Facultair reglement - Faculteit Wetenschappen - VUB

Transcriptie

1 Facultair reglement - Faculteit Wetenschappen - VUB Goedgekeurd door de Faculteitsraad dd. 23 mei 2005 Zie eerst: 1) Artikels 2 en 9 tot 14 van het organiek statuut VUB goedgekeurd door de R.v.B. van 17/12/1996. I. Opleidingen Art. 1) De faculteit Wetenschappen groepeert de volgende opleidingen en hun aanverwante vakgebieden. Academische opleidingen (AO) : - in het studiegebied Wetenschappen : 1. Computerwetenschappen 1bis. Toegepaste Informatica 2. Wiskunde 3. Fysica 4. Chemie 5. Geologie 6. Biologie 7. Geografie - in het studiegebied Toegepaste Biologische Wetenschappen : 8. Bio-ingenieurswetenschappen Bio-ingenieurswetenschappen: cel- en genbiotechnologie Bio-ingenieurswetenschappen: bioproceskunde Voortgezette academische opleidingen (VAO): MASTER Computer Science GAS/GGS Actuariële Wetenschappen GGS Ecological Marine Management (ECOMAMA) GGS Environmental Science and Technology GGS Interuniversity Programme Molecular Biology (IPMB) GGS Molecular Biology and Biotechnology II. De facultaire gemeenschap Art. 2) 1 De facultaire gemeenschap is samengesteld uit de vier geledingen: - ZAP of gelijkgestelden (vastbenoemd wetenschappelijk personeel) - AAP of gelijkgestelden (tijdelijk aangesteld Bijzonder Academisch Personeel (BAP)) - ATP (vastbenoemd of tijdelijk) - Studenten betrokken bij de opleidingen en aanverwante wetenschapsactiviteiten opgesomd in artikel 1.

2 2 Tenzij uitdrukkelijk anders vermeld, wordt in de verdere tekst : - met ZAP bedoeld: de ZAP-ers en gelijkgestelden, zijnde het vastbenoemd academisch personeel - met AAP bedoeld: de AAP-ers en gelijkgestelden, zijnde het tijdelijk aangesteld academisch personeel (BAP) 3 De faculteitsraad zal de gelijkwaardigheid van graden tussen de verschillende groepen van ZAP-leden vastleggen, bij ontstentenis van beslissingen van de academische overheid. III. Faculteitsraad Art. 3) 1 De faculteitsraad (FR) neemt alle beslissingen die namens de faculteit Wetenschappen aan de centrale bestuursorganen worden voorgelegd. De samenstelling van de facultaire adviescommissies wordt jaarlijks goedgekeurd door de faculteitsraad. 2 Voor alle beslissingen nemen alle leden van deze raad deel aan de definitieve stemming. 3 De decaan, vice-decaan en academisch secretaris worden verkozen door alle leden van de faculteitsraad. 4 Elk lid van de faculteitsraad heeft het recht om tot uiterlijk 7 kalenderdagen vóór een vergadering, een punt op de agenda te laten plaatsen. Art. 4) De faculteitsraad beslist over supplementaire bevoegdheden die worden overgedragen aan het faculteitsbestuur. (zie artikel 6 en 8) Art. 5) De faculteitsraad is samengesteld uit : - alle leden van het zelfstandig academisch personeel en gelijkgestelden - evenveel leden van het assisterend academisch personeel of gelijkgestelden als er vakgroepen zijn. Ze worden verkozen door en onder de leden van het assisterend academisch personeel (of gelijkgestelden), die in hoofdorde aan de faculteit verbonden zijn. - evenveel studenten als er vakgroepen zijn. Ze worden verkozen door en onder de voltijdse studenten van de betrokken studierichting - drie leden van het administratief en technisch personeel (of gelijkgestelden) - het lid van het assisterend academisch personeel en de student die de faculteit Wetenschappen vertegenwoordigt in de Raad van Bestuur

