Studiegids. Masteropleiding. M.Ed Leraar Algemene Economie (1 e graads)

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Studiegids. Masteropleiding. M.Ed Leraar Algemene Economie (1 e graads)"

Transcriptie

1 Studiegids Masteropleiding M.Ed Leraar Algemene Economie (1 e graads) 0

2 Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Interfacultair instituut HAN Masterprogramma s (HMP) Berg- en Dalseweg BC NIJMEGEN Directie Mw. L. Prevoo Coördinatie opleiding master leraar algemene economie Dhr. JH Jansen Juli

3 Studiegids Inhoudsopgave A. Algemeen deel 1. Studeren bij de HAN Master Programma s (HMP) 2. Studiegids en opleidingsstatuut 3. Omschrijving en profiel van de master 4. De educatieve master 5. Examendata en afstuderen B. Opleidingsspecifiek deel 1. Informatie over de masteropleiding wiskunde 2. Onderwijseenheden en tentamina Bijlage 1: Professionalisering Bijlage 2: Tripartiete contract Jaarplanning Disclaimer: De hier gegeven informatie is met zorg samengesteld doch voor de juistheid en volledigheid daarvan kan niet worden ingestaan. Er is een formeel vastgesteld Opleidingsstatuut (OS) en een Onderwijs Examenregeling (OER) waarin alle regelingen en curriculumzaken correct vermeld staan. 2

4 DEEL A 1. Studeren bij de HAN Master Programma s (HMP) Welkom Van harte welkom bij de HAN Master Programma s. Allereerst natuurlijk voor de nieuwe studenten, die dit collegejaar aan de masteropleiding tot eerstegraads leraar algemene economie beginnen, maar natuurlijk ook de zittende masterstudenten die na de vakantie, hopelijk, uitgerust aan een nieuw studiejaar beginnen. Wij wensen iedereen heel veel succes. Een masteropleiding is niet niks. Die vraagt inspanning en doorzettingsvermogen. Maar na de eindstreep, wanneer u het getuigschrift heeft behaald, kunt u bevoegd het beroep van leraar in het eerstegraads gebied uitoefenen. In het werkveld wachten ze op meer docenten en dan vooral op meer kwalitatief sterke docenten. Stel die verwachting niet teleur. Terecht dat u veel van HMP mag verwachten bij uw ontwikkeling tot die kwalitatief sterke docent, maar wij verwachten van u dat u zich proactief, ambitieus, innovatief, open, eerlijk en kritisch opstelt. Dat zijn de ingrediënten voor een verdiepende interessante studie en een goede vervolgstap in uw carrière in het onderwijs. Veel succes dit studiejaar! Namens het docententeam Jan Jansen, coördinator opleiding 1 e graads leraar algemene economie 2. Studiegids en opleidingsstatuut In deze studiegids vindt u belangrijke informatie over de inhoud en organisatie van de opleiding. Deel A: algemene informatie over het onderwijs en de opleiding Deel B: specifieke informatie over de door u gekozen lerarenopleiding Bijlagen Naast deze studiegids is er ook een opleidingsstatuut. Het opleidingsstatuut is een formeel document over rechten en plichten als student aan de opleiding. Hierin vindt u de spelregels die horen bij een opleiding aan de HMP-HAN met betrekking tot thema s als toetsing en opleidingsorganisatie. Het opleidingsstatuut kunt u vinden op de elektronische leeromgeving van de opleiding. Zie Zodra u student bent op onze opleiding ontvangt u daarvoor een inlogcode. 3. Omschrijving en profiel van de master Een Master of Education leidt op tot zelfstandige en zelfverantwoordelijke leraren, die adequaat functioneren in de bovenbouw van het voortgezet onderwijs en die in staat zijn onderwijskundige vernieuwingen binnen hun vakgebied te leiden en vorm te geven. Hiervoor is een grote mate aan vakkennis, kennis van het doen van onderzoek en de beginselen van leiderschapskwaliteiten nodig. 4. De educatieve master 4.1 Doel van de opleiding Met de opleiding wordt beoogd zodanige competenties te verwerven op het gebied van interpersoonlijk en pedagogisch handelen, vakinhoud/vakdidactiek, organisatie, samenwerking met collega s, samenwerking met de omgeving, reflectie en ontwikkeling, dat de afgestudeerde bekwaam is op masterniveau te werken in het werkveld leraar voorbereidend hoger onderwijs (VHO). Dit is nader uitgewerkt in de eindkwalificaties van de opleiding. Onder invloed van constructivistische opvattingen over kennisverwerving in het onderwijsleerproces wordt u gezien als zelfverantwoordelijke en actieve 3

5 constructeur van kennis. De rol van docent is naast instructeur en kennisoverdrager ook begeleider /schoolbegeleider van het leerproces en de persoonlijke ontwikkeling en beroepsoriëntatie van leerlingen. In het onderwijs aan educatieve masters van de HAN worden de volgende pijlers gehanteerd, die u in iedere opleiding terug zult vinden: 1. Competenties 2. Kennisbasis 3. Dublindescriptoren 4.2 Competenties Ad. 1. Competenties De eindkwalificaties van de opleiding Master of Education zijn geformuleerd in termen van competenties. Onder een competentie verstaat de opleiding een combinatie van kennis en inzicht, vaardigheden en attitudes. Bij kennis gaat het om de vraag: weet u het? Bij competenties gaat het om de vraag: doet u het? Voor de docent voorbereidend hoger onderwijs (het oorspronkelijke eerstegraads onderwijsgebied) gebruikt de opleiding de landelijk vastgestelde set competenties, die geconcretiseerd zijn in de vorm van kennis- en gedragsindicatoren. De onderstaande competenties zijn landelijk geformuleerd door de Stichting Beroepskwaliteit Leraren (SBL), in 2012 opgegaan in de Onderwijscoöperatie. Zie ook onder tabblad bekwaamheidseisen. 1. Interpersoonlijk competent 2. Pedagogisch competent 3. Vakinhoudelijk vakdidactisch competent 4. Organisatorisch competent 5. Competent in het samenwerken met collega s 6. Competent in het samenwerken met de omgeving 7. Competent in reflectie en ontwikkeling. Ad. 2. Kennisbasis Om als docent u werk goed te kunnen doen hebt u kennis nodig. In uw opleiding is ruimschoots aandacht voor het verdiepen van uw vakkennis. Om goed (= competent) te kunnen handelen maak u vanzelfsprekend gebruik van deze kennis, vaardigheden en attituden. De gezamenlijke lerarenopleidingen hebben in overleg met en na legitimering door universiteiten en het werkveld vastgesteld welke kennis minimaal vereist is in de HBO-masteropleidingen. We noemen dit de kennisbasis. De inhouden van ons vakcurriculum zijn daarop geënt. Zie ook onder tabblad vakmasters of Ad. 3. Dublindescriptoren Aan elke masteropleiding worden kwaliteitseisen gesteld die het niveau van de opleiding vaststellen: de Dublindescriptoren. De HAN bewaakt het niveau van de opleiding met behulp van deze descriptoren (beschrijvingen). De Dublindescriptoren, die gelden in heel Europa, zijn als volgt geformuleerd: Zie Kennis en inzicht De beroepsvaardigheden en kennis, die studenten hebben verworven in een Bachelor of Education, worden in de master verdiept. Deze verdieping vindt zowel op vakinhoudelijk, als onderwijskundig en vakdidactisch gebied plaats. Om goed onderwijs te kunnen ontwerpen, innoveren, uitvoeren en onderzoeken, heeft de student kennis en inzicht nodig. Hij moet ideeën kunnen ontwikkelen en die op originele wijze kunnen vertalen in nieuwe leerarrangementen. Toepassing van kennis en inzicht 4

6 De masteropleiding doet een groot beroep op het zelfstandig transformeren van concepten uit het vakgebied naar de examendomeinen van het schoolvak in de Tweede Fase. De master is in staat in nieuwe en/of onbekende omstandigheden binnen een bredere of multidisciplinaire context kennis te integreren en met complexe materie om te gaan. Oordeelsvorming Een masterstudent leert meer dan een bachelorstudent zelfstandig en kritisch gebruik te maken van (onvolledige en beperkte) informatie uit (overheids-)beleid, onderzoek en andere bronnen op wetenschappelijk niveau. Communicatie Om leiding te kunnen geven aan onderwijskundige vernieuwingen en adequaat te kunnen communiceren naar alle betrokken partijen (leerlingen uit de bovenbouw havo / vwo, ouders, vakcollega's, schoolleiding), moet de afgestudeerde master over communicatieve vaardigheden op niveau beschikken. Leervaardigheden De afgestudeerde master moet zowel ontwikkelingen in zijn vakgebied bijhouden als die op onderwijskundig en didactisch gebied. Daarnaast moet hij een bijdrage leveren aan de verbetering van de eigen onderwijspraktijk en de ontwikkeling van de school als lerende organisatie. Om dit te bereiken moet hij zijn eigen professionalisering vorm kunnen geven. Deze kwaliteitseisen komen tot uitdrukking in het opleidingsprogramma in de vorm van: - vakkennis - vakdidactiek - professionalisering; - onderzoeksvaardigheden Deze vier leerlijnen in het curriculum zijn te onderscheiden, maar zeker niet te scheiden. Vanaf leerjaar één worden vakkennis, vakdidactiek, professionalisering en onderzoeksvaardigheden met elkaar verbonden, hetwelk in jaar drie resulteert in de verbindende master thesis. 4.3 Visie op kennisontwikkeling en toepassing (visie op onderwijs) Bij de vormgeving van het competentiegericht opleiden binnen de duale masteropleidingen is het uitgangspunt dat de student vanuit werkervaring en een tweedegraads bevoegdheid de eindkwalificaties op eerstegraads niveau verwerft en toont door bijvoorbeeld het afleggen van kennistentamens en het werken aan leertaken op het gebied van vakinhoud en vakdidactiek, de eigen professionele ontwikkeling, vastgelegd in een plan t.b.v. het praktijkdossier, en onderzoeksvaardigheden (bijvoorbeeld het eindonderzoek). Competentieontwikkeling is het doel, tentamens en leertaken zijn daartoe een middel. In het laatste jaar van de opleiding wordt de student geacht zijn eigen praktijkonderzoek grotendeels vorm te geven. De student is zelf verantwoordelijk voor het opzetten, uitvoeren en evalueren van dit onderzoek in de context van de school. Op de opleiding wordt de student daarbij ondersteund door leden van het Kenniscentrum voor Leren, lectoren, de tutor en op de school door de schoolbegeleider, eventueel ondersteund door het team waarin hij werkt. De toenemende zelfsturing van de student gaat gepaard met een afnemende docentsturing in de gehanteerde didactiek en de didactische werkvormen. Didactische werkvormen: practice what you preach Het doel van de masteropleiding is niet alleen dat studenten zich een uitgebreid vakdidactisch repertoire eigen maken, maar ook dat zij op basis van recente inzichten uit de literatuur onderbouwd keuzes kunnen maken hoe zij in specifieke gevallen bovenbouwleerlingen havo en vwo willen brengen tot een deep understanding in het betreffende vakgebied. Hierbij staat de vakdidactiek zoals vastgelegd in de vakkennisbasis centraal. 5

7 Kwaliteitsborging Het opleidingsteam is verantwoordelijk voor de didactische werkvormen die gebruikt worden. Hierover is regelmatig overleg binnen het opleidingsteam onder voorzitterschap van de opleidingscoördinator. De kwaliteit van dit facet wordt gemeten via verschillende evaluaties, zoals het studenttevredenheidsonderzoek (NSE) en de periodieke onderwijsevaluaties. 4.4 Eindkwalificatie, curriculum, toetsing Eindkwalificatie De opleiding hanteert de zeven SBL-competenties op niveau van docent vho als eindkwalificaties. Voor een overzicht van deze competenties en bijbehorende gedragsindicatoren, zie bijlage 1. De instroomeisen bieden de opleiding de kans om vooral in te zoomen op competenties 3 en 7. De zeven competenties zijn vastgelegd in de wet Beroepen in het Onderwijs. De vakinhoudelijke/vakdidactische competentie (competentie 3) wordt geconcretiseerd in de landelijk vastgestelde vakkennisbasis. Deze vakkennisbasis dient dan ook als uitgangspunt voor een groot deel van het curriculum. Competentie 7 (reflectie) komt in het programma vooral naar voren in de onderzoekslijn. Gedurende de gehele opleiding worden studenten voorbereid om in hun eindfase zelfstandig een praktijkgericht ontwerponderzoek te doen. Tijdens het doen van deze meesterproef wordt de student begeleid door een vakdocent en een onderzoeker van het kenniscentrum Kwaliteit van Leren. Het werken aan de overige competenties wordt aangestuurd door de tutor. Studenten schrijven in jaar 1 een eigen ontwikkelingsplan, waarmee ze tijdens het werkplekleren aan de slag gaan. Hierin beschrijven ze welke stappen ze moeten maken om in elk van de zeven competenties aan het einde van de opleiding startbekwaam te zijn. De tutor (vanuit het instituut) en de schoolbegeleider (vanuit de werkplek) bespreken dit document met de student, volgen hem, evalueren zijn voortgang en stellen samen met de student het praktijkdossier tijdens de opleidingsperiode bij. In jaar drie mondt dit uit in een masterdossier waarin de student aantoont aan de hand van relevante, authentieke en gevarieerde bewijsstukken en reflecties dat hij inderdaad startbekwaam eerstegraads docent is. Voorwaarde voor deelname aan het masterexamen/eindgesprek is dus een adequaat masterdossier, voldoendes voor alle onderwijseenheden, een voldoende voor het eindonderzoek en een positief beoordelingsadvies van de schoolbegeleider. Zie bijlage 2 en 3 voor de rol van de schoolbegeleider en het werkplekleren. Opleidingsonderdelen Een groot deel van de opleiding wordt besteed aan onderwijseenheden (OWE) die de student voldoende kennis en inzicht bieden met betrekking tot de algemene economie. Ook vakdidactiek komt hierbij ruimschoots aan de orde als OWE. Deze OWE s zijn dus gebaseerd op competentie 3 en de uitwerking hiervan in de vakkennisbasis. Elke OWE dient afgesloten te worden met een voldoende resultaat. Competentie 7 komt in het programma vooral naar voren in de onderzoekslijn. Tijdens de OWe s onderzoek maken studenten kennis met de onderzoekscyclus en onderzoeks-methodologie, en is de student in staat stelt om een onderzoeksvoorstel voor zijn meesterproef (master thesis) te schrijven. Nadat dit voorstel is goedgekeurd, kan de student onder begeleiding van een docent en een onderzoeker aan de slag gaan met zijn eindonderzoek. Hierbij wordt hij ook verder ondersteund, in kleine groepjes (zogenaamde afstudeertafels) onder leiding van een onderzoeker. De overige competenties maar ook competentie 3 en 7 komen uiteraard gedurende de gehele opleidingstijd aan de orde op de werkplek van de student. Hier kan hij in de praktijk brengen wat hij op de opleiding leert. De opleiding heeft de rol van het werkplekleren beschreven in de studiewijzer de Professionele Ontwikkeling op de werkplek. De opleiding vraagt de student om systematisch op de werkplek aan alle zeven competenties te werken. Dit doet hij door in jaar 1, samen met zijn tutor in tutorbijeenkomsten en de schoolbegeleider een plan te schrijven voor het praktijkdossier, waarin hij per competentie aangeeft wat hij nog moet leren om aan het einde van de opleiding startbekwaam bovenbouwdocent te zijn. De tutor van het instituut en de schoolbegeleider op de werkplek begeleiden de student bij het werkplekleren, evalueren de voortgang en bewaken de procedure. In het curriculum van de opleiding geven drie OWE s de ontwikkeling aan richting het Master dossier. Toetsing Alle OWE s worden apart getoetst. Per OWE kan het verschillen of dit cijfer is opgebouwd uit één tentamen of dat het een combinatie is van een tentamen met een opdracht (rapportage). Tijdens de eerste bijeenkomst van elke OWE krijgt de student een uitgebreide studiewijzer uitgereikt waarin precies staat wat de OWE omvat, wat de einddoelen zijn, hoe getoetst wordt, welke criteria daarbij worden 6

8 gebruikt, welke weging wordt toegepast, wat de cesuur is en hoe het eindcijfer van de OWE wordt berekend. Het instituutsdeel van de professionele ontwikkeling wordt in jaar 1 getoetst bij OWE Praktijkdossier I, in jaar 2 bij OWE Praktijkdossier II en in jaar 3 bij OWE Master dossier3 (masterdossier met een eindgesprek). Het werkplekleren wordt op meerdere manieren beoordeeld in jaar 3: * lesbezoek door de docent van de opleiding MLAE; * beoordelingsadvies schoolbegeleider; * masterdossier met relevante, authentieke en gevarieerde bewijsstukken voor alle zeven competenties; * masterexamen/eindgesprek. Integrale eindtoets Helemaal op het einde van de opleiding vindt een masterexamen/assessment plaats in de vorm van een eindgesprek plaats waarbij alle lijnen samenkomen: vak- en vakdidactiek-owe s (competentie 3), reflectie (competentie 7) en werkplekleren (competenties 1 tot en met 7). Voorwaarde voor deelneming hieraan is: * een voldoende voor de master thesis; * voldoendes voor alle OWE s; * een positief beoordelingsadvies van de schoolbegeleider; * een adequaat masterdossier met relevante, authentieke en gevarieerde bewijsstukken en reflecties voor alle zeven competenties op niveau van docent vho (zie bijlage 1); * positieve beoordeling van het lesbezoek door docent van de opleiding MLAE. Tijdens het assessment beoordelen twee assessoren of de student startbekwaam docent algemene economie is in het 1 e graads gebied van het onderwijs. Zij onderzoeken dit middels een criteriumgericht interview met als kijk- en beoordelingskader de zeven SBL-competenties (op het niveau van docent VHO) en de Dublindescriptoren op masterniveau. In een schema ziet dat er als volgt uit: Vakinhoud (V) Vakdidactiek (D) Professionalisering (P) Onderzoek (O) Totaal Jaar Jaar Jaar Totaal Voorafgaand aan de beoordeling zullen de examinatoren het bewijsmateriaal controleren op de volgende punten: 1. Authenticiteit: is dit bewijsmateriaal echt van u? In geval u het materiaal van anderen instuurt, kan dit een zaak worden voor de examencommissie. 2. Actualiteit: geeft dit bewijsmateriaal de meest actuele stand van zaken weer ten aanzien van uw competentieontwikkeling? 3. Relevantie: is het bewijsmateriaal relevant voor deze integrale toetsing? 4. Variatie: laat u uw competentieontwikkeling in meerdere situaties zien? 5. Meervoudigheid: levert u meerdere bewijsstukken om uw competentieontwikkeling te bewijzen? 4.5 Professionalisering en tutor Studenten krijgen bij de start van de opleiding een tutor toegewezen. Deze helpt u onder meer bij de inrichting van uw studie en de vragen en dilemma s die u tegenkomt. In de opleiding draait het natuurlijk om uw professionele ontwikkeling van onderbouw naar bovenbouwdocent; om de verwerving van de specifieke beroepscompetenties van de bovenbouwdocent. De onderwijsactiviteiten helpen u daarbij, maar meer nog gaat het om uw inspanningen en ervaringen als docent tussen de leerlingen in de bovenbouw. 7

9 De verwerving van die competenties is een continu proces en is in de eerste plaats uw eigen zorg, maar in dit traject wordt u gesteund en geadviseerd door de tutor. In de aanvangsfase bespreekt u samen waar u staat in uw ontwikkeling, wat prioriteit krijgt, hoe u planmatig verder werkt aan uw bekwaamheid. De voortgang van die ontwikkeling moet goed zichtbaar zijn, voor uzelf, voor de tutor en voor anderen. Dit krijgt zijn uitwerking in concrete plannen (vastgelegd in een praktijkdossier), handelingen en reflecties. Samen beschouwt u de leerervaringen en de voortgang van het ontwikkelproces. Zo bouwt u gaandeweg aan een masterdossier waarin u uw ontwikkeling documenteert en de verworven bekwaamheden (aan)toont. De gang van zaken rondom professionalisering staat uitgewerkt in bijlage Beroepsprocedure Alle studieonderdelen leiden naar beoordelingen die in het administratiesysteem Alluris worden vastgelegd. Tegen beoordelingen kunt u, nadat het besluit bekend is gemaakt, in beroep gaan. De termijn waarbinnen u in beroep moet gaan is te vinden op het intranet HAN beroepsprocedures en de OER (OnderwijsExamenRegeling). In de OER en het Opleidingsstatuut staan alle regelingen. 4.7 Studentvoorzieningen Een overzicht van de belangrijkste studentenvoorzieningen van de HAN staat in het algemeen deel van het studentenstatuut. Zie ook de HAN website: De HAN werkt nauw samen met de Radboud Universiteit Nijmegen (RU). HAN-studenten kunnen gebruik maken van een aantal RUstudentenvoorzieningen. Voor nadere informatie over deze voorzieningen: surf naar Openingstijden gebouw HAN Masterprogramma s De lessen van de masteropleiding vinden plaats op de volgende locatie: HAN masterprogramma s (HMP) Berg- en Dalseweg BC Nijmegen Telefoon: Het gebouw is dagelijks open van 8.00 tot uur, met uitzondering van schoolvakanties. Op woensdagen is er ook een avondopenstelling Receptie Deze bevindt zich in de centrale hal. Hier worden bezoekers te woord gestaan en de telefooncentrale beheerd. Medewerkers en studenten kunnen bij de receptie terecht voor: - het reserveren van vergader- en studieruimten, audiovisuele apparatuur en cateringvoorzieningen - let op: reserveringen van onderwijslokalen vinden plaats bij de roosteraar - aanvraag tijdelijke parkeerkaarten (alleen voor medewerkers) - gevonden en verloren voorwerpen - melden van technische storingen - melden van gevaarlijke situaties in of rondom het gebouw (bv. gladheid) - ziek- en betermeldingen Voorzieningen in Arnhem en Nijmegen Studiecentra De HAN beschikt over studiecentra, twee in Arnhem en twee in Nijmegen. Hier kunt u uitgebreid zoeken in papieren en digitale bronnen, of rustig werken aan een werkstuk of presentatie. Voor meer informatie, onder andere over de openingstijden en telefoonnummers, kunt u terecht op de website van de studiecentra: Tevens kunt u via contact zoeken. Het adres is: studiecentra@han.nl 8

