ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP PCBS "PRINS WILLEM ALEXANDER" (LOC. RANDENBROEK)

Transcriptie

1 ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP PCBS "PRINS WILLEM ALEXANDER" (LOC. RANDENBROEK) Plaats : Amersfoort BRIN-nummer : 08TE Onderzoeksnummer : Datum schoolbezoek : 2 september 2010 Rapport vastgesteld te Utrecht op 1 november 2010

2

3 Inhoud 1 Onderzoek 5 2 Bevindingen 7 3 Conclusie 11 Bijlage 13 pagina 3 van 14

4

5 1 Onderzoek Op 2 september 2010 heeft de inspectie pcbs "Prins Willem Alexander" (loc. Randenbroek) bezocht. Het bezoek is afgelegd vanwege de verplichting van de inspectie om scholen voor primair onderwijs ten minste eenmaal per vier jaar te bezoeken. Tijdens het onderzoek heeft de inspectie de kwaliteit van het onderwijs op de school beoordeeld met een beperkte set indicatoren, waarmee zij conform de Wet op het Onderwijstoezicht (WOT) kan beoordelen of de school op belangrijke onderdelen onderwijs van voldoende kwaliteit biedt. Deze indicatoren hebben betrekking op de resultaten en de ontwikkeling van leerlingen, op de zorg en begeleiding en op de kwaliteitszorg. Daarnaast zijn enkele verplichtingen van de school in het kader van de naleving van wet- en regelgeving gecontroleerd, waaronder de onderwijstijd. De bevindingen uit het onderzoek in het kader van het vierjaarlijks bezoek worden gebruikt om te bezien of het reeds aan de school toegekende basisarrangement kan worden gehandhaafd. Eventueel geconstateerde tekortkomingen worden betrokken bij de eerstvolgende risicoanalyse. Indien tijdens het onderzoek echter blijkt dat er mogelijk sprake is van zwakke of zeer zwakke onderwijskwaliteit, dan zet de inspectie het onderzoek in het kader van het vierjaarlijks bezoek, na overleg met het bevoegd gezag, om in een kwaliteitsonderzoek. In hoofdstuk 2 van dit rapport beschrijft de inspectie de bevindingen die uit haar onderzoek op pcbs "Prins Willem Alexander" (loc. Randenbroek) naar voren zijn gekomen. Bij de geconstateerde verbeterpunten is tevens een onderbouwing opgenomen. In hoofdstuk 3 volgt de conclusie. Onderzoeksopzet Deze rapportage over het onderzoek is gebaseerd op: Een beperkte set indicatoren uit het Toezichtkader po/vo 2009 van de inspectie. Het toezichtkader is te vinden op Analyse van documenten en gegevens over de school die bij de inspectie aanwezig zijn. Schoolbezoek, waarbij: schooldocumenten en handelingsplannen zijn bestudeerd; enkele groepsbezoeken zijn afgelegd voor het beoordelen van de planmatige uitvoering van de zorg; gesprekken met de directie en de intern begeleider zijn gevoerd. pagina 5 van 14