3 IV. Faculteitsbestuur Art. 6) Het faculteitsbestuur (FB) krijgt de bevoegdheden die de faculteitsraad hem heeft overgedragen. Deze bevoegdheden zijn in elk geval: - aanstellingen, verlengingen, ontslagen van AAP, wetenschappelijk medewerkers, vorsers of gelijkgestelden - verdeling onderwijs- en werkingskredieten (niet de criteria) - verdeling m² (niet de criteria) - verdeling ATP (niet de criteria) - praktische problemen PR - samenstelling van de examencommissies voor doctoraten Ten einde de openbaarheid van bestuur te garanderen zijn de verslagen van het FB te raadplegen via het intranet Wetenschappen Art. 7) Het faculteitsbestuur is samengesteld uit : - de decaan en de vorige decaan - de vice-decaan en academisch secretaris - de voorzitters van de facultaire commissies - de afgevaardigde van het zelfstandig academisch personeel in de Raad van Bestuur - de afgevaardigde van het assisterend academisch personeel in de Raad van Bestuur - de afgevaardigde van de studenten in de Raad van Bestuur - de voorzitters van de vakgroepen - 4 leden van het assisterend academisch personeel (of gelijkgestelden) uit de faculteitsraad, verkozen door en onder hen - 4 studenten uit de faculteitsraad, verkozen door en onder hen - 1 lid van het administratief en technisch personeel uit de faculteitsraad, verkozen door en onder hen - de 2 afgevaardigden in de onderzoeksraad indien verhinderd kunnen de voorzitters van de vakgroepen zich laten vervangen voor de vergaderingen van het faculteitsbestuur. Art. 8) Dagelijks bestuur Het dagelijks bestuur helpt de decaan bij de behandeling van lopende zaken of bij het nemen van beslissingen in problemen die hem door de FR of het FB werden overgedragen, maar in elk geval met : - voorbereiding van werkzaamheden FR en FB - uitvoering van beslissingen FR en FB - problemen met hoogdringendheid. Art. 9) Het dagelijks bestuur is samengesteld uit : - de decaan - de vorige decaan - de vice-decaan - academisch secretaris - afgevaardigde ZAP van de faculteit WE in de Raad van Bestuur

4 Art. 10) Alle beslissingen genomen door het dagelijks bestuur moeten aan het faculteitsbestuur worden voorgelegd. Art. 11) Ieder lid van de faculteitsraad kan een voorstel tot wijziging van dit reglement indienen. Dit voorstel moet in eerste lezing in een faculteitsraad worden besproken. Op zijn vroegst 7 kalenderdagen later wordt over het voorstel in tweede lezing gestemd; het wordt bij gewone meerderheid aanvaard. Art. 12) Eenmaal per jaar houdt de decaan een algemene informatievergadering over de gang van zaken van de faculteit, toegankelijk voor alle leden van de faculteit. Ieder faculteitslid heeft bij deze vergadering het recht om vragen te stellen over de faculteit. V. Vakgroepen en Onderzoeksgroepen Art. 13) De faculteit Wetenschappen omvat 8 VAKGROEPEN met daaraan verbonden VAKGROEPSRADEN die tevens de rol vervullen van OPLEIDINGSRADEN. Deze vakgroepen en de onder hen ressorterende opleidingen zijn - Computerwetenschappen Computerwetenschappen Toegepaste Informatica Master Computer Science - Wiskunde Wiskunde GAS/GGS Actuariële Wetenschappen - Fysica Fysica - Chemie Chemie - Geologie Geologie - Geografie Geografie - Biologie Biologie GGS ECOMAMA

5 - Bioingenieurswetenschappen Bio-Ingenieurswetenschappen: cel- en genbiotechnologie Bio-Ingenieurswetenschappen: bioproceskunde GGS IPMB GGS Molecular Biology en Biotechnology (Geografie, Chemie, Biologie, Biotechnologie) GGS Environmental Sciences and Technology Art. 14) AP-leden (ZAP en gelijkgestelden en AAP en gelijkgestelden) behoren tot de vakgroepen waar zij in de daaraan verbonden AO s (of VAO s) onderwijs verlenen. Art. 15) ZAP-leden behoren in hoofdorde tot de vakgroep bij dewelke het zwaartepunt van hun onderwijsopdracht ligt. Dienstonderwijs wordt hierbij aangerekend bij de dienstverlenende vakgroep. Uitgaande van de bestaande situatie kan een ZAP-lid maar overgeheveld worden naar een nieuwe vakgroep indien zijn aandeel in het onderwijs in het overeenstemmend vakgebied dat van het vroegere vakgebied met meer dan 20% overtreft. Vastbenoemde wetenschappelijke personeelsleden (FWO) worden zowel op basis van hun onderwijs- als van hun onderzoeksopdrachten in hoofdorde verbonden aan een vakgroep. Art. 16 Naast de vakgroepen bestaan er tevens ONDERZOEKSGROEPEN. Een onderzoeksgroep bestaat hetzij uit meerdere personeelsleden, waarvan tenminste een ZAP of vastbenoemd FWO-lid, die onderzoek uitvoeren rond eenzelfde thema, hetzij uit meerdere individuele ZAP-leden rechtstreeks afhankelijk van de voorzitter van een vakgroep. Alle ZAP- en vastbenoemde FWO-leden behoren in hoofdorde tot één onderzoeksgroep. Art. 17) AAP- (en gelijkgestelden) en ATP-leden bezoldigd lastens de werkingskredieten van de universiteit behoren in hoofdorde tot de vakgroep waaraan zij door de faculteit worden verbonden. In zover zij belast worden met onderzoekstaken worden zij tevens verbonden aan onderzoeksgroepen. Art. 18) BAP- en ATP-leden op contracten behoren tot de vakgroep waartoe de promotor (ZAP- FWO) in hoofdorde behoort. Zij zijn tevens verbonden aan onderzoeksgroepen. Waar mogelijk en gewenst verwacht men van BAP-leden dat zij in beperkte mate bijdragen tot het onderwijs. Art. 19) De lijst van de ZAP-(en gelijkgestelde vastbenoemde FWO ers), AAP-, BAP- en ATP-leden die in hoofdorde tot een gegeven vakgroep en onderzoeksgroep behoren wordt jaarlijks vastgelegd door de faculteitsraad. Art. 20) De financiering van de vakgroepen en van de onderzoeksgroepen op de facultaire onderwijskredieten gebeurt volgens twee verschillende kanalen :

