DE GEDWONGEN OPNAME: EEN ALTERNATIEF VOOR DE INTERNERING?

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "DE GEDWONGEN OPNAME: EEN ALTERNATIEF VOOR DE INTERNERING?"

Transcriptie

1 DE GEDWONGEN OPNAME: EEN ALTERNATIEF VOOR DE INTERNERING? EEN VERGELIJKING VAN DE GEDWONGEN OPNAME EN DE INTERNERING Sofie Maebe Studentennummer: Promotor: Prof. dr. Tom Vander Beken Commissaris: Dhr. Louis Favril Masterproef voorgelegd voor het behalen van de graad master in de Rechten Academiejaar:

2

3 VOORWOORD Graag wil ik Professor Vander Beken bedanken. Ten eerste om mij dit uitermate interessante onderwerp aan te reiken. Daarnaast om mij op weg te helpen en mijn vragen te beantwoorden. Tijdens mijn stage bij het parket te Gent, heb ik het voorrecht gehad om de allerlaatste interneringszitting van de commissie tot bescherming van de maatschappij bij te wonen. Daarnaast kreeg ik de kans om aanwezig te zijn op een zitting in de psychiatrie, waar een gedwongen opname geëvalueerd werd. Graag wil ik iedereen bedanken die dit mogelijk maakte. Zonder deze zittingen, had ik immers nooit begrepen hoe ingrijpend de maatregelen van de internering en de gedwongen opname ervaren worden door de betrokkenen. Ten slotte wil ik mijn ouders en mijn zus bedanken. Zij wisten mij vijf jaar lang, en in het bijzonder tijdens het schrijven van deze masterproef, steeds weer te motiveren.

4

5 INHOUDSTAFEL Deel 1: De internering Definitie en toepassingsgebied Misdaad of wanbedrijf met aantasting of bedreiging van de fysieke of psychische integriteit Geestesstoornis Recidiverisico Op het moment van de beoordeling Cijfers Historisch overzicht Collocatie De wet tot bescherming van de maatschappij van 9 april De wet tot bescherming van de maatschappij van 1 juli De Interneringswet van 21 april Het wetgevend kader en de procedure Algemene bepalingen: recht op zorg De gerechtelijke fase Het forensisch psychiatrisch deskundigenonderzoek De vonnisfase De uitvoeringsfase De kamer voor de bescherming van de maatschappij Uitvoeringsmodaliteiten Definitieve invrijheidstelling Internering veroordeelde De interne rechtspositie Verblijf en zorg in de praktijk Penitentiair milieu Forensisch psychiatrisch centrum Overig zorgaanbod Regulier of categoraal? Low, medium en high security Samenwerkingsakkoorden Categorale residentiële projecten Ambulante zorg en uitbouw zorgnetwerk Besluit: huidige knelpunten en blik op de toekomst Deel 2: De gedwongen opname Definitie en toepassingsgebied Geestesziekte Gevaarcriterium Geen andere geschikte behandeling Cijfers Historisch overzicht Periode voor de Collocatiewet van De Collocatiewet of Krankzinnigenwet van De totstandkoming van de WPG van Het wetgevend kader en de procedure De gerechtelijke fase De spoedprocedure... 57

6 De gewone procedure De uitvoeringsfase Observatie Verder verblijf Verpleging in een gezin Rechterlijke controle De interne rechtspositie Verblijf en zorg in de praktijk Besluit: huidige knelpunten en blik op de toekomst Deel 3: De gedwongen opname en de internering naast elkaar: een vergelijking Definitie en toepassingsgebied Cijfers Historisch overzicht Wetgevend kader Gerechtelijke fase Uitvoeringsfase Interne rechtspositie Verblijf en zorg in de praktijk Tot slot: geen discriminatie Deel 4: De gedwongen opname: een alternatief voor de internering? Een drempel om tot internering te kunnen overgaan De totstandkoming van de drempel Gevolgen en kritiek De gedwongen opname als mogelijk alternatief? Besluit De veroordeelde met een GGZ-problematiek: internering of gedwongen opname? Evolutie Wet tot bescherming van de maatschappij Interneringswet van Wetsontwerp Interneringswet van Interneringswet van Interneringswet van 2014 gewijzigd door Potpourri III Kritiek huidige systeem Waarom geen gedwongen opname? Besluit De gedwongen opname: in het verleden al een alternatief voor de internering Conclusie: kan de gedwongen opname in bepaalde gevallen een alternatief vormen voor de internering?

7 INLEIDING De internering en de gedwongen opname, de twee maatregelen zijn met elkaar verweven. Er is bij beide maatregelen immers sprake van een persoon met een geestesziekte die een gevaar vormt. Toch zal doorheen deze bijdrage duidelijk worden dat beide figuren ook op heel wat vlakken verschillen. De internering vereist immers dat er een crimineel feit gepleegd is. Bij de gedwongen opname is dit geen toepassingsvoorwaarde. Dit onderscheid zorgt ervoor dat een geïnterneerde persoon en een gedwongen opgenomen persoon veelal op een verschillende manier behandeld worden. Ook het wettelijk kader is voor beide maatregelen verschillend. De internering wordt sinds 2016 geregeld door een nieuwe wet: de wet van 5 mei 2014 betreffende de internering van personen, gewijzigd door de wet van 4 mei 2016 houdende de internering en diverse bepalingen inzake Justitie. 1 Het wettelijk kader van de gedwongen opname wordt gevormd door een oudere wet, namelijk de wet van 26 juni 1992 betreffende de bescherming van de persoon van de geesteszieke. 2 In deel 1 en deel 2 zullen beide figuren apart besproken worden. Er zal vooral worden gefocust op het wetgevend kader en de rechtspositie van de geesteszieke personen. Ook zal er aandacht uitgaan naar de plaatsen waar de internering en de gedwongen opname in de praktijk uitgevoerd worden. Alleen zo kunnen we immers de draagwijdte en de impact van beide figuren ten volle begrijpen. In deel 3 zal overgegaan worden tot een vergelijking van beide maatregelen. In deel 4 zal worden geprobeerd om een antwoord te formuleren op de vraag of de gedwongen opname in bepaalde gevallen een alternatief kan vormen voor de internering. Zo heeft de nieuwe Interneringswet ervoor gezorgd dat niet alle criminele feiten meer aanleiding kunnen geven tot een interneringsmaatregel. Wat moet er echter gebeuren met de groep van geesteszieke daders die niet meer onder het toepassingsgebied van de internering valt? Kan de gedwongen opname hier een oplossing bieden? Daarnaast bepaalt de nieuwe wetgeving dat veroordeelden die tijdens hun gevangenisstraf een ernstige geestesstoornis ontwikkelen, in bepaalde gevallen nog steeds geïnterneerd kunnen worden. Is het opleggen van een beveiligingsmaatregel van onbepaalde duur aan een reeds veroordeelde persoon wel de juiste optie? En kan ook hier de gedwongen opname een alternatief bieden? Ten slotte zal duidelijk worden dat de rechtspraak beide figuren in het verleden al door elkaar gebruikte. 1 Wet van 5 mei 2014 betreffende de internering van personen, BS 9 juli 2014, zoals gewijzigd door de wet van 4 mei 2016 houdende internering en diverse Bepalingen inzake Justitie, BS 13 mei Wet van 26 juni 1990 betreffende de bescherming van de persoon van de geesteszieke, BS 17 juli 1990.

8 8

9 Deel 1: De internering 1.1 Definitie en toepassingsgebied De internering van personen met een geestesstoornis is een veiligheidsmaatregel die er tegelijkertijd toe strekt de maatschappij te beschermen en ervoor te zorgen dat aan de geïnterneerde persoon de zorg wordt verstrekt die zijn toestand vereist met het oog op zijn re-integratie in de maatschappij. 3 De internering is geen straf, maar een strafrechtelijke beveiligingsmaatregel. 4 Om een straf te kunnen opleggen moeten personen immers schuldbekwaam zijn en moeten de daden die zij gesteld hebben aan hen verweten kunnen worden. Bij personen met een geestesstoornis is dit niet mogelijk. Zij hebben feiten gepleegd die de wet als strafbaar omschrijft, maar die hen niet toegerekend kunnen worden door een gebrek in hun geestestoestand. 5 De interneringsmaatregel is van onbepaalde duur, er wordt bij het opleggen van de maatregel dus niet vermeld wanneer de maatregel zal eindigen. 6 De interneringsmaatregel beoogt twee doelstellingen. Ten eerste moet de maatschappij beveiligd worden, maar daarnaast moet ook zorg verstrekt worden aan de geïnterneerde persoon zelf. 7 Deze doelstellingen zijn niet alleen evenwaardig, maar ook complementair. Wanneer de geïnterneerde persoon immers de nodige zorg krijgt en er in die zorg aandacht uitgaat naar re-integratie, komt dit ook ten goede aan de bescherming van de maatschappij. 8 Om tot internering te kunnen overgaan, moet aan drie voorwaarden voldaan worden. Ten eerste moet er sprake zijn van een misdaad of wanbedrijf die de fysieke of de psychische integriteit van derden aantast of bedreigt. Ten tweede moet de persoon op het ogenblik van de beslissing aan een geestesstoornis lijden die zijn oordeelsvermogen of de controle over zijn daden tenietdoet of ernstig aantast. Ten slotte moet het gevaar bestaan dat hij, als gevolg van zijn geestesstoornis, eventueel in samenhang met andere risicofactoren, opnieuw misdrijven zoals omschreven in de eerste voorwaarde zal plegen. 9 3 Artikel 2 Interneringswet. 4 H., HEIMANS, Beperking van de criteria tot internering: collateral damage?, Juristenkrant 2016, afl. 331, T., VANDER BEKEN, Strafrechtsbedeling en wetsovertreders met een psychiatrische problematiek in C., WITTOUCK, F. VANDER LAENEN en K., AUDENAERT (eds.), Handboek forensische gedragswetenschappen, Antwerpen-Apeldoorn, Maklu, 2015, SCHAKELTEAM INTERNERING, Informatiebrochure Internering, Brussel, 1 oktober 2015, Artikel 2 Interneringswet. 8 K., HANOULLE, Potpourri III als sluitstuk van de nieuwe interneringswetgeving, NC 2016, afl. 5, Artikel 9 1 Interneringswet. 9

