Voortgangsrapport MJA-monitoring over 2010 Nederlandse Spoorwegen. Datum 05 juli 2011 Status Definitief Kenmerk /223/HC/SR/456014
|
|
- Christa Dijkstra
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Voortgangsrapport MJA-monitoring over 2010 Nederlandse Spoorwegen Datum 05 juli 2011 Status Definitief Kenmerk /223/HC/SR/456014
2 Definitief Voortgangsrapport MJA-monitoring over juli
3 Inhoud Managementsamenvatting 5 1. Inleiding Meerjarenafspraak Nederlandse Spoorwegen Doelstellingen MJA-NS Energiebesparingplan Overleggroep Energiebesparing Ontwikkelingen en realisatie tot en met en in Deelnemende bedrijven en hun verplichtingen Aanlevering monitoringgegevens EnergieBesparingPlannen (EBP's) Ontwikkelingen Inspanningen branche en bedrijven Uitgevoerde maatregelen Energiezorg Duurzame Energie Totale energie-efficiencyverbetering en invloedsfactoren Conclusies en vooruitblik Conclusies Vooruitblik 26 Bijlage A Deelnemers MJA Nederlandse Spoorwegen 28 Bijlage B Ontvangst monitoringrapportages van bedrijven 30 Bijlage C Overzicht van maatregelen per categorie (2010) 32 Bijlage D Energiecijfers, CO 2 -cijfers en indices 34 Bijlage E Lijst met afkortingen en begrippen MJA 36 Bijlage F Formules indices 40 Definitief Voortgangsrapport MJA-monitoring over juli
4 Colofon Projectnaam Projectnummer Versienummer Locatie Contactpersoon Ondersteunend adviesbureau MJA Monitoring Nederlandse Spoorwegen Definitief Utrecht ir. H.M.M. Cox AgentschapNL BeCo Definitief Voortgangsrapport MJA-monitoring over juli
5 LEESWIJZER Voor u ligt de laatste voortgangsrapportage van de Meerjarenafspraak Energie-efficiency van de Nederlandse Spoorwegen (MJA-NS) over het jaar In deze rapportage worden de woorden 'bedrijven' en 'bedrijfsonderdelen' naast elkaar gebruikt. Voor de MJA-NS is het woord bedrijf niet echt van toepassing. NS zelf spreekt van bedrijfsonderdelen. De MJA-terminologie is echter meestal bedrijf. Daar waar gesproken wordt over 'inrichting', wordt het gebouwniveau bedoeld. De twee rapporterende concerns binnen deze MJA zijn NS en ProRail (voorheen NS RIB). De huidige drie MJA-bedrijfsonderdelen van NS zijn NS Reizigers (materieel en infrabeleid), NS Poort en NedTrain. Het bedrijfsonderdeel NS Vastgoed (tegenwoordig weer onderdeel van NS Poort) maakt sinds 2004 geen deel meer uit van de MJA. Hiervoor is niet gecorrigeerd in de energiecijfers (bijvoorbeeld het referentieenergieverbruik) en indices (bijvoorbeeld de productie-index), tenzij anders aangegeven. Er is in het verleden besloten dat ProRail vanaf 2005 samen met NS Poort rapporteert. Vanaf 2005 zijn er dus drie rapporterende bedrijfsonderdelen/bedrijven die een bedrijfsrapport krijgen te weten: 1. NS Reizigers. 2. NedTrain. 3. NS Poort / ProRail. In bijlage E is een lijst met afkortingen en begrippen weergegeven, die veelvuldig binnen het kader van de MJA s worden gehanteerd. Bijlage F laat de voor de verschillende indices gehanteerde berekeningsformules zien. NB Bij afwijkingen tussen de optelsom van waarden en de weergegeven totaalsom wordt dit veroorzaakt door afrondingen. Definitief Voortgangsrapport MJA-monitoring over juli
6 Managementsamenvatting Deelnemende bedrijven Nederlandse Spoorwegen (NS) met 3 bedrijfsonderdelen (NS Reizigers, NedTrain en NS Poort) en ProRail (rapporteert vanaf 2005 met NS Poort samen). Doelstellingen MJA periode % energie-efficiencyverbetering ten opzichte van 1997; oorspronkelijk 11% 5% tractie-energie duurzaam ingekocht in 2010 o Uitvoering vaste maatregelen pakket Duurzaam Bouwen bij nieuwbouw en grootscheepse renovatie; in aanvulling daarop uitvoering variabele maatregelen zodat Energieprestatie Coëfficiënt (EPC) 10% lager is dan wettelijke vereiste o NS faciliteert plaatsing windmolens op windrijke NS Vastgoedpercelen Resultaten in het jaar 2010 In totaal TJ besparing en inkoop/opwekking van duurzame energie door toepassing van 27 maatregelen. 504 kton vermeden CO 2 -emissie in kton vermeden CO 2 -emissie door de efficiencyverbetering en 160 kton door de inkoop en opwekking van duurzame energie in Resultaat ,4% gecorrigeerde energie-efficiencyverbetering ten opzichte van ,9% tractie-energie duurzaam ingekocht Gezamenlijke duurzame energie index: DEI = 87,8 39,6% totale energie-efficiencyverbetering: TEEI = 60,4 Vermeden CO 2 -emissie: kton (cumulatief ) ten opzichte van 1997 Het energieverbruik van de huidige drie MJA-deelnemers is met 9% gestegen tussen 1997 en 2010 bij een productiestijging in deze jaren van 48% (NS Vastgoed buiten beschouwing gelaten, zie tabel 8.2 in bijlage D) Deelnemers MJA-NS en monitoring Nederlandse Spoorwegen (NS) heeft op 4 oktober 1999 de MJA-NS afgesloten met het Ministerie van Economische Zaken. Vanaf 1 januari 2007 is deze MJA overgegaan naar het Ministerie van Verkeer en Waterstaat, dat op haar beurt weer deels is opgegaan in het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. Het betreft een eigen MJA met kenmerken van zowel MJA1 als MJA2. De oorspronkelijke MJA telde vijf bedrijfsonderdelen, met in totaal circa vijfhonderd inrichtingen, die samen het grootste deel van het energieverbruik in de spoorwegsector vertegenwoordigen. RIB (Railinfrabeheer) is al in 2002 afgesplitst van NS als zelfstandig ProRail. In september 2004 heeft NS Vastgoed besloten niet langer deel te nemen aan het convenant, waarmee een deel van de doelstellingen respectievelijk verplichtingen is komen te vervallen. Vanaf 2005 dienen NS Stations (nu NS Poort) en ProRail gezamenlijk één monitoringverslag in. Met ingang van het EBP3 ( ) wordt er door ProRail en NS Poort ook een gezamenlijk EBP opgesteld. Deze samenwerking is op 12 maart 2006 Definitief Voortgangsrapport MJA-monitoring over juli
7 goedgekeurd door de OGE. Er blijven dus als het ware drie rapporterende deelnemers over. Ten opzichte van het rapport over 2008 is een aantal resultaten voor de jaren 2006, 2007 en 2008 aangepast. Deze correctie bleek noodzakelijk maar is pas na het verschijnen van het brancherapport over 2008 doorgevoerd. De redenen hiervoor waren tweeërlei, namelijk verkeerde opgave door enkele bedrijven en tevens een verkeerde samenvoeging van data. Doelstelling MJA De branchedoelstelling van de MJA-NS is vastgelegd in de MJA van 4 oktober Als hoofddoelstelling wordt gesteld om in de periode 1997 tot en met 2010 een energieefficiencyverbetering van 11% (10% met betrekking tot de tractie-energie en 16% op het gebied van facilitaire energie) te realiseren. In 2005 heeft NS Reizigers haar energieefficiencyverbeteringdoelstelling van 10% met betrekking tot de tractie-energie verhoogd naar 20%. De NS Vastgoed-doelstellingen zijn met het uittreden van NS-Vastgoed niet meer van direct belang voor de resterende MJA-deelnemers. Energiebesparingplan (EBP4) In 2010 hadden alle deelnemers een geldig en goedgekeurd EBP4. Resultaten 2010 In tabel 1 en figuur 1 staan de drie voornaamste indices voor de MJA-NS weergegeven, te weten de Energie-Efficiency-Index (EEI) (gecorrigeerd), de Duurzame-Energie-Index (DEI) en de Totale Energie-Efficiency-Index (TEEI) (gecorrigeerd). Jaar t.o.v In 2010 vermeden Index Indexverbetering Indexverbetering kton CO 2 EEI , ,4 81, ,4 72,6 27,4 5,8 343 DEI ,8 97,9 95,5 90,2 90,3 89,6 87,8 12,2 1,8 160 TEEI ,9 80,9 78,9 71,9 70,3 67,9 60,4 39,6 7,5 504 Tabel 1: Indices (gecorrigeerd) en efficiencyveranderingen. Definitief Voortgangsrapport MJA-monitoring over juli
8 Figuur 1: Ontwikkeling efficiency-indices. Er zijn in 2010 totaal 27 maatregelen uitgevoerd. Deze behoren zowel tot procesefficiency-maatregelen als tot duurzame-energie-maatregelen en hebben geleid tot een totale besparing van TJ. De 22 genomen procesefficiency maatregelen hebben tot 950 TJ energiebesparing geleid. De procesefficiency maatregelen zijn als volgt in te delen: Energiebesparingprojecten in strategische projecten (532 TJ) Energiebesparingprojecten in processen (254 TJ) Energiezorg en good-housekeeping (116 TJ) Energiebesparingprojecten in utilities en gebouwen (49 TJ) De andere vijf maatregelen zijn uitgevoerd onder de noemer duurzame energie en hadden een totale hoeveelheid van TJ. Factoren van invloed op het energieverbruik van NS en ProRail Het bij de monitoring vastgestelde energieverbruik in de sector staat onder invloed van interne en externe factoren. Elk bedrijf heeft de mogelijkheid om in de bedrijfsmonitoringrapportage aan de hand van invloedsfactoren de verandering van de ongecorrigeerde Energie-Efficiency-Index (EEI) in 2010 ten opzichte van 2009 te verklaren. De belangrijkste invloedsfactor is het klimaat: het energieverbruik voor coupéverwarming (NSR) is afhankelijk van de klimatologische omstandigheden in het stookseizoen (aantal graaddagen). Door de OGE is ermee ingestemd om voor deze klimatologische Definitief Voortgangsrapport MJA-monitoring over juli