6

7 2 Bevindingen De bijlage van dit rapport bevat een overzicht van de bij dit onderzoek gebruikte indicatoren en de bevindingen van de inspectie daarover. Uit dit overzicht valt op te maken dat op basisschool Prins Willem Alexander, locatie Randenbroek de kwaliteit van het onderwijs voor de meeste onderzochte indicatoren op orde is. Het betreft hier met name de aspecten opbrengsten en kwaliteitszorg. Opbrengsten In de afgelopen jaren liggen de eindopbrengsten boven de ondergrenzen die de inspectie hanteert en daarmee zijn de eindopbrengsten als voldoende beoordeeld. In principe doen alle leerlingen mee aan deze toetsen. Ook de resultaten op tussentijdse opbrengsten zijn voldoende. aangezien diverse groepen minder dan 10 leerlingen bevat, bekeek de inspectie 7 meetmomenten. Het gaat hierbij om het technisch lezen in de groepen 3 en 4, rekenen & wiskunde in de groepen 4, 5 en 6 en het begrijpend lezen in de groepen 5 en 6. De groepsresultaten liggen op vier meetmoment boven de ondergrenzen van de inspectie. Dat is net genoeg om de tussentijdse opbrengsten als voldoende te beoordelen. De tussentijdse opbrengsten laten echter nog wel risico's zien. Zo scoorde de groep 4 van vorige jaar (de huidige 5) te laag bij technisch lezen en rekenen. Ook het rekenen in groep 6 scoorde te laag. De huidige groep 8 scoorde vorig jaar wisselend op de toetsen, maar de directie geeft aan op basis van de resultaten van de entreetoets en de inzet die nu gepleegd wordt vertrouwen te hebben in de eindresultaten van De school heeft nog geen toets om het niveau van de sociale competenties van leerlingen in kaart te brengen. De inspectie kan deze indicator (1.5) daarom niet beoordelen. Werken aan kwaliteit In de voorgaande jaren hebben diverse personeels- en directiewisselingen plaatsgevonden op de Prins Willem Alexanderschool. Sinds vorig jaar is er een nieuwe directie, een nieuwe intern begeleider en voor een deel een nieuw team aan de school verbonden. Dit heeft er toe geleid dat er in dat eerste jaar veel tijd is geïnvesteerd in het opzetten van structuren in de organisatie van de school, het oppakken van diverse verbeteractiviteiten, waaronder het verhogen van de ouderbetrokkenheid en het verbeteren van het aangezicht van de school. Dit is terug te zien in het kwaliteitsprofiel. De planmatige aanpak van verbeteractiviteiten (9.4), de borging van afspraken (9.5) en de verantwoording daarover (9.6) en de zorgstructuur (7.1) zijn als voldoende beoordeeld. Hoewel er een goede aanzet is geweest, zijn deze ontwikkelingen nog niet voltooid. In randvoorwaardelijke sfeer, zoals de implementatie van goed aanbod, afspraken over registratie, het klassenmanagement en differentiatie is nog de nodige ontwikkeling nodig. Dit is nodig om de knelpunten die in de volgende paragraaf aan de orde komen op te kunnen lossen. De school heeft daarnaast (nog steeds) te maken met een dalend leerlingaantal. Dit heeft gevolgen voor de formatie en dit leidt er toe dat alle zorg binnen de groepen gegeven moet worden. Dit wordt bemoeilijkt doordat in de groepen nog niet alle randvoorwaardelijke zaken op orde zijn om de zorg aantoonbaar en adequaat uit te voeren. pagina 7 van 14