10 1.1.1 Misdaad of wanbedrijf met aantasting of bedreiging van de fysieke of psychische integriteit De nieuwe interneringswet voert een drempel in om tot internering te kunnen overgaan. Er moet sprake zijn van een misdaad of wanbedrijf die de fysieke of psychische integriteit van derden aantast of bedreigt. De interneringsmaatregel kan dus niet meer voor alle soorten wanbedrijven en misdaden opgelegd worden. Het is de bedoeling om zo de ingrijpende interneringsmaatregel van onbepaalde duur enkel voor te behouden voor personen tegen wie de maatschappij en de slachtoffers echt beschermd moeten worden. 10 Op de gevolgen van en de kritiek op de invoering van deze drempel wordt uitvoerig ingegaan in deel vier. Door de invoering van een drempel, komen vermogensmisdrijven meestal niet in aanmerking voor een interneringsmaatregel. Toch kan tot internering overgegaan worden wanneer door het vermogensmisdrijf de integriteit van derden aangetast of bedreigd wordt. Het is immers niet noodzakelijk dat de integriteit van derden werkelijk aangetast is, een bedreiging van die integriteit kan volstaan. Er moet dus niet altijd sprake zijn van schade. Wanneer de feiten de gevaarlijkheid van de dader aantonen, kan dit voldoende zijn. Zo kan ook een brandstichting zonder slachtoffers onder het toepassingsgebied van de interneringsmaatregel vallen. 11 Deze beoordeling is een feitenkwestie en wordt overgelaten aan de soevereine beoordeling van de rechter, die zijn beslissing wel zal moeten motiveren Geestesstoornis De nieuwe Interneringswet maakt komaf met het verouderde begrippenkader van de wet van 1964 tot bescherming van de maatschappij (hierna WBM). Waar de WBM melding maakte van de termen krankzinnigheid, ernstige staat van geestesstoornis en ernstige staat van zwakzinnigheid, gebruikt de nieuwe wet enkel het begrip geestesstoornis. De drie termen uit de WBM waren immers niet meer in overeenstemming met de opvattingen in de moderne psychiatrie. Bovendien kan de toestand van de betrokkene evolueren. 13 De begrippen maakten het voor de psychiatrisch deskundige dan ook moeilijk om de geestestoestand van de betrokkene te beoordelen in het deskundig verslag. 14 Bovendien is het niet aangewezen om nauwkeurige termen van psychiatrische diagnoses te gebruiken, aangezien deze veranderen van zodra de psychiatrische discipline evolueert. 15 Met de term geestesstoornis, kiest de wetgever voor een internationaal aanvaard begrip dat gebruikt wordt door zowel de Wereldgezondheidsorganisatie als de American Psychiatric Association. Het omvat zowel geestesziekten als mentale handicaps MvT bij wetsontwerp houdende internering en diverse bepalingen inzake justitie, Parl. St. Kamer , nr /001, MvT bij wetsontwerp houdende internering en diverse bepalingen inzake justitie, Parl. St. Kamer , nr /001, Artikel 9 2 Interneringswet. 13 C., DILLEN, Zinvolheid van nieuwe richtlijnen en initiatieven rond internering. Het standpunt van een psychiatrisch-forensisch deskundige, Orde van de dag 2001, afl. 15, september 2001, K., HANOULLE, Potpourri III als sluitstuk van de nieuwe interneringswetgeving, NC 2016, afl. 5, Wetsvoorstel betreffende de internering van personen, Parl. St. Senaat , nr /1, Wetsvoorstel betreffende de internering van personen, Parl. St. Senaat , nr /1,

11 Een geestesstoornis alleen is echter niet voldoende. De stoornis moet het oordeelsvermogen of de controle over de daden van de dader teniet doen of ernstig aantasten. 17 In de nieuwe wet wordt, in tegenstelling tot in de WBM, een opsplitsing gemaakt tussen het oordeelsvermogen en het controlevermogen. Dit maakt het voor de psychiater-deskundige makkelijker zijn denkkader uit te drukken in bewoordingen die in de wet terug te vinden zijn. 18 Het oordeelsvermogen verwijst naar de cognitieve kenmerken van het psychologisch functioneren, namelijk intelligentie, gedachtengang en gedachten-inhoud. 19 Het houdt onder meer het vermogen in om zich een redelijke voorstelling van de situatie te kunnen maken. 20 Het controlevermogen houdt in dat de betrokkene zich kan beheersen op het moment van de handeling en enkel handelt als hij dit werkelijk wil. Enkel rekening houden met het controlevermogen, kan voor een onvolledige beoordeling zorgen. Zo kan het zijn dat iemand een handeling beheerst uitvoert, maar dat die uitvoering gebaseerd is op een psychiatrische pathologie. 21 Er is geen volledige uitschakeling van het oordeels- of controlevermogen vereist. Zo kan het zijn dat de dader zich wel nog bewust is van het plegen van het misdrijf. 22 De oude WBM vermeldde dat de stoornis de betrokkene ongeschikt moest maken tot het controleren van zijn daden. Uit die bepaling zou onterecht afgeleid kunnen worden dat alleen volledig ontoerekingsvatbaren onder het toepassingsgebied vielen. Dit was echter niet zo, aangezien enkel krankzinnigen volledig ontoerekeningsvatbaar zijn. De twee andere groepen vermeld in de wet, de zwakzinnigen en de ernstig geestesgestoorden, zijn verminderd toerekeningsvatbaar. Ook zij vielen onder het toepassingsgebied. Door de nieuwe bepaling wordt duidelijk dat de verdachte niet volledig ontoerekeningsvatbaar moet zijn Recidiverisico Ten slotte moet het gevaar bestaan dat de betrokkene als gevolg van zijn geestesstoornis, eventueel in samenhang met andere risicofactoren, opnieuw feiten zoals bedoeld in artikel 9 1, 1 van de Interneringswet zal plegen. 24 Door deze bepaling wordt duidelijk dat maatschappelijke gevaarlijkheid in de nieuwe wet wijst op een risico op herval. 25 Ook maakt deze bepaling duidelijk wat al eerder door het EHRM geponeerd werd, namelijk dat een geestesstoornis op zich niet voldoende is om tot internering te kunnen overgaan. De 17 Artikel 9 1, 2 Interneringswet. 18 C., DILLEN, Zinvolheid van nieuwe richtlijnen en initiatieven rond internering. Het standpunt van een psychiatrisch-forensisch deskundige, Orde van de dag 2001, afl. 15, september 2001, H., HEIMANS, Is er nog hoop voor geïnterneerden?, Orde van de dag 2001, afl. 15, H., HEIMANS, Zal een beperking van de internering een betere zorg garanderen?, Orde van de dag 2016, afl. 74, Wetsvoorstel betreffende de internering van personen, Parl. St. Senaat , nr /1, H., HEIMANS, Zal een beperking van de internering een betere zorg garanderen?, Orde van de dag 2016, afl. 74, K., HANOULLE, Potpourri III als sluitstuk van de nieuwe interneringswetgeving, NC 2016, afl. 5, Artikel 9 1, 3 Interneringswet. 25 A.E., SCHIPAANBOORD, H., HEIMANS en T., VANDER BEKEN, Eindelijk een echte nieuwe en goede wet op de internering? Deel 1: De gerechtelijke fase, RW , afl. 27,

12 betrokkene moet een geestesstoornis hebben én sociaal gevaarlijk zijn. Een geestesstoornis impliceert dus niet automatisch de sociale gevaarlijkheid. 26 Dit criterium was niet expliciet terug te vinden in de WBM, maar werd door de rechtspraak toch bij de beoordeling betrokken. 27 Het werd echter omschreven als gevaarlijkheid. De term gevaarlijkheid is zeer vaag, en werd dan ook vaak op een zeer wisselende wijze ingevuld. Dit leidde tot een persoonlijke appreciatie, in de plaats van een onderbouwde wetenschappelijke psychiatrische redenering. 28 Deze nieuwe formulering sluit aan bij de nood aan een meer flexibele inschatting van het begrip gevaarlijkheid. Maatschappelijke gevaarlijkheid is immers geen statisch persoonlijkheidskenmerk dat louter en automatisch het gevolg is van een geestesstoornis. Het hangt immers af van verschillende factoren. Zo kan een geestesstoornis, in combinatie met andere risicofactoren of bij het ontbreken van beschermende factoren, leiden tot een risico tot recidive. 29 Risicofactoren kunnen onder andere drug- en alcoholmisbruik zijn, maar ook het ontbreken van een gepaste familiale context kan leiden tot sociale gevaarlijkheid. 30 Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens stelt dat de lidstaten vrij zijn bij de invulling van het begrip sociale gevaarlijkheid, maar het Hof kan wel controle uitoefenen. Zo kan gekeken worden of er voldoende elementen voorhanden zijn die de internering rechtvaardigen. Daarnaast bekijkt het Hof of de autoriteit de vrijheidsbeneming op voldoende expliciete wijze gemotiveerd heeft. Verder legt het Hof nog twee restricties op. Er kan namelijk enkel tot gevaarlijkheid worden besloten wanneer er een aantasting van de fysieke integriteit is of er hier een risico voor bestaat. In deze lijn is de drempel ingevoerd door de nieuwe Interneringswet een goede zaak. Ten slotte mag sociale gevaarlijkheid niet voortvloeien uit het loutere feit dat een persoon met een geestesstoornis nood heeft aan behandeling Op het moment van de beoordeling Ten slotte is de internering gebaseerd op de actuele toestand van de betrokkene. De verdachte moet aan een geestesstoornis lijden en sociaal gevaarlijk zijn op het moment van de beslissing, dus wanneer de rechter de internering oplegt. 32 De geestestoestand op het moment van de feiten kan worden meegenomen bij de beoordeling, maar is nooit doorslaggevend. 33 Wanneer de verdachte op het ogenblik van het misdrijf toerekeningsvatbaar was, maar dit niet meer is op het ogenblik van de berechting, dan is er 26 H., HEIMANS, Zal een beperking van de internering een betere zorg garanderen?, Orde van de dag 2016, afl. 74, K., HANOULLE, Potpourri III als sluitstuk van de nieuwe interneringswetgeving, NC 2016, afl. 5, C., DILLEN, Zinvolheid van nieuwe richtlijnen en initiatieven rond internering. Het standpunt van een psychiatrisch-forensisch deskundige, Orde van de dag 2001, afl. 15, september 2001, K., HANOULLE, Potpourri III als sluitstuk van de nieuwe interneringswetgeving, NC 2016, afl. 5, A.E., SCHIPAANBOORD, H., HEIMANS en T., VANDER BEKEN, Eindelijk een echte nieuwe en goede wet op de internering? Deel 1: De gerechtelijke fase, RW , afl. 27, H., HEIMANS, Zal een beperking van de internering een betere zorg garanderen?, Orde van de dag 2016, afl. 74, Artikel 9 1, 2 Interneringswet. 33 H., HEIMANS, Zal een beperking van de internering een betere zorg garanderen?, Orde van de dag 2016, afl. 74,

13 een mogelijkheid tot internering. Wanneer de verdachte op het moment van het misdrijf echter een ernstige geestesstoornis had, maar niet op het ogenblik van de berechting, kan hij dus niet geïnterneerd worden. 34 Wel kan een beroep gedaan worden op artikel 71 van het Strafwetboek, dat schulduitsluiting voorziet afhankelijk van de geestestoestand van de betrokkene op het moment van de feiten. 35 Artikel 71 Strafwetboek kan door de strafrechter toegepast worden wanneer de dader op het tijdstip van de feiten leed aan een geestesstoornis die zijn oordeelsvermogen of de controle over zijn daden volledig teniet gedaan heeft. Het toepassingsgebied van de interneringsmaatregel loopt dus niet helemaal gelijk met dat van artikel 71 Strafwetboek. Artikel 71 Strafwetboek kan immers enkel toegepast worden wanneer het oordeelsvermogen of de controle over de daden volledig teniet gedaan is of wanneer de betrokkene gedwongen werd door een macht waaraan hij niet heeft kunnen weerstaan. Er is dus sprake van volledige ontoerekeningsvatbaarheid. Bij de interneringsmaatregel is niet vereist dat de betrokkene volledig ontoerekeningsvatbaar is, daar ook een ernstige aantasting van het oordeelsvermogen of de controle over de daden volstaat. 36 De toepassing van artikel 71 Strafwetboek heeft tot gevolg dat betrokkene door de strafrechter vrijgesproken wordt. 37 De Interneringswet van 2014 voorzag eerst dat het toepassingsgebied van artikel 71 zou gelijkgeschakeld worden met dat van de interneringsmaatregel. Dit zou er echter voor zorgen dat ook daders die gedeeltelijk toerekeningsvatbaar zijn bij het plegen van de feiten, vrijgesproken kunnen worden. Dit voorstel gaat in tegen de logica van het schuldstrafrecht en werd dan ook aangepast Cijfers Recente globale cijfergegevens aangeleverd door de overheid zijn momenteel niet voorhanden. De cijfers hieronder zijn grotendeels gebaseerd op de meest recente dagprevalentiestudie van geïnterneerde personen aanwezig in penitentiaire instellingen in Vlaanderen. Er wordt in deze studie van een dagprevalentie vertrokken, dat wil zeggen dat voor een referentiedatum (hier 24 december 2013) gekeken wordt hoeveel personen op een bepaalde plaats aanwezig zijn. Er wordt een weergave gegeven van de tijdelijke realiteit. Het aantal geïnterneerde personen wordt niet alleen bekeken voor Vlaanderen, maar ook voor 34 P., VERPOORTEN, De wet van 5 mei 2014 betreffende de internering van personen, T. Strafr. 2015, afl. 6, H., HEIMANS, Zal een beperking van de internering een betere zorg garanderen?, Orde van de dag 2016, afl. 74, H., HEIMANS, Beperking van de criteria tot internering: collateral damage?, Juristenkrant 2016, afl. 331, 10 en H., HEIMANS, Zal een beperking van de internering een betere zorg garanderen?, Orde van de dag 2016, afl. 74, K., HANOULLE, Potpourri III als sluitstuk van de nieuwe interneringswetgeving, NC 2016, afl. 5,