9 omstandigheden te corrigeren. Er is berekend dat het hogere aantal graaddagen in 2010 ten opzichte van 2009 (416 graaddagen meer) bij NSR heeft geresulteerd in een stijging van het energieverbruik voor verwarming van 193,4 TJ. NSR heeft net als andere jaren gebruik gemaakt van de mogelijkheid tot correctie van de EEI. De andere deelnemers hebben geen correcties doorgevoerd. Conclusies resultaten 2010 Eind 2010 bedraagt de gecorrigeerde EEI 72,6. Dit komt overeen met een EEIverbetering van 27,4% ten opzichte van De branche heeft daarmee de oude hoofddoelstelling van 11% van de MJA bereikt en tevens de nieuwe doelstelling van 20%. Deze 20% geldt overigens in principe voor de tractie-energie die grofweg zo n 90% van het totale energieverbruik bedraagt. In de MJA-NS is verder vastgelegd dat 5% van de tractie-energie duurzaam wordt ingekocht in In 2010 is 10,9% van de tractie-energie duurzaam ingekocht. Hiermee is de DE-doelstelling (5%) ruimschoots gehaald. De gecorrigeerde TEEI van NS is het afgelopen jaar verbeterd van 67,9 naar 60,4 in Vermeden CO 2 -emissie In 2010 is ten opzichte van het referentiejaar 1997 een uitstoot van 504 kton vermeden. Met andere woorden: indien de energie-efficiency en de energie-inkoop van NS niet zouden zijn verbeterd ten opzichte van 1997 zou in 2010 de CO 2 -emissie 504 kton hoger hebben gelegen. Tussen 2000 en bedraagt deze vermeden CO 2 -emissie cumulatief kton CO 2 Ontwikkeling energieverbruik in de toekomst Het reizigersvervoer zal naar verwachting doorgroeien en infrastructuur, gebouwen en stations zullen uitgebreid, vervangen of vernieuwd worden. De productievolumes nemen daardoor de komende jaren toe. Het specifieke energieverbruik van treinen, gebouwen en infrastructuur zal in het algemeen afnemen. Zo zullen oude treinen vervangen worden door nieuwe treinen -die (veel) zuiniger zijn- en verhoging van de energie-efficiency speelt een grote rol bij de modernisering van treinen. Maatregelen zoals energiezuinig rijden, Routelint, procesmaatregelen (beter gevulde treinen rond laten rijden) en toepassing van de nieuwste technieken zullen niet alleen het specifieke verbruik reduceren maar mogelijk ook zorgen voor een afname van het absolute verbruik Ontwikkelingen in de sector Op internationaal en nationaal niveau zijn er de laatste jaren veelbelovende activiteiten ontwikkeld die zullen bijdragen aan een vermindering van het energiegebruik en bijbehorende CO 2 -emissie van de spoorwegen. Eén van de drijfveren voor de spoorsector is het behouden van de huidige voorsprong (specifieke CO 2 -uitstoot per reizigerskilometer) ten opzichte van andere modaliteiten, zoals auto en vliegtuig. De MJA-NS is eind 2010 geëindigd en de partijen zijn inmiddels per 1 januari 2011 in een iets andere constellatie toegetreden tot de MJA3: 1 Ter vergelijking: De totale Nederlandse CO2-uitstoot (2009) voor Verkeer en Vervoer was ongeveer 37,6 Mton Definitief Voortgangsrapport MJA-monitoring over juli
10 1. NS als concern met de bedrijfsonderdelen NS Reizigers, NedTrain en NS Poort.. 2. ProRail als concern. NS heeft in het verleden in het kader van het Sectorakkoord Mobiliteit een nieuwe doelstelling ten aanzien van CO 2 -reductie geformuleerd en gecommuniceerd: een daling van de CO 2 -uitstoot per reizigerskilometer van 20% over de periode ProRail en NS Poort werken samen met andere partijen aan duurzame stations en stationsgebieden. Doel is om stations kwalitatief beter, energiezuiniger en duurzamer te maken. NedTrain heeft als onderdeel van de Milieu Inventarisatie & Evaluatie (MI&E) energie analyses laten uitvoeren. Per locatie is er een overzicht beschikbaar met mogelijke energiebesparingsmaatregelen. Via het milieuzorgsysteem kan hierop gestuurd worden. Bij revisie van materieel in Haarlem worden, in overleg met NSR, energiebesparingsmaatregelen doorgevoerd. Dit draagt bij tot een energie-efficiëntere inzet van materieel. Door de ontwikkeling en invoering van de CO 2 -prestatieladder is er in de loop van 2010 een geheel nieuwe ontwikkeling op gang gekomen. De spoorse partijen zijn ieder apart (NS en ProRail) dan wel gezamenlijk in Railforumverband aan de slag gegaan om proactief de CO 2 -voetafdruk van hun activiteiten en van het spoor als systeem in kaart te brengen ten einde deze terug te dringen. *** Definitief Voortgangsrapport MJA-monitoring over juli
11 1. Inleiding 1.1 Meerjarenafspraak Nederlandse Spoorwegen In de Meerjarenafspraak Energie-efficiency (MJA) zijn overheid en bedrijfsleven een verbetering van de energie-efficiency overeengekomen. De partijen hebben in een convenant vastgelegd op welke wijze zij zich zullen inzetten om energiebesparing te realiseren en welk resultaat zij binnen een afzienbare periode denken te kunnen behalen. In het laatste decennium van de vorige eeuw leverde de eerste generatie MJA (MJA1, ) een flinke bijdrage aan de energie-efficiencyverbetering. De eindresultaten van de MJA1 met een groot aantal industriële sectoren waren boven verwachting: de doelstelling van 20% energie-efficiencyverbetering werd met 22,3% ruimschoots gehaald. Reden voor overheid en bedrijfsleven om de MJA1 een vervolg te geven in de MJA2, met een looptijd van In 2008 is in het kader van het Werkprogramma Schoon en Zuinig de MJA2 al voortijdig verlengd en omgezet naar de MJA3 als sectorakkoord met de industrie. NS, met toen nog RailInfraBeheer (RIB, het huidige ProRail) als bedrijfsonderdeel, is op 4 oktober 1999 op eigen initiatief toegetreden tot de MJA1. Doelstelling van de MJA-NS is een energie-efficiencyverbetering van 11% in de periode Partijen in deze MJA anno 2000 waren NS, in casu de NS-bedrijven met een inmiddels zelfstandig ProRail en de Minister van Economische Zaken. Het betreft vijf bedrijven met in totaal circa 500 inrichtingen, die samen het grootste deel van het energieverbruik in de spoorwegsector vertegenwoordigen. ProRail is de door de Rijksoverheid ingestelde railinframanager die verantwoordelijk is voor het beheer van alle hoofdspoorwegen in Nederland en de daarbij behorende spoorweginfrastructuur. Daartoe heeft het Ministerie van V&W met ingang van 1 januari 2005 de beheerconcessie hoofdspoorweginfrastructuur verleend aan ProRail. In tegenstelling tot de meeste andere MJA s zijn in deze MJA de bedrijven niet alleen toegetreden maar ook zelf ondertekenaar en lid van de OverlegGroep Energiebesparing (OGE). In september 2004 heeft NS Vastgoed besloten niet langer deel te nemen aan het convenant, waarmee in feite de oorspronkelijke verplichtingen van NS Vastgoed (duurzaam bouwen en de facilitering van de plaatsing van windturbines op windrijke NS Vastgoed percelen) zijn komen te vervallen. Omdat in de beginperiode van deze MJA steeds duidelijker werd dat het energieverbruik op stations niet te onderscheiden was naar de verbruikers is in 2006 in de OGEvergadering besloten om NS Stations (nu NS Poort) en ProRail samen te voegen als een MJA-deelnemer, voor zowel de monitoring als het opstellen van het energiebesparingplan. Vanaf 1 januari 2007 heeft het Ministerie van Verkeer en Waterstaat (dat sinds 2010 deels is overgegaan in het Ministerie van Infrastructuur en Milieu) de rol van het Ministerie van Economische Zaken overgenomen, inclusief de impliciete financiering tot en met Definitief Voortgangsrapport MJA-monitoring over juli
12 1.2 Doelstellingen MJA-NS In de MJA van 4 oktober 1999 is aangegeven langs welke weg NS de branchedoelstelling: verbetering van de energie-efficiency met 11% 2 in de periode wil bereiken. In het referentiejaar 1997 bedroeg het totale primaire energieverbruik van de vijf deelnemende MJA-bedrijven ruim 13,3 PJ. De hiermee samenhangende CO 2 - emissie (1997) bedroeg 981 kton. De bedrijven en inrichtingen binnen de branche hebben hierbij de volgende resultaatverplichtingen 3 op zich genomen: Een efficiencyverbetering van 10% met betrekking tot de tractie-energie. Een efficiencyverbetering van 16% met betrekking tot de facilitaire energie. 5% van de tractie-energie is in 2010 duurzaam ingekocht. o Uitvoering vaste maatregelen pakket Duurzaam Bouwen bij nieuwbouw en grootscheepse renovatie; in aanvulling daarop uitvoering variabele maatregelen zodat Energieprestatie Coëfficiënt (EPC) 10% lager is dan wettelijke vereiste. o NS faciliteert plaatsing windmolens op windrijke NS Vastgoedpercelen De MJA-NS is zeer succesvol verlopen. De gecombineerde branchedoelstelling van 11% energie-efficiencyverbetering was al in 2004 gerealiseerd. NS Reizigers, met verreweg het grootse aandeel in het energieverbruik (89% van het totaal van de branche), heeft in 2005 besloten zichzelf de doelstelling van 20% (het dubbele van de eerste doelstelling) op te leggen. 1.3 Energiebesparingplan Op basis van deelname aan de MJA stellen individuele bedrijven een energiebesparingplan (EBP) op, waarin zij hun energie-efficiencydoelstelling vastleggen en koppelen aan concrete maatregelen en een planning opnemen om deze uit te voeren. Verder geeft een EBP aan op welke wijze het bedrijf behaalde resultaten meet en hoe de rapportage plaatsvindt. Een EBP bevat zekere, onzekere en voorwaardelijke maatregelen. Voor de zekere maatregelen hebben de bedrijven een resultaatsverplichting, dat wil zeggen dat ze in elk geval moeten worden uitgevoerd. Voor onzekere en voorwaardelijke maatregelen geldt een inspanningsverplichting: van deze maatregelen kan niet op voorhand worden bepaald of zij kunnen worden uitgevoerd. In 2010 hebben alle nog deelnemende bedrijven een geldig en goedgekeurd EBP4 ( ). Officieel is invoeren van energiezorg geen verplichtend onderdeel van de MJA-NS. Mede omdat met behulp van systematische energiezorg een veel beter inzicht wordt verkregen in het energieverbruik en in de effecten van genomen en te nemen maatregelen, streven de deelnemende NS-bedrijven en ProRail er naar om op middellange termijn een goed functionerend energiezorgsysteem in te voeren conform de basischecklist energiezorg. 2 Deze 11 % is in feite een combinatie van de eerste twee subdoelstellingen efficiencyverbetering van 10% met betrekking tot de tractie-energie en efficiencyverbetering van 16% met betrekking tot de facilitaire energie. 3 De 2 laatste doelstellingen/resultaatsverplichtingen van NS Vastgoed zijn door het uittreden van NS Vastgoed komen te vervallen. Definitief Voortgangsrapport MJA-monitoring over juli
13 1.4 Overleggroep Energiebesparing In het kader van de MJA is de Overleggroep Energiebesparing (OGE) ingesteld met vertegenwoordigers van de partijen die de MJA hebben ondertekend dan wel zijn toegetreden tot de MJA. Een van de taken van de OGE is het jaarlijks vaststellen van de vorderingen middels goedkeuring van het brancherapport en de bijbehorende tekst voor de officiële Resultatenbrochure. De resultaten over 2010 worden in deze rapportage gepresenteerd. Het Ministerie van Verkeer en Waterstaat, dat al jaren als waarnemer de OGE bezocht, is per 1 januari 2007 de opdrachtgever geworden. Dat houdt tevens in dat het Ministerie van Economische Zaken met ingang van 2007 geen deel meer uitmaakt van deze MJA respectievelijk OGE. De OGE voor de MJA-Nederlandse Spoorwegen was gedurende 2010 als volgt samengesteld: De heer ir. H. Wardenaar Ministerie van Verkeer en Waterstaat De heer drs. A.T. van Tilborg Ministerie van Verkeer en Waterstaat De heer ir. R.S. Luijt NS Reizigers (voorzitter OGE) De heer mr. drs. J.F.L. Slats NS Reizigers De heer ing. J. Hofstede NedTrain De heer drs. C.C.W. Kuipers NS Poort De heer ir. G.H.M. Olde Monnikhof ProRail Mevrouw mr. G. Kok ProRail De heer ir. H.M.M. Cox Agentschap NL (secretaris) Definitief Voortgangsrapport MJA-monitoring over juli
