overzicht studieprogramma en toetsing blok 1.1 VT Hieronder vind je een samenvatting van het studieaanbod en de wijze van toetsen van blok 1.1. Uitgebreide informatie (b.v. over de toetsstof en de omschrijving van de opdracht) vind je in deze studiewijzer bij het betreffende studieonderdeel. Let op: sommige studieonderdelen (zoals Persoonlijke professionele ontwikkeling) worden wel aangeboden, maar pas aan het eind van het volgende blok getoetst en in studiepunten verzilverd Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 5

6 BLOK 1.1 VT - STUDIEPROGRAMMA & TOETSING COLLEGES Door Pedagogiek Themalijn Werkcolleges Vakdocenten pedagogiek Vakcolleges Nederlands Vakdocenten Nederlands Werkcolleges Practica Beroepsopdracht Kerndocent Stage Opleider in de school of stagedocent Stagementor TOETSING STP. TOETSVORM TOETSMOMENT HERKANSING Thematoets Vakopdracht Nederlands Beroepsopdracht Praktijk Multiple choice 40 vragen Verslag (zie voor de specifieke eisen de opdracht in de studiewijzer) Beoordeling door vakdocent a.d.h.v. beoordelingsformulier Verslag (zie voor de specifieke eisen de opdracht in de studiewijzer). Beoordeling door andere kerndocent a.d.h.v. beoordelingsformulier Stagebeoordeling Beoordeling door opleider in de school of stagedocent a.d.h.v. beoordelingsformulier Toetsperiode blok 1 Toetsperiode blok 1 Toetsperiode blok 1 Toetsperiode blok 1 Toetsperiode blok 2 Toetsperiode blok 2 Toetsperiode blok 2 Toetsperiode blok 2 Eigen vaardigheid Rekenen/wiskunde 1.1 Vakdocenten rekenen Eigen vaardigheid Rekenen/wiskunde Wiscat-toets Toetsperiode blok 1 Zie toetsrooster Eigen vaardigheid Nederlands 1.1 Vakdocenten Nederlands Eigen vaardigheid Nederlands Pabo HvA-taaltoets Toetsperiode blok 1 Zie toetsrooster TOTAAL AANTAL STUDIEPUNTEN BLOK VT Tot slot: in hoofdstuk 6 van deze studiewijzer hebben we alle praktische informatie voor je op een rijtje gezet, zoals een kalenderoverzicht van dit blok, een overzicht van handige en belangrijke internetsites, de BSA-norm, een overzicht van het vereiste taalniveau, etc Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 6

7 HOOFDSTUK 1. Themaonderwijs - pedagogiek Sis-code: Peda / Themalijn 1.1 (thematoets) INLEIDING - In dit blok maak je kennis met de diversiteit van het Amsterdamse basisonderwijs. Je ontdekt dat er grote verschillen zijn tussen kinderen, onder andere op het gebied van sociaal-culturele achtergronden en ontwikkelingsniveau. Je leert over de basisbehoeften van leerlingen en hoe je door middel van goed klassenmanagement voorwaarden voor succesvol onderwijs kunt scheppen. Je leert hoe een (methode) les opgebouwd is en wat de verschillende lesfasen inhouden. 1.1 Leerdoelen - Wat moet je kennen en kunnen aan het einde van de reeks? Je kunt definiëren wat adaptief onderwijs is en je weet wat de drie psychologische basisbehoeften relatie, competentie en autonomie inhouden. Je weet op welke manieren je door middel van klassenmanagement de voorwaarden voor succesvol onderwijs kunt scheppen. Je kent enkele manieren om het pedagogische klimaat te beïnvloeden. Je weet welke informatie nodig is om de beginsituatie van je klas te beschrijven voor een lesvoorbereiding. Bij het beschrijven van die beginsituatie kan je informatie over de leef- en belevingswereld van je leerlingen betrekken. Je kent de begrippen beginsituatie, lesdoel en lesinhoud in een lesvoorbereiding. Je kunt de inleiding, de kern en het slot van een (methode) les herkennen en je weet wat elke lesfase inhoudt. Je herkent de eerste vier competentiegebieden leerkracht basisonderwijs in de praktijk van de basisschool. 1.2 Het programma - Wat gaan we per bijeenkomst behandelen? Bijeenkomsten Les 1. Het pedagogisch klimaat in de klas In dit college leer je wat het pedagogisch klimaat van een klas is en hoe je als leerkracht het pedagogisch klimaat kunt beïnvloeden. We behandelen de theorie van adaptief onderwijs en gaan in op drie psychologische basisbehoeften: relatie, competentie en autonomie. We vertalen deze begrippen naar de praktijk van jouw klas. Jouw activiteiten vooraf Voorbereiding: Eijkeren, M. van (2013). Pedagogisch-didactisch begeleiden. Hoofdstuk 4 Les 2. Klassenmanagement Doelmatig klassenmanagement is een voorwaarde voor succesvol onderwijs. In dit college behandelen we wat er allemaal komt kijken bij klassenmanagement en we leggen het begrip preventieniveau 1 uit. We zoomen in op onderdelen van je klassenorganisatie zoals de inrichting van je klas en de regels. Voorbereiding: Van Eijkeren (2013). Pedagogisch-didactisch begeleiden. Hoofdstuk 11.1 en Les 3. Kinderen begeleiden Je bent nu (bijna) begonnen met je stage; op welke aspecten van klassenmanagement en pedagogisch klimaat kan je als eerste gaan letten? We gaan in op praktische zaken zoals bijvoorbeeld de lesstart Voorbereiding: Eijkeren, M. van (2013). Pedagogisch-didactisch begeleiden. Hoofdstuk (4 herhalen eventueel) 5 en 6 en Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 7

8 (orde nemen) of het geven van beurten, het stellen en handhaven van regels en het werken aan een positieve relatie met je leerlingen. Les 4. De verschillende leef- en belevingswerelden van kinderen en de invloed daarvan op het onderwijs In deze les worden de begrippen leefwereld en belevingswereld behandeld en gaan we in op de invloed hiervan op het onderwijs. Als je de leefwereld en de belevingswereld van je leerlingen kent, kan je hierop je onderwijs afstemmen. In deze les gaan we bij gegeven lesdoelen een beginsituatie vaststellen. Om deze informatie te verzamelen zal je de komende periode met de kinderen gaan praten en ze gaan observeren, ook daarover gaat deze les. Voorbereiding: Alkema et al. (2015). Meer dan onderwijs. Hoofdstuk 2.2. Van Eijkeren (2013). Pedagogisch-didactisch begeleiden. Hoofdstuk 1. Les 5. Voorbereiden van een les De manier waarop de leerkracht de kinderen in zijn klas iets leert, hun ontwikkeling stimuleert, wordt didactiek genoemd. Een goede lesvoorbereiding verhoogt de kwaliteit van je les. Daarom gaan we deze les aandacht besteden aan het voorbereiden van een les. Je leert de inleiding, de kern en het slot van een (methode) les herkennen en je weet elke lesfase inhoudt. Voorbereiding: Van Eijkeren (2013). Pedagogisch-didactisch begeleiden. Hoofdstuk 8.1 en 8.2, 9.1 Les 6. De competenties van de leerkracht Een leerkracht basisonderwijs heeft veel verschillende rollen en taken. Je hebt in de lessen hiervoor al kennis gemaakt met de didactische rol (goed les kunnen geven) en de pedagogische rol (de leerkracht is ook opvoeder). Deze en de overige rollen worden in deze les toegelicht met behulp van de competentiematrix. Voorbereiding: Alkema et al. (2015). Meer dan onderwijs. Hoofdstuk 1.1, 1.2, 1.3, 1.4 en 1.6. Bekijk de competentiematrix leerkracht basisonderwijs in de praktijkgids. aktijkgids.aspx 1.3 Toetsing Tentamen (meerkeuzevragen). Op basis van 40 vragen en vier antwoordmogelijkheden, wordt de toets als voldoende beoordeeld (cijfer: 5,5) indien minimaal 67% van de meerkeuzevragen goed beantwoord is. Voor studenten uit jaar 2 of 3 die deze toets herkansen geldt dat zij een conversietoets kunnen maken. Zij raadplegen voor de toetsstof dan ook de studiewijzer 1.1 van Portfolioproducten Het eindproduct wordt niet opgenomen in het portfolio Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 8

9 1.5 Toetsstof Alkema, E., Dam, E. van, Kuipers, J., Linghout, C., & Tjerkstra, T. (2015). Meer dan onderwijs, theorie en praktijk van het onderwijs in de basisschool. Assen: Van Gorcum. Hoofdstuk 1: De pedagogische opdracht van het onderwijs, paragraaf 1.1, 1.2, 1.3, 1.4 en 1.6 Hoofdstuk 2.2: De beginsituatie van kinderen Eijkeren, M. van (2013). Pedagogisch-didactisch begeleiden. Amersfoort: ThiemeMeulenhoff. Hoofdstuk 1: Observeren Hoofdstuk 4: Pedagogisch klimaat: in de groep Hoofdstuk 5: Kinderen begeleiden: relatie Hoofdstuk 6: Kinderen begeleiden: autonomie en competentie Hoofdstuk 8.1 drie niveaus van didactische vormgeving Hoofdstuk 8.2 didactisch analysemodel van Van Gelder Hoofdstuk 9.1: Onderwijssituatie: voorbereiding van een onderwijsleersituatie. Hoofdstuk 9.2: Onderwijs geven Hoofdstuk 11.1: Klassenmanagement Hoofdstuk 11.2: Inrichting klaslokaal De PowerPoint-presentaties uit de hoorcolleges Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 9

10 HOOFDSTUK 2. De beroepsopdracht - Amsterdamse leerkrachten in beeld SIS-code: Beroepsopdracht 1.1 INLEIDING Je oriënteert je op het Amsterdamse basisonderwijs en je verdiept je de leef- en belevingswereld van kinderen. Je houdt een interview met de stagementor en observeert zijn handelen in de klas. Hierdoor vorm je je een beeld van de eerste vier competenties van de leerkracht basisonderwijs. Door middel van twee deelproducten werk je toe naar een eindproduct waarin de school en de stagementor van deze Amsterdamse basisschool centraal staan. 2.1 Leerdoelen - Wat moet je kennen en kunnen aan het einde van deze reeks? Je kent het verschil tussen de leefwereld en de belevingswereld van kinderen. Je kent de eerste vier competentiegebieden van een leerkracht basisonderwijs. Je kunt de visie van de stagementor op de eerste vier competentiegebieden beschrijven en onderbouwt deze met voorbeelden uit de onderwijspraktijk. Je kunt een interview voorbereiden en volgens plan uitvoeren en verslaglegging doen van de resultaten en conclusies. 2.2 Het programma - Wat gaan we per bijeenkomst behandelen? Bijeenkomsten Week 1 - Bijeenkomst 1 Jouw activiteiten vooraf Wat wordt er van een leerkracht verwacht? Waar moet een leerkracht aan voldoen? In deze les verdiepen we ons in de competenties voor de leerkracht basisonderwijs. Wat houden de competenties in en hoe herken je ze in de praktijk? Neem je laptop mee naar de bijeenkomst. Lees de beschrijving van de beroepsopdracht in de studiewijzer voor blok 1.1. Noteer de vragen die je hebt zodat je deze kunt bespreken met je kerndocent. Week 2 - Bijeenkomst 2 Als onderdeel van deze beroepsopdracht interview je jouw stagementor over de eerste vier competentiegebieden van de leerkracht basisonderwijs. Tijdens deze bijeenkomsten bespreken we wat er allemaal komt kijken bij het uitvoeren van een interview. Op basis hiervan ga je aan de slag met de voorbereiding van het interview met jouw stagementor. Je kiest een aantal aspecten uit de competenties die je in je interview wilt verwerken. Daarnaast krijg je informatie over het maken van een infographic. Maak voor elk van de eerste vier competentiegebieden een aantal concept interviewvragen en breng deze mee naar de bijeenkomst Zoek op internet naar drie voorbeelden van een infographic over het basisonderwijs en breng het beste voorbeeld mee naar de bijeenkomst. Week 3 - Bijeenkomst 3 In deze bijeenkomst ga je met medestudenten in gesprek over verschillen en overeenkomsten tussen de kinderen in de Amsterdamse basisscholen, jezelf en medestudenten met betrekking tot leef- en belevingswereld. Je bereidt in de les vervolgens een interview voor met twee kinderen uit jouw stageklas. Het doel van het gesprek is de leef- en belevingswereld van twee kinderen te onderzoeken. In de stageweek ga je deze gesprekken voeren Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 10

11 Week 4 - Bijeenkomst 4 We oefenen met het voeren van een interview met kinderen en leggen de laatste hand aan de interviewleidraad. Week 5 Bijeenkomst 5 Tijdens deze bijeenkomst bespreken we deelproduct 1. Deelproduct 1 is afgerond: je brengt het werk mee naar de bijeenkomst zodat medestudenten feedback kunnen geven. Zorg dat je je deadline van deelproduct in je planning verwerkt. Dan heb je ook wat aan de bespreking van dit deelproduct. Week 6 Stageweek Je leert twee leerlingen uit jouw stageklas beter kennen door met ze in gesprek te gaan over hun leef- en belevingswereld. Week 7 - Bijeenkomst 6 Tijdens deze bijeenkomst bespreken we deelproduct 2 en het concept eindproduct. Iedereen presenteert de infographics. Tijdens de bijeenkomst krijg je feedback van medestudenten. Ook blikken we terug op deze periode en bespreken we wat je hebt geleerd. Deelproduct 2 is afgerond: je brengt het werk mee naar de bijeenkomst zodat medestudenten feedback kunnen geven. Het concept eindproduct is afgerond: je brengt het werk mee naar de bijeenkomst zodat medestudenten feedback kunnen geven. Behalve de begeleiding die je ontvangt van je kerndocent in het kader van deze beroepsopdracht, volg je tevens drie practica bij de kerndocent. Dit zijn specifieke trainingen waar je leerkrachtvaardigheden leert, die je nodig hebt in de praktijk van het basisonderwijs. 2.3 Practica - Wat is per practicum de inzet en de verwachting? De practica kennen in elk blok dezelfde verdeling. Er worden drie practica gegeven, waarvan er één gaat over pedagogisch klimaat, één over didactiek en één over gespreksvaardigheden. Bijeenkomsten 1. Pedagogisch klimaat: Leiding geven aan een groep: overzicht en overwicht (week 1) Al snel zal je gaan stage lopen en dan zul je merken dat spelvormen ideaal zijn om kennis te maken met je leerlingen. Maar je kunt spelletjes ook inzetten als werkvorm, als energizer of om bij te dragen aan een goede groepssfeer. In deze bijeenkomst leer je verschillende spelletjes en activiteiten kennen die je direct kunt inzetten in je stageschool. We zullen met dit onderwerp een inleiding geven in het leiding geven aan een groep. 2. Gespreksvaardigheden: basiscommunicatie (week 2) De leerlijn gespreksvaardigheden start met een practicum over basiscommunicatie. In dit practicum gaan we in op voorwaarden en belangrijke aspecten in de communicatie met kinderen en ouders. Dit practicum is een goede voorbereiding op het interview dat je voor je beroepsopdracht met leerlingen moet houden. 3. Didactiek: observeren (week 5) Om de beginsituatie van kinderen in kaart te brengen moet je goed kijken wat kinderen wel en niet kunnen. Dat begint met observeren. In dit practicum krijg je daarom een introductie op het observeren van leerlingen Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 11

12 2.4 De beroepsopdracht Deelproduct 1 Je beschrijft de visie van jouw stagementor op de eerste vier competentiegebieden van de leerkracht basisonderwijs en de wijze waarop hij dit in de praktijk laat zien. Hiervoor houd je een interview met de stagementor en observeer hoe je mentor deze competenties in de praktijk toepast. Voor de uitwerking van deelproduct 1 kun je het voorgeschreven format gebruiken. Controleer of de geschreven tekst voldoet aan de eisen die worden gesteld in de pabo taalnorm. Met het voorbereiden en uitvoeren van het interview met je mentor oefen je in het systematisch verzamelen van gegevens gericht op een specifiek onderwerp. Hiermee word je voorbereid op het verwerven van andere vaardigheden zoals observeren en het voeren van professionele gesprekken. Dit draagt bij aan de voorbereiding op het doen van onderzoek. Uitwerking deelproduct 1 Naam student: Naam stageschool: Naam stagementor: 1. Visie van de stagementor op de eerste vier competentiegebieden. a. Beschrijf de visie van de stagementor op de interpersoonlijke competentie, benoem tenminste drie elementen. b. Beschrijf de visie van de stagementor op de pedagogische competentie, benoem tenminste drie elementen. c. Beschrijf de visie van de stagementor op de vakinhoudelijk en didactische competentie, benoem tenminste drie elementen. d. Beschrijf de visie van de stagementor op de organisatorische competentie, benoem tenminste drie elementen. 2. Praktijkvoorbeelden. a. Beschrijf tenminste één voorbeeld van hoe de stagementor zijn visie op de interpersoonlijke competentie in praktijk brengt. b. Beschrijf tenminste één voorbeeld van hoe de stagementor zijn visie op de pedagogische competentie in praktijk brengt. c. Beschrijf tenminste één voorbeeld van hoe de stagementor zijn visie op de vakinhoudelijke en didactische competentie in praktijk brengt. d. Beschrijf tenminste één voorbeeld van hoe de stagementor zijn visie op de organisatorische competentie in praktijk brengt. 3. Werkwijze. a. Benoem welke drie onderwerpen je per competentie hebt besproken in het interview met de stagementor. b. Beschrijf wat voor een soort interview je hebt gehouden, hoe je het interview hebt voorbereid, hoe je dit hebt uitgevoerd en hoe je de resultaten hebt verwerkt. c. Beschrijf op welke systematische wijze je het handelen van jouw mentor hebt geobserveerd. 4. Bijlagen. a. Voeg de leidraad voor het interview met de stagementor als bijlage toe. b. Voeg het schema voor het observeren van de stagementor als bijlage toe. Deelproduct 2 Je houdt een interview met twee kinderen om erachter te komen wat hun leefwereld en belevingswereld is. De interviews neem je op audio op. Vervolgens transcribeer je de gesprekken. In het transcript markeer je met twee verschillende kleuren wat bij leefwereld hoort en wat bij belevingswereld hoort. Voor de uitwerking van deelproduct 2 kun je het voorgeschreven format gebruiken. Controleer of de geschreven tekst voldoet aan de eisen die worden gesteld in de pabo taalnorm en het B2 taalniveau. Met het voorbereiden en uitvoeren van gesprekken met twee kinderen oefen je in het systematisch verzamelen van gegevens gericht op een specifiek onderwerp. Hiermee word je voorbereid op het verwerven van andere vaardigheden zoals observeren en het voeren van professionele gesprekken. Dit draagt bij aan de voorbereiding op het doen van onderzoek Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 12