14 Wallonië en Brussel. De profielgegevens ten slotte beperken zich tot geïnterneerde personen die zich in Vlaanderen in detentie bevinden. 39 In België waren op 31 december 2013, 3820 personen geïnterneerd. In Vlaanderen waren dat er 1958 en in Wallonië personen van de 3820 verbleven op dat moment in een penitentiair milieu. Dit wil zeggen dat minder dan een derde van de totale populatie geïnterneerden in de gevangenis verbleef. 40 Ongeveer 70 % was vrij-op-proef in de reguliere of forensische gezondheidszorg of in een instelling voor sociaal verweer. 41 Op hetzelfde moment verbleven in België in totaal mensen in penitentiair milieu. Dat wil zeggen dat de groep geïnterneerden bijna 10 % van de gevangenisbevolking uitmaakte. 42 Het totaal aantal geïnterneerden steeg van 1995 tot 2013 met meer dan 45 %. 43 In Vlaanderen wordt een grote stijging van het aantal geïnterneerden in gevangenissen waargenomen. In 1995 verbleven slechts 358 geïnterneerden in een penitentiaire context, tegenover 687 in Dat is bijna een verdubbeling. De totale groei van de geïnterneerdenpopulatie bedraagt bijna 68 % in Vlaanderen. In Wallonië daarentegen is het aantal geïnterneerden dat in een gevangeniscontext verblijft, gedaald met ongeveer 32 %. In 1995 waren er nog 594 geïnterneerden in gevangenissen, tegenover 400 in Toch is ook in Wallonië een stijging van het aantal geïnterneerden in het algemeen waar te nemen, dit met 27 % ,7 % van de opgesloten geïnterneerden heeft een Belgische nationaliteit. De gemiddelde leeftijd bedraagt 42,9 jaar. In bijna de helft van gevallen ligt het intelligentieniveau aan de lage kant, gaande van zwakbegaafd tot licht verstandelijk beperkt. Er verblijven slechts 49 vrouwelijke geïnterneerden in het penitentiair milieu. 45 De gemiddelde duur van de detentie bedraagt ongeveer 5 jaar. De interneringsduur in het algemeen bedraagt gemiddeld 10,10 jaar. Dit is te verklaren door het feit dat ongeveer 60 % 39 A. VAN DER AUWERA, J., DHEEDENE en K., SEYNNAEVE, Geïnterneerde personen in Vlaanderen en België in H., HEIMANS, J., CASSELMAN en R., DE RYCKE (eds.), Internering: nieuwe interneringswet en organisatie van de zorg, Brugge, die Keure, 2015, A. VAN DER AUWERA, J., DHEEDENE en K., SEYNNAEVE, Geïnterneerde personen in Vlaanderen en België in H., HEIMANS, J., CASSELMAN en R., DE RYCKE (eds.), Internering: nieuwe interneringswet en organisatie van de zorg, Brugge, die Keure, 2015, 116 en T., VANDER BEKEN, Strafrechtsbedeling en wetsovertreders met een psychiatrische problematiek in C., WITTOUCK, F. VANDER LAENEN en K., AUDENAERT (eds.), Handboek forensische gedragswetenschappen, Antwerpen-Apeldoorn, Maklu, 2015, A., VAN DER AUWERA, J., DHEEDENE en K., SEYNNAEVE, De geïnterneerdenpopulatie in Vlaamse gevangenissen: enkele cijfergegevens, Fatik 2015, afl. 145, A. VAN DER AUWERA, J., DHEEDENE en K., SEYNNAEVE, Geïnterneerde personen in Vlaanderen en België in H., HEIMANS, J., CASSELMAN en R., DE RYCKE (eds.), Internering: nieuwe interneringswet en organisatie van de zorg, Brugge, die Keure, 2015, A. VAN DER AUWERA, J., DHEEDENE en K., SEYNNAEVE, Geïnterneerde personen in Vlaanderen en België in H., HEIMANS, J., CASSELMAN en R., DE RYCKE (eds.), Internering: nieuwe interneringswet en organisatie van de zorg, Brugge, die Keure, 2015, A., VAN DER AUWERA, J., DHEEDENE en K., SEYNNAEVE, De geïnterneerdenpopulatie in Vlaamse gevangenissen: enkele cijfergegevens, Fatik 2015, afl. 145, 5 en 8. 14

15 van de geïnterneerde personen al een of meer vrijstelling(en)-op-proef heeft toegewezen gekregen. Toch verblijft ook 14 %, 10 jaar of meer onafgebroken in detentie. 46 Personen die geïnterneerd zijn hebben vaak meerdere delicten gepleegd. Als de delicten worden opgesplitst in hoofdcategorieën, blijkt dat een geïnterneerde persoon gemiddeld in meer dan één hoofdcategorie een delict pleegde. Delicten die het vaakst voorkomen zijn ten eerste aanslag op personen, meer bepaald slagen en verwondingen en zedenfeiten en ten tweede aanslag op goederen, meer bepaald diefstal met verzwarende omstandigheden. 47 Wat betreft de psychiatrische diagnose, is er bij meer dan 73 % van de geïnterneerden sprake van comorbiditeit, namelijk het voorkomen van meervoudige diagnoses. Bij ongeveer 55 % van de geïnterneerden is er sprake van een persoonlijkheidsstoornis. Daarnaast heeft een groot aantal een middelenproblematiek (39,6 %). Ook psychotische stoornissen en mentale beperkingen komen vaak voor (respectievelijk 31,4 % en 24,9 %). Ook heeft een belangrijk deel van de populatie een seksuele problematiek (19,5 %). 48 Wanneer de beslissingen van de voormalige commissie tot bescherming van de maatschappij (hierna CBM) omtrent het reclasseringsplan bekeken worden, wordt duidelijk dat voor meer dan de helft van de geïnterneerden een residentieel behandeltraject voorzien wordt. Dit kan zowel in een gespecialiseerde als in een reguliere voorziening zijn. Voor ongeveer 20 % beslist de CBM tot behoud in een penitentiair milieu of opname in een high risk-inrichting. Voor een kleine groep wordt een ambulant traject (7 %) of begeleid wonen (3,2 %) voorzien. 49 Van de geïnterneerden in detentie, verbleef in 2013 ongeveer 65 % in een afdeling tot bescherming van de maatschappij van Merksplas, Turnhout en Brugge. Ongeveer 34 % verbleef in de psychiatrische annexen in de gevangenissen van Antwerpen, Gent, Leuven- Hulp, Vorst en Berkendael. 50 Aangezien echter in 2013 de Forensisch Psychiatrische Centra in Gent en Antwerpen nog niet geopend waren, zullen deze cijfers er in de toekomst anders uitzien. Het FPC te Gent voorziet 46 A. VAN DER AUWERA, J., DHEEDENE en K., SEYNNAEVE, Geïnterneerde personen in Vlaanderen en België in H., HEIMANS, J., CASSELMAN en R., DE RYCKE (eds.), Internering: nieuwe interneringswet en organisatie van de zorg, Brugge, die Keure, 2015, en A. VAN DER AUWERA, J., DHEEDENE en K., SEYNNAEVE, Geïnterneerde personen in Vlaanderen en België in H., HEIMANS, J., CASSELMAN en R., DE RYCKE (eds.), Internering: nieuwe interneringswet en organisatie van de zorg, Brugge, die Keure, 2015, A. VAN DER AUWERA, J., DHEEDENE en K., SEYNNAEVE, Geïnterneerde personen in Vlaanderen en België in H., HEIMANS, J., CASSELMAN en R., DE RYCKE (eds.), Internering: nieuwe interneringswet en organisatie van de zorg, Brugge, die Keure, 2015, 119 en A. VAN DER AUWERA, J., DHEEDENE en K., SEYNNAEVE, Geïnterneerde personen in Vlaanderen en België in H., HEIMANS, J., CASSELMAN en R., DE RYCKE (eds.), Internering: nieuwe interneringswet en organisatie van de zorg, Brugge, die Keure, 2015, A., VAN DER AUWERA, J., DHEEDENE en K., SEYNNAEVE, De geïnterneerdenpopulatie in Vlaamse gevangenissen: enkele cijfergegevens, Fatik 2015, afl. 145, 5. 15

16 immers 272 bedden, waaronder 8 voor zeer intensieve zorgen. 51 Het FPC te Antwerpen voorziet 182 plaatsen Historisch overzicht Collocatie Sinds de 18 e eeuw heerste in ons land de opvatting dat krankzinnigen die een delict gepleegd hadden, niet gestraft konden worden omdat ze toch niet wisten wat ze deden. Deze visie kwam tot uiting in artikel 64 van het Strafwetboek van 1810, dat voorschreef dat er geen misdrijf was, wanneer de verdachte op het moment van de feiten in staat van krankzinnigheid was. 53 De krankzinnige daders werden dus niet onderworpen aan rechtsvervolging of werden vrijgesproken, maar konden wel in een krankzinnigeninrichting opgesloten worden. Deze opsluiting werd echter nooit als een straf beschouwd. De krankzinnige daders werden in deze inrichtingen op dezelfde manier behandeld als de andere krankzinnigen die geen misdrijf gepleegd hadden. 54 In 1850 werd deze regeling wettelijk verankerd in de wetgeving op de collocatie. Een belangrijke vernieuwing was dat krankzinnigen die een misdrijf gepleegd hadden, niet vermengd mochten worden met de andere krankzinnigen in de instelling. 55 Deze wet kreeg veel kritiek. Ten eerste was er onvrede met de toestand van de gedeeltelijke toerekeningsvatbaarheid. Deze personen werden wel gestraft, maar kregen lichte straffen, juist door hun verminderde toerekeningsvatbaarheid. Zij ontsnapten zo grotendeels aan justitie. Daarenboven werd voor deze groep geen enkele vorm van behandeling voorzien. Er werd geopperd om de gedeeltelijk toerekeningsvatbaren gelijk te stellen met de volledig toerekeningsvatbaren. 56 Ook kwam veel kritiek op de opsluiting van krankzinnigen die een misdrijf begingen in een psychiatrische instelling. De maatschappij zou op die manier te weinig worden beschermd en er zou morele besmetting kunnen plaatsvinden van de geestesgestoorden die geen misdrijf 51 H., HEIMANS, Forensisch psychiatrische centra in H., HEIMANS, J., CASSELMAN en R., DE RYCKE (eds.), Internering: nieuwe interneringswet en organisatie van de zorg, Brugge, die Keure, 2015, K., Geens, Eerste geïnterneerden in FPC Antwerpen in zomer 2017, 24 februari 2017, 53 J., GOETHALS, De wet tot bescherming van de maatschappij in een historisch perspectief in C., DILLEN, D., DE DONCKER, J., CASSELMAN, J., GOETHALS, M., VANDENBROUCKE en P., COSYNS, Internering, Leuven, Garant, 1997, J., GOETHALS, De wet tot bescherming van de maatschappij in een historisch perspectief in C., DILLEN, D., DE DONCKER, J., CASSELMAN, J., GOETHALS, M., VANDENBROUCKE en P., COSYNS, Internering, Leuven, Garant, 1997, J., GOETHALS, De wet tot bescherming van de maatschappij in een historisch perspectief in C., DILLEN, D., DE DONCKER, J., CASSELMAN, J., GOETHALS, M., VANDENBROUCKE en P., COSYNS, Internering, Leuven, Garant, 1997, J., GOETHALS, Abnormaal en delinkwent: de geschiedenis en het actueel functioneren van de wet tot bescherming van de maatschappij, Antwerpen, Kluwer, 1991,