14 2. Ontwikkelingen en realisatie tot en met en in Deelnemende bedrijven en hun verplichtingen Zoals in de inleiding al is vermeld, bestond de spoorwegbranche oorspronkelijk uit vijf 'NS-bedrijven' (met in totaal ongeveer 500 inrichtingen), die samen het grootste deel van het energieverbruik van de spoorwegtransportsector vertegenwoordigden. In 2004 is NS Vastgoed uitgetreden. Na de splitsing van de NS bestaat deze MJA in feite uit twee bedrijven, namelijk ProRail en NS (met drie bedrijfsonderdelen te weten NS Reizigers, NedTrain en NS Poort). In 2004 is NS Vastgoed uitgetreden. In 2010 zijn er geen veranderingen in de samenstelling geweest. 2.2 Aanlevering monitoringgegevens Bijlage B geeft een overzicht van de status van aanlevering monitorgegevens door de deelnemers. NS Poort en ProRail leveren gezamenlijke e-mjv-gegevens aan. 2.3 EnergieBesparingPlannen (EBP's) De EBP4 s ( ) van NedTrain, ProRail/NS Poort zijn begin 2009 door Agentschap NL goedgekeurd. Het ondertekende EBP4 van NSR is in juli 2009 goedgekeurd. 2.4 Ontwikkelingen In de afgelopen jaren is het vervoer per spoor gestaag gegroeid. Hoewel er vanaf 2009 door de recessie een stagnatie in de groei is opgetreden, wordt op de langere termijn uitgegaan van een voortgezette groei van het aantal reizigerskilometers. Op 19 november 2007 presenteerde minister Eurlings het Actieplan Groei op het Spoor. Het Actieplan heeft als doelstelling nieuwe groepen reizigers gebruik te laten gaan maken van de trein en de huidige gebruikers vaker voor de trein te laten kiezen. Het huidige kabinet heeft aangegeven dat Nederland een goede infrastructuur van wegen en openbaar vervoer nodig heeft, die optimale bereikbaarheid biedt aan mensen en bedrijven. Goede doorstroming op het wegennet is belangrijk voor de bloedsomloop van de economie. Mensen hebben de vrije keuze zich te verplaatsen. De files worden aangepakt en de mobiliteit wordt verbeterd ter versterking van de economische groei en een schoner milieu. De overheid investeert op alle niveaus (nationaal, regionaal en internationaal) in verbetering van het spoorvervoer voor de korte, de middellange en de lange termijn, daar waar de vervoersstromen voldoende groot zijn. Er zijn vier speerpunten om de kwaliteit en capaciteit van het personen- en het goederenvervoer te verbeteren: hoogfrequent spoorvervoer op de drukste trajecten in de brede Randstad; Definitief Voortgangsrapport MJA-monitoring over juli
15 samenhangende regionale OV-systemen waarvan het spoorvervoer de ruggengraat vormt; kwaliteit van de reistijden naar landsdelen; een toekomstvaste routestrategie voor het goederenvervoer. Het kabinet richtte zich op sterke, robuuste modaliteiten en het creëren van solide verbindingen tussen modaliteiten. Spoorbeheerder ProRail heeft aangegeven dat met de huidige infrastructuur veel meer vervoer kan worden gerealiseerd worden. Onder meer door op de drukste trajecten een frequentie van zes intercity s per uur mogelijk te maken. 2.5 Inspanningen branche en bedrijven Internationaal Er bestaan mondiale en Europese branche- of belangenorganisaties zoals de UIC, CER en EIM (zie bijlage E voor toelichting). Deze organisaties timmeren de laatste jaren behoorlijk aan de weg om het spoor duurzamer te maken. Het in november 2010 afgesloten EU-project RailEnergy is daar een duidelijk voorbeeld van. NS Reizigers is zelf partner geweest in het EU-project TRAINER, waarvan Agentschap NL projectcoördinator was Nationaal Bij NS en ProRail is niet echt sprake van een nationale branche. De branche heeft derhalve geen MeerJarenPlan laten opstellen, waarin de verwachte energieefficiencyverbetering is vastgelegd. Wel is NS aangesloten bij werkgeversvereniging Koninklijk Nederlands Vervoer (KNV), afdeling OV en bestaat er sinds juni 2009 bij KNV een afdeling Spoorgoederenvervoer. Ook is er de branchevereniging Railforum die een heel scala aan spoorse partijen bundelt, waaronder een KennisKring Duurzaamheid. Sectorakkoord Mobiliteit De huidige NS-doelstelling - een daling van de relatieve CO 2 -emissie per reizigerskilometer tussen 2008 en 2020 met 20% - heeft begin 2009 geresulteerd in ondertekening van het Sectorakkoord mobiliteit door de NS-CEO Bert Meerstadt. NS CO 2 -doelstelling Eén van de pijlers van het duurzaamheidbeleid van NS is verlaging van het energiegebruik en de daarbij behorende uitstoot van CO 2. Hoewel het vervoer per trein op zichzelf al energie-efficiënt is, gebruikt NS in totaal veel stroom om dagelijks ruim vierduizend treinen op tijd te laten rijden. Bij elkaar gaat het om 1,2 TeraWattuur (TWh) per jaar, ongeveer 1% van het nationale stroomverbruik. Dit gaat niet alleen gepaard met een aanzienlijke CO 2 -uitstoot, het is daarnaast een flinke kostenpost voor NS (circa 115 miljoen per jaar). Definitief Voortgangsrapport MJA-monitoring over juli
16 NS wil haar energiegebruik en daarmee ook de CO 2 -uitstoot per reizigerskilometer fors verder verminderen. Voor de periode heeft NS het doel om per reizigerskilometer twintig procent minder CO 2 uit te gaan stoten. Daarbij helpt het dat de elektriciteit die NS gebruikt steeds 'schoner' wordt opgewekt. Maar de belangrijkste bijdrage komt uit maatregelen om het energiegebruik terug te dringen. Door het doel uit te drukken in een afname per reizigerskilometer sluit NS beter aan bij de praktijk van het bedrijf en de doelstellingen van de overheid. Er is immers een doel om het vervoer per spoor te laten groeien. Wanneer meer mensen de trein nemen, zullen er in sommige gevallen ook meer treinen ingezet moeten worden. Dit kan dan ook leiden tot meer energiegebruik. Door te sturen op energie-efficiëntie wordt de hoeveelheid energie die nodig is om een reiziger te vervoeren steeds verder teruggedrongen, terwijl het niet ten koste van het groeien op het spoor gaat. Via drie soorten maatregelen verwacht NS haar ambitieuze duurzaamheidambitie te gaan bereiken: door de bezettingsgraad van de treinen te verhogen, door technische maatregelen aan de trein en door zogenaamde procesmaatregelen. Procesmaatregelen zijn bijvoorbeeld zuiniger rijden en het vermijden van onnodige stops onderweg. Door nog minder CO 2 per reizigerskilometer uit te stoten draagt NS als bedrijf bij aan een duurzaam leefbaar klimaat. Echter, iedereen kan hieraan nu al bijdragen door de trein te nemen in plaats van andere - meer energie gebruikende - vervoermiddelen. Nu al is de trein 3 á 4 keer beter dan de auto of het vliegtuig voor wat betreft de uitstoot van CO 2 tijdens het reizen. Om de keuze voor de trein als duurzaam vervoermiddel te vergemakkelijken investeert NS extra aan om de dienstverlening zo te verbeteren dat de trein nog aantrekkelijker wordt. Bron: Website NS ( NS en Samenleving Energie & klimaat); tekst is beperkt aangepast en geactualiseerd voor onderhavig rapport NS Reizigers In 2010 is een verbetering van de energie efficiciency gerealiseerd door acht projecten: 1. De verdere instroom van de nieuwe treinen van het type Sprinter, Deze trein is aanmerkelijk zuiniger dan de oude stoptreinen. 2. Het Programma Energiezuinig Rijden (EZR). In 2010 zijn 2 pilots gehouden met EZR. Dit heeft geleidt tot een geringe energiebesparing. In 2011 wordt EZR landelijk uitgerold en zal naar verwachting een grotere besparing zichtbaar worden 3. Modernisering van de Koploper driewagenstellen (ICM-III). Onderdeel van deze modernisering is onder andere een efficiëntere indeling van het rijtuig, zodat het aantal zitplaatsen per trein toeneemt. Dit heeft, bij een gelijkblijvend energiegebruik, een gunstig effect op de energie-efficiency. 4. Project AURORA 10:.Efficiënter inzetten van materieel. Met name tijdens de vakantieperiodes is de lengte van de treinen aangepast aan het aantal reizigers. Hiermee is veel energie bespaard. 5. Het verhogen van de recuperatiespanning van het mddm materieel heeft ervoor gezorgd dat recuperatierendement, dit is het deel van de elektrische remenergie dat teruggeleverd wordt aan de bovenleiding, verhoogd is. Dit heeft geleid tot een extra rendement ter grootte van 0,24% op parkniveau. Definitief Voortgangsrapport MJA-monitoring over juli
17 6. Het verhogen van de recuperatiespanning van het SGM materieel heeft ervoor gezorgd dat recuperatierendement verhoogd is. Dit heeft geleid tot een extra rendement ter grootte van 0,24% op parkniveau. 7. Het verhogen van de recuperatiespanning van het VIRM materieel heeft ervoor gezorgd dat recuperatierendement, verhoogd is. Dit heeft geleid tot een extra rendement ter grootte van 0,1% op parkniveau. 8. Het vergroten van het algemeen bewustzijn bij het personeel met betrekking tot het belang van energiebesparing. Doordat energie efficiëntie verankerd is in de doelstellingen en actief gecommuniceerd wordt naar het personeel, is er meer aandacht gekomen voor energiebesparing. De wintermaanden in 2010 waren kouder dan in 2009 (416 graaddagen extra, dat vertegenwoordigt circa 21,5 GWh). Desondanks is er per saldo in 2010 minder energie verbruikt dan in 2009 (1.288 GWh in 2010 tegen GWh in 2009),. Daarbij is het aantal reizigerskilometers in 2010 licht gestegen.. Door de daling van het energieverbruik en de stijging van het aantal reizigerskilometers is de CO 2 -emissie 4 per reizigerskilometer gedaald van 37,2 gram per reizigerskilometer in 2009 naar 35,3 gram per reizigerskilometer in NedTrain In 2009 is gestart met de invoer van een milieumanagementsysteem binnen NedTrain. De werkwijze en planning van het programma is vastgelegd in het beleidsdocument Masterplan milieu Energie management is onderdeel van het milieumanagementsysteem. Het milieumanagementsysteem kan ISO gecertificeerd worden. Er is gekozen voor een brede aanpak zodat naast energieaspecten, ook milieu en duurzaamheidaspecten gemanaged kunnen worden. Het systeem houdt ondermeer in dat per locatie een energieanalyse gemaakt wordt. De verbeterpunten met een goed energiebesparingpotentieel worden ingepland en uitgevoerd. Verder wordt het aantal energiemeetpunten uitgebreid, zodat sturing op energieverbruik wordt verbeterd. 4 NS bedrijfsinterne berekeningen. Definitief Voortgangsrapport MJA-monitoring over juli