13 Uitwerking deelproduct 2 Naam student: Naam stageschool: Geïnterviewde leerlingen: 1. Interview met leerlingen Je maakt een transcript van de interviews met beide leerlingen en markeert met twee kleuren wat valt onder leefwereld en onder belevingswereld. 2. Werkwijze. Beschrijf wat voor een soort interview je hebt gehouden, hoe je het interview hebt voorbereid en hoe je de resultaten hebt verwerkt. 2.4 Eindproduct De afronding van beroepsopdracht 1.1 bestaat uit verschillende delen die gezamenlijk worden beoordeeld: 1. Deelproduct Deelproduct Een digitale infographic op basis van deelproduct 1. In deze infographic presenteer je de kern van de informatie over de visie van jouw stagementor op de eerste vier competentiegebieden en hoe deze zichtbaar zijn in zijn dagelijks handelen. 4. Een digitale infographic op basis van deelproduct 2. In deze infographic presenteer je de leef- en belevingswereld van twee kinderen uit jouw stageklas en de overeenkomsten en verschillen tussen beide kinderen m.b.t. de leef- en belevingswereld. Een infographic is een vorm van presenteren van informatie waarbij alleen essentiële tekst wordt gebruikt en gegevens grafisch worden weergegeven. Het is een andere vorm dan een verslag en vraagt daarom dat je goed nadenkt over dat wat je hebt verzameld en de manier waarop je het aan anderen toont. Door het maken van een infographic oefen je vaardigheden die bijvoorbeeld nodig zijn bij het communiceren met collega s en ouders. Inleveren van het eindproduct Het eindproduct moet worden ingeleverd via de Dropbox van Beroepsopdracht 1.1 op mijnhva.nl. De deadline voor het inleveren wordt opgenomen in het (toets)rooster en staat vermeld op de inleverpagina van de betreffende Dropbox. Het is niet mogelijk om een opdracht ná de deadline in te leveren, de mogelijkheid tot inleveren sluit automatisch op de genoemde dag en tijd. Het is niet mogelijk om een opdracht op een andere wijze in te leveren dan via de Dropbox, bijvoorbeeld via bij een docent. Ingeleverde documenten worden gecontroleerd op plagiaat. Daarna worden de documenten beschikbaar gesteld aan een docent voor de beoordeling. Geef je document een duidelijke naam volgens een vast format: Blok-StudiedeelStudiejaar-VoornaamAchternaam-Klas-InhoudDocument.docx. Voor deze beroepsopdracht wordt dat bijvoorbeeld: 11-Beroepsopdracht1718-VoornaamAchternaam-Klas-Eindproduct.docx Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 13

14 2.5 Toetsing Het product wordt als voldoende beoordeeld (cijfer: 5,5) als alle vastgestelde criteria als voldoende zijn beoordeeld. Differentiatie naar hogere cijfers vindt plaats op basis van de mate waarin de prestaties op de verschillende criteria als goed worden beoordeeld. 2.6 Portfolioproducten Het ten minste als voldoende beoordeelde eindproduct van de beroepsopdracht neem je op in je portfolio. 2.7 Aanwezigheidsplicht Voor de colleges van de beroepsopdracht geldt een aanwezigheidsplicht. Wat deze aanwezigheidsplicht precies inhoudt, wordt aan het begin van het blok bekend gemaakt Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 14

15 HOOFDSTUK 3. Kennis en vaardigheden - de vakcolleges INLEIDING - Dit onderdeel van de studiewijzer beschrijft de vakcolleges die je dit blok gaat volgen. Iedere beschrijving hieronder is op dezelfde wijze gestructureerd. We beginnen met een korte inleiding. Dan volgt steeds een beschrijving van de leerdoelen en een schema met het programma. Dit schema is opgedeeld in een kolom met daarin het onderwerp van het college en een korte beschrijving van de inhoud. Daarnaast een kolom waarin de voorbereiding staat vermeld die dat van je vraagt. Verder vind je informatie over de toetsing en een overzicht van de literatuur/toetsstof Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 15

16 3.1 Titel: Nederlands 1.1: Het kinderboek op de basisschool SIS-code: Vakopdracht Nederlands 1.1 INLEIDING Nederlands begint met de module Het kinderboek op de basisschool. Tijdens deze lessen richt de aandacht zich op kinderboeken voor kinderen van vier tot twaalf jaar. Je leest recente jeugdliteratuur uit diverse genres. Je beoordeelt de boeken en wisselt meningen uit. In de praktijk lees je regelmatig voor en in de colleges wordt dit geoefend. De geschiedenis van het kinderboek wordt bestudeerd, evenals de kerndoelen en het gebruik van het kinderboek op de stageschool (in dit blok valt ook de Kinderboekenweek). Daarnaast worden diverse genres jeugdliteratuur besproken en wordt gekeken naar mogelijke schriftelijke en mondelinge verwerkingsvormen. Leerdoelen - Wat moet je kennen en kunnen aan het einde van deze reeks? Je kent de kerndoelen primair onderwijs die met jeugdliteratuur te maken hebben. Je kent de theorie omtrent het jeugdboek. Je kent de uitgangspunten van de didactiek en de methodiek die horen bij jeugdliteratuur. Je kent de geschiedenis van het kinderboek op hoofdlijnen, kunt de verschillende genres van jeugdliteratuur noemen en kunt het belang van het kinderboek in de basisschool benoemen. Je kunt jeugdliteratuur vanuit verschillende perspectieven beschouwen. Je kunt de belangrijkste voorleestechnieken toepassen in de stage en hierop reflecteren. Het programma - Wat gaan we per bijeenkomst behandelen? Bijeenkomsten 1. Introductie op de module Tijdens deze les krijg je uitleg over de colleges en hoe dit vak wordt afgerond. Vervolgens bespreken we wat onder jeugdliteratuur verstaan wordt; welke verschillende genres bestaan er? En wat zijn eigenlijk de functies van jeugdliteratuur? Jouw activiteiten vooraf Paus et al. (2014). Portaal. Praktische taaldidactiek voor het basisonderwijs. Hoofdstuk 8.1: Jeugdliteratuur Achtergrondkennis Hoofdstuk 8.2: Ontwikkelingslijnen van jeugdliteratuur 2. De geschiedenis van het kinderboek Tijdens deze les bespreken we hoe en wanneer jeugdliteratuur is ontstaan en hoe deze literaire vorm zich door de eeuwen heen heeft ontwikkeld. 3. Klassiekers en de historische jeugdroman Wat maakt dat de ene roman als een klassieker wordt beschouwd en de andere niet? Tijdens deze les bespreken we de Klassieker, beschouwen we het genre historische jeugdroman en bespreken we hoe deze boeken in de klas gebruikt kunnen worden. 4. Boekpromotie en leesbevordering We bespreken de eigen ervaringen met kinderboeken en je maakt kennis met verschillende activiteiten op de basisschool in het teken van boekpromotie en leesbevordering, waaronder de Kinderboekenweek. Paus et al. (2014). Portaal. Praktische taaldidactiek voor het basisonderwijs. Hoofdstuk 8.3: Didactiek van jeugdliteratuur. Kerndoel Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 16

17 5. Het informatieve jeugdboek Tijdens deze les behandelen we het informatieve jeugdboek en bespreken we hoe deze boeken in de klas gebruikt kunnen worden. 6. Poëzie Tijdens deze les bespreken we hoe je op een creatieve en zinvolle manier aandacht kunt besteden aan poëzie voor kinderen. Toetsing Schriftelijk verslag. De opdracht wordt beoordeeld aan de hand van het beoordelingsformulier dat is opgenomen in de studiewijzer. Een voldoende wordt behaald wanneer 55% van de punten is behaald. De vakopdracht differentieert naar hogere cijfers op basis van de mate waarin de prestaties op de verschillende criteria als goed worden beoordeeld. Portfolioproducten Je neemt het eindproduct van dit studieonderdeel, mits voldoende beoordeeld, op in je portfolio. Toetsstof Paus, H. (Red.) (2014). Portaal. Praktische taaldidactiek voor het basisonderwijs. Bussum: Coutinho. Alle collegestof, dat wil zeggen PowerPoints evenals uitgereikte materialen Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 17

18 3.2 Titel: Nederlands: Eigen vaardigheid Nederlands SiS-code: Nederlands EV INLEIDING - In het eerste jaar leg je een digitale taaltoets af. Je bestudeert als voorbereiding hierop de aanbevolen vakliteratuur. Leerdoelen - Wat moet je kennen en kunnen aan het einde van deze reeks? Je hebt kennis van de spellingregels van het Nederlands, de interpunctie, de correcte wijze van formuleren alsmede de regels voor redekundig ontleden (zinsdelen) en taalkundig ontleden (woordsoorten). Je kunt die kennis in voldoende mate in de praktijk toepassen en bij de digitale taaltoets behaal je minimaal een score die gelijk staat aan het cijfer 5,5. Het programma - Wat gaan we per bijeenkomst behandelen? Bijeenkomsten 1. Introductie en spelling niet-werkwoorden (onveranderlijke vormen) Deze bijeenkomst wordt uitgelegd wat de eisen van de Pabo HvA zijn ten aanzien van je taalniveau. Het tweede deel van deze bijeenkomst behandelen we de belangrijkste spellingsregels van onveranderlijke vormen. Jouw activiteiten vooraf De Weerdt (2008). De Taaltoets- pabo haal je zo. P.31 t/m 36. Je maakt de oefeningen op pagina Werkwoordspelling We bespreken de regels van de tegenwoordige en de verleden tijd, we behandelen het voltooid deelwoord en het werkwoord als bijvoeglijk naamwoord. De Weerdt (2008). De Taaltoets- pabo haal je zo. P.29 t/m 30. Je maakt de oefeningen op pagina 75 t/m Interpunctie en formuleren Om een zin begrijpelijk te maken, is interpunctie nodig. We behandelen de plaatsing van verschillende leestekens in een zin. Het tweede deel van deze les staat in het teken van formuleren. We bespreken de onderdelen contaminaties en foutieve woordkeuze, foutieve samentrekking en verschil in getal (incongruentie). De Weerdt (2008). De Taaltoets- pabo haal je zo. P.52 t/m 54 & P Je maakt de oefeningen op pagina 94 t/m 97 en pagina 88 t/m Taalkundig ontleden (woordbenoemen) We behandelen de basisbegrippen die je bij taalkundig ontleden moet kunnen herkennen en benoemen. De Weerdt (2008). De Taaltoets- pabo haal je zo. P.58 t/m 61. Je maakt de oefeningen op pagina 98 t/m Redekundig ontleden 1 (zinsontleding) We behandelen de basisbegrippen die je bij taalkundig ontleden moet kunnen herkennen en benoemen. De Weerdt (2008). De Taaltoets- pabo haal je zo. P.65 t/m 68. Je maakt de oefeningen op pagina 104 t/m Redekundig ontleden 2 (zinsontleden) en voorbeeldtoets We behandelen de belangrijkste zinsdelen die je moet kunnen herkennen en benoemen in een hoofdzin. Daarnaast maken we een voorbeeldtoets ter oriëntatie op de eerste toetsafname Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 18

19 Toetsing De eigen vaardigheid Nederlands wordt getoetst met een digitale meerkeuzetoets, bestaande uit 150 vragen. In het eerste jaar zijn er drie mogelijkheden. Voor het behalen van een voldoende resultaat (128 vragen correct) moet je minimaal een score behalen die gelijk staat aan het cijfer 5,5. Portfolioproducten Het eindproduct wordt niet opgenomen in het portfolio. Toetsstof (aanbevolen) Weerdt, H. de (2008). De Taaltoets-pabo haal je zo. Bussum: Coutinho Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 19

20 3.3 Titel: Rekenen en wiskunde: Hele getallen onderbouw SIS-code: Vaktoets Rekenen HG 1.2 INLEIDING In deze module wordt het vak rekenen op de basisschool geïntroduceerd. Rekenen op de basisschool is in te delen in verschillende domeinen die kort behandeld zullen worden. Vervolgens zoomen we in op een van die domeinen, namelijk hele getallen. Dit domein wordt in twee collegereeksen aangeboden: in dit blok wordt het onderdeel hele getallen onderbouw behandeld, in het tweede blok (1.2) staat het domein hele getallen bovenbouw centraal. Vanaf groep 1 zijn de leerlingen bezig met het ontwikkelen van hun gecijferdheid. In groep 1-2 noemen we dat ontluikende en beginnende gecijferdheid. In deze vakcolleges reken- en wiskundedidactiek staat de didactische begeleiding van de ontwikkeling van leerlingen van groep 1 tot en met groep 4 centraal. Aan de orde komen de volgende onderwerpen: (ontluikende) gecijferdheid, tellen en telontwikkeling, het optellen en aftrekken tot 10, 20 en 100 en de tafeldidactiek. In de lessen wordt aandacht besteed aan de benodigde kennis en inzichten in de rekendidactiek en je leert hoe je een goede rekenles kan geven op de basisschool. Leerdoelen - Wat moet je kennen en kunnen aan het einde van deze reeks? Je kent de wiskundige domeinen van het curriculum rekenen en wiskunde op de basisschool. Je kent de didactische achtergronden van het domein hele getallen voor de onderbouw (1-4), en kan deze herkennen en beschrijven in praktijksituaties. Je kent de didactische opbouw context, model, formeel. Je kent de kenmerken van (ontluikende) gecijferdheid in relatie tot spel en tellen kan deze herkennen en beschrijven in praktijksituaties. Je kent de opbouw van de deelgebieden tellen/optellen/aftrekken tot 10, 20, 100 en de tafels van vermenigvuldiging kan deze herkennen en beschrijven in praktijksituaties. Je kunt leerlingen rekenstrategieën aanreiken om rekenproblemen aan te pakken binnen het rekendomein hele getallen en weet hoe niveauverhogingen te bewerkstelligen. Je kent de wiskundevaktaal en kan dit onderscheiden van dagelijks taalgebruik. Het programma - Wat gaan we per bijeenkomst behandelen? Bijeenkomsten 1. Een rekenles op de basisschool In deze les maak je kennis met het vak rekenen op de basisschool. Welke onderdelen komen aan bod en hoe geef ik een rekenles? We behandelen de verschillende domeinen, de didactische opbouw van een rekenles en jouw rol als leerkracht. Jouw activiteiten vooraf 2. Ontluikende gecijferdheid en getalbegrip Getallen hebben verschillende betekenissen. Hoe ervaren jonge kinderen getallen en hoeveelheden? En hoe krijgen peuters en kleuters geleidelijk besef van deze verschillende betekenissen? Deze vragen staan centraal in dit college. Vervolgens behandelen we de verschillende vormen van tellen. Als je kunt tellen, betekent dit namelijk nog niet dat je ook weet hoeveel iets is. Het leerproces om dit te bereiken wordt ook behandeld. Hele getallen. Reken-wiskundedidactiek. Van Zanten et al. (2014). Hoofdstuk Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 20

21 3. Peilen van getalbegrip Om inzicht te krijgen in de rekenontwikkeling van jonge kinderen wordt er gebruik gemaakt van peilingsspelletjes. In dit college ga je zelf aan de slag met deze spelletjes en leer je hoe je getalbegrip bij kleuters kunt peilen. 4. Rekenen tot 10 en 20 In groep 3 leren de leerlingen optellen en aftrekken tot 20. Hiervoor zijn een leerlijn en veel materialen beschikbaar, die in dit college worden behandeld. Hele getallen. Reken-wiskundedidactiek. Van Zanten et al. (2014). Hoofdstuk 2. Hele getallen. Reken-wiskundedidactiek. Van Zanten et al. (2014). Hoofdstuk Rekenen tot 100 In groep 4 en 5 worden de getallen waarmee gerekend wordt steeds groter. Gebruik maken van contexten, modellen en materialen blijft hierbij belangrijk. In dit college wordt de didactische opbouw van het optellen en aftrekken tot 100 behandeld. 6. Tafeldidactiek Kennis van de tafels is de basis voor onder andere cijferen en het werken met breuken. Daarom wordt er op de basisschool veel tijd aan besteed. De didactiek van realistisch rekenen probeert dat zo efficiënt mogelijk te doen. In dit college wordt deze didactiek toegepast op tafels. Hele getallen. Reken-wiskundedidactiek. Van Zanten et al. (2014). Hoofdstuk 4.1 en 4.2. Hele getallen. Reken-wiskundedidactiek. Van Zanten et al. (2014). Hoofdstuk 4.3. Toetsing Deze collegereeks rondom hele getallen onderbouw wordt in combinatie met hele getallen bovenbouw aan het eind van blok 2 getoetst. De toets betreft een schriftelijk tentamen (meerkeuzevragen). De grens voldoende/onvoldoende hangt af van het aantal vragen en het aantal antwoordmogelijkheden. De toets wordt als voldoende beoordeeld (cijfer: 5,5) indien minimaal 67% van de meerkeuzevragen goed beantwoord is. Portfolioproducten Het eindproduct wordt niet opgenomen in het portfolio. Toetsstof Brom-Snijders, P. van den, Bergh, J. van den, Hutten, O., & Zanten, M. van (2014). Hele getallen. Rekenwiskundedidactiek. Amersfoort: ThiemeMeulenhoff. Hoofdstuk 2: Ontluikende gecijferdheid. Hoofdstuk 3: Aanvankelijk rekenen. Hoofdstuk 4: Basisbewerkingen. De PowerPoints die tijdens de bijeenkomsten zijn behandeld (via MijnHvA) Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 21

22 3.4 Titel: Eigen vaardigheid rekenen SIS-code: EV Rekenen/Wiskunde INLEIDING - De bijeenkomsten voor eigenvaardigheid rekenen zijn bedoeld als voorbereiding op de WisCat- toets. Om deze toets te voldoende te kunnen afsluiten is het nodig om te kunnen rekenen op niveau groep 8+. Het gaat hierbij om alle domeinen van het rekenen. De toets start met een gedeelte hoofdrekenen, waarbij geen aantekeningen gemaakt mogen worden, en de sommen binnen korte tijd gemaakt moeten worden. Tijdens de bijeenkomsten wordt zowel tijd besteed aan automatiseren (vlot opgaven kunnen oplossen) als aan begripsvorming en rekenstrategieën. Leerdoelen - Wat moet je kennen en kunnen aan het einde van de reeks? Je kunt omgaan met grote en kleine getallen, positief, negatief en ook kommagetallen/breuken Je kunt globaal benaderend rekenen en schattend gebruikmaken van een set referentiematen Je kunt rekenen met breuken, kommagetallen, procenten en verhoudingen op het niveau van groep 8+. Je kunt rekenen met maten en het metriek stelsel op het niveau van groep 8+. Je kunt rekenen met verbanden, formules en grafiek op het niveau van groep 8+. Je kunt cijferend rekenen. Je kunt hoofdrekenen op het niveau van groep 8+. Het programma - Wat gaan we per bijeenkomst behandelen? Bijeenkomsten 1. Getallen Inzicht in de eigenschappen van bewerkingen, het gebruik van contexten en modellen vormen de basis voor het maken van opgaven binnen alle domeinen. Het op verschillende manieren en niveaus kunnen oplossen van opgave is een voorwaarde op kinderen adequaat te kunnen helpen met rekenen en wiskunde. Jouw activiteiten vooraf Ale & Van Schaik (2011). Rekenen en wiskunde uitgelegd. Hoofdstuk Breuken, kommagetallen In deze les gaan we in op het reken met breuken en kommagetallen Ale & Van Schaik (2011). Rekenen en wiskunde uitgelegd. Hoofdstuk Verhoudingen, procenten Procenten vormen een belangrijk onderdeel van het reken- en wiskundeonderwijs van de bovenbouw. Ale & Van Schaik (2011). Rekenen en wiskunde uitgelegd. Hoofdstuk Meten In deze les werken we aan het opbouwen van referentiematen en het werken met metriek stelsel. Bovendien komen formules voor omtrek, oppervlakte en inhoud aan bod. Ale & Van Schaik (2011). Rekenen en wiskunde uitgelegd. Hoofdstuk Meetkunde In deze les gaan we aan de slag met meetkunde en meetkundige redeneringen. Ale & Van Schaik (2011). Rekenen en wiskunde uitgelegd. Hoofdstuk Contextopgaven Hoe pak je een opgave met een context aan? Hoe begin je? Welke strategieën kun je hiervoor gebruiken. Op welke manier kun je reflecteren. De oefenwiscat en aangeleverd materiaal Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 22