17 pleegden. Verder werd het systeem arbitrair genoemd, er was immers geen enkel norm voorhanden die de rechter moest volgen bij de beslissing tot ontoerekeningsvatbaarheid. 57 Uiteindelijk werden speciale annexen in de gevangenis opgericht, om deze geesteszieke daders op te vangen. Hoewel ook deze optie niet vrij was van kritiek, werden in 1921 de eerste annexen geopend in de gevangenissen van Antwerpen en Gent De wet tot bescherming van de maatschappij van 9 april 1930 In 1923 had de minister van Justitie Masson een wetsontwerp klaar voor een nieuwe wet. De minister maakte in het wetsvoorstel een onderscheid tussen krankzinnigen, zwakzinnigen en geestesgestoorden. De drie groepen werden als zieken beschouwd, maar tot op dat moment konden enkel de krankzinnigen gecolloqueerd worden. 59 Het wetsontwerp omvatte heel wat vernieuwingen. Ten eerste kreeg de rechter de bevoegdheid om de internering, omschreven als dwangverpleging, te bevelen aan beklaagden die leden aan een van de drie stoornissen hierboven vermeld. De internering kon worden bevolen voor 5, 10 of 15 jaar en de uitvoering werd overgelaten aan een speciaal daartoe opgerichte commissie, de commissie tot bescherming van de maatschappij. Ten tweede werd de mogelijkheid voorzien tot medische observatie in een bijzondere afdeling van een arresthuis. Op die manier kon de rechter beter geïnformeerd een beslissing nemen. 60 Het ontwerp lokte veel kritiek uit. Zo was men bang dat de wet bedoeld was als een nieuwe vorm van sociale controle die ervoor moest zorgen dat groepen mensen die voor onrust zorgden, snel en gemakkelijk opgesloten konden worden. Ten tweede werd gesteld dat de rechtspositie van de geïnterneerde niet voldeed. De rechtspositie van de persoon die mogelijks geïnterneerd zou worden, liep immers op verschillende vlakken niet gelijk met die van de gewone beklaagde. 61 Als antwoord op deze kritieken werd het wetsontwerp op verschillende vlakken aangepast. Zo werden de toepassingsvoorwaarden voor zowel de inobservatiestelling als de internering verstrengd. De internering kon enkel worden bevolen wanneer de geestesstoornis ernstig was 57 J., GOETHALS, De wet tot bescherming van de maatschappij in een historisch perspectief in C., DILLEN, D., DE DONCKER, J., CASSELMAN, J., GOETHALS, M., VANDENBROUCKE en P., COSYNS, Internering, Leuven, Garant, 1997, J., GOETHALS, De wet tot bescherming van de maatschappij in een historisch perspectief in C., DILLEN, D., DE DONCKER, J., CASSELMAN, J., GOETHALS, M., VANDENBROUCKE en P., COSYNS, Internering, Leuven, Garant, 1997, J., GOETHALS, Abnormaal en delinkwent: de geschiedenis en het actueel functioneren van de wet tot bescherming van de maatschappij, Antwerpen, Kluwer, 1991, J., GOETHALS, Abnormaal en delinkwent: de geschiedenis en het actueel functioneren van de wet tot bescherming van de maatschappij, Antwerpen, Kluwer, 1991, J., GOETHALS, De wet tot bescherming van de maatschappij in een historisch perspectief in C., DILLEN, D., DE DONCKER, J., CASSELMAN, J., GOETHALS, M., VANDENBROUCKE en P., COSYNS, Internering, Leuven, Garant, 1997,

18 en van die aard dat ze de betrokkene ongeschikt maakte tot het controleren van zijn daden. De wet trad in werking op 1 januari De meeste kritieken situeerden zich verder rond het toepassingsgebied van de wet. Zo werd de interneringsmaatregel de eerste jaren na de inwerkingtreding vrij vaak toegepast door de rechters. Dit ook bij lichte geestesstoornissen. Het gevreesde netwidening effect werd dus bevestigd. Verder pasten rechters de wet vaak discretionair toe, dit was mogelijk aangezien er veel vage begrippen in de wet te vinden waren. Ten slotte bleef de uitbouw van speciale inrichtingen beperkt en hierdoor kwamen geïnterneerden vaak in de gevangenis terecht. 63 Deze kritieken kwamen van de kant van de juristen. De medici daarentegen, verdedigden de wet, ondanks dat ook zij een aantal tekorten zagen De wet tot bescherming van de maatschappij van 1 juli 1964 Door de aanhoudende kritieken zag de minister van Justitie Soudan zich genoodzaakt een commissie te creëren om de wet te herzien. De Commissie Cornil-Braffort creëerde een ontwerp van een nieuwe wet. 65 Ten eerste voorzag het wetsvoorstel dat de krankzinnigen en de abnormalen onderscheiden werden. Er werd voor beide groepen een aparte regeling uitgewerkt. Krankzinnigen werden gecolloqueerd en abnormalen geïnterneerd. Als bijkomende voorwaarde werd voor beide groepen voorzien dat er een misdrijf of een wanbedrijf waar een gevangenisstraf op stond, gepleegd moest zijn. Door het opleggen van deze voorwaarde én de sociale gevaarlijkheid te betrekken, wou men vermijden dat de internering voor lichte misdrijven toegepast kon worden. De rechter moest verder een minimum- en maximumtermijn voorzien. 66 Er werd ook een nieuwe regeling voorzien voor het onderzoek naar de geestesgesteldheid. Een geestesonderzoek werd verplicht gesteld en er werd een expertise op tegenspraak ingevoerd. De eerste expert werd aangeduid door het openbaar ministerie, een tweede door de verdediging. 67 De juristen reageerden vrij positief op het wetsontwerp. De medici daarentegen reageerden verdeeld, sommigen noemden het wetsontwerp zelfs een grote stap achteruit. Toch besloten 62 J., GOETHALS, Abnormaal en delinkwent: de geschiedenis en het actueel functioneren van de wet tot bescherming van de maatschappij, Antwerpen, Kluwer, 1991, J., GOETHALS, De wet tot bescherming van de maatschappij in een historisch perspectief in C., DILLEN, D., DE DONCKER, J., CASSELMAN, J., GOETHALS, M., VANDENBROUCKE en P., COSYNS, Internering, Leuven, Garant, 1997, J., GOETHALS, Abnormaal en delinkwent: de geschiedenis en het actueel functioneren van de wet tot bescherming van de maatschappij, Antwerpen, Kluwer, 1991, J., CASSELMAN, De interneringswetgeving in historisch perspectief. Komt er nooit een einde aan de sisyfusarbeid? in H., HEIMANS, J., CASSELMAN en R., DE RYCKE (eds.), Internering: nieuwe interneringswet en organisatie van de zorg, Brugge, die Keure, 2015, 11 en J., GOETHALS, Abnormaal en delinkwent: de geschiedenis en het actueel functioneren van de wet tot bescherming van de maatschappij, Antwerpen, Kluwer, 1991, J., GOETHALS, De wet tot bescherming van de maatschappij in een historisch perspectief in C., DILLEN, D., DE DONCKER, J., CASSELMAN, J., GOETHALS, M., VANDENBROUCKE en P., COSYNS, Internering, Leuven, Garant, 1997,

19 de medici dat de wet een kans moest krijgen en dat de overheid hiervoor de nodige middelen en infrastructuur moest voorzien. 68 In 1953 startte de Commissie voor de Studie van de Herziening van het Strafrecht en van de Strafrechtspleging een nieuw grondig onderzoek naar de wet. Dit onderzoek zou uitmonden in het wetsontwerp van 1960 en uiteindelijk in de wet van 1 juli Ten eerste wou men de rechtspositie van de geïnterneerden verbeteren. Er werd een verplichte tussenkomst van een advocaat voorzien en de taken van de advocaat werden ook uitgebreid. Verder werden onder meer de behandelingsmodaliteiten verbeterd. Zo werd het nu ook mogelijk geïnterneerden op te vangen in vrije instellingen die door de overheid erkend zijn. 69 Voor het ontwerp op 16 juni 1964 definitief goedgekeurd werd door de Senaat, werden nog een aantal wijzigingen aangebracht. Zo moest de duur van de internering niet meer vermeld worden in de interneringsbeslissing. 70 Ook na de inwerkingtreding van de nieuwe wet, bleef de kritiek niet uit. Zo werd de inobservatiestelling die een grondig psychiatrisch onderzoek mogelijk maakte, bijna nooit toegepast. Verder werd de behandelingsdoelstelling niet bereikt, aangezien er geen geschikt personeel en aangepaste infrastructuur voorhanden waren. Ten slotte was de rechtspositie van de geïnterneerde bijzonder zwak, zeker wat betreft de veroordeelden die werden geïnterneerd door toepassing van artikel 21 van de wet. De wet van 1930 bleek door de wet van 1964 wat opgefrist, maar ten gronde veranderde er volgens critici niets De Interneringswet van 21 april 2007 Ondanks alle kritiek is de wet van 1930, gewijzigd door de wet van 1964, mits enkele kleine wijzigingen tot en met september 2016 in werking gebleven. 72 De eerste belangrijke stap naar verandering werd gezet door de toenmalige minister van Justitie De Clerck die in 1996 een Commissie Internering, Commissie Delva genaamd, oprichtte. De Commissie kreeg de opdracht om de knelpunten op te lijsten en voorstellen te formuleren die de wetgeving en de opvolging van de internering konden verbeteren. In 1999 werd een eindverslag neergelegd dat niet alleen terechte kritieken inhield, maar ook belangrijke voorstellen om tot een nieuw kader te komen. Ook werden sommige bepalingen 68 J., GOETHALS, Abnormaal en delinkwent: de geschiedenis en het actueel functioneren van de wet tot bescherming van de maatschappij, Antwerpen, Kluwer, 1991, J., GOETHALS, Abnormaal en delinkwent: de geschiedenis en het actueel functioneren van de wet tot bescherming van de maatschappij, Antwerpen, Kluwer, 1991, A.E., SCHIPAANBOORD, H., HEIMANS en T., VANDER BEKEN, Eindelijk een echte nieuwe en goede wet op de internering? Deel 1: De gerechtelijke fase, RW , afl. 27, J., GOETHALS, De wet tot bescherming van de maatschappij in een historisch perspectief in C., DILLEN, D., DE DONCKER, J., CASSELMAN, J., GOETHALS, M., VANDENBROUCKE en P., COSYNS, Internering, Leuven, Garant, 1997, 30 en Wet van 5 mei 2014 betreffende de internering van personen, BS 9 juli 2014, zoals gewijzigd door de wet van 4 mei 2016 houdende internering en diverse Bepalingen inzake Justitie, BS 13 mei