18 Figuur 2: Het Milieumanagementsysteem van NedTrain. Naast het ontwikkelen en implementeren van het milieu- en energiemanagement systeem is NedTrain in 2010 ook op het gebied van materieel actief: Bij revisie van dubbeldekkermaterieel in Revisiebedrijf Haarlem worden, in overleg met NSR, energiebesparingsmaatregelen meegenomen NS Poort NS Poort is in 2008 begonnen met de invoering van het systeem EnergieInzicht voor een beter inzicht in het energieverbruik. Dit project is zo goed als voltooid en levert momenteel waardevolle eerstelijns informatie, waarop gestuurd wordt. Als aanvulling daarop is in 2009 begonnen met het plaatsten van zogenoemde tussenmeters. Alle tussenmeters zijn inmiddels geplaatst en zullen eind 2011 geïmplementeerd zijn en zorgen voor een verdere verbetering van de monitoringgegevens. NS Poort heeft in 2010 verder vervolg gegeven aan de duurzame thema s, met het oog op de toekomst. Hierbij gaat het om de nodige initiatieven, zoals warmte/koudeopslag bij gebouwontwikkeling en de inkoop van groene stroom. Ook wordt er nagedacht over pakketten van maatregelen op het gebied van mobiliteit, energie- en waterbesparing, materiaal, afvalbeheer en -verwerking. Tevens wordt er bij het onderhoud van de gebouwen en installaties gewerkt met de MJAdoelstellingen. Dat resulteert onder andere in een reguliere vervangingscyclus van Definitief Voortgangsrapport MJA-monitoring over juli
19 apparatuur op stations waarbij rekening gehouden wordt met duurzaamheid. Dit draagt direct bij aan de relatieve vermindering van het landelijke energieverbruik. Samen met ProRail werkt NS Poort aan de ontwikkeling van het duurzame station. De OV-Terminal Utrecht wordt hierbij in samenhang met het stationsgebied Utrecht als voorbeeld ontwikkeld. Bij de ProRail-paragraaf wordt hier dieper op ingegaan. Figuur 3: De toekomstige OV Terminal Utrecht. Daarnaast doet NS Poort regelmatig proeven op het gebied van duurzaamheid, zoals het mogelijk maken van afvalscheiding op stations ProRail ProRail heeft in 2009 een voorlopige ambitie bepaald voor haar energiebeleid in de periode Men wil de komende jaren een verbetering in de energie efficiency bereiken van 30% ten opzichte van Deze ambitie wordt in 2010 en 2011 verder uitgewerkt in het Energie EfficiencyPlan (EEP), dat wordt gemaakt in het kader van de toetreding tot de MJA3. Duurzaam inkopen en aanbesteden Behalve energie- en CO 2 -besparing halen bij zichzelf, wil ProRail ook leveranciers stimuleren om iets te doen aan hun CO 2 -emissie. Daarom is de CO 2 -prestatieladder ontwikkeld: hoe meer een bedrijf zich inspant om de CO 2 -uitstoot te reduceren, des te Definitief Voortgangsrapport MJA-monitoring over juli
20 meer kans het bij een aanbesteding maakt. Wie wil meedoen aan de CO 2 -prestatieladder, moet zich laten certificeren. En dat hebben meer dan 80 bedrijven in 2010 gedaan. In 2009 waren dat er 20. Samenwerking is het sleutelwoord. De opdrachtnemers van ProRail participeren in de ontwikkeling van de ladder en motiveren op hun beurt hun toeleveranciers. In 2011 is de CO 2 -prestatieladder overgedragen aan de nieuw opgerichte Stichting Klimaatvriendelijk Aanbesteden en Ondernemen (SKAO), zodat ook andere partijen, zoals Rijkswaterstaat en de Rijksgebouwendienst, de ladder kunnen opnemen in hun aanbestedingsprocedures. Duurzame stations Samen met NS Poort en W/E Adviseurs is door ProRail de Stationscan duurzaamheid ontwikkeld. Hiermee meet ProRail de duurzaamheid van stations om te zien waar kansen voor verbetering liggen: bijvoorbeeld bij verlichting, efficiency van installaties of toegankelijkheid van een station. Het instrument werkt eenvoudig en is geschikt als ondersteuning bij het ontwerpen van stations, omdat het mogelijk is om snel verschillende oplossingsvarianten te testen. In 2010 zijn hiermee 23 bestaande stations en 3 stationsontwerpen, waaronder het nieuwe Utrecht Centraal, gescand. De scan moet ProRail helpen om de duurzaamheid en kwaliteit van de stations te verhogen. Diverse andere Europese landen hebben inmiddels interesse getoond en willen de scan overnemen als instrument om stations energiezuiniger en duurzamer te ontwerpen en beheren. Figuur 4 Overzicht Stationscan Duurzaamheid. In 2011 gaan ProRail en NS Poort 40 stations scannen. De resultaten worden gebruikt om bij renovatieprojecten en onderhoud duurzaamheid goed mee te kunnen meenemen in de keuzes. Definitief Voortgangsrapport MJA-monitoring over juli
21 Figuur 5: Een van de perronkappen (CS Utrecht) met PV-energieopwekking middels zonnecellen 2.6 Uitgevoerde maatregelen Binnen de verbredingthema's (MJA2-terminologie) kan naast de standaard energieefficiency (EE) maatregelen onderscheid worden gemaakt in maatregelen op het gebied van duurzame energie (DE) en maatregelen in het kader van energiezuinige productontwikkeling (EP). Deze laatste is niet van toepassing voor de MJA-NS en is derhalve in deze rapportage weggelaten. De totale energiebesparing van TJ in 2010 is behaald met 22 maatregelen ter verbetering van de procesefficiency (PE, 950 TJ = 30% van totaal) en met vijf maatregelen op het gebied van duurzame energie (DE, TJ = 70% van totaal). Daarmee is de besparing op het gebied van procesefficiency met 823 TJ toegenomen ten opzichte van vorig jaar. Het aandeel duurzame energie is met 393 TJ toegenomen. In 2010 bedraagt de ongecorrigeerde EEI 73,7 en (zie tabel 8 in bijlage D); een verbetering van 4,8 ten opzichte van Na correctie voor klimaat bij NS Reizigers komt de gecorrigeerde EEI op 72,6. Definitief Voortgangsrapport MJA-monitoring over juli
22 Categorie Subcategorie Omvang besparing (TJ) Aantal maatregelen in 2010 Omvang besparing (TJ) in 2007 Omvang besparing (TJ) in 2008 Omvang besparing (TJ) in 2009 Omvang besparing (TJ) in 2010 Vermeden CO2 (ton) in 2007 door maatregelen Vermeden CO2 (ton) in 2008 door maatregelen Vermeden CO2 (ton) in 2009 door maatregelen Vermeden CO2 (ton) in 2010 door maatregelen Procesefficiency Strategische (EE) en energiezorg projecten Energiebesparingp rojecten in utilities en gebouwen Energiezorg en goodhousekeeping Energiebesparing projecten in processen Subtotaal Procesefficiency en energiezorg Inzet Ingekochte Duurzame Energie (zie 2.6) duurzame energie Zonnestroom 0 1 0,1 9 Omgevingswarmte 0 1 0,0 Subtotaal Inzet Duurzame energie Totaal Tabel 2: Energiebesparingsmaatregelen: omvang besparing (TJ) en vermeden CO 2 -uitstoot. 2.7 Energiezorg Bedrijven die deelnemen aan de MJA2, verplichten zich tot het verwezenlijken van een energiezorgsysteem. Daarmee krijgen zij inzicht in hun energieverbruik dat kan leiden tot nieuwe maatregelen om dit gebruik te beperken. De MJA-NS is geen MJA2 en officieel is energiezorg geen verplichtend onderdeel binnen de MJA1. Alle deelnemende NS-bedrijven zijn zich echter bewust van het belang dat energiezorg speelt bij de realisatie van een structurele verbetering van de energie-efficiency binnen hun bedrijf. 2.8 Duurzame Energie NS Reizigers heeft in ,9% van haar elektriciteit duurzaam ingekocht. NS Poort/ProRail en NedTrain hebben beide 100% 5 groene stroom ingekocht. In 2010 bedraagt de gezamenlijke DEI 87,6. Dit is een verbetering van 12,4% ten opzichte van 1997 (100). 5 Dit is het percentage van het MJA-elektriciteitsverbruik van de betreffende bedrijf dat groen is ingekocht. Definitief Voortgangsrapport MJA-monitoring over juli
23 De Totale Energie-Efficiency-Index (TEEI) is de opstelsom van de gecorrigeerde 6 Energie- Efficiency-Index (EEI) en de index voor het inzetten van Duurzame Energie (DEI). In de bijlagen E en F worden bovengenoemde indices nader toegelicht. Voor de berekening van de TEEI wordt gebruik gemaakt van de volgende formule: Ontwikkeling DEI Eenheid Referentieenergieverbruik TJ Totale hoeveelheid DE vanwege TJ maatregelen DEI punten 97,7 95,1 97,8 97,8 97,9 95,5 90,2 90,3 89,6 87,8 Vermeden CO2- emissie door toepassing DE kton t.o.v Tabel 3: Ontwikkeling Duurzame Energie van Totale energie-efficiencyverbetering en invloedsfactoren TEEI=EEI+DEI-100 Figuur 6 geeft het verloop van de gecorrigeerde TEEI, de gecorrigeerde EEI en de DEI van de MJA-NS weer in de periode In 2010 bedraagt de TEEI 60,4 hetgeen neerkomt op een verbetering van 39,6% ten opzichte van 1997 (voor specificatie zie bijlage D tabel 8 en 9). Figuur 6: Ontwikkeling indices MJA-NS. 6 Volgens Protocol en Handreiking Monitoring MJA2 en met goedkeuring van de OGE. Definitief Voortgangsrapport MJA-monitoring over juli
24 Het bij de monitoring vastgestelde energieverbruik in de sector staat onder invloed van interne en externe factoren (zie ook bijlage D). Elk bedrijf heeft de mogelijkheid om in de bedrijfsmonitoringrapportage aan de hand van invloedsfactoren de verandering van de ongecorrigeerde (EEI) in 2010 ten opzichte van 2009 te verklaren. Als belangrijkste invloedsfactoren kunnen worden genoemd: Genomen maatregelen. Voor de NS-bedrijven en ProRail is berekend dat als gevolg van uitgevoerde procesefficiency-maatregelen in 2010 een energiebesparing van 950 TJ is gerealiseerd. Klimaat (graaddagen). Het energieverbruik voor ruimteverwarming is afhankelijk van de klimatologische omstandigheden in het stookseizoen (aantal graaddagen). Er is berekend dat voor NSR het hogere aantal graaddagen in 2010 ten opzichte van 2009 heeft geresulteerd in een stijging van het energieverbruik voor verwarming van 193 TJ. NSR heeft net als andere jaren gebruik gemaakt van de mogelijkheid tot correctie van de EEI. Daarmee verdwijnt deze invloedsfactor als verklaring voor de EEIverandering. NedTrain heeft eveneens een ontsparing ten gevolge van het klimaat opgevoerd. Deze bedraagt 23 TJ. Hiervoor is niet gecorrigeerd. NS Poort en ProRail hebben geen invloedsfactoren opgevoerd. Vermeden CO 2 -emissie Door de verbetering van de ongecorrigeerde (zie tabel bijlage D) EEI van 100 in het referentiejaar 1997 naar 73,7 in 2010 is in 2010 de uitstoot van 343 kton CO 2 vermeden. De vermeden CO 2 -uitstoot wordt berekend aan de hand van de ongecorrigeerde index en is hiermee gekoppeld aan het werkelijke energieverbruik. De verbetering van de DEI van 100 (in het referentie jaar 1997) naar 87,8 in 2010 resulteert in een additionele reductie van de CO 2 -emissie van 160 kton. In 2010 is daarmee de totale CO 2 -emissie 504 kton lager dan in het referentiejaar 1997 (981 kton). Met andere woorden: indien de energie-efficiency en de energie-inkoop van NS niet zouden zijn gewijzigd (verbeterd) ten opzichte van 1997 zou de CO 2 -emissie in 2010 gerelateerd aan het referentieverbruik 1997, 504 kton hoger hebben gelegen. Definitief Voortgangsrapport MJA-monitoring over juli