23 Toetsing Deze onderwijseenheid wordt getoetst middels de Wiscat-toets. De HvA-norm voor een voldoende ligt op een Wiscat-score van 115 (cijfer is dan 5,5). Dat is hoger dan het landelijk gemiddelde voor een voldoende. Tijdens de bijeenkomsten kunnen onderdelen van een voorbeeldtoets LKB worden aangeboden. Portfolioproducten Het eindproduct wordt niet opgenomen in het portfolio. Toetsstof J. van den Bergh, P. van den Brom-Snijders, O. Hutten, M. van Zanten (2012). Rekenwijzer. Uitgeverij: ThiemeMeulenhoff Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 23

24 3.5 Titel: Mens & Wereld: Basisdidactiek Biologie SIS-code: Vaktoets Mens & Wereld 1.2 INLEIDING - Bij dit vak maken we een start met het aanleren van de basisvaardigheden die nodig zijn voor het kunnen voorbereiden en uitvoeren van praktische werkvormen in de klas. Deze basisvaardigheden zijn essentieel voor het geven van lessen biologie, maar ze zijn ook relevant voor natuurkunde en techniek. Er is dit semester gekozen voor biologie, omdat dit vak goed aansluit bij het thema omgevingsonderwijs. De aangeboden werkvormen zullen direct inzetbaar zijn bij het werkplekleren. Voor deze collegereeks is het van belang dat je beschikt over natuurwetenschappelijke kennis op het niveau dat getoetst is in de landelijk verplichte Toelatingstoets Mens en Wereld. Let op: deze collegereeks wordt alternerend aangeboden. Dat wil zeggen dat je, afhankelijk van je rooster, het onderwijsaanbod in het eerste of tweede blok van dit semester volgt. Leerdoelen Je kunt de levende natuur in de schoolomgeving inzetten bij biologielessen. Je oefent met praktische werkvormen voor biologie, kunt uitleggen welke werkvormen geschikt zijn voor het behalen van de gewenste leerdoelen en kunt deze werkvormen toepassen in de praktijk. Je begrijpt de didactiek van onderzoekend leren en kunt de achterliggende theorie uitleggen. Je begrijpt de didactiek van natuurbeleving en kunt de achterliggende theorie uitleggen. Het programma - Wat gaan we per bijeenkomst behandelen? Bijeenkomsten Jouw activiteiten vooraf 1. Veldwerk In deze les staat het doen van veldwerk en de beleving hiervan centraal. We doen een vegetatie-onderzoek en zullen vervolgens de bijbehorende didactiek doornemen. 2. Praktische werkvormen biologie (1) Tijdens deze les gaan we in op de samenhang tussen doen en denken en gesloten/open werkvormen. Hierna passen we deze theorie toe bij het oefenen van enkele basale werkvormen bij biologie. 3. Praktische werkvormen biologie (2) Deze les wordt er kennisgemaakt met het toepassen van de natuurwetenschappelijke onderzoeksmethode. Middels het opzetten van een kiemingsexperiment wordt deze methode vervolgens toegepast in de praktijk. De Vaan & Marell (2012). Praktische Didactiek voor Natuuronderwijs. Inleiding & Hoofdstuk 1 t/m 3. De Vaan & Marell (2012). Praktische Didactiek voor Natuuronderwijs. Hoofdstuk 8 en De Vaan & Marell (2012). Praktische Didactiek voor Natuuronderwijs. Hoofdstuk 5. De Vaan & Marell (2012). Praktische Didactiek voor Natuuronderwijs. Hoofdstuk 10. De Vaan & Marell (2012). Praktische Didactiek voor Natuuronderwijs. Hoofdstuk Onderzoekend leren (1) Tijdens deze les zal de uitkomst van het kiemingsexperiment gekoppeld worden aan de didactiek van onderzoekend leren. Er zal met name aandacht worden besteed aan de fasen rapportage en communicatie en verbreding en verdieping. De Vaan & Marell (2012). Praktische Didactiek voor Natuuronderwijs. Hoofdstuk Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 24

25 5. Onderzoekend leren (2) Tijdens deze les gebruiken we een circuitpracticum voor het oefenen in het operationaliseren van onderzoeksvragen en besteden we daarbij aandacht aan de leerlijnen biologie. 6. Repetitie basisdidactiek biologie Tijdens deze les repeteren we de toetsstof basisdidactiek biologie aan de hand van de open vragen. De Vaan & Marell (2012). Praktische Didactiek voor Natuuronderwijs. Hoofdstuk 9 en (Leerlijnen Oriëntatie op jezelf en de Wereld behorende bij kerndoelen 40 en 41). De Vaan & Marell (2012). Praktische Didactiek voor Natuuronderwijs. Hoofdstuk 1, 2, 3, 5, 6, 8, 9 en 10. Toetsing Deze collegereeks maakt deel uit van studieonderdeel Mens en Wereld 1.2. Deze wordt getoetst in de vaktoets van blok 1.2. Dit betreft een schriftelijk tentamen (meerkeuzevragen). De grens voldoende / onvoldoende hangt af van het aantal vragen en het aantal antwoordmogelijkheden. Gemiddeld moet gerekend worden op minimaal 67% goede antwoorden voor een voldoende. Portfolioproducten Het eindproduct wordt niet opgenomen in het portfolio. Toetsstof Vaan E. de, & Marell, J. (2012). Praktische Didactiek voor Natuuronderwijs. Bussum: Coutinho. Hoofdstuk 1: Waarover gaat natuuronderwijs? Hoofdstuk 2: Doen en denken. Hoofdstuk 3: Waarnemen. Hoofdstuk 5: Onderwijsleerstijlen bij natuuronderwijs. Hoofdstuk 6: Onderzoekend en ontdekkend leren. Hoofdstuk 8: Natuurbeleving. Hoofdstuk 9: Stap voor stap: structuur in de les. Hoofdstuk 10: Werkvormen met echt materiaal Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 25

26 3.6 Titel: Mens & Wereld: Basisdidactiek Geschiedenis SIS-code: Vaktoets Mens & Wereld 1.2 INLEIDING In deze collegereeks wordt het leergebied geschiedenis geïntroduceerd. Naast de kernconcepten bij geschiedenis wordt vooral aandacht besteed aan de vakdidactische kennis en vaardigheden die nodig zijn om een goede geschiedenisles in het basisonderwijs voor te bereiden en te geven. Let op: deze collegereeks wordt alternerend aangeboden. Dat wil zeggen dat je, afhankelijk van je rooster, het onderwijsaanbod in het eerste of de tweede blok van dit semester volgt. Leerdoelen - Wat moet je kennen en kunnen aan het einde van deze reeks? Je kent de didactiek van het vak geschiedenis en kan de achterliggende theorie uitleggen. Je kent de drie kernconcepten van het vak geschiedenis (tijdsbesef, historische werkelijkheid en historisch redeneren) en kan hun onderlinge relatie aan de hand van voorbeelden illustreren. Je kunt lessen ontwikkelen waarin verschillende beeldvormers en werkvormen worden ingezet die historisch denken en redeneren bij kinderen stimuleren. Je bent in staat een motiverende en/of activerende instap voor een geschiedenisles te bedenken en didactisch te onderbouwen. Het programma - Wat gaan we per bijeenkomst behandelen? Bijeenkomsten 1. Introductie vak geschiedenis: nut en doelstellingen In dit college staat de functie en ontwikkeling van geschiedenisonderwijs op de basisschool centraal. Jouw activiteiten vooraf Kooij, K. van der & Groot-Reuvenkamp, M. (2016). Geschiedenis en samenleving. Hoofdstuk 11 ( Er was eens ) Boxtel, C. van en Drie, J. van (2008) Vermogen tot historisch redeneren: onderliggende kennis, vaardigheden en inzichten, in Kleio, nr 43, p Te downloaden via: 2. Kinderen en (historisch) tijdsbesef. In dit werkcollege zal worden stilgestaan bij de ontwikkeling van (historisch) tijdsbesef bij kinderen en de bijbehorende didactische mogelijkheden. Kooij, K. van der & Groot-Reuvenkamp, M. (2016) Geschiedenis en samenleving. Par ( Kind en tijd ), par ( Een programma voor onder- en middenbouw ) en par ( Oriëntatie in de tijd in de groepen 6 t/m 8 ) Wilschut, A. (2012) Historisch denken over tijd. Onderzoek naar tijdsbewustzijn', in: Kleio, nr 3, pag Te downloaden via: Damhuis, et al (2013) Taal, denken en geschiedenis. Historisch redeneren met kinderen op de basisschool, in Kleio, nr 6. Te downloaden via: 3. Didactische mogelijkheden van de instap. In deze bijeenkomst zal worden stilgestaan bij de verschillenden didactische mogelijkheden van de instap tijdens de geschiedenisles. Wilschut, Van Straaten & Van Riessen (2004) Geschiedenisdidactiek. p (Wordt beschikbaar gesteld tijdens bijeenkomst.) Kooij, K. van der & Groot-Reuvenkamp, M. (2016) Geschiedenis en samenleving. Par Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 26

27 4. Werken met beeldvormers: stilstaand beeld Het stilstaande beeld, waaronder afbeeldingen, prenten, en de bijbehorende didactiek staat in deze les centraal. Kooij, K. van der & Groot-Reuvenkamp, M. (2016) Geschiedenis en samenleving. Par ( Beeldvorming door middel van afbeeldingen ) 5. Werken met beeldvormers: bewegend beeld Het bewegende beeld, waaronder films en documentaires, en de bijbehorende didactiek staat in deze les centraal. Kooij, K. van der & Groot-Reuvenkamp, M. (2016) Geschiedenis en samenleving. Par ( Beeldvorming door middel van afbeeldingen ) 6. Werken met de beeldvormer: (sleutel)begrippen Geschiedenis en taal zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden In dit college staat omgaan met historische (sleutelbegrippen) centraal. Kooij, K. van der & Groot-Reuvenkamp, M. (2016). Geschiedenis en samenleving. Par 13.5 ( Beeldvorming d.m.v. het gesproken woord ) Wilschut, Van Straaten & Van Riessen (2004). Geschiedenisdidactiek. p ; p (Wordt beschikbaar gesteld tijdens bijeenkomst.) Toetsing Deze collegereeks maakt deel uit van studieonderdeel Mens en Wereld 1.2. Deze wordt getoetst in de vaktoets van blok 1.2. Dit betreft een schriftelijk tentamen (meerkeuzevragen). De grens voldoende / onvoldoende hangt af van het aantal vragen en het aantal antwoordmogelijkheden. Gemiddeld moet gerekend worden op minimaal 67% goede antwoorden voor een voldoende. Portfolioproducten Het eindproduct wordt niet opgenomen in het portfolio. Toetsstof Boxtel, C. van, & Drie, J. van (2008). Vermogen tot historisch redeneren: onderliggende kennis, vaardigheden en inzichten, Kleio, 43 (Te downloaden via: p Damhuis, et al (2013) Taal, denken en geschiedenis. Historisch redeneren met kinderen op de basisschool, in Kleio, nr 6. Te downloaden via: p Kooij, C. van der, & Groot-Reuvenkamp, M. (2016) Geschiedenis en samenleving. Kennisbasis inhoud en didactiek. Groningen: Noordhoff. Hoofdstuk 11 Paragraaf 12.3 Paragraaf 13.4 Paragraaf 13.5 Paragraaf 14.2 Paragraaf 16.4 Paragraaf Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 27

28 Wildschut, A., Straaten, D. van, & Riessen, M. van (2004). Geschiedenisdidactiek. Handboek voor de vakdocent. Bussum: Coutinho. p p p Wilschut, A. (2012). Historisch denken over tijd. Onderzoek naar tijdsbewustzijn. Kleio, 52 (3). Te downloaden via: p De PowerPoints van de werkcolleges (zie MijnHvA VT Mens & Wereld 1.2) Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 28

29 3.7 Titel: Mens & Wereld: Introductie en Basis(vak)didactiek Aardrijkskunde SIS-code: Vaktoets Mens & Wereld 1.2 INLEIDING - In deze collegereeks wordt het leergebied Aardrijkskunde geïntroduceerd. Naast het denken met aardrijkskunde, wordt aandacht besteed aan de vakdidactische kennis en vaardigheden die nodig zijn om een goede aardrijkskundeles in het basisonderwijs voor te bereiden en te geven. Let op: deze collegereeks wordt alternerend aangeboden. Dat wil zeggen dat je, afhankelijk van je rooster, het onderwijsaanbod in het eerste of in het tweede blok van dit semester volgt. Leerdoelen - Wat moet je kennen en kunnen aan het einde van deze reeks? Je kent de didactiek van het vak aardrijkskunde en kan de achterliggende theorie uitleggen. Je kunt lessen ontwikkelen met kaarten waarbij kinderen verschillende kaartvaardigheden gebruiken. Je kunt de stappen voor het voorbereiden van een aardrijkskundeles doorlopen om zo te komen tot een goede les voor kinderen in het basisonderwijs. Je kent de verschillende vormen van veldwerk en kan de omgeving van de school inzetten bij aardrijkskundelessen. Het programma - Wat gaan we per bijeenkomst behandelen? Bijeenkomsten 1. Wat is aardrijkskundedidactiek? Aardrijkskunde, wat is dat voor vak? In deze bijeenkomst wordt duidelijk gemaakt wat het vak aardrijkskunde precies inhoudt en worden de vakinhoudelijke doelstellingen toegelicht en verklaard. 2. Kaartvaardigheid In deze les leer je lesgeven met het aardrijkskundige basismateriaal : kaart & atlas. 3. Aspecten van een goede Aardrijkskundeles I De aspecten van een goede aardrijkskundeles worden behandeld. Daarbij staan leerstofanalyse en voorbereiding op de lesstof centraal. 4. Aspecten van een goede Aardrijkskundeles II Deze les is een vervolg op de vorige bijeenkomst. Ditmaal gaat het vooral om het specifiek uitwerken van de aardrijkskundeles. 5. Werkvormen bij de aardrijkskundeles In deze les worden verschillende typen werkvormen geïntroduceerd en één specifieke werkvorm, namelijk een simulatiespel volledig tot uitvoering gebracht en geëvalueerd op bruikbaarheid voor het primair onderwijs. Jouw activiteiten vooraf De Hamer et al. (2007). Aardrijkskunde geven. Hoofdstuk 1.1 & 4.1. Centrum voor educatieve geografie (2009). Handboek vakdidactiek aardrijkskunde. Hoofdstuk 2.1 en 2.3. De Hamer et al. (2007). Aardrijkskunde geven. Hoofdstuk 3.1. Centrum voor educatieve geografie (2009). Handboek vakdidactiek aardrijkskunde. Hoofdstuk en De Hamer et al. (2007). Aardrijkskunde geven. Hoofdstuk 2.1. Centrum voor educatieve geografie (2009). Handboek vakdidactiek aardrijkskunde. Hoofdstuk 5.1; 5.3 t/m De Hamer et al. (2007). Aardrijkskunde geven. Hoofdstuk 5.1. Centrum voor educatieve geografie (2009). Handboek vakdidactiek aardrijkskunde. Hoofdstuk & Tijdens het college wordt gewerkt met het aanbevolen maar niet verplichte boek: Hoogeveen, P & J. Winkels (2011). Het didactische werkvormenboek: Variatie en differentiatie in de praktijk. Assen: Van Gorcum B.V Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 29

30 6. Aardrijkskundig veldwerk en -onderzoek In deze les leer je veldwerk en -onderzoek uit te voeren. De directe omgeving van de school is daarbij het uitgangspunt. De Hamer et al. (2007). Aardrijkskunde geven. Hoofdstuk 7.1 & 7.2. Centrum voor educatieve geografie (2009). Handboek vakdidactiek aardrijkskunde. Hoofdstuk 8.1; 8.3 & 8.4. Toetsing Deze collegereeks maakt deel uit van studieonderdeel Mens en Wereld 1.2. Dit betreft een schriftelijk tentamen (meerkeuzevragen). Op basis van 40 vragen en vier antwoordmogelijkheden wordt de toets als voldoende beoordeeld (cijfer: 5,5) indien minimaal 67% van de meerkeuzevragen goed is beantwoord. Portfolioproducten Het eindproduct wordt niet opgenomen in het portfolio. Toetsstof Hamer A. de, Bakker, A., Heck, M. van, & Broere, H. (2007). Aardrijkskunde geven: Praktische didactiek voor het basisonderwijs. Assen: Van Gorcum B.V. Hoofdstuk 1.1: Wat is aardrijkskunde? Hoofdstuk 2.1: Aardrijkskundedoelen. Hoofdstuk 3.1: Lesgeven met de kaart. Hoofdstuk 4.1: Leren waarderen. Hoofdstuk 5.1: Lessen maken. Hoofdstuk 7.1: Op onderzoek uit. Hoofdstuk 7.2: Aardrijkskunde in je omgeving. Centrum voor educatieve geografie (2009). Handboek vakdidactiek aardrijkskunde. Amsterdam: Landelijk Expertisecentrum Mens- en Maatschappijvakken. (Gratis te downloaden: Hoofdstuk 2.1: Aardrijkskunde, wat is dat voor vak? Inleiding. Hoofdstuk 2.3. Schoolaardrijkskunde, wat is dat eigenlijk? Hoofdstuk 5.1: Een aardrijkskundeles ontwikkelen Inleiding. Hoofdstuk 5.3: Aspecten van een goede les. Hoofdstuk 5.4: Het ontwikkelen van een goede les. Hoofdstuk en 7.4.3: Kaart en atlas in de klas. Hoofdstuk 8.1: De eigen omgeving en veldwerk Inleiding. Hoofdstuk 8.3: De omgeving in het aardrijkskundeonderwijs. Hoofdstuk 8.4: Veldwerk. Aanvullende artikelen en PowerPoints, te vinden op de Mens en Wereld jaar 1 pagina van MijnHvA.nl Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 30

31 3.8 Titel: Mens & Wereld: Ontwikkelingen op het gebied van ICT Vakdomein: ICT (I) INLEIDING - Op de hoogte blijven van wat je vrienden doen, je rooster bekijken, geld overmaken voor de vakantie of je medestudenten een groepsbericht sturen dat het lokaal is gewijzigd. ICT is in het dagelijks leven een gewoon gebruiksmiddel geworden. Voor kinderen op de basisschool is dat niet anders. Zij zoeken informatie voor een werkstuk op internet, maken foto s van hun knutselwerk en rekenen oppervlakte uit op een touchscreen. Het lijkt vaak alsof kinderen deze vaardigheden vanzelf ontwikkelen. Toch moeten zij ook hierbij worden geholpen door de leerkracht. Dat betekent dat de leerkracht zich daar bewust van moet zijn en ICT inzet als middel in het onderwijs. Om dat goed te kunnen doen ontwikkel je eigen vaardigheid op het technische vlak en kennis van de didactische toepassingen. We gaan in op de stand van zaken in het onderwijs op het gebied van ICT, de snelle ontwikkelingen en welke materialen er regelmatig gebruikt worden om het onderwijs te verrijken. Let op: deze collegereeks wordt alternerend aangeboden. Dat wil zeggen dat je, afhankelijk van je rooster, het onderwijsaanbod in het eerste of het tweede blok van dit semester volgt. Leerdoelen - Wat moet je kennen en kunnen aan het einde van deze reeks? Je bent op de hoogte van ontwikkelingen op het gebied van ICT en onderwijs; Je maakt gebruik van diverse vindplaatsen van digitaal leermateriaal en arrangeert hieruit je eigen (digitale, interactieve) leereenheid; Je hebt een open houding naar ontwikkelingen op het gebied van ICT in het onderwijs en wil deze inzetten in de les. Het programma - Wat gaan we per bijeenkomst behandelen? Bijeenkomsten Jouw activiteiten vooraf 1: ICT, een globaal overzicht Je bestudeert de websites: We beginnen bij de mogelijkheden van ICT voor de student zelf. Welke middelen heb je tot je beschikking en op welke wijze gebruik je die voor je studie? Daarnaast gaan we in op de middelen die je in de stage tegenkomt en op welke manieren je die voor de les gebruikt. kennisnet.nl/artikel/wat-is-ict-bekwaamheid foo.mijnhva.nl 2: ICT in de vingers We behandelen de visie op onderwijs volgens TPACK, waarbij de technische, inhoudelijke en didactische principes in samenhang zijn om de les te ontwerpen. Deze principes vertalen we naar de eigen vaardigheden en mogelijkheden van zowel het kind als de leerkracht. Je bestudeert de website: 3: ICT in de praktijk Geen specifieke voorbereiding nodig. Met de theorie uit voorgaande lessen worden praktische toepassingen bekeken en daarbij schat je voor jezelf in hoe je dit kunt integreren in je onderwijs Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 31