8 Verbeterpunten voor de onderwijskwaliteit Naast deze positief beoordeelde aspecten, vraagt de inspectie aandacht voor enkele onderdelen waarvan de kwaliteit verbetering behoeft. Het betreft hier met name de analyse en evaluatie van de opbrengsten, het onderwijs en de leerlingenzorg. Ontwikkelingsperspectief De Prins Willem Alexanderschool, locatie Randenbroek is dit jaar gestart met het opstellen van ontwikkelingsperspectieven voor leerlingen die niet met het reguliere aanbod meekunnen en niet verder komen dan het eindniveau van groep 7. De inspectie heeft de eerste aanzet hiervan gezien en ziet hierin een goede basis om dit verder uit te werken. In het perspectief zijn diverse onderdelen die meer in samenhang met elkaar en vervolgens met het aanbod een meetbaar en evalueerbaar perspectief kunnen vormen. De inspectie beoordeelt de betreffende indicator (1.4) nu als onvoldoende. Hierbij dient echter wel opgemerkt te worden dat het op dit moment maar 1 leerling betreft. Kwaliteitszorg en opbrengstgericht werken. Voor de evaluatie van de opbrengsten en het onderwijs en leren heeft de school nog geen werkwijze opgezet. De school zet op dit moment diverse instrumenten in om vinger aan de pols te houden, maar dit gebeurt nog niet met een vastgestelde regelmaat en systematisch aan de hand van een planning, vooraf gestelde kwaliteitsdoelen en geobjectiveerde instrumenten. Wel bevraagt de school, conform de bovenschoolse aanpak, ouders, leerlingen en teamleden regelmatig. Overige instrumenten, zoals klassenbezoeken en gesprekken vinden veelal nog op individueel niveau plaats in het kader van onder andere personeelsbeleid. Ook de opbrengsten worden op schoolniveau nog niet geanalyseerd en afgezet tegen schooleigen doelen. Samen met het thema opbrengstgericht werken staat dit voor dit schooljaar op de agenda. De inspectie vraagt hiervoor wel enige urgentie aangezien uit de opbrengsten blijkt dat deze een risicovol beeld vertonen. Leerlingenzorg Met diverse toetsen en via het nieuwe digitale leerlingvolgsysteem (Parnassys) heeft de school informatie beschikbaar over de leerlingen. De zorgstructuur tezamen met het toetsinstrumentarium zorgen ervoor dat leerlingen worden gevolgd en dat uitval bij leerlingen tijdig wordt gesignaleerd. Echter, het traject dat volgt na signalering behoeft over de gehele linie nog de nodige aandacht. De leraren gebruiken de gegevens in onvoldoende mate om een goede analytische probleemomschrijving te maken voor in een (groeps)handelingsplan. Voor diverse leerlingen lijken handelingsplannen te ontbreken en het is niet duidelijk welke keuze daaraan ten grondslag ligt. Ook is niet altijd inzichtelijk hoe het team in een voorgaande periode zorg verleende aan leerlingen die uitvielen. De beschikbare handelingsplannen zijn over het algemeen van onvoldoende kwaliteit aangezien de analyse, het doel, de aanpak, de registratie van de uitvoering en (tussentijdse) evaluaties ontbreken of alleen in beperkte mate zijn uitgewerkt. Ook uit de klassenadministratie blijkt onvoldoende hoe en wanneer de leraren zorg verlenen. Tot slot mist de inspectie een goede evaluatie na afloop van de zorgperiode. Wat is het effect van de hulp geweest, wat werkte goed en wat ging minder goed en wat betekent dit voor het vervolg van de zorg? Tijdens het onderzoek zag de inspectie ook enkele betere voorbeelden. Deze kan de directie en/of de intern begeleider gebruiken om een goede kwaliteitsstandaard voor zorg te ontwikkelen waar het team naar toe kan werken. pagina 8 van 14

9 pagina 9 van 14

10

11 3 Conclusie Onderwijskwaliteit De inspectie concludeert dat de onderwijskwaliteit op basisschool Prins Willem Alexander, locatie Randenbroek op een aantal van de onderzochte onderdelen voor verbetering vatbaar is. De inspectie handhaaft vooralsnog het reeds toegekende basisarrangement en gaat er vanuit dat directie en bevoegd gezag de gesignaleerde knelpunten verbeteren. De bevindingen zullen worden betrokken bij de eerstvolgende risicoanalyse, waarbij opnieuw de vraag aan de orde is of het toezichtarrangement eventueel moet worden aangepast. Wet- en regelgeving De inspectie is in het bezit van de vastgestelde schoolgids, het vastgestelde schoolplan en zorgplan. Er is echter een onvolledigheid in de inhoud van de schoolgids en het schoolplan geconstateerd. Het volgende onderdeel ontbreekt in de schoolgids: Uit de schoolgids is niet volledig op te maken hoe hoog de ouderbijdrage is. Daarnaast ontbreekt in het schoolplan een passage die aangeeft hoe het bevoegd gezag bewaakt dat de betrokken school de gewenste kwaliteit realiseert. Het beleid van de inspectie is deze ontbrekende onderdelen op dit moment nog niet als tekortkoming te beoordelen bij de betreffende indicatoren over het naleven van wet- en regelgeving. Wel heeft de inspectie met het bevoegd gezag afgesproken dat in de volgende versie van dit schooldocument de ontbrekende onderdelen zijn opgenomen. Het samenwerkingsverband neemt deel aan een experiment in het kader van passend onderwijs. Daartoe neemt zij deel aan het Regionaal netwerk Eemland. Dit regionaal netwerk heeft nog geen zorgplan opgesteld, maar is daar wel mee bezig. Met het bestuur van dit netwerk is daarom afgesproken dat het oorspronkelijke samenwerkingsverband een nieuw zorgplan vaststelt. Aangezien dit bij de inspectie is ingediend, beoordeelt de inspectie deze indicator als voldoende. Hierbij dient opgemerkt te worden dat er in afwachting van het zorgplan van het nieuwe samenwerkingsverband geen inhoudelijke toetsing heeft plaatsgevonden. pagina 11 van 14