25 CO 2 (kton) Verm. CO2-emissie door deei t.o.v Verm. CO2-emissie door ddei t.o.v Verm. CO2-emissie totaal t.o.v Verm. CO2-emissie totaal cumulatief Figuur 7: Tijdens de MJA-NS periode vermeden CO 2 -emissie (in kton), opgesplitst naar vermijding door EE- en DE-inkoop, gerelateerd aan het energieverbruik in Definitief Voortgangsrapport MJA-monitoring over juli
26 3. Conclusies en vooruitblik 3.1 Conclusies EEI Eind 2010 bedraagt de gecorrigeerde EEI 72,6. Dit komt overeen met een EE-Verbetering (EEV) van 27,4% ten opzichte van De branche heeft daarmee zowel de oude hoofddoelstelling (11%) als de nieuwe doelstelling van rond de 20 7 % bereikt. DEI In 2010 is 10,9% van de tractie-energie duurzaam ingekocht. Dit heeft geresulteerd in een verbetering van de DEI van NSR van 100 in 1997 naar 92,1 in Ten opzichte van 2009 (91,7) 8 is dit een stijging van 0,4 punten. De DE-doelstelling van 5% is hiermee echter ruimschoots gehaald. Omdat NS Poort/ProRail en NedTrain ook duurzame energie ingekocht hebben is de DEI voor de hele branche voor ,8; deze was in ,6, dus een verbetering van 1,8 punten. TEEI De TEEI is in ,4; dit is een verbetering van 39,6% ten opzichte van 1997 (100). De TEEI is in 2010 ten opzichte van 2009 gedaald met 7,5 punten, dus een verbetering. CO 2 -emissie Als gevolg van de gerealiseerde energie-efficiencyverbetering en de inkoop van duurzame energie heeft NS in 2010 de emissie van 503 kton CO 2 vermeden ten opzichte van het referentieverbruik Door de inkoop van duurzame energie is 160 kton vermeden en door efficiencyverbetering 343 kton. De totaal vermeden CO 2 emissie over de jaren bedraagt kton. Algemeen Op bedrijfsniveau is 2010 het jaar van de MJA-NS-eindoogst geworden. Inspanningen van de laatste jaren hebben ertoe geleid dat elk bedrijf respectievelijk bedrijfsonderdeel haar deel van de MJA-doelstelling gerealiseerd heeft, waardoor de MJA-NS ( ) als totaal normaal gesproken op ruim 2,0% energie-efficiencyverbetering per jaar is uitgekomen. De oorspronkelijk afgesproken doelstelling was 11% tussen (0,85%/jaar) en de uiteindelijk gerealiseerde EEV is 27,4%. Naast de werkelijke monitoring met betrekking tot energie en CO 2 is er duidelijk sprake van een geïnspireerde omgeving met betrekking tot duurzaamheid en CO 2 - emissiereductie was evenals 2009 een inspirerend jaar; er zijn meer mensen dan ooit actief betrokken bij de MJA-NS. De behaalde resultaten gecombineerd met de diverse plannen 7 Dit is in feite de nieuwe NS Reizigers-doelstelling. NSR gebruikt ongeveer 90 % van het totale MJA-NSenergieverbruik. 8 In het brancherapport 2009 is hier de DEI waarde 89,5 voor NSR in 2009 genoemd. Door een correctie op de cijfers na het verschijnen van het brancherapport is dit later aangepast naar de correcte waarde van 91,7. Definitief Voortgangsrapport MJA-monitoring over juli
27 voor een verduurzaming van de eigen bedrijfsvoering en de verschillende akkoorden bieden een veelbelovend perspectief voor de overstap naar de MJA3 3.2 Vooruitblik NS en ProRail zijn met ingang van 1 januari 2011 overgestapt naar de MJA3. Met de hier geldende Energiebesparing (EB)-doelstelling van minimaal 2 % per jaar zullen beide partijen wellicht geen al te grote moeite hebben. Wel is waar dat deze 2 % EB anders berekend wordt dan de EEV uit de MJA1. Het komt er voor de partijen nu op aan om al hun inspanningen in MJA-verband goed in kaart te brengen, te benoemen en op te voeren. Autonome ontwikkelingen, die in het MJA1-tijdperk bijdroegen aan het MJA1- resultaat, zullen nu niet direct meegenomen kunnen worden. Definitief Voortgangsrapport MJA-monitoring over juli
28 Definitief Voortgangsrapport MJA-monitoring over juli
29 Bijlage A Deelnemers MJA Nederlandse Spoorwegen Aan de MJA-NS nemen nu de volgende drie bedrijven deel: Nummer Bedrijf/Bedrijfsonderdeel Vestigingsplaats NS Reizigers Materieel en Infrabeleid UTRECHT NedTrain BV UTRECHT NS Poort (inclusief ProRail) UTRECHT Tabel 4: Deelnemers MJA Het bedrijfsonderdeel NS Vastgoed (tegenwoordig weer onderdeel van NS Poort) maakt sinds 2004 geen deel meer uit van deze MJA. Definitief Voortgangsrapport MJA-monitoring over juli
30 Definitief Voortgangsrapport MJA-monitoring over juli
31 Bijlage B Ontvangst monitoringrapportages van bedrijven In onderstaande tabel is het indienen van definitieve monitoringrapportages aangegeven. In 2010 hebben ProRail en NS Poort de energieverbruikgegevens gezamenlijk ingediend. Bedrijf Gegevens definitief gemaakt NS Poort + ProRail NS Reizigers NedTrain B.V Tabel 5: Indieningdatums. Alle deelnemers hebben vóór 1 april hun e-mjv definitief ingediend conform de MJAregels op dit gebied. Definitief Voortgangsrapport MJA-monitoring over juli
32 Definitief Voortgangsrapport MJA-monitoring over juli
33 Bijlage C Overzicht van maatregelen per categorie (2010) Subcategorie Omschrijving uitgevoerde maatregel Besparing (GJ) Strategische projecten LighTTrain; leverancier X Modernisering ICM-III Energiebesparingprojecten in utilities en gebouwen cv pompen 190 Div. onderhoudsmaatregelen 0 Ldd Compartimentering en compartering putverlichting Maastricht Verlichting Hal B 675 Nieuwbouw Rotterdam Nieuwbouw Tilburg Regulier Onderhoud Thermostatische mengkranen 6 Wisselverwarming met WKO en warmtepomp Energiezorg en goodhousekeeping Aanstellen energiemedewerker per locatie 0 Algemeen bewustzijn bij personeel belang energiebesparing vergroten Gedragsmaatregelen 0 Instrueren monteurs en medewerkers 0 Procesmaatregelen Lekkages perslucht opsporen locatie Haarlem & Maastricht Programma EZR Project AURORA 10 (reduceren bakkilometers) Verhogen recuperatiespanning mddm verhogen recuperatiespanning SGM Verhogen recuperatiespanning VIRM (IGBT-installaties) Vervangen Compressoren Haarlem 540 Subtotaal Tabel 6: Procesefficiency maatregelen ( 950 TJ; 70,7 kton CO 2 -reductie) Subcategorie Omschrijving uitgevoerde maatregel Besparing (GJ) Inkoop: duurzame elektriciteit Duurzame energie: Garanties van Oorsprong (NS Reizigers) Groene stroom inkoop (NedTrain B.V.) Inkoop duurzame elektriciteit 2010 (NS Poort) Omgevingswarmte Studie KWO Den Haag CS (wisselverwarming + hal/stichthaege) (NS Poort/ProRail) 0 Zonnestroom Zonnepanelen station Amersfoort (ProRail) 119 Subtotaal Tabel 7: Duurzame Energie (DE) ( TJ; 160,4 kton CO 2 -reductie). Definitief Voortgangsrapport MJA-monitoring over juli
34 Definitief Voortgangsrapport MJA-monitoring over juli
35 Bijlage D Energiecijfers, CO 2 -cijfers en indices Aspect Eenheid Productievolume t.o.v.1997 % Elektriciteitsverbruik TJ Aardgasverbruik TJ Warmteverbruik TJ Totaal werkelijk energieverbruik Correctie: K: bedrijfsextern, klimaat TJ TJ ,3-193,4 Correctie totaal TJ ,3-193,4 Totaal referentie energieverbruik TJ EEI (ongecorrigeerd) punten ,6 82,6 84,2 82,8 79,5 78,5 73,7 Vermeden CO2 aan EEI gerelateerd, cum (referentiejaar is 1997) kton EEI gecorrigeerd punten ,1 83,0 84,3 83,7 80,0 78,4 72,6 Tabel 8.1: Meerjarenoverzicht energieverbruik, procesefficiency. Dit betreft ongecorrigeerde cijfers zoals de afgelopen jaren gerapporteerd en inclusief het referentieverbruik van NS vastgoed in Voortschrijdend inzicht en een extra onderzoek naar historische cijfers levert de volgende tabel op voor de drie deelnemers in 2010 (NS Vastgoed komt hierin niet terug). Aspect Eenheid Productievolume t.o.v.1997 % Totaal werkelijk energieverbruik TJ Correctie: K: bedrijfsextern, klimaat TJ ,3-193,4 Correctie totaal TJ ,3-193,4 Totaal referentie energieverbruik TJ EEI (ongecorrigeerd) punten ,1 82,6 83,4 81,7 80,0 78,5 73,7 EEI gecorrigeerd punten ,1 82,1 83,2 80,6 79,8 78,4 72,6 Tabel 8.2: Meerjarenoverzicht energieverbruik, procesefficiency. Dit betreft cijfers zoals de afgelopen jaren gerapporteerd maar gecorrigeerd op basis van onderzoek in 2011, exclusief het referentieverbruik van NS vastgoed in Definitief Voortgangsrapport MJA-monitoring over juli
MJA3-Bedrijfsrapport 2012 Railsector
MJA3-Bedrijfsrapport Railsector Opgesteld door Agentschap NL (MJA-facilitering, Toetsing & Monitoring) ProRail T.a.v. Gerald Olde Monnikhof Moreelsepark 3 3511EP Utrecht gerald.oldemonnikhof@prorail.nl
Nadere informatieMJA-Sectorrapport 2012 Wetenschappelijk onderwijs
MJA-Sectorrapport 2012 Wetenschappelijk onderwijs Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Wetenschappelijk onderwijs Datum: 16 mei 2013 Status: Eindversie Kenmerk: 1235678/223/BHW/AB/157005 Contactpersoon:
Nadere informatieMJA-Sectorrapport 2011 Railsector
MJA-Sectorrapport 2011 Railsector Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Railsector Datum: 18 juni 2012 Status: Definitief, versie 1.3 Kenmerk: 1235678/223/TdL/SR/HC Locatie: Utrecht Contactpersoon: Tobias
Nadere informatieMJA3-Bedrijfsrapport 2013 Railsector
Energieverbruik [TJ primair] MJA3-Bedrijfsrapport Railsector Opgesteld door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl) - MJA-facilitering, Toetsing & Monitoring ProRail T.a.v. Gerald Olde Monnikhof
Nadere informatieMJA-Sectorrapport 2015 Cacao-industrie
MJA-Sectorrapport 2015 Cacao-industrie Colofon Projectnaam: MJA-monitoring 2015 Sector: Cacao-industrie Datum: 01-08-2016 Status: Definitief Kenmerk: 1235678/JRI/158001 Locatie: Utrecht Contactpersoon:
Nadere informatieMJA-Sectorrapport 2013 Cacao-industrie
MJA-Sectorrapport 2013 Cacao-industrie Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Cacao-industrie Datum: 15 mei 2014 Status: definitief Kenmerk: 1235678/223/RHA/AB/158001 Locatie: Utrecht Contactpersoon: Rineke
Nadere informatieMJA3-Bedrijfsrapport 2014 Railsector
MJA3-Bedrijfsrapport Railsector Opgesteld door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl) - MJA-facilitering, Toetsing & Monitoring ProRail T.a.v Gerald Olde Monnikhof Moreelsepark 3 3511EP Utrecht
Nadere informatieMJA-Sectorrapport 2013 Railsector
MJA-Sectorrapport 2013 Railsector Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Railsector Datum: 11 juni 2014 Status: Definitief Kenmerk: 1235678/nnb/TDL/nnb/ - Locatie: Utrecht Contactpersoon: Tobias de Ligt
Nadere informatieMJA-Sectorrapport 2013 Wetenschappelijk onderwijs