20 licht gewijzigd. De voorstellen van de Commissie hebben niet rechtstreeks geleid tot een nieuwe wet, maar kunnen toch als een scharniermoment beschouwd worden. 73 In 2003 wordt voor de eerste keer een wetsontwerp betreffende de internering in de Kamer ingediend. Dit ontwerp kwam echter te vervallen bij de ontbinding van de Kamers. Uiteindelijk kwam het pas tot een doorbraak in januari 2007 door een wetsontwerp van minister Onkelinx. Dit wetsontwerp werd echter enorm snel behandeld door de Kamer en Senaat, met alle gevolgen van dien. Er werd nauwelijks rekening gehouden met de opmerkingen geformuleerd door de Commissie Delva en het werkveld. De nieuwe Interneringswet was reeds op 21 april 2007 een feit. 74 Positief aan de nieuwe wet was onder meer dat het begrippenkader gemoderniseerd werd in lijn met de moderne psychiatrie. Ook werd het psychiatrisch deskundigenonderzoek verplicht gesteld. Verder creëerde de wetgever meer rechtswaarborgen en werden de procedures transparanter. 75 Naast een aantal positieve evoluties, rees er vooral veel kritiek. Het grootste punt van kritiek houdt in dat de procedure veel te strafrechtelijk gekleurd was. De wet was immers grotendeels gebaseerd op de wetgeving van de externe rechtspositie van de veroordeelde. Er werd geen rekening gehouden met het feit dat de situatie van een geïnterneerde fundamenteel verschillend is van die van een andere veroordeelde. De situatie van een geïnterneerde vereist dan ook veel meer flexibiliteit en soepelheid, die in deze wet niet voorhanden waren. Ook werd geen rekening gehouden met het feit dat de geïnterneerde niet altijd in staat zal zijn om zelf het initiatief te nemen om bijvoorbeeld een reclasseringsplan voor te stellen. 76 Daarnaast was het recht op zorg nog steeds niet wettelijk verankerd en was er geen psychiater aanwezig in de strafuitvoeringsrechtbank. 77 De inwerkingtreding van de wet moest maar liefst drie keer uitgesteld worden. 78 De zware kritieken leidden uiteindelijk tot een wetsvoorstel tot wijziging van de wet van 2007, ingediend op 16 april 2013 in de Kamer door Stefaan De Clerck en Sonja Becq. 79 Ondertussen had ook senator Bert Anciaux op 21 februari 2013 een wetsvoorstel ingediend in de Senaat. 80 Dit wetsvoorstel werd overgezonden naar de Kamer en werd daar besproken samen met het 73 J., CASSELMAN, De interneringswetgeving in historisch perspectief. Komt er nooit een einde aan de sisyfusarbeid? in H., HEIMANS, J., CASSELMAN en R., DE RYCKE (eds.), Internering: nieuwe interneringswet en organisatie van de zorg, Brugge, die Keure, 2015, 14 en A.E., SCHIPAANBOORD, H., HEIMANS en T., VANDER BEKEN, Eindelijk een echte nieuwe en goede wet op de internering? Deel 1: De gerechtelijke fase, RW , afl. 27, Wetsvoorstel betreffende de internering van personen, Parl. St. Senaat , nr /1, A.E., SCHIPAANBOORD, H., HEIMANS en T., VANDER BEKEN, Eindelijk een echte nieuwe en goede wet op de internering? Deel 1: De gerechtelijke fase, RW , afl. 27, M., VAN DEN BROECK, Een wettelijk geregelde vergeetput blijft een vergeetput, Juristenkrant 2007, afl. 145, A.E., SCHIPAANBOORD, H., HEIMANS en T., VANDER BEKEN, Eindelijk een echte nieuwe en goede wet op de internering? Deel 1: De gerechtelijke fase, RW , afl. 27, Wetsvoorstel betreffende de internering van personen met een geestesstoornis, Parl. St. Senaat , nr /1. 80 Wetsvoorstel betreffende de internering van personen, Parl. St. Senaat , nr /1. 20

21 wetsvoorstel van De Clerck en Becq. Het zou uiteindelijk leiden tot de Interneringswet van 5 mei De krachtlijnen van de wet van 2007 werden behouden in de nieuwe wet, maar er werd rekening gehouden met de opmerkingen van het werkveld. 82 De wet trad, na een aantal reparaties, in werking op 1 oktober De wet van 2007 is uiteindelijk nooit in werking getreden en is nu ook definitief opgeheven. De nieuwe wet hief ook de wet van 1930, gewijzigd door de wet van 1964, op Het wetgevend kader en de procedure De wet van 5 mei 2014 betreffende de internering van personen, zoals gewijzigd door de wet van 4 mei 2016 houdende internering en diverse bepalingen inzake Justitie, vormt momenteel het wettelijk kader van de internering. 85 De oorspronkelijke wet werd dus gerepareerd door de wet van 4 mei 2016, de Potpourri III-wet genaamd. Deze wet moest een aantal onvolkomenheden uit de wet van 5 mei 2014 wegwerken. Het ging niet alleen om een aantal technische elementen, maar ook onder meer over de invoering van een drempel om tot internering te kunnen overgaan. 86 De definitie en toepassingsvoorwaarden volgens de nieuwe Interneringswet, werden reeds besproken. Verder zal de invoering van het recht op zorg behandeld worden, gevolgd door de gerechtelijke en de uitvoeringsfase van de internering. Dit met een bijzondere aandacht voor de externe rechtspositie van de geïnterneerde. Tot slot zal worden gefocust op de interne rechtspositie Algemene bepalingen: recht op zorg De nieuwe Interneringswet zorgt ervoor dat de geïnterneerde voor de eerste maal beschikt over een subjectief en afdwingbaar recht op zorg. 87 Artikel 2 van de wet stelt immers dat de internering ervoor moet zorgen dat aan de geïnterneerde persoon de zorg moet worden verstrekt die zijn toestand vereist met het oog op zijn re-integratie in de maatschappij. De wet verankert niet alleen het recht op zorg, maar geeft ook een invulling aan het begrip zorg. De wet stelt immers dat rekening houdend met het veiligheidsrisico en de gezondheid van de geïnterneerde persoon, hem de nodige zorg aangeboden zal worden om een menswaardig leven te leiden. Bovendien is de zorg gericht op een maximaal haalbare vorm van 81 A.E., SCHIPAANBOORD, H., HEIMANS en T., VANDER BEKEN, Eindelijk een echte nieuwe en goede wet op de internering? Deel 1: De gerechtelijke fase, RW , afl. 27, J., CASSELMAN, De interneringswetgeving in historisch perspectief. Komt er nooit een einde aan de sisyfusarbeid? in H., HEIMANS, J., CASSELMAN en R., DE RYCKE (eds.), Internering: nieuwe interneringswet en organisatie van de zorg, Brugge, die Keure, 2015, Wet van 5 mei 2014 betreffende de internering van personen, BS 9 juli 2014, zoals gewijzigd door de wet van 4 mei 2016 houdende internering en diverse Bepalingen inzake Justitie, BS 13 mei A.E., SCHIPAANBOORD, H., HEIMANS en T., VANDER BEKEN, Eindelijk een echte nieuwe en goede wet op de internering? Deel 1: De gerechtelijke fase, RW , afl. 27, Wet van 5 mei 2014 betreffende de internering van personen, BS 9 juli 2014, zoals gewijzigd door de wet van 4 mei 2016 houdende internering en diverse Bepalingen inzake Justitie, BS 13 mei K., HANOULLE, Potpourri III als sluitstuk van de nieuwe interneringswetgeving, NC 2016, afl. 5, H., HEIMANS, Zal een beperking van de internering een betere zorg garanderen?, Orde van de dag 2016, afl. 74,

Internering wet en regelgeving

Internering wet en regelgeving Internering wet en regelgeving Permanente Vorming Forensische Gedragswetenschappen - Universiteit Gent 23 oktober 2012 Tom Vander Beken & Walter Van Steenbrugge Inhoud 2 1. Internering? 2. Achtergronden

Nadere informatie

Recht op zorg? De rechtspositie van geïnterneerden

Recht op zorg? De rechtspositie van geïnterneerden Universiteit Gent Faculteit Rechtsgeleerdheid Academiejaar 2012-13 Recht op zorg? De rechtspositie van geïnterneerden Masterproef van de opleiding Master in de rechten Ingediend door Hanne Coenegrachts

Nadere informatie

WET BETREFFENDE DE INTERNERING 5 MEI 2014

WET BETREFFENDE DE INTERNERING 5 MEI 2014 WET BETREFFENDE DE INTERNERING 5 MEI 2014 I. Algemene bepalingen II. Gerechtelijke fase van de internering III. Uitvoeringsfase van de internering IV. Definitieve invrijheidstelling V. Diverse bepalingen

Nadere informatie

Eindelijk een goede nieuwe interneringswet?

Eindelijk een goede nieuwe interneringswet? Eindelijk een goede nieuwe interneringswet? Trefdag 5 mei 2015 De nieuwe interneringswet is een feit Een historische, actuele en toekomstige blik Tom Vander Beken Inhoud 2 I. Een nieuw kader vanaf 1 januari

Nadere informatie

Wet van 5 mei 2014 betreffende de internering

Wet van 5 mei 2014 betreffende de internering Wet van 5 mei 2014 betreffende de internering Nieuwe wetgeving internering Operationeel sinds 1 oktober 2016 Grote pijlers: Recht op zorg (op maat) evenwicht care en risk Drempel (niet voor lichte feiten)

Nadere informatie

Artikel. iedereen? Annelies Permentier 1, Freya Vander Laenen 2, Wouter Vanderplasschen 3 & Tom Vander Beken 4

Artikel. iedereen? Annelies Permentier 1, Freya Vander Laenen 2, Wouter Vanderplasschen 3 & Tom Vander Beken 4 iedereen? Annelies Permentier 1, Freya Vander Laenen 2, Wouter Vanderplasschen 3 & Tom Vander Beken 4 Dit artikel focust op de doelgroep van geïnterneerden die achterblijven in detentie. Ondanks vele initiatieven

Nadere informatie

De uitvoering van internering. Een rechtsvergelijkend onderzoek met Scandinavië.

De uitvoering van internering. Een rechtsvergelijkend onderzoek met Scandinavië. Faculteit Rechtsgeleerdheid 2016-2017 De uitvoering van internering. Een rechtsvergelijkend onderzoek met Scandinavië. De aanpak van geesteszieke delinquenten in België en Noorwegen. Masterproef van de

Nadere informatie

ALTERNATIEVEN VOOR INTERNERING

ALTERNATIEVEN VOOR INTERNERING ALTERNATIEVEN VOOR INTERNERING Aantal woorden: 49.600 Valeska De Pauw Studentennummer: 01308267 Promotor: Prof. dr. Tom Vander Beken Commissaris: Prof. dr. Wendy De Bondt Masterproef voorgelegd voor het

Nadere informatie

De nieuwe interneringswetgeving

De nieuwe interneringswetgeving De nieuwe interneringswetgeving To m Va n d e r B e k e n Postuniversitaire Cyclus Willy Delva 2016-2017 Gent, 16 maart 2017 Inhoud 2 I. Interningswetten II. Bescherming van de maatschappij en zorg III.