12

13 Bijlage Overzicht indicatoren en bevindingen. Met de scores 1 tot en met 5 wordt tot uitdrukking gebracht in welke mate de indicatoren op de school zijn gerealiseerd: 1 slecht; 2 onvoldoende; 3 voldoende; 4 goed; 5 niet te beoordelen (alleen bij opbrengsten). Bij wet- en regelgeving is in de waardering tot uitdrukking gebracht of de school wel (ja) of niet (nee) voldoet aan de genoemde wettelijke vereisten. (De nummering van de indicatoren verwijst naar de nummering van de volledige set indicatoren uit het Toezichtkader po/vo Indicatoren die bij een kwaliteitsonderzoek de doorslag geven of een school (zeer) zwak is, zijn gemarkeerd met een asterisk*.) Het kwaliteitsprofiel van pcbs "Prins Willem Alexander" (loc. Randenbroek) Kwaliteitsaspect 1: De opbrengsten liggen op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie verwacht mag worden * De resultaten van de leerlingen aan het eind van de basisschool liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht. 1.2 * De resultaten van de leerlingen voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde tijdens de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht. 1.4 Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften ontwikkelen zich naar hun mogelijkheden. 1.5 De sociale competenties van de leerlingen liggen op een niveau dat mag worden verwacht. Kwaliteitsaspect 7a: De leraren volgen systematisch de vorderingen van de leerlingen * De school gebruikt een samenhangend systeem van genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen. pagina 13 van 14

14 Kwaliteitsaspect 8: De leerlingen die dat nodig blijken te hebben, krijgen extra zorg De school signaleert vroegtijdig welke leerlingen zorg nodig hebben. 8.2 Op basis van een analyse van de verzamelde gegevens bepaalt de school de aard van de zorg voor de zorgleerlingen. 8.3 * De school voert de zorg planmatig uit. 8.4 De school evalueert regelmatig de effecten van de zorg. Kwaliteitsaspect 9: De school heeft een systeem voor kwaliteitszorg De school heeft inzicht in de onderwijsbehoeften van haar leerlingenpopulatie. 9.2 De school evalueert jaarlijks de resultaten van de leerlingen. 9.3 De school evalueert regelmatig het onderwijsleerproces. 9.4 De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten. 9.5 De school borgt de kwaliteit van het onderwijsleerproces. 9.6 De school verantwoordt zich aan belanghebbenden over de gerealiseerde onderwijskwaliteit. Wet- en regelgeving N1 Door of namens het bestuur is de vastgestelde schoolgids naar de inspectie gestuurd en deze schoolgids bevat de verplichte onderdelen (WPO, art. 16 en 13). N2 Door of namens het bestuur is het vastgestelde schoolplan naar de inspectie gestuurd en dit schoolplan bevat de verplichte onderdelen (WPO, art. 16 en 12). N3 Door of namens het bestuur is het vastgestelde zorgplan van het samenwerkingsverband naar de inspectie gestuurd en dit zorgplan bevat de verplichte onderdelen (WPO, art. 19). N4 De geplande onderwijstijd voldoet aan de wettelijke vereisten (WPO, art. 8). ja nee pagina 14 van 14