De rol van strafrechtbanken in overgangsjustitie: lessen uit Colombia

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "De rol van strafrechtbanken in overgangsjustitie: lessen uit Colombia"

Transcriptie

1 09 De rol van strafrechtbanken in overgangsjustitie: lessen uit Colombia 1 Het begrip overgangsjustitie (transitional justice) heeft in de kringen van internationale opinie- en beleidsmakers de voorbije jaren een belangrijke opgang gekend. Met het begrip wordt verwezen naar het scala van maatregelen die een samenleving na een periode van gewelddadig conflict of onderdrukking kan nemen om met een verleden van massale en systematische mensenrechtenschendingen in het reine te komen. Concreet gaat het om de strafrechtelijke vervolging van diegenen die voor de massale mensenrechtenschendingen verantwoordelijk waren; het nemen van herstelmaatregelen voor de slachtoffers van de schendingen; het instellen van procedures ter bevordering van waarheid en verzoening; de vervanging en hervorming van de in diskrediet geraakte ambtenaren en staatsinstellingen; en het officieel bevestigen en herdenken van de historische waarheid en de slachtoffers van de verdrukking of het geweld. De onderliggende gedachte is dat zonder een minimum aan overgangsjustitie een duurzame vrede en de opbouw van een democratische rechtsstaat niet mogelijk zijn. Samen met de opgang van overgangsjustitie kwam in internationale middens ook een andere zedenverandering aan de oppervlakte. Deze houdt in dat de opvatting dat gerechtigheid best naar de achtergrond verdwijnt wanneer de vrede op het spel staat, niet langer als vanzelfsprekend wordt aanvaard. Hoewel de praktijk dikwijls achterblijft op de retoriek, kan niet worden ontkend dat het afkondigen van een algemene amnestie voor grove mensenrechtenschendingen vandaag politiek veel minder aanvaardbaar is dan pakweg vijftien of twintig jaar geleden. De politieke norm valt nu steeds vaker samen met de morele norm die stelt dat grove mensenrechtenschendingen, misdaden tegen de mensheid, oorlogsmisdaden en genocide (de internationale misdaden ) niet langer ongestraft mogen blijven. De oprichting van de Rwanda en de Joegoslavië Tribunalen en het permanent 1 werkt als Senior Legal Officer bij de Reparations Programmes Unit van de Internationale Organisatie voor Migratie (IOM) in Genève, Zwitserland. In die hoedanigheid verleent hij advies aan de Colombiaanse instellingen die met de uitvoering van de Gerechtigheid en Vrede Wet zijn belast. De opinies uitgedrukt in dit artikel zijn voor rekening van de auteur en stemmen niet noodzakelijkerwijze met deze van IOM overeen. 125

2 Internationaal Humanitair Recht in de kijker 2007 Internationaal Strafhof in Den Haag zijn de meest bekende maar niet de enige institutionele verwezenlijkingen van de losse coalitie van mensenrechtenorganisaties, ngo s, progressieve staten en mensenrechteninstellingen van de Verenigde Naties die in deze materie politiek het voortouw hebben genomen. Eén gevolg van deze zedenevolutie is dat nationale en internationale strafrechtbanken een alsmaar belangrijkere rol toebedeeld krijgen in de normalisering en wederopbouw van postconflictlanden. Van die rechtbanken wordt verwacht dat ze ervoor zorgen dat diegenen die internationale misdaden pleegden inderdaad worden bestraft en, in toenemende mate, dat ze dit doen op een manier die de slachtoffers toelaat in het proces een actieve rol te spelen. Onder meer dankzij het sensibiliseringswerk van mensenrechten-ngo s en slachtofferorganisaties wordt stilaan ingezien dat een klassiek strafrechtsproces waarbij uitsluitend de dader centraal staat, niet de beste manier is om in een context van massale mensenrechtenschendingen recht te spreken. Een voorbeeld van die laatste evolutie is het statuut van het Internationaal Strafhof in Den Haag dat voor het eerst in de context van een internationaal strafrechttribunaal slachtoffers het recht verleent om actief aan de rechtsgang deel te nemen en om tijdens het proces herstelmaatregelen te vorderen. Dit staat in tegenstelling tot bijvoorbeeld het Statuut van de Rwanda en Joegoslavië Tribunalen waar slachtoffers uitsluitend een (eerder passieve) rol als getuigen toegekend krijgen. Dit artikel zal de praktische toepassing van de hierboven beschreven zedenevolutie in Colombia kort onder de loep nemen. Naast het verschaffen van een beknopt overzicht van de inhoud van de recente wet inzake overgangsjustitie in Colombia, wil dit artikel kort nagaan of er uit dit ene voorbeeld lessen kunnen worden getrokken die ook voor andere postconflictlanden relevant zijn. Hoewel de uitvoering van de zgn. Gerechtigheid en Vrede Wet (Ley Justicia y Paz) zich wat betreft de strafrechtelijke vervolgingen nog in het beginstadium bevindt, is het vredesproces met de paramilitairen ver genoeg gevorderd om een dergelijke oefening toch zinvol te maken. De bedoeling van dit artikel is dus niet om de Gerechtigheid en Vrede Wet als dusdanig of het demobiliseringsproces van de paramilitairen in Colombia in zijn algemeenheid aan een diepgaande, kritische evaluatie te onderwerpen. Daarvoor is een andere focus en vooral een meer uitgebreide studie vereist. 126

3 De totstandkoming van de Gerechtigheid en Vrede Wet (GVW) De geschiedenis van de Colombiaanse burgeroorlog is politiek zo omstreden en complex dat een korte samenvatting van wat er zich de voorbije veertig jaar in het land heeft afgespeeld een bijna onmogelijke - en weinig zinvolle - opgave is. Voor het opzet van dit artikel volstaat een beknopte omschrijving van de totstandkoming van de GVW en een summiere verwijzing naar het aanhoudende conflict tussen de Colombiaanse staat en de overblijvende gewapende groeperingen met name de FARC (Fuerzas Armadas Revolucionarias de Colombia) en de ELN (Ejército de Liberación Nacional). Wat door niemand wordt betwist, is dat de burgerbevolking de vier voorbije decennia een heel zware prijs heeft betaald voor het aanhoudende geweld en de grove mensenrechtenschendingen waaraan alle partijen bij het conflict zich schuldig hebben gemaakt. De GVW is de eerste overgangsjustitiewet in de Colombiaanse geschiedenis en vormt het juridische kader voor de demobilisatie en reïntegratie van de leden van de irreguliere gewapende bewegingen in Colombia. De wet werd op 25 juli 2005 van kracht en is de uitkomst van een lang en turbulent legislatief proces. De achtergrond van de wet waren de erg controversiële onderhandelingen tussen de regering van president Alvaro Uribe en de leiders van de paramilitaire bewegingen in Colombia, de AUC (Autodefensas Unidas de Colombia). Het leidt geen twijfel dat de AUC een groot aandeel heeft gehad in het geweld en de grove mensenrechtenschendingen die Colombia de voorbije veertig jaar hebben geteisterd. Daarenboven is de juiste verhouding tussen het Colombiaanse staatsapparaat en de AUC altijd erg omstreden geweest. Ook voor de recente onthullingen die trouwens geleid hebben tot de arrestatie van verscheidene parlementsleden en een voormalig hoofd van de Colombiaanse veiligheidsdienst was het een publiek geheim dat vooral in het noorden van Colombia veel lokale politieke figuren en gezagsdragers binnen het leger, de politie en de geheime diensten nauwe banden hadden met de lokale paramilitaire leiders. Onder meer omwille van het feit dat president Uribe zelf uit het rechtse kamp kwam, werd al snel gevreesd dat het aanknopen van onderhandelingen met de paramilitairen vooral was bedoeld om de paramilitaire leiders de gelegenheid te geven om hun macht en invloed te legitimeren. De 127

4 Internationaal Humanitair Recht in de kijker 2007 vrees was dat dit proces ten koste zou gaan van de rechten van de slachtoffers inzake gerechtigheid, waarheid en herstel en zou leiden tot een feitelijke straffeloosheid voor de paramilitairen. Het eerste ontwerp voor de GVW dat de regering Uribe in augustus 2003 bij het parlement indiende, werd afgewezen o.m. omwille van de felle kritiek die vanuit lokale en internationale mensenrechtenhoek werd geuit. Begin 2005 diende de regering dan een nieuw ontwerp in, dat echter door velen opnieuw als te mild voor de paramilitairen werd aanzien. Dit zette een groep parlementsleden o.l.v. senator Rafael Pardo ertoe aan om zelf een alternatief voorstel bij het parlement in te dienen. Na een maandenlang debat werd de GVW dan in haar huidige vorm aangenomen, maar de mensenrechtenkritiek op de wet weigerde te verstommen. Human Rights Watch, de VN Hoog Commissaris voor de Mensenrechten, de Inter-Amerikaanse Commissie voor Mensenrechten en vele andere lokale en internationale mensenrechtenorganisaties bleven zich tegen de wet verzetten. De belangrijkste kritiek was dat de GVW niet met de heersende internationale normen rond waarheid, gerechtigheid en herstel in overeenstemming was en dat in de wet te weinig werd gedaan om de ontmanteling van de criminele netwerken van de paramilitairen te bevorderen. Kort na de inwerkingtreding van de GVW dienden een aantal mensenrechtenorganisaties en ngo s bij het Colombiaanse Grondwettelijk Hof dan ook een petitie in om de wet in haar geheel ongrondwettelijk te verklaren. In mei 2006 besloot het Hof met een meerderheid van zes rechters tegen drie om niet op dat verzoek in te gaan, maar om de wet wel op een aantal belangrijke punten te wijzigen. Zo versterkte het Hof o.m. de voorwaarden die de wet aan de paramilitairen stelt om van de in de GVW voorziene strafvermindering te kunnen genieten, m.n. wat betreft de verplichting om de volledige waarheid te vertellen en om herstelbetalingen aan de slachtoffers te doen. Tevens breidde het Hof de rol van de slachtoffers in de GVWprocessen uit door te bepalen dat hun recht op deelname zich uitstrekt tot alle fasen van het onderzoek. De beslissing in haar geheel werd door de meeste mensenrechtenorganisaties als een belangrijke stap voorwaarts aanzien. Zo verklaarde Human Rights Watch in een persbericht dat het Hof de wet in lijn had gebracht met de internationale standaarden op het gebied van waarheid, gerechtigheid en herstel. In Colombia zelf bleven een aantal meestal kleinere slachtofferorganisaties zich echter tegen de wet verzetten. 128