6 i) onderwijsgelden Deze worden afzonderlijk toegekend per vakgebied. De verdeelsleutels worden facultair vastgelegd. ii) werkingstoelagen voor onderzoeksgroepen waarvan de verdeelsleutels facultair worden vastgelegd. VI. Vakgroepsraden Art. 21) Alle voorstellen, betreffende punten van de onder hem ressorterende opleidingen en regelingen voor de aan hem in hoofdorde verbonden ZAP-leden en AAP-leden (strictu senso), worden door de vakgroepsraad geadviseerd en schriftelijk naar de decaan gestuurd. Naargelang de aard van de problemen zal de decaan, na eventueel advies van facultaire commissies of raden, de voorstellen ter goedkeuring voorleggen aan het faculteitsbestuur of de faculteitsraad. Art. 22) Elke vakgroepsraad stelt een intern reglement op waarin o.a. zijn samenstelling, bevoegdheid, werking (o.m. stemgerechtigdheid bij de behandeling van vakgroeps- of opleidingsraad-problemen) en de bevoegdheid van zijn voorzitter bepaald worden en legt dit ter goedkeuring voor aan de faculteitsraad. De voorzitter van een vakgroep moet een ZAP-lid of vastbenoemd FWO-lid zijn dat in hoofdorde aan deze vakgroep verbonden is. De AAP-leden (en gelijkgestelden) en studenten die zetelen in de vakgroepen worden verkozen door en onder de leden van hun respectievelijke geledingen in hoofdorde verbonden aan deze vakgroep. VII. Adviescommissies Art. 23) De facultaire werking wordt verdeeld over de volgende vaste adviescommissies : - facultaire onderwijscommissie OWC - facultaire onderzoekscommissie OZC - facultaire commissie middelen CM - facultaire commissie public relations CPR de samenstelling van de facultaire adviescommissies kan geraadpleegd worden via het intranet Wetenschappen Art. 24) De voorzitter van deze commissies is de decaan of een door hem voorgedragen ZAP-lid na bekrachtiging door het faculteitsbestuur en de faculteitsraad. Art. 25) De volledige samenstelling van de verschillende commissies wordt elk jaar vóór 30 november door de faculteitsraad goedgekeurd.