32 Toetsing In deze collegereeks komen essentiële, praktische vaardigheden aan bod. Daarom geldt een aanwezigheidsplicht en actieve deelname voor alle colleges. Voldoende en actieve deelname aan colleges is een van de onderwerpen van het functioneringsgesprek dat je voert met je kerndocent aan het eind van het semester. Portfolioproducten Het eindproduct wordt niet opgenomen in het portfolio Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 32

33 3.9 Titel: Kunstzinnige Oriëntatie: Muziek SIS-code: Vakopdracht Kunstzinnige Oriëntatie 1.2 Beschrijving In de muzieklessen die je gedurende je opleiding zult volgen, word je getraind in eigenvaardigheid zingen en muziek maken en leer je welke activiteiten je in kunt zetten om kinderen te enthousiasmeren en uit te dagen. Hierbij doe je kennis op over de didactiek en methodiek, om inhoud te kunnen geven aan de voorbereiding en uitvoering van de muzieklessen voor de kinderen in jouw stageklas. Deze collegereeks wordt alternerend aangeboden in 1.1 en 1.2. Tijdens de bijeenkomsten worden de volgende onderdelen behandeld: eigenvaardigheid zingen; liedrepertoire van de basisschool: onderbouw, middenbouw, bovenbouw; didactiek in relatie tot de domeinen: zingen, muziek maken, luisteren, bewegen, noteren; kennisoverdracht met betrekking tot het klank-vorm-en betekenismodel; leiding geven aan muzikale processen; voorbereiding en begeleiding op de vakopdracht 1.2. Leerdoelen Je bent in staat om bij de uitwerking van een liedaanbieding een koppeling te maken tussen beginsituatie en lesdoelen. Je kan geschikte ICT hulpmiddelen kiezen bij het bepalen van werkvormen voor muziek. Je kan inhoudelijke keuzes van muzikale activiteiten verantwoorden op basis van kenmerken van de betreffende leeftijdsgroep. Je beschikt over basale didactische vaardigheden voor het vak muziek Toetsing Deze onderwijseenheid wordt getoetst in de vakopdracht 1.2- Beeldende Vorming en Muziek. Alle leesstof die in de lessen wordt behandeld, zal worden getoetst in jaar 2, blok 2.2. Portfolioproducten Je neemt het eindproduct van dit studieonderdeel, mits voldoende beoordeeld, op in je portfolio. Toetsstof Lei, R. van der, Haverkort, F. & Noordam, L. (2014). Muziek Meester (Vierde ed.).amersfoort, Nederland: Thieme Meulenhoff. Hoofdstuk 1: Muziek op de bassischool. Hoofdstuk 2: Zingen: blz.46 t/m blz.50, blz. 54 t/m blz.56, blz. 61 t/m blz. 66. Hoofdstuk 4: Muziek Maken: blz. 106, blz. 107, blz. 110, blz. 111, blz. 115, blz. 116, blz. 132 t/m blz Hoofdstuk 5: Muziek lezen en noteren: blz. 148 t/m blz Hoofdstuk 6: Vorm: blz. 208, blz. 209, blz. 211 en 212 tot hoofdstuk Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 33

34 3.10 Titel: Kunstzinnige Oriëntatie: Beeldende Vorming SIS-code: Vakopdracht Kunstzinnige Oriëntatie 1.2 INLEIDING Tijdens deze collegereeks maak je kennis met het vak beeldende vorming en de kerndoelen die daarbij horen. Door onderwijs ben je in staat de zeggingskracht van beelden die overal om ons heen te zien zijn, te ervaren voor wat betreft functie en betekenis. Je bespreekt de beeldende middelen (beeldende aspecten en materialen/ technieken) die daarvoor gebruikt zijn. Je maakt kennis met de kerndoelen en het belang van een doorgaande leerlijn. De ontwikkelingsfasen met betrekking tot het beeldend werk van kinderen en de manier waarop beeldende vorming een bijdrage levert aan de totale ontwikkeling van het kind, staan centraal in dit programma. Door middel van het zelf maken en bespreken van beeldend werk en het koppelen daarvan aan de onderwijspraktijk met kinderen, wordt een basis gelegd om zelf les te kunnen geven. Basale didactische vaardigheden en de basis van klassenmanagement komen aan het bod. Door het observeren van kinderen die beeldend bezig zijn, ervaar je de verschillen tussen kinderen. Let op: deze collegereeks wordt alternerend aangeboden. Dat wil zeggen dat je, afhankelijk van je rooster, het onderwijsaanbod in de eerste of de tweede blok van dit semester volgt. Leerdoelen - Wat moet je kennen en kunnen aan het einde van deze reeks? Je hebt basiskennis over de aangeboden materialen/ technieken en kan deze toepassen in je beeldende werk. Je bent in staat de beeldende opdrachten volgens de gegeven criteria uit te voeren. Je hebt kennis genomen van de beeldaspecten en kan deze toepassen in je beeldende werk. Je bent in staat een procesverslag te schrijven volgens het format op DLWO. Het programma - Wat gaan we per bijeenkomst behandelen? Bijeenkomsten 1. Beelden en vormgeven, kerndoelen In deze eerste bijeenkomst beeldende vorming word je je ervan bewust hoe kinderen opgroeien in een wereld van beelden en wat de functie en betekenis van die beelden kunnen zijn. Je gaat in op vormgeving, materiaal en werkproces. Verder maak je kennis met de kerndoelen voor dit vakgebied. In de les ga je werken aan een beeldende opdracht. Jouw activiteiten vooraf Van Onna & Jacobse (2013). Laat maar zien. Hoofdstuk 1 Mens en beeld p. 13 t/m 23 Bestudeer de website: KDKunstzinnigeOrientatie.html (beeldende vorming). Portretopdracht, structuren maken in Oost-Indische inkt 2. Sporen van ontwikkeling, verschillen tussen kinderen. Bijdragen van beeldende vorming aan de ontwikkeling Je maakt kennis met de beeldende ontwikkelingsfasen van kinderen en de verschillen tussen kinderen, zodat je straks weet wat voor opdrachten je kunt geven. Je begrijpt en leert uit te leggen waarom beeldend werken belangrijk voor de ontwikkeling van een kind is. In de les werk je aan een beeldende opdracht. Portretopdracht uitwerken m.b.v. portretfoto en beeldmateriaal (onderzoek) Van Onna & Jacobse (2013). Laat maar zien. Hoofdstuk 11 Sporen van ontwikkeling, blz. 239 t/m 277. Grote A4 portretfoto van je zelf in zwart wit meenemen, zo ook je kopieerkaart Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 34

35 3. Beeldaspecten Je leert wat beeldaspecten zijn en dat deze een deel van de leerstof voor kinderen vormen. Ruimte, kleur, vorm, textuur en compositie bestaan ieder uit een reeks aan te leren begrippen. Portretopdracht afmaken. 4. Beeldend onderwijs, visie en didactiek, doelen In deze bijeenkomst maak je kennis met de essentie van het vak en de benodigde didactiek (proces en product). Wat beeldend vormgeven is kun je uitleggen vanuit het cirkelmodel (MVB-model). Van Onna & Jacobse (2013). Laat maar zien. Hoofdstuk 8, blz. 155 t/m 183. Bestudeer de website Van Onna & Jacobse (2013). Laat maar zien. Hoofdstuk 2 Zien en maken p. 25 t/m 47. In de les werken we aan de opdracht grachtenpand 5. Didactische vaardigheden en klassenmanagement; beeldend onderwijs in de groep: voorbereiding en oriëntatie Je leert over waar het om gaat bij beeldende vorming en de kerndoelen. Je leert over het Format voor basisplan (blz. 338) en het Format voor de les(fasen)beschrijving (blz. 339) en het verkorte lesformulier. Je kunt de brede ontwikkeling die beeldende vorming bewerkstelligt benoemen. In de les werken we aan de opdracht grachtenpand. 6. Afronding beeldende opdracht en presentatie. Je neemt kennis over de voorbereiding van de les en wat daar bij komt kijken (Beginsituatie, soort lesactiviteit, basisplan, doelen en evaluatiecriteria). De leerkracht houdt rekening met de condities, zoals de beschikbaarheid van het materiaal, de ruimte, de tijd, de inrichting van het lokaal, de kennis en vaardigheden, en de interesses van de kinderen. Grachtenpand afmaken. Procesbeschrijving achteraf thuis maken. Van Onna & Jacobse (2013) Laat maar zien. hoofdstuk 3 Beeldend onderwijs, p. 49 t/m 67. Van Onna & Jacobse (2013) Laat maar zien. hoofdstuk 4 Voorbereiding p. 69 t/m 83 Al het beeldende werk afmaken. Het verzamelde beeldmateriaal meenemen naar huis en bewaren voor de beoordeling van de vakopdracht (tafeltjespresentatie). Fotografeer ook al je werk, een eis voor inleveren in de dropbox. Toetsing In vakopdracht 1.2- Beeldende Vorming en Muziek bied je al je beeldend werk inclusief schetsen en procesbeschrijving aan ter beoordeling. Dit volgens toetsrooster. Je fotografeert daarnaast al je producten die je samen met een procesbeschrijving in de dropbox doet. Deze onderwijseenheid wordt getoetst in de vakopdracht 1.2- Beeldende Vorming en Muziek. Alle leesstof en hetgeen op DLWO staat, wordt getoetst in jaar 2, blok 2.2 Portfolioproducten Je neemt het eindproduct van dit studieonderdeel, mits voldoende beoordeeld, op in je portfolio Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 35

36 Toetsstof Onna, J. van & Jacobse, A. (2013). Laat maar zien, een didactische handleiding voor beeldend onderwijs. Groningen: Noordhoff. Hoofdstuk 1, Laat maar zien. Mens en beeld p.13 t/m 23 Hoofdstuk 2 Laat maar zien. Zien en maken p. 25 t/m 47 Hoofdstuk 3 Laat maar zien. Beeldend onderwijs p. 49 t/m 67 Hoofdstuk 4 Laat maar zien. Voorbereiding p. 69 t/m 83 Hoofdstuk 8 Laat maar zien. Beeldaspecten p. 155 t/m 183 Hoofdstuk 11 Laat maar zien. Sporen van ontwikkeling p. 239 t/m 279 Aanbevolen: Boermans 5 e editie, Beeldende Begrippen. Uitgeverij Lambo Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 36

37 3.11 Titel: Kunstzinnige Oriëntatie: Vakopdracht 1.2 Muziek & Beeldende vorming SIS-code: Vakopdracht Kunstzinnige oriëntatie 1.2 INLEIDING - Deze vakopdracht bestaat uit een deelproduct voor beeldende vorming en een deelproduct voor muziek. De stad Amsterdam is de inspiratiebron voor de uit te werken onderdelen van beeldende vorming en muziek. Leerdoelen Beeldende vorming: Je hebt basiskennis over de aangeboden materialen/ technieken en kan deze toepassen in het ontwerp. Je bent in staat de beeldende opdrachten volgens de gegeven criteria uit te voeren. Je hebt kennis genomen van de beeldaspecten en kan deze toepassen in een ontwerp. Je bent in staat een procesverslag te schrijven volgens het format op DLWO. Muziek: Je bent in staat om bij de uitwerking van een liedaanbieding een koppeling te maken tussen beginsituatie en lesdoelen. Je kan geschikte ICT hulpmiddelen kiezen bij het bepalen van werkvormen voor muziek. Je kan inhoudelijke keuzes van muzikale activiteiten verantwoorden op basis van kenmerken van de betreffende leeftijdsgroep. Je beschikt over basale didactische vaardigheden voor het vak muziek. Beschrijving Voor deze vakopdracht voer je diverse opdrachten uit voor het vak beeldende vorming en het vak muziek. Deelopdracht 1: Beeldende Vorming Twee beeldende werkstukken rondom het thema Ik en Amsterdam. Een procesbeschrijving met vooronderzoek van het grachtenpand als beeldend werkstuk, is een onderdeel van de vakopdracht. Je maakt tijdens de lessen twee beeldende werkstukken. Tijdens het maken van de werkstukken fotografeer je geregeld de beeldende werkstukken, vooronderzoek en inspiratiemateriaal. Deze foto s neem je op in een beeldend portfolio. Bij het werkstuk Grachtenpand maak je een procesbeschrijving achteraf die je eveneens opneemt in het beeldend portfolio. Opdracht 1: Zelfportret volgens opdracht; Opdracht 2: Amsterdam grachtenpand volgens opdracht; Procesbeschrijving achteraf van de grachtenpandopdracht volgens het procesmodel op DLWO met voorstudies, inspiratiemateriaal en proefjes Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 37

38 Inleveren: Via dropbox lever je in: Het beeldend portfolio ( schetsen en foto s van voorstudies (schetsjes en proefjes), inspiratiemateriaal en procesbeschrijving achteraf van de grachtenpandopdracht). Op een ingeroosterd moment in de toetsweek bied je bij de docenten aan: De twee beeldende werkstukken zelfportret en grachtenpand, het beeldend portfolio als papieren versie. Alles dien je na de beoordeling weer op te halen). Deelopdracht 2: Muziek Voor het onderdeel muziek ontwerp je met een groepje van vier studenten (drie minimaal) een liedaanbieding voor een van de stageklassen. Voor de inleiding van deze liedaanbieding maak je met je groepje een opname van een door jullie gekozen lied. Het door jullie ingezongen lied wordt verwerkt in de videoclip. Bedenk op welke wijze de omgeving van de stageschool of elementen uit de stad Amsterdam, een onderdeel kunnen zijn van beeldaspecten in de videoclip. A. Je maakt gebruik van het lesvoorbereidingsformulier dat de opleiding aanbiedt. Onder het kopje verantwoording in het lesvoorbereidingsformulier beschrijf je hoe je tot de keuze van de stagegroep en de keuze van het lied bent gekomen. De beginsituatie van de gekozen stageklas is uitgangspunt voor de inhoud van de les: Wat kennen, kunnen en weten deze leerlingen al op het gebied van muziek, wat is hun ervaring met zingen? Vervolgens zorg je dat de doelen aansluiten op deze beginsituatie en de inhoud van de lesbeschrijving. De lesbeschrijving bestaat uit een inleiding, kern en slot van de les. De presentatie van de videoclip verwerk je in de inleiding van je les. In de lesbeschrijving wordt de context met de video duidelijk gemaakt. B. Een link naar het filmpje plaats je in het lesvoorbereidingsformulier onder het kopje verantwoording van de les. Inleveren Via Dropbox lever je één exemplaar van het einddocument in met: de namen van de studenten een lesvoorbereiding met daarin, bij het kopje verantwoording, de link van het filmpje Toetsing De vakopdracht wordt beoordeeld op basis van criteria die zijn opgenomen in een beoordelingsformulier, dat aan het begin van het blok voor de student beschikbaar is via de studiewijzer. Tijdens het beoordelingsproces wordt er één cijfer voor beeldende vorming vastgesteld en één cijfer voor muziek. Het gemiddelde van beide cijfers is het eindcijfer van de gehele vakopdracht. Beide deelproducten dienen met een voldoende te zijn beoordeeld om tot puntentoekenning te komen Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 38

39 Portfolioproducten Je neemt het eindproduct van dit studieonderdeel, mits voldoende beoordeeld, op in je portfolio. Toetsstof: 1. Lei, R. van de, & Haverkort, F& Noordam L.(2015). Muziek Meester! 4e druk Amersfoort: ThiemeMeulenhoff 2. Onna, J. van & Jacobse, A. (2008). Laat maar zien, een didactische handleiding voor beeldend onderwijs. Groningen: Noordhoff Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 39

40 3.12 Titel: Cultuurproject 1: Cultuur en ik SIS-code: Cultuuronderwijs 1.4 INLEIDING Iedereen is een drager van de cultuur waarin hij geboren is en waarin hij samen met anderen leeft. Als (aankomend) leerkracht ben je een cultuuroverdrager pur sang. Het zelfbewust worden van jouw eigen cultuurdragerschap vormt een belangrijke basis tot het professionele culturele zelfbewustzijn van de leerkracht. Je neemt jouw eigen culturele bagage en identiteit daar in mee. Met het oog op jouw ontwikkeling tot cultuurdrager binnen je rol als leerkracht neem je in jaar 1, 2 en 3 deel aan twee cultuurprojectweken. In het eerste jaar van de opleiding staat het thema Cultuur en ik centraal en word je je bewust(er) van de invloed van jouw achtergrond op jouw persoonlijke, professionele ontwikkeling tot leerkracht. In de grootstedelijke context van Amsterdam krijg je als leerkracht te maken met verschillende culturele achtergronden van kinderen. en ook de scholen en wijken kennen diversiteit aan culturele levensstijlen. Daarnaast biedt de stad door het rijke aanbod van culturele instellingen als musea, theaters, muziekinstellingen etc. - verschillende mogelijkheden om in het kader van cultuuronderwijs samen te werken. Tijdens de cultuurprojecten is er een aanbod van cultuureducatieve activiteiten, zowel op de opleiding als in Amsterdam. Daarnaast werk je zelfstandig (of met anderen) aan (zelfstudie)opdrachten. Leerdoelen Je bent je bewust van de wijze waarop je het vak van leerkracht gaat uitoefenen wordt beïnvloed door de context en cultuur waarin je leeft. Je kunt de ervaringen die je zelf hebt opgedaan in de cultuurprojectweken van jaar 1 vertalen naar onderwijsactiviteiten voor leerlingen basisonderwijs. Je kunt aangeven waar jij aan het eind van het eerste studiejaar staat in je persoonlijk-professionele ontwikkeling ten aanzien van cultuurdrager en cultuuroverdrager zijn, cultuur en cultuuronderwijs; erfgoed, media en burgerschap. Activiteiten in projectweek 1 Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag Introductie thema Intro (individuele) deelopdracht 1.2 Stagedag Bezoek gebedshuizen I: synagoge, moskee en kerk Groepsopdracht: culturele diversiteit A dam in beeld brengen Bezoek gebedshuizen II Aan de slag met een groepsopdracht Afsluiting: presentaties & blokevent Vrijdag Zelfstandig werken aan deelproduct Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 40