10 ICT voorzieningen van de HAN Uw studie speelt zich voor een steeds groter deel online af: met uw HANaccount logt u in op uw en via de elektronische leeromgeving Onderwijsonline.nl wisselt u informatie, opdrachten en resultaten uit met medestudenten en docenten. Zorg ervoor dat u een HANaccount in gebruik heeft bij de start van uw opleiding. Dan heeft u toegang tot alle digitale voorzieningen die hier staan genoemd. Op vindt u meer informatie over het aanmaken en gebruik van een HANaccount. HAN-Talencentrum Bij het HAN-Talencentrum kunt u terecht voor al uw vertaalvragen en voor uiteenlopende cursussen, trainingen en workshops op het gebied van taalvaardigheid Examenaanvraag en afstuderen De aanvraag voor het getuigschrift doet de student zelf bij het secretariaat, kamer 0.13 in gebouw Berg en Dalseweg uiterlijk op de genoemde controledata. De aanvraag dient door de coördinator van de opleiding voor gezien getekend te zijn. De datum voor de datering van het getuigschrift is vrijwel steeds de laatste werkdag van een maand. De student dient zich bij Studielink zelf uit te schrijven en hanteert daarbij als datum dag 1 van de maand volgend op de examendatum. Examendata getuigschrift Uiterlijke datum melden afstuderen en controle cijferlijst in Alluris Datering getuigschrift en vaststelling graad door de examencommissie Vrijdag 23 september september 2016 Vrijdag 21 oktober oktober 2016 Vrijdag 18 november november 2016 Vrijdag 16 december december 2016 Uitreiking getuigschrift Vrijdag 20 januari januari 2017 Woensdag 15 februari 2017 Vrijdag 17 februari februari 2017 Vrijdag 24 maart maart 2017 Vrijdag 21 april april 2017 Vrijdag 19 mei mei 2017 Vrijdag 23 juni juni 2017 Woensdag 5 juli 2017 Vrijdag 7 juli juli 2017 Maandag 28 augustus augustus 2017 Woensdag 13 september

11 Opleidingspecifiek deel B M.Ed leraar algemene economie (1 e graads) fm_pro@duct_2011 Leslocatie HAN Masterprogramma s Berg en Dalseweg 81, 6522 BC Nijmegen Postbus 9029, 6500 JK Nijmegen T (024)

12 1. De opleiding tot docent eerstegraads algemene economie Inleiding In dit gedeelte van de studiegids wordt het programma van de opleiding beschreven. Naast vakonderwijs komt vakdidactiek, onderzoek en professionele ontwikkeling aan de orde. De vakinhoudelijke en vakdidactische competentie staat centraal binnen het vakonderwijs. De inhoud van het vakonderwijs wordt grotendeels gelegitimeerd vanuit de vakdomeinen in de Tweede Fase. Hierbij hanteren we een dubbele bodem. Bij het vakonderwijs leiden we vakbekwame en competente docenten op, die op hun beurt leerlingen laten leren. Er bestaat dus een direct verband tussen de vakkennis die de docent moet verwerven en de wijze waarop deze vakkennis benut moet worden teneinde een krachtige leeromgeving voor leerlingen te creëren (de vakdidactische lijn). Het curriculum gaat uit van de gelegitimeerde landelijke kennisbasis voor eerstegraads leraar wiskunde. Zie onze elektronische leeromgeving of De opleiding heeft een geïntegreerd duaal karakter. De student combineert leren en werken, om uiteindelijk binnen kritische beroepssituaties de ontwikkeling van alle competenties aan te tonen. Dit houdt in dat de student over een aantal eigen uren in de bovenbouw moet beschikken om leeromgevingen te kunnen ontwerpen en uitvoeren en zo de tijdens de opleiding verworven kennis, inzichten en vaardigheden direct toe te kunnen passen. Omgekeerd vindt er op de opleiding terugkoppeling plaats vanuit de werkervaring van de student. De student reflecteert systematisch op zijn werkervaringen en onderzoekt zijn professionele ontwikkeling, als ook de ontwikkeling van het schoolvak, het beroep en de school. Zowel de opleiding als de begeleiding op de werkplek is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van het HMP en de opleidingsscholen. Bij de vormgeving van het opleiden binnen de duale Masteropleidingen is het uitgangspunt dat de student vanuit werkervaring en een 2 e graads bevoegdheid de eindkwalificaties op 1 e graads niveau verwerft. Dit doet de student door het afleggen van kennistentamens die de vakinhoudelijke bagage toetsen, het werken aan leer(werk)taken op het gebied van vakinhoud en vakdidactiek, het werken aan de eigen professionele ontwikkeling (op basis van het ontwikkelingsgerichte master dossier) en het ontwikkelen van onderzoeksvaardigheden (het eindonderzoek). Competentieontwikkeling is het doel, tentamens, leer(werk)taken en professionaliseringsactiviteiten zijn daartoe een middel. De opleiding kent een duaal karakter, een deel van de opleidingsactiviteiten vindt op de werkplek van de student plaats. Het curriculum is gebaseerd op vier leerlijnen: Vakinhoudelijke leerlijn Vakdidactische leerlijn Professionaliseringsleerlijn Onderzoeksleerlijn De leerlijnen zijn te onderscheiden, maar niet te scheiden; er zijn immers duidelijke dwarsverbanden tussen de inhoud van het vakgebied Algemene Economie, de vakdidactiek Algemene economie, de professionalisering als eerste graads docent Algemene Economie en het verrichten van vakdidactisch onderzoek. Vanaf het eerste leerjaar zijn er dwarsverbanden tussen de inhoud van het vak Algemene Economie en de vakdidactiek daarvan (Bijvoorbeeld het vakdidactische concept van het Klaslokaalexperiment gekoppeld aan inhoudelijke vak Micro-Economie en Wiskunde), waarbij de student een dergelijke vakdidactische opdracht uitvoert in de context van zijn klas op school. De vakdidactische opdrachten worden ook ingebracht in het uiteindelijke master dossier van de opleiding, waarbij de student zijn ontwikkeling van zijn SBL-competentie aantoont. Het master dossier is een ontwikkeldocument, waarbij de behorende indicatoren beschrijven waar de student staat en wat er op de werkplek nog gedaan moet worden om op het vereiste eindniveau te kunnen komen. Van meet af aan wordt onderzoek gedaan in de opleiding: Kwalitatief interventie onderzoek (jaar 1) Kwantitatief interventie onderzoek (jaar 2) Onderzoeksvoorstel & Plan van Aanpak master thesis (jaar 2) Master thesis (jaar 3). 11

13 Kwalitatief interventie onderzoek en kwantitatief interventie onderzoek worden relatief gestuurd aangeboden, waardoor de student zelf in staat moet zijn om zijn onderzoeksvoorstel & plan van aanpak aan het einde van jaar 2 te formuleren voor zijn master thesis. In het laatste jaar van de opleiding wordt de student geacht zelfstandig zijn eigen praktijkonderzoek (= master thesis) vorm te geven. De student is zelf verantwoordelijk voor het opzetten, uitvoeren en evalueren van dit onderzoek in de context van de school. Op de opleiding wordt de student daarbij ondersteund door de onderzoeksgroep, lectoren en de begeleider, en op de school door de coach, eventueel ondersteund door het team waarin hij werkt. De vormgeving van het totaalpakket aan onderwijs op de Masteropleidingen is veelzijdig: hoorcolleges, werkbijeenkomsten, interactieve bijeenkomsten, coöperatieve opdrachten, simulaties, experimenten, probleemgestuurde onderwijsvormen, spellen, peer reviews, gastcolleges, et cetera. De opleidingsteams zijn verantwoordelijk voor de inrichting van het onderwijs. Hierover is regelmatig overleg en afstemming binnen opleidingsteams onder voorzitterschap van de opleidingscoördinator. De kwaliteit van dit facet wordt gemeten via verschillende evaluaties, zoals het studenttevredenheidsonderzoek (NSE), de periodieke onderwijsevaluaties (HBO-spiegel en de periodieke gesprekken per leerjaar met studenten. Daarnaast participeren de educatieve masteropleidingen in het Landelijk Overleg Vakmasters (LOVM). Dit overleg heeft o.a. als doel de kennisbasis, de programma s en de toetsing te evalueren naar elkaar toe en naar het algemeen directeurenoverleg van educatieve faculteiten in het HBO (ADEF). De duale masteropleiding omvat 90 studiepunten van elk 28 studiebelastingsuren. De totale studielast is dus 2520 uur. Er wordt uitgegaan van een nominale doorlooptijd van 3 jaar voor de volledige opleiding. De studie krijgt gestalte binnen de beroepspraktijk van de student en in bijeenkomsten op het opleidingsinstituut. Vanaf het begin van uw opleiding staat de beroepspraktijk centraal. U wordt steeds gestimuleerd om uw handelen als toekomstige eerstegraads docent verder te ontwikkelen. De werkplek is dan ook een belangrijke plaats om aan uw competenties te werken. Voor een succesvol verloop van de opleiding is het vereist dat u vanaf het eerste studiejaar werkzaam bent in het eerstegraads gebied. Via een tripartiete overeenkomst maken de drie betrokken partijen (HAN, school en student) afspraken. Het curriculum van de opleiding is opgebouwd vanuit vier leerlijnen die elkaar voortdurend ontmoeten en uiteindelijk in jaar 3 leiden tot een toekomstbestendige eerste graads docent algemene economie. Onderzoek 26% Professionalisering 10% Vakinhoud 55% Vakdidactiek 9% Vakinhoud Vakdidactiek Professionalisering Onderzoek De vakinhoudelijke leerlijn bestaat uit 50 studiepunten vakinhoud waarbij de theorie van het vakgebied centraal staat, er is een vakdidactische leerlijn van 8 studiepunten). In totaal gaat 74% van de opleiding over vakinhoud (55%) en vakdidactiek (9%), waardoor een solide kennisbasis wordt verworven om in het 1 e graads vakgebied onderwijs te verzorgen. De vakinhouden, die zijn afgeleid van zowel de kennisbasis 12

14 master leraar algemene economie en de eindtermen voor de exameneisen van het vakgebied economie in de tweede fase havo/vwo. Kennis van de vakinhoud en -didactiek gebruikt u om juiste keuzes te maken in de vakinhoud voor het onderwijs dat u wilt ontwerpen en uitvoeren. Naast de vakinhoudelijke colleges worden er ook colleges vakdidactiek gegeven in jaar 1 en jaar 2 ter voorbereiding op de vakdidactische opdrachten (aanbod gestuurd) en een capita selecta van vakdidactische issues (vraaggestuurd). De onderzoeks-en professionaliseringslijn beslaat respectievelijk 23 en 9 studiepunten en bestaat uit professionalisering en onderzoek. In de onderzoekslijn staat het onderzoeksmatig ontwerpen van leerarrangementen centraal. De Masterdocent leert om zelfstandig en onderzoeksmatig nieuwe leerarrangementen te ontwerpen en deze systematisch te beproeven en bij te stellen, zodat de afgestudeerde Masterdocent in de school zal fungeren als initiator en begeleider van curriculumvernieuwingen. Voor zowel professionalisering als onderzoek wordt onderwijs aangeboden in de leerjaren 1 en 2. In het eerste leerjaar wordt daarnaast nog een aantal workshops academic writing aangeboden, waar natuurlijk ook hogere jaars studenten welkom zijn. Vanaf het begin wordt de student vertrouwd gemaakt met methoden van (ontwerpgericht) onderzoek en voert de student concrete (deel)opdrachten in de praktijk uit, uitmondend in een groter onderzoek, in het laatste opleidingsjaar: de master thesis. De onderzoekslijn in de Masteropleidingen is opgezet in samenwerking met de lectoren van de Faculteit Educatie van de HAN. Onderzoek richt zich daarbij niet alleen op het leveren van een bijdrage aan de schoolontwikkeling, maar ook op het onderzoeksmatig naar uzelf en uw eigen ontwikkeling kijken. De onderzoekende houding wordt zo als een vanzelfsprekende attitude van de Masterstudent. In het eerste jaar van de opleiding staat de vakinhoud en vakdidactiek meer centraal, later in de opleiding krijgt onderzoek meer gewicht. Het doen van onderzoek komt vanaf het eerste jaar al aan de orde en krijgt haar vervolg in het tweede leerjaar met het formuleren van het plan van aanpak voor de master thesis. In het laatste jaar van de opleiding komen de programmalijnen vakinhoud, vakdidactiek en onderzoek bij elkaar in een geïntegreerde opdracht: de master thesis. Positie van het vak economie in het eerstegraads gebied Het schoolvak economie in het eerstegraads gebied heeft veel bewegingen ondergaan in de laatste decennia. Vanaf het schooljaar 2016/2017 is het nieuwe examen programma HAVO en VWO van toepassing, waar o.a. de monetaire economie en macro-economie weer terugkeren in het examenprogramma (zie Naast het schoolvak economie in het HAVO/VWO is de eerste graads docent ook benoembaar in het HBO. 13

15 2. Medewerkers opleiding algemene economie De opleiding wordt inhoudelijk vormgegeven en georganiseerd door een kernteam. Het kernteam is verantwoordelijk voor continuïteit, inhoud, samenhang en coördinatie van het onderwijs. Het team wordt daarbij ondersteund door het secretariaat (mw M. Sanders), te vinden in kamer 0.13 van gebouw Berg en Dalseweg 81 te Nijmegen en te bereiken via (receptie). Het kernteam van de masteropleiding is als volgt samengesteld: Dhr JH Jansen, opleidingscoördinator, hoofddocent en coördinator vakinhoudelijke leerlijn Dhr drs J Kragt, docent en coördinator leerlijn vakdidactiek Dhr drs ing J Trimpe, docent en coördinator leerlijn professionalisering Dhr drs M Peters, onderzoeker en coördinator onderzoek Het kernteam laat zich adviseren voor vakdidactiek en vakdidactisch onderzoek door dhr dr R Groel, hoofddocent Verder wordt het team versterkt door: Dhr drs W van de Donk, hoofddocent HAN (FEM) Dhr dr J Lanser, hoofddocent HAN (FEM) Dhr drs H Menger, hoofddocent (HAN FEM) Dhr dr A de Vaal, universitair hoofddocent RU Dhr drs L Buijs, docent RU Dhr drs T Crutzen, docent HAN (FEM) Dhr drs C van Krevel, docent RU 14

16 .3. Visueel overzicht van de opleiding in Periode I.1 I.2 I.3 I.4 II.1 II.2 II.3 II.4 III.1 III.2 III.3 III.4 Totaal Vakinhoud Micro Economie Monetaire Openbare Macro Internation ale Europes e Geschiede nis Pluarisme Empirische Capita & Wiskunde Economie Financiën Economie Economie Integrati e Ec.Denken i.d Economie Macro Econ. Selecta MLAE2010 MLAE202 MLAE2030 MLAE2040 Code MLAE1010S MLAE1020S MLAE1030S MLAE1040S S 0M M S MLAE3010S MLAE3020S ECTS Examen SCH SCH SCH SCH SCH RAP +MON MON SCH SCH SCH Cijfereis >=5,5 >=5,5 >=5,5 >=5,5 >=5,5 >=5,5 >=5,5 >=5,5 >=5,5 >=5,5 Vakdidactische Klaslokaale Toetsanalys Toetscsons Opdracht xp. e Actualiteit tructie Simulatieprogramma Flipped classroom Innovatief keuzeonderwerp microeconomie Proefwerk Mln nota SOtentamen IE (DNB) (transfer) qua inhoud en didactiek Niveau 4H/5V 5V 5H 6V 6V 5H & 5V 5H & 6V Code MLAE1011R MLAE1021R MLAE1031R MLAE1041R MLAE2011R MLAE2031R MLAE3011R ECTS Examen RAP RAP RAP RAP RAP RAP RAP Cijfereis >=5,5 >=5,5 >=5,5 >=5,5 >=5,5 >=5,5 >=5,5 Prof. ontwikkeling Praktijk dossier I (doorlopend leerjaren I - III) Praktijkdossier II (doorlopend leerjaren I - III) Master dossier (doorlopend leerjaren I - III) Code MLAE1050R MLAE2050R MLAE3050C ECTS RAP & MON (link met vakdidactische opdrachten Examen RAP (link met vakdidactische opdrachten 1 t/m 4) RAP (link met vakdidactische opdrachten 1 t/m 6) 1 t/m 7) Cijfereis >=5,5 >=5,5 >=5,5 Onderzoek Kwalitatief Ontwerp Onderzoek Kwantitatief Ontwerp Onderzoek Onderzoeksvoorstel (PvA Master thesis) Master thesis Code MLAE1060R MLAE2060R MLAE2061R MLAE3060C ECTS Examen RAP RAP RAP RAP & MON Cijfereis >=5,5 >=5,5 >=5,5 >=5,5 Jaar

17 Het overzicht van de leerroute van de master leraar algemene economie Toetscode ECTS Omschrijving Kennis & Inzicht MLAEV101S 5 Micro economie SCH MLAEV102S 5 Monetaire economie. SCH MLAEV103S 5 Overh. Financ. SCH MLAEV104S 5 Macro economie SCH Kennis & Inzicht Toepassen Oordelsvormi ng MLAED101R 1 Klaslokaalexp. RAP RAP RAP MLAEV102R 1 Toets analyse RAP RAP RAP MLAEV103R 1 Actualiteit RAP RAP RAP MLAEV104R 1 Tussenconstructie RAP RAP RAP Communica tie MLAEP101R 3 Praktijk dossier I RAP RAP RAP RAP MLAEO101R 3 Onderzoek I RAP RAP RAP RAP MLAEV201S 5 Internationale Economie SCH RAP MLAEV202C 5 Europese Integratie +MON RAP +MON RAP +MON MLAEV203M 5 Geschiedenis MON MON MON MON MLAEV204M 5 Pluralisme SCH MLAED201R 1 Simulatieprogramma RAP RAP RAP MLAED202R 1 Flipped classroom RAP RAP RAP MLAEP201R 3 Praktijk dossier II RAP RAP RAP RAP MLAEO201R 2 Onderzoek II RAP RAP RAP RAP MLAEO202R 3 Onderzoeksvoorstel (PvA) RAP RAP RAP RAP MLAEV301S 5 Empirische economie SCH SCH MLAEV302S 5 Capita selecta SCH SCH MLAED301R 2 Innovatief keuzeonderwerp RAP RAP RAP Leervaardighed en MLAEP301C 3 Master dossier RAP + MON RAP + MON RAP + MON MLAEO301C 15 Master thesis RAP + MON RAP + MON Totaal 90 In het collegerooster zijn deze OWE s geroosterd over de jaren 1, 2 en 3 van de opleiding, zowel qua colleges, toetsen, herkansingen van toetsen en inlevermomenten van opdrachten. Voor het masterdossier en de masterthesis gelden de voorwaarden van de examencommissie, qua inleveren en examinering. In het studentvolgsysteem Alluris zijn de onderwijseenheden en tentamina onder genoemde toetscodes terug te vinden. Resultaten worden in dat systeem bijgehouden. Voldoende resultaat is, tenzij anders vermeld, een cijfer 5,5. 16

18 4. Vakliteratuur en master algemene economie In de beschrijving van de OWE s staat ook de verplichte en aanbevolen vakliteratuur. Op de electronische leeromgeving van de HAN worden de studiewijzer gepubliceerd en handouts van sheets. 5. Schoolvakkennis op niveau Binnen de diverse vakonderdelen en vakdidactische (onderzoeks-)activiteiten verdiept de student zich in kennis van diverse onderdelen van het vakgebied van de algemene economie en ontwikkelingen op vakdidactisch gebied. Dit alles is relevant voor de ontwikkeling tot een vakbekwame eerstegraads leraar economie, die toekomstige nieuwe ontwikkelingen begrijpt en kan implementeren. Natuurlijk moet ook de gewone huidige schoolvakkennis paraat zijn. Dat onderhoudt de student omdat die geacht wordt les te geven in de bovenbouw van havo-vwo. Het College voor Toetsing en Examens is een belangrijke bron voor het up to date houden van de exameneisen HAVO/VWO voor het vak economie, maar ook organisaties als bijvoorbeeld het SLO, de VECON, etc. zijn bronnen voor de toekomstbestendige eerste graads docent in het vakgebied economie. 6. Ontwikkeling van een onderzoekshouding In jaar 1 en 2 wordt geregeld aandacht besteed aan onderzoek. Gaat het in jaar 1 om hoe u tot een onderzoeksvraag komt en wat het nut van onderzoek doen is, in jaar 2 gaat het erom hoe u dan een onderzoek gaat uitvoeren. Er zijn een aantal bijeenkomsten met lectoren en onderzoekers van het Kenniscentrum voor Leren gepland. Zij confronteren u met literatuur, methodieken en mogelijkheden van onderzoek. De masteropleiding richt zich op ontwerponderzoek: het ontwerpen van activiteiten bedoeld voor de bovenbouw havo/vwo vanuit vakdidactische vraagstellingen. De begeleiding gebeurt door leden van het kenniscentrum en deels door de tutor. 7. Professionele ontwikkeling Gedurende de gehele opleiding werkt u aan alle 7 SBL-competenties 1. Via de onderwijseenheden ontwikkelt u uw vak- en vakdidactische competentie (SBL-3) en wordt u uitgedaagd op uw leraarsgedrag, kennis en onderzoekshouding te reflecteren (SBL-7). U legt ook een dossier aan m.b.t. de andere competenties: interpersoonlijk, pedagogisch, organisatorisch, over samenwerking met collega s en met de (school-)omgeving. De begeleiding gebeurt door de tutor op ingeplande tutormomenten. 8. Basiskennis voor de studie algemene economie op masterniveau Noodzakelijk is de kennis van de bacheloropleiding economie (tweedegraadsopleiding) paraat te hebben, met name de meer kwantitatieve onderwerpen Daarom plannen we in het eerste semester enige bijeenkomsten waar onder leiding van een docent gewerkt wordt aan het opfrissen van economische wiskunde (ook is er een distance learning cursus via Dropbox). Kennis van de Engelse taal (B2 niveau) dient zodanig te zijn dat vakteksten goed te lezen zijn, vandaar dat we aanraden om bijvoorbeeld The Economist of de The Financial Times te lezen. In het eerste leerjaar wordt ook aandacht gegeven aan een aantal workshops academic writing, om de student goed voor te bereiden op het schrijven van teksten in zijn vakgebied op master niveau. 1 SBL is opgegaan in de Onderwijscoöperatie in

19 Onderwijseenheden en tentamina Constructie van de vraagcurve Bron: Microeconomics, Perloff, J.,

20 Onderwijseenheid Micro-Economie en Wiskunde Code MLAE1010 Studiepunten, studielast 5 studiepunten, 140 studielasturen (les- en contacturen) - 27 uur contacttijd (lessen, werkbijeenkomsten) uur zelfstudie Ingangseisen Geen ingangseisen. Basistools uit de wiskunde worden bekend verondersteld (zie hiervoor ook de syllabus Cursus Economische Wiskunde, JH Jansen, Mei 2016) Samenhang met andere onderwijseenheden Micro-economie is een belangrijke basis voor de vervolgmodules in jaar 1, 2 en 3 In de vakdidactische opdracht Klaslokaal experiment (MLAE1011R) wordt de vakinhoudelijke theorie vakdidactisch toegepast. Algemene omschrijving Onderwerpen: Consumentengedrag Producentengedrag Marktvormen. Vakkennisbasis Thema Categorie/kernconcept Competenties Beoordelingscriteria Tentaminering Verplicht Aanbevolen Werkwijze (activiteiten en werkvormen) DOMEIN 2 Microeconomie DOMEIN 6 Economische tools 1.1 Consumentengedrag 1.2 Producentengedrag 1.3 Perfect werkende markten 1.4 Niet-perfect werkende markten 1.5 Marktfalen 6.3 Modellen 6.4 Basis wiskunde SBL 3: vakinhoudelijk en didactisch competent De student beheerst de kennis en vaardigheden genoemd bij de kernconcepten: De student heeft kennis van de micro-economie De onderwerpen uit micro-economie dienen beschrijvend, grafisch en mathematisch door de studenten te kunnen worden benaderd. De beoordelingscriteria worden geconcretiseerd in de studiewijzer van de OWE en/of in de beoordelingsformulieren van de opdrachten. Deeltentamen kennistoets (schriftelijk) Minimale eis Aantal kansen Toetsperiodes Weging Cijfer 5,5 2 1 en 2 100% Aantal Voorlopige cesuur Duur tentamen examinatoren 2 55% van de maximaal te behalen punten 3 uur Jeffrey M. Perloff, Microeconomics with Calculus, Pearson, Third edition 2013 (Global Edition), ISBN Diverse lesmethodes schoolvak Economie HAVO/VWO Artikelen uit The Economist, Financial Times en/of Financieel Dagblad Tijdens de contacturen diverse activiteiten: - introductie theorie door de docent; behandeling kernpunten - opgaven bespreken - presentatie door student van deel van de theorie en/of opgaven 19

21 Onderwijseenheid Monetaire Economie Code MLAE1020S Studiepunten, studielast 5 studiepunten, 140 studielasturen (les- en contacturen) - 27 uur contacttijd (lessen, werkbijeenkomsten) uur zelfstudie Ingangseisen Geen ingangseisen Samenhang met andere onderwijseenheden Algemene omschrijving De andere onderwijseenheden besteden op een micro- of macroeconomische wijze aandacht aan de reële sfeer van de economie. De onderwijseenheid monetaire economie sluit daarbij aan door ook zowel op micro- als op macro-economische wijze de rol van het geld in en het effect op de reële economie te onderzoeken. Ook het denken over de monetaire beïnvloeding van de economie speelt een belangrijke rol. Het voegt daarmee een dimensie toe die het inzicht in de algemene economie completeert. In de vakdidactische opdracht Toets analyse proefwerk (MLAE1021R) wordt de vakinhoudelijke theorie vakdidactisch toegepast. De monetaire theorie en de financiële instituties komen in deze OWE aan de orde. U verwerft kennis van verschillende financiële instituten en instrumenten, monetaire theorieën en monetair beleid. U kunt financiële instrumenten, monetaire theorie en aspecten van de actuele praktijk aan elkaar koppelen. U verwerft inzicht in situaties en omstandigheden, waarin bepaalde financiële instrumenten kunnen worden toegepast. Bovendien kunt u een relatie leggen tussen effecten van internationalisering, financiële instrumenten en veranderingen in het monetaire beleid. Vakkennisbasis Thema Categorie/kernconcept Competenties Beoordelingscriteria Tentaminering Verplicht Aanbevolen Werkwijze (activiteiten en werkvormen) DOMEIN 3 Monetaire economie Onderwijseenheid Overheidsfinanciën Code MLAE1030S Studiepunten, studielast (les- en contacturen) 3.1 Financiële data 3.2 Financiële markten en instituties 3.3 Monetaire theorieën 3.4 Monetair beleid SBL 3: vakinhoudelijk en didactisch competent De student beheerst de kennis en vaardigheden genoemd bij de kernconcepten: De student geeft blijk van kennis en inzicht van de basisbegrippen en principes uit de monetaire economie. De student is in staat deze kennis, waar van toepassing, grafisch, algebraïsch of balansmatig te onderbouwen De student is in staat monetaire vragen uit realistische en actuele contexten te interpreteren in relatie tot achterliggende monetaire conceptuele kennis en visies. De beoordelingscriteria worden geconcretiseerd in de studiewijzer van de OWE en/of in de beoordelingsformulieren van de opdrachten. Deeltentamen kennistoets (schriftelijk) Minimale eis Aantal kansen Toetsperiodes Weging Cijfer 5,5 2 2 en 3 100% Aantal Voorlopige cesuur Duur tentamen examinatoren 2 55% van de maximaal te behalen punten 3 uur Frederic S. Mishkin The Economics of Money, Banking and Financial Markets, Pearson Global edition 10e (2012), ISBN Recente jaarverslagen van DNB, ECB en IMF Artikelen uit The Economist, Financial Times en/of Financieel Dagblad Diverse lesmethodes schoolvak Economie HAVO/VWO Tijdens de contacturen diverse activiteiten: - introductie theorie door de docent; behandeling kernpunten - opgaven bespreken - presentatie door student van deel van de theorie en/of opgaven 5 studiepunten, 140 studielasturen - 27 uur contacttijd (lessen, werkbijeenkomsten) uur zelfstudie 20

22 Ingangseisen Geen ingangseisen Samenhang met andere Overheidsfinanciën maakt gebruik van micro-economische tools, alsmede onderwijseenheden hoe in te grijpen in de vrije werking van markten. Vervolgens zin er verbanden naar de monetaire economie en de macro-economie. In de vakdidactische opdracht Actualiteit Miljoenennota (MLAE1031R) wordt de vakinhoudelijke theorie vakdidactisch toegepast. Algemene omschrijving Nederland is een gemengde economie. In deze cursus Overheidsfinanciën staat de interactie tussen economie en overheid centraal. De overheid vervult drie functies in het economische leven: de allocatiefunctie, de stabilisatiefunctie en de herverdelingsfunctie. Aan de orde komen de theorie van de overheidsfinanciën de welvaartstheorie, de theorie over belastingheffing, de overheidsuitgaventheorie en de public-choice theorie en de Nederlandse begrotingspraktijk, het gevoerde beleid en het institutioneel kader. De student verwerft inzicht in de effectiviteit en de efficiëntie van het gevoerde budgetbeleid. Daarnaast is er aandacht voor de relatie tussen de centrale overheid en de lokale overheid, voor nationale en lokale heffingen en de bevoegdheden op centraal en decentraal niveau. Tevens zullen aspecten van de Europese begroting en de Europese begrotingssystematiek worden belicht. Ook actuele Europese beleidsvraagstukken als de pensioenproblematiek en belastingharmonisatie komen aan de orde. Bij Overheidsfinanciën worden actuele onderwerpen behandeld inzake de Nederlandse economie. Vakkennisbasis Thema Categorie/kernconcept DOMEIN 4 Collectieve sector DOMEIN 2 Microeconomie 4.1 Functies van de collectieve sector 4.2 Openbare financiën 4.3 Sociale zekerheid 4.5 Economie van de publieke besluitvorming 2.4 Niet-perfect werkende markten 2.5 Marktfalen Competenties Beoordelingscriteria Tentaminering Verplicht SBL 3: vakinhoudelijk en didactisch competent De student beheerst de kennis en vaardigheden genoemd bij de kernconcepten. De student wordt beoordeeld op: Kennis van het begrippenapparaat en de theoretische basisconcepten van de overheidsfinanciën, de welvaartstheorie en de public-choice theorie Inzicht in hoe stromingen van economen denken over begrotingsbeleid Bekendheid met de Nederlandse praktijk van de overheidsfinanciën: de samenstelling en hoogte van de uitgaven en de ontvangsten en de gevoerde leningspolitiek Inzicht in een aantal historische en actuele beleidsvraagstukken op het terrein van de openbare financiën Inzicht in de (financiële) relatie tussen de bestuurslagen (gemeenten, provincies, Rijk, EU) Capaciteit om de basisbegrippen en de basisconcepten (grafisch) te kunnen gebruiken in analyses en bij het beoordelen van beleidsdocumenten en keuzes met betrekking tot actuele beleidsthema s De beoordelingscriteria worden geconcretiseerd in de studiewijzer van de OWE en/of in de beoordelingsformulieren van de opdrachten. Deeltentamen kennistoets (schriftelijk) Minimale eis Aantal kansen Toetsperiodes Weging Cijfer 5,5 2 3 en 4 100% Aantal Voorlopige cesuur Duur tentamen examinatoren 2 55% van de maximaal te behalen punten 3 uur C.A. Kam de, L. Koopmans, A.H.E.M. Wellink (2011) Overheidsfinanciën Noordhoff, Groningen, 13de druk, ISBN

23 Aanbevolen Werkwijze (activiteiten en werkvormen) Rosen, H.S and T. Gayer (2010) Public Finance, New York: Mc Graw Hill (10 th edition), ISBN Macro-Economische Verkenningen (CPB) Miljoenennota Tijdens de contacturen diverse activiteiten: - introductie theorie door de docent; behandeling kernpunten - opgaven bespreken - presentatie door student van deel van de theorie en/of opgaven 22

24 Onderwijseenheid Macro-Economie Code MLAE1040S Studiepunten, studielast 5 studiepunten, 140 studielasturen (les- en contacturen) - 27 uur contacttijd (lessen, werkbijeenkomsten) uur zelfstudie Ingangseisen Het met goed gevolg afgelegd hebben van Micro-economie en wiskunde is geen eis, maar verdient aanbeveling. Samenhang met andere onderwijseenheden Dit vak bouwt voort op de micro-economische en wiskundige basis vanuit Micro-economie en wiskunde, alsmede Overheidsfinanciën en Monetaire economie. In de vakdidactische opdracht Toets constructie (MLAE1041R) wordt de vakinhoudelijke theorie vakdidactisch toegepast. Algemene omschrijving Deze OWE introduceert de theorie van de bepaling van productie, werkloosheid, inflatie, rentevoeten, en andere variabelen die van centraal belang zijn voor de economische groei en schommelingen. Daarbij zal de nadruk liggen op Keynesiaanse inzichten. We zullen de theoretische resultaten op de huidige staat van de Nederlandse en andere economieën toepassen en zullen huidige beleidskwesties in het licht van de theorie en de empirische feiten onderzoeken. Vakkennisbasis Thema Categorie/kernconcept Competenties Beoordelingscriteria Tentaminering Verplicht Aanbevolen Werkwijze (activiteiten en werkvormen) DOMEIN 1 Macroeconomie 1.1 Macro-economische data 1.3 Korte termijn: conjunctuur en stabilisatiepolitiek 1.4 Micro-economie achter de macro-economie SBL 3: vakinhoudelijk en didactisch competent De student beheerst de kennis en vaardigheden genoemd bij de kernconcepten. De student: heeft kennis van en inzicht in de macro-economische basisconcepten kan macro-economische basisconcepten gebruiken in verbale, grafische en/of mathematische analyses beheerst hulpmiddelen bij economische analyses waarbij de nadruk ligt op het Keynesiaanse model; Studenten ontwikkelen capaciteit om de (Keynesiaanse) hulpmiddelen toe te passen bij de bestudering van economische problemen die de maatschappij confronteren De beoordelingscriteria worden geconcretiseerd in de studiewijzer van de OWE en/of in de beoordelingsformulieren van de opdrachten. Deeltentamen kennistoets (schriftelijk) Minimale eis Aantal kansen Toetsperiodes Weging Cijfer 5,5 2 4 en 5 100% Aantal Voorlopige cesuur Duur tentamen examinatoren 2 55% van de maximaal te behalen punten 3 uur Olivier Blanchard, Macroeconomics, Prentice Hall, Global Edition 6/e (NB: 5e druk mag ook nog), 2013, ISBN Artikelen uit The Economist, Financial Times en/of Financieel Dagblad Diverse lesmethodes schoolvak Economie HAVO/VWO Tijdens de contacturen diverse activiteiten: - introductie theorie door de docent; behandeling kernpunten - opgaven bespreken - presentatie door student van deel van de theorie en/of opgaven 23

25 Onderwijseenheid Internationale Economie Code MLAE2010S Studiepunten, studielast 5 studiepunten, 140 studielasturen (les- en contacturen) - 27 uur contacttijd (lessen, werkbijeenkomsten) uur zelfstudie Ingangseisen Met een voldoende resultaat afgesloten OWE s Micro-economie en Samenhang met andere onderwijseenheden Macro-economie. In internationale economie komen de basiscursussen uit jaar 1 geïntegreerd aan bod. In de vakdidactische opdracht Simulatieprogramma s op het gebied van internationale economie (MLAE2011R) wordt de vakinhoudelijke theorie vakdidactisch toegepast. Algemene omschrijving.de wereldwijd toegenomen economische verwevenheid globalisering heeft gevolgen voor landen en ingezetenen. Om de effecten van economische globalisering te kunnen duiden is kennis van de mechanismen die op de achtergrond een rol spelen essentieel. Dit is de kern van het vakgebied Internationale Economie. Waarom handelen landen met elkaar? Voor wie is deze handel voordelig? Zijn er goede redenen voor landen om handel te beperken? Waarom zijn er multinationale ondernemingen? Hoe komt handelsbeleid tot stand? Dit zijn zaken over de reële kant van de economie waarover deze OWE een begrip wil kweken. Het tweede belangrijke thema betreft monetaire onderwerpen. Bijvoorbeeld, zijn wisselkoersveranderingen goed of slecht voor de economie? Wat zijn de effecten van wisselkoersveranderingen? Hoe kunnen overheden de wisselkoers beïnvloeden? Is er eigenlijk wel een reden voor nationale overheden om in te grijpen in het vrije kapitaalverkeer op de wereldmarkt? Aan de hand van deze thema s en onderwerpen geeft de OWE de student een frisse kijk op veel ontwikkelingen in de wereldeconomie. Daarnaast levert de OWE input voor nadere gedachtevorming over deze thema s, zoals het debat over het verder liberaliseren van internationale handel en investeringen, het toestaan van vrij kapitaalverkeer wereldwijd, en de rol van internationale instituties zoals de Wereldbank, het IMF en de Wereldhandelsorganisatie. De student verwerkt de leerstof door middel van het maken en bespreken van opgaven en het met een voldoende afronden van het individuele schriftelijke tentamen. De OWE brengt studenten die kennis bij die nodig is om de economische redenen en gevolgen van economische globalisering te verklaren en te interpreteren. Vakkennisbasis Thema Categorie/kernconcept Competenties Beoordelingscriteria DOMEIN 5 Internationale economische betrekkingen 5.1 Handelstheorie 5.2 Handelspolitiek 5.3 Economische globalisering 5.5 Betalingsbalans en wisselkoersen 5.6 Internationale organisaties SBL 3: vakinhoudelijk en didactisch competent De student beheerst de kennis en vaardigheden genoemd bij de kernconcepten. De studenten worden beoordeeld op: Het vermogen te denken in termen van economische modellen; Het kunnen onderscheiden en verklaren van verschillende theorieën voor internationale handel en factormobiliteit enhet kunnen duiden van de empirische validiteit van deze theorieën; Het kunnen interpreteren en verklaren van de gevolgen van handel voor landen als geheel en voor de verschillende inkomensgroepen in de samenleving; Het kunnen verklaren van de werking en de effecten van handelsbeleid in partieel evenwicht; Het kunnen begrijpen van de politieke economie van handelsbeleid begrijpen en de positie van de Wereldhandelsorganisatie (WTO) daarin. 24

26 Het kunnen onderscheiden en begrijpen van de interestpariteit en de koopkrachtpariteit; Het kunnen onderscheiden en verklaren van alternatieve theorieën van wisselkoersbepaling; Het kunnen begrijpen en toepassen van de voor- en nadelen van vaste wisselkoersen; Het kunnen verklaren van de gevolgen van budgettair en monetair beleid voor de wisselkoers en het nationaal product; Tentaminering Verplicht Aanbevolen Werkwijze (activiteiten en werkvormen) De beoordelingscriteria worden geconcretiseerd in de studiewijzer van de OWE en/of in de beoordelingsformulieren van de opdrachten. Deeltentamen kennistoets (schriftelijk) Minimale eis Aantal kansen Toetsperiodes Weging Cijfer 5,5 2 1 en 2 100% Aantal Voorlopige cesuur Duur tentamen examinatoren 2 55% van de maximaal te behalen punten 3 uur S Krugman, Paul R., Maurice Obstfeld en Marc J. Melitz, International Economics: Theory & Policy, 10e editie, 2012 (Pearson International Edition). ISBN Recente jaarverslagen van DNB, ECB en IMF Artikelen uit The Economist, Financial Times en/of Financieel Dagblad Diverse lesmethodes schoolvak Economie HAVO/VWO Tijdens de contacturen diverse activiteiten: - introductie theorie door de docent; behandeling kernpunten - opgaven bespreken - presentatie door student van deel van de theorie en/of opgaven - bonusopdrachten maken 25

27 Onderwijseenheid Europese Integratie Code MLAE2020M Studiepunten, studielast 5 studiepunten, 140 studielasturen (les- en contacturen) - 27 uur contacttijd (lessen, werkbijeenkomsten) uur zelfstudie Ingangseisen Met een voldoende resultaat afgesloten OWE s Micro-economie en Macro-economie. Met een voldoende resultaat afgesloten OWE Internationale Economie is aanbevolen Samenhang met andere onderwijseenheden In de vakdidactische opdracht Simulatieprogramma s op het gebied van internationale economie (MLAE2011R) wordt de vakinhoudelijke theorie vakdidactisch toegepast. Algemene omschrijving. Steeds meer landen zijn lid van de Europese Unie. Nederland is vanaf het eerste uur betrokken bij de Europese eenwording. Onze welvaart hangt hier nauw mee samen. Maar Europa bepaalt ook steeds vaker de ruimte die nationale overheden hebben voor economisch beleid. Deze OWE neemt deze twee gegevens als uitgangspunt voor een gedegen bespreking van de economische aspecten van Europese integratie. De OWE analyseert de economische effecten van de voortschrijdende Europese samenwerking, maar gaat ook in op de wenselijkheid van deze samenwerking. Thema s die aan de orde komen zijn: Is preferentiële handelsliberalisering verstandig? Wat is het effect van Europese integratie op economische groei? Wie zijn de winnaars en verliezers van de Europese integratie? Wat zijn de belangrijkste beleidsterreinen waarop de Europese Unie actief is? Wat zijn de effecten van het Europese beleid?, Was de euro wel zo n goed idee?, Hoe moet het monetair en budgettaire beleid op elkaar worden afgestemd? De OWE laat zien hoe u het basisgereedschap uit andere OWE s, met name Internationale economie, kunt toepassen op het vraagstuk van de Europese eenwording. Om die reden is de OWE ook veel meer gebaseerd op zelfwerkzaamheid dan in eerdere OWE s het geval was. De OWE begint met 4 plenaire bijeenkomsten, waarin de leerstof in grote lijnen wordt behandeld. Dit gebeurt door per thema kort de belangrijkste haken en ogen te bespreken, waarna aan de hand van de voorbereide opgaven en jullie eigen vragen de leerstof verder kan worden uitgediept. De overige bijeenkomsten zijn bedoeld om te kunnen werken aan de omvangrijke opdracht die bij deze OWE hoort en tussentijds feedback daarover te krijgen. De opdracht bestaat uit het maken van een lesbriefpaper voor de bovenbouw van het voortgezet onderwijs (waarbij wordt verondersteld dat bij de scholieren ruime basiskennis van internationale economie aanwezig is) over een nader te bepalen thema dat te maken heeft met de Europese samenwerking. Deze lesbrieven worden in groepjes van twee of drie gemaakt en dienen naast de verplichte leerstof ook als input voor het mondelinge tentamen waarmee de OWE wordt afgesloten Vakkennisbasis Thema Categorie/kernconcept DOMEIN 4 Collectieve sector DOMEIN 3 Monetaire economie DOMEIN 5 Internationale economische betrekkingen 1.4 Europese Unie 3.1 Financiële data 3.2 Financiële markten en instituties 3.4 Monetair beleid 5.2 Handelspolitiek 5.3 Economische globalisering 5.6 Internationale organisaties Competenties Beoordelingscriteria SBL 3: vakinhoudelijk en didactisch competent De student beheerst de kennis en vaardigheden genoemd bij de kernconcepten. De studenten worden beoordeeld op: 26

28 Het kunnen analyseren van de redenen en effecten van Europese integratie met behulp van economische modellen; Het kunnen beoordelen van de voor- en nadelen van monetaire integratie aan de hand van de meest bekende economische theorieën, zoals de theorie van het optimale valutagebied; Het kunnen beschrijven van de geschiedenis van de Europese monetaire integratie, en kunnen beredeneren waarom gekozen is voor een onafhankelijke centrale bank en de bepalingen in het Pact voor Stabiliteit en Groei; Het kunnen duiden van het EU beleid inzake landbouw, regionale ontwikkeling, mededinging, handelsbeleid, monetaire integratie met behulp van economische modellen en begrippen; Het kunnen bepalen van de gevolgen van EU beleid voor landen, regio s, producenten en consumenten; Tentaminering Verplicht Aanbevolen Werkwijze (activiteiten en werkvormen) De beoordelingscriteria worden geconcretiseerd in de studiewijzer van de OWE en/of in de beoordelingsformulieren van de opdrachten. Deeltentamen kennistoets (mondeling) Minimale eis Aantal kansen Toetsperiodes Weging Cijfer 5,5 2 2 en 3 100% Aantal Voorlopige cesuur Duur tentamen examinatoren 2 55% van de maximaal te behalen punten 30 minuten Baldwin, Richard & Charles Wyplosz, The economics of European Integration, McGraw-Hill Education, 4th edition, 2012, ISBN Artikelen uit The Economist, Financial Times en/of Financieel Dagblad Websites van de Europese Commissie en Eurostat Diverse lesmethodes schoolvak Economie HAVO/VWO Tijdens de contacturen diverse activiteiten: - introductie theorie door de docent; behandeling kernpunten - opgaven bespreken - presentatie door student van deel van de theorie en/of opgaven 27

29 Onderwijseenheid Geschiedenis van het Economisch Denken Code MLAE2030M Studiepunten, studielast (les- en contacturen) Ingangseisen Samenhang met andere onderwijseenheden Algemene omschrijving 5 studiepunten, 140 studielasturen - 27 uur contacttijd (lessen, werkbijeenkomsten) uur zelfstudie Dit vak biedt de historische achtergrond van het economisch denken. De student kan na het volgen van de onderwijseenheid de denkwijze en de inhoud van de eerder gevolgde algemeen economische onderwijseenheden historisch duiden. Aanbevolen is dan ook alle algemeen-economische onderwijseenheden uit deze Masteropleiding gevolgd te hebben, dan wel met een voldoende resultaat te hebben afgesloten. Deze onderwijseenheid hangt samen met de onderwijseenheid HMPMECN110. In de vakdidactische opdracht Flipped classroom (MLAE2031R) wordt de vakinhoudelijke theorie vakdidactisch toegepast..in de afgelopen eeuwen is door veel verschillende wetenschappers op veel verschillende manieren nagedacht over economische vraagstukken. De verschillende benaderingen hebben elk een andere invloed op ons huidige economisch denken. U leert verschillende van deze orthodoxe en heterodoxe zienswijzen kennen en ze in verhouding tot elkaar begrijpen en beoordelen. De OWE is gericht op het verder ontwikkelen van uw vaardigheid om actuele economische vragen te interpreteren in relatie tot achterliggende economische visies en paradigma s: de geschiedenis van het economisch denken én de bijbehorende wetenschapsfilosofie en methodologie komt daartoe voorbij. Tenslotte beoogt de onderwijseenheid bij te dragen aan visieontwikkeling over de plek van geschiedenis van het economisch denken in het economieonderwijs in de bovenbouw van het HAVO/VWO. Vakkennisbasis Thema Categorie/kernconcept Competenties Beoordelingscriteria Tentaminering DOMEIN 7 Wetenschappe -lijke grondslagen en ontwikkelingen 7.1 Methodologie van de wetenschap in het algemeen 7.2 Methodologie van de economische wetenschap in het bijzonder 7.3 Geschiedenis van het economisch denken SBL 3: vakinhoudelijk en didactisch competent De student beheerst de kennis en vaardigheden genoemd bij de kernconcepten. De student: heeft kennis van de geschiedenis van het economisch denken én de bijbehorende wetenschapsfilosofie en methodologie. is in staat actuele economische vragen te interpreteren in relatie tot achterliggende economische visies en paradigma s, daarbij verwijzend naar de historie van het economisch denken. kan verschillende van deze orthodoxe en heterodoxe zienswijzen benoemen en kan de relatie leggen tussen deze zienswijzen, overeenkomsten en verschillen aangeven, ze in verhouding tot elkaar begrijpen, verklaren hoe economen op elkaar gereageerd hebben, zienswijzen in de context van de geschiedenis plaatsen en hun bijdrage te beoordelen. De beoordelingscriteria worden geconcretiseerd in de studiewijzer van de OWE en/of in de beoordelingsformulieren van de opdrachten. Deeltentamen kennistoets (mondeling) Minimale eis Aantal kansen Toetsperiodes Weging Cijfer 5,5 2 3 en 4 100% Aantal Voorlopige cesuur Duur tentamen examinatoren 2 55% van de maximaal te behalen punten 30 minuten 28

30 Verplicht Aanbevolen Werkwijze (activiteiten en werkvormen) Stanley L. Brue & Randy R. Grant, The Evolution of Economic Thought, Cengage Learning, 8th ed. International ed. 2013, ISBN Artikelen van website Me Judice Diverse lesmethodes schoolvak Economie HAVO/VWO Tijdens de contacturen diverse activiteiten: - introductie theorie door de docent; behandeling kernpunten - opgaven bespreken - presentatie door student van deel van de theorie en/of opgaven 29

31 Onderwijseenheid Pluralisme in de Economie Code MLAE2030S Studiepunten, studielast 5 studiepunten, 140 studielasturen (les- en contacturen) - 27 uur contacttijd (lessen, werkbijeenkomsten) uur zelfstudie Ingangseisen Met een voldoende resultaat afgesloten OWE s Micro-economie en Samenhang met andere onderwijseenheden Algemene omschrijving Macro-economie. Thema s uit micro-economie, macro-economie, internationale economie en Europese integratie komen vanuit andere perspectieven aan bod. In de vakdidactische opdracht Flipped classroom (MLAE2031R) wordt de vakinhoudelijke theorie vakdidactisch toegepast Onderwerpen: Speltheorie & Onvolkomen concurrentie (40%) Gedragseconomie (20%) Institutionele economie (40%). Vakkennisbasis Thema Categorie/kernconcept Competenties Beoordelingscriteria Tentaminering Verplicht Aanbevolen DOMEIN 6 Economische tools DOMEIN 4 Collectieve sector DOMEIN 2 Microeconomie 6.1 Gedragseconomie 6.2 Speltheorie 1.5 Economie van de publieke besluitvorming 2.4 Niet-perfect werkende markten SBL 3: vakinhoudelijk en didactisch competent De student beheerst de kennis en vaardigheden genoemd bij de kernconcepten., beoordelingscriteria: Speltheorie (40%) Alternatieve reactie hypothesen bij marktvormen van onvolkomen concurrentie spel theoretische concepten herkennen, toepassen en analyseren spel theoretische tool box Gedragseconomie (20%) Begrensde rationaliteit en Biases Prospect theory Praktische toepassing bovenstaande items Institutionele economie (40%) Rol instituties en (interactie) transactiekosten Institutionele systemen in het kapitalisme Externaliteiten en eigendomsrechtentheorie Instituties en economische groei De beoordelingscriteria worden geconcretiseerd in de studiewijzer van de OWE en/of in de beoordelingsformulieren van de opdrachten. Deeltentamen kennistoets (schriftelijk) Minimale eis Aantal kansen Toetsperiodes Weging Cijfer 5,5 2 4 en 5 100% Aantal Voorlopige cesuur Duur tentamen examinatoren 2 55% van de maximaal te behalen punten 3 uur Carmichael, F. (2005). A Guide to Game Theory. Essex: Pearson Education Limited. Jeffrey M. Perloff, Microeconomics with Calculus, Pearson, Third edition 2013 (Global Edition), ISBN Artikelen Gedragseconomie Artikelen Institutionele economie Artikelen uit The Economist, Financial Times en/of Financieel Dagblad Artikelen van website Me Judice Diverse lesmethodes schoolvak Economie HAVO/VWO 30

32 Werkwijze (activiteiten en werkvormen) Tijdens de contacturen diverse activiteiten: - introductie theorie door de docent; behandeling kernpunten - opgaven bespreken - presentatie door student van deel van de theorie en/of opgaven 31

33 Onderwijseenheid Empirische macro-economie Code MLAE3010S Studiepunten, studielast 5 studiepunten, 140 studielasturen (les- en contacturen) - 27 uur contacttijd (lessen, werkbijeenkomsten) uur zelfstudie Ingangseisen Geen Samenhang met andere onderwijseenheden Algemene omschrijving Integratie van de vakinhoudelijke modules uit jaar 1 en jaar 2. In de vakdidactische opdracht Innovatief leerarrangement (MLAE3011R) wordt de vakinhoudelijke theorie vakdidactisch toegepast. Onderwerpen: Nationale rekeningen (CBS) Werking SAFFIER II op hoofdlijnen (CPB) Macro Economische Verkenningen en Centraal Economisch Plan (CPB) Jaarverslagen IMF, ECB en DNB. Vakkennisbasis Thema Categorie/kernconcept Competenties Beoordelingscriteria Tentaminering Verplicht Aanbevolen Werkwijze (activiteiten en werkvormen) DOMEIN 1 Macroeconomie DOMEIN 3 Monetaire economie DOMEIN 6 Economische tools 1.1 Macro-economische data 3.1 Financiële data 3.4 Monetair beleid 6.3 Modellen SBL 3: vakinhoudelijk en didactisch competent De student beheerst de kennis en vaardigheden genoemd bij de kernconcepten. Casustoets op bases van (empirische) cases uit de colleges. De beoordelingscriteria worden geconcretiseerd in de studiewijzer van de OWE en/of in de beoordelingsformulieren van de opdrachten. Deeltentamen kennistoets (schriftelijk) Minimale eis Aantal kansen Toetsperiodes Weging Cijfer 5,5 2 1 en 2 100% Aantal Voorlopige cesuur Duur tentamen examinatoren 2 55% van de maximaal te behalen punten 3 uur Jansen, J (2017), Syllabus Nationale rekeningen CPB, Werking Saffier (Website CPB) CBS, Nationale rekeningen (website CBS) Jaarverslagen IMF, ECB en DNB Artikelen van website Me Judice Tijdens de contacturen diverse activiteiten: - introductie theorie door de docent; behandeling kernpunten - opgaven bespreken - presentatie door student van deel van de theorie en/of opgaven 32

34 Onderwijseenheid Capita selecta Algemene Economie Code MLAE3020S Studiepunten, studielast 5 studiepunten, 140 studielasturen (les- en contacturen) - 27 uur contacttijd (lessen, werkbijeenkomsten) uur zelfstudie Ingangseisen Geen Samenhang met andere onderwijseenheden Algemene omschrijving Integratie van de vakinhoudelijke modules uit jaar 1 en jaar 2. In de vakdidactische opdracht Innovatief leerarrangement (MLAE3011R) wordt de vakinhoudelijke theorie vakdidactisch toegepast. Onderwerpen: Inkomensverdeling (25%) o Functioneel o Personeel o Categoriaal Ontwikkelingseconomie & Economische groei (50%) Circulaire economie (25%). Vakkennisbasis Thema Categorie/kernconcept Competenties Beoordelingscriteria Tentaminering Verplicht Aanbevolen Werkwijze (activiteiten en werkvormen) DOMEIN 1 Macroeconomie 1.2 Economische groei DOMEIN 5 Internationale 5.4 Ontwikkelingseconomie economische betrekkingen SBL 3: vakinhoudelijk en didactisch competent De student beheerst de kennis en vaardigheden genoemd bij de kernconcepten. Essay tentamen op basis van 2 à 3 opstel thema's. De beoordelingscriteria worden geconcretiseerd in de studiewijzer van de OWE en/of in de beoordelingsformulieren van de opdrachten. Deeltentamen kennistoets (schriftelijk) Minimale eis Aantal kansen Toetsperiodes Weging Cijfer 5,5 2 2 en 3 100% Aantal Voorlopige cesuur Duur tentamen examinatoren 2 55% van de maximaal te behalen punten 3 uur Jansen, J. (2017) Syllabus inkomensverdeling Capita selecta uit aanbevolen literatuur Jeffrey M. Perloff, Microeconomics with Calculus, Pearson, Third edition 2013 (Global Edition), ISBN Perkins, D.; Radelet, S. [et al]. (2006). Economics of Development. 6th ed. New York: Norton & Company, ISBN-10: Jonker, J.(2015). Nieuwe Business Modellen, Academic Service, ISBN Artikelen van website Me Judice Tijdens de contacturen diverse activiteiten: - introductie theorie door de docent; behandeling kernpunten - opgaven bespreken - presentatie door student van deel van de theorie en/of opgaven 33

35 Onderwijseenheid Vakdidactische Opdracht: Klaslokaal experiment micro-economie Code MLAE1011R Studiepunten, studielast 1 studiepunten, 28 studielasturen (les- en contacturen) Ingangseisen Geen Samenhang met andere onderwijseenheden Algemene omschrijving Micro-Economie en Wiskunde Colleges vakdidactiek Praktijkdossier I (Professionele ontwikkeling) Onderwerp: Micro-economisch klaslokaalexperiment opzetten, uitvoeren, evalueren en aanpassen in HAVO4/VWO4. Vakkennisbasis Thema Categorie/kernconcept Competenties Beoordelingscriteria Tentaminering Verplicht Aanbevolen Werkwijze (activiteiten en werkvormen) DOMEIN 8 Vakdidactiek 8.1 Oriëntatie op het schoolvak Economie in de bovenbouw van havo en vwo 8.2 De economiedocent als ontwerper van leerarrangementen voor de bovenbouw van havo en vwo 8.3 De economiedocent als onderzoeker en regisseur van de eigen ontwikkeling SBL 3: vakinhoudelijk en didactisch competent SBL 7: competent in reflectie en ontwikkeling De student beheerst de kennis en vaardigheden genoemd bij de kernconcepten. De beoordelingscriteria worden geconcretiseerd in de studiewijzer van de OWE en/of in de beoordelingsformulieren van de opdrachten. Rapportage Minimale eis Aantal kansen Toetsperiode Weging Cijfer 5, % Aantal Voorlopige cesuur Duur tentamen examinatoren 2 55% van de maximaal te behalen punten NVT Welp, E. et al., (2009),Klaslokaalexperimenten, games en simulaties, Landelijk Expertisecentrum Economie Gremmen, H. et al. (2011) DO CLASSROOM EXPERIMENTS INCREASE STUDENT MOTIVATION? Collegedictaat Vakdidactiek De Witte, Kl,. et al., (2016), Vakdidactiek economie, LannooCampus, ISBN Tijdens de contacturen voor Vakdidactiek diverse activiteiten: - introductie theorie door de docent; behandeling kernpunten - opdracht bespreken - student bespreekt de voortgang van zijn opdracht 34

36 Onderwijseenheid Vakdidactische Opdracht: Toetsanalyse proefwerk Code MLAE1021R Studiepunten, studielast 1 studiepunt, 28 studielasturen (les- en contacturen) Ingangseisen Geen Samenhang met andere onderwijseenheden Algemene omschrijving Monetaire economie Colleges vakdidactiek Praktijkdossier I (Professionele ontwikkeling) Onderwerp: Het analyseren van een eigen proefwerk (inclusief normantwoord en scoringsvoorschrift à la CSE) en van een collega student op basis van een toetsmatrijs, scoringsmatrix (per onderdeel en per leerlingen), analyse op basis van beide matrices. Niveau: HAVO4/VWO4. Vakkennisbasis Thema Categorie/kernconcept Competenties Beoordelingscriteria Tentaminering Verplicht Aanbevolen Werkwijze (activiteiten en werkvormen) DOMEIN 8 Vakdidactiek 8.1 Oriëntatie op het schoolvak Economie in de bovenbouw van havo en vwo 8.2 De economiedocent als ontwerper van leerarrangementen voor de bovenbouw van havo en vwo 8.3 De economiedocent als onderzoeker en regisseur van de eigen ontwikkeling SBL 3: vakinhoudelijk en didactisch competent SBL 7: competent in reflectie en ontwikkeling De student beheerst de kennis en vaardigheden genoemd bij de kernconcepten. De beoordelingscriteria worden geconcretiseerd in de studiewijzer van de OWE en/of in de beoordelingsformulieren van de opdrachten. Rapportage Minimale eis Aantal kansen Toetsperiode Weging Cijfer 5, % Aantal Voorlopige cesuur Duur tentamen examinatoren 2 55% van de maximaal te behalen punten NVT Diverse publicaties van het CITO over toetsing Vak syllabi Economie van het CvTE Collegedictaat Vakdidactiek De Witte, Kl,. et al., (2016), Vakdidactiek economie, LannooCampus, ISBN Tijdens de contacturen voor Vakdidactiek diverse activiteiten: - introductie theorie door de docent; behandeling kernpunten - opdracht bespreken - student bespreekt de voortgang van zijn opdracht 35

37 Onderwijseenheid Vakdidactische Opdracht: Actualiteit Miljoenennota Code MLAE1031R Studiepunten, studielast 1 studiepunten, 28 studielasturen (les- en contacturen) Ingangseisen Geen Samenhang met andere onderwijseenheden Algemene omschrijving Openbare Financiën Colleges vakdidactiek Praktijkdossier I (Professionele ontwikkeling) Onderwerp: Deze opdracht bestaat uit het schrijven van een lesbrief over een actueel onderwerp op het gebied van de overheidsfinanciën. De lesbrief zou gebruikt kunnen worden in HAVO5 als aanvullend lesmateriaal om de actualiteit in de lessen te vergroten. Vakkennisbasis Thema Categorie/kernconcept Competenties Beoordelingscriteria Tentaminering Verplicht Aanbevolen Werkwijze (activiteiten en werkvormen) DOMEIN 8 Vakdidactiek 8.1 Oriëntatie op het schoolvak Economie in de bovenbouw van havo en vwo 8.2 De economiedocent als ontwerper van leerarrangementen voor de bovenbouw van havo en vwo 8.3 De economiedocent als onderzoeker en regisseur van de eigen ontwikkeling SBL 3: vakinhoudelijk en didactisch competent SBL 7: competent in reflectie en ontwikkeling De student beheerst de kennis en vaardigheden genoemd bij de kernconcepten. De beoordelingscriteria worden geconcretiseerd in de studiewijzer van de OWE en/of in de beoordelingsformulieren van de opdrachten. Rapportage Minimale eis Aantal kansen Toetsperiode Weging Cijfer 5, % Aantal Voorlopige cesuur Duur tentamen examinatoren 2 55% van de maximaal te behalen punten NVT Collegedictaat Vakdidactiek Tijdschrift voor Openbare Financiën: Tijdschrift voor Politieke Economie: Website Me Judice (Economen in debat): Economisch Statistische Berichten (ESB); Miljoenennota Macro-Economische Verkenningen Tijdens de contacturen voor Vakdidactiek diverse activiteiten: - introductie theorie door de docent; behandeling kernpunten - opdracht bespreken - student bespreekt de voortgang van zijn opdracht 36

38 Onderwijseenheid Vakdidactische Opdracht: Toetsconstructie Schoolonderzoek VWO6 Code MLAE1041R Studiepunten, studielast 1 studiepunten, 28 studielasturen (les- en contacturen) Ingangseisen Geen Samenhang met andere onderwijseenheden Algemene omschrijving Macro-Economie Colleges vakdidactiek Praktijkdossier I (Professionele ontwikkeling) Onderwerp Het maken van een eigen tentamen voor een schoolonderzoek (duur 120 minuten) voor het onderwerp Macro-Economie (inclusief normantwoord, scoringsvoorschrift à la CSE, voorstel voor de cesuur en de N-term) op basis van de vaksyllabus Economie VWO Niveau: VWO6 Vakkennisbasis Thema Categorie/kernconcept Competenties Beoordelingscriteria Tentaminering Verplicht Aanbevolen Werkwijze (activiteiten en werkvormen) DOMEIN 8 Vakdidactiek 8.1 Oriëntatie op het schoolvak Economie in de bovenbouw van havo en vwo 8.2 De economiedocent als ontwerper van leerarrangementen voor de bovenbouw van havo en vwo 8.3 De economiedocent als onderzoeker en regisseur van de eigen ontwikkeling SBL 3: vakinhoudelijk en didactisch competent SBL 7: competent in reflectie en ontwikkeling De student beheerst de kennis en vaardigheden genoemd bij de kernconcepten. De beoordelingscriteria worden geconcretiseerd in de studiewijzer van de OWE en/of in de beoordelingsformulieren van de opdrachten. Rapportage Minimale eis Aantal kansen Toetsperiodes Weging Cijfer 5, % Aantal Voorlopige cesuur Duur tentamen examinatoren 2 55% van de maximaal te behalen punten NVT Examensyllabus VWO Economie 2017 (CvTE) De Witte, Kl,. et al., (2016), Vakdidactiek economie, LannooCampus, ISBN Tijdens de contacturen voor Vakdidactiek diverse activiteiten: - introductie theorie door de docent; behandeling kernpunten - opdracht bespreken - student bespreekt de voortgang van zijn opdracht 37

39 Onderwijseenheid Vakdidactische Opdracht: Simulatieprogramma s economie Code MLAE2011R Studiepunten, studielast 1 studiepunten, 28 studielasturen (les- en contacturen) Ingangseisen Geen Samenhang met andere onderwijseenheden Algemene omschrijving Internationale Economie Europese Integratie Colleges vakdidactiek Praktijkdossier II (Professionele ontwikkeling) Onderwerp: Het introduceren van een simulatiespel in de les van VWO6 met als doel leerlingen inzicht te laten verkrijgen in een complexe (economische) wereld, waarbij oorzaak en gevolg relaties tussen economische variabelen centraal staan en de benvloeding daarvan via economisch beleid. Als vakdidacticus krijgt u de opdracht om een spel uit te testen hetzij in een klas of met medestudenten van de opleiding, om gefundeerd te beoordelen of een dergelijke simulatie zinvol in de lespraktijk. Vakkennisbasis Thema Categorie/kernconcept Competenties Beoordelingscriteria Tentaminering Verplicht Aanbevolen Werkwijze (activiteiten en werkvormen) DOMEIN 8 Vakdidactiek 8.1 Oriëntatie op het schoolvak Economie in de bovenbouw van havo en vwo 8.2 De economiedocent als ontwerper van leerarrangementen voor de bovenbouw van havo en vwo 8.3 De economiedocent als onderzoeker en regisseur van de eigen ontwikkeling SBL 3: vakinhoudelijk en didactisch competent SBL 7: competent in reflectie en ontwikkeling De student beheerst de kennis en vaardigheden genoemd bij de kernconcepten. De beoordelingscriteria worden geconcretiseerd in de studiewijzer van de OWE en/of in de beoordelingsformulieren van de opdrachten. Rapportage Minimale eis Aantal kansen Toetsperiode Weging Cijfer 5, % Aantal examinatoren Voorlopige cesuur Duur tentamen 2 55% van de maximaal te behalen punten NVT Collegedictaat Vakdidactiek DELFI :DNB s Macroeconomic Policy Model of the Netherlands, DNB Occasional studies (2011) Gremmen, H. et al (2007) SIER-spel Spelbeschrijving van niveau 2: REËLE ECONOMIE BASIS - Tijdens de contacturen voor Vakdidactiek diverse activiteiten: - introductie theorie door de docent; behandeling kernpunten - opdracht bespreken - student bespreekt de voortgang van zijn opdracht 38

40 Onderwijseenheid Vakdidactische Opdracht: Flipped classroom Code MLAE2031R Studiepunten, studielast 1 studiepunten, 28 studielasturen (les- en contacturen) Ingangseisen Geen Samenhang met andere onderwijseenheden Algemene omschrijving Geschiedenis van het Economisch Denken Pluralisme in de Economie Colleges Vakdidactiek Praktijkdossier II (Professionele ontwikkeling) Onderwerp: Het opzetten van één of meer lessen - op het gebied van Pluralisme en/of Geschiedenis van het Economisch denken - voor HAVO5 of VWO5 volgens het principe van flipped classroom, waarbij ICT technologie instrumenten bij voorkeur dient te worden ingezet. Vakkennisbasis Thema Categorie/kernconcept Competenties Beoordelingscriteria Tentaminering Verplicht Aanbevolen Werkwijze (activiteiten en werkvormen) DOMEIN 8 Vakdidactiek 8.1 Oriëntatie op het schoolvak Economie in de bovenbouw van havo en vwo 8.2 De economiedocent als ontwerper van leerarrangementen voor de bovenbouw van havo en vwo 8.3 De economiedocent als onderzoeker en regisseur van de eigen ontwikkeling SBL 3: vakinhoudelijk en didactisch competent SBL 7: competent in reflectie en ontwikkeling De student beheerst de kennis en vaardigheden genoemd bij de kernconcepten. De kennistoets moet voldoende gemaakt worden. De beoordelingscriteria worden geconcretiseerd in de studiewijzer van de OWE en/of in de beoordelingsformulieren van de opdrachten. Deeltentamen kennistoets (rapportage) Minimale eis Aantal kansen Toetsperiodes Weging Cijfer 5,5 2 1 en 2 100% Aantal Voorlopige cesuur Duur tentamen examinatoren 2 55% van de maximaal te behalen punten NVT Collegedictaat Vakdidactiek De Witte, Kl,. et al., (2016), Vakdidactiek economie, LannooCampus, ISBN Tijdens de contacturen voor Vakdidactiek diverse activiteiten: - introductie theorie door de docent; behandeling kernpunten - opdracht bespreken - student bespreekt de voortgang van zijn opdracht 39

41 Onderwijseenheid Vakdidactische Opdracht: Innovatief keuze onderwerp Code MLAE3011R Studiepunten, studielast 1 studiepunten, 28 studielasturen (les- en contacturen) Ingangseisen Geen Samenhang met andere onderwijseenheden Algemene omschrijving Empirische macro-economie Capita selecta Algemenen Economie Colleges Vakdidactiek Master dossier (Professionele ontwikkeling) Onderwerp Het opzetten van een innovatief keuze onderwerp op het gebied van vorming, verdeling en besteding in de mondiale economie, waarbij de gekoppelde vakinhoud inspiratie kan dienen voor een complete lessencyclus (Ontwerp, Uitvoering, Evaluatie en Aanpassing) in HAVO5 of VWO6. Vakkennisbasis Thema Categorie/kernconcept Competenties Beoordelingscriteria Tentaminering Verplicht Aanbevolen Werkwijze (activiteiten en werkvormen) DOMEIN 8 Vakdidactiek 8.1 Oriëntatie op het schoolvak Economie in de bovenbouw van havo en vwo 8.2 De economiedocent als ontwerper van leerarrangementen voor de bovenbouw van havo en vwo 8.3 De economiedocent als onderzoeker en regisseur van de eigen ontwikkeling SBL 3: vakinhoudelijk en didactisch competent SBL 7: competent in reflectie en ontwikkeling De student beheerst de kennis en vaardigheden genoemd bij de kernconcepten. De kennistoets moet voldoende gemaakt worden. De beoordelingscriteria worden geconcretiseerd in de studiewijzer van de OWE en/of in de beoordelingsformulieren van de opdrachten. Rapportage Minimale eis Aantal kansen Toetsperiodes Weging Cijfer 5,5 2 1 en 2 100% Aantal Voorlopige cesuur Duur tentamen examinatoren 2 55% van de maximaal te behalen punten 3 uur Collegedictaat Vakdidactiek De Witte, Kl,. et al., (2016), Vakdidactiek economie, LannooCampus, ISBN Tijdens de contacturen voor Vakdidactiek diverse activiteiten: - introductie theorie door de docent; behandeling kernpunten - opdracht bespreken - student bespreekt de voortgang van zijn opdracht 40

42 Onderwijseenheid Praktijkdossier I (Beginsituatie) Code MLAE1050R Studiepunten, studielast 3 studiepunten, 84 studielasturen (les- en contacturen) Ingangseisen Geen. Samenhang met andere onderwijseenheden Vakdidactische opdrachten jaar 1 Colleges Professionalisering Algemene omschrijving Onderwerpen: Verplichte documenten Het organiseren van de begeleiding op de werkplek Praktijktheorie Eindbeschouwing (balans en vooruitblik) Praktijkbeoordeling Vakkennisbasis Thema Categorie/kernconcept Competenties Beoordelingscriteria Tentaminering Verplicht Aanbevolen Werkwijze (activiteiten en werkvormen) DOMEIN 8 Vakdidactiek 8.1 Oriëntatie op het schoolvak Economie in de bovenbouw van havo en vwo 8.2 De economiedocent als ontwerper van leerarrangementen voor de bovenbouw van havo en vwo 8.3 De economiedocent als onderzoeker en regisseur van de eigen ontwikkeling SBL 1 Interpersoonlijk competent SBL 2 Pedagogisch competent SBL 4 Organisatorisch competent SBL 5 Competent in het samenwerken met collega s SBL 6 Competent in het samenwerken met de omgeving SBL 7 Competent in reflectie en ontwikkeling. De student beheerst de kennis en vaardigheden genoemd bij de kernconcepten.. De beoordelingscriteria worden geconcretiseerd in de studiewijzer van de OWE en/of in de beoordelingsformulieren van de opdrachten. Rapportage Minimale eis Aantal kansen Toetsperiode Weging Cijfer 5, % Aantal examinatoren Voorlopige cesuur Duur tentamen 2 55% van de maximaal te behalen punten NVT Collegedictaat Professionalisering Capita selecta uit artikelen in overleg met de docent te bepalen Tijdens de contacturen diverse activiteiten: - introductie theorie door de docent; behandeling kernpunten - opdracht bespreken - presentatie door student van deel van de opdracht 41

43 Onderwijseenheid Praktijkdossier II (Ontwikkeling) Code MLAE2050R Studiepunten, studielast 3 studiepunten, 84 studielasturen (les- en contacturen) Ingangseisen Praktijkdossier I moet met een voldoende cijfer ( 5,5) zijn afgerond Samenhang met andere onderwijseenheden Algemene omschrijving Vakdidactische opdrachten jaar 1 Praktijkdossier II Vakdidactische opdrachten jaar 2 Colleges Professionalisering Onderwerpen: Worden in 2017/2018 bekend gemaakt Vakkennisbasis Thema Categorie/kernconcept Competenties Beoordelingscriteria Tentaminering Verplicht Aanbevolen Werkwijze (activiteiten en werkvormen) DOMEIN 8 Vakdidactiek 8.1 Oriëntatie op het schoolvak Economie in de bovenbouw van havo en vwo 8.2 De economiedocent als ontwerper van leerarrangementen voor de bovenbouw van havo en vwo 8.3 De economiedocent als onderzoeker en regisseur van de eigen ontwikkeling SBL 1 Interpersoonlijk competent SBL 2 Pedagogisch competent SBL 4 Organisatorisch competent SBL 5 Competent in het samenwerken met collega s SBL 6 Competent in het samenwerken met de omgeving SBL 7 Competent in reflectie en ontwikkeling. De student beheerst de kennis en vaardigheden genoemd bij de kernconcepten. De beoordelingscriteria worden geconcretiseerd in de studiewijzer van de OWE en/of in de beoordelingsformulieren van de opdrachten. Rapportage Minimale eis Aantal kansen Toetsperiode Weging Cijfer 5, % Aantal Voorlopige cesuur Duur tentamen examinatoren 2 55% van de maximaal te behalen punten NVT Collegedictaat Professionalisering Capita selecta uit artikelen in overleg met de docent te bepalen Tijdens de contacturen diverse activiteiten: - introductie theorie door de docent; behandeling kernpunten - opdracht bespreken - presentatie door student van deel van de opdracht 42

44 Onderwijseenheid Masterdossier (Groei en Assessment) Code MLAE3050C Studiepunten, studielast 3 studiepunten, 84 studielasturen (les- en contacturen) Ingangseisen Praktijkdossier II moet met een voldoende cijfer ( 5,5) zijn afgerond Samenhang met andere onderwijseenheden Algemene omschrijving Vakdidactische opdrachten jaar 1 Praktijkdossier I Vakdidactische opdrachten jaar 2 Praktijkdossier II Vakdidactische opdrachten jaar 3 Colleges Professionalisering Onderwerpen: Worden in 2017/2018 bekend gemaakt. Vakkennisbasis Thema Categorie/kernconcept Competenties Beoordelingscriteria Tentaminering Verplicht Aanbevolen Werkwijze (activiteiten en werkvormen) DOMEIN 8 Vakdidactiek 8.1 Oriëntatie op het schoolvak Economie in de bovenbouw van havo en vwo 8.2 De economiedocent als ontwerper van leerarrangementen voor de bovenbouw van havo en vwo 8.3 De economiedocent als onderzoeker en regisseur van de eigen ontwikkeling SBL 1 Interpersoonlijk competent SBL 2 Pedagogisch competent SBL 4 Organisatorisch competent SBL 5 Competent in het samenwerken met collega s SBL 6 Competent in het samenwerken met de omgeving SBL 7 Competent in reflectie en ontwikkeling. De student beheerst de kennis en vaardigheden genoemd bij de kernconcepten. De beoordelingscriteria worden geconcretiseerd in de studiewijzer van de OWE en/of in de beoordelingsformulieren van de opdrachten. Rapportage en Mondeling Minimale eis Aantal kansen Toetsperiodes Weging Cijfer 5, % Aantal Voorlopige cesuur Duur tentamen examinatoren 2 55% van de maximaal te behalen punten 1 uur Collegedictaat Professionalisering Capita selecta uit artikelen in overleg met de docent te bepalen Tijdens de contacturen diverse activiteiten: - introductie theorie door de docent; behandeling kernpunten - opdracht bespreken - presentatie door student van deel van de opdracht 43

45 Onderwijseenheid Kwalitatief Ontwerp Onderzoek Code MLAE1060R Studiepunten, studielast 3 studiepunten, 84 studielasturen (les- en contacturen) Ingangseisen Geen Samenhang met andere onderwijseenheden Vakdidactische opdrachten jaar 1 Praktijkdossier I Algemene omschrijving Onderwerpen: Introductie educatief onderzoek & onderzoek cyclus Rapporteren (APA, Academic writing, Zoekstrategie, etc.) Literature review Interventie Kwalitatieve evaluatie. Vakkennisbasis Thema Categorie/kernconcept Competenties Beoordelingscriteria Tentaminering Verplicht Aanbevolen Werkwijze (activiteiten en werkvormen) DOMEIN 6 Economische tools DOMEIN 7 Wetenschappe lijke grondslagen en ontwikkelingen DOMEIN 8 Vakdidactiek 6.5 Basis statistiek 7.1 Methodologie van de wetenschap in het algemeen 8.2 De economiedocent als ontwerper van leerarrangementen voor de bovenbouw van havo en vwo 8.3 De economiedocent als onderzoeker en regisseur van de eigen ontwikkeling SBL 1 Interpersoonlijk competent SBL 2 Pedagogisch competent SBL 4 Organisatorisch competent SBL 5 Competent in het samenwerken met collega s SBL 6 Competent in het samenwerken met de omgeving SBL 7 Competent in reflectie en ontwikkeling. De student beheerst de kennis en vaardigheden genoemd bij de kernconcepten. De beoordelingscriteria worden geconcretiseerd in de studiewijzer van de OWE en/of in de beoordelingsformulieren van de opdrachten. Rapportage Minimale eis Aantal kansen Toetsperiode Weging Cijfer 5, % Aantal examinatoren Voorlopige cesuur Duur tentamen 2 55% van de maximaal te behalen punten NVT Creswell, J. (2012), Educational Research: Planning, Conducting, and Evaluating Quantitative and Qualitative Research (4th Edition), ISBN Capita selecta uit artikelen in overleg met de docent te bepalen Tijdens de contacturen diverse activiteiten: - introductie theorie door de docent; behandeling kernpunten - opdracht bespreken - presentatie door student van deel van de opdracht 44

46 Onderwijseenheid Kwantitatief Ontwerp Onderzoek Code MLAE2060R Studiepunten, studielast 3 studiepunten, 84 studielasturen (les- en contacturen) Ingangseisen Kwalitatief Ontwerp Onderzoek moet met een voldoende cijfer ( 5,5) zijn afgerond Samenhang met andere onderwijseenheden Vakdidactische opdrachten jaar 1 Praktijkdossier I Kwalitatief Ontwerp Onderzoek Vakdidactische opdrachten jaar 2 Praktijkdossier II Algemene omschrijving Onderwerpen: Uitkomsten rapport Kwalitatief Ontwerp Onderzoek (jaar 1) Aanvullende literature review Methoden kwantitatief onderzoek Interventie Kwantitatieve evaluatie. Vakkennisbasis Thema Categorie/kernconcept Competenties Beoordelingscriteria Tentaminering Verplicht Aanbevolen Werkwijze (activiteiten en werkvormen) DOMEIN 6 Economische tools DOMEIN 7 Wetenschappe lijke grondslagen en ontwikkelingen DOMEIN 8 Vakdidactiek 6.5 Basis statistiek 7.1 Methodologie van de wetenschap in het algemeen 8.2 De economiedocent als ontwerper van leerarrangementen voor de bovenbouw van havo en vwo 8.3 De economiedocent als onderzoeker en regisseur van de eigen ontwikkeling SBL 1 Interpersoonlijk competent SBL 2 Pedagogisch competent SBL 4 Organisatorisch competent SBL 5 Competent in het samenwerken met collega s SBL 6 Competent in het samenwerken met de omgeving SBL 7 Competent in reflectie en ontwikkeling. De student beheerst de kennis en vaardigheden genoemd bij de kernconcepten. De kennistoets moet voldoende gemaakt worden. De beoordelingscriteria worden geconcretiseerd in de studiewijzer van de OWE en/of in de beoordelingsformulieren van de opdrachten. Deeltentamen kennistoets (schriftelijk) Minimale eis Aantal kansen Toetsperiodes Weging Cijfer 5, % Aantal Voorlopige cesuur Duur tentamen examinatoren 2 55% van de maximaal te behalen punten 3 uur Creswell, J. (2012), Educational Research: Planning, Conducting, and Evaluating Quantitative and Qualitative Research (4th Edition), ISBN Baarda, B. (2015), Basisboek Statistiek met Excel, Noordhoff, ISBN Capita selecta uit artikelen in overleg met de docent te bepalen Tijdens de contacturen diverse activiteiten: - introductie theorie door de docent; behandeling kernpunten - opdracht bespreken - presentatie door student van deel van de opdracht 45

47 Onderwijseenheid Onderzoeksvoorstel Master thesis (plan van Aanpak) Code MLAE2061R Studiepunten, studielast 3 studiepunten, 84 studielasturen (les- en contacturen) Ingangseisen Kwalitatief Ontwerp Onderzoek en Kwantitatief Ontwerp Onderzoek moeten elk met een voldoende cijfer ( 5,5) zijn afgerond Samenhang met andere onderwijseenheden Vakdidactische opdrachten jaar 1 Praktijkdossier I Kwalitatief Ontwerp Onderzoek Vakdidactische opdrachten jaar 2 Praktijkdossier II Kwantitatief Ontwerp Onderzoek Algemene omschrijving Onderwerpen: Aanleiding (Opdrachtgever: ja / nee) & Context beschrijving Probleembeschrijving Onderzoeksvraag Literature review (peer reviewed) Interview kerninformanten Methodologie Onderzoeksvoorstel Vakkennisbasis Thema Categorie/kernconcept Competenties Beoordelingscriteria Tentaminering Verplicht Aanbevolen Werkwijze (activiteiten en werkvormen) DOMEIN 6 Economische tools DOMEIN 7 Wetenschappe lijke grondslagen en ontwikkelingen DOMEIN 8 Vakdidactiek 6.5 Basis statistiek 7.1 Methodologie van de wetenschap in het algemeen 8.2 De economiedocent als ontwerper van leerarrangementen voor de bovenbouw van havo en vwo 8.3 De economiedocent als onderzoeker en regisseur van de eigen ontwikkeling SBL 1 Interpersoonlijk competent SBL 2 Pedagogisch competent SBL 3 Vakinhoudelijk en didactisch competent SBL 4 Organisatorisch competent SBL 5 Competent in het samenwerken met collega s SBL 6 Competent in het samenwerken met de omgeving SBL 7 Competent in reflectie en ontwikkeling. De student beheerst de kennis en vaardigheden genoemd bij de kernconcepten. De kennistoets moet voldoende gemaakt worden. De beoordelingscriteria worden geconcretiseerd in de studiewijzer van de OWE en/of in de beoordelingsformulieren van de opdrachten. Rapportage Minimale eis Aantal kansen Toetsperiodes Weging Cijfer 5, % Aantal Voorlopige cesuur Duur tentamen examinatoren 2 55% van de maximaal te behalen punten NVT Creswell, J. (2012), Educational Research: Planning, Conducting, and Evaluating Quantitative and Qualitative Research (4th Edition), ISBN Baarda, B. (2015), Basisboek Statistiek met Excel, Noordhoff, ISBN Capita selecta uit (peer reviewed) artikelen in overleg met de docent te bepalen Tijdens de contacturen diverse activiteiten: - introductie theorie door de docent; behandeling kernpunten - opdracht bespreken - presentatie door student van deel van de opdracht 46

48 Onderwijseenheid Master thesis Code Studiepunten, studielast (les- en contacturen) Ingangseisen Samenhang met andere onderwijseenheden MLAE3060C 15 studiepunten, 420 studielasturen Onderzoeksvoorstel Master thesis (plan van Aanpak) met een voldoende cijfer ( 5,5) afgerond Dringend advies om de vakinhoudelijke studiepunten uit jaar 1 (20 ECTS) en jaar 2 (20 ECTS) te hebben afgerond, de opleidingscoördinator MLAE kan een bindend advies opleggen om niet met de Master thesis te starten bij het ontbreken van deze 40 ECTS. Vakdidactische opdrachten jaar 1 Praktijkdossier I Kwalitatief Ontwerp Onderzoek Vakdidactische opdrachten jaar 2 Praktijkdossier II Kwantitatief Ontwerp Onderzoek Algemene omschrijving Onderwerpen: Onderzoeksvoorstel Master Thesis Plan van aanpak (definitief) o Aanleiding (Opdrachtgever: ja / nee) & Context beschrijving o Probleembeschrijving o Onderzoeksvraag o Literature review (peer reviewed) o Interview kerninformanten o Methodologie Type onderzoek o Vakdidactisch interventie onderzoek o Innovatief leerarrangement met een duidelijke economische component (vakinhoud & vakdidactiek) o Longitudinaal vakdidactisch onderzoek op het gebeid van Algemene Economie Uitvoering onderzoek Interventie c.q. Implementatie Rapportage. Vakkennisbasis Thema Categorie/kernconcept Competenties Beoordelingscriteria DOMEIN 6 Economische tools DOMEIN 7 Wetenschappe lijke grondslagen en ontwikkelingen DOMEIN 8 Vakdidactiek 6.5 Basis statistiek 7.1 Methodologie van de wetenschap in het algemeen 8.2 De economiedocent als ontwerper van leerarrangementen voor de bovenbouw van havo en vwo 8.3 De economiedocent als onderzoeker en regisseur van de eigen ontwikkeling SBL 1 Interpersoonlijk competent SBL 2 Pedagogisch competent SBL 3 Vakinhoudelijk en didactisch competent SBL 4 Organisatorisch competent SBL 5 Competent in het samenwerken met collega s SBL 6 Competent in het samenwerken met de omgeving SBL 7 Competent in reflectie en ontwikkeling. De student beheerst de kennis en vaardigheden genoemd bij de kernconcepten. Beoordelingscriteria: 47

49 Tentaminering Verplicht Aanbevolen Werkwijze (activiteiten en werkvormen) De student wordt beoordeeld op het vermogen om een vakdidactisch onderzoek voor te bereiden, m.b.v. een helder verantwoorde probleemstelling, theoretisch kader, en haalbare en passende beschreven onderzoeksmethode. De student wordt beoordeeld op het vermogen om: een vakdidactisch onderzoek uit te voeren, data te verzamelen, en te analyseren en een rapportage te maken. De beoordelingscriteria worden geconcretiseerd in de studiewijzer van de OWE en/of in de beoordelingsformulieren van de opdrachten. Deeltentamen kennistoets (schriftelijk) Minimale eis Aantal kansen Toetsperiodes Weging Cijfer 5,5 2 1 en 2 100% Aantal Voorlopige cesuur Duur tentamen examinatoren 2 55% van de maximaal te behalen punten 3 uur Creswell, J. (2012), Educational Research: Planning, Conducting, and Evaluating Quantitative and Qualitative Research (4th Edition), ISBN Baarda, B. (2015), Basisboek Statistiek met Excel, Noordhoff, ISBN Capita selecta uit (peer reviewed) artikelen Er wordt geen klassikaal onderwijs meer geboden aan studenten. Wel worden er Afstudeertafels georganiseerd met ongeveer vijf mede afstudeerders en één of meer begeleiders. Naast de kick-off in begin september zal er aanvankelijk een viertal driewekelijkse sessies worden georganiseerd in het eerste semester van jaar 3. In het tweede semester van jaar 3, worden alleen sessies georganiseerd op verzoek van de studenten van een Afstudeertafel. Een afstudeerder krijgt twee begeleiders toegewezen, één vakdidacticus en één methodoloog. Begeleiders en studenten plannen samen mogelijke bijeenkomsten voor begeleiding, de bijeenkomsten kunnen fysiek plaatsvinden, via Skype en/of via telefoon. 48

50 Bijlage 1 Professionalisering Bouwen aan een masterdossier, bouwen aan een ontwikkelplan, werken aan competenties Inleiding Professionaliseringtraject De masteropleiding draait om de professionele ontwikkeling van onderbouw naar bovenbouwdocent. Een docent in de bovenbouw moet immers over meer en andere kwaliteiten beschikken dan een docent in de onderbouw. Deze kwaliteiten vinden hun weerslag in de sbl-competenties die door de Stichting Beroepskwaliteit Leraren zijn ontwikkeld. Het gaat daarbij om het competent zijn op volgende gebieden: 1) interpersoonlijke competenties. 2) pedagogische competenties. 3) vakdidactisch vakinhoudelijke competenties. 4) organisatorische competenties. 5) competent in het samenwerken met collega s. 6) competent in samenwerken met de omgeving. 7) competent in reflectie en ontwikkeling. Bij de masteropleiding draait het er om, om deze competenties te beheersen op een niveau dat bij een bovenbouwdocent past. Bij professionalisering werkt u met andere woorden aan het vraagstuk van uw professionele bovenbouwdocentschap. Dit moet resulteren in een eindproduct: het masterdossier. Dit is input voor het assessment dat u aan het einde van uw studie zult hebben. Het masterdossier is het instrument om die professionele ontwikkeling en het denken over deze ontwikkeling zichtbaar te maken. Het is een eigen masterdossier: u bent de eigenaar van het masterdossier, en u zorgt ervoor dat dit van een hoog niveau is waardoor het assessment ook op een hoog niveau kan plaatsvinden. Of u dit realiseert, hangt af van uw eigen inspanning en kunde in uw schoolsituatie en in uw opleidingssituatie. Maar ook hoe u dit met een ontwikkelplan (een praktijkdossier) kan sturen, kan realiseren en kan aantonen. Benut de mogelijkheid om hierover met de tutor en met medestudenten over na te denken! Het eerste semester staat in het teken van het schrijven van een ontwikkelplan (praktijkdossier), en de andere semesters rond het realiseren en eventueel actualiseren van dit plan, waarna uiteindelijk via het masterdossier en het afrondende assessment de professionele ontwikkeling naar bovenbouwdocent kan worden aangetoond. Het ontwikkelplan (praktijkdossier) Voor het maken van een goed dossier zult u in de eerste plaats een beeld moeten vormen van wat goed functioneren in de bovenbouw eigenlijk is. Wat voor eisen stelt dit aan u en kunt u daar aan voldoen? Ten tweede zult u op grond van dit beeld moeten bedenken wat u bij zichzelf zult moeten ontwikkelen om te kunnen functioneren als (bovenbouw-)docent. U zult met andere woorden een ontwikkelplan voor uzelf moeten opstellen om zodoende (een groot deel van) de lacunes van uw huidige functioneren (afgezet tegen het beeld van uw gewenste functioneren) te kunnen wegnemen. Vervolgens zult u dit plan moeten uitvoeren. Het eerste halfjaar wordt de start gemaakt met het maken van uw eigen praktijkdossier. Deze versie wordt aangeleverd bij de tutor die er feedback op geeft, waarna het door de student kan worden bijgesteld. De plannen en activiteiten uit dat dossier voert u de navolgende semesters uit en stelt u gedurende deze semesters waar nodig bij, waarbij u bewijsmateriaal verzamelt en vastlegt in uw dossier. Uiteindelijk is dit de verzamelplaats van de bewijslast voor uw masterdossier, waarmee u kunt aantonen dat u op eerstegraads niveau bekwaam bent. In fasen ziet het maken van het praktijkdossier er als volgt uit. Fase 1: hoe wil ik worden? (in relatie tot Sbl 1 t/m 7) U zult zich de vraag stellen: welke aspecten vindt u van belang voor uw werk als docent in het eerstegraads werkveld? Het gaat hierbij niet alleen om kennis van de didactiek en het vak zelf, het gaat ook om kennis van de school(-organisatie) en de leerling en u zult ook specifiek moeten kijken naar bijvoorbeeld de verschillen tussen een havo- en een vwo-leerling. 49

51 Deze zoektocht zal diepgaand zijn: u gaat zoeken naar wat een docent tot een goede docent maakt voor de diverse leerlingen. U zult gaan ontdekken wat voor aspecten aan dit vraagstuk kleven en u zult komen tot een categorisering en invulling hiervan. Fase 2: waar sta ik nu? (in relatie tot Sbl 1 t/m 7) U gaat in kaart brengen waar u nu staat: waar bent u goed in, waarin minder goed (in het licht van het ideaalplaatje). U maakt een sterkte- zwakteanalyse van zichzelf. Het gaat er ook om dat u ontwikkelingsgericht leert denken; u ziet tekortkomingen en gaat deze actief en kordaat te lijf. Dit kan op diverse gebieden: naast sociaal ook vakinhoudelijk. Elke docent heeft namelijk vakonderdelen waarin hij zich minder op zijn gemak voelt. Een economiedocent kan bijvoorbeeld constateren dat hij tekort schiet in rekenvaardigheden, of juist zaken niet puntig kan verwoorden. Daaraan gaat hij werken. Een ander voorbeeld: u zou kunnen constateren dat u om wat voor redenen dan ook niet voor vol wordt aangezien door uw sectiegenoten, of dat u juist te veel doet, terwijl uw sectiegenoten minder doen en de werklast te veel op uw schouders komt te liggen. Fase 3: hoe kom ik waar ik moet staan? (in relatie tot Sbl 1 t/m 7) U bedenkt zich waarin u zichzelf wilt ontwikkelen en hoe en wanneer u dat gaat doen. U stelt een plan op waarin u verwoordt welke aspecten u hoe en wanneer gaat aanpakken. Het spreekt voor zich dat niet alle aspecten gedurende de drie jaar volledig tot ontwikkeling kunnen komen. Verwoord realistische doelen (die wel ambitie kennen) en voldoend SMART. Bedenk telkens hoe u gaat bewijzen dat u deze doelen hebt gerealiseerd en hoe u dit in uw dossier weergeeft. Fase 4: gesprek met tutor over dit plan en bijstellen plan Met de tutor bespreekt u dit plan. Dit gebeurt aan de hand van de beoordelingscriteria die u verderop in het document aantreft en die daarmee leidend zijn voor het proces. De tutor beoordeelt dit plan en geeft aan hoe dit verbeterd kan worden. Hierna kan de uitvoering van het plan plaatsvinden. Het vervolgtraject (semester 2 en volgend) Het spreekt voor zich dat u dit plan gefaseerd uitvoert en dat u bewijsmateriaal verzamelt en dit in een dossier weergeeft. Dit dossier helpt u om uzelf en uw tutor zicht te krijgen op waar u staat. Zowel het dossier met de bewijsstukken als de plannen daarin zijn levende documenten die professionaliteit en verantwoordelijkheid over die professionaliteit weerspiegelen. Dit is uiteraard in het licht van het bovenbouwdocentschap (voor het eigen vakgebied). Voor vooral competentie 3 (vakinhoud en didactiek) kan u natuurlijk heel veel bewijsmateriaal via de opleiding realiseren. De tutor houdt een vinger aan de pols maar de student is uiteindelijk verantwoordelijk voor het uitvoeren van het traject. De verantwoordelijkheid voor een juiste procesgang ligt bij u als student waarbij de tutor vanuit het opleidingsinstituut een helpende hand kan bieden, en het traject van inspirerende en gerichte feedback kan voorzien. Op de school zelf zal uw schoolbegeleider dit project bewaken en waar nodig bijsturen. Ook in dat geval geldt weer dat u als student verantwoordelijk bent dat dit goed plaatsvindt, en dat u tijdig aan de bel trekt als het traject niet de diepgang of het tempo krijgt dat u wilt en dat vanuit de opleiding noodzakelijk is om de opleiding tijdig en gedegen af te kunnen afronden. 50

52 Beoordelingscriteria praktijkdossier en masterdossier Hoewel al aangegeven is dat het praktijkdossier een levend document is, geldt er toch een aantal criteria dat meegenomen wordt bij de beoordeling ervan. Deze luiden als volgt: Beoordelingscriteria praktijkdossier Het ontwikkelingsplan moet volledig zijn. Alle zeven SBL-competenties komen aan de orde, waarbij voor competenties 3 (vakdeskundigheid) en 7 (reflectie en onderzoek) kan worden verwezen naar activiteiten in de opleiding. Het plan is gebaseerd op grondig onderzoek en reflectie rondom dit onderzoek; en het plan is daarmee doordacht, diepgaand en persoonlijk en heeft zowel betrekking op de havo als de vwodimensie. Het onderzoek waarlangs het plan is opgesteld, is aangegeven, waarbij bijvoorbeeld aandacht is besteed aan literatuur, gesprekken met medestudenten, de tutor, mensen van de eigen werkplek (leerlingen, directie en (vak-) collega s). Uit het plan spreekt eigenaarschap voor het voorgestelde traject, waarbij tevens is aangegeven hoe het instituut (medestudenten, de tutor etc.), de school (de schoolbegeleider, een sectiegenoot, een niet-sectiegenoot en eventueel iemand van de directie) en eventuele derden bij het proces betrokken zijn als inspiratiebron (of/en discussiepartner) en waarbij dit ook in fases is aangegeven. Het document bevat een tijdlijn waarbij de voortgang en de bijstelling van het project is aangegeven, en waarbij in de loop van de opleidingsduur is aangegeven hoe aan de uitvoering van het plan wordt gewerkt. In het ontwikkelplan is aangegeven hoe het professionaliseringsproces startend in jaar 1 in kaart wordt gebracht en hoe het instituut op elk moment het dossier kan inzien. Voor het masterdossier gelden de hieronder genoemde globale criteria. Volledige informatie staat op onze elektronische leeromgeving bij het eindassessment/-gesprek. Beoordelingscriteria masterdossier Het masterdossier is overzichtelijk en geeft inzicht in het niveau waarin de student genoemde competenties voor het bovenbouwdocentschap beheerst - en geeft daarmee inzicht in de realisatie van zijn persoonlijk ontwikkelplan. In het masterdossier worden de producten, de bewijsstukken en de reflectie over die producten en bewijsstukken aangegeven waarbij de student in het assessment/-eindgesprek weet welke keuzen hij maakt en hoe hij het bewustzijn van het eigen handelen kan bewijzen. Het masterdossier maakt zichtbaar wat de tussentijdse aanpassingen van de student zijn geweest om bij teleurstellingen zijn competentieontwikkeling toch te realiseren. Het masterdossier is uniek, uitnodigend en diepgaand/interessant. Bewijsstukken Aan de bewijsstukken van de bekwaamheden zijn in de handleiding van het masterexamen voorwaarden gesteld. Het is verstandig als de student het initiatief neemt om regelmatig met zijn tutor van gedachten te wisselen over de aard, validiteit en kwaliteit van de bewijsstukken. De bewijsstukken met betrekking tot competentie 3 en 7 worden veelal vanzelf in het kader van de opleiding verzameld (aangestuurd in de onderwijsactiviteiten en het onderzoek). Voor de andere competenties (1, 2, 4, 5, 6) is een beperkt aantal verplichte bewijzen vereist. Deze zijn beschreven in het document Professionele ontwikkeling op de werkplek (2016). In het praktijkdossier zult u natuurlijk ook dienen aan te geven hoe u werkt aan uw bewijslast. Contact met de tutor Als student moet u zelf vorm geven aan uw professionaliseringsproces. De tutor bewaakt het proces en stuurt waar nodig bij. De tutor zal aangeven wat hij in het licht van het professionaliseringstraject mede in het licht van het eigen vak- dat semester zal doen. Het spreekt voor zich dat studenten daar ook initiatief in kunnen nemen. Zij kunnen ook aangeven dat een bijeenkomst te willen houden. Intervisie is immers essentieel bij het maken van het praktijkdossier en het uitvoeren hiervan. Ook kan het zijn dat de tutor een bezoek brengt aan de school en een aantal lessen bezoekt. Dit zal gebeuren in samenspraak met de student en de schoolbegeleider op school. 51

53 Bijlage 1.1 Bekwaamheidseisen Docent Voorbereidend Hoger Onderwijs (VHO) (eerstegraads) (2004) Competenties met bijbehorende kennis- en gedragsindicatoren 1 De stichting Beroepskwaliteit Leraren heeft voor het docentenberoep in het voortgezet onderwijs zeven competenties opgesteld. Deze maken deel uit van de bij wet vastgestelde Beroepen in het Onderwijs (BIO), van kracht sinds 1 augustus De competenties zijn uitgewerkt in bekwaamheidseisen voor de docent VHO en indicatoren. Deze zijn ook te vinden op 1. INTERPERSOONLIJK COMPETENT 2. PEDAGOGISCH COMPETENT 3. VAKDIDACTISCH VAKINHOUDELIJK COMPETENT Een interpersoonlijk competente leraar vho weet een vriendelijk, coöperatief en open leerklimaat tot stand te brengen dat de ontwikkeling van de leerlingen naar zelfstandigheid en zelfverantwoordelijkheid bevordert en waarin sprake is van een goede balans tussen leiden en begeleiden, sturen en volgen en tussen stimuleren en corrigeren. Een pedagogisch competente leraar vho biedt leerlingen in een veilige leer- en werkomgeving houvast, structuur en ondersteuning (bij door hen te maken keuzes), houdt rekening met de individuele kwaliteiten van de leerlingen en zorgt voor een respectvolle wijze van omgang met en het willen nemen van verantwoordelijkheid voor elkaar. Een didactische en vakinhoudelijk competente leraar vho creëert krachtige leeromgevingen, die de individuele leerling in staat stellen een deep understanding van de onderscheiden kennis-, leer- of vakgebieden te verwerven en waarin ze hun (schoolse) leren in verband kunnen brengen met realistische en voor hen relevante toepassingen in de maatschappij, hun leefwereld, het toekomstig beroep 1. Is zowel op praktisch als theoretisch niveau goed op de hoogte van communicatietheorieën, groepsdynamica en interculturele communicatie en vertaalt de implicaties daarvan voor het pedagogisch-didactisch handelen in adequaat docentengedrag. 2. Biedt een helder pedagogisch-didactisch en organisatorisch kader, waarbinnen de leerlingen waar nodig met zijn/haar ondersteuning hun eigen leer- en ontwikkelingsproces kunnen vormgeven. 3. Maakt leerlingen medeverantwoordelijk voor een goed klassenklimaat en stimuleert initiatieven van leerlingen die daaraan bijdragen. 4. Motiveert (verantwoordt) naar leerlingen zijn/haar omgaan (handelen) met cultureel heterogene groepen of individuele leerlingen, daarbij gebruik makend van relevante theoretische en methodische inzichten terzake. 1. Is vertrouwd met de sociaal-emotionele en morele ontwikkelingen van adolescenten en jong volwassenen, met processen van identiteitsvorming en zingeving en hun culturele bepaaldheid en brengt de implicaties ervan op adequate wijze tot uitdrukking in zijn/haar pedagogischdidactisch handelen. 2. Is bekend met de problemen en belemmeringen die zich kunnen voordoen in de sociaal-emotionele en morele ontwikkeling van adolescenten en jong volwassenen, herkent deze in zijn/haar onderwijspraktijk en gaat daarmee op een doeltreffende manier om door het opzetten en uitvoeren - eventueel samen met collega s - van een passend handelingsplan of door verwijzing naar begeleidingsinstanties. of de vervolgstudie. 1. Levert op basis van een aantoonbare, gedegen disciplinaire kennisbasis al dan niet in onderzoeksverband een originele bijdrage aan het ontwikkelen en/of toepassen van ideeën *). 2. Beheerst op praktisch en theoretisch niveau zijn/haar vak- of leergebied en de betreffende vakdidactiek zodanig, dat hij/zij leerlingen kan brengen tot een deep understanding van het betreffende vak(gebied) en hen adequaat weet voor te bereiden op een vervolgstudie in het hoger onderwijs en hun toekomstige plaats in de samenleving *). 3. Heeft grondige kennis van de wetenschappelijke achtergronden van de leerinhouden van zijn/haar schoolvak alsmede de methoden van kennisontwikkeling en toepassing daarbinnen en laat in samenhang daarmee leerlingen kennismaken met en oefenen in diverse vormen van wetenschappelijk werken *). 4. Levert vanuit de eigen vakdiscipline een bijdrage aan de afstemming met andere vakgebieden binnen één van de vier vo-profielen. 52

54 5. Houdt in zijn/haar taalgebruik, omgangsvormen en manier van communiceren rekening met wat gebruikelijk is in de leefwereld van adolescenten en jong volwassenen. 3. Creëert leeromgevingen waarin leerlingen initiatief kunnen tonen en gebruikt op systematisch wijze de input (inbreng) van leerlingen in zijn/haar onderwijsleerproces. 5. Creëert zelfstandig of samen met collega s betekenisvolle onderwijsarrangementen voor zelfstandig leren, teamleren en onderzoek in de Tweede Fase waarbij de randvoorwaarden 4. Helpt leerlingen hun affiniteiten, ambities, sterke en zwakke kanten te ontdekken op basis waarvan ze keuzes kunnen maken met betrekking tot vervolgstudie en toekomstige beroepsloopbaan en draagt eraan bij dat ze passende adviezen krijgen die aansluiten bij hun ambities en capaciteiten. zodanig van aard zijn, dat leerlingen zelfstandig en op hun eigen niveau en wijze (leerstijl) en in eigen tempo hun leren vormgeven. 6. Reflecteert samen met (de) leerling(en) op zijn (hun) leerproces en het bereikte resultaat. 7. Verantwoordt de eigen vakinhoudelijke en didactische opvatting(en), daarbij gebruik makend 5. Maakt in woord en gedrag expliciet welke waarden en normen (beroepsopvatting) hij/zij van actuele en relevante theoretische en methodische inzichten. hanteert in zijn didactische en pedagogische 8. Beoordeelt softwareprogramma s op hun omgang (begeleiding) met leerlingen. educatieve en didactische functionaliteit en past ICT in de verzorging van zijn/haar onderwijs effectief en efficiënt toe. *) M.h.o op het masterniveau worden de abituriënten geacht de in de indicatoren verwoorde kwalificaties (bekwaamheden) als zelfstandige beroepsbeoefenaar en/of als beginnend leidinggevende te bezitten. 4. ORGANISATORISCH COMPETENT 5. COMPETENT IN HET SAMENWERKEN MET COLLEGA S Een organisatorisch competente leraar vho zorgt Een leraar vho die competent is in het voor een ordelijke en taakgerichte leeromgeving, samenwerken met zijn/haar collega s levert een waarin sprake is van heldere leer- en bijdrage aan het goed functioneren van de werkinstructies, zodat de leerlingen precies schoolorganisatie door een constructieve weten waar ze aan toe zijn. samenwerking in allerlei vormen van collegiaal 1. Hanteert op een consequente wijze eenduidige, functionele en door de leerlingen gedragen procedures en afspraken. 2. Is zich bewust van de organisatorische aspecten van de verschillende leeromgevingen binnen de school en weet daar op een adequate manier mee om te gaan. 3. Improviseert in onverwachte situaties op een professionele manier en stelt daarbij duidelijke prioriteiten. 4. Hanteert voor zijn/haar onderwijs een heldere tijds- en werkplanning en bewaakt deze samen met de leerlingen. vak(sectie)- en schooloverleg. 1. Draagt bij aan een effectief en efficiënt functionerende (school)-organisatie door te werken volgens in de organisatie geldende afspraken, procedures en systemen. 2. Werkt samen met collega s in het voorbereiden, uitvoeren (teamteaching) en evalueren van onderwijs. 3. Stelt teambelang boven eigenbelang, daarbij duidelijk aangevend wat hij/zij (niet) wil of kan. 4. Hanteert een toegankelijke registratie en administratie van leerlingengegevens (onderwijsresultaten e.d.). 6. COMPETENT IN SAMENWERKING MET DE OMGEVING Een leraar die competent is in de samenwerking met de omgeving zorgt voor een goede communicatie met ouders of verzorgers van de leerlingen en maakt op een zorgvuldige, verantwoordelijke en doeltreffende manier gebruik van het professionele netwerk van de school ten behoeve van de leerlingen. 1. Is op de hoogte van de professionele infrastructuur waarvan zijn/haar school deel uitmaakt. 2. Onderhoudt op een open en constructieve manier contacten met ouders, verzorgers en andere belanghebbenden ten dienste van een individuele leerling of de school als geheel. 3. Zorgt ervoor dat waar nodig het binnen- en buitenschoolse leren alsmede de interne en externe begeleiding van de leerlingen goed op elkaar zijn afgestemd. 4. Raadpleegt reeds aanwezige informatie, registreert nieuwe informatie en stelt anderen in de gelegenheid hiervan gebruik te maken. 53

55 5. Verantwoordt zijn/haar aanpak van klassenmanagement en de organisatie van zijn/haar onderwijs. 5. Maakt gebruik van vormen van actie- of handelingsonderzoek ter verbetering van de eigen onderwijspraktijk dan wel om een bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van de school als organisatie. 6. Hanteert instrumenten van intervisie en collegiale consultatie in teamverband. 7. Levert als zelfstandige professional een aanwijsbare bijdrage aan de interne kwaliteitszorg van de school. 8. Brengt besluiten, conclusies en standpunten, alsmede de daaraan ten grondslag liggende kennis en motieven duidelijk en ondubbelzinnig over op een publiek van deskundigen en niet-deskundigen. 5. Beschikt over de attitude, die hem/haar in staat stelt in de praktijk te anticiperen op en aansluiting te zoeken bij maatschappelijke en onderwijskundige ontwikkelingen (vernieuwingen), die voor de doelgroep relevant zijn. 6. Is bereid en in staat om zelfstandig resultaten van (didactisch) onderzoek op hun merites te beoordelen voor, te vertalen naar en toe te passen in zijn/haar eigen onderwijspraktijk. 7. COMPETENT IN REFLECTIE en PROFESSIONELE ONTWIKKELING Een leraar vho die competent is in reflectie en professionele ontwikkeling denkt regelmatig na over zijn/haar beroepsopvatting en professionele bekwaamheid en werkt planmatig aan een verdere ontwikkeling respectievelijk verbetering daarvan. 1. Expliciteert vanuit welke professionele opvattingen hij/zij vorm en inhoud geeft aan het leraarschap (wat is daarin voor hem/haar het belangrijkste) en brengt die in verband met de onderwijskundige en/of levensbeschouwelijke identiteit van de school. 2. Kijkt kritisch naar zijn/haar werk en gebruikt evaluatie, feedback en reflectie om zich verder te professionaliseren. 3. Benut het uitvoeren van actie- of handelingsonderzoek om de eigen competenties verder te ontwikkelen. 4. Stemt de eigen professionele ontwikkeling af op het personeels- en scholingsbeleid van zijn/haar school. 5. Is reflectief en bezit een onderzoekende en innovatieve attitude ten aanzien van vraagstukken, tendensen en ontwikkelingen binnen het onderwijs in zijn algemeenheid en binnen de eigen schoolorganisatie in het bijzonder. 6. Past kennis, inzichten en (probleemoplossende) vaardigheden toe in nieuwe (multidisciplinaire) contexten (situaties). 7. Vormt zich op basis van onvolledige of beperkte informatie een oordeel, waarbij hij/zij rekening houdt met zijn/haar sociaal-maatschappelijke en morele verantwoordelijkheid bij het uiten daarvan c.q. bij het daaruit voortvloeiende handelen. 8. Toont aan over leervaardigheden te beschikken die hem/haar in staat stellen verdere professionalisering zelfstandig (zelfgestuurd) en zelfverantwoordelijk ter hand te nemen. 54

56 Bijlage 2 Onderwijs-Arbeidsovereenkomst TRIPARTIETE CONTRACT Master Leraar Algemene Economie (duaal) Ondergetekenden, Stichting Hogeschool van Arnhem en Nijmegen, statutair gevestigd te Arnhem en kantoorhoudende te 6522 BC Nijmegen aan de Berg en Dalseweg 81, hierbij handelend ten behoeve van het instituut HAN Masterprogramma s (HMP) en hierbij rechtsgeldig vertegenwoordigd door dhr JH Jansen, coördinator van de masteropleiding leraar algemene economie, hierna te noemen HAN, en naam school:, gevestigd en kantoorhoudende te:, aan de:, hierbij rechtsgeldig vertegenwoordigd door:, hierna te noemen werkgever, en masterstudent:, burgerservicenummer:, wonende te:, aan de:, hierna te noemen student-werknemer, overwegende dat a. student-werknemer krachtens arbeidsovereenkomst in dienst is bij werkgever, b. student-werknemer met ingang van het studiejaar aan HAN is of zal zijn ingeschreven als duale student voor de opleiding Master Leraar Wiskunde (hierna te noemen de opleiding ), c. werkzaamheden die door student-werknemer in dienst van werkgever worden of zullen worden verricht het 55

LERAAR ALGEMENE ECONOMIE

LERAAR ALGEMENE ECONOMIE Informatiegids Studiejaar 2015-2016 HBO-Masteropleiding LERAAR ALGEMENE ECONOMIE Juli 2015 Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Interfacultair Instituut HAN Masterprogramma s (HMP) Berg- en Dalseweg 81 6522

Nadere informatie

LERAAR ALGEMENE ECONOMIE

LERAAR ALGEMENE ECONOMIE Informatiegids Studiejaar 2014-2015 Voor de cohorten 2013 en 2014 HBO-Masteropleiding LERAAR ALGEMENE ECONOMIE Juli 2014 Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Interfacultair Instituut HAN Masterprogramma s

Nadere informatie

Studiegids. HBO-Masteropleiding LERAAR WISKUNDE

Studiegids. HBO-Masteropleiding LERAAR WISKUNDE Studiegids 2016 2017 HBO-Masteropleiding LERAAR WISKUNDE v5 Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Interfacultair instituut HAN Masterprogramma s (HMP) Berg- en Dalseweg 81 6522 BC NIJMEGEN Directie Mw. L.

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE... 2 1. ALGEMEEN... 4 1.1 Aard van dit document... 4 1.2 Informatie en communicatie... 4 1.3 Inwerkingtreding en duur... 4 1.

INHOUDSOPGAVE... 2 1. ALGEMEEN... 4 1.1 Aard van dit document... 4 1.2 Informatie en communicatie... 4 1.3 Inwerkingtreding en duur... 4 1. 1 INHOUDSOPGAVE... 2 1. ALGEMEEN... 4 1.1 Aard van dit document... 4 1.2 Informatie en communicatie... 4 1.3 Inwerkingtreding en duur... 4 1.4 Onderwijs- en examenregeling... 4 2. TOELATING TOT DE OPLEIDING...

Nadere informatie

Studiegids. Studiejaar Masteropleiding. Leraar Nederlands

Studiegids. Studiejaar Masteropleiding. Leraar Nederlands Studiegids Studiejaar 2016-2017 Masteropleiding Leraar Nederlands september 2016 Disclaimer: Deze studiegids is met zorg samengesteld, doch voor de juistheid en volledigheid ervan kan niet 100 % worden

Nadere informatie

Leraar voorbereidend hoger onderwijs Engels Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Engels - 2010-2011

Leraar voorbereidend hoger onderwijs Engels Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Engels - 2010-2011 Leraar voorbereidend hoger onderwijs Engels Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Engels - 2010-2011 Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Engels

Nadere informatie

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 2014-2015

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 2014-2015 Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 2014-2015 Master leraar Algemene Economie Croho: 45275 deeltijd 1 INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE... 2 1. ALGEMEEN... 4 1.1 Aard van dit document... 4 1.2 Informatie

Nadere informatie

Leraar voorbereidend hoger onderwijs Management en Organisatie Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Management en

Leraar voorbereidend hoger onderwijs Management en Organisatie Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Management en Leraar voorbereidend hoger onderwijs Management en Organisatie Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Management en Organisatie - 2010-2011 Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum

Nadere informatie

De begeleidings- en beoordelingstrajecten zijn schriftelijk vastgelegd en te raadplegen door anderen. ILS en Radboud Docenten Academie.

De begeleidings- en beoordelingstrajecten zijn schriftelijk vastgelegd en te raadplegen door anderen. ILS en Radboud Docenten Academie. Rapportageformat Instrument Keurmerk HAN ILS en samenwerkingsscholen Versie VO, oktober 2014 Standaard 1. De samenwerkingsschool in relatie tot de kwaliteit van de leerwerkomgeving van de lerende Deze

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 3 Opleidingsdeel LVO

Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 3 Opleidingsdeel LVO Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 3 Opleidingsdeel LVO 2016-2017 Opleidingsdeel voor de bachelor lerarenopleidingen voortgezet onderwijs van Driestar hogeschool (onderdeel van Driestar educatief)

Nadere informatie

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Bijlage, Bachelor Opleiding Docent Muziek

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Bijlage, Bachelor Opleiding Docent Muziek ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Bijlage, Bachelor Opleiding Docent Muziek Studiejaar 2013-2014 Algemeen 1. Deze bijlage bij het algemene gedeelte van de Onderwijs- en examenregeling van Codarts is van toepassing

Nadere informatie

Informatie werkplekleren

Informatie werkplekleren Informatie werkplekleren Pabo Venlo 2014-2015 Inhoudsopgave Inleiding Blz. 3 Stagedagen Blz. 4 Stageweken Blz. 4 Jaaroverzicht 2014-2015 Blz. 5 Opleidingsprogramma Blz. 6 Propedeusefase Hoofdfase Afstudeerfase

Nadere informatie

De curriculum van de masteropleiding PM MBO kan op verschillende niveau s bekeken worden:

De curriculum van de masteropleiding PM MBO kan op verschillende niveau s bekeken worden: Marco Snoek over de masteropleiding en de rollen van de LD Docenten De curriculum van de masteropleiding PM MBO kan op verschillende niveau s bekeken worden: Het intended curriculum : welke doelen worden

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 3 Opleidingsdeel LVO

Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 3 Opleidingsdeel LVO Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 3 Opleidingsdeel LVO 2018-2019 Opleidingsdeel voor de bachelor lerarenopleidingen voortgezet onderwijs van Driestar hogeschool (onderdeel van Driestar educatief)

Nadere informatie

Leraar voorbereidend hoger onderwijs Biologie Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Biologie - 2010-2011

Leraar voorbereidend hoger onderwijs Biologie Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Biologie - 2010-2011 Leraar voorbereidend hoger onderwijs Biologie Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Biologie - 2010-2011 Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Biologie

Nadere informatie

Leraar voorbereidend hoger onderwijs Duits Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Duits - 2012-2013

Leraar voorbereidend hoger onderwijs Duits Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Duits - 2012-2013 Leraar voorbereidend hoger onderwijs Duits Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Duits - 2012-2013 Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Duits -

Nadere informatie

Bijlage 3 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG

Bijlage 3 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG Bijlage 3 SFORMULIER EINDPRODUCT PDG Naam deelnemer: Gabriëlle Copini Beoordelaar: Ella ten Barge ROC/AOC: Friesland College Paraaf beoordelaar: Eindproduct (aankruisen) in beeld/lesgeven op pad/ecursie

Nadere informatie

Op weg naar de (academische) opleidingsschool

Op weg naar de (academische) opleidingsschool Discussienota Nationalgeographic.nl Adviescommissie ADEF OidS Mei 2014 1 Inhoudsopgave Inleiding 1. Uitgangspunten Samen Opleiden 2. Ambities van (academische) opleidingsscholen 3. Concept Samen Opleiden

Nadere informatie

Bijlage BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG

Bijlage BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG Bijlage BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG Naam deelnemer: Gabriëlle Copini Beoordelaar: Matt Huntjens ROC/AOC: Friesland College Paraaf beoordelaar: Eindproduct (aankruisen) in beeld/lesgeven op pad/excursie

Nadere informatie

Competentiemeter docent beroepsonderwijs

Competentiemeter docent beroepsonderwijs Competentiemeter docent beroepsonderwijs De beschrijving van de competenties in deze competentiemeter is gebaseerd op: - de bekwaamheidseisen uit de Algemene Maatregel van Bestuur als uitwerking van de

Nadere informatie

FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA. ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Masterschool Life and Earth Sciences studiejaar 2008-2009

FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA. ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Masterschool Life and Earth Sciences studiejaar 2008-2009 UNIVERSITEIT VAN AMSTERDAM FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Masterschool Life and Earth Sciences studiejaar 2008-2009 DE MASTEROPLEIDING BIOMEDICAL

Nadere informatie

Bijlage 1 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODCUCT PDG

Bijlage 1 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODCUCT PDG Bijlage 1 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODCUCT PDG Naam deelnemer: Gabriëlle Copini Beoordelaar: Ella ten Barge ROC/AOC: Friesland College Eindproduct (aankruisen) X in beeld/lesgeven op pad/ecursie aan

Nadere informatie

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Hogeschool van Arnhem en Nijmegen 4 geclusterde lerarenopleidingen: Hbo-master Leraar Engels Hbo-master Leraar Nederlands Hbo-master Leraar Wiskunde Hbo-master Leraar Algemene Economie Beperkte opleidingsbeoordeling

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 3 Opleidingsdeel LVO 2015-2016

Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 3 Opleidingsdeel LVO 2015-2016 Onderwijs- en examenregeling Hoofdstuk 3 Opleidingsdeel LVO 2015-2016 Opleidingsdeel voor de bachelor lerarenopleidingen voortgezet onderwijs van Driestar hogeschool (onderdeel van Driestar educatief)

Nadere informatie

Stand van zaken ontwikkeling afstudeerrichtingen 2 e graads lerarenopleidingen NHL

Stand van zaken ontwikkeling afstudeerrichtingen 2 e graads lerarenopleidingen NHL 160624 Stand van zaken afstudeerrichtingen 2 e graads lerarenopleidingen NHL Inleiding: Vanaf november 2015 is een projectgroep van NHL- en werkveldcollega s bezig geweest met de kaders voor de afstudeerrichtingen

Nadere informatie

Tabel Competenties docentopleiders/-trainers

Tabel Competenties docentopleiders/-trainers Tabel Competenties docentopleiders/-trainers In deze tabel zijn de competenties van de docentopleider/trainer (1) opgenomen. Deze zijn verder geconcretiseerd in bekwaamheidseisen of indicatoren en uitgewerkt

Nadere informatie

Pedagogisch Didactisch Getuigschrift

Pedagogisch Didactisch Getuigschrift HOGESCHOOL ROTTERDAM Pedagogisch didactisch getuigschrift Pedagogisch Didactisch Getuigschrift Handleiding voor de coach Instituut voor Lerarenopleidingen Versie 24.11.16 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3

Nadere informatie

Protocol TNO Educatieve Master

Protocol TNO Educatieve Master Protocol TNO Educatieve Master NVAO 14 maart 2016 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Werkwijze toets nieuwe opleiding educatieve master (womaster) 4 3 Toelichting op het beoordelingskader beperkte toets nieuwe opleiding

Nadere informatie

Ontwerpkaders: Onderwijs. Versie 1.0/november 2016

Ontwerpkaders: Onderwijs. Versie 1.0/november 2016 Ontwerpkaders: Onderwijs Versie 1.0/november 2016 1 Flexibel onderwijs Flexibel Onderwijs kenmerkt zich door tijd, plaats en tempo-onafhankelijk studeren. De route is individueel en past bij de uitgangssituatie

Nadere informatie

Eindbeoordeling van het assessment Startbekwaam (op grond van portfolio, presentatie en criterium gericht interview)

Eindbeoordeling van het assessment Startbekwaam (op grond van portfolio, presentatie en criterium gericht interview) Eindbeoordeling van het assessment Startbekwaam (op grond van portfolio, presentatie en criterium gericht interview) Student: Opleidingsassessor: Studentnummer:. Veldassessor:. Datum: Een startbekwaam

Nadere informatie

Opleidingsstatuut Bacheloropleiding Automotive Studiejaar 2015 2016. Regeling Externe toezichthouders bij examens

Opleidingsstatuut Bacheloropleiding Automotive Studiejaar 2015 2016. Regeling Externe toezichthouders bij examens Opleidingsstatuut Bacheloropleiding Automotive Studiejaar 2015 2016 Regeling Externe toezichthouders bij examens Inhoudsopgave 1. Positie en benoeming externe toezichthouders... 3 2. Taak externe toezichthouder

Nadere informatie

Studiegids. Studiejaar 2015-2016. Masteropleiding. Leraar Nederlands

Studiegids. Studiejaar 2015-2016. Masteropleiding. Leraar Nederlands Studiegids Studiejaar 2015-2016 Masteropleiding Leraar Nederlands september 2015 Disclaimer: Deze studiegids is met zorg samengesteld, doch voor de juistheid en volledigheid ervan kan niet 100 % worden

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2017 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Russische studies Deze onderwijs- en examenregeling is gebaseerd op de Wet op het hoger onderwijs

Nadere informatie

Alle competenties moeten met voldoende zijn beoordeeld

Alle competenties moeten met voldoende zijn beoordeeld BEOORDELINGSFORMULIER / Artistieke Praktijk II jaar 4 Blad 1 Toetscode: Datum: Handtekening student: Beoordelaar 1: Handtekening beoordelaar 1: Beoordelaar 2: Handtekening beoordelaar 2: Extern deskundige:

Nadere informatie

HET COMPETENTIEPROFIEL VAN DE SPD. ILS Nijmegen

HET COMPETENTIEPROFIEL VAN DE SPD. ILS Nijmegen HET COMPETENTIEPROFIEL VAN DE SPD ILS Nijmegen Mei 2009 Voorwoord: Dit voorstel voor een competentieprofiel van de spd is ontworpen op verzoek van de directies van ILS- HAN en ILS-RU door de productgroep

Nadere informatie

Opleidingsspecifiek deel bij de OER Bacheloropleiding Natuurwetenschap en Innovatiemanagement Undergraduate School Geosciences

Opleidingsspecifiek deel bij de OER Bacheloropleiding Natuurwetenschap en Innovatiemanagement Undergraduate School Geosciences Opleidingsspecifiek deel bij de OER 2016-2017 Bacheloropleiding Natuurwetenschap en Innovatiemanagement Undergraduate School Geosciences art. 2.1 Toelating 1. Naast de in de wet genoemde diploma s die

Nadere informatie

Beschrijving leertraject Basiskwalificatie Didactische Bekwaamheid (BDB), inclusief de Basis Kwalificatie Examinering (BKE)

Beschrijving leertraject Basiskwalificatie Didactische Bekwaamheid (BDB), inclusief de Basis Kwalificatie Examinering (BKE) SAXION Beschrijving leertraject Basiskwalificatie Didactische Bekwaamheid (BDB), inclusief de Basis Kwalificatie Examinering (BKE) Klik op een van onderstaande linken om direct naar het betreffende onderdeel

Nadere informatie

COMPETENTIE 1: INTERPERSOONLIJK COMPETENT

COMPETENTIE 1: INTERPERSOONLIJK COMPETENT DE SBL competenties COMPETENTIE 1: INTERPERSOONLIJK COMPETENT De leraar primair onderwijs moet ervoor zorgen dat er in zijn groep een prettig leef- en werkklimaat heerst. Dat is de verantwoordelijkheid

Nadere informatie

Praktijkopleider agrotechniek

Praktijkopleider agrotechniek Associate degree Deeltijd 2018-2019 Praktijkopleider agrotechniek Ontwikkel uw vaardigheden als praktijkopleider in de agrotechnische sector met deze tweejarige opleiding 2 De agrarische sector is continu

Nadere informatie

Associate degree Deeltijd

Associate degree Deeltijd Associate degree Deeltijd 2018-2019 Bloemsierkunst Vakmanschap, effectief communiceren en managen op hbo-niveau in de bloemsierkunst U bent werkzaam in de bloemenbranche, als zelfstandig ondernemer of

Nadere informatie

Scoreformulier Pro-U assessments Lijst met beoordelingen op SBL competenties en indicatoren

Scoreformulier Pro-U assessments Lijst met beoordelingen op SBL competenties en indicatoren Scoreformulier Pro-U assessments Lijst met beoordelingen op SBL competenties en indicatoren Let op: momenteel wordt gewerkt aan een instrument dat beoordeelt aan de hand van de nieuwe bekwaamheidseisen

Nadere informatie

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 2014-2015

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 2014-2015 Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 014-015 Master Pedagogiek CROHO-nummer 44113 deeltijd 1 INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE... 1. ALGEMEEN... 4 1.1 Aard van dit document... 4 1. Informatie en communicatie...

Nadere informatie

SAMENWERKINGSOVEREENKOMST TUSSEN ILO EN SCHOOL VOOR VOORTGEZET ONDERWIJS (inzake het praktijkdeel van Bachelor-Minor-studenten met een aanstelling)

SAMENWERKINGSOVEREENKOMST TUSSEN ILO EN SCHOOL VOOR VOORTGEZET ONDERWIJS (inzake het praktijkdeel van Bachelor-Minor-studenten met een aanstelling) SAMENWERKINGSOVEREENKOMST Partijen, De Interfacultaire Lerarenopleidingen van de Universiteit van Amsterdam rechtsgeldig vertegenwoordigd door mw. drs. L.C.J. Gerritsen, Onderwijscoördinator, hierna te

Nadere informatie

Samenwerkingsovereenkomst ILO - School

Samenwerkingsovereenkomst ILO - School Samenwerkingsovereenkomst ILO - School TUSSEN ILO EN SCHOOL VOOR VOORTGEZET ONDERWIJS (inzake het praktijkdeel van (Post)Master-studenten met een stageplek) Partijen, De Interfacultaire Lerarenopleidingen

Nadere informatie

Onderzoeksrapport Onderzoek in de opleiding

Onderzoeksrapport Onderzoek in de opleiding Onderzoeksrapport Onderzoek in de opleiding Helmond, 4april 2017 Yvette Thielen Master Onderwijswetenschappen Radboud Universiteit Nijmegen Begeleiding Monique van der Heijden Jeannette Geldens Kempelonderzoekscentrum

Nadere informatie

Ontwerpkaders: Leeruitkomsten. Versie 1.0/ november Ontwerpkaders: Leeruitkomsten/versie 1.0/november

Ontwerpkaders: Leeruitkomsten. Versie 1.0/ november Ontwerpkaders: Leeruitkomsten/versie 1.0/november Ontwerpkaders: Leeruitkomsten Versie 1.0/ november 2016 1 Flexibel onderwijs Flexibel Onderwijs kenmerkt zich door tijd, plaats en tempo-onafhankelijk studeren. De route is individueel en past bij de uitgangssituatie

Nadere informatie

Aantekenformulier van het assessment PDG

Aantekenformulier van het assessment PDG Aantekenformulier van het assessment PDG Kandidaat: Assessor: Datum: Een startbekwaam docent voldoet aan de bekwaamheidseisen voor leraren in het tweedegraadsgebied (zie competentie 1 t/m 7 op de volgende

Nadere informatie

Werken met leeruitkomsten. 7 november 2016

Werken met leeruitkomsten. 7 november 2016 Werken met leeruitkomsten 7 november 2016 Wat zijn leeruitkomsten? Een leeruitkomst is een meetbaar resultaat van een leerervaring op basis waarvan vastgesteld kan worden in welke mate, tot op welk niveau

Nadere informatie

Overzicht curriculum VU

Overzicht curriculum VU Overzicht curriculum VU Opbouw van de opleiding Ter realisatie van de gedefinieerde eindkwalificaties biedt de VU een daarbij passend samenhangend onderwijsprogramma aan. Het onderwijsprogramma bestaat

Nadere informatie

Management & Organisatie

Management & Organisatie Management & Organisatie Algemeen De Associate degree Human Resource Management (deeltijd) wordt verzorgd door het Instituut voor Bedrijfskunde, Hanzehogeschool Groningen. Mensen zijn het belangrijkste

Nadere informatie

Leraar voorbereidend hoger onderwijs Algemene economie Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Algemene Economie -

Leraar voorbereidend hoger onderwijs Algemene economie Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Algemene Economie - Leraar voorbereidend hoger onderwijs Algemene economie Vrije Universiteit Amsterdam - - M Leraar VHO Algemene Economie - 2011-2012 Vrije Universiteit Amsterdam - - M Leraar VHO Algemene Economie - 2011-2012

Nadere informatie

STUDIEWIJZER. Opleiding tot leraar in de 2 de graad. Onderwijseenheid ORIËNTATIE OP LESGEVEN

STUDIEWIJZER. Opleiding tot leraar in de 2 de graad. Onderwijseenheid ORIËNTATIE OP LESGEVEN STUDIEWIJZER Opleiding tot leraar in de 2 de graad Onderwijseenheid ORIËNTATIE OP LESGEVEN ONDERWIJSKUNDE 1A PERIODE 2 2015-2016 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 1. De OWE-beschrijving... 3 2. Inleiding...

Nadere informatie

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 2015-2016

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 2015-2016 Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 2015-2016 Master Leraar Algemene Economie CROHO: 45275 variant: deeltijd NHL Hogeschool Afdeling: IEC Versie: Concept besproken met kernteam 29-4-15 / definitief

Nadere informatie

Vrijstellings- en assessmentregelingen m.b.t. elders. verworven competenties (EVC s) Lerarenopleiding Groningen

Vrijstellings- en assessmentregelingen m.b.t. elders. verworven competenties (EVC s) Lerarenopleiding Groningen Vrijstellings- en assessmentregelingen m.b.t. elders verworven competenties (EVC s) Lerarenopleiding Groningen Studiejaar: 2015-2016 Voor studenten die Het tweede jaar van de Educatieve Master of de masteropleiding

Nadere informatie

Bekwaamheidseisen leraar primair onderwijs

Bekwaamheidseisen leraar primair onderwijs Bekwaamheidseisen leraar primair onderwijs Uit: Besluit van 16 maart 2017 tot wijziging van het Besluit bekwaamheidseisen onderwijspersoneel en het Besluit bekwaamheidseisen onderwijspersoneel BES in verband

Nadere informatie

Leren & Innoveren. Informatiedossier ten behoeve van en verzoek tot inschrijving voor de masteropleiding

Leren & Innoveren. Informatiedossier ten behoeve van en verzoek tot inschrijving voor de masteropleiding (niet invullen) Inschrijfnummer: datum van binnenkomst: datum intakegesprek: Informatiedossier ten behoeve van en verzoek tot inschrijving voor de masteropleiding Leren & Innoveren Hogeschool Inholland

Nadere informatie

Portfolio. Pro-U assessment centrum. Eigendom van:

Portfolio. Pro-U assessment centrum. Eigendom van: Pro-U assessment centrum Eigendom van: Blad 1 Persoonlijke gegevens Naam en voorletters Adres Postcode en woonplaats Telefoonnummer Mobiel nummer Onderwijsinstelling E-mailadres Docentbegeleider Geboortedatum

Nadere informatie

Onderwijs en Opvoeding. HANDLEIDING Educatieve minor

Onderwijs en Opvoeding. HANDLEIDING Educatieve minor , Onderwijs en Opvoeding HANDLEIDING Educatieve minor Fase Semester 1 Leerroute Educatieve Minor 2018-2019 Schrijvers Susan Kruis, Danielle van der Maten en Inge Oudkerk-Pool e-mail Docenten: m.s.kruis@hva.nl

Nadere informatie

Opleidingsspecifiek deel Natuurwetenschap en Innovatiemanagement bij de OER Bacheloropleidingen Undergraduate School Geosciences

Opleidingsspecifiek deel Natuurwetenschap en Innovatiemanagement bij de OER Bacheloropleidingen Undergraduate School Geosciences Opleidingsspecifiek deel Natuurwetenschap en Innovatiemanagement bij de OER 2017-2018 Bacheloropleidingen Undergraduate School Geosciences art. 2.1 Toelating 1. Naast de in de wet genoemde diploma s die

Nadere informatie

Richtlijn beoordeling postinitiële wo-master opleidingen in Nederland Positionering van de opleidingen De vergelijking met Vlaanderen

Richtlijn beoordeling postinitiële wo-master opleidingen in Nederland Positionering van de opleidingen De vergelijking met Vlaanderen Richtlijn beoordeling postinitiële wo-master opleidingen in Nederland Het is aan het beoordelingspanel om te bepalen of deze toelichting relevant is bij de beoordeling van de onderhavige opleiding. Positionering

Nadere informatie

Avans ontwikkelrichtlijn voor docenten

Avans ontwikkelrichtlijn voor docenten Avans ontwikkelrichtlijn voor docenten Toelichting De Avans ontwikkelrichtlijn voor docenten betreft de vier deelgebieden waarop docenten binnen Avans Hogeschool zich, conform het Avans professionaliseringsplan,

Nadere informatie

A. Hieronder is voor zover van toepassing nadere facultaire invulling per artikel gegeven

A. Hieronder is voor zover van toepassing nadere facultaire invulling per artikel gegeven 10 SPECIFIEKE FACULTAIRE BEPALINGEN Faculteit Educatie A. Hieronder is voor zover van toepassing nadere facultaire invulling per artikel gegeven Artikel 32 Inschrijving voor cursussen 3A De student is

Nadere informatie

Leraar voorbereidend hoger onderwijs Engels Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Engels - 2011-2012

Leraar voorbereidend hoger onderwijs Engels Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Engels - 2011-2012 Leraar voorbereidend hoger onderwijs Engels Vrije Universiteit Amsterdam - - M Leraar VHO Engels - 2011-2012 Vrije Universiteit Amsterdam - - M Leraar VHO Engels - 2011-2012 I Opbouw opleiding De opleiding

Nadere informatie

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 2015-2016

Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 2015-2016 Studentenstatuut (opleidingsspecifiek deel) 05-06 Master Pedagogiek CROHO-nummer 443 variant: deeltijd NHL Hogeschool Afdeling: Zorg en Welzijn Versie: Concept besproken met AO-M.Peda 8-4-5 / definitief

Nadere informatie

Bijlage cursusomschrijvingen. [Civiele Techniek] [Duaal/hoofdfase]

Bijlage cursusomschrijvingen. [Civiele Techniek] [Duaal/hoofdfase] Bijlage cursusomschrijvingen [Civiele Techniek] [Duaal/hoofdfase] 2016-2017 Titel Opleidingsvariant Duaal Collegejaar 2016-2017 Werkveld: Constructie & Infrastructuur 1 Organisatorische gegevens 1.1 Cursuscode

Nadere informatie

Bachelor of Business Administration (MER opleiding)

Bachelor of Business Administration (MER opleiding) Bachelor of Business Administration (MER opleiding) voor decentrale overheden Het Onderwijs De Bachelor of Business Administration voor decentrale overheden (Management, Economie & Recht, MER) wordt aangeboden

Nadere informatie

Leraar voorbereidend hoger onderwijs Management en Organisatie Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Management en

Leraar voorbereidend hoger onderwijs Management en Organisatie Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Management en Leraar voorbereidend hoger onderwijs Management en Organisatie Vrije Universiteit Amsterdam - - M Leraar VHO Management en Organisatie - 2011-2012 Vrije Universiteit Amsterdam - - M Leraar VHO Management

Nadere informatie

Leraar voorbereidend hoger onderwijs Maatschappijleer Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Maatschappijleer en Mij.

Leraar voorbereidend hoger onderwijs Maatschappijleer Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Maatschappijleer en Mij. Leraar voorbereidend hoger onderwijs Maatschappijleer Vrije Universiteit Amsterdam - - M Leraar VHO Maatschappijleer en Mij.wet - 2011-2012 Vrije Universiteit Amsterdam - - M Leraar VHO Maatschappijleer

Nadere informatie

Onderwijs- en Examenregeling GMW. Bijlage 1a

Onderwijs- en Examenregeling GMW. Bijlage 1a faculteit gedrags- en maatschappijwetenschappen lerarenopleiding Onderwijs- en Examenregeling GMW Bijlage 1a De Masteropleidingen Leraar Voorbereidend Hoger Onderwijs in de Mens- en Maatschappijwetenschappen

Nadere informatie

Professionalisering ontwikkelteam NID Duaal

Professionalisering ontwikkelteam NID Duaal Professionalisering ontwikkelteam NID Duaal Heerlen, 11 oktober 2011, Hogeschool Zuyd, Heerlen Dr. Bert Hoogveld, Open Universiteit, CELSTEC Drs. Diny Ebrecht, Open Universitieit, CELSTEC. Visionen für

Nadere informatie

OPLEIDER IN DE SCHOOL, COACH en OPLEIDINGSCOÖRDINATOR Post-HBO opleidingen

OPLEIDER IN DE SCHOOL, COACH en OPLEIDINGSCOÖRDINATOR Post-HBO opleidingen Professionaliseringsaanbod Pabo 2010 2011 OPLEIDER IN DE SCHOOL, COACH en OPLEIDINGSCOÖRDINATOR Post-HBO opleidingen Inleiding Nieuw in ons aanbod! Een vervolg op de Post-HBO Coach en opleider in de school!

Nadere informatie

ZUYD HOGESCHOOL

ZUYD HOGESCHOOL ZUYD HOGESCHOOL 2018-2019 Beschrijving leertraject Basiskwalificatie Didactische Bekwaamheid (BDB), inclusief de Basis Kwalificatie Examinering (BKE) Klik op een van onderstaande linken om direct naar

Nadere informatie

Leraar voorbereidend hoger onderwijs Maatschappijleer Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Maatschappijleer en Mij.

Leraar voorbereidend hoger onderwijs Maatschappijleer Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Maatschappijleer en Mij. Leraar voorbereidend hoger onderwijs Maatschappijleer Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Maatschappijleer en Mij.wet - 2013-2014 Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2016 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Taalwetenschap Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13 van de

Nadere informatie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2016 Opleidingsspecifiek deel: Bacheloropleiding: Duitse taal en cultuur Deze Onderwijs- en examenregeling is opgesteld overeenkomstig artikel 7.13

Nadere informatie

Zelfevaluatie. Inleiding:

Zelfevaluatie. Inleiding: Sabine Waal Zelfevaluatie Inleiding: In dit document heb ik uit geschreven wat mijn huidige niveau is en waar ik mij al zoal in ontwikkeld heb ten opzichte van de zeven competenties. Elke competentie heb

Nadere informatie

Competenties en bekwaamheden van een Daltonleerkracht

Competenties en bekwaamheden van een Daltonleerkracht Naam: School: Daltoncursus voor leerkrachten Competenties en bekwaamheden van een Daltonleerkracht Inleiding: De verantwoordelijkheden van de leerkracht zijn samen te vatten door vier beroepsrollen te

Nadere informatie

PEER REVIEWS. Managementgroep Interactum September 2014

PEER REVIEWS. Managementgroep Interactum September 2014 PEER REVIEWS Managementgroep Interactum September 2014 Met peer review wordt een systeem bedoeld waarbij de betreffende opleidingen structureel gebruik maken van elkaars deskundigheid en elkaars critical

Nadere informatie

competentieprofiel groepsleerkracht/ docent algemeen vormend onderwijs Het Driespan

competentieprofiel groepsleerkracht/ docent algemeen vormend onderwijs Het Driespan Samenwerken Omgevingsgericht/samenwerken Reflectie en zelfontwikkeling competentieprofiel groepsleerkracht/ docent algemeen vormend onderwijs Het Driespan Competentieprofiel stichting Het Driespan, (V)SO

Nadere informatie

Minor Toegepaste Psychologie

Minor Toegepaste Psychologie Minor Toegepaste Psychologie 1 Inleiding Waarom houden mensen zich niet aan dieetvoorschriften? Hoe kan ik ze dan stimuleren om dat wel te doen? Hoe kan ik teamsporters leren om beter om te gaan met zelfkritiek?

Nadere informatie

HOGESCHOOL WINDESHEIM

HOGESCHOOL WINDESHEIM HOGESCHOOL WINDESHEIM Beschrijving leertraject Basiskwalificatie Didactische Bekwaamheid (BDB), inclusief de Basis Kwalificatie Examinering (BKE) Klik op een van onderstaande linken om direct naar het

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Curriculumoverzichten Opleiding tot leraar van de 2 de graad, KOPopleidingen Voltijd

Hoofdstuk 1 Curriculumoverzichten Opleiding tot leraar van de 2 de graad, KOPopleidingen Voltijd Deel 3 van het Opleidingsstatuut (OS): Beschrijving van het onderwijs van de bacheloropleiding tot leraar in de tweede graad KOPopleiding voltijd, Duits, Engels, Frans en Nederlands. In dit document zijn

Nadere informatie

ten behoeve van het beoordelingsportfolio Startbekwaamheid Hoofdfase 3, ALO

ten behoeve van het beoordelingsportfolio Startbekwaamheid Hoofdfase 3, ALO Zelfevaluatie ten behoeve van het beoordelingsportfolio Startbekwaamheid Hoofdfase 3, AL pleiding Academie voor Lichamelijke pvoeding Februari 2013 Zelfevaluatie ten behoeve van het beoordelingsportfolio

Nadere informatie

INSTITUUT THEO THIJSSEN. Afstudeerfase ITT Totaaloverzicht. DAG/DAV 4/VO 2 Studiejaar

INSTITUUT THEO THIJSSEN. Afstudeerfase ITT Totaaloverzicht. DAG/DAV 4/VO 2 Studiejaar INSTITUUT THEO THIJSSEN Afstudeerfase ITT Totaaloverzicht DAG/DAV 4/VO 2 Studiejaar 2013-2014 1 Inhoud Inleiding... 3 Verantwoording... 4 Verantwoording Afstudeerfase in schema: Matrix competenties/dublin

Nadere informatie

Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte

Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte Beste student, U heeft onlangs alle onderdelen van uw bacheloropleiding Wijsbegeerte afgerond en kunt nu het BA-diploma aanvragen. Het bestuur van het Instituut voor

Nadere informatie

Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences. Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum

Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences. Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum Opleidingsspecifieke deel OER, 2018-2019 Opleiding / programma: Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum Het toelatingsonderzoek, bedoeld in art. 7.29 van de wet, heeft betrekking op de volgende vakken op het

Nadere informatie

Culture, Organization and Management Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - P Culture Organization and Management -

Culture, Organization and Management Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - P Culture Organization and Management - Culture, Organization and Management Vrije Universiteit Amsterdam - der Sociale Wetenschappen - P Culture Organization and Management - 2014-2015 Vrije Universiteit Amsterdam - der Sociale Wetenschappen

Nadere informatie

Fricolore Academy in samenwerking met Penta Nova. Middenmanagement (MMOT)

Fricolore Academy in samenwerking met Penta Nova. Middenmanagement (MMOT) Fricolore Academy in samenwerking met Penta Nova Middenmanagement (MMOT) Doelgroep Inhoud Docenten die belangstelling hebben voor een functie als team- of afdelingsleider. Oriëntatie op management is bedoeld

Nadere informatie

Toetsplan Masteropleiding Midden-Oosten Studies

Toetsplan Masteropleiding Midden-Oosten Studies Toetsplan Masteropleiding Studies 2017-2018 JAAR 1 semester 1 Blok 1 Blok 2 vaktitel vakcode week 1-7 colleges week 8/9/10 (her)toetsing week 11-17 colleges week 18/19/20 (her)toetsing Conflicten in het

Nadere informatie

Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING FFTR 2014-2015

Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING FFTR 2014-2015 Faculteit der Filosofie, Theologie en Religiewetenschappen ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING FFTR 2014-2015 Deel 2 Opleidingsspecifiek deel: Master Theologie Deze onderwijs- en examenregeling (OER-FFTR) treedt

Nadere informatie

Beschrijving Basiskwalificatie onderwijs

Beschrijving Basiskwalificatie onderwijs universitair onderwijscentrum groningen hoger onderwijs Beschrijving Basiskwalificatie onderwijs 2008-2009 september 2008 Basiskwalificatie onderwijs 2 Wat is de basiskwalificatie onderwijs (BKO)? De basiskwalificatie

Nadere informatie

Master leraar Algemene Economie Master leraar Engels Master leraar Wiskunde Master leraar Nederlands Hogeschool van Arnhem en Nijmegen.

Master leraar Algemene Economie Master leraar Engels Master leraar Wiskunde Master leraar Nederlands Hogeschool van Arnhem en Nijmegen. Hbo-master Master leraar Algemene Economie Master leraar Engels Master leraar Wiskunde Master leraar Nederlands Hogeschool van Arnhem en Nijmegen 8 april 2008 NVAO Toets Nieuwe Opleiding Paneladvies Inhoud

Nadere informatie

Beoordeling werkplekleren jaar 2 DEELTIJD

Beoordeling werkplekleren jaar 2 DEELTIJD Beoordeling werkplekleren jaar 2 DEELTIJD eindbeoordeling WPL-2 Hogeschool van Amsterdam Onderwijs en Opvoeding tweedegraads lerarenopleidingen datum: 2 april 2015 naam student: Peter Lakeman studentnr.

Nadere informatie

Onderwijs- en Examenregeling (OER) Masterprogramma van Onderwijskunde. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen

Onderwijs- en Examenregeling (OER) Masterprogramma van Onderwijskunde. Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen Onderwijs- en Examenregeling (OER) Masterprogramma van Onderwijskunde Faculteit der Gedrags- en Maatschappijwetenschappen 2018-2019 Bijlage: het programma Paragraaf 1 Algemene bepalingen Artikel 1.1 Doel

Nadere informatie

Certificering pabo-studenten voor Ontwikkelingsgericht Onderwijs Door: Bestuur OGO-Academie september 2014

Certificering pabo-studenten voor Ontwikkelingsgericht Onderwijs Door: Bestuur OGO-Academie september 2014 Certificering pabo-studenten voor Ontwikkelingsgericht Onderwijs Door: Bestuur OGO-Academie september 2014 Inleiding De certificering wordt door de OGO-Academie uitgevoerd. De pabo s zijn verantwoordelijk

Nadere informatie

Omschrijving eisen en bevoegdheden

Omschrijving eisen en bevoegdheden Omschrijving eisen en bevoegdheden examinatoren CMD 2018 Inhoud: Aanstellen...2 Module-examinator...3 Modulecoördinator-examinator...4 Afstudeerproject-examinator...5 Stage-examinator...5 Assessor...6

Nadere informatie

Vrijstellings- en assessmentregelingen. elders verworven competenties (EVC s)

Vrijstellings- en assessmentregelingen. elders verworven competenties (EVC s) Vrijstellings- en assessmentregelingen m.b.t. elders verworven competenties (EVC s) Studiejaar: 2017-2018 Voor studenten die: het tweede jaar van de Educatieve Master of de masteropleiding Educatie en

Nadere informatie

Opleidingsspecifieke deel OER, Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences

Opleidingsspecifieke deel OER, Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences Opleidingsspecifieke deel OER, 2017-2018 Opleiding / programma: Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum Het toelatingsonderzoek, bedoeld in art. 7.29 van de wet, heeft betrekking op de volgende vakken op het

Nadere informatie

Portfoliobegeleiding. Roland Leenaarts Roland@fluitendnaarjewerk.nl

Portfoliobegeleiding. Roland Leenaarts Roland@fluitendnaarjewerk.nl Portfoliobegeleiding Roland Leenaarts Roland@fluitendnaarjewerk.nl Agenda Welkom Kennismaking Uitleg bijeenkomst Werkplekleren Inhoud portfolio Portfolio-opdrachten Eindkwalificaties Reflectie op de kernopgaven

Nadere informatie

Communicatie voor juristen. mevrouw drs. D. van der Wagen. Communicatie voor juristen. Beschrijving en doel van dit beroepsproduct

Communicatie voor juristen. mevrouw drs. D. van der Wagen. Communicatie voor juristen. Beschrijving en doel van dit beroepsproduct Titel Onderwijseenheid (OWE) Code OWE Eigenaar OWE Communicatie voor juristen COJE 1 Opleiding HBO-Rechten 2 Doelgroep: variant(en) VT / DT / DU / EL mevrouw drs. D. van der Wagen E-learning Cluster A-cluster

Nadere informatie