MJA-Sectorrapport 2013 Wetenschappelijk onderwijs Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Wetenschappelijk onderwijs Datum: 24 juni 2014 Status: Definitief Kenmerk: 1235678/U&W/WJW/MS/157005 Locatie: Utrecht
Nadere informatieVOORTGANGSRAPPORTAGE ONTWIKKELING ENERGIE-EFFICIENTIE IN DE SUPERMARKTSECTOR OVER HET JAAR 2012
Energy Services Verhoef BV VOORTGANGSRAPPORTAGE ONTWIKKELING ENERGIE-EFFICIENTIE IN DE SUPERMARKTSECTOR OVER HET JAAR 2012 Concept, 21 mei 2013 Opgesteld door Energy Services Verhoef BV in opdracht van
Nadere informatieVoortgangsrapportage Scope 1 en 2, eigen energiegebruik
Voortgangsrapportage Scope 1 en 2, eigen energiegebruik Voorlopige voetafdruk 2015 Autorisatie paraaf datum gecontroleerd prl projectleider Van Auteurs LJV, Milieu & Duurzaamheid G.H.M. Olde Monnikhof
Nadere informatieMJA-Sectorrapport 2014 Cacao-industrie
MJA-Sectorrapport 2014 Cacao-industrie Colofon Projectnaam: MJA-monitoring 2014 Sector: Cacao-industrie Datum: 22 juni 2015 Status: definitief Kenmerk: 1235678/RHA/158001 Locatie: Utrecht Contactpersoon:
Nadere informatieMJA-Sectorrapport 2012 Kalkzandsteen- en cellenbetonindustrie
MJA-Sectorrapport 2012 Kalkzandsteen- en cellenbetonindustrie Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Kalkzandsteen- en cellenbetonindustrie Datum: 5 juni 2013 Status: Definitief Kenmerk: 1235678/223/BW/AB/156009
Nadere informatieMEE-Sectorrapport 2013 Bierbrouwerijen
MEE-Sectorrapport 2013 Bierbrouwerijen Colofon Projectnaam: MEE-monitoring Bierbrouwerijen Datum: 2 juni 2014 Status: definitief Kenmerk: 1235678/223/RHA/AB/158011 Locatie: Utrecht Contactpersoon: Rineke
Nadere informatieMJA-Sectorrapport 2014 Universitair Medische Centra
MJA-Sectorrapport 2014 Universitair Medische Centra Het AMC had in 2014 de grootste bijdrage aan de energiebesparing bij procesefficiency maatregelen in de sector. Colofon Projectnaam: MJA-monitoring
Nadere informatieMeerjarenplan Energie-efficiency Nederlandse Universiteiten 2013-2016. Samenvatting van de universitaire Energie Efficiency Planne n
Meerjarenplan Energie-efficiency Nederlandse Universiteiten 2013-2016 Samenvatting van de universitaire Energie Efficiency Planne n Context Vanaf 1992 heeft de overheid in het kader van het energiebesparingsbeleid
Nadere informatieMJA-Sectorrapport 2012 Railsector
MJA-Sectorrapport 2012 Railsector Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Railsector Datum: 14 juni 2013 Status: Definitief Kenmerk: 1235678/223/TDL/AB/HC Locatie: Utrecht Contactpersoon: Tobias de Ligt/Hub
Nadere informatieMJA-Sectorrapport 2012 Textielservicebedrijven
MJA-Sectorrapport 2012 Textielservicebedrijven Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Textielservicebedrijven Datum: 5 juni 2013 Status: Definitief Kenmerk: 1235678/223/PVDB/AB/156012 Locatie: Utrecht Contactpersoon:
Nadere informatieVoortgangsrapportage CO 2 emissies ProRail Scope 1 en 2, eigen energiegebruik
Voortgangsrapportage CO 2 emissies ProRail Scope 1 en 2, eigen energiegebruik Rapportage 1 e half jaar 2017 en prognose CO 2 voetafdruk 2017 Autorisatie paraaf datum gecontroleerd prl Projectleider Van
Nadere informatieMJA-Sectorrapport 2012 Universitair Medische Centra
MJA-Sectorrapport 2012 Universitair Medische Centra Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Universitair Medische Centra Datum: 14 mei 2013 Status: Eindversie Kenmerk: 1235678/223/BHW/AB/157007 Contactpersoon:
Nadere informatieCO2-reductieplan Kuurman
CO2-reductieplan Kuurman Auteur: MRO, RVD Januari 2017 Inhoud CO2-reductieplan Kuurman... 1 Inhoud... 2 1 Inleiding... 3 1.1 Leeswijzer... 3 2 Energiebeoordeling... 4 2.1 Identificatie verbruikers... 4
Nadere informatiee Sectorrapport 2015 Universitair Medische Centra
e Sectorrapport 2015 Universitair Medische Centra UMCG had in 2015 het beste procesefficiency besparingsproject. Colofon Projectnaam: MJA-monitoring 2015 Sector: Universitair Medische Centra Datum: 1
Nadere informatieVoortgangsrapportage. Voortgang van CO 2 reductieplan van Genap B.V (tm juni) Copyright 2016 Genap B.V.
Voortgangsrapportage Voortgang van CO 2 reductieplan van Genap B.V. 2016 (tm juni) Copyright 2016 Genap B.V. Inhoud Inleiding... 2 1 Energiebeleid... 3 2 Huidig energieverbruik en trendanalyse... 3 3 Voortgang
Nadere informatieVoortgangsrapportage Voortgang van CO2 reductieplan van Genap B.V (tm juni)
Voortgangsrapportage Voortgang van CO reductieplan van Genap B.V. 06 (tm juni) Copyright 06 Genap B.V. Inhoud Inleiding... Energiebeleid... 3 Huidig energieverbruik en trendanalyse... 3 3 Voortgang reductiedoelstellingen
Nadere informatieMEE-Sectorrapport 2015 Raffinaderijen
MEE-Sectorrapport 2015 Raffinaderijen Colofon Projectnaam: MEE-monitoring 2015 Sector: Raffinaderijen Datum: 7 juli 2016 Status: Definitief Kenmerk: FVDP/156029 Locatie: Roermond Contactpersoon: Frank
Nadere informatieMJA-Sectorrapport 2014 Kalkzandsteen- en cellenbetonindustrie
MJA-Sectorrapport 2014 Kalkzandsteen- en cellenbetonindustrie Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Kalkzandsteen- en cellenbetonindustrie Datum: 11 juni 2015 Status: definitief Kenmerk: 1235678/BW/156009
Nadere informatieMJA-Sectorrapport 2014 Tapijtindustrie
MJA-Sectorrapport 2014 Tapijtindustrie Colofon Projectnaam: MJA-monitoring 2014 Sector: Tapijtindustrie Datum: 4-6-2015 Status: Definitief Kenmerk: LH/PB/156019 Locatie: Utrecht Contactpersoon: Li Hua
Nadere informatieHalfjaarlijkse CO 2 rapportage 2015
Halfjaarlijkse CO 2 rapportage 2015 Status: Definitief Datum van uitgifte: 16-08-2015 Datum van ingang: 07-09-2015 Versienummer: 1.0 Inhoud 1. INLEIDING... 3 2. CO 2 EMISSIES 1E HALFJAAR 2015... 4 2.1
Nadere informatieMJA Sectorrapport 2011 Aardappelverwerkende industrie
MJA Sectorrapport 2011 Aardappelverwerkende industrie Pagina 1 van 1 Colofon Projectnaam Locatie Contactpersoon Dit rapport is tot stand gekomen in samenwerking met Versienummer Datum Status Kenmerk Sectorrapport
Nadere informatieMJA-Sectorrapport 2012 Nederlandse olie- en gasproducerende industrie
MJA-Sectorrapport 2012 Nederlandse olie- en gasproducerende industrie Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Nederlandse olie- en gasproducerende industrie Datum: 29 mei 2013 Status: Definitief Kenmerk:
Nadere informatieMJA-Sectorrapport 2014 Financiële dienstverleners
MJA-Sectorrapport 2014 Financiële dienstverleners Colofon Projectnaam: MJA-monitoring 2014 Sector: Financiële dienstverleners Datum: 22-juni-2015 Status: Definitief Kenmerk: 22062015/WW/156015 Locatie:
Nadere informatieMEE-Sectorrapport 2011 Bierbrouwerijen
MEE-Sectorrapport 2011 Bierbrouwerijen Colofon Projectnaam: MEE-monitoring Bierbrouwerijen Locatie: Utrecht Contactpersoon: Rineke Hakkens Ondersteunend Adviesbureau: - Datum: 18 juni 2012 Status: definitief
Nadere informatieMJA-Sectorrapport 2012 Meelfabrikanten
MJA-Sectorrapport 2012 Meelfabrikanten Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Meelfabrikanten Datum: 8 juli 2013 Status: definitief Kenmerk: 1235678/223/RHA/AB/158008 Locatie: Utrecht Contactpersoon: Rineke
Nadere informatieMJA-Sectorrapport 2014 Railsector
MJA-Sectorrapport 2014 Railsector Colofon Projectnaam: MJA-monitoring 2014 Sector: Railsector Datum: 24 juni 2015 Status: Definitief Kenmerk: 1235678/TDL/AEm89Y56 Locatie: Utrecht Contactpersoon: Tobias
Nadere informatieVoortgangsrapportage CO 2 - reductiedoelstellingen scope 1 & 2 -emissies
Voortgangsrapportage CO 2 - reductiedoelstellingen scope 1 & 2 -emissies BESIX Nederland Branch 17 oktober 2011 Definitief rapport BESIX Nederland Branch Trondheim 22-24 Postbus 8 2990 AA Barendrecht
Nadere informatieMJA Sectorrapport 2011 Frisdranken, Waters en Sappen
MJA Sectorrapport 2011 Frisdranken, Waters en Sappen Pagina 1 van 1 Colofon Projectnaam Locatie Contactpersoon Dit rapport is tot stand gekomen in samenwerking met: Sectorrapport Frisdranken, Waters en
Nadere informatieEnergiegebruik 2013. van de Nederlandse spoorsector
Energiegebruik 2013 van de Nederlandse spoorsector COLOFON: Auteurs: Neel van Hoesel (Ricardo Rail), neel.vanhoesel@ricardo.com Anton van Himbergen (Ricardo Rail), anton.vanhimbergen@ricardo. com Versie:
Nadere informatieMJA-Sectorrapport 2015 Wetenschappelijk onderwijs. Beste energiebesparingsproject 2015 Gebouw Helix, TU Eindhoven
MJA-Sectorrapport 2015 Wetenschappelijk onderwijs Beste energiebesparingsproject 2015 Gebouw Helix, TU Eindhoven Colofon Projectnaam: MJA-monitoring 2015 Sector: Wetenschappelijk onderwijs Datum: 26-09-2016
Nadere informatieW & M de Kuiper Holding
2 januari t/m juni 2018 2 Pagina 2 van 6 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Overzicht -emissie gegevens 3 Vergelijking met voorgaande jaren 4 3 -gerelateerd gunningsvoordeel 5 4 Doelstellingen 5 Reductiedoelstellingen
Nadere informatieMEE-Sectorrapport 2011 METALLURGISCHE INDUSTRIE. Datum: 24 augustus 2012
MEE-Sectorrapport 2011 METALLURGISCHE INDUSTRIE Datum: 24 augustus 2012 Status: definitief Colofon Projectnaam: Locatie: Contactpersoon: Kenmerk: MEE-monitoring Metallurgische Industrie Utrecht Jobert
Nadere informatieMJA-Sectorrapport 2012 Metallurgische industrie
MJA-Sectorrapport 2012 Metallurgische industrie Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Metallurgische industrie Datum: 13 05 31 Status: Definitief Kenmerk: 1235678/223/JR/CC/156013 Locatie: Utrecht Contactpersoon:
Nadere informatieMEE-Sectorrapport 2013 Metallurgische industrie
MEE-Sectorrapport 2013 Metallurgische industrie Colofon Projectnaam: MEE-monitoring Metallurgische industrie Datum: 16 juni 2014 Status: Definitief (V12b) Kenmerk: TG/MLI/156013 MEE Locatie: Utrecht Contactpersoon:
Nadere informatieCO 2 - en energiereductiedoelstellingen 2013-2014 Alfen B.V. Auteur: H. van der Vlugt Versie: 1.1 Datum: 26-mei-2014 Doc.nr: Red1314 Alfen B.V. CO 2-reductierapport 2013-2014 Doc. nr. Red1314 26-mei-2014
Nadere informatieMJA-Sectorrapport 2015 Railsector
MJA-Sectorrapport 2015 Railsector Colofon Projectnaam: MJA-monitoring 2015 Sector: Railsector Datum: 13 juli 2016 Status: Definitief Kenmerk: 1235678/TDL/HC2 Locatie: Utrecht Contactpersoon: Tobias de
Nadere informatieVoortgangsrapportage
Voortgangsrapportage Voortgang van CO 2 reductieplan van Genap B.V. over 2015 t.o.v. basisjaar 2014 Dit document is tot stand gekomen in samenwerking met Will2Sustain Copyright 2016 Genap B.V. Inhoud Inleiding...