41 Toetsing In cultuurprojectweek 1 werk je aan een deelproduct. Dit deelproduct is onderdeel van de beoordeling van de opdracht cultuuronderwijs 1.4. De opdracht wordt beoordeeld aan het eind van blok 1.4 door de kerndocent, aan de hand van de beoordelingscriteria in het beoordelingsformulier van studiewijzer 1.4. Aanwezigheid en actieve deelname tijdens de cultuurprojectweken is onderdeel van de beoordeling. Let op: Voor cultuuronderwijs geldt een verplichte deelname. Dat wil zeggen dat je aanwezig moet zijn en actief moet deelnemen om de gestelde doelen te kunnen behalen. In de cultuurweken maak je samen met medestudenten kennis met het culturele veld in Amsterdam en de betekenis daarvan voor het basisonderwijs. Vanwege interactie en discussie met medestudenten, docenten en betrokkenen uit het culturele veld is aanwezigheid en actieve deelname noodzakelijk om de doelen te kunnen behalen. Toetsstof Heusden, B.P. van, Tans, J.P.M., Rass, M.G. (2016) Cultuur², Basis voor cultuuronderwijs. Bussum: Coutinho. Opdracht In cultuurproject 1 werk je aan een opdracht, deelproduct 1, van het studieonderdeel cultuuronderwijs 1.4. Deze bestaat uit twee onderdelen: 1. Je maakt een persoonlijke identiteitscirkel, waarin is opgenomen welke aspecten en mensen belangrijk zijn voor je eigen identiteit. 2. Je geeft in een reflectie aan waar je momenteel staat in je persoonlijke en professionele ontwikkeling als cultuur(over)drager en verbindt dit aan theorie over cultuuronderwijs. Portfolioproducten Je neemt het deelproduct als onderdeel van het (voldoende beoordeelde) eindproduct Cultuuronderwijs 1.4 op in je portfolio Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 41

42 HOOFDSTUK 4. De praktijk van het basisonderwijs SIS-code: Praktijk 1.1 INLEIDING In de praktijk voer je activiteiten uit die bijdragen aan de ontwikkeling van je competenties. Deze ontwikkeling wordt gedurende de hele stageperiode gevolgd aan de hand van de competentiematrix Leren lesgeven in de grote stad (Amsterdam) van de Pabo HvA. Je maakt in het eerste blok kennis met het basisonderwijs, het reilen en zeilen op een basisschool en met de kinderen in de groep. Je richt je op het contact maken met kinderen, individueel en in de groep en maakt een start met het lesgeven. Werken aan de hand van planningen en omgaan met feedback zijn aandachtspunten. 4.1 Stagedoelen Je weet jezelf duidelijk te presenteren aan je stageklas. Je maakt op een natuurlijke, informele wijze contact met de groep. Je kunt leerlingen individueel benaderen en leren kennen. Je kunt in overleg met jouw mentor een realistische planning maken voor jouw praktijkactiviteiten per blok en per dag. Je hebt je verdiept in de leef- en belevingswereld van de kinderen in de groep. Je hebt je verdiept in de visie van de mentor op onderwijs en op de eerste vier competenties voor een leerkracht basisonderwijs. Je lessen zijn opgebouwd op basis van inleiding, kern en slot. Je kunt de kinderen helpen en stimuleren bij hun leertaken. Je laat zien dat je open staat voor feedback van je begeleiders. 4.2 Stageactiviteiten Stageactiviteiten zijn onder voorbehoud van kleine wijzigingen in de Beroeps- of Vakopdracht. Je maakt kennis met en stelt je voor aan de groep (op een originele en doordachte wijze). Je voegt in in de groep, ondersteunt de leerkracht bij het voorbereiden van de dag en bij het afsluiten / opruimen nadat de kinderen naar huis zijn. Je interviewt je mentor ten aanzien van de eerste vier competentiegebieden (deelproduct 1 voor Beroepsopdracht 1.1). Je voert gesprekken met twee leerlingen over hun leef- en belevingswereld (deelproduct 2 voor Beroepsopdracht 1.1). Je verzorgt met ingang van de stageweek iedere stagedag een voorbereide les, zodat je dus in totaal minstens zeven groepslessen uit voert, keuze/voorbereiding van de lessen onder intensieve begeleiding van de mentor, waarvan - Eén groepsles t.b.v. de vakopdracht Nederlands, waarvoor je een tekst voorleest en het daarbij horende beoordelingsformulier door de mentor laat invullen. Je verzorgt met ingang van de stageweek iedere stagedag een individuele instructie, zodat je dus in totaal minstens zeven individuele instructies uit voert; keuze/voorbereiding van de lessen onder begeleiding. Je actualiseert je stagemap met daarin tenminste je lesvoorbereidingen, activiteiten, de ontvangen feedback en stagebeoordelingen Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 42

43 4.3 Toetsing en beoordelingsprocedure Voor dit studieonderdeel geldt een verplichte deelname. Dat wil zeggen dat je aanwezig moet zijn en actief moet deelnemen om de gestelde doelen te kunnen behalen. Deze doelen kunnen namelijk alleen worden behaald door te oefenen met lesgeven in de praktijk van het basisonderwijs. De praktijk wordt aan het eind van het blok beoordeeld aan de hand van een beoordelingsformulier met beoordelingscriteria. De praktijk wordt als voldoende (6) beoordeeld indien aan alle voorwaardelijke onderdelen is voldaan en indien ten minste zeven van de beoordelingscriteria met een voldoende zijn beoordeeld. Voorwaarde voor beoordeling is altijd dat je de stageactiviteiten hebt uitgevoerd en dat je je stagemap hebt geactualiseerd. De beoordeling van de stage (de toekenning van het eindcijfer) wordt gegeven door de opleider in de school De procedure is als volgt: Aan het eind van blok 1.1 geeft de mentor een schriftelijke adviesbeoordeling door het beoordelingsformulier in te vullen met onvoldoende, voldoende, goed of uitstekend. De mentor licht het advies mondeling toe in een gesprek met jou en stuurt de adviesbeoordeling naar de opleider in school. De opleider in de school is de examinator en komt op basis van de adviesbeoordeling van de mentor (die in een gesprek met de student door de mentor is toegelicht), het eigen lesbezoek en het daarop aansluitende gesprek met jou tot een eindbeoordeling, vult het beoordelingsformulier in en geeft het cijfer. Meer informatie over de praktijk en de beoordelingsprocedure is te vinden in de Praktijkgids Portfolio Je neemt de voldoende praktijkbeoordeling op in je portfolio Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 43

44 HOOFDSTUK 5. Persoonlijke professionele ontwikkeling SIS-code: Persoonlijke professionele ontwikkeling 1.2 INLEIDING - Het lesgeven in een grootstedelijke context, met de superdiversiteit van de stad en die van haar inwoners, vraagt veel van de kennis, vaardigheden en attitude van jou als leerkracht. Je moet ervoor zorgen dat kinderen goed onderwijs krijgen in de verschillende vakgebieden, ervoor zorgen dat zij zich sociaal ontwikkelen in een groep en dat zij zich als individu leren ontplooien en hun talenten kunnen ontwikkelen. Je krijgt als leerkracht hierdoor te maken met dilemma's: in de interactie tussen jou en leerlingen, met ouders, collega's, de directeur en andere onderwijsprofessionals. Omgaan met dilemma's vraagt van jou als leerkracht dat je weet waar je voor staat en dat je eigen wijze keuzes kunt maken, die zijn gebaseerd op kennis, vaardigheden en een eigen visie op onderwijs en onderwijzen. Tijdens de bijeenkomsten voor persoonlijke en professionele ontwikkeling (PPO) leer je je eigen professionele handelen te verantwoorden, het maken van transfer, het ontwikkelen van eigenheid (waaronder een eigen visie op onderwijs en het beroep leerkracht) en het zelf sturing geven aan je eigen leerproces. Het portfolio fungeert hierbij als reflectie-instrument. 5.1 Leerdoelen PPO bestaat uit drie pijlers: Pijler 1. Identiteit Je kunt je persoonlijke professionele ontwikkeling duiden, weet waar je voor staat (visie) en kunt deze verwoorden aan anderen. 2. Eigen wijze keuzes Je kunt op basis van verworven kennis, inzichten en ervaringen eigen wijze keuzes maken in je beroepspraktijk, deze onderbouwen en verantwoorden aan anderen. 3. Professionele ruimte creëren Je hebt een onderzoekende houding, stuurt je eigen ontwikkeling, voelt de noodzaak om jezelf te blijven professionaliseren en zoekt verbinding en samenwerking met collega s en externen. Bij de hierboven genoemde pijlers staan in het eerste semester de volgende leerdoelen centraal: Identiteit Je koppelt de competentiematrix aan je eigen ontwikkeling. Je leert je medestudenten en opleiding kennen (binden). Je herkent je eigen (culturele) achtergrond Eigen wijze keuzes maken Je beschrijft je eigen handelen in een dilemma in de studie of praktijk aan de hand van de reflectiecyclus. Je herkent in onderwijssituaties de theorie uit de opleiding. Professionele ruimte creëren Je kunt aan de hand van je eigen leerstijl ontwikkelpunten beschrijven Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 44

45 5.2 Bijeenkomsten In de PPO-bijeenkomsten begeleiden wij studenten in hun persoonlijke professionele ontwikkeling, waarin reflecteren en de onderzoekende houding van de student een grote rol speelt. Hierbij gaan we ook in op identiteit en groepsprocessen. In de PPO-bijeenkomsten word je uitgedaagd een bijdrage te leveren aan onderstaande onderwerpen: Wie ben ik: je presenteert wat je bezighoudt, waar je vandaan komt, wat je achtergrond is. Muurkrant: wekelijks wordt actueel nieuws uit onderwijsland gepresenteerd en een discussie met de klas (be)geleid. Lesvoorbereiding en uitvoering: we bespreken de relatie tussen de lesvoorbereiding en uitvoering. Competentieontwikkeling: hoe ontwikkel jij je in studie en stage? Koppeling theorie en praktijk: geregeld wordt er een koppeling gemaakt van de praktijk naar de theorie en vice versa. Casusinbreng: in de vorm van een casus wordt er door iemand een succes- of leermoment ingebracht. Tip van de week. Energizer: wekelijks leert een student de klas een energizer. Spreekuur: studenten kunnen een afspraak maken en de kerndocent kan een afspraak maken met studenten om te praten over zaken m.b.t. studie en stage. De kerndocent voert in collegeweken 3 en 4 onder PPO-tijd kennismakingsgesprekken met de studenten. Dan is er geen PPO-college. 5.3 Toetsing Aan het eind van dit semester heb je een functioneringsgesprek van 20 minuten met je kerndocent. Voorafgaande aan het gesprek actualiseer je jouw portfolio. Bij het gesprek en bij de beoordeling staan de volgende aandachtspunten centraal: Studievaardigheden, studiehouding, en studievoortgang. Actieve deelname aan de studie, waaronder aanwezigheid in de colleges, kan nadrukkelijk aan de orde komen tijdens het gesprek. Reflectie op de eigen professionele ontwikkeling en koppeling hiervan aan de competenties zoals beschreven in de competentiematrix Leren lesgeven in de grote stad (Amsterdam). Reëel zicht op het vak van leerkracht basisonderwijs, de eigen sterke en te ontwikkelen punten en het formuleren van nieuwe leerdoelen voor semester 2. Je bereidt je voor op het functioneringsgesprek door je portfolio verder in te richten en te actualiseren. Je neemt de volgende documenten op in je portfolio: De stagebeoordeling(en). De voldoende beroeps- en vakopdrachten (inclusief beoordelingsformulieren). De competentiematrix met daarin gearceerd/gemarkeerd in het groen de competentiebeschrijvingen die je beheerst en gearceerd in het geel de competenties waarin je je wilt ontwikkelen in het komende semester Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 45

46 Om tijdens het functioneringsgesprek tot een helder beeld van jouw ontwikkeling te komen kan het je helpen om je schriftelijk voor te bereiden: - Beschrijf in een apart document hoe je je in de groen gearceerde competenties ontwikkeld hebt. Je kunt hier concrete voorbeelden aan koppelen - Welke kwaliteiten en welke aandachtspunten zijn bij deze items zichtbaar geworden? - Hoe kun je deze kwaliteiten en of aandachtspunten in andere praktijksituaties inzetten of toepassen? Let op: deze schriftelijke voorbereiding mag je meenemen naar het functioneringsgesprek, maar neem je niet op in je portfolio. De kerndocent beoordeelt de afronding van PPO 1.2 op basis van de volgende criteria: De student koppelt de competentiematrix aan zijn eigen ontwikkeling. De student beschrijft eigen handelen in een dilemma in de studie of praktijk aan de hand van de reflectiecyclus. De student herkent in onderwijssituaties de theorie uit de opleiding. De student kan aan de hand van zijn eigen leerstijl ontwikkelpunten beschrijven Naast de beoordeling krijg je van je kerndocent zo nodig feedback op het onderdeel gesprekken voeren. Aan het eind van het eerste jaar moet je het B2-niveau aantonen van dit taalaspect. In blok 1.2 krijg je ontwikkelingsgerichte feedback van je kerndocent, dat wil zeggen dat je zo nodig aanwijzingen krijgt indien je taalgebruik niet op het gewenste niveau is. In het functioneringsgesprek van blok 1.4 wordt het aspect gesprekken voeren beoordeeld als onvoldoende/voldoende. 5.3 Portfolioproducten Je neemt de voldoende beoordeling van het functioneringsgesprek op in je portfolio. 5.4 Aanwezigheidsplicht Voor de colleges van PPO geldt een aanwezigheidsplicht. Wat deze aanwezigheidsplicht precies inhoudt, wordt aan het begin van het blok bekend gemaakt Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 46

47 HOOFDSTUK 6. Praktische informatie INLEIDING - Dit hoofdstuk biedt een overzicht van alle belangrijke praktische informatie omtrent dit blok zoals de blokkalender, de gebruikte literatuur en internetsites, het minimum taalniveau dat we hanteren, etcetera. Opzet blok 1 Hieronder zie je in schema hoe dit blok verloopt: in de bovenste rij de weken van het blok, de rij eronder de kalenderweek, de rij daaronder de begindatum van die week, dan de invulling, en tenslotte de toets- en/of stageactiviteiten. Belangrijke internetsites Hier vind je het meest actuele rooster van jouw klas. Hier staat alle actuele informatie van de opleiding en de verschillende vakken. Informatie van het stagebureau voor externen. Bekijk hier jouw studievoortgang. Je kunt STIP gebruiken bij alle vragen rond het zoeken, vinden en gebruiken van (wetenschappelijke en vak-) informatie. BLOK /09 11/09 18/09 25/09 02/10 9/10 16/10 23/10 30/10 06/11 19/09: 1e stagedag Een online oefenmodule om je taalvaardigheid te verbeteren. STAGEWEEK vt: ma t/m vr. dt: 1 dag extra HERFST TOETSWEEK 1 Stagebeoord. Beroepsopdr. Vakopdracht TOETSWEEK 2 Thematoets Vaktoets Vaktoets Belangrijke documenten (downloaden via MijnHvA): Competentiematrix Leren lesgeven in de grote stad (Amsterdam). Praktijkgids Praktijkgids LIO (via Boekenlijst Een overzicht van de verplicht aan te schaffen boeken voor het derde studiejaar vind je op deze website: BSA-norm Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 47

48 Bij onvoldoende studievoortgang na jaar 1 kan de opleiding een negatief bindend studieadvies (BSA) afgeven. In dat geval zul je de opleiding helaas vroegtijdig moeten afbreken. Om zo n negatief studieadvies te voorkomen moet je na het eerste studiejaar in het bezit zijn van minimaal 50 studiepunten. Taalniveau Voor een student aan de leerkrachtenopleiding basisonderwijs is het van belang een goede beheersing van het Nederlands te hebben voor alle taalvaardigheden (spreken, gesprekken voeren, luisteren, lezen en schrijven). Van alle studenten wordt verwacht dat zij het Nederlands beheersen op B2-niveau vanaf het einde van de propedeuse en op C1-niveau aan het einde van de hoofdfase. Een beschrijving van deze taalniveaus vind je op Vereist niveau einde propedeuse (taalniveau B2) Aan het eind van de propedeuse moet je het B2-niveau aantonen op de volgende taalaspecten: 1. Spreken (presenteren). 2. Gesprekken voeren. 3. Schrijven. 4. Lezen. 5. Luisteren. Je toont aan het eind van het eerste jaar, in blok 1.4, je B2-niveau aan in spreken, gesprekken voeren en schrijven tijdens de volgende daartoe aangewezen opdrachten: Schrijven: vaktoets Nederland 1.4 (schriftelijk), beoordeling door de docent Nederlands. Spreken (presenteren) en gesprekken voeren: vaktoets Nederlands 1.4 (mondeling), beoordeling door de docent Nederlands. Deze opdrachten staan inhoudelijk beschreven in de studiewijzers per blok. De opdrachten worden beoordeeld met beoordelingsformulieren voor schrijven, spreken en gesprekken voeren op B2-niveau. De beoordeling op taalniveau B2 staat los van de inhoud van de opdracht. Deze wordt apart beoordeeld. B2-niveau in luisteren en lezen wordt indirect aangetoond, namelijk via het volgen van (hoor)colleges en het lezen van studiestof. Je toont het B2-niveau luisteren en lezen aan door het behalen van de eerstejaarstoetsen. Bij deze taalonderdelen worden geen aparte beoordelingsformulieren voor taalgebruik gehanteerd. Je krijgt de mogelijkheid gedurende het eerste jaar je taalniveau (zonodig) te ontwikkelen tot het vereiste B2- niveau. In blok 1 en 2, semester 1, van de propedeuse worden als onderdeel van het vereiste B2-niveau - alle schrijfproducten van studenten taalontwikkelinggericht nagekeken met behulp van de Taalnorm Pabo-HvA (deze vind je in een van de bijlagen bij deze studiewijzer). Gedurende dit blok kunnen de schrijfproducten nog niet op taal worden afgekeurd. De student moet wel zijn groei kunnen aantonen op dit gebied. Vanaf semester 2 van de propedeuse (en de hierop volgende studiejaren) worden alle schrijfproducten met de taalnorm nagekeken en bij te veel fouten wordt het schrijfproduct met een onvoldoende beoordeling teruggegeven aan de student. Dit is dan ook gelijk de eerste beoordeling en je moet in dat geval het verslag in zijn geheel herkansen Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 48