Nadere informatie

Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent. Academiejaar Internering

Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent. Academiejaar Internering Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2016-2017 Internering De Wet van 5 mei 2014 betreffende de internering zoals gewijzigd bij de Wet van 4 mei 2016 houdende internering en diverse

Nadere informatie

Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent. Academiejaar

Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent. Academiejaar Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2015 2016 DE ONTOEREKENINGSVATBAARHEID NA DE NIEUWE INTERNERINGSWET VAN 5 MEI 2014 Een kritische en rechtsvergelijkende studie naar het ontoerekeningsvatbaarheidsbegrip

Nadere informatie

Nota bij het wetsontwerp houdende wijzigingen van de wet van 5 mei 2014 inzake internering: beperking toepassingsgebied internering

Nota bij het wetsontwerp houdende wijzigingen van de wet van 5 mei 2014 inzake internering: beperking toepassingsgebied internering Nota bij het wetsontwerp houdende wijzigingen van de wet van 5 mei 2014 inzake internering: beperking toepassingsgebied internering Prof. dr. Frank Verbruggen en dra Katrien Hanoulle Instituut voor Strafrecht,

Nadere informatie

Geestelijk gezondheidsrecht 1:

Geestelijk gezondheidsrecht 1: Geestelijk gezondheidsrecht 1: COLLOCATIE /INTERNERING Gedwongen opname Van administratieve opsluiting naar vrijheidsberoving onder gerechtelijke controle. Materiële voorwaarden: geestesziekte, toestand,

Nadere informatie

Juridische basiskennis over de maatregel TBS, oplegging en verlenging

Juridische basiskennis over de maatregel TBS, oplegging en verlenging TBS voor Dummies Juridische basiskennis over de maatregel TBS, oplegging en verlenging Auteur: Miriam van der Mark, advocaat-generaal en lid van de Kerngroep Forum TBS Algemeen De terbeschikkingstelling

Nadere informatie

Manifest Internering Een betere behandeling voor geïnterneerden

Manifest Internering Een betere behandeling voor geïnterneerden Manifest Internering Een betere behandeling voor geïnterneerden Liga voor Mensenrechten Manifest Internering 1/10 Inhoudstafel Wat is internering? p. 3 Standpunt 1: Geïnterneerden hebben recht op behandeling

Nadere informatie

Masterproef neergelegd tot het behalen van de graad van Master in de criminologische wetenschappen door ( ) (Mertens Anouk)

Masterproef neergelegd tot het behalen van de graad van Master in de criminologische wetenschappen door ( ) (Mertens Anouk) FACULTEIT RECHTSGELEERDHEID Vrouwen die te gek zijn om los te lopen? Een verkennende dossierstudie naar vrouwelijke geïnterneerden binnen de Commissie ter Bescherming van de Maatschappij Gent Masterproef

Nadere informatie

De Interneringswet van 2014 en de rechten van de geïnterneerde persoon

De Interneringswet van 2014 en de rechten van de geïnterneerde persoon Faculteit Rechtsgeleerdheid Academiejaar 2015-2016 De Interneringswet van 2014 en de rechten van de geïnterneerde persoon Een analyse van de gerechtelijke fase van de internering Masterproef van de opleiding

Nadere informatie

In een aantal gevallen zal ook verwezen worden naar een artikel van de wet om de opzoekingen te vergemakkelijken.

In een aantal gevallen zal ook verwezen worden naar een artikel van de wet om de opzoekingen te vergemakkelijken. Vooraf. De wet op de internering van 5 mei 2014 is zeer uitgebreid. In het kader van deze brochure is het niet de bedoeling alle facetten van deze wet hier te behandelen doch enkel de voornaamste. U kan

Nadere informatie

Internering. Analyse dossiers vanuit brugfunctie justitie zorgsector

Internering. Analyse dossiers vanuit brugfunctie justitie zorgsector Internering Analyse dossiers vanuit brugfunctie justitie zorgsector Programma Functie coördinator extern zorgcircuit Registratie: vraag Uitstroom Extern aanbod wachtlijsten Perspectieven en uitdagingen

Nadere informatie

Uitdagingen in de forensische psychiatrie

Uitdagingen in de forensische psychiatrie Uitdagingen in de forensische psychiatrie Studiedag Innovaties in de GGZ 18/05/2017 Inge Jeandarme 1 Outline Wat is forensische psychiatrie? Internering: nieuwe ontwikkelingen Enkele uitdagingen 3 DEFINITIE

Nadere informatie

MEDEDELING AAN DE LEDEN VEN DE VLAAMSE REGERING

MEDEDELING AAN DE LEDEN VEN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN MEDEDELING AAN DE LEDEN VEN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Grondwettelijk Hof rolnummers 6538 en 6539: de beroepen tot gedeeltelijke vernietiging

Nadere informatie

Mensenrechten en Belgische geïnterneerden: een blik op de toekomst

Mensenrechten en Belgische geïnterneerden: een blik op de toekomst Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2016-2017 Mensenrechten en Belgische geïnterneerden: een blik op de toekomst Masterproef van de opleiding Master in de rechten Ingediend door

Nadere informatie

De internering van personen die lijden aan een geestesstoornis

De internering van personen die lijden aan een geestesstoornis De internering van personen die lijden aan een geestesstoornis ONTWERP De contacten met de sprekers zijn aan de gang réf.: PEN-038 Doelgroep Rechters of toekomstige rechters van de kamer voor de bescherming

Nadere informatie

Advies betreffende opmerkingen op de wet van 21 april 2007 betreffende de internering van personen met een geestesstoornis

Advies betreffende opmerkingen op de wet van 21 april 2007 betreffende de internering van personen met een geestesstoornis FOD VOLKSGEZONDHEID BRUSSEL 14 maart 2013 VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU DIRECTORAAT- GENERAAL ORGANISATIE VAN DE GEZONDHEIDSZORGVOORZIENINGEN NATIONALE RAAD VOOR ZIEKENHUISVOORZIENINGEN

Nadere informatie

Strafuitvoeringsrechtbanken

Strafuitvoeringsrechtbanken Strafuitvoeringsrechtbanken Op 1 februari 2007 traden de strafuitvoeringsrechtbanken in werking. Heel wat beslissingen die vroeger door de minister van justitie genomen werden, zullen nu door een rechter

Nadere informatie

Internering: POSITIENOTA

Internering: POSITIENOTA Internering: POSITIENOTA 19 december 2016 1 Krachtens artikel 14 van het Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap "waarborgen de Staten die Partij zijn, dat personen met een handicap op

Nadere informatie

De interneringswet van 2014

De interneringswet van 2014 De interneringswet van 2014 Els Schipaanboord Tom Vander Beken 1 1. Inleiding Zoals in het voorgaande hoofdstuk reeds aan bod is gekomen, kunnen ontoerekeningsvatbare daders geïnterneerd worden. De internering

Nadere informatie

Geïnterneerden in België

Geïnterneerden in België panopticon_0701_11.xpr 22-12-2006 19:05 Pagina 46 Paul Cosyns i, Christine D Hont ii, Dirk Janssens iii, Eric Maes iv en Roel Verellen v Geïnterneerden in België de cijfers 1 Inleiding De penitentiaire

Nadere informatie

Internering, quo vadis?

Internering, quo vadis? Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2015-2016 Internering, quo vadis? Interneringswetgeving: een lange weg met een hobbelig parcours. Zal de nieuwe wet het pad eindelijk effenen?

Nadere informatie

Strafuitvoeringsrechtbanken

Strafuitvoeringsrechtbanken Strafuitvoeringsrechtbanken Op 1 februari 2007 traden de strafuitvoeringsrechtbanken in werking. Heel wat beslissingen die vroeger door de minister van justitie genomen werden, zullen nu door een rechter

Nadere informatie

Strafuitvoeringsrechtbanken

Strafuitvoeringsrechtbanken v.u.: Jos Vander Velpen, Gebroeders De Smetstraat 75, 9000 Gent foto s: Lieven Nollet Strafuitvoeringsrechtbanken Gebroeders De Smetstraat 75 9000 Gent tijdstip eerste publicatie: februari 2007 - herwerking:

Nadere informatie

Voorstelling KBM Brussel Lunchen met Justitie 24/10/ KBM Brussel - 24/10/2017

Voorstelling KBM Brussel Lunchen met Justitie 24/10/ KBM Brussel - 24/10/2017 Voorstelling Lunchen met Justitie 24/10/2017 1-24/10/2017 Inhoud Introductie De nieuwe interneringswet Verschillen tussen de KBM en de CBM Praktijk Vragen 2 Introductie door de Voorzitter 3 De nieuwe interneringswet

Nadere informatie

Editoriaal Editorial. Bezorgd om zorg

Editoriaal Editorial. Bezorgd om zorg Bezorgd om zorg Editoriaal Editorial Tom Vander Beken a Freya Vander Laenen b Panopticon, 38 (2), 77-82 2017 Maklu ISSN 0771-1409 Maart 2017 a b Kernredactielid van Panopticon en hoogleraar, Institute

Nadere informatie

DOORVERWIJZING VAN GEÏNTERNEERDEN VANUIT EEN FORENSISCH PSYCHIATRISCHE AFDELING

DOORVERWIJZING VAN GEÏNTERNEERDEN VANUIT EEN FORENSISCH PSYCHIATRISCHE AFDELING KATHOLIEKE UNIVERSITEIT LEUVEN FACULTEIT RECHTSGELEERDHEID Academiejaar 2002-2003 DOORVERWIJZING VAN GEÏNTERNEERDEN VANUIT EEN FORENSISCH PSYCHIATRISCHE AFDELING Promotor: Prof. Dr. J. CASSELMAN Correctoren:

Nadere informatie

De juridische positie van wetsovertreders met een psychische stoornis. De implementatie van een internationaal en Europees raamwerk in België

De juridische positie van wetsovertreders met een psychische stoornis. De implementatie van een internationaal en Europees raamwerk in België De juridische positie van wetsovertreders met een psychische stoornis De implementatie van een internationaal en Europees raamwerk in België 8 e Vlaams Geestelijke Gezondheids-congres Antwerpen, 20-21

Nadere informatie

Strafuitvoeringsrechtbanken

Strafuitvoeringsrechtbanken Strafuitvoeringsrechtbanken v.u.: Jos Vander Velpen, Gebroeders De Smetstraat 75, 9000 Gent Gebroeders De Smetstraat 75 9000 Gent foto s: Lieven Nollet tijdstip eerste publicatie: februari 2007 - herwerking:

Nadere informatie

Advies KAGB over de Forensische Psychiatrie 26 April 2014. Em. Prof. Paul Cosyns UA Gewoon lid, Psychiatrie

Advies KAGB over de Forensische Psychiatrie 26 April 2014. Em. Prof. Paul Cosyns UA Gewoon lid, Psychiatrie Advies KAGB over de Forensische Psychiatrie 26 April 2014 Em. Prof. Paul Cosyns UA Gewoon lid, Psychiatrie KAGB 28 september 2014 1 De Forensische Psychiatrie in België Unieke en baanbrekende start begin

Nadere informatie

Geestesziek en gevaarlijk: gedwongen opname of internering?

Geestesziek en gevaarlijk: gedwongen opname of internering? e s s a y Geestesziek en gevaarlijk: gedwongen opname of internering? Het Belgische wettelijke kader h. s m e t s, r. v e r e l s t, j. v a n d e n b e r g h e samenvatting Als psychiatrische stoornissen

Nadere informatie

Zorg voor personen met het statuut internering. Lunchen met justitie 24 oktober 2017

Zorg voor personen met het statuut internering. Lunchen met justitie 24 oktober 2017 Zorg voor personen met het statuut internering Lunchen met justitie 24 oktober 2017 Overzicht Intra-penitentiair aanbod Zorgaanbod in de maatschappij Ervaringen nieuwe wet op de internering 26/10/2017

Nadere informatie

Internering van geestesgestoorden: de huidige en toekomstige regeling

Internering van geestesgestoorden: de huidige en toekomstige regeling Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2010-11 Internering van geestesgestoorden: de huidige en toekomstige regeling Masterproef van de opleiding Master in de rechten Ingediend door:

Nadere informatie

Collège des procureurs généraux. College van Procureursgeneraal

Collège des procureurs généraux. College van Procureursgeneraal 1 Collège des procureurs généraux College van Procureursgeneraal Bruxelles, le 4 janvier 2018 Brussel, 4 januari 2018 CIRCULAIRE N 01/2018 DU COLLÈGE DES PROCUREURS GÉNÉRAUX PRÈS LES COURS D APPEL OMZENDBRIEF

Nadere informatie

De psychiatrische hulpverlening in het Belgische gevangeniswezen

De psychiatrische hulpverlening in het Belgische gevangeniswezen R. VERELST - Psychiater coördinator PSD en psychiatrische zorg 2 Gedetineerden Gevangenisbevolking in de inrichtingen van het DG EPI (verlof en gesloten federale centra voor jongeren niet inbegrepen):

Nadere informatie

DE STRAFUITVOERINGSRECHTBANK DE STRAFUITVOERINGSRECHTER DE MINISTER VAN JUSTITIE

DE STRAFUITVOERINGSRECHTBANK DE STRAFUITVOERINGSRECHTER DE MINISTER VAN JUSTITIE DE STRAFUITVOERINGSRECHTBANK DE STRAFUITVOERINGSRECHTER DE MINISTER VAN JUSTITIE V.U. Eric Beaucourt 9000 Gent stand januari 2018-1 I.DE STRAFUITVOERINGSRECHTBANK 1.Algemeen. De Belgische strafuitvoeringsrechtbanken

Nadere informatie

Potpourri III: opmerkingen OVB over de wijzigingen inzake internering

Potpourri III: opmerkingen OVB over de wijzigingen inzake internering Orde van Vlaamse Balies www.advocaat.be STANDPUNT Staatsbladsstraat 8 B 1000 Brussel T +32 (0)2 227 54 70 F +32 (0)2 227 54 79 info@advocaat.be ondernemingsnummer 0267.393.267 Potpourri III: opmerkingen

Nadere informatie

De opvang van geïnterneerden anno 2009 een stand van zaken.

