Universitaire Pabo van Amsterdam. Nieuwe Prinsengracht VZ Amsterdam.

Transcriptie

1 Universitaire Pabo van Amsterdam Nieuwe Prinsengracht VZ Amsterdam Studiehandleiding Digitaal Denken in Meten en Meetkunde (studiegidsnr.: AY) Jaar 2 Semester 1, blok 2 Studiejaar Docent: Peter Ale Arjan Heek

2 Deelname onderwijs Deelname onderwijs/tentamen Om deel te kunnen nemen aan het onderwijs en/of eerste afsluitingsgelegenheid (tentamen) in deze module moet je je binnen de voorgeschreven periode aanmelden conform de door de onderwijsbureau voorgeschreven procedure in SIS. Bij niet-tijdige aanmelding en/of onjuiste inschrijving kan deelname aan het onderwijs/tentamen op praktische gronden worden geweigerd. Zie voor de aanmeldingsprocedure Deelname herkansing Als je wilt deelnemen aan de herkansing dien je je minimaal 8 dagen voor de herkansing aan te melden via Student Informatie Systeem (SIS). Aanmelden kan nadat de uitslagen van de eerste afsluitingsgelegenheid bekend zijn gemaakt. Indien de aanmelding niet of niet tijdig heeft plaatsgevonden, kan deelname aan de herkansing op praktische gronden worden geweigerd, of kan het werk niet worden nagekeken en/of beoordeeld. Onderwijsbalie Voor vragen met betrekking tot de inschrijving in SIS, kun je contact opnemen met de onderwijsbalie van de Universitaire Pabo via upva@uva.nl of Inleiding Meten en Meetkunde komen we overal tegen. Vrijwel alle getallen waar we in de realiteit mee te maken hebben zijn meetgetallen. Bij deelname aan het verkeer, sport, spel en dans, kunst, inrichting van de woning, bouwen en knutselen, bij het opruimen, bij het begrijpen van telefonie en waterleiding, bij logistiek, of bij het begrijpen van lucht- en ruimtevaart, spelen meetkundige inzichten en activiteiten een rol. (uit Voetstuk van de Pabo). Vanuit dit perspectief moeten leerlingen goed geschoold worden in Meten en meetkunde. In methodes komt dit echter minder aan de orde. Het is daarom goed als leerkracht bekwaam te zijn in het lesgeven hierin. Dat betekent ook dat er goed inzicht moet zijn in (foute) oplossingen van leerlingen. Deze module richt zich op de inhouden van het domein en onderzoek naar aanpakken van leerlingen. Leerdoelen Je heb kennis van en inzicht in: basisdidactiek meten en meetkunde ; methodiek van constructie van relevante oefeningen rondom rekenen en wiskunde, toegespitst op meten en meetkunde, waaronder de modellen die ten grondslag liggen aan meet- een meetkundeopgaven; oplossingsgedrag / strategieën en veel voorkomende rekenfouten van leerlingen; strategieën voor het geven van feedback. Je kunt: meten en meetkundeopdrachten maken voor alle bouwen van de basisschool, in een digitale omgeving uitgewerkt;

3 opgaven meten en meetkunde ontwerpen conform de tussendoelen van Tule( en/of Rekenlijn ( ; (les)activiteiten ontwerpen waarbij de leerlingen actief participeren; een product maken dat kinderen helpt op het tweede niveau van de reconstructiedidactiek: eigen manieren, interactie en modellen. Je ontwikkelt: door middel van een verkenning van het domein meten en meetkunde een professionele methodiek voor het systematisch stimuleren van rekengedrag en rekenvaardigheid. Inhoud ICT wordt in het basisonderwijs vooral gebruikt in drill-and-practice oefenprogramma s. In de module Meten en Meetkunde wordt ICT als didactisch instrument gebruikt. Hierdoor worden andere functies die ICT in het basisonderwijs kan hebben, zoals feedback geven, benadrukt. De module Digitaal Denken in Meten en Meetkunde bestaat uit 3 colleges en 7 practica waarin de achtergronden van meet- een meetkundeonderwijs worden toegelicht en waarin gewerkt wordt aan de opdracht. Er is één inleidend college over meten- en meetonderwijs en twee colleges over ICT en onderwijs. Bovendien wordt er gewerkt aan de Professionele gecijferdheid (in het kader van de kennisbasistoets) De opdracht is: 1. Ontwerp opgaven op het gebied van meten en meetkunde. Onderzoek hoe kinderen deze oplossen en welke fouten ze maken en inventariseer welke feedback gegeven kan worden. Maak hiervan een kort verslag. 2. Maak van de opgaven en de foutenanalyse invoerdocumenten, op basis van een gegeven format. Gebruik daarna dit document om daadwerkelijk de opgaven in te voeren in een geautomatiseerd oefensysteem voor leerlingen. Activiteiten van de studenten ten behoeve van de opdracht: 1. Zelf opgaven ontwerpen (dus niet uit methoden verzamelen). 2. Onderzoeken oplossingsgedrag van leerlingen. 3. Alternatieven bedenken die leerlingen helpen om de juiste werkwijze te vinden. 4. Maak een kort verslag van je ervaringen. 5. Invoerdocumenten volgens vast format maken (bijlage 2). 6. Invoeren in systeem. Daarnaast wordt de literatuur bestudeerd en geoefend in het kader van professionele gecijferdheid. Literatuur Zanten, M. van, e.a. (2010, a nieuwste druk). Meten en meetkunde. Rekenen en wiskundedidactiek. (ISBN: ) Ale, P.F.J & Schaik M.F.van (2011). Rekenen en wiskunde uitgelegd, kennisbasis voor leerkrachten basisonderwijs. (ISBN: )