49 BIJLAGE 1. Beoordelingsformulier Beroepsopdracht Amsterdams onderwijs in beeld Pabo HvA Student: Klas: Kerndocent: Cijfer: Datum beoordeling: Beoordelende docent: A1. Voorwaardelijke onderdelen Ja Nee 1. Het eindproduct bestaat uit deelproduct 1, deelproduct 2 en twee digitale infographics. O O 2. De student laat zien dat de stagementor en de leerlingen zijn geïnterviewd en de mentor is geobserveerd. O O A2. Formatieve beoordeling taalaspect (in semester 1 nog geen voorwaarde voor voldoende) 3. Het schriftelijk werk voldoet aan de taalnorm van de Pabo HvA (zie bijlage in de studiewijzer). O O B. Inhoudelijke criteria 1. Je kent het verschil tussen de leefwereld en de belevingswereld van kinderen. Onvoldoende (0 punten) Niet helemaal voldoende (1 punt) Voldoende (2 punten) De leefwereld en de belevingswereld van twee kinderen worden beschreven. De overeenkomsten en verschillen in leefen belevingswereld van de twee kinderen worden beschreven. Goed (3 punten) Dit wordt door de beoordelaar verantwoord in de feedback. 2. Je kent de eerste vier competentiegebieden van een leerkracht basisonderwijs. Kennis ten aanzien van de eerste vier competentiegebieden wordt in het verslag verwerkt. 3. Je kunt de visie van de stagementor op de eerste vier competentiegebieden beschrijven en onderbouwt deze met voorbeelden uit de onderwijspraktijk. De visie van de stagementor op de eerste vier competentiegebieden wordt beschreven en bestaat uit tenminste drie aspecten per competentiegebied. Met voorbeelden wordt toegelicht hoe de visie van de stagementor op een competentiegebied in de praktijk zichtbaar is. 4. Je kunt een interview voorbereiden en volgens plan uitvoeren en verslaglegging doen van de resultaten en conclusies. De interviews en de observatie zijn op een systematische wijze voorbereid en uitgevoerd. De infographics zien er professioneel, verzorgd en overzichtelijk uit. C. Eindbeoordeling / cijfer Uitmuntend = 10 Aan alle voorwaardelijke onderdelen is voldaan, voor alle inhoudelijke criteria is tenminste 1 punt gescoord en de student heeft 12 punten. Zeer goed = 9 Aan alle voorwaardelijke onderdelen is voldaan, voor alle inhoudelijke criteria is tenminste 1 punt gescoord en de student heeft 11 punten. Goed = 8 Aan alle voorwaardelijke onderdelen is voldaan, voor alle inhoudelijke criteria is tenminste 1 punt gescoord en de student heeft 10 punten. Ruim voldoende = 7 Aan alle voorwaardelijke onderdelen is voldaan, voor alle inhoudelijke criteria is tenminste 1 punt gescoord en de student heeft 9 punten. Voldoende = 6 Aan alle voorwaardelijke onderdelen is voldaan, voor alle inhoudelijke criteria is tenminste 1 punt gescoord en de student heeft 8 punten. Net niet voldoende = 5 Aan één voorwaardelijk onderdeel is niet voldaan en/of minstens één inhoudelijk criterium is onvoldoende en de student heeft 7-9 punten. Onvoldoende = 4 Aan één voorwaardelijk onderdeel is niet voldaan en/of minstens één inhoudelijk criterium is onvoldoende en de student heeft 5-6 punten. Ruim onvoldoende = 3 Aan één voorwaardelijk onderdeel is niet voldaan en/of minstens één inhoudelijk criterium is onvoldoende en de student heeft 3-4 punten. Slecht = 2 Aan één voorwaardelijk onderdeel is niet voldaan en/of minstens één inhoudelijk criterium is onvoldoende en de student heeft 1-2 punten. Zeer slecht = 1 Aan twee voorwaardelijke onderdelen is niet voldaan en/of minstens één inhoudelijk criterium is onvoldoende en de student heeft 0 punten Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 49

50 D. Aanvullende feedback en opmerkingen kerndocent Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 50

51 BIJLAGE 2. Beoordelingsformulier Vakopdracht Nederlands 1.1 Pabo HvA Student: Studentnummer: Cursusjaar: Klas: Cijfer: Datum beoordeling: Docent: A. Algemeen criterium Ja Nee Het verslag voldoet aan de taalnorm van de Pabo HvA (in semester 1 nog geen voorwaarde voor een voldoende). O O B. Specifieke criteria Onv. Voldoende Goed 1. Het verslag voldoet aan de eisen die tijdens het college zijn uitgereikt. 2. Naar de gelezen literatuur wordt correct verwezen. 3. De student heeft een analyse geschreven van vijf boeken vanuit de gegeven genres en bestemd voor kinderen in de basisschoolleeftijd. Aan alle eisen is voldaan. De literatuur wordt systematisch vermeld. Met de analyses toont de student aan dat hij in voldoende mate literair competent is. n.v.t. + de literatuur wordt volgens de APArichtlijnen verwerkt. + Met twee of meer deelopdrachten toont de student aan dat hij op genuanceerde, originele en eigenzinnige wijze op literatuur kan reflecteren. 4. De student heeft een tekst voorgelezen in de stageklas, deze is beoordeeld door de mentor met behulp van het formulier beoordelingsformulier mentor en de student heeft hierop gereflecteerd met behulp van het formulier Verantwoording en reflectie voorlezen in de stageklas. De beoordeling is voldoende. De student verantwoordt in voldoende mate zijn tekstkeuze. De student reflecteert in voldoende mate op het verloop van het voorlezen. + De student laat zien dat hij de spelling van de Nederlandse taal goed beheerst en stilistisch vaardig is. + De beoordeling is goed. + De student is in staat om het belang van het voorlezen voor het toekomstig beroep te duiden. C. Eindbeoordeling / cijfer O Uitmuntend = 10 Criterium 2 is als voldoende beoordeeld, criterium 3 of 4 is als goed beoordeeld en het andere criterium (of beide) is/zijn als excellent beoordeeld (zie onderstaande aanvullende feedback van de docent). O Zeer goed = 9 Een van de onder B. genoemde algemene criteria is als voldoende beoordeeld en de overige drie zijn als goed beoordeeld. O Goed = 8 Twee van de onder B. genoemde algemene criteria zijn als voldoende beoordeeld en twee zijn als goed beoordeeld. O Ruim voldoende = 7 Drie van de onder B. genoemde algemene criteria zijn als voldoende beoordeeld en een criterium is als goed beoordeeld. O Voldoende = 6 Alle onder B. genoemde algemene criteria zijn als voldoende beoordeeld. O Matig =5 Een van de onder B. genoemde criteria is onvoldoende. O Onvoldoende = 4 Twee van de onder B. genoemde criteria zijn onvoldoende. O Ruim onvoldoende =3 Drie van de onder B. genoemde criteria zijn onvoldoende. O Slecht =2 Vier van de onder B. genoemde criteria zijn onvoldoende. O Zeer slecht =1 Vier van de onder B. genoemde criteria zijn onvoldoende en het taalniveau is zeer onvoldoende Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 51

52 D. Aanvullende feedback en opmerkingen vakdocent Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 52

53 BIJLAGE 3. Beoordelingsformulier Vakopdracht KO 1.2, onderdeel Beeldende vorming Pabo HvA Student: Cijfer: Klas: Datum beoordeling: Kerndocent: Beoordelende docent: A. Voorwaardelijke onderdelen Ja Nee 4. De student heeft de twee beeldende opdrachten gemaakt en aangeleverd. O O 5. De student heeft het beeldend portfolio met vooronderzoek en procesbeschrijving achteraf aangeleverd. O O 6. Het verslag voldoet aan de taalnorm van de Pabo HvA. O O B. Inhoudelijke criteria Helemaal niet (0 punten) Niet helemaal (1 punt) Voldoende (2 punten) Goed (3 punten) Je hebt basiskennis over de aangeboden materialen/ technieken en kan deze toepassen in het ontwerp. In opdracht 1 zijn verschillende Oost-Indische inkten collagetechnieken te zien. In opdracht 2 is de plakkaatverf dekkend gebruikt en is er met verschillende gereedschappen gewerkt. Er is ook materieschilderwerk (structuurverf) te zien. Er is gemeten, geknipt, geplakt, gesneden, geritst en gevouwen, en alles is verzorgd afgewerkt. Je hebt kennis genomen van de beeldaspecten en kan deze toepassen in een ontwerp. Je bent in staat een procesverslag te schrijven volgens het gegeven format op de DLWO. Je bent in staat om de gegeven opdracht volgens de criteria uit te voeren In opdracht 1 is gebruik gemaakt van structuren, texturen en lijnen, voor- en achtergrond, en overlappingen en afsnijdingen. Er is alleen in zwart, wit en grijswaarden gewerkt. Ook is er een trompe l oeil effect toegepast doordat er iets uit de lijst komt. In opdracht 2 zijn de steenstructuur en de metselverbanden met structuurverf aangebracht. In opdracht 2 zijn de ramen ruimtelijk aangebracht, met optisch effect (kleiner wordend naar boven). In opdracht 2 is vormdoorbrekend gewerkt (bijv. bij de speksteenlagen) en zijn aardekleuren gebruikt. Het verslag m.b.t. opdracht 2 voldoet aan de beantwoording van de vragen uit het verslagmodel werkproces achteraf Inspiratiemateriaal en onderzoek (plaatwerk, schetsen, materiaalproeven) als proces zijn bij opdracht 2 zijn aanwezig. Bij opdracht 1 dient er een herkenbaar actueel zelfportret met persoonlijke attributen te zien, de lijst is een onderdeel van het te maken werk. Bij opdracht 2 is er een specifiek type Amsterdams grachtenpand te zien. Ook is er een tafelgroepthema te zien. Bonus Het product is door de docent beoordeeld als origineel, excellent en kenmerkt zich door eigenheid. + Het eindcijfer gaat 1 punt omhoog wanneer van toepassing, mits het eindcijfer minimaal een 6 is Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 53

54 C. Eindbeoordeling / cijfer ( 0 punten kan niet worden gecompenseerd, de rest wel). Aantal punten O Uitmuntend = O Zeer goed = 9 12 O Goed = O Ruim voldoende = 7 9 O Voldoende = O Onvoldoende = 5 6 O Ruim onvoldoende = O Ruim onvoldoende = O Ruim onvoldoende = 2 1 O Geen punten = 1 0 D. Aanvullende feedback en opmerkingen vakdocent Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 54

55 BIJLAGE 4. Beoordelingsformulier Vakopdracht KO 1.2, onderdeel Muziek Pabo HvA Student: Studentnummer: Cursusjaar: Klas: Cijfer: Beoordelende docent: Datum 1 e toets: Datum herkansing: A. Voorwaardelijke onderdelen Ja Nee 1. De student heeft een lesvoorbereiding muziek met een link naar het filmpje aangeleverd. O O 2. Het verslag voldoet aan de taalnorm van de pabo HvA. O O B. Inhoudelijke criteria Helemaal niet (0 punten) Niet helemaal (1 punt) Voldoende (2 punten) Goed (3 punten) Muziek: Je kan geschikte ICT hulpmiddelen kiezen bij het bepalen van werkvormen voor muziek.. De zelf ingezongen videoclip ondersteunt de inleiding van de ontworpen les. Het gekozen lied wordt (op een voor de leerlingen) geschikte toonhoogte ingezongen. Muziek: Je maakt een koppeling tussen beginsituatie, productdoelen en doelen op de langere termijn. Je beschikt over kennis van de basale didactische vaardigheden voor het vak muziek. Je beschrijft de beginsituatie van de gekozen stageklas. De doelen sluiten aan op de beginsituatie. Je beschrijft wat de leerlingen aan het eind van de les kennen, kunnen en weten op muziekgebied. Bij de presentatie van de videoclip in de inleiding van de les worden gerichte kijk- en luistervragen gesteld. Het aanleerproces van het lied wordt in de kern en slot van de les zo beschreven dat de lezer zich een duidelijk beeld kan vormen hoe de les verloopt. Bonus Het product is door de docent beoordeeld als origineel, excellent en kenmerkt zich door eigenheid. + Het eindcijfer gaat 1 punt omhoog wanneer van toepassing, mits het eindcijfer minimaal een 6 is. C. Eindbeoordeling / cijfer ( 0 punten kan niet worden gecompenseerd, de rest wel). O Uitmuntend = O Zeer goed = 9 9 O Goed = 8 8 O Ruim voldoende = 7 7 O Voldoende = O Onvoldoende = 5 4 O Ruim onvoldoende = 4 3 O Ruim onvoldoende = 3 2 O Ruim onvoldoende = 2 1 O Geen punten = Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 55

56 D. Aanvullende feedback en opmerkingen vakdocent Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 56

57 BIJLAGE 5. Beoordelingsformulier PPO 1.2 Functioneringsgesprek Pabo HvA Student: Klas: Docent: Cijfer: Datum beoordeling: A. Voorwaardelijke onderdelen Ja Nee 1. De student heeft het portfolio voor het tijdstip van het gesprek geactualiseerd en gedeeld met de kerndocent. O O 2. De student beheerst taalniveau B2 op het domein van spreken (formatief). O O B. Inhoudelijke criteria Onvoldoende (0 punten) Niet helemaal voldoende (1 punten) Voldoende (2 punten) Goed (3 punten) 1. De student koppelt de competentiematrix aan zijn eigen ontwikkeling. De student kan aan de hand van de gearceerde onderdelen uit de competentiematrix zijn ervaringen in studie en praktijk omschrijven. 2. De student beschrijft eigen handelen in een dilemma in de studie of praktijk aan de hand van de reflectiecyclus. De student kan aan de hand van een casus uit studie en/of praktijk dilemma s omschrijven en reflecteren op zijn denken en voelen en handelen. 3. De student herkent in onderwijssituaties de theorie uit de opleiding. De student kan theorie koppelen aan ervaringen in studie en stage. 4. De student kan aan de hand van zijn eigen leerstijl ontwikkelpunten beschrijven. De student herkent zijn eigen leerstijl en kan sterke punten en aandachtspunten benoemen met betrekking tot de ontwikkeling in studie en stage. Bonus Het product is door de docent beoordeeld als origineel, excellent en kenmerkt zich door eigenheid. + Het eindcijfer gaat 1 punt omhoog wanneer van toepassing, mits het eindcijfer minimaal een 6 is. C. Eindbeoordeling / cijfer Uitmuntend = 10 Aan alle voorwaardelijke onderdelen is voldaan en de student heeft 12 punten. Zeer goed = 9 Aan alle voorwaardelijke onderdelen is voldaan en de student heeft 11 punten. Goed = 8 Aan alle voorwaardelijke onderdelen is voldaan en de student heeft 10 punten. Ruim voldoende = 7 Aan alle voorwaardelijke onderdelen is voldaan, voor alle inhoudelijke criteria is tenminste 1 punt gescoord en de student heeft 9 punten. Voldoende = 6 Aan alle voorwaardelijke onderdelen is voldaan, voor alle inhoudelijke criteria is tenminste 1 punt gescoord en de student heeft 8 punten. Net niet voldoende = 5 Aan één voorwaardelijk onderdeel is niet voldaan en/of minstens één inhoudelijk criterium is onvoldoende en de student heeft 7-9 punten. Onvoldoende = 4 Aan één voorwaardelijk onderdeel is niet voldaan en/of minstens één inhoudelijk criterium is onvoldoende en de student heeft 5-6 punten. Ruim onvoldoende = 3 Aan één voorwaardelijk onderdeel is niet voldaan en/of minstens één inhoudelijk criterium is onvoldoende en de student heeft 3-4 punten. Slecht = 2 Aan één voorwaardelijk onderdeel is niet voldaan en/of minstens één inhoudelijk criterium is onvoldoende en de student heeft 1-2 punten. Zeer slecht = 1 Aan twee voorwaardelijke onderdelen is niet voldaan en/of minstens één inhoudelijk criterium is onvoldoende en de student heeft 0 punten Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 57

58 D. Aanvullende feedback en opmerkingen kerndocent Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 58

59 BIJLAGE 6. De taalnorm van Pabo HvA TAALNORM SCHRIJVEN PABO HVA Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE pagina 59

Amsterdams onderwijs in beeld

Amsterdams onderwijs in beeld Amsterdams onderwijs in beeld Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 1.1 2018-2019 1 Inhoud BLOK 1.1 DIT IS AMSTERDAM! - AMSTERDAMS ONDERWIJS IN BEELD... 3 HOE ZIET DE OPLEIDING OP HOOFDLIJNEN ERUIT?... 4 HET

Nadere informatie

Amsterdams onderwijs in beeld

Amsterdams onderwijs in beeld Amsterdams onderwijs in beeld Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 1.1 2019-2020 1 Inhoud BLOK 1.1 DIT IS AMSTERDAM! - AMSTERDAMS ONDERWIJS IN BEELD... 3 HOE ZIET DE OPLEIDING OP HOOFDLIJNEN ERUIT?... 4 HET

Nadere informatie

Amsterdams onderwijs in beeld

Amsterdams onderwijs in beeld Amsterdams onderwijs in beeld Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 1.1 2015-2016 1 Inhoud BLOK 1.1 DIT IS AMSTERDAM! - AMSTERDAMS ONDERWIJS IN BEELD... 3 HOE ZIET DE OPLEIDING OP HOOFDLIJNEN ERUIT?... 4 HET

Nadere informatie

Lesgeven over Amsterdam

Lesgeven over Amsterdam Lesgeven over Amsterdam Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 1.2 2018-2019 2018-2019 Studiewijzer VT 1.2 - DEFINITIEVE VERSIE 24-09-2018 - pagina 1 Inhoudsopgave BLOK 1.2 KEN DE OMGEVING! - LESGEVEN OVER AMSTERDAM...

Nadere informatie

Lesgeven over Amsterdam

Lesgeven over Amsterdam Lesgeven over Amsterdam Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 1.2 2019-2020 Inhoudsopgave BLOK 1.2 KEN DE OMGEVING! - LESGEVEN OVER AMSTERDAM... 3 HOE VER BEN JE MET DE OPLEIDING?... 4 HET ONDERWIJSPROGRAMMA

Nadere informatie

Amsterdams onderwijs in beeld

Amsterdams onderwijs in beeld Amsterdams onderwijs in beeld Studiewijzer Pabo Voltijd Periode 1.1 2012-2013 1 Inhoud DIT IS AMSTERDAM! - AMSTERDAMS ONDERWIJS IN BEELD... 3 HOE VER BEN JE MET DE OPLEIDING?... 3 HET ONDERWIJSPROGRAMMA

Nadere informatie

Kennismaken met het Amsterdamse onderwijs

Kennismaken met het Amsterdamse onderwijs Kennismaken met het Amsterdamse onderwijs Studiewijzer Pabo Deeltijd Blok 1.1 2016-2017 Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE 08-07-2015 Pagina 1 Inhoud BLOK 1.1 KENNISMAKEN MET HET AMSTERDAMSE ONDERWIJS...