De opvang van geïnterneerden anno 2009 een stand van zaken. Toespraak 1 Jubileumcongres 30 jaar Panopticon 12 november 2009 te Zebrastraat Gent De opvang van geïnterneerden anno 2009 een stand van zaken. Mevrouw de minister 2, Mijnheer de minister 3, Beste redactie

Nadere informatie

Eindelijk een echte nieuwe en goede wet op de internering? Deel 1: De gerechtelijke fase

Eindelijk een echte nieuwe en goede wet op de internering? Deel 1: De gerechtelijke fase Eindelijk een echte nieuwe en goede wet op de internering? Deel 1: De gerechtelijke fase I Inleiding Henri Heimans Tom Vander Beken Els (A.E.) Schipaanboord 1 1. Op 9 juli 2014 werd in het Belgisch Staatsblad

Nadere informatie

FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE

FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE 1 van 18 23/12/2011 10:11 FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE 21 APRIL 2007 Wet betreffende de internering van personen met een geestesstoornis (1) ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en

Nadere informatie

Wet 21 april 2007 betreffende de internering van personen met een geestesstoornis (B.S., 13 juli 2007)

Wet 21 april 2007 betreffende de internering van personen met een geestesstoornis (B.S., 13 juli 2007) Wet 9 april 1930 - Bescherming maatschappij (Art. 31) drag of de wijze van berekening bepaalt; deze bezoldiging bestaat hetzij uit een vast bedrag, hetzij uit een percentage van de inkomsten van de geïnterneerde,

Nadere informatie

een als misdrijf omschreven feit proces-verbaal procureur des Konings parket of van het Openbaar Ministerie

een als misdrijf omschreven feit proces-verbaal procureur des Konings parket of van het Openbaar Ministerie uitgave juni 2015 Minderjarigen kunnen volgens de Belgische wet geen misdrijven plegen. Wanneer je als jongere iets ernstigs mispeutert, iets wat illegaal is, pleeg je een als misdrijf omschreven feit

Nadere informatie

Datum 30 juni 2016 Onderwerp Inzet en verlenging van de maatregel van terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege

Datum 30 juni 2016 Onderwerp Inzet en verlenging van de maatregel van terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

Gedwongen opname en verslaving Dr Anne Van Duyse - De Sleutel en PC Sint Jan Baptist

Gedwongen opname en verslaving Dr Anne Van Duyse - De Sleutel en PC Sint Jan Baptist Gedwongen opname en verslaving Dr Anne Van Duyse - De Sleutel en PC Sint Jan Baptist Deel 1: Wet op de gedwongen opname Deel 2: problematisch middelengebruik Toetsing van de wet bij verslaving Geesteszieke

Nadere informatie

Rolnummer 4560. Arrest nr. 21/2009 van 12 februari 2009 A R R E S T

Rolnummer 4560. Arrest nr. 21/2009 van 12 februari 2009 A R R E S T Rolnummer 4560 Arrest nr. 21/2009 van 12 februari 2009 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag over artikel 13 van de wet van 21 april 2007 betreffende de verhaalbaarheid van de erelonen en de kosten

Nadere informatie

JEUGDDELINQUENTIEDECREET OVERZICHTSTABEL ANTWOORDEN Johan Put & Katrijn Veeckmans

JEUGDDELINQUENTIEDECREET OVERZICHTSTABEL ANTWOORDEN Johan Put & Katrijn Veeckmans JEUGDDELINQUENTIEDECREET OVERZICHTSTABEL ANTWOORDEN Johan Put & Katrijn Veeckmans Bijzonderheden Herziening 4 Initiële duur Leeftijd 3 Voorwaarden 2 Rechtspleging ten gronde Voorbereidende rechtspleging

Nadere informatie

UNIVERSITEIT GENT Faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen Academiejaar Eerste Examenperiode

UNIVERSITEIT GENT Faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen Academiejaar Eerste Examenperiode UNIVERSITEIT GENT Faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen Academiejaar 2008-2009 Eerste Examenperiode EXTRAMURALE HULP- EN DIENSTVERLENING AAN GEÏNTERNEERDEN Masterproef neergelegd tot het

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 13 DECEMBER 2016 P.16.1153.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.16.1153.N R S B, geïnterneerde, eiser, met als raadsman mr. Peter Verpoorten, advocaat bij de balie te Turnhout. I. RECHTSPLEGING

Nadere informatie

De Gerechtspsychiater: de portier van het systeem

De Gerechtspsychiater: de portier van het systeem De Gerechtspsychiater: de portier van het systeem Vlaams Geneeskundigenverbond Prof Dr Dillen Chris Forensisch Psychiater Vrije Universiteit Brussel Onderdeel van een geheel misdrijf strafrecht gerechtspsychiater

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 19 APRIL 2016 P.16.0132.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.16.0132.N C B, beklaagde, geïnterneerd, eiser, met als raadsman mr. Peter Verpoorten, advocaat bij de balie te Turnhout. tegen 1. INTERGEM

Nadere informatie

Oude uitdagingen, nieuwe kansen! Over de behandeling van geïnterneerden

Oude uitdagingen, nieuwe kansen! Over de behandeling van geïnterneerden Oude uitdagingen, nieuwe kansen! Over de behandeling van geïnterneerden Stijn Vandevelde Stefaan De Smet Wouter Vanderplasschen Wing Ting To (Red.) Academia Press Eekhout 2 9000 Gent Tel. 09/233 80 88

Nadere informatie

De gedwongen opname Overzicht

De gedwongen opname Overzicht De gedwongen opname Overzicht Wetgeving Procedures Termijnen Randmodaliteiten Cijfers Vragen De gedwongen opname Collocatie Wetgeving Wet van 26/06/1990 (publicatie BS 27/07/1990) Wet betreffende de bescherming

Nadere informatie

Gedwongen opname. Dr. A. Minderhout Woensdag 7 mei 2008

Gedwongen opname. Dr. A. Minderhout Woensdag 7 mei 2008 Gedwongen opname Dr. A. Minderhout Woensdag 7 mei 2008 Doel van de voordracht Korte bespreking van de wetgeving Opstarten en verloop van de procedure Gewone procedure Spoedprocedure Verloop van de opname

Nadere informatie

Ter Beuken Beveren 8 november 2012

Ter Beuken Beveren 8 november 2012 GEDWONGEN OPNAME JURIDISCHE ASPECTEN K. Rotthier, vrederechter Ter Beuken Beveren 8 november 2012 EEN MARGINAAL FENOMEEN Enkele cijfers: Vlaanderen: 2300 per jaar België: 4000 per jaar 10 % van de opnames

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 25 JUNI 2013 P.13.0535.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.13.0535.N M R, geïnterneerde, eiser, met als raadsman mr. Peter Verpoorten, advocaat bij de balie te Turnhout. I. RECHTSPLEGING VOOR

Nadere informatie

Samenwerkingsakkoord tussen de Federale Staat en de Vlaamse Gemeenschap inzake de begeleiding en behandeling van daders van seksueel misbruik

Samenwerkingsakkoord tussen de Federale Staat en de Vlaamse Gemeenschap inzake de begeleiding en behandeling van daders van seksueel misbruik Samenwerkingsakkoord tussen de Federale Staat en de Vlaamse Gemeenschap inzake de begeleiding en behandeling van daders van seksueel misbruik Gelet op artikel 128, 1, van de Grondwet; Gelet op de bijzondere

Nadere informatie

Suggesties voor een volgende editie, zijn welkom bij de auteur op Alle constructieve opmerkingen worden in dank aanvaard.

Suggesties voor een volgende editie, zijn welkom bij de auteur op Alle constructieve opmerkingen worden in dank aanvaard. Voorwoord Dit leerboek vormt een goede basis voor het opleidingsonderdeel strafrecht binnen een professionele bacheloropleiding. We denken hierbij in het bijzonder aan de afstudeerrichting Rechtspraktijk

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 16 december 2016;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 16 december 2016; Besluit van de Vlaamse Regering over de erkenning van voorzieningen die ondersteuning bieden aan personen met een handicap in de gevangenis, en van units voor geïnterneerden DE VLAAMSE REGERING, Gelet

Nadere informatie

FATIK 32ste jaargang januari - februari - maart 2015 nr. 145 Driemaandelijkse uitgave FATIK is een uitgave van de Liga voor Mensenrechten v.z.w.

FATIK 32ste jaargang januari - februari - maart 2015 nr. 145 Driemaandelijkse uitgave FATIK is een uitgave van de Liga voor Mensenrechten v.z.w. Tijdschrift voor Strafbeleid en Gevangeniswezen België - Belgique P.B. - P.P. 9000 Gent 1 BC 6384 FATIK 32ste jaargang januari - februari - maart 2015 nr. 145 Driemaandelijkse uitgave FATIK is een uitgave

Nadere informatie

Sociale Plattegrond Justitie

Sociale Plattegrond Justitie Sociale Plattegrond Justitie 21-10-2014 Huidig intrapenitentiair aanbod voor geïnterneerden: PSD (Psychosociale Dienst) Zorgequipe JWW (Justitieel Welzijnswerk) CGGZ-aanbod Adviesverlening Begeleiding

Nadere informatie

Rolnummer 4591. Arrest nr. 142/2009 van 17 september 2009 A R R E S T

Rolnummer 4591. Arrest nr. 142/2009 van 17 september 2009 A R R E S T Rolnummer 4591 Arrest nr. 142/2009 van 17 september 2009 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag betreffende de wet van 9 april 1930 tot bescherming van de maatschappij tegen abnormalen, gewoontemisdadigers

Nadere informatie

Beroepsgeheim Ontwerp tot wijziging van artikel 458bis van het Strafwetboek

Beroepsgeheim Ontwerp tot wijziging van artikel 458bis van het Strafwetboek Beroepsgeheim Ontwerp tot wijziging van artikel 458bis van het Strafwetboek Doc: a135005 Tijdschrift: 135 Datum: 17/09/2011 Origine: NR Thema's: Beroepsgeheim Kwetsbare personen Mishandeling van een kind,

Nadere informatie

Forensisch Psychiatrisch Centrum de Kijvelanden. Over TBS

Forensisch Psychiatrisch Centrum de Kijvelanden. Over TBS Forensisch Psychiatrisch Centrum de Kijvelanden Over TBS In deze folder vertellen wij u graag meer over Forensisch Psychiatrisch Centrum de Kijvelanden en in het bijzonder over tbs. De Kijvelanden behandelt

Nadere informatie

WETSVOORSTEL tot wijziging van de procedure van onmiddellijke verschijning in strafzaken (ingediend door de heer Bart Laeremans c.s.