Nadere informatieMJA-Sectorrapport 2013 Hoger beroepsonderwijs
MJA-Sectorrapport 2013 Hoger beroepsonderwijs Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Hoger beroepsonderwijs Datum: 26-6-2014 Status: Definitief Kenmerk: 1235678/U&W/WJW/MS/157002 Locatie: Utrecht Contactpersoon:
Nadere informatieCO 2. -besparingsplan Publieksversie
CO 2 -besparingsplan Inleiding CO2 ambitie ProRail De trein is de meest duurzame vervoersvorm. Een trein gebruikt zijn energie efficiënt en heeft daardoor een lage CO2-emissie. Maar het kan altijd beter
Nadere informatieMJA-Sectorrapport 2014 Wetenschappelijk onderwijs. Wageningenur was in 2014 de beste binnen de universiteiten op het gebied van proces efficiency
MJA-Sectorrapport 2014 Wetenschappelijk onderwijs Wageningenur was in 2014 de beste binnen de universiteiten op het gebied van proces efficiency besparing. Colofon Projectnaam: MJA-monitoring 2014 Sector:
Nadere informatieDoor: Vincent Damen Ninja Hogenbirk Roel Theeuwen
Door: Vincent Damen Ninja Hogenbirk Roel Theeuwen 31 mei 2012 INHOUDSOPGAVE Inleiding... 3 1. Totale resultaten... 4 1.1 Elektriciteitsverbruik... 4 1.2 Gasverbruik... 4 1.3 Warmteverbruik... 4 1.4 Totaalverbruik
Nadere informatieCO 2 reductieplan: doelstellingen en voortgang Thales Transportation Systems 2 e half jaar 2015
UNCLASSIFIED TOL: 0006 0000795431 CO 2 reductieplan: doelstellingen en voortgang Thales Transportation Systems 2 e half jaar 2015 Conform de CO 2 prestatieladder 3.0 CO 2 reductieplan: doelstellingen en
Nadere informatieHalf jaarlijkse voortgangsrapportage CO₂ Prestatieladder
Half jaarlijkse voortgangsrapportage CO₂ Prestatieladder L Ortye Transportbedrijf B.V. verslag 1 e helft 2018 T.b.v. Audit CO₂ Prestatieladder (3.C.1) DOC3C2, Versie 1.0 L Ortye Transportbedrijf B.V. Kvk
Nadere informatieEnergiemanagement actieplan 2017
Energiemanagement actieplan 2017 Energie Management Actieplan 2017 Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Reductiedoelstellingen 4 2.1 Bedrijfsdoelstelling 4 2.2 Scope 1 4 2.3 Scope 2 4 3. Plan van Aanpak 5 3.1
Nadere informatieMJA- Sectorrapport 2013 ICT
MJA- Sectorrapport 2013 ICT Colofon Projectnaam: MJA-monitoring ICT Datum: 140717 Status: Definitief Kenmerk: 1235678/223/HVDK/CC/156011 Locatie: Utrecht Contactpersoon: Ir. J.M. van der Knaap Ondersteunend
Nadere informatieS.A.M. Schagen BV. 3.B.2_2 Energie meetplan 2013-2016. Conform niveau 3 op de CO 2 -prestatieladder 2.2
S.A.M. Schagen BV 3.B.2_2 Energie meetplan 2013-2016 Conform niveau 3 op de CO 2 -prestatieladder 2.2 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Doelstellingen 4 3 Planning meetmomenten 5 3.1. Vestiging A 5 Scope 1
Nadere informatieVan Herk Groep B.V. Doelstelling CO₂-reductie
Van Herk Groep B.V. Bestaande uit: Van Herk Groep B.V. Bouwonderneming Stout B.V. Stout Bouwmaatschappij B.V. Herkon B.V. Exploitatiemaatschappij Hebo B.V. Exploitatiemaatschappij Hebo 2 B.V. Exploitatiemaatschappij
Nadere informatieCO 2 Prestatieladder Voortgangsrapportage 2018
CO 2 Prestatieladder Voortgangsrapportage 2018 Periode: 1 januari t/m 31 december 2018 Datum: 24-06-2019 Versie: 3 Opgesteld door: Will2Sustain Will2Sustain: Adviesbureau in Duurzaam Ondernemen 1 Inhoudsopgave
Nadere informatieEnergiebeoordelingsverslag 2016
Energiebeoordelingsverslag 2016 Datum: 7 maart 2017 Paraaf directie: 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Bedrijf 4 2.1 Activiteiten 4 2.2 Factoren die het energieverbruik beïnvloeden 4 3. Energieverbruik
Nadere informatieCARBON FOOTPRINT 2015 Hogeschool Utrecht 3 MAART 2016
Hogeschool Utrecht 3 MAART 2016 Contactpersonen IR. B. (BAȘAK) KARABULUT Adviseur T +31 (0)88 4261 322 M +31 (0)6 312 02492 E basak.karabulut@arcadis.com Arcadis Nederland B.V. Postbus 4205 3006 AE Rotterdam
Nadere informatieJaarverslag Criteria. Conform niveau 3 op de CO2- prestatieladder 3.0 en ISO norm. Opgesteld door Paraaf. Datum Versie 2
Jaarverslag 2017 Criteria Opgesteld door Paraaf Conform niveau 3 op de CO2- prestatieladder 3.0 en ISO 14064-1 norm RB Datum 12-7-2018 Versie 2 Status Definitief Inhoudsopgave 1 INLEIDING EN VERANTWOORDING...
Nadere informatieHuiberts BV. Energie meetplan 2013-2017 (3.B.2_2) Conform niveau 3 op de CO 2 -prestatieladder 2.2
Huiberts BV Energie meetplan 2013-2017 (3.B.2_2) Conform niveau 3 op de CO 2 -prestatieladder 2.2 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Doelstellingen 3 3 Planning meetmomenten 4 3.1. Vestiging A 4 Scope 1 emissies
Nadere informatieEnergiezorgplan Van Dorp Installaties bv 2011 2015. Versie 2.0 (summary)
Energiezorgplan Van Dorp Installaties bv 2011 2015 Versie 2.0 (summary) Auteurs: Van Dorp Dienstencentrum Datum: Februari 2012 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 2 2. Energiebeleid... 3 2.1 Continue verbetering...
Nadere informatieMJA-Sectorrapport 2012 ICT
MJA-Sectorrapport 2012 ICT Colofon Projectnaam: MJA-monitoring ICT Datum: 13 06 13 Status: Definitief Kenmerk: 1235678/223/HVDK/CC/156011 Locatie: Utrecht Contactpersoon: Hans van der Knaap Ondersteunend
Nadere informatieCO 2 -Voortgangsrapportage 2017 H1
CO 2 -Voortgangsrapportage 2017 H1 Datum: 20 december 2017 Versie: 1 In samenwerking met: Will2Sustain: Adviesbureau in Duurzaam Ondernemen 1. Inleiding Prins Bouw B.V. wil via dit rapport de voorgang
Nadere informatieCompensatie CO 2 -emissie gemeentelijke organisatie Den Haag over 2013
Compensatie CO 2 -emissie gemeentelijke organisatie Den Haag over 2013 Inhoud 1 Aanleiding 1 2 Werkwijze 2 2.1. Bronnen 2 2.2. Kentallen 2 3 CO 2 -emissie gemeentelijke organisatie 3 4 Ontwikkeling 5 5
Nadere informatieSamen naar een klimaatneutraal spoor. Frans Slats Thijs Cloosterman
Samen naar een klimaatneutraal spoor Frans Slats Thijs Cloosterman Samen? Vervoerders en infrabeheerders moeten samenwerken voor optimale CO 2 reductie 1+1=3 Samen naar een klimaatneutraal spoor 1 2 De
Nadere informatieHalf-jaarlijkse voortgangsrapportage CO₂-Prestatieladder
Half-jaarlijkse voortgangsrapportage CO₂-Prestatieladder L Ortye Transportbedrijf B.V. verslag 1 e helft 2017 T.b.v. Audit CO₂-Prestatieladder (3.C.1) DOC3C1, Versie 1.0 L Ortye Transportbedrijf B.V. Kvk
Nadere informatieEnergie Management Actieplan
Energie Management Actieplan Conform niveau 3 op de CO 2 -prestatieladder 3.0 Auteur: Mariëlle de Gans - Hekman Datum: 30 september 2015 Versie: 1.0 Status: Concept Inhoudsopgave 1 Inleiding...2 2 Reductiedoelstellingen...3
Nadere informatieMJA-Sectorrapport Afvalwaterzuiveringsbeheer
MJA-Sectorrapport 2015 Afvalwaterzuiveringsbeheer Colofon Projectnaam: MJA-monitoring 2015 Sector: Afvalwaterzuiveringsbeheer Datum: 161017 Status: Kenmerk: Locatie: Contactpersoon: Definitief HVDK/156024
Nadere informatieMJA3-Sectorrapport 2014 Nederlandse olie- en gasproducerende industrie
MJA3-Sectorrapport 2014 Nederlandse olie- en gasproducerende industrie Colofon Projectnaam: MJA3-monitoring 2014 Sector: Nederlandse olie- en gasproducerende industrie Datum: 15 mei 2015 Status: Definitief
Nadere informatieVoortgangsrapportage. Voortgang van CO 2 reductieplan van Genap B.V (tm juni) Copyright 2017 Genap B.V.