Nadere informatie

Lesvoorbereidingsmodel

Lesvoorbereidingsmodel Gegevens student Gegevens basisschool Naam Naam Groep Voltijd Deeltijd Dagavond Plaats Studiejaar/periode Sem 1 Sem 2 Soort onderwijs Regulier Montessori Dalton OGO Studentnummer Stagementor(en) Email

Nadere informatie

Beroepsproduct Project Wetenschap en technologie op de basisschool

Beroepsproduct Project Wetenschap en technologie op de basisschool Beroepsproduct Project Wetenschap en technologie op de basisschool In dit beroepsproduct ontwerp je onderwijs op het gebied van Wetenschap en technologie voor de basisschool. Uitgangspunt bij je onderwijsontwerp

Nadere informatie

Leren door te spelen. Blok 1.3. Studiewijzer Pabo Voltijd Studiewijzer VT 1.3 DEFINITIEVE VERSIE pagina 1

Leren door te spelen. Blok 1.3. Studiewijzer Pabo Voltijd Studiewijzer VT 1.3 DEFINITIEVE VERSIE pagina 1 Leren door te spelen Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 1.3 2018-2019 2018-2019 - Studiewijzer VT 1.3 DEFINITIEVE VERSIE 23-01-2019 pagina 1 INHOUD BLOK 1.3 HET JONGE KIND - LEREN DOOR TE SPELEN...3 HOE VER

Nadere informatie

Leren door te spelen. Blok 1.3. Studiewijzer Pabo Voltijd Studiewijzer VT 1.3 DEFINITIEVE VERSIE pagina 1

Leren door te spelen. Blok 1.3. Studiewijzer Pabo Voltijd Studiewijzer VT 1.3 DEFINITIEVE VERSIE pagina 1 Leren door te spelen Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 1.3 2017-2018 2017-2018 - Studiewijzer VT 1.3 DEFINITIEVE VERSIE 26-01-2018 - pagina 1 INHOUD BLOK 1.3 HET JONGE KIND - LEREN DOOR TE SPELEN...3 HOE

Nadere informatie

CURSUSBESCHRIJVING Deel 1

CURSUSBESCHRIJVING Deel 1 CURSUSBESCHRIJVING Deel 1 Cursuscode(s) Opleiding Cursusnaam Cursusnaam Engels : PABFMT14X : Pabo : Gecijferdheid 7, Factoren, Machten en Talstelsels : [vertaling via BB] Studiepunten : 1 Categorie Cursusbeheerder

Nadere informatie

Basisonderwijs in Nederland, toen en nu

Basisonderwijs in Nederland, toen en nu Basisonderwijs in Nederland, toen en nu Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 1.4 2017-2018 2017-2018 - Studiewijzer VT 1.4 - DEFINITIEVE VERSIE 25-04-2018 - pagina 1 INHOUD BLOK 1.4 BASISONDERWIJS IN NEDERLAND,

Nadere informatie

Basisonderwijs in Nederland, toen en nu

Basisonderwijs in Nederland, toen en nu Basisonderwijs in Nederland, toen en nu Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 1.4 2018-2019 2018-2019 - Studiewijzer VT 1.4 DEFINITIEVE VERSIE 23-01-2019 - pagina 1 INHOUD BLOK 1.4 BASISONDERWIJS IN NEDERLAND,

Nadere informatie

Pedagogiek 1: Grondslagen pedagogiek en oriëntatie op didactiek jonge kind

Pedagogiek 1: Grondslagen pedagogiek en oriëntatie op didactiek jonge kind Stageactiviteiten Jaar 1 Voor alle activiteiten geldt: Je bereidt je voor op de activiteiten door: Vooraf bij je mentor te informeren wat de beginsituatie van de groep is. Welke activiteiten kennen ze

Nadere informatie

Studiewijzer Pabo Deeltijd

Studiewijzer Pabo Deeltijd Studiewijzer Pabo Deeltijd Semester 1 2017-2018 Studiewijzer DT 1 sem 1 VERSIE 28-09-2017 Pagina 1 Inhoud SEMESTER 1 KENNISMAKEN MET HET AMSTERDAMSE ONDERWIJS... 3 BEKNOPT OVERZICHT STUDIEPROGRAMMA EN

Nadere informatie

Kennismaken met het Amsterdamse onderwijs

Kennismaken met het Amsterdamse onderwijs Kennismaken met het Amsterdamse onderwijs Studiewijzer Pabo Deeltijd 1 Eerste semester (blok 1.1 en blok 1.2) 2019-2020 Inhoudsopgave SEMESTER 1 Kennismaken met het Amsterdamse onderwijs... 3 Hoe ziet

Nadere informatie

Begin je (les)activiteit met een korte observatie aan de hand van onderstaande vragen:

Begin je (les)activiteit met een korte observatie aan de hand van onderstaande vragen: Verplichte stage opdrachten P-fase semester 1 C-GES 1 Begin je (les)activiteit met een korte observatie aan de hand van onderstaande vragen: Gebruikt de mentor materiaal en/ of een methode? Welke beeldvormers

Nadere informatie

Technisch gesproken reken ik daarop. Taal, techniek en rekenen-wiskunde bij jonge kinderen.

Technisch gesproken reken ik daarop. Taal, techniek en rekenen-wiskunde bij jonge kinderen. Technisch gesproken reken ik daarop. Taal, techniek en rekenen-wiskunde bij jonge kinderen. In dit document lees je wat het beroepsproduct Technisch gesproken reken ik daarop inhoudt. De vakken rekenen-wiskunde,

Nadere informatie

Jij maakt het verschil! Leren en ontwikkelen stimuleren

Jij maakt het verschil! Leren en ontwikkelen stimuleren Jij maakt het verschil! Leren en ontwikkelen stimuleren Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 2.1 2015-2016 Studiewijzer VT 2.1 DEFINITIEVE VERSIE 08-07-2015 Pagina 1 Inhoud BLOK 2.1 JIJ MAAKT HET VERSCHIL! LEREN

Nadere informatie

Studiewijzer Pabo Deeltijd 1

Studiewijzer Pabo Deeltijd 1 Studiewijzer Pabo Deeltijd 1 Semester 1 2018-2019 Studiewijzer DT 1 sem 1 VERSIE 17-07-2018 Pagina 1 Inhoud SEMESTER 1 KENNISMAKEN MET HET AMSTERDAMSE ONDERWIJS... 3 BEKNOPT OVERZICHT STUDIEPROGRAMMA EN

Nadere informatie

Hoe leer ik kinderen rekenen in groep 3 en 4? Weekschema PABWJ314X1 2015-2016

Hoe leer ik kinderen rekenen in groep 3 en 4? Weekschema PABWJ314X1 2015-2016 Hoe leer ik kinderen rekenen in groep 3 en 4? Weekschema PABWJ314X1 2015-2016 Cursusdoelen 1. De student heeft kennis van getalfuncties, inzicht in de telrij, (structuur van) getallen en getalrelaties

Nadere informatie

Opdrachten bij hoofdstuk 1

Opdrachten bij hoofdstuk 1 Opdrachten bij hoofdstuk 1 1.1 Het portfolio op jouw opleiding Ga na met welke portfolio s er binnen jouw pabo gewerkt wordt. Probeer in handboeken en studiegidsen van je opleiding omschrijvingen van het

Nadere informatie

Jij maakt het verschil! Leren en ontwikkelen stimuleren.

Jij maakt het verschil! Leren en ontwikkelen stimuleren. Jij maakt het verschil! Leren en ontwikkelen stimuleren. Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 2.1 2019-2020 Inhoud BLOK 2.1 JIJ MAAKT HET VERSCHIL! LEREN EN ONTWIKKELEN STIMULEREN... 3 HOE VER BEN JE MET DE

Nadere informatie

Stappenplan Ontdekken van de Wereld

Stappenplan Ontdekken van de Wereld Stappenplan 2.1.2 Ontdekken van de Wereld In dit document lees je wat het beroepsproduct bij de onderwijseenheid Ontdekken van de Wereld inhoudt en volgens welke stappen je er aan kunt werken. Inleiding

Nadere informatie

Studiehandleiding eigen vaardigheid basistoets Nederlands (studiegidsnr: 70710P06MY)

Studiehandleiding eigen vaardigheid basistoets Nederlands (studiegidsnr: 70710P06MY) Universitaire Pabo van Amsterdam Nieuwe Prinsengracht 130 1018 VZ Amsterdam E-mail: upva@uva.nl www.student.uva.nl/upva Studiehandleiding eigen vaardigheid basistoets Nederlands (studiegidsnr: 70710P06MY)

Nadere informatie

CURSUSBESCHRIJVING Deel 1

CURSUSBESCHRIJVING Deel 1 CURSUSBESCHRIJVING Deel 1 Cursuscode(s) Opleiding Cursusnaam : PABPRO14X : Pabo : Cij 4, Procenten Cursusnaam Engels : [vertaling via BB] Studiepunten : 1 Categorie Cursusbeheerder Opleidingsvorm Leerroute

Nadere informatie

Jij maakt het verschil! Leren en ontwikkelen stimuleren

Jij maakt het verschil! Leren en ontwikkelen stimuleren Jij maakt het verschil! Leren en ontwikkelen stimuleren Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 2.1 2017-2018 2017-2018 Studiewijzer VT 2.1 DEFINITIEVE VERSIE 25-08-2017 pagina 1 Inhoud BLOK 2.1 JIJ MAAKT HET VERSCHIL!

Nadere informatie

Studiehandleiding Geschiedenis (studiegidsnr.: 70710102MY)

Studiehandleiding Geschiedenis (studiegidsnr.: 70710102MY) Universitaire Pabo van Amsterdam Nieuwe Prinsengracht 130 1018 VZ Amsterdam E-mail: upva@uva.nl www.student.uva.nl/upva Studiehandleiding Geschiedenis (studiegidsnr.: 70710102MY) Jaar 1 Semester 1, blok

Nadere informatie

Agenda onderwijsavond bovenbouw

Agenda onderwijsavond bovenbouw Agenda onderwijsavond bovenbouw Kerndoelen PO Referentieniveaus Onderwijsinhoud op de Bron Wat komt er aan bod in groep 6-7-8 Leren in de echte wereld Kerndoelen PO: Wat moeten kinderen kennen en kunnen

Nadere informatie

Het onderwijs op de Bron: de onderbouw (groep 1-2)

Het onderwijs op de Bron: de onderbouw (groep 1-2) Het onderwijs op de Bron: de onderbouw (groep 1-2) Het onderwijs op de Bron De opdracht van de basisschool Het onderwijs op de Bron per bouw Onderwijsinhoud op de Bron Wat komt er aan bod in groep 1-2

Nadere informatie

Toelichting Startbekwaamheidsgesprek voor opleidings- en werkveldexaminatoren

Toelichting Startbekwaamheidsgesprek voor opleidings- en werkveldexaminatoren Toelichting Startbekwaamheidsgesprek voor opleidings- en werkveldexaminatoren Dit document is bedoeld om de opleidings- en werkveldexaminatoren te informeren over de achtergronden van het Startbekwaamheidsgesprek.

Nadere informatie

Toelichting Startbekwaamheidsgesprek voor opleidings- en werkveldexaminatoren

Toelichting Startbekwaamheidsgesprek voor opleidings- en werkveldexaminatoren Toelichting Startbekwaamheidsgesprek voor opleidings- en werkveldexaminatoren Dit document is bedoeld om de opleidings- en werkveldexaminatoren te informeren over de achtergronden van het Startbekwaamheidsgesprek.

Nadere informatie

Agenda onderwijsavond middenbouw

Agenda onderwijsavond middenbouw Agenda onderwijsavond middenbouw Kerndoelen PO Wat komt er aan bod in groep 3-4-5 Leren lezen nader bekeken Onderwijsinhoud op de Bron Leren in de echte wereld Kerndoelen PO: Wat moeten kinderen kennen

Nadere informatie

Jij maakt het verschil! Leren en ontwikkelen stimuleren.

Jij maakt het verschil! Leren en ontwikkelen stimuleren. Jij maakt het verschil! Leren en ontwikkelen stimuleren. Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 2.1 2018-2019 2018-2019 Studiewijzer VT 2.1 DEFINITIEVE VERSIE 11-09-2018 pagina 1 Inhoud BLOK 2.1 JIJ MAAKT HET

Nadere informatie

Beoordelingsformulier Verslag Vakprofilering Geschiedenis Code: OTR3-PRWT1-15 EC: 5

Beoordelingsformulier Verslag Vakprofilering Geschiedenis Code: OTR3-PRWT1-15 EC: 5 Beoordelingsformulier 3.1.2 Verslag Vakprofilering Geschiedenis 2015-2016 Code: OTR3-PRWT1-15 EC: 5 Studentnaam: Klas: Beoordelaar Studentnummer: Datum: KERN- EN DEELTAKEN DIE HOREN BIJ DEZE TOETS: 2.1,

Nadere informatie

Modulekaart 2 Leraar Basisonderwijs

Modulekaart 2 Leraar Basisonderwijs Modulekaart 2 Leraar Basisonderwijs Deze module beschrijft drie leeruitkomsten van elk 10 studiepunten (European Credits). Waar gaat deze module over? Deze module gaat over jouw vermogen om éénvoudige

Nadere informatie

De wereld verkennen: leren in en met de groep

De wereld verkennen: leren in en met de groep De wereld verkennen: leren in en met de groep Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 2.3 2016-2017 2016-2017 - Studiewijzer VT 2.3 DEFINITIEVE VERSIE 19-01-2017 - pagina 1 INHOUD BLOK 2.3 DE WERELD VERKENNEN:

Nadere informatie

BIJGESTELDE VISIE REKENEN & WISKUNDE

BIJGESTELDE VISIE REKENEN & WISKUNDE BIJGESTELDE VISIE REKENEN & WISKUNDE Het project Curriculum.nu Doelstelling van het project Curriculum.nu is ontwikkeling van de curricula in negen leergebieden (uit: werkopdracht aan de ontwikkelteams):

Nadere informatie

Lesgeven over Amsterdam

Lesgeven over Amsterdam Lesgeven over Amsterdam Studiewijzer Pabo Deeltijd Blok 1.2 2016-2017 2016-2017 - Studiewijzer DT 1.2 DEFINITIEF 03-11-2016 - pagina 1 INHOUDSOPGAVE BLOK 1.2 HET AMSTERDAMSE ONDERWIJS IN THEORIE EN PRAKTIJK...

Nadere informatie

Interpersoonlijk competent

Interpersoonlijk competent Inhoudsopgave Inhoudsopgave...0 Inleiding...1 Interpersoonlijk competent...2 Pedagogisch competent...3 Vakinhoudelijk & didactisch competent...4 Organisatorisch competent...5 Competent in samenwerken met

Nadere informatie

BIJLAGE B NADERE UITWERKING VAN DE ONDERWIJSEENHEDEN VAN HET CURRICULUM VAN DE OPLEIDING VOOR DE PROPEDEUTISCHE FASE*

BIJLAGE B NADERE UITWERKING VAN DE ONDERWIJSEENHEDEN VAN HET CURRICULUM VAN DE OPLEIDING VOOR DE PROPEDEUTISCHE FASE* BIJLAGE B NADERE UITWERKING VAN DE ONDERWIJSEENHEDEN VAN HET CURRICULUM VAN DE OPLEIDING VOOR DE PROPEDEUTISCHE FASE* *Voor de speciale trajecten Academische Opleiding Leraar Basisonderwijs (AOLB) en International

Nadere informatie

Onderwijs en Opvoeding. HANDLEIDING Educatieve minor

Onderwijs en Opvoeding. HANDLEIDING Educatieve minor , Onderwijs en Opvoeding HANDLEIDING Educatieve minor Fase Semester 1 Leerroute Educatieve Minor 2018-2019 Schrijvers Susan Kruis, Danielle van der Maten en Inge Oudkerk-Pool e-mail Docenten: m.s.kruis@hva.nl

Nadere informatie

D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen

D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen DIDACTISCHE BEKWAAMHEID D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen Resultaat De leraar motiveert leerlingen om actief aan de slag te gaan. De leraar maakt doel en verwachting van de les duidelijk zorgt

Nadere informatie

1 De kennisbasis Nederlandse taal

1 De kennisbasis Nederlandse taal Noordhoff Uitgevers bv De kennisbasis Nederlandse taal. De opzet van de kennisbasis. De inhoud van de kennisbasis. Toetsing van de kennisbasis. Hoe gebruik je Basiskennis taalonderwijs? In dit hoofdstuk

Nadere informatie

Wis en reken. Kerndoelanalyse SLO

Wis en reken. Kerndoelanalyse SLO Wis en reken Kerndoelanalyse SLO April 2011 Verantwoording 2011 SLO (nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling), Enschede Alle rechten voorbehouden. Mits de bron wordt vermeld is het toegestaan om

Nadere informatie

Studiewijzer Pabo Deeltijd

Studiewijzer Pabo Deeltijd Studiewijzer Pabo Deeltijd Jaar 1 Semester 2 2018-2019 Studiewijzer DT 1 sem 2 VERSIE 30-01-2019 Pagina 1 Inhoud SEMESTER 2 KINDEREN LEREN OP VERSCHILLENDE MANIEREN... 3 BEKNOPT OVERZICHT STUDIEPROGRAMMA

Nadere informatie

Toelichting LIO-bekwaamheidsgesprek voor (opleidings)examinatoren

Toelichting LIO-bekwaamheidsgesprek voor (opleidings)examinatoren Toelichting LIO-bekwaamheidsgesprek voor (opleidings)examinatoren Dit document is bedoeld om de opleidingsexaminatoren te informeren over de achtergronden van het LIObekwaamheidsgesprek. Ingegaan wordt

Nadere informatie

BOL OPLEIDINGEN MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER STUDIEWIJZER

BOL OPLEIDINGEN MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER STUDIEWIJZER BOL OPLEIDINGEN MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER STUDIEWIJZER BOL PBGZ 12 / PBSD 9 Coördinatie, kwaliteit en voorlichting, profielfase Cohort 2016 2019 kwartiel 11 INSTROOMVEREISTEN:

Nadere informatie

Toetsen en evalueren in het rekenonderwijs op de basisschool? Miniconferentie,26 maart 2013 Wilmad Kuiper Anneke Noteboom

Toetsen en evalueren in het rekenonderwijs op de basisschool? Miniconferentie,26 maart 2013 Wilmad Kuiper Anneke Noteboom Toetsen en evalueren in het rekenonderwijs op de basisschool? Miniconferentie,26 maart 2013 Wilmad Kuiper Anneke Noteboom Inhoud Toetsen en evalueren Rekenonderwijs anno 2013 Evaluatiemiddelen binnen rekenonderwijs

Nadere informatie

Alles telt tweede editie. Kerndoelanalyse SLO

Alles telt tweede editie. Kerndoelanalyse SLO Alles telt tweede editie Kerndoelanalyse SLO Maart 2012 2012 SLO (nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling), Enschede Alle rechten voorbehouden. Mits de bron wordt vermeld is het toegestaan om zonder

Nadere informatie

Cluster rekenen/wiskunde & didactiek. Verantwoording module Breuken, procenten, kommagetallen en verhoudingen Pagina 1

Cluster rekenen/wiskunde & didactiek. Verantwoording module Breuken, procenten, kommagetallen en verhoudingen Pagina 1 Verantwoording module Breuken, procenten, kommagetallen en verhoudingen 2014-2015 Pagina 1 Inhoudsopgave: Inleiding: blz. 3 Module omschrijving: blz. 4 Toetsmatrijs: blz. 5 Cesuur: blz. 6 College 1: blz.

Nadere informatie

De wereld verkennen: leren in en met de groep

De wereld verkennen: leren in en met de groep De wereld verkennen: leren in en met de groep Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 2.3 2018-2019 2018-2018 Studiewijzer VT 2.3 DEFINITIEVE VERSIE 23-01-2019 - pagina 1 INHOUD BLOK 2.3 DE WERELD VERKENNEN: KINDEREN

Nadere informatie

beheerst de volgende vaardigheden, kan deze onderwijzen en vaardigheden

beheerst de volgende vaardigheden, kan deze onderwijzen en vaardigheden Checklist vakdidactisch Kennisbasis Biologie Voor het begin van de 3 e jaars stage vullen de studenten deze checklist in. De studenten formuleren leerdoelen die aansluiten op de uitkomst van deze list.

Nadere informatie

Het oudere kind. Blok 3.1. Hanteren van verschillen tussen kinderen in de groep. Studiewijzer Pabo Voltijd

Het oudere kind. Blok 3.1. Hanteren van verschillen tussen kinderen in de groep. Studiewijzer Pabo Voltijd Het oudere kind Hanteren van verschillen tussen kinderen in de groep Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 3.1 2019-2020 INHOUD BLOK 3.1 HANTEREN VAN VERSCHILLEN TUSSEN KINDEREN IN DE GROEP OUDERE KIND...3 HOE

Nadere informatie

Onderwijsbehoeften: - Korte instructie - Afhankelijk van de resultaten Test jezelf toevoegen Toepassing en Verdieping

Onderwijsbehoeften: - Korte instructie - Afhankelijk van de resultaten Test jezelf toevoegen Toepassing en Verdieping Verdiepend Basisarrange ment Naam leerlingen Groep BBL 1 Wiskunde Leertijd; 5 keer per week 45 minuten werken aan de basisdoelen. - 5 keer per week 45 minuten basisdoelen toepassen in verdiepende contexten.