5 Gerechtigheid en Vrede Wet De GVW is inhoudelijk een erg brede wet die enerzijds een volledig juridisch kader omvat voor de demobilisatie en berechting van de leden van irreguliere gewapende groepen en anderzijds een reeks van overgangsjustitiemaatregelen voorziet voor de slachtoffers van mensenrechtenschendingen begaan door die gewapende groepen. In dit artikel gaat de aandacht vooral uit naar de bepalingen betreffende de strafrechtelijke vervolging van de leden van de gewapende groepen en het recht van de slachtoffers op herstel en deelname aan het strafrechtelijke proces. Het is vooreerst belangrijk om aan te stippen dat, ondanks het feit dat de wet tot stand kwam tegen de achtergrond van de onderhandelingen tussen de paramilitaire groeperingen en de regering Uribe, formeel juridisch de toepassing van de GVW zich niet beperkt tot die groeperingen. De wet regelt in principe de individuele of collectieve demobilisatie en reïntegratie van de leden van alle irreguliere gewapende groeperingen in Colombia, daarin begrepen de FARC en het ELN. In praktijk zijn tot op heden enkel de paramilitairen tot een collectieve demobilisatie overgegaan en blijven de FARC en, in mindere mate, de ELN in staat van oorlog met de Colombiaanse overheid. Verscheidene pogingen van de regering om ook met die laatste twee bewegingen tot een akkoord te komen of er op zijn minste formele vredesonderhandelingen mee te beginnen zijn tot hiertoe op niets uitgedraaid. Dat neemt echter niet weg dat in de voorbije maanden een (beperkt) aantal FARC leden op individuele basis onder de GVW tot demobilisatie zijn overgegaan. Voor een goed begrip van de inhoud van GVW is het belangrijk om even stil te staan bij de eigenlijke basiswet voor de demobilisatie van leden van irreguliere gewapende groepen, met name de Wet 782 van 23 december Deze wet verleent amnestie aan diegenen die vrijwillig demobiliseren voor wat het Colombiaanse strafrecht omschrijft als de misdaad van rebellie en muiterij. Deze wet kan echter niet worden toegepast wanneer een persoon zich tijdens zijn of haar periode als lid van een irreguliere gewapende groepering aan ernstige misdaden (moord, marteling, ontvoering ) heeft schuldig gemaakt. Voor die laatste categorie van gedemobiliseerden moet de GVW een uitweg bieden. De overgrote meerderheid van de meer dan paramilitairen die zich in de voorbije twee jaar demobiliseerde, 129

6 Internationaal Humanitair Recht in de kijker 2007 deed dit met toepassing van Wet 782. Zij genieten in principe een volledige amnestie en hebben tevens recht op hulp bij hun reïntegratie in de Colombiaanse samenleving. In de meeste gevallen gaat het om gewone soldaten van de paramilitaire beweging met weinig of geen beslissingsbevoegdheid. Iets meer dan paramilitairen worden verdacht van misdaden die de toepassing van Wet 782 uitsluiten. Zij moeten worden berecht onder de GVW. Eén van de belangrijkste aspecten van de speciale strafrechtsprocedure in de GVW is dat de gedemobiliseerden in vergelijking met het gewone Colombiaanse strafrecht van een zeer aanzienlijke strafvermindering genieten, als ze tenminste de in de wet neergelegde voorwaarden naleven. Daar waar bijvoorbeeld de paramilitaire leiders voor het soort misdaden dat ze hebben begaan onder het gewone Colombiaanse strafwetboek de kans zouden lopen om tot een levenslange gevangenisstraf te worden veroordeeld, voorziet de GVW een maximumstraf van acht jaar, ongeacht de ernst van de misdaad. De belangrijkste voorwaarde waaraan de gedemobiliseerden moeten voldoen, is dat ze alle misdaden die ze als paramilitair hebben begaan vrijwillig moeten bekennen. Na de uitspraak van het Grondwettelijk Hof verliezen ze de voordelen van de GVW als later blijkt dat ze niet tot een volledige bekentenis zijn overgegaan. Daarnaast moeten de gedemobiliseerden ook vrijwillig alle illegaal verkregen bezittingen overdragen aan een onder de GVW opgericht Herstelfonds voor Slachtoffers. Ten slotte moeten de gedemobiliseerden zich van alle illegale activiteiten onthouden en voorziet de GVW dat, indien blijkt dat het uiteindelijke doel van de vroegere paramilitaire activiteiten de drugshandel was, de betrokkene niet van de voordelen van de GVW kan genieten. Worden die voorwaarden niet nageleefd, dan stelt de betrokkene zich bloot aan gewone strafrechtelijke vervolging. Naast de individuele voorwaarden voorziet de wet ook een aantal belangrijke voorwaarden waaraan de paramilitaire groeperingen als dusdanig moeten voldoen. Deze zijn voor dit artikel echter minder van belang. De GVW kent de slachtoffers van de irreguliere gewapende groepen expliciet drie rechten toe: het recht op gerechtigheid, het recht op waarheid en het recht op herstel. Met betrekking tot het recht op gerechtigheid verbindt de staat zich tot het voeren van een effectief strafrechtelijk onderzoek naar 130

7 wat de slachtoffers is overkomen. Dit moet leiden tot de identificatie, arrestatie en bestraffing van de daders. De GVW bepaalt verder dat de gemeenschap in haar geheel en de slachtoffers in het bijzonder het recht hebben om de volledige waarheid te kennen over de misdaden die door de irreguliere gewapende groepen zijn begaan. De wet verwijst uitdrukkelijk naar het recht van families om te weten wat er met hun verdwenen en gekidnapte naasten is gebeurd. Dit verwijst naar één van de meeste pijnlijke uitwassen van de burgeroorlog in Colombia met name het massaal kidnappen en gijzelen van burgers voor politieke en financiële doeleinden. Zo houdt de FARC ook vandaag nog honderden mensen gegijzeld in de Colombiaanse brousse. Daarnaast voorziet de wet ook dat het strafrechtelijke proces zelf op een manier moet worden gevoerd die het recht op de waarheid van de slachtoffers bevordert. Ten slotte definieert de GVW het recht op herstel als het recht op restitutie, compensatie, morele schadevergoeding, rehabilitatie en de garantie dat de strafbare feiten in de toekomst niet zullen worden herhaald. De GVW bevat ook een omvangrijk institutioneel luik. Zo richt de wet de Nationale Commissie voor Herstel en Verzoening (Comisión Nacional de Reparacion y Reconciliación) op die een soort van overzichtsfunctie heeft voor de toepassing van de wet. De Commissie is samengesteld uit vertegenwoordigers van de staat en de regering (6), de civiele maatschappij (5) en slachtofferorganisaties (2). De Commissie heeft onder meer als taak ervoor te zorgen dat de slachtoffers hun rechten onder de GVW ook effectief kunnen uitoefenen. Hierbij nemen het recht om deel te nemen aan de strafrechtelijke procedures en het recht op herstel een centrale plaats in. De GVW draagt de Commissie ook op om aanbevelingen te doen m.b.t. de criteria voor slachtofferherstel en een nationaal slachtofferherstelplan op te stellen. De GVW richt ook drie specifieke Gerechtigheid en Vrede Rechtbanken op die samen met een specifieke Gerechtigheid en Vrede Cel binnen het Bureau van de Procureur moeten zorgen voor de vervolging en berechting van de gedemobiliseerden die onder de wet vallen. De Gerechtigheid en Vrede Rechtbanken moeten zich tevens uitspreken over aanvragen tot slachtofferherstel. De GVW voorziet ten slotte ook in de oprichting van een Herstelfonds voor Slachtoffers dat op beslissing van de Gerechtigheid en Vrede Rechtbanken herstelbetalingen aan de slachtoffers moet maken. 131

8 Internationaal Humanitair Recht in de kijker 2007 De Gerechtigheid en Vrede Wet in de praktijk Hoe werkt de GVW-strafrechtsprocedure nu in de praktijk? Om hun recht tot deelname en/of herstel uit te oefenen, moeten de slachtoffers hiertoe een verklaring afleggen bij de lokale procureur, het rechtshulpbureau of, in de regio s waar de Commissie aanwezig is, het lokale bureau van de Nationale Commissie voor Herstel en Verzoening. Het is de bedoeling dat de slachtoffers met die verklaring ook informatie verstrekken over wat is voorgevallen en wie zij voor de misdaad of mensenrechtenschending verantwoordelijk houden. In praktijk is de verstrekte informatie veelal onvolledig. Dikwijls kennen de slachtoffers de identiteit van de daders niet en in streken waar verschillende gewapende groeperingen actief waren, is het voor slachtoffers moeilijk om precies te weten van welke groepering ze het slachtoffer waren. Het zal dus in veel gevallen aan de Gerechtigheid en Vrede Cel binnen het Bureau van de Procureur zijn om uit te maken van welke persoon of groepering iemand het slachtoffer was. Niettegenstaande de veiligheidssituatie vooral op het platteland precair blijft, dienden volgens officiële schattingen tot op heden al meer dan slachtoffers een aanvraag tot deelname en/of herstel in. Wat betreft de gedemobiliseerden die voor de Gerechtigheid en Vrede Rechtbanken moeten worden berecht, begint de procedure met een kort initieel onderzoek door het Bureau van de Procureur naar de algemene achtergrond van de betrokkene. Deze initiële fase wordt gevolgd door de Audiencia de Versión Libre, wat misschien nog het best wordt vertaald als waarheidssessie. Zoals eerder aangegeven, is één van de voorwaarden voor de gedemobiliseerden om van de GVW strafvermindering te kunnen genieten, het vertellen van de volledige waarheid over de misdaden gepleegd als lid van de paramilitaire beweging. Dit gebeurt in de waarheidssessie. Tijdens die sessies die in principe open zijn voor het publiek vertelt de gedemobiliseerde aan een vertegenwoordiger van het Bureau van de Procureur welke misdaden hij of zij als lid van de paramilitaire beweging heeft gepleegd. Slachtoffers kunnen aan de sessie deelnemen en via een hiervoor aangestelde persoon zelf vragen stellen aan de betrokkene. Afhankelijk van de rang en belangrijkheid van de gedemobiliseerde kan een waarheidsessie verscheidene dagen of weken duren. Tot op heden hebben al een tiental gedemobiliseerden dit gedeelte van de strafrechts- 132

9 procedure doorlopen, dikwijls onder grote publieke belangstelling. Hoewel de waarheidssessies voor de slachtoffers van groot belang zijn, heeft de beslissing van het Grondwettelijk Hof in deze materie een groot probleem veroorzaakt. In zijn arrest bepaalde het Hof immers dat het Bureau van de Procureur verplicht is om alle strafbare feiten die een gedemobiliseerde bekent, te onderzoeken. Hoewel deze verplichting vanuit mensenrechtenhoek positief werd onthaald, dreigt ze een zware hypotheek te leggen op de berechting en de bestraffing van de paramilitaire leiders. De meeste van die leiders zijn immers verantwoordelijk voor tientallen zoniet honderden strafbare feiten die ze in principe allemaal moeten opbiechten, ongeacht of het gaat om zware of minder zware feiten. Ten gevolge van de uitspraak van het Hof ziet het Bureau van de Procureur zich dus verplicht om voor iedere paramilitaire leider onderzoek te voeren naar de waarachtigheid van tientallen of honderden strafbare feiten die zich soms tien of twintig jaar geleden hebben afgespeeld. Het is evident dat de paramilitaire leiders hier gebruik van (zullen) maken om hun berechting zo lang mogelijk uit te stellen. De verplichting om alle strafbare feiten te onderzoeken, staat in schril contrast met de gangbare praktijk waar het de procureur is die bepaalt voor welke feiten iemand wordt vervolgd en waarop het strafrechtelijk onderzoek wordt toegespitst. Zeker in situaties van massale mensenrechtenschendingen zullen leiders zelden vervolgd worden voor alle strafbare feiten die ze op hun kerfstok hebben, juist omdat het materieel veelal onmogelijk is om naar al die feiten onderzoek te voeren. Wat betreft de verdere procedure, volgt na het aflopen van de waarheidssessie het onderzoek ten gronde naar de strafbare feiten die de betrokkene heeft bekend. Op het moment dat dit artikel werd geschreven, was het onderzoek ten gronde nog voor geen enkele zaak afgerond. Op grond van de bevindingen in dit onderzoek stelt het Bureau van de Procureur dan een formele tenlastelegging op die door de betrokkene moet aanvaard en ondertekend worden. Bij weigering wordt de zaak naar een gewone strafrechtbank verwezen. Vervolgens start dan de rechtzaak voor één van de drie Gerechtigheid en Vrede Rechtbanken die op haar beurt in verschillende fasen zal verlopen. In een eerste fase bekijkt de rechtbank de tenlastelegging en wordt aan de betrokkene gevraagd te bevestigen dat hij of zij die 133

10 Internationaal Humanitair Recht in de kijker 2007 aanvaardt. Dan is het de beurt aan de slachtoffers om hun eisen tot herstel te formuleren. Het is aan de Rechtbank om uit te maken welke personen in een bepaalde zaak als slachtoffers kunnen optreden, met inachtneming van de wettelijke bepalingen ter zake. Hoe dit in het licht van het grote aantal (potentiële) slachtoffers dat zich tot op heden al heeft aangemeld - een aantal dat naar verwacht wordt nog verder zal toenemen - praktisch zal moeten gebeuren, is nog niet duidelijk. De laatste stap is dan de uitspraak van de Rechtbank over de straf en de vraag tot herstel van de slachtoffers. Enkele bedenkingen bij het Colombiaanse model Mede dankzij de kritiek vanuit mensenrechtenhoek op de eerste pogingen van de regering Uribe om met de paramilitairen tot een vergelijk te komen, heeft Colombia nu een overgangsjustitiewet die de strafrechtelijke veroordeling van de paramilitairen die ernstige misdaden hebben begaan, centraal stelt. Er blijven terechte vragen over de effectieve ontmanteling van de financiële en economische structuren die door de paramilitairen werden opgezet. Het is zonder twijfel juist om te stellen dat in delen van het land de politieke invloed van sommige paramilitaire leiders nog niet volledig is getaand. Ook kan er kritiek worden uitgeoefend op de relatief lichte maximumstrafmaat die de GVW voorziet hoewel het onzeker is of de regering Uribe de politieke ruimte had om de paramilitaire leiders een zwaardere strafmaat te doen aanvaarden. Maar Colombia heeft nu een wet die het recht van slachtoffers op waarheid, gerechtigheid en herstel uitdrukkelijk vastlegt en aan speciaal daarvoor opgerichte instellingen de opdracht geeft ervoor te zorgen dat de slachtoffer die rechten ook effectief kunnen uitoefenen. De GVW heeft ook een duidelijk innovatief karakter onder meer inzake de integratie van een waarheidsprocedure in het strafproces en de financiering van het Herstelfonds voor Slachtoffers door bezittingen van diegenen die voor de mensenrechtenschendingen verantwoordelijk waren. Dit zijn ongetwijfeld elementen die voor overgangsjustitie in andere postconflictlanden als voorbeeld kunnen dienen. En toch blijft er een groot probleem: het is erg onwaarschijnlijk dat het systeem zoals het door de GVW is opgezet, in haar huidige vorm kan werken. 134

11 Waarom? Om op die vraag een antwoord te geven, is het belangrijk om even stil te staan bij de omvang van het werk dat de GVW-instellingen te wachten staat. Samengevat komt de werklast ongeveer hier op neer. Het Bureau van de Procureur moet duizenden strafbare feiten onderzoeken en voor tienduizenden personen bepalen of ze al dan niet slachtoffer zijn in de zin van de GVW en, zo ja, van welke groepering of dader. Tevens moet het Bureau voor meer dan gedemobiliseerde paramilitairen waarheidssessies houden, tenlastenleggingen voorbereiden en deelnemen aan de rechtsgang. De drie Gerechtigheid en Vrede Rechtbanken moeten diezelfde gedemobiliseerden berechten en voor naar alle waarschijnlijkheid uiteindelijk meer dan honderdduizend slachtoffers herstelmaatregelen bepalen. Ten slotte zal de Colombiaanse staat ervoor moeten zorgen dat de beslissingen van de Rechtbanken volledig worden uitgevoerd. Het is moeilijk om tegen die achtergrond niet te besluiten dat het onwaarschijnlijk is dat de GVW-strafrechtsprocedures binnen een redelijke termijn zullen afgerond worden, zelfs als een vijftiental jaar als redelijke termijn wordt aanzien (wat niet strookt met het verwachtingspatroon van veel slachtoffers). Hierbij dient er trouwens op gewezen te worden dat de hier omschreven werklast uitsluitend de paramilitaire groeperingen betreft. Mocht de regering in de toekomst ook met het ELN en de FARC tot een gelijkaardige regeling komen, wordt de omvang van de werklast op zijn minst verdubbeld. Een deel van de oorzaak van dit aangekondigde falen kan zeker gezocht worden bij de specifieke procedurele kenmerken van het systeem dat de GVW invoerde. Het doorvoeren van een aantal hervormingen zou tot op zekere hoogte een oplossing kunnen bieden. Zo is bijvoorbeeld het aantal bevoegde rechtbanken onder de GVW veel te klein. Het is onmogelijk om dergelijke werklast met slechts drie rechtbanken tot een goed einde te brengen. Het aantal bevoegde rechtbanken moet dus drastisch worden opgevoerd. Of dit realistisch is, is onzeker in het licht van de concurrerende noden elders in het justitieapparaat. Daarnaast is ook de regel die het Bureau van de Procureur verplicht om ieder strafbaar feit dat door gedemobiliseerde paramilitair in de waarheidsessie wordt bekend ten gronde te onderzoeken, onhoudbaar. Ongeacht hoeveel extra middelen het Bureau van de Procureur toegeschoven krijgt, het naleven van dergelijke regel is niet haalbaar in een land waar de paramilitaire gewelddaden en mensen- 135

12 Internationaal Humanitair Recht in de kijker 2007 rechtenschendingen zich over verscheidene decennia uitstrekken. Ten slotte is ook de voorziening dat het individuele slachtofferherstel via de GVWrechtbanken dient te verlopen niet noodzakelijkerwijze de beste oplossing wanneer het zoals in Colombia gaat over vele tienduizenden slachtoffers. Zo zou het instellen van een administratieve procedure die de slachtoffers op korte termijn monetaire compensatie voor hun lijden en verlies kan verschaffen waarschijnlijk een meer realistische, effectieve en uiteindelijk slachtoffervriendelijke manier van werken zijn. Maar zelfs als deze en andere aanpassingen worden doorgevoerd, blijft de vraag of het in een context als Colombia haalbaar is om personen en in de toekomst indien er met de FARC en het ELN een vredesakkoord wordt gesloten misschien het dubbele aantal voormalige leden van irreguliere gewapende groepen te vervolgen voor de misdaden die gedurende vier decennia werden gepleegd. Het antwoord op die vraag is belangrijk ook voor de internationale mensenrechtengemeenschap: het bepaalt immers mede of een ruime strafrechtelijke strijd tegen straffeloosheid in dergelijke context inderdaad een goed politiek doel is om na te streven voor die gemeenschap. Dit is uiteraard een erg complexe discussie die in een kort artikel als dit niet exhaustief kan worden behandeld. Dit artikel poneert dan ook louter als initieel discussiepunt dat een context als Colombia een ietwat andere focus vereist. Het heeft immers politiek weinig zin, en is wat betreft de vredesopbouw zelfs contraproductief, om voor te houden dat een land op grote schaal vervolgingen dient in te stellen, als op voorhand geweten is dat dit omwille van de context en de staatscapaciteit praktisch onhaalbaar is, ongeacht de aanwezige politieke wil. Het feit dat dergelijk discours onder de slachtoffers verwachtingen schept of ondersteunt die naar alle waarschijnlijkheid nooit vervuld zullen worden, is op zich al een voldoende reden om inzake de promotie van de strafrechtelijke strijd tegen de straffeloosheid, politiek een zekere terughoudendheid aan de dag te leggen. Dit is uiteraard geen pleidooi voor een terugkeer naar de situatie waar een algemene amnestie een aanvaardbare manier was om met een postconflictsituatie om te gaan. Maar het is wel een pleidooi voor een politiek discours dat onbuigzaam is m.b.t. de nood aan strafrechtelijke vervolging en berechting van een beperkte groep leiders van de paramilitaire groeperingen, maar tegelijkertijd erkent dat voor de grote meerderheid van de gedemobiliseerden die nu onder de GVW moeten worden berecht, amnestie waarschijnlijk 136

13 de enige uitweg zal zijn. Zulk discours zou ook een grotere nadruk leggen op de nood aan andere overgangsjustitie-maatregelen. Een herverdeling van land, snelle en effectieve herstelmaatregelen voor de slachtoffers van het geweld en een uitgebreide waarheids- en verzoeningsprocedure hebben in een land als Colombia waarschijnlijk een groter potentieel om echt een verschil te maken in het leven de slachtoffers dan de strafrechtelijke vervolging van duizenden gedemobiliseerde paramilitairen. Slotbeschouwingen De bovenstaande bedenkingen lijken ook voor andere postconflictsituaties relevant. Immers, als we de huidige internationale situatie bekijken, wat zijn dan het type landen dat in de nabije toekomst (hopelijk) aan overgangsjustitie-maatregelen toe zijn? Hoewel er een ruime keuze is, behoren landen als Zimbabwe, Soedan, Irak, de Democratische Republiek Congo, Myanmar en Afghanistan zeker tot deze groep. Die landen hebben gemeen dat het aantal geweldplegingen en mensenrechtenschendingen er erg hoog ligt en dat ze sinds lange tijd geconfronteerd worden met een intern conflict, onderdrukking door autoritaire regimes of beide samen. Het gaat ook om staten die op zijn minst als institutioneel zwak kunnen worden omschreven en die nu of in de nabije toekomst enorme wederopbouw-uitdagingen te wachten staan. Het lijkt dus realistisch om te veronderstellen dat geen van die landen op afzienbare tijd in staat zal zijn om een noemenswaardig gedeelte van de honderden of zelfs duizenden die bij de mensenrechtenschendingen betrokken zijn, te vervolgen. De huidige ervaringen van het Internationaal Strafhof in de Democratische Republiek Congo en Oeganda laten betwijfelen dat het Hof in staat zal zijn om die leemte op een betekenisvolle manier in te vullen. Een discours dat minder nadruk legt op de nood aan vervolgingen en meer op concrete, toepasbare oplossingen om het leven van de slachtoffers van al dat geweld te verbeteren, is ook voor die landen misschien een betere politieke strategie. 137

AANGENOMEN TEKSTEN. Resolutie van het Europees Parlement van 20 januari 2016 ter ondersteuning van het vredesproces in Colombia (2015/3033(RSP))

AANGENOMEN TEKSTEN. Resolutie van het Europees Parlement van 20 januari 2016 ter ondersteuning van het vredesproces in Colombia (2015/3033(RSP)) Europees Parlement 2014-2019 AANGENOMEN TEKSTEN P8_TA(2016)0016 Vredesproces in Colombia Resolutie van het Europees Parlement van 20 januari 2016 ter ondersteuning van het vredesproces in Colombia (2015/3033(RSP))

Nadere informatie

Speech van minister Van der Steur, minister van Veiligheid en Justitie op de EU-dag tegen straffeloosheid op 23 mei 2016

Speech van minister Van der Steur, minister van Veiligheid en Justitie op de EU-dag tegen straffeloosheid op 23 mei 2016 Speech van minister Van der Steur, minister van Veiligheid en Justitie op de EU-dag tegen straffeloosheid op 23 mei 2016 Hartelijk dank aan mevr. Coninsx en Eurojust. De rol van Eurojust als medeorganisator

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Rijnstraat 8 2515 XP Den Haag Postbus 20061 Nederland www.rijksoverheid.nl Datum 22 december 2017 Betreft Beantwoording vragen

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 6 maart 2003 (OR. en) 6505/03 CRIMORG 11

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 6 maart 2003 (OR. en) 6505/03 CRIMORG 11 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 6 maart 2003 (OR. en) 6505/03 CRIMORG 11 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Initiatief van het Koninkrijk Denemarken met het oog op de aanneming van

Nadere informatie

2012 STAATSBLAD No. 169 VAN DE REPUBLIEK SURINAME

2012 STAATSBLAD No. 169 VAN DE REPUBLIEK SURINAME 2012 1 2012 STAATSBLAD VAN DE REPUBLIEK SURINAME WET van 29 oktober 2012, houdende goedkeuring van de toetreding van de Republiek Suriname tot de International Convention for the Suppression of the Financing

Nadere informatie

De EU-lijst van personen, groepen en entiteiten waarvoor specifieke maatregelen ter bestrijding van het terrorisme gelden

De EU-lijst van personen, groepen en entiteiten waarvoor specifieke maatregelen ter bestrijding van het terrorisme gelden EUROPESE UNIE ~OVERZICHT~ De EU-lijst van personen, groepen en entiteiten waarvoor specifieke maatregelen ter bestrijding van het terrorisme gelden PERS 6 februari 2008 In december 2001 heeft de EU voor

Nadere informatie

Bron: nieuwsberichtenservice Ministerie van Buitenlandse Zaken

Bron: nieuwsberichtenservice Ministerie van Buitenlandse Zaken Bron: nieuwsberichtenservice Ministerie van Buitenlandse Zaken Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Van Bommel over het mogelijk diskwalificeren van

Nadere informatie

HERSTELBEMIDDELING (slachtoffer- dader bemiddeling)

HERSTELBEMIDDELING (slachtoffer- dader bemiddeling) HERSTELBEMIDDELING (slachtoffer- dader bemiddeling) DIENST Gent - Oudenaarde EEDVERBONDKAAI 285 9000 GENT DIENST Dendermonde OLV KERKPLEIN 30 9200 Dendermonde OOST-VLAANDEREN Voor wie? Slachtoffer/ daders

Nadere informatie

FORMELE bevestiging, gericht aan de heer Jerzy Buzek, voorzitter van het Europees Parlement.

FORMELE bevestiging, gericht aan de heer Jerzy Buzek, voorzitter van het Europees Parlement. FORMELE bevestiging, gericht aan de heer Jerzy Buzek, voorzitter van het Europees Parlement. Betreft: De onverenigbaarheid van de heer Louis Michel met zijn ambt als parlementslid. Onderwerp: Verzoek om

Nadere informatie

Meneer de President, Excellenties, mevrouw Wijdenbosch, Dames en Heren,

Meneer de President, Excellenties, mevrouw Wijdenbosch, Dames en Heren, Toespraak H.E. Ms. M.W.J.A. Tanya van Gool, Ambassadeur van het Koninkrijk der Nederlanden in de Republiek Suriname Voor de gelegenheid van Parlementair Regionaal Seminar: Internationale Veiligheid: De

Nadere informatie

P5_TA(2002)0269. Toekomstige ontwikkeling van Europol

P5_TA(2002)0269. Toekomstige ontwikkeling van Europol P5_TA(2002)0269 Toekomstige ontwikkeling van Europol Aanbeveling van het Europees Parlement aan de Raad over de toekomstige ontwikkeling van Europol en zijn volledige opneming in het institutioneel bestel

Nadere informatie

De indiener vraagt de Commissie een onderzoek in te stellen naar

De indiener vraagt de Commissie een onderzoek in te stellen naar Samenvatting aangemelde strafzaken Toegangscommissie CEAS 2006/0001 wetenschapper Indiener vraagt de Commissie een onderzoek in te stellen naar een strafzaak, die heeft geleid tot onherroepelijke veroordelingen

Nadere informatie

Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam

Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam T 020 535 2637 Advies Luchtaanvallen IS(IS) Datum 24 september 2014 Opgemaakt door Prof. dr. P.A. Nollkaemper

Nadere informatie

STRAFRECHTELIJKE VERANTWOORDELIJKHEID VAN MINISTERS. Wet van 25 juni 1998 tot regeling van de strafrechtelijke verantwoordelijkheid van ministers 1

STRAFRECHTELIJKE VERANTWOORDELIJKHEID VAN MINISTERS. Wet van 25 juni 1998 tot regeling van de strafrechtelijke verantwoordelijkheid van ministers 1 STRAFRECHTELIJKE VERANTWOORDELIJKHEID VAN MINISTERS Wet van 25 juni 1998 tot regeling van de strafrechtelijke verantwoordelijkheid van ministers 1 TITEL I TOEPASSINGSGEBIED Artikel 1 Deze wet regelt een

Nadere informatie

A AN B E V E L I N G Nr

A AN B E V E L I N G Nr A AN B E V E L I N G Nr. 25 ---------------------------------------- Aanbeveling aan de paritaire comités betreffende de strafbaarstelling van inbreuken op algemeen verbindend verklaarde cao-bepalingen

Nadere informatie

De indiener vraagt de Commissie een onderzoek in te stellen naar zijn

De indiener vraagt de Commissie een onderzoek in te stellen naar zijn Samenvatting aangemelde strafzaken Toegangscommissie Dossiernummer: CEAS 2006/0001 wetenschapper Indiener vraagt de Commissie een onderzoek in te stellen naar een strafzaak, die heeft geleid tot onherroepelijke

Nadere informatie

Wat is inter - nationaal recht?

Wat is inter - nationaal recht? Wat is inter - nationaal recht? 2 Elk land heeft wetten en regels waar iedereen zich aan moet houden. Als je naar een ander land gaat, moet je je aan andere regels en wetten houden. Als je dat niet doet,

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 27 JUNI 2012 P.12.0873.F/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.12.0873.F I. P. D. V., II. III. IV. P. D. V., P. D. V., P. D. V., V. P. D. V., Mrs. Cédric Vergauwen en Olivia Venet, advocaten bij de

Nadere informatie

een als misdrijf omschreven feit proces-verbaal procureur des Konings parket of van het Openbaar Ministerie

een als misdrijf omschreven feit proces-verbaal procureur des Konings parket of van het Openbaar Ministerie uitgave juni 2015 Minderjarigen kunnen volgens de Belgische wet geen misdrijven plegen. Wanneer je als jongere iets ernstigs mispeutert, iets wat illegaal is, pleeg je een als misdrijf omschreven feit

Nadere informatie

rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen Kamer AC...15 oktober 2018 Vonnis Inzake het Openbaar Ministerie

rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen Kamer AC...15 oktober 2018 Vonnis Inzake het Openbaar Ministerie Vonnisnummer / Griffienummer / Rolnummer rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen Kamer AC...15 oktober 2018 Vonnis Aangeboden op Inzake het Openbaar Ministerie en BURGERLIJKE PARTIJ(EN)

Nadere informatie

Tekst en tekeningen door Colombiaanse vluchtelingenkinderen in Ecuador. UNHCR / S. Aguilar

Tekst en tekeningen door Colombiaanse vluchtelingenkinderen in Ecuador. UNHCR / S. Aguilar Tekst en tekeningen door Colombiaanse vluchtelingenkinderen in Ecuador UNHCR / S. Aguilar UNHCR / S.Aguilar Tekst en tekeningen door Colombiaanse vluchtelingenkinderen in Ecuador UNHCR, Europese vertegenwoordiging,

Nadere informatie

14098/15 VER/mt 1 DG C 1

14098/15 VER/mt 1 DG C 1 Raad van de Europese Unie Brussel, 17 november 2015 (OR. fr) 14098/15 RESULTAAT BESPREKINGEN van: d.d.: 17 november 2015 aan: het secretariaat-generaal van de Raad de delegaties COAFR 334 CFSP/PESC 757

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijleer Rechtsregels

Samenvatting Maatschappijleer Rechtsregels Samenvatting Maatschappijleer Rechtsregels Samenvatting door J. 867 woorden 25 mei 2013 6,8 2 keer beoordeeld Vak Maatschappijleer dit is een gedragsregel die nageleefd moet worden, deze is afdwingbaar

Nadere informatie

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0058/1. Amendement. Sabine Lösing, Tania González Peñas namens de GUE/NGL-Fractie

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0058/1. Amendement. Sabine Lösing, Tania González Peñas namens de GUE/NGL-Fractie 6.3.2019 A8-0058/1 1 Paragraaf 17 17. benadrukt voortdurende steun van de EU voor een inclusief vredes- en verzoeningsproces onder leiding van en gestuurd door Afghanistan zelf, met inbegrip van de uitvoering

Nadere informatie

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE HOGE VERTEGENWOORDIGER VAN DE UNIE VOOR BUITENLANDSE ZAKEN EN VEILIGHEIDSBELEID Brussel, 28.11.2016 JOIN(2016) 54 final 2016/0366 (NLE) Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Nadere informatie

Eindexamen vwo maatschappijwetenschappen 2014-I

Eindexamen vwo maatschappijwetenschappen 2014-I Opgave 1 Recht van spreken Bij deze opgave horen de teksten 1 tot en met 4 uit het bronnenboekje. Inleiding In het tijdschrift Crimelink van mei 2012 staat een bespreking van het boek Slachtoffer-dadergesprekken

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2015 477 Wet van 2 december 2015, houdende bepalingen verband houdende met de instelling van de rechtsopvolgers van in Nederland gevestigde internationale

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSGR:2003:AI1012

ECLI:NL:GHSGR:2003:AI1012 ECLI:NL:GHSGR:2003:AI1012 Instantie Datum uitspraak 11-06-2003 Datum publicatie 12-08-2003 Zaaknummer 2200326602 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-gravenhage

Nadere informatie

Het puntenpaspoort Auteur: VNL Datum: Oktober 2016

Het puntenpaspoort Auteur: VNL Datum: Oktober 2016 Het puntenpaspoort Auteur: VNL Datum: Oktober 2016 Inleiding De samenleving wordt reeds lange tijd geconfronteerd met enorme criminaliteitscijfers van (niet-westerse) allochtonen. Deze categorie is drie

Nadere informatie

Eindexamen maatschappijleer vwo I

Eindexamen maatschappijleer vwo I Vraag Antwoord Opgave 2 Strafrecht en volkswil Scores 14 maximumscore 2 Voorbeelden van juiste antwoorden zijn: kenmerk 1 Het zich afzetten tegen het politieke establishment / het gevestigde politieke

Nadere informatie

VONNIS. De Correctionele Rechtbank van het arrondissement HASSELT, 16 kamer, heeft het volgende vonnis uitgesproken : INZAKE

VONNIS. De Correctionele Rechtbank van het arrondissement HASSELT, 16 kamer, heeft het volgende vonnis uitgesproken : INZAKE 1 e blad VONNIS Griffie nr.: 00293 Parket nr.: HA43.L4.107456-04 Rep.: 459 Vonnis dd. 01.03.2007 De Correctionele Rechtbank van het arrondissement HASSELT, 16 kamer, heeft het volgende vonnis uitgesproken

Nadere informatie

Heeft, na goedkeuring door De Nationale Assemblee, de Staatsraad gehoord, bekrachtigd de onderstaande wet:

Heeft, na goedkeuring door De Nationale Assemblee, de Staatsraad gehoord, bekrachtigd de onderstaande wet: Wet van houdende vaststelling van de status van Personen van Surinaamse Afkomst en de Rechten en Plichten die uit die status voortvloeien (Wet PSA) ---------------------------------------------------------------

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 januari 2002 (OR. en) 14759/01 JEUN 67 SOC 510

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 januari 2002 (OR. en) 14759/01 JEUN 67 SOC 510 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 15 januari 2002 (OR. en) 14759/01 JEUN 67 SOC 510 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Resolutie van de Raad en de vertegenwoordigers van de regeringen

Nadere informatie

ADVIES. Conceptwetsvoorstel inzake het recht op een eerlijk proces in de Grondwet

ADVIES. Conceptwetsvoorstel inzake het recht op een eerlijk proces in de Grondwet ADVIES Conceptwetsvoorstel inzake het recht op een eerlijk proces in de Grondwet Oktober 2014 1 Inleiding Een ieder heeft het recht op een eerlijk proces. Of het nu in een strafzaak of in een civiele zaak

Nadere informatie

Advies IS - Irak. Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law. Postbus BA Amsterdam T

Advies IS - Irak. Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law. Postbus BA Amsterdam T Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus 1030 1000 BA Amsterdam T 020 535 2632 Advies IS - Irak Datum 3 september 2014 Opgemaakt door Prof. dr. P.A. Nollkaemper Op

Nadere informatie

FACULTATIEF PROTOCOL BIJ HET VERDRAG INZAKE DE RECHTEN VAN HET KIND OVER DE BETROKKENHEID VAN KINDEREN IN GEWAPENDE CONFLICTEN

FACULTATIEF PROTOCOL BIJ HET VERDRAG INZAKE DE RECHTEN VAN HET KIND OVER DE BETROKKENHEID VAN KINDEREN IN GEWAPENDE CONFLICTEN FACULTATIEF PROTOCOL BIJ HET VERDRAG INZAKE DE RECHTEN VAN HET KIND OVER DE BETROKKENHEID VAN KINDEREN IN GEWAPENDE CONFLICTEN (niet officiële Nederlandse vertaling). (VP = Voorafgaande paragraaf) VP 1

Nadere informatie

Immigratie- en Naturalisatiedienst Ministerie van Veiligheid en Justitie

Immigratie- en Naturalisatiedienst Ministerie van Veiligheid en Justitie Immigratie- en Naturalisatiedienst Ministerie van Veiligheid en Justitie > Retouradres Postbus 1794 2280 DT Rijswijk Aan Ministerie van Buitenlandse Zaken Directie Consulaire Zaken en Migratiebeleid Afdeling

Nadere informatie

Federale Beroepscommissie voor de toegang tot milieu-informatie

Federale Beroepscommissie voor de toegang tot milieu-informatie Federale Beroepscommissie voor de toegang tot milieu-informatie 23 mei 2016 BESLISSING nr. 2016-6 over de weigering om toegang te geven tot het veiligheidsrapport van de reactor van Doel 3 (FBC/2016/03)

Nadere informatie

De correctionele rechtbank van het arrondissement Hasselt VONNIS van 19 NOVEMBER 2008

De correctionele rechtbank van het arrondissement Hasselt VONNIS van 19 NOVEMBER 2008 not.nr. 56.99.139-07 rep. Nr. 2293 De correctionele rechtbank van het arrondissement Hasselt VONNIS van 19 NOVEMBER 2008 INZAKE : CENTRUM VOOR GELIJKHEID VAN KANSEN EN VOOR RACISMEBESTRIJDING, Koningsstraat

Nadere informatie

32635 Strategie van Nederlands buitenlandbeleid. Brief van de minister van Buitenlandse Zaken

32635 Strategie van Nederlands buitenlandbeleid. Brief van de minister van Buitenlandse Zaken 32635 Strategie van Nederlands buitenlandbeleid Nr. 5 Brief van de minister van Buitenlandse Zaken Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 26 april 2012 Mede namens de Staatssecretaris

Nadere informatie

Wat is internationaal recht?

Wat is internationaal recht? Wat is internationaal recht? Elk land heeft wetten en regels waar iedereen zich aan moet houden. Als je naar een ander land gaat, moet je je aan andere regels en wetten houden. Als je dat niet doet, dan

Nadere informatie

Artikel I. De Rijkswet op het Nederlanderschap wordt als volgt gewijzigd:

Artikel I. De Rijkswet op het Nederlanderschap wordt als volgt gewijzigd: Wijziging van Rijkswet op het Nederlanderschap ter verruiming van de mogelijkheden voor het ontnemen en verlies van het Nederlanderschap bij terroristische activiteiten Allen, die deze zullen zien of horen

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1 + 2

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1 + 2 Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1 + 2 Samenvatting door een scholier 1853 woorden 27 oktober 2014 4,5 1 keer beoordeeld Vak Methode Maatschappijleer Delphi Hoofdstuk 1 Paragraaf 1 Een staat of

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2016:935

ECLI:NL:GHDHA:2016:935 ECLI:NL:GHDHA:2016:935 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 31-03-2016 Datum publicatie 06-04-2016 Zaaknummer 22-004068-15 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger

Nadere informatie

EUROPEES PARLEMENT. ONTWERPVERSLAG - Klamt (PE 302.228) over het voorstel voor een kaderbesluit van de Raad inzake de bestrijding van mensenhandel

EUROPEES PARLEMENT. ONTWERPVERSLAG - Klamt (PE 302.228) over het voorstel voor een kaderbesluit van de Raad inzake de bestrijding van mensenhandel EUROPEES PARLEMENT 1999 2004 Commissie vrijheden en rechten van de burger, justitie en binnenlandse zaken 8 mei 2001 PE 302.228/14-21 AMENDEMENTEN 14-21 ONTWERPVERSLAG - Klamt (PE 302.228) over het voorstel

Nadere informatie

Enkele achtergronden bij de beslissing om geen onderzoek in te stellen tegen Jorge Zorreguieta. Voorgeschiedenis. Aangifte 2001

Enkele achtergronden bij de beslissing om geen onderzoek in te stellen tegen Jorge Zorreguieta. Voorgeschiedenis. Aangifte 2001 Enkele achtergronden bij de beslissing om geen onderzoek in te stellen tegen Jorge Zorreguieta Voorgeschiedenis Aangifte 2001 Eerder werd aangifte gedaan tegen Jorge Zorreguieta in 2001 ter zake van foltering

Nadere informatie

Iedereen kan iets doen voor vredee

Iedereen kan iets doen voor vredee Iedereen kan iets doen voor vredee Van kleine tot grote activiteiten Alle beetjes durf tellen samen uiteindelijk op tot vrede3 PAXE Vrede wie durft= PAX staat voor vrede. Samen met mensen in conflictgebieden

Nadere informatie

betreffende de herdenking van de honderdste verjaardag van de Armeense genocide

betreffende de herdenking van de honderdste verjaardag van de Armeense genocide ingediend op 328 (2014-2015) Nr. 1 22 april 2015 (2014-2015) Voorstel van resolutie van Karim Van Overmeire, Ward Kennes, Jean-Jacques De Gucht, Marc Hendrickx, Bart Somers en Karl Vanlouwe betreffende

Nadere informatie

PROTOCOL TOT WIJZIGING VAN DE OVEREENKOMST TUSSEN HET KONINKRIJK BELGIE DE DEMOCRATISCHE REPUBLIEK CONGO TOT HET VERMIJDEN VAN DUBBELE BELASTING

PROTOCOL TOT WIJZIGING VAN DE OVEREENKOMST TUSSEN HET KONINKRIJK BELGIE DE DEMOCRATISCHE REPUBLIEK CONGO TOT HET VERMIJDEN VAN DUBBELE BELASTING PROTOCOL TOT WIJZIGING VAN DE OVEREKOMST TUSS HET KONINKRIJK BELGIE DE DEMOCRATISCHE REPUBLIEK CONGO TOT HET VERMIJD VAN DUBBELE BELASTING TOT HET VOORKOM VAN HET ONTDUIK HET ONTGAAN VAN BELASTING INZAKE

Nadere informatie

Suggesties voor een volgende editie, zijn welkom bij de auteur op Alle constructieve opmerkingen worden in dank aanvaard.

Suggesties voor een volgende editie, zijn welkom bij de auteur op Alle constructieve opmerkingen worden in dank aanvaard. Voorwoord Dit leerboek vormt een goede basis voor het opleidingsonderdeel strafrecht binnen een professionele bacheloropleiding. We denken hierbij in het bijzonder aan de afstudeerrichting Rechtspraktijk

Nadere informatie

Is het statuut van vluchteling verenigbaar met het statuut van terrorist? 20 september 2016

Is het statuut van vluchteling verenigbaar met het statuut van terrorist? 20 september 2016 Is het statuut van vluchteling verenigbaar met het statuut van terrorist? 20 september 2016 Inleiding Is het statuut van vluchteling verenigbaar met het statuut van een terrorist? > NEE, maar praktijk

Nadere informatie

Werk van iedereen. Democratisering en vredesopbouw

Werk van iedereen. Democratisering en vredesopbouw Werk van iedereen Democratisering en vredesopbouw Foto: Rebke Klokke Werk van Gladys Haar man werd vermoord. Haar broer ontvoerd. En zelf raakte Gladys getraumatiseerd door wat ze meemaakte tijdens de

Nadere informatie

RECHT EN SAMENLEVING ANDERS BEKEKEN

RECHT EN SAMENLEVING ANDERS BEKEKEN Wim Weymans RECHT EN SAMENLEVING ANDERS BEKEKEN Filosofische perspectieven Recht en samenleving anders bekeken Filosofische perspectieven Wim Weymans Acco Leuven / Den Haag Verantwoording 13 Inleiding 17

Nadere informatie

MEMORIE VAN TOELICHTING

MEMORIE VAN TOELICHTING Uitvoering van de op 10 en 11 juni 2010 te Kampala aanvaarde wijzigingen van het Statuut van Rome inzake het Internationaal Strafhof (Trb. 2011, 73) MEMORIE VAN TOELICHTING ALGEMEEN 1. Inleiding Dit wetsvoorstel

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 19 637 Vreemdelingenbeleid Nr. 1389 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR IMMIGRATIE EN ASIEL Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den

Nadere informatie

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE HOGE VERTEGENWOORDIGER VAN DE EUROPESE UNIE VOOR BUITENLANDSE ZAKEN EN VEILIGHEIDSBELEID Brussel, 13.4.2015 JOIN(2015) 10 final 2015/0073 (NLE) Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT

Nadere informatie

De concrete voorstellen in dit pamflet dragen in de optiek van de VVD bij aan het verwezenlijken van deze doelstellingen.

De concrete voorstellen in dit pamflet dragen in de optiek van de VVD bij aan het verwezenlijken van deze doelstellingen. Slachtoffer zijn van een misdrijf is ingrijpend. Het draagt bij aan de verwerking van dit leed als slachtoffers het gevoel hebben dat zij de aandacht krijgen die zij verdienen. Dat zij zo goed mogelijk

Nadere informatie

Deze brochure 3. Dagvaarding 3. Bezwaarschrift 3. Rechtsbijstand 4. Slachtoffer 4. Inzage in uw dossier 4. Getuigen en deskundigen 5.

Deze brochure 3. Dagvaarding 3. Bezwaarschrift 3. Rechtsbijstand 4. Slachtoffer 4. Inzage in uw dossier 4. Getuigen en deskundigen 5. U MOET TERECHTSTAAN INHOUD Deze brochure 3 Dagvaarding 3 Bezwaarschrift 3 Rechtsbijstand 4 Slachtoffer 4 Inzage in uw dossier 4 Getuigen en deskundigen 5 Uitstel 5 Aanwezigheid op de terechtzitting 6 Verstek

Nadere informatie

Methodologie verdachten. Politiële criminaliteitsstatistieken

Methodologie verdachten. Politiële criminaliteitsstatistieken Methodologie verdachten Politiële criminaliteitsstatistieken INHOUDSTAFEL VERDACHTEN: METHODOLOGISCHE HANDLEIDING... 3 Waarom?... 3 Wat verstaat men onder verdachten?... 3 Twee kenmerken: geslacht en leeftijd...

Nadere informatie

2018D24533 LIJST VAN VRAGEN

2018D24533 LIJST VAN VRAGEN 2018D24533 LIJST VAN VRAGEN De vaste commissie voor Justitie en Veiligheid heeft een aantal vragen voorgelegd aan de ministers van Buitenlandse Zaken en van Justitie en Veiligheid over de brief van 9 maart

Nadere informatie

(2002/C 42/07) Gelet op de Overeenkomst tot oprichting van een Europese Politiedienst ( 1 ), inzonderheid op artikel 43, lid 1,

(2002/C 42/07) Gelet op de Overeenkomst tot oprichting van een Europese Politiedienst ( 1 ), inzonderheid op artikel 43, lid 1, C 42/8 Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen 15.2.2002 II (Voorbereidende besluiten krachtens titel VI van het Verdrag betreffende de Europese Unie) Initiatief van het Koninkrijk Belgiº en het

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal De heer J. Voordewind Binnenhof 4 Den Haag. Den Haag, 26 juni 2008

Tweede Kamer der Staten-Generaal De heer J. Voordewind Binnenhof 4 Den Haag. Den Haag, 26 juni 2008 Tweede Kamer der Staten-Generaal De heer J. Voordewind Binnenhof 4 Den Haag Den Haag, 26 juni 2008 Dank voor het verslag van uw bezoek begin april aan Noord-Irak dat u mij 10 juni jl. aanbood. Uw reis

Nadere informatie

Koninklijk besluit van 4 mei 1999 betreffende het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten

Koninklijk besluit van 4 mei 1999 betreffende het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten Koninklijk besluit van 4 mei 1999 betreffende het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten Bron : Koninklijk besluit van 4 mei 1999 betreffende het Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten

Nadere informatie

Opgave 3 De burger als rechter

Opgave 3 De burger als rechter Opgave 3 De burger als rechter Bij deze opgave horen tekst 5 en de tabellen 2 en 3 uit het bronnenboekje. Inleiding Hoe behoren volgens het Nederlandse publiek veroordeelde plegers van misdrijven gestraft

Nadere informatie

De Minister van Veiligheid en Justitie mr. I.W. Opstelten Postbus EH Den Haag.

De Minister van Veiligheid en Justitie mr. I.W. Opstelten Postbus EH Den Haag. De Minister van Veiligheid en Justitie mr. I.W. Opstelten Postbus 20301 2500 EH Den Haag datum 30 oktober 2013 voorlichting contactpersoon doorkiesnummer 06-18609322 e-mail uw kenmerk 421548 onderwerp

Nadere informatie

1.2. De naleving en de uitvoering van de akkoorden uit het verleden. Belangrijke akkoorden uit het verleden werden nog niet uitgevoerd.

1.2. De naleving en de uitvoering van de akkoorden uit het verleden. Belangrijke akkoorden uit het verleden werden nog niet uitgevoerd. Eisenbundel 2015-2016 Inhoud 1. Inleiding... 3 1.1. Onderhandelingskader... 3 1.2. De naleving en de uitvoering van de akkoorden uit het verleden... 3 2. De herziening van de baremische schalen.... 3 2.1.

Nadere informatie

Rolnummer 4418. Arrest nr. 12/2009 van 21 januari 2009 A R R E S T

Rolnummer 4418. Arrest nr. 12/2009 van 21 januari 2009 A R R E S T Rolnummer 4418 Arrest nr. 12/2009 van 21 januari 2009 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag over artikel 301, 2, tweede en derde lid, van het Burgerlijk Wetboek, zoals gewijzigd bij artikel 7 van

Nadere informatie

Slachtofferrechten in Europe

Slachtofferrechten in Europe Frida Wheldon - EU Richtlijn tot vaststelling van minimumnormen voor de rechten, de ondersteuning en de bescherming van slachtoffers van strafbare feiten Slachtofferrechten in Europe 28 EU Lidstaten Verschillende

Nadere informatie

Betoog Nederlands Alternatieve straffen

Betoog Nederlands Alternatieve straffen Betoog Nederlands Alternatieve straffen Betoog door een scholier 1818 woorden 8 oktober 2001 7,6 329 keer beoordeeld Vak Nederlands 1. Onderwerp. Alternatieve straffen. 2. Stelling. Alternatieve straffen

Nadere informatie

Samenvatting. Inleiding. Vraagstelling onderzoek. Wetgever

Samenvatting. Inleiding. Vraagstelling onderzoek. Wetgever Samenvatting Inleiding Bij een ontzetting uit beroep of ambt wordt iemand de bevoegdheid ontzegd om een bepaald beroep of ambt voor een zekere periode uit te oefenen. Ontzettingen worden vaak opgelegd

Nadere informatie

kracht TWEEDE WERELDOORLOG VERSUS MENSENRECHTEN

kracht TWEEDE WERELDOORLOG VERSUS MENSENRECHTEN WERKb L a D WERKBLAD met terugwerkende kracht met terugwerkende kracht TWEEDE WERELDOORLOG VERSUS MENSENRECHTEN Dit werkblad is een voorbereiding op je bezoek aan de vaste tentoonstelling Met Terugwerkende

Nadere informatie

Kwetsbare minderheidsgroep

Kwetsbare minderheidsgroep IND-werkinstructie nr. 2013/14 (AUA) Openbaar/ Extern Aan Directeur klantdirectie Asiel c.c. DDMB Van Hoofddirecteur IND Datum 26 juni 2013 Geldig vanaf 26 juni 2013 Geldig tot Onderwerp Vindplaats Bijlage(n)

Nadere informatie

Gespreksleider: Paulien Defoer, Paulien Defoer Mediation

Gespreksleider: Paulien Defoer, Paulien Defoer Mediation 1.7 Mediation in strafrecht, ervaringen in de pilots: aan tafel! Jent Bijlsma Trickster Toaufik Elfalah Politie Utrecht Klaartje Freeke Freeke & Monster Judith Uitermark Rechtbank Noord-Holland Gespreksleider:

Nadere informatie

BURGERLIJKE AANSPRAKELIJKHEID VAN DE ARCHITECT VERBONDEN DOOR EEN ARBEIDSOVEREENKOMST

BURGERLIJKE AANSPRAKELIJKHEID VAN DE ARCHITECT VERBONDEN DOOR EEN ARBEIDSOVEREENKOMST BURGERLIJKE AANSPRAKELIJKHEID VAN DE ARCHITECT VERBONDEN DOOR EEN ARBEIDSOVEREENKOMST 1) Omschrijving van de arbeidsovereenkomst Artikel 3 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten

Nadere informatie

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0423/4. Amendement. Marek Jurek, Jussi Halla-aho, Branislav Škripek namens de ECR-Fractie

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0423/4. Amendement. Marek Jurek, Jussi Halla-aho, Branislav Škripek namens de ECR-Fractie 7.12.2018 A8-0423/4 4 Overweging A A. overwegende dat er, ondanks talrijke aankondigingen van en verzoeken om veilige en legale trajecten die toegang bieden tot Europees grondgebied voor personen die een

Nadere informatie

Richtsnoeren voor het beleid van de EU ten aanzien van derde landen inzake de doodstraf

Richtsnoeren voor het beleid van de EU ten aanzien van derde landen inzake de doodstraf Richtsnoeren voor het beleid van de EU ten aanzien van derde landen inzake de doodstraf I. IEIDING i) De Verenigde Naties hebben de aanwending van de doodstraf aan strenge voorwaarden onderworpen, onder

Nadere informatie

CORRECTIONELE RECHTBANK VAN TURNHOUT. 31 DECEMBER 2001, 14de KAMER. Verdacht van op de hierna vermelde plaatsen en op de hierna vermelde tijdstippen:

CORRECTIONELE RECHTBANK VAN TURNHOUT. 31 DECEMBER 2001, 14de KAMER. Verdacht van op de hierna vermelde plaatsen en op de hierna vermelde tijdstippen: CORRECTIONELE RECHTBANK VAN TURNHOUT ln zake van het OPENBAAR MINISTERIE tegen: I. Not. nr. 5 beklaagden 31 DECEMBER 2001, 14de KAMER Verdacht van op de hierna vermelde plaatsen en op de hierna vermelde

Nadere informatie

Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van een verklaring van de Commissie. ingediend overeenkomstig artikel 123, lid 2, van het Reglement

Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van een verklaring van de Commissie. ingediend overeenkomstig artikel 123, lid 2, van het Reglement Europees Parlement 2014-2019 Zittingsdocument B8-0274/2017 24.4.2017 ONTWERPRESOLUTIE naar aanleiding van een verklaring van de Commissie ingediend overeenkomstig artikel 123, lid 2, van het Reglement

Nadere informatie

Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving

Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving ϕ1 Ministerie van Justitie Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving Directie Juridische en Operationele Aangelegenheden Postadres: Postbus 20301, 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de

Nadere informatie

Wetenschappelijke verhandeling

Wetenschappelijke verhandeling UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT POLITIEKE EN SOCIALE WETENSCHAPPEN GERECHTIGHEID OP DE BEST MOGELIJKE MANIER : HET OMGAAN MET HET GEWELDDADIG VERLEDEN IN HET COLOMBIAANS TRANSITIONAL JUSTICE-PROCES EN HET

Nadere informatie

PROCEDUREREGLEMENT VAN HET VLAAMS DOPINGTRIBUNAAL (Goedgekeurd door de Raad van Bestuur van Vlaams Dopingtribunaal vzw 03.12.09)

PROCEDUREREGLEMENT VAN HET VLAAMS DOPINGTRIBUNAAL (Goedgekeurd door de Raad van Bestuur van Vlaams Dopingtribunaal vzw 03.12.09) Artikel 1. PROCEDUREREGLEMENT VAN HET VLAAMS DOPINGTRIBUNAAL (Goedgekeurd door de Raad van Bestuur van Vlaams Dopingtribunaal vzw 03.12.09) Titel I. De instellingen. Er bestaat een Disciplinaire Commissie

Nadere informatie

15445/1/06 REV 1 wat/hor/mg 1 DG H 2B

15445/1/06 REV 1 wat/hor/mg 1 DG H 2B RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 24 november 2006 (01.12) (OR. en) 15445/1/06 REV 1 COPEN 119 NOTA van: het voorzitterschap aan: de Raad nr. vorig doc.: 15115/06 COPEN 114 nr. Comv.: COM(2005) 91 def.

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2014:1006

ECLI:NL:RBDHA:2014:1006 ECLI:NL:RBDHA:2014:1006 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 29-01-2014 Datum publicatie 29-01-2014 Zaaknummer 09/818467-13 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

Seksueel geweld in Colombia: een oorlogswapen

Seksueel geweld in Colombia: een oorlogswapen Seksueel geweld in Colombia: een oorlogswapen Voorstelling van het Oxfam-rapport, georganiseerd door Oxfam Internationaal en Oxfam Solidariteit Vrijdag 11 september 2009, Conferentiezaal A 017 in Amazone,

Nadere informatie

Eindexamen maatschappijleer vwo 2008-I

Eindexamen maatschappijleer vwo 2008-I Opgave 1 Tbs ter discussie 1 maximumscore 2 beveiliging van de samenleving Voorbeeld van juiste toelichting bij beveiliging van de samenleving: In de tekst staat dat er steeds minder mensen uitstromen

Nadere informatie

slachtoffers beter te identificeren en te beschermen; en verhoog de inspanningen om het bewustzijn met betrekking tot mensenhandel te verhogen.

slachtoffers beter te identificeren en te beschermen; en verhoog de inspanningen om het bewustzijn met betrekking tot mensenhandel te verhogen. Suriname - Tier 2 Watch List ----------------------------------- Suriname is een bronland, doorvoerland, alsook het land van bestemming voor vrouwen en kinderen die onderworpen worden aan sekshandel, en

Nadere informatie

De Minister van Veiligheid en Justitie. Postbus 20301 2500 EH Den Haag. Advies wetsvoorstel toevoegen gegevens aan procesdossier minderjarige

De Minister van Veiligheid en Justitie. Postbus 20301 2500 EH Den Haag. Advies wetsvoorstel toevoegen gegevens aan procesdossier minderjarige POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Juliana van Stolberglaan 4-10 TEL 070-88 88 500 FAX 070-88 88 501 INTERNET www.cbpweb.nl www.mijnprivacy.nl AAN De Minister van Veiligheid en Justitie

Nadere informatie

CHELSEA MANNING SCHRIJF VOOR CLEMENTIE

CHELSEA MANNING SCHRIJF VOOR CLEMENTIE CHELSEA MANNING SCHRIJF VOOR CLEMENTIE CHELSEA MANNING (1987) uit de Verenigde Staten werd eind 2013 tot 35 jaar gevangenisstraf veroordeeld. Ze had geheime informatie gelekt naar de mensenrechten-schendingen

Nadere informatie

Datum 24 oktober 2016 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over de uitlevering van verdachten aan Rwanda

Datum 24 oktober 2016 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over de uitlevering van verdachten aan Rwanda 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

Spreekbeurt Nederlands Amnesty International

Spreekbeurt Nederlands Amnesty International Spreekbeurt Nederlands Amnesty International Spreekbeurt door een scholier 1518 woorden 28 november 2003 6,3 51 keer beoordeeld Vak Nederlands Mijn spreekbeurt gaat over Amnesty International. Amnesty

Nadere informatie

Contractnummer: VERTROUWELIJKHEIDSCONTRACT TUSSEN DE ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK STATISTICS BELGIUM EN

Contractnummer: VERTROUWELIJKHEIDSCONTRACT TUSSEN DE ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK STATISTICS BELGIUM EN Contractnummer: VERTROUWELIJKHEIDSCONTRACT TUSSEN DE ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK STATISTICS BELGIUM EN.. Tussen De Algemene Directie Statistiek Statistics Belgium van de FOD Economie, KMO, Middenstand

Nadere informatie

Het Mediation Bureau. van het Centrum Internationale Kinderontvoering (Centrum IKO)

Het Mediation Bureau. van het Centrum Internationale Kinderontvoering (Centrum IKO) Het Mediation Bureau van het Centrum Internationale Kinderontvoering (Centrum IKO) 1 Crossborder mediation Bij internationale kinderontvoering duren de procedures vaak lang. Daarom start op 1 november

Nadere informatie

Actiepunten 2016 van de overheid m.b.t. de uitvoering van het Convenant ten aanzien van de verbeteringen in de steenkoolketen

Actiepunten 2016 van de overheid m.b.t. de uitvoering van het Convenant ten aanzien van de verbeteringen in de steenkoolketen Actiepunten 2016 van de overheid m.b.t. de uitvoering van het Convenant ten aanzien van de verbeteringen in de steenkoolketen 1.Inleiding In het Steenkoolconvenant, dat in 2014 is gesloten, zijn het Ministerie

Nadere informatie

PROTOCOL TOT WIJZIGING VAN DE OVEREENKOMST EN VAN HET PROTOCOL TUSSEN DE REGERING VAN HET KONINKRIJK BELGIË DE REGERING VAN DE REPUBLIEK INDIA

PROTOCOL TOT WIJZIGING VAN DE OVEREENKOMST EN VAN HET PROTOCOL TUSSEN DE REGERING VAN HET KONINKRIJK BELGIË DE REGERING VAN DE REPUBLIEK INDIA PROTOCOL TOT WIJZIGING VAN DE OVEREENKOMST EN VAN HET PROTOCOL TUSSEN DE REGERING VAN HET KONINKRIJK BELGIË EN DE REGERING VAN DE REPUBLIEK INDIA TOT HET VERMIJDEN VAN DUBBELE BELASTING EN TOT HET VOORKOMEN

Nadere informatie

De gevolgen van een strafrechtelijke afdoening voor de verblijfsrechtelijke positie van jongeren

De gevolgen van een strafrechtelijke afdoening voor de verblijfsrechtelijke positie van jongeren De gevolgen van een strafrechtelijke afdoening voor de verblijfsrechtelijke positie van jongeren Dit document beoogt de strafrechtelijke consequenties voor de verblijfsrechtelijke positie van een vreemdeling

Nadere informatie

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG VAN ANTWERPEN 23 JUNI 2010

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG VAN ANTWERPEN 23 JUNI 2010 RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG VAN ANTWERPEN 23 JUNI 2010 De Rechtbank van eerste aanleg van het gerechtelijk arrondissement Antwerpen, kamer 1C, rechtdoende in correctionele zaken, heeft het volgende vonnis

Nadere informatie

Eindexamen maatschappijwetenschappen havo II

Eindexamen maatschappijwetenschappen havo II Opgave 4 Slachtoffers van criminaliteit Bij deze opgave horen de teksten 9 tot en met 12, figuur 2 en 3 en tabel 1 uit het bronnenboekje. Inleiding Ruim drie miljoen Nederlanders worden jaarlijks het slachtoffer

Nadere informatie

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over het arrondissementsparket te Rotterdam. Datum: 3 augustus Rapportnummer: 2011/226

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over het arrondissementsparket te Rotterdam. Datum: 3 augustus Rapportnummer: 2011/226 Rapport Rapport naar aanleiding van een klacht over het arrondissementsparket te Rotterdam. Datum: 3 augustus 2011 Rapportnummer: 2011/226 2 Feiten Verzoekers hebben bij de politie aangifte gedaan jegens

Nadere informatie

De Salduzwet: welke rechten hebt u bij een verhoor?

De Salduzwet: welke rechten hebt u bij een verhoor? De Salduzwet: welke rechten hebt u bij een verhoor? Is er in uw bedrijf al eens een ernstig arbeidsongeval gebeurd? Dan bent u als werkgever, als lid van de hiërarchische lijn, als preventieadviseur, als

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSGR:2009:BH2061

ECLI:NL:GHSGR:2009:BH2061 ECLI:NL:GHSGR:2009:BH2061 Instantie Datum uitspraak 03-02-2009 Datum publicatie 05-02-2009 Gerechtshof 's-gravenhage Zaaknummer 22-002670-08 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht

Nadere informatie