7 Art. 26) De facultaire onderwijscommissie (OWC) geeft advies aan de faculteitsraad betreffende alle algemene en vakgroepsgebonden onderwijsproblemen (organisatie, curriculum, examenreglement, verdeling bijzondere onderwijskredieten, onthaal, brugonderwijs,...). De OWC kan ook initiatieven nemen i.v.m. algemene onderwijsproblemen die zij toestuurt aan de decaan. Deze zal ze aan de FR of het FB voorleggen. De OWC geeft tevens de nodige impulsen om de internationale contacten zowel met industrielanden als met ontwikkelingslanden te bevorderen, internationale uitwisselingsprogramma's zoals bvb. de Socrates en Tempusprogramma's te bevorderen en te coördineren. Voorstellen worden naar de decaan doorgestuurd die ze aan de FR of het FB ter goedkeuring zal voorleggen. Art. 27) De facultaire onderwijscommissie (OWC) is samengesteld uit : - de decaan, - de voorzitter, - één ZAP-lid aangesteld door elk van de vakgroepen, - één AAP-lid (of gelijkgestelde) aangesteld door elk van de vakgroepen, - één AP-lid van het ZSCB, - één student (minstens 2de bachelor) voorgedragen door elk van de vakgroepen, - de vertegenwoordigers ZAP, AAP en studenten in OWR indien niet begrepen in vorige leden. Art. 28) De coördinatoren voor het kandidatuur/bachelor onderwijs van elk van de basisrichtingen leggen hun voorstellen, na deze toegestuurd te hebben aan de decaan, voor aan de OWC. Bij de bespreking van deze voorstellen en problemen waarin zij betrokken zijn kan de voorzitter van de OWC de betrokken coördinator voor belichting van de problematiek op de vergadering uitnodigen. Art. 29) De leden van de faculteit Wetenschappen in de themagroepen van de OWR kunnen aan de voorzitter van de OWC vragen - of door hem gevraagd worden - aan zekere vergaderingen deel te nemen. Art. 30) De facultaire onderzoekscommissie (OZC) heeft als taak het onderzoek in de faculteit aan te moedigen, impulsen te geven om de kwaliteit van dit onderzoek te bevorderen en de onderzoeksinitiatieven van de ZAP-leden te evalueren en globaal te ondersteunen. De voorstellen worden naar de decaan doorgestuurd die ze aan de FR of het FB zal voorleggen. De OZC fungeert als examencommissie voor de doctoraatsopvolging. De OZC adviseert de decaan over de aanvaarding van de aanvragen tot het voorbereiden van een doctoraatsproefschrift, en over de evaluatie van het wetenschappelijk jaarverslag. Art. 31) De facultaire onderzoekscommissie (OZC) is samengesteld uit : - de decaan, - de voorzitter, - de 4 vertegenwoordigers in de OZR (vertegenwoordiging op voorstel van de decaan en goedgekeurd door de faculteitsraad), - één AP-lid aangesteld door elk van de vakgroepen, - zes gecoöpteerde ZAP-leden bijzonder actief in het onderzoek, - het AAP-lid van de faculteit in de Raad van Beheer,

8 - één AAP-lid, voorgedragen door de AAP-leden in hoofdorde verbonden aan de faculteit Wetenschappen, Art. 32) De facultaire commissie middelen (CM) waakt op basis van door de faculteitsraad goedgekeurde criteria over de verdeling van de middelen (recurrente onderwijs- en werkingskredieten, vervanging zware apparatuur,...) en personeel (AP en ATP). Zij kan initiatieven nemen om deze criteria aan nieuwe noodwendigheden aan te passen en zal deze wijziging aan de decaan doorsturen die ze aan de FR of het FB zal voorleggen. De facultaire commissie middelen waakt tevens over de rechtmatige verdeling van de m² over de vakgroepen en dit op basis van door de faculteitsraad goedgekeurde criteria. Deze criteria kunnen op initiatief van deze commissie in functie van nieuwe noodwendigheden gewijzigd worden. Deze wijzigingen worden naar de decaan doorgestuurd die ze aan het faculteitsbestuur voorlegt. De CM geeft ook haar advies aan de decaan bij de aanvragen van meubilair, onderhoud en aanpassing voor lokalen toegekend aan de faculteit: ze besteedt speciale aandacht aan de leefbaarheid en studentvriendelijkheid van de lokalen gebruikt door de faculteit. Art. 33) De facultaire commissie middelen is samengesteld uit: - de decaan, - de voorzitter, - de 2 vertegenwoordigers in de universitaire gebouwencommissie oefenplein (G.C.O.) voorgedragen door de commissie, - één AP-lid aangesteld door elk van de vakgroepen, - twee ATP-leden verkozen onder en door ATP-leden op werking of NGP Art. 35) De facultaire commissie public relations (CPR) coördineert de PR initiatieven en activiteiten van de vakgroepen (infodagen, bezoek aan scholen, bijscholing leraars, postacademische vorming, Wetenschapsolympiades,...) en neemt zelf initiatieven om deze PR te bevorderen teneinde o.a. de instroom van nieuwe studenten te vergroten. De PR commissie zal tevens de wetenschappelijke voorlichting coördineren en op dit vlak de gepaste initiatieven nemen. Alle voorstellen worden naar de decaan gestuurd die ze dan aan het FB of de FR voorlegt voor goedkeuring. Art. 36) De facultaire commissie public relations is samengesteld uit: - de decaan, - de voorzitter, - de PR coördinator, - de coördinator wetenschappelijke voorlichting (deze drie laatsten voorgesteld door de decaan), - één AP-lid aangesteld door elk van de vakgroepen, - drie vertegenwoordigers uit de studentenkringen, één voor het studiegebied Wetenschappen, één voor het studiegebied Toegepaste Biologische Wetenschappen en één uit de InfoGroep. Indien er niet minstens twee AAP-leden (of gelijkgestelden) zijn, vult de decaan dit aantal aan tot twee.