Nadere informatie

Studiehandleiding Taal en diversiteit

Studiehandleiding Taal en diversiteit Universitaire Pabo van Amsterdam Nieuwe Prinsengracht 130 1018 VZ Amsterdam E-mail: upva@uva.nl www.student.uva.nl/upva Studiehandleiding Taal en diversiteit (studiegidsnummer 70720219DY) Jaar 2 Semester

Nadere informatie

Beoordeling werkplekleren jaar 2 DEELTIJD

Beoordeling werkplekleren jaar 2 DEELTIJD Beoordeling werkplekleren jaar 2 DEELTIJD eindbeoordeling WPL-2 Hogeschool van Amsterdam Onderwijs en Opvoeding tweedegraads lerarenopleidingen datum: 2 april 2015 naam student: Peter Lakeman studentnr.

Nadere informatie

Rekencursus - vervolg. Bijeenkomst 1 2 oktober 2017 Vincent Jonker Monica Wijers

Rekencursus - vervolg. Bijeenkomst 1 2 oktober 2017 Vincent Jonker Monica Wijers Rekencursus - vervolg Bijeenkomst 1 2 oktober 2017 Vincent Jonker Monica Wijers 1 Kennismaking en intake Deelnemers Mustafa Acikgoz* Ria Blommensteijn* Nordien Chalhi Isha Chander Tino van Dam Gerard

Nadere informatie

BBL-4, topklinisch traject RdGG Pagina 1 van 7 Persoonlijke ontwikkeling Portfolio ~ POP ~ PAP

BBL-4, topklinisch traject RdGG Pagina 1 van 7 Persoonlijke ontwikkeling Portfolio ~ POP ~ PAP BBL-4, topklinisch traject RdGG Pagina 1 van 7 Inleiding en leerdoelen Het begrip portfolio komt oorspronkelijk uit de wereld van kunst en architectuur. Kunstenaars en architecten kunnen bij hun sollicitaties

Nadere informatie

Referentieniveaus rekenen en de overgang van po naar vo. Probleemloos de brug over 16 november 2011 Monica Wijers

Referentieniveaus rekenen en de overgang van po naar vo. Probleemloos de brug over 16 november 2011 Monica Wijers Referentieniveaus rekenen en de overgang van po naar vo Probleemloos de brug over 16 november 2011 Monica Wijers Tafelweb Trek lijntjes tussen sommen die bij elkaar horen en leg uit wat ze met elkaar

Nadere informatie

Getallen 1 is een computerprogramma voor het aanleren van de basis rekenvaardigheden (getalbegrip).

Getallen 1 is een computerprogramma voor het aanleren van de basis rekenvaardigheden (getalbegrip). Getallen 1 Getallen 1 is een computerprogramma voor het aanleren van de basis rekenvaardigheden (getalbegrip). Doelgroep Rekenen en Wiskunde Getallen 1 Getallen 1 is geschikt voor groep 7 en 8 van de basisschool

Nadere informatie

Informatie werkplekleren

Informatie werkplekleren Informatie werkplekleren Pabo Venlo 2014-2015 Inhoudsopgave Inleiding Blz. 3 Stagedagen Blz. 4 Stageweken Blz. 4 Jaaroverzicht 2014-2015 Blz. 5 Opleidingsprogramma Blz. 6 Propedeusefase Hoofdfase Afstudeerfase

Nadere informatie

Studiewijzer Pabo Deeltijd

Studiewijzer Pabo Deeltijd Studiewijzer Pabo Deeltijd Semester 2 2017-2018 Studiewijzer DT 1 sem 2 VERSIE 02-02-2018 Pagina 1 Inhoud SEMESTER 2 KINDEREN LEREN OP VERSCHILLENDE MANIEREN... 3 BEKNOPT OVERZICHT STUDIEPROGRAMMA EN TOETSING

Nadere informatie

Programma: De rekendocent voor het MBO

Programma: De rekendocent voor het MBO Rekenen op Rekenen Didactische training tot rekendocent info@rekenenoprekenen.nl http://www.rekenenoprekenen.nl Programma: De rekendocent voor het MBO Doel: zelfstandig rekenonderwijs kunnen verzorgen

Nadere informatie

Ik tel tot 10! Volgens Bartjens Studentendag vrijdag 15 april 2016. Rekendag voor Pabo-studenten Thema: Ik tel tot 10!

Ik tel tot 10! Volgens Bartjens Studentendag vrijdag 15 april 2016. Rekendag voor Pabo-studenten Thema: Ik tel tot 10! Volgens Bartjens Studentendag vrijdag 15 april 2016 Ik tel tot 10! Wat: Rekendag voor Pabo-studenten Thema: Ik tel tot 10! Plaats: CPS, Amersfoort (8 min. lopen vanaf NS Amersfoort-Schothorst) Wanneer:

Nadere informatie

Terugblik masterclasses HAN Pabo

Terugblik masterclasses HAN Pabo Terugblik masterclasses HAN Pabo Het afgelopen jaar 2017 hebben studenten van de HAN Pabo de mogelijkheid gehad zich via masterclasses te verdiepen in W&T. Alle hieronder beschreven masterclasses zijn

Nadere informatie

Leren door spelen. Wat is goed onderwijs aan jonge kinderen?

Leren door spelen. Wat is goed onderwijs aan jonge kinderen? Leren door spelen. Wat is goed onderwijs aan jonge kinderen? Studiewijzer Pabo Deeltijd Blok 2.1 2015-2016 [Type here] Inhoud BLOK 2.1 LEREN DOOR SPELEN. WAT IS GOED ONDERWIJS AAN JONGE KINDEREN?...3 HOE

Nadere informatie

Inhoud. Inleiding 9. 5 Planning 83 5.1 Leerdoelen en persoonlijke doelen 84 5.2 Het ontwerpen van het leerproces 87 5.3 Planning in de tijd 89

Inhoud. Inleiding 9. 5 Planning 83 5.1 Leerdoelen en persoonlijke doelen 84 5.2 Het ontwerpen van het leerproces 87 5.3 Planning in de tijd 89 Inhoud Inleiding 9 1 Zelfsturend leren 13 1.1 Zelfsturing 13 1.2 Leren 16 1.3 Leeractiviteiten 19 1.4 Sturingsactiviteiten 22 1.5 Aspecten van zelfsturing 25 1.6 Leerproces vastleggen 30 2 Oriëntatie op

Nadere informatie

Diversiteit: Blok 2.2. Contact en communicatie. Studiewijzer Pabo Voltijd Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 1

Diversiteit: Blok 2.2. Contact en communicatie. Studiewijzer Pabo Voltijd Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 1 Diversiteit: Contact en communicatie Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 2.2 2017 2018 2017-2018 Studiewijzer VT 2.2 - DEFINITIEVE VERSIE 09-11-2017- pagina 1 Inhoudsopgave BLOK 2.2 DIVERSITEIT: CONTACT EN

Nadere informatie

VOORWOORD. De opbouw van de leereenheden

VOORWOORD. De opbouw van de leereenheden VOORWOORD Angerenstein SB (Sport en Bewegen) is een complete serie leermiddelen voor het kwalificatiedossier Sport en Bewegen. Angerenstein SB bestaat uit boeken met theorie en opdrachten, online verdiepingsstof

Nadere informatie

Lesvoorbereidingsformulier Fontys Hogeschool Kind en Educatie, Pabo Eindhoven Bron: Didactisch model van Gelder. Student(e) Klas Stageschool Plaats

Lesvoorbereidingsformulier Fontys Hogeschool Kind en Educatie, Pabo Eindhoven Bron: Didactisch model van Gelder. Student(e) Klas Stageschool Plaats Lesvoorbereidingsformulier Fontys Hogeschool Kind en Educatie, Pabo Eindhoven Bron: Didactisch model van Gelder Student(e) Klas Stageschool Plaats Mentor Datum Groep Aantal lln Vak- vormingsgebied: beeldende

Nadere informatie

De wereld verkennen: kinderen leren verschillend

De wereld verkennen: kinderen leren verschillend De wereld verkennen: kinderen leren verschillend Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 2.4 2018 2019 2018-2019 Studiewijzer VT 2.4 DEFINITIEVE VERSIE 23-01-2019 - pagina 1 INHOUD BLOK 2.4 DE WERELD VERKENNEN:

Nadere informatie

Verbanden 1. Doelgroep Verbanden 1

Verbanden 1. Doelgroep Verbanden 1 Verbanden 1 Rekenen en Wiskunde Verbanden 1 bestrijkt de basisvaardigheden van Verbanden: de verschillende grafische presentaties, zoals tabel, rooster, staafdiagram, cirkeldiagram en grafiek. Doelgroep

Nadere informatie

Samen beoordelen van deeltijdstudenten Bijlage 9

Samen beoordelen van deeltijdstudenten Bijlage 9 Samen beoordelen van deeltijdstudenten Bijlage 9 Kenniscentrum Talentontwikkeling Handleiding Stage Deeltijdopleiding Jaar 1 1 Pabo Hogeschool Rotterdam September 2017 Inleiding In het eerste jaar van

Nadere informatie

Diversiteit: Blok 2.2. Contact en communicatie. Studiewijzer Pabo Voltijd

Diversiteit: Blok 2.2. Contact en communicatie. Studiewijzer Pabo Voltijd Diversiteit: Contact en communicatie Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 2.2 2016-2017 2016-2017 Studiewijzer VT 2.2 - DEFINITIEVE VERSIE 01-11-2016 - pagina 1 Inhoudsopgave BLOK 2.2 DIVERSITEIT: CONTACT EN

Nadere informatie

WELKOM Twee ICT voorbeelden in het Rekenen-wiskunde onderwijs op de Pabo van Avans hogeschool

WELKOM Twee ICT voorbeelden in het Rekenen-wiskunde onderwijs op de Pabo van Avans hogeschool WELKOM Twee ICT voorbeelden in het Rekenen-wiskunde onderwijs op de Pabo van Avans hogeschool Nicole Poulussen, Cindy Stienen, Esther Woertman Inhoud Jaar 1 Pabo Avans Voorbeeld 1 ICT in de vorm van een

Nadere informatie

LESBESCHRIJVINGSFORMULIER

LESBESCHRIJVINGSFORMULIER LESBESCHRIJVINGSFORMULIER Beroepstaak 1 Omgaan met kinderen in een leersituatie Stageschool Plaats Stagementor Stagegroep Aantal kinderen Gegevens Stageschool Datum Naam student Groep Vakgebied Gegevens

Nadere informatie

De wereld verkennen: leren in en met de groep

De wereld verkennen: leren in en met de groep De wereld verkennen: leren in en met de groep Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 2.3 2017-2018 2017-2018 - Studiewijzer VT 2.3 DEFINITIEVE VERSIE 01-02-2018 - pagina 1 INHOUD BLOK 2.3 DE WERELD VERKENNEN:

Nadere informatie

Het jonge kind. Blok 3.1. Hanteren van verschillen tussen kinderen in de groep. Studiewijzer Pabo Voltijd

Het jonge kind. Blok 3.1. Hanteren van verschillen tussen kinderen in de groep. Studiewijzer Pabo Voltijd Het jonge kind Hanteren van verschillen tussen kinderen in de groep Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 3.1 2019-2020 INHOUD BLOK 3.1 HANTEREN VAN VERSCHILLEN TUSSEN KINDEREN IN DE GROEP HET JONGE KIND...3

Nadere informatie

Basisinformatie Opleiding

Basisinformatie Opleiding Basisinformatie Opleiding Introductie Je neemt deel aan de opleiding Professional Coaching & Leiderschap bij Coachcenter. De opleiding is er voor ieder die zichzelf verder wil ontwikkelen op persoonlijk

Nadere informatie

Onderhandelen over onderwijsvernieuwing

Onderhandelen over onderwijsvernieuwing Onderhandelen over onderwijsvernieuwing Velon-congres, Breda, 19 maart 2019 Rob Moggré, r.moggre@ipabo.nl Ronald Keijzer, r.keijzer@ipabo.nl https://kenniscentrum.ipabo.nl Hogeschool ipabo We zoomen in

Nadere informatie

Bekwaamheidseisen leraar primair onderwijs

Bekwaamheidseisen leraar primair onderwijs Bekwaamheidseisen leraar primair onderwijs Uit: Besluit van 16 maart 2017 tot wijziging van het Besluit bekwaamheidseisen onderwijspersoneel en het Besluit bekwaamheidseisen onderwijspersoneel BES in verband

Nadere informatie

Cursus. Creëer een veilig seksueel klimaat

Cursus. Creëer een veilig seksueel klimaat Cursus Creëer een veilig seksueel klimaat Colofon Uitgeverij: Edu Actief b.v. 0522-235235 info@edu-actief.nl www.edu-actief.nl Auteur: Annemieke Loos Inhoudelijke redactie: Floortje Vissers Titel: Creëer

Nadere informatie

stofomschrijving 2 021 po geografisch onderzoek in de eigen regio 1 3 n 4 013 tt 50 Katern Katern Systeem Aarde hoofdstuk 1 en 2 1 3 n

stofomschrijving 2 021 po geografisch onderzoek in de eigen regio 1 3 n 4 013 tt 50 Katern Katern Systeem Aarde hoofdstuk 1 en 2 1 3 n Vak: aardrijkskunde in min 0 tt 50 Katern Overleven in Europa Domein B3 en C SLU 50 3 j 2 02 po geografisch onderzoek in de eigen regio 3 n 3 02 tt 00 Katern Arm en Rijk Domein B en B2 SLU 70 3 j 4 03

Nadere informatie

Universitaire Pabo van Amsterdam. Nieuwe Prinsengracht VZ Amsterdam.

Universitaire Pabo van Amsterdam. Nieuwe Prinsengracht VZ Amsterdam. Universitaire Pabo van Amsterdam Nieuwe Prinsengracht 130 1018 VZ Amsterdam E-mail: upva@uva.nl www.student.uva.nl/upva Studiehandleiding Digitaal Denken in Meten en Meetkunde (studiegidsnr.: 70720203AY)

Nadere informatie

User Centered Design. Analyseren van de interviews

User Centered Design. Analyseren van de interviews User Centered Design Analyseren van de interviews Analyse Wat we hebben gezien/gehoord Wat het betekent Waarom het belangrijk is Analyse: Waar ben je naar op zoek? Gedrag Gevoel Filosofie Voorkeur Verwachtingen

Nadere informatie

Leerwerktaak: Verhaaltjessom oplossen aanleren

Leerwerktaak: Verhaaltjessom oplossen aanleren Leerwerktaak: oplossen aanleren Titel Gekoppeld aan beroepstaak OWE ILS-wi 614 Gekoppeld aan de volgende competenties(s) Niveau Geschikt voor de volgende vakken Ontwerper/ ontwerpgroep/ sectie/ school

Nadere informatie

Beoordeling van de competenties stage bovenbouw

Beoordeling van de competenties stage bovenbouw Beoordeling van de competenties stage bovenbouw Hierbij vinden jullie een lijst met competenties die van belang zijn voor de stage bovenbouw. De lijst is bestemd voor de student en de mentor van de stageschool.

Nadere informatie

Aansluiting op kern- en deeltaken

Aansluiting op kern- en deeltaken GLVF Implementatie In studiejaar 2016-2017 zullen alle studenten leren lesgeven met de GLVF. Enkele aanpassingen in de GLVF formulieren: Aansluiting op kern- en deeltaken; Aantallen GLVF per semester;

Nadere informatie

Informatie. vakgebieden. Groep 6

Informatie. vakgebieden. Groep 6 Informatie vakgebieden Groep 6 Taal Gehanteerde methode: Taal in beeld - Spelling in beeld Uitgever: Zwijsen Taal in beeld is een taalmethode voor groep 4 tot en met 8 van het basisonderwijs. De methode

Nadere informatie

Citizen science Waterkwaliteit en de aansluiting bij het onderwijs. Reina Kuiper - SME Advies

Citizen science Waterkwaliteit en de aansluiting bij het onderwijs. Reina Kuiper - SME Advies Citizen science Waterkwaliteit en de aansluiting bij het onderwijs Reina Kuiper - SME Advies Inhoud Onderwijsontwikkeling Relevante vakken Kerndoelen Begrippen en concepten Waarde voor het onderwijs Onderwijsontwikkeling

Nadere informatie

Leerwerkstage 1. voorbereiden, uitvoeren en evalueren lesactiviteiten. Project: informatievaardigheden (mediawijsheid)

Leerwerkstage 1. voorbereiden, uitvoeren en evalueren lesactiviteiten. Project: informatievaardigheden (mediawijsheid) Leerwerkstage 1 voorbereiden, uitvoeren en evalueren lesactiviteiten Project: informatievaardigheden (mediawijsheid) Activiteiten tijdens de stage Eerst geven we een globaal overzicht van de verschillende

Nadere informatie

Differentiatie en motivatie in de rekenles

Differentiatie en motivatie in de rekenles Starter Ieder heeft een kaartje (hetzij breuk/hetzij kommagetal) Eerste doel: drie rijen: 1x breuken en 2x kommagetallen op volgorde. Eerste stap: Zoek je beide buren Tweede stap: Ga op volgorde van klein

Nadere informatie

Opleiding docent rekenen MBO. Groep Nova College 6 november 2014 Derde bijeenkomst

Opleiding docent rekenen MBO. Groep Nova College 6 november 2014 Derde bijeenkomst Opleiding docent rekenen MBO Groep Nova College 6 november 2014 Derde bijeenkomst Inhoud 1. Introductie 2. Verhoudingen en procenten 3. Portfolio 4. Lunch 5. Onderzoek 6. Ontwikkelingen in rekenonderwijs

Nadere informatie

Getallen 1 is een programma voor het aanleren van de basis rekenvaardigheden (getalbegrip).

Getallen 1 is een programma voor het aanleren van de basis rekenvaardigheden (getalbegrip). Getallen 1 Getallen 1 is een programma voor het aanleren van de basis rekenvaardigheden (getalbegrip). Doelgroep Rekenen en Wiskunde Getallen 1 Getallen 1 is geschikt voor groep 7 en 8 van de basisschool

Nadere informatie

Methode de baas of baas over de methode?

Methode de baas of baas over de methode? Welkom Doel bijeenkomst Kris Verbeeck & Maaike Verschuren Methode de baas of baas over de methode? Kennis nemen van de pedagogische, inhoudelijke en didactische kwaliteit van de rekenles Reflecteren op

Nadere informatie

Cursus. Vakinhoud en leergebieden primair onderwijs (geschiedenis)

Cursus. Vakinhoud en leergebieden primair onderwijs (geschiedenis) Cursus Vakinhoud en leergebieden primair onderwijs (geschiedenis) Colofon Uitgeverij: Edu Actief b.v. 0522-235235 info@edu-actief.nl www.edu-actief.nl Auteur(s): Sietske van Es Inhoudelijke redactie: Floortje

Nadere informatie

DE AARDESCHOOL VOOR PRIMAIR ONDERWIJS

DE AARDESCHOOL VOOR PRIMAIR ONDERWIJS BIJLAGE: UITKOMST ONDERZOEK DE AARDESCHOOL VOOR PRIMAIR ONDERWIJS TE ZUTPHEN INHOUD Uitkomst onderzoek De Aardeschool PO te Zutphen 3 2 en oordelen per onderliggende onderzoeksvraag 4 3 Samenvattend oordeel

Nadere informatie

Beweging, sociale omgang en kunstzinnig werken in het basisonderwijs

Beweging, sociale omgang en kunstzinnig werken in het basisonderwijs Beweging, sociale omgang en kunstzinnig werken in het basisonderwijs 2 Inleiding Beweging, sociale omgang en kunstzinnig werken zijn naast het onderwijs in taal en rekenen belangrijk in het lesaanbod.

Nadere informatie