Voortgangsrapportage Voortgang van CO 2 reductieplan van Genap B.V. 2017 (tm juni) Copyright 2017 Genap B.V. Inhoud Inleiding... 2 1 Energiebeleid... 3 2 Huidig energieverbruik en trendanalyse... 3 3 Voortgang
Nadere informatieCO 2 Prestatieladder Voortgangsrapportage 2016-H1. Periode: 1 januari t/m 30 juni 2016
CO 2 Prestatieladder Voortgangsrapportage 2016-H1 Periode: 1 januari t/m 30 juni 2016 Opgesteld door: Gerda de Raad - Will2Sustain Datum: 3 oktober 2016 Versie: Concept Inhoudsopgave 1. Inleiding... 1
Nadere informatieCO2-monitor 2013 s-hertogenbosch
CO2-monitor 2013 s-hertogenbosch Afdeling Onderzoek & Statistiek Maart 2013 2 Samenvatting In deze monitor staat de CO2-uitstoot beschreven in de gemeente s-hertogenbosch. Een gebruikelijke manier om de
Nadere informatieSector- en keteninitiatieven 2014-2015 CO 2 -prestatie
Sector- en keteninitiatieven 2014-2015 CO 2 -prestatie Cable Partners B.V. Venneveld 34 4705 RR ROOSENDAAL tel. 0031 165 523 000 fax 0031 165 520 033 www.cablepartners.nl Opgesteld d.d.: Mei 2014 Revisie:
Nadere informatieCARBON FOOTPRINT 2014
CARBON FOOTPRINT 2014 HOGESCHOOL UTRECHT 16 april 2015 078353524:A - Definitief C05013.000012.0500 Inhoud 1 Uitgangspunten... 3 1.1 Boundaries... 3 1.2 Scope definitie... 3 1.3 Gehanteerde uitgangspunten...
Nadere informatieEnergie Management Actieplan
Energie Management Actieplan Conform niveau 3 op de CO 2 -prestatieladder 3.0 Auteur: Mariëlle de Gans - Hekman Datum: 5 september 2017 Versie: 2.0 Status: Concept Inhoudsopgave 1 Inleiding... 2 2 Reductiedoelstellingen...
Nadere informatieMJA-Sectorrapport 2011 Fijnkeramische industrie
MJA-Sectorrapport 2011 Fijnkeramische industrie Colofon Projectnaam: MJA-monitoring Fijnkeramische industrie Datum: 11 juni 2012 Status: Definitief Kenmerk: 1235678/223/BW/SR/156005 Locatie: Utrecht Contactpersoon:
Nadere informatieVOORTGANGSRAPPORTAGE REDUCTIE DOELSTELLILNGEN 2017
VOORTGANGSRAPPORTAGE REDUCTIE DOELSTELLILNGEN 2017 Hemmen Aanneming Wegenbouw B.V. www.hemmen-bv.nl Emmen, februari 2017 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 3 2. Reductiedoelstellingen 3 2.1.1. Bedrijfsdoelstellingen
Nadere informatieVoortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2014
Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2014 CO 2 Prestatieladder - Niveau 3 Datum: 1 november 2014 Versie: 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 1 2. Basisgegevens... 2 2.1 Beschrijving van de organisatie...
Nadere informatieJAARRAPPORTAGE ENERGIE-EFFICIENCY 2013
JAARRAPPORTAGE ENERGIE-EFFICIENCY 2013 LOXIA B.V. 30 april 2013 Definitief CO 2 prestatieladder Samenvatting LOXIA B.V. publiceert jaarlijks een energie-efficiency rapportage. In de rapportages worden
Nadere informatieScope 1 doelstelling Scope 2 doelstelling Scope 1 en 2 gecombineerd 5% CO 2- reductie. 30% CO 2- reductie in 2016 6% CO 2 -reductie in 2016 ten
B. Kwantitatieve doelstellingen & beleid 1 INLEIDING Verhoef wil concreet en aantoonbaar maken dat we ons inspannen om CO 2 te reduceren. Daarvoor hebben wij dit reductiebeleid opgesteld. 2 HET CO 2 REDUCTIE
Nadere informatieEnergiezorgplan Van Dorp installaties bv 2011 2015. Versie 3.0 (Summary)
Energiezorgplan Van Dorp installaties bv 2011 2015 Versie 3.0 (Summary) Auteurs: Van Dorp Dienstencentrum Datum: Update: Augustus 2013 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 2 2. Energiebeleid... 3 2.1 Continue
Nadere informatieEnergiemanagement actieplan
Energiemanagement actieplan 2019 14-02-2019 Energie Management Actieplan 2019 Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Reductiedoelstellingen 4 2.1 Bedrijfsdoelstelling 4 2.2 Scope 1 4 2.3 Scope 2 4 3. Plan van
Nadere informatieVoortgangsrapportage CO 2 -Prestatieladder 2018 H1
Voortgangsrapportage CO 2 -Prestatieladder 2018 H1 Datum: 20-12-2018 Versie: 1 In samenwerking met: Will2Sustain: Adviesbureau in Duurzaam Ondernemen 1. Inleiding Dit document omvat de voortgangsrapportage
Nadere informatieEnergie meetplan 2012-2015. Conform niveau 3 op de CO2-prestatieladder 2.1
Energie meetplan 2012-2015 Conform niveau 3 op de CO2-prestatieladder 2.1 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Doelstellingen 4 3 Planning meetmomenten 5 3.1. Vestiging A3 Hoogland Vastgoedonderhoud 5 Scope 1
Nadere informatieExterne publicatie CO2 Prestatieladder
Versie: 18 juni 2018 - Pagina 1 van 7 HDB Civiel B.V. heeft de ambitie te voldoen aan CO2 Prestatieladder. HDB Civiel B.V. is sinds 2015 gecertificeerd tegen de CO2 Prestatieladder niveau 3. HDB Civiel
Nadere informatieEnergie meetplan CO2 reductiesysteem 2017-2020
Transportbedrijf R.Vels & Zn. B.V. Energie meetplan CO2 reductiesysteem 2017-2020 Conform niveau op de CO2 prestatieladder 2.2 Inhoudsopgave 1 1 Inleiding... 3 2 Doelstellingen... 4 3 Planning meetmomenten...
Nadere informatieEnergiemanagementprogramma HEVO B.V.
Energiemanagementprogramma HEVO B.V. Opdrachtgever HEVO B.V. Project CO2 prestatieladder Datum 7 december 2010 Referentie 1000110-0154.3.0 Auteur mevrouw ir. C.D. Koolen Niets uit deze uitgave mag zonder
Nadere informatieVoortgangsrapportage over 2018 CO 2 -Prestatieladder
Voortgangsrapportage over 2018 CO 2 -Prestatieladder Barendrecht, 1 juli 2019 Geaccordeerd door: L.A. Droog Edwin Oudshoorn Directeur MVO verantwoordelijk CO2 prestatieladder voortgangsrapportage over
Nadere informatieMJA-Sectorrapport 2015 Nederlandse olie- en gasproducerende industrie
MJA-Sectorrapport 2015 Nederlandse olie- en gasproducerende industrie Colofon Projectnaam: MJA-monitoring 2015 Sector: Nederlandse olie- en gasproducerende industrie Datum: 13-06-2016 Status: Definitief
Nadere informatieCO 2 Voortgangsrapportage 2016 Prins Bouw B.V.
CO 2 Voortgangsrapportage 2016 Prins Bouw B.V. Datum: 31 maart 2017 Versie: 2 1. Inleiding Prins Bouw B.V. wil via dit rapport de voorgang op haar CO 2-reductiedoelstellingen beschrijven. Hierbij wordt
Nadere informatieMEE-Sectorrapport 2013 Raffinaderijen
MEE-Sectorrapport 2013 Raffinaderijen Colofon Projectnaam: MEE-monitoring Raffinaderijen Datum: 25 juni 2014 Status: Definitief Locatie: Roermond Contactpersoon: Frank van der Pas Inhoud Hoofdstuk 1.
Nadere informatieMJA3-Bedrijfsrapport 2013 Wetenschappelijk onderwijs
MJA3-Bedrijfsrapport 2013 Wetenschappelijk onderwijs Opgesteld door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl) - MJA-facilitering, Toetsing & Monitoring Universiteit van Tilburg T.a.v E.G.H. Thomassen
Nadere informatie02/06/2015. Lokhorst Bouw en Ontwikkeling B.V.
Voortgangsrapport jan-dec 2014 02/06/2015 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 1 1. Inleiding... 2 2. Basisgegevens... 3 2.1. Beschrijving van de organisatie... 3 2.2. Verantwoordelijkheden... 3 2.3. Basisjaar...
Nadere informatieBoer B.V. 3.B.1-1 CO2-reductiedoelstellingen. Conform niveau 3 op de CO2-prestatieladder 3.0
Boer B.V. 3.B.1-1 CO2-reductiedoelstellingen Conform niveau 3 op de CO2-prestatieladder 3.0 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 1 Colofon... 2 1 Inleiding... 3 1.1. Doelstellingen... 3 2 Subdoelstellingen...
Nadere informatieRapportage voortgang
Rapportage voortgang 2017-01 Project Rapportage voortgang 2017-01 Auteur Marjolein Hoefsloot Opdrachtgever Directie Hollander Techniek Datum 03-07-2017 Versie 1.0 Status Definitief Inhoudsopgave Inhoudsopgave...
Nadere informatieCompensatie CO 2 - emissie gemeentelijke organisatie Den Haag over 2012
Compensatie CO 2 - emissie gemeentelijke organisatie Den Haag over 2012 Inhoud 1 Aanleiding 1 2 Werkwijze 2 2.1. Bronnen 2 2.2. Kentallen 2 3 CO 2 -emissie gemeentelijke organisatie 3 4 Ontwikkeling 5
Nadere informatieEnergie beoordelingsverslag 2015 20 januari 2016 (definitief)
Energie beoordelingsverslag 2015 20 januari 2016 (definitief) Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Bedrijf 4 2.1 Activiteiten 4 2.2 Bedrijfsonderdelen 4 2.3 Factoren die het energieverbruik beïnvloeden 4 3.
Nadere informatieReductiebeleid en (kwantitatieve) doelstellingen (3.B.1)
Reductiebeleid en (kwantitatieve) doelstellingen (3.B.1) Directie: K.J. de Jong Handtekening: KAM-Coördinator: D.T. de Jong Handtekening: Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Het CO 2 -reductiebeleid van
Nadere informatie01/06/2015. Lokhorst Bouw en Ontwikkeling B.V.
Voortgangsrapport jan-mrt 2015 01/06/2015 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 1 1. Inleiding... 2 2. Basisgegevens... 3 2.1. Beschrijving van de organisatie... 3 2.2. Verantwoordelijkheden... 3 2.3. Basisjaar...
Nadere informatieBouwhuis Aannemingsmij. 'Bouwmij' BV
Bouwhuis Aannemingsmij. 'Bouwmij' BV 3.B.1-1 CO2 reductiedoelstellingen 2018 Conform niveau 3 op de CO2-prestatieladder 3.0 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 1.1. Doelstellingen 3 2 Subdoelstellingen 3 2.1.
Nadere informatie