WETSVOORSTEL tot wijziging van de procedure van onmiddellijke verschijning in strafzaken (ingediend door de heer Bart Laeremans c.s. WETSVOORSTEL tot wijziging van de procedure van onmiddellijke verschijning in strafzaken (ingediend door de heer Bart Laeremans c.s.) TOELICHTING De wet van 28 maart 2000 tot invoeging van een procedure

Nadere informatie

Samenvatting. Aanleiding onderzoek

Samenvatting. Aanleiding onderzoek Samenvatting Aanleiding onderzoek In Nederland kan aan individuen met een psychische stoornis die een ernstig misdrijf hebben gepleegd, de maatregel terbeschikkingstelling (tbs) worden opgelegd. Indien

Nadere informatie

Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent. Academiejaar Rechtspositie van gedetineerden en geïnterneerden

Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent. Academiejaar Rechtspositie van gedetineerden en geïnterneerden Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2009-10 Rechtspositie van gedetineerden en geïnterneerden Masterproef van de opleiding Master in de rechten Ingediend door Laurent De Boel (Studentennr.

Nadere informatie

Wie zijn onze patiënten?

Wie zijn onze patiënten? In deze folder vertellen wij u graag wat meer over Forensisch Psychiatrisch Centrum de Kijvelanden. De Kijvelanden behandelt mensen met een psychiatrische stoornis. De rechter heeft hen tbs met bevel tot

Nadere informatie

TOELICHTING ADDENDUM. Intussen verschenen evenwel:

TOELICHTING ADDENDUM. Intussen verschenen evenwel: TOELICHTING ADDENDUM In het Overzicht van het Belgisch algemeen strafrecht (2015) werd de wetgeving nagekeken tot en met het Belgisch Staatsblad van 31 augustus 2015. Intussen verschenen evenwel: - de

Nadere informatie

Q&A s Levenslange gevangenisstraf (vragen en antwoorden)

Q&A s Levenslange gevangenisstraf (vragen en antwoorden) Q&A s Levenslange gevangenisstraf (vragen en antwoorden) 1. Hoeveel levenslanggestraften zijn er nu in NL? Op dit moment zijn er 33 mensen onherroepelijk veroordeeld tot levenslang. Dat betekent dat zij

Nadere informatie

Strafrechtsbedeling en wetsovertreders met een psychiatrische stoornis

Strafrechtsbedeling en wetsovertreders met een psychiatrische stoornis Definitieve tekst gepubliceerd in Vander Beken, T. (2015). Strafrechtsbedeling en wetsovertreders met een psychiatrische stoornis. In: C. Wittouck, K. Audenaert en F. Vander Laenen (eds.). Handboek forensische

Nadere informatie

Inhoudsopgave INLEIDING: SOORTEN DRUGS EN HUN EFFECTEN 1 I. DRUGWET: 24 FEBRUARI II. DRUGS IN HET VERKEER 86. C. Verzwarende omstandigheden 43

Inhoudsopgave INLEIDING: SOORTEN DRUGS EN HUN EFFECTEN 1 I. DRUGWET: 24 FEBRUARI II. DRUGS IN HET VERKEER 86. C. Verzwarende omstandigheden 43 Inhoudsopgave INLEIDING: SOORTEN DRUGS EN HUN EFFECTEN 1 A. Drugs: vriend of vijand van alle tijden? 1 1. Inleiding 1 2. De psychoactieve stoffen van alle tijden: de klassieke drugs 4 3. De nieuwe psychoactieve

Nadere informatie

STRAFRECHTELIJKE VERANTWOORDELIJKHEID VAN MINISTERS. Wet van 25 juni 1998 tot regeling van de strafrechtelijke verantwoordelijkheid van ministers 1

STRAFRECHTELIJKE VERANTWOORDELIJKHEID VAN MINISTERS. Wet van 25 juni 1998 tot regeling van de strafrechtelijke verantwoordelijkheid van ministers 1 STRAFRECHTELIJKE VERANTWOORDELIJKHEID VAN MINISTERS Wet van 25 juni 1998 tot regeling van de strafrechtelijke verantwoordelijkheid van ministers 1 TITEL I TOEPASSINGSGEBIED Artikel 1 Deze wet regelt een

Nadere informatie

Informatie- brochure Internering

Informatie- brochure Internering Informatie- brochure Internering 1 Inhoudstafel Inleiding... 5 1. Wat is internering?... 6 1.1. De interneringsmaatregel... 6 1.2. Gradaties in risico, beveiliging en zorgintensiteit... 6 2. Wettelijk

Nadere informatie

samenstelling : federale en lokale parketten & parketten-generaal! het beleid wordt uitgestippeld door een college van procureurs-generaal

samenstelling : federale en lokale parketten & parketten-generaal! het beleid wordt uitgestippeld door een college van procureurs-generaal Leg uit : het openbaar ministerie ( parket ) = hoeder van de openbare orde! 1) opsporen en onderzoeken 2) vervolgen 3) uitvoering van de straf samenstelling : federale en lokale parketten & parketten-generaal!

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag

Nadere informatie

Goede afspraken maken goede vrienden: het beroepsgeheim van de GGZ bij justitie-patiënten

Goede afspraken maken goede vrienden: het beroepsgeheim van de GGZ bij justitie-patiënten Goede afspraken maken goede vrienden: het beroepsgeheim van de GGZ bij justitie-patiënten 6 e Vlaamse GGZ-congres Macht en kracht. Zorgrelaties in verandering 18 en 19 september 2012, Antwerpen Freya Vander

Nadere informatie

Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken. van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken

Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken. van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken 27.10.2010 2010/0067(CNS) ONTWERPADVIES van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken

Nadere informatie

Informatie- brochure Internering

Informatie- brochure Internering Informatie- brochure Internering Schakelteam Internering 1 Inhoudstafel Inleiding... 5 1. Wat is internering?... 6 1.1. De interneringsmaatregel... 6 1.2. Gradaties in risico, beveiliging en zorgintensiteit...

Nadere informatie

Vanaf werden 30 T-bedden buiten gebruik gesteld en ter beschikking gesteld voor het Noolim-project (mobiele teams).

Vanaf werden 30 T-bedden buiten gebruik gesteld en ter beschikking gesteld voor het Noolim-project (mobiele teams). Beddenbezetting en andere patiëntgerelateerde cijfers Psychiatrisch ziekenhuis Erkende bedden Dienst 2014 2015 2016 370 A 60 60 60 380 a-dag 13 13 13 390 a-nacht 1 1 1 410 T 79 79 79 410 Tg 80 80 80 420

Nadere informatie

Psychologische en psychiatrische rapportage in strafzaken. Informatie voor onderzochte

Psychologische en psychiatrische rapportage in strafzaken. Informatie voor onderzochte Psychologische en psychiatrische rapportage in strafzaken Informatie voor onderzochte de rechter. ook zij bedoeld. i. Als in deze brochure wordt gesproken over hij wordt daarmee Terminologie: gaat maken.

Nadere informatie

34300 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (VI) voor het jaar 2016

34300 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (VI) voor het jaar 2016 34300 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (VI) voor het jaar 2016 Nr. 75 Brief van de minister van Veiligheid en Justitie Aan de Voorzitter van de Tweede

Nadere informatie

Bijlage 1. Inbreuken en strafbepalingen waarop een beroep kan gedaan worden op het vlak van eergerelateerd geweld

Bijlage 1. Inbreuken en strafbepalingen waarop een beroep kan gedaan worden op het vlak van eergerelateerd geweld Bijlage 1. Inbreuken en strafbepalingen waarop een beroep kan gedaan worden op het vlak van eergerelateerd geweld Inleidende opmerkingen: - Een fenomeen dat valt onder het begrip eergerelateerd geweld

Nadere informatie

Het psychiatrisch deskundigenverslag doorgelicht: toerekeningsvatbaar of niet?

Het psychiatrisch deskundigenverslag doorgelicht: toerekeningsvatbaar of niet? FACULTEIT RECHTSGELEERDHEID Het psychiatrisch deskundigenverslag doorgelicht: toerekeningsvatbaar of niet? Masterproef neergelegd tot het behalen van de graad van Master in de criminologische wetenschappen

Nadere informatie

For k what is in a name?

For k what is in a name? For k what is in a name? Dirk Deboutte Collaborative Antwerp Psychiatric Research Institute - Department youth mental health ZNA Universitair Centrum Kinder- en Jeugdpsychiatrie Het Antwerps project 1995-2005:

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 16 SEPTEMBER 2014 P.13.1847.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.13.1847.N C L F S, beklaagde, eiser, met als raadsman mr. Raf Jespers, advocaat bij de balie te Antwerpen, met kantoor te 2018 Antwerpen,

Nadere informatie

Inhoudstafel - Memorie van toelichting

Inhoudstafel - Memorie van toelichting - Memorie van toelichting Hoofdstuk 1 Voorafgaande bepaling 31 Hoofdstuk 2 Het Strafwetboek 31 Inleiding 31 1. Algemeen 31 2. De bouwstenen voor een optimale strafwetgeving ( accuraat, coherent, eenvoudig

Nadere informatie

SAMENWERKINGSAKKOORD GENT

SAMENWERKINGSAKKOORD GENT SAMENWERKINGSAKKOORD GENT AANPAK CRISISSITUATIES BIJ MENSEN MET EEN PSYCHISCHE PROBLEMATIEK 1. DEFINITIE VAN EEN CRISISSITUATIE Een crisissituatie is een acute situatie waarbij een redelijk vermoeden bestaat

Nadere informatie

Internering en gedwongen opname

Internering en gedwongen opname Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2008-09 Internering en gedwongen opname Masterproef van de opleiding Master in de rechten Ingediend door Kristien Triest 00605926 Major Burgerlijk

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 1 JULI 2014 P.14.0969.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.14.0969.N B., veroordeelde tot vrijheidsstraf, eiser, met als raadsman mr. Kris Luyckx, advocaat bij de balie te Antwerpen. I. RECHTSPLEGING

Nadere informatie

Faculteit Rechtsgeleerdheid. Universiteit Gent

Faculteit Rechtsgeleerdheid. Universiteit Gent Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2013-2014 DE TOEPASSING VAN DE PATIËNTENRECHTENWET BIJ GEÏNTERNEERDE PERSONEN Masterproef van de opleiding Master in de rechten Ingediend door

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 20 DECEMBER 2011 P.11.1912.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.11.1912.N E J E V D B, geïnterneerde, eiser, met als raadsman mr. Peter Verpoorten, advocaat bij de balie te Turnhout. I. RECHTSPLEGING

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE. III. Drugwet: 24 februari 1921 A. Inleiding 28 1. Algemeen... 28 2. Afbakening... 30 B. Wat is strafbaar?... 30 1. Algemeen...

INHOUDSOPGAVE. III. Drugwet: 24 februari 1921 A. Inleiding 28 1. Algemeen... 28 2. Afbakening... 30 B. Wat is strafbaar?... 30 1. Algemeen... INHOUDSOPGAVE I. Beleid A. Situering van het drugbeleid...1 B. De parlementaire werkgroep Drugs...2 C. De Federale Beleidsnota Drugs...4 D. Invloed van de wetswijziging in 2003...5 E. De richtlijn van

Nadere informatie

PATHOLOGIE EN BEHANDELING BIJ

PATHOLOGIE EN BEHANDELING BIJ PATHOLOGIE EN BEHANDELING BIJ PATIËNTEN MET NOOD AAN ZEER INTENSIEVE ZORG DR. P. NEUTELEERS - SILKE VERCRUYSSE - JORN BOEIJKENS Afdeling Schelde Zeer Intensieve Zorg binnen FPC Gent Silke Vercruysse -

Nadere informatie