4 Zanten M. van (2009) Voetstuk van de PABO, Onderwijsvormen De module Digitaal Denken in Meten en Meetkunde bestaat uit 3 hoorcolleges en 7 practica. Tijdens de practica ligt de nadruk op samenwerken en wederzijdse uitwisseling. Er is steeds een inleiding op het onderwerp. Er is steeds ruimte voor terugkoppeling naar de praktijk. Het product is een individueel product. Samenwerken kan onderdeel zijn van het proces, het eindresultaat is geen groepsproduct. Tijdens het laatste practicum worden de resultaten gepresenteerd. Contact Peter Ale: Arjan Heek: P.F.J.Ale@hva.nl A.Heek@hva.nl Rooster Omvang: 6 EC s = 168 uur Hoorcolleges = 3 x 2 uur = 6 uur Practica = 7 x 2 uur = 14 uur Practica voorbereiden = 18 uur Stageactiviteiten = 20 uur Gevorderde gecijferdheid = 30 uur Literatuur lezen = 30 uur Product maken = 46 uur Totaal = 168 uur Datum (oud) Inhoud Voorbereiden Hoorcollege 1 Meten en Meetkunde en ICT Voetstuk van de pabo Domein Meten en domein Meetkunde Practicumbijeenkomst 1 Model doornemen plannen maken Meten: practicum Lezen Meten en meetkunde. Rekenen en wiskundedidactiek, deel A Arjan Hoorcollege 2 Arjan Heek over Onderwijs en ICT

5 Arjan Peter Practicumbijeenkomst 2 Meetkunde, ervaren, verklaren en verbinden Hoorcollege 3 Els Kuiper over ICT en Onderwijs Practicumbijeenkomst 3 Het ontwerpen van items Practicumbijeenkomst 4 Meten en meetkunde Didactische aspecten Rekenen en wiskunde uitgelegd Hoofdstuk Peter Peter Practicumbijeenkomst 5 Professionele gecijferdheid Practicumbijeenkomst 6 Professionele gecijferdheid Rekenen met hele getallen op de basisschool,hfst 5 Oefenen met : Rekenen en wiskunde uitgelegd Rekenen met hele getallen op de basisschool,hfst 6 Oefenen met : Rekenen en wiskunde uitgelegd Rekenen met hele getallen op de basisschool,hfst 7 en Practicumbijeenkomst 7 Presentaties Tentamen??? Herkansing Beoordeling Het eindcijfer van de module Digitaal Denken in Meten en Meetkunde wordt bepaald door: a. Een theoretische kennistoets, waarin de didactiek van Meten en Meetkunde wordt getoetst. b. Het (digitale) product Meten en meetkunde c. Een toets Gevorderde gecijferdheid.

6 Alle onderdelen zijn met een voldoende (cijfer 5.5) afgerond. Criteria product vragen meten en 3 vragen meetkunde. 2. Eigen uitwerking correct. 3. Voor elke vraag minimaal 3 verschillende goede oplossingsalternatieven met gebruik van contexten, modellen en formeel. 4. Voor elke vraag minimaal 3 verschillende foute oplossingen op grond van observaties van leerlingen. 5. Voor elke foute oplossing gedifferentieerde feedback ook weer op basis van context of model. 6. De door de opleiding verstrekte structuur moet gehanteerd worden. 7. Spelling en grammatica foutloos. Criteria Verslag 1. Onderbouwing van de opdrachten met de theorie over meten en meetkunde. 2. Korte weergave van het ontwerp en het onderzoek bij leerlingen. 3. Conclusies over de opgaven naar aanleiding van het onderzoek. 8. Het verslag bevat het invoerdocument. 9. Spelling en grammatica foutloos. Feedback Feedback op het gemaakte tentamen wordt op tweeërlei wijzen gegeven: o Individueel Studenten kunnen desgewenst het gemaakte tentamen inzien als zij zich van tevoren hebben ingetekend (een intekenlijst komt te hangen bij de coördinator, kamer G0.14). o Collectief in een responsiecollege Studenten dienen (uiterlijk drie dagen) van te voren hun vragen te mailen naar de coördinator. Deze vragen (alleen) worden besproken in het responsiecollege. Op practicumopdrachten wordt feedback gegeven door de practicumdocent. Mocht de eindopdracht als onvoldoende worden beoordeeld, dan dient aan de hand van de feedback een verbeterde versie te worden ingeleverd, die dan weer volgens de gebruikelijke criteria wordt beoordeeld. Evaluatie van het onderwijs Docenten en de Universitaire Pabo hebben behoefte aan feedback van de studenten op de kwaliteit van het gegeven onderwijs. Waar nodig kan een betreffende module verbeterd worden voor de volgende groep studenten. Maar evalueren kan ook een goed leermoment zijn voor jou als student, omdat je zo extra nadenkt over je eigen leerproces en nagaat hoe je achteraf kijkt naar de inhoud van een module.

7 Binnen de FMG wordt gewerkt met een vragenlijst die UvA-breed wordt toegepast. Bij het laatste college of na afloop van het tentamen zal je gevraagd worden deze vragenlijst in te vullen. Vul deze vragenlijst zo eerlijk mogelijk in, de resultaten ervan hebben geen consequenties voor de uitslag van het tentamen. Bovendien blijf je bij het invullen van de vragenlijst anoniem. Indien uit de resultaten van de vragenlijst blijkt dat toelichting nodig is op de evaluatie van de betreffende module, organiseert het Onderwijsinstituut een panelgesprek. Hiertoe worden een aantal studenten uitgenodigd en wordt samen met de docent en de onderwijsdirecteur of studieadviseur gesproken over het verloop en de inhoud van de betreffende module. Studenten kunnen indien gewenst ook zelf een panelgesprek aanvragen. Fraude Onder fraude wordt verstaan het handelen of nalaten van de student dat erop gericht is het vormen van een juist oordeel door de examinator omtrent kennis, inzicht en vaardigheden van de student geheel of gedeeltelijk onmogelijk te maken. Een voor iedereen duidelijk herkenbare vorm van fraude is bijv. het op enigerlei wijze spieken tijdens het tentamen. Een helaas vaak voorkomende vorm van fraude, die in de wetenschappelijke wereld zeer zwaar wordt aangerekend, is het plegen van plagiaat. Plagiaat Een wetenschappelijke tekst moet controleerbaar zijn en daarom dien je gebruikte (internet)bronnen altijd vermelden in een zogenaamde bronvermelding. Als je een stuk tekst of tabel van iemand overneemt geef je precies aan wie de auteur is en waar je de tekst of tabel hebt gevonden. Doe je dat niet en wek je dus de indruk dat die tekst of die gegevens van jezelf zijn, dan wordt dat plagiaat genoemd. Het plegen van plagiaat in een paper of scriptie betekent altijd uitsluiting van de betreffende tentamen- of scriptiegelegenheid. Bovendien kan de examencommissie nog zwaardere straffen opleggen. Zorg dus dat je altijd goed je bronnen vermeldt en niet zomaar stukken tekst of gegevens van anderen overneemt. Zie ook Serviceplein voor studenten, Fraude- en plagiaatregeling, en OER bachelor- en masteropleiding Pedagogische wetenschappen en Onderwijskunde, artikel Beroepsmogelijkheden Als je het niet eens bent met een beslissing van een examinator, is het verstandig om je eerst te wenden tot de Examencommissie UPvA met het verzoek om een uitspraak te doen over je eventuele klacht. Na die uitspraak kun je besluiten om binnen 4 weken beroep aan te tekenen bij de COBEX. Raadpleeg de studieadviseurs voor advies en de procedure.

8 Bijlage 1: Beoordelingsformulier product Meten en Meetkunde Naam: Studentnummer: Datum: Beoordelaar: Cijfer: Eisen Beoordeling Opmerkingen 3 vragen meten? 3 vragen meetkunde? Eigen uitwerkingen correct? Voor elke vraag minimaal 3 verschillende goede oplossingsalternatieven met gebruik van contexten, modellen en formeel. Voor elke vraag minimaal 3 verschillende foute oplossingen op grond van observaties van leerlingen. Voor elke foute oplossing gedifferentieerde feedback ook weer op basis van context of model. Opbouw Beoordeling Opmerkingen Is de door de opleiding verstrekte structuur gehanteerd? Inhoud Beoordeling Opmerkingen Voldoet de inhoud aan de opdracht? Taalgebruik Beoordeling Opmerkingen Is gebruik gemaakt van heldere formuleringen, grammaticaal correcte en een correcte spelling zinnen? Literatuur gebruik Beoordeling Opmerkingen Wordt er informatie uit de literatuur gehaald? Wordt de literatuur kritisch gebruikt?

9 Bijlage 2:De structuur van het invoerdocument ziet er in grote lijnen als volgt uit. Start Opgave Antwoord fout Goed/ fout Goed Model of context Hoe heb je het gedaan? Hulp met context Hulp met model(len) Bekende alternatieven Antwoord Invoer nieuwe oplossing nee Was jouw opl. erbij? fout Goed/ fout goed ja Feedback hoe het had gekund Feedback goed gedaan