KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek Onderwijsassistent. : Amersfoort

Transcriptie

1 KWALITEITSONDERZOEK MBO Rapport stelselonderzoek 2017 MBO Amersfoort Onderwijsassistent Plaats : Amersfoort BRIN nummer : 30RR Onderzoeksnummer : Datum onderzoek : 29 en 30 mei 2017 Datum vaststelling : 26 september 2017

2

3 Inhoudsopgave 1. Inleiding Conclusie en vervolg Afspraken over het vervolgtoezicht Resultaten Onderwijsassistent Onderwijsproces Examinering en diplomering Onderwijsresultaten Kwaliteitszorg en ambitie Onderzoek naar overige wettelijke vereisten... 8 Bijlage I Bijlage II... 11

4

5 1. Inleiding Wat voor onderzoek heeft de inspectie gedaan? De inspectie voert dit onderzoek uit om in De Staat van het Onderwijs te kunnen rapporteren over de ontwikkelingen in het middelbaar beroepsonderwijs. Het onderzoek richt zich op de volgende vraag: voldoet de opleiding op de onderzochte gebieden en standaarden aan de basiskwaliteit, en daarmee aan de wettelijke eisen? We doen geen uitspraak over de kwaliteit van de opleiding als geheel. Voor het onderzoek is een aselecte steekproef getrokken van opleidingen. Bij MBO Amersfoort onderzochten we de in onderstaande tabel opgenomen opleidingen. Voor deze onderzoeken zijn separate rapporten opgesteld. In hoofdstuk 2 en 3 zijn de bevindingen van een van deze opleidingen opgenomen. De volgende opleidingen/kwalificaties zijn onderzocht: Opleidingen/Kwalificaties Leerweg, niveau, locatie 90303, Ondernemer horeca/bakkerij (Manager/ondernemer leerweg bol, niveau 4, horeca) locatie Daam 25184, Manager/ondernemer horeca Fockemalaan 10, Amersfoort 93500/25485, Onderwijsassistent leerweg bol, niveau 4, locatie Leusderweg 30-34, Amersfoort 93410, Autotechniek (Autotechnicus) 25424, Autotechnicus leerweg bbl, niveau 2, locatie Modemweg 3, Amersfoort 95181/25047, Audicien leerweg bbl, niveau 4, locatie St. Laurensdreef 22, Utrecht 93751, Verkoper (Verkoper detailhandel) 25167, Verkoper leerweg bbl, niveau 2, locatie Matthijs Vermeulenstraat, Amersfoort Dit rapport heeft in detail betrekking op de volgende opleidingen/kwalificaties en onderzoeksonderdelen: Gebied Onderwijsresultaten Gebied Onderwijsproces, Schoolklimaat Kwaliteitszorg en ambitie en Wettelijke vereisten Gebied Examinering en diplomering Leerweg, niveau, locatie bc , Onderwijsassistent 25485, Onderwijsassistent Onderwijsassistent Leerweg bol, niveau 4, Leusderweg 30-34, Amersfoort Werkwijze We gebruiken bij dit onderzoek het nieuwe waarderingskader (onderdeel van het onderzoekskader mbo 2017), inclusief de daarin opgenomen standaarden en normering. We onderzochten vijf kwaliteitsgebieden: Onderwijsproces, Examinering en diplomering, Schoolklimaat, Onderwijsresultaten, Kwaliteitszorg en ambitie. Rapport kwaliteitsonderzoek mbo MBO Amersfoort Pagina 1 van 11

6 We onderzochten daarbij dertien standaarden. We hebben vervolgens een oordeel gegeven over tien standaarden. In het kader van het kwaliteitsgebied Onderwijsproces wordt bij de standaard Onderwijsprogramma (OP1) in ieder geval ingegaan op onze bevinden op het gebied van loopbaanoriëntatie en begeleiding omdat dit thema deel uitmaakt van De Staat van het Onderwijs van De standaarden Ontwikkeling en begeleiding (OP2), Veiligheid (SK1) en Leerklimaat (SK2) hebben we wel onderzocht maar voorzien we niet van een oordeel. Voor het onderzoek analyseerden we alle bij ons beschikbare informatie over de betreffende opleidingen en vulden dit aan met onderzoeken op locatie. Op locatie zijn onderwijsactiteiten geobserveerd, documenten onderzocht en gesprekken gevoerd. Er is onder andere gesproken met studenten, docenten, de clusterexamencommissie en management. De analyse heeft er toe geleid dat de inrichting van het onderzoek maatwerk is. Dit betekent dat we de oordelen en bevindingen uit zelfevaluaties, teamplannen en audits als uitgangspunt van ons onderzoek hebben genomen en deze hebben we geverifieerd. Wel hebben we bij alle opleidingen de standaarden Studiesucces (OR1) en Kwaliteitscultuur (KA2) onderzocht, omdat deze niet in de audits aan de orde kwamen. Leeswijzer Hierna volgt eerst de conclusie en het vervolg van het onderzoek (hoofdstuk 2). Hoofdstuk 3 geeft voor de opleiding de resultaten van het onderzoek weer. Rapport kwaliteitsonderzoek mbo MBO Amersfoort Pagina 2 van 11

7 2. Conclusie en vervolg Vervolgtoezicht naar aanleiding van de onderzochte opleiding We voeren bij de opleiding Onderwijsassistent vervolgtoezicht uit, omdat we niet alle kwaliteitsgebieden als voldoende hebben beoordeeld. Het vervolgtoezicht richt zich op de geconstateerde tekortkomingen binnen het onvoldoende kwaliteitsgebied Examinering en diplomering en de overige wettelijke vereisten. Uit het onderzoek bij de opleiding Onderwijsassistent bleek onder andere dat er sprake was van onvoldoende examenkwaliteit op basis van het waarderingskader We hebben vervolgens de bevindingen op deze gebieden met het waarderingskader mbo 2012 beoordeeld. Hieruit blijkt ook dat bij de opleiding Onderwijsassistent sprake is van onvoldoende examenkwaliteit. 2.1 Afspraken over het vervolgtoezicht In onderstaand schema zijn de afspraken en het vervolgtoezicht opgenomen: 93500/25485, Onderwijsassistent Beoordeling Herstelopdracht Datum gereed De opleiding voldoet niet aan de overige wettelijke vereiste omtrent schoolkosten/ vrijwillige bijdrage zoals gesteld in artikel van de Wet educatie en beroepsonderwijs (WEB). De instelling herstelt de tekortkoming uiterlijk met ingang van het nieuwe studiejaar. Uiterlijk met ingang van het nieuwe studiejaar , Onderwijsassistent Beoordeling Herstelopdracht Datum gereed Het gebied Examinering en diplomering is onvoldoende. Er wordt niet voldaan aan artikel en van de Wet educatie en beroepsonderwijs (WEB). De instelling zorgt ervoor dat het gebied Examinering en diplomering voldoet aan de wettelijke vereisten en de gestelde normen. Uiterlijk een jaar na de uiterlijke datum zoals genoemd in de waarschuwingsbrief. Vervolgtoezicht De inspectie onderzoekt het herstel in het nieuwe studiejaar. Als de tekortkoming blijkens het heronderzoek niet is hersteld, kan worden overgegaan tot opschorting van de bekostiging. Vervolgtoezicht De inspectie meldt het oordeel aan de minister. De instelling ontvangt een waarschuwing. Na de in de waarschuwingsbrief opgenomen termijn volgt een herstelonderzoek. Rapport kwaliteitsonderzoek mbo MBO Amersfoort Pagina 3 van 11

8 3. Resultaten In dit hoofdstuk lichten wij het resultaat van het kwaliteitsonderzoek van de opleiding toe. We geven per gebied en per beoordeelde standaard aan wat het oordeel is (voldoende of onvoldoende) en geven aan waar sprake is van een waardering goed. Het oordeel per gebied is gebaseerd op de beoordeling van de onderliggende standaarden. Omdat we bij het gebied onderwijsproces niet alle standaarden onderzocht hebben, is een waardering goed voor het gebied niet aan de orde. We verantwoorden ons over het oordeel per onderzocht gebied en per standaard. 3.1 Onderwijsassistent Het kwaliteitsonderzoek bij Onderwijsassistent, en Onderwijsassistent, 25485, beide niveau 4, bol, locatie Leusderweg 30-34, Amersfoort heeft geleid tot de onderstaande oordelen Onderwijsproces OP Onderwijsproces OP1 Onderwijsprogramma OP3 Didactisch handelen OP7 Beroepspraktijkvorming Voldoende O V G Het onderwijsprogramma bereidt studenten voldoende voor op de beroepspraktijk, het vervolgonderwijs en de samenleving. Het programma is afgestemd op het kwalificatiedossier en kent een duidelijke opbouw. Het team heeft een nieuw programma ontworpen en ingezet in het schooljaar De aanleiding hiervoor was de vernieuwing van het kwalificatiedossier en signalen van studenten over de opbouw van het programma. Het effect van de nieuwe opbouw is dat er nu voldoende tijd is voor oriëntatie op de verschillende opleidingen in het domein Welzijn en de uitstroomrichtingen én er voldoende gelegenheid om te verdiepen in de leerlijnen (ik, mens, beroep en kwaliteit). Ook leidt het programma ertoe dat studenten van elkaars specialisme leren. De voldoende voorbereiding op het vervolgonderwijs is met name terug te zien in de mogelijkheid voor studenten om zich in het laatste jaar van de opleiding voor te bereiden op de doorstroom naar de PABO. Loopbaanoriëntatie en -begeleiding (lob) is geïntegreerd met de andere vakken. Met het behalen van die afzonderlijke vakken wordt dit onderdeel afgerond. Het didactisch handelen is voldoende omdat het docententeam studenten in staat stelt tot leren en ontwikkelen. De studenten voelen zich gezien door de docenten. Docenten zijn voldoende toegerust om studenten van de verschillende opleidingen binnen één klas te begeleiden. De docenten zijn ook door de studenten geëvalueerd en de studenten zijn met name positief over de vakkennis, de overdracht van informatie en de bevlogenheid van docenten. De didactische vaardigheden van de docenten en instructeurs die het begeleid zelfstandig werken begeleiden, zijn door professionaliseringsactiviteiten in het afgelopen jaar vergroot. Punt van aandacht is dat met name bij de generieke vakken en de lessen begeleid zelfstandig werken, studenten meer uitgedaagd kunnen worden. Met studenten Rapport kwaliteitsonderzoek mbo MBO Amersfoort Pagina 4 van 11

9 worden namelijk onvoldoende individuele afspraken gemaakt over het werken aan leervragen die aansluiten op hun competenties. Daarvoor is het ook nodig dat docenten meer met studenten reflecteren op leervragen en ontwikkelpunten, iets wat nu volgens studenten en ons niet altijd gebeurt. De beroepspraktijkvorming (bpv) is in opzet en uitvoering voldoende doeltreffend. De studenten worden goed voorbereid op de beroepspraktijkvorming tijdens de studieloopbaan-lessen en de studenten worden begeleid in het zelf vinden van een bpv-plaats. De inhoud van de bpv is sinds dit schooljaar voldoende toegespitst op het kwalificatiedossier onderwijsassistent. De inhoud van de bpv wordt bepaald door de opdrachten die de studenten dienen te maken waarbij het persoonlijk ontwikkelingsplan en het persoonlijk activiteitenplan een centrale rol spelen. De manier waarop de begeleiding bij de bpv is vormgegeven, verlangt een grote zelfstandigheid van de student. Zo is de student voor een groot deel verantwoordelijk voor het uitwisselen van informatie tussen de school en het leerbedrijf. Deze werkwijze is risicovol omdat er veel verantwoordelijkheid bij de student gelegd wordt. Ook het begin van de bpv vraagt veel van de zelfstandigheid van de student. Studenten wordt de tijd gegund eerst even te landen bij de bpvplek maar daardoor kan zowel bij studenten als bpv-bedrijven het beeld ontstaan dat zij wat aan hun lot worden overgelaten, omdat de opleiding niet het doel van de gewenningsperiode bekend heeft gemaakt. De school heeft driemaandelijks contact met SBB: samen met SBB heeft de opleiding in beeld gebracht welke stagebedrijven goed en minder goed functioneren Examinering en diplomering ED Examinering en diplomering Onvoldoende O V G ED1 Kwaliteitsborging examinering en diplomering ED2 Exameninstrumentarium ED3 Afname en beoordeling *De beoordeling van het gebied examinering en diplomering is tevens uitgevoerd op basis van het waarderingskader mbo Een overzicht hiervan treft u aan in bijlage II. Het cluster Gezondheidszorg en Welzijn werkt met drie onderwijsteams onder leiding van teamleiders. De teams zijn operationeel verantwoordelijk voor de examenkwaliteit. Daarnaast werkt het cluster met werkteams die teamoverstijgend zijn samengesteld. Eén van die werkteams houdt zich bezig met examinering en diplomering. In de examencommissie hebben onder andere de directeur, de teamleider en een docent van de opleiding Onderwijsassistent zitting. Deze docent is tevens lid van het werkteam examinering en diplomering. De examencommissie geeft opdrachten aan het werkteam examinering en diplomering, waaronder het uitvoeren van steekproeven op examendossiers en steekproeven in de praktijk/eindgesprek. De docent en de medewerker examensecretariaat in de examencommissie borgen de verbinding met het werkteam examinering en diplomering. De examinering en diplomering is onvoldoende geborgd. Daarmee voldoet de opleiding niet aan de kwaliteitsstandaarden voor de examinering, zoals bedoeld in artikel en van de Wet educatie en beroepsonderwijs (WEB). De examencommissie van het domein Gezondheidszorg en Welzijn heeft te weinig Rapport kwaliteitsonderzoek mbo MBO Amersfoort Pagina 5 van 11

10 zicht op de kwaliteit van de examinering en is zich daardoor niet bewust van de risico s in het instrumentarium en de afname en beoordeling. Daardoor kunnen deze niet afgedekt worden. Verder hebben we tijdens het onderzoek geconstateerd dat de examencommissie zich van het tekort aan zicht onvoldoende bewust is. De examencommissie heeft zowel te weinig zicht op de deskundigheid van de praktijkbeoordelaars als op de inhoud van de examendossiers. Een goed zicht van de examencommissie op de deskundigheid van de praktijkbeoordelaars is extra van belang omdat een groot deel van de beoordeling van de praktijkgerichte examinering voor rekening van de praktijkbeoordelaar komt. Uit de zeven bijwoningen van de examencommissie in het domein Gezondheidszorg en Welzijn bleek dat er bovendien in de helft van de gevallen geen contact was tussen school- en praktijkbeoordelaar terwijl dat volgens de procedure wel had gemoeten. Volgens de procedure moet er contact zijn voorafgaand aan de afname van de proeves. De examencommissie heeft wel enkele verbeterpunten geconstateerd naar aanleiding van die bijwoningen. De deskundigheid wordt nu in kaart gebracht doordat de praktijkbeoordelaar op een instemmingsformulier aangeeft waarom hij zichzelf competent acht als praktijkbeoordelaar. De examencommissie onderneemt echter geen aanvullende acties, ook niet wanneer een praktijkbeoordelaar niets invult of de kennis en ervaring van een praktijkbeoordelaar mogelijk niet voldoende lijkt te zijn. Ook zijn er geen criteria, anders dan het opleidingsniveau van de praktijkbeoordelaar, om te bepalen of een praktijkbeoordelaar in voldoende mate deskundig is in het examineren. Er worden scholingen georganiseerd voor de praktijkbeoordelaars maar deze zijn niet verplicht. De examencommissie houdt niet bij wie deelneemt aan de scholing. Wij constateren daarnaast dat de examencommissie in onvoldoende mate de diplomering borgt. Er zijn twee steekproeven gedaan op twee diplomadossiers in de afgelopen twee jaar waarbij is gecontroleerd of het dossier compleet was. Een steekproef op de inhoud is niet gedaan. Zo kon het gebeuren dat wij in de dossiers omissies tegenkwamen die niet door de examencommissie zelf zijn gesignaleerd. Zo was het oordeel goed in sommige gevallen niet onderbouwd of was het oordeel goed niet altijd valide gezien de aandachtspunten die gegeven werden. Tot slot constateren we dat de examencommissie haar eigen functioneren in beperkte mate evalueert en verbetert. Tot het huidige schooljaar heeft zij vooral verbeteringen ingezet op logistieke processtappen. Vanaf het huidige schooljaar zijn onder andere scholingen en trainingen uitgevoerd. Het exameninstrumentarium sluit aan op de uitstroomeisen en voldoet aan de toetstechnische eisen. Het exameninstrumentarium voor het beroepsgerichte deel zorgt voor een inhoudelijke dekking. De taakcomplexiteit past bij het niveau dat van de deelnemer verlangd mag worden en de examenvorm is passend. Een aandachtspunt is de manier waarop de opdrachten zijn geformuleerd. Dit biedt veel ruimte voor uiteenlopende invulling van het examen. Hierdoor kunnen werkprocessen uit beeld raken en dit vormt een risico voor ongelijkwaardige examencondities. Deze risico s vergen extra waarborgen van de examencommissie op het zicht op de afname en beoordeling. Wel zijn de beoordelingscriteria duidelijk en helder zijn geformuleerd, waardoor de risico s deels worden ondervangen. Voor de instellingsexamen van de generieke vakken vindt inkoop plaats. Het examenproces van afname en de beoordeling is deugdelijk. De condities van het beroepsgerichte examen doen namelijk recht aan de context van het toekomstig beroep: het overgrote deel vindt plaats in de beroepspraktijk. Daarna vindt nog een eindgesprek plaats op school waarbij de schoolassessor uiteindelijk het oordeel bepaalt. Rapport kwaliteitsonderzoek mbo MBO Amersfoort Pagina 6 van 11

11 De beoordeling levert bovendien betrouwbare uitkomsten op en is gericht op een passende balans in vereiste kennis, houding en vaardigheden. De afname van de instellingsexamens voor de generieke onderdelen is eveneens voldoende. De beoordeling wordt gedaan door één docent, daarvan worden wel geluidsopnamen gemaakt. Deze worden bij twijfel of klachten gebruikt om te beoordelen of de beoordeling op de juiste gronden is gegeven. De inrichting van het examen, de planning van de examenperiodes en beoordelingswijze en de procedure voor beroep en bezwaar zijn tijdig voor studenten beschikbaar en voor alle betrokkenen transparant en eenduidig Onderwijsresultaten OR Onderwijsresultaten Voldoende O V G OR1 Studiesucces OR3 Vervolgsucces Niet beoordeeld * In bijlage I is het overzicht opgenomen van opleidingen die bij de beoordeling zijn betrokken. De opleiding behaalt met haar studenten resultaten die ten minste in overeenstemming zijn met de gestelde norm. De onderwijsresultaten (op basis van driejaarsgemiddelden ) van Pedagogisch werk (bc-code 337) zijn voldoende. Het driejaarsgemiddelde jaarresultaat ( ) is 67 procent (norm is 68) procent), het driejaarsgemiddelde voor het diplomaresultaat is 71 procent (norm is 70 procent). Het driejaarsgemiddelde startersresultaat is 84 procent (norm is 82 procent). Hiermee bevinden zowel het diplomaresultaat als het startersresultaat zich boven de norm. Het jaarresultaat is onvoldoende Kwaliteitszorg en ambitie KA Kwaliteitszorg en ambitie KA1 Kwaliteitszorg KA2 Kwaliteitscultuur KA3 Dialoog en verantwoording Voldoende O V G De opleiding kent een stelsel van kwaliteitszorg en er is sprake van doelgerichte en effectieve verbetering. Op opleidingsniveau wordt de pdca-cyclus doorlopen. Het teamplan van het domein Gezondheidszorg en Welzijn, waar de opleiding deel van uitmaakt, speelt hierin een centrale rol. In het teamplan is een zevental speerpunten benoemd op basis van analyses van uiteenlopende interne en externe bronnen. De speerpunten zijn onder meer geformuleerd op basis van de evaluaties van de werkteams en examencommissie evenals uitkomsten van audits en inspectiebezoek. De doelen uit het teamplan komen verschillende keren per jaar ter tafel. Het management en het team bespreken tijdens briefings van werkteams en tijdens vergaderingen van het gehele docententeam het teamplan. De stand van zaken, fasering en knelpunten zijn dan aan de orde, evenals eventuele aanpassing of bijstelling. Naast een kritische blik is er zo aandacht voor de borging van de onderwijskwaliteit. Rapport kwaliteitsonderzoek mbo MBO Amersfoort Pagina 7 van 11

12 De dienst Compliance en Audit heeft de opleiding in de afgelopen jaren beoordeeld door een audit in oktober 2015 en een review op de in de audit geconstateerde tekortkomingen in mei Er zijn onder meer verbeterpunten opgenomen op het gebied van programma en benutting van leertijd. Vervolgens zijn verbeteractiviteiten uitgevoerd. De opleiding kent een professionele kwaliteitscultuur en functioneert transparant en integer. Het opleidingsteam werkt in gezamenlijkheid en met veel enthousiasme en energie aan de ontwikkeling van het onderwijs en aan de verbetering van de onderwijskwaliteit. Docenten zijn betrokken bij hun studenten en zijn gemotiveerd om de studenten op te leiden tot professionals. Daarnaast zijn docenten gericht op het eigen leren en ontwikkelen. Professionalisering vindt plaats zowel door teamscholing als door individuele scholingstrajecten. Dit is ingebed in de structuur van het teamplan en de beoordelingscyclus van de docenten. Bij de beoordeling van docenten wordt gebruik gemaakt van verschillende bronnen, waaronder lesbezoeken van de teamleiders en feedbackformulieren van studenten. Het leiderschap van de teamleiders en de directeur wordt gewaardeerd door het opleidingsteam. De docenten weten zich gekend en gesteund. De leiding stuurt op toenemende mate van zelfstandigheid van het team. Het team functioneerde in de afgelopen jaren in een turbulente omgeving, waardoor een groot beroep gedaan is op de inzet van het opleidingsteam. Daarom is prioritering van de doelen nu een belangrijk aandachtspunt binnen het team en voor de leiding, ter voorkoming van overbelasting. De opleiding legt intern en extern verantwoording af over doelen en resultaten en voert daarover de dialoog. De opleiding voert gestructureerd en informeel dialoog met de studenten, waaronder in de studentendeelraad en tijdens de slbgroepsgesprekken. Deze dialoog leidt geregeld ook tot daadwerkelijke verandering. Een voorbeeld hiervan is het vervroegen van de keuze voor de uitstroomrichting. De opleiding heeft op uiteenlopende niveaus contact met het werkveld gericht op de onderwijskwaliteit., Een voorbeeld hiervan is overleg met het werkveld en praktijkbegeleiders. Hierdoor heeft de opleiding meer zicht op de behoeften van het werkveld Onderzoek naar overige wettelijke vereisten Naast het onderzoek naar kwaliteit hebben wij gekeken of bij de opleiding voldaan wordt aan de wettelijke vereisten met betrekking tot onderwijstijd en schoolkosten/wettelijke bijdragen. Onderwijstijd Er waren geen aanwijzingen om het onderzoek te verdiepen op het punt van onderwijstijd. Schoolkosten/wettelijke bijdragen De opleiding voldoet niet aan de eisen gesteld in artikel van de WEB. De aanschaf van een laptop wordt namelijk verplicht gesteld voor de eerstejaars en tweedejaars studenten. Deze laptop vervangt echter niet de boeken die de student nodig heeft tijdens zijn opleiding. Ook vraagt de opleiding een bedrag per student als bijdrage in de kosten voor aanvullend lesmateriaal. Deze bijdrage is willekeurig vastgesteld en heeft daarmee een onvoldoende relatie met de directe kosten van Rapport kwaliteitsonderzoek mbo MBO Amersfoort Pagina 8 van 11

13 het lesmateriaal. Ook de wijze waarop de opleiding met de studenten communiceert over de schoolkosten is onduidelijk. Rapport kwaliteitsonderzoek mbo MBO Amersfoort Pagina 9 van 11

14 Bijlage I Bc-id overzicht In deze bijlage is per onderzochte bc-id aangegeven welke opleidingen betrokken zijn bij het bepalen van de onderwijsresultaten. bc-id: bc 337 Niveau: 4 Crebo: Opleiding: Onderwijsassistent Pedagogisch medewerker 4 jeugdzorg Gespecialiseerd medewerker 4 kinderopvang Rapport kwaliteitsonderzoek mbo MBO Amersfoort Pagina 10 van 11

15 Bijlage II Oordeel op basis van waarderingskader mbo 2012 Onderwijsassistent, crebo Kwaliteitsgebied Goed Voldoende Onvoldoende 2. Examinering en diplomering Slecht Kwaliteitsgebied Voldoende Onvoldoende Aspect Gebied 2: Examinering en diplomering 2.1 Exameninstrumentarium* 2.2 Afname en beoordeling* 2.3 Diplomering* Rapport kwaliteitsonderzoek mbo MBO Amersfoort Pagina